LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE

Transcriptie

1 LABORATORUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGE EN HYDROGEOLOGE HYDROGEOLOGSCH ONDERZOEK VAN DE VERLATEN FABREKSTERRENEN VAN " LA FLORDENNE " TE GENTEVERGEM KARAKTERSATE RJKSUNVERSTET GENT

2 RJKSUNVERSTET GENT laboratorium voor toegepaste geologie en hydrogeologie HYDROGEOLOGSCH ONDERZOEK VAN DE VERLATEN F ABREKSTERRENEN VAN "LA FLORDENNE" TE GENTEVERGEM KARAKTERSA TE geologisch instituut S 8 rijgslaan gent telefoon Leiding : Prof Dr W DE BREUCK Studie en verslag : Lic M MAHAUDEN Lic E VAN HOUTTE Dossiernummer : 89047(2) Datum : juli 1990

3 NHOUD LJST DER FGUREN 11 LJST DER TABELLEN NLEDNG 1 2 HYDROGEOLOGSCHE BOUW 2 21 Algemeen 2 22 Boringen Al gemeen 2?22 Uitvoering Geofysische boorgatmetingen 4?24 Uitbouw van het peilbuizennet Hydrageologische bouw " 3 GRONDWATERSTROMNG 8 31 Stijghoogtewaarnemingen 8 32 Stijghoogteonfiguratie in de laag KZ2 grondwatersnelheid 8 33 Stijghoogte in de laag KZ Oppervlatewater 13 4 GRONDWATERKWALTET nleiding Grondwaterwaliteit in de KZ2aag Geleidbaarheid Analyseresultaten bespreing Grondwaterwaliteit in de KZ1aag 19 5 ALGEMEEN BESLUT 22 BJLAGE 1 Boorbeschrijvingen, technische gegevens, liggingsplans Boorgatmetingen

4 11 LJST DER FGUREN Figuur 1 Ligging van de boorplaatsen en de boor en/of rinoputten betroen in de pei ronden De igginq van de doorsnede AA' is aangegeven Figuur 2 Geologische doorsnede volgens de raai van de uitgevoerde boringen De resultaten van de gam mametingen in SB3 en SB1 zijn aangegeven Figuur 3 Stijghoogteonfiguratie in de KZ2aag op 30 mei 1990 Figuur 4 lsogeleidbaarheidsl ijnen voor het grondwater in de laan KZ2 Waarden in 11S/cm

5 111 LJST DER TABELLEN Tabel Geometrische enmeren van de pei buizen Tabel 2 Resistiviteitswaarden afgeleid uit de boorgatmetingen (lange normaalopstelling) Tabel 3 Gegevens van de ring en/of boorputten gebruit voor de stijghoogtewaarnemingen Tabel 4 Geregistreerde waterstandshoogten Tabel 5 Tabel 6 Analyseresultaten voor de KZ2 aag Analyseresultaten voor de KZ1aag

6 1 NLEDNG Met haar overeenomst TGO van 22 februari 1990 verzocht de C V STABO het Laboratorium voor Toegepaste Geologie en Hydrogeologie van de Rijsuniversiteit Gent (L TGH) over te gaan tot het uitvoeren van een hydrageologisch onderzoe van de verlaten fabriesterreinen van "La Floridienne" te GentEvergem De studie ving aan op 1 maart 1990 en duurt zes maanden gespreid over de periode 1 maart 15 september 1990 Onderhavig verslag omvat de resultaten van de tweede faze mn de hydrogeologische araterisatie Tijdens deze fazen werden volgende onderzoesmetoden aangewend : boringen geofysische boorgatmetingen en plaatsing pei buizen waterpassing en stijghoogtemetingen grondwaterbemonstering en analysen De resultaten zijn verwert tot volgende hoofdstuen hydrageologische bouw (hoofdstu 2) grondwaten;;trom ing (hoofdstu 3) grondwaterwaliteit (hoofdstu 4) besluit (hoofdstu 5)

7 2 2 HYDROGEOLOGSCHE BOUW 21 Algemeen Uit het inventarisatieverslag blijt dat de ondergrond ter hoogte van het studiegebied van boven naar onder bestaat uit : een doorlatende laag KZ2 (Kwartair) een slecht doorlatende laag KL (Kwartair) een doorlatende laag KZ1 (Kwartair) een zeer slecht doorlatende laag a2 (Tertiair) n het beste van onderhavige studie werden een aantal boringen en geofysische boorgatmetingen uitgevoerd; zij geven bijomende informatie over de geometrie van de vermelde lagen en de waliteit van het grondwater 22 Boringen 221 Algemeen Steunend op de resultaten van het geofysisch onderzoe (eletromagnetisch) uitgevoerd gedurende de eerste faze, werd op acht plaatsen geboord (fig 1) De plaatsen werden in overleg met de OVAM bepaald Vijf boringen werden geplaatst op een raai in de richting van de veronderstelde grondwaterstroming Twee van de boringen werden uitgevoerd op de twee grote storthopen (rode en grijze stort) 222 Uitvoering De firma BVBA GEOLAB heeft in de periode van 2 mei tot en met 10 mei acht boringen uitgevoerd op zes verschillende boorplaatsen Twee andere boringen werden uitgevoerd door het L TGH op 7 juni Alle boorbeschrijvingen en technische gegevens zijn opgenomen in bijlage 1 De twee boringen op de storthopen werden droog uitgevoerd (spiraal en

8 a :1 a 1114 Pachtgodern //!i,) 'J / 0 c $& 0 ':;) Q, Ç\ (, " Q, " Q, ; '@ () \ "'" (' Q u JJ :ft; lt ' 0 0 (' 0 Jttf Jn JU " JJf JJJ })>" 0 50 Q Ju J JH Fig 1 Ligging van de boorplaatsen en de boor en/of ringputten betroen in de peilronden De ligging van de doorsnede AA' is aangegeven 0 0 boring uitgevoerd in het beste van onderhavige studie ring en/of boorput

9 4 pulsboor) met ontinue monstername Alle andere boringen gebeurden volgens het draaiend spoelboren met normale cirulatie Twee "diepe" boringen bereiten de a2 lei (Tertiair) en zijn ca 20 m diep Alle andere boringen reiten tot de top van de leemlaag (KL ca 7,5 m diep}, met uitzondering van de boring op het grijze stort (DB2 om boortechnische redenen gestopt op ca 2,0 m boven de KLlaag 223 Geofysische boorgatmetingen n de twee diepe boorgaten werden de volgende parameters gemeten boorgatdiameter; spontane potentiaal; eletrische puntweerstand; resisitiviteit, orte en lange normaalopstelling; natuur ije gamma De resultaten van de boorgatmetingen zijn eveneens opgenomen in bij lage Uitbouw van het peilbuizennet Alle boorgaten werden uitgebouwd tot een hydrageologisch waarnemingspunt Daartoe werden ze uitgerust met een PVCfilter en stijgbuis, diameter 63 mm De filterlengte bedraagt telens 2 m De ringvormige ruimte rond de fi terelementen werd opgevuld met gealibreerd wartszand Boven deze omstorting werd een bentonietcement of een leistop aangebracht De peilbuizen werden zandvrij en schoongepompt De top van de peilbuizen werden opgemeten tov het vast referentiepunt GP42 (7,586 m TAW) De geometrische enmeren van alle peilbuizen zijn opgenomen in tabel 1

10 5 225 Hydrageologische bouw De hydrageologische bouw is weergegeven aan de hand van een SWNE hydrogeologische doorsnede volgens de raai van de uitgevoerde boringen (fig 2) De ligging is aangeduid op figuur 1 De aangetroffen gronden zijn zeer goed in overeenstemming met deze beschreven in het inventarisatierapport Op de rode storthoop werd 1,8 m stortmateriaal aangeboord, op de grijze storthoop 5,8 m Het stortmateriaal in de boringen blee droog De doorlatende laag KZ2 is 7,3 tot 9 m di Ze bestaat voornamelij uit fijn zand dat weinig schelphoudend is; aan de top is deze laag soms een weinig leem of veenhoudend De slecht doorlatende laag KL bestaat uit leem en is 5,5 à 6 m di Er omt plaatselij veen voor in deze laag De doorlatende laag KZ1 is 3,5 tot 4,2 m di en bestaat uit weinig schelphoudend zand; Deze laag rust op de zeer slecht doorlatende laag a2 die uit lei bestaat De top van deze laag bevindt zich op 10 à 12 m TAW De uitgevoerde boorgatmetingen (eletrische parameters) in SB3 wijzen zeer duidelij op de aanwezigheid van verontreinigd grondwate( en dit zowel in de KZ2 als in de KZ1 laag De gemeten resistiviteitswaarden zijn zeer laag en duiden erop dat de verontreiniging toeneemt met de diepte Zelfs de waarden gemeten in de a2 lei zijn abnormaal laag (ca 2,5 m), de metingen bevestigen de vaststeil ingen gedaan gedurende de eerste faze (eletromagnetische profielen de boring SB3 is uitgevoerd waar via deze technie de grootste verontreiniging werd geloaliseerd cfr inventarisatierapport) Ter illustratie zijn in tabel 2 de resis

11 WSW < pooreq CentZeizate dreef boo rode :stort be< oude spoorw lij >ENE PEil m T w F'obriehlerr in g_ 8_ 081 '"La floridien"ë 7_ 6_ SB3 ' 5 4_ b84 1 _, " 3_ doorlolend 2_ J ' vv V KZ2 " t vv o_ 1_ f 2 i\ 1 4 slecht doorlotend ' 51 KL \ 6 t 7 1 t p 11_1 f KZ i<" t f/: "l 0 \_ Z5 50 SB2 vv doorlolend zeer slecht doorlotend tdadwe9 J : V ( / 15 1 o JOi::L [L N ' JO "41' 100 m t 0) Legende rn Jeem met veel (zeer) fijn zend tot G EJ winig grinthoudend leemhoudend (zeer) lijn zond schelpen C ), eien () leemhoudend lijn zond [] fijn tot zeer fijn zond 0 G stortmateriaal lei liller Fig 2 leem [] ster veenhoudend [!J veenbrojes C LTGHRUG 1990 Geologische doorsnede volgens de raai van de uitgevoerde boringen De resultaten van de gamma metingen in SB3 en SBl ZJn aangegeven

12 7 tiviteitswaarden verzameld, gemeten volgens de lange normaalopstelling in de verschillende lagen en dit voor de boorgaten S81 (stroomopwaarts de storthopen) en S83 (stroomafwaarts de rode storthoop) Tabel 1 Geometrische enmeren van de peilbuizen pei buis oördinaten x y hoogte maaiveld (m TAW) top peilbuis (m TAW) fi ter diepte (mmaaiveld) top basis S8 1 F ? ,05 6,157 15,5 17,5 F ,05 6,089 7,5 9,5 S82 F ,53 6,878 5,8 7,8 S83 F ,40 5,442 15,5 17,5 F ,40 5,533 5,3 7,3 S84 F ,95 4,670 6,5 8,5 S85 F ,29 5,079 5,05 7,05 S86 F ,73 5,578 5,15 7, F ,30 7,834 7,3 9,3 082 F ,83 11,318 8,2 10,2 Tabel 2 Resistiviteitswaarden afgeleid uit de boorgatmetingen (lange normaalopstell ing) Laag/boorgat S81 in rl m SB3 in rl m KZ2 KL KZ1 a2 56,89 30, 17 42,41 14,22 16,72 5,39 2,97 3,02

13 8 3 GRONDWATERSTROMNG 31 Stijghoogtewaarnemingen Op 3 verschi lende tijdstippen werd de stijghoogte gemeten in de geplaatste pei buizen, evenals in zes ondiepe ringputten en/of boorputten in de omgeving van de fabriesterreinen De ligging van die zes putten is aangegeven op figuur 1, de resultaten van de waterpassing staan in tabel 3 Tabel 3 Gegevens van de ring en/of boorputten gebruit voor de stijghoogtewaarnemingen Nr boorput peil maaiveld peil referentiemeetpunt (m TAW) (m TAW) op ringput of boorput 7 5,85 5, ,30 6, ,40 6, ,00 6, ,30 5, ,25 5,566 De resultaten van de peilmetingen zijn opgenomen in tabel 4 Tevens werden op 30 mei en 14 juni de waterstanden opgemeten in de been verschi lende plaatsen in de omgeving van de fabriesterreinen op 32 Stijghoogteonfiguratie in de laag KZ2 grondwatersnelheid De lijnen van gelije stijghoogte (hydraisohypsen) op 30/05/ 1990 zijn weergegeven op figuur 3 De stijghoogteonfiguratie is op dit tijdstip representatief voor de meetperiode (30/05 tot 20/06/ 1990)

14 \ ' ' 1 1 l, ;, G ' 1 J 1 \ Legende +4,41 +4,20 \ 'i ij //\ )!t = ;_ z_jj ":: / ' 3 Stijghoogteonfiguratie in de KZ2 laag op 30 mei 1990 waarnemingspunt stijghoogte in KZ2 waterpeil in bee bee bee (droog) l!'rondwaterstromingsrichting hydroisohypse stijghoogte in m TAW

15 10 Tabel 4 Geregistreerde waterstandshoogten* Nr pei buis 30/05/90 14/06/90 20/06/90 of boorput (m TAW) (m TAW) (m TAW) SB 1 SB2 SB3 F1 F2 F2 F1 F2 (KZ1) 4,358 4,385 4,377 (KZ2) 4,408 4,405 4,456 (KZ2) 4,376 4,358 4,313 (KZ1) 3,861 3,888 4,037 (KZ2) 4, 195 4,201 4, 151 SB4 F2 (KZ2) 4, 180 4, 170 4, 134 SB5 SB6 DB1 F2 F2 F2 (KZ2) 4, 180 4, 169 (KZ2) 4,238 4, 185 (KZ2) 4,237 4,269 4,214 DB2 F2 (KZ2) 4,336 4,316 4,274 7 (KZ2) 4,474 4,456 4, (KZ2) 4,509 4,444 4, (KZ2) 4,419 4,419 4, (KZ2) 4,332 4,320 4, (KZ2) 4, 121 4,203 4, (KZ2) 4, 101 4, 146 4, 166 * Er is geen reening gehouden met densiteitsverschillen te wijten aan de totale mineralisatie van het water De grondwaterstroming in KZ2 is naar het WSW gericht De effetieve grondwatersnelheid an bereend worden met de formule V = i n

16 11 waarbij : v effetieve grondwatersnelheid (L/T) horizontale doorlatendheid (L/T) i = hydraulisch verhang (LL) n = porositeit (L 3 /L 3 ) neemt men aan dat : 4,3 m/d (cfr inventarisatierapport) n 0,40 voor fijn zand i = 0,23 m/540 m di de gradient tussen SB1 en SB4 gemeten gedurende de periode 30/05 20/06/1990 dan bereent men voor v : V = 4,3 x 0,23/540/0,40 = = 0,0046 m/d = 1,67 m/jaar 33 Stijghoogte in de laag KZ1 Aangezien slechts twee peilputten in de omgeving van "La Floridienne" beschibaar zijn is het niet mogelij het stijghoogtepatroon nauweurig te bepalen Uit vroegere studies uitgevoerd in de Gentse anaalzone blee echter meestal een lein stijghoogteverschi op te treden tussen KZ2 en KZ1 (ca 0,1 m); de gradient is daarbij neerwaarts Uit de waarnemingen blijt dat de stijghoogte in SB 1F1 hoger is dan in SB3F1 Hierbij dient wel in acht genomen dat men wegens de grote waliteitsverschillen in beide putten (zie hoofdstu 4) reening moet houden met een stijghoogteverschi te wijten aan de densiteitsverschillen tussen het grondwater op beide plaatsen De totale mineralisatie en densiteit bedraagt respetievelij :

17 12 in SB1F1 : 560 )S/cm/1,362* = 411 mg/1, densiteit ca 1,0 SB3F )S/cm/1,362 = 24,179 mg/l, densiteit ca 1,0 17 Reening houdend met de densiteit in SB3F1 an men de gemeten stijghoogte omreenen tot een zoetwaterstijghoogte : 1,017 x 15 = 15,25 m waarbij 15 m de lengte is aan "zoutwaterolom" in SB3F 1 De zoetwaterstijghoogte in SB3F1 is dus 0,25 m hoger dan de gemeten waarden Dit beteent dat er toch een hogere stijghoogte is in SB1 dan in SB3 Neemt men een stijghoogteverschi en waterwaliteit aan zoals waargenomen ter plaatse van SB3, dan an men oo analytisch bereenen hoe vlug het water door de leem laag KL gaat De zoetwaterstijghoogten bedragen respetievelij in KZ2 : 1,5 + (4,20 (1,5) x 1,0057 = 4,2325 m in KZ1 11,1 + (3,9 (11,1)) x 1,017 = 4, 135 m Het stijghoogteverschil tussen beide filters bedraagt 9,6 x (1,011351) = 0,109 Het stijghoogteverschil over de KL laag bedraagt 4,2325 m (4, 135 0,1 09) = 0,2065 m * WALRAEVENS, K (1987) Hydrogeologie en hydrachemie van het Ledo Panisel i aan in Oost en WestVlaanderen Doctoraatsproefschrift Rijsuniversiteit van Gent

18 13 Reening houdend met een cwaarde van 20 d/m voor KL en een dite van 6 m voor KL, an men de vertiale snelheid van het water door de KL laag bereenen (voor waterwal i te i ten zoals vastgesteld ter plaatse van SB3) 0,2065 m/120 d 0,00172 m/d of 0,628 m/ j Stelt men voor KL een porositeit van 0,38 voor, dan beteent dit dat de verontreiniging op ongeveer 3,6 jaar door de leem laag gaat : 6 m/0,628 m/j/0,38 3,6 jaar Uit het bereende voorbeeld blijt duidelij dat de verontreiniging relatief vlug door de KLlaag migreert (ter plaatse van de rode storthoop zal de migratie nog vlugger zijn gebeurd gezien water met hoge densiteit onder een grote stijghoogte storten van si ib in been tot ca 2 m boven maaiveld in zoet water terechtomt) Gezien de doorlatendheid in de KZ1 laag groter is dan in de KZ2 laag zal de verontreiniging zich hierin oo vlugger bewegen 34 Oppervlatewater Op 30 mei en 14 juni 1990 werden in de been nabij de storthopen de waterstanden opgemeten; uit de metingen blee dat er een lichte stroming was in SW richting (zie fig 3) Ter ontrole werd de stromingsrichting vastgesteld nabij de monding van de Meerswaterloop in het Kanaal GentTerneuzen Hier werd oo duidelij dat er een instroming vanuit het anaal plaatsgreep Het waterpei in de bee die naast de beide storthopen vloeit, is hoger dan in de KZ2 laag Plaatse! ij is er waarschijnlij infiltratie nabij de spoorweg ( ten SSW van de rode storthoop) is er een drainerende invloed van bee Het water in de bee stroomafwaarts de storthopen is doner zwart geleurd, hetgeen waarschijnlij aan uitloging van de storthopen an worden toegeschreven

19 14 4 GRON DWATER KWALTET 41 nleiding n de periode 18 tot 20 juni werden twaalf grondwatermonsters genomen, tien uit de geboorde pei putten en twee in de boorputten van de woningen ten S van de storthopen (putten voor drinwatervoorziening geplaatst in KZ2) De bemonstering gebeurde telens met een allteflon dompelpomp ("Biadderpomp") als het opgepompte water een onstante geleidbaarheid vertoonde Voor de definitieve monstername werd het pei 1 buisvolume minstens 10 maal uitgepompt De monstername in de woningen gebeurde via de raan Bij de te bepalen parameters werd reening gehouden met de mogelije verontreiniging uitgaande van de storthopen Dit gebeurde in overleg met de OVAM Aldus werd het water uit de peilputten SB1F1 & F2 (stroomopwaarts de storthopen neutrale putten) en SB3F 1 & F2 (stroomafwaarts de rode storthoop op de plaats waar volgens vroeger onderzoe cfr inventarisatierapport de grootste grondwaterverontreining vooromt) uitvoerig onderzocht terwijl voor de andere putten meer specifiee parameters werden bepaald 42 Grondwaterwaliteit in de KZ2aag 421 Geleidbaarheid n geval van verontreiniging waarbij het totale zoutgehalte van het grondwater ster wordt gewijzigd an men via de parameter geleidbaarheid op een vlugge wijze de verbreiding van de verontreiniging aflijnen Met de gemeten waarden op tien verschillende plaatsen werd aldus een isogeleidbaarheidsaart opgesteld (fig 4) Deze aart bevestigt duidelij de resultaten van het eletromagnetisch onderzoe en de boorgatmetingen De geleidbaarheden ter hoogte van de dreef ten WSW van de rode storthoop zijn abnormaal hoog Verder omen verhoogde waarden voor

20 J{)j 'l " f{ll :i "' 0 c r: a Pachlgoedern 18 t ltj Jyf Jvt J{J Jfl " " Q )( JJ? ))> 0 c== JH J ;0 ft Fig 4 Q sogeleidbaarheidslijnen voor het grondwater in de laag KZ2 Waarden in us/cm 50 7()0,,,

21 16 onder de beide storthopen en in de onmiddellije omgeving van het fabriesterrein Onder de rode storthoop omen hogere waarden voor dan onder de grijze stort hoop 422 Analyseresultaten bespreing De resultaten van de analysen zijn in tabel 5 opgenomen, naast de waarden zijn de VROM* normen voor peilputwater aangegeven De stroomopwaarts de storthopen gelegen put SB 1 F2 vertoont een iets hogere geleidbaarheid dan normaal (cfr inventarisatierapport) teweeggebracht door vooral verhoogde chloride en sulfaatgehalten De zware metalen zoals deze eventueel door de storthopen zouden unnen teweeggebracht zijn worden hier, in vergelijing met de andere mogelijs verontreinigde putten, niet aangetroffen We unnen stellen dat de putten SB2F2, SB3F2, SB5F2, DB1 F2 en DB2F2 alsoo VB7 in zeere mate verontreiniging vertonen De put SB2F2 vla naast het fabriesterrein (in de onmiddellije buurt van stortafval) vertoont een te hoge geleidbaarheid, een verhoogd Pb gehalte, Zn en Cdgehalten boven de C norm van VROM Onder de rode storthoop mert men een te hoge geleidbaarheid, een ster verhoogd Ca en Fegehalte, een verhoogd Cl en Mngehalte en een zeer hoog so gehalte Tevens zijn er een verhoogd Pb, Ni en Asgehalte 4 en een overschrijding van de C norm van VROM voor Zn en Cd * VROM : Ministerie van Volshuisvesting, Ruimtelije Ordening en Milieubeheer in Nederland ndicatieve richtwaarden leidraad bodemsanering A referentiewaarde B C toetsingswaarde tbv (nader)onderzoe toetsingswaarde tbv sanering(sonderzoe)

22 ' 17 TABEL 5 ANALYSERESULTATEN VOOR DE Z2LAAG Eenheid SB1F2 SB2F2 SB3F2 SB4F2 SB5F2 SB6F2 DBl F2 rode s tort) DB2F2 VB7 VB8 V R 0 M Drinwaternormen (grijze drinwater drinweter A B c Deer VR maart 1989 stort) put put Kleur leurloos leurloos Troebelheid helder helder Temperatuur oc 10,6 11 '2 12,4 Geleidbaarheid(20"C "us/lm ph 7,51 6,91 7,24(L) BezinbAre stoffen ml/1 (O, 1 < 0' 1 Agressief co 2 mg/1 0 0 Organische stoffen mg/ ,50 9,20 Org g gch W Brfen warm 10 min mg/ ,36 20,00 All'taliteit t 0 V, fenolftaleine Fr" 0 0 Al"aliteit t 0 V methyloranje Fr 17,90 29,40 Si0 2 mg/1 15,14 20,77 Verdampingsrest/ l05"c mg/ Verdampinssrest/ 6oo c mg/ Zwevende stoffen/ 1o5 c mg/1 19,0 66,0 Zwevende stoffen/ ' 600"C mg/1 16,6 49,8 Totale hardheid Fr" 55, Tijdelije hardheid Fr" 16,61 22,35 llli jvende hardheid Fr" 38,82 167,75 Notrium mg/1 20, ,75 Kalium mg/1 3,07 21,70 Calcium mg/1 197,43 696,63 1agnesium mg/1 7,24 36,43 Jzer mg/1 4,09 16,80 flangaan mg/1 0,56 1,10 Ammonium mg/1 1,11 35,30 Chloride mg/1 114, Sulfaat Ni trant Nitriet mg/1 mg/1 mg/1 252,52 628,31 2,50 6,30 0,02 0,01 Bicarbonaat mg/1 218,38 358,68 Carbonaat mg/1 0 0 Fosfaat mg/1 0,38 1 '29 Fluoride mg/1 0,106 0,101 Cyaride mg/1 (0,01 0,04 0 Chroom (6 +) mg/1 0,01 0,01 Oliën en Vetten (PE/CCL ) 4 mg/1 3,0 Ánionische deler mg/1 0,19 0,31 Kje1dah1 genten stistof mg/1 13,9 35,25 Lood AJg/ Zin J\lg/1 < Niel AJg/ Koper JJg/1 <5 10 Chroom AJg/1 Co ba 1 t AJg/ Cadmium Al g/ Arseen AJg/1 1,45 9, Kwi oug/ ,36 TOC mg/ COD mg/ , ,2 10, ,67 7,81 (0,01 < ( ,30 0,93 1,30 leurloos helder leurloos helder 11 '1 12, "10, ,74 10,07 7,64 6,5 "PH' 9,2 ' 0,1 { 0,1 7, ,30 1,00! ' 5,28 3, '! 33,60 35,00 5,77 10, , ' ,03 40,80 32,89 32,54 20, 14 8, ,84 12, ,54 15, ,01 764,45 185,01 146, ,15 3,99 11,02 7, ,12 0,07 1,25 0,2 0 0,59 0,84 0,16 0,82 0,25 1, 3 3,9 0,05 185,36 193,93 78,55 12, ,28 759,81 229,26 99, ,12 3, ,04 0,07 0' 1 409,!)2 427,0 ) ,33 0,47 0,15 0, , ,0 0 0, ,005 0, ,01 i 62 ' ( <s to so loo l,s 10!j 5,38 7,77 0,57 0, ,2 0,5 2 1 : 3,35 1,5 r

23 18 De put SB3F2 stroomafwaarts de rode storthoop vertoont voor nagenoeg alle onderzochte parameters ster verhoogde waarden; zowel de algemene parameters, de algemene verontreinigingsparameters als de specifiee verontreinigingsparameters overschrijden de normale waarden ster Bij vergelijing met de Cnorm van VROM worden voor de parameters Pb, Ni, Cr, Co en Cd de waarden overschreden De put SB4F2 (op het einde van de boorraai zie 1) vertoont normale waarden De put SB5F2 geplaatst ten zuiden van SB3F2, in de verontreinigde zone (volgens het eletromagnetisch onderzoe) vertoont oo verhoogde tot ster verhoogde waarden voor het merendeel van de onderzochte parameters, mn de geleidbaarheid, het Pb en Cdgehalte ( boven de Cnorm van VROM) en het Zngehalte De put SB6F2 vertoont normale waarden De boring onder de grijze storthoop DB2F2 vertoont verhoogde waarden voor de geleidbaarheid, de ph, het Ca, Fe, Cl en het SO gehalte 4 De Cnorm van VROM wordt overschreden voor het CN gehalte Voor wat betreft de zware metalen worden verhoogde waarden van Ni, Cu en As vastgesteld De putten nabij de woningen geven bij vergelijing met de drinwaternormen overschrijding voor de volgende parameters voor VB7 (dichtsbijgelegen woning) : totale hardheid, alium, mangaan, nitraat en cadmium voor VB8 : alium, ijzer, mangaan, ammonium en cadmium

24 19 De parameters wijzen niet onmiddellij op de invloed van de nabijgelegen storthopen Het gemeten stijghoogtepatroon (periode 30/0520/06/90) wijst in dezelfde richting Het aangetroffen Zngehalte is in vergelijing met de algemeen aangetroffen waarden te hoog Met de huidige ennis van zaen is dit niet onmiddellij te verlaren Men an nagenoeg met zeerheid zeggen dat VB7 verontreinigd is door bemesting (zeer hoog N03 en Kgehalte) De Cdwaarde overschrijdt lichtjes de drinwaternorm Ter vergelijing met alle andere putten (oo niet be'ï'nvloedde, blijt deze waarde normaal) 43 Grondwaterwaliteit in de KZ1aag De resultaten van de analysen zijn in tabel 6 opgenomen, naast de waarden zijn de VROM (cfr 422) normen voor pei putwater aangegeven De stroomopwaarts gelegen put SB1 F1 vertoont normale waarden voor alle onderzochte parameters uitgezonderd de zware metalen Cr en Co (Co boven de Cnorm VROM) Deze beide waarden zijn niet te verlaren De put SB3F1 (in de zone waar de grootste verontreiniging was verondersteld cfr inventarisatierapport en 225) vertoont abnormaal hoge waarden voor het overgroot deel van de onderzochte parameters, zowel de algemene parameters, de algemene verontreinigingsparameters als de specifiee verontreinigingsparameters overschrijden de normale waarden ster De geleidbaarheid bedraagt ljs/cm (bij 20 C) hetgeen overeenomt met 11zout11 water Voor de zware metalen wordt de Cnorm van VROM overschreden bij Pb, Ni, Co en Cd Ter plaatse van SB3 stelt men vast dat het grondwater in de KZ1aag sterer verontreinigd is dan in de KZ2aag (dit bevestigt onze eletromagnetische metingen uitgevoerd gedurende de inventarisatiefaze)

25 20 TABEL 6 ANALYSERESULTATEN VOOR DE tz 1 LAAG Eenheid SB 1 F S 1 B 3 F 1 Kleur leurloos leurloos Troebelheid helder helder Temperatuur oe Geleidbaarheid(2o c ;US/1m ph Bezinbare stoffen ml /1 '0 1 0,25 Agressief co 2 mg/1 0 0 Organische stoffen mg/ OrgRgch l gffen warm 10 min mg/ A11!a 1 iteit t, 0, V, fenolfta1eine Fr" 0 0 AlRal iteit t 0, V, me th y l,oran je Fr" Q Si0 2 mg/ Verdampingsrest/ 105"C mg/ Verdampingsrest/ 600"C mg/ Zwevende stoffen/ 105 " C mg/ ,8 Zwevende stoffen/ 600"C mg/1 58, Totale hardheid Fr" ,83 Tijdelije hardheid Fr" ,67 Blijvende hardheid Fr" Natrium mg/1 15, ,21 Kalium mg/1 4, Calcium mg/1 88, ,13 Magnesium mg/1 6,39 143,41 Jzer mg/1 3, Hangaan mg/ ,79 Ammonium mg/ ,80 Chloride mg/1 38, ,09 Sulfaat mg/ ,26 Ni traat mg/ Nitriet mg/ Bicarbonaat mg/ Carbonaat mg/1 0 0 Fosfaat mg/1 0, Fluoride mg/ ,058 Cya i de mg/1 0 0 Chroom (6 +) mg/1 0,01 0,01 Oliën en Vetten (PE/CCL 4 ) mg/1 0, Anionische deter mg/1 O 14 0,21 genten Kje1dahl stistof mg/ ,65 Lood AJg/ Zin AJg/1 (5 50 Niel '" g/ Koper ;U g /1 < 5 (5 Chroom AJg/ Co balt Alg / Cadmium "'g / Arseen ;U g/ 1 2,32 0,57 Kwi AJ g /1 1, TOC mg/1 12 7,2 V R 0 H tdrinwaternormen A B c Deer VR maart ph 9, ,25 1, 3 3, , > 30 3,35 0, , a < COD mg/

26 > 21 Ons waarnemingsnet in de KZ1aag is te bepert om op dit ogenbli de aanwezigheid van dit ster verontreinigd grondwater te verlaren; nochtans unnen reeds de volgende belangrije onlusies getroen worden : 1 o er bevindt zich ter hoogte van SB3 ster verontreinigd grondwater in de KZ1aag De hoge oncentraties van bepaalde zware metalen doen ster vermoeden dat deze verontreiniging an toegeschreven worden aan ativiteiten van "La Floridienne" 2 de verontreiniging is door de slecht doorlatende KLlaag gemigreerd 3 de lage resistiviteitswaarden gemeten in de a2laag (cfr 225) wijzen op een neerwaartse beweging van de verontreiniging richting LedoPaniseliaanlaag Gegevens in de omgeving duiden op een neerwaarts gerichte gradiënt tussen de KZ1aag en de LedoPanisel i aanlaag (gescheiden door een ca 25 m di zeer slecht doorlatend paet (a2 lei, s1 leihoudend zand en a1 lei) die anno 1987 ca 8 m bedroeg Het stijghoogteverschil tussen de KZ1aag en de LedoPaniseliaanlaag wordt vooral veroorzaat door belangrije wateronttreingen in deze laatste watervoerende laag in de Gentse anaalzone Onderstelt men dat de hydraulische weerstand van het paet a1s1a dagen/m bedraagt dan zou dit overeenomen met een vooruitschrijding van de verontreiniging in de diepte van ongeveer 0,01 m/jaar De matematische modellering gepland in een volgende faze moeten ons toelaten een duidelijer beeld te verrijgen van de mi gratie van de verontreiniging te wijten aan de storthopen

27 22 5 ALGEMEEN BESLUT De uitgevoerde boringen en boorgatmetingen bevestigen de hydrol itologische bouw van de ondergrond zoals in het inventarisatierapport beschreven Achtereenvolgens omen voor : een doorlatende zandlaag KZ2 van ca 7,5 m dite een slecht doorlatende leem laag KL van ca 6,0 m dite een doorlatende zandlaag KZ1 van ca 4,0 m dite een zeer slecht doorlatende leilaag a2 Uit de resistiviteitsmetingen (lange normaalopstelling) blijt dat ter plaatse van de eletromagnetische anomalie (zoals vastgesteld in de inventarisatiefaze) het grondwater verontreinigd is De verontreiniging is groter in de KZ1aag dan in de KZ2aag n de a2 lei worden oo te lage resistiviteitswaarden gemeten De stijghoogtemetingen in de geplaatste peilbuizen, uitgevoerd in de periode 30 mei 20 juni 1990, duiden op een algemene WSW gerichte grondwaterstroming in de laag KZ2 n de laag KZ1 zijn slechts twee waarnemingsputten aanwezig; hier wordt oo de hoogste waarde gemeten ten NE van de terreinen van "La Floridienne" Er is een stijghoogteverschil tussen de KZ2 en de KZ1aag, dat ongeveer 0,1 m bedraagt en de gradiënt is neerwaarts gericht Uit metingen in de been rondom de storthopen en waarnemingen aan de monding van de Meerswaterloop in het Kanaal GentTerneuzen blee dat in de periode 30 mei 20 juni 1990 het water van het Kanaal naar de terreinen van "La Floridienne" stroomde Het beewater ten WSW van de dreef (ten SW van de rode storthoop) is zwart geleurd (uitloging van de storthopen?)

28 23 De grondwateranalysen bevestigen het vooromen van verontreinigd grondwater in de lagen KZ2 en KZ1 ter hoogte van de fabriesterreinen en vooral ten WSW van de rode storthoop De eletromagnetische anomalie en de boorgatmeetresultaten worden hard gemaat door de aanwezigheid van ster verontreinigd grondwater zowel in de KZ2 aag als de KZ1 aag ten WSW van de rode storthoop De waarnemingen bevestigen dat het water in de KZ1aag meer verontreinigd is dan in de KZ2aag De aard van de verontreiniging (specifiee verontreinigingsparameters) doen vermoeden dat deze afomstig is van "La Floridienne" De migratie van de verontreinigingsplui m waarvan de meest verontreinigde zone op het huidig ogenbli (anno 1990) wordt aangetroffen ter hoogte van de dreef ten WSW van de rode storthoop gebeurt in de grondwaterstromingsrichting Gezien de grotere grondwatersnelheid in de KZ1aag zal de verontreinigingspluim zich hier sneller verplaatsen dan in de KZ2 aag De volgende onderzoesfaze "matematische modellering" zal ons over deze migratie een duidelijer beeld geven

29 BijLAGE 1 : Boorbeschrijvingen, technische gegevens, liggingsplans Boorgatmetingen

30 Rijsuniversiteit Gent Onderzoe nr : Boring nr : Laboratorium voor Toegepaste Geologie en Hydrogeologie SB1 Prof Dr W De Breuc ONDERZOEK : La Floridienne OPDRACHTGEVER : STABO 89/47 DATUM : BOORPLOEG (ev FRMA) : GEOLAB BOORTOESTEL : GRONDBESCHRJVNG DOOR : MDC KAART NG Nr : 14/6 GEMEENTE :Gent x = y = BOORMEESTER : GEOL /PEDO KAART Nr ZMV = 6,05 : 40E (m TAW ) (m TAW ) ZMV* = (ZMV = hoogtepeil maaiveld; ZMV* geschat hoogtepeil maaiveld ) BOORWJZE 0 DEPTE ONDER MAAVELD ( in m) (mm) van tot van tot van tot van tot gespoeld ,5 gespoeld van tot TYPE BOORSPOELNG : wa ter TYPE BOORGATMETNG (EN) : DA, GAM, SP, VERBRUK (in 1) PW, SN en LN : Filter nr DFB DFO ZMP F1 15,5 17,5 6,157 F2 7,5 9, 5 6,089 F3 L ST p 2 KZ1 2 2 KZ2 2 DFB Diepte onder maaiveld (in m) van de filterbovenant = DFO Diepte onder maaiveld (in m) van de filteronderant = ZMP Hoogtepeil van het meetpunt (bv top peilbuis) (in m TAW ) = ZMP* Geschat hoogtepeil van het me e tpunt (in m TAW ) = GWDP Grondwaterdiepte onder me etpunt (in m) = p = 1 = Pizometer ; 2 = Peilbuis ; 3 = Ringput ; 4 = Pompput Filters in zelfde boorgat : neen Type en enme ren stijgbuizen : PVC 0 63/57 filters : PVC 63/57 verbindingen : gelijmd Onderant bezinbuis (m onder ma aiveld) : 17,7 (F1) 9, 7 (F2) Filteropeningen vorm : horizontale zaagsneden afmeting (mm) : nuttig oppervla (%) : Centreerbeugel(s) plaats (m onder maaiveld) : 17,8 en 15,3 (F1) 9,8 en 7,3 (F2) Omstorting type en enmeren : gealibreerd zand 0,8 1,25 mm volume (1) : tot 12,5 m (F1) tot 4,0 m (F2) Stop (pen ) type en enmeren : lei cement (F1 en F2 ) volume (1) : van 12,5 tot maa iveld (F1)/ van 4 tot maaiveld Ma teriaal boorgatopvul l ing : (F2) Schoonpompen methode : datum duur (h) : debiet (m3 /h) : Manier van afwe ring : be tonblo en desteen beschermen filter

31 GRONDBESCHRJVNG DATUM Monster nr Beschrijving van de grond Fijn grijs zand me t weinig schelpfragmenten Grijze leem Grijs zand me t weinig schelpfragmenten, naar onderaan toe me er schelpfragmenten Grijze lei Diepte* (m) van tot 0 9,5 15 9, ,5 18,5 20, 5 Geologische interpretatie 0 18,5 18,5 20,5 Kwartair Tertiair * onder maaiveld

32 LGGJNGSPLAN Kadasterblad Percee l nr boomfgj' 5m \ La Floridienne 7,2m N aer aardeweg SB1 aer ef2 1 1, 1m F 1 boorprofiel filter(s) (b) (f) hydrageologische interpr cmstorting(en) rn stop(pen) cement (g) () lei (h) doorlatend D ; slecht doorlatend ;ondoorlatend b f g h b f g h b f g h b f g h b f g h b fgh v 0 o o " '/

33 Rijsuniversiteit Gent Onderzoe nr : Boring nr : Laboratorium voor Toegepaste Geologie en Hydrogeologie 89/47 SB2 Prof Dr W De Breuc ONDERZOEK : La Floridienne OPDRACHTGEVER : STABO DATUM : BOORPLOEG (ev FRMA) : GEOLAB BOORTOESTEL : GRONDBESCHRJVNG DOOR : EVH KAART NG Nr : 14 /6 GEMEENTE :Gent x = y = (ZMV = hoogtepeil maaiveld; ZMV* BOORMEESTER : GEOL /PEDO KAART Nr : 40E ZMV = 6,53 (m TAW ) ZMV* = (m TAW ) = geschat hoogtepeil maaiveld ) BOORWJZE DEPTE ONDER MAAVELD (in m) van tot van tot van tot van tot van tot gespoeld ,5 TYPE BOORSPOELNG : wa ter VERBRUK (in 1 ) : TYPE BOORGATMETNG (EN) : Filter nr Fl F2 F3 DFB 5,8 DFO 7,8 ZMP L ST 6,878 2 KZ2 p 2 DFB = Diepte onder maaiveld (in m) van de filterbovenant DFO = Diepte onder maaiveld (in m) van de filteronderant ZMP = Hoogtepeil van het meetpunt (bv top peilbuis) (in m TAW) ZMP* = Geschat hoogtepeil van het me e tpunt (in m TAW ) GWDP = Grondwaterdiepte onder me etpunt (in m) P = 1 = Pizometer; 2 = Peilbuis ; 3 = Ringput ; 4 = Pompput Filters in zelfde boorgat : neen Type en enmeren stijgbuizen : PVC 63/57 filters : PVC 63/57 verbindingen : gelijmd Onderant bezinbuis (m onder maaiveld) : 8,0 Filteropeningen vorm : horizontale zaagsneden afmeting (rnrn) : nuttig oppervla (%) : Centreerbeugel (s) plaats (m onder maaiveld ) : 7,9 en 5,6 Oms torting type en enmeren : gealibreerd zand 0,8 1,25 rnrn volurne (1 ) : tot 3 m Stop ( pen ) type en enmeren : lei pellets COMPACTONTE volurne (1 ) : van 3 m tot maaiveld Ma teriaal boorgatopvulling : Schoonpompen methode : datum duur (h) : debiet (m3/h) : Manier van afwering : filter staat boven maaiveld

34 Monster nr GRONDBESCHRJVNG DATUM Beschrijving van de grond Diepte* (m) van tot Humeus zand 0 0,2 Geel leihoudend zand 0,2 1 Grijs fijn zand met we inig schelpfragmenten 1 8,0 Grijze leem 8,0 8,5 Geologische interpretatie 0 8,5 : Kwa rtair De bovenste meter is waarschijnlij gecontamineerd door stortmateriaal * onder maaiveld

35 LJGGJNGSPLAN Kadasterblad Perceel nr N betonnen muur pi l onen m 0 D D jajll!!:!r 33m A esb2 boorprofiel filter(s) ] (b) (f) hydrageologische interpr (h) : anstorting(en) doorlatend (g) D ' stop(pen) eerrent () lei slecht doorlatend ;ondoorlatend 1 b ; j ' f g h 11 b f g h b 21 f g h b 31 r f g h b f g h b fgh 2 3 ', : v A & & : o ', ', o o ' """' "': ê 17 f= F 'Z r

36 Ri jsuniversiteit Gent Onderzoe nr : Boring nr : Laboratorium voor Toegepa ste Geologie en Hydrogeologie 89/47 SB3 Prof Dr W De Breuc ONDERZOEK : La Floridienne OPDRACHTGEVER : STABO DATUM : BOORPLOEG (ev FRMA) : GEOLAB BOORTOESTEL : GRONDBESCHRJVNG DOOR : EVH KAART NG Nr : 14 /6 GEMEENTE :Gent x = y = (ZMV = hoogtepeil maaiveld ; ZMV* BOORMEESTER : GEOL /PEDO KAART Nr : 40E ZMV = 5,40 (m TAW) ZMV* = (m TAW ) = geschat hoogtepeil ma aiveld) BOORWJZE DEPTE ONDER MAAVELD (in m) (mm) van tot van tot van tot van tot van tot gespoeld ,5 gespoeld ,5 TYPE BOORSPOELNG : wa ter TYPE BOORGATMETNG (EN) : DA, GAM, SP, Filter nr DFB DFO ZMP F1 15,5 17,5 5,442 F2 5,3 7,3 5,533 F3 VERBRUK (in 1) PW, SN en LN L ST p 2 KZl 2 2 KZ2 2 : DFB Diepte onder maaiveld (in m) van de filterbovenant = DFO Diepte onder maaiveld (in m) van de filteronderant = ZMP Hoogtepeil van het mee tpunt (bv top peilbuis) (in m TAW) = ZMP* Geschat hoogtepeil van het meetpunt (in m TAW ) = GWDP Grondwaterdiepte onder me etpunt (in m) = p = 1 = Pizometer; 2 = Peilbuis ; 3 Ringput ; 4 = Pompput Filters in zelfde boorgat : neen Type en enmeren stijgbuizen : PVC 63/57 filters : PVC 63/57 verbindingen : gelijmd Onde rant bezinbuis (m onder maaiveld) : 17,7 (Fl) 7,5 (F2) Filteropeningen vorm : horizontale zaagsneden afme ting (mm) : nuttig oppervla (%) : Centreerbeugel(s) plaats (m onder maaiveld ) : 17,6 en 15,3 (Fl) 7,6 en 5,3 (F2) Omstorting type en enmeren : gealibreerd zand 0,8 1,25 mm volume (1 ) : tot 12,5 m (Fl) tot 2 m (F2) Stop(pen ) type en enme ren : lei pellets COMPACTONTE (F2) leicement (Fl) volume (1 ) : van 12,5 tot maaiveld (F1)/ van 2 tot maaiveld Ma teriaal boorgatopvulling : (F2) Schoonpompen me thode : datum duur (h) : debiet (m3/h) : Manier van afwe ring : betonblo en desteen beschermen filter

37 Monster nr GRONDBESCHRJVNG DATUM Beschrijving van de grond Diepte* (m) van tot Humeus zand Geel fijn zand met weinig schelpfragmenten brojes Grijze leem met veenfragment jes Grijs zand met weinig schelpfragmenten Grijze lei en we inig leem 0 0,5 0,5 8,0 8,0 14,0 14,0 18,2 18,2 20,5 Geologische interpretatie 0 18,5 18,2 20,5 Kwartair Tertiair * onder maaiveld

38 LGG!NGSPLAN Kadasterblad Perceel nr weide ingang 45,6m 583 F2 F1 1,3m V dreef N boorprofiel filter(s) (b) (f) hydrogeologische interpr (h) anstorting(en) rn (g) stop(pen) eerrent [J () lei doorlatend 0 ; slecht doorlatend ;ondoorlatend ij b f gh b f gh b f g h b f gh b fgh b f g h 1 2 ::: : : :!

39 Rijsuniversiteit Gent Onderzoe nr : Boring nr : Laboratorium voor Toegepaste Geologie en Hydrogeologie 89/47 SB4 Prof Dr W De Breuc ONDERZOEK : La Floridienne OPDRACHTGEVER : STABO DATUM : BOORPLOEG (ev FRMA ) : GEOLAB BOORTOESTEL : BOORMEESTER : GRONDBESCHRJVNG DOOR : EVH KAART NG Nr : 14 /6 GEOL /PEDO KAART Nr : 40E GEMEENTE :Gent x = y = ZMV = 4,95 (m TAW ) ZMV* = (m TAW ) (ZMV = hoogtepeil maaiveld; ZMV* = geschat hoogtepeil maaiveld) BOORWJZE DEPTE ONDER MAAVELD (in m) (mm) van tot van tot van tot van tot gespoeld ,2 van tot TYPE BOORSPOELNG : water VERBRUK (in 1) : TYPE BOORGATMETNG (EN) : Filter nr Fl F2 F3 DFB 6,5 DFO 8,5 ZMP L ST 4,670 2 KZ2 p 2 DFB = Diepte onder maaiveld (in m) van de filterbovenant DFO = Diepte onder maaiveld (in m) van de filteronderant ZMP = Hoogtepeil van het me e tpunt (bv top peilbuis) (in m TAW ) ZMP* = Geschat hoogtepeil van het me etpunt (in m TAW ) GWDP = Grondwa terdiepte onder me etpunt (in m) P = 1 = Pizometer ; 2 = Peilbuis ; 3 = Ringput; 4 = Pompput Filters in zelfde boorgat : neen Type en enme ren stijgbuizen : PVC 63/57 filters : PVC 63/57 verbindingen : gelijmd Onderant bezinbuis (m onder maaiveld) : 8,7 Filteropeningen vorm : horizontale zaagsneden afmeting (mm) : nuttig oppervla (%) : Centreerbeugel(s) plaats (m onder maaiveld) : 8,5 en 6,3 Oms torting type en enmeren : gealibreerd zand 0,8 1,25 mm volume (1 ) : tot 3,5 m Stop (pen ) type en enme ren : lei pellets COMPACTONTE volume (1 ) : van 3,5 m tot maaiveld Ma teriaal boorgatopvulling : Schoonpompen me thode : datum duur (h) : debiet (m3 /h) : Manier van afwering : 0,4 m onder maaiveld met betonblo en desteen

40 Monster nr GRONDBESCHRJVNG DATUM Beschrijving van de grond Diepte* (m) van tot Humeus zand 0 0,2 Fijn grijs zand me t weinig schelpfragmenten 0,2 9,0 Grijze leem 9,0 9,2 Geologische interpretatie 0 9,2 Kwartair * onder maaiveld

41 , LGGJNGSPLAN Kadasterblad : Perceel nr spoorweg 0' rc,, '"''' 5', '"'' r6>_ r0"' V' ">< bee afsl uiting "" 14,4m, "7' J """"' 1' r;c',ss4 10,5m die stam 329 N r "'f: gracht boorprofiel filter(s) (b) (f) hydrogeologische interpr (h) : anstorting(en) rn (g) doorlatend D stop( pen) cement () lei slecht doorlatend ;ondoorlatend b fgh b f g h b f g h b fgh b f g h b f g h ; : : : v: : t 45 _ & & 7 a 9 ' ' f ss Q

42 Rijsuniversiteit Gent Onderzoe nr : Boring nr : Laboratorium voor Toegepa ste Geologie en Hydrogeologie 89/47 SB5 Prof Dr W De Breuc ONDERZOEK : La Floridienne OPDRACHTGEVER : STABO DATUM : BOORPLOEG (ev FRMA ) : RB /MM BOORTOESTEL : handboor BOORMEESTER : RB GRONDBESCHRJVNG DOOR : MM KAART NG Nr : 14 /6 GEOL /PEDO KAART Nr : 40E GEMEENTE :Gent x = y = ZMV = 5,29 (m TAW ) ZMV* = (m TAW ) (ZMV = hoogtepeil ma aiveld ; ZMV* = geschat hoogtepeil ma aiveld ) BOORWJZE DEPTE ONDER MAAVELD (in m) van tot van tot van tot van tot gespoeld ,3 () van tot TYPE BOORSPOELNG : water VERBRUK (in 1) : TYPE BOORGATMETNG (EN) : Filter nr F1 F2 F3 DFB 5,05 DFO 7,05 ZMP L ST 5, KZ2 p 2 DFB = Diepte onder maaiveld (in m) van de filterbovenant DFO = Diepte onder maaiveld (in m) van de filteronderant ZMP = Hoogtepeil van het meetpunt (bv top peilbuis) (in m TAW ) ZMP* = Geschat hoogtepeil van het meetpunt (in m TAW) GWDP = Grondwa terdiepte onder mee tpunt (in m) P = 1 = Pizometer ; 2 = Peilbuis ; 3 = Ringput ; 4 = Pompput Filters in zelfde boorgat : neen Type en enmeren stijgbuizen : PVC 63/57 filters : PVC 63/57 verbinding en : gelijmd Onderant bezinbuis (m onder maaiveld) : Filteropeningen vorm : horizontale zaagsneden afme ting () : nut tig oppervla (%) : Centreerbeugel(s) plaats (m onder maaiveld) : Omstorting type en enme ren : wartszand volume (1 ) : tot 1,8 m Stop (pen ) type en enmeren : leibollen volume (1 ) : van 1,8 tot maaiveld Materiaal boorgatopvulling : Schoonpompen me thode : datum duur (h) : debiet (m3/h) : Mani er van afwe ring : betonblo en desteen beschermen filter

43 Monster nr GRONDBESCHRJVNG DATUM Beschrijving van de grond Diepte* (m) van tot Bruin fijn leemhoudend zand 0 0,2 Blauwgrijs slib 0,2 0,25 Geelbruin fijn zand, leemhoudend 0,25 0,5 Geelbruin fijn zand 0,5 1,0 Grijs fijn zand me t schelpfragmenten 1,0 7,3 Leem 7,3 Geologische interpretatie 0 7,3 Kwartair * onder maaiveld

44 LJGGNGSPLAN Kadasterblad Perceel nr N SB3 F1 e e F2 123 Sm 17,3m dreef vanaf mldden dreef es ss boorprofiel filter(s) (b) (f) hydrageologische interpr (h) : anstorting(en) [] stop(pen) cement (g) () lei doorlatend 0 ; slecht doorlatend ;ondoorlatend 1 b :' :: : : f g h 11 b f g h b 21 f g h b 31 r fgh b f g h b f g h r , y ! : 0 o E :_:=_:::: t:: E : ///, & & S

45 Rijsuniversiteit Gent Onderzoe nr : Boring nr : Laboratorium voor Toegepaste Geologie en Hydrogeologie 89/47 SB6 Prof Dr W De Breuc ONDERZOEK : La Floridienne OPDRACHTGEVER : STABO DATUM : BOORPLOEG (ev FRMA ) : RB /MM BOORTOESTEL : handboor BOORMEESTER : RB GRONDBESCHRJVNG DOOR : MM KAART NG Nr : 14 /6 GEOL /PEDO KAART Nr : GEMEENTE :Gent x = y ZMV = 5,73 (m TAW ) ZMV* = (m TAW ) (ZMV = hoogtepeil maaiveld : ZMV* = geschat hoogtepeil maaiveld) BOORWJZE DEPTE ONDER MAAVELD (in m) (mm}_ va n tot van tot van tot van tot gespoeld ,4 van tot TYPE BOORSPOELNG : wa ter VERBRUK (in 1) : TYPE BOORGATMETNG(EN) : Filter nr F1 F2 F3 DFB 5,15 DFO 7,15 ZMP L ST 5,578 2 KZ2 p 2 DFB = Diepte onder maaiveld (in m) van de filterbovenant DFO = Diepte onder maaiveld (in m) van de filteronderant ZMP = Hoogtepeil van het mee tpunt (bv top peilbuis) (in m TAW ) ZMP* = Geschat hoogtepeil van het mee tpunt (in m TAW ) GWDP = Grondwaterdiepte onder me etpunt (in m) P = 1 = Piëzometer : 2 = Peilbuis ; 3 = Ringput ; 4 = Pompput Filters in zelfde boorgat : neen Type en enme ren stijgbuizen : PVC 63/57 filters : PVC 63/57 verbindingen : gelijmd Onderant bezinbuis (m onder maaiveld) : Filteropeningen vorm : horizontale zaagsneden afme ting (mm) : nuttig oppervla (%) : Centreerbeugel(s) plaats (m onder maaiveld) : Omstorting type en enmeren : wartszand volume (1 ) : tot 1 m Stop(pen) type en enmeren : leibollen volume (1 ) : van 1 m tot maaiveld Materiaal boorgatopvulling : Schoonpompen me thode : datum duur (h) : debiet (m3 /h) : Manier van afwering : betonblo en desteen beschermen filter

46 Monster nr GRONDBESCHRJVNG DATUM Beschrijving van de grond Diepte* (m) van tot Bruin fijn leemhoudend zand 0 0,4 Bruin fijn zand 0,4 3,0 Grijs fijn zand me t schelpfragmenten 3,0 Leem 7,4 7,4 Geologische interpretatie 0 7,4 Kwartair * onder maaiveld

47 LGGNGSPLAN Kadasterblad Perceel nr afsluiting 260 6m dreef F1 e ef2 SB3 44,7m N /312 paal, gasleiding 4 ss6 0,7m boorprofiel filter(s) (b) (f) anstorting(en) [) (g) stop(pen) eerrent!±] () lei hydrageologische interpr {h) : doorlatend 0 ; slecht doorlatend ;ondoorlatend b f g h b f g h b f g h b f g h b f g h b f g h : ::: 0 1 : : : : :: 2 0 : f ' 0 : , 5 ;i' ' Ṿ, :, : : r ss ' o o o 6 := : & 0 0 O a 'S

48 Rijsuniversiteit Gent Onderzoe nr : Boring nr : Laboratorium voor Toegepaste Geologie en Hydrogeologie Prof Dr W De Breuc 89/47 DBl ONDERZOEK : La Floridienne OPDRACHTGEVER : STABO DATUM : BOORPLOEG (ev FRMA ) : GEOLAB BOORTOESTEL : BOORMEESTER : GRONDBESCHRJVNG DOOR : EVH KAART NG Nr : 14/6 GEOL /PEDO KAART Nr : 40E GEMEENTE :Gent x = y = ZMV = 7,30 (m TAW) ZMV* = (m TAW) (ZMV = hoogtepeil maaiveld; ZMV* = geschat hoogtepeil maaiveld) BOORWJZE DEPTE ONDER MAAVELD (in m) (mm) van tot van tot van tot van tot droog ,5 van tot TYPE BOORSPOELNG : VERBRUK (in l) : TYPE BOORGATMETNG(EN) : Filter nr Fl F2 F3 DFB 7,3 DFO 9,3 ZMP L ST 7,834 2 KZZ p 2 DFB = Diepte onder maaiveld (in m) van de filterbovenant DFO = Diepte onder maaiveld (in m) van de filteronderant ZMP = Hoogtepeil van het meetpunt (bv top peilbuis) (in m TAW) ZMP* = Geschat hoogtepeil van het meetpunt (in m TAW ) GWDP = Grondwaterdiepte onder me etpunt (in m) P = 1 = Pizometer; 2 = Peilbuis ; 3 = Ringput ; 4 = Pompput Filters in zelfde boorgat : neen Type en enme ren stijgbuizen : PVC 63/57 filters : PVC 63/57 verbindingen : gelijmd Onderant bezinbuis (m onder maaiveld) : 9,5 Filteropeningen vorm : horizontale zaagsneden afme ting (mm) : nuttig oppervla (%) : Centreerbeugel(s) plaats (m onder ma aiveld ) : 9,4 en 7,1 Oms torting type en enme ren : gealibreerd zand 0,8 1,25 mm volume (1) : tot 4,5 m Stop(pen ) type en enmeren : lei pellets COMPACTONTE volume (1) : van 4,5 m tot maaiveld Materiaal boorgatopvulling : Schoonpompen me thode : datum duur (h) : debiet (m3/h) : Manier van afwering : filter staat boven maaiveld

49 Monster nr GRONDBESCHRJVNG DATUM Beschrijving van de grond Rood stortmateriaal Bruin hurnèus zand Grijs fijn zand, we inig leemhoudend Grijs fijn zand, we inig leemhoudend en weinig leine schelpfragmenten Grijs fijn zand met weinig leine schelpfragmenten die naar onder toe grover worden Bruingrijze leem Diepte* ( m) van tot 0 1,8 1,8 2,4 2, ,5 4,5 9,4 9,4 9,5 Geologische interpretatie 0 1,8 1,8 9,5 stortmateriaal Kwartair * onder maaiveld

50 L!GG\NGSPLAN Kadasterblad Perceel nr la ardeweg gracht N 73,5m rand van rode stort boorprofiel filter(s) (b) (f) hydrageologische interpr (h) : anstorting(en) [] (g) stop( pen) cement () lei doorlatend 0 ; slecht doorlatend ;ondoorlatend b f g h b f g h b f g h b f g h b f g h b f g h 1 'V r 31 r ::: : _:::":: : : : : ' :?[(: ' ss 6 : 16 2& S& 7 ::v 17 Z ' ' o ss 9 10 :? r ss

51 Rijsuniversiteit Gent Onderzoe nr : Boring nr : Laboratorium voor Toegepa ste Geologie en Hydrogeologie 89/47 DB2 Prof Dr W De Breuc ONDERZOEK : La Floridienne OPDRACHTGEVER : STABO DATUM : BOORPLOEG (ev FRMA) : GEOLAB BOORTOESTEL : BOORMEESTER : GRONDBESCHRJVNG DOOR : EVH KAART NG Nr : 14 /6 GEOL /PEDO KAART Nr : 40E GEMEENTE :Gent x = y = ZMV = 10,83 (m TAW) ZMV* = (m TAW) (ZMV = hoogtepe il maaiveld ; ZMV* = geschat hoogtepeil maaiveld) BOORWJZE DEPTE ONDER MAAVELD (in m) (mm) van tot van tot van tot van tot droog van tot TYPE BOORSPOELNG : VERBRUK (in 1) : TYPE BOORGATMETNG(EN) : Filter nr F1 F2 F3 DFB 8,2 DFO 10,2 ZMP L ST 11, KZ2 p 2 DFB = Diepte onder maaiveld (in m) van de filterbovenant DFO = Diepte onder maaiveld (in m) van de filteronderant ZMP = Hoogtepeil van het mee tpunt (bv top peilbuis ) (in m TAW ) ZMP* = Geschat hoogtepeil van het me e tpunt (in m TAW ) GWDP = Grondwaterdiepte onder me e tpunt (in m) P = 1 = Pizometer ; 2 Peilbuis ; 3 = Ringput ; 4 = Pompput Filters in zelfde boorgat : neen Type en enmeren stijgbuizen : PVC 63/57 filters : PVC 63/57 verbindingen : gelijmd Onderant bezinbuis (m onder maaiveld) : 10,4 Filteropeningen vorm : horizontale zaagsneden afme ting (mm) : nuttig oppervla (%) : Centreerbeugel(s) plaats (m onder maaiveld) : 10,3 en 8,0 Omstorting type en enmeren : gealibreerd zand 0,8 1,25 mm volume (1) : tot 6,8 m Stop (pen) type en enmeren : lei pe llets COMPACTONTE volume ( 1 ) : van 6,8 m tot maaiveld Ma teriaal boorgatopvulling : Schoonpompen methode : datum duur (h) : debiet (m3/h) : Manier van afwering : filter staat boven maaiveld

52 Monster nr GRONDBESCHRJVNG DATUM Beschrijving van de grond Zwart stortmateriaal Leemhoudend bruinzwa rt zand Geelbruin zand met zandsteenbrojes Grijs zand met weinig schelpfragmenten Diepte* (m) van tot 0 5,8 5,8 6,25 6, Geologische interpretatie 0 8,8 5,8 11 stortmateriaal Kwartair * onder maaiveld

53 LJGGGSPLAN Kadasterblad Perceel nr zwarte stort N ri 41m 1e DB2 23m boorprofiel filter(s) (b) (f) ê1 hydrageologische interpr (h) : cmstorting(en) [] stop{ pen) cement (g) () lei doorlatend D ; slecht doorlatend ;ondoorlatend b fgh b f g h :\( ": : ;:::: b f g h b f g h b f g h b f g h,,, 21 _" _, \ ' 3 13 i :::! u;: ' D' : : ' 7 : ' B 9 10 o o O V ' ' ' 0 "" & S S ss

54 STABO PROJECT NR TG RJKSUNVER ST ET GENT LABORATORUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGE EN HYDROGEOLOGE Pr ofo r WDe Br euc BOORG ATM ET NG SB1 BORNG NR D ATUM G EMEENTE SB 04/05/90 Gent Oteplc Pe il (m) (M TAWl DAMETER SPONTANE POTENT AAL PUNTWEERSTAND PW () RESSTVTET LN ( ) /SN () NATUURL JKE GAMMA :: : : : : 5 5 v : : : : : ' : : : 1 " : N N ', :: : : : : : ', mm 40 mv ohm (LN/SN) cps 20 ohm <PW)

55 STABO PROJECT NR : TG RJKSUNVERS T E T GENT LABORATORlUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGl E EN HYDROGEOLOG le Pr ofdr W De Breuc BOORGATM ET NG SB3 BORlNG NR : DATUM GEMEENTE SB3 03/05/90 Gen t Di e p te P e i (mj (m T AWJ DAMETER SPONTANE POTENT AAL PUNTWEERSTAND PW () RES1STV1T ET LN ( ) / SN () NATUURL JKE GAMMA : 0 ' : ' 0 0 : : : o t ' : : : : : : :'1:: ::, 0 N N N V"' N d "" <: r> / ( ' ) ( 17 V D 1"1 ll, /; / ' ' ' ' / \ \ ' ' \ ' ) / ' \ \ rr,, t " J "7 e (' \ ( / ) l 1 li < l ( 1") ( \,\ ( ( <: ",,/ i,, mm 20 mv ohm (LN/SNl c p ohm (PWJ