HOOGTE VAN DE BOETE Bij inkeer op basis van artikel 65 ALB blijft de oplegging van een vergrijpboete achterwege.

Transcriptie

1 ARUBA Artikel 65 ALB Ingeval een belastingplichtige of inhoudingsplichtige alsnog een juiste en volledige aangifte doet, dan wel juiste en volledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen verstrekt, vóórdat hij weet of redelijkerwijze moet vermoeden dat een of meer ambtenaren van de belastingdienst de onjuistheid of onvolledigheid bekend is of bekend zal worden, blijft het opleggen van een vergrijpboete achterwege. Artikel 68 lid 3 ALB Het eerste en tweede lid blijven buiten toepassing, indien degene op wie de verplichting rust, alsnog een juiste en volledige aangifte doet of juiste en volledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen verstrekt, voordat hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de Inspecteur de onjuistheid of onvolledigheid bekend is of bekend zal worden. Bij inkeer op basis van artikel 65 ALB blijft de oplegging van een vergrijpboete achterwege. Bij inkeer op basis van artikel 68 lid 3 ALB bedraagt de verzuimboete op grond van artikel 55 ALB jo. paragraaf 24 Boete Beleid Belastingdienst Aruba 2004 ten hoogste 5 procent met een maximum van AWG. Dit ziet op de situatie dat de belastingplichtige na inkeer (door bijvoorbeeld alsnog in een verlieslijdende positie te verkeren) geen belasting hoeft te betalen. De wetgever acht dan een boete op zijn plaats. Artikel 13 lid 4 ALB stelt dat de bevoegdheid tot het opleggen van een navorderingaanslag door verloop van tien jaar na het ontstaan van de belastingschuld vervalt. Wanneer het gaat om een bestanddeel van het voorwerp van enige belasting dat in het buitenland wordt gehouden of is opgekomen, vervalt de bevoegdheid tot navordering door verloop van twaalf jaren na het tijdstip waarop de belastingschuld is ontstaan.

2 CURACAO NIEUW Artikel 26 ALL Ingeval een belastingplichtige of inhoudingsplichtige alsnog een juiste en volledige aangifte doet dan wel juiste en volledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen verstrekt vóórdat hij weet of redelijkerwijze moet vermoeden dat een of meer ambtenaren van de Belastingdienst de onjuistheid of onvolledigheid bekend is of bekend zal worden, wordt in plaats van een vergrijpboete een verzuimboete opgelegd van ten hoogste 15%. Artikel 26A lid 1 ALL Indien een belastingplichtige alsnog een juiste of volledige aangifte doet, dan wel juiste en volledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen verstrekt vóórdat hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de Inspecteur met de onjuistheid of onvolledigheid bekend is of bekend zal worden, wordt geen boete opgelegd. TARIEF Op grond van artikel 24 lid 6 Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 is de hoogte van de belasting afhankelijk van de periode waarin de inkeer geschiedt. Indien op grond van artikel 26A ALL inkomen wordt aangegeven, worden bij de navordering, in afwijking van het eerste lid, de zuivere opbrengsten uit de inkomensbronnen waarover geen belasting is geheven, belast naar een tarief van: a. 10% in de eerste twee kwartalen; b. 20 % in het derde kwartaal; en c. 25 % in het vierde kwartaal; na de inwerkingtreding van artikel 26A ALL. Er is dus een speciaal laag tarief van toepassen over alle inkomsten waarover inkomstenbelasting verschuldigd zou zijn. Een boete is niet verschuldigd. Navorderingstermijn is in beginsel 10 jaar wanneer het gaat om een bestanddeel dat in Curaçao gehouden werd. Wanneer het gaat om een bestanddeel dat in het buitenland wordt gehouden of is opgekomen is de navorderingstermijn 15 jaar nadat de belastingschuld is ontstaan.

3 BES-EILANDEN Art Belastingwet BES: Ingeval een belastingplichtige of inhoudingsplichtige alsnog een juiste en volledige aangifte doet dan wel juiste en volledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen verstrekt vóórdat hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de inspecteur de onjuistheid of onvolledigheid bekend is of bekend zal worden, wordt in plaats van een vergrijpboete een verzuimboete opgelegd van ten hoogste 15% van de belasting die op grond van de juiste en volledige aangifte of juiste en volledige inlichtingen is verschuldigd. Art. 8:74 lid 4 Belastingwet BES: Het recht tot strafvervolging op voet van dit artikel vervalt indien degene op wie de verplichting rust alsnog een juiste en volledige aangifte doet of juiste en volledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen verstrekt voordat hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de inspecteur of een van de in artikel 8.79, eerste lid, bedoelde ambtenaren en personen de onjuistheid of onvolledigheid bekend is of bekend zal worden. De hoogte van de boete is afhankelijk van hoe de gedraging waardoor de belastingopbrengst is misgelopen geïnterpreteerd moet worden. De boete ziet op de misgelopen belasting van het laatste jaar. Op grond van art jo jo. Art. 9 BBBB bedraagt het tarief van de boete bij: - Grove schuld: 5% - Opzet: 10% - omvangrijke fraude of recidive: 15% De termijn van de navordering is 5 jaar bij een bestanddeel wat is opgekomen of gehouden binnen de BES-eilanden. De termijn van navordering van een bestanddeel wat is opgekomen of gehouden buiten de BES-eilanden is 12 jaar.

4 NEDERLAND Artikel 67n AWR 1.Wanneer de belastingplichtige uiterlijk twee jaar nadat hij een onjuiste of onvolledige aangifte heeft gedaan of aangifte had moeten doen, alsnog een juiste en volledige aangifte doet, dan wel juiste en volledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen verstrekt vóórdat hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de inspecteur met de onjuistheid of onvolledigheid bekend is of bekend zal worden, wordt geen vergrijpboete opgelegd. 2.Ook na het verstrijken van de in het eerste lid bedoelde termijn van twee jaar is het alsnog doen van een juiste en volledige aangifte, dan wel het verstrekken van juiste en volledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen door de belastingplichtige vóórdat hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de inspecteur met de onjuistheid of onvolledigheid bekend is of bekend zal worden, een omstandigheid die aanleiding geeft tot matiging van de vergrijpboete. Artikel 69 AWR 3. Het recht tot strafvervolging op de voet van dit artikel vervalt, indien de schuldige alsnog een juiste en volledige aangifte doet, dan wel juiste en volledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen verstrekt vóórdat hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat een of meer van de in artikel 80, eerste lid, bedoelde ambtenaren de onjuistheid of onvolledigheid bekend is of bekend zal worden. Indien binnen twee jaar nadat aangifte gedaan had moeten worden ingekeerd wordt, blijft de vergrijpboete achterwege. Na deze periode is er een vergrijpboete die gematigd moet worden op grond van geldend beleid, Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst paragraaf 7. De vergrijpboete kan in zo'n geval worden gematigd tot 10 procent van het wettelijk maximum (300%) De hoogte van de boete bedraagt bij inkeer twee jaar nadat het feit heeft plaats gevonden 30% van de belasting die betaald had moeten zijn. De navorderingstermijn is bij inkomen opgekomen of gehouden in Nederland vijf jaar. Bij inkomen opgekomen of gehouden in het buitenland is deze termijn twaalf jaar.

5 Staten Aruba BES-eilanden Curaçao Nederland Boete In specifieke gevallen 5 procent met een maximum van AWG. Termijn Intern 10 jaar; extern 12 jaar Tarief Normaal tarief Gedragingafhankelijk; 5%, 10%, 15% Intern 5 jaar; extern 12 jaar Normaal tarief Geen Intern 10 jaar; extern 15 jaar Speciaal tarief naar periode; 10%, 20%, 25% Eerste 2 jaar geen, na 2 jaar 30% Intern 5 jaar; extern 12 jaar Normaal tarief