1. Inleiding Aanmeldingen bij CoMensha... 3

Transcriptie

1 Rapportage januari t/m maart 215

2 Inhoudsopgave 1. Inleiding Aanmeldingen bij CoMensha Aanmeldingen in de periode 1 januari t/m 31 maart Aanmeldingen per categorie Vergelijking categorie aanmelding 215 met 214 over de periode 1 januari t/m 31 maart Aanmelders Aard en omvang (mogelijke) slachtoffers van mensenhandel in Nederland Nationaliteit (mogelijke) slachtoffers Nationaliteit (mogelijke) slachtoffers uitgesplitst naar geslacht Nationaliteit (mogelijke) slachtoffers uitgesplitst naar geslacht en 18+/ Leeftijdsgroepen Kinderen Sectoren van uitbuiting Sectoren van uitbuiting uitgesplitst naar geslacht en 18+/ (Mogelijke) Slachtoffers van loverboytechnieken Registratie en Opvang Bemiddeling van aanmeldingen met opvangverzoek Meest voorkomende nationaliteiten van cliënten met een opvangverzoek Plaatsingslijst Informatie- en adviesvragen Bijlagen: Bijlage 1a: Overzicht nationaliteiten uitgesplitst naar geslacht Bijlage 1b: Overzicht nationaliteiten van vrouwen onderverdeeld naar minder- /meerderjarigheid Bijlage 1c: Overzicht nationaliteiten van mannen onderverdeeld naar minder- /meerderjarigheid... 2 Bijlage 2: Leeftijden, algemeen en uitgesplitst naar vrouwen en mannen Bijlage 3: Nationaliteiten van cliënten met een 1e opvangverzoek Bijlage 4: Overzicht Aanmelders Colofon CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 1 van 27

3 1. Inleiding Eén van de kerntaken van CoMensha is het registreren van (mogelijke) slachtoffers van mensenhandel in Nederland. Met deze registratiegegevens wil CoMensha inzicht geven in de aard en omvang van het slachtofferschap van mensenhandel in Nederland en met dat doel is deze rapportage opgesteld. CoMensha rapporteert daarnaast in opdracht van het Ministerie van Veiligheid en Jusittie jaarlijks haar bevindingen aan de Nationaal Rapporteur Mensenhandel met als doel een bijdrage te leveren aan het voorkomen van mensenhandel. CoMensha is is een tweedelijnsorganisatie en is voor het ontvangen van aanmeldingen van (mogelijke) slachtoffers afhankelijk van o.a. opsporingsdiensten, advocatuur en hulpverlening. Zonder de hulp van de aanmelders zou CoMensha niet in staat zijn om de situatie van mensenhandel in Nederland op de huidige manier weer te geven. CoMensha is zich ervan bewust dat slechts een deel van alle slachtoffers bij haar bekend is; niet alle slachtoffers worden gemeld en niet alle slachtoffers worden geidentificeerd. Deze rapportage geeft dus een beeld van de (mogelijke) slachtoffers die bij CoMensha zijn gemeld en (helaas) dus geen compleet beeld van de gehele groep slachtoffers van mensenhandel in Nederland. CoMensha streeft er uiteraard naar om alle organisaties die met (mogelijke) slachtoffers in contact komen te laten melden bij CoMensha zodat er een volledigere weergave van de gehele groep slachtoffers in Nederland gegeven kan worden. Daarnaast is het goed om te weten dat sommige instanties per kwartaal melden, anderen per half jaar of per jaar. Dit heeft gevolgen voor de conclusies die op basis van deze rapportage getrokken mogen worden. Voor u ligt een rapportage over de periode januari t/m maart 215. In deze rapportage kunt u onder andere lezen over het aantal aanmeldingen dat CoMensha in deze periode heeft ontvangen, om wat voor soort aanmelding het ging, wie de aanmelders waren, welke nationaliteiten en welke leeftijd de (mogelijke) slachtoffers hebben en of het mannen of vrouwen betreft. Ook de sector van uitbuiting komt aan bod en er wordt ingegaan op slachtoffers van loverboytechnieken. Bij bepaalde onderwerpen wordt teruggeblikt naar dezelfde periode in 214. De cijfers in deze rapportage zijn gebaseerd op nieuwe aanmeldingen van (mogelijke) slachtoffers in de periode 1 januari t/m 31 maart 215. Aanmeldingen van vóór januari 215 die nu nog in behandeling zijn, worden niet in deze rapportage vermeld. Wij danken alle aanmelders voor hun aanmeldingen. U mag het cijfermateriaal uit deze rapportage gebruiken onder vermelding van de bron. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 2 van 27

4 2. Aanmeldingen bij CoMensha 2.1. Aanmeldingen in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 In de periode januari t/m maart 215 heeft CoMensha 22 (nieuwe) aanmeldingen ontvangen. In 177 keer van de gevallen betrof het een vrouw en 25 keer een man. 48 van hen zijn minderjarig (7 jongens, 41 meisjes). In dezelfde periode van 214 lag dit aantal op 254 aanmeldingen (24 vrouwen en 5 mannen). Zie de tabel hieronder. Aantal aanmeldingen Mannen Vrouwen Totaal Totaal Onb. Totaal Onb Tabel 1: Aantal aanmeldingen 214 en 215 uitgesplitst naar geslacht en meerderjarig- en minderjarigheid aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 Dit verschil heeft vooral een organisatorische oorzaak. Vanwege de verhuizing van CoMensha (inclusief de ICT) zijn niet alle aanmeldingen ten behoeve van registratie verwerkt. CoMensha streeft ernaar om deze achterstand ten tijde van de volgende maandrapportage ingehaald te hebben. Deze achterstand heeft uiteraard gevolgen voor de conclusies die op basis van dit rapport getrokken kunnen worden. Een inventarisatie van de achterstand doet vermoeden dat het totaal aantal aanmeldingen in de periode januari t/m maart 215 gelijk of hoger dan dezelfde periode in 214 zal zijn Aanmeldingen per categorie CoMensha maakt bij de registratie van (mogelijke) slachtoffers 1 gebruik van een onderverdeling die gebaseerd is op haar drie kerntaken: registratie, coördinatie van opvang en hulpverlening en het geven van informatie en advies. Registratie: Aanmeldingen van (mogelijke) slachtoffers die geregistreerd worden om een beeld te krijgen van de aard en omvang van de groep (mogelijke) slachtoffers, maar die geen hulp- of adviesaanvraag hebben. Registratie en opvang: Aanmeldingen van (mogelijke) slachtoffers die een opvangplaats nodig hebben. CoMensha bemiddelt in het vinden van een plek en coördineert de begeleiding. Registratie, informatie en advies: Aanmeldingen van (mogelijke) slachtoffers met een hulpvraag op het gebied van bijvoorbeeld psychosociale of juridische ondersteuning. Het betreft hier cliënten die niet in de opvang verblijven en zelfstandig of bij vrienden 1 In haar rapportages spreekt CoMensha over (mogelijk) slachtofferschap. De reden hiervoor is dat het niet makkelijk is om te bepalen aan welke criteria een persoon moet voldoen om als echt slachtoffer aangemerkt te worden. Het is bijvoorbeeld bijna niet mogelijk om dit af te laten hangen van een veroordeling van een verdachte, want vaak lukt het niet om een verdachte op te sporen en ook durven of willen sommige slachtoffers geen aangifte te doen. CoMensha is van mening dat het ontbreken van een B8.3, aangifte of veroordeling in een mensenhandelzaak niet automatisch betekent dat er ook geen sprake is van slachtofferschap. Het gaat vaak om zachte informatie bij de inschatting of er sprake is van een slachtoffer; een bepaalde combinatie van signalen die los van elkaar niets met slachtofferschap te maken hoeven hebben, vormen in combinatie juist een sterke aanwijzing. Professionals weten door hun ervaring met mogelijke slachtoffers welke combinatie wel en niet in de richting van mensenhandel kunnen wijzen. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 3 van 27

5 wonen. CoMensha bemiddelt naar een regiocoördinator of doet zelf de regiocoördinatie. Categorie aanmelding Leeftijd onbekend 18- Mannen Vrouwen Totaal Leeftijd 18+ onbekend Registratie Registratie en opvang Informatie en advies Totaal Tabel 2: Aantal aanmeldingen uitgesplitst naar categorie aanmelding, geslacht en meerder-/ minderjarigheid aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 Opvallend in bovenstaande tabel is dat er een man met een opvangverzoek is aangemeld, waarvan de leeftijd onbekend is. Dit is opvallend omdat slachtoffers die de opvang in gaan, langer in beeld blijven bij CoMensha en er dus ook meer informatie over de persoon bekend wordt. De betreffende man is weliswaar met een opvangverzoek aangemeld, maar kort daarna bleek het opvangverzoek niet meer actueel en is nadere informatie m.b.t. deze man niet meer verstrekt. Verder dient opgemerkt te worden dat de data dynamisch zijn. CoMensha heeft bijvoorbeeld te maken met situaties waarin voor een slachtoffer dat ter registratie aangemeld is op een later tijdstip alsnog een opvangverzoek wordt ingediend. Dat betekent dat het betreffende dossier verandert van registratiedossier naar een registratie en opvangdossier. Bovenstaande cijfers zijn dus niet zonder meer per maand op te tellen en te extrapoleren naar bijvoorbeeld een jaar Vergelijking categorie aanmelding 215 met 214 over de periode 1 januari t/m 31 maart Nu duidelijk is wat het aantal aanmeldingen in totaal en per categorie is, rijst de vraag hoe deze aantallen zich verhouden tot dezelfde periode van vorig jaar. Onderstaande grafiek geeft hier inzicht in Totaal 215 Totaal 214 Man 215 Man 214 vrouw 215 vrouw 214 Totaal aanmelding Registratie Registratie en Opvang Informatie en Advies Grafiek 1: Vergelijking 215 met 214: Categorie aanmelding totaal en naar geslacht aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 4 van 27

6 Zoals eerder gemeld, zijn nog niet alle aanmeldingen voor de periode januari-maart verwerkt. Hierdoor ligt het totaal aantal aanmeldingen achter ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar (22 t.o.v. 254 aanmeldingen). De verwachting is dat na het verwerken van alle aanmeldingen dit verschil zal verdwijnen. Dat geldt ook voor het verschil in het aantal aanmeldingen ter registratie. De nog in te voeren aanmeldingen zijn namelijk vooral aanmeldingen uit deze categorie. Het aantal opvangverzoeken in 215 is ten opzichte van 214 iets afgenomen (51 t.o.v. 53). De grafiek laat zien dat er in opvangverzoeken waren voor een mannelijk slachtoffer. In 214 waren dit er 13. Verder is ook te zien dat dit jaar 41 opvangverzoeken voor vrouwelijke slachtoffers zijn ingediend en dat dit aantal in 214 op 4 stond. Het totaal aantal aanmeldingen m.b.t. informatie en advies is ongeveer gelijk gebleven. Er is wel een verschuiving te zien tussen mannen en vrouwen. Het aantal informatie en advies aanmeldingen van mannen is afgenomen (van 15 naar 5) en voor vrouwen toegenomen (van 18 naar 29) Aanmelders CoMensha registreert ook de organisaties die (mogelijke) slachtoffers van mensenhandel melden. Zie onderstaand cirkeldiagram. Afbeelding 1: Aanmelders in percentages; periode 1 januari t/m 31 maart 215 Toelichting bij tabel: De categorie Politie bestaat uit: nationale politie, vreemdelingenpolitie, recherche en landelijke Eenheid. De categorie Overige instanties bevat o.a.: vrouwen- en maatschappelijke (beschermde) opvanginstellingen, hulpverlening voor jongeren, buitenlanders-/vluchtelingen-/asiel organisaties, maatschappelijke dienstverlening, regiocoördinatoren en advocatuur. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 5 van 27

7 De politie en de KMar hebben een meldplicht richting CoMensha, die geregeld is in het Politiebesluit. Daardoor zijn veel van de aanmeldingen van (mogelijke) slachtoffers afkomstig van politie en KMar. Sommige (mogelijke) slachtoffers worden door meer dan één instantie aangemeld, het totaal aantal aanmelders is daardoor hoger dan het totaal aantal unieke (mogelijke) slachtoffers. Zie bijlage 4 voor een nadere specificatie van het aantal aanmeldingen per aanmelder per geografisch gebied Aard en omvang (mogelijke) slachtoffers van mensenhandel in Nederland Dit onderdeel gaat nader in op de kenmerken van de (mogelijke) slachtoffers. Gaat het om mannen of vrouwen; welke nationaliteit hebben ze; zijn ze minder- of meerderjarig; in welke sectoren zijn ze uitgebuit; hoeveel (mogelijke) slachtoffers hebben kinderen; en hoeveel (mogelijke) slachtoffers hebben met loverboytechnieken te maken gehad? Nationaliteit (mogelijke) slachtoffers Van de 22 (mogelijke) slachtoffers die in de periode van januari t/m maart 215 zijn aangemeld hebben de meeste slachtoffers de Nederlandse nationaliteit, gevolgd door de Roemeense, Bulgaarse, Nigeriaanse en Hongaarse nationaliteit. Deze nationaliteiten staan al een aantal jaar in de top 5 van aangemelde nationaliteiten. Dat blijkt uit de tabel met de top 5 van nationaliteiten in 214 (in de periode van jan-mrt 214). Ook daar staat de Nederlandse nationaliteit op positie 1, gevolgd door Hongarije, Roemenië en Bulgarije (weliswaar in een andere volgorde dan in 215). Nigeria is terug in de top 5 en de Filipijnse is verdwenen (dat deze nationaliteit in de top 5 stond, had te maken met een grote zaak met veel Filipijnse slachtoffers). Top 5 nationaliteiten Nederland Roemenië Bulgarije Nigeria Hongarije Aantal (mogelijke) slachtoffers Grafiek 2: Top 5 (mogelijke) slachtoffers uitgesplitst naar nationaliteit en aangemeld in de periode januari t/m maart 215 CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 6 van 27

8 Top 5 nationaliteiten Aantal (mogelijke) slachtoffers Nederland Hongarije Roemenië Bulgarije Filipijnen Grafiek 3: Top 5 (mogelijke) slachtoffers uitgesplitst naar nationaliteit en aangemeld in de periode januari t/m maart Nationaliteit (mogelijke) slachtoffers uitgesplitst naar geslacht Wanneer de nationaliteiten uitgesplitst worden naar geslacht, ontstaat het volgende beeld (het totaal aantal vrouwen is 177; het totaal aantal mannen is 25): Top 5 nationaliteiten uitgesplitst naar geslacht Vrouwen Mannen Grafiek 4: Top 5 (mogelijke) slachtoffers uitgesplitst naar nationaliteit en geslacht en aangemeld in de periode januari t/m maart 215 Bij vergelijking van deze uitsplitsing naar geslacht, met dezelfde periode van vorig jaar, (zie afbeelding hieronder) dan valt op dat het aantal aanmeldingen van Nederlandse dames is toegenomen van 47 naar 72 en dat het aantal aanmeldingen van Hongaarse dames is afgenomen van 28 naar 8. De nationaliteiten uit de top 5 van 214 van de mannelijke slachtoffers zijn, op de nationaliteit Vietnam na, niet terug te vinden in de top 5 van 215. Er zijn zelfs helemaal geen Filipijnse, Hongaarse of Sierra Leoonse mannelijke slachtoffers aangemeld (zie ook bijlage 1a). Hierbij moet wel opgemerkt worden dat, zoals eerder gemeld, nog niet alle aanmeldingen voor de periode in 215 verwerkt zijn. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 7 van 27

9 5 47 Top 5 nationaliteiten uitgesplitst naar geslacht Vrouwen Mannen Grafiek 5: Top 5 (mogelijke) slachtoffers uitgesplitst naar nationaliteit en geslacht en aangemeld in de periode januari t/m maart 214 Zie bijlage 1a, b en c voor meer informatie over de aangemelde nationaliteiten Nationaliteit (mogelijke) slachtoffers uitgesplitst naar geslacht en 18+/18- Als er verder gezoomd wordt op de aangemelde mannen en vrouwen en er uitgesplitst wordt op minder- en meerderjarigheid, resulteert dat in onderstaande tabellen. Vrouwen Nationaliteit 18+ Nationaliteit 18- Nederland 42 Nederland 3 Roemenië 3 Vietnam 3 Bulgarije 12 Hongarije 8 Nigeria 8 Tabel 3: Meest voorkomende nationaliteiten onder vrouwen uitgesplitst naar 18+ en 18-; aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 Mannen Nationaliteit 18+ Nationaliteit 18- India 4 Afghanistan 3 Marokko 4 Vietnam 3 Nigeria 4 Tabel 4: meest voorkomende nationaliteiten onder mannen uitgesplitst naar 18+ en 18-; aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 Bij de aangemelde vrouwen blijkt dat zowel bij minder- als bij meerderjarige vrouwen de Nederlandse nationaliteit het meest voorkomt. Opvallend is dat dit niet geldt voor de mannen; de meeste mannen komen (in de periode jan-mrt 215) uit India, Marokko en Nigeria. Verder valt op dat bij de minderjarige (mogelijke) slachtoffers van mensenhandel de Midden- en Oost-Europese landen niet tot nauwelijks vertegenwoordigd zijn in tegenstelling tot de groep meerderjarige vrouwen. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 8 van 27

10 In de tabellen is gekozen voor maximaal 5 nationaliteiten met per categorie meer dan 1 aanmelding. Vandaar dat er voor de minderjarige vrouwen en voor de mannen geen top 5 is weergegeven. Zie bijlage 1b en 1c voor een specificatie van de meest voorkomende nationaliteiten uitgesplitst naar geslacht en minder- en meerderjarigheid Leeftijdsgroepen Naast minder- of meerderjarigheid registreert CoMensha ook de geboortedatum van de (mogelijke) slachtoffers. Hiermee kan CoMensha een overzicht geven van de leeftijdssamenstelling van de aangemelde groep (mogelijke) slachtoffers. Onderstaande tabel gaat dieper in op de leeftijd van de (mogelijke) slachtoffers door de aanmeldingen onder te verdelen in leeftijdscategorieën. De categorieën zijn gekozen op basis van de praktijk in opvanginstellingen. Over het algemeen gaan de 15- t/m 17-jarigen naar jeugdopvanginstellingen, de 18 t/m 2-jarigen kunnen een beroep doen op jongerenopvanginstellingen. De groep 21- t/m 23-jarigen kreeg een lagere uitkering en kon daardoor niet op alle opvangplekken terecht (omdat de eigen bijdrage niet betaald kan worden) en de slachtoffers vanaf 24 jaar krijgen een hogere uitkering waardoor het financiële aspect een minder grote rol speelt bij het plaatsen van de cliënt in de opvang 2. Leeftijdscategorie Mannen Vrouwen Totaal t/m 14 jaar t/m 17 jaar t/m 2 jaar t/m 23 jaar t/m 3 jaar t/m 4 jaar Onbekend Totaal Tabel 5: Aanmeldingen uitgesplitst naar geslacht en leeftijdscategorieën aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 Opvallend is het aantal minderjarigen tot en met 14 jaar. Deze hele jonge (mogelijke) slachtoffers zijn aangemeld door de Beschermde Opvang en Nidos. Verder is te zien dat er veel (mogelijke) slachtoffers in de leeftijd van 18 t/m 2 en 21 t/m 23 jaar zijn aangemeld. De leeftijdscategorieën 24 t/m 3 jaar en 31 t/m 4 jaar omvatten meer jaren dan de voorgaande categorieën. Daarom zijn de aantallen in de categorieën niet zomaar met elkaar te vergelijken. Zie bijlage 2 voor een uitsplitsing naar geslacht en leeftijd. 2 Inmiddels zijn deze groepen gewijzigd naar 18 t/m 21 en 21 en ouder en zijn ook de hoogtes van de uitkeringen veranderd. Het bovenstaande onderscheid in leeftijdscategorieën is daarom voor de opvangmogelijkheden wat minder relevant geworden. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 9 van 27

11 Kinderen Een aantal van de (vermoedelijke) slachtoffers dat wordt aangemeld, heeft ook kinderen. Meestal zijn de kinderen bij de ouder(s) of nog in het land van herkomst en in een enkele keer verblijven de kinderen elders in Nederland (d.w.z. niet bij de aangemelde ouder). Aantal cliënten Bij (vermoedelijk) slachtoffer Elders in Nederland 5 9 Zowel in Nederland als in land van herkomst 2 4 In land van herkomst Totaal Aantal kinderen Tabel 6: Aantal (vermoedelijke) slachtoffers met kinderen aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart Sectoren van uitbuiting Naast geslacht, nationaliteit en leeftijd registreert CoMensha ook de sector waarin een (mogelijk) slachtoffer wordt uitgebuit. In onderstaand cirkeldiagram wordt een overzicht getoond van het soort uitbuiting. De grootste groep (mogelijke) slachtoffers, namelijk 76%, is uitgebuit in de seksuele dienstverlening. Dit beeld komt overeen met voorgaande jaren. Er lijken in 215 minder zaken aangemeld te zijn waarvan de sector onbekend was, maar het is mogelijk dat na verwerking van de achterstand dit verschil afneemt. Sectoren van uitbuiting 215 in percentages N = 25 2% 3% Seksuele dienstverlening 7% 12% Gereguleerde arbeid of dienstverlening Onbekend 76% Gedwongen criminaliteit Nog niet gewerkt Afbeelding 2: Soort uitbuiting in percentages van aanmeldingen in de periode van 1 januari t/m 31 maart 215 Toelichting bij afbeelding2: 3 (mogelijke) slachtoffers zijn uitgebuit in meerdere sectoren. Daardoor is het totale aantal sectoren in dit cirkeldiagram 25 in plaats van 22. Het betreft drie vrouwen die zowel in de sector seksuele dienstverlening als ook in de sector gedwongen criminaliteit zijn uitgebuit. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 1 van 27

12 Sectoren van uitbuiting 214 in percentages N = % 2% 1% Seksuele dienstverlening Onbekend 17% 67% Gereguleerde arbeid of dienstverlening Gedwongen criminaliteit Nog niet gewerkt Afbeelding 3: Soort uitbuiting in percentages van aanmeldingen in de periode van 1 januari t/m 31 maart 214 Toelichting bij afbeelding 3: Twee mogelijke slachtoffers zijn slachtoffer van meerdere soorten uitbuiting, daardoor is het aantal in dit cirkeldiagram 256 in plaats van 254. Eén cliënt was zowel slachtoffer van gedwongen criminaliteit als van seksuele dienstverlening en één cliënt werd uitgebuit in de seksuele dienstverlening én in de gereguleerde arbeid of dienstverlening Sectoren van uitbuiting uitgesplitst naar geslacht en 18+/18 - Onderverdeling van de aanmeldingen naar geslacht en vervolgens naar sectoren van uitbuiting en minder- en meerderjarigheid, geeft de volgende grafieken Sectoren van uitbuiting bij vrouwen Seksuele dienstverlenin g Gereguleerde arbeid of dienstverlenin g Onbekend Gedwongen criminaliteit Nog niet gewerkt Vrouw Vrouw Vrouw Leeftijd onbekend 1 4 Totaal Grafiek 6: Soort uitbuiting bij vrouwen uitgesplitst naar minder- en meerderjarigheid aangemeld in de periode januari t/m 31 maart 215 CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 11 van 27

13 Sectoren van uitbuiting bij mannen Seksuele dienstverlening Gereguleerde arbeid of dienstverlening Onbekend Grafiek 7: Soort uitbuiting bij mannen uitgesplitst naar minder- en meerderjarigheid aangemeld in de periode januari t/m 31 maart 215 Uit de grafieken is op te maken dat verhoudingsgewijs meer vrouwen worden uitgebuit in de seksuele dienstverlening dan in de gereguleerde arbeid of dienstverlening (ca. 82% t.o.v. ca. 2%). Bij mannen is de verdeling tussen seksuele dienstverlening en gereguleerde arbeid of dienstverlening wat gelijkmatiger. Overigens is naar verhouding van een groot deel van de mannen onbekend in welke sector zij zijn uitgebuit (Mogelijke) Slachtoffers van loverboytechnieken 7 1 Gedwongen criminaliteit Nog niet gewerkt Man 18-7 Man Man leeftijd onbekend 1 Totaal Net zoals in de wet beschreven staat, beschouwt CoMensha loverboys als mensenhandelaren en schaart slachtoffers van loverboys onder de groep slachtoffers van mensenhandel. Het gaat dus niet zozeer om een aparte vorm van mensenhandel als eerder om een andere manier van werven/ misleiden van (mogelijke) slachtoffers. Omdat er veel interesse is voor slachtoffers van loverboys is de volgende tabel samengesteld. 7 1 CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 12 van 27

14 Grafiek 8: Aantal aanmeldingen van (mogelijke) slachtoffers van loverboytechnieken aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 In de periode van 1 januari tot en met 31 maart zijn 17 (mogelijke) slachtoffers van mensenhandel bij CoMensha aangemeld waarbij sprake is van het gebruik van loverboytechnieken. Al deze 17 slachtoffers zijn vrouwen met de Nederlandse nationaliteit. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 13 van 27

15 3. Registratie en Opvang Naast Registratie is een andere kerntaak van CoMensha Registratie en opvang. Deze kerntaak houdt in dat CoMensha meerderjarige slachtoffers met recht op verblijf in Nederland bemiddelt naar opvanginstellingen. Hiervoor maakt CoMensha gebruik van haar plaatsingsbevoegdheid voor de Categorale Opvang voor Slachtoffers van Mensenhandel (COSM) en van haar contacten met vrouwenopvang- en maatschappelijke opvanginstellingen Bemiddeling van aanmeldingen met opvangverzoek Van de 22 aanmeldingen van (mogelijke) slachtoffers die CoMensha in de eerste 3 maanden van 215 heeft ontvangen, hadden 51 (mogelijke) slachtoffers een verzoek voor (eerste) opvang 3. Van deze opvangverzoeken zijn er 36 bemiddeld naar de COSM s en 3 naar de vrouwen- of maatschappelijke opvang, ook wel reguliere opvang genoemd. Eén (mogelijk) slachtoffer is eerst op een noodbed geplaatst. Elf (mogelijke) slachtoffers zien af van opvang; o.a. omdat zij niet akkoord kunnen gaan met de regels in de opvang, besluiten toch niet de opvang in te willen en/of niet meer bereikbaar zijn voor hulpverlening om een plaatsing te realiseren. 1 e opvang januari t/m maart 215 Vrouwen Mannen Totaal COSM 29 COSM 7 36 Reguliere opvang 1 Reguliere opvang 2 3 Noodbed 1 Noodbed 1 Geen opvang meer nodig 1 Geen opvang meer nodig 1 11 Totaal Tabel 7: Aantal verzoeken voor eerste opvang ontvangen in de periode 1 januari t/m 31 maart Meest voorkomende nationaliteiten van cliënten met een opvangverzoek In de periode januari tot en met maart 215 komen de meeste opvangverzoeken (11) van vrouwen met de Nederlandse nationaliteit. Vrouwen met een Hongaarse en Nigeriaanse nationaliteit komen op de tweede plaats (ieder 4 verzoeken). Van een even grote groep opvangverzoeken is de nationaliteit niet bekend. Deze (mogelijke) slachtoffers zagen kort na aanmelding af van de mogelijkheden tot opvang. Hierdoor heeft CoMensha geen nadere informatie m.b.t. deze (mogelijke) slachtoffers kunnen verkrijgen. Bij de mannen komen de meeste opvangverzoeken van Nigeriaanse (mogelijke) slachtoffers gevolgd door Indiase en Marokkaanse (mogelijke) slachtoffers. Zie bijlage 3 voor meer informatie over de meest voorkomende nationaliteiten van cliënten met een opvangverzoek. 3 CoMensha maakt onderscheid tussen eerste opvang-verzoeken en vervolg-opvangverzoeken. Een eerste opvang-verzoek betreft de eerste plaatsing in een opvang. Een vervolg-opvangverzoek houdt in dat een slachtoffer van een opvanginstelling voor kortdurend verblijf doorgeplaatst wil worden naar een instelling waar hij/zij langere periode kan verblijven om begeleiding te ontvangen. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 14 van 27

16 Grafiek 9: Top 3 opvangverzoeken op basis van nationaliteit en uitgesplitst naar geslacht over periode 1 januari t/m 31 maart Plaatsingslijst CoMensha houdt een zogenaamde plaatsingslijst bij. Hierop staan de (mogelijke) slachtoffers met een opvangverzoek (en een behoefte aan deskundige hulpverlening) die niet direct geplaatst kunnen worden, omdat geschikte opvang, in een COSM of andere opvang, nog niet beschikbaar is. De AZC plaatsingslijst gaat over (mogelijke) slachtoffers met een opvangverzoek die in een AZC verblijven. Afbeelding 4: Plaatsingslijst 215, week 1 t/m 12 Uit de grafiek is op te maken dat er vanaf week 5 sprake was van een plaatsingslijst bestaande uit één persoon die niet in de COSM terecht kon. In week 11 is er een plaatsingslijst CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 15 van 27

17 van 3 (mogelijke) slachtoffers die voldoen aan de criteria voor opname in de COSM en van 2 (mogelijke) slachtoffers die op een AZC verblijven. Een kanttekening is hier op zijn plaats: Omdat de plaatsingslijst in de grafiek per week wordt aangegeven, laat de grafiek niet zien of er binnen een week bijvoorbeeld een persoon in een opvang is geplaatst en er een nieuw persoon voor opvang is aangemeld (die niet geschikt is voor een COSM). De grafiek geeft dus de som weer van het aantal opvangverzoeken min het aantal gerealiseerde plaatsingen. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 16 van 27

18 4. Informatie- en adviesvragen Naast de kerntaken Registratie en Registratie en opvang, heeft CoMensha nog een derde kerntaak die gedeeltelijk aan de Helpdesk plaats vindt en daar wordt geregistreerd. Dit is de kerntaak niet-cliëntgebonden voorlichting en betreft het beantwoorden van vragen over mensenhandel die niet specifiek over een (geregistreerd) slachtoffer gaan. De grafiek laat zien dat de Helpdesk regelmatig advies geeft m.b.t. een niet-geregistreerd mogelijk slachtoffer en ook dikwijls informatie over mensenhandel verstrekt. Dit laatste gebeurt veelal aan studenten met vragen over mensenhandel i.v.m. afstudeeropdrachten. Het zijn veelal particulieren en hulpverlenende instanties die de Helpdesk benaderen voor advies en/of overleg m.b.t. eventueel slachtofferschap en bestaande mogelijkheden om iets aan de situatie te veranderen. Onderstaande tabel geeft geen inzicht in de tijdsinvestering per vraag. Sommige vragen kunnen afgehandeld worden door een passende doorverwijzing te doen; andere vragen zijn arbeidsintensiever omdat er bijvoorbeeld opvang gezocht moet worden voor een persoon die in latere instantie geen slachtoffer van mensenhandel blijkt te zijn. Grafiek 1: Niet-cliëntgebonden informatie- en adviesvragen in de periode januari t/m 31 maart 215 CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 17 van 27

19 BIJLAGEN Bijlage 1a: Overzicht nationaliteiten uitgesplitst naar geslacht Nationaliteit Aantal Vrouwen Aantal Mannen Totaal aantal Afghanistan 3 3 Benin 1 1 Brazilië 2 2 Bulgarije Burundi 2 2 China Colombia 1 1 El Salvador 1 1 Ghana 1 1 Guatemala 1 1 Guinee 2 2 Guinea-Bissau 1 1 Hongarije 8 8 India 4 4 Indonesië 1 1 Irak 1 1 Italië 1 1 Kameroen 1 1 Kongo 1 1 Litouwen 1 1 Maleisië 1 1 Marokko Nederland Nigeria Oeganda 1 1 Oekraïne 1 1 Onbekend Polen 3 3 Roemenië 3 3 Rusland 2 2 Senegal 1 1 Sierra Leone 2 2 Somalië 1 1 Tanzania 1 1 Tsjechië 1 1 Vietnam Eindtotaal Bijlage Tabel 1a: Nationaliteiten mannen en vrouwen aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 18 van 27

20 Bijlage 1b: Overzicht nationaliteiten van vrouwen onderverdeeld naar minder- /meerderjarigheid Nationaliteit Vrouwen Aantal Vrouwen 18- Aantal Vrouwen 18+ Aantal vrouwen leeftijd onbek. Totaal aantal vrouwen Benin 1 1 Brazilië 2 2 Bulgarije Burundi China Colombia 1 1 Ghana 1 1 Guatemala 1 1 Guinee Guinee-Bissau 1 1 Hongarije 8 8 Indonesië 1 1 Irak 1 1 Italië 1 1 Kongo 1 1 Litouwen 1 1 Maleisië 1 1 Marokko 4 4 Nederland Nigeria Oeganda 1 1 Oekraïne 1 1 Onbekend Polen Roemenië 3 3 Rusland 2 2 Senegal 1 1 Sierra Leone 2 2 Somalië 1 1 Tanzania 1 1 Tsjechië 1 1 Vietnam Eindtotaal Bijlage Tabel 1b: Nationaliteiten van vrouwen onderverdeeld in minder- en meerderjarig aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 19 van 27

21 Bijlage 1c: Overzicht nationaliteiten van mannen onderverdeeld naar minder- /meerderjarigheid Nationaliteit mannen Aantal mannen 18- Aantal mannen 18+ Aantal mannen leeftijd onbek. Totaal aantal mannen Afghanistan 3 3 Bulgarije 1 1 China 1 1 El Salvador 1 1 India 4 4 Kameroen 1 1 Marokko 4 4 Nederland 1 1 Nigeria 4 4 Onbekend Vietnam 3 3 Eindtotaal Bijlage Tabel 1c: Nationaliteiten van mannen onderverdeeld in minder- en meerderjarig aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 2 van 27

22 Bijlage 2: Leeftijden, algemeen en uitgesplitst naar vrouwen en mannen Leeftijd onb. Bijlage Tabel 2a: Leeftijden van mogelijke slachtoffers aangemeld in de periode 1 jan. t/m 31 maart Leeftijd van vrouwen onb. Bijlage Tabel 2b: Leeftijden van vrouwen aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 3,5 3 2,5 2 1,5 1,5 Leeftijd van mannen onb. Bijlage Tabel 2c: Leeftijden van mannen aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 21 van 27

23 Bijlage 3: Nationaliteiten van cliënten met een 1 e opvangverzoek Vrouw Aantal opvangverzoeken Man Aantal opvangverzoeken Nederland 11 Nigeria 3 Hongarije 4 India 2 Nigeria 4 Marokko 2 Onbekend 4 Nationaliteit 1 1 Marokko 3 Nationaliteit 2 1 Brazilië 2 Onbekend 1 Roemenië 2 Rusland 2 Burundi 1 China 1 Guatemala 1 Guinee 1 Guinee-Bissau 1 Indonesië 1 Oeganda 1 Sierra Leone 1 Vietnam 1 Totaal 41 Totaal 1 Bijlage Tabel 3: Nationaliteiten van cliënten met een 1 e opvangverzoek aangemeld in de periode 1 januari t/m 31 maart 215 NB: Om traceerbaarheid van aangemelde (mogelijke) slachtoffers te vermijden is de nationaliteit van 2 mannen met een opvangverzoek niet opgenomen in bovenstaande tabel. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 22 van 27

24 Bijlage 4: Overzicht Aanmelders Per 1 januari 213 is de Nationale Politie van start gegaan. Er zijn 1 politie-eenheden. CoMensha registreert het politie-eenheidgebied van waaruit de cliënt wordt aangemeld. Dit hoeft niet per se door de politie te zijn gedaan, ook andere instanties melden cliënten aan. CoMensha hanteert de 1 regionale eenheden van de politie als geografische regio s om onderscheid te kunnen maken vanuit welk deel van Nederland de cliënten worden aangemeld. Politie-eenheden 1 Geografische Politie-eenheden 1 Noord-Nederland 2 Oost Nederland 3 Midden-Nederland 4 Noord Holland 5 Amsterdam 6 Den Haag 7 Rotterdam 8 Zeeland-West Brabant 9 Oost-Brabant 1 Limburg Bijlage tabel 4a: Nieuwe politiegebieden per 1 januari 213 De districten van de KMar en ISZW hebben andere grenzen dan die van de politie. Het is daardoor niet altijd mogelijk om bij aanmeldingen van de KMar en ISZW het juiste gebied binnen de indeling van politie-eenheden te registreren. CoMensha heeft daarom in haar registratie de districten van de KMar en ISZW ook ingevoerd als geografisch gebied van aanmelding. Op deze manier wordt toch inzichtelijk gemaakt in welke regio s de (mogelijke) slachtoffers die door de KMar worden aangemeld zijn aangetroffen. In de volgende tabellen vindt u het overzicht van de KMar districten en de ISZW-districten. De KMar-districten 1 District Noordoost 2 District Schiphol 3 District West 4 District Zuid Bijlage tabel 4b: Districten Koninklijke Marechaussee De ISWZ-districten 1 ISZW Arnhem 2. ISZW Amsterdam 3. ISZW Den Haag 4. ISWZ Eindhoven Bijlage tabel 4c: ISZW-districten Soms worden cliënten door meer dan één instantie aangemeld, bijvoorbeeld door de politie én door een advocaat. CoMensha registreert beide aanmelders in het dossier van de cliënt. In onderstaande tabellen wordt aangegeven door wie cliënten voor de eerste keer zijn aangemeld (1 e aanmelding) en door wie cliënten voor de tweede maal (2 e aanmelding) worden aangemeld. Het betreft hier nieuwe cliënten die in rapportageperiode zijn aangemeld en/of herhaald zijn aangemeld. Zie ook paragraaf 2.3. Aanmelders. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 23 van 27

25 1 e Aanmeldorganisatie Geografisch gebied Politie KMar ISZW Overig Totaal Amsterdam Den Haag Landelijk Limburg Midden-Nederland Noord Holland Noord-Nederland Oost Brabant Oost-Nederland Rotterdam Zeeland-West Brabant 6 6 Kmar regio's KMar district Noord-Oost KMar district Schiphol KMar district West KMar district Zuid ISZW regio's Inspectie SZW Amsterdam Inspectie SZW Arnhem Inspectie SZW Den Haag Inspectie SZW Eindhoven Internationaal Melding vanuit Buitenland Totaal Bijlage tabel 5a: overzicht 1 e aanmeldorganisaties uitgesplitst naar geografisch gebied in de periode van 1 januari t/m 31 maart 215 NB: Onder Overig vallen de aanmelders advocatuur, opvanginstelling, jongereninstelling, regiocoordinatie en overige aanmelders. Mannen en vrouwen 2 e Aanmeldorganisatie Geografisch gebied Politie KMar ISZW Overig Totaal Amsterdam Den Haag Landelijk Limburg 1 1 Midden-Nederland Noord Holland Noord-Nederland 2 2 Oost Brabant Oost-Nederland Rotterdam Zeeland-West Brabant Kmar regio's CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 24 van 27

26 KMar district Noord-Oost KMar district Schiphol KMar district West KMar district Zuid Inspectie SZW Amsterdam Inspectie SZW Arnhem Inspectie SZW Den Haag Inspectie SZW Eindhoven Internationaal Melding vanuit Buitenland Totaal Bijlage tabel 5b: overzicht 2 e aanmeldorganisaties uitgesplitst naar geografisch gebied in de periode van 1 januari t/m 31 maart 215 NB: Onder Overig vallen de aanmelders advocatuur, opvanginstelling, jongereninstelling, regiocoordinatie en overige aanmelders. CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 25 van 27

27 Colofon Dit is een periodieke uitgave van CoMensha Coördinatiecentrum Mensenhandel Deze uitgave is ook via de website van CoMensha te downloaden Uitgave Januari tot en met maart 215 Postadres Barchman Wuytierslaan LH Amersfoort Auteursrecht U mag het cijfermateriaal uit deze rapportage gebruiken onder vermelding van de bron. Meer informatie Met vragen kunt u terecht bij: info@comensha.nl Publicatienummer CoMensha Rapportage januari t/m maart 215 Pagina 26 van 27