Autocontrolegids Diervoeders CC-00. Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem door een extern organisme

Transcriptie

1 Certificatieregeling Règlement de certification Autocontrolegids Diervoeders CC-00 Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem asbl vzw Gasthuisstraat 31 31, Rue de l Hôpital B-1000 BRUSSEL B-1000 BRUXELLES T: +32 (0) Fax: +32 (0) Web:

2 Historiek van het document Versie en datum van goedkeuring Reden van herziening Draagwijdte van de revisie Uiterste ingangsdatum /05/2014 Aanpassing van de auditfrequentie voor bepaalde specifieke activiteiten Punt 3.2 Punt maanden na datum van publicatie in het Belgisch Staatsblad asbl OVOCOM vzw 2 / 17

3 INHOUDSTAFEL CC-00: Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem 1 EISEN VAN TOEPASSING OP DE CERTIFICATIE-INSTELLINGEN Referentienormen voor de accreditatie en accreditatiegroepen AUDITORKWALIFICATIES AUDITMODALITEITEN Bepaling van het type van activiteiten (productie, handel, op- en overslag, transport) Activiteiten productie en/of handel Activiteit wegtransport Andere activiteiten auditfrequentie Audittijden Algemeen Ondernemingen met meer dan één activiteit CERTIFICATIEVERLOOP OVERGANGSMAATREGEL...11 BIJLAGE 1: ACTIVITEITEN VAN DE GIDS AUTOCONTROLE 001 IN COMBINATIE MET ACTIVITEITEN GEDEKT DOOR ANDERE IN BELGIE ERKENDE GIDS(EN) MET BETREKKING TOT AGRO-VOEDINGSINDUSTRIE EN TRANSPORT VOOR DERDEN...12 CC-00 - Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem 3 / 17

4 CC-00: Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem Een ondernemer die een beroep doet op de Autocontrolegids Diervoeders voor het instellen, handhaven en toepassen van een systeem van autocontrole dat de voedselveiligheid van zijn producten en/of diensten omvat, kan voor de validatie van de toepassing van het geïmplementeerde systeem een beroep doen op het FAVV of op een door het FAVV erkende certificatie-instelling (de zogenaamde delegatie). Dit document beschrijft: 1. de voorwaarden waaraan certificatie-instellingen moeten voldoen om in aanmerking te komen voor het certificeren van de Autocontrolegids Diervoeders. 2. de kwalificatievereisten voor de auditoren van de certificatie-instellingen. 3. de modaliteiten voor het uitvoeren van een audit bij het bedrijf door de certificatieinstelling (auditduur, combinatie van audits voor verschillende gidsen, etc.). 4. het certificatieverloop. Het is van belang te noteren dat de formele erkenning van een certificatie-instelling uitsluitend behoort tot de bevoegdheid van het FAVV. Om erkend te worden dient de certificatie-instelling de procedure PB 07-P 03 van het FAVV te volgen. De door het FAVV erkende certificatie-instellingen beschikken over een eigen kwaliteitssysteem dat voldoende waarborgen biedt ten aanzien van de in dit document gestelde eisen. 1 EISEN VAN TOEPASSING OP DE CERTIFICATIE-INSTELLINGEN 1.1 Referentienormen voor de accreditatie en accreditatiegroepen Om erkend te kunnen worden, moeten de certificatie-instellingen geaccrediteerd zijn volgens de norm EN voor de Autocontrolegids Diervoeders. Deze accreditatie dient te worden behaald bij Belac of bij een buitenlandse accreditatie-instelling, die zelf deel uitmaakt van het multilateral agreement (MLA) van de European Cooperation for Accreditation (EA) volgens de accreditatiegroepen van de Autocontrolegids Diervoeders. Volgende accreditatiegroepen bestaan voor de Autocontrolegids Diervoeders: Productie van mengvoeders, voormengsels, voedermiddelen, toevoegingsmiddelen Diensten: o Groep 1: Handel in mengvoeders, voormengsels, voedermiddelen, toevoegingsmiddelen o Groep 2: Op- en overslag van diervoeders voor rekening van derden o Groep 3: Wegtransport van diervoeders 2 AUDITORKWALIFICATIES De auditoren moeten aantoonbaar voldoen aan de volgende eisen: - basisopleiding hoger onderwijs in een vak dat verband houdt met de voedselveiligheid. - beschikken over een relevante beroepservaring van ten minste twee jaar in een productie-entiteit of als medewerker van de dienst kwaliteit in de diervoedersector of een deelsector; - de diervoederwetgeving beheersen; - een kwalificatie als auditor bezitten die overeenstemt met de op internationaal vlak gestelde eisen voor de gebruikte accreditatienorm, onder andere Gids ISO 19011; - binnen de certificatie-instelling een gepaste en voortdurende opleiding krijgen. 4 / 17

5 De onafhankelijkheid van beoordeling van de auditoren moet worden gegarandeerd. Het orgaan en het personeel ervan mogen zich niet bezighouden met enige activiteit die onverenigbaar is met hun onafhankelijkheid van beoordeling en hun integriteit met betrekking tot hun werkzaamheden op het gebied van inspectie en certificering. De personeelsleden van de certificatie-instelling zijn door het beroepsgeheim gebonden met betrekking tot alles wat zij vernemen bij de uitoefening van hun functies in samenhang met hetgeen in deze Autocontrolegids is bepaald, behalve ten aanzien van het door het FAVV gemachtigde personeel. Specifieke bepaling voor auditoren die ondernemingen evalueren waar dierlijke bijproducten worden verhandeld of verwerkt Een auditor dient steeds op de hoogte te zijn van de relevante wetgeving. In het bijzonder in het geval van dierlijke bijproducten, beogen de wettelijke vereisten de risico s die dierlijke bijproducten inhouden voor de voedselveiligheid te verlagen tot een aanvaardbaar niveau, tot zelfs te elimineren. Meer concreet dienen de Europese Verordeningen (EG) nr. 1069/2009, (EU) 142/2011 en (EG) 999/2001 perfect gekend en beheerst te zijn. 3 AUDITMODALITEITEN 3.1 Bepaling van het type van activiteiten (productie, handel, op- en overslag, transport) Activiteiten productie en/of handel Productie van een diervoeder moet men steeds begrijpen als zijnde met de bedoeling om het eindproduct op de markt te brengen. Zo een onderneming moet dus niet bijkomend voor de activiteit handel gecertificeerd worden. De fabricatie van een diervoeder voor rekening van derden (bvb. volgens een bepaalde formule, in een specifieke verpakking) en de fabricatie van diervoeders door een reizende molen moeten steeds als productie-activiteiten aanzien worden. Het drogen voor eigen rekening of voor rekening van derden van diervoeders, andere dan granen, oliehoudende en eiwitrijke zaden, moet gezien worden als een productie-activiteit. De handel in diervoeders moet men steeds begrijpen als zijnde het op de markt brengen van een diervoeder dat door een derde werd geproduceerd. Het gaat hier over een proces van aankoop en verkoop van een diervoeder. Er kan een zekere tijdsspanne zitten tussen de eerste actie en de tweede (bvb. in het geval dat het diervoeder opgeslagen wordt in de installaties van de handelaar). Een ondernemer die zowel eigen geproduceerde diervoeders op de markt brengt alsook voeders van een derde moet zowel voor de activiteit productie gecertificeerd zijn als voor de activiteit handel Activiteit wegtransport Iedere activiteit van vervoer via de weg, zowel voor eigen rekening als voor rekening van derden, moet gecertificeerd worden als een dienstenactiviteit, zelfs indien zij bijkomend is aan een productie-activiteit Andere activiteiten Bepaalde activiteiten kunnen worden beschouwd: hetzij als een processtap binnen de algemene activiteiten handel en productie. In dit geval is deze activiteit bijkomend en nodig voor de goede gang van zaken binnen de onderneming (opslag, drogen, verpakken). hetzij als een activiteit die specifiek door de onderneming werd ontwikkeld als een vorm van dienstverlening voor andere bedrijven (bvb. drogen). CC-00 - Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem 5 / 17

6 De volgende handelingen, verband houdende met een productie-activiteit, worden beschouwd als behorende tot de productie-activiteit: opslag en overslag van de eigen productie het drogen en/of reinigen-sorteren van diervoeders het verpakken van bulk diervoeders het ontpakken van verpakte diervoeders Drogen voor eigen rekening van diervoeders, andere dan granen, oliehoudende en eiwitrijke zaden wordt altijd beschouwd als een productie-activiteit. De volgende handelingen, verband houdende met een handelsactiviteit en uitgevoerd voor eigen rekening, worden gezien als dienstenactiviteiten die ressorteren onder groep 1 (zie 1.2): opslag en overslag van diervoeders van derden en bestemd voor het op de markt brengen drogen en/of reinigen-sorteren (granen, oliehoudende en eiwitrijke zaden) het verpakken van bulk diervoeders het ontpakken van verpakte diervoeders 1 De volgende handelingen, gerealiseerd voor rekening van derden, worden gezien als dienstenactiviteiten die ressorteren onder groep 2 (zie 1.2): de opslag en de overslag van diervoeders van derden en opgeslagen bij de onderneming drogen en/of reinigen-sorteren (granen, oliehoudende en eiwitrijke zaden) het verpakken van bulk diervoeders het ontpakken van verpakte diervoeders auditfrequentie Voor de auditfrequentie wordt een onderscheid gemaakt tussen productie en diensten volgens onderstaande tabel: Productie Activiteit Diensten (handel, op- en overslag en wegtransport) Auditfrequentie Jaarlijks Tweejaarlijks of driejaarlijks Voor een onderneming die enkel dienstenactiviteiten uitvoert, is een tweejaarlijkse of driejaarlijkse frequentie van toepassing volgens onderstaande indeling: a) Handelsactiviteiten uitsluitend bestaande uit de aankoop bij de primaire producenten en de verkoop aan veehouders van niet verwerkte primaire producten (stro, hooi, kuilvoer, granen, aardappelen, enz.): driejaarlijks. b) Transportactiviteiten voor eigen rekening strikt gerelateerd aan de activiteit beschreven in punt a): driejaarlijks. c) Elke andere dienstactiviteit: tweejaarlijks. Indien een onderneming zowel productie als diensten uitvoert, dan primeert de productie en zal een jaarlijkse auditfrequentie van toepassing zijn. De geldigheidsduur van een certificaat voor ondernemingen met een productieactiviteit is één jaar. Voor een onderneming die enkel dienstenactiviteiten uitvoert is de geldigheidsduur van het certificaat 2 jaar. Voor ondernemingen met beide activiteiten is de geldigheidsduur van het certificaat 1 jaar. Een hercertificatie-audit dient steeds tijdig uitgevoerd te worden. 1 Het ontpakken van levensmiddelen bestemd voor valorisatie in diervoeders (verpakte koekjes, brikverpakkingen van melk, yoghurt in potjes,etc.) maakt hier geen deel van uit. 6 / 17

7 3.3 Audittijden Algemeen In het kader van deze Autocontrolegids Diervoeders, wordt in onderstaande tabellen een onderscheid gemaakt tussen de on-site audittijd en de off-site audittijd. De on-site audittijd is de tijd die werkelijk in de onderneming ter plaatse besteed wordt tijdens de audit. De on-site audittijd, betreft een minimum audittijd. Dit wil zeggen dat kan onderzocht worden of het noodzakelijk is het aantal voorziene uren voor audit te verhogen. Dit kan afhangen van verschillende mogelijke factoren (complexiteit producten, complexiteit productie-installatie, het aantal productielijnen, het aantal vorige vastgestelde non-conformiteiten). Onder off-site audittijd wordt begrepen: - voorbereidingstijd - voorgaande documentevaluatie - voorgaande bezoeken - administratieve handelingen (bvb. offerte, afspraak maken, opstellen brieven) - opstellen verslag Deze off-site audittijd mag maximaal 30% bedragen van de on-site audittijd, tenzij contractueel anders overeengekomen met de deelnemer. De audittijd voor de corrigerende maatregelenaudit (= extra audit, met als doel de door het bedrijf uitgevoerde corrigerende maatregelen in aansluiting op de vastgestelde NC s te verifiëren) is hier niet gespecificeerd maar is geval per geval, door de certificatie-instelling te bepalen in functie van de vastgestelde tekortkomingen bij de audit die eraan voorafging. De audittijd in onderstaande tabellen wordt uitgedrukt in uren en per vestiging. TABEL 1 Minimaal aantal uren per audit voor productie voedermiddelen Tonnage (T) Aantal uren on-site per audit T < u T u TABEL 2 Minimaal aantal uren per audit voor productie mengvoeders Tonnage (T) Aantal uren on-site per audit T < u T < u T < u T u TABEL 3 Minimaal aantal uren per audit voor productie voormengsels Tonnage (T) Aantal uren on-site per audit T < u T < u T u CC-00 - Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem 7 / 17

8 TABEL 4 T < Tonnage (T) Minimaal aantal uren per audit voor productie toevoeginsmiddelen Aantal uren on-site per audit 4 u T < u T u TABEL 5 Minimaal aantal uren per audit voor diensten (handel/wegtransport/op- en overslag) Aantal fulltime equivalenten (n) Aantal uren on-site per audit n 2 2 u 2 < n 5 3 u 5 < n 10 4 u n > 10 6 u Productie voor eigen gebruik Onder productie verstaat men hier de productie van een diervoeder, met het oog op het in de handel brengen ervan en niet voor een gebruik binnen de onderneming (bvb. een mengvoederfabrikant mag een voormengsel met een toevoegingsmiddel en een drager vervaardigen en dit in zijn eigen productie gebruiken, zonder dit in de handel te brengen. In dit geval produceert hij geen voormengsel om in de handel te brengen. Deze productie moet worden beschouwd als een stap binnen de mengvoederproductie). In dit geval is het niet nodig om deze stap als een extra productie-activiteit te beschouwen, zelfs als deze eventueel onderworpen is aan een registratie, erkenning of toelating volgens het KB van 16/01/2006 (bvb. een mengvoederproducent produceert een voormengsel met coccidiostatica voor eigen rekening) Ondernemingen met meer dan één activiteit Voor ondernemingen die meerdere activiteiten uitoefenen, dient de hoofdactiviteit te worden bepaald. Dit is de activiteit die de meeste omzet genereert. De auditfrequentie wordt bepaald volgens onderstaande tabel 6: TABEL 6 Ondernemingen met meerdere activiteiten: Auditfrequentie Hoofdactiviteit Bijkomende activiteit Auditfrequentie Productie Diensten Jaarlijks Productie Productie Jaarlijks Diensten Diensten Tweejaarlijks 2 Diensten Productie Jaarlijks De audittijden worden als volgt bepaald: Voor de hoofdactiviteit dient de audittijd te worden bepaald op basis van de waarden van de tabellen 1 tot 5. 2 Uitzondering: de driejaarlijkse frequentie geldt slechts voor de ondernemingen die gezamenlijk een handelsactiviteit uitoefenen die uitsluitend bestaat uit de aankoop bij de primaire producenten en de verkoop aan veehouders van niet verwerkte primaire producten (stro, hooi, kuilvoer, granen, aardappelen, enz.) of die een transportactiviteit voor eigen rekening uitoefenen die hier strikt aan verbonden is (cf. punt 3.2). 8 / 17

9 Met betrekking tot de nevenactiviteiten dient er bij het aantal uren audittijd voor de hoofdactiviteit per bijkomende activiteit extra audittijd gerekend te worden volgens onderstaande tabel 7: TABEL 7 Bijkomende activiteit Diensten (handel, op- en overslag, transport) Productie toevoegingsmiddelen Productie voormengsels Productie voedermiddelen productie mengvoeders Ondernemingen met meerdere activiteiten: extra audittijd Extra Audittijd + 1 u + 2 u + 2 u + 2 u + 2 u 4 CERTIFICATIEVERLOOP Alvorens een certificatieprocedure te starten, dient het bedrijf vooraf het volgende te bepalen: zijn de uitgeoefende activiteiten al dan niet opgenomen in het toepassingsgebied van de Autocontrolegids Diervoeders zijn de uitgeoefende activiteiten eventueel opgenomen in een andere door het FAVV goedgekeurde gids Een beslissingstabel die toelaat om voor de meest courante activiteiten binnen de diervoedersector te bepalen welke gids(en) moet(en) gevolgd worden, staat in bijlage I. In het eerste geval: Indien een onderneming enkel activiteiten uitoefent die gedekt zijn door de gids Diervoeders dan zal het certificatieverloop volledig op basis van de regels uit deze gids gebeuren. In het tweede geval: Indien een bedrijf activiteiten uitoefent die enkel door de gids Diervoeders worden gedekt alsook één of meerdere activiteiten die gedekt zijn door zowel de gids Diervoeders als door een andere door het FAVV goedgekeurde gids, dan zal het certificatieverloop exclusief op basis van de regels uit de gids Diervoeders gebeuren. Voorbeeld Een handelaar verkoopt luzernemeel, gedroogde bietenpulp en voedergranen aan mengvoederfabrikanten. Bovendien plet hij ook granen en hij bereidt mengsels van granen (tarwe, maïs, milocorn, zonnebloemzaad, grit). De handel in luzerne en bietenpulp, het pletten en de bereiding van mengelingen vallen onder het toepassingsgebied van de 001. De handel in voedergranen valt onder de scope van zowel 001 als 038. In dit geval zal de onderneming zich volgens 001 laten certificeren. In het derde geval: Indien een bedrijf activiteiten uitoefent die enkel gedekt zijn door een andere, door het FAVV goedgekeurde gids, alsook één of meerdere activiteiten die zowel door die andere gids als door de gids Diervoeders worden gedekt dan zal het certificatieverloop op basis van de regels uit de andere gids gebeuren. Voorbeeld Een handelaar brengt voedergranen op de markt (bedrijven, veehouders en particulieren) en voor de menselijke voeding (maalderij). Hij verkoopt ook zaden, meststoffen en phytofarmaceutische producten aan landbouwers. De handel in voedergranen wordt gedekt door de 001 alsook door de 038. De verkoop van CC-00 - Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem 9 / 17

10 granen met bestemming menselijke voeding en de handel in zaden, meststoffen en phytofarmaceutische producten worden gedekt door de 038. In dit geval zal het bedrijf zich volledig volgens de gids 038 laten certificeren. Een maalderij produceert bloem bestemd voor de menselijke voeding en kortmeel bestemd voor gebruik in diervoeder. De productie van bloem is enkel voorzien onder de scope van 020 terwijl de productie van kortmeel onder het toepassingsgebied van zowel 020 als van 001 valt. In dit geval zal de operator zich volgens de gids 020 laten certificeren. In het vierde geval: Indien een bedrijf een activiteit uitoefent die door de gids Diervoeders wordt gedekt alsook één of meerdere activiteiten die door een andere door het FAVV goedgekeurde gids worden gedekt, dan moet de certificatie van de onderneming volledig verlopen volgens de regels in de twee gidsen. Voorbeeld Een handelaar brengt luzernemeel en gedroogde bietenpulp op de markt alsook voedergranen (bedrijven, veehouders en particulieren) en voor de menselijke voeding (maalderij). De handel in luzerne en pulp voor de bedrijven valt volledig onder de scope van 001. De handel in voedergranen naar bedrijven, veehouders en particulieren toe is gedekt door enerzijds 001 en anderzijds 038. De handel in granen bestemd voor de menselijke voeding naar bedrijven toe is gedekt door de scope van gids 038. In dit geval zal de certificatie van de onderneming gebeuren volgens gids 001 voor de activiteiten die enkel door de gids 001 zijn gedekt en volgens gids 038 voor die activiteiten die enkel door deze gids zijn gedekt. Voor de activiteiten die in beide gidsen staan vermeld kan de operator zelf de keuze maken welke gids hij volgt. Wanneer de onderneming bepaald heeft dat de gids Diervoeders van toepassing is voor zijn activiteiten richt deze zijn aanvraag tot certificatie voor de Autocontrolegids Diervoeders tot de erkende certificatie-instelling van zijn keuze. De onderneming geeft hierbij duidelijk aan voor welke activiteiten en voor welke vestigingseenheid(heden) hij gecertificeerd wenst te worden. Indien een onderneming uit meerdere rechtspersonen bestaat, die allen wensen gecertificeerd te worden, dan dienen zij allen een afzonderlijk certificaat te behalen. De afspraken tussen de onderneming en de certificatie-instelling worden vastgelegd in een overeenkomst. Om voor certificering in aanmerking te komen dient ten behoeve van de certificatie-instelling te worden aangetoond dat de desbetreffende activiteiten in de desbetreffende vestigingseenheid(heden) aan de in deze gids vermelde bepalingen voldoen. Indien de certificatie-instelling vaststelt dat niet (meer) wordt voldaan aan de voorwaarden en criteria van de Autocontrolegids Diervoeders, moet de certificatie-instelling een sanctie opleggen in verhouding tot de ernst van de feiten. De volgende sancties kunnen worden opgelegd: 1. De vaststelling van non-conformiteiten: A-non-conformiteiten zijn tekortkomingen die van die aard zijn dat zij het vertrouwen in het autocontrolesysteem substantieel verminderen en/of een direct gevaar betekenen voor de basiskwaliteit van product (of dienst) die geleverd wordt. A-non-conformiteiten dienen onmiddellijk gevolgd te worden door corrigerende maatregelen. Indien nodig kan de certificatie-instelling een herbeoordeling uitvoeren ter plaatse omtrent de toepassing van deze corrigerende maatregelen. B-non-conformiteiten zijn tekortkomingen die geen direct gevaar betekenen voor de basiskwaliteit van product (of dienst) die geleverd wordt. B-non-conformiteiten maken het voorwerp uit van een plan van aanpak dat binnen de maand na de audit moet overgemaakt worden aan de certificatie-instelling. De B-nonconformiteiten moeten binnen een aanvaardbare termijn opgelost worden, meestal is dat 6 maanden na de audit. De duur dient men te overwegen in functie van de moeilijkheidsgraad van de maatregelen. Maatregelen die langer dan een jaar duren kunnen eventueel toegestaan worden indien het gaat om aanzienlijke 10 / 17

11 investeringsmaatregelen en indien er infrastructurele werken moeten gebeuren (directiebeslissing, goedkeuring van de bevoegde autoriteiten (urbanisatieplannen, milieuvergunning, etc.), werken uitvoeren, indienststelling, etc.). De certificatie-instelling beslist of het voorgestelde uitstel al dan niet acceptabel is. Het aflopen van de duur voor het oplossen van een non-conformiteit is geen aanleiding voor een specifieke audit. De verificatie van het plan van aanpak gebeurt door de certificatie-instelling bij de volgende tussentijdse audit. Indien de onderneming zich niet in regel stelt binnen de opgelegde tijdspanne moet een andere sanctie worden opgelegd. 2. Het certificaat opschorten totdat de tekortkomingen aantoonbaar zijn opgeheven; 3. Geen verlenging toestaan van het certificaat; 4. Het certificaat met onmiddellijke ingang intrekken. De certificatie-instelling moet over een procedure beschikken om non-conformiteiten, opschortingen en intrekkingen van certificaten uit te spreken en om klachten en geschillen te registreren en te behandelen. De ondernemer is verplicht alle medewerking te verlenen aan de controles uitgevoerd door de certificatie-instelling. Wanneer de onderneming voldoet aan de gestelde eisen, kan de certificatie-instelling een certificaat afleveren dat de geauditeerde activiteiten afdekt. De activiteiten die onder het toepassingsgebied vallen van de gids Diervoeders en die vallen onder een registratie, erkenning of toelating (volgens KB van 16/01/2010) komen in aanmerking voor certificatie en kunnen op het certificaat vermeld worden. Indien een bedrijf beschikt over commerciële certificaten, die met een bepaalde regelmaat dienen geauditeerd te worden, dan mag de audit in het kader van de Autocontrolegids Diervoeders hiermee gecombineerd worden. Hiertoe zal de certificatie-instelling eerst het gehele autocontrolesysteem auditeren en vervolgens overgaan tot auditeren van de commerciële certificaten rekening houdend met de reeds gecontroleerde deelaspecten. 5 OVERGANGSMAATREGEL De nieuwe versie van de gids treedt in werking 3 maanden na de datum van publicatie van de goedkeuring van deze nieuwe versie in het Belgisch Staatsblad. De audits die vóór de datum van inwerkingtreding uitgevoerd worden, mogen reeds uitgevoerd worden op basis van de nieuwe versie van de gids, voor zover alle betrokken partijen zich hier voldoende op hebben kunnen voorbereiden. Alle audits die na deze datum uitgevoerd worden (datum van publicatie in Belgisch Staatsblad + 3 maanden), moeten op basis van de nieuwe versie van de gids uitgevoerd worden. CC-00 - Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem 11 / 17

12 BIJLAGE 1: ACTIVITEITEN VAN DE GIDS AUTOCONTROLE 001 IN COMBINATIE MET ACTIVITEITEN GEDEKT DOOR ANDERE IN BELGIE ERKENDE GIDS(EN) MET BETREKKING TOT AGRO-VOEDINGSINDUSTRIE EN TRANSPORT VOOR DERDEN Deze bijlage vult punt 4 aan en geeft het bedrijf en de certificatie-instelling de mogelijkheid om te bepalen welke gids van toepassing is voor de uitgeoefende activiteiten. Van toepassing zijnde gidsen De gidsen die in deze vergelijking worden gebruikt, werden weerhouden op basis van een mogelijke link met diervoeders of met activiteiten uitgeoefend door een operator van de diervoedersector. 12 / 17 De lijst die hieronder wordt weergegeven is dus niet limiterend (bvb. de gids voor de autocontrole in de slagerij (003), de gids voor de invoering van een autocontrolesysteem in de horecasector (023) de gids voor goede bijenteeltpraktijken (030) of de sectorgids productie organische meststoffen ( 028) werden niet in rekening gebracht. Lijst van de weerhouden gidsen: - 002: gids autocontrolesysteem zuivelindustrie - 004: autocontrolegids voor de brouwerijsector - 005: gids autocontrolesysteem consumptie-ijsindustrie - 010: autocontrolegids in de sector van de productie en distributie van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik - 012: sectorgids autocontrole voor de primaire plantaardige productie - 014: gids autocontrole: aardappelen-groenten-fruit verwerkende industrie en handel - 017: sectorgids voor wegtransport en opslag in de voedselketen - 020: autocontrolegids voor de maalderijen - 026: autocontrolegids voor de brood- en banketbakkerij - 029: autocontrolegids voor de productiebedrijven van water, frisdranken en vruchtensappen en nectars - 033: sectorgids autocontrole voor de aannemers van Land- en Tuinbouwwerken voor de primaire plantaardige productie - 037: sectorgids autocontrole voor de primaire dierlijke productie - 038: autocontrolegids voor de handel in granen en agro-toelevering ((enkel partim feed / food (EN 45011) is relevant in het kader van de 001)

13 Het onderzoek met betrekking tot het juiste toepassingsgebied van de gidsen in vergelijking met de Gids 001 is gebeurd op basis van de documenten die door de gidsbeheerders aan OVOCOM werden bezorgd. Omwille van bovenstaande redenen, is deze tabel enkel richtinggevend en biedt deze geen sluitende garantie m.b.t. volledigheid en/of correctheid. Activiteiten die voorkomen in de Gids 001 en eventueel in andere gidsen 13 / 17 Activiteiten Toe te passen gids(en) Productie van diervoeders, met inbegrip van op- en overslag voor eigen rekening Productie van toevoegingsmiddelen x Productie van voormengsels x Productie van voedermiddelen; met uitzondering van deze geproduceerd door de levensmiddelenindustrie x Productie van voedermiddelen door de levensmiddelenindustrie, met uitzondering van: - Producten afkomstig van de maalderijsectorde (bijproducten van de maalderij); - Draf, gist, eiwitcoagulaat ( trub ) en restbier, geproduceerd door de brouwerijsector - Producten afkomstig van de verwerking van aardappelen (schillen, puree, vloeibaar zetmeel, chips en aardappelsnacks, frituurolie, etc.), groentenmengelingen, schillen van wortelen, knolselder, koolraap of rapen afkomstig van verwerking van groenten x Producten van de melkindustrie - Consumptie-ijs bestemd voor de diervoeding Productie van voedermiddelen door de maalderij-sector (bijproducten 001 of x - - x van de maalderij) 020 Productie van draf, gist, eiwitcoagulaat ( trub ) en restbier, uit de brouwerijsector x x of 004 CC-00 - Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem

14 14 / 17 Activiteiten Productie van schillen, puree, vloeibaar zetmeel, chips en aardappelsnacks, frituurolie, etc. door de sector van de aardappelverwerking. Productie van mengelingen van groenten en/of schillen van wortelen, knolselder, koolraap of rapen door de sector van de groentenverwerking Productie van voedermiddelen door de melkindustrie (melkserum, melkpoeder, lactose, caseïne, etc.) x x x x x x - Productie van consumptie-ijs bestemd voor de dierenvoeding x x 005 Toe te passen gids(en) 001 of of of of 004 Productie van mengvoeders, met inbegrip van gemedicineerde voeders en granenmengelingen bestemd voor levensmiddelen producerende x dieren Productie van mengvoeders bestemd voor voeding voor gezelschapsdieren x Handel in diervoeders geproduceerd door een derde, met inbegrip van op- en overslag voor eigen rekening. Handel in toevoegingsmiddelen, met inbegrip van import van als kritisch beschouwde diervoeders x Handel in voormengsels x Handel in voedermiddelen van dierlijke oorsprong x Handel in voedermiddelen, met uitzondering van deze van dierlijke oorsprong en de granen, oliehoudende en/of eiwitrijke zaden bestemd voor de verkoop aan een operator van de diervoedersector (B to B). x Handel in voedermiddelen met uitzondering van deze van dierlijke oorsprong bestemd voor de verkoop aan een veehouder (B to B) of aan een particulier (B to C) Handel in granen, oliehoudende en/of eiwitrijke zaden, met inbegrip van de collecte bij de primaire producent, bestemd voor de verkoop aan een veehouder (B to B) of aan een bedrijf van de diervoedersector (B to B) of aan een particulier (B to C) x x x x of of 038

15 15 / 17 Activiteiten Handel in mengvoeders (met inbegrip van deze bestemd voor gezelschapsdieren) bestemd voor verkoop aan een bedrijf van de diervoedersector (B to B) Handel in mengvoeders (met inbegrip van deze bestemd voor gezelschapsdieren) bestemd voor verkoop aan een veehouder (B to B) of aan een particulier (B to C) Toe te passen gids(en) x x x of 038 Op- en overslag van diervoeders voor rekening van derden Op- en overslag van diervoeders voor rekening van derden x Wegtransport van diervoeders voor eigen rekening (bulk, verpakt, etc.) Wegtransport van toevoegingsmiddelen en/of voormengsels x Wegtransport van voedermiddelen van dierlijke oorsprong met uitzondering van deze afkomstig van de melkindustrie x Wegtransport van voedermiddelen afkomstig van de melkindustrie x Wegtransport van mengvoeders of van voedermiddelen (met uitzondering van deze van dierlijke oorsprong en granen, oliehoudende en/of eiwitrijke zaden) bestemd voor de verkoop aan een operator van de diervoedersector (B to B) x Wegtransport van mengvoeders of voedermiddelen (met uitzondering van deze van dierlijke oorsprong) bestemd voor de verkoop aan een veehouder (B to B) of aan een particulier (B to C) Wegtransport van granen, oliehoudende en/of eiwitrijke zaden, bestemd voor de verkoop aan een veehouder (B to B) of aan een particulier (B to C) x x x x of of 038 Wegtransport van diervoeders voor rekening van derden (bulk, verpakt, etc.) Wegtransport van diervoeders voor rekening van derden x Wegtransport van primaire producten gerealiseerd in opdracht van een primaire producent in het kader van de oogstactiviteiten van deze producten (secundair transport) x - x of 033 CC-00 - Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem

16 Andere activiteiten die niet in de Gids 001 zijn opgenomen Bepaalde activiteiten die door de onderneming kunnen worden uitgeoefend zijn niet in het toepassingsgebied van de gids 001 opgenomen. De volgende tabel geeft een serie activiteiten weer die soms ook worden uitgeoefend door de operatoren van de diervoedersector maar toch niet gedekt zijn door de gids / 17 Activiteiten 012 & Toe te passen gids(en) Productie van primaire producten Productie van primaire producten bestemd voor de dierlijke voeding x of 037 Handel, met inbegrip van de op- en overslag voor eigen rekening Handel in en collecte bij de primaire producent van granen, oliehoudende en eiwitrijke zaden bestemd voor de menselijke voeding of voor de verwerking door de - - x levensmiddelenindustrie Handel in zaden - - x Handel in bestrijdingsmiddelen (phytofarmaceutische producten) - - x x of 010 Handel in minerale meststoffen - - x - (x) of 010 Wegtransport voor eigen rekening (bulk, verpakt, etc.) Wegtransport voor eigen rekening van granen, oliehoudende en eiwitrijke zaden bestemd voor de menselijke consumptie (eventueel na transformatie) - - x Wegtransport voor eigen rekening van maalderijproducten bestemd voor de menselijke consumptie x 020 Wegtransport voor rekening van derden (bulk, verpakt, etc.) Wegtransport voor rekening van derden van granen, oliehoudende en eiwitrijke zaden bestemd voor de menselijke consumptie (eventueel na verwerking) - x Wegtransport voor rekening van derden van levensmiddelen - x

17 Voorbeelden Een handelaar collecteert granen en verkoopt aan mengvoederfabrikanten en aan maalderijen. Hij commercialiseert ook phytofarmaceutische producten. Hij verkoopt ook mengvoeders aan particulieren en veehouders. De verkoop van granen aan mengvoederfabrikanten alsook de verkoop van mengvoeders aan veehouders en particulieren is gedekt voor de Gidsen 001 en 038. De verkoop van granen aan de maalderij is enkel in de Gids 038 vermeld. De verkoop van phytofarmaceutische producten aan de landbouwer is vermeld in de gidsen 010 en 038. Afgaande op de bovenstaande beslissingstabel dient dit bedrijf prioritair de Gids 038 toe te passen. Een andere handelaar in voedermiddelen importeert sojaschroot en verkoopt die zowel aan veehouders als aan mengvoederfabrikanten. Afgaande op bovenstaande beslissingstabel valt de verkoop aan de veehouder onder de Gidsen 001 en 038. In tegenstelling daarmee wordt de verkoop van sojaschroot aan de mengvoederfabrikant enkel gedekt door de Gids 001. Hieruit blijkt dat, indien het bedrijf geen enkele andere activiteit specifiek aan een andere gids, uitoefent het bedrijf de Gids 001 moet volgen. 17 / 17 CC-00 - Voorschriften voor de certificatie van een autocontrolesysteem