B-16. In verband eet bovenstaande regeling zij nog verwezen naar art. 6, vierde lid, onder b 2~, en art. 9, eerste lid, onder
|
|
- Bruno van den Berg
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 B-16 de personencontrole vanwege de l!aterschout te Gent. De Waterschout te Gent treedt in deze gevallen derhalve op als hoofd van de Benelux-doorlaatpost Gent-Terneuzen (ambulant). ~. Ten aanzien van schepen die niet of anders dan rechtstreeks uit open zee naar Belgisch gebied varen, en ten aanzien v~n schepen die niet of anders dan rechtstreeks uit Belgisch gebied naar op~n zee varen, geschiedt de personencontrole vanwege de Koninklijke Marechaussee te Terneuzen. De daartoe aangewezen acbtenanr der Konink~ijke Marechaussee te Terneuzen treedt in deze gevallen derhalve op als hoofd van de Benelux-doorlaatpost Gent-Terneuzen (aebulant~~) ~. Een schip wordt voor de toepassing van deze regeling geacht rechtstreeks uit open zee naar Belgisch gebied, c.q. uit Belgisch gebied naar open zee te varen, indien op Nederlands gebied generlei personenverkeer Det de wal plaatsvindt. De d~strictsco~andant der Koninklijke Marechaussee te Terneuzen en de Waterschout te Gent hebben t~r verzekering van G'.'Il goede samenwerking met het oog op de uitvoerine- Ü8r Benelux-personencontrole op de opvarenden van z00sch8pon Gen regeling getroffen, waarvan de tekst is opg&~ocen in bijlage B 2 bij deze circulaire. In verband eet bovenstaande regeling zij nog verwezen naar art. 6, vierde lid, onder b 2~, en art. 9, eerste lid, onder e b 2-, VV. Hoofdstuk VII. Het stellen van aantekeninken in docudenton voor grensoverschrijding Art. 75 Vb geeft een limitatieve opsocming van de ~ant~keningen, welke door de ~lbtenaren, belast met de grens bewaking in de reis- en identiteitspapieren van vreemdelingen Dogen worden - C'c2teld - ~) De gezagvoerders van schepen die anders dan rechtstreeks uit Belgisch gebied naar open zee varen. behoeven derhalve vp~ hun vertrek geen kennis te geven aan het Waterschoutsacbt te Gent
2 B-17 gesteld. Andere dan de voorgeschreven aantekeningen Dogen derhalve niet in zodanige documenten worden geplaatst. Genoend artikel (steunende op art. 20 Vw) is nader uitgevoerd bij de art t vv. doorlaat stempels gevallen vtaarin geen doorlaatstempel wordt geplaatst Artikel 10, eerste lid, VV bepaalt dat in document.;m voor grensoverschrijding te stellen aantekenin8en omtrent inrcis in of uitreis uit Nederland moeten vermelden langs welke doorlaatpost en op welke datum de in- of uitreis heeft plaatsgevonden. Voor het stellen van deze aantekeningen wordt gebruik Gemaakt van zgn. IIdoorlaatstcI:lpelslt, die de vereiste gegevens bevatten. Deze stempels moeten zodanig worden gepl~atst dat zij goed leesbaar zijn en dat, overigens rekening houdend Met de overzichtelijkheid, zo weinig mogelijk ruimte i~ het document in beslag wordt genomen. Nimmer mogen aanteke:rin88n worden gesteld in paspoorten, afgegeven door een niet door Ned"erland erkende regering of staat. Houders van d.)or zodanige regering of staat afgegeven reispapieren dienen, 011 toçgang tot Nederland te hebben, tev~ns in het bezit te zijn V:ln ee:n afzonderlijke machtiging tot voorlopig verblijf in N'3derland, een visurnverklaring of een transitvisudverklaring; het doorlaatstempel behoort in voorkoi:lendegevallen steeds op laatstbedoelde documenten te worden aangebracht. Bepaalde identiteitspapieren van zeelieden bieden niet voldoende ruii:ltevoor het plaatsen van doorlaat stempels, zoals British Seanan's Cards. Betreft het zeelieden die op grond van zodanig document toegang tot Nederland hebben, dan wordt het stempel bij voorkeur geplaatst in een in het bezit van de vreemdeling zijnd monsterboekje (bijvoorbeeld het Discharge Book of Record Book voor Britse zeelieden). Maakt de be+'reff~nde vreemdeling daarteg8n bezwaar of is hij niet in het bezit van zulk een monsterboekje, dan kan de aantekening worden gesteld op een afzonderlijk vel papier. In art. 10, leden 2-4, VV zijn ae gevallen bepaald waarin geen aantekeningen omtrent in- of uitreis in de docuden~en voor grensoverschrijding van vreendelingen dienen te wo~den geplaatst (zie in dit verband ook Deel I, onder BIl. van de Benelux Verzameling Voorschriften). - Voorts-
3 --- B-18 controle bij uitreis aantekeningen omtrent doel en duur verblijf, alscede middelen van bestaan Voorts behoeft geen doorlaatstempel te worden geplaatst in het docuoent voor grensoverschrijding van vredodelingen die ~. regeluatig via dezelfde doorlaatpost van en naar het Duitse grénsgebied Nederland in- en uitreizen en ~. bij het personeel dat deze doorlaatpost bedient te goeder naad en faad bekend staan. In zodanige gevallen kan in het grensoverschrijdingsdocwoent van de vreemdeling de aantekening worden gesteld: ItBeen aantekening bij in- en uitreis langs de doorlaatpost..... It. Voor deze feciliteit zullen o.e. in aancerking komen gezinsleden v~n in het grensgebied gestationeerde Britse oilitairan. Voorts woroen ~eeu doorla~tstempels gesteld in de èocmnenten voor grensoverschrijding van vreemdelingen die deel uitd~ken vnn Dilitaire transporten (zowel Dilitairen als burgers), welke zonder oponthoud door Nederland transiteren (o.a. Brits gilitair vervoer - leave trains). Het bepaalde in art. 10, vijfde lid, VV inzake het stellen van een aantekening in het document voor grensoverschrijding o~tr nt het a~ntal inreizende personen dat in het docuoent is bijgeschreven of opgenomen, heeft tot doel oe bij uitreis te kunnen ~agaan of alle op grond van het docucent Nederland binnengekoden vreecdelingen ook weer in gezelschap van de houder daarvan uitreizen. Blijkt zulks niet het geval te zijn dan wordt - Dede door ondervraging van de houder van het paspoort, of van de reisleider indien het een collectief paspoort betreft,- een onderzoek ing~steld naar de reden daarvan, waarbij zo Dogelijk de verblijfplaats van de ontbrekende vreecdeling(en) moet worden vastgesteld. In daarvoor in aancerking komende gevallen wordt onverwijld een exe~plaar van het terzake opgeoankte rapport toegezonden aan het hoofd van plaatselijke politie van de (vercoedelijke) verblijfplaats van de achtergeblevene(n). Overigens kan op de vor~nbedoeld~ grond aan de houder van het document niet de uitreis uit Nederland worden gewei~erd. Art. 11 VV bepaalt dat de ambtenaren, belast met de grensbewaking, in het document voor grensoverschrijding van een vreelldeling een aantekening omtrent het doel en de duur van diens voorgenomen verblijf, alsmede octrent diens ciddelen van besta~n, stellen, indien daartoe naar hun oordeel in het belang - van -
4 - - u B-19 aantekeningen omtrent aanmelding van het toezicht op vreemdelingen gegronde reden bestaat. Het is de bedoeling dat zodanige aantekeningen voorshands alleen in bijzondere gevallen in reispapieren van ons land binnenreizende vreemdelingen zullen worden aangebracht, met name indien er aanleiding bestaat om te twijfelen of de door de vreemdeling ingevolge art. 23, eerste lid, onder ~ of~, Vb terzake verstrekte inlichtingep juist zijn, zonder dat er nochtans voldoende grond voor weigering ~ de toegang aanwezig is (bijvoorbeeld indien het betreft een vreemdeling die verklaart op familiebezoek te komen, terwijl aan de hand van de in zijn paspoort vermelde gegevens het vermo.eden bestaat dat hij zal trachten tijdens zijn verblijf hier te land arbeid te gaan zoeken). In zodanige gevallen dient overigens inde regel op de wijze, voorgeschreven in peel H, ~nder 1, van deze circulaire contact te worden opgenomen met de hoofdafdeling Vreemdelingenzaken en Grensbewaking van het ministerie van Justitie. Wordt toestemming tot het verlenen van de toegang tot Nederland aan de des betreffende vreemdeling verleend, dan zullen vanwege het minfsterie tevens de nodige aanwtjzingen worden gegeven omtrent de vraag of e~n aantekening als hierbedoeld in het document voor grens overschrijding moet worden geplaatst en hoe deze aantekening dient te luiden. Art. 12, eerste lid, VV bevat ten aanzien van het stellen van een aantekening omtrent aanmelding' bij eed hoofd van plaatselijke politie in het document voor grensoverschrij~g val} de vreemdeling, een overeenkomstige bepaling als in art. 11 VV moetbetrekking tot het stellen van aantekeningen omtrent doel en duur van het verblijf en omtrent middelen van bestaan is opgenomen. Terzake worde verwezen naar hetgeen daaromtrént hierboven is vermeld. In het tweede en het _derde lid van art. 12 VV wordt bepaald'-hoe.de aantekening omtrent aanmelding welke wordt gesteld in het paspoort of andere reis papier van de vreemdeling, onderscheidenlijk in een aan deze uitgereikt "bijzonder doorlaatbewijs'" moet luiden (voor wat betreft de afgifte van bijzondere doorlaatbewijzen. ziedeeic,- Hoofdstuk lil, van deze circulaire, alsmede Deel I. onder B lil van, de Benelux Verzameling Voorschriften). Eerste wijziging - In -
5 B-20 aantekening omtrent het we,igeren van toegang t In alle gevallen~ waarin krachtens art. 12 VV een verpliê"hting tot aanmelding wordt opgelegd dient daarvan door de grensb,:wakingsambtenaar kennis te worden gegeven aan het desbetreffende hoofd van plaatselijke politie. De vreemdeling die een verplichting tot aanmelding als vorenbedoeld niet nakomt is strafbaar ingevolge art. 68 Vb~ juncto art. 44~ eerste lid~ Vw. Voor de te stellen aantekening omtrent aanmelding in reisdocumenten van vreemdelingen die Nederland willen binnenreizen zonder de vereiste machtiging tot voorlopig' verblijf~ doch aan wie nochtans toegang tot ons land wordt verleend~ zie Deel C ~ Hoofdstuk III~ en Deel G~ onder 4~ punten 2B en 7~ van deze circulaire. Ingevolge art. 13~ eerste lid~ VV zijn de ambtenaren~ belast met de grensbewaking~ bevoegd in het doc.urnent voor grens overschrijding van een vreemdeling~ aan wie de toegang tot Nederland wordt geweigerd~ een aantekening omtrent die weigering te stellen. Dit dient alleen te geschieden indien er gegronde reden bestaat om te vermoeden dat de vreemdeling andermaal zal trachten Nederland binnen te komen zonder aan de vereisten voor het hebben van toegang tot Nederland te voldoen. Aangezien een aantekening als hier bedoeld voor de vreemdeling een aanmerkelijk inconvenient kan opleveren~ dient slechts in sprekende gevallen een aantekening omtrent weigering in het reispapier van de vreemdeling aan te brengen. In dit verband valt met name te denken aan: ~. werkzoekende vreemdelingen, met uitzondering van werkzoekende E.E.G.-onderdanen, in het bijzonder indien het personen betreft die aanvankelijk opgaven voor toerisme of familiebezoek e.d. naar ons land te komen, doch ten aanzien van wie bij nader onderzoek bleek, dat hun werkelijke reisdoel het zoeken van werk was; h vreemdelingen ten aanzien van wie uit een signal~ring of anderszins blijkt dat zij eerst kort geleden uit Nederland werden verwijderd en die - zonder aan de terzake gestelde voorwaarden te voldoen - opnieuw toegang tot Nederland trachten te verkrijgen (komt in het reispapier van zodanige vreemdelingen reeds een aantekening omtrent hun verwijdering voor - zie art. 14 VV - dan zal het stellen van een aantekening omtrent weigering van toegang in de regel niet nodig zijn). - Overwogen- 13e wijze Vc.
6 B-21 aantekeningen omtrent v~rwijdering het tijdelijk in bewaring nemen van documenten voor grensoverschrijding Eerste wijziging Overwogen wordt in Beneluxverband een Deer gedetailleerde regeling ontrent het plaatsen van weigeringsstempels in reispapier~l van vreemdelingen vast te stellen. In afwachting hiervan ware, indien de toepassing van art. 13VV tot vragen of moeilijkheden aanleiding geeft - eventueel op de wijze voorgeschreven in Deel H, onder 1, van deze circulairecontact op te nenen.met de hoofdafdeling Vreemdelingenzaken en Grensbevaking van het ministerie van Justitie, teneinde te vernemen hoe moet worden gehandeld. Art. 13, tweede lid, VV bepaalt hoe de aantekening omtrent het weigeren van toe~ang dient te luiden. Op het stellen van. aantekeningen omtrent verwijdering door de ambtenaren, belast met de grensbewaking, in het document voor grensovers~hrijding van vreemdelingen heeft art. 14 VV betrekking. Nadere aanwijzingen omtrent de toepassing van deze bepaling worden gegeven in Deel E van deze ciroulaire (zie ~ok art. 45, vijfde lid, vv). Art. 14, tweede lid, VV bepaalt hoe de desbetreffende aantekening dient te luiden. Zoals uit art. 15 VV blijkt, mogen docucenten voor grensoverschrijding van vreemdelingen door de ambtenaren, belast met de grensbewaking, uitsluitend in twee gevallen tijdelijk in bewaring worden genomen, te wetens ~. ingevolge algemene of bijzondere ~anwijzing van de Minister van Justitie en ~. voor zover dit nodig is Det het oog op de uitzetting, of de overgave aan de buitenlandse grensautoriteiten, van de vreemdeling. Algemene aanwijzingen, als. bedoeld onder ~, zullen worden gegeven indien daaraan. in de praktijk behoefte mooht blijken te bestaan. Bijzondere aanwijzingen terzake kunnen worden gegeven in incidentele gevallen, met name bij het nemen van beslissingen omtrent het verlenen van toegang aan vreemdelingen, welke door ambtenaren, belast net de grenábewaking, op de in Deel H, onder 1, van deze circulaire voorgeschreven. wijze worden gevraagd. Nadere aanwijzingen omtrent. de toepassing van art. 15 VV in gevallen, als hierboven onder ~ bedoeld, worden gegeven in Deel E van deze circulaire.
7 B-22 Hoofdstuk VIII. Het kleine grensverkeer algemeen bevoegdheid tot het v:erlenen enz. van documenten geldigheidsduur der documenten gronden tot weigering van het verlenen of het verlengen dan wel tot het intrekken van documenten Het kleine grensverkeer wordt geregeld bij de op 3 juni 1960 ; te Bonn gesloten overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake het kleine grensverkeer (~. 190, 162) en de ter uitvoering van deze overeenkomst en van art. 3, eerste lid, onder ~, Vw vastgestelde artt Vb (zie in dit verband ook art. 4, onder ~ en.!l,alsmede bijlage 3a onder "Duitsland"en bijlage 3b onder E, VV). De tekst van genoemde overeenkomstis, voorzien van een toelichting op de onderscheideneartikelen, opgenomen in bijlage ~ bij deze circulaire. Daarbij zijn ook aanwijzingen gegeven omtrent de toepassing van de bepalingen van de overeenkomst. ltrt. 33 Vb bepaalt wie - van Nederlandse zijde - bevoegd zijn tot het verlenen, of het verlengen van de geldigheidsduur, van vergunningen als bedoeld in art. 3 van de overeenkomst, tot het verlenen van doorlaatbewijzen als bedoeld in art. 13 van de overeenkomst, alsmede tot het intrekken van vergunningen en grenskaarten. Tot het verlenen of het verlengen is bevoegd de brigadecommandant der Koninklijke Marechaussee in wiens bewakingskring de aanvrager woonachtig is, de bevoegdheid tot het intrekken berust bij de brigadecommandant die het document heeft verleend of de geldigheidsduur ervan heeft verlengd. Voor de geldigheidsduur van vergunningen, grenskaarten en doorlaatbewijzen: zie de artt. 4 en 13 van de overeenkomst, alsmede de op die artikelen gegeven toelichting. Het verlenen, of het verlengen van de geldigheidsduur, van vergunningen, grenskaarten of doorlaatbewijzen kan uitsluitend worden geweigerd op de gronden genoemd in art. 34 VbJ intrekking van vergunningen of grenskaarten mag alleen geschieden op de in art. 35 Vb genoemde gronden. In beide artikelen wordt onderscheid gemaakt tussen gevallen waarin de weigering of de intrekking moet plaats vinden en gevallen waarin weigering of intrekking kan geschieden. Op de gronden, genoemd in art. 34, eerste lid, en art. 35, eerste lid, Vb moet weigering onderscheidenlijk intrekking plaats vinden, aangezien anders in - strijd- Eerste wijziging
8 :8-23 strijd zou worden gehandeld met de overeenkomst verband de artt. 1 en 6 van de overeenkomst). genoemd (zie in dit Op de gronden in art. 34, tweede lid en art. 35, tweede lid, Yb vindt weigering, onderscheidenlijk intrekking plaats indien daartoe naar het oordeel van de brigadecommandant, na afweging van alle betrokken belangen, voldoende ernstige redenen aanwezig zijn (zie in dit verband de toeliohting bij art. 6 van de overeenkomst). Voor de afgifte of de verlenging van documenten ten behoeve van het kleine grensverkeer worden van Nederlandse zijde geen bedragen geheven. Vereisten vaar- De brigadeoommandant kan op grond van de artt. 34 en 35 Vb a6~ E&n ba8chik- K, 1=-- ~g vau.'~ \.le - drielrleivoor de bela.nghebbendeongunstigebesohikkingen brigadecomman- gev0n, te weten: <lantmo~t voldoen ~. weigering om een document uit te reiken of de geldigheidsduur ervan te verlengen; k. verlening van sen document, of verlenging van de geldigheidsduur ervan, onder afwijking van de aanvraag van de belanghebbende; ~. intrekking van een document. De voor daze beschikkingen te bezigen modellen zijn Qp'g~nomen in de bijlagen B 3, onder a.-o,van deze oiroula.b:g Ingevolge art. 31, tweede lid, Yb moet de beschikking met redenen.zijn omkleed. De m9tlverlng dient ui ts1'&ard ln de eerste plaats om de belanghebbende in te liohten over de achtergrond van de voor hem ongunstige besliamlng$ G~zian de voor hem bestaande mogelijkheid om tegen de beaohikk:lng in beroep te gaan (arto 36, eerste lid, Yb) ~al het mohrif~ telijke stuk waarin de beschikking is neergelegd eohter teven$ de grondslag kunnen gaan vormen vad een geding tuwaen de belanghebbende en de brigadeoommandanto Ook met het oog hierop dient aan de motivering van de besohikking de nodiga zorg te worden besteed. De motivering moet in het model, opgenomen in bijlaga B 3~a, worden geplaatst na de woorden "overwegende, dat", in het model, opgenomen in bijlage B 3-b na "aangezien"; in hat in bijlage B 3-0 opgenomen model na "omdat". Daarbij gaat het..er -
9 B-24 schriftelijke mededeling van de mogelijkheid tot het instellen van beroep I:. er steeds om, zich er rekenschap van te geven welke feiten er zijn die de voor de belanghebbende ongunstige beslissing rechtvaardigen. Deze feiten moeten in de voor de motivering bestemde ruimte kort worden omschreven, en moeten worden gevolgd door een conolusie die teruggrijpt op een der wettelijke afwijzings- of intrekkingsgronden. Zo zal bijvoorbeeld in het in bijlage B '-a opgenomen model de constatering, dat de aanvrager geen redelijk belang heeft bij het verkrijgen vad een grenskaart, omdat hij in de onmiddellijke nabijheid van een doorlaatpost woont, kunnen worden gevolgd door de aan art. 34, eerste lid, Vb ontleende conclusie, dat hij derhalve niet voldoet aan de bij de overeenkomst inzake het kleine grensverkeer bepaalde voorwaarden. Evenzo kan bijvoorbeeld na vermelding van strafrechtelijke veroordelingen wegens smokkelarij de conclusie volgen, dat verlenging van de geldigheidsduur van een vergunning gevaar zou opleveren voor de openbare orde of niet in het belang van het douanetoezioht zou zijn (art. 34, tweede lid, Yb). In het geval van art. 34, eerste lid, onder b, kunnen de omschrijving van de feiten en het teruggrijpen op de bewoordingen van het Vreemdelingenbeeluit worden gecombineerd tot de eenvoudige constatering, "dat.... (de Duitse autoriteit)op.... (datum)heeft medegedeelddat de aanvrager geen toestemming zal worden verleend tot overschrijding van de grens buiten de doorlaatposten om". De feiten, welke de aanleiding gevormd hebben tot het geven van de beschikking, worden daarin niet vermeld, voor zover daartegen om redenen van nationale veiligheid bezwaar bestaat. Ter uitvoeringvan art. 37, eerste lid, Vb behoort onder elke beschikking die volgens een der voorgeschreven modellen(bijlagén B 3-a, b of c) wordt opgemaakt, de op de achterzijde van dit model opgenomen aantekening te worden geplaatst@ -kennisgeving-
10 B-25 kennisgeving van de beschikking aan de belanghebbende toezending afschrift der beschikking aan Minister van Justitie Gewezen zij nog op de in art. 37, eerste lid, Vb neergelegde verplichting voor de brigadecommandant om de beschikking onveruijld ter kennis van de belanghebbende te brengen. Zulks kan geschieden door uitreiking in persoon dan wel door middel van toezending van de beschikking bij aangetekend schrijven. Van de datum, waarop de beschikking ter kennis van de belanghebbende is gekomen dient - zulks met het oog op het bepaalde in art. 38, tweede lid, Yb - nau~keurig aantekening te worden gehouden in de administratie van de brigadecommandant. Van elke beschikking van een brigadecommandant waarbij wordt geweigerd ~Gn vergunning of een grenskaartte verl~nen, dan wel om de geldigheidsduur daarvan te verlengen, alsmede van beschikkingen waarbij een zodanig document wordt vurleend of verlengd onder van de aanvraag afwijkende beperkingen en van alle beschikkingen waarbij een vergunning of een grenskaart wordt ingetrokken, wordt een afschrift gezonden aan de hoofdafdeling Vreemdelingenzaken en Grensbe\laking van hot ministerie van Justitie. Daarbij dient, voor zover de beschikking betreft een weigering dan wel een verlening of verlenging onder beperkingen, een kopie van het desbetreffende aanvraagformulier te worden medegezonden. Hoofdstuk IX. UitvoerinK van het Nederlands-Duitse Grensverdrag en van het Eems-Dollardverdra~ Op 1 augustus 1963 is in werking getreden het op 8 april 1960 tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland gesloten ~lgemeen Verdrag tot regeling van met de grens verband houdende vraagstukken en andere tussen beide landen bestaande problemen (Trb. 1960, 67). Een onderdeel va~ dit verdrag vormen onder meer het Grensverdrag (~. 1960, 68) en het Eems-Dollardverdrag (~. 1960, 69), welke verdragen - dus -
11 B-26 dus eveneens sedert 1 augustus 1963 van kracht zijn. In bijlage B 4 bij deze circulaire wordt een samenvattend overzicht gegeven van de bepalingen van laatstgenoemde verdragen voor zover deze van rechtstreeks belang zijn voor de uitoefening van do grensbewaking. Daarbij worden tev~ns aanwijzingen omtrent de uitvoering van de terzake betrekkelijke bepalingen van deze verdragen gegeven. Voorts zij in dit verband nog gewezen op het bepaalde in art. 4, aanhef en onder ~ en ~, alsmede in bijlage 3b, onder!, VV~ De 'Minister v~n Justitie, Samkalden
A 5 Toezicht Aantekeninqen in en het tijdelijk in bewarinq nemen van reis- en identiteitspapieren
A 5 Toezicht 44 5 Aantekeninqen in en het tijdelijk in bewarinq nemen van reis- en identiteitspapieren 5.1 Stellen van aantekeninqen 5.1.1 Alqemeen De met de grensbewaking of met het toezicht op vreemdelingen
- geldig - diplomatieke ambtenaren en andere
autoriteiten worden gepleegd. e. Signalering "VMV" Aan visurnplichtige vreemdelingen, wier namen in het Opsporingsregister zijn opgenomen met de aanduiding "vmv" (geen visum verlenen zonder machtiging
7 Gedraesliin bil simaleringen in het o~s~orinesregister
7 Gedraesliin bil simaleringen in het o~s~orinesregister 7.1 Aleerneen - Dit hoofdstuk handelt met name over signaleringen die verband houden met de toepassing van de Vreemdelingenwet. Andere signaleringen
A 4 1. Vreemdelingen aan wie verblijf in Nederland is toegestaan (art Vw)
A 4 1 Hoofdstuk A 4 Toelating INHQUD 1 1.1 1.2 1.3 1.3.1 1.3.2 1.3.3 1.3.4 1.3.5 1.3.6 1.3.7 2 2.1 2.2 Inle_Lding Vreemdelingen aan wie verblijf in Nederland is toegestaan (art. 8-10 Vw) Verblijf in de
Toegang. 1 Inleiding. 3 Grensbewaking 3.1 Algemeen 3.2 Benelux 3.3 Schengen
A3 1 Inleiding 2 tot Nederland 2.1 Algemeen 2.2 Voorwaarden voor binnenkomst 2.2.1 van vreemdelingen die een verblijf van ten hoogste drie maanden of doorreis beogen 2.2.2 van vreemdelingen die een verblijf
(zie A 9 onder 2.3.2).
A 5 Toezicht 37 Staande houden, overbrengen naar en ophouden op een ~laats bestemd voor verhoor Algemeen Bij de uitoefening van het toezicht op vreemdelingen kan het gewenst zijn, dat - steekproefsgewijze
Het betreft hier met name de toepassing van: c. het Voorschrift Vreemdelingen - VV (Stcrt. 1966, 188).
A 1 Inleiding 3 1 Algemeen De Vreemdelingencirculaire 1982, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Justitie van 26 oktober 1982, vormt het geheel van algemene aanwijzingen aan de ambtenaren
4 Ontzeqqinq van verblijf of van verder verblijf aan een bequnstiqde E.E.G.-onderdaan
B 4 Benelux en E.E.G. 5 3 4 Ontzeqqinq van verblijf of van verder verblijf aan een bequnstiqde E.E.G.-onderdaan Onder ontzegging van verblijf wordt hier verstaan: het weigeren van en vergunning tot verblijf
overleg met de vreemdelingendienst ter plaatse waar de vreemdeling werd aangetroffen.
A 6 Uitzetting 2 7 overleg met de vreemdelingendienst ter plaatse waar de vreemdeling werd aangetroffen. Indien de uitzetting van de vreemdeling om enigerlei reden niet onmiddellijk kan worden geëffectueerd,
2 Bezwaar en administratief beroep
Bezwaar en administratief beroep A8/2.1.1 2 Bezwaar en administratief beroep 2.1 Algemeen Onder het maken van bezwaar wordt verstaan: het gebruik maken van de ingevolge een wettelijk voorschrift bestaande
BESCHIKKING VAN DE MINISTERIELE WERKGROEP VOOR HET PERSONENVERKEER VAN DE BENELUX ECONOMISCHE UNIE VAN 28 JUNI 1967
BESCHIKKING VAN DE MINISTERIELE WERKGROEP VOOR HET PERSONENVERKEER VAN DE BENELUX ECONOMISCHE UNIE VAN 28 JUNI 1967 betreffende de verwijdering en de overname van personen M/P (67) 1 (in werking getreden
HOOFDSTUK I BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN. Artikel 1
STAATSBESLUIT van 12 september 1995, ter uitvoering van diverse artikelen van de Vreemdelingenwet 1991"(S.B. 1992 no. 3) (Vreemdelingenbesluit 1995) (S.B. 1995 no. 85). HOOFDSTUK I BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
Bevoegdheid Koninklijke Marechaussee tot inbewaringstelling van vreemdelingen
JU Bevoegdheid Koninklijke Marechaussee tot inbewaringstelling van vreemdelingen Tussentijds Bericht Vreemdelingencirculaire TBV 2003/63 Aan: de Korpschefs Politieregio s de Korpsbeheerders Politieregio
Vreemdelingen op wie het Europees Verdrag betreffende sociale en medische bijstand van toepassing is
Vreemdelingen op wie het Europees Verdrag betreffende sociale en medische bijstand van toepassing is B6 Vreemdelingen op wie het Europees Verdrag betreffende sociale en medische bijstand van toepassing
STAATSBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN
1966 903 Stb. 387 STAATSBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN lo*7 BESLUIT van 19 september 1966 tot uit- ^ voering van de Vreemdelingenwet (Vreemdelingenbesluit). WU JULIANA, BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 51 Wet van 10 februari 2017, houdende tijdelijke regels inzake het opleggen van vrijheidsbeperkende maatregelen aan personen die een gevaar vormen
Vreemdelingencirculaire 2000 Deel A Modellen
1 Vreemdelingencirculaire 2000 Deel A Modellen Versies 1 geldend per 1 april 2013 MigratieWeb ve13000666 Bijgewerkt sinds tekst per 1 januari 2013 (ve13000300) met WBV 2013/4 (ve13000622). [ Voor Bonaire,
B 2 Molukkers 3. 1 Inleidinq
B 2 Molukkers 3 1 Inleidinq Met betrekking tot Molukkers dient onderscheid gemaakt te worden tussen die Molukkers waarop de Wet betreffende de positie van Molukkers van toepassing is, en Molukkers waarop
B 1-1. de Nederlands-Duitse grens (~. 1958, 81).
B 1-1 Rijla~e B 1 bij de Vreemdelin«encirculaire Tekst van - en commentaar op - enige artikelen ván de op 30 mei 1958 te "s-gravenhage gesloten overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de
Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987
Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet van 3 december 1987, Stb. 635, houdende regels betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten Zoals deze is gewijzigd bij de wetten van 02-12-1993(Stb.759)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van Richtlijn 2011/51/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2011 tot wijziging van Richtlijn 2003/109/EG van de Raad teneinde haar
Wet arbeid Vreemdelingen
Wav C22 C22 Wet arbeid Vreemdelingen Wet van 21 december 1994 tot vaststelling van de Wet arbeid vreemdelingen, Stb. 1994,959. Inwerkingtreding 1 september 1995. PARAGRAAF I Begripsbepalingen Artikel 1
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Paragraaf A2/2.2 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden:
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 12799 8 maart 2019 Besluit van de Staatsecretaris van Justitie en Veiligheid van 27 februari 2019, nummer WBV 2019/4,
4 Gevallen waarin uitzetting achterwege blijft
L Gevallen waarin uitzetting achterwege blijft A614.2 4 Gevallen waarin uitzetting achterwege blijft In een aantal gevallen mag geen uitzetting plaatsvinden of moet deze worden opgeschort op grond van
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 2260 29 12 12februari 2009 Besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 20 januari 2009, nr. 2009/3, houdende
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 415 (R1915) Bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN RIJKSWET
plaatselijke politie en de betrokken grensautoriteiten.
Internationale reselinsen inzake de verwiiderins en de overname van personen Alsemeen Het betreft hier in de eerste plaats de regeling inzake de overname van personen in Beneluxverband. Art. 9 van de Overeenkomst
Rapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148
Rapport Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 2 Klacht Op 1 februari 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer Y. te Zwolle, ingediend door de Stichting Rechtsbijstand Asiel
Inleiding Verblijf in de vrije termijn Visa voor kort verblijf Uitgevers (november )
1 Inleiding Verblijf in de vrije termijn Paspoort-, visum- of mw-vereiste Vrijstelling van paspoort-, visum- of mw-vereiste Ontheffing van paspoort-, visum- of mw-vereiste Verplichtingen in verband met
STAATSBLAD VAN HBT KONINKRIJK DER NEDERLANDEN.
STAATSBLAD VAN HBT KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. (F. 521.) BESLUIT van den 16den Augustus 1918, houdende nadere voorschriften betreffende het tooezicht op hier te lande vertoevende vreemdelingen. WIJ WILHELMINA,
opleiding BOA Besluit BOA
Deze reader geeft een overzicht van de die zijn genoemd, versie juni 2005. Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 2 De buitengewoon opsporingsambtenaar die beschikt over: a. een titel van opsporingsbevoegdheid,
Buitenlandse pleegkinderen
Buitenlandse pleegkinderen Buitenlandse pleegkinderen Algemeen Adoptief-pleegkinderen Voorschriften betreffende de behandeling van verzoeken om opneming Voorschriften voor opneming en toelating Voorschriften
Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken
Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend
DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE, Besluit: De Vreemdelingencirculaire 2000 wordt als volgt gewijzigd:
Besluit van de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie van 5 april 2004, nummer 2004/14, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000. DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE,
4 Verzoeken betreffende de vergunning tot verbliif. de vergunnine tot vesti~ing en de toelating als vluchteling (art. 16 Vw jo 52 Vb en 28 W)
4 Verzoeken betreffende de vergunning tot verbliif. de vergunnine tot vesti~ing en de toelating als vluchteling (art. 16 Vw jo 52 Vb en 28 W) Inhoud 4.1 Inleiding 4.2 Het indienen van verzoeken 4.3 Het
Instructie voor ambtenaren Bouw- en Woningtoezicht.
CVDR Officiële uitgave van Deventer. Nr. CVDR14362_1 15 maart 2016 Instructie voor ambtenaren Bouw- en Woningtoezicht. HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 In deze instructie wordt verstaan onder:
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 459 Wet van 6 oktober 1999, houdende wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 met betrekking tot de afgifte en inname van kentekenplaten Wij Beatrix,
3 december 1992, houdende plaatsing in het
Beschikking van de Minister van Justitie van 3 december 1992, houdende plaatsing in het Staatsblad van de tekst van de Wet verontreiniging zeewater (Stb. 1981,695), zoals deze luidt na wijziging krachtens
Hoofdstuk 4 Benelux Economische Unie en Europese Economische Gemeenschap. Verschilpunten Benelux- en E. E. G. -verdrag
Hoofdstuk 4 Benelux Economische Unie en Europese Economische Gemeenschap INHOUD De regelingen De Benelux Economische Unie De Europese Economische Gemeenschap Partijen bij het E.E.G.-verdrag Grondslag en
2.1 Voorschriften voor opneminq en toelatinq voor wat betreft verzoeken om opneming ingediend vanaf 15 juli 1989
B 18 Buitenlandse pleeskinderen 4 Bij de beslissing tot toelating dient door de Minister van Justitie getoetst te worden aan het algemene "aanvaardbare toekomstcriterium". Dit criterium houdt in dat een
Inleiding. 3 De Minister en de Staatssecretaris van Justitie. 1 Algemeen. 2 Indeling
Inleiding Inleiding 1 Algemeen 2 Indeling 3 De Minister en de Staatssecretaris van Justitie 4 De procureurs-generaal, fungerend directeuren van politie 5 De verhouding tussen de Minister van Justitie,
==================================================================== De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder.
Intitulé : Bioscoopverordening Citeertitel: Bioscoopverordening Vindplaats : AB 1990 no. GT 12 Wijzigingen: AB 1997 nos. 33, 34 De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder Artikel 1 1. Het
3 Beroep bij de rechtbank
Beroep bij de rechtbank A8/3.1.3 3 Beroep bij de rechtbank 3.1 Algemeen De rechtbank te Den Haag is bevoegd kennis te nemen van beroepen op grond van de artt. 33a en 34a Vw. De rechtbank te Den Haag heeft
IN NAAM DER KONINGIN. DE GOUVERNEUR van de Nederlandse Antillen,
Landsverordening van 4 december 1989 houdende regelen met betrekking tot het ter beschikking stellen van arbeidskrachten: tekst in P.B. 1989, no 73; gewijzigd bij: 1. Landsverordening van de 11de september
Vestigingsverdragen. Nederlands-Duits Vestigingsverdrag. sdu J&F -- VC (april 1995, Aanv. 13)
Vestigingsverdragen Vestigingsverdragen Het Europees Vestigingsverdrag Toepassingsgebied van het Verdrag Praktisch belang Voorrechten uit het Verdrag Uitwerking in art. 103 Vb Aantekening in de identiteitspapieren
Hoofdstuk VIr. De machtining tot voorlopig verblijf (m.v.v.)
gevolgen Vreemdelingen wier verblijf in Nederland niet of langer is van de eindiging toegestaan door het verstrijken van de ingevolge art. 46 Vb voor van ae nen gelaende teraijn of dooraat zij niet of
2 Registratie van gegevens
Registratie van gegevens A912.2.1 2 Registratie van gegevens 2.1 Welke vreemdelingen worden geregistreerd In de geautomatiseerde vreemdelingenadministratie worden in principe alle vreemdelingen opgenomen.
(Ministerie van Justitie, directie Vreemdelingenzaken AJZ 5707/4178-3) Contact met het Ministerie
- - -- - Vreemgelinqencirculaire 1982 1 Supplement 3 (juni 1986) Summier overzicht (Ministerie van Justitie, directie Vreemdelingenzaken AJZ 5707/4178-3) Deel A A 2 Algemeen deel Contact met het Ministerie
bij het Nederland in- eriuitreizen langs een - geopende -
B-7 s~i:1engev6egde doorlaatposten tijdelijke doorlaatposten in te stellen, dan geeft, hij hiervan zo spoedig ~ogelijk bericht aan de Minister van Justitie en, voor zover nodig, aan de bevoegde Directeur
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 549 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met nationale visa en enkele andere onderwerpen Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 19141 31 oktober 2011 Aanwijzing paspoortsignalering Categorie: opsporing Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van artikel
B 11 Buitenlandse werknemers 8
B 11 Buitenlandse werknemers 8 Wettelijke maatregelen te~en ille~ale tewerkstellin~ Teneinde illegale tewerkstelling tegen te gaan en de tewerkstelling van buitenlandse werknemers te kunnen reguleren voorziet
7 Signaleringen in het Opsporingsregister
Signaleren in het Opsporingsregister A5/7.2.1 7 Signaleringen in het Opsporingsregister 7.1 Algemeen Dit hoofdstuk handelt met name over signaleringen, die verband houden met de toepassing van de Vw. Het
2019 no. 40 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA
2019 no. 40 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 27 juni 2019 tot wijziging van het Toelatingsbesluit 2009 (AB 2009 no. 59) Uitgegeven, 3 juli 2019 De minister van
10 Kennisgeving van beschikkingen; uitreiking en inhouding van verblijfsdocumenten
Kennisgeving beschikkingen A411 0.1.l 10 Kennisgeving van beschikkingen; uitreiking en inhouding van verblijfsdocumenten a VoornaarnsÍe wijzigingen Met de inwerkingtreding van de Wet op de identificatieplicht
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 990 Wijziging van de Wet gewetensbezwaren militaire dienst in verband met de Kaderwet dienstplicht Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede
B17. Slachtoffers van vrouwenhandell
B17 Slachtoffers van vrouwenhandell B17 Slachtoffers van vrouwenhandel Algemeen Toezicht: opschorting van de verwijdering Algemeen Slachtoffers van vrouwenhandel Getuige-aangevers Vergunning tot verblijf
TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1978 Nr. 171
2 (1960) Nr. 4 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1978 Nr. 171 A. TITEL Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 727 Besluit van 26 oktober 2010, houdende vaststelling van de griffierechten en de bedragen, bedoeld in de artikelen 21, tweede lid, respectievelijk
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van Richtlijn 2011/51/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2011 tot wijziging van Richtlijn 2003/109/EG van de Raad teneinde haar
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 723 20 januari 2010 Besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 30 december 2009, nr. WBV 2009/32, houdende wijziging
Rapport. Datum: 11 juli 2003 Rapportnummer: 2003/218
Rapport Datum: 11 juli 2003 Rapportnummer: 2003/218 2 Klacht Verzoekers klagen over de lange duur van de behandeling door de Visadienst van het ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht bij de Immigratie-
Staatlozen. Reisdocumenten
B8 Staatlozen B8 Staatlozen 1 Het Verdrag betreffende de status van staatlozen 1.1 Personen op wie het Verdrag van toepassing is 1.2 Bewijs staatloosheid 1.3 Praktisch belang van het Verdrag 2 Uitvoering
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 663 Wet van 15 december 2011 tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van de richtlijn nr. 2008/115/EG van het Europees Parlement
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 157 Voorstel van wet van de leden Ploumen, Özütok, Jasper van Dijk en Van Brenk tot wijziging van de Wet gelijke behandeling mannen en vrouwen
10 Internationale overeenkomsten
internationale overeenkomsten A611 0.1 10 Internationale overeenkomsten 10.1 Algemeen Het betreft hier in de eerste plaats de regeling inzake de verwijdering van niet-egonderdanen in de Uitvoeringsovereenkomst
Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming
Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming (Wet op de loonvorming [Versie geldig vanaf: 17-02-1999]) Geschiedenis: Staatsblad 1997, 63;Staatsblad
2017 no. 6 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA
2017 no. 6 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA RIJKSWET van 23 augustus 2016, houdende bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet) (Stb. 2016, 320)
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Hoofdstuk B12 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden:
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8529 28 maart 2014 Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 20 maart 2014, nummer WBV 2014/10, houdende
(EEG) nr. 1251/70 van de Commissie van de Europese
Hoofdstuk V Afwijkende bepalinmn ten voordele van Rewezen werknemers die onderdaan van een LidStaat van de E.E.G. zi.jn. A. Voorwaarden waaronder gewezen werknemers en hun fami lieleden recht op voort~zet
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.
34 *** Voorstel van wet van de leden Ploumen, Özütok, Jasper van Dijk en Van Brenk tot wijziging van de Wet gelijke behandeling mannen en vrouwen in verband met de invoer van een certificaat als bewijs
Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag.
Algemene wet bestuursrecht Titel 4.1. Beschikkingen Afdeling 4.1.1. De aanvraag Artikel 4:1 Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, wordt de aanvraag tot het geven van een beschikking schriftelijk
Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 16761 10 augustus 2012 Besluit van de Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel van 6 augustus 2012, nummer WBV 2012/18,
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 440 (R 1990) Wijziging van de Paspoortwet in verband met een andere status van de Nederlandse identiteitskaart, het verlengen van de geldigheidsduur
a. door overgave aan de buitenlanclse grensautoriteiten
A 6 Uitzetting 3 3 9 Voorbereiding en tenuitvoerle~gini; 9.1 Wiizen waarop uitzet tin^ kan p1aal:svinden Uitzetting kan plaatsvinden: a. door overgave aan de buitenlanclse grensautoriteiten (zie onder
DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE, Besluit: De Vreemdelingencirculaire 2000 wordt als volgt gewijzigd:
Besluit van de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie van 5 april 2004, nummer 2004/17, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000. DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE,
Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Wijziging van de Wet toezicht accountantsorganisaties, het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten op het terrein van accountantsorganisaties en het accountantsberoep (Wet aanvullende maatregelen accountantsorganisaties)
AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN
FKONDIGINGSLD VN SINT MRTEN Jaargang 2014 No. 18 esluit van de 21 ste januari 2014 tot afkondiging van de Rijkswet van 18 december 2013 tot wijziging van de Paspoortwet in verband met een andere status
Wijziging Vreemdelingencirculaire 2000 (2006/15)
JU Wijziging Vreemdelingencirculaire 2000 (2006/15) Besluit van de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie van 27 februari 2006, nr. 2006/15, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000
wordt verschaft: art. 60 Vb; j0 art. 33a W);
A 5 Toezicht 9 2 Verplichtingen in het kader van toezicht 2.1 Inleidins Als maatregel van toezicht kunnen aan vreemdelingen geen andere verplichtingen worden opgelegd dan die, welke bij en krachtens de
32 539 Wijziging van de Scheepvaartverkeerswet en de Binnenvaartwet in verband met de invoering van de ontzegging van de vaarbevoegdheid
TWEEDE KAMER DER 2 STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2010-2011 32 539 Wijziging van de Scheepvaartverkeerswet en de Binnenvaartwet in verband met de invoering van de ontzegging van de vaarbevoegdheid Nr. 2
. 1959, 153) en voor Nederland in merking getreden op 3. Reisverkeer van vluchtelingen
Reisverkeer van vluchtelingen 1. De overeenkomst tussen België, Luxemburg en Rederland inzak2 de verlegging van de personencontrole naar de buitenjirenzen van het Benelw~ebied, gesloten te Brussel op 11
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 448 Wet van 14 november 2016 tot wijziging van de Gezondheidswet en de Jeugdwet teneinde een mogelijkheid op te nemen tot openbaarmaking van
In bezwaar of beroep
In bezwaar of beroep Wanneer u het niet eens bent met een beslissing van de Nederlandse overheid op grond van de Vreemdelingenwet, dan kunt u hiertegen juridische stappen ondernemen. Dit informatieblad
Exploitatievergunning horecabedrijf (incl. terras)
BIJLAGE 1D Exploitatievergunning horecabedrijf (incl. terras) Exploitatievergunning ex artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke verordening van de gemeente Sittard-Geleen De burgemeester van Sittard-Geleen;
Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Breda Nr. 25478 4 februari 2019 Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda Bekendmaking Burgemeester
Voorstel van wet. Artikel I. De Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie wordt als volgt gewijzigd: A Artikel 3 komt te luiden:
Wijziging van de Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie betreffende de vereisten gesteld aan de beginseltoestemming, de leeftijdscriteria, de bijdrage in de kosten van het gezinsonderzoek, enige
HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1
DECREET van 15 september 1981, houdende vaststelling van regelen inzake het verlenen van vergunningen voor het uitoefenen van enig bedrijf of beroep (Decreet Vergunningen Bedrijven en Beroepen) (S.B. 1981
2 Verblijf in de vrije termijn
Verblijf in de vrije termijn A412.2.1 2 Verblijf in de vrije termijn 2.1 Algemeen Verblijf in de vrije termijn is van rechtswege toegestaan aan vreemdelingen, indien en zolang zij koldoen aan de in artt.
VERTROUWELIJK. 2. De dienst bezit generlei executieve bevoegdheden.
VERTROUWELIJK No. 51 BESLUIT van 8 augustus 1949, zoals sedert gewijzigd, houdende nadere regelen met betrekking tot de organisatie, de werkwijze, de taak en de samenwerking van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994 1995 24 112 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 (wijziging van de regelingen van de invordering en inhouding van rijbewijzen en de bijkomende straf
Aanpassing van wetgeving en vaststelling van overgangsrecht in verband met de herziening van de maatregelen van kinderbescherming
anpassing van wetgeving en vaststelling van overgangsrecht in verband met de herziening van de maatregelen van kinderbescherming VOORSTEL VN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 475 Herziening van de Wet arbeid vreemdelingen Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 240 Wet van 25 april 2002, houdende regels voor de bewaring, het beheer en de verstrekking van gegevens van donoren bij kunstmatige donorbevruchting
B 14 Buitenlandse studenten 3
B 14 Buitenlandse studenten 3 1 Inleidinq 1.1 Alqemeen Het beleid is erop gericht vreemdelingen in de gelegenheid te stellen in Nederland een studie of opleiding te volgen. Dit houdt in dat de voor studiedoeleinden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 175 Wet van 23 maart 2005 tot wijziging en aanvulling van een aantal bepalingen in het Wetboek van Strafvordering met betrekking tot de betekening
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 53 Rijkswet van 10 februari 2017 tot wijziging van de Paspoortwet in verband met het van rechtswege laten vervallen van reisdocumenten van personen
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 358 (R2065) Wijziging van de Paspoortwet in verband met het van rechtswege laten vervallen van reisdocumenten van personen aan wie een uitreisverbod
VOORSTEL VAN RIJKSWET. Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.
34 358 (R2065) Wijziging van de Paspoortwet in verband met het van rechtswege laten vervallen van reisdocumenten van personen aan wie een uitreisverbod is opgelegd Nr. 2 Herdruk 1 VOORSTEL VAN RIJKSWET
Mandaat en delegatie. mr. M.C. de Voogd
Mandaat en delegatie mr. M.C. de Voogd Artikel 1:1 Awb 1. Onder bestuursorgaan wordt verstaan: a. een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of b. een ander persoon of college,