Nationaal classificatiereglement. Classificatie Instituut. juni 2011

Transcriptie

1 Nationaal classificatiereglement Classificatie Instituut juni

2 2

3 Colofon Titel : Nationaal classificatiereglement Classificatie Instituut juni 2011 Auteur : Stichting Onbeperkt Sportief Postbus CE Bunnik Website : Contact : T E classificatie@onbeperktsportief.nl Classificatiekeuringen worden centraal voorbereid, uitgevoerd en afgehandeld door het Classificatie Instituut. Het Classificatie Instituut is onderdeel van de Stichting Onbeperkt Sportief. Het nationaal classificatiereglement is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met sportbonden en NOC*NSF Stichting Onbeperkt Sportief Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd bestand of openbaar gemaakt in enige vorm of enige wijze, zonder toestemming vooraf van Onbeperkt Sportief. 3

4 Vooraf 1. Korte introductie op classificeren Als in wedstrijdverband gesport wordt, maakt juist een eerlijke sportieve strijd tussen gelijkwaardige sporters de wedstrijden spannend en aantrekkelijk. Om dit te realiseren, worden sporters vaak ingedeeld in categorieën. Denk aan een indeling man/vrouw, een indeling op basis van gewicht en/of leeftijd. In de gehandicaptensport is classificatie een aanvullend middel om sporters met een functionele beperking in te delen in klassen. Nationaal en internationaal wordt met deze classificaties gewerkt. 2. Doel en doelgroep In Nederland worden classificatiekeuringen centraal voorbereid, uitgevoerd en afgehandeld door het Classificatie Instituut. Het Classificatie Instituut is onderdeel van de Stichting Onbeperkt Sportief. Het Classificatie Instituut heeft in dit nationaal classificatiereglement haar eigen werkwijze en de werkwijze met betrekking tot betrokken organisaties en personen vastgelegd. Het classificatiereglement is bestemd voor alle bij het classificatieproces betrokken organisaties en personen. Dit zijn met name sportbonden, geclassificeerde en te classificeren sporters met een handicap en hun coaches, trainers, begeleiders en classifiers. 3. Structuur Het nationaal classificatiereglement bestaat uit vier inhoudelijke onderdelen: A. Algemeen In deel A worden de belangrijkste kaders van classificatie geschetst. B. De classificatiekeuring De werkwijze, het classificatieproces en de rechten en plichten van sporters, begeleiders en sportbonden komen in deel B aan de orde. C. Het Classificatie Instituut De besturing, visie en de rechten en plichten van het Classificatie Instituut zijn weergegeven in deel C van het classificatiereglement. D. Protest en Beroep In deel D wordt op hoofdlijnen de mogelijkheid tot het indienen van protest en beroep behandeld met de bijbehorende werkwijze. Bijlagen Als bijlagen zijn tenslotte diverse documenten opgenomen waarnaar in het classificatiereglement verwezen wordt. In de meeste bijlagen wordt een uitgebreidere procedure of werkwijze weergegeven. De bijlagen worden beschouwd als een integraal onderdeel van het classificatiereglement en zijn openbaar en opvraagbaar. NB 1. Waar in dit document hij staat, wordt hij/zij bedoeld. NB 2. In dit document wordt veelal het begrip handicap gebruikt, dit is niet conform de definitie van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), echter gezien de meest gebruikte spreektaal is gekozen voor deze term in plaats van stoornis of beperking. 4

5 Inhoudsopgave 1. KORTE INTRODUCTIE OP CLASSIFICEREN DOEL EN DOELGROEP STRUCTUUR... 4 A. Algemeen... 4 B. De classificatiekeuring... 4 C. Het Classificatie Instituut... 4 D. Protest en Beroep... 4 Bijlagen... 4 A. ALGEMEEN INLEIDING... 7 a. IPC Classificatiecode... 7 b. Nederlandse situatie DOEL NATIONAAL CLASSIFICATIEREGLEMENT UITGANGSPUNT BIJ CLASSIFICATIE... 8 B. CLASSIFICATIEKEURING ALGEMEEN NATIONALE CLASSIFICATIE; HANDICAPKLASSE EN STATUS... 9 a. Klasse-indeling... 9 b. Status HET PROCES VAN EEN CLASSIFICATIEKEURING... 9 Proces per handicapgroep UITVOERING CLASSIFICATIEKEURING...10 Indeling in sportklasse CLASSIFICATIERESULTATEN...11 a. Toekenning van een klasse...11 b. Toekenning klasse NE (niet toegelaten tot een klasse)...11 c. Toekenning klasse IM (moedwillige misleiding) NIVEAUS EN BEVOEGDHEDEN VAN CLASSIFIERS...12 a. Aspirant classifier in opleiding...12 b. Aspirant classifier...12 c. Nationaal (Trainee) classifier...12 d. (Internationaal) Classifier CLASSIFICATIEPANEL RECHTEN EN PLICHTEN VAN CLASSIFIERS

6 9. NATIONALE CLASSIFICATIEKAART EN PAS...13 a. Nationale classificatiekaart...13 b. Tijdelijk classificatiebewijs...13 c. Nationale classificatiepas DISPENSATIE RECHTEN EN PLICHTEN VAN DE SPORTER...14 a. Rechten van de sporter...14 b. Plichten van de sporter RECHTEN EN PLICHTEN VAN DE BEGELEIDER...15 a. Rechten van de begeleider...15 b. Plichten van de begeleider RECHTEN EN PLICHTEN VAN DE SPORTBOND...15 a. Rechten van de sportbond...15 b. Plichten van de sportbond...16 C. HET CLASSIFICATIE INSTITUUT INLEIDING BESTURING VISIE CLASSIFICATIE INSTITUUT RECHTEN EN PLICHTEN VAN HET CLASSIFICATIE INSTITUUT...17 a. Rechten...17 b. Plichten...18 D. PROTEST EN BEROEP INLEIDING PROTEST BEROEP...19 E. OVERIGE BEPALINGEN EN VASTSTELLING BIJLAGEN BIJLAGE 1. BEGRIPSBEPALINGEN EN AFKORTINGENLIJST...22 A. Begrippenlijst...22 B. Afkortingenlijst...23 BIJLAGE 4. PROTEST- EN BEROEPSREGLEMENT Begripsbepalingen en algemene bepalingen Protest Beroep

7 A. Algemeen 1. Inleiding Binnen de wedstrijdsport voor mensen met handicap staat fairplay voorop. Classificatie draagt bij aan het waarborgen van eerlijke wedstrijdsport voor mensen met een handicap. Het indelen van sporters in verschillende handicapklassen is noodzakelijk; immers eerlijke sportbeoefening leidt tot spannendere wedstrijden en meer sportplezier en vormt daarmee de basis van een gezonde groei in de gehandicaptensport. Classificatie is niet alleen een instrument voor de wedstrijd- en topsport, maar neemt met name in talentontwikkeling een belangrijke plaats in. Classificatie oftewel de klasse-indeling wordt bepaald door het uitvoeren van keuringen bij sporters met een lichamelijke handicap dan wel een analyse en controle van aangeleverde gegevens bij sporters met een visuele of verstandelijke handicap. 1 a. IPC Classificatiecode Het International Paralympic Committee (IPC) heeft in de Classificatiecode en bijbehorende richtlijnen een raamwerk gecreëerd waarbinnen IPC, de Internationale Federaties (IF), de Nationale Paralympisch Comités (NPC) en de Nationale Federaties (NF) oftewel sportbonden classificaties dienen te regelen. De Classificatiecode zorgt hiermee voor een consistent internationaal en nationaal beleid ten aanzien van classificatie. Voor alle duidelijkheid: de IPC Classificatiecode vormt het raamwerk voor dit nationaal classificatiereglement 2 en is in te zien of te downloaden via b. Nederlandse situatie In Nederland vormt NOC*NSF de werkorganisatie van het Nederlands Paralympisch Comité. NOC*NSF is in Nederland eindverantwoordelijk waar het gaat om het conform de IPC Classificatiecode uitvoeren van classificaties. In 2006 zijn de sportbonden, NOC*NSF en Onbeperkt Sportief overeen gekomen dat de classificatiekeuringen centraal worden voorbereid, uitgevoerd en afgehandeld door het Classificatie Instituut (CI). Het Classificatie Instituut is onderdeel van de Stichting Onbeperkt Sportief. Samenwerking tussen sportbonden en het Classificatie Instituut Een sportbond heeft de verantwoordelijkheid om in haar tak van sport te zorgen voor een eerlijke sportieve strijd. Binnen de gehandicaptensport is classificatie hierbij een aanvullend hulpmiddel. De sportbond is verantwoordelijk voor het sportspecifiek toepassen van de classificatieregels binnen haar eigen nationale wedstrijden en competities en bij deelname aan internationale ontmoetingen. Door de juiste toepassing, die de sportbond samen met het Classificatie Instituut tot stand brengt, zorgt de sportbond ervoor dat de classificatieregels in overeenstemming zijn met de IPC Classificatiecode. Het Classificatie Instituut kan op haar terrein sportbonden adviseren en ondersteunen bij het scouten en selecteren van talenten en bij (inter)nationale classificatievraagstukken. Het Classificatie Instituut 1 De classificatie/registratie van sporters met een auditieve handicap wordt verzorgd door de Koninklijke Nederlandse Doven Sport Bond. Dit reglement heeft hier dan ook geen betrekking op. 2 De IPC Classificatiecode is min of meer vergelijkbaar met de Wereld Anti-Doping Code van de World Anti-Doping Agency (WADA). Net als de IPC code is dit een internationaal opgelegd systeem van reglementen en werkwijzen die door alle (inter-) nationale sportfederaties gevolgd dient te worden. 7

8 kan in overleg en nauwe samenwerking met de sportbond de toepassing van het (sportspecifieke) classificatiesysteem uitvoeren. 2. Doel nationaal classificatiereglement Het doel van het nationaal classificatiereglement is het vastleggen van de interne werkwijze en verantwoordelijkheden van het Classificatie Instituut en de werkwijze en verantwoordelijkheden ten opzichte van de bij het classificatieproces betrokken organisaties en personen. Het classificatiereglement is openbaar en bestemd voor alle bij het classificatieproces betrokken organisaties en personen. Het nationaal classificatiereglement heeft, evenals de IPC Classificatiecode, tot doel dat: 1. alle betrokken zich verantwoordelijk voelen voor eerlijke competitie en fairplay; 2. de classificatiekeuringen conform de internationale richtlijnen worden uitgevoerd; 3. de klasse en status van een sporter kan worden bepaald; 4. de rechten en plichten van alle betrokkenen helder zijn en worden nageleefd; 5. de verantwoordelijkheden van de diverse betrokkenen duidelijk zijn; 6. de mogelijkheden tot protest (op de uitslag) en beroep (op het proces) zijn vastgelegd. In dit reglement is zo compact mogelijk de werkwijze en verantwoordelijkheden van het Classificatie Instituut en de direct betrokken organisaties en personen beschreven. Waar relevant wordt verwezen naar bijlagen. Hierin worden diverse onderdelen verder inhoudelijk uitgediept. 3. Uitgangspunt bij classificatie Het gehele classificatiesysteem is erop gericht dat een sporter met een permanente functiebeperking de mogelijkheid krijgt te sporten tegen gelijkwaardige tegenstanders. Dit betekent dat de functionele stoornis relevant is in relatie tot de sportprestatie. De classificatiekeuring en de daarbij behorende indeling in een klasse is sportspecifiek. Echter voor sporters met een visuele- of verstandelijke beperking is op nationaal niveau de indeling voor alle takken van sport generiek. In bijlage 1 worden de meest voorkomende begrippen uit dit classificatiereglement nader toegelicht. In deze bijlage is eveneens een afkortingenlijst opgenomen. 8

9 B. Classificatiekeuring 1. Algemeen Classificeren is een aanvullend middel om sporters met een functionele beperking in te delen in klassen. Deze klasse-indelingen worden uitgevoerd door classifiers. Om de classificatiekeuringen op een verantwoorde wijze uit te voeren, is het noodzakelijk om voldoende goed opgeleide classifiers beschikbaar te hebben. Alle nationale classificaties uitgevoerd door het Classificatie Instituut worden afgenomen door gekwalificeerde classifiers. 2. Nationale classificatie; handicapklasse en status a. Klasse-indeling Tijdens een nationale classificatie wordt bepaald of de sporter voldoet aan de minimale handicapeis. Vervolgens wordt op basis van zijn functionele mogelijkheden de handicapklasse bepaald waarin een sporter tijdens nationale wedstrijden kan uitkomen. De geldende klasse-indelingen zijn sporttakspecifiek en worden bepaald door de verantwoordelijke IF s. Wanneer tijdens een door de IF erkende internationale classificatiekeuring de klasse-indeling afwijkt van de toegekende nationale classificatie, dan is het internationale classificatieresultaat geldend. Dit resultaat wordt door het Classificatie Instituut overgenomen. 3 b. Status Een nationale classificatiekeuring kan -naast de klasse-indeling- resulteren in een nationale classificatiestatus, de zogenaamde New status (N) 4. Deze status wordt gekoppeld aan een tak van sport en samen met de handicapklasse vermeld op de classificatiepas. De N-status geeft de sporter de mogelijkheid om deel te nemen aan wedstrijden op nationaal niveau. Als aanvulling op de N-status kan een tijdelijk karakter aan deze status worden toegekend in verband met de jonge leeftijd van de sporter of vanwege een onvolledig beeld van de beperking. Om te mogen deelnemen aan internationaal gesanctioneerde wedstrijden, dient een sporter met een N-status tijdens de eerste wedstrijd waarnaar hij wordt uitgezonden internationaal geclassificeerd te worden. 3. Het proces van een classificatiekeuring Een te classificeren sporter vult het voor zijn handicap relevante classificatieaanvraagformulier volledig en naar waarheid in en stuurt dit samen met eventuele aanvullende gegevens naar het Classificatie Instituut. Indien de sporter minderjarig is of niet handelingsbekwaam, is op het aanvraagformulier ook een handtekening van de wettelijk vertegenwoordiger vereist. Met de ondertekening van het aanvraagformulier verklaart de sporter akkoord te gaan met de Voorwaarden classificatiekeuringen; sporters en begeleiders (bijlage 2). Na ontvangst van het aanvraagformulier ontvangt de sporter van het Classificatie Instituut vervolgens informatie over het keuringsproces. Indien relevant ontvangt de sporter een uitnodiging voor de classificatiekeuring. 3 Uitzondering hierop kan zijn dat een sporter met een veranderd niveau van beperking een nationale herkeuring ondergaat en daarmee nationale wedstrijden speelt. Zodra hij (weer) internationaal gaat spelen zal ook op dat niveau een herkeuring dienen plaats te vinden 4 Andere uitkomsten van een classificatiekeuring kunnen zijn: NE: Not eligible, niet in aanmerking komend voor desbetreffende sportklasse (zie voor meer informatie B5); IM: Intentional Misrepresentation, moedwillige misleiding (zie voor meer informatie B5); Dispensatieverlening (zie voor meer informatie B10). 9

10 De resultaten van alle keuringen die door het Classificatie Instituut worden uitgevoerd, oftewel de indeling in de handicapklasse, status en classificatiedatum worden in een zogeheten masterlist door het Classificatie Instituut gepubliceerd. Proces per handicapgroep Voor de diverse handicapgroepen verschilt het classificatieproces: a. Sporters met een lichamelijke handicap Bij sporters met een lichamelijke handicap is een classificatiekeuring door een classificatiepanel noodzakelijk om te komen tot een oordeel over de volgende aspecten: voldoet de sporter aan de sportspecifieke minimale handicapeis; wat is de klasse waarin de sporter kan deelnemen aan nationale wedstrijden; de status van de klasse (in Nederland: N of N met een einddatum) b. Sporters met een visuele handicap en sporters met een verstandelijke handicap Bij sporters met een visuele handicap en sporters met een verstandelijke handicap is de nationale classificatie niet gerelateerd aan een tak van sport. Een extern deskundige legt objectief de mate van handicap vast. Een classifier beoordeelt vervolgens op basis van deze objectieve informatie of een sporter voldoet aan de minimale handicapeis en of een nationale classificatiepas verstrekt kan worden. De meest recente procedure inclusief het aanvraagformulier is per handicapgroep te vinden op de website. 4. Uitvoering classificatiekeuring Het uitvoeren van een nationale classificatiekeuring wordt gedaan volgens de internationaal geldende sporttakspecifieke classificatieregels. Een sporter die een classificatiekeuring aanvraagt, wordt geacht op de hoogte te zijn van onderstaande aspecten: de sporter is in staat om de sporttak waarvoor hij geclassificeerd wordt technisch en conditioneel voldoende uit te oefenen; de sporter is in beginsel lid van een vereniging aangesloten bij de sportbond die de competitie van betreffende tak van sport organiseert. Uiteraard worden de classificatiekeuringen uitgevoerd in daarvoor geschikte accommodaties. Indeling in sportklasse a. Sporters met een lichamelijke handicap De classificatie van een sporter met een lichamelijke handicap is gerelateerd aan de tak van sport. Om de handicapklasse te bepalen wordt gebruik gemaakt van medische gegevens, biomechanica, functionele anatomie en tevens het analyseren van de specifieke sporttechnische uitvoering van bewegingen in die tak van sport. Om uiteindelijk in een handicapklasse te kunnen uitkomen, dient de sporter te voldoen aan de minimale handicapeis voor de betreffende tak van sport. b. Sporters met een visuele handicap De nationale classificatie van een sporter met een visuele handicap is nog niet gerelateerd aan de tak van sport waardoor het mogelijk wordt om de benodigde objectieve metingen te laten uitvoeren door een eigen oogarts of optometrist. Deze legt het visuele vermogen van de sporter objectief vast. Een classifier beoordeelt op basis van deze testgegevens of de sporter voldoet aan de minimale handicapeis. 10

11 c. Sporters met een verstandelijke handicap De nationale classificatie van een sporter met een verstandelijke beperking is voor de meeste takken van sport nog niet gerelateerd aan de tak van sport 5. Bij het classificeren op nationaal niveau worden aangeleverde testgegevens met betrekking tot de verstandelijke vermogens van de sporter beoordeeld door een doelgroepdeskundige classifier 6. Deze classifier wordt ingeschakeld door het Classificatie Instituut. Als geen testgegevens aanwezig zijn, dient een IQ-test en zelfredzaamheidtest te worden afgenomen. Verder verklaart de trainer/coach door het beantwoorden van een aantal vragen dat er een aantoonbare relevantie is tussen de te leveren sportprestatie en de verstandelijke handicap. Ook deze verklaring wordt beoordeeld door de classifier. d. Sporters met een auditieve handicap De classificatie van een sporter met een auditieve handicap is niet gerelateerd aan de tak van sport waardoor het mogelijk wordt om de classificatie uit te laten voeren door de eigen audioloog of audicien. De registratie van de sporters met een auditieve handicap ligt in handen van de Koninklijke Nederlandse Doven Sport Bond (KNDSB). Zie voor meer informatie de website van de KNDSB ( 5. Classificatieresultaten a. Toekenning van een klasse In de meeste gevallen zal een classificatiekeuring leiden tot het toekennen van een handicapklasse. Bij een wedstrijd zal een sporter uitkomen in de toegekende handicapklasse. b. Toekenning klasse NE (niet toegelaten tot een klasse) Een mogelijke uitslag van een classificatiekeuring is dat de sporter niet voldoet aan de minimale handicapeis (voor de betreffende tak van sport). Deze uitslag wordt weergegeven als NE 7. De klasse NE kan eveneens worden toegekend wanneer een sporter niet meewerkt tijdens de classificatiekeuring, bijvoorbeeld omdat (tijdelijke) pijnklachten hem verhinderen bepaalde functionaliteiten te laten zien. In dit laatste geval is, afhankelijk van het besluit van het classificatiepanel, nog een herkeuring mogelijk. c. Toekenning klasse IM (moedwillige misleiding) De sporter zorgt ervoor dat het classificatiepanel tijdens de gehele keuring het juiste beeld krijgt van zijn functionele mogelijkheden. De consequentie van het opzettelijk verlagen van zijn getoonde vaardigheden tijdens een classificatiekeuring betekent het toekennen van de klasse IM. Een sporter met de klasse IM kan (door de eigen sportfederatie) voor twee jaar worden uitgesloten van deelname aan nationale wedstrijden. Bij de publicaties van de resultaten, wordt IM 8 achter de naam van de sporter vermeld. Verlaagt de sporter bij een eventuele nieuwe keuring opnieuw zijn vaardigheden, dan kan de sporter voor altijd uitgesloten worden van deelname aan nationale wedstrijden. 9 Kortom: Toekenning van de klasse NE en IM houdt in beide voorgenoemde gevallen in dat de sporter niet op nationaal niveau mag uitkomen in de betreffende tak van sport. 5 De internationale classificatiekeuring voor sporters met een verstandelijke handicap zal -conform de IPC Code- sportspecifiek gemaakt moeten worden. 6 De betreffende deskundige is bij de betreffende beroepsvereniging geregistreerd als psycholoog of orthopedagoog en erkend door INAS als National Eligibility Officer. 7 NE betekent in het Engels not eligible en wordt vertaald als niet in aanmerking komend voor desbetreffende sportklasse. 8 IM betekent in het Engels intentional misinterpretation en wordt vertaald als moedwillige misleiding. 9 Deze regelgeving maakt onderdeel uit van de IPC Classificatiecode. 11

12 6. Niveaus en bevoegdheden van classifiers In Nederland zijn classifiers werkzaam op verschillend niveau met de daarbij behorende bevoegdheden: a. Aspirant classifier in opleiding De aspirant classifier in opleiding volgt de Nederlandse basismodule classificatie. Hij heeft geen bevoegdheden en maakt geen officieel onderdeel uit van een nationaal classificatiepanel. De aspirant classifier in opleiding kan echter wel observeren bij het uitvoeren van classificaties. b. Aspirant classifier De aspirant classifier heeft de volledige opleiding Aspirant Classifier (theorie en praktijk) met goed gevolg afgesloten. De aspirant classifier kan onder verantwoordelijkheid van een internationaal gekwalificeerd classifier onderdeel uitmaken van een nationaal classificatiepanel. Het Classificatie Instituut kan aspirant classifiers vragen om op internationaal niveau verder opgeleid te worden. Dit wordt veelal ingevuld door middel van internationale seminars, georganiseerd door de internationale federaties: c. Nationaal (Trainee) classifier De trainee classifier volgt een cursus of seminar georganiseerd door een internationale sportfederatie, maar is internationaal nog niet gecertificeerd als classifier. De trainee classifier kan onder verantwoordelijkheid van een internationaal gekwalificeerd classifier onderdeel uitmaken van een nationaal classificatiepanel. d. (Internationaal) Classifier De classifier heeft met goed gevolg de training van een IF afgerond en is door de IF gecertificeerd als internationaal classifier. 7. Classificatiepanel Een classificatiepanel wordt ingezet bij de classificatie van sporters met een lichamelijke handicap. Een classifier maakt bij classificatiekeuringen van deze doelgroep te allen tijde onderdeel uit van een classificatiepanel. Het classificatiepanel is verantwoordelijk voor het deskundig, zorgvuldig en conform de nationaal en internationaal geldende richtlijnen uitvoeren van de classificatiekeuring. Het classificatiepanel bestaat, afhankelijk van de tak van sport, uit minimaal twee gecertificeerde classifiers. Tenminste één van de classifiers in het panel is internationaal gekwalificeerd. Een aspirant classifier of trainee classifier kan onder leiding van een internationaal classifier onderdeel uitmaken van het classificatiepanel 10. In een panel heeft bij voorkeur één van de classifiers een (para-)medische achtergrond en één een sporttechnische achtergrond. Een classificatiekeuring kan bestaan uit een aantal onderdelen: 1. medische of functionele testen 2. sporttechnische testen 3. observatie gedeelte (tijdens training of wedstrijden) 10 Het streven is om bij alle classificaties en in alle takken van sport internationaal opgeleide classifiers in te zetten. Het Classificatie Instituut heeft het recht om in uitzonderlijke gevallen hiervan af te wijken indien geen internationaal gekwalificeerd classifier voor deze sport beschikbaar is. 12

13 Een nationaal classificatiepanel wordt geleid door de hoogst opgeleide en meest ervaren classifier. Het classificatiepanel is verantwoordelijk voor: 1. de beoordeling of de sporter voldoet aan de sportspecifieke minimale handicapeis; 2. de handicapklasse die wordt toegewezen aan de sporter; 3. de status van de klasse ( geldigheidsduur ). 8. Rechten en plichten van classifiers Alle inzetbare classifiers zijn met een Overeenkomst van Opdracht (OvO) verbonden aan het Classificatie Instituut en tekenen eveneens de gedragscode 11 voor classifiers (bijlage 3). In deze gedragscode is de werkwijze van classifiers vastgelegd inclusief het door Onbeperkt Sportief opgestelde algemene gedragsreglement seksuele intimidatie, pesten en agressie. In de gedragscode voor classifiers zijn de rechten en plichten uitgebreid omschreven. 9. Nationale classificatiekaart en pas a. Nationale classificatiekaart De resultaten van een classificatiekeuring worden door de classifiers geregistreerd op een nationale classificatiekaart. Deze kaart maakt onderdeel uit van het sportersdossier dat volgens de richtlijnen van het College bescherming persoonsgegevens beheerd wordt door het Classificatie Instituut. De sporter ontvangt een afschrift van de nationale classificatiekaart. b. Tijdelijk classificatiebewijs Meteen na afloop van de classificatiekeuring ontvangt de sporter een tijdelijk classificatiebewijs. Dit tijdelijk bewijs geeft de sporter de mogelijkheid om zonder officiële nationale classificatiepas deel te nemen aan wedstrijden. c. Nationale classificatiepas Binnen drie weken nadat het Classificatie Instituut de classificatie-uitslag van de classifier heeft ontvangen, ontvangt de sporter de officiële nationale classificatiepas. Op deze pas is op beknopte wijze het resultaat van de keuring en de status vastgelegd. De sporter wordt geacht deze nationale classificatiepas te kunnen tonen tijdens wedstrijden. De vereniging en sportbond waarvan de sporter lid is, ontvangen een kopie van de brief over de uitslag. De nationale classificatiepas is in principe onbeperkt geldig, tenzij het classificatiepanel dit nadrukkelijk anders heeft aangegeven (zie B2, handicapklasse-indeling). Andere redenen van een beperkte geldigheidsduur kunnen zijn: verandering van de fysieke mogelijkheden van de sporter. In dit geval, meldt de sporter zich bij het Classificatie Instituut en zal opnieuw een classificatiekeuring plaatsvinden. verandering van de internationale classificatieregels. In dit geval zal het Classificatie Instituut betreffende sporters en hun sportbonden informeren en indien nodig opnieuw keuren. 11 De gedragscode maakt onderdeel uit van een uitgebreide handleiding voor classifiers. 13

14 10. Dispensatie Bij een aantal sporttakken kunnen sporters met een handicap op basis van dispensatieregels, deelnemen aan de reguliere nationale wedstrijdsport. In die sporttakken zijn aanvullende regels nodig. In veel gevallen zouden sporters door hun beperking gediskwalificeerd worden, de dispensatieregeling is er om dit te voorkomen, oftewel een sporter wordt toegestaan met gebruik van hulpmiddelen en/of aanpassingen deel te nemen in regulier wedstrijdverband. Bij de sportspecifieke classificatiekeuring wordt, naast het indelen in handicapklassen, beoordeeld voor welke dispensaties (aanvullende regels, gebruik hulpmiddelen, andere beoordeling ed.) de sporter in aanmerking komt. In nauw overleg met de betreffende sportbonden en het Classificatie Instituut worden nationale dispensatieregelingen opgesteld en de samenwerking vastgelegd. In deze regelingen is het van belang om, in ieder geval, de volgende aspecten vast te leggen: Een classifier beoordeelt voor welke dispensatie(s) de sporter in aanmerking komt om te kunnen deelnemen aan reguliere wedstrijden. Aan een sporter met de klasse NE kan een dispensatie worden verleend voor deelname aan reguliere wedstrijden. Eventueel verleende dispensatie(s) worden geregistreerd op de nationale classificatiepas. NB 1. Eventueel kan een tijdsperiode worden aangegeven waarvoor de dispensatie geldt. NB 2. Internationaal toegekende dispensaties (als onderdeel van de toegekende handicapklasse) worden op nationaal niveau toegepast en eventueel aangevuld. Nationaal verleende dispensaties worden internationaal niet erkend. 11. Rechten en plichten van de sporter In het document Voorwaarden classificatiekeuringen; sporters en begeleiders (bijlage 2) zijn de algemene richtlijnen met betrekking tot classificatiekeuringen geformuleerd. Hieronder staan de belangrijkste rechten en plichten van de sporter vermeld. a. Rechten van de sporter 1. De sporter heeft recht op een professioneel en volgens de regels uit te voeren classificatiekeuring. 2. De sporter heeft bij een klacht over de uitslag van de classificatiekeuring en/of het doorlopen proces de mogelijkheid tot het indienen van protest en beroep. 3. Zie hoofdstuk D en de volledige versie van het protest- en beroepsreglement (bijlage 4) voor meer informatie. b. Plichten van de sporter 1. De sporter ondertekent bij het aanvragen van de classificatiekeuring een formulier waarmee hij de voorwaarden verbonden aan de classificatiekeuring accepteert. 2. De sporter verleent tijdens het gehele classificatieproces volledige medewerking. 3. De sporter zorgt dat het classificatiepanel tijdens de gehele classificatiekeuring het juiste beeld krijgt van zijn functionele mogelijkheden. 4. De sporter draagt zorg dat zijn begeleider op de hoogte is van het nationaal classificatiereglement en de voorwaarden voor een classificatiekeuring. 14

15 12. Rechten en plichten van de begeleider In het document Voorwaarden classificatiekeuringen; sporters en begeleiders 12 (bijlage 2) zijn de algemene regels met betrekking tot classificatiekeuringen geformuleerd. Hieronder staan de belangrijkste rechten en plichten van de begeleider vermeld. a. Rechten van de begeleider 1. Eén begeleider mag bij de classificatiekeuring aanwezig zijn. b. Plichten van de begeleider 1. Een begeleider zorgt ervoor dat de sporter volledige medewerking verleent tijdens het gehele classificatieproces. 2. Een begeleider die de sporter aanzet tot overtreding van de regels volgt ook voor de begeleider een sanctie. 3. Een begeleider zal zich niet technische en inhoudelijk bezig houden met de classificatiekeuring. 13. Rechten en plichten van de sportbond De sportspecifieke classificatieregels dienen in overeenstemming te zijn met de IPC Classificatiecode. Classificeren is een specialistische materie en het Classificatie Instituut kan deze taak centraal uitvoeren voor sportbonden. Samenwerking tussen sportbonden en het Classificatie Instituut is van essentieel belang (zie hiervoor ook paragraaf A1b onder het kopje Samenwerking tussen sportbonden en het Classificatie Instituut ). a. Rechten van de sportbond 1. Het Classificatie Instituut zorgt voor het uitvoeren van de classificatiekeuringen van de leden van de sportbond. 2. Het Classificatie Instituut administreert en beheert de resultaten van (inter)nationale classificatiekeuringen van leden van de sportbond en publiceert deze via haar Classificatie masterlist. 3. Het Classificatie Instituut informeert de sportbond over de keuringsuitslag van haar geclassificeerde (potentiële) leden. 4. Het Classificatie Instituut informeert de sportbond periodiek over relevante ontwikkelingen. 5. Het Classificatie Instituut stelt, waar relevant en in overleg met de sportbond dispensatieregelingen op. De classifier 13 of het classificatiepanel 14 beoordeelt of een sporter hiervoor in aanmerking komt. 6. De sportbond kan bij het Classificatie Instituut experts voor de eigen tak van sport voordragen die in aanmerking komen voor nationale en internationale classifiersopleidingen. 7. Het Classificatie Instituut overlegt met de sportbond ten aanzien van het werven, instroom/inzetbaarheid en doorstroom van classifiers in de voor de sportbond relevante tak van sport. 12 Dit document maakt onderdeel uit van het document Informatie over classificatie voor sporters en verenigingen. 13 Een individuele classifier beoordeelt of een sporter met een visuele of verstandelijke handicap in aanmerking komt voor de met de sportbond afgesproken dispensatieregeling. 14 Het classificatiepanel beoordeelt voor sporters met een lichamelijke handicap of deze in aanmerking komt voor de met de sportbond afgesproken dispensatieregeling. 15

16 8. Het Classificatie Instituut overlegt met de sportbond over de inzet van classifiers bij bondsactiviteiten rondom talentherkenning. b. Plichten van de sportbond 1. De sportbond informeert het Classificatie Instituut over de resultaten van de internationaal uitgevoerde classificatiekeuringen van haar leden (NB Het Classificatie Instituut verzorgt dan, indien de sporter reeds nationaal gekeurd is, kosteloos een nieuwe classificatiepas). 2. De sportbond stelt het Classificatie Instituut op de hoogte over eventuele wijzigingen in de (internationale) classificatiereglementering binnen de betreffende tak van sport. 3. De sportbond draagt zorg voor toepassing van het (sportspecifieke) classificatiesysteem bij de nationale wedstrijdsport en internationale ontmoetingen. 16

17 C. Het Classificatie Instituut 1. Inleiding Classificeren is een ingewikkelde en specialistische materie voor een relatief kleine doelgroep. Het is echter randvoorwaardelijk voor het beoefenen van gehandicaptensport in zowel nationaal als internationaal verband. Classificatie vraagt een goede nationale organisatie die naar verhouding veel menskracht, kennis, ervaring en middelen vereist. Op nationaal niveau worden de classificatiekeuringen daarom in nauwe samenwerking met sportbonden centraal voorbereid, uitgevoerd en afgehandeld door het Classificatie Instituut. Het Classificatie Instituut opereert onafhankelijk, transparant en conform de vastgestelde (inter-)nationale reglementen en procedures. 2. Besturing De Raad van Bestuur van Onbeperkt Sportief stelt in overleg met NOC*NSF (NPC), de Commissie van Toezicht aan. De samenstelling van de Commissie van Toezicht is een afspiegeling van de stakeholders en bestaat minimaal uit: een onafhankelijk voorzitter, een vertegenwoordiger van NOC*NSF en een vertegenwoordiger van Onbeperkt Sportief. De Commissie van Toezicht toetst de processen en procedures aan het nationaal classificatiereglement en de internationaal opgelegde criteria. De Commissie van Toezicht houdt zich niet bezig met individuele gevallen en -geschillen. Dit is een taak van de Commissie van Beroep. Deze commissie wordt aangesteld door de Raad van Bestuur van Onbeperkt Sportief en handelt klachten van individuen ten aanzien van het classificatiekeuringsproces af (zie verder in paragraaf D). 3. Visie Classificatie Instituut Nationale classificaties worden in Nederland conform de internationale richtlijnen uitgevoerd door het Classificatie Instituut. Het Classificatie Instituut voert veilige en betrouwbare procedures uit die aansluiten op de internationale eisen en structuren. Het Classificatie Instituut is bovenal betrouwbaar, betrokken, bereikbaar en biedt sportbonden en sporters zekerheid. 4. Rechten en plichten van het Classificatie Instituut a. Rechten 1. Het Classificatie Instituut verwacht, voor het op goede wijze uitvoeren van het gehele classificatieproces, van alle betrokkenen (sporters, coaches/begeleiders, classifiers, bonden, verenigingen en wedstrijdorganisaties) relevante en betrouwbare informatie. 2. Het Classificatie Instituut publiceert de resultaten van classificaties en eventuele overtredingen 15 in een openbare nationale masterlist. 3. Indien vereist meldt het Classificatie Instituut de classificatieresultaten en overtredingen bij de IF s. 4. Het Classificatie Instituut heeft het recht om classifiers uit te zenden naar internationale seminars/scholingsbijeenkomsten. 5. Het Classificatie Instituut hanteert voor het zorgvuldig doorlopen van de diverse procedures een minimale doorlooptijd. 15 De classificatieresultaten NE en MI (kunnen) worden beschouwd als overtreding. Zie voor meer informatie over de betekenis hoofdstuk B5. 17

18 b. Plichten 1. Het Classificatie Instituut is verantwoordelijk voor zorgvuldige en gereglementeerde procedures (conform de IPC Classificatiecode) om een eerlijk, transparant en betrouwbaar systeem van nationale classificatiekeuringen aan te bieden. 2. Het Classificatie Instituut opereert bij het uitvoeren van de classificatiekeuringen van sporters objectief en onafhankelijk van bonden, verenigingen of organisatiecomités van (inter)nationale kampioenschappen. 3. Het Classificatie Instituut beheert een veilig, actueel en door het College bescherming persoonsgegevens (CBP) geregistreerd archief met classificatiegegevens Het Classificatie Instituut communiceert regelmatig relevante informatie voor betrokkenen en draagt zorg voor kennisuitwisseling en voorlichting. 5. Het Classificatie Instituut is verantwoordelijk voor voldoende goed opgeleide en professioneel werkende classifiers. 6. Het Classificatie Instituut is verantwoordelijk voor een geschikte locatie en een goede voorbereiding van de classificatiekeuringen. 7. Het Classificatie Instituut is verantwoordelijk voor het zorgvuldig en op juiste wijze afhandelen van individuele protesten en klachten. Hiervoor is een ingestelde Commissie van Beroep actief. 8. Het Classificatie Instituut opereert zonder winstoogmerk. Hierbij dienen de kosten voor de individuele sporter op een acceptabel niveau te blijven. 9. Het Classificatie Instituut adviseert en ondersteunt sportbonden en desgevraagd andere organisaties bij (inter)nationale classificatievraagstukken. Verder heeft het Classificatie Instituut richting het NPC en het IPC een signalerende rol waar het gaat om vraagstukken die vanuit de praktijk naar voren komen en die van invloed kunnen zijn op het (inter)nationale classificatiebeleid of de -structuur. 16 Het Classificatie Instituut beheert de volgende archieven: archief van sporters, waaronder een nationale masterlist per tak van sport; archief van classifiers; archief van classificatieregels en -richtlijnen. Het Classificatie Instituut beschikt over een door het CBP goedgekeurd registratiesysteem waarmee de gegevens van keuringen worden opgeslagen. Deze gegevens worden niet zonder toestemming van betrokkenen aan derden verstrekt. 18

19 D. Protest en beroep 1. Inleiding Het Classificatie Instituut heeft een protest- en beroepsreglement conform de IPC Classificatiecode opgesteld. Dit protest- en beroepsreglement heeft tot doel dat een protest dat een belanghebbende aanspant tegen een door het Classificatie Instituut toegekend nationaal classificatieresultaat, kan worden afgehandeld. Daarnaast regelt het protest- en beroepsreglement op welke wijze een aangespannen beroepsprocedure tegen het doorlopen classificatieproces behandeld wordt. In bijlage 4 is het volledige protest- en beroepsreglement opgenomen. In het nationaal classificatiereglement is een korte samenvatting opgenomen. Voor de exacte werkwijze en reglementering wordt verwezen naar de bijlage. 2. Protest Wanneer een sporter het niet eens is met de toegewezen handicapklasse na afloop van de nationale classificatiekeuring, bestaat de mogelijkheid om een protestkeuring aan te vragen. De contactpersoon stelt een nieuw classificatiepanel samen dat niet bestaat uit classifiers die de eerste keuring hebben verricht. Een nationaal protest is alleen mogelijk binnen 12 maanden nadat de deelname aan de eerste wedstrijd heeft plaatsgevonden én wanneer (nog) geen internationale classificatie heeft plaatsgevonden. Het protestpanel voert de herkeuring uit zonder overleg met het eerste classificatiepanel. De uitslag van een protestkeuring wordt direct medegedeeld aan betrokkenen en verder wordt gehandeld zoals bij een eerste keuring. De uitslag van de protestkeuring is definitief en er kan dan ook geen tweede protestkeuring plaatsvinden. 3. Beroep Wanneer een sporter een klacht heeft over het doorlopen classificatieproces, dan kan een beroepsprocedure worden aangespannen binnen 30 dagen na het besluit. De Commissie van Beroep neemt de behandeling van deze klacht op zich. De Commissie van Beroep is, in verband met de voorbereiding van de behandeling van de klacht, bevoegd alle gewenste inlichtingen in te winnen. De Commissie van Beroep kan daartoe relevante deskundigen inschakelen en hen uitnodigen voor een hoorzitting dan wel vragen om een schriftelijk verweer. De Commissie van Beroep neemt een definitief besluit dat niet meer aangevochten kan worden. 19

20 E. Overige bepalingen en vaststelling Onbeperkt Sportief en NOC*NSF dragen zorg voor voldoende bekendmaking van de aanwezigheid van dit reglement aan alle belanghebbenden. Dit reglement is vastgesteld door Onbeperkt Sportief en NOC*NSF op 1 juni Het reglement treedt in werking vanaf de datum van ondertekening. In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de Commissie van Toezicht. 20

21 Bijlagen Bijlage 1: Begripsbepalingen en afkortingenlijst Bijlage 2: Voorwaarden classificatiekeuringen; sporters en begeleiders* Bijlage 3: Gedragscode voor classifiers* Bijlage 4: Protest- en beroepsreglement * deze bijlagen worden separaat gepubliceerd op de website Opvraagbare handleidingen 1. Informatie over classificatie voor sportbonden, sporters en verenigingen 2. Handleiding voor classifiers (de gedragscode maakt hiervan onderdeel uit) 3. Format ten behoeve van sportspecifieke toepassing classificatiesysteem 21

22 Bijlage 1. Begripsbepalingen en afkortingenlijst A. Begrippenlijst In deze bijlage worden de meest voorkomende begrippen uit het classificatiereglement nader toegelicht: Begeleider Persoon die, met toestemming van de sporter, deze begeleidt tijdens het uitvoeren van de classificatiekeuring en bij wedstrijden. Classificatiekeuring Het proces van beoordeling en observatie waarmee het classificatiepanel vaststelt dat de sporter voldoet aan de sportspecifieke minimale handicapeis. Op basis hiervan wordt vervolgens bepaald tot welke handicapklasse de sporter behoort. Classificatieresultaat Het classificatieresultaat wordt vastgesteld door het Classificatie Instituut en is drieledig. Het classificatieresultaat geeft: aan of de sporter voldoet aan de (sportspecifieke) minimale handicapeis; de handicapklasse weer; de status weer. Classifier De persoon die (in een classificatiepanel) de classificatiekeuringen voor een of meerdere takken van sport uitvoert. De classifier is nationaal of internationaal gecertificeerd en wordt door Onbeperkt Sportief via een overeenkomst van opdracht (OvO) ingezet. Classificatiepanel De door het Classificatie Instituut aangewezen groep classifiers van voldoende niveau die in de betreffende tak van sport gezamenlijk de classificatiekeuring afneemt. Op basis van de classificatiekeuring wordt de klasse-indeling en/of dispensatie van de sporter bepaald. Commissie van Beroep De onafhankelijke commissie die de beroepszaken van het Classificatie Instituut behandelt. Commissie van Toezicht De onafhankelijke commissie die toezicht houdt op de verrichtingen van het Classificatie Instituut. Dispensatieregeling Een in overleg tussen de sportbond en het Classificatie Instituut afgesproken regeling waarin is vastgelegd in hoeverre sporters met een handicap met gebruikmaking van hulpmiddelen en/of aanpassingen reglementair kunnen deelnemen aan de nationale (reguliere) wedstrijdsport. Masterlist Sporttakspecifieke lijst waarin per sporter het keuringsresultaat (klasse en status), zijn lidmaatschapsnummer en de classificatiedatum is opgenomen. Deze lijst is openbaar. Medewerker classificatie De medewerker classificatie roept classificatiepanels bij elkaar, nodigt sporters uit, is aanwezig op de locatie van de keuringen, heeft contact met bonden en bepaalt of het ingediende protest of beroep 22

23 aan de voorwaarden voldoet. Deze persoon informeert alle betrokkenen procedureel en zorgt ervoor dat de intern vastgestelde procedures worden gevolgd. Minimale handicapeis Met de minimale handicapeis wordt vastgesteld of de sporter tot de doelgroep behoort vanwege een permanente en controleerbare handicap waardoor de sporter gelimiteerd wordt in activiteiten. Voor sporters met een lichamelijke handicap is de minimale handicapeis sporttakspecifiek. Voor sporters met een visuele handicap en sporters met een verstandelijke handicap geldt een minimale handicapeis die handicapspecifiek is en niet sporttakspecifiek. Richtlijnen voor classificatiekeuringen De regels waaraan het proces van de classificatiekeuring moet voldoen conform de daarvoor geldende nationale en internationale richtlijnen. Sportbonden Alle nationale federaties (NF s) of Nederlandse sportbonden waarvan mensen met een handicap lid zijn. Sporters Sporters met een handicap die via het Classificatie Instituut een classificatiekeuring/proces ondergaan. B. Afkortingenlijst CBP : College bescherming persoonsgegevens IPC NPC IF CI IM : International Paralympics Committee : Nationaal Paralympisch Comité : Internationale sportfederatie(s) : Classificatie Instituut : Intentional misinterpretation (moedwillige misleiding) KNDSB: Koninklijke Nederlandse Doven Sport Bond NE NF OvO : Not eligible (niet toegelaten tot een klasse) : Nationale sportfederaties ofwel sportbonden : Overeenkomst van Opdracht 23

24 Bijlage 4. Protest- en beroepsreglement HOOFDSTUK I. BEGRIPSBEPALINGEN EN ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: 1.1 Classificatieresultaat Het resultaat van de classificatiekeuring uitgevoerd door het Classificatie Instituut, ten aanzien van een sporter. Het classificatieresultaat vermeldt tenminste: -of de sporter voldoet aan de (sportspecifieke) minimale handicapeis; -de handicapklasse van de sporter; -de toegekende status; en -de dagtekening. 1.2 Minimale handicapeis De eis van het aanwezig zijn van een permanente en controleerbare handicap bij de sporter waardoor deze beperkt is in zijn activiteiten. Voor sporters met een lichamelijke handicap is de minimale handicapeis sporttakspecifiek gerelateerd. Voor sporters met een visuele handicap en voor sporters met een verstandelijke handicap is de minimale handicapeis handicapspecifiek en niet sporttakspecifiek gerelateerd. 1.3 Richtlijnen voor classificatiekeuringen De regels waaraan de procedure van de classificatiekeuring moet voldoen conform de daarvoor geldende nationale en internationale richtlijnen. 1.4 Sportbonden Alle nationale federaties of Nederlandse sportbonden waarvan mensen met een handicap middellijk dan wel onmiddellijk lid zijn. 1.5 Sportvereniging/sportstichting Alle bij de sportbonden aangesloten verenigingen of stichtingen waar sporters met een handicap lid van kunnen zijn. 1.6 Sporter Sporter met een handicap, die van wege het Classificatie Instituut een classificatiekeuring heeft ondergaan. 1.7 Classifier Een classifier is een door Stichting Onbeperkt Sportief en/of een internationale sportfederatie gecertificeerde deskundige met een medische en/of sportspecifieke achtergrond, gespecialiseerd in het analyseren van de functiemogelijkheden van een sporter in relatie tot zijn of haar sport. 24

25 Een classifier heeft zitting in een classificatiepanel en voert in dat verband de classificatiekeuringen voor een of meer takken van sport uit. Een classifier verricht classificatiekeuringen in opdracht van het Classificatie Instituut. 1.8 Chief-classifier Een chief-classifier is de classifier die binnen een specifieke tak van sport het hoogste opleidingsniveau van alle andere classifiers in Nederland heeft. 1.9 Het classificatiepanel De door het Classificatie Instituut aangewezen groep classifiers die in een of meer takken van sport gezamenlijk classificatiekeuringen verricht. Naar aanleiding van een classificatiekeuring stelt het classificatiepanel het classificatieresultaat als bedoeld sub 1.1. vast Medewerker classificatie De persoon die een classificatiepanel bij elkaar roept, sporters uitnodigt, aanwezig is op de locatie van de keuringen, contact heeft met de sportbonden en bepaalt of het ingediende protest aan de voorwaarden voldoet. Deze persoon informeert alle betrokkenen en zorgt ervoor dat de geldende procedures worden gevolgd Protest Een klacht gericht aan het Classificatie Instituut ten aanzien van het classificatieresultaat Protestpanel De commissie die in een voorkomend geval een protest behandelt Beroep Een klacht gericht aan het Classificatie Instituut ten aanzien van een beslissing van het protestpanel Commissie van beroep De commissie die in voorkomend geval een beroep behandelt Klager Degene die een protest indient dan wel in beroep gaat tegen een beslissing van het protestpanel 1.16 Beklaagde bij een protest De sporter die bij het Classificatie Instituut een classificatiekeuring heeft ondergaan en waartegen door de chief-classifier de klacht wordt ingediend Beklaagde bij een beroep Het Classificatie Instituut. 25

26 1.18 Betrokkene Een ieder die bij een protest of bij een beroep is betrokken Het Classificatie Instituut Het instituut van Onbeperkt Sportief onder wiens verantwoordelijkheid de plaatsvinden. classificatiekeuringen Artikel 2. Algemene bepalingen 2.1 Werking reglement Onder de werking van dit reglement vallen: -een ieder die activiteiten verricht voor het Classificatie Instituut; -een ieder die bij het Classificatie Instituut een classificatiekeuringen ondergaat; en -een begeleider, de sportbond, de sportvereniging of sportstichting van de desbetreffende sporter. 2.2 Vertrouwelijkheid Een ieder die in het kader van de afhandeling van een protest of beroep kennis neemt van gegevens, waarvan hij weet,of kan weten dat deze vertrouwelijk zijn is verplicht tot geheimhouding daarvan. Deze verplichting geldt niet voor zover enig wettelijk voorschrift bekendmaking verplicht stelt. 26

27 HOOFDSTUK II. PROTEST Artikel 3. Indiening van een protest Een protest kan alleen worden ingediend door de sporter ten aanzien van het classificatieresultaat hem of haar zelf betreffende danwel door een chief-classifier middels een daarvoor bestemd klachtformulier. Artikel 4 Benoeming en samenstelling van een protestpanel 4.1 Ingeval van een protest stelt de medewerker classificatie een protestpanel samen bestaande uit een door de medewerker classificatie vast te stellen aantal van tenminste twee classifiers. In een protestpanel hebben geen personen zitting, die zitting hebben gehad in het classificatiepanel die de classificatiekeuring heeft verricht waartegen het protest is ingesteld. Een protestpanel kan personen inschakelen, die een bijzondere expertise hebben, van belang voor de behandeling van het protest. 4.2 Het Classificatie Instituut verschaft een protestpanel alle benodigde faciliteiten zodat het protestpanel de hem opgelegde taken naar behoren kan vervullen. Artikel 5. Taken en bevoegdheden van een protestpanel 5.1 Een protestpanel keurt de desbetreffende sporter opnieuw volgens de daarvoor geldende regels op een door de medewerker classificatie te bepalen plaats, datum en tijdstip. Deze keuring moet binnen acht weken na ontvangst van de klacht, ingeval deze ontvankelijk is, plaatsvinden. Een protestpanel is onafhankelijk en heeft geen overleg met het classificatiepanel dat de classificatiekeuring heeft verricht waartegen het protest is ingesteld. 5.2 De commissie van toezicht van het Classificatie Instituut ziet erop toe dat de gestelde termijnen in acht worden genomen. Artikel 6. De protestprocedure 6.1 Een protest wordt ingediend middels een daarvoor bestemd formulier bij de medewerker classificatie van het Classificatie Instituut. Het protest wordt eerst in behandeling genomen na betaling van de administratiekosten aan het Classificatie Instituut. De medewerker classificatie zorgt voor de samenstelling van een protestpanel. Alle betrokkenen, waaronder de klager, worden op de hoogte gesteld door de medewerker classificatie, van plaats, datum en tijdstip van de behandeling van het protest. 6.2 De medewerker classificatie informeert de klager over de procedure, dient het klachtformulier in bij het protestpanel en wijst de klager op de mogelijke consequenties van de procedure. 6.3 Op het klachtformulier wordt door de medewerker classificatie de datum van ontvangst vermeld. De klacht vermeldt in ieder geval: - de personalia (naam, voorna(a)m(en), geboorteplaats en -datum en adres) en de sport van de sporter die de klacht betreft; -datum en plaats van classificatiebepaling met een kopie van het classificatieresultaat waartegen 27