Veelgestelde vragen over de VRKI

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Veelgestelde vragen over de VRKI"

Transcriptie

1 Veelgestelde vragen over de VRKI Voorwoord In deze rubriek wordt antwoord gegeven op vragen over de Verbeterde Risiscoklassenindeling VRKI. Enkele vragen hebben deels ook betrekking op de BRL BORG 2005 versie 2. Hoewel het niet tot de verantwoording van de klankbordgroep VRKI behoort om vragen over de BRL te beantwoorden, zijn deze vragen en antwoorden wél opgenomen. Waar gewenst zullen deze vragen worden teruggekoppeld met de Technische Commissie van het CCV. Vraag 1. Waar kan ik terecht met vragen over de VRKI?... 5 Vraag 2. Wat is de rol van het Verbond van Verzekeraars in relatie tot de BORG regeling, de VEB regeling en de VRKI?... 5 Vraag 3. Ben ik als beveiligingsbedrijf verplicht de VRKI toe te passen?... 5 Vraag 4. Waarom wordt er weer een Opleveringsbewijs ingevoerd, je kunt toch op het Certificaat aangeven welke beveiligingsmaatregelen zijn getroffen?... 5 Vraag 5. Mag er een Opleveringsbewijs Alarminstallatie of een Certificaat worden afgegeven bij Ed voor woningen als de klant geen PAC-aansluiting en/of onderhoudscontract heeft?... 5 Vraag 6. Mag je een Certificaat afgeven wanneer je de beveiligingsmaatregelen uitvoert op een lager niveau dan de risicoklasseberekening aangeeft. Bijvoorbeeld je komt uit in klasse 3 en je voert de maatregelen uit voor klasse Vraag 7. Als het Certificaat of Opleveringsbewijs is verlopen (5 jaar geldig mits onderhoud wordt uitgevoerd) moet je dan een nieuw document afgeven?... 6 Vraag 8. Wat is de geldigheidsduur van een Opleveringsbewijs bouwkundige beveiliging en is een onderhoudscontract verplicht?... 7 Vraag 9. Het oude Opleveringsbewijs (Es) van een klant is verlopen, de verzekeraar vraagt om een nieuw bewijs. Het risico is niet gewijzigd. Als ik nu de VRKI hanteer kom ik uit op E2. Hoe moet ik hiermee omgaan?... 7 Vraag 10. In de lijst met attractieve goederen, worden auto's gesplitst in exclusieve of diefstalgevoelige merken en andere merken. VW is erg diefstalgevoelig is het dan exclusief?... 8 Vraag 11. In de lijst attractieve goederen wordt op drie plaatsen computerapparatuur genoemd, laptops, netbooks, notebooks, palmtops en ipads, smart- en iphones, Apple (i)macs Computers en Computers (inclusief DTP-apparatuur, CAD/CAM) = ZH bij eigen gebruik, en Desktop computers, werkstations, servers (niet Apple (i)macs) = H bij eigen gebruik. Welke categorie moet worden aangehouden in een kantoorpand met PC s die zijn aangesloten op een netwerk?... 8 Vraag 12. In de lijst met attractieve goederen 2007 zijn beeld- en geluidsdragers zoals cd's en dvd's niet opgenomen. Waaronder moeten die worden ingeschaald?... 8 Vraag 13. In 2007 is een nieuwe versie verschenen van de NEN Deze nieuwe versie stelt dat voorgaande versies zijn vervallen. Is de versie 2007 van toepassing bij de bouwkundige niveaus in de VRKI?... 8 Vraag 14. In het document D Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven wordt gesteld dat Bs, Bn en Bz overeenkomstig zijn met B1, B2 en B3. Moet er bij B2 wel of geen glasafscherming

2 toegepast worden?... 8 Vraag 15. Waarom is er bij woningen voor B0 gekozen terwijl inbraakbeveiliging moet worden bereikt?... 9 Vraag 16. Opbergen attractieve goederen in inbraakwerende kasten en safe s: Mag ik wanneer de kast/safe in een beveiligde ruimte staat en de op te bergen waarde is een CEN 0 safe adviseren?... 9 Vraag 17. Is een safe verplicht bij woningen als er sieraden, geld of waardepapieren aanwezig zijn ter waarde van meer dan zoals in de voorgaande risicoklassenindeling staat vermeld? Vraag 18. Is toepassing van draadloze componenten toegestaan bij E2? Vraag 19. Waarom is schildetectie ingevoerd bij voorwaarden in risicoklasse 3 en 4? Vraag 20. Is klasse 3* hoger dan klasse 3? Vraag 21. In het VRKI document D Definities Beveiligingsmaatregelen wordt bij E1 en E2 gesproken over: ruimte detectie op plaatsen waar zich attractieve goederen concentreren en op strategische plaatsen in het pand voor vroegtijdige detectie. Wat wordt verstaan onder concentratie van attractieve goederen? Of volstaan we hier met ruimtelijke bewaking van de verkeerswegen? Vraag 22. In het VRKI document D Definities Beveiligingsmaatregelen staat in artikel "Openstand detectie op de voor inbrekers bereikbare gevelopeningen. Betekent dit dat ik een pand beveiligd op niveau E2 volledig moet voorzien van contacten op alle gevelopeningen ook als de attractieve goederen zich niet direct in die ruimte bevinden? Vraag 23. Klopt het dat er in de nieuwe VRKI geen onderscheid wordt gemaakt bij E2 tussen publiekstoegankelijke ruimtes en niet-publiekstoegankelijke ruimtes voor anti-mask detectoren? Oftewel overal anti-masking toepassen? Wat neerkomt op het vervangen van alle ruimtelijke detectie zonder antimasking in E2 op het moment dat er een nieuw Certificaat moet komen Vraag 24. Is een Opleveringsbewijs alarminstallatie voor een bedrijf aan een risicoklasse gebonden? Vraag 25. Waarom is er een AL3 alarmtransmissie traject ingevoerd? Vraag 26. Er wordt een object aangetroffen waar geen analoge telefoonlijn aanwezig is voor de alarmtransmissie, de klant maakt gebruik van een breedbandaansluiting (ADSL) voor zowel internet als voor telefonie. Op welke manier kan ik de inbraakalarminstallatie op de PAC aansluiten? Vraag 27. Is technische alarmverificatie verplicht? Vraag 28. Bij de maatregelen R2 en R3 wordt een alarmopvolgingstijd van maximaal 15 minuten geëist. Van de particuliere beveiligingsorganisatie waarmee wij een contract hebben heb ik vernomen dat dit geen reële eis is. Het is structureel onhaalbaar. Een eis van 30 minuten is beter haalbaar. Hoe moet ik hiermee omgaan? Vraag 29. Is een horecaonderneming, bijvoorbeeld een café, een bedrijf (goederen in eigen gebruik) of een winkel. Er worden immers goederen (drank / etenswaren) verkocht? Vraag 30. Ik moet een apotheek beveiligen. Waar vind ik de categorie (attractieve goederen) die hier van toepassing is, in de oude lijst kwam dit wel voor? Vraag 31. Ik moet een museumboerderij (met antieke rijtuigen en oude gebruiksvoorwerpen waaronder historische kleding e.d. die jaarlijks in de historische optocht worden gebruikt) beveiligen. Valt dit onder

3 bedrijf (goederen eigen gebruik) een winkel/showroom of onder magazijn/opslag? En wat is de attractiviteit L, M, H of ZH? Vraag 32. Ik maak een beveiligingsplan voor een winkel in brillen en kom, op grond van de VRKI en gebruik van de RC module bedrijven, uit op klasse 2. Waarom zou je voor optie 2 kiezen als optie 1 ook voldoet? Vraag 33. Er is door het NCP een verbeterde Beoordelingsrichtlijn Rolluik Beveiligingsbedrijf (BRL) opgesteld. Moet ik voor het aanbrengen van een rolluik daarvoor gecertificeerd zijn door het NCP? Vraag 34. Is het TBMB diploma verplicht voor een BORG technisch beveiligingsbedrijf? Vraag 35. Wij hebben verklaringen van betrouwbaarheid aangevraagd bij de politie. Echter van administratieve krachten kregen we het bericht terug dat dit niet nodig zou zijn. Het geldt toch voor alle medewerkers zowel directie, administratief, commercieel en montage? Vraag 36. Is het BORG technisch beveiligingsbedrijf of de BORG Alarminstallateur verplicht om het BORG logo te gebruiken? Vraag 37. Per 1 april is alarmverificatie ingevoerd. Wat betekent dit voor gebruikers van inbraakalarm- en overvalalarminstallaties? Vraag 38. Wat is de geldigheidsduur van een Verklaring Omtrent het Gedrag? Vraag 39. Wanneer mogen Beveiligingscertificaten en Opleveringsbewijzen worden afgeven? Vraag 40. Wat te doen indien de risicoklasse en/of geëiste beveiligingsmaatregelen zijn gewijzigd bij hercertificering? Vraag 41. Hoe moet ik de attractiviteitlijst van de VRKI voor bedrijven interpreteren? Vraag 42. Waarom kan er volgens de beveiligingsmatrix voor zowel woningen als bedrijven worden gekozen voor combinaties van beveiligingsmaatregelen met B0? Vraag 43. Wanneer zijn draadloze alarmsystemen toegestaan? Vraag 44. Welke eisen stelt de VRKI aan alarmtransmissie/doormelding? Vraag 45 Wanneer is persoonlijke alarmverificatie verplicht en wanneer technische alarmverificatie? Vraag 46. Wanneer is anti-masking vereist? Vraag 47. Wanneer is openstand detectie vereist? Vraag 48. Waar kan ik de installatievoorschriften voor alarmapparatuur en de voorschriften voor beheer en onderhoud voor alarmapparatuur vinden? Vraag 49. Een verzekeringsmaatschappij eist een klasse 3 BORG Opleveringsbewijs Alarminstallatie. Als wij de verzekerde gegevens invoeren in de RC module dan komen wij ook uit op risicoklasse 3. De attractiviteit van de goederen is ZH met een waarde tot ,-. Wij selecteren vervolgens de bijbehorende maatregelen O2 + B3 + E2 + AL1 (SP2 of DP1) + R2 + schildetectie niveau 2 (wordt automatisch weergegeven). Echter wij sluiten bouwkundig uit op verzoek van de klant. Dit zetten wij op B0. Vervolgens wordt de uitgevoerde beveiligingsklasse omgezet naar niveau 1. Waarom is dat? Want het antwoord bij uw vraag 24 geeft aan dat het wel kan

4 Vraag 50. Bij bedrijven gekozen klasse 3 selecteer ik O2 + B2 + E2 + AL1 (SP2 of DP1) + R2. Aangegeven wordt dat schildetectie niveau 2 van toepassing is. Omdat B3 niet haalbaar is selecteer ik B0. Is schildetectie nu verplicht?... 21

5 Vraag 1. Waar kan ik terecht met vragen over de VRKI? Voor vragen over de VRKI kunt u contact opnemen met de Informatiedesk van het CCV. Deze heeft contact met het deskundigenpanel VRKI en zal ervoor zorg dragen dat uw vraag beantwoord wordt. Mocht uw vraag aanleiding geven tot discussie, dan zal de vraag behandeld worden in een bijeenkomst van de deskundigenpanel VRKI. Vraag 2. Wat is de rol van het Verbond van Verzekeraars in relatie tot de BORG regeling, de VEB regeling en de VRKI? Het Verbond van Verzekeraars kan de BORG regeling en de VRKI niet verplicht stellen aan haar leden, maar ondersteunt de BORG regeling, de VEB regeling en de VRKI ten zeerste. Uitgangspunt: BORG erkende technische beveiligingsbedrijven, alarminstallateurs en VEB erkende installatiebedrijven zijn verplicht de VRKI toe te passen. Verzekeraars zijn individueel bevoegd eigen eisen te formuleren en dus af te wijken. De NMA maakt het niet mogelijk om de VRKI als enige geldende regelgeving voor te schrijven, maar het Verbond van Verzekeraars stimuleert de VRKI, VEB erkende installatiebedrijven en de BORG gecertificeerde beveiligingsbedrijven. Vraag 3. Ben ik als beveiligingsbedrijf verplicht de VRKI toe te passen? BORG en VEB erkende beveiligingsbedrijven zijn in beginsel verplicht de VRKI toe te passen bij ieder ontwerp van en onderhoud aan beveiligingsconcepten. Dit is in hun kwaliteitssysteem opgenomen. Afwijkingen hiervan zijn slechts toegestaan als dit vooraf schriftelijk met de opdrachtgever is overeengekomen (artikel 5.5 BRL BORG 2005v2 uitgave februari 2016) Overige beveiligingsbedrijven doen er verstandig aan zich hieraan te conformeren. Door toepassing van de VRKI wordt de werkwijze van beveiliging zoveel mogelijk geobjectiveerd om tot gelijkwaardige beveiligingsconcepten te komen. Verzekeraars zijn individueel bevoegd om eigen eisen te formuleren. Zij kunnen derhalve afwijken van toepassing van de VRKI. Het Verbond van Verzekeraars stimuleert de toepassing van de VRKI wel. Vraag 4. Waarom wordt er weer een Opleveringsbewijs ingevoerd, je kunt toch op het Certificaat aangeven welke beveiligingsmaatregelen zijn getroffen? Dat zou kunnen, echter er is voor gekozen om twee soorten documenten te hanteren. Een Beveiligingscertificaat stelt dat aan alle eisen wordt voldaan die bij het geconstateerde risico horen. Een Opleveringsbewijs kan worden gebruikt als maar een deel van de maatregelen wordt uitgevoerd. Vooral voor de niet deskundigen moet het woord: Certificaat een garantie zijn dat de beveiliging juist en volledig is. Beoogd wordt om het Certificaat daarmee een beschermde status te geven. Bovendien is alleen een deskundige is staat om uit de veelheid van afkortingen af te lezen wat er nu feitelijk aan beveiligingsmaatregelen is geleverd. Voor de klant en gemiddelde (verzekeraar-acceptant) zeggen die afkortingen weinig of niets. Vraag 5. Mag er een Opleveringsbewijs Alarminstallatie of een Certificaat worden afgegeven bij Ed voor woningen als de klant geen PAC-aansluiting en/of onderhoudscontract heeft?

6 Eerst een mogelijk misverstand rechtzetten: Ed staat voor E domestic oftewel woonhuizen. Ook wordt Ed wel omschreven als E (domotica) Het woord domotica is een samentrekking van domus (woning) en telematica. Inbraaksignalering op niveau Ed kan zowel bedraad als draadloos worden aangelegd. Ook bij E1 en E2, voor woningen, zijn draadloze componenten toegestaan. Om Ed te kwalificeren als E-draadloos is dus onvolledig. De onderhoudsfrequentie is mede afhankelijk of er draadloze componenten zijn toegepast. Antwoord op de vraag: Ja, een PAC aansluiting en een onderhoudscontract zijn bij Ed niet vereist. Als er wel een onderhoudscontract is afgesloten is het kwaliteitsdocument 5 jaar geldig. Als er geen onderhoudscontract is afgesloten, is het kwaliteitsdocument 2 jaar geldig. Maar als er geen onderhoudscontract is afgesloten en er wordt gebruikgemaakt van draadloze componenten, dan is het kwaliteitsdocument 1 jaar geldig. Opmerking: de onderhoudsfrequentie bij gebruik van draadloze componenten wordt door de leverancier geadviseerd, mede op basis van fabrikantspecificaties. Zie artikel in document D Definities beveiligingsmaatregelen. Vraag 6. Mag je een Certificaat afgeven wanneer je de beveiligingsmaatregelen uitvoert op een lager niveau dan de risicoklasseberekening aangeeft. Bijvoorbeeld je komt uit in klasse 3 en je voert de maatregelen uit voor klasse 2. Nee: als niet wordt voldaan aan de geconstateerde risicoklasse mag géén Certificaat worden afgegeven. Bij uitvoering op een lager niveau wordt een Opleveringsbewijs alarminstallatie afgegeven. Zie artikel 1.2 in document D "Definities beveiligingsmaatregelen. Toelichting: Belangrijk is dus dat u zich realiseert dat u, wanneer u in klasse 2 alleen de E maatregelen uitvoert, bij een bouwkundig niveau B0 moet uitgaan van de eis voor het E2 niveau en in klasse 3 en 4 schildetectie (geveldetectie) toepast om te voldoen aan de doelstelling dat uw deeloplossing (Opleveringsbewijs alarminstallatie) wel conform de uitgevoerde beveiligingsklasse is. Zie ook vraag 24. Vraag 7. Als het Certificaat of Opleveringsbewijs is verlopen (5 jaar geldig mits onderhoud wordt uitgevoerd) moet je dan een nieuw document afgeven? Ja. Bovendien is het tijdstip een prima commercieel moment om de bestaande relaties te informeren over de ontwikkelingen met betrekking tot beveiliging (Alarmverificatie, AoIP, CCTV-systemen e.d.). Hercertificatie op basis van het oorspronkelijke beveiligingsplan is mogelijk als het risico niet is gewijzigd en de eisende partij verzekeraar) geen nieuw PvE eist.(artikel 4.4 BRL BORG 2005v2 uitgave februari 2016). 4.4 HERCERTIFICATIE. Hercertificatie op basis van het oorspronkelijke beveiligingsplan is mogelijk als er een geldig BORG Certificaat of BORG Opleveringsbewijs is, tenzij door de opdrachtgever of een eisende partij een nieuw PvE wordt gevraagd. Hierbij geldt dat het oorspronkelijke beveiligingsplan dient te verwijzen naar een Programma van Eisen dat is opgesteld op basis van de Verbeterde Risicoklassenindeling. Het BORG Beveiligingsbedrijf en de opdrachtgever dienen de hercertificatie schriftelijk overeen te komen. De VEB 3 regeling stelt: bij oplevering van de gerealiseerde beveiligingsmaatregelen wordt bij dringende voorkeur een VEB Kwaliteitsdocument afgegeven. Bij revisie van beveiligingsmaatregelen dient de ingeschrevene een nieuw VEB Certificaat (voorheen Attest) of VEB Opleveringsbewijs af te geven.

7 Vraag 8. Wat is de geldigheidsduur van een Opleveringsbewijs bouwkundige beveiliging en is een onderhoudscontract verplicht? Het is niet gebruikelijk om voor (statische) bouwkundige - en (mechanische) meeneembeperkende maatregelen een onderhoudscontract af te sluiten of jaarlijks te herkeuren. Dit doet het PKVW ook niet, daar geldt: dit document heeft een bruikbaarheidwaarde van 10 jaar. Stel: u levert een kluis/safe (is een C/M maatregel): onderhoud is niet nodig, gaat misschien wel 20 jaar of langer mee. Stel: u levert en installeert een mistgenerator (is en C/M3 maatregel) hier is wel jaarlijks onderhoud van toepassing, dus het document 1 jaar geldig laten zijn of jaarlijks herkeuren. Stel: u levert en plaatst een (elektrisch aangedreven) rolluik (is en B2 of B3 maatregel) enig onderhoud is daarbij wel gewenst, dus bijvoorbeeld 1, 2 of 3 jaar geldig maken (commerciële overwegingen spelen ook een rol) bijvoorbeeld 24-uurs service bij storingen. Stel: u levert en plaatst alleen hang- en sluitwerk, dan kunt u opteren voor wat het PKVW hierover stelt: 10 jaar geldig. Stel: u brengt zwaar traliewerk aan (B2 of B3 maatregel) onderhoud is niet nodig, gaat misschien wel 15 jaar of langer mee. Het beveiligingsbedrijf kan dus zelf aangeven tot welke datum het document geldig is en die datum moet een relatie hebben met het totale beveiligingsplan. De beveiligingsbedrijven (adviseurs) kennen de omstandigheden: binnen / buiten / elektrisch / mechanisch / beweegbaar / vast / onderhoudsgevoelig / cruciaal (Arbo-wet) / budget van de klant / eisen verzekeraar / slijtage / afbreukrisico etc. Wat altijd aan de orde is: bij risicoklasse 2 en hoger (waar dus ook E maatregelen een rol spelen) jaarlijks een keuring moet plaatsvinden waarbij het beveiligingsbedrijf moet controleren of het risico is gewijzigd. En zo ja, of de uitgevoerde maatregelen (ook B en/of C/M) nog toereikend zijn. De geldigheid van een Opleveringsbewijs bouwkundige beveiliging is dus variabel en afhankelijk van de soort maatregel en de relatie met het totale beveiligingsplan. Vraag 9. Het oude Opleveringsbewijs (Es) van een klant is verlopen, de verzekeraar vraagt om een nieuw bewijs. Het risico is niet gewijzigd. Als ik nu de VRKI hanteer kom ik uit op E2. Hoe moet ik hiermee omgaan? De klant wil niet investeren in extra maatregelen (aanpassen van Es naar E2 met anti-masking detectoren) omdat er niets is gewijzigd en het bij oplevering 5 jaar geleden ook goed was. De verzekeraar stelt dat er E2 moet worden uitgevoerd omdat dit in de VRKI staat. De eisende partij (risicodrager/verzekeraar) is de instantie die hierop een antwoord moet formuleren, het BORG of VEB bedrijf is gehouden jaarlijks bij onderhoud te controleren of de situatie (het risico) is gewijzigd. Indien op een lager niveau beveiligingsmaatregelen zijn aangebracht kan een Opleveringsbewijs Alarminstallatie worden afgegeven, maar dit zegt niets over het beveiligend vermogen maar alleen iets over de inbraakalarminstallatie. De geleverde maatregelen worden daarmee gebonden aan de alarminstallatie in plaats van het risico. Hierbij kan worden opgemerkt dat ten tijde van de afgifte van het Es document waarschijnlijk En van toepassing was (het risico is immers niet gewijzigd). Hercertificatie is mogelijk op basis van de huidige versie van de VRKI tenzij met de opdrachtgever is overeengekomen dat er wordt afgeweken.(artikel 5.5 BRL BORG 2005v2 uitgave februari 2016).

8 Vraag 10. In de lijst met attractieve goederen, worden auto's gesplitst in exclusieve of diefstalgevoelige merken en andere merken. VW is erg diefstalgevoelig is het dan exclusief? De VRKI geeft aan; Exclusieve goederen en A-merken hebben een verhoogde aantrekkelijkheid voor diefstal door goede verhandelbaarheid in combinatie met een hoge waarde. Niet alle VW s vallen daaronder maar de topmodellen als de GOLF TDI en Touareg wel. Vaak zien we ook dat VW en AUDI bij één dealer zijn onder gebracht en AUDI is zeker een A-merk. Voor AUDI en de genoemde modellen van VW spreken we van een A merk en moet de attractiviteit ook zo worden bepaald. Neem bij twijfel contact op met de verzekeraar. Vraag 11. In de lijst attractieve goederen wordt op drie plaatsen computerapparatuur genoemd, laptops, netbooks, notebooks, palmtops en ipads, smart- en iphones, Apple (i)macs Computers en Computers (inclusief DTP-apparatuur, CAD/CAM) = ZH bij eigen gebruik, en Desktop computers, werkstations, servers (niet Apple (i)macs) = M bij eigen gebruik. Welke categorie moet worden aangehouden in een kantoorpand met PC s die zijn aangesloten op een netwerk? Bij computers (inclusief DTP, CAD, CAM apparatuur) moet worden gedacht aan krachtige computersystemen voor bijvoorbeeld 3D tekenwerk bij productiebedrijven in hout, metaal, kunststofextrusie en in de grafische industrie en vergelijkbare toepassingen. Voor alle overige computers (niet zijde laptops e.d.) kan worden uitgegaan van Desktop computers, werkstations, servers (niet Apple (i)macs). Vraag 12. In de lijst met attractieve goederen 2007 zijn beeld- en geluidsdragers zoals cd's en dvd's niet opgenomen. Waaronder moeten die worden ingeschaald? In januari 2009 is een nieuwe lijst met attractieve goederen uitgebracht door het Verbond van Verzekeraars. Op deze lijst zijn beeld en geluidsdragers toegevoegd. (H) eigen gebruik en (ZH) winkel/showroom, magazijn/opslag. Het Verbond van Verzekeraars zal er op toezien dat op basis van actuele ontwikkelingen in de verzekeraarsmarkt nieuwe attractieve goederen aan de lijst worden toegevoegd en waar nodig inschalingen worden aangepast. Zie daarvoor de vigerende VRKI-kaart Vraag 13. In 2007 is een nieuwe versie verschenen van de NEN Deze nieuwe versie stelt dat voorgaande versies zijn vervallen. Is de versie 2007 van toepassing bij de bouwkundige niveaus in de VRKI? Ja, de NEN 5096 geldt voor nieuwbouw (geattesteerde gevelelementen). In de versie van 2007 is geen sprake meer van weerstandsklasse 3 en 4 (B2 en B3 in definities) zoals in de vorige versie nog voorkwam. Ook de eisen voor vlakvulling van glas zijn gewijzigd. Voor weerstandsklasse 3 en hoger wordt verwezen naar de NEN-EN 1627:2011. Vraag 14. In het document D Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven wordt gesteld dat Bs, Bn en Bz overeenkomstig zijn met B1, B2 en B3. Moet er bij B2 wel of geen glasafscherming toegepast worden? Niveau B2 kan bij nieuwbouw worden bereikt door gebruik te maken van geattesteerde gevelelementen

9 (weerstandsklasse 3 van de NEN 5096:2012) In de bestaande bouw kan het niveau B2 ook worden bereikt door toepassen van aanvullende mechanische maatregelen zoals traliewerk, rolluiken of inbraakwerende beglazing. De eis aan vlakvullingen van glas in het gevelelement (B2) is volgens de NEN-EN 356 klasse P4A. De eisen in het PKVW gaan niet verder dan B1 (weerstandsklasse 2 met 3 minuten inbraakvertraging) waarbij isolerend dubbel glas voldoet of inbraakwerend glas P4A mag worden toegepast. De BRL 3104 (voor bestaande bouw) gaat alleen over het hang - en sluitwerk (manuele test) en gaat niet in op de eisen aan vlakvulling met beglazing, zie website SKG Voor bedrijfspanden hanteren we (in de VRKI) voor B2 en B3 de norm NEN-EN 1627:2011. of maatregelen die daaraan gelijkwaardig zijn. (Hang- en sluitwerk **/***, inbraakwerende beglazing dan wel glasafscherming met rolluiken of voldoende zwaar traliewerk / siersmeedwerk. In voorkomende situaties is het vaak efficiënter om niet de volle aandacht aan het beveiligen van de gevelelementen te besteden (die worden niet gestolen) maar inpandige maatregelen te treffen in de vorm van compartimentering of meeneembeperkende maatregelen. Het gaat immers om het beveiligen van attractieve goederen. Eerst signaleren / alarmeren en daarna vertragen! Voor (winkel)panden waar de attractieve goederen direct achter de (glas)gevel staan uitgestald geldt natuurlijk wel een schilbeveiliging op niveau B2/B3. Zie ook document D Inbraakwerende beglazing en document Installatievoorschriften voor rolluiken, rolhekken en schaarhekken. Vraag 15. Waarom is er bij woningen voor B0 gekozen terwijl inbraakbeveiliging moet worden bereikt? In document D "Definities beveiligingsmaatregelen" staat: Niveau B0: Het aanwezige hangen sluitwerk waarvan niet kan worden aangetoond dat deze producten of combinaties van producten voldoen aan de BRL 3104 of niet voldoen aan weerstandsklasse 2 van de NEN "Kortom, het bestaande hang- en sluitwerk handhaven". In voorkomende gevallen (zie tabellen beveiligingsklasse) zijn hiervoor aanvullende E en/of C/M maatregelen vereist. Het niveau B1 heeft de voorkeur, B0 is een uitwijk mogelijkheid. Toelichting: Niet iedere huiseigenaar/bewoner is bereid te investeren in hang- en sluitwerk, als alternatief is bij woningen in risicoklasse 1 inpandige C/M maatregelen en bij klasse 2 inpandige C/M maatregelen + een inbraakalarminstallatie toegestaan, ter compensatie voor de eis B1. In beide gevallen is het diefstalrisico gelijkwaardig afgedekt. Als de klant wil voorkomen dat men zijn woning betreedt, dan is B1 het meest effectief (zie PKVW wat stelt: >80% reductie van de kans op een inbraak) maar iedere barrière is te slechten. Bij een (luid) inbraakalarm zal een inbreker niet veel tijd nemen om op zoek te gaan naar zijn buit. O maatregelen moeten voorkomen dat attractieve zaken van de inboedel zomaar voor het grijpen liggen. Dit geldt overigens ook voor bedrijven in risicoklasse 1, 2 en 3 als daarvoor inpandige C/M maatregelen zijn getroffen die aan het vermelde niveau voldoen, kan de combinatie met B0 volstaan. Vraag 16. Opbergen attractieve goederen in inbraakwerende kasten en safe s: Mag ik wanneer de kast/safe in een beveiligde ruimte staat en de op te bergen waarde is een CEN 0 safe adviseren? Ja, in document D "Definities beveiligingsmaatregelen" staat: Opmerking bij 5.8.2; dekkingsindicatie: Voor safes en kluizen die zich binnen het ruimtelijk beveiligd gebied bevinden kan de dekkingsindicatie worden verdubbeld. Bij een safe of kluis geplaatst in een C2 of C3 compartiment kan de dekkingsindicatie worden verdrievoudigd (schillentechniek)

10 Vraag 17. Is een safe verplicht bij woningen als er sieraden, geld of waardepapieren aanwezig zijn ter waarde van meer dan zoals in de voorgaande risicoklassenindeling stond vermeld? Nee, in de VRKI is deze eis vervallen. Dit valt onder de verantwoording van de bewoner. Wel dient u in dit soort situaties aan de klant te vragen of die sieraden verzekerd zijn en zo ja, welke eisen de verzekeraar heeft gesteld ten aanzien van de omstandigheden waaronder die sieraden, geld en waardepapieren moeten worden bewaard. In de (standaard) inboedelverzekeringspolissen zijn beperkingen van toepassing ten aanzien van de maximaal uit te keren vergoeding bij diefstalschade. Desgewenst kan de klant die extra verzekeren. De risicoklasse waarin een woning wordt ingeschaald volgens de VRKI, staat los van eventuele eisen die verzekeraars kunnen stellen ten aanzien de te treffen beveiligingsmaatregelen rond sieraden, geld en waardepapieren. Vraag 18. Is toepassing van draadloze componenten toegestaan bij E2? Voor woningen is dat toegestaan. In beginsel is draadloos bij het niveau E2 bij bedrijven niet toegestaan. (tabel 1 in artikel in document D Definities beveiligingsmaatregelen). Voor maatwerkoplossingen geldt dat de installateur afwijkingen kan vastleggen in het PvE en deze kan voorleggen aan de eisende partijen. Door deze werkwijze te volgen kan een BORG Opleveringsbewijs alarminstallatie worden afgeven. Vraag 19. Waarom is schildetectie ingevoerd bij voorwaarden in risicoklasse 3 en 4? Het gaat er om dat bij een (poging tot) inbraak eerst een alarmmelding moet ontstaan en er daarna wordt vertraagd om de tijd voor het verzamelen van de buit te beïnvloeden. Als je geen inpandige vertraging toepast (C/M maatregelen) dan ben je dus afhankelijk van de schil van het gebouw. Hoe zwaar de bouwkundige beveiliging van die schil ook is de inbreker kan, zeker als hij genoeg tijd heeft, via het gevelelement (de gevel) altijd de toegang tot het pand forceren. Het inbraakalarm gaat dan pas af als de inbreker binnen is (dus te laat). Vandaar dat in de hogere risicoklassen bij attractieve goederen H en ZH schildetectie wordt voorgeschreven als niet de juiste inpandige C/M maatregelen worden getroffen. Het doel is duidelijk: inbraakalarm bij eerste aanval, voordat men de schil heeft doorbroken. Detectie op de schil is effectief uit te voeren, bovendien is terreindetectie (buitendetectie) of camerabewaking (met Video Content Analyse) óók een vorm van schildetectie. Vraag 20. Is klasse 3* hoger dan klasse 3? Ja, bij klasse 3* is AL2 (DP3) van toepassing en bij klasse 3 kan worden volstaan met een alarmtransmissie-traject op niveau AL1 (DP2). Dit onderscheid is gemaakt omdat in de oude risicoklassenindeling dit verschil ook aanwezig was: winkels/showrooms in klasse 3 mocht doormelden met een AL1 en bedrijven en instellingen in klasse 3 moest dit met een AL2. Nu is klasse 3 opgedeeld in twee segmenten: Goederen ZH met een verzekerde waarde van tot valt in klasse 3. Goederen H met een verzekerde waarde van t/m evenals goederen M met een verzekerde waarde < in vallen in klasse 3* zie tabel 1 in document D Risicoklassen indelingen voor bedrijven. Vraag 21. In het VRKI document D Definities Beveiligingsmaatregelen wordt bij E1 en E2

11 gesproken over: ruimte detectie op plaatsen waar zich attractieve goederen concentreren en op strategische plaatsen in het pand voor vroegtijdige detectie. Wat wordt verstaan onder concentratie van attractieve goederen? Of volstaan we hier met ruimtelijke bewaking van de verkeerswegen? Doelstelling bij de projectie van de inbraakdetectie is dat de inbreker wordt gesignaleerd voordat deze er met de attractieve goederen vandoor gaat. Het hangt mede af van de omschrijving van het object, in een winkel of magazijn is sprake van een concentratie van attractieve goederen. Het hangt samen met het afbreukrisico of iedere ruimte altijd moet worden voorzien van detectie. Er kan bijvoorbeeld worden volstaan met ruimtedetectie in de verkeersruimten in situaties waar de (kantoor)vertrekken waarin Pc s staan niet bereikbaar zijn voor inbrekers (NEN 5087) dus op een tweede of hogere etage zijn gelegen en om die ruimten bereiken minimaal twee afzonderlijke detectiezones worden geactiveerd (om alarmverificatie in meerdere zones te bewerkstelligen). Vraag 22. In het VRKI document D Definities Beveiligingsmaatregelen staat in artikel "Openstand detectie op de voor inbrekers bereikbare gevelopeningen. Betekent dit dat ik een pand beveiligd op niveau E2 volledig moet voorzien van contacten op alle gevelopeningen ook als de attractieve goederen zich niet direct in die ruimte bevinden? Bij toepassing van E2 is openstanddetectie van toepassing op alle beweegbare gevelelementen die voor inbrekers bereikbaar zijn (NEN 5087). De omschrijving van de omvang van de beveiliging is ontleend aan de Europese norm NEN-EN / NPR-CLS/TS Doelstelling is dat bij een inbraak(poging) zo snel mogelijk moet worden gedetecteerd, vóór of op het moment van betreden van het pand. Met openstanddetectie wordt tevens bereikt dat alle ramen en deuren dicht zijn bij inschakeling van het inbraakalarmsysteem. Indien bij het ontwerp hiervan wordt afgeweken dient u dat in het PvE duidelijk, en met reden omschreven, te vermelden. Bijvoorbeeld in een situatie waarin inpandige vertraging wordt toegepast voordat de ruimten met attractieve goederen kan worden bereikt. Voorbeeld: kantoordeel van een object valt in risicoklasse 2 (met E1 als maatregel) en het magazijn met attractieve goederen valt in risicoklasse 3 (met E2 als maatregel). Bij niveau E1 beperkt de openstanddetectie zich tot de (toegangs)deuren en nooduitgangen van het pand. Maatwerkoplossingen zijn altijd toegestaan, mits er een samenhangend geheel van maatregelen wordt bereikt, dat de kans op (diefstal) schade voldoende beperkt. Vraag 23. Klopt het dat er in de nieuwe VRKI geen onderscheid wordt gemaakt bij E2 tussen publiekstoegankelijke ruimtes en niet-publiekstoegankelijke ruimtes voor anti-mask detectoren? Oftewel overal anti-masking toepassen? Wat neerkomt op het vervangen van alle ruimtelijke detectie zonder anti-masking in E2 op het moment dat er een nieuw Certificaat moet komen. Dit is deels juist, het onderscheid tussen ruimtes die voor publiek toegankelijk zijn en ruimtes die dat niet zijn, is nogal subjectief. Het afdekken van detectoren kan ook in ruimtes die niet voor publiek toegankelijk zijn, als er bijvoorbeeld door eigen personeel of schoonmaakdiensten (onbewust) goederen voor een detector worden geplaatst. Ook wordt er in de VRKI van uitgegaan dat er interne criminaliteit kan voorkomen waarbij detectoren bewust worden afgedekt. Vandaar de eis om bij E2 ruimtelijk werkende detectoren met anti-masking moeten worden toegepast. Een en ander strookt ook met de Europese regelgeving NEN-EN / CEN/TS Wel is hier enige nuancering op zijn plaats. Bij het opnieuw verstrekken van een Certificaat dient te worden nagegaan of het risico is gewijzigd. De VRKI gaat uit van andere getallen (verzekerde bedragen) en omstandigheden (goederen eigen gebruik / winkel-showroom / magazijn-opslag) dan de oude RKI. Het kan dus zijn dat u voorheen in klasse 3 uitkwam, nu in klasse 2 terechtkomt met E1 als eis (geen antimasking voor ruimtelijk werkende detectoren). Ook kunt u gebruikmaken van partiële beveiliging. De

12 RisicoClassificatie module geeft hiervoor de mogelijkheden aan door middel van meerdere invulopties. Hierbij wordt duidelijk welke risicoklasse per bedrijfsonderdeel van toepassing is. Voorbeeld: een magazijn met kantoor: Omschrijving 1 object: "kantoor" goederen eigen gebruik (computers "M") t.w.v. maximaal ,- geeft klasse 2 met E1 als maatregel. Omschrijving 2 object: "magazijn" goederen "H" t.w.v. maximaal geeft klasse 3* met E2 als maatregel (wel antimasking voor ruimtelijk werkende detectoren). De voorwaarde is van toepassing - bij afgifte van een Beveiligingscertificaat - dat de scheidende constructie tussen kantoor en magazijn voldoet aan het "B" niveau van de gekozen combinatie, die wordt uitgevoerd voor hoogste risicoklasse. De VRKI is dus beter afgestemd op de praktijk dan de oude RKI. Dit geldt niet alleen voor de uitkomst in een risicoklasse, maar ook voor de keuze van verschillende combinaties van de uit te voeren beveiligingsmaatregelen. Indien de opdrachtgever niet bereid is te investeren, kunnen de elektronische maatregelen volgens E1 respectievelijk E2 worden uitgevoerd, maar de consequentie is dan wel dat er slechts een Opleveringsbewijs alarminstallatie mag worden afgegeven. Vraag 24. Is een Opleveringsbewijs alarminstallatie voor een bedrijf aan een risicoklasse gebonden? Een Opleveringsbewijs wordt afgegeven voor de uitgevoerde elektronische maatregelen. Het is hierbij wel de bedoeling dat de elektronische maatregelen voldoen aan het hoogste niveau van de E + R maatregel die in de matrix van de beveiligingsklasse wordt genoemd, er worden immers geen bouwkundige en/of meeneembeperkende maatregelen uitgevoerd. o o o o o o voor risicoklasse 1 is dat O1 + E1 + AL1 (SP2 of DP1) + R1 voor risicoklasse 2 is dat O1 + E2 + AL1 (SP2 of DP1) + R1 voor risicoklasse 3 is dat O2 + E2 + schildetectie niveau 2 + AL1 (SP2 of DP1) + R2 voor risicoklasse 3* is dat O2 + E2 + schildetectie niveau 2 + AL2 (DP3) + R2 voor risicoklasse 4 is dat O2 + E3 + schildetectie niveau 2 en bij een magazijn + schildetectie niveau 3 + AL2 (DP3) + R3 voor risicoklasse 4* is dat O2 + E3 + schildetectie niveau 2 en bij een magazijn + schildetectie niveau 3 + AL3 (DP4) + R3. Als u hieraan niet voldoet, dus op een lager niveau de alarminstallatie oplevert, moet u dat duidelijk in het PvE aangegeven als een afwijking. Vraag 25. Waarom is er een AL3 alarmtransmissie traject ingevoerd? Bij zeer hoge risico s is het noodzakelijk om bij een calamiteit in de PAC zichtbaar te krijgen waar er in object een (inbraak)melding ontstaat. Zeker bij omvangrijke objecten is dat noodzakelijk om de alarmopvolging van de juiste informatie te kunnen voorzien. Ook wanneer alarmverificatie wordt toegepast door middel van meerdere zones is die informatie belangrijk om de politie direct te mogen waarschuwen. Bij uitval van de AL2 verbinding wordt dit wel gesignaleerd in de PAC maar is ook het zicht op de situatie verbroken. En als de kabelverdeler van KPN wordt gesaboteerd vallen er misschien wel meer objecten met een AL2 verbinding uit. Je wilt dan als PAC wel weten waar het te doen is. Bij het AL3 niveau is een back-up traject voorzien bijvoorbeeld via GPRS. In de VRKI 2016 is voor de alarmtransmisie bij risicoklase 3 en hoger altijd een dubbelpadig traject vereist. Vraag 26. Er wordt een object aangetroffen waar geen analoge telefoonlijn aanwezig is voor de

13 alarmtransmissie, de klant maakt gebruik van een breedbandaansluiting (ADSL) voor zowel internet als voor telefonie. Op welke manier kan ik de inbraakalarminstallatie op de PAC aansluiten? Allereerst geldt de prestatie-eis. De tabel in de beveiligingsklasse stelt daarvoor AL0 (SP1), AL1 (SP2 of DP1), AL2 (DP3) of AL3 (DP4) van toepassing. Voor alarm over IP is de NEN-EN van toepassing. De NEN-EN is, met enkele uitzonderingen voor de lage risico s, overgenomen in de VRKI (document D Definities beveiligingsmaatregelen hoofdstuk 6) Door deze werkwijze te volgen kunt u voldoen aan de gestelde prestatie-eisen en een BORG of VEB Certificaat afgeven. Zoals voor iedere eis in de VRKI (hoofdstuk 1) en de BRL BORG 2005 (artikel programma van eisen) geldt bovendien dat aan de eisen is voldaan als de oplossing gelijkwaardig is. Het is daarbij wel noodzakelijk dat u die gelijkwaardigheid aannemelijk maakt. Vraag 27. Is technische alarmverificatie verplicht? Niet in risicoklasse 1, 2 en 3. Wordt de alarmopvolging door sleutelhouders of een particuliere beveiligingsorganisatie uitgevoerd, dan is dit een vorm van persoonlijke alarmverificatie. Nadat er door de alarmopvolger(s) is vastgesteld dat het een terechte inbraakmelding betreft, kan de politie worden gewaarschuwd. Wil men echter dat de politie snel kan worden ingeschakeld, dan is technische alarmverificatie noodzakelijk. Bij risicoklasse 4 voor bedrijven is technische alarmverificatie wel verplicht. (zie niveau R3 in de tabel beveiligingsklasse) Vraag 28. Bij de maatregelen R2 en R3 wordt een alarmopvolgingstijd van maximaal 15 minuten geëist. Van de particuliere beveiligingsorganisatie waarmee wij een contract hebben heb ik vernomen dat dit geen reële eis is. Het is structureel onhaalbaar. Een eis van 30 minuten is beter haalbaar. Hoe moet ik hiermee omgaan? De VRKI is gebaseerd op de meest voorkomende risico's en beveiligingsmodellen, waarbij wordt uitgegaan van prestatie-eisen. Uitgangspunt is dat de beveiligingsmaatregelen behalve een snelle detectie- en alarmering, de nodige tijdvertraging opleveren, zodat de alarmopvolgers tijdig (zo snel als mogelijk is) op het risicoadres kunnen zijn. In situaties waar dit niet haalbaar zal zijn, dienen in het PvE aanvullende maatregelen te worden omschreven die de kans op schade zoveel mogelijk beperken. Gedacht kan worden aan alarmverificatietechnieken die doormelding naar de politie met prioriteit 1 mogelijk maken, meer (zwaardere) bouwkundige en/of (meeneembeperkende / compartimenteringsmaatregelen) in te zetten of met schillentechniek het gewenste resultaat te bereiken. Dat enkele particuliere beveiligingsorganisaties stellen dat de aanrijdtijd van > 30 minuten meer regel is dan uitzondering, zegt mogelijk ook iets over de bezetting en/of werkdruk en tijdstip van optreden. Een belangrijk onderdeel van een goed beveiligingsplan is een risicoanalyse, waarin de samenhang van de beveiligingsmaatregelen in overeenstemming moet zijn met het soort risico. Het gaat om het effect van schadepreventie door goede opvolging: R1 = sleutelhouder = 20 minuten; R2 = particuliere beveiligingsorganisatie = 15 minuten; R3 = politie + particuliere beveiligingsorganisatie + technische alarmverificatie = 15 minuten. In het geval van R2 en R3 zou een prestatiecontract met de aanbiedende particuliere beveiligingsorganisatie kunnen worden overeengekomen. NB: de alarminstallateur kan niet verantwoordelijk zijn voor uitvoering van de organisatorische maatregelen en alarmopvolging, dit valt buiten zijn leveringsomvang. Wil men hierover een kwaliteitsoordeel hebben, dan is een inspectie op zijn plaats. Bovendien komt het voordeel van een

14 collectieve beveiliging/bewaking goed tot uitdrukking want 15 minuten is dan wel te halen. Vraag 29. Is een horecaonderneming, bijvoorbeeld een café, een bedrijf (goederen in eigen gebruik) of een winkel. Er worden immers goederen (drank / etenswaren) verkocht? Een café kan men inschalen door in de RC module 2 invulopties te gebruiken: 1. goederen voor eigen gebruik (inventaris waaronder beeld- en geluidsapparatuur) met de verzekerde waarde. 2. zaken die er verkocht worden (drank/tabak etc.) onder winkel met de verzekerde waarde eventuele beperkte voorraad ook onder winkel. Grote voorraden als magazijn/opslag; vergelijkbaar met een groothandel. Vraag 30. Ik moet een apotheek beveiligen. Waar vind ik de categorie (attractieve goederen) die hier van toepassing is, in de oude lijst kwam dit wel voor? Het uitgangspunt is altijd: 'wat valt er te halen' of 'waar komen ze voor'! Kijk bij "geneesmiddelen met en zonder opiaten ook "cosmetische artikelen" kunnen van toepassing zijn. Uitgaan van "winkel/showroom", en bij computerapparatuur voor eigen gebruik. dus géén groothandel. Een "gemiddelde" Apotheek komt, t/m een verzekerde waarde van , daarmee terecht in risicoklasse 2. Indien er echter contant geld (ZH) achterblijft in het pand, dient u daarmee ook rekening te houden in het beveiligingsplan. Bij twijfel kunt u altijd bij de verzekeraar terecht en het PvE daar aanbieden voor akkoord. Vraag 31. Ik moet een museumboerderij (met antieke rijtuigen en oude gebruiksvoorwerpen waaronder historische kleding e.d. die jaarlijks in de historische optocht worden gebruikt) beveiligen. Valt dit onder bedrijf (goederen eigen gebruik) een winkel/showroom of onder magazijn/opslag? En wat is de attractiviteit L, M, H of ZH? De categorie is goederen voor eigen gebruik, ook al kiest u voor winkel/showroom, dat maakt dat in de risicoklasse geen verschil. Bij aard object "Museumboerderij" vermelden. De categorie magazijn/opslag is hier niet relevant (is bedoeld voor groothandel!). Attractiviteit goederen; groot antiek (antieke rijtuigen e.d.) is L tot ,- klasse 1. Overig antiek (klein), kleding, accessoires, antieke gebruiksvoorwerpen is ook L. Het risico voor de verzekeraar t.a.v. diefstal is laag, echter bij brand kan de gehele inventaris verloren gaan, dus hier zijn aanvullende maatregelen wellicht verstandig. Als er ook zilveren voorwerpen bij zijn, dan mogelijk een deel inschalen op M. Tot kan nog worden volstaan met risicoklasse 1, daarboven wordt het klasse 2. Die klasse kan ook worden gekozen omdat bij klasse 1 geen inbraaksignalering van toepassing hoeft te zijn en er voor de continuïteit van de (stichting? Particuliere verzameling?) een vorm van alarmering en opvolging mag worden verwacht. De VRKI gaat uit van standaard risico s. Voor het beveiligen van Nationaal erfgoed is maatwerk van toepassing waarbij klasse 4* meer regel dan uitzondering is. Zie voor meer informatie: Vraag 32. Ik maak een beveiligingsplan voor een winkel in brillen en kom, op grond van de VRKI en gebruik van de RC module bedrijven, uit op klasse 2. Waarom zou je voor optie 2 kiezen als optie 1 ook voldoet?

15 Omschrijving object: winkel /showroom. a) Aanwezige goederen: brilmonturen en/of zonnebrillen (exclusieve merken) H. Verzekerde waarde: 8.000; b) Aanwezige goederen: brilmonturen en/of zonnebrillen (anders dan exclusieve merken) L. Verzekerde waarde: (a) is klasse 2 en (b) is klasse 1: hoogste risicoklasse telt, dus risicoklasse 2. Maatregelen: Optie 1 O1 + B1 + E1 + AL1 (SP2 of DP1) + R1 (niet toegestaan bij ZH goederen) of; Optie 2 O1 + B1 + C/M1 + E1 + AL1 (SP2 of DP1) + R1 of; Optie 3 O1 + B0 + C/M2 + E2 + AL1 (SP2 of DP1) + R1. Als er kasgeld achterblijft (bijvoorbeeld 1500,- wisselgeld voor de eerstvolgende dag) dan is optie 2 van toepassing en kan voor dat wisselgeld een safe worden geplaatst. De adviseur die in zijn beveiligingsplan ook overvalpreventie meeneemt kiest ook voor optie 2 en stelt bijvoorbeeld een safe voor met openingsvertraging en afstortmogelijkheid. Dure zonnebrillen kunnen in een afgesloten vitrine worden geplaatst. Ook zijn er speciale rekken die het afnemen van (zonne)brillen blokkeert. Bij gebruik overdag voorkomt dit ook winkeldiefstal. C/M1 is hier een meeneembeperkende maatregel. Vraag 33. Er is door het NCP een verbeterde Beoordelingsrichtlijn Rolluik Beveiligingsbedrijf (BRL) opgesteld. Moet ik voor het aanbrengen van een rolluik daarvoor gecertificeerd zijn door het NCP? Nee, bij de overgang van de regelgeving in 2005 van het NCP naar het CCV is in de BRL BORG 2005 deelgebied 3 ingevoerd (bouwkundige beveiliging) BORG bedrijven die voor deelgebied 2 of 3 zijn gecertificeerd zijn bevoegd rolluiken aan te brengen. Het is toegestaan om deze werkzaamheden uit te besteden. Dit kan bijvoorbeeld aan een rolluikbeveiligingsbedrijf dat is gecertificeerd door het NCP, maar dit is geen eis. Het geeft wel waarborgen dat het rolluik vakkundig is aangebracht en het product voldoet aan de eisen die daarvoor gelden. Het BORG of VEB bedrijf blijft uiteindelijk verantwoordelijk, omdat dit bedrijf het Beveiligingscertificaat verstrekt voor het totaal van de uitgevoerde beveiligingsmaatregelen. Vraag 34. Is het TBMB diploma verplicht voor een BORG technisch beveiligingsbedrijf? Een BORG Technische beveiligingsbedrijf (= bevoegd voor deelgebied 1, 2 en 3) heeft minimaal 1 medewerker met een TBV diploma. Het TBMB diploma is gelijkwaardig aan het TBV diploma als men alleen in deelgebied 3 (BORG Bouwkundig beveiligingsbedrijf) is gecertificeerd (zie artikel BRL BORG 2005). Vraag 35. Wij hebben verklaringen van betrouwbaarheid aangevraagd bij de politie. Echter van administratieve krachten kregen we het bericht terug dat dit niet nodig zou zijn. Het geldt toch voor alle medewerkers zowel directie, administratief, commercieel en montage? In de wet Pbr staat dat voor iedere persoon die alarminstallaties ontwerpt, aanlegt en onderhoud een verklaring van betrouwbaarheid vereist is. Dat geld ook voor die personen die daaraan assistentie verlenen. In de wet PBR (artikel 1g) wordt verstaan onder alarminstallateur : een persoon die:

16 1. alarmapparatuur installeert of zorgdraagt voor onderhoud van alarmapparatuur; 2. een plan voor de installatie van alarmapparatuur ontwerpt of; 3. assistentie verleent aan een persoon als bedoeld onder 1 of 2. In de BRL BORG is gesteld dat voor ondersteunend personeel kan worden volstaan met een verklaring omtrent het gedrag. Het gaat dan om de uitleg wat wordt verstaan onder "assistentie verleent aan". De commissie die verantwoordelijk is voor de BRL is van mening dat administratief personeel geen letterlijke/fysieke assistentie verleent aan het ontwerp, de aanleg en het onderhoud. Waar het in feite om gaat is de integriteit van de persoon die een bepaalde functie in het bedrijf heeft. Als de directie van mening is dat zijn administratief personeel over zoveel vertrouwelijke informatie kan beschikken dat het afbreukrisico van de bedrijfsvoering in het geding is, dan mag de directie stellen dat de verklaring van betrouwbaarheid noodzakelijk is. Bovendien moet iedere medewerker een geheimhoudingsverklaring ondertekenen. Dit zijn dus zaken die je prima in het (BORG en VEB) kwaliteitshandboek kunt regelen. Vraag 36. Is het BORG technisch beveiligingsbedrijf of de BORG Alarminstallateur verplicht om het BORG logo te gebruiken? Het gecertificeerde bedrijf heeft voor de duur van de overeenkomst het recht om het beeldmerk voor het betreffende deelgebied te gebruiken, met inachtneming van de bepalingen voor het gebruik van het beeldmerk, zoals opgenomen in het reglement gebruik beeldmerk. De reglementen CCV REGLEMENT GEBRUIK WOORDBEELDMERK BORG (bijlage 5) en CCV REGLEMENT GEBRUIK CCV KWALITEITSLOGO (bijlage 6) zijn per 15 december 2008 toegevoegd aan de BRL BORG 2005 v2 middels aan aanvullingsblad. Het is dus een recht en géén plicht. De Logo s, voor de drie deelgebieden, kunt u vinden op of bij uw certificatie instelling. Vraag 37. Per 1 april 2007 is alarmverificatie ingevoerd. Wat betekent dit voor gebruikers van inbraakalarm- en overvalalarminstallaties? Zie hiervoor het dossier alarmverificatie op de website van de Vebon. Vraag 38. Wat is de geldigheidsduur van een Verklaring Omtrent het Gedrag? Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG). De Verklaring omtrent het Gedrag wordt in de volksmond ook wel bewijs van goed gedrag genoemd. Het is een verklaring die aangeeft dat iemands gedrag in het recente verleden geen bezwaar vormt voor een bepaalde functie. Er bestaat ook een versie voor rechtspersonen, wat de meeste bedrijven en instellingen zijn. De VOG heeft geen vaste geldigheid. Vaak is de verklaring onbeperkt geldig voor het doel van de aanvraag. Wanneer u van baan verandert is het mogelijk dat uw werkgever verzoekt om een nieuwe aanvraag te doen. Het is ook mogelijk dat u om de zoveel jaar een nieuwe VOG moet overleggen. Het is dus aan de werkgever om periodiek, bijvoorbeeld ook eens per 3 jaar zoals bij de Verklaring van Betrouwbaarheid, een nieuwe VOG te vragen of bij verandering van functie. Vraag 39. Wanneer mogen Beveiligingscertificaten en Opleveringsbewijzen worden afgeven? Een Certificaat mag alleen worden afgegeven wanneer de beveiligingsmaatregelen volgens de

17 geconstateerde risicoklasse zijn uitgevoerd. Dit kan behalve met de standaardoplossingen van de VRKI, ook met maatwerk worden bereikt: met een alternatieve (combinatie van) maatregelen. Het is van belang dat de beveiligingsmaatregelen van het maatwerk leiden tot een gelijkwaardig resultaat. Maatwerkoplossingen moeten in het programma van eisen worden vastgelegd en worden voorgelegd aan de eisende partijen. Als er een combinatie van beveiligingsmaatregelen op het niveau van een lagere risicoklasse is uitgevoerd, dan mag er géén Certificaat afgegeven worden. Dit is bijvoorbeeld zo als voor een bedrijf in risicoklasse 2 de maatregelencombinatie 01+B0+E1+R1 is uitgevoerd, in plaats van de geëiste combinatie 01+B1+E1+R1. Er mag dan wel een Opleveringsbewijs alarminstallatie worden afgegeven. Een Opleveringsbewijs wordt afgegeven voor een combinatie van verschillende typen maatregelen (O, B, E, C/M, AL en/of R) die niet voldoet aan de eisen die horen bij de geconstateerde risicoklasse. O: Organisatorische maatregelen B: Bouwkundige maatregelen E: Elektronische maatregelen C/M: Compartimentering/Meeneembeperkende maatregelen Al: Alarmering R: Reactie (alarmopvolging) Een BORG- of VEB Opleveringsbewijs mag ook worden afgegeven als de uitgevoerde beveiliging een deeloplossing betreft. Bij een deeloplossing bestaat de uitgevoerde beveiliging uit alleen bouwkundige maatregelen (Opleveringsbewijs bouwkundige beveiliging) of uit alleen elektronische maatregelen (Opleveringsbewijs alarminstallatie). Als voor een Opleveringsbewijs alarminstallatie wordt gekozen, dan wordt geadviseerd om het hoogste niveau van de E + R maatregelen uit te voeren, die in de matrix voor de betreffende risicoklasse wordt genoemd. Maar ook als de E + R maatregelen op een lager niveau worden uitgevoerd, mag een Opleveringsbewijs alarminstallatie afgegeven worden. Indien er in risicoklasse 3 of 4 wordt gekozen voor een combinatie van beveiligingsmaatregelen waarbij schildetectie wordt geëist, dan geldt deze eis ook voor een Opleveringsbewijs alarminstallatie. Vraag 40. Wat te doen indien de risicoklasse en/of geëiste beveiligingsmaatregelen zijn gewijzigd bij hercertificering? Certificaten en Opleveringsbewijzen zijn 5 jaar geldig (mits jaarlijks onderhoud is uitgevoerd). Als een document is verlopen, dient de risicoklasse opnieuw te worden vastgesteld. Door gewijzigde regelgeving en/of een gewijzigd risico kan de nieuwe risicoklasse afwijken van de oorspronkelijke risicoklasse. Ook kunnen de geëiste beveiligingsmaatregelen zijn veranderd. Bij het opnieuw afgeven van een Certificaat dienen de beveiligingsmaatregelen volgens de huidige regelgeving uitgevoerd te worden. Bij een gewijzigde risicoklasse dienen de beveiligingsmaatregelen die bij de nieuwe risicoklasse horen, uitgevoerd te worden. Het kan derhalve voorkomen dat aan een nieuw Certificaat of Opleveringsbewijs aanvullende eisen worden gesteld. Componenten voor inbraakpreventie die ten tijde van een hercertificering niet meer op de productlijsten van het NCP en/of REQ staan, hoeven niet vervangen te worden. Componenten die in eerste aanleg aan de eisen voldeden, behouden hun geldigheid, ook als ze niet meer geregistreerd zijn.

Presentatie VRKI. ing. Robert van Tongeren rr senior risico adviseur Achmea

Presentatie VRKI. ing. Robert van Tongeren rr senior risico adviseur Achmea Presentatie VRKI ing. Robert van Tongeren rr senior risico adviseur Achmea 1 19950176 Risicoklassen indeling was voor woningen, winkels, showrooms, bedrijven en instellingen. Met de introductie van de

Nadere informatie

VvBO Verbond van BeveiligingsOrganisaties

VvBO Verbond van BeveiligingsOrganisaties Verbeterde Risicoklassenindeling Risicoklassen indelingen voor woningen Document D0/ Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van het Verbond van BeveiligingsOrganisaties

Nadere informatie

Eindtermen Adviseur in de beveiliging (ABV)

Eindtermen Adviseur in de beveiliging (ABV) Eindtermen Adviseur in de beveiliging (ABV) CertoPlan B.V. Postbus 510 3430 AM NIEUWEGEIN Nevelgaarde 50 3436 ZZ NIEUWEGEIN Telefoon (0)88 998 3030 Website www.certoplan.nl Mail examens@certoplan.nl CertoPlan

Nadere informatie

Document D03/375 Verbeterde Risicoklassen-indeling voor woningen januari 2010

Document D03/375 Verbeterde Risicoklassen-indeling voor woningen januari 2010 Verbeterde Risicoklassenindeling Risicoklassen indelingen voor woningen Document D03/375 Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van het Verbond van BeveiligingsOrganisaties

Nadere informatie

De ontwerpmodule bedrijven is uitgebreid en aangepast

De ontwerpmodule bedrijven is uitgebreid en aangepast De ontwerpmodule bedrijven is uitgebreid en aangepast De aanpassingen in de versie 2016 betreffen: Er is een sjabloon voor een kwaliteitsverklaring toegevoegd voor situaties waar geen certificaat of opleveringsbewijs

Nadere informatie

verbeterde risicoklassenindeling

verbeterde risicoklassenindeling verbeterde risicoklassenindeling 1 veiligheid door samenwerking verbeterde risicoklassenindeling Inbraakpreventie voor woningen 2 verbeterde risicoklassenindeling verbeterde risicoklassenindeling 3 inhoudsopgave

Nadere informatie

Sjablonen voor kwaliteitsdocumenten

Sjablonen voor kwaliteitsdocumenten Sjablonen voor kwaliteitsdocumenten Tekst onder de infotoets Certificaat / Opleveringsbewijs: U kunt de tekst voor een BORG Beveiligingscertificaat, een BORG Opleveringsbewijs alarminstallatie of een BORG

Nadere informatie

BORG 2005 versie 2 / A10: Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 mei 2018

BORG 2005 versie 2 / A10: Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 mei 2018 WIJZIGINGSBLAD A10 Nationale Beoordelingsrichtlijn BORG 2005 versie 2 Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging BORG 2005 versie 2 / A10: 2018 Publicatiedatum

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen

Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen Document D03/375 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid Postbus 14069 3508 CS Utrecht

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen

Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen Document D03/375 Versie: 1.3 Publicatiedatum: 3 maart 2014 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen

Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen Document D03/375 Versie: 1.2 Publicatiedatum: juli 2012 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie en

Nadere informatie

Eindtermen Adviseur in de beveiliging (ABV)

Eindtermen Adviseur in de beveiliging (ABV) Eindtermen Adviseur in de beveiliging (ABV) CertoPlan B.V. Postbus 341 2800 AH GOUDA Groningenweg 10 2803 PV GOUDA Telefoon (0182) 82 04 80 Telefax (0182) 82 04 85 Website www.certoplan.nl Mail examens@certoplan.nl

Nadere informatie

veiligheid door samenwerking verbeterde risicoklassenindeling Inbraakpreventie voor bedrijven

veiligheid door samenwerking verbeterde risicoklassenindeling Inbraakpreventie voor bedrijven veiligheid door samenwerking verbeterde risicoklassenindeling Inbraakpreventie voor bedrijven 2 verbeterde risicoklassenindeling verbeterde risicoklassenindeling 3 inhoudsopgave De Verbeterde Risicoklassenindeling

Nadere informatie

6 EL - ELEKTRONISCHE MAATREGELEN

6 EL - ELEKTRONISCHE MAATREGELEN 6 EL - ELEKTRONISCHE MAATREGELEN In de tabellen met beveiligingsmaatregelen in deel A van de VRKI 2.0 worden de elektronische maatregelen voor woningen en bedrijven aangeduid met de letters EL en een cijfer.

Nadere informatie

Handreiking. Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Mobiliteitsbedrijven

Handreiking. Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Mobiliteitsbedrijven Handreiking Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Mobiliteitsbedrijven Versie 3.0 April 2019 1. Inleiding In de afgelopen jaren zijn verzekeraars steeds vaker geconfronteerd met vergaande criminaliteit

Nadere informatie

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging BORG 2005 Versie 2 + A1 Publicatiedatum : 15 december 2008 Ingangsdatum : 15 maart

Nadere informatie

Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Mobiliteitsbedrijven.

Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Mobiliteitsbedrijven. Handreiking Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Mobiliteitsbedrijven. Versie 2.1 Januari 2018 2017-00052830/MLEEU 1. Inleiding In de afgelopen jaren zijn verzekeraars steeds vaker geconfronteerd

Nadere informatie

Handreiking. Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Mobiliteitsbedrijven

Handreiking. Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Mobiliteitsbedrijven Handreiking Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Mobiliteitsbedrijven Versie 1.0 Maart 2015 1. Inleiding In de afgelopen jaren zijn verzekeraars steeds vaker geconfronteerd met vergaande criminaliteit

Nadere informatie

VvBO Verbond van BeveiligingsOrganisaties

VvBO Verbond van BeveiligingsOrganisaties Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Document 002754 Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van Verbond van BeveiligingsOrganisaties

Nadere informatie

Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen

Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Document 002754 Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van Verbond van BeveiligingsOrganisaties

Nadere informatie

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN BORG 2005 versie 2 Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging.

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN BORG 2005 versie 2 Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging. NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN BORG 2005 versie 2 Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging. Mei 2007 Deze tekst van de Nationale beoordelingsrichtlijn

Nadere informatie

Document D01/026 Installatievoorschriften Mistgeneratoren Oktober 2001 versie 2

Document D01/026 Installatievoorschriften Mistgeneratoren Oktober 2001 versie 2 Mistgeneratoren Installatievoorschriften Mistgeneratoren wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van het Verbond van BeveiligingsOrganisaties (VvBO) Dit document is een revisie van bijlage 2 en 3 van

Nadere informatie

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging Versie 2 + A1 + C1 + A2 + A3 + A4 + A5 + A6 + A7 + A8 + A9 + A10 Publicatiedatum

Nadere informatie

RC-module bedrijven is uitgebreid en aangepast

RC-module bedrijven is uitgebreid en aangepast RC-module bedrijven is uitgebreid en aangepast De aanpassingen in de versie 2015 betreffen: Info over doel van de beveiliging uitgebreid en opgenomen in het PvE en de concept beveiligingsplannen voor de

Nadere informatie

VRKI 2.0. Verwijder deze afbeelding en voeg een nieuwe in.

VRKI 2.0. Verwijder deze afbeelding en voeg een nieuwe in. VRKI 2.0 Verwijder deze afbeelding en voeg een nieuwe in. 2 3 4 Vraag 1: ATS categorie DP3 is een AL2-verbinding 5 Eigenlijk niet AL2 is T5; DP3 is T4 6 Vraag 2: Voor iedere beveiligingstoepassing in een

Nadere informatie

Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen

Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Document 002754 Versie: februari 2015 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid Postbus

Nadere informatie

Levering van diensten en gebruik van beeldmerken 5.5 Het BORG-bedrijf verleent op het gebied waarvoor hij op grond van de BRL is gecertificeerd slecht

Levering van diensten en gebruik van beeldmerken 5.5 Het BORG-bedrijf verleent op het gebied waarvoor hij op grond van de BRL is gecertificeerd slecht LPCB Nederland B.V. LPCB Nederland B.V. Postbus 342 5300 AH Zaltbommel-NL Postbus 342 5300 AH Zaltbommel-NL Algemeen nr: +31 (0) 418 57 38 80 Algemeen nr: +31 (0) 418 57 Fax 38 nr: 80 +31 (0) 418 57 38

Nadere informatie

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging Versie 2 + A1 + C1 + A2 + A3 + A4 + Publicatiedatum : 1 mei 2014 Ingangsdatum

Nadere informatie

Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen

Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Document 002754 Versie: 1.4 Publicatiedatum: maart 2014 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie

Nadere informatie

Eindtermen Technisch Beheerder Mechanische Beveiliging (TBMB)

Eindtermen Technisch Beheerder Mechanische Beveiliging (TBMB) Eindtermen Technisch Beheerder Mechanische Beveiliging (TBMB) Eindtermen TBMB-Kenteq-november 2011-v1.doc 1 Eindtermendocument Technisch Beheerder Mechanische Beveiliging (TBMB) Taxonomie Om ordening in

Nadere informatie

Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen

Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Document 002754 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid Postbus 14069 3508 CS Utrecht

Nadere informatie

Ontwerpmodule op basis van de VRKI 2.0 versie 2019

Ontwerpmodule op basis van de VRKI 2.0 versie 2019 Ontwerpmodule op basis van de VRKI 2.0 versie 2019 Waarom een nieuwe VRKI 2.0? Zie de website van het CCV: de meest opvallend is de wijzigingen van de afkortingen van de niveaus van de beveiligingsmaatregelen

Nadere informatie

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging Versie 2 + A1 + C1 + A2 + A3 Versie : 1.0 Publicatiedatum : 1 oktober 2010 Ingangsdatum

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen document D03/385 2007 VvBO Verbond van BeveiligingsOrganisaties

Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen document D03/385 2007 VvBO Verbond van BeveiligingsOrganisaties Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen De definities beveiligingsmaatregelen wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van het Verbond van BeveiligingsOrganisaties (VvBO)

Nadere informatie

Versie : Publicatiedatum : 7 december Ingangsdatum :

Versie : Publicatiedatum : 7 december Ingangsdatum : NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging Versie 2 + A1 + C1 + A22 + A3 + A4 + A5 Versie : Publicatiedatum : Ingangsdatum

Nadere informatie

Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen

Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen Document 002754 versie: 2019 De Verbeterde Risicoklassenindeling VRKI 2.0 en de richtlijn inbraakbeveiliging onderwijsinstellingen wordt beheerd door:

Nadere informatie

Handleiding VRKI RC-module bedrijven 2016 Controleer uw accountgegevens op juistheid

Handleiding VRKI RC-module bedrijven 2016 Controleer uw accountgegevens op juistheid Handleiding VRKI RC-module bedrijven 2016 Controleer uw accountgegevens op juistheid Vermeld hier (eenmalig) uw bedrijfsgegevens en de certificerende instelling. Deze gegevens worden automatisch getransporteerd

Nadere informatie

Eindtermen Technicus Beveiligingsinstallaties (TBV)

Eindtermen Technicus Beveiligingsinstallaties (TBV) Eindtermen Technicus Beveiligingsinstallaties (TBV) CertoPlan B.V. Postbus 85200 3508 AE UTRECHT Ptolemaeuslaan 900 3528 BV UTRECHT Telefoon (0)30 23 45 671 Website www.certoplan.nl Mail examens@certoplan.nl

Nadere informatie

Handleiding VRKI RC-module woningen 2017 Controleer uw accountgegevens op juistheid

Handleiding VRKI RC-module woningen 2017 Controleer uw accountgegevens op juistheid Handleiding VRKI RC-module woningen 2017 Controleer uw accountgegevens op juistheid Op het tabblad Inloggen vindt u de actuele gegevens van uw account. Vermeld hier (eenmalig) uw bedrijfsgegevens en de

Nadere informatie

Handleiding VRKI RC-module bedrijven 2017 Controleer uw accountgegevens op juistheid

Handleiding VRKI RC-module bedrijven 2017 Controleer uw accountgegevens op juistheid Handleiding VRKI RC-module bedrijven 2017 Controleer uw accountgegevens op juistheid Op het tabblad Inloggen vindt u de actuele gegevens van uw account. Vermeld hier (eenmalig) uw bedrijfsgegevens en de

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen

Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen Document D03/385 Versie: februari 2015 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie

Nadere informatie

Dit document is een revisie van de documenten in katern 3.1. Handboek Beveiligingstechniek.

Dit document is een revisie van de documenten in katern 3.1. Handboek Beveiligingstechniek. Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen De definities beveiligingsmaatregelen wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van het Verbond van BeveiligingsOrganisaties (VvBO)

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling. Definities beveiligingsmaatregelen. Document D03/385 Definities beveiligingsmaatregelen wordt

Verbeterde Risicoklassenindeling. Definities beveiligingsmaatregelen. Document D03/385 Definities beveiligingsmaatregelen wordt Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen Document D03/385 Definities beveiligingsmaatregelen wordt Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid Postbus 14069 3508 CS Utrecht

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen

Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen Document D03/385 Versie: 1.2 Publicatiedatum: juli 2012 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie

Nadere informatie

Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Transport- /Logistieke bedrijven.

Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Transport- /Logistieke bedrijven. Handreiking Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Transport- /Logistieke bedrijven. Versie 1.0 Juli 2017 2017-00035273/MLEEU 1. Inleiding In de afgelopen jaren zijn verzekeraars steeds vaker geconfronteerd

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen

Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen Document D03/385 Versie: 2016 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid

Nadere informatie

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN voor het BORG procescertificaat voor ONTWERPEN, UITVOEREN EN ONDERHOUDEN VAN INBRAAKBEVEILIGING

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN voor het BORG procescertificaat voor ONTWERPEN, UITVOEREN EN ONDERHOUDEN VAN INBRAAKBEVEILIGING NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN voor het BORG procescertificaat voor ONTWERPEN, UITVOEREN EN ONDERHOUDEN VAN INBRAAKBEVEILIGING 13 juni 2005 Deze tekst van de Nationale beoordelingsrichtlijn voor het BORG

Nadere informatie

Tools voor een inbraakveilig pand: het BORG-certificaat, de VRKI en de eisen van wet en verzekeraar

Tools voor een inbraakveilig pand: het BORG-certificaat, de VRKI en de eisen van wet en verzekeraar Tools voor een inbraakveilig pand: het BORG-certificaat, de VRKI en de eisen van wet en verzekeraar Over het e-book Iedere ondernemer loopt kans op een inbraak. En helaas komen inbraken nog regelmatig

Nadere informatie

VvBO Verbond van BeveiligingsOrganisaties

VvBO Verbond van BeveiligingsOrganisaties Advies Projectering Alarmverificatie Voorwoord De politie wenst meer zekerheid over de vraag of een alarm een echt alarm is of niet. Daarom heeft ze de eisen waaraan alarmsignalering moet voldoen aangescherpt.

Nadere informatie

Handreiking 'Beveiligen van bouwlocaties'

Handreiking 'Beveiligen van bouwlocaties' Handreiking 'Beveiligen van bouwlocaties' Voor de fasen: bouwrijp/fundering, ruwbouw, afbouw en oplevering Handreiking bedoeld voor projectleider of (hoofd)uitvoerder Toelichting: De handreiking 'Beveiligen

Nadere informatie

A l g e m e e n p r o g r a m m a v a n e i s e n v o o r i n b r a a k b e v e i l i g i n g s i n s t a l l a t i e s v o o r de g e b o u w e n v

A l g e m e e n p r o g r a m m a v a n e i s e n v o o r i n b r a a k b e v e i l i g i n g s i n s t a l l a t i e s v o o r de g e b o u w e n v A l g e m e e n p r o g r a m m a v a n e i s e n v o o r i n b r a a k b e v e i l i g i n g s i n s t a l l a t i e s v o o r de g e b o u w e n v a n het R O C v a n A m s t e r d a m project: Programma

Nadere informatie

WIJZIGINGSBLAD A1. BORG 2005 versie 2 /A1 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 2.1. Publicatiedatum : 15 december Ingangsdatum : 15 maart 2009

WIJZIGINGSBLAD A1. BORG 2005 versie 2 /A1 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 2.1. Publicatiedatum : 15 december Ingangsdatum : 15 maart 2009 WIJZIGINGSBLAD A1 Nationale Beoordelingsrichtlijn BORG 2005 versie 2 Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging BORG 2005 versie 2 /A1 Publicatiedatum :

Nadere informatie

VERZEKERINGSTECHNISCHE RISICOANALYSE PARTICULIEREN

VERZEKERINGSTECHNISCHE RISICOANALYSE PARTICULIEREN VERZEKERINGSTECHNISCHE RISICOANALYSE PARTICULIEREN is een uitgave van VZP Intermediair BV (P.B. (Berrie) van der Heide) en Anita Hol-Bubeck Op alle diensten die door Bureau D & O worden geleverd zijn Algemene

Nadere informatie

Risicoklasse indeling voor Bedrijven

Risicoklasse indeling voor Bedrijven Risicoklasse indeling voor Bedrijven De inbraakgevoeligheid van bedrijven wordt vooral bepaald door de aanwezigheid van goederen die voor inbrekers (zeer) attractief zijn. De beste aanpak van de diefstalpreventie

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen

Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen Verbeterde Risicoklassenindeling Definities beveiligingsmaatregelen Document D03/385 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid Postbus

Nadere informatie

9/12/15. Het ABC van een alarmsysteem Jacques Deschamps. Gillijns Erik, Docent beveiliging, Technisch instituut Don Bosco

9/12/15. Het ABC van een alarmsysteem Jacques Deschamps. Gillijns Erik, Docent beveiliging, Technisch instituut Don Bosco 9/12/15 Het ABC van een alarmsysteem Jacques Deschamps Gillijns Erik, Docent beveiliging, Technisch instituut Don Bosco 1 Inhoud 1. Nut van een alarmsysteem 2. Ontwerp van een beveiligingsinstallatie Risicoanalyse

Nadere informatie

Algemene. Montagerichtlijnen. Elektrische Bediende. Beveiligingsrolluiken. NCP AMR augustus 2007 versie 1.0

Algemene. Montagerichtlijnen. Elektrische Bediende. Beveiligingsrolluiken. NCP AMR augustus 2007 versie 1.0 Algemene Montagerichtlijnen Elektrische Bediende Beveiligingsrolluiken Algemene montage richtlijnen elektrische beveiligingsrolluiken Inleiding: Een rolluik is zo sterk als zijn bevestiging toelaat. Vandaar

Nadere informatie

VERZEKERINGSTECHNISCHE RISICOANALYSE BEDRIJVEN

VERZEKERINGSTECHNISCHE RISICOANALYSE BEDRIJVEN VERZEKERINGSTECHNISCHE RISICOANALYSE BEDRIJVEN is een uitgave van VZP Intermediair BV (P.B. (Berrie) van der Heide) en Anita Hol-Bubeck Op alle diensten die door Bureau D & O worden geleverd zijn Algemene

Nadere informatie

Voorschriften voor beheer en onderhoud alarmapparatuur

Voorschriften voor beheer en onderhoud alarmapparatuur Voorschriften voor beheer en onderhoud alarmapparatuur Document 002079 Voorschriften voor beheer en onderhoud alarmapparatuur wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van het Verbond van BeveiligingsOrganisaties

Nadere informatie

VvBO Verbond van BeveiligingsOrganisaties

VvBO Verbond van BeveiligingsOrganisaties Document D03/376 Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven mei 2007 Verbeterde Risicoklassenindeling Risicoklassen indelingen voor bedrijven Document D03376 Verbeterde Risicoklassenindeling voor

Nadere informatie

HDI Risk Consulting VRKI 2.0 versie 2019 highlights verschillen 6 juni 2019 Rob van Nierop RSE

HDI Risk Consulting VRKI 2.0 versie 2019 highlights verschillen 6 juni 2019 Rob van Nierop RSE HDI Risk Consulting VRKI 2.0 versie 2019 highlights verschillen 6 juni 2019 Rob van Nierop RSE Disclaimer This presentation may contain projections or other forward-looking statements which are based upon

Nadere informatie

Dit document is een revisie van document D03/376 van augustus 2003 in katern 3.1. Handboek Beveiligingstechniek.

Dit document is een revisie van document D03/376 van augustus 2003 in katern 3.1. Handboek Beveiligingstechniek. Verbeterde Risicoklassenindeling Risicoklassen indelingen voor bedrijven Document D03376 Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van het Verbond van

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven

Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven Document D03376 Versie: 1.4 Publicatiedatum: januari 2014 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie

Nadere informatie

Monteur Beveiligingsinstallaties (MBV)

Monteur Beveiligingsinstallaties (MBV) Eindtermen Monteur Beveiligingsinstallaties () Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven

Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven Document D03376 Versie: 2016 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid Postbus 14069

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven

Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven Document D03376 Versie: februari 2015 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid Postbus

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven

Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven Document D03376 Versie 1.5 Publicatiedatum: 3 maart 2014 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie

Nadere informatie

Whitepaper. Technische controle Alarmoverdracht & VRKI WP

Whitepaper. Technische controle Alarmoverdracht & VRKI WP Whitepaper Technische controle Alarmoverdracht & VRKI WP 2016-001 1 VEBON 2016 Alle rechten voorbehouden. Alle auteursrechten en databankrechten ten aanzien van deze uitgave worden uitdrukkelijk voorbehouden.

Nadere informatie

Handreiking explosieven voor civiel gebruik. Module IV: Security. Datum 20 juni 2009 Status Definitief

Handreiking explosieven voor civiel gebruik. Module IV: Security. Datum 20 juni 2009 Status Definitief Handreiking explosieven voor civiel gebruik Module IV: Security Datum 20 juni 2009 Status Definitief Colofon Contactpersoon J. van Ee VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Veiligheidstoezicht Rijnstraat

Nadere informatie

Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven

Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven Document D03376 Versie: 1.3 Publicatiedatum: juli 2012 De Verbeterde Risicoklassenindeling wordt beheerd door: het Centrum voor Criminaliteitspreventie en

Nadere informatie

VERZEKERINGSTECHNISCHE RISICOANALYSE BEDRIJVEN

VERZEKERINGSTECHNISCHE RISICOANALYSE BEDRIJVEN VERZEKERINGSTECHNISCHE RISICOANALYSE BEDRIJVEN is een uitgave van VZP Intermediair BV (P.B. (Berrie) van der Heide) en Anita Hol-Bubeck Op alle diensten die door Bureau D & O worden geleverd zijn Algemene

Nadere informatie

Zeker weten. zeker van uw zaak!

Zeker weten. zeker van uw zaak! Zeker weten. zeker van uw zaak! Gegarandeerd de veiligste alarmtransmissiedienst Door brand, inbraak, overvallen en technisch falen kunnen menselijk leed of economische schade ontstaan. Dat is meer dan

Nadere informatie

Handreiking. Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Transport-/Logistieke bedrijven.

Handreiking. Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Transport-/Logistieke bedrijven. Handreiking Beveiligingsmaatregelen voor Buitenterreinen Transport-/Logistieke bedrijven. Versie 2.0 April 2019 0 1. Inleiding In de afgelopen jaren zijn verzekeraars steeds vaker geconfronteerd met vergaande

Nadere informatie

1. Inleiding... 2. 2. Indeling in Risicoklassen... 4. 2.1 Risicoklasse-indeling woningen... 4

1. Inleiding... 2. 2. Indeling in Risicoklassen... 4. 2.1 Risicoklasse-indeling woningen... 4 andboek Risicoklassen-indeling N.C.P. Deel 1 Indeling in Risicoklassen Inhoudsopgave Deel 1 1. Inleiding... 2 2. Indeling in Risicoklassen... 4 2.1 Risicoklasse-indeling woningen... 4 2.1.1 Beveiligingstheorie

Nadere informatie

WIJZIGINGSBLAD A3. BORG 2005 versie 2 /A3 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 oktober 2010. Ingangsdatum : 1 januari 2011

WIJZIGINGSBLAD A3. BORG 2005 versie 2 /A3 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 oktober 2010. Ingangsdatum : 1 januari 2011 WIJZIGINGSBLAD A3 Nationale Beoordelingsrichtlijn BORG 2005 versie 2 Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging BORG 2005 versie 2 /A3 Versie : 1.0 Publicatiedatum

Nadere informatie

Kiwa N.V. 3/12/14. Roy Senden. Partner for progress

Kiwa N.V. 3/12/14. Roy Senden. Partner for progress Roy Senden Partner for progress 1 Brandpreventie Academy Namens Brandpreventie Academy hartelijk welkom Introductie Wat doet Kiwa 3 Data Uitfasering regeling 2002 31-8-2014 (audits) 31-12-2014 (certificaten)

Nadere informatie

De schakel tussen u en techniek.

De schakel tussen u en techniek. De schakel tussen u en techniek. www.saasen.com ELEKTRA VENTILATIE BEVEILIGING TELEMATICA Eén betrouwbare partner voor al uw installatiewerkzaamheden Dan bent u bij J. Saasen B.V. aan het goede adres.

Nadere informatie

Nieuwe afspraken voor elektronisch gegenereerde alarmen

Nieuwe afspraken voor elektronisch gegenereerde alarmen Den Haag, 17 januari 2007 Raad van Hoofdcommissarissen Nieuwe afspraken voor elektronisch gegenereerde alarmen VERDERGAANDE SAMENWERKING POLITIE EN BEVEILIGINGSBRANCHE De politie gaat elektronische inbraakmeldingen

Nadere informatie

Nederlands Politie Instituut

Nederlands Politie Instituut Nederlands Politie Instituut 070 30540 1 8 JAN 2007 I.- I I I 1 Convenant tussen de Raad van Hoofdcommissarissen en het Verbond van Beveiligingsorganisaties (VvBO) aangaande de organisatie - en opvolging

Nadere informatie

Dienstbeschrijving DigiAlarm.net

Dienstbeschrijving DigiAlarm.net Algemeen Deze dienstbeschrijving omvat de specifieke kenmerken van de dienst DigiAlarm.net van ASB-Security BV, hierna te noemen ASB. Inleiding Wat biedt de dienst DigiAlarm.net DigiAlarm.net is een alarmtransmissiedienst

Nadere informatie

BUVA PREVENTIEADVIES. Van advies tot oplevering

BUVA PREVENTIEADVIES. Van advies tot oplevering Van advies tot oplevering BUVA PREVENTIEADVIES Bouwbesluit - NEN 5096:2007 - Advies - Opname - Specificaties - Montage - Veiligheidscertificaten - Advisering inbraakwerend hang- en sluitwerk - Nieuwbouw

Nadere informatie

CERTIFICEREN BMI / OAI IN DE PRAKTIJK

CERTIFICEREN BMI / OAI IN DE PRAKTIJK CERTIFICEREN BMI / OAI IN DE PRAKTIJK Rob Verbiest Adviseur Brandbeveiliging Incendio BV Een vooruitblik... Certificering in Wet en Regelgeving Oude situatie (Gebruiksbesluit) Situatie vanaf 2012 (Bouwbesluit

Nadere informatie

Bescherm wat u aan het hart gaat

Bescherm wat u aan het hart gaat Bescherm wat u aan het hart gaat met betrouwbare beveiliging van DETEC www.detec.nl Zeker van de zaak BORG gecertificeerd alarmsysteem Gecertificeerd leveren, installeren en onderhouden brandmeldinstallatie

Nadere informatie

Convenant tussen de Raad van Hoofdcommissarissen en het Verbond van Beveiligingsorganisaties aangaande de organisatie en de opvolging van

Convenant tussen de Raad van Hoofdcommissarissen en het Verbond van Beveiligingsorganisaties aangaande de organisatie en de opvolging van Convenant tussen de Raad van Hoofdcommissarissen en het Verbond van Beveiligingsorganisaties aangaande de organisatie en de opvolging van elektronische alarmen Definitieve versie 1.1, dd 26 oktober 2006

Nadere informatie

Hoe voorkomt u brand, inbraak en andere schade?

Hoe voorkomt u brand, inbraak en andere schade? Hoe voorkomt u brand, inbraak en andere schade? ABN AMRO Verzekeringen Preventie De kans op schade zit in een klein hoekje. U kunt de kans op schade flink beperken of zelfs voorkomen met de juiste preventieve

Nadere informatie

MPL Alarm en Communicatie Centrale

MPL Alarm en Communicatie Centrale MPL Alarm en Communicatie Centrale MPLconnect, een totaalconcept voor installatiebedrijven. Een gecertificeerd, beveiligd VPN datanet verbinding. Met een Alarm over IP oplossing (AoIP) verstuurt u veilig

Nadere informatie

Installatierichtlijn routers, alarmering i.v.m. Pin verkeer

Installatierichtlijn routers, alarmering i.v.m. Pin verkeer Installatierichtlijn routers, alarmering i.v.m. Pin verkeer Inhoud 1. Inleiding 3 2. Beveiliging in combinatie met ander gebruik van de router 4 3. Configureren van de router 4 3.1. Gecertificeerd netwerk

Nadere informatie

De Veiligheidsinspectie De eerste stap naar een veilige woning!

De Veiligheidsinspectie De eerste stap naar een veilige woning! De Veiligheidsinspectie De eerste stap naar een veilige woning! veilig wonen, veilig leven Veilig wonen, Veilig leven De veiligheid van u en uw gezin De tijd dat het nadenken over de veiligheid van de

Nadere informatie

Dit document is een revisie van document D03/376 van augustus 2003 in katern 3.1. Handboek Beveiligingstechniek.

Dit document is een revisie van document D03/376 van augustus 2003 in katern 3.1. Handboek Beveiligingstechniek. Verbeterde Risicoklassenindeling Risicoklassen indelingen voor bedrijven Document D03376 Verbeterde Risicoklassenindeling voor bedrijven wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van het Verbond van

Nadere informatie

Beveiligen van bouwlocaties

Beveiligen van bouwlocaties Handreiking Beveiligen van bouwlocaties Inhoudsopgave Deel 1: Contractering en vergunningen Toelichting Voorbeeld invulformulier risico analyse 4 Overzicht van maatregelen 6 Niveaus 7 Deel : Bouwrijp/fundering,

Nadere informatie

Dienstbeschrijving DigiAlarm Versie DA.n-1019:2.0

Dienstbeschrijving DigiAlarm Versie DA.n-1019:2.0 Algemeen Deze dienstbeschrijving omvat de specifieke kenmerken van de dienst DigiAlarm van ASB-Security, hierna te noemen ASB. Inleiding Wat biedt de dienst DigiAlarm DigiAlarm is een alarmtransmissiedienst

Nadere informatie

HEf S'GNALEINENT UAN WE'ZUD'GHE'D EN BETROUWBAANHE/ID. inbraakbeveiliging.

HEf S'GNALEINENT UAN WE'ZUD'GHE'D EN BETROUWBAANHE/ID. inbraakbeveiliging. HEf S'GNALEINENT UAN WE'ZUD'GHE'D EN BETROUWBAANHE/ID Door de toenemende criminaliteit worden er steeds zwaardere eisen oesteld aan inbraakbeveiliging. Locked Safe Holland bekleedt al sinds 1986 een vooraanstaande

Nadere informatie

Sport Alarm en Communicatie Centrale

Sport Alarm en Communicatie Centrale Sport Alarm en Communicatie Centrale SportsConnect voor uw sportvereniging of sportkantine. Een aangename sfeer creëren met muziek of een sportwedstrijd live uitzenden in uw kantine, telefoneren intern/extern,

Nadere informatie

Een eenvoudige en effectieve manier om uw woonhuis of bedrijf te beveiligen.

Een eenvoudige en effectieve manier om uw woonhuis of bedrijf te beveiligen. Een eenvoudige en effectieve manier om uw woonhuis of bedrijf te beveiligen. Voornsehoek 7 1181 CK Amstelveen T. 020-2600742 www.staov.nl info@staov.nl Erkend beveiligingsbedrijf door VEB. www.veb.nl Laat

Nadere informatie

Opleiding WFt Schade particulier

Opleiding WFt Schade particulier Opleiding WFt Schade particulier OPLEIDING WFT SCHADE PARTICULIER INHOUDSOPGAVE 1! RISICOBEHEER PARTICULIEREN 2! 1.1! Risicobeheer 2! 1.2! Risico-inventarisatie 3! 1.2.1! Risico s die de bezittingen bedreigen

Nadere informatie

OFFERTE. Alarmsysteem zakelijk BORG Bedraad. Offertenummer: 900. Bedrijf: Autobedrijf Beuse

OFFERTE. Alarmsysteem zakelijk BORG Bedraad. Offertenummer: 900. Bedrijf: Autobedrijf Beuse OFFERTE Bedrijf: Autobedrijf Beuse Cliënt: Tonny Beuse Alarmsysteem zakelijk BORG Bedraad Geldig tot en met 31/07/2016 Geachte heer Beuse, Hartelijk dank voor uw verzoek een offerte te maken voor het leveren

Nadere informatie

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie conform NEN C1-2010

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie conform NEN C1-2010 conform NEN 2535-2009+C1-2010 Risico Object Naam : Zorg- en recreatieboerderij De Bult Adres : Beekstraat 13 Postcode : 7227 NC Plaats : TOLDIJK Opdrachtgever PvE Naam : Zorg- en recreatieboerderij De

Nadere informatie

WEESVEILIG TEGEN BRAND EN INBRAAK

WEESVEILIG TEGEN BRAND EN INBRAAK WEESVEILIG TEGEN BRAND EN INBRAAK WeesVeilig beveiligt WeesVeilig zorgt voor een goed gevoel WeesVeilig weet waar men op moet letten als het gaat om het voorkomen van brand en inbraak. Een modern alarmsysteem

Nadere informatie

hoe voorkomt u brand, inbraak en andere schade?

hoe voorkomt u brand, inbraak en andere schade? ABN AMRO Verzekeringen hoe voorkomt u brand, inbraak en andere schade? De kans op schade zit in een klein hoekje. U kunt de kans op schade flink beperken of zelfs voorkomen met de juiste preventieve maatregelen.

Nadere informatie