Vastgesteld. Mei 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Vastgesteld. Mei 2015"

Transcriptie

1 Mei 2015

2 BESTEMMINGSPLAN DE STREEK, PARTIËLE HERZIENING (ACHTER) OUDE RIJKSWEG 376 Plan: Plantype: Bestemmingsplan Status: IMRO-nummer: NL.IMRO VA01 2

3 Toelichting 3

4 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDING AANLEIDING LIGGING VAN HET PLANGEBIED DE BIJ HET PLAN BEHORENDE STUKKEN HUIDIGE PLANOLOGISCHE REGIEM LEESWIJZER... 7 HOOFDSTUK 2 ONTSTAANSGESCHIEDENIS EN BESCHRIJVING PLANGEBIED ONTSTAANSGESCHIEDENIS BESCHRIJVING PLANGEBIED EN OMGEVING... 8 HOOFDSTUK 3 PLANBESCHRIJVING RUIMTELIJKE ONTWIKKELING INRICHTING VERKEER EN PARKEREN HOOFDSTUK 4 BELEIDSKADER RIJKSBELEID PROVINCIAAL BELEID GEMEENTELIJK BELEID HOOFDSTUK 5 MILIEU- EN OMGEVINGSASPECTEN GELUID (WET GELUIDHINDER) BODEMKWALITEIT LUCHTKWALITEIT VEILIGHEID MILIEUZONERING GEUR ECOLOGIE ARCHEOLOGIE & CULTUURHISTORIE HOOFDSTUK 6 WATERASPECTEN VIGEREND BELEID WATERPARAGRAAF HOOFDSTUK 7 JURIDISCHE ASPECTEN EN PLANVERANTWOORDING INLEIDING OPZET VAN DE REGELS VERANTWOORDING VAN DE REGELS HOOFDSTUK 8 ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID HOOFDSTUK 9 INSPRAAK & VOOROVERLEG VOOROVERLEG INSPRAAK BIJLAGEN BIJ DE TOELICHTING BIJLAGE 1: VERKENNEND BODEMONDERZOEK BIJLAGE 2: WATERTOETS: KORTE PROCEDURE

5 HOOFDSTUK 1 INLEIDING 1.1 Aanleiding Initiatiefnemer van voorliggend bestemmingsplan wenst een dubbele boerderij te bouwen op het perceel achter de woning aan de Oude Rijksweg 376 te Rouveen. De bouw van de dubbele woning is mogelijk op basis van de gemeentelijke beleidsnotitie Open plekken Staphorst. In deze beleidsnotitie wordt aangegeven onder welke strikte voorwaarden woningbouw op kan worden gerealiseerd op bestaande open plekken, vrijkomende plekken en op locaties achter aan de stegen. De gemeente heeft aangegeven op basis van deze beleidsnotitie medewerking te willen verlenen aan het voornemen. Omdat de gewenste ontwikkeling is niet in overeenstemming is met het vigerende bestemmingsplan De Streek. Derhalve is een bestemmingsplanherziening noodzakelijk. In voorliggend bestemmingsplan zal worden aangetoond dat de wijziging van de bestemming in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening en vanuit ruimtelijk en planologisch oogpunt verantwoord is. 1.2 Ligging van het plangebied Het plangebied is gelegen achter het woonperceel Oude Rijksweg 376 in Rouveen. Kadastraal is het plangebied bekend als gemeente Staphorst, sectie AN, nummer 321 (ged.). De ligging van het plangebied in Rouveen is weergegeven in afbeelding 1.1. Afbeelding 1.1: Ligging van het plangebied aan de Oude Rijksweg 376 in Rouveen (Bron: opentopo) 1.3 De bij het plan behorende stukken Het bestemmingsplan De Streek, partiële herziening (achter) Oude Rijksweg 376 te Rouveen bestaat uit de volgende stukken: verbeelding (tek.nr. NL.IMRO VA01) en een renvooi; regels (met bijbehorende bijlagen). Op de verbeelding zijn de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden weergegeven. In de regels zijn bepalingen opgenomen om de uitgangspunten van het plan zeker te stellen. Het plan gaat vergezeld van een toelichting. De toelichting geeft een duidelijk beeld van het bestemmingsplan en van de daaraan ten grondslag liggende gedachten maar maakt geen deel uit van het juridisch bindende deel van het bestemmingsplan. 5

6 1.4 Huidige planologische regiem Algemeen Het plangebied is gelegen binnen de begrenzing van het bestemmingsplan De Streek. Dit bestemmingsplan is vastgesteld op 11 juni 2013 door de gemeenteraad van Staphorst. In dit bestemmingsplan is het plangebied bestemd tot: Agrarisch met waarden Wonen 1 Waarde Archeologie 3 Waarde Beschermd dorpsgezicht vrijwaringszone laagvliegroute In afbeelding 1.2 is een uitsnede van de verbeelding behorende bij het bestemmingsplan De Streek opgenomen. Het plangebied is daarbij indicatief weergegeven met de rode kaders. Voor de exacte begrenzing wordt verwezen naar de verbeelding. Afbeelding 1.2: Uitsnede verbeelding bestemmingsplan De Streek (Bron: Beschrijving bestemmingen en aanduidingen Agrarisch met waarden De voor Agrarisch met waarden aangewezen grond zijn bestemd voor agrarische bedrijven, landschappelijke waarden en cultuurgrond, water en voorzieningen ten behoeve van water, groenvoorzieningen, dagrecreatief medegebruik, verkeer en verblijfsdoeleinden in de vorm van wegen met een functie voor intern verkeer, voeten fietspaden en parkeervoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen. 6

7 Wonen 1 De voor Wonen 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor wonen, hobbymatige agrarische activiteiten, het houden van een bed and breakfast in een bestaand hoofdgebouw c.q. woning of in een voormalig inpandig bedrijfsgedeelte, aan huis verbonden beroepen, tuinen en erven, groenvoorzieningen, cultuurgrond en water, verkeers- en verblijfsdoeleinden in de vorm van wegen met een functie voor intern verkeer, voet- en fietspaden en parkeervoorzieningen, openbare nutsvoorzieningen, speelvoorzieningen. Waarde Archeologie 3 De voor Waarde Archeologie 3 aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud van hoge archeologische verwachtingswaarden. Waarde Beschermd dorpsgezicht De voor Waarde Beschermd dorpsgezicht aangewezen gronden zijn bestemd voor aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor behoud, herstel en versterking van het karakteristieke dorpsgezicht (De Streek) zoals dat is verwoord in de aanwijzing dorpsgezicht d.d. 18 oktober 1993 het document 'Staphorst een eigen wereld' van 31 mei vrijwaringszone laagvliegroute Ter plaatse van deze gebiedsaanduiding is vastgelegd dat in afwijking van het bepaalde in de overige bestemmingsregels ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - laagvliegroute' geen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, hoger dan 40 meter in verband met de laagvliegroute mogen worden gebouwd Strijdigheid Ter plaatse van het plangebied zijn geen bouwmogelijkheden aanwezig ten behoeve van een reguliere woning. Dit vanwege het ontbreken van de juiste (woon)bestemming en een bouwvlak. Om het gewenste plan mogelijk te maken, dient het bestemmingsplan herzien te worden. Voorliggend bestemmingsplan voorziet hierin. 1.5 Leeswijzer Na deze inleiding wordt in hoofdstuk 2 ingegaan op de ontstaansgeschiedenis van Rouveen en wordt tevens een beschrijving van de huidige situatie in het plangebied gegeven. Hoofdstuk 3 bevat de planbeschrijving. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op het beleidskader. Hierin wordt het beleid van rijk, provincie en de gemeente Staphorst beschreven. In hoofdstuk 5 passeren alle relevante milieu- en omgevingsaspecten de revue. Hoofdstuk 6 gaat in op de wateraspecten waaronder de watertoets. In de hoofdstukken 7 en 8 wordt respectievelijk ingegaan op de juridische aspecten/planverantwoording en de economische uitvoerbaarheid van het project. Hoofdstuk 9 gaat in op de inspraak en het vooroverleg. 7

8 HOOFDSTUK 2 ONTSTAANSGESCHIEDENIS EN BESCHRIJVING PLANGEBIED 2.1 Ontstaansgeschiedenis Rouveen ligt in een gebied waar in het begin van de middeleeuwen nog een metersdiep pakket hoogveen lag. De ontginning hiervan, die een aantal eeuwen heeft geduurd, bepaalt vandaag de dag het landschap. Het veen werd in een aantal slagen, die weer waren opgedeeld in ontginningshoeven met een vaste perceelsbreedte van ongeveer 125 meter, ontgonnen. Dit bepaalt nog steeds het perceelspatroon ter hoogte van Rouveen, hier staan de percelen schuin op de Oude Rijksweg. Doordat steeds nieuwe stukken veen werden ontgonnen verplaatsten de boerderijen mee. Het verplaatsen van deze boerderijen stopte eind 16 e eeuw. Eind 16 e eeuw heeft het bebouwingslint zijn huidige vorm gekregen. Dit bebouwingslint wordt De Streek genoemd en omvat de kernen Staphorst en Rouveen. De Streek ligt in een gebogen lijn die ter hoogte van Staphorst haaks op de ontginningspercelen ligt. Ter hoogte van Rouveen staat de verkavelingsrichting in een scherpe hoek op de straat. Ook de boerderijen volgen deze verkavelingsrichting. De karakteristieke boerderijen in De Streek zijn niet alleen naast elkaar op smalle kavels gesitueerd, maar ook achter elkaar. De bewoners hadden een sterke gemeenschapszin, waardoor kavels werden gesplitst en boerderijen steeds dichter naast elkaar kwamen te staan. Als hier geen ruimte meer was, werden de boerderijen ook achter elkaar gebouwd, meestal door de kinderen uit het voorgaande huis. De laatste jaren zijn steeds meer boeren vertrokken om elders een nieuw agrarisch bedrijf op te richten, met als gevolg veel leegstand aan De Streek. Als oplossing voor het tegengaan van leegstand en verval zijn meerdere boerderijen al opgesplitst in verschillende wooneenheden. Afbeelding 2.1: Bebouwingslint De Streek (Bron: Staphorst eigen wereld) 2.2 Beschrijving plangebied en omgeving De locatie bevindt zich achter het perceel aan de Oude Rijksweg 376 te Rouveen. Zoals hiervoor uitgebreid beschreven, maakt het plangebied onderdeel uit van het kenmerkende bebouwingslint De Streek. De ruimtelijke structuur wordt bepaald door de Oude Rijksweg en rechtlijnige ontginningsstructuren haaks op de Oude Rijksweg. De functionele structuur bestaat voornamelijk uit woningen. Het plangebied wordt begrensd door weiland aan de noordwestzijde. Voor het overige grenst het plangebied deels aan het woonperceel Conradsweg 1 en Oude Rijksweg 376. Dit voorgenoemde object betreft een 8

9 gemeentelijk monument. Deze monumentale status wordt nader toegelicht in paragraaf De luchtfoto s in afbeelding 2.2 en 2.3 geven een goed beeld van de ligging van het plangebied in de omgeving. Afbeelding 2.2: Luchtfoto van het plangebied in het bebouwingslint aan de Oude Rijksweg (Bron: Provincie Overijssel) Afbeelding 2.3: Straatbeeld van het plangebied (Bron: Google streetview) De locatie is nu nog deels bebouwd. Het gaat om een deel van een schuur die nu nog in gebruik is bij het woonerf Oude Rijksweg 376. Voor de rest is het plangebied onbebouwd en in gebruik als grasland. 9

10 HOOFDSTUK 3 PLANBESCHRIJVING 3.1 Ruimtelijke ontwikkeling Inleiding De gewenste ontwikkeling wordt mogelijk gemaakt op basis van de beleidsnotitie Open plekken Staphorst. In deze notitie staat dat het bebouwen van open plekken, vrijkomende locaties en locaties achter de stegen moet plaatsvinden door een woningtype dat dat is gebaseerd op de Staphorster boerderij. Een nieuwe woning dient minimaal 3 meter uit de zijdelingse perceelsgrens te worden opgericht op een perceel met een minimale breedte van 17 meter en een minimale diepte van 31 meter. Het perceel dient tevens een minimale oppervlakte te hebben van 600 m 2. Gebleken is dat onderhavige locatie voldoet aan deze voorwaarden zoals opgenomen in de beleidsnotitie Open plekken Staphorst. De afmetingen van het ontwerp voldoen ook aan het open plekken beleid. Tevens mag er binnen de nieuwe bouwmassa meerdere woningen worden gecreëerd. De in dit bestemmingsplan besloten dubbele woning is op grond daarvan mogelijk. Tot slot wordt een deel van bestaande schuur (circa 240 m 2 ) behorende bij het woonperceel Oude Rijksweg 376 gesloopt teneinde de boerderij dichter op de bestaande boerderij Oude Rijksweg 376 te kunnen situeren om te voldoen aan de stedenbouwkundige voorwaarden zoals opgenomen in de beleidsnotitie Open plekken Staphorst. De te slopen bebouwing is weergegeven met de witte stippellijn op afbeelding 3.3. De open plek ligt achter een bestaande steeg. Aan deze steeg staan nu twee woningen, zodat dit in overeenstemming is met het vereiste uit het beleid dat er maximaal vier woningen aan een steeg gebouwd mogen worden Het ontwerp Het ontwerp van de dubbele boerderij is gebaseerd op het ontwerp van een typische Staphorster boerderij; een langgerekt bouwwerk waarbij woonhuis, deel, stal en hooiopslag in elkaars verlengde liggen. De boerderijen dateren uit de 19 e en 20 e eeuw. Een belangrijk kenmerk van dergelijke hallehuizen is dat het dak boven de verschillende ruimtes in een lijn doorloopt. Van oorsprong hadden de boerderijen van dit type een stenen voorgevel, een houten zijkant en een rieten dak. De meeste boerderijen hebben een wolfseind; het rieten dak loopt door in een driehoek aan de voorzijde van het huis. Aan de zijkant van de deel zit veelal een grote deur; de bedrijfsingang. Deze baanderdeur ligt niet, zoals bij andere typen, aan de achterzijde omdat daar vanwege de smalle kavel onvoldoende ruimte is om een toegang te maken. Door het ontwerp en projectering van de bebouwing op de kavel te aansluiten op de verschijningsvorm van een typische Staphorster boerderij, gaat het geheel goed op in de omgeving. De goothoogte bedraagt maximaal 3 meter, de bouwhoogte maximaal 8 meter. Het gaat om een dubbele woonhuis met twee separate wooneenheden van 10 meter breed en 28,5 meter lang. Er worden geen vrijstaande bijgebouwen gerealiseerd, maar worden geïntegreerd in de hoofdmassa. Een weergave van het ontwerp is opgenomen in afbeelding 3.1. In afbeelding 3.2. zijn doorsnedes van het ontwerp opgenomen. 10

11 Afbeelding 3.1: Gevelaanzichten (Bron: Huls Architecten) Afbeelding 3.2: Doorsnedes (Bron: Huls Architecten) 3.2 Inrichting De inrichting van het plangebied sluit aan bij de typische inrichting van veel andere Staphorster percelen. Er is sprake van een herkenbaar voor- en achtererf, dat ingericht wordt als siertuin. Op verschillende plekken worden fruitbomen aangeplant. De perceelgrenzen worden geaccentueerd met een beukenhaag. Een deel van de tuin wordt ingericht als moestuin. Verwezen wordt naar afbeelding

12 Afbeelding 3.3: Bovenaanzicht inrichting (Bron: Huls Architecten) 3.3 Verkeer en parkeren Verkeer Het plangebied wordt ontsloten via een bestaande steeg op de Conradsweg. Voor het gebruik van deze ontsluiting is een recht van overpad / erfdienstbaarheid van toepassing. De realisatie van de in dit bestemmingsplan besloten ontwikkeling zorgt niet voor een onevenredige verkeerstoename die de verkeersveiligheid en doorstroming van omliggende infrastructuur op een negatieve manier beïnvloed Parkeren Het parkeren ten behoeve van het nieuwe woonperceel zal plaatsvinden op eigen perceel. Het perceel biedt hier voldoende ruimte voor. Hierbij zal worden voldaan aan de CROW parkeerkencijfers. 12

13 HOOFDSTUK 4 BELEIDSKADER Dit hoofdstuk beschrijft, voor zover van belang, het rijks-, provinciaal- en gemeentelijk beleid. Naast de belangrijkste algemene uitgangspunten worden de specifieke voor dit plangebied geldende uitgangspunten weergegeven. 4.1 Rijksbeleid Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte Algemeen Op 13 maart 2012 is de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte vastgesteld. De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) geeft een totaalbeeld van het ruimtelijk- en mobiliteitsbeleid op rijksniveau en heeft de Nota Ruimte, de Structuurvisie Randstad 2040, de Nota Mobiliteit, de Mobiliteits Aanpak en de Structuurvisie voor de Snelwegomgeving vervangen. Tevens vervangt het een aantal ruimtelijke doelen en uitspraken in onder andere de Agenda Landschap en de Agenda Vitaal Platteland. Daarmee wordt de SVIR het kader voor thematische of gebiedsgerichte uitwerkingen van rijksbeleid met ruimtelijke consequenties Rijksdoelen en regionale opgaven In de SVIR heeft het Rijk drie rijksdoelen om Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig te houden voor de middellange termijn (2028): Het vergroten van de concurrentiekracht van Nederland door het versterken van de ruimtelijkeconomische structuur van Nederland; Het verbeteren, instandhouden en ruimtelijk zekerstellen van de bereikbaarheid waarbij de gebruiker voorop staat; Het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving waarin unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden behouden zijn. Voor de drie rijksdoelen worden de 13 onderwerpen van nationaal belang benoemd. Hiermee geeft het Rijk aan waarvoor het verantwoordelijk is en waarop het resultaten wil boeken. Buiten deze nationale belangen hebben decentrale overheden beleidsvrijheid. De drie hoofddoelen van het ruimtelijk en mobiliteitsbeleid kennen nationale opgaven die regionaal neerslaan. Opgaven van nationaal belang in Oost-Nederland (de provincies Gelderland en Overijssel) zijn: Het waar nodig verbeteren van de internationale achterlandverbindingen (weg, spoor en vaarwegen) die door Oost Nederland lopen. Dit onder andere ten behoeve van de mainports Rotterdam en Schiphol; Het formuleren van een integrale strategie voor het totale rivierengebied van Maas en Rijntakken (Waal, Nederrijn, Lek en de IJssel, deelprogramma rivieren van het Deltaprogramma) en de IJsselvechtdelta (deelprogramma s zoetwater en rivieren) voor waterveiligheid in combinatie met bereikbaarheid, ruimtelijke kwaliteit, natuur, economische ontwikkeling en woningbouw; Het tot stand brengen en beschermen van de (herijkte) EHS, inclusief de Natura 2000 gebieden (zoals de Veluwe); Het robuust en compleet maken van het hoofdenergienetwerk (380 kv), onder andere door het aanwijzen van het tracé voor aansluiting op het Duitse hoogspanningsnet Ladder voor duurzame verstedelijking In de SVIR wordt de ladder voor duurzame verstedelijking geïntroduceerd. Deze ladder is per 1 oktober 2012 als motiveringseis in het Besluit ruimtelijke ordening (artikel 3.1.6, lid 2) opgenomen. Doel van de ladder voor duurzame verstedelijking is een goede ruimtelijke ordening door een optimale benutting van de ruimte in stedelijke gebieden. Hierbij dient de behoefte aan een stedelijke ontwikkeling te worden aangetoond. De 13

14 ladder kent drie treden die achter elkaar worden doorlopen. In afbeelding 4.1. wordt deze treden schematisch weergegeven. Afbeelding 4.1: Ladder voor duurzame verstedelijking (Bron: Ministerie van Infrastructuur en Milieu) Teneinde een ontwikkeling adequaat te kunnen toetsen aan de ladder is het noodzakelijk inzicht te geven in de begrippen stedelijke ontwikkeling, bestaand stedelijk gebied en regionale behoefte. In de Bro zijn in artikel definities opgenomen voor: bestaand stedelijk gebied: bestaand stedenbouwkundig samenstel van bebouwing ten behoeve van wonen, dienstverlening, bedrijvigheid, detailhandel of horeca, alsmede de daarbij behorende openbare of sociaal culturele voorzieningen, stedelijk groen en infrastructuur. stedelijke ontwikkeling: ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of zeehaventerrein, of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen. Voor regionale behoefte is geen definitie in artikel van de Bro opgenomen. Uit de nota van toelichting behorende bij artikel Bro (Staatsblad 2012, 388, pp ) blijkt dat met regionale behoefte niet per se wordt gedoeld op een bovengemeentelijke behoefte (regionaal in de zin van meerdere gemeenten omvattende). Centraal staat een passend regionaal schaalniveau; in geval van een lokale ontwikkeling kan het daarom ook gaan om een lokale (binnen de gemeente) vallende behoefte. Een dergelijke behoefte kan dan worden gezien als regionale behoefte zoals bedoeld in artikel lid 2 Bro Toetsing aan de Ladder voor duurzame verstedelijking De drie treden (behoefte, bestaand stedelijk gebied en bouwen buiten bestaand stedelijk gebied) zijn van toepassing bij nieuwe stedelijke ontwikkelingen (3.1.6 Bro). Op het realiseren van woningen zijn ondermeer de uitspraken ABRvS 27 augustus 2014, ECLI:NL:RVS:2014:3223 en ABRvS 11 juni 2014, ECLI:NL:RVS:2014:2077 van toepassing. Uit deze uitspraken blijkt dat het realiseren van respectievelijk 4 en 7 woningen niet wordt gezien als stedelijke ontwikkeling als bedoeld in artikel 1.1.1, eerste lid, aanhef en onder i, Bro. In voorliggend geval is de ladder voor duurzame verstedelijking dan ook niet van toepassing, aangezien er sprake is van het toevoegen van twee woningen. 14

15 4.1.3 Conclusie toetsing aan het rijksbeleid Geconcludeerd kan worden dat het relevante ruimtelijke ordeningsbeleid op rijksniveau de in dit bestemmingsplan besloten ontwikkeling niet in de weg staat. 4.2 Provinciaal beleid Het provinciaal beleid is verwoord in tal van plannen. Het belangrijkste plan betreft de Omgevingsvisie Overijssel en de daarbij behorende Omgevingsverordening Overijssel Uitgangspunten van de Omgevingsvisie Overijssel De Omgevingsvisie Overijssel is het integrale provinciale beleidsplan voor de fysieke leefomgeving van Overijssel. In 2009 is de Omgevingsvisie en -verordening 2009 vastgesteld. Naar aanleiding van monitoring en evaluaties is de Omgevingsvisie en -verordening op onderdelen geactualiseerd. De Actualisatie Omgevingsvisie en -verordening is op 3 juli 2013 vastgesteld door Provinciale Staten en is op 1 september 2013 in werking getreden. Leidende thema s voor de Omgevingsvisie zijn: Duurzaamheid; Ruimtelijke kwaliteit. Enkele belangrijke beleidskeuzes waarmee de provincie haar ambities wil realiseren zijn: door meer aandacht voor herstructurering wordt ingezet op een breed spectrum aan woon-, werk- en mixmilieu s; dorpen en steden worden gestimuleerd hun eigen kleur te ontwikkelen; investeren in een hoofdinfrastructuur voor wegverkeer, trein, fiets en waarbij veiligheid en doorstroming centraal staan; zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik; deze methode gaat ervan uit dat eerst het gebruik van de ruimte wordt geoptimaliseerd, dan de mogelijkheid van meervoudig ruimtegebruik wordt onderzocht en dan pas de mogelijkheid om het ruimtegebruik uit te breiden, wordt bekeken; ruimtelijke plannen ontwikkelen aan de hand van gebiedskenmerken en keuzes voor duurzaamheid Omgevingsverordening Overijssel De provincie beschikt over een palet aan instrumenten waarmee zij haar ambities realiseert. Het gaat er daarbij om steeds de meest optimale mix van instrumenten toe te passen, zodat effectief en efficiënt resultaat wordt geboekt voor alle ambities en doelstellingen van de Omgevingsvisie. De keuze voor inzet van deze instrumenten is bepaald aan de hand van een aantal criteria. In de Omgevingsvisie is bij elke beleidsambitie een realisatieschema opgenomen waarin is aangegeven welke instrumenten de provincie zal inzetten om de verschillende onderwerpen van provinciaal belang te realiseren. Eén van de instrumenten om het beleid uit de Omgevingsvisie te laten doorwerken is de Omgevingsverordening Overijssel. De Omgevingsverordening is het provinciaal juridisch instrument dat wordt ingezet voor die onderwerpen waarvoor de provincie eraan hecht dat de doorwerking van het beleid van de Omgevingsvisie juridisch geborgd is Uitvoeringsmodel Omgevingsvisie Overijssel De opgaven, kansen, beleidsambities en ruimtelijke kwaliteitsambities voor de provincie zijn in de Omgevingsvisie Overijssel geschetst in ontwikkelingsperspectieven voor de groene omgeving en stedelijke omgeving. Om de ambities van de provincie waar te maken, bevat de Omgevingsvisie een uitvoeringsmodel. Dit model is gebaseerd op drie niveaus, te weten: 15

16 1. generieke beleidskeuzes; 2. ontwikkelperspectieven; 3. gebiedskenmerken. Deze begrippen worden hieronder nader toegelicht Generieke beleidskeuzes Generieke beleidskeuzes zijn keuzes die bepalend zijn voor de vraag of ontwikkelingen nodig dan wel mogelijk zijn. In deze fase wordt beoordeeld of er sprake is van een behoefte aan een bepaalde voorziening. Ook wordt in deze fase de zgn. SER-ladder gehanteerd. Deze komt er kort gezegd op neer dat eerst bestaande bebouwing en herstructurering worden benut, voordat er uitbreiding kan plaatsvinden. Andere generieke beleidskeuzes betreffen de reserveringen voor waterveiligheid, randvoorwaarden voor externe veiligheid, grondwaterbeschermingsgebieden, bescherming van de ondergrond (aardkundige en archeologische waarden), landbouwontwikkelingsgebieden voor intensieve veehouderij, begrenzing van Nationale Landschappen, Natura 2000-gebieden, Ecologische Hoofdstructuur en verbindingszones etc. De generieke beleidskeuzes zijn veelal normstellend Ontwikkelingsperspectieven Als uit de beoordeling in het kader van de generieke beleidskeuzes blijkt dat de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling aanvaardbaar is, vindt een toets plaats aan de ontwikkelingsperspectieven. In de Omgevingsvisie is een spectrum van zes ontwikkelperspectieven beschreven voor de groene en stedelijke omgeving. Met dit spectrum geeft de provincie ruimte voor het realiseren van de in de visie beschreven beleids- en kwaliteitsambities. De ontwikkelperspectieven geven richting aan wat waar ontwikkeld zou kunnen worden. Daar waar generieke beleidskeuzes een geografische begrenzing hebben, zijn ze consistent doorvertaald in de ontwikkelingsperspectieven. De ontwikkelingsperspectieven zijn richtinggevend en bieden de nodige flexibiliteit voor de toekomst Gebiedskenmerken Op basis van gebiedskenmerken in vier lagen (natuurlijke laag, laag van het agrarisch cultuurlandschap, stedelijke laag en lust- en leisurelaag) gelden specifieke kwaliteitsvoorwaarden en opgaven voor ruimtelijke ontwikkelingen. Het is de vraag hoe een ontwikkeling invulling krijgt. Aan de hand van de drie genoemde niveaus kan worden bezien of een ruimtelijke ontwikkeling mogelijk is en er behoefte aan is, waar het past in de ontwikkelingsvisie en hoe het uitgevoerd kan worden. Afbeelding 4.2. geeft dit schematisch weer. 16

17 Afbeelding 4.2 Uitvoeringsmodel Omgevingsvisie Overijssel (Bron: Provincie Overijssel) Toetsing van het initiatief aan het Uitvoeringsmodel Omgevingsvisie Overijssel Indien het concrete initiatief wordt getoetst aan de Omgevingsvisie Overijssel ontstaat globaal het volgende beeld Generieke beleidskeuzes Bij de afwegingen in de eerste fase generieke beleidskeuzes zijn vooral artikel en artikel 2.11 van de Omgevingsverordening Overijssel van belang. Op beide artikelen zal hierna nader worden ingegaan. Artikel 2.1.3: SER-ladder voor de Stedelijke omgeving voorzien uitsluitend in stedelijke ontwikkelingen die een extra ruimtebeslag door bouwen en verharden leggen op de groene omgeving wanneer aannemelijk is gemaakt: dat er voor deze opgave in redelijkheid geen ruimte beschikbaar is binnen het bestaande bebouwd gebied en de ruimte binnen het bestaand bebouwd gebied ook niet geschikt te maken is door herstructurering en/of transformatie; dat mogelijkheden voor meervoudig ruimtegebruik binnen het bestaand bebouwd gebied optimaal zijn benut. In de Omgevingsverordening Overijssel is het begrip groene omgeving nader gedefinieerd als: de gronden die niet vallen onder bestaand bebouwd gebied. In de Omgevingsverordening Overijssel is het begrip bestaand bebouwd gebied nader gedefinieerd als: de gronden die benut kunnen worden voor stedelijke functies op grond van geldende bestemmingsplannen en op grond van voorontwerp-bestemmingsplannen voor zover de provinciale diensten daarover schriftelijk een positief advies hebben uitgebracht in het kader van het vooroverleg als bedoeld in artikel Bro/artikel 10 BRO. Gelet op het feit dat de locatie zich binnen een bestemmingsplan voor de bebouwde kom valt, is artikel van toepassing. Toetsing van het initiatief aan artikel van de Omgevingsverordening Overijssel In voorliggend geval wordt de nieuwe bebouwing in aansluiting op de bestaande bebouwingsstructuur van Rouveen gebouwd. Het plangebied blijft binnen de contouren van de planbegrenzing van het geldende bestemmingsplan De Streek, zodat geen sprake is van een extra ruimtebeslag op de groene omgeving. Met 17

18 het invullen van de open plek wordt een functie gerealiseerd die zowel functioneel als ruimtelijk c.q. stedenbouwkundig passend is. De ontwikkeling is in overeenstemming met artikel van de Omgevingsverordening Overijssel. Artikel 2.11: Cultuurhistorie In de toelichting op bestemmingsplannen wordt aangegeven op welke wijze bij de planontwikkeling rekening is gehouden met de aanwezige cultuurhistorische waarden. Onder cultuurhistorische waarden wordt verstaan: het samenspel van historische landschappen, historisch geografische elementen en structuren, cultuurhistorisch waardevolle gebouwen en bouwwerken en archeologische vindplaatsen die iets vertellen over het verleden. Toetsing van het initiatief aan artikel 2.11 van de Omgevingsverordening Overijssel Onderhavig plangebied bevindt zich binnen de begrenzing van een karakteristieke dorpsgezicht (De Streek) zoals dat is verwoord in de aanwijzing dorpsgezicht d.d. 18 oktober 1993 en het document 'Staphorst een eigen wereld' van 31 mei 2005 en dat met name wordt gekenmerkt door: het verkavelingspatroon van de percelen, waaronder mede begrepen het water- en wegenpatroon en de groenstructuur in de vorm van singelbeplanting; de stegen (erfontsluitingswegen) bestraat met klinkers; de architectuur van gebouwen, zoals de forse Staphorsterboerderij (type Hallehuis) en nieuwere bebouwing die qua schaal, situering en bouwstijl past in het historische bebouwingsbeeld; de plaatsing van gebouwen op de percelen achter elkaar, op wisselende afstanden en bijna altijd met de nok in het verlengde van aanliggende steeg; de verspringingen in de rooilijn van de voorgevels van boerderijen die zijn gericht op de Gemeenteweg en de Oude Rijksweg; de groenstructuur voor de rooilijn en de daartussen liggende open groengebieden, alsmede de beplanting op en rondom erven die bijdraagt aan het besloten karakter van het dorp en de afgrenzing naar het buitengebied. Met de architectuur van de dubbele woning, de inrichting en materiaalgebruik van de erfinrichting en projectering van de bebouwing op de kavel is rekening gehouden met het cultuurhistorisch waardevolle dorpsgezicht van De Streek. Dit is planologisch verankerd door de dubbelbestemming Waarde Beschermd dorpsgezicht overeenkomstig het moederplan over te nemen. De ontwikkeling sluit hiermee aan bij artikel 2.11 van de Omgevingsverordening Ontwikkelingsperspectieven Het plangebied behoort tot het ontwikkelingsperspectief Dorpen en kernen als veelzijdige leefmilieus woonwijk en Buitengebied accent veelzijdige gebruiksruimte Mixlandschap. Eén en ander wordt ook weergegeven in afbeelding 4.3 waarin een uitsnede van de ontwikkelingsperspectievenkaart is opgenomen. 18

19 Afbeelding 4.3 Uitsnede ontwikkelingsperspectievenkaart Omgevingsvisie Overijssel (Bron: Provincie Overijssel) Dorpen en kernen als veelzijdige leefmilieus - Woonwijk Rond de binnensteden liggen de diverse woonwijken en bedrijventerreinen elk met hun eigen woon-, werk- of gemengd milieu. Herstructurering van de woon-, werk- en voorzieningenmilieus moet deze vitaal en aantrekkelijk houden en de diversiteit aan milieus versterken. In deze gebieden is ruimte voor herstructurering, inbreiding en transformatie naar diverse woon- werk- en gemengde stadsmilieus. Buitengebied accent veelzijdige gebruiksruimte- Mixlandschap Het plangebied behoort tot het ontwikkelingsperspectief 'Buitengebied - accent veelzijdige gebruiksruimte/mixlandschap'. Deze gebieden zijn bedoeld voor gespecialiseerde landbouw, mengvormen van landbouw-recreatie-zorg, landbouw-natuur en landbouwwater, bijzondere woon-, werk- en recreatiemilieus, die de karakteristieke gevarieerde opbouw van het cultuurlandschappen in deze gebieden versterken. Naast de bescherming van kwaliteiten wil de provincie vooral ontwikkeling en dynamiek benutten voor duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit. Toetsing van het initiatief aan het Ontwikkelingsperspectief De ontwikkeling vindt plaats op een open plek die op basis van de Beleidsnotitie Open plekken Staphorst ingevuld mag worden met woningbouw. Zowel functioneel als stedenbouwkundig wordt het plan als passend beoordeeld. Het plangebied is gelegen in een omgeving waar wonen de hoofdfunctie is. Met de ontwikkeling vindt geen ruimtebeslag op de groene omgeving plaats Gebiedskenmerken Bij toetsing van het ruimtelijke initiatief aan de gebiedskenmerken in vier lagen (natuurlijke laag, laag van het agrarisch cultuurlandschap, stedelijke laag en lust- en leisure-laag) is van belang dat het plangebied grotendeels is gelegen in het stedelijk gebied. Dit betekent dat de 'Natuurlijke laag' en de Laag van het agrarisch cultuurlandschap' buiten beschouwing kunnen blijven aangezien deze oorspronkelijke waarden niet meer voorkomen in het plangebied. 19

20 1. De Stedelijke laag Het plangebied is op de gebiedskenmerkenkaart de stedelijke laag' deels aangeduid met het gebiedstype Woonwijken nu. In afbeelding 4.4 is dat weergegeven. Afbeelding 4.4 De stedelijke laag: Woonwijk nu (Bron: Provincie Overijssel) Woonwijken van 1955 De woonwijken van 1955 tot nu zijn planmatig opgezette uitbreidingswijken op basis van een collectief idee en grotere bouwstromen. De functies (wonen, werken, voorzieningencentra) zijn uiteengelegd en de wijken zijn opgedeeld in buurten met een homogeen bebouwingskarakter: buurten met eengezinswoningen, flatwijken, villawijken, wijk(winkel)centra. Er is sprake van een tijdsgebonden verkavelingsstructuur op basis van verschillende ordeningsprincipes. Er is aandacht voor de aansluiting op de binnenstad en het hoofdwegennetwerk, maar vaak minder op fietsaansluitingen naar het buitengebied. Lokaal zijn kleine eenheden die afwijken van het systeem, zoals goudkustjes aan de rand van de wijk. Steeds is sprake van een afgeronde eenheid met duidelijke in- en uitgangen. Toetsing van het initiatief aan de Stedelijke laag Bij de uitwerking de planontwikkeling is rekening gehouden met het waardevolle karakter van de Streek. Zowel de locatie van de bebouwing als het stedenbouwkundige ontwerp (materialisering, kleurstelling en dergelijke) sluiten aan bij de karakteristieke opbouw van de Streek. Ook vanuit functioneel oogpunt, onderdeel uitmakend van het bebouwingslint, is de dubbele woning als passend aan te merken op deze locatie. De ontwikkeling is als passend aan te merken ten aanzien van de stedelijke laag. 2. De Lust en Leisurelaag Met de natuurlijke laag, de laag van het agrarische cultuurlandschap en de stedelijke laag is het spectrum van de ruimtelijke kwaliteit nog niet compleet. De lust & leisurelaag is het domein van de belevenis, de betekenis en identiteit. Het voegt kenmerken toe als landgoederen, recreatieparken, recreatieve routes maar benut ook vooral de kwaliteit van de andere drie lagen. Het maakt ze beleefbaar en tot een belevenis. Het belevenisaspect wordt een steeds belangrijke pijler onder het ruimtelijk kwaliteitsbeleid. De ambitie is gericht op sterke ruimtelijke identiteiten als motor voor gebiedsontwikkeling. Het gaat er om beleving, betekenis en kwaliteit van de omgeving te versterken en de beleefbaarheid en toegankelijkheid van het landschap te vergroten. De locatie heeft op de gebiedskenmerkenkaart de Lust- en leisurelaag de aanduiding donkerte In afbeelding 4.5 is dat aangegeven. 20

21 Afbeelding 4.5 Lust- en leisurelaag: Donkerte (Bron: Provincie Overijssel) Donkerte Lichte gebieden geven een beeld van economische dynamiek; zoals de steden en dorpen, de snelwegen, de kassengebieden, attractieparken en grote bedrijventerreinen. De donkere gebieden geven daarentegen een indicatie van het rustige buitengebied van Overijssel. Het zijn relatief luwe en dunbevolkte gebieden met een lage gebruiksdruk. De ambitie is gericht op het koesteren van donkerte als kwaliteit. Het streven is gericht op het handhaven van de donkerte en, waar mogelijk, de gebieden bij ontwikkelingen nog donkerder te maken. De richting van de sturing is gericht op het minimaal toelaten van kunstlicht. Het vereist het selectief inzetten en 'richten' van kunstlicht en het vermijden van onnodig kunstlicht bij ontwikkelingen. De kansen hiervoor doen zich met name voor bij ontwikkelingen die een grote invloed hebben op het aspect donkerte, zoals grotere woon- en werklocaties en wegen. Ook de projectering van passages van auto(snel)wegen en regionale wegen speelt daarbij een grote rol vanwege het feit dat op- en afritten veelal leiden tot stedelijke ontwikkelingen. Toetsing van het initiatief aan de "Lust- en leisurelaag Met de bouw van de in dit bestemmingsplan besloten ontwikkeling vindt nauwelijks extra uitstraling van kunstlicht plaats. De toename van kunstlicht betreft voornamelijk oriëntatieverlichting. Geconcludeerd wordt dat het aspect donkerte geen belemmering vormt voor het voornemen Conclusie toetsing aan het provinciaal beleid Geconcludeerd kan worden dat de in dit voorliggende bestemmingsplan besloten ruimtelijke ontwikkeling in overeenstemming is met het in de Omgevingsvisie Overijssel verwoorde en in de Omgevingsverordening verankerde provinciaal ruimtelijk beleid. 21

22 4.3 Gemeentelijk beleid Staphorst een eigen wereld Algemeen Het landschap van Staphorst is een begrip. Het is een voor Nederland uniek landschap, rijk aan specifieke, gebiedsgebonden cultuurhistorische waarden. Het is een karakteristiek landschap, met een sterk onderscheidende ruimtelijke identiteit. Derhalve is het landschap van Staphorst aangewezen als Belvedèregebied. In de Nota Belvedère is het rijksbeleid neergelegd over de relatie tussen cultuurhistorie en ruimtelijke inrichting. Centrale doelstelling van de nota is dat de cultuurhistorische identiteit sterker richtinggevend wordt voor de inrichting van de ruimte in ons land. In het kader van de Nota Belvedère zijn de cultuurhistorisch meest waardevolle gebieden en steden in Nederland op kaart gezet. Staphorst is één van deze gebieden. Om de ruimtelijke karakteristiek van Staphorst te kunnen duiden is in Staphorst een eigen wereld uitgegaan van verschillende schaalniveaus: het schaalniveau van het landschap (direct grenzend aan het lint); het schaalniveau van de Streek en het schaalniveau van de afzonderlijke boerderijen met hun bijhorende tuin- en erfinrichting. De samenhang van deze schaalniveaus bepaalt het karakteristieke beeld van Staphorst De 3 schaalniveaus Het landschap Karakteristiek voor het Staphorster landschap zijn de elzensingels. In het verleden is de Streek omgeven door deze kleinschalige wereld. In de huidige situatie zijn delen van het landschap veel opener van karakter. Met de ruilverkaveling / landinrichting zijn veel singels opgeruimd, om zo tot grotere percelen te komen. Ten noorden van Staphorst is het singellandschap nog zichtbaar, maar vooral in het gebied tussen de Streek en de snelweg zijn de perceelsrandbeplantingen en de smalle verkaveling beeldbepalend. De Streek De Streek is het twaalf kilometer lange lint tussen Lichtmis en Halfweg. Het lint heeft een min of recht verloop ter plaatse van Staphorst. Het Rouvener tracé (tussen Dekkersweg en Lichtmis) kent een meer slingerend verloop. Er is sprake van een grote ruimtelijke continuïteit langs het lint. De Streek kent grotendeels een dichte bebouwingsstructuur van monumentale boerderijen die een sterke architectonische verwantschap hebben. Opvallend is de verdraaiing van de perceelsrichting ten opzichte van de weg: in Staphorst staat deze vrijwel haaks op de weg terwijl verder naar het zuiden, in Rouveen, de verkavelingsrichting onder een scherpe hoek staat met de weg. Ook de boerderijen staan hier niet haaks op de weg maar volgen de richting van de percelen. Het karakteristieke patroon van achter elkaar geplaatste boerderijen, waarbij de richting ten opzichte van de weg vaak een hoek vertoont, is het beeldmerk van Staphorst. Het is het resultaat van een langdurig proces van vererving, opsplitsing en nieuwbouw van boerderijen. Deze bijzondere bebouwingsstructuur moet gewaarborgd blijven. De boerderij & erf 70% van de boerderijen in de Streek is aangeduid als monument. In totaal staan er 294 rijksmonumenten en 313 gemeentemonumenten in het lint. De typisch Staphorster boerderij is een langgerekt bouwwerk waarbij woonhuis, deel, stal en hooiopslag in elkaars verlengde liggen. De boerderijen dateren uit de 19e en 20e eeuw. Naast de (vaak monumentale) boerderijen zijn ook de bijgebouwen beeldbepalend voor het Staphorster lint. Van oudsher gaat het hierbij om eenvoudige, vaak houten bouwwerken. Het groene karakter van het lint wordt voor een belangrijk deel gedragen door de erfbeplantingen. De maat en de vorm van de erven variëren langs het lint. Waar boerderijen op relatief grote afstand van de weg staan is sprake van een groene en besloten wereld met grote, soms monumentale bomen. 22

23 Perspectief Het landschap Het landschap en de Streek zijn nauw met elkaar verbonden. Op het schaalniveau van het landschap spelen de volgende zaken: De Streek het versterken en verbeteren van de karakteristieke beplantingsstructuur; het versterken van de recreatieve betekenis; het leesbaar maken en houden van de geschiedenis van het landschap. De bijzondere bebouwingsstructuur in De Streek moet gewaarborgd blijven. Dit betekent echter niet dat er geen ruimte voor nieuwe ontwikkelingen zou zijn. Binnen de Streek wordt, in beperkte mate, ruimte gezien voor het ontwikkelen van nieuwe woningen. Daarmee is niet iedere open locatie automatisch een bouwlocatie. De nieuwbouw dient zich echter nadrukkelijk te voegen binnen het bestaande ensemble. De boerderij & erf Ten aanzien van de boerderijen spelen de volgende aspecten: het verdwijnen van de agrarische functie uit het lint en daarmee het verdwijnen van de belangrijkste functie van de boerderijen en bijgebouwen; de inrichting van de tuinen en erven rond de boerderijen. De boerderijen zijn over het algemeen goed beschermd. Voor bijgebouwen geldt dat ze qua omvang en materialisering ondergeschikt zijn aan de boerderij: de hoofdmassa op het erf. Niet alleen de boerderijen zelf maar ook de manier waarop de tuinen en erven zijn ingericht draagt bij aan het karakteristieke beeld van Staphorst Landschap + lint + boerderij & erf Het beschermde gezicht geeft veel aandacht aan het lint; de Streek, en dan met name aan de boerderijen als bijzondere elementen. Het beschermde gezicht heeft minder aandacht voor het landschap. Landschap en lint zijn in Staphorst echter onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het lint vormt in feite de versteende structuur van het landschap. De relatie tussen lint en landschap is onderbelicht. Juist de versmelting van die twee vormt een wezenlijke karakteristiek van Staphorst. De elzensingels; het doorlopen van de singelbeplanting tot in het lint; de structuur van dwarswegen haaks op het lint; de doorzichten naar het achterland; de ontsluiting van het landschap en de sporen uit het verleden vormen essentiële aspecten van Staphorst. In afbeelding 4.6. wordt weergegeven op welken wijze de erfinrichting, in relatie tot de versteende structuur in de Streek dient plaats te vinden. 23

24 Afbeelding 4.6: Erfinrichting in de Streek (Bron: Gemeente Staphorst) Toetsing van het initiatief aan Staphorst een eigen wereld Het erf zal op een verantwoorde wijze worden vormgegeven waarbij terdege rekening is gehouden met de historische context van het bebouwingslint en de overgang van het erf naar het landschap. Bij de uitwerking de planontwikkeling zoals verwoord in hoofdstuk 3 is rekening gehouden met het waardevolle karakter van de Streek. Zowel qua positionering van de bebouwing als het stedenbouwkundige ontwerp (materialisering, kleurstelling en dergelijke) wordt voldaan aan het beleidsdocument Staphorst een eigen wereld. De ontwikkeling sluit aan bij de beleidsuitgangspunten zoals opgenomen in het beleidsdocument Staphorst een eigen wereld Woonvisie Algemeen De gemeente Staphorst heeft een woonvisie opgesteld voor de periode tot en met 2015, met een doorkijk naar Deze woonvisie is op 23 september 2011 vastgesteld door de gemeenteraad van Staphorst. De gemeente Staphorst vindt het noodzakelijk een actueel, integraal en goed onderbouwde woonvisie te hebben om zodoende als gemeente de ontwikkelingen op het gebied van wonen te kunnen initiëren en daarnaast de ontwikkelingen van andere partijen te kunnen sturen. In de Woonvisie heeft de gemeente haar beleid geformuleerd en stelt de gemeente vast wat zij de komende jaren op het gebied van wonen wil bereiken. De Woonvisie is hiermee het instrument voor het lokale woonbeleid: het geeft een kwantitatieve en kwalitatieve inkleuring aan de woningbouwontwikkeling voor de dorpen Staphorst, Rouveen en IJhorst. Het belangrijkste doel dat de gemeente zich stelt is: het zorgen voor een goed woon en leefklimaat voor de eigen inwoners. Jarenlang konden er niet voldoende woningen worden gebouwd in Staphorst. Hierdoor moesten inwoners noodgedwongen naar elders verhuizen. De gemeente wil nadrukkelijker de regie voeren op de woningbouwplanning en hiermee dit tij keren. 24

25 Woningbouwprogramma Om in de lokale woningbehoefte te voorzien wil de gemeente Staphorst in de periode nieuwe woningen bouwen. Bij een dergelijk aantal nieuwe woningen is het mogelijk om te voorkomen dat starters en ouderen noodgedwongen uit Staphort moeten vertrekken. De gemeente heeft haar woningbouwprogramma per kern uitgewerkt. Voor de kern Rouveen kent de gemeente het volgende woningbouwprogramma: Rouveen Plancapaciteit per ) Multifunctioneel huur Eengezins huur 2) Koop tot Koop Koop > Bouwkavels Beukenlaan 2 2 West Fase IV Schoollocaties Woningsplitsingen De Streek Open Plekken Saneringslocaties Totaal 136 Totaal, absoluut Woningbouwprogramma (wensbeeld woningdifferentiatie) 0-10% 0% 35-40% 25-35% 5-10% Min. 20% 100% 1) De lokale woningbehoefte bedraagt voor de periode ca 90 woningen en voor de periode ook 100 woningen. 2) Van de percentages genoemd in de categorie Koop tot zal de prijs van minimaal 75% van deze categorie woningen beneden de liggen Toetsing van het initiatief aan de Woonvisie De in dit bestemmingsplan besloten ontwikkeling voorziet in de bouw van een dubbele woning op een open plek op in het bebouwingslint van De Streek. Voor het bouwen op open plekken zijn 4 woningbouwcontingenten beschikbaar. De bouw van de dubbele woning voldoet aan het woningbouwprogramma zoals opgenomen in de gemeentelijke Woonvisie en komt deels tegemoet aan de lokale woningbehoefte van circa 90 woningen tot 2014 en circa 100 woningen in de periode van Beleidsnotitie Open plekken Staphorst Algemeen In de Beleidsnotitie Open plekken in Staphorst geeft de gemeente aan welke open plekken en locaties achter de stegen aan De Streek in aanmerking komen voor bebouwing. Uitgangspunt daarbij is dat de nieuwe bebouwing een versterking moet zijn voor de bebouwingsstructuur. Een open plek wordt in de beleidsnotitie als volgt gedefinieerd: locatie vrij van bebouwing c.q. bebouwingsmogelijkheden en daaraan gelijk te stellen locaties. Op deze locaties mag maximaal 1 (dubbele) woning per aanvraag worden gebouwd. Bij het uitwerken van de randvoorwaarden is een onderverdeling gemaakt in: Oude Rijksweg / Gemeenteweg: bebouwing met Staphorster boerderij waarbij aan bebouwing achter aan de steeg extra voorwaarden moeten worden gesteld om de leefbaarheid van de voorliggende percelen te kunnen waarborgen. Dwarswegen: naast bebouwing met Staphorster boerderij is ook bebouwing van vrijstaande woningen mogelijk. Het plangebied is gelegen aan de Oude Rijksweg. De daar bijbehorende randvoorwaarden worden hieronder kort behandeld. 25

26 Randvoorwaarden bebouwing Oude Rijksweg-Gemeenteweg Afmetingen van het perceel: Nieuwbouw is alleen mogelijk op een plek die voldoende maat heeft waardoor voldoende afstand tot de bestaande bebouwing kan worden verkregen. Afstand tot de weg: Er moet voldoende afstand worden gehouden tot de Oude Rijksweg / Gemeenteweg, waarbij het kenmerkende beeld van een wisselende afstand tot de weg, met soms royale voorterreinen, behouden blijft. Voor de afstand tot de weg geldt een richtlijn van 15 meter. De nieuwbouw dient te passen binnen het lint: De nieuw te bouwen panden dienen qua positionering op de kavel, hoofdvorm, nokrichting, goothoogte en gevelindeling aan te sluiten bij de Staphorster boerderij. Aanvullende voorwaarden bij bebouwing achter aan de steeg: 1) Maximaal vier boerderijen (gebouwen) achter elkaar aan de steeg, om het verkeer in de steeg beheersbaar te houden. Waar nu al meer boerderijen staan, blijft dat uiteraard ongewijzigd; 2) Bij een bouwmogelijkheid aan het eind van de steeg dient de doorkijk naar het achterliggende gebied behouden te blijven; 3) Recht van overpad dient te worden verleend door voorliggende eigenaren; 4) De steeg dient voldoende breed te zijn om de toename van ontsluitingsverkeer te kunnen verwerken. Minimale breedte bedraagt dan ook 3 tot 3,5 meter; 5) Eventueel dienen er voorzieningen te worden aangelegd om voldoende bluswater te garanderen Algemene randvoorwaarden Het aantal te bebouwen locaties is vastgelegd op maximaal 5 per jaar, waarbij de verzoeken in volgorde van binnenkomst worden afgehandeld. Om inzicht te krijgen in de bouwplannen van de initiatiefnemer dient, voorafgaand aan de bestemmingsplanprocedure, een schetsplan en inrichtingsplan te worden overlegd die inzicht geven in hoe de bebouwing eruit komt te zien en hoe het erf wordt ingericht. Het schetsplan en het inrichtingsplan zullen aan de beleidsnotitie Open plekken Staphorst worden getoetst Toetsing van het initiatief aan de beleidsnotitie Open plekken Staphorst Het voorliggende initiatief is uitgebreid getoetst door de gemeente Staphorst. Gebleken is dat het initiatief goed past binnen het gemeentelijk beleid waaronder het beleid voor de invulling van open plekken in Staphorst. Aan de voorwaarden zoals opgenomen in deze beleidsnotitie wordt voldaan Conclusie toetsing aan het gemeentelijk beleid Geconcludeerd wordt dat de in dit bestemmingsplan besloten ontwikkeling in overeenstemming is met het gemeentelijk beleid. Met de uitwerking van de stedenbouwkundige onderbouwing is terdege rekening gehouden de hiervoor verwoorde gemeentelijke beleidsstukken. 26

27 HOOFDSTUK 5 MILIEU- EN OMGEVINGSASPECTEN Op grond van artikel van het Besluit ruimtelijke ordening moet in de toelichting op het bestemmingsplan een beschrijving worden opgenomen van de wijze waarop de milieu- en omgevingsaspecten bij het plan zijn betrokken. Daarbij moet rekening gehouden worden met de geldende wet- en regelgeving en met de vastgestelde (boven)gemeentelijke beleidskaders. Bovendien is een bestemmingsplan vaak een belangrijk middel voor afstemming tussen de milieu- en omgevingsaspecten en ruimtelijke ordening. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de thema's geluid, bodem, luchtkwaliteit, externe veiligheid, milieuzonering, geur, ecologie en archeologie & cultuurhistorie. 5.1 Geluid (Wet geluidhinder) Algemeen De Wet geluidhinder (Wgh) bevat geluidnormen en richtlijnen over de toelaatbaarheid van geluidniveaus als gevolg van rail- en wegverkeerslawaai en industrielawaai. De Wgh geeft aan dat een akoestisch onderzoek moet worden uitgevoerd bij het voorbereiden van de vaststelling van een bestemmingsplan of het nemen van een omgevingsvergunning indien het plan een geluidgevoelig object mogelijk maakt binnen een geluidszone van een bestaande geluidsbron of indien het plan een nieuwe geluidsbron mogelijk maakt. Het akoestisch onderzoek moet uitwijzen of de wettelijke voorkeursgrenswaarde bij geluidgevoelige objecten wordt overschreden en zo ja, welke maatregelen nodig zijn om aan de voorkeursgrenswaarde te voldoen Situatie plangebied Wegverkeerslawaai De locatie ligt in stedelijk gebied binnen de wettelijk vastgestelde geluidszone, als bedoeld in art. 74 van de Wet geluidhinder, van de Oude Rijksweg en Conradsweg. De locatie ligt buiten de 400 meter zone van de rijksweg A-28. De voorkeursgrenswaarde voor de geluidbelasting LDEN op de gevels van een woning ten gevolge van een weg bedraagt 48 db. Uit akoestisch onderzoeken voor andere vergelijkbare locaties aan de Oude Rijksweg blijkt dat op een dergelijke afstand 100 meter uit de wegas de gevelbelasting de voorkeursgrenswaarde van 48 db niet overschrijdt. Daarbij komt dat de tussengelegen bebouwing zorgt voor afscherming van het geluid. De Conradsweg betreft een weg die voornamelijk door bestemmingsverkeer wordt gebruikt. De verkeersintensiteit ligt, in vergelijking met de Oude Rijksweg relatief laag. Het betreft een asfaltweg waarbij ten hoogte van het plangebied niet hard wordt gereden. De afstand tot de wegas bedraagt 40 meter. Ook hier sprake is van afscherming door bestaande bebouwing. Met inachtneming van vorenstaande kan gesteld worden dat de voorkeursgrenswaarde van 48 db niet overschreden zal worden. Voor het aspect wegverkeerslawaai is sprake van een goede ruimtelijke ordening Railverkeers- en industrielawaai Railverkeers- en industrielawaai zijn in het voorliggende geval niet van toepassing. Spoorwegen zijn gelegen op grote afstand en in de nabijheid van het plangebied is geen (grootschalige) geluidsproducerende bedrijvigheid aanwezig Conclusie De Wet geluidhinder vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan. 27

28 5.2 Bodemkwaliteit Algemeen Bij de vaststelling van een bestemmingsplan dient te worden bepaald of de aanwezige bodemkwaliteit past bij het toekomstige gebruik van die bodem en of deze aspecten optimaal op elkaar kunnen worden afgestemd. Om hierin inzicht te krijgen, dient een bodemonderzoek te worden verricht. Sigma Bouwen en Milieu uit Emmen heeft in het plangebied een verkennend bodemonderzoek verricht. Het volledige onderzoek is bijgevoegd in bijlage 1. Hierna wordt nader ingegaan op de conclusies uit dit onderzoek Situatie plangebied Op basis van de resultaten van het verkennend bodemonderzoek blijkt dat de locatie niet geheel vrij is van bodemverontreiniging. De grond ter plaatse van de onderzoekslocatie bevat plaatselijk verontreinigingen ten opzichte van de achtergrondwaarde. De plaatselijk verhoogd gemeten chemische verontreinigingen overschrijden de tussenwaarde niet en geven daardoor geen formele aanleiding tot het instellen van een nader onderzoek. In het verkennend bodemonderzoek worden nog enkele aanbevelingen gedaan ten aanzien van de mogelijk asbesthoudende dakplaten ter plaatse van de aanwezige schuur. Verwezen wordt naar het verkennend bodemonderzoek in bijlage 1 waarin dit beschreven wordt Conclusie De bodemkwaliteit vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan. 5.3 Luchtkwaliteit Beoordelingskader Om een goede luchtkwaliteit in Europa te garanderen heeft de Europese unie een viertal kaderrichtlijnen opgesteld. De hiervan afgeleide Nederlandse wetgeving is vastgelegd in hoofdstuk 5, titel 2 van de Wet milieubeheer. Deze wetgeving staat ook bekend als de Wet luchtkwaliteit. In de Wet luchtkwaliteit staan ondermeer de grenswaarden voor de verschillende luchtverontreinigende stoffen. Onderdeel van de Wet luchtkwaliteit zijn de volgende Besluiten en Regelingen: Besluit en de Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen); Besluit gevoelige bestemmingen (luchtkwaliteitseisen); Besluit en de Regeling niet in betekenende mate Het Besluit niet in betekenende mate bijdragen (NIBM) staat bouwprojecten toe wanneer de bijdrage aan de luchtkwaliteit van het desbetreffende project niet in betekenende mate is. Het begrip niet in betekenende mate is gedefinieerd als 3% van de grenswaarden uit de Wet milieubeheer. Het gaat hierbij uitsluitend om stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10). Toetsing aan andere luchtverontreinigende stoffen uit de Wet luchtkwaliteit vindt niet plaats. In de Regeling NIBM is een lijst met categorieën van gevallen (inrichtingen, kantoor- en woningbouwlocaties) opgenomen die niet in betekenende mate bijdragen aan de luchtverontreiniging. Enkele voorbeelden zijn: woningen: 1500 met een enkele ontsluitingsweg; woningen: 3000 met twee ontsluitingswegen; kantoren: m2 bruto vloeroppervlak met een enkele ontsluitingsweg. 28

29 Als een ruimtelijke ontwikkeling niet genoemd staat in de Regeling NIBM kan deze nog steeds niet in betekenende mate bijdragen. De bijdrage aan NO2 en PM10 moet dan minder zijn dan 3% van de grenswaarden Besluit gevoelige bestemmingen Dit besluit is opgesteld om mensen die extra gevoelig zijn voor een matige luchtkwaliteit aanvullend te beschermen. Deze 'gevoelige bestemmingen' zijn scholen, kinderdagverblijven en verzorgings-, verpleeg- en bejaardentehuizen. Woningen en ziekenhuizen/ klinieken zijn geen gevoelige bestemmingen. De grootste bron van luchtverontreiniging in Nederland is het wegverkeer. Het Besluit legt aan weerszijden van rijkswegen en provinciale wegen zones vast. Bij rijkswegen is deze zone 300 meter, bij provinciale wegen 50 meter. Bij realisatie van 'gevoelige bestemmingen' binnen deze zones is toetsing aan de grenswaarden die genoemd zijn in de Wet luchtkwaliteit nodig Onderzoeksresultaten luchtkwaliteit Voorliggend bestemmingsplan voorziet in de realisatie van een dubbele woning. Een project met een dergelijk kleinschalige omvang is aan te merken als een project welke niet in betekenende mate bijdraagt aan luchtverontreiniging. Tot slot wordt geconcludeerd dat deze ontwikkeling niet wordt aangemerkt als een gevoelige bestemming in het kader van het Besluit gevoelige bestemmingen Conclusie Gezien het vorenstaande is aanvullend onderzoek naar de luchtkwaliteit niet noodzakelijk. 5.4 Veiligheid Externe veiligheid Algemeen Externe veiligheid is een beleidsveld dat is gericht op het beheersen van risico's die ontstaan voor de omgeving bij de productie, de opslag, de verlading, het gebruik en het transport van gevaarlijke stoffen. Bij nieuwe ontwikkelingen moet worden voldaan aan strikte risicogrenzen. Een en ander brengt met zich mee dat nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen moeten worden getoetst aan wet- en regelgeving op het gebied van externe veiligheid. Concreet gaat het om risicovolle bedrijven, vervoer gevaarlijke stoffen per weg, spoor en water en transport gevaarlijke stoffen via buisleidingen. Op de diverse aspecten van externe veiligheid is afzonderlijke wetgeving van toepassing. Voor risicovolle bedrijven gelden onder meer: het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi); de Regeling externe veiligheid (Revi); het Registratiebesluit externe veiligheid; het Besluit risico's zware ongevallen 1999 (Brzo 1999); het Vuurwerkbesluit. Voor vervoer van gevaarlijke stoffen geldt de Wet Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen (Wet Basisnet). Dat vervoer gaat over water, spoor, wegen, per buisleiding of door de lucht. De regels van het Basisnet voor ruimtelijke ordening zijn vastgelegd in: het Besluit externe veiligheid transportroutes (Bevt); de Regeling basisnet; de (aanpassing) Regeling Bouwbesluit (veiligheidszone en plasbrandaandachtsgebied). 29

30 Het doel van wetgeving op het gebied van externe veiligheid is risico's waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld vanwege risicovolle inrichtingen en activiteiten tot een aanvaardbaar minimum te beperken. Het is noodzakelijk inzicht te hebben in de kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten en het plaatsgebonden en het groepsrisico Situatie plangebied Aan hand van de Risicokaart is een inventarisatie verricht van risicobronnen in en rond het plangebied. Op de Risicokaart staan meerdere soorten risico's, zoals ongevallen met brandbare, explosieve en giftige stoffen, grote branden of verstoring van de openbare orde. In totaal worden op de Risicokaart dertien soorten rampen weergegeven. In de volgende afbeelding is een uitsnede van de Risicokaart met betrekking tot het plangebied en omgeving weergegeven. Afbeelding 5.1 Uitsnede Risicokaart (Bron: Risicokaart) Uit de inventarisatie blijkt dat de locatie aan de Oude Rijksweg 376: zich niet bevindt binnen de risicocontour van Bevi- en Brzo-inrichtingen danwel inrichtingen die vallen onder het Vuurwerkbesluit (plaatsgebonden risico); zich niet bevindt in een gebied waarbinnen een verantwoording van het groepsrisico nodig is; niet is gelegen binnen de veiligheidsafstanden van het vervoer gevaarlijke stoffen; niet is gelegen binnen de veiligheidsafstanden van buisleidingen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen Conclusie Een en ander brengt met zich mee dat het project in overeenstemming is met wet- en regelgeving ter zake van externe veiligheid. 5.5 Milieuzonering Algemeen Voor het bepalen van de aan te houden afstanden wordt de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering' uit 2009 gehanteerd. Deze uitgave bevat een lijst, waarin voor een hele reeks van milieubelastende activiteiten (naar SBI-code gerangschikt) richtafstanden zijn gegeven ten opzichte van milieugevoelige functies. De lijst 30

31 geeft richtafstanden voor de ruimtelijk relevante milieuaspecten geur, stof, geluid en gevaar. De grootste van de vier richtafstanden is bepalend voor de indeling van een milieubelastende activiteit in een milieucategorie en daarmee ook voor de uiteindelijke richtafstand. De richtafstandenlijst gaat uit van gemiddeld moderne bedrijven. Indien bekend is welke activiteiten concreet zullen worden uitgeoefend, kan gemotiveerd worden uitgegaan van de daadwerkelijk te verwachten milieubelasting, in plaats van de richtafstanden. De afstanden worden gemeten tussen enerzijds de grens van de bestemming die de milieubelastende functie(s) toelaat en anderzijds de uiterste situering van de gevel van een milieugevoelige functie die op grond van het bestemmingsplan mogelijk is Gebiedstypen In de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering is een tweetal gebiedstypen te onderscheiden; 'rustige woonwijk' en 'gemengd gebied'. Een rustige woonwijk is een woonwijk die is ingericht volgens het principe van functiescheiding. Overige functies komen vrijwel niet voor. Langs de randen is weinig verstoring van verkeer. Gebieden waar in enige vorm sprake is van functiemenging, of in gebieden waar bewust functiemenging wordt nagestreefd (bijvoorbeeld om een grotere levendigheid tot stand te brengen), worden aangemerkt als gemend gebied. Bij gemengde gebieden moet gedacht worden aan: stadscentra, dorpskernen en winkelcentra; horecaconcentratiegebieden; zones met functiemenging langs stedelijke toegangswegen en in lintbebouwingen; (delen van) woongebieden met kleinschalige c.q. ambachtelijke bedrijvigheid. De richtafstanden uit het omgevingstype rustige woonwijk kunnen, zonder dat dit ten koste gaat van het woon- en leefklimaat, met één afstandsmaat worden verlaagd indien sprake is van gemengd gebied. Daarbij wordt in de VNG-uitgave Bedrijven en milieuzonering opgemerkt dat het vanuit het oogpunt van efficiënt ruimtegebruik de voorkeur verdient functiescheiding niet verder door te voeren dan met het oog op een goed woon- en leefklimaat noodzakelijk is. Het gebied waarin het plangebied zich bevindt is aan te merken als een rustige woonwijk. In de directe omgeving van het plangebied weliswaar diverse functies voor, deze zijn echter kleinschalig van omvang en over het algemeen inpasbaar in een woonomgeving. Milieucategorie Richtafstanden tot omgevingstype rustige woonwijk Richtafstanden tot omgevingstype gemengd gebied 1 10 m 0 m 2 30 m 10 m m 30 m m 50 m m 100 m m 200 m m 300 m m 500 m m 700 m m m Situatie plangebied Algemeen Aan de hand van vorenstaande regeling is onderzoek verricht naar de feitelijke situatie. Onder andere woningen zijn milieugevoelige objecten. De VNG uitgave "Bedrijven en Milieuzonering" geeft een eerste inzicht in de milieuhinder van inrichtingen. Zoals reeds hiervoor genoemd wordt bij het realiseren van nieuwe bestemmingen gekeken te worden naar de omgeving waarin de nieuwe bestemmingen gerealiseerd worden. Hierbij spelen twee vragen een rol: 31

32 1. past de nieuwe functie in de omgeving? (externe werking); 2. laat de omgeving de nieuwe functie toe? (interne werking) Externe werking Hierbij gaat het met name om de vraag of de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling leidt tot een situatie die, vanuit hinder of gevaar bezien, in strijd is te achten met een goede ruimtelijke ontwikkeling. Daarvan is sprake als het woon- en leefklimaat van omwonenden wordt aangetast. De functie wonen is niet milieubelastend voor de omgeving. Er is geen sprake van een aantasting van het woon- en leefklimaat van omwonenden Interne werking Hierbij gaat het om de vraag of de nieuwe functie binnen het plangebied hinder ondervindt van bestaande functies in de omgeving. In de onderstaande tabel is weergegeven op welke afstand van het plangebied welk type bedrijvigheid in de omgeving van het plangebied voorkomt en tot welke milieucategorie dit type bedrijvigheid wordt geschaard/ het bestemmingsplan toe laat. Tevens wordt aangegeven welke grootste richtafstand hiervoor geldt en wat de afstand van deze bedrijvigheid tot aan de dubbele woning in het plangebied is. Bedrijvigheid Categorie Grootste Afstand tot aan plangebied richtafstand Niet-agrarische bedrijvigheid (Conradsweg 2) Max cat meter 45 meter Districtskantoor Waterschap (Conradsweg 3) Cat meter 50 meter Geconstateerd wordt dat aan de richtafstanden wordt voldaan. Ter plaatse van de woningen is een goed woon- en leefklimaat te verwachten. Omgekeerd wordt de omliggende bedrijvigheid niet belemmerd in de bedrijfsvoering Conclusie Gezien het vorenstaande vormt het aspect milieuzonering geen belemmeringen voor de in dit bestemmingsplan besloten ontwikkeling. 5.6 Geur Wet geurhinder en veehouderij De Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) vormt vanaf 1 januari 2007 het toetsingskader bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor inrichtingen, als het gaat om geurhinder vanwege dierenverblijven van veehouderijen. Op grond van de Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) dient tussen een emissiepunt van een dierenverblijf waarin melkkoeien en/of vrouwelijk jongvee worden gehouden en een geurgevoelig object binnen de bebouwde kom een afstand van 100 meter en buiten de bebouwde kom een afstand van 50 meter te worden aangehouden. Voor de overige dieren welke binnen de inrichting worden gehouden, is in de Wet geurhinder en veehouderij een geurnorm opgenomen. Deze bedraagt voor geurgevoelige objecten buiten de bebouwde kom 8 odour units per kubieke meter lucht. Voor geurgevoelige objecten binnen de bebouwde kom bedraagt deze 2 odour units per kubieke meter lucht Geurgebiedsvisie gemeente Staphorst Op 27 oktober 2009 heeft de gemeente Staphorst de Geurgebiedsvisie en de Geurverordening vastgesteld. De Wgv gemeente de mogelijkheid om gebiedsgericht geurbeleid op te stellen. Daarmee krijgt de gemeente een instrument om de ontwikkeling van veehouderijen te sturen. Gemeenten mogen bij verordening, binnen 32

33 bepaalde grenzen, van de normen van de Wgv afwijken. Het hanteren van afwijkende normen moet worden onderbouwd vanuit een ruimtelijke visie op de ontwikkeling van het gebied. De gemeente Staphorst heeft hiertoe de Geurgebiedsvisie Gemeente Staphorst opgesteld. Om functieveranderingen binnen 'De Streek' maximaal mogelijk te maken heeft de gemeente Staphorst in het voorjaar van 2008 beleidsregels vastgesteld waarmee de vaste afstandcirkels binnen de bebouwde kom zijn teruggebracht van 100 naar 50 meter. Om te voorkomen dat de niet-intensieve bedrijven rond de overige woonkernen van de gemeente Staphorst voor wat betreft het aspect 'geurhinder' zwaarder worden belast, zijn de hindercirkels van deze bedrijven eveneens teruggebracht naar 50 meter. Een deelonderzoek heeft vervolgens plaatsgevonden naar eventuele aanpassing van de geurnormen nabij agrarische bedrijven aan 'De Streek' waar dieren worden gehouden waarvoor wel geuremissiefactoren zijn vastgesteld. Uit dit deelonderzoek is naar voren gekomen dat het aanpassen van de geurnorm in de omgeving van genoemde bedrijven een zeer beperkte bijdrage leverde aan de doelstelling om meer functieveranderingen mogelijk te maken. Het aanpassen van de geurnorm in dit deelgebied is dan ook niet zinvol geacht Onderzoeksresultaten geur Binnen een straal van 50 meter bevinden zich geen veehouderijen. De dichtstbijzijnde veehouderij is gelegen ten zuiden op een afstand van circa 175 meter van het plangebied. Dit betreft een niet-intensieve veehouderij waarvoor een vaste afstand van 50 meter geldt. Hieraan wordt ruimschoots voldaan. Intensieve veehouderijen komen in de omgeving van het plangebied niet voor. Omgekeerd worden de veehouderijen in de omgeving niet extra beperkt door het planvoornemen. Voor alle in de omgeving aanwezige veehouderijen geldt dat zij al beperkt worden door burgerwoningen op kortere afstand dan de woningen in het plangebied Conclusie Het aspect geur vormt geen belemmering voor de uitvoering van het planvoornemen. 5.7 Ecologie Algemeen Bescherming in het kader van de natuur wet- en regelgeving is op te delen in gebieds- en soortenbescherming. Bij gebiedsbescherming heeft men te maken met de Natuurbeschermingswet en de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Soortenbescherming komt voort uit de Flora- en faunawet Gebiedsbescherming Algemeen Natura 2000 is een samenhangend netwerk van natuurgebieden in Europa. Natura 2000 bestaat uit gebieden die zijn aangewezen in het kader van de Europese Vogelrichtlijn (79/409/EEG) en gebieden die zijn aangemeld op grond van de Europese Habitatrichtlijn (92/43/EEG). Deze gebieden worden in Nederland op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 beschermd. De Ecologische Hoofdstructuur (EHS) is de kern van het Nederlandse natuurbeleid. De EHS is in provinciale structuurvisies uitgewerkt. In of in de directe nabijheid van de EHS geldt het nee, tenzij - principe. In principe zijn er geen ontwikkelingen toegestaan als zij de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied aantasten. 33

34 Situatie plangebied Het plangebied ligt niet in de EHS of in een beschermd natuurgebied zoals een Natura 2000-gebied of een beschermd natuurmonument. Het uitvoeren van voorgenomen ingreep heeft geen negatief effect op beschermde natuurgebieden en/of de EHS. Nader onderzoek wordt niet noodzakelijk geacht Soortenbescherming Wat betreft de soortbescherming is de Flora- en Faunawet van toepassing. Hierin wordt onder andere de bescherming van dier- en plantensoorten geregeld. Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient te worden getoetst of er sprake is van negatieve effecten op de aanwezige natuurwaarden. Als hiervan sprake is, moet ontheffing of vrijstelling worden gevraagd. Planten Het gevoerde beheer en de inrichting maken het plangebied tot een nagenoeg ongeschikte groeiplaats voor bijzondere planten. Broedvogels De inrichting en beheer maken het plangebied tot een nagenoeg ongeschikte groeiplaats voor bijzondere planten. Het te slopen gebouw is tevens ongeschikt voor broedvogels. Vleermuizen Ten aanzien van vleermuizen wordt onderscheid gemaakt tussen vaste rust-/verblijfplaatsen, foerageergebieden en vliegroutes. Er zijn geen aanwijzingen van verblijfplaatsen van vleermuizen in de te slopen bebouwing. Het plangebied heeft een zeer geringe betekenis als foerageergebied voor vleermuizen. Vleermuizen foerageren meestal langs bosranden, loofbomen, (vochtig) hooiland, vijvers en ruige oevers. De voorgenomen ontwikkeling leidt niet tot een verslechtering van de geschiktheid van de omgeving als foerageergebied. Op basis van gebiedskenmerken kan voldoende geconcludeerd worden over de functionaliteit van het plangebied als vliegroute. Het plangebied vormt geen lijnvormige landschapselement zoals houtsingel, kanaal of en laanbeplanting. Er worden geen landschapselementen verwijderd die door sommige soorten als vliegroute benut. Voorafgaand aan de sloop wordt een sloopmelding ingediend bij het omgevingsloket. Hierbij zal ook aangetoond worden dat met de sloop van de bebouwing geen sprake is van negatieve effecten op beschermde diersoorten. Overige soorten Voor deze soorten geldt een algemene vrijstelling voor het verstoren, verwonden en/of doden in het kader van een ruimtelijke ontwikkeling. De soorten komen incidenteel en in een dusdanig lage dichtheid voor, dat extra maatregelen in het kader van de algemene zorgplicht niet noodzakelijk zijn Conclusie Het aspect ecologie vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan. 5.8 Archeologie & Cultuurhistorie Archeologie Algemeen Op grond van de Monumentenwet dient er in ruimtelijke plannen rekening gehouden te worden met archeologische waarden. In de Monumentenwet is bepaald dat gemeenten een archeologische zorgplicht hebben en dat initiatiefnemers van projecten waarbij de bodem wordt verstoord, verplicht zijn rekening te houden met de archeologische relicten die in het plangebied aanwezig (kunnen) zijn. Hiervoor is onderzoek 34

35 noodzakelijk: het archeologisch vooronderzoek. Als blijkt dat in het plangebied behoudenswaardige archeologische vindplaatsen aanwezig zijn, dan kan de initiatiefnemer verplicht worden hiermee rekening te houden. Dit kan leiden tot een aanpassing van de plannen, waardoor de vindplaatsen behouden blijven, of tot een archeologische opgraving en publicatie van de resultaten Situatie plangebied De gemeente Staphorst kent een archeologische verwachtingskaart. Een uitsnede van deze kaart, met daarin weergegeven de locatie van het plangebied, is opgenomen in afbeelding 5.2. Afbeelding 5.2 Uitsnede gemeentelijke archeologische verwachtingskaart (Bron: Gemeente Staphorst) Uit de gemeentelijke archeologische verwachtingskaart blijkt dat het plangebied grotendeels is gelegen in een gebied met een lage verwachting. In dergelijke gebieden geldt een onderzoekplicht bij ingrepen dieper dan 50 centimeter en een oppervlakte groter dan 1,5 hectare. Een klein deel van het plangebied heeft een hoge archeologische verwachting. In dergelijke gebieden geldt een onderzoeksplicht bij ingrepen dieper dan 50 centimeter en een oppervlakte groter dan 100 m 2. Deze gebieden zijn in het geldende bestemmingsplan bestemd tot Waarde Archeologie 3. De gronden ter plaatse van de schuur zijn reeds geroerd bij de bouw. Voor wat betreft het overige deel dat een hoge archeologische verwachting heeft en bebouwd wordt, kan gesteld worden dat de ingreep de oppervlakte van 100 m 2 niet overschrijdt. Voor het overige heeft de locatie een lage verwachtingswaarde. Het uitvoeren van archeologisch onderzoek is niet noodzakelijk. Mochten tijdens de graafwerkzaamheden onverhoopt toch archeologische resten worden aangetroffen, geldt, volgens de Monumentenwet 1988, art. 53 een meldingsplicht bij het bevoegd gezag. Dit kan bij de gemeente Staphorst of bij het Provinciaal depot voor Bodemvondsten te Deventer Cultuurhistorie Algemeen Onder cultuurhistorische waarden worden alle structuren, elementen en gebieden bedoeld die cultuurhistorisch van belang zijn. Zij vertellen iets over de ontstaansgeschiedenis van het Nederlandse cultuurlandschap. Vaak is er een sterke relatie tussen aardkundige aspecten en cultuurhistorische aspecten. De bescherming van cultuurhistorische elementen is vastgelegd in de Monumentenwet Deze wet is vooral gericht op het behouden van historische elementen voor latere generaties. 35

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING OMGEVINGSVERGUNNING GEMEENTEWEG 208, STAPHORST - NIEUWBOUW DUBBELE WONING

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING OMGEVINGSVERGUNNING GEMEENTEWEG 208, STAPHORST - NIEUWBOUW DUBBELE WONING 27 september 2016 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING OMGEVINGSVERGUNNING GEMEENTEWEG 208, STAPHORST - NIEUWBOUW DUBBELE WONING Plannaam: Gemeenteweg 208, Staphorst - nieuwbouw dubbele woning Plantype: ten behoeve

Nadere informatie

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1. Algemeen 1.2. Aanleiding en doel 1.3. Plangebied 1.4. Leeswijzer 2. PLANBESCHRIJVING 2.1. Bestaande situatie 2.2. Gewenste

Nadere informatie

April Vastgesteld

April Vastgesteld April 2016 BESTEMMINGSPLAN DE STREEK, PARTIËLE HERZIENING OUDE RIJKSWEG 337 TE ROUVEEN Plan: De Streek, partiële herziening Oude Rijksweg 337 te Rouveen Plantype: Bestemmingsplan Status: (d.d. 19 april

Nadere informatie

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 Ordito b.v. Postbus 94 5126 ZH Gilze E info@ordito.nl T 0161 801 022 I www.ordito.nl KVK 54 811 554 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Ligging en begrenzing

Nadere informatie

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen NL.IMRO.1730.ABdorpsstr74zuidlv-0301 Projectgebied Situatie Dorpsstraat 74 Zuidlaarderveen 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Huidige en beoogde

Nadere informatie

Ontwerp. November 2017

Ontwerp. November 2017 November 2017 BESTEMMINGSPLAN DE STREEK PARTIËLE HERZIENING OUDE RIJKSWEG ACHTER 464 TE ROUVEEN Plan: Plantype: Bestemmingsplan Status: IMRO-nummer: NL.IMRO.0180.2102017003-ON01 2 Toelichting 3 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Piet Mondriaanstraat - Wolvega

Piet Mondriaanstraat - Wolvega Piet Mondriaanstraat - Wolvega Vraagprijs 75.000,= v.o.n. Omschrijving Piet Mondriaanstraat - Wolvega MOOIE, VRIJ GELEGEN HOEKKAVEL VOOR DE BOUW VAN EEN VRIJSTAAND WOONHUIS! Deze bouwkavel is gelegen op

Nadere informatie

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela 2012 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Begrippen... 3 Het beleid uit 2005... 4 Vraagstelling... 4 Planologisch kader... 4 Juridisch

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT 2 februari 2016 vastgesteld 52-007 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3 Plangebied... 6 1.4

Nadere informatie

Nota van Inspraak en Overleg bestemmingsplan Westergeest-Bumawei 21

Nota van Inspraak en Overleg bestemmingsplan Westergeest-Bumawei 21 Nota van Inspraak en Overleg bestemmingsplan Westergeest-Bumawei 21 Het voorontwerp bestemmingsplan Westergeest-Bumawei 21 heeft met de bijbehorende stukken met ingang van donderdag 3 oktober 2013 gedurende

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 1 van 5 Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 2 van 5 Inleiding Op donderdag 3 april 2014 is door Dierenrijk

Nadere informatie

Duinkampen 23 te Paterswolde

Duinkampen 23 te Paterswolde Duinkampen 23 te Paterswolde Projectgebied. Duinkampen 23 Paterswolde 1. Inleiding Deze ruimtelijke onderbouwing is opgesteld voor het bouwen van een bijgebouw, het plaatsen van een schutting en twee kunstwerken

Nadere informatie

Betreft Klant Van Datum Besluit ruimtelijke ordening: Ladder voor duurzame verstedelijking

Betreft Klant Van Datum Besluit ruimtelijke ordening: Ladder voor duurzame verstedelijking MEMO Betreft : Motivering ladder voor duurzame verstedelijking t.b.v. realisatie kinderdagverblijf Klant : J.P.M. Langelaan, Buitenbrinkweg 81, Ermelo Van : J.M. Miellet, Exlan Datum : Oktober 2016 Besluit

Nadere informatie

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Akenveenweg 1 Tynaarlo

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Akenveenweg 1 Tynaarlo (ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Akenveenweg 1 Tynaarlo Gemeente Tynaarlo Maart 2011 Projectgebied Inhoudsopgave 1. Inleiding... 5 2. Huidige en beoogde situatie... 6 2.1 Beschrijving van

Nadere informatie

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem GEMEENTE BUREN Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem Projectnr. 061-076 / 27 januari 2016 INHOUD BLZ 1 INLEIDING... 3 1.1 Aanleiding en doelstelling... 3 1.2 Plangebied... 4 1.3 Geldend

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding voor het projectbesluit Op 15 januari 2010 is er een

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 Inleiding

HOOFDSTUK 1 Inleiding HOOFDSTUK 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doel In 2010 is het voormalige perceel Strijbeekseweg 23 te Ulvenhout gesplitst in twee percelen, te weten Strijbeekseweg 23 met daarop een boerderij (rijksmonument),

Nadere informatie

KAVELKOMPAS. KAVEL GROENEDAAL Perceel KTG00A3022

KAVELKOMPAS. KAVEL GROENEDAAL Perceel KTG00A3022 KAVELKOMPAS KAVEL GROENEDAAL Perceel KTG00A3022 Adres: Groenedaal 1 te Kloetinge Oppervlakte: 2275 m2 (vastgesteld door het Kadaster) Huidige eigenaar: Gemeente Goes Huidig gebruik: O.B.S. de Kloetingse

Nadere informatie

Ontwerp. September 2015

Ontwerp. September 2015 September 2015 Bestemmingsplan Buitengebied, herziening Waterberging Vlierwaterleiding Dalmsholte Plannaam: Buitengebied, herziening Waterberging Vlierwaterleiding Dalmsholte IMRO-idn: NL.IMRO.0175.buiten2012bp0006-on01

Nadere informatie

Ontwerp woning en kantoor aan de Lagenheuvelstraat te Volkel In opdracht van M. de Groot datum 03 februari 2014. Toelichting en onderbouwing

Ontwerp woning en kantoor aan de Lagenheuvelstraat te Volkel In opdracht van M. de Groot datum 03 februari 2014. Toelichting en onderbouwing Situatie plangebied, met omkaderd het boerderijvolume als hoofdgebouw en de kapschuur als bijgebouw Impressie bouwvolumes: boerderijvolume als hoofdgebouw en de kapschuur als bijgebouw TOELICHTING en ONDERBOUWING

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland INHOUDSOPGAVE pagina HOOFDSTUK 1 INLEIDING 5 1.1 Aanleiding voor het plan 5 1.2 Plangebied 5 1.3 Leeswijzer

Nadere informatie

Bijlage 3. Stedenbouwkundig advies Geerweg 36, 26 september 2016, Willem Prinsen

Bijlage 3. Stedenbouwkundig advies Geerweg 36, 26 september 2016, Willem Prinsen Bijlage 3 Stedenbouwkundig advies Geerweg 36, 26 september 2016, Willem Prinsen Onderwerp: woning tussen Geerweg 36/ Laakweg 2 Datum: 26 september 2016 Locatie: Geerweg Tussen Geerweg 36 en Laakweg 2

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Inleiding en planbeschrijving In Netersel is in de huidige situatie een speelterrein gelegen (zie figuur 1). Dat speelterrein is deels binnen het plangebied

Nadere informatie

Beeldkwaliteitsplan. Goorstraat 35 en Goorstraat. Te Soerendonk

Beeldkwaliteitsplan. Goorstraat 35 en Goorstraat. Te Soerendonk Beeldkwaliteitsplan Goorstraat 35 en Goorstraat ongenummerd (tussen 21 en 23) Te Soerendonk Oktober 2010 1 Inhoudsopgave 1) Inleiding.3 2) Provinciaal en gemeentelijk beleid m.b.t. buitengebied 4 3) Uitwerking

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing Burgemeester van Erpstraat 63a, Berghem 2017, pag. 1 van 12 Ruimtelijke onderbouwing Burgemeester van Erpstraat 63a, Berghem 2017 Gemeente Oss, oktober 2017 Ruimtelijke onderbouwing

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren Gemeente Someren Opdrachtgever: Projectlocatie: Dhr. N.H.L. Michiels Hollandseweg 19 5712RM Someren Hollandseweg 19, Someren Projectnummer: 16418-001 Datum:

Nadere informatie

1 februari 2016 Vastgesteld

1 februari 2016 Vastgesteld 1 februari 2016 Plannaam: IMRO-nummer: NL.IMRO.0246.406HRDH01BSHWHERZ1-VA01 Plantype: Bestemmingsplan Status: (d.d. 1 februari 2016) Auteur: Ing. J.B.H. ter Avest 2 Toelichting 3 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET BOUWEN VAN EEN LOODS AAN DE WESTHOFSEZANDWEG 9 TE S- HEER ARENDSKERKE

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET BOUWEN VAN EEN LOODS AAN DE WESTHOFSEZANDWEG 9 TE S- HEER ARENDSKERKE RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET BOUWEN VAN EEN LOODS AAN DE WESTHOFSEZANDWEG 9 TE S- HEER ARENDSKERKE Versie 2, d.d. 6 oktober 2011 Afdeling Stadsontwikkeling M. Jonker 1 Inhoud Hoofdstuk 1. Inleiding

Nadere informatie

De Streek, partiële herziening achter gemeenteweg 118/124

De Streek, partiële herziening achter gemeenteweg 118/124 GEMEENTE STAPHORST BESTEMMINGSPLAN De Streek, partiële herziening achter gemeenteweg 118/124 STAPHORST Mei 2016 2 EDOK-RO EDOK-RO Van Breugelplantsoen 81 3771 VN Barneveld 0342-422288 06 1395 0955 @ info@edok-ro.nl

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree Ruimtelijke onderbouwing Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree 16-08-2011 1. Inleiding Algemeen De heer Wijnen heeft het verzoek gedaan om een loods op het perceel

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing voor 4 parkeerplaatsen t.b.v. Medisch Maatschappelijk Centrum, grenzend aan de Schoolstraat 23 te Nieuw-Vennep

Ruimtelijke onderbouwing voor 4 parkeerplaatsen t.b.v. Medisch Maatschappelijk Centrum, grenzend aan de Schoolstraat 23 te Nieuw-Vennep Ruimtelijke onderbouwing voor 4 parkeerplaatsen t.b.v. Medisch Maatschappelijk Centrum, grenzend aan de Schoolstraat 23 te Nieuw-Vennep projectnummer 17008 Opdrachtgever: Gemeente Haarlemmermeer Versienummer:

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing Westerklief 8 Hippolytushoef. Gemeente Hollands Kroon

Ruimtelijke Onderbouwing Westerklief 8 Hippolytushoef. Gemeente Hollands Kroon Ruimtelijke Onderbouwing Westerklief 8 Hippolytushoef Gemeente Hollands Kroon 12 oktober 2016 Toelichting Inhoud: 1. Inleiding... 3 1.1 Voorgeschiedenis... 3 1.2 Initiatiefnemer... 3 1.3 Planvoornemen...

Nadere informatie

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019)

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019) Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening (ontwerp 25 januari 2019) Pagina 2 van 13 2019-01-25 Toelichting - Weideveld 2016 1e herziening Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening Toelichting

Nadere informatie

Onderstaand is uitsluitend de voor het onderhavige plan relevante regelgeving weergegeven.

Onderstaand is uitsluitend de voor het onderhavige plan relevante regelgeving weergegeven. Betreft : Bijlage 7: Toets aan het bestemmingsplan Locatie : Krite 23-25 te Boornbergum Van : J.M. Miellet, Exlan Datum : Februari 2016 Ter plaatse van het plangebied vigeert het bestemmingsplan Buitengebied

Nadere informatie

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen Bestemmingsplan Ambachtsschool Gemeente Enschede Programma Stedelijke Ontwikkeling Team Bestemmingsplannen Februari 2016 SAMENVATTING EN BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega

Ruimtelijke onderbouwing. Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega Ruimtelijke onderbouwing Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega Inhoudsopgave 1. Inleiding...

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING OMGEVINGSVERGUNNING OUDE RIJKSWEG 239A TE ROUVEEN

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING OMGEVINGSVERGUNNING OUDE RIJKSWEG 239A TE ROUVEEN RUIMTELIJKE ONDERBOUWING OMGEVINGSVERGUNNING OUDE RIJKSWEG 239A TE ROUVEEN 20180690 blz 1 INLEIDING Op het perceel, kadastraal bekend als gemeente Staphorst, sectie AP, nummer 1429 is een open plek in

Nadere informatie

Ladder voor duurzame verstedelijking Bestemmingsplan Huis ter Heide West, gemeente Zeist

Ladder voor duurzame verstedelijking Bestemmingsplan Huis ter Heide West, gemeente Zeist Ladder voor duurzame verstedelijking Bestemmingsplan Huis ter Heide West, gemeente Zeist De Ladder voor duurzame verstedelijking is in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) geïntroduceerd en

Nadere informatie

1. INLEIDING...3 2. BESTAANDE SITUATIE PERCEEL EN OMGEVING...4 3. GEMEENTELIJK BELEID...6 4. DIVERSE TOETSINGSCRITERIA...8 5. JURIDISCHE REGELING...

1. INLEIDING...3 2. BESTAANDE SITUATIE PERCEEL EN OMGEVING...4 3. GEMEENTELIJK BELEID...6 4. DIVERSE TOETSINGSCRITERIA...8 5. JURIDISCHE REGELING... INHOUD BLZ 1. INLEIDING...3 2. BESTAANDE SITUATIE PERCEEL EN OMGEVING...4 3. GEMEENTELIJK BELEID...6 4. DIVERSE TOETSINGSCRITERIA...8 5. JURIDISCHE REGELING...9 018-537 Gemeente Beuningen Verlengde Reekstraat

Nadere informatie

T E K O O P. Losplaats ong. te Maarheeze

T E K O O P. Losplaats ong. te Maarheeze Losplaats ong. - Maarheeze De Losplaats is een lommerrijk pad gelegen aan de rand van de jonge wijk Bruine Akkers. Voorzieningen zoals de winkelstraat, scholen en zorgvoorzieningen zijn binnen een tiental

Nadere informatie

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 NL.IMRO.0037.BP1303-vs01 25 augustus 2014 blz. 2 Gemeente Stadskanaal Inhoudsopgave Toelichting 3 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Plangebied

Nadere informatie

Gemeente Haaksbergen. Rood voor Rood beleid 2015

Gemeente Haaksbergen. Rood voor Rood beleid 2015 Gemeente Haaksbergen Rood voor Rood beleid 2015 Ruimtelijke ontwikkeling 20-8-2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Begrippen 3 3. Beleidskaders 4 3.1 Kaders 4 3.2 Voorwaarden 4 3.3 Bijzondere gevallen

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing bij Wabo Projectbesluit

Ruimtelijke onderbouwing bij Wabo Projectbesluit Ruimtelijke onderbouwing bij Wabo Projectbesluit ten behoeve van de realisatie van 8 rijwoningen in plaats van 7 op een perceel bouwterrein gelegen aan Het Wilgert te Epse Inleiding Tussen de straten Het

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg In opdracht van G.C. Nagel december 2013 Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a Nederhorst den Berg

Nadere informatie

BLATENPLAN EWIJK BEELDKWALITEIT 10 oktober 2011 projectnummer 100468

BLATENPLAN EWIJK BEELDKWALITEIT 10 oktober 2011 projectnummer 100468 BLATENPLAN EWIJK BEELDKWALITEIT 10 oktober 2011 projectnummer 100468 colofon SAB Arnhem B.V. Contactpersoon: Arjan van der Laan bezoekadres: Frombergdwarsstraat 54 6814 DZ Arnhem correspondentieadres:

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord Ruimtelijke onderbouwing project Vlietweg 16 te Santpoort-Noord W12/000758/ OLO271413 INHOUD 1 Beschrijving

Nadere informatie

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 status: vastgesteld datum: 5 september 2013 projectnummer: 202360R.2011 adviseurs: Jke / Wle gemeente Maasdriel Inhoudsopgave Hoofdstuk

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING KASTANJELAAN 4A

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING KASTANJELAAN 4A BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING KASTANJELAAN 4A Plan: bestemmingsplan Buitengebied, partiële herziening Kastanjelaan 4a Plantype: Bestemmingsplan Status: IMRO-nummer: NL.IMRO.0180.0000

Nadere informatie

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland)

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland) Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland) De gemeente Berkelland vraagt voor het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied, Kieftendijk Haaksbergseweg

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Ankeveen, wijziging Stichtse Kade 47a en c, Ankeveen Toelichting

Bestemmingsplan Buitengebied Ankeveen, wijziging Stichtse Kade 47a en c, Ankeveen Toelichting Bestemmingsplan Buitengebied Ankeveen, wijziging Stichtse Kade 47a en c, Ankeveen Toelichting Pos Service Holland BV 19 februari 2013 Ontwerp A COMPANY OF HASKONING NEDERLAND B.V. PLANNING & TRANSPORT

Nadere informatie

Bestemming vrijstaande woningen W-A2 De Opslach Ryptsjerk

Bestemming vrijstaande woningen W-A2 De Opslach Ryptsjerk Bestemming vrijstaande woningen W-A2 De Opslach Ryptsjerk Artikel 5: Wonen - A2 (vrijstaande woningen) 5.1. Bestemmingsomschrijving De voor Wonen - A2 aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. gebouwen

Nadere informatie

(Ontwerp) Ruimtelijke Onderbouwing. Afwijking bestemmingsplan. Tolhuisweg 49 Midlaren. Herbouw schuur

(Ontwerp) Ruimtelijke Onderbouwing. Afwijking bestemmingsplan. Tolhuisweg 49 Midlaren. Herbouw schuur (Ontwerp) Ruimtelijke Onderbouwing Afwijking bestemmingsplan Tolhuisweg 49 Midlaren Herbouw schuur Gemeente Tynaarlo April 2011 NL.IMRO.1730.ABTolhuisweg49-0301 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding.3 2. Ruimtelijke

Nadere informatie

Wijzigingsplan Bouwvlak wijziging Veenweg 3 Gemeente Renswoude

Wijzigingsplan Bouwvlak wijziging Veenweg 3 Gemeente Renswoude Wijzigingsplan Bouwvlak wijziging Veenweg 3 Gemeente Renswoude Toelichting NL.IMRO.0339.WZ2013Veenweg3-ow01 / ontwerp Projectnr. BW-13051 / 10 december 2013 Gemeente Renswoude Wijzigingsplan Bouwvlak wijziging

Nadere informatie

Bijlage 9: Motivering niet vaststellen beeldkwaliteitscriteria Landgoed de Klauwenhof en nieuw woonkavel aan de Lange Klauwenhof Didam.

Bijlage 9: Motivering niet vaststellen beeldkwaliteitscriteria Landgoed de Klauwenhof en nieuw woonkavel aan de Lange Klauwenhof Didam. Bijlage 9: Motivering niet vaststellen beeldkwaliteitscriteria Landgoed de Klauwenhof en nieuw woonkavel aan de Lange Klauwenhof Didam. Inleiding Vanaf 14 mei 2015 hebben gedurende 6 weken ter inzage gelegen

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Clermontstraat 10 te Margraten. Gemeente Eijsden-Margraten

Ruimtelijke onderbouwing Clermontstraat 10 te Margraten. Gemeente Eijsden-Margraten Ruimtelijke onderbouwing Clermontstraat 10 te Margraten Ruimtelijke onderbouwing Clermontstraat 10 te Margraten Datum: 7 april 2014 Projectgegevens: ROB01-0252620-01B TEK01-0252620-01A Identificatienummer:

Nadere informatie

KAVELPASPOORTEN / WATERMOLEN 24 SCHAGEN

KAVELPASPOORTEN / WATERMOLEN 24 SCHAGEN KAVELPASPOORTEN / WATERMOLEN 24 SCHAGEN Watermolen Zaagmolen KAVELPASPOORTEN / WATERMOLEN 24 SCHAGEN Inhoud Beeldkwaliteit Kavelpaspoorten Projectnummer : 11008-001 Bestand : 11008-001-19 Datum : 30 september

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Er is een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend voor de realisatie van een kunstwerk

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing Opgesteld door: Provincie Noord-Brabant 19-05-2016 S.M.Verhaart- Menken Versie: 3_19-05-2016 Inhoud

Nadere informatie

Ontwerp Wijzigingsplan. Ballumerweg 23 te Nes Ameland

Ontwerp Wijzigingsplan. Ballumerweg 23 te Nes Ameland Ontwerp Wijzigingsplan Ballumerweg 23 te Nes Ameland Ontwerp Wijzigingsplan Ballumerweg 23 te Nes Ameland Inhoud Toelichting op wijzigingsplan 1. Beschrijving van het plan 2. Beleidskader 3. Omgevingsaspecten

Nadere informatie

Beleidsnotitie Open plekken Staphorst, 5 e wijziging. Oktober Randvoorwaarden voor woningbouw op open plekken binnen De Streek

Beleidsnotitie Open plekken Staphorst, 5 e wijziging. Oktober Randvoorwaarden voor woningbouw op open plekken binnen De Streek Beleidsnotitie Open plekken Staphorst, 5 e wijziging Oktober 2016 Randvoorwaarden voor woningbouw op open plekken binnen De Streek Vastgesteld raad 1 e wijziging 2 e wijziging 3 e wijziging 4 e wijziging

Nadere informatie

Artikel 21 Wonen. Voor het bouwen gelden de volgende regels:

Artikel 21 Wonen. Voor het bouwen gelden de volgende regels: 176 Artikel 21 Wonen 21.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen en in samenhang daarmee voor de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige

Nadere informatie

Definitief Programma van Eisen. Molengraafseweg ong. te Boxtel

Definitief Programma van Eisen. Molengraafseweg ong. te Boxtel Definitief Programma van Eisen bouw twee woningen Molengraafseweg ong. te Boxtel Gemeente Boxtel 10 april 2014 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 2. De locatie 3. De omgeving van de locatie 4. Beleid 5. Het Programma

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28 2/11 Inhoudsopgave RUIMTELIJKE ONDERBOUWING 5 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 Hoofdstuk 2 Aanvraag omgevingsvergunning 5 Hoofdstuk 3 Geldende planologische

Nadere informatie

PRACHTLANDSCHAP NOORD-HOLLAND! Leidraad Landschap & Cultuurhistorie. Provinciale structuur: (Bebouwings-) linten. Twisk, Dorpsweg Theo Baart

PRACHTLANDSCHAP NOORD-HOLLAND! Leidraad Landschap & Cultuurhistorie. Provinciale structuur: (Bebouwings-) linten. Twisk, Dorpsweg Theo Baart PRACHTLANDSCHAP NOORD-HOLLAND! Leidraad Landschap & Cultuurhistorie Provinciale structuur: (Bebouwings-) linten 2018 Twisk, Dorpsweg Theo Baart CONTEXT EN DYNAMIEK Linten zijn onlosmakelijk verbonden met

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Fort Imperial te Breskens

Ruimtelijke onderbouwing Fort Imperial te Breskens Ruimtelijke onderbouwing Fort Imperial te Breskens 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 4 1.1 Aanleiding 4 1.2 Ligging en begrenzing plangebied 4 1.3 Vigerende bestemmingsplan 5 2. Bestaande situatie 6 2.1 ruimtelijke

Nadere informatie

Neede, Centrum 2011, herziening (Bergstraat 7-9a)

Neede, Centrum 2011, herziening (Bergstraat 7-9a) Neede, Centrum 2011, herziening 2019-1 (Bergstraat 7-9a) Inhoudsopgave TOELICHTING 3 Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doelstelling 1.2 Plangebied 1.3 Wat is een bestemmingsplan? 1.4 Geldend bestemmingsplan

Nadere informatie

Wijzigingsplan Wyldpaed West 3 te Twijzelerheide ONTWERP

Wijzigingsplan Wyldpaed West 3 te Twijzelerheide ONTWERP Wijzigingsplan Wyldpaed West 3 te Twijzelerheide ONTWERP 1 INHOUDSOPGAVE Toelichting 3 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Begrenzing plangebied 3 1.3 Geldende bestemmingsplan / moederplan 4 1.4 Bestaande

Nadere informatie

De Streek, partiële herziening Gemeenteweg 236

De Streek, partiële herziening Gemeenteweg 236 De Streek, partiële herziening Gemeenteweg 236 Inhoudsopgave Toelichting 3 Hoofdstuk 1 Inleiding 4 1.1 Aanleiding 4 1.2 Leeswijzer 4 Hoofdstuk 2 Planbeschrijving 5 2.1 Voorgeschiedenis 5 2.2 Beroep en

Nadere informatie

2 e Plan van wijziging Globaal Bestemmingsplan Houten Vinex. Houtensewetering naast 45

2 e Plan van wijziging Globaal Bestemmingsplan Houten Vinex. Houtensewetering naast 45 2 e Plan van wijziging Globaal Bestemmingsplan Houten Vinex Houtensewetering naast 45 2 Toelichting 1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Vigerend bestemmingsplan 1.3 Bestemmingsplan 2 Gebieds- en projectbeschrijving

Nadere informatie

Oude Badweg 60 Eelderwolde

Oude Badweg 60 Eelderwolde Oude Badweg 60 Eelderwolde Projectgebied 2 Inhoudsopgave 2.1 Beschrijving van het projectgebied, huidige situatie... 4 Op het perceel is reeds een recreatiewoning met bijgebouwen aanwezig. De bestaande

Nadere informatie

Toelichting. Wijzigingsplan Sander-Banken, Sander 30

Toelichting. Wijzigingsplan Sander-Banken, Sander 30 Toelichting Wijzigingsplan Sander-Banken, Sander 30 Inleiding De erven van Eekelen hebben verzocht om een extra bebouwingsvlak toe te kennen voor het in hun bezit zijnde perceel Sander 30. Het perceel

Nadere informatie

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening ** Vastgesteld oktober 2014 Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening Visie verplaatsing nietagrarische bedrijven binnen het buitengebied Status: vastgesteld door de gemeenteraad van Houten d.d.

Nadere informatie

KAVELPASPOORTEN / WATERMOLEN 24 SCHAGEN Watermolen. Zaagmolen

KAVELPASPOORTEN / WATERMOLEN 24 SCHAGEN Watermolen. Zaagmolen KAVELPASPOORTEN / WATERMOLEN 24 SCHAGEN Watermolen Zaagmolen KAVELPASPOORTEN / WATERMOLEN 24 SCHAGEN Inhoud Beeldkwaliteit Kavelpaspoorten Projectnummer : 11008-001 Bestand : 11008-001-19 Datum : 30 september

Nadere informatie

TOELICHTING. Reparatieplan bijgebouwen GEMEENTE VIANEN

TOELICHTING. Reparatieplan bijgebouwen GEMEENTE VIANEN TOELICHTING ONTWERP BESTEMMINGSPLAN Reparatieplan bijgebouwen GEMEENTE VIANEN Opdrachtnummer : 99.372 IDnr. : Datum : augustus 2018 Versie : 2 Auteurs : mro b.v. : mro b.v. Leeuwenveldseweg 16H 1382 LX

Nadere informatie

Beheersverordening Kornputkwartier

Beheersverordening Kornputkwartier Beheersverordening Kornputkwartier ID plan: NL.IMRO.1708.STWKornputkwtrBV1-VA01 datum: maart 2017 status: vastgesteld auteur: SRE Vastgesteld door de raad dd. de griffier, de voorzitter, NL.IMRO.1708.STWKornputkwtrBV1-VA01

Nadere informatie

bestemmingsplan Correctieve herziening Zilvervakschool Schoonhoven Noord

bestemmingsplan Correctieve herziening Zilvervakschool Schoonhoven Noord bestemmingsplan Correctieve herziening Zilvervakschool Schoonhoven Noord Planstatus: Plan identificatie: ontwerp NL.IMRO.1931.BP1509DK003-ON01 Datum: 23 maart 2015 Contactpersoon Buro SRO: Kenmerk Buro

Nadere informatie

Aanvraag Ontheffing conform art. 3.2, lid 1. van de Verordening Ruimte 1. voor de realisatie van 2 burgerwoningen

Aanvraag Ontheffing conform art. 3.2, lid 1. van de Verordening Ruimte 1. voor de realisatie van 2 burgerwoningen Aanvraag Ontheffing conform art. 3.2, lid 1 van de Verordening Ruimte 1 voor de realisatie van 2 burgerwoningen Albert van t Hartweg 46, Nieuwerkerk a/d IJssel 1. Aanleiding Dhr. R. Reijm, wonende te Moordrecht,

Nadere informatie

Nieuwbouw woning in buitengebied/beschermd dorpsgezicht Eursinge te Havelte.

Nieuwbouw woning in buitengebied/beschermd dorpsgezicht Eursinge te Havelte. Nieuwbouw woning in buitengebied/beschermd dorpsgezicht Eursinge te Havelte. De kernkwaliteiten cultuurhistorie en landschap. Het in oktober 2015 vastgestelde bestemmingsplan Eursingerlaan 5A is qua inhoud

Nadere informatie

Ontwerp. Augustus 2014

Ontwerp. Augustus 2014 Augustus 2014 BESTEMMINGSPLAN HARDENBERG, LAGE GAARDENSTRAAT 98 Plan: Plantype: Bestemmingsplan Status: IMRO-nummer: NL.IMRO.0160.0000BP00237-OW01 2 TOELICHTING 3 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDING...

Nadere informatie

Ontwerp. Februari 2018

Ontwerp. Februari 2018 Februari 2018 Bestemmingsplan Staphorst Dorp-Rouveen 2016, partiële herziening Meestershof Plannaam: Staphorst Dorp-Rouveen 2016, partiële herziening Meestershof IMRO-nummer: NL.IMRO.0180.1102017002-ON01

Nadere informatie

47003-bkp-v BESTEMMINGSPLAN "WONINGBOUW OSSENDRECHTSEWEG 38, HOOGERHEIDE" 1 INLEIDING Aanleiding en doel...

47003-bkp-v BESTEMMINGSPLAN WONINGBOUW OSSENDRECHTSEWEG 38, HOOGERHEIDE 1 INLEIDING Aanleiding en doel... GEMEENTE WOENSDRECHT BESTEMMINGSPLAN "WONINGBOUW OSSENDRECHTSEWEG 38, HOOGERHEIDE" BIJLAGE 5 bij de TOELICHTING BEELDKWALITEITSPLAN Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 2 1.1 Aanleiding en doel... 2 1.2 Ligging

Nadere informatie

Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland

Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland Code 03-61-02 / 09-06-03

Nadere informatie

Toelichting Ontwerp correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk Gebied NL.IMRO.0342.CHLG0001-0201 10 juni 2014 Toelichting correctieve

Toelichting Ontwerp correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk Gebied NL.IMRO.0342.CHLG0001-0201 10 juni 2014 Toelichting correctieve Toelichting Ontwerp correctieve herziening bestemmingsplan Landelijk Gebied NL.IMRO.0342.CHLG0001-0201 10 juni 2014 Raad op dd maand jjjj) 1 Raad op dd maand jjjj) 2 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDING...

Nadere informatie

Bestemmingsplan Zuidhoek, 1e herziening

Bestemmingsplan Zuidhoek, 1e herziening Bestemmingsplan Zuidhoek, 1e herziening 2 Inhoudsopgave Toelichting 5 Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Ligging van het plangebied "Zuidhoek" 1.3 Leeswijzer 7 7 7 8 Hoofdstuk 2 Aanpassingen 2.1

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied

Bestemmingsplan buitengebied Bestemmingsplan buitengebied Voorontwerp Informatieavond dinsdag 26 juni 2012 Wat is een bestemmingsplan? Plan met regels over het gebruik van de ruimte Waar en hoe mag wat worden gebouwd? Welke functies

Nadere informatie

Artikel 2 De locatie en omvang van de opstelling voor zonne-energie

Artikel 2 De locatie en omvang van de opstelling voor zonne-energie Uitvoeringsregeling opstellingen voor zonne-energie in het landelijk gebied Geconsolideerde versie na vaststelling van besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 31 oktober 2017, tot wijziging

Nadere informatie

Ontwerpwijzigingsplan Kern Heesselt, Gerestraat 47-49. Gemeente Neerijnen

Ontwerpwijzigingsplan Kern Heesselt, Gerestraat 47-49. Gemeente Neerijnen Ontwerpwijzigingsplan Kern Heesselt, Gerestraat 47-49 Ontwerpwijzigingsplan Kern Heesselt, Gerestraat 47-49 Toelichting Bijlage Regels Verbeelding Schaal 1:1.000 Datum: 7 januari 2015 Projectgegevens:

Nadere informatie

Reparatieplan Hierden Dorp Vastgesteld bestemmingsplan

Reparatieplan Hierden Dorp Vastgesteld bestemmingsplan Reparatieplan Hierden Dorp 2011 Vastgesteld bestemmingsplan Reparatieplan Hierden Dorp 2011 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begrippen 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 7

Nadere informatie

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a. Gemeente Schijndel Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a., sub 2 Wabo 2 3 bij verzoeken om afwijken van het bestemmingsplan Inleiding Op 24 september 2014 is het

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED,

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED, BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED, WIJZIGING KOEZENKOOIWEG 2 Plan: Bestemmingsplan Buitengebied, wijziging Koezenkooiweg 2 Plantype: Wijzigingsplan Status: IMRO-nummer: NL.IMRO.0180.5112014003-ON01 2 TOELICHTING

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen

Ruimtelijke onderbouwing. Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen Ruimtelijke onderbouwing Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen 1 2 Hoofdstuk 1 1.1 Aanleiding INLEIDING Op 4 maart 2011 is een aanvraag om een omgevingsvergunning binnengekomen voor het

Nadere informatie

Bijlage 1: Overzicht belangrijkste wijzigingen

Bijlage 1: Overzicht belangrijkste wijzigingen Bijlage 1: Overzicht belangrijkste wijzigingen Bestemmingsplan Wergea Voorontwerp Bestemmingsplan Wergea Voorontwerp Overzicht belangrijkste wijzigingen* In dit overzicht zijn de belangrijkste wijzigingen

Nadere informatie

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College,

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College, Bergs Advies B.V. Leveroyseweg 9a 6093 NE Heythuysen Telefoon (0475) 49 44 07 Fax (0475) 49 23 63 E-mail info@bergsadvies.nl Internet www.bergsadvies.nl BIC code: RABONL2U IBAN: NL76RABO0144217414 K.v.K.

Nadere informatie

GEMEENTE SON EN BREUGEL

GEMEENTE SON EN BREUGEL GEMEENTE SON EN BREUGEL Bestemmingsplan Buitengebied; Driehoek 7 Toelichting NL.IMRO.0848.BP813BUITENGEBIED-VA01/ Vastgesteld Projectnr. 021-012 / 19 december 2013 INHOUD BLZ 1. INLEIDING... 3 2. BESTAANDE

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing De Kouwe Noord 3, Geffen Gemeente Oss Raadhuislaan 2 5341 GM Oss T: 14 0412 F: 0412 642605 www.oss.nl RUIMTELIJKE ONDERBOUWING De Kouwe Noord 3 te Geffen Februari maart 2016 1

Nadere informatie

Toelichting behorende bij de binnenplanse wijziging van het bestemmingsplan ex. artikel 3.6 Wro. Kortenhoevendijk 11, Lexmond

Toelichting behorende bij de binnenplanse wijziging van het bestemmingsplan ex. artikel 3.6 Wro. Kortenhoevendijk 11, Lexmond Toelichting behorende bij de binnenplanse wijziging van het bestemmingsplan ex. artikel 3.6 Wro Kortenhoevendijk 11, Lexmond Planstatus: Identificatienr: vastgesteld NL.IMRO.0707.WPLXMKorhoedijk11-VA01

Nadere informatie

Bestemmingsplan Luttermolenveld 1 e partiële herziening

Bestemmingsplan Luttermolenveld 1 e partiële herziening Bestemmingsplan Luttermolenveld 1 e partiële herziening Plannaam: Bestemmingsplan De Lutte, partiële herziening Luttermolenveld IMRO-nummer: NL.IMRO.0168.01BP045PH01-0301 Plantype: Bestemmingsplan Status:

Nadere informatie

Wijzigingsplan t Skottepad Ballum Ameland Wijzigen bestemmingsplan Ballum

Wijzigingsplan t Skottepad Ballum Ameland Wijzigen bestemmingsplan Ballum ONTWERP Wijzigingsplan t Skottepad Ballum Ameland Wijzigen bestemmingsplan Ballum Burgemeester en wethouders van de gemeente Ameland; Van toepassing is het bestemmingsplan Ballum, vastgesteld door de raad

Nadere informatie

OEGSTGEEST Huge de Vrieslaan 4 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING

OEGSTGEEST Huge de Vrieslaan 4 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING OEGSTGEEST Huge de Vrieslaan 4 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Oegstgeest Hugo de Vrieslaan 4 ruimtelijke onderbouwing identificatie planstatus projectnummer: datum: status: 057900.201506.39 22 09 2015 definitief

Nadere informatie

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek d.d. nr., G.H. Tamminga secretaris J.P.M. Alberse burgemeester GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied

Nadere informatie