Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid Dienst Veiligheid van de Consumenten. Veiligheid van Zonnecentra Samenvatting van de wijzigingen

Transcriptie

1 Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid Dienst Veiligheid van de Consumenten Veiligheid van Zonnecentra Samenvatting van de wijzigingen Versie van 20 februari

2 Samenvatting van de wijzigingen van het koninklijk besluit van 20 juni 2002 houdende voorwaarden betreffende de exploitatie van zonnecentra 1. Voor elk zonnecentrum ( al dan niet geautomatiseerd): De straling van de zonnebanken mag op geen enkele plaats een totale effectieve erytheemgewogen irradiantie vertonen hoger dan 0,3W/m². (art.3, 10 ). Als gevolg van de Europese aanbeveling wordt het in de handel brengen van zonnebanken met een totale effectieve erytheemgewogen irradiantie hoger dan 0,3 W/m 2 verboden vanaf 23 juli Dit werd aan de producenten, onder andere groothandelaars en fabrikanten, door de Algemene Directie Energie schriftelijk herinnerd op 10 augustus Zonnebanken (nieuw of 2 e hands) aangekocht vanaf 23 juli 2007 moeten voldoen aan deze voorwaarde. Zonnecentra moeten de nodige aanpassingen uitvoeren tegen 1 augustus Dit geldt ook voor de vervanging van lampen. Om deze aanpassing te doen neemt u het best contact op met de producent of leverancier van de zonnebanken. In de meeste gevallen kan de aanpassing van de bestaande zonnebank eenvoudig gebeuren door: - het vervangen van de lampen en/of - het vervangen van de filters. Hoe verloopt controle hierop? De technische informatie van de bank wordt aan de uitbater opgevraagd. Indien een bank met andere lampen wordt uitgerust, moet in principe de uitbater kunnen aantonen dat is voldaan aan een totale effectieve erytheemgewogen irradiantie van 0,3 W/m 2. Dit komt overeen met een UV index (UVI) van 12. De ambtenaren van Controle en Bemiddeling zullen ook steekproefsgewijs metingen uitvoeren. Een onthaalverantwoordelijke of het besturingssysteem moet de intensiteit en de gebruiksduur van de zonnebank automatisch aanpassen aan het huidtype van de consument, rekening houdend met de karakteristieken van de zonnebank en de gebruikte lampen. (art. 3, 11 ) De producent van de zonnebank levert de uitbater een blootstellingschema waarbij de duur en het interval wordt bepaald rekening houdend met - de sterkte van de zonnebank in elke betrokken cel; - de diverse huidtypes zoals bepaald in artikel 1, punt 8 van het gewijzigde KB. Indien u een zonnebank heeft aangekocht na 23 juli 2007 moet dit schema in de gebruiksaanwijzing van de zonnebank vermeld zijn. Voor uw bestaande banken neemt u best contact op met uw leverancier en vraag dergelijk schema. 2

3 In elke cel moet de volgende informatie uitgehangen worden: - duidelijke instructies voor een veilig gebruik en voor de reiniging van de zonnebanken; - een blootstellingschema van de producent met de specificaties voor de duur en interval gebaseerd op de karakteristieken van de zonnebanken in de betrokken cel en het huidtype worden opgehangen. (art. 3, 3 ) Dit impliceert dat de uitbater een schema moet uithangen (zie vorige paragraaf). Elke cel is zodanig uitgerust dat een consument, in geval van nood, onmiddellijk hulp kan vragen aan iemand die in staat is om in de kortst mogelijke tijd gepaste hulp te bieden. (art. 3, 5 ) Met andere woorden ook in bemande centra waarbij de verantwoordelijke ver verwijderd is van de cellen zoals sommige fitnesscentra, wellnesscentra en dergelijke die een zonnebank ter beschikking stellen van de consument moet een systeem voorzien zijn waarbij de consument onmiddellijk hulp kan vragen, ingeval van nood. Dit kan bijvoorbeeld aangepast worden door een noodbel of een binnenhuistelefoon die verbonden is met de onthaalbalie te installeren. Op het document dat de consument moet dagtekenen voor ontvangst van de tekst die opgenomen is in bijlage II van het KB moet eveneens het huidtype dat de onthaalverantwoordelijke samen met de consument heeft bepaald, noteren. Bovendien moet de onthaalverantwoordelijke op het document verklaren en dagtekenen dat het huidtype in samenspraak met de consument werd bepaald. (art. 6, 2 en lid 2) Vanaf 1 augustus 2008 is elke onthaalverantwoordelijke medeverantwoordelijk voor de bepaling van het huidtype. Het is dan ook belangrijk dat het huidtype met de nodige aandacht wordt bepaald. Het ontvangstbewijs zal niet alleen door de consument gedagtekend worden maar ook door de onthaalverantwoordelijke. Zoals voorheen tekent de consument met vermelding van zijn / haar naam, adres en geboortedatum. Daar de nieuwe identiteitskaarten het adres van de consument niet meer vermelden moet het rijksregisternummer genoteerd worden. Indien de consument nog een oude identiteitskaart heeft, is het nummer van de identiteitskaart voldoende. De onthaalverantwoordelijke mag personen onder de 18 jaar en met een huidtype I niet toelaten in zijn zonnecentrum om gebruik te maken van zonnebanken of andere installaties die ultravioletstralen afgeven. (art. 6, 3 ) De leeftijd van 15 jaar wordt in het gewijzigde koninklijk besluit opgetrokken naar 18 jaar. Bovendien wordt het gebruik van zonnebanken ook verboden voor personen van het huidtype I. De tekst voorzien in bijlage I en II van het gewijzigde KB is veranderd en bijgevolg moet het bord beschreven in artikel 3, 2 van het KB aangepast worden. Eveneens moet de tekst met informatie die aan de consument moet overhandigd worden, aangepast worden. De onthaalverantwoordelijke moet op elk moment de volgende bewijsstukken ter beschikking van de bevoegde overheden houden. Het betreft de bewijsstukken over: de driemaandelijkse controle van de toestand van de lampen en de filters afhankelijk van de gebruiksintensiteit; (art. 6, 4 ) 3

4 de automatische aanpassing van de intensiteit en de gebruiksduur van de zonnebank aan van het huidtype van de consument, rekening houdend met de karakteristieken van de zonnebank en de gebruikte lampen; (art. 6, 4 ) de halvering van een normale dosis bij de eerste blootstelling van een sessie; (art. 6, 4 ) het toezicht dat er minstens 48 uur is tussen de eerste en tweede blootstelling van een sessie en minstens 24 uur tussen de volgende blootstellingen. (art. 6, 4 ) De ontvangstbewijzen getekend door hem en de consument. (art. 6 lid 2) De onthaalverantwoordelijke laat de overheid toe om kostenloos de nodige controles uit te voeren. (art. 6, 5 ) 2. De geautomatiseerde zonnecentra Naast de wijzigingen die hierboven werden opgesomd, moet een geautomatiseerd zonnecentrum aan de volgende wijzigingen voldoen. Elke handeling die uitgevoerd wordt aan het besturingssysteem en die aanleiding geeft tot het niet naleven van de voorwaarden van dit besluit, is verboden.( art. 2 bis) Met andere woorden alle besturingsystemen die om welke reden dan ook kunnen gemanipuleerd worden waardoor zij niet meer voldoen aan de voorwaarden van dit besluit zijn VERBODEN. Het feit dat een systeem kan uitgeschakeld worden tijdens bepaalde dagen of uren zal streng aangepakt worden. Zeker wanneer de uitschakeling leidt tot het niet naleven van: - het blootstellingschema - het niet naleven van de punten 3, 10, 11, 12 en 13 van artikel 3 en punt 3 van artikel 6 van het gewijzigde KB. Een dergelijke overtreding kan aanleiding geven tot toepassing van artikel 5 van de wet van (zie hieronder) Indien u een nieuw besturingssysteem aankoopt is het belangrijk dat uw leverancier hier aan voldoet en dat u hem de nodige schriftelijke garantie vraagt. Indien u een bestaand systeem heeft dat niet voldoet of indien u twijfels hieromtrent heeft is het aangeraden om uw leverancier om de nodige garantie te vragen. Naast de voorwaarden voor elk zonnecentrum, dient een automatisch zonnecentrum te voldoen aan volgende bijkomende voorwaarden: Een onthaalverantwoordelijke moet minstens 4 dagen per week, gedurende minstens 1 uur per dag aanwezig zijn in het zonnecentrum. (art. 4) De volgende vermeldingen moeten leesbaar en zichtbaar aangebracht worden: a) naam, ondernemings- en telefoonnummer van de uitbater; b) de dagen en uren waarop een onthaalverantwoordelijke in het zonnecentrum aanwezig is; c) een telefoonnummer waar de consument voor eventuele klachten, technische interventie, opmerkingen of andere vragen terecht kan. 4

5 3. Mogelijke maatregelen Naar gelang de ernst (de impact op de veiligheid) van de inbreuk(en) kunnen de volgende maatregelen genomen worden: 3.1. Proces verbaal van waarschuwing (PVW) Overeenkomstig artikel 22 2 van de wet van betreffende de veiligheid van producten en diensten, hierna de wet genoemd, kunnen de aangeduide ambtenaren een waarschuwing opstellen. Zij die de waarschuwing niet opvolgen kunnen gestraft worden met een geldboete van tot Deze boetes zijn al vermenigvuldigd met de gangbare opdeciemen. Concreet betekent dit dat de uitbater een waarschuwing krijgt en een periode opgelegd wordt waarbinnen hij de aanpassingen moet uitvoeren Pro Justitia (PJ) met minnelijke schikking De aangeduide ambtenaren kunnen processen verbaal opstellen wanneer zij overtredingen zoals bedoeld in artikel 23 van de wet vaststellen. Overeenkomstig artikel 21 van de wet kan dan aan de overtreder de betaling van een geldsom voorgesteld worden. Door die betaling vervalt de strafvordering. De bedragen die bij wijze van minnelijke schikking ter betaling worden voorgesteld aan de overtreder, mogen niet lager zijn dan 62,5 en niet hoger dan Bij samenloop van verscheidene overtredingen als bedoeld in artikel 23 van dezelfde wet, worden de sommen samengesteld waarbij het totale bedrag niet mag overschrijden. In geval van niet-betaling binnen de termijn vermeld in het voorstel van betaling, wordt het proces-verbaal overgezonden aan de procureur des Konings. In dit geval kunnen de geldboetes gaan: ( art. 23, 1) - van tot , voor zij die producten op de markt brengen waarvan zij op grond van Europese of Belgische normen weten of hadden moeten weten dat zij niet voldoen aan de in artikel 2 bedoelde waarborgen met betrekking tot de veiligheid en de bescherming van de gezondheid; zij die artikel 7 overtreden; zij die het, krachtens deze wet en de uitvoeringsbesluiten ervan, geregeld toezicht verhinderen; - van tot , voor zij die de bepalingen niet respecteren van een besluit of een beslissing genomen met toepassing van de artikelen 4, 5, 5bis of 6; zij die de waarschuwingen bedoeld in artikel 22 niet opvolgen. Concreet betekent dit dat een proces verbaal met de vaststellingen (tekortkomingen) wordt opgesteld ten laste van de firma. Hij moet deze tekortkomingen onmiddellijk aanpassen en een minnelijke schikking wordt voorgesteld. Bij niet betaling van het voorgestelde bedrag wordt het dossier overgemaakt aan het betrokken Parket van de procureur des Konings. 5

6 3.3. Artikel 6 De minister of zijn gemachtigde kan: - aan de producenten een waarschuwing richten en hen vragen de producten en diensten die zij aan de gebruiker aanbieden, in overeenstemming te brengen met artikel 2; - de betrokken producenten gelasten de producten of diensten die zij aan de gebruiker aanbieden, binnen een bepaalde termijn en op hun kosten, te onderwerpen aan de ontleding of aan de controle door een onafhankelijk laboratorium indien er, voor een product of een dienst die reeds op de markt zijn, voldoende aanwijzingen bestaan dat ze gevaarlijk zijn of indien de kenmerken van een nieuw product of een nieuwe dienst deze voorzorgsmaatregel rechtvaardigen. Zolang een product of een dienst niet werd onderworpen aan de met toepassing van dit artikel voorgeschreven ontleding of controle, wordt het geacht niet te beantwoorden aan de vereisten van artikel 2, tenzij het bewijs van het tegendeel geleverd wordt. Concreet wil dit zeggen dat de dienstverlening moet stopgezet worden totdat het product waarmee de dienst verleend wordt, gecontroleerd is door een onafhankelijk laboratorium Artikel 5, 1 van de wet In geval van ernstig risico kan de Minister of zijn gemachtigde voor een periode van ten hoogste één jaar, maximaal één maal met een periode van ten hoogste één jaar verlengbaar, een gemotiveerd totaal of gedeeltelijk verbod uitvaardigen voor of voorwaarden vaststellen voor de dienstverlening. Deze tijdelijke maatregel kan omgezet worden in een definitieve maatregel overeenkomstig de procedures bedoeld in artikel 4 van deze wet. Concreet wil dit zeggen dat de dienstverlening wordt stopgezet eventueel tot deze terug veilig wordt aangeboden Bewarend beslag Na inzage van de processen-verbaal opgemaakt op grond van artikel 19, kan het openbaar ministerie bevelen dat beslag zal worden gelegd op de producten die het voorwerp van de overtreding zijn en op elk product materiaal of apparaat waarmee een dienst kan worden verleend die het voorwerp van een overtreding is. De aangeduide ambtenaren kunnen, wanneer zij een overtreding van deze wet vaststellen, bewarend beslag leggen op de producten die het voorwerp van de overtreding zijn en op elk product materiaal of apparaat waarmee een dienst kan worden verleend die het voorwerp van een overtreding is. Het beslag moet door het openbaar ministerie worden bevestigd. De persoon bij wie beslag op de producten wordt gelegd, kan als gerechtelijk bewaarder daarvan aangesteld worden. In dit geval wordt een gerechtelijk dossier opgestart en kan het beslag enkel opgeheven worden door een vonnis dat een einde maakt aan de vervolging of door de seponering van de zaak. Het openbaar ministerie kan het beslag dat het gelast heeft, opheffen als de 6

7 overtreder eraan verzaakt de producten aan te bieden in de omstandigheden die tot vervolging aanleiding hebben gegeven; die verzaking houdt geen erkenning van de gegrondheid der vervolging in. 4. Nuttige informatie en links U kunt terecht op de volgende adressen: Voor een klacht bij - Algemene Directie Controle en Bemiddeling WTC III Simon Bolivarlaan Brussel Tel. : 32 (0) (Frans) 32 (0) (Nederlands Fax : 32 (0) Eco.Inspec@economie.fgov.be Voor algemene informatie betreffende deze materie bij - Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid Consumentenveiligheid North Gate III, Koning Albert II-laan 16, 1000 Brussel Tel. : Fax : safety.prod@economie.fgov.be Voor vragen over de verkoop van zonnebanken of technische vragen - Algemene Directie Energie Afdeling Infrastructuur North Gate III, Koning Albert II-laan, Brussel tel. 02/ Fax : 02/ gas.elec@economie.fgov.be) 7