Handleiding DIGITALE CAMERA. Basisgids. Leer de E-410 gebruiken. Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen. Fotografeerfuncties

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Handleiding DIGITALE CAMERA. Basisgids. Leer de E-410 gebruiken. Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen. Fotografeerfuncties"

Transcriptie

1 NL DIGITALE CAMERA Handleiding Basisgids Leer de E-410 gebruiken Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen Fotografeerfuncties Weergavefuncties Instellingen en functies aanpassen volgens uw wensen Printen Gebruik van de OLYMPUS Master software Leer uw camera beter kennen Informatie Verwisselbare lenzen Diversen ( Voordat u belangrijke opnamen gaat maken, doet u er goed aan eerst enkele proefopnamen te maken teneinde u met uw camera vertrouwd te maken. ( De afbeeldingen van het scherm en de camera zijn tijdens de ontwikkeling van het toestel vervaardigd en kunnen op kleine punten afwijken van het toestel dat u in handen hebt. ( De inhoud van deze handleiding is gebaseerd op firmwareversie 1.0 voor deze camera. Als er aanvullingen op en/of wijzigingen van functies hebben plaatsgevonden vanwege een firmwareupdate voor de camera, kan de inhoud afwijken. Kijk voor de meest actuele informatie op de Olympus-website.

2 Opbouw van deze handleiding Basisgebruik van de camera Basisgids Deze paragraaf beschrijft de voorbereidingen en instellingen voor de camera en het basisgebruik van de camera, van eenvoudige fotografeertechnieken tot weergave en functies voor het wissen. Camerariem bevestigen... 3 Dioptrie van de zoeker instellen...6 De batterij gereedmaken voor gebruik... 3 Datum en tijd instellen...7 Een lens op de camera bevestigen... 4 Fotograferen...7 Het kaartje plaatsen... 5 Weergeven / wissen...9 Camera inschakelen... 6 Leer de E-410 gebruiken Blz. 14 Lees hoofdstuk 1 om het basisgebruik van de camera te leren voordat u verdergaat met de verschillende functies van deze camera. Bediening van de camera g Leer de E-410 gebruiken (Blz. 14) Leer de functies in de fotogidsen te gebruiken g Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen (Blz. 21) Ga verder naar de bladzijden over de verschillende functies. De informatie vinden die u nodig heeft g Fotografeertips en informatie (Blz. 83), Menulijst (Blz. 95), Namen van onderdelen (Blz. 101), Index (Blz. 125) Indicaties die in deze handleiding gebruikt worden Belangrijke informatie over factoren die tot storingen of problemen bij de bediening kunnen leiden. Daaronder ook waarschuwingen voor handelingen die u absoluut dient te voorkomen. TIPS g Handige informatie en tips voor een optimaal gebruik van uw camera. Verwijzingen naar pagina's met details of relevante informatie. 2 NL

3 Basisgids Camerariem bevestigen Breng de camerariem aan zoals aangegeven door de pijlen (1, 2). Trek de camerariem tenslotte strak om er zeker van te zijn dat deze goed vastzit (3). Maak het andere uiteinde van de camerariem op dezelfde manier vast aan het andere bevestigingsoog. De batterij gereedmaken voor gebruik Basisgids 1 Batterij laden. Indicator voor laadtoestand Rood lichtje: Bezig met opladen Groen lichtje: Opladen voltooid (laadtijd: ca. 210 minuten) 3 Lithium-ionbatterij (BLS-1) Lithium-ionlaadapparaat (BCS-1) Batterij plaatsen. Vergrendelknop van het batterijcompartiment Lichtnetkabeltje Positioneringsmarkering Stopcontact Klepje van het batterijcompartiment Sluit het klepje van het batterijcompartiment tot er een klik hoorbaar is. Batterij uitnemen Druk op de batterijvergrendeling om deze te ontgrendelen en haal de batterij eruit. Wij raden u aan een reservebatterij bij de hand te houden voor als u langer door wilt gaan met fotograferen en de gebruikte batterij leeg raakt. Batterijvergrendeling NL 3

4 Een lens op de camera bevestigen 1 Verwijder de beschermkap van de camera en de achterkap van de lens. Basisgids Achterkap van de lens 1 Beschermkap van de camera 2 Een lens op de camera bevestigen. Houd de rode koppelingsmarkering op de lens tegenover de rode markering op de camera, en steek de lens in het camerahuis (1). Draai de lens in de richting die door de pijl wordt aangegeven tot u een klik hoort (2). Druk de lensontgrendelknop niet in. 3 Verwijder het lenskapje. Markering voor lenskoppeling (rood) Positioneringsmarkering (rood) 2 1 De lens uit de camera verwijderen Draai de lens, terwijl u de lensontgrendelknop (1) ingedrukt houdt, in de richting zoals aangegeven door (2). Lenskapje Lensontgrendelknop NL

5 Het kaartje plaatsen Open het klepje van het kaartje en plaats het kaartje. CompactFlash / Microdrive Steek het contactvlak van het kaartje zo ver mogelijk in de sleuf. -teken xd-picture Card Steek het kaartje zover in de kaartsleuf totdat het op zijn plaats vastklikt. Klepje van het kaartje Basisgids Indicatie-LED Dataverkeer CF-kaartsleuf xd-picture-card-sleuf Kaartje verwijderen Open het klepje van het kaartje nooit als de indicatie-led Dataverkeer knippert. CompactFlash / Microdrive Druk de uitwerpknop helemaal in, laat deze uitspringen, en druk de knop weer helemaal in om het kaartje uit te werpen. Neem de kaart eruit. xd-picture Card Druk zachtjes op het geplaatste kaartje en het springt eruit. Neem de kaart eruit. Uitwerpknop NL 5

6 Camera inschakelen Zet de cameraschakelaar op ON. Om de camera uit te schakelen, zet u de cameraschakelaar op OFF. Basisgids Zet de functieknop op AUTO. SSWF-indicator INFO-knop Scherm met het bedieningspaneel LCD-monitor Zodra u de camera inschakelt, verschijnt het bedieningspaneel op de monitor. Als het scherm met het bedieningspaneel niet verschijnt, drukt u op de INFO-knop. Automatische stofreductie Zodra u de camera inschakelt, wordt automatisch de functie stofreductie geactiveerd. Hierbij wordt met behulp van ultrasone trillingen stof en vuil verwijderd van het filteroppervlak van het beeldopneemelement. Tijdens deze reiniging knippert het SSWF-lampje (Super Sonic Wave Filter). Dioptrie van de zoeker instellen Stel de dioptrie van de zoeker in volgens uw wensen. Terwijl u door de zoeker kijkt, verdraait u langzaam de dioptrieregelaar. Zodra u het autofocuskader goed en scherp kunt zien, bent u klaar. Zoeker Dioptrieregelaar AF-kader 6 NL

7 Datum en tijd instellen Informatie over datum en tijd worden samen met de beelden opgeslagen op het kaartje. De bestandsnaam is ook inbegrepen bij de informatie over datum en tijd. Zorg ervoor dat u de juiste datum en tijd instelt voor u de camera gebruikt. 1 Druk op de MENU-knop. MENU a d c i CUSTOM RESET SETTING Basisgids Y/M/D Y/M/D 2 Gebruik ac om [Z] te selecteren en druk daarna op d. 3 Gebruik ac om [X] te selecteren en druk daarna op d. 4 Gebruik ac om het jaar [Y] te selecteren en druk dan op d. Y/M/D Y/M/D 5 Herhaal deze procedure tot u datum en tijd volledig heeft ingesteld. De tijd verschijnt in 24-uurs formaat. 6 Gebruik ac om het datumformaat te selecteren. 7 Druk op de i-knop. 8 Druk op de MENU-knop om af te sluiten. Fotograferen 1 Vasthouden van de camera. Zorg ervoor dat u uw vingers en de camerariem niet voor de lens en de flitser houdt. Horizontale stand Verticale stand NL 7

8 2 Richt het AF-kader op het onderwerp terwijl u door de zoeker kijkt. 3 Scherpstellen. Half indrukken Druk de ontspanknop voorzichtig (half) in. AF-teken Diafragmawaarde Ontspanknop Basisgids Sluitertijd De scherpstelling is vastgezet als u een pieptoon hoort. Het AF-teken en en het AF-kader verschijnen in de zoeker. De door de camera automatisch gekozen combinatie van sluitertijd en diafragmawaarde verschijnt. Het scherm met het bedieningspaneel verschijnt niet als de ontspanknop is ingedrukt. 4 Laat de ontspanknop los. Druk de ontspanknop helemaal in (tot aan de aanslag). Het sluitergeluid klinkt en de foto wordt gemaakt. De indicatie-led Dataverkeer knippert en de camera begint de foto op te nemen. Verwijder de batterij of het kaartje nooit als de indicatie-led Dataverkeer knippert. Doet u dat toch, dan kunnen daardoor de opgeslagen beelden verloren gaan of kan dat verhinderen dat de zojuist door u gemaakte foto s worden opgeslagen. Fotograferen terwijl u de monitor bekijkt Indicatie-LED Dataverkeer Helemaal indrukken Het is mogelijk om de LCD-monitor als zoeker te gebruiken en de compositie van het onderwerp te controleren, of om te fotograferen terwijl u een vergrote weergave op de LCD-monitor bekijkt. g Live bekijken (Blz. 18) 1 Druk op de u-knop (live bekijken). Het onderwerp wordt weergegeven op de monitor. u-knop 2 Druk de ontspanknop helemaal in. De foto wordt gemaakt met scherpstelling. 8 NL

9 Als de camera stopt te werken Als de camera gedurende ongeveer 8 seconden niet bediend wordt terwijl de camera aan is, gaat het achtergrondlicht van de monitor uit om de batterijen te sparen. Als daarna ongeveer een minuut lang geen bediening plaatsvindt, schakelt de camera naar de sluimerstand (stand-by) en stopt te werken. De camera wordt weer geactiveerd zodra u op een knop drukt (de ontspanknop, pendelknop enz.). g Timer achtergrondlicht (Blz. 69), Timer sluimerstand (Blz. 69) Weergeven / Wissen Beelden weergeven Basisgids Door de q-knop (weergeven) in te drukken wordt het laatst gefotografeerde beeld weergegeven. q-knop Geeft het vorige beeld weer Geeft het volgende beeld weer Pendelknop Gezoomd weergeven Telkens als u de regelaar richting U draait, wordt het beeld vergroot in stappen van 2x 14x. Beelden wissen Regelaar Geef de foto weer die gewist moet worden en druk op de S-knop (wissen). Gebruik ac om [YES] te selecteren en druk op de i-knop om te wissen. S-knop NL 9

10 Inhoudsopgave 1 Leer de E-410 gebruiken Beschrijft de functies van de camera en hoe u deze bedient. Gebruik van de functieknop Programma's voor gemakkelijk fotograferen Standen voor geavanceerd fotograferen Instellen van de functies Functies instellen Functies instellen met behulp van het bedieningspaneel Functies instellen met behulp van de directe knoppen Instellen in het menu Beschrijvingen in deze handleiding Live bekijken Het informatiedisplay omschakelen Bediening met vergrote weergave Weergave met lijnen Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen Beschrijft de fotografeermethoden die geschikt zijn voor individuele situaties. Gidsen voor basisfuncties Scherpstelling: De ontspanknop bedienen Helderheid: Belichtingscorrectie Kleur: Witbalans Een gids voor functies voor verschillende onderwerpen Landschapsfoto's nemen Bloemen fotograferen Nachtopnamen maken Fotografeerfuncties Categoriseert en beschrijft de fotografeerfuncties afhankelijk van de standen voor het fotograferen; de fotografeerfuncties; het scherpstellen; de belichting, kleur en het beeld. De juiste stand kiezen voor bepaalde lichtomstandigheden Motiefprogramma P: Programmagestuurd fotograferen A: Diafragmavoorkeuze S: Sluitertijdvoorkeuze M: Handmatig fotograferen Preview-functie Diverse fotografeerfuncties Als scherpstellen op het onderwerp niet lukt (scherpstelgeheugen) AE bracketing (belichting variëren) Gebruik van de flitser Flitserfunctie Handmatig flitsen De flitserfunctie instellen Gebruik van de ingebouwde flitser Regelen van de flitssterkte Externe elektronenflitsers (optioneel) Gebruik van een externe elektronenflitser Super FP-flitser NL

11 Gebruik van andere in de handel verkrijgbare flitsers In de handel verkrijgbare flitsers die niet speciaal voor deze camera zijn bedoeld Repeterende opnamen / Zelfontspanner / Afstandsbediening Instellen van de functies Repeterende opnamen Gebruik van de zelfontspanner Gebruik van de afstandsbediening Panoramaopnamen Scherpstelfuncties AF-kader selecteren Scherpstelfunctie De methoden S-AF en MF gelijktijdig gebruiken (S-AF+MF) De methoden C-AF en MF gelijktijdig gebruiken (C-AF+MF) AF-hulpverlichting Belichting, beeld en kleur De beeldkwaliteit selecteren Soorten beeldkwaliteiten Bestandstype RAW De beeldkwaliteit selecteren SQ Het instellen van het aantal pixels en de compressiefactor Metingsmethode Metingssysteem wijzigen Belichtingscorrectie De helderheid van het beeld variëren AE-lock De belichting vasthouden ISO De gewenste lichtgevoeligheid instellen Witbalans De kleurtint aanpassen Auto / Preset / Custom WB instellen Witbalanscorrectie De one-touch witbalans instellen (witbalans met één knop) Beeldeffecten Gradatie Ruisonderdrukking Ruisfilter Instellen van het ruisfilterniveau Kleurenpalet Anti-shock Weergavefuncties Beschrijft de functies die gebruikt worden voor het weergeven van opgenomen beelden. Enkel beeld / Gezoomd weergeven Indexweergave / Kalenderweergave Informatiedisplay Diashow Beelden roteren Weergave op televisie...59 Stilstaande beelden bewerken Beelden kopiëren Alle beelden kopiëren Geselecteerde beelden kopiëren Enkelbeeldkopie Beelden beveiligen tegen per ongeluk wissen Enkelbeeldbeveiliging Geselecteerde beelden beveiligen NL 11

12 Alle beveiligingen annuleren Beelden wissen Enkel beeld wissen Alle beelden wissen Geselecteerde beelden wissen Instellingen en functies aanpassen volgens uw wensen Beschrijft de overige verschillende soorten functies. De instellingen of functies kunnen aangepast worden aan de omgeving waarin de camera gebruikt wordt. Uw eigen reset-instelling...64 AEL / AFL-functie Andere functie-instellingen AEL/AFL memo AEL-lichtmeting Alle witbalansen corrigeren Automatisch omhoog springen FUNCTION Live bekijken verbeteren Bestandsnaam Rec view Onmiddellijk na de opname de foto controleren De pieptoon instellen Helderheid van de monitor instellen Timer sluimerstand Timer achtergrondlicht USB-functie Een andere taal kiezen voor de monitor Vóór aansluiting op de televisie eerst het type videosignaal selecteren HI (onderwatermodus) Firmware Printen Beschrijft hoe u opgenomen beelden print. Printreservering (DPOF) Printreservering Enkel beeld reserveren Alle beelden reserveren Annuleren van de printreserveringsgegevens Direct printen (PictBridge)...73 Camera aansluiten op een printer Eenvoudig printen Printen volgens de specificatie van de klant Gebruik van de OLYMPUS Master software Beschrijft hoe u de beelden van de camera naar uw computer overbrengt en ze daar opslaat. Werkvolgorde Gebruik van de OLYMPUS Master software Wat is OLYMPUS Master? De camera aansluiten op een computer De OLYMPUS Master software activeren In de camera opgeslagen beelden weergeven op een computer Beelden downloaden en opslaan NL

13 Camera loskoppelen van de computer Stilstaande beelden bekijken Als u meer talen nodig heeft Beelden overbrengen naar uw computer zonder OLYMPUS Master te gebruiken Uw camera beter leren kennen Kijk hier als u hulp nodig hebt of als u meer over de camera wilt weten. Fotografeertips en -gegevens Tips voordat u gaat fotograferen Fotografeertips Aanvullende fotografeertips en -gegevens Weergavetips Bekijken van foto's op een computer Als er foutmeldingen verschijnen Onderhoud van de camera Reinigen en opbergen van de camera Reinigingsfunctie Stof verwijderen Pixel mapping Controleren van de beeldbewerkingsfuncties Informatie Beschrijft hoe u met de kaartjes en de oplaadbare batterij om moet gaan en bevat een lijst met functies en displays van de camera. Info over het kaartje Toepasbare geheugenkaartjes Het geheugenkaartje formatteren Batterij en laadapparaat...94 Uw laadapparaat in het buitenland gebruiken Menulijst Functies die kunnen worden ingesteld per stand Fotograferen Lijst met beeldkwaliteiten Namen van onderdelen Camera Indicaties in de zoeker Scherm met het bedieningspaneel Indicaties op de LCD-monitor (tijdens live bekijken) Indicaties op de LCD-monitor (tijdens weergave) Begrippenlijst Technische gegevens Verwisselbare lenzen Beschrijft hoe u met verwisselbare lenzen om moet gaan. Lens ZUIKO DIGITAL verwisselbare lens Volgorde E-systeem Diversen Beschrijft voorzorgsmaatregelen met betrekking tot het gebruik van de camera en accessoires. VEILIGHEIDSMAATREGELEN Index NL 13

14 1 Leer de E-410 gebruiken 1Leer de E-410 gebruiken Gebruik van de functieknop De functieknop biedt u de mogelijkheid de camera-instellingen moeiteloos aan het onderwerp aan te passen. Programma's voor gemakkelijk fotograferen Selecteren afhankelijk van de te fotograferen scène. De camera stelt de juiste lichtomstandigheden automatisch in. Als u de functieknop draait of de camera uitschakelt in de programma's voor gemakkelijk fotograferen, worden functies waarbij instellingen zijn gewijzigd teruggezet naar de standaardinstellingen af fabriek. AUTO AUTO Hierbij kiest de camera zelf de optimale combinatie van diafragma en sluitertijd. De ingebouwde flitser springt automatisch omhoog onder omstandigheden met weinig licht. i PORTRAIT Voor een portretopname van een persoon. l LANDSCAPE Voor landschappen en andere buitenopnamen. & MACRO Voor dichtbij-opnamen (close-ups). j SPORT Voor scherpe opnamen van snelbewegende onderwerpen. / g NIGHT+ PORTRAIT (portret) Motiefprogramma Voor scherpe opnamen van het onderwerp mét achtergrond bij nachtlicht. In deze stand kunt u kiezen tussen 20 verschillende motiefprogramma's voor diverse situaties. (gblz. 26) Geavanceerde programma's Voor geavanceerde en creatieve opnamen kunt u de diafragmawaarde en de sluitertijd zelf instellen. De instellingen die in de geavanceerde programma's zijn uitgevoerd, worden ook behouden als de camera wordt uitgeschakeld. P A S M Programmagestuurd fotograferen Diafragmavoorkeuze Sluitertijdvoorkeuze Handmatig fotograferen (Manual) Hierbij kiest de camera zelf een combinatie van diafragma en sluitertijd. (gblz. 26) Hierbij stelt u zelf het gewenste diafragma in. De camera kiest automatisch de bijpassende sluitertijd. (gblz. 27) Hierbij stelt u zelf de gewenste sluitertijd in. De camera kiest automatisch het bijpassende diafragma. (gblz. 28) Hierbij kiest u zelf de gewenste combinatie van sluitertijd en diafragma. (gblz. 29) 14 NL

15 Instellen van de functies Functies instellen U kunt de functies van deze camera op drie manieren instellen. Instellen terwijl u naar het scherm met het bedieningspaneel kijkt (zie hieronder) Instellen met directe knoppen (gblz. 16) Instellen in het menu (gblz. 17) Functies instellen met behulp van het scherm met het bedieningspaneel Selecteer een functie op het scherm met het bedieningspaneel en verander de instelling. 1 Zodra u de cameraschakelaar op ON zet, verschijnt op de LCD-monitor het scherm met het bedieningspaneel met informatie en instelmenu. Het display verandert bij elke druk op de INFO-knop. U kunt ook het scherm met het bedieningspaneel weergeven en de instelling wijzigen terwijl u live bekijken gebruikt. INFO-knop Regelaar i-knop Cameraschakelaar p Pendelknop 1 Leer de E-410 gebruiken Scherm met het bedieningspaneel Basis Gedetailleerd Weergave OFF 2 Druk op de i-knop. Op het scherm met het bedieningspaneel verschijnt de cursor (functie wordt geselecteerd). bijv.) Bij het instellen van Repeterende opnamen / Zelfontspanner / Afstandsbediening Cursor Directmenu 3 Gebruik p om de cursor naar de functie die u wilt instellen te bewegen. 4 Draai de regelaar om de instelling te veranderen. Door op de i-knop te drukken terwijl de functie geselecteerd wordt, verschijnt het directmenu voor die functie. Draai de regelaar om de instelling te veranderen. Als u de i-knop indrukt of de regelaar niet binnen enkele seconden bedient, wordt uw instelling bevestigd en verschijnt het scherm met het bedieningspaneel opnieuw. NL 15

16 Functies op het scherm met het bedieningspaneel De functies die op het basisdisplay en het gedetailleerde display kunnen worden ingesteld, variëren. 1Leer de E-410 gebruiken Gedetailleerd Nee. Functies Basis Zie Blz. 1 ISO Blz. 48 WB Blz Witbalanscorrectie k Blz Lichtmeetfunctie Blz Kaartje Blz Beeldkwaliteit Blz AF-kader Blz Scherpstelfunctie Blz Repeterene opnamen / Zelfontspanner / Afstandsbediening Blz. 39 Flitserfunctie Blz. 35 Regelen van de flitssterkte k Blz Beeldeffecten Blz Basis Kleurruimte Scherpte Contrast Kleurintensiteit Gradatie : Kan worden ingesteld k: Kan niet worden ingesteld Instellen met behulp van de directe knoppen k ,6,7,8 Gedetailleerd Blz. 54 Blz. 52 Blz. 52 Blz. 52 Blz. 53 Deze camera is uitgerust met directe knoppen waar functies vastgelegd zijn en snel ingesteld kunnen worden. 1 Druk op de knop die bestemd is voor de functie die u wilt instellen. Het directmenu verschijnt. bijv.) Bij het instellen van Repeterende opnamen / Regelaar 4 Zelfontspanner / Afstandsbediening Directmenu 16 NL

17 2 Draai de regelaar om de instelling te wijzigen. Druk op de i-knop om uw instelling te bevestigen. Als u de regelaar niet binnen enkele seconden bedient, wordt uw instelling bevestigd en verschijnt het scherm met het bedieningspaneel opnieuw. Lijst met directe knoppen De functies zijn als volgt aan de knoppen toegewezen. Nee. Directe knoppen Functie Zie Blz. 1 < / Y / j Knop Afstandsbediening / Zelfontspanner / Repeterende opnamen Instellen in het menu 1 Druk op de MENU-knop. Het menu verschijnt op de LCD-monitor. Afstandsbediening / Zelfontspanner / Repeterende opnamen Blz F Belichtingscorrectieknop Belichtingscorrectie Blz u Knop Live bekijken Schakelt live bekijken in of uit Blz # Knop flitser Hierdoor springt de flitser omhoog en wordt de flitserfunctie ingesteld Blz Leer de E-410 gebruiken CUSTOM RESET SETTING MENU-knop p Pendelknop i-knop Onderaan op het scherm staan de bedieningsaanwijzingen. CANCEL a : Druk op MENU om de instelling te annuleren. SELECT / : Druk op dac om de functie te selecteren. De pijltjes op het scherm komen overeen met de onderstaande pendelknopsymbolen. :a :c :d :b GO f : Druk op i om uw instellingen te bevestigen. 2 Gebruik p om een functie in te stellen. CUSTOM RESET SETTING NOISE FILTER NOISE REDUCT. STANDARD Tabblad De huidige instelling verschijnt op het scherm Functie Hiermee gaat u naar functies binnen het geselecteerde tabblad. Selecteer een functie en ga naar het instelmenu. NL 17

18 1Leer de E-410 gebruiken Soorten tabbladen W Programma's instellen. X Programma's instellen. q Weergavefuncties instellen. Y Programma's aanpassen. Z Functies instellen waarmee u de camera efficiënt kunt gebruiken. 3 Druk meerdere keren op i tot het menu verdwijnt. Het normale fotografeerscherm verschijnt dan weer. Voor de menulijsten, zie Menulijst (g Blz. 95). Beschrijvingen in deze handleiding De gebruiksaanwijzingen van het scherm met het bedieningspaneel, directe knoppen en menu worden in deze handleiding als volgt beschreven. NOISE FILTER NOISE REDUCT. STANDARD Scherm met het bedieningspaneel Instelmenu directe knoppen Instelmenu menu Scherm met het bedieningspaneel bijv.: Bij het instellen van Afstandsbediening / Zelfontspanner / Repeterende opnamen i p: j / < / Y i Directe knoppen bijv.: Bij het instellen van Afstandsbediening / Zelfontspanner / Repeterende opnamen < / Y / j Regelaar Menu bijv.: Bij het instellen van de witbalans MENU [W] [WB] Live view (live bekijken) Het is mogelijk om de LCD-monitor als zoeker te gebruiken en de compositie van het onderwerp te controleren, of om te fotograferen terwijl u een vergrote weergave op de LCDmonitor bekijkt. 1 Druk op de u-knop. Regelaar Het onderwerp wordt weergegeven op de AFL-knop monitor. INFO-knop u-knop 18 NL

19 2 Druk de ontspanknop helemaal in om scherp te stellen en te fotograferen. Om vooraf scherp te stellen, houdt u de AFL-knop ingedrukt en drukt u de ontspanknop in. De scherpstelling wordt vastgezet als de AFL-knop is ingedrukt. De weergave van het beeld op de monitor bevriest als de spiegel tijdens het scherpstellen naar beneden gaat. De foto die u heeft gemaakt wordt kort weergegeven op de monitor, zodat u de foto kunt controleren. Om scherp te stellen met gebruik van MF 1 Stel [AF MODE] in op [MF]. g Scherpstelfunctie (Blz. 43) Draai de scherpstelring om het onderwerp scherp te stellen. Voor de manier van fotograferen MF, zie Scherpstelfunctie (Blz. 43). U kunt ook de AFL-knop indrukken om autofocus te activeren. Het informatiedisplay omschakelen U kunt de INFO-knop indrukken om de informatie die op de monitor wordt weergegeven, te wisselen. Informatiedisplay ON Informatiedisplay ON Informatiedisplay ON + weergave met lijnen *1 + histogram 1 Leer de E-410 gebruiken Informatiedisplay OFF Vergrote weergave *2 *1 Weergegeven als [FRAME ASSIST] is ingesteld. *2 Voor bediening met de vergrote weergave, zie Bediening met vergrote weergave op de volgende bladzijde. Bediening met vergrote weergave Het is mogelijk om voor de weergave het onderwerp 7 of 10 keer te vergroten. Het vergroten van het beeld tijdens MF vereenvoudigt het bevestigen en aanpassen van de scherpstelling. 1 Gebruik p om het kader te bewegen en druk op de i-knop. Het gebied binnen het kader wordt vergroot en weergegeven. Druk op de i-knop en houd deze ingedrukt om het verschoven kader voor vergroting weer in het midden te zetten. NL 19

20 2 Draai de regelaar om de vergroting te veranderen (7x / 10x). Door i in te drukken wordt de bediening met vergrote weergave geannuleerd. 1Leer de E-410 gebruiken x Opmerkingen Als er een sterke lichtbron binnen het scherm aanwezig is, kan het beeld donkerder weergegeven worden, maar het wordt normaal opgeslagen. Als de functie Live bekijken langdurig wordt gebruikt, stijgt de temperatuur van het beeldopneemelement waardoor beelden met een hoge ISO-gevoeligheid veel ruis en oneffenheden in de kleur vertonen. Verlaag de ISO-gevoeligheid of schakel de camera een tijdje uit. Door het vervangen van de lens stopt het live bekijken. De volgende functies zijn niet beschikbaar tijdens het live bekijken. C-AF / AE-lock / [AEL / AFL] Weergave met lijnen U kunt de lijnen op de LCD-monitor weergeven als hulpmiddel bij het bevestigen van de samenstelling. MENU [Y] [FRAME ASSIST] [OFF] / [GOLDEN SECTION] / [GRID] / [SCALE] TIPS De monitor lichter maken om het onderwerp goed te kunnen zien: Raadpleeg Live bekijken verbeteren (Blz. 67) 20 NL

21 2 Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen Gidsen voor basisfuncties Maak vaak foto's om aan de camera te wennen. U kunt beginnen met het fotograferen van onderwerpen bij u in de buurt zoals kinderen, bloemen of huisdieren. Probeer bij de gemaakte foto's die een slechte kwaliteit hebben te ontdekken wat fout is gegaan. De problemen kunnen vaak worden opgelost door eenvoudigweg beter op te letten tijdens het fotograferen. Scherpstelling: de ontspanknop bedienen Niet scherpgesteld is vaak de oorzaak van slechte foto's. In veel gevallen wordt in plaats van op het bedoelde onderwerp scherpgesteld op het gebied achter of voor het onderwerp of op andere onderwerpen. De ontspanknop kan half en helemaal worden ingedrukt. Zodra u het half en helemaal indrukken beheerst, kunt u zelfs scherpstellen op bewegende onderwerpen. g Fotograferen (Blz. 7), Als scherpstellen op het onderwerp niet lukt (scherpstelgeheugen) (Blz. 31) Echter, zelfs als op het onderwerp is scherpgesteld, kan het beeld wazig worden als de camera beweegt terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt. Houd de camera goed vast zodat deze niet beweegt. De camera is vooral gevoelig voor beweging als met live bekijken gefotografeerd wordt terwijl het onderwerp op de monitor bekeken wordt. Daarnaast kan het nodig zijn om een statief te gebruiken om te voorkomen dat de camera beweegt, zelfs als u denkt dat er voldoende licht is. g Vasthouden van de camera (Blz. 7) Naast de problemen met scherpstelling en beweging van de camera, zorgt beweging van het onderwerp er ook voor dat het beeld wazig wordt. De mogelijkheid om met een sluitertijd te fotograferen die bij de beweging van het onderwerp past is essentieel. U kunt de sluitertijd en het diafragma op de displays van de zoeker en monitor bevestigen als u de ontspanknop bij het fotograferen half indrukt. Controleer deze displays tijdens het fotograferen. g Gebruik van de functieknop (Blz. 14), Preview-functie (Blz. 30), Live bekijken (Blz. 18) 2 Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen Half indrukken: Helemaal indrukken: Helderheid: Belichtingscorrectie Aan de hand van de helderheid kiest de camera automatisch een diafragmawaarde en sluitertijd. Dit is automatische belichting. Echter, automatische belichting alleen is geen garantie voor foto's die voldoen aan uw wensen. Op zulke momenten kunt u de belichting aanpassen door de belichtingswaarde die tijdens het fotograferen door de automatische belichting van de camera wordt ingesteld te verhogen of verlagen. Verhoog de belichtingswaarde als u de duizelingwekkende sensatie van het zomerstrand of de witte sneeuw eruit wilt laten springen. En verlaag de belichtingswaarde als het te fotograferen gebied kleiner en helderder is dan zijn omgeving. Als u niet zeker weet hoeveel belichtingscorrectie nodig is, is het beter om de foto met verschillende instellingen te maken. g Belichtingscorrectie De helderheid van het beeld variëren (Blz. 47) NL 21

22 Kleur: Witbalans 2Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen Behalve zonlicht zijn er andere lichtbronnen, zoals gloeilamplicht en TL-licht, die het onderwerp kunnen verlichten. Anders dan zonlicht, bevatten deze lichtbronnen bepaalde kleuren. Daarom vertoont hetzelfde onderwerp, onder verschillende lichtomstandigheden gefotografeerd, andere kleuren. Zelfs bij zonlicht is het resultaat afhankelijk van de lucht, schaduw, bomen of gebouwen enz. Witbalans corrigeert de effecten van deze lichtbronnen automatisch en maakt fotograferen met de juiste kleuren mogelijk. Hoewel de juiste kleuren verkregen kunnen worden als de witbalans op [AUTO] is ingesteld, is het, afhankelijk van de situatie bij het fotograferen, misschien niet mogelijk om de bedoelde kleuren te verkrijgen. Ga in dergelijke gevallen naar een passende instelling. g Witbalans De kleurtint aanpassen (Blz. 49) TL-licht Gloeilamplicht Schaduw van een boom Een gids voor functies voor verschillende onderwerpen Deze paragraaf beschrijft de functies die onder verschillende lichtomstandigheden voor de diverse onderwerpen geschikt zijn. Landschapsfoto's nemen Buitenopnamen zoals opnamen van bloemen en nachtopnamen behoren tot de landschapsfoto's. Er zijn een aantal dingen waarop u tijdens het maken van landschapsfoto's moet letten. Deze paragraaf beschrijft het maken van buitenopnamen van bijvoorbeeld bossen en meren overdag. De stand Fotograferen veranderen Buitenopnamen omvatten zowel dynamische als ook statische beelden. De manier van fotograferen is anders als u een realistische beweging van het onderwerp vast wilt leggen. Om een foto te maken die op een bepaald punt scherpgesteld is en toch de diepte van bijvoorbeeld een bos weergeeft, gebruikt u de stand A (diafragmavoorkeuze) en sluit u het diafragma zoveel mogelijk (diafragmawaarde verhogen). Om het moment vast te leggen waarop golven tegen de kust slaan, gebruikt u de stand S (sluitertijdvoorkeuze) en kiest u een snelle sluitertijd. Om een stromende waterval of rivier te fotograferen, stelt u een langzame sluitertijd in om een ander effect te krijgen. Belichtingscorrectie kan zelfs bij verschillende standen voor het fotograferen worden gebruikt. Controleer de foto die u hebt gemaakt en gebruik + of - om te corrigeren. 22 NL

23 Witbalans gebruiken De kleur van water is bij een meer omgeven door bossen anders dan bij een tropische oceaan. Om het subtiele kleurverschil vast te leggen, kunt u de instelling van de witbalans veranderen. Het is waarschijnlijk moeilijk met een automatische instelling de subtiele kleuren vast te leggen van een meer dat de groene bladeren van de bomen reflecteert of van een oceaan omringd door koraal. Probeer de instellingen voor verschillende situaties te veranderen zoals bijvoorbeeld 5300 K voor zonnige dagen en 7500 K voor een buitenopname in de schaduw op een zonnige dag. Metingsmethode veranderen 2 Afhankelijk van de diepte en de richting van de zon, verschilt de helderheid van de zee aanzienlijk, zelfs in dezelfde compositie. Ook de helderheid van bossen is verschillend, afhankelijk van hoe de bomen elkaar overlappen. Als u weet in welke bereiken u de correctie moet benadrukken in de compositie van het beeld, dan kunt u de metingsmethode veranderen. De metingsmethode staat op ESP zolang de camera-instellingen onveranderd blijven. De camera meet automatisch de helderheid in de compositie en de ESP bepaalt de belichting. Om een specifieke gedeeltelijke belichting in de compositie te benadrukken, gaat u naar Lichtmeting met nadruk op het centrum, stelt u het AF-kader op de plaatsen waar u de belichting wilt aanpassen en meet u de belichting. Kleurintensiteit veranderen Misschien kon u niet altijd dezelfde kleur reproduceren die u had gezien terwijl u toch witbalans of belichtingscorrectie had gebruikt. U kunt de kleurintensiteit instellen om die kleur te krijgen die u wilt. U kunt een hoge of lage instelling voor de kleurintensiteit kiezen. Als de instelling hoog is, worden er felle kleuren gebruikt. Maar als het beeld opgenomen wordt met deze instelling tijdens het fotograferen, raden wij u aan om te hoog instellen te voorkomen. g A: Diafragmavoorkeuze (Blz. 27), S: Sluitertijdvoorkeuze (Blz. 28), Metingsmethode Metingssysteem wijzigen (Blz. 46), Belichtingscorrectie De helderheid van het beeld variëren (Blz. 47), Witbalans De kleurtint aanpassen (Blz. 49), [SATURATION] : De kleurdiepte van het beeld (Blz. 52) Bloemen fotograferen Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen Opnamen van bloemen varieren van een paar in het wild groeiende bloemen tot een heel bloemenveld. De manier van fotograferen is afhankelijk van wat u wilt bereiken met uw foto. Witbalans gebruiken Bloemen hebben heel verschillende kleuren, variërend van licht tot fel. Afhankelijk van de kleur, worden subtiele kleurnuances eventueel niet zo vastgelegd als u ze ziet. Als mooie kleurnuances niet worden weergegeven, controleer dan de lichtomstandigheden en verander de instelling van de witbalans. De standaardinstelling van de witbalans is automatisch zolang de camera-instellingen niet worden veranderd. De automatische instelling is goed, maar door de instellingen voor verschillende situaties te veranderen, bijvoorbeeld 5300 K voor zonnige dagen en 7500 K voor een buitenopname in de schaduw op een zonnige dag, kunt u de subtiele kleurnuances veel effectiever naar voren brengen. NL 23

24 Belichtingscorrectie gebruiken Als u een foto met achtergrond neemt, kies dan een achtergrond waardoor de vorm en de kleur van de bloem goed tot hun recht komen. Een eenvoudige achtergrond laat het onderwerp goed tot zijn recht komen. Als u lichte en witachtige bloemen fotografeert, stelt u de belichtingscorrectie op (min) in, zodat de bloem tegen de donkere achtergrond afsteekt. De stand Fotograferen veranderen 2Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen De manier om een onderwerp vast te leggen is afhankelijk van het soort onderwerp dat u wilt benadrukken, dat geldt net zo goed voor een heel veld als voor een bosje bloemen. Om het scherpstelbereik te veranderen, stelt u in op de stand A (diafragmavoorkeuze) en kiest u de diafragmawaarde. Naarmate u het diafragma verder opent (door een lagere diafragmawaarde te kiezen), neemt de scherptediepte verder af waardoor het onderwerp benadrukt wordt en de achtergrond onscherp is. Naarmate u het diafragma verder sluit (door een hogere diafragmawaarde te kiezen), neemt de scherptediepte verder toe waardoor de foto een duidelijke scherpte krijgt. U kunt de preview-functie gebruiken om de veranderingen in de scherptediepte te bevestigen als het diafragma veranderd wordt. Live view gebruiken Als u foto's wilt maken met een andere belichtingscorrectie en witbalans-instellingen en u gebruikt een conventionele éénogige spiegelreflexcamera met verwisselbaar lenssysteem, moet u de foto's daarna bekijken om de resultaten te controleren. Met de functie Live bekijken van deze camera kunt u de monitor gebruiken om het onderwerp dat u wilt fotograferen weer te geven en te controleren. Lenzen verwisselen Als er maar weinig bloeiende bloemen zijn die ver uit elkaar staan, gebruikt u een telefotolens om de foto te maken. Op een foto die met een telefotolens is gemaakt, lijkt het of de bloemen in volle bloei staan en de afstanden lijken kleiner. Door de telescoopfunctie van de zoomlens te gebruiken, bereikt u dit effect ook, maar het is makkelijker om dit effect te bereiken als de scherpstelafstand groter is, bijvoorbeeld 150 mm of 200 mm, in plaats van 54 mm. g A: Diafragmavoorkeuze (Blz. 27), Live bekijken (Blz. 18), Preview-functie (Blz. 30), Belichtingscorrectie De helderheid van het beeld variëren (Blz. 47), Witbalans De kleurtint aanpassen (Blz. 49) 24 NL

25 Nachtopnamen maken Er zijn verschillende soorten nachtopnamen, varierend van het avondrood na een zonsondergang tot straatlicht in een donkere stad. Opnamen van een zonsondergang en van vuurwerk zijn ook een soort nachtopnamen. Het statief gebruiken Een statief is absoluut noodzakelijk als u nachtopnamen maakt, omdat de sluitertijd lang is in verband met de duisternis. Als er geen statief beschikbaar is, moet u de camera ook op een stabiele ondergrond zetten zodat hij niet kan bewegen. Zelfs als de camera stevig staat, kunt u de camera toch bewegen als u op de ontspanknop drukt. Daarom moet u zoveel mogelijk de afstandsbediening of de zelfontspanner gebruiker om de sluiter te activeren. De stand Fotograferen veranderen Als u nachtopnamen maakt, is de balans van de helderheid in de compositie niet uniform vanwege de intensiteit van de helderheid. Omdat er veel donkere bereiken zijn, zal de stand P (programmagestuurd fotograferen) een witachtige foto maken die overbelicht is. Gebruik ten eerste de stand A (diafragmavoorkeuze) om de foto te maken. Zet het diafragma op een gemiddelde instelling (ongeveer F8 of F11) en laat de sluitertijd aan de camera over. Aangezien het normaal is dat de foto te licht wordt, stelt u de belichtingscorrectie in op 1 of 1.5. Controleer het diafragma en de belichtingscorrectie in het [REC VIEW] beeld en verander deze indien nodig. Ruis kan snel optreden als u met een lange sluitertijd fotografeert. Zet [NOISE REDUCT.] op [ON] om het optreden van ruis te onderdrukken. Handmatig scherpstellen In gevallen waarin het onderwerp donker is en u niet scherp kunt stellen met AF (autofocus) of als u niet op tijd kunt scherpstellen voor foto's van bijvoorbeeld vuurwerk, zet u de scherpstelfunctie op MF (handmatig scherpstellen) en stel handmatig scherp. Voor nachtopnamen draait u de scherpstelring van de lens en controleert of u de straatverlichting duidelijk kunt zien. Voor vuurwerk is het voldoende om op oneindig in te stellen zolang u de long-focus-lens niet gebruikt. Als u de juiste afstand weet, kunt u van tevoren ook scherpstellen op iets dat zich op dezelfde afstand bevindt. g P: Programmagestuurd fotograferen (Blz. 26), A: Diafragmavoorkeuze (Blz. 27), Repeterende opnamen / Zelfontspanner / Afstandsbediening (Blz. 39), Scherpstelfunctie (Blz. 43), Ruisonderdrukking (Blz. 53), Rec view Onmiddellijk na de opname de foto controleren (Blz. 68) 2 Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen NL 25

26 3 Fotografeerfuncties 3Fotografeerfuncties De juiste stand kiezen voor bepaalde lichtomstandigheden Motiefprogramma Als u een programma voor een bepaalde situatie kiest, past de camera zijn instellingen optimaal aan de lichtomstandigheden aan. In tegenstelling tot het motiefprogramma van de functieknop, kunnen de meeste functies niet veranderd worden. 1 Zet de functieknop op g. Het motiefmenu wordt weergegeven. 2 Gebruik ac om het motiefprogramma te selecteren. Er verschijnt een voorbeeld en een beschrijving van het geselecteerde motief. 3 Druk op de i-knop. De camera is nu klaar om te fotograferen. Om de instelling te wijzigen, drukt u nogmaals op de i-knop. Het motiefmenu wordt weergegeven. Soorten motiefprogramma's Pictogragram Picto- Stand I 1 PORTRAIT (portret) J 11 MACRO Stand L 2 LANDSCAPE (landschap) r 12 NATURE MACRO (natuuropname macro) K 3 LANDSCAPE+PORTRAIT (landschap+portret) G 4 NIGHT SCENE (nachtscène) U 5 NIGHT+PORTRAIT (nacht+portret) & 13 CANDLE (kaars) * 14 SUNSET (zonsondergang) ( 15 FIREWORKS (vuurwerk) G 6 CHILDREN 16 DOCUMENTS (documenten) J 7 SPORT s 17 PANORAMA H 8 HIGH KEY g 18 BEACH & SNOW (strand & sneeuw) I 9 LOW KEY I 19 UNDER WATER WIDE (onder water groothoek) q 10 DIS MODE H 20 UNDER WATER MACRO (onder water macro) P: Programmagestuurd fotograferen 1 PORTRAIT For taking a portrait-style shot. Aan de hand van de helderheid van het onderwerp kiest de camera een optimale combinatie van diafragmawaarde en sluitertijd. Zet de functieknop op P. Als de ontspanknop half is ingedrukt, worden de sluitertijd en diafragmawaarde weergegeven op de zoeker. Als de ontspanknop wordt losgelaten, worden de sluitertijd en diafragmawaarde weergegeven op het scherm met het bedieningspaneel. Sluitertijd Diafragmawaarde Scherm met bedieningspaneel AF-teken Diafragmawaarde Sluitertijd Belichtingsfunctie Zoeker 26 NL

27 Diafragmawaarden en sluitertijden in de stand P In de stand P is de camera zo geprogrammeerd, dat deze aan de hand van de helderheid van het onderwerp automatisch de diafragmawaarde en de sluitertijd kiest zoals hieronder wordt aangegeven. Het programma lijndiagram is afhankelijk van het type lens dat gebruikt wordt. Bij gebruik van de mm F zoomlens (brandpuntsafstand: 14 mm) Programma-aanpassing Sluitertijd Diafragmawaarde 3 Programma-aanpassing (%) Door in de stand P de regelaar te verdraaien, kunt u de combinatie van diafragma en sluitertijd zoals hierboven aangegeven wijzigen terwijl de belichting optimaal blijft. Na het maken van de foto blijft deze instelling actief. Om de aanpassing ongedaan te maken, draait u de regelaar, totdat in de zoeker of op het scherm met het bedieningspaneel de indicatie voor stand belichting % naar P verandert, of u schakelt de camera uit. Bij gebruik van een flitser is er geen programma-aanpassing mogelijk. A: Diafragmavoorkeuze De camera kiest automatisch de sluitertijd die past bij de diafragmawaarde die u hebt ingesteld. Naarmate u het diafragma verder opent (door een lagere diafragmawaarde te kiezen), neemt de scherptediepte verder af waardoor de achtergrond eerder onscherp wordt. Naarmate u het diafragma verder sluit (door een hogere diafragmawaarde te kiezen), neemt de scherptediepte toe. Gebruik deze modus als u veranderingen aan de weergave van de achtergrond wilt toevoegen. Voordat u de foto gaat maken, kunt u met de preview-functie controleren hoe scherp of onscherp de achtergrond in beeld komt. g Preview-functie (Blz. 30) Bij een lagere diafragmawaarde (F-waarde) Zet de functieknop op A en draai de regelaar om de diafragmawaarde in te stellen. Bij een hogere diafragmawaarde (F-waarde) Diafragma verder openen (F-waarde wordt lager) Fotografeerfuncties De juiste stand kiezen voor bepaalde lichtomstandigheden Diafragma sluiten (F-waarde is verhoogd) NL 27

28 Weergave in de zoeker als de ontspanknop half ingedrukt is. Overbelicht als de sluitertijdaanduiding knippert. Sluitertijd Diafragmawaarde Kies een hogere diafragmawaarde (F-waarde). Onderbelicht als de sluitertijdaanduiding knippert. Kies een lagere diafragmawaarde (F-nummer). AF-teken Belichtingsfunctie Zoeker 3Fotografeerfuncties De juiste stand kiezen voor bepaalde lichtomstandigheden TIPS De sluitertijdindicatie blijft knipperen, ook al hebt u de diafragmawaarde veranderd: Als bij een snelle sluitertijd de sluitertijdaanduiding knippert, zet u de ISO-lichtgevoeligheid op een lagere waarde, of gebruikt u een apart verkrijgbaar ND-filter (Neutral Density- of grijsfilter) om de hoeveelheid invallend licht te temperen. g ISO De gewenste lichtgevoeligheid instellen (Blz. 48) Hebt u een trage sluitertijd ingesteld en de sluitertijdaanduiding blijft knipperen, dan zet u de ISO-lichtgevoeligheid op een hogere waarde. g ISO De gewenste lichtgevoeligheid instellen (Blz. 48) De scherptediepte bij de ingestelde diafragmawaarde controleren: Raadpleeg Preview-functie (Blz. 30). S: Sluitertijdvoorkeuze De camera kiest automatisch de diafragmawaarde die past bij de sluitertijd die u hebt ingesteld. Stel de sluitertijd in voor het soort effect dat u wilt bereiken. Met snelle sluitertijden kunt u snelbewegende onderwerpen toch scherp op de foto krijgen, terwijl u met een trage sluitertijd bewegingsonscherpte krijgt, waarmee u een gevoel van snelheid of beweging kunt oproepen. Een korte sluitertijd kan een snelle actie bevriezen zonder bewegingsonscherpte. Zet de functieknop op S en draai de regelaar om de sluitertijd in te stellen. Langere sluitertijd Kortere sluitertijd Door een langere sluitertijd wordt een opgenomen snelle actie onscherp. Deze onscherpte roept het gevoel van een dynamische beweging op. 28 NL

29 Weergave in de zoeker als de ontspanknop half ingedrukt is. Sluitertijd AF-teken Diafragmawaarde Als laagst mogelijke diafragmawaarde blijft knipperen*, is er geen correcte belichting mogelijk (onderbelicht). Kies een langere sluitertijd. Als hoogst mogelijke diafragmawaarde blijft knipperen*, is er geen correcte belichting mogelijk (overbelicht). Kies een snellere sluitertijd. Belichtingsfunctie Zoeker * Welke diafragmawaarde hierbij gaat knipperen, hangt af van het type lens en de brandpuntsafstand van de lens. TIPS De foto is onscherp: Tijdens macro- en telefoto-opnamen is het risico groot dat u de camera niet stil genoeg houdt waardoor de opname onscherp wordt. Om dit te voorkomen, kiest u een snellere sluitertijd, of gebruikt u een statief met 1 of 3 poten. De diafragma blijft knipperen, ook al hebt u de sluitertijd veranderd: Als de hoogst mogelijke diafragmawaarde blijft knipperen, zet u de ISO-lichtgevoeligheid op een lagere waarde, of gebruikt u een in de handel verkrijgbaar ND-filter (om de hoeveelheid invallend licht aan te passen). g ISO De gewenste lichtgevoeligheid instellen (Blz. 48) Als de laagst mogelijke diafragmawaarde blijft knipperen, zet u de ISO-lichtgevoeligheid op een hogere waarde. g ISO De gewenste lichtgevoeligheid instellen (Blz. 48) M: Handmatig fotograferen (Manual) Hierbij kiest u zelf de gewenste combinatie van sluitertijd en diafragma. U kunt zien hoeveel het afwijkt van de juiste belichting door de belichtingsmeter te gebruiken. Hierbij hebt u creatief de vrije hand, zowel qua instellingen als qua belichting. Tijdopnamen zijn eveneens mogelijk, hiermee kunt u astronomische foto's of foto's van vuurwerk maken. g Tijdopnamen (Blz. 30) Zet de functieknop op M en draai de regelaar om de waarde in te stellen. Om de sluitertijd in te stellen: draai de regelaar. Om de diafragmawaarde in te stellen : draai de regelaar terwijl u de F-knop ingedrukt houdt (belichtingscorrectie). Het aantal beschikbare diafragmawaarden hangt af van het gebruikte lenstype. De sluitertijd kan worden ingesteld tussen 1/ " (sec.) of [BULB]. Bij het verdraaien van de regelaar worden de diafragmawaarde en de sluitertijd in stappen van 1/3 EV gewijzigd. Diafragma verder openen (F-waarde wordt lager) F-knop Langere sluitertijd 3 Fotografeerfuncties De juiste stand kiezen voor bepaalde lichtomstandigheden Diafragma sluiten (F-waarde is verhoogd) Kortere sluitertijd NL 29

30 Op het scherm met het bedieningspaneel verschijnt de belichtingsmeter die het verschil aangeeft (binnen een bereik van 3 EV tot +3 EV) tussen de belichting volgens uw huidige instelling (diafragma en sluitertijd), en de optimale belichting zoals de camera die heeft berekend. Onderbelichting Overbelichting Belichtingsmeter Optimale belichting 3Fotografeerfuncties De juiste stand kiezen voor bepaalde lichtomstandigheden Ruis in foto's Tijdens het fotograferen met een lange sluitertijd kan er ruis op het scherm verschijnen. Deze verschijnselen kunnen optreden als in delen van het beeldopneemelement die normaliter niet aan licht worden blootgesteld, kleine elektrische stromen worden opgewekt die de temperatuur in het beeldopneemelement of in de elektronica van het beeldopneemelement doen stijgen. Dit kan ook gebeuren als u met een hoog ingestelde ISO-waarde fotografeert in een omgeving waar een hoge temperatuur heerst. Om deze ruis te reduceren, activeert de camera de ruisonderdrukking. g Ruisonderdrukking (Blz. 53) Tijdopnamen Bij een tijdopname maakt u een foto waarbij de sluiter open blijft staan zolang u de ontspanknop ingedrukt houdt. Zet de sluitertijd op [BULB] in de stand M. U kunt ook tijdopnamen maken met een apart verkrijgbare afstandsbediening (RM-1). g Tijdopnamen met de afstandsbediening (Blz. 41) TIPS De foto is onscherp: Het gebruik van een statief met 1 of 3 poten wordt aanbevolen bij het fotograferen met een lange sluitertijd. Preview-functie De zoeker geeft het scherpstelgebied weer (scherptediepte) met de geselecteerde diafragmawaarde. Om ervoor te zorgen dat de preview-functie door indrukken van de b-knop werkt, moet eerst de functie van de b-knop op het menu worden ingesteld. g 7 FUNCTION (Blz. 67) Druk op de b-knop om de preview-functie te gebruiken. b-knop Als [7 FUNCTION] is vastgelegd onder [LIVE PREVIEW], schakelt de camera door op de b-knop te drukken automatisch naar live bekijken voor een preview van de foto op de monitor. 30 NL

31 Als scherpstellen op het onderwerp niet lukt (scherpstelgeheugen) De autofocus van de camera kan eventueel niet scherpstellen op het onderwerp als het onderwerp zich niet in het midden van het beeld bevindt. Als dit gebeurt, kunt u het beste het scherpstelgeheugen (focus lock) gebruiken. 1 Pas het AF-kader aan het scherp te Ontspanknop stellen onderwerp en druk de ontspanknop half in tot het AF-teken verschijnt. De ingestelde scherpstelling wordt vastgehouden. Het AF-teken en en het AF-kader verschijnen in de zoeker. Als het AF-teken nog steeds knippert, drukt u de ontspanknop opnieuw half in. Het scherm met het bedieningspaneel verdwijnt. 3 2 Beweeg naar de gewenste samenstelling met half ingedrukte ontspanknop en druk de knop dan helemaal in. De indicatie-led Dataverkeer knippert terwijl de foto op het geheugenkaartje wordt opgeslagen. Indicatie-LED Dataverkeer AF-kader AF-teken Als het onderwerp een geringer contrast heeft dan zijn omgeving Als het contrast van het onderwerp gering is, als bijvoorbeeld de belichting niet voldoende is of het onderwerp door mist niet goed zichtbaar is, kan er niet scherp gesteld worden. Stel scherp (scherpstelgeheugen) op een onderwerp met een hoog contrast dat even ver van de camera verwijderd is als het onderwerp dat u wilt fotograferen, kies daarna de gewenste uitsnede en maak de opname. Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties AE bracketing (belichting variëren) De camera neemt automatisch meerdere opnamen en belicht hierbij elke opname telkens een beetje anders. Zelfs in situaties waarbij het moeilijk is om een juiste belichting te krijgen (bijv. bij tegenlicht of in het halfduister), kunt u uit de serie foto's met verschillende belichtingsinstellingen (belichtings- en correctiewaarden) de foto kiezen die u het beste bevalt. De foto's worden in deze volgorde gemaakt: Foto met optimale belichting, foto met belichtingscorrectie in de richting -, foto met belichtingscorrectie in de richting +. NL 31

32 bijv.) Als BKT op [3F 1.0 EV] gezet is 1,0 EV ±0 +1,0 EV Belichtingscorrectiewaarde: 0,3, 0,7 of 1,0 Aantal beelden: 3 Menu MENU [X] [AE BKT] [OFF] / [3F 0.3EV] / [3F 0.7EV] / [3F 1.0EV] 3Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties Begin met fotograferen. De manier van fotograferen varieert afhankelijk van de instellingen van enkelbeeld- of repeterende opnamen. g Repeterende opnamen (Blz. 39) Enkelbeeldopnamen Telkens als u de ontspanknop helemaal indrukt, krijgt de foto een andere belichting. De instelling voor de volgende opname verschijnt in de zoeker. Repeterende opnamen Zoeker Houd de ontspanknop ingedrukt tot het geselecteerde aantal foto's is genomen. Elke foto krijgt een andere belichting. Zodra u de ontspanknop loslaat, stopt het fotograferen met auto bracketing. Als het fotograferen stopt, is [BKT] op het bedieningspaneel blauw. Hoe corrigeert AE bracketing de belichting bij elk programma Afhankelijk van het gekozen programma wordt de belichting als volgt gecorrigeerd: P-stand : Diafragmawaarde en sluitertijd A-stand : Sluitertijd S-stand : Diafragmawaarde M-stand : Sluitertijd CANCEL SELECT GO Belichtingscorr ectiewaarde van de volgende opname TIPS AE bracketing toepassen op de belichtingswaarde die u hebt gecorrigeerd: Corrigeer de belichtingswaarde en gebruik daarna de functie AE bracketing. AE bracketing is nu toegepast op de belichtingswaarde die u hebt gecorrigeerd. x Opmerkingen Als tijdens repeterende opnamen de batterijspanningsindicator begint te knipperen, stopt de camera met fotograferen en begint de gemaakte foto's op te slaan op het geheugenkaartje. Als batterijvoeding te laag is, kan de camera misschien niet alle foto's opslaan. 32 NL

33 Gebruik van de flitser Flitserfunctie De camera kiest de flitserfunctie aan de hand van diverse factoren zoals een reeks flitsen en het flitsmoment. Welke flitserfuncties beschikbaar zijn, hangt af van het gekozen programma. De flitserfuncties zijn ook beschikbaar op apart verkrijgbare externe flitsers. Autoflitsen AUTO Bij weinig licht of tegenlicht ontsteekt de flitser automatisch. Om een onderwerp bij tegenlicht te fotograferen, richt u het AF-kader op het onderwerp. Flitsen met onderdrukken van rode ogen! In de stand Flitsen met onderdrukken van rode ogen ontsteekt de hoofdflits pas na een reeks inleidende flitsen. Hierdoor wennen de ogen van de persoon aan het heldere licht waardoor de kans op rode ogen wordt verkleind. x Opmerkingen Trage synchronisatie (1e sluitergordijn) #SLOW De ogen van uw onderwerp zien er rood uit. Na de inleidende flitsen duurt het ongeveer 1 seconde voordat de sluiter ontspant. Houd de camera stevig vast om te voorkomen dat de camera beweegt. Deze functie sorteert minder effect als het onderwerp niet recht naar de inleidende flitsen kijkt of als de afstand tot het onderwerp te groot is. Ook persoonlijke lichamelijke kenmerken kunnen het effect beperken. De trage synchronisatieflits is bedoeld voor lange sluitertijden. Normaliter kunt u bij het fotograferen met een flitser geen al te lange sluitertijden instellen om camerabewegingen te voorkomen. Maar als u een onderwerp tegen een nachtelijke achtergrond fotografeert, wordt bij snellere sluitertijden de achtergrond te donker. Met trage synchronisatie kunt u zowel de achtergrond als het onderwerp goed belichten. Omdat u met een lange sluitertijd werkt, gebruikt u een statief om camerabewegingen te elimineren. 3 Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties 1e sluitergordijn Normaliter ontsteekt de flitser direct nadat de sluiter volledig geopend is. Dit wordt het 1e sluitergordijn genoemd. Tenzij u dit verandert, is dit de standaardmanier waarop de flitser ontsteekt. Trage synchronisatie (2e sluitergordijn) #SLOW2 Bij een 2e sluitergordijn-flits ontsteekt de flitser pas net voordat de sluiter dichtgaat. Door het flitsmoment te wijzigen, kunt u interessante effecten bereiken, bijvoorbeeld het suggereren van beweging door de achterlichten van een rijdende auto als strepen weer te geven. Hoe langer de sluitertijd, des te sterker zal het effect zijn. Wat de langst mogelijke sluitertijd is, hangt af van het gekozen programma. NL 33

34 Als de sluitertijd op 2 seconden is gezet 2 seconden 2 2e sluitergordijn seconden Sluiter gaat dicht 1e sluitergordijn: flitser ontsteekt 2e sluitergordijn: flitser ontsteekt Trage synchronisatie (1e sluitergordijn) / flitsen met onderdrukken van rode ogen!slow 0 Sluiter helemaal open 1e sluitergordijn 3Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties Als u trage synchronisatie combineert met het gebruik van de flitser, kunt u deze functie ook gebruiken om rode ogen te onderdrukken. Als u een onderwerp tegen een nachtelijke achtergrond fotografeert kunt met deze functie het verschijnsel 'rode-ogen' onderdrukken. Aangezien de tijd tussen de inleidende flitsen en het fotograferen zelf in de 2e sluitergordijnsynchronisatie lang is, is het moeilijk om rode ogen te onderdrukken. Daarom staat alleen de instelling van de 1e sluitergordijnsynchronisatie ter beschikking. Invulflitsen # De flitser ontsteekt altijd, ongeacht de lichtomstandigheden. Deze functie dient om schaduwen op het gelaat van personen op te heffen bijvoorbeeld de schaduw van boombladeren en bij tegenlichtopnamen, maar ook om kleurverschuivingen te corrigeren die veroorzaakt worden door kunstlicht (met name van TL-licht). Flitser uit $ x Opmerkingen Als de flits ontsteekt, is de sluitertijd ingesteld op 1/180 seconde of korter. Als u met de invulflitsen een onderwerp tegen een lichte achtergrond fotografeert, kan de achtergrond overbelicht zijn. In dit geval gebruikt u de optionele externe flitser FL-50 of FL-36 en fotografeert u in de stand Super FP. g Super FP-flitser (Blz. 38) De flitser ontsteekt niet. Zelfs in deze stand kunt u de flitser als AF-lichtbron gebruiken (mits de flitser omhoog staat). g AF-hulpverlichting (Blz. 44) Handmatig flitsen (Manual) Hiermee kunt u de ingebouwde flitser een vaste hoeveelheid licht laten afgeven. Bij handmatig flitsen is de F-waarde die u moet instellen afhankelijk van de afstand tot het onderwerp. Hoeveelheid licht naar verhouding RG: gidsnummer (equivalent met ISO 100) VOL (1/1) 12 1/4 6 1/16 3 1/ Bereken met de onderstaande formule de F-waarde die u moet instellen Diafragma (F-waarde) = 34 NL RG x ISO-waarde Afstand tot het onderwerp in meters

35 ISO-waarde ISO-waarde ISO-waarde Flitserfuncties die beschikbaar zijn in verschillende programma's Belichtingsfunctie AUTO P A i & l / *2 j S M! Flitserfunctie Autoflitsen Autoflitsen (rode ogen onderdrukken) Scherm met bedieningspaneel AUTO Synchronisatiemoment 1e sluitergordijn Ontstekingsmoment Beperkte sluitertijden Ontsteekt automatisch 1/30 s in het donker en bij tegenlicht *1 1/180 s # Invulflitsen Ontsteekt altijd 60 s 1/180 s $ Flitser uit k k k Trage synchronisatie!slow (rode ogen onderdrukken) Trage synchronisatie #SLOW (1e sluitergordijn) Trage synchronisatie #SLOW2 (2e sluitergordijn) Handmatig flitsen #FULL (Manual) (FULL) #1/4 Handmatig flitsen (1/4) #1/16 Handmatig flitsen (1/16) #1/64 Handmatig flitsen (1/64) 1e sluitergordijn 2e sluitergordijn 1e sluitergordijn Ontsteekt automatisch 1/30 s in het donker en bij tegenlicht *1 1/180 s Ontsteekt altijd 60 s 1/180 s # Invulflitsen Invulflitsen H (rode ogen onderdrukken) $ Flitser uit k k k #SLOW2 Invulflitsen / trage 2e synchronisatie sluitergordijn (2e sluitergordijn) Handmatig flitsen #FULL (Manual) (FULL) #1/4 Handmatig flitsen (1/4) #1/16 Handmatig flitsen (1/16) 1e sluitergordijn Ontsteekt altijd 60 s 1/180 s #1/64 Handmatig flitsen (1/64) *1 Met de flitser in de stand Super FP detecteert de flitser tegenlicht langer dan voor een normale flits alvorens de flits te ontsteken. g Super FP-flitser (Blz. 38) *2 AUTO,!, # kan niet in de stand NIGHT+PORTRAIT (nacht+portret) worden gezet. De flitserfunctie instellen (flash mode) 3 Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties Directe knoppen # Regelaar Scherm met het bedieningspaneel i p: FLASH MODE i NL 35

36 Gebruik van de ingebouwde flitser Bij gebruik van een lens met een brandpuntsafstand van minder dan 14 mm (vergelijkbaar met een 28 mm lens op een kleinbeeldcamera) kunnen bij het licht van de flitser de randen van de foto donkerder worden (vignettering). Of dit effect inderdaad optreedt, hangt ook af van het lenstype en de lichtomstandigheden (zoals de afstand tot het onderwerp). 3Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties 1 Druk op de #-knop om de ingebouwde flitser omhoog te laten springen. De ingebouwde flitser springt automatisch omhoog en ontsteekt als de lichtomstandigheden in de volgende standen slecht zijn. AUTO / i / & / / / I / U / G / J / r / g 2 Druk de ontspanknop half in. Als # (flitser stand-by) oplicht, is de flitser gebruiksklaar. Als dit teken knippert, is de flitser bezig met opladen. Wacht in dit geval tot het opladen is voltooid. 3 Druk de ontspanknop helemaal in. TIPS Als u niet wilt dat de flitser automatisch omhoog springt: Zet [AUTO POP UP] in het menu op [OFF]. g Automatisch omhoog springen (Blz. 67) Regelen van de flitssterkte U kunt instellen hoe sterk het flitslicht moet zijn. Bij sommige situtaties krijgt u betere resutaten als u de flitssterkte aanpast, bijv. bij het fotograferen van kleine objecten en bij een verre achtergrond. Op deze wijze kunt u het contrast verbeteren (het onderscheid tussen lichte en donkere partijen) waardoor uw foto's levendiger worden. MENU [X] [w] Stel de correctiewaarde in met bd. TIPS Om het scherm voor flitscorrectie snel op te roepen: Houd de #-knop en de F-knop (belichtingscorrectie) tegelijkertijd ingedrukt totdat het scherm w verschijnt. Stel dit in met de regelaar. Zoeker #-knop Flitser stand-byteken x Opmerkingen Dit werkt niet als de externe flitser is ingesteld op MANUAL. Als u de flitssterkte op de externe flitser hebt ingesteld, wordt dit gecombineerd met de flitssterkte-instelling van de camera. De flitssterkte van de flitser is verbonden met belichtingscorrectie. 36 NL

37 Externe elektronenflitsers (optioneel) Naast de ingebouwde flitser kunt u ook gebruik maken van externe flitsers die geschikt zijn voor deze camera. Hiermee beschikt u bij flitsopnamen over een groter aantal mogelijkheden bij verschillende lichtomstandigheden. De externe flitsers communiceren met de camera, zodat u de flitserfuncties van de camera kunt uitbreiden met andere flitserfuncties zoals TTL-AUTO en Super FP. De externe flitser kunt u bevestigen op de flitsschoen van de camera. Raadpleeg eveneens de handleiding van de externe flitser. Beschikbare functies bij gebruik van externe flitsers Optionele FL-50 FL-36 FL-20 RF-11 TF-22 flitser Flitsregeling RG (richtgetal) (ISO100) TTL-AUTO, AUTO, MANUAL, FP TTL AUTO, FP MANUAL RG50 (85 mm * ) RG28 (24 mm * ) RG36 (85 mm * ) RG26 (24 mm * ) Gebruik van een externe elektronenflitser TTL-AUTO, AUTO, MANUAL Schakel de flitser altijd pas in nadat u hem op de camera hebt bevestigd. 1 Schuif het afdekkapje uit de flitsschoen zoals aangegeven door de pijl in de afbeelding. Bewaar het afdekkapje van de flitsschoen op een veilige plek zodat u het niet verliest en zet het na het fotograferen met flits weer op de camera. 2 Schuif de flitser in de flitsschoen. Als de vergrendelpen uitsteekt, verdraait u de vergrendelring zo ver mogelijk in de tegengestelde richting van LOCK. Hierdoor wordt de vergrendelpen naar binnen getrokken. TTL-AUTO, MANUAL RG20 (35 mm * ) RG11 RG22 * De brandpuntsafstand van de lens die overbrugd kan worden (berekend op basis van een kleinbeeldcamera) x Opmerkingen De optionele flitser FL-40 kunt u niet gebruiken. 3 Schakel de flitser in. Als de laadindicator op de flitser gaat branden, is het opladen voltooid. De flitser is gesynchroniseerd met de camera bij sluitertijden van 1/180 seconde of korter. 4 Selecteer een flitserfunctie. 5 Selecteer de gewenste flitsregeling. Kies voor normaal gebruik de instelling TTL AUTO. 6 Druk de ontspanknop half in. De camera en de flitser wisselen nu informatie uit over de ISO-waarde, de diafragmawaarde en de sluitertijd. 7 Druk de ontspanknop helemaal in. x Opmerkingen Vergrendelpen Vergrendelring De ingebouwde flitser kan niet gebruikt worden als er een externe flitser op de flitsschoen is aangebracht. 3 Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties NL 37

38 Super FP-flitser Super FP-flitser is beschikbaar met de FL-50 of FL-36. Gebruik de Super FP-flitser als normale flitsers niet gebruikt kunnen worden met een korte sluitertijd. Ook invulflitsen met een ver geopend diafragma (zoals bij portretopnamen buitenshuis) zijn mogelijk met Super FP. Meer informatie vindt u in de handleiding van de externe flitser. Gebruik van andere in de handel verkrijgbare flitsers Super FP-flitser Gedetailleerde weergave op het bedieningspaneel 3Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties Bij gebruik van andere in de handel verkrijgbare flitsers dan de speciaal voor deze camera bedoelde flitsers, dient u de stand Fotograferen M te kiezen. Voor meer informatie over flitsers die niet speciaal op deze camera zijn afgestemd, zie In de handel verkrijgbare flitsers die niet speciaal voor deze camera zijn bedoeld (g Blz. 38). 1 Schuif het kapje uit de flitsschoen om de externe flitser te kunnen bevestigen. 2 Selecteer de stand M en stel vervolgens de diafragmawaarde en de sluitertijd in. Zet de sluitertijd op 1/180 s of langzamer. Bij snellere sluitertijden zijn andere, in de handel verkrijgbare flitsers onbruikbaar. Bij een lange sluitertijd is de kans op onscherpe foto's groter. 3 Schakel de flitser in. Zorg dat u de flitser pas inschakelt zodra deze op de camera is bevestigd. 4 Stel op de camera de ISO-waarde en de diafragmawaarde zo in dat dit overeenkomt met de instelling van de flitser. Raadpleeg de handleiding van de flitser over mogelijke instellingen. x Opmerkingen De flitser ontsteekt telkens als u de ontspanknop (helemaal) indrukt. Als u de flitser even niet wenst te gebruiken, schakelt u de flitser gewoon uit. Controleer vooraf of de gebruikte flitser wel gesynchronisserd is met de camera. In de handel verkrijgbare flitsers die niet speciaal voor deze camera zijn bedoeld 1) Om flitsopnamen te kunnen maken, moet u de externe flitser kunnen instellen. Als u de externe flitser in de stand Automatisch gebruikt, stelt u op de flitser en de camera dezelfde waarden in voor het diafragma (F-waarde) en de lichtgevoeligheid (ISO). 2) Zelfs als de F-waarde en de ISO-gevoeligheid overeenkomen, is het mogelijk dat opnamen toch niet altijd correct worden belicht. In dat geval past u de autofocuswaarde of ISO op de flits aan of berekent u de afstand in de handmatige modus. 3) Gebruik een flitser met een openingshoek die overeenkomt met de brandpuntsafstand van de lens. Bij een kleinbeeldcamera is de brandpuntsafstand van de lens ongeveer tweemaal zo groot als de brandpuntafstanden van de lenzen die speciaal voor deze camera zijn ontwikkeld. 4) Als een flitser of een andere flitseraccessoire over nog andere communicatiefuncties beschikt dan die van de door ons aanbevolen flitsers, is het mogelijk dat deze functies niet normaal werken en zelfs de camera-elektronica kunnen beschadigen. 38 NL

39 Repeterene opnamen / Zelfontspanner / Afstandsbediening Instellen van de functies Directe knoppen < / Y / j Regelaar Scherm met het bedieningspaneel i p: j / < / Y i Als de instellingen met de < / Y / j-knop worden verricht, verschijnt de informatie ook in de zoeker. Repeterende Zelfontspanner afstandsbediening </Y/j -knop Regelaar i-knop 3 : Enkelbeeldopnamen : Repeterende opnamen Repeterende opnamen : zelfontspanner na 12 s : zelfontspanner na 2 s Enkelbeeldopnamen o 1 beeld bij elke druk op de ontspanknop (normale stand Fotograferen). Repeterende opnamen j 7 beelden of meer met 3 beelden/s zolang de ontspanknop wordt ingedrukt (tijdens JPEG). De scherpstelling en de belichting van de eerste opname (tijdens S-AF, MF) wordt vastgehouden. Druk de ontspanknop helemaal in en houd deze ingedrukt. De camera blijft achter elkaar door fotograferen tot u de knop loslaat. Gebruik van de zelfontspanner : 0 seconden : 2 seconden x Opmerkingen Als tijdens repeterende opnamen de batterijspanningsindicator begint te knipperen, stopt de camera met fotograferen en begint de gemaakte foto's op te slaan op het geheugenkaartje. Als batterijvoeding te laag is, kan de camera misschien niet alle foto's opslaan. Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties Deze functie maakt fotograferen met de zelfontspanner mogelijk. U kunt hierbij de camera zo instellen dat de foto na 12 seconden of na 2 seconden wordt gemaakt. Bij fotograferen met de zelfontspanner kunt u de camera het beste op een statief zetten. Druk de ontspanknop helemaal in. De foto is gemaakt. Als Y12s geselecteerd is: De zelfontspanner-led brandt eerst ongeveer 10 seconden continu, begint dan ongeveer 2 seconden lang te knipperen, en daarna wordt de foto gemaakt. Als Y2s geselecteerd is: De zelfontspanner-led begint ongeveer 2 seconden lang te knipperen voordat de foto wordt gemaakt. Zelfontspanner-LED Om de ingeschakelde zelfontspanner voortijdig te stoppen, drukt u op de < / Y / j-knop. NL 39

40 x Opmerkingen Druk de ontspanknop niet in terwijl u recht voor de camera staat omdat de camera dan bij een half-ingedrukte ontspanknop gaat scherpstellen op het verkeerde onderwerp. Zoekerafdekkapje Als u fotografeert zonder door de zoeker te kijken, dient u het zoekerafdekkapje aan te brengen, zodat er geen licht in de zoeker komt. Breng het zoekerafdekkapje aan nadat u het oogkapje zoals afgebeeld heeft verwijderd. Bij het vervangen door een optioneel oogkapje gaat u op dezelfde wijze te werk. Oogkapje Zoekerafdekkapje 3Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties Gebruik van de afstandsbediening Met behulp van de optionele afstandsbediening RM-1 kunt u een zelfportret of een opname bij nachtlicht maken zonder dat u de camera hoeft aan te raken. U kunt de camera zo instellen dat, na het indrukken van de ontspanknop op de afstandsbediening, de foto onmiddellijk of na 2 seconden wordt gemaakt. Met de optionele afstandsbediening kunt u ook tijdopnamen maken. Zet de camera stevig op een statief, richt de afstandsbediening op de ontvanger op de camera en druk op de ontspanknop van de afstandsbediening. Als <0s geselecteerd is: De scherpstelling en belichting worden vastgehouden, het afstandsbedieningslampje knippert en de foto wordt gemaakt. Als <2s geselecteerd is: De scherpstelling en belichting worden vastgehouden, het afstandsbedieningslampje knippert en na ongeveer 2 seconden wordt de foto gemaakt. Effectief bereik van de afstandsbediening Richt de afstandsbediening op de ontvanger op de camera binnen het bereik dat hieronder staat aangegeven. Felle lichtbronnen zoals direct zonlicht, TL-licht of apparaten die elektrische of radiogolven produceren, kunnen het effectieve bereik beperken. Ca. 3 m (binnenshuis) Ca. 2 m (buitenshuis) Afstandsbedieningslampje Ontvanger van afstandsbedieningssignalen Ontvanger van afstandsbedieningssignalen Afstandsbediening Ca. 5 m (499,87 cm) (binnenshuis) Ca. 3 m (298,70 cm) (buitenshuis) Ca. 3 m (binnenshuis) Ca. 2 m (buitenshuis) 40 NL

41 TIPS Het afstandsbedieningslampje knippert niet als u op de ontspanknop van de afstandsbediening drukt: Het uitgezonden signaal bereikt de camera niet als de ontvanger op de camera wordt blootgesteld aan fel licht. Houd de afstandsbediening dichter bij de camera en druk opnieuw op de ontspanknop van de afstandsbediening. Het uitgezonden signaal bereikt de camera niet als de afstand tot de camera te groot is. Houd de afstandsbediening dichter bij de camera en druk opnieuw op de ontspanknop van de afstandsbediening. Het signaal wordt gestoord. Wijzig het zendkanaal zoals aangegeven in de handleiding van de afstandsbediening. Het fotograferen via de afstandsbediening uitschakelen: Na het fotograferen via de afstandsbediening wordt deze functie niet automatisch uitgeschakeld. Druk op de < / Y / j-knop om o (enkelbeeldopnamen) in te stellen enz. Gebruik van de ontspanknop op de camera tijdens het fotograferen via de afstandsbediening: De ontspanknop op de camera werkt altijd, ook in de stand Fotograferen via de afstandsbediening. 3 x Opmerkingen Er wordt geen foto gemaakt als de camera niet heeft kunnen scherpstellen op het onderwerp. Bij fel licht is het afstandsbedieningslampje moeilijk te zien waardoor u moeilijk kunt bepalen of de foto wel gemaakt is. Met de afstandsbediening kunt u niet in- of uitzoomen. Tijdopnamen met de afstandsbediening Zet de functieknop op M en de sluitertijd op [BULB]. Druk bij de afstandsbediening op knop W om de sluiter te openen. Zodra na het indrukken van knop W 8 minuten zijn verstreken, gaat de sluiter automatisch dicht. Panoramaopnamen Druk op knop T om de sluiter te sluiten. U kunt gemakkelijk van panoramaopnamen genieten door de OLYMPUS xd-picture Card te gebruiken. Met de OLYMPUS Master (bijgevoegde CD-ROM) kunt een aantal opnamen daar, waar het onderwerp zich overlapt, samenvoegen en zodoende één enkel samengesteld beeld maken. Panoramaopnamen zijn tot maximaal 10 opnamen mogelijk. Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties Let er bij het fotograferen van het onderwerp op, dat de opnamen elkaar overlappen. 1 Stel de stand in. g Motiefprogramma (Blz. 26) Live bekijken is geactiveerd. NL 41

42 2 Gebruik p om de richting te specificeren en fotografeer dan het onderwerp met overlappende zijkanten. d: Voegt de volgende opname rechts toe. b: Voegt de volgende opname links toe. a: Voegt de volgende opname bovenaan toe. c: Voegt de volgende opname onderaan toe. Fotografeer terwijl u de compositie zo verandert dat de opnamen van het onderwerp elkaar overlappen. De scherpstelling, belichting enz. wordt bij de eerste opname vastgelegd. Het g (waarschuwings-) teken verschijnt als u 10 opnamen heeft gemaakt. Door op de i-knop te drukken voordat u de eerste opname hebt gemaakt, komt u terug in het keuzemenu van het motiefprogramma. Door midden in de opnamen op de i-knop te drukken, stopt de reeks panoramaopnamen en kunt u met de volgende verder gaan. 3Fotografeerfuncties Verschillende fotografeerfuncties / scherpstelfuncties Normaliter meet de camera de afstand tot het onderwerp met behulp van de drie AF-kaders in de zoeker en selecteert vervolgens het meest geschikte scherpstelpunt. Met deze functie kunt u één bepaald AF-kader selecteren. [AUTO] of P (Auto) Zoeker Scherpstelling met behulp van de drie AF-kaders. Q Scherpstelling via het linker AF-kader Centraal AF-kader R Scherpstelling via het centrale AF-kader S Scherpstelling via het rechter AF-kader i p: AF AREA i Menu MENU [X] P x Opmerkingen Panoramaopnamen kunnen niet gemaakt worden als de OLYMPUS xd-picture Card niet in de camera geplaatst is. Tijdens de panoramaopnamen blijft de opname, die voor de positie-uitlijning werd genomen, niet behouden. Maak de compositie zo dat de overlappende beelden elkaar binnen de frames overlappen en gebruik daarbij de frames of andere weergavetekens in de beelden als leidraad. AF-kader selecteren Scherm met het bedieningspaneel Linker AF-kader Rechter AF-kader MENU-knop i-knop 42 NL

43 Scherpstelfunctie Deze camera beschikt over de volgende drie scherpstelfuncties. U kunt fotograferen door de stand S-AF of C-AF met de stand MF te combineren. g De methoden S-AF en MF gelijktijdig gebruiken (S-AF+MF) (Blz. 44), De methoden C-AF en MF gelijktijdig gebruiken (C-AF+MF) (Blz. 44) S-AF (één keer scherpstellen) Zodra u de ontspanknop indrukt, stelt de camera één keer scherp. Als het scherpstellen mislukt, laat u de ontspanknop los en drukt u deze nogmaals half in. Deze methode is geschikt voor het fotograferen van niet of nauwelijks bewegende onderwerpen. Druk de ontspanknop half in. Zodra de camera heeft scherpgesteld, stopt het AF-teken met knipperen. U hoort een pieptoon zodra de camera klaar is met scherpstellen. C-AF (continu scherpstellen) AF-teken De camera herhaalt het scherpstellen terwijl de ontspanknop half ingedrukt blijft. Als het onderwerp zich verplaatst, blijft de camera de scherpstelling continu aanpassen (Predictive AF). Ook al beweegt Zoeker het onderwerp of verandert u de compositie van de foto, de camera blijft bezig met scherpstellen. Druk de ontspanknop half in en blijf hem in deze stand houden. Zodra de camera klaar is met scherpstellen, stopt het AF-teken met knipperen. Het AF-teken stopt niet met knipperen, ook al is de scherpstelling in orde. De camera blijft continu bezig met scherpstellen. Ook al beweegt het onderwerp, en zelfs als u de compositie van de foto wijzigt: de camera blijft steeds bezig met scherpstellen. U hoort een pieptoon zodra de camera klaar is met scherpstellen. U hoort deze pieptoon niet meer na de derde keer scherpstellen in de stand continu AF, ook al is er goed scherpgesteld. MF (handmatig scherpstellen) Hierbij kunt u met de hand scherpstellen op een Ontspanknop onderwerp terwijl u door de zoeker kijkt. Stel scherp met de scherpstelring. Hulp bij het scherpstellen Dichtbij Als u de lens handmatig scherpstelt op een onderwerp (door de scherpstelring te verdraaien), stopt het AF-teken met knipperen Scherpstelring zodra uw scherpstelling overeenkomt met de autofocusmeting van de camera. Als P ) geselecteerd is, stelt de camera scherp in het centrale AF-kader. 3 Fotografeerfuncties Scherpstelfuncties Scherm met het bedieningspaneel i p: AF MODE i [S-AF] / [C-AF] / [MF] / [S-AF+MF] / [C-AF+MF] Menu MENU [X] [AF MODE] MENU-knop i-knop NL 43

44 De methoden S-AF en MF gelijktijdig gebruiken (S-AF+MF) Met deze functie kunt u, nadat de camera heeft scherpgesteld met de methode S-AF, de scherpstelling handmatig bijregelen met de scherpstelring van de lens. Als de ontspanknop niet ingedrukt is, kan MF worden gebruikt. U kunt fijn scherpstellen met de Ontspanknop scherpstelring als u de ontspanknop half ingedrukt hebt en AF bevestigd is. U kunt ook fijn scherpstellen met de scherpstelring als de ontspanknop niet half ingedrukt is. Dichtbij 3Fotografeerfuncties Scherpstelfuncties x Opmerkingen Als u na het handmatig bijregelen van de scherpstelling de ontspanknop loslaat en opnieuw half indrukt, wordt uw scherpstelling ongedaan gemaakt en stelt de camera opnieuw scherp. De methodes C-AF en MF gelijktijdig gebruiken (C-AF+MF) Stel scherp met de scherpstelring en druk de ontspanknop half in om de C-AF-methode te activeren. Als de ontspanknop ingedrukt is, is de MF-methode niet geactiveerd. Als de ontspanknop niet ingedrukt is, kan MF worden gebruikt. TIPS Een andere manier om handmatig scherp te stellen in de stand C-AF: U kunt de knop AEL / AFL instellen om C-AF met de instellingen van AEL/AFL te gebruiken. g Stand AEL / AFL (Blz. 66) x Opmerkingen Scherpstelring Als u na het handmatig bijregelen van de scherpstelling de ontspanknop loslaat en opnieuw half indrukt, wordt uw scherpstelling ongedaan gemaakt en stelt de camera opnieuw scherp. ) AF-hulpverlichting De ingebouwde flitser kan als AF-lichtbron fungeren. In de stand AF (autofocus) vergemakkelijkt dit het scherpstellen bij het fotograferen bij weinig licht. Laat de flitser omhoog springen om deze functie te gebruiken. MENU [Y] [AF ILLUMINAT.] AELMetering FUNCTION AF ILLUMINAT. LIVE VIEW BOOST 8 OFF ON 44 NL

45 De beeldkwaliteit selecteren U kunt de beeldkwaliteit kiezen waarmee de foto wordt opgeslagen. Kies de beeldkwaliteit die het best past bij het doel waarvoor u de foto wilt gebruiken (printen, bewerken op een PC, bewerken voor een website, enz.). Voor meer informatie over beeldkwaliteit en aantal pixels, zie de tabel bij Lijst met beeldkwaliteiten (g Blz. 100). Soorten beeldkwaliteiten Als beeldkwaliteit (record mode) voor uw opnamen kunt u kiezen tussen combinaties van aantallen pixels en compressiefactoren. Beelden zijn opgebouwd uit pixels (puntjes). Als u een beeld gaat vergroten, ziet u bij een laag aantal pixels eerder een mozaïekpatroon verschijnen. Bij een beeld met een groot aantal pixels neemt beeldbestand meer geheugenruimte in beslag waardoor u op het geheugenkaartje minder beelden kunt opslaan. Het beeldbestand wordt kleiner naarmate u een hogere compressie kiest. In dat geval is het beeld echter minder helder als u het gaat weergeven. Het aantal pixels wordt hoger Applicatie Afhankelijk van het gewenste printformaat Voor kleine prints en websites Aantal pixels Lage compressiefactor 1/2.7 Kwaliteit (compressie) Hoge compressiefactor 1/4 Beeld wordt helderder Hoge compressiefactor 1/8 Hoge compressiefactor 1/ x 2736 SHQ k HQ k 3200 x x x x x 768 SQ 640 x 480 Beeld met een hoog aantal pixels Beeld met een laag aantal pixels 3 Fotografeerfuncties Belichting, beeld en kleur Beeldkwaliteit RAW Dit zijn onverwerkte gegevens waarvan de witbalans, scherpte, contrast of kleur niet veranderd werden. Gebruik de OLYMPUS Master om ze als een beeld op de computer weer te geven. RAW-gegevens kunnen niet weergegeven worden op een andere camera of met normale software, en kunnen niet geselecteerd worden voor printreservering. Het is mogelijk om foto's te bewerken die met deze camera zijn gemaakt met de beeldkwaliteit ingesteld op RAW-gegevens. g Stilstaande beelden bewerken (Blz. 59) NL 45

46 De beeldkwaliteit kiezen Scherm met het bedieningspaneel i p: D i D Menu MENU [W] [D] [HQ] / [SQ] / [RAW+SHQ] / [RAW+HQ] / [RAW+SQ] / [RAW] / [SHQ] 3Fotografeerfuncties Belichting, beeld en kleur SQ Het instellen van het aantal pixels en de compressiefactor U kunt het aantal pixels en de compressiefactor van [SQ] wijzigen. Deze instelling ziet men terug in de instelling [D]. Menu MENU [Y] [SQ] 1) Gebuik p om het gewenste aantal pixels in te stellen. [3200 x 2400] / [2560 x 1920] / [1600 x 1200] / [1280 x 960] / [1024 x 768] / [640 x 480] 2) Gebruik p om de gewenste compressiefactor in te stellen. [1/2.7] / [1/4] / [1/8] / [1/12] Metingsmethode Metingssysteem wijzigen De camera kan de helderheid van het onderwerp op vijf manieren meten: Digitale ESP-meting, lichtmeting met nadruk op het centrum en drie soorten spotmeting. Selecteer de methode die het meest geschikt is voor de lichtomstandigheden. Scherm met het bedieningspaneel i p: METERING i [e] / [4] / [n] / [nhi] / [nsh] : Lichtmeting met nadruk op het centrum : Spotmeting : Spotmeting Highlight control (bij veel lichte partijen) : Spotmeting Shadow control (bij veel schaduwpartijen) MENU-knop i-knop Menu Zoeker MENU [X] [METERING] 46 NL

47 e Digitale ESP-meting De camera meet de lichtniveaus en berekent de lichtniveauverschillen op 49 verschillende plaatsen van het beeld. Deze methode wordt aanbevolen voor normaal fotograferen. Door de AF gesynchroniseerde functie op [ESP+AF] te zetten, werkt het meetgebied met het beeld scherpgesteld in AF als het centrum. 4 Lichtmeting met nadruk op het centrum Meetgebied Deze meetmethode berekent het gemiddelde van de lichtniveaus van het onderwerp en de achtergrond, maar het centrum van het beeld telt hier zwaarder mee. Kies deze methode als u wilt voorkomen dat het lichtniveau van de achtergrond de belichting van het onderwerp te sterk beïnvloedt. n Spotmeting De camera meet het lichtniveau binnen een heel klein gebied dat in de zoeker wordt aangegeven door het spotmetingskader. Gebruik deze methode bij opnamen met fel tegenlicht. Meetgebied nhi Spotmeting bij veel lichte partijen Als de achtergrond over het algemeen erg licht is, zullen bij een normale automatische belichting de witte partijen grijs worden. Met deze lichtmeetmethode gaat de camera een beetje overbelichten zodat de witte partijen wit blijven. Het meetgebied is hetzelfde als bij spotmeting. nsh Spotmeting bij veel schaduwpartijen Is achtergrond over het algemeen erg donker, dan worden de zwarte partijen bij een normale automatische belichting grijs. Met deze lichtmeetmethode gaat de camera een beetje onderbelichten zodat de zwarte partijen ook zwart worden weergegeven. Het meetgebied is hetzelfde als bij spotmeting. Belichtingscorrectie De helderheid van het beeld variëren Soms kunt u betere resultaten krijgen als u de belichting die de camera heeft berekend, handmatig bijregelt. Vaak komen heldere onderwerpen (zoals sneeuw) donkerder op de foto dan ze in feite zijn. Door een beetje over te belichten (belichtingscorrectie richting +) gaan deze tinten eruitzien zoals ze in werkelijkheid zijn. Op dezelfde wijze kunt u de tinten van donkere onderwerpen corrigeren, maar nu in de richting -. U kunt de belichting stapsgewijs corrigeren binnen een bereik van 5,0 EV tot +5,0 EV. 3 Fotografeerfuncties Belichting, beeld en kleur 2,0 EV ±0 +2,0 EV Terwijl u de F-knop Instellen in de richting + (belichtingscorrectie) ingedrukt houdt, stelt u met regelaar de gewenste waarde Regelaar van de belichtingscorrectie in. F-knop Interval van EV-stap van 1/3 EV. Instellen in de richting - Belichtingscorrectiewaarde Zoeker NL 47

48 Belichtingscorrectie-indicatie /3 EV Als de belichtingscorrectie buiten de schaalverdeling van de belichtingscorrectie-indicator valt, verschijnt vw in het rood aan de linker- en rechterrand van de indicator. Bij een belichtingscorrectie met de waarde 0 verschijnt de belichtingscorrectie-indicatie niet. x Opmerkingen Belichtingscorrectie is niet mogelijk in de standen M en g. 3Fotografeerfuncties Belichting, beeld en kleur AE-lock De belichting vasthouden De gemeten belichtingswaarde kunt u vasthouden met de AEL-knop (AE-lock). Gebruik AElock als u een andere belichting wilt toepassen dan de gebruikelijke belichting bij deze situatie. Door de ontspanknop half in te drukken worden gewoonlijk zowel AF (autofocus) als AE (automatisch belichting) vastgehouden, maar u kunt ook alleen de belichting vasthouden met behulp van de AEL-knop. Druk op de AEL-knop op de positie AEL-knop waar u de meetwaarden wilt vasthouden en de belichting wordt vastgehouden. Terwijl de belichting AE-lock wordt vastgehouden als de AELknop is ingedrukt, drukt u op de ontspanknop. Door de AEL-knop los te laten, wordt AE-lock opgeheven. Zoeker In het CUSTOM-menu kunt u AE-lock zo instellen dat dit niet wordt opgeheven als u de AEL-knop loslaat. g AEL/AFL memo (Blz. 66) ISO De gewenste lichtgevoeligheid instellen Hoe hoger de ISO-waarde, hoe hoger de lichtgevoeligheid van de camera en hoe minder licht u nodig hebt om te kunnen fotograferen. Bij hoge ISO-waarden gaat uw foto's er echter korrelig uitzien. Bij [AUTO], wordt de gevoeligheid automatisch ingesteld afhankelijk van de lichtomstandigheden en vastgezet op ISO100 als de flitser niet in de stand S M wordt ontstoken. Scherm met het bedieningspaneel i p : ISO i [AUTO], [100] - [1600] Menu MENU [W] [ISO] 48 NL

49 Witbalans De kleurtint aanpassen De kleurweergave varieert altijd naargelang de lichtomstandigheden. Als u bijvoorbeeld daglicht en gloeilamplicht afwisselend op een blad wit papier laat schijnen, ziet u dat de kleur wit telkens een andere tint heeft. Een digitale camera kan met zijn digitale processor de kleur van het wit aanpassen zodat de keur er natuurlijker uitziet. Dit mechanisme noemen we de witbalans. Met deze camera kunt u de witbalans (WB) op vier manieren aanpassen. Witbalans automatisch instellen De camera detecteert dan in de beelden automatisch de witte partijen en past aan de hand daarvan de kleurbalans aan. Gebruik deze stand bij normaal fotograferen. Vooraf ingestelde witbalans In deze camera zijn 7 witbalansen (kleurtemperaturen) voorgeprogrammeerd (preset WB's) die geschikt zijn voor een groot aantal verlichtingssituaties, zowel binnenshuis als buitenshuis, inclusief TL- en gloeilampverlichting. Gebruik bijv. een preset WB om meer rood te krijgen in een opname van een zonsondergang, of creëer hiermee een warm effect bij kunstlichtopnamen. Custom witbalans U kunt de kleurtemperatuur van een van de preset WB-instellingen zelf naar wens aanpassen. g Auto / Preset / Custom witbalans instellen (Blz. 50) Witbalans met één knop U kunt voor bepaalde lichtomstandigheden de optimale witbalans instellen door de camera op een wit object te richten, bijv. een wit stuk papier. De witbalans die zo wordt ingesteld, wordt opgeslagen als een van de preset WB-instellingen. g De witbalans met één knop instellen (Blz. 51) Kleurtemperatuur De spectrumbalans van verschillende witte lichtbronnen wordt aangeduid met een kleurtemperatuurwaarde, een natuurkundige meetwaarde op basis van de Kelvintemperatuurschaal (K). Hoe hoger de kleurtemperatuur, hoe voller de blauwe tinten en hoe bleker de rode tinten, en omgekeerd: hoe lager de kleurtemperatuur, hoe voller de rode tinten en hoe bleker de blauwe tinten. Hieronder wordt uitgelegd waarom de kleurtemperatuur van TL-licht dit licht eigenlijk ongeschikt maakt als kunstlichtbron. In de kleurschakering van TL-licht zitten hiaten. Als deze hiaten klein zijn, kan er toch een kleurtemperatuur worden berekend die we in dit geval een gecorreleerde kleurtemperatuur noemen. De preset WB's 4000 K, 4500 K en 6600 K in deze camera zijn gecorreleerde kleurtemperaturen, maar mogen strikt genomen geen kleurtemperatuur worden genoemd. Gebruik deze instellingen bij het fotograferen bij TL-licht. Sfeerlicht Roder Warm-witte gloeilamp Intensief-wit TL-licht Wit TL-licht Blauwer Schakering op heldere dag Daglicht-TL-lamp De kleurtemperaturen van de lichtbronnen in de schaalverdeling hierboven zijn bij benadering aangegeven Heldere dag Bewolkt 3 Fotografeerfuncties Belichting, beeld en kleur NL 49

50 Auto WB / preset / custom WB instellen U kunt de witbalans instellen door de juiste kleurtemperatuur voor de heersende lichtomstandigheden te kiezen. Scherm met het bedieningspaneel i p: WB i [AUTO] / [5] / [2] / [3] / [1] / [w] / [x] / [y] / [V] / [CWB] CWB (custom witbalans) wordt ingesteld door [CWB] te selecteren en dan met ingedrukte F-knop (belichtingscorrectie) de regelaar te draaien. 3Fotografeerfuncties Belichting, beeld en kleur Menu MENU [W] [WB] Zoeker WB-stand Lichtomstandigheden AUTO Geschikt voor de meeste lichtomstandigheden (als in de zoeker een witte beeldpartij zichtbaar is) Gebruik deze stand bij normaal fotograferen K Voor buitenopnamen op een heldere dag, of voor meer rode tinten bij een een zonsondergang, of voor meer kleuren bij vuurwerk K Voor buitenopnamen in de schaduw op een heldere dag K Voor het fotograferen buiten op een bewolkte dag K Voor fotograferen bij gloeilamplicht. w 4000 K Voor fotograferen bij wit TL-licht. x 4500 K Voor fotograferen bij een neutrale witte TL-lamp. y 6600 K Voor fotograferen bij het licht van daglicht-tl-lampen. V De bij one-touche WB ingestelde kleurtemperatuur. g De witbalans met één knop instellen (Blz. 51) CWB Verschijnt niet als u de witbalans op AUTO zet. MENU-knop i-knop De kleurtemperatuur die is ingesteld in het menu Custom witbalans. Als de waarde niet is ingesteld, wordt deze op 3000 K gezet. De kleurtemperatuurweergave verandert afhankelijk van uw CWB-instelling. TIPS Als onderwerpen die niet wit zijn in het wit verschijnen: In de stand Auto WB kan de juiste witbalans niet worden bepaald als er binnen het zoekerbeeld geen witte partijen voorkomen. Probeer het in dit geval met de instelling one-touche WB of met een van de preset-wb-instellingen. 50 NL

51 Witbalanscorrectie Hiermee kunt u de instelling van Auto WB en Preset WB bijregelen. 1 MENU [W] [WB] 2 Gebruik p om de witbalans te selecteren die u wilt aanpassen. 3 Gebruik p om de kleurrichting te selecteren. R-B Rood Blauw G-M Groen Magenta U kunt ook beide kleurrichtingen instellen. De witbalans instellen in de richting R-B Afhankelijk van de originele witbalans kan het beeld roder worden telkens als u op a drukt, en blauwer telkens als u op c drukt. De witbalans instellen in de richting G-M Afhankelijk van de originele witbalans kan het beeld groener worden telkens als u op a drukt, en meer magenta telkens als u op c drukt. De witbalans kunt u in elke richting (R, B, G en M) in 7 stappen instellen. 4 Druk op de i-knop. Uw aanpassing is opgeslagen. TIPS De aangepaste witbalans controleren: Na het uitvoeren van stap 3 richt u de camera op het onderwerp om testopnamen te maken. Als u op de AEL-knop drukt, verschijnen de testbeelden die u met de huidige witbalansinstellingen hebt gemaakt. Alle instellingen van de witbalans in één keer aanpassen: Raadpleeg Alle witbalansen corrigeren (Blz. 67). Een one-touch witbalans instellen (witbalans met één knop) Dit komt van pas als de gewenste witbalans nauwkeuriger moet zijn dan de beschikbare preset WB's. Om de witbalans te bepalen richt u de camera op een wit vel papier dat verlicht wordt door de gewenste lichtbron. De op deze wijze bepaalde witbalans kunt u opslaan in de camera. Dit is handig als u een onderwerp niet alleen bij natuurlijk licht fotografeert, maar ook bij andere lichtbronnen met verschillende kleurtemperaturen. Zet [7 FUNCTION] van tevoren op [V]. (gblz. 67) 1 Richt de camera op een wit vel papier. Houd het papier zó dat het de hele zoeker vult. Zorg dat er geen schaduwen zichtbaar zijn. 2 Terwijl u de b-knop ingedrukt houdt, drukt u de ontspanknop in. Het scherm voor one-touch witbalans verschijnt. 3 Selecteer [YES] en druk op de i-knop. De witbalans is nu vastgelegd. De vastgelegde witbalans wordt in de camera opgeslagen als een van de preset WB's. De vastgelegde witbalans blijft bewaard als u de camera uitschakelt. b-knop 3 Fotografeerfuncties Belichting, beeld en kleur NL 51

52 TIPS Na het indrukken van de ontspanknop, verschijnt [WB NG RETRY]: Het vastleggen van de witbalans is mislukt om een van de volgende redenen: het beeld bevatte te weinig wit, het beeld is te licht of te donker, of de kleuren zien er onnatuurlijk uit. Wijzig het diafragma en de sluitertijd en herhaal de procedure vanaf stap 1. 3Fotografeerfuncties Belichting, beeld en kleur Beeldeffecten Hiermee kunt u beeldtonen selecteren om unieke effecten te creëren. Beeldparameters zoals contrast en scherpte kunt u in iedere stand een beetje bijregelen. MENU [W] [PICTURE MODE] De aanpasbare parameters zijn ingedeeld naar de toestand van de foto. Contrast / Scherpte / Kleurintensiteit [hvivid] : Voor levendige kleuren. [inatural] : Voor natuurlijke kleuren. [jmuted] : Voor afgevlakte tinten. Contrast / Scherpte / Z&W filter / Fototint [MONOTONE] : Voor zwart / witte tinten. CUSTOM RESET SETTING De afzonderlijke paramaters luiden als volgt: [CONTRAST] : Het verschil tussen lichte en donkere partijen. [SHARPNESS] : De scherpte van het beeld. [SATURATION] : De kleurdiepte van het beeld. [B&W FILTER] : Hiermee maakt u een beeld zwart / wit. De filterkleur wordt lichter en de complementaire kleur wordt donkerder. [N: NEUTRAL] : Hiermee creëert u een normale CONTRAST zwart / wit-foto. [Ye: YELLOW] : Geeft mooi doortekende witte wolken tegen een helderblauwe lucht. [Or: ORANGE] : Accentueert de kleuren in blauwe luchten en zonsondergangen lichtjes. [R: RED] : Accentueert in sterke mate kleuren in blauwe luchten en de helderheid van karmozijnrood gebladerte. [G: GREEN] : Accentueert in sterke mate kleuren in rode lippen en groene bladeren. [PICT. TONE] : Kleurt zwart / wit-beelden. [N: NEUTRAL] : Hiermee creëert u een normale zwart / wit-foto. [S: SEPIA] : Sepia [B: BLUE] : Blauw [P: PURPLE] : Purper [G: GREEN] : Groen De veranderbare parameters worden in elke stand beeldeffecten opgenomen. U kunt de beeldeffectstanden op het bedieningspaneel kiezen. 52 NL

53 Gradatie Naast de [NORMAL] gradatie-instelling, kunt u twee andere gradatie-instellingen selecteren. HIGH KEY(H) : Meer gradaties in de lichte beeldpartijen. LOW KEY(L) : Meer gradaties in de donkere beeldpartijen. NORMAL : Gebruik de stand [NORMAL] voor algemeen gebruik. HIGH KEY LOW KEY Geschikt voor Geschikt voor onderwerpen met onderwerpen met veel veel lichte tinten. schaduwtinten. MENU [W] [GRADATION] x Opmerkingen Contrastaanpassing werkt niet in de stand [HIGH KEY] of [LOW KEY]. Ruisonderdrukking Hiermee reduceert u de ruis die optreedt bij erg lange sluitertijden. Met name bij nachtelijke opnamen gebruikt u lange sluitertijden en kan in de opnamen beeldruis verschijnen. Als de sluitertijd lang is, wordt ruisonderdrukking geactiveerd en de camera onderdrukt automatisch ruis om helderdere beelden te produceren. Daarbij duurt het maken van een foto echter ongeveer twee keer langer dan normaal. OFF ON MENU [W] [NOISE REDUCT.] [OFF] / [ON] Na de opname start het proces waarmee de beeldruis wordt onderdrukt. Tijdens het ruisonderdrukkingsproces knippert de indicatie-led Dataverkeer. U kunt de volgende opname pas maken zodra de indicatie-led Dataverkeer is gedoofd. [busy] verschijnt in de zoeker terwijl het ruisonderdrukkingsproces bezig is. 3 Fotografeerfuncties Belichting, beeld en kleur x Opmerkingen Als u de stand g op ( hebt gezet, blijft [NOISE REDUCT.] op [ON] staan. Als u [j] (repeterende opnamen) hebt ingesteld, is [NOISE REDUCT.] automatisch [OFF] (uit). Bij sommige lichtomstandigheden en onderwerpen werkt deze functie niet optimaal. NL 53

54 Ruisfilter Instellen van het ruisfilterniveau U kunt het ruisonderdrukkingsniveau selecteren. Gebruik [STANDARD] voor algemeen gebruik. [HIGH] wordt aanbevolen tijdens fotograferen met hoge gevoeligheid. MENU [W] [NOISE FILTER] [OFF] / [LOW] / [STANDARD] / [HIGH] x Opmerkingen Repeterende opnamen zijn niet mogelijk als [NOISE FILTER] op [HIGH] staat. 3Fotografeerfuncties Belichting, beeld en kleur Color space kleurenpalet Hiermee kunt u selecteren hoeveel kleuren door de monitor of printer worden weergegeven. Het eerste teken in de bestandsnaam geeft aan welk kleurenpalet op dat moment is ingesteld. g Bestandsnaam (Blz. 68) [srgb] Gestandaardiseerd kleurenpalet voor Windows. [Adobe RGB] Kleurenpalet dat met Adobe Photoshop. MENU [Z] [COLOR SPACE] Anti-shock trillingen voorkomen Hiermee voorkomt u dat de camera tijdens de opname trilt door het opklappen van de spiegel. U kunt de interval instellen tussen het moment waarop de camera de spiegel omhoogklapt, en het moment waarop de sluiter opengaat. Deze functie kan handig zijn bij astrofotografie en microscoopfotografie of andere fotografische situaties waarin een zeer lange sluitertijd wordt gebruikt en trilling van de camera tot een minimum moet worden beperkt. MENU [X] [ANTI-SHOCK] [OFF] / [1SEC] [30SEC] 54 NL

55 4 Weergavefuncties Enkel beeld / Gezoomd weergeven De basisprocedure voor het bekijken van foto's wordt hieronder beschreven. Voordat u dit gaat doen, dient u echter eerst stap 1 hieronder uit te voeren. 1 Druk op de q-knop (weergave). (Enkelbeeldweergave) Het laatst opgenomen beeld verschijnt. Als u binnen ca. 1 minuut niets doet, schakelt de LCDmonitor zichzelf uit. De camera schakelt automatisch uit als er 4 uur niets wordt bediend. Schakel de camera weer in. 2 Selecteer met p de beelden die u wilt bekijken. U kunt ook de regelaar draaien om naar U te gaan voor gezoomd weergeven. q-knop INFO-knop p Regelaar 4 (Enkelbeeldweergave) (Gezoomd weergeven) Druk op p om de close-uppositie te veranderen. Weergavefuncties a : Toont het beeld dat 10 opnamen geleden is opgeslagen. c : Toont het beeld dat 10 opnamen later is opgeslagen. d : Geeft het volgende beeld weer. b : Geeft het vorige beeld weer. Om te stoppen met de weergave drukt u op de q-knop. Zodra u de ontspanknop half indrukt, kunt u weer fotograferen. Druk op de INFO-knop (Weergave close-up-positie) Druk op p om het display van de close-up-positie te verplaatsen. Druk op de INFO-knop (Gezoomd weergeven) Druk op p om de close-ups beeld voor beeld te bekijken. NL 55

56 Indexweergave / kalenderweergave Met deze functie kunt u op de monitor verschillende beelden tegelijkertijd weergeven. Dit is handig als u tussen een aantal foto's een bepaalde foto wilt opzoeken. Telkens als u tijdens enkelbeeldweergave de regelaar in de Regelaar richting van G draait, wijzigt het aantal beelden dat wordt weergegeven van 4 naar 9 naar 16 naar 25. b : Gaat naar het vorige beeld. d : Gaat naar het volgende beeld. a : Gaat naar het bovenste beeld. c : Gaat naar het onderste beeld. Om naar de enkelbeeldweergave terug te keren, draait u de regelaar naar U. 4Weergavefuncties (9-beelden indexweergave) (4-beelden indexweergave) (Enkelbeeldweergave) (16-beelden indexweergave) (25-beelden indexweergave) (Kalenderweergave) Kalenderweergave Met kalenderweergave kunt u de op het geheugenkaartje opgeslagen beelden op datum gesorteerd weergeven. Als u op één datum meerdere foto's hebt gemaakt, verschijnt de foto die op die dag als eerste is gemaakt. Gebruik p om een datum te selecteren en druk op de i-knop om beelden van de geselecteerde datum als enkel beeld weer te geven. 56 NL

57 Informatiedisplay Hiermee kunt u gedetailleerde informatie over een foto oproepen. Informatie over de beeldhelderheid kunt u ook laten weergeven met een histogram en highlight-weergave (lichte partijen). Druk meerdere keren op de INFO-knop tot de gewenste informatie verschijnt. De instelling wordt opgeslagen en verschijnt als het informatiedisplay de volgende keer opgeroepen wordt. INFO-knop Het beeld alleen Informatie 1 Informatie 2 4 Toont beeldnummer, printreservering, beveiliging, beeldkwaliteit en bestandsnummer Toont beeldnummer, printreservering, beveiliging, beeldkwaliteit, aantal pixels, compressiefactor, datum en tijd, en bestandsnummer Weergavefuncties Highlight-weergave (lichte partijen) Opnamegegevens * Histogram Als in het histogram de balken rechts hoger zijn dan links, is de foto misschien te licht (overbelicht). En als de balken links hoger zijn dan rechts, is de foto misschien te donker (onderbelicht). Corrigeer indien nodig de belichting of maak de foto nogmaals. Histogram * Algemene informatie Shadow-weergave (schaduwpartijen) De onderbelichte partijen in de foto knipperen. Ook de ingestelde beeldkwaliteit verschijnt. Highlight-weergave (lichte partijen) De overbelichte partijen in de foto knipperen. Ook de ingestelde beeldkwaliteit verschijnt. Histogramweergave De verdeling van de helderheid van het opgenomen beeld verschijnt in een histogram (helderheidscomponentgrafiek). Ook de ingestelde. NL 57

58 Diashow Hierbij worden de beelden die op het kaartje zijn opgeslagen, één voor één weergegeven. De diashow begint bij het beeld dat op het scherm staat, en laat de volgende beelden 5 seconden lang op het scherm verschijnen. U kunt de diashow starten vanuit de indexweergave. Het aantal beelden dat de diashow laat zien, kunt u instellen op 1, 4, 9, 16 of MENU [q] [m] 2 Stel dit in met p. [K] 1-beeldweergave / [L] 4-beeldweergave / [M] 9-beeldweergave / [N] 16-beeldweergave / [O] 25-beeldweergave 3 Druk op de i-knop om de diashow te starten. 4 Druk op de i-knop om de diashow te stoppen. Als u L hebt geselecteerd 4Weergavefuncties x Opmerkingen Als u de diashow langer dan ca. 30 minuten laat draaien, schakelt de camera zichzelf uit. Beelden roteren Met deze functie kunt u beelden roteren (kantelen) en ze tijdens enkelbeeldweergave verticaal op de monitor laten weergeven. Dit is handig als u foto's maakt met de camera in verticale stand. De beelden worden automatisch in de juiste stand weergegeven, zelfs als de camera gekanteld is. MENU [q] [y] F-knop [OFF] / [ON] Als deze op [ON] staat, worden verticaal opgenomen beelden tijdens de weergave automatisch geroteerd en weergegeven. U kunt ook op de F-knop drukken om het beeld te roteren en weer te geven. Na het roteren wordt het beeld opgeslagen op het geheugenkaartje. Origineel beeld vóór het roteren 58 NL

59 Weergave op een televisie Gebruik de bijgeleverde videokabel om opgenomen beelden op uw televisie weer te geven. 1 Schakel eerst de camera en de televisie uit en sluit de videokabel aan zoals aangegeven in de afbeelding. 2 Zet de televisie aan en zet deze in op de videostand. Raadpleeg voor informatie over het omschakelen naar de videostand de handleiding van uw televisie. 3 Schakel de camera in en druk op de q-knop (weergeven). x Opmerkingen q-knop Multiconnector Videokabel Video-ingang Sluit de camera met de bijgeleverde videokabel aan op de televisie. Controleer of het type videosignaal van uw camera overeenkomt met het type videosignaal van uw televisie. g Het type videosignaal selecteren voor aansluiting op de televisie (Blz. 70) Zodra u de videokabel aansluit op de camera, schakelt de cameramonitor zichzelf uit. Bij sommige tv's verschijnt de foto niet in het midden van het televisiescherm. 4 Weergavefuncties Foto's bewerken Een gemaakte foto kunt u bewerken en opslaan als een nieuwe foto. Welke bewerkingen u kunt uitvoeren, hangt af van de bestandsindeling (beeldkwaliteit) waarmee de foto is opgeslagen. Een JPEG-bestand kunt u ongewijzigd printen. RAW-bestanden kunt u echter niet onbewerkt printen. Om een RAW-bestand te kunnen printen, moet u dit eerst met de RAWbewerkingsfunctie converteren naar een JPEG-bestand. Als RAW-bestand opgeslagen beelden bewerken De camera verwerkt de gegevens uit het RAW-bestand (bijv. met witbalans en scherpstelling), en slaat de gegevens dan op als een nieuw JPEG-bestand. Terwijl u de opgeslagen beelden controleert, kunt u ze desgewenst bewerken. De beeldverwerking wordt uitgevoerd aan de hand van de actuele camerainstellingen. Wijzig de camera-instellingen in uw voorkeursinstellingen voordat u gaat fotograferen. Als JPEG-bestand opgeslagen beelden bewerken [BLACK & WHITE] Hiermee maakt u een beeld zwart / wit. [SEPIA] Voor beelden in sepia-tinten. [REDEYE FIX] Voor het corrigeren van rode ogen op flitsopnamen. [SATURATION] Voor het instellen van de kleurdiepte (kleurverzadiging). [Q] Om de foto te converteren naar 1280 x 960, 640 x 480 of 320 x 240 pixels. NL 59

60 1 MENU [q] [EDIT]. 2 Selecteer met bd de beelden die u wilt bekijken. Druk op de i-knop. De camera herkent het bestandstype van de beeldgegevens. Bij het bewerken van andere beelden, gebruikt u bd om het beeld te selecteren. Voor beelden die in RAW+JPEG opgenomen zijn, verschijnt een keuzemenu dat u vraagt de juiste gegevens te bewerken. Om te stoppen met het bewerken drukt u op de MENU-knop. 3 Welk instelmenu verschijnt, hangt af van het bestandstype van de beeldgegevens. Selecteer Bevestig het bestandstype vanaf hier. RAW of SHQ, HQ, SQ (= JPEG) de gewenste bewerking en volg de stappen die bij het betreffende bestandstype horen. 4Weergavefuncties Een JPEG-beeldbestand bewerken. [BLACK & WHITE] / [SEPIA] / [REDEYE FIX] / [SATURATION] / [Q] Een RAW-beeldbestand bewerken. Het bewerkte beeld wordt als een ander beeld opgeslagen, los van het originele beeld. x Opmerkingen De RAW-bewerking gebeurt aan de hand van de actuele camera-instellingen De voorkeursinstellingen kiest u in voordat u gaat fotograferen. Het is mogelijk dat de rode-ogen-correctie bij sommige foto's niet werkt. De rode-ogencorrectie kan naast de ogen ook andere delen van de foto beïnvloeden. In de volgende gevallen kunt u het aantal pixels niet wijzigen: Als het beeld is opgeslagen in het bestandstype RAW, als een beeld op een pc is bewerkt, als er onvoldoende ruimte is op het geheugenkaartje, als de foto met een andere camera is gemaakt. Bij het wijzigen van het aantal pixels ([Q]) kunt u nooit een groter aantal pixels kiezen dan dat van de originele opname. Beelden kopiëren Hiermee kunt u beelden van het ene naar het andere geheugenkaartje kopiëren, van xd- Picture Card naar CompactFlash / Microdrive, en omgekeerd. U kunt dit menu selecteren als er twee geheugenkaartjes in de camera zitten. Het geselecteerde kaartje is de bron van waaruit u gaat kopiëren. g [CF / xd] (Blz. 94) Alle beelden kopiëren 1 MENU [q] [COPY ALL]. 2 Druk op d. 3 Gebruik ac om [YES] te selecteren. 4 Druk op i. 60 NL

61 Geselecteerde beelden kopiëren 1 Geef de beelden weer die gekopieerd moeten worden en druk op de i-knop. De geselecteerde beelden krijgen een rood kader. Om uw selectie ongedaan te maken, drukt u nogmaals op de i-knop. 2 Druk op p om de volgende beelden weer te geven die gekopieerd moeten worden en druk op de i-knop. 3 Zodra u de beelden hebt geselecteerd die u wilt kopiëren, drukt u op de COPY / <-knop (kopiëren). 4 Gebruik ac om [YES] te selecteren en druk op i. U kunt ook beelden kopiëren vanuit de indexweergave. COPY / <-knop 4 Enkelbeeldkopie 1 Selecteer het gewenste beeld en druk op de COPY / <-knop (kopiëren). 2 Gebruik ac om [YES] te selecteren en druk op i. Weergavefuncties Beelden beveiligen Per ongeluk wissen voorkomen Beveilig de beelden die niet mogen worden gewist. Beveiligde beelden kunnen niet worden gewist met de functie enkel beeld / alle beelden wissen. Enkelbeeldbeveiliging Geef het beeld weer dat beveiligd moet worden en druk op de 0-knop (beveiligen). 9 (beveiligingsteken) wordt weergegeven in de rechter bovenhoek van het scherm. 0-knop De beveiliging opheffen Geef de beveiligde beelden weer en druk op de 0-knop. i-knop NL 61

62 Geselecteerde beelden beveiligen Hiermee kunt u in de enkelbeeldweergave of indexweergave de geselecteerde beelden in één keer beveiligen. 1 Geef de beelden weer die beveiligd moeten worden en druk op de i-knop. De geselecteerde beelden krijgen een rood kader. Om uw selectie ongedaan te maken, drukt u nogmaals op de i-knop. Selecteer in de indexweergave met p de beelden die u wilt beveiligen en druk vervolgens op de i-knop. 2 Druk op p om de volgende beelden weer te geven die beveiligd moeten worden en druk op de i-knop. 3 Zodra u de beelden hebt geselecteerd die u wilt beveiligen, drukt u op de 0-knop (beveiligen). Alle beveiligingen annuleren 4Weergavefuncties Met deze functie kunt de beveiliging van meerdere beelden in één keer annuleren. 1 MENU [q] [RESET PROTECT] 2 Gebruik ac om [YES] te selecteren en druk op i. x Opmerkingen Bij het formatteren van het geheugenkaartje worden alle beelden gewist, ook de beveiligde beelden. (gblz. 94) Beveiligde beelden kunt u niet meer roteren (kantelen). Beelden wissen Hiermee kunt u opnamen wissen. U kunt kiezen tussen enkel beeld wissen, waarbij alleen het momenteel weergegeven beeld wordt gewist; alle beelden wissen, waarbij alle beelden worden gewist die op het kaartje staan; of geselecteerde beelden wissen, waarbij alleeen de geselecteerde beelden worden gewist. x Opmerkingen Voor de soorten beeldbestand RAW+JPEG, worden bij enkel beeld wissen alleen de JPEGbeelden gewist terwijl de RAW-gegevens worden behouden. Bij alle beelden wissen worden zowel de RAW- als JPEG-beelden gewist. Beveiligde beelden kunt u niet wissen. Als u de beveiliging van de beelden opheft, kunt u ze wél wissen. Als beelden zijn gewist, kunnen ze niet worden hersteld. g Beelden beveiligen Per ongeluk wissen voorkomen (Blz. 61) 62 NL

63 Wisen van een enkel beeld 1 Roep op het scherm het beeld op dat u wilt wissen. 2 Druk op de S-knop (wissen). 3 Gebruik ac om [YES] te selecteren en druk op i. Alle beelden wissen S-knop 1 MENU [W] [CARD SETUP]. 2 Gebruik ac om [ALL ERASE] te selecteren en druk op i. 3 Gebruik ac om [YES] te selecteren en druk op i. Alle beelden worden gewist. 4 Weergavefuncties Geselecteerde beelden wissen Hiermee kunt u in de enkelbeeldweergave of de indexweergave de geselecteerde beelden in één keer wissen. 1 Geef de beelden weer die gewist moeten worden en druk op de i-knop. De geselecteerde beelden krijgen een rood kader. Om uw selectie ongedaan te maken, drukt u nogmaals op de i-knop. Selecteer in de indexweergave met p de beelden die u wilt wissen en druk vervolgens op de i-knop. 2 Druk op p om de volgende beelden weer te geven die gewist moeten worden en druk op de i-knop. 3 Zodra u de beelden hebt geselecteerd die u wilt wissen, drukt u op de S-knop (wissen). 4 Gebruik ac om [YES] te selecteren en druk op i. NL 63

64 5 Instellingen en functies aanpassen volgens uw wensen Uw eigen reset-instelling Normaliter blijven uw camera-instellingen (inclusief uw wijzigingen) bewaard als u de camera uitschakelt. Deze camera beschikt echter over [RESET], waarmee de standaardinstellingen af fabriek hersteld worden, alsmede over [RESET 1] en [RESET 2], waarmee instellingen hersteld worden die vooraf zijn vastgelegd. De camera-instellingen op dat tijdstip zijn opgeslagen in [RESET 1] en [RESET 2]. MENU [W] [CUSTOM RESET SETTING] [RESET] / [RESET1] / [RESET2] Als de instellingen al vastgelegd zijn, verschijnt [SET] naast de [RESET1] / [RESET2] optie. Reset-instellingen vastleggen 1 Selecteer [RESET1] / [RESET2] om vast te leggen en druk op de d-knop. 2 Selecteer [SET] en druk op de i-knop. Selecteer [RESET] om het vastleggen te annuleren. 5Instellingen / functies van uw camera aanpassen Reset-instellingen gebruiken U kunt de camera op [RESET1] of [RESET2] instelling terugzetten of de standaardinstellingen af fabriek herstellen. [RESET]: Herstelt de standaardinstellingen af fabriek. [RESET1] / [RESET2]: Herstelt de vastgelegde instellingen. 1 Selecteer [RESET1] / [RESET2] / [RESET2] en druk op de i-knop. 2 Gebruik ac om [YES] te selecteren en druk op i. 64 NL

65 Functies die u kunt vastleggen onder CUSTOM RESET SETTING, en functies waarvan de standaardinstellingen af fabriek worden hersteld Functie Standaardinstellingen af fabriek Vastleggen als custom reset PICTURE MODE NATURAL GRADATION NORMAL D HQ F ±0 NOISE FILTER STANDARD NOISE REDUCT. ON WB AUTO ISO AUTO METERING (lichtmeting) e FLASH MODE Autoflitsen *1 w ±0 j / < / Y o AF MODE S-AF P AUTO AE BKT OFF ANTI-SHOCK OFF Stand Weergeven Enkelbeeldweergave (zonder informatie) k ALL > ±0 k SQ 1280 x 960, 1/8 AUTO POP UP ON AEL/AFL mode1 *2 AEL/AFL MEMO OFF AEL-meting Gesynchroniseerd met lichtmeetfunctie. 7 FUNCTION OFF AF ILLUMINAT. ON LIVE VIEW BOOST OFF FRAME ASSIST OFF X :00 k CF/xD CF k FILE NAME AUTO k s 0 W (taalkeuze) *3 k VIDEO OUT *3 k 8 ON REC VIEW 5S SLEEP 1MIN BACKLIT LCD 8SEC USB MODE AUTO k COLOR SPACE srgb PIXEL MAPPING k k CLEANING MODE (Reinigingsfunctie) k k JU / HI DIAL JU k FIRMWARE k k : Kan worden vastgelegd. k : Kan niet worden vastgelegd. *1 : Afhankelijk van de geselecteerde belichtingsfunctie zal de standaardinstelling af fabriek veranderen. *2 : Afhankelijk van de geselecteerde scherpstelfunctie zal de standaardinstelling af fabriek wijzigen. *3 : Welke standaardinstellingen af fabriek worden toegepast, is afhankelijk van het land waar u deze camera hebt gekocht. 5 Instellingen en functies aanpassen volgens uw wensen NL 65

66 5Instellingen / functies van uw camera aanpassen AEL / AFL-functie U kunt in plaats van de ontspanknop ook de AEL-knop gebruiken om scherp te stellen of te meten. U kunt de knop op de volgende manieren gebruiken. Als u op een onderwerp wilt scherpstellen en dan de compositie van de foto wilt veranderen. Als u de belichting wilt instellen door een ander bereik te meten dan waarop de camera scherpgesteld is. Kies de functie van de knop die bij de handeling past als de ontspanknop ingedrukt is. Selecteer [mode1] of [mode2] in de respectievelijke scherpstelfunctie. MENU [Y] [AEL / AFL] [S-AF] / [C-AF] / [MF] Beschikbare functies in de stand S-AF Ontspanknopfunctie AEL-knopfunctie Stand Half indrukken Helemaal indrukken Als u de AEL-knop ingedrukt houdt Scherpstellen Belichting Scherpstellen Belichting Scherpstellen Belichting modus1 Vastgehouden Vastgehouden k k k Vastgehouden modus2 k Vastgehouden k k Vastgehouden k Beschikbare functies in de stand C-AF Ontspanknopfunctie AEL-knopfunctie Stand Half indrukken Helemaal indrukken Als u de AEL-knop ingedrukt houdt Scherpstellen Belichting Scherpstellen Belichting Scherpstellen Belichting Het modus1 scherpstellen k Vastgehouden Vastgehouden k Vastgehouden begint modus2 k Vastgehouden Vastgehouden k Het scherpstellen begint k Beschikbare functies in de stand MF Ontspanknopfunctie AEL-knopfunctie Stand Half indrukken Helemaal indrukken Als u de AEL-knop ingedrukt houdt AEL / AFL memo U kunt de belichting vasthouden en behouden door op de AEL-knop (AE-lock) te drukken. MENU [Y] [AEL / AFL MEMO] [ON] : Druk op de AEL-knop om de belichting vast te houden en te behouden. Druk opnieuw op de knop om het behouden van de belichting te annuleren. [OFF] : De belichting wordt alleen vastgehouden als de AEL-knop is ingedrukt. AEL-lichtmeting Scherpstellen Belichting Scherpstellen Belichting Scherpstellen Belichting modus1 k Vastgehouden k k k Vastgehouden modus2 k Vastgehouden k k S-AF k Ander functie-instellingen Stel de meetmethode in voor als u op de AEL-knop (AE lock) drukt om de belichting vast te houden. MENU [Y] [AEL Metering] [AUTO] / [4] / [n] / [nhi] / [nsh] [AUTO] voert metingen uit in de geselecteerde modus onder [METERING] methode. 66 NL

67 Alle witbalansen corrigeren Hiermee kunt u in één keer dezelfde correctiewaarde toepassen op alle beschikbare witbalansen. MENU [Y] [ALL>] [ALL SET] : Bij alle witbalansen wordt dezelfde correctiewaarde toegepast. [ALL RESET] : De op alle witbalansen toegepaste correctiewaarden worden hiermee in één keer ongedaan gemaakt. Als u [ALL SET] hebt geselecteerd 1) Selecteer de kleurrichting met bd. R-B Rood Blauw / G-M Groen Magenta 2) Gebruik ac om de correctiewaarde in te stellen. WB-correctie (g Blz. 51) U kunt de aangepaste witbalans controleren. Als u [ALL RESET] hebt geselecteerd 1) Gebruik ac om [YES] te selecteren. Automatisch omhoog springen De ingebouwde flitser springt automatisch omhoog onder slechte lichtomstandigheden of bij tegenlicht wanneer de stand AUTO of een motiefprogramma actief is. Hiermee kunt u het automatisch omhoog springen van de ingebouwde flitser stoppen. MENU [Y] [AUTO POP UP] [ON] : De ingebouwde flitser springt automatisch omhoog. [OFF] : De ingebouwde flitser springt niet automatisch omhoog. 7 FUNCTION Hiermee kunt u een functie aan de b-knop toewijzen. MENU [Y] [7 FUNCTION] [OFF] Laat geen toewijzing van functies toe. [V] Druk op de b-knop om de witbalanswaarde te verkrijgen. g De witbalans met één knop instellen (Blz. 51) [TEST PICTURE] Door op de ontspanknop te drukken terwijl u de b-knop indrukt, kunt u de zojuist genomen foto op de monitor controleren zonder de foto op het kaartje te hoeven opslaan. Dit is handig als u wilt kijken of een foto goed gelukt is zonder deze op te slaan. [PREVIEW] / [LIVE PREVIEW] (elektronisch) Terwijl u de b-knop ingedrukt houdt, kunt u de preview-functie gebruiken. g Preview-functie (Blz. 30) Live view boost Tijdens fotograferen met live bekijken, kunt u de monitor lichter maken voor gemakkelijkere bevestiging van uw onderwerp. MENU [Y] [LIVE VIEW BOOST] [OFF] Het onderwerp wordt weergegeven op de monitor met het helderheidsniveau dat is aangepast aan de ingestelde belichting. U kunt, terwijl u vooraf via de monitor bevestigt, een foto naar uw wens maken. [ON] De camera past het helderheidsniveau automatisch aan en geeft het onderwerp op de monitor weer voor gemakkelijkere bevestiging. Het effect van de aanpassingen van witbalans en belichtingscorrectie worden niet op de monitor weergegeven. 5 Instellingen en functies aanpassen volgens uw wensen NL 67

68 Bestandsnaam Als u een foto maakt, slaat de camera die foto onder een unieke bestandsnaam op in een map. De map en de bestandsnamen kunt u later gebruiken voor het openen van bestanden op een computer. Hoe bestandsnamen worden toegekend, ziet u in de onderstaande afbeelding. Alle mappen Mapnaam 000 OLYMP Mapnummer ( ) Bestandsnaam Pmdd0000.jpg Kleurenpalet P: srgb _: Adobe RGB Dag (01 31) Maand (10, 11, 12 wordt A, B, C) Bestandsnummer ( ) Als u 9999 foto s gemaakt heeft, wordt de teller teruggezet op 0001 voor de volgende foto, bij het mapnummer wordt de waarde 1 opgeteld om een nieuwe map te benoemen en aan te leggen waarin het volgende beeld (bestand) is opgeslagen. 5Instellingen / functies van uw camera aanpassen MENU [Z] [FILE NAME] [AUTO] Zelfs als u een nieuw kaartje plaatst, worden de mapnummers van het vorige kaartje aangehouden. Als het nieuwe kaartje een beeld bevat met hetzelfde bestandsnummer als een beeld dat op het vorige kaartje is opgeslagen, krijgen de beelden op het nieuwe kaartje een bestandsnummer dat aansluit op het hoogste nummer van het vorige kaartje. [RESET] Als er een nieuw kaartje ingestoken wordt, beginnen de mapnummers met 100 en bestandsnummers met Als een kaartje dat foto's bevat, ingestoken wordt, beginnen de bestandsnummers met het nummer dat op het hoogste nummer op het kaartje volgt. Als zowel het mapnummer als het bestandsnummer de maximumwaarde bereikt (999/9999), kunt u op deze geheugenkaart helemaal geen foto's meer opslaan, ook niet als de kaart nog niet helemaal vol is. U kunt dan geen foto's meer maken. Vervang het geheugenkaartje door een nieuw. REC VIEW Onmiddellijk na de opname de foto controleren Hiermee kunt u de zojuist gemaakte foto weergeven op de monitor terwijl de foto op het geheugenkaartje wordt opgeslagen, en u kunt instellen hoe lang de foto wordt weergegeven. Dit is handig als u de foto die u zojuist heeft genomen even wilt controleren. Door de ontspanknop half in te drukken terwijl u de foto controleert, kunt u onmiddellijk doorgaan met fotograferen. MENU [Z] [REC VIEW] [OFF] De foto die op het geheugenkaartje wordt opgeslagen, wordt niet weergegeven. [1SEC] [20SEC] Hiermee selecteert u het aantal seconden dat de foto moet worden weergegeven. Dit kunt u instellen in stappen van 1 seconde. De pieptoon instellen De camera piept als er toetsen worden ingedrukt. Met deze functie kunt u de pieptoon in- en uitschakelen. MENU [Y] [8] [OFF] / [ON] 68 NL

69 Helderheid van de monitor instellen Met deze functie kunt u de helderheid van de monitor instellen op een optimale weergave. MENU [Z] [s] Met bd kunt u de helderheid aanpassen. Timer sluimerstand Als de camera gedurende een bepaalde tijd niet wordt bediend, springt hij automatisch op sluimerstand (stand by) om de batterijen te sparen. Nadat het bedieningspaneel een bepaalde tijd is weergegeven, gaat het achtergrondlicht uit. Na nog een bepaalde tijd, schakelt de camera naar de sluimerstand. [SLEEP] activeert de timer sluimerstand. Met [OFF] schakelt u de sluimerstand uit. De camera komt weer uit de stand-by-stand zodra u een van de knoppen indrukt (ontspanknop, pendelknop, enz.). MENU [Z] [SLEEP] [OFF] / [1MIN] / [3MIN] / [5MIN] / [10MIN] Timer achtergrondlicht Om batterijen te sparen, nadat het bedieningspaneel een bepaalde tijd is weergegeven, gaat het achtergrondlicht van de monitor uit en de monitor wordt donker. [HOLD] laat het achtergrondlicht constant aan. Het achtergrondlicht van de monitor gaat weer aan zodra u een knop indrukt (ontspanknop, pendelknop, enz.). MENU [Z] [BACKLIT LCD] [8SEC] / [30SEC] / [1MIN] / [HOLD] USB-functie Met het bijgeleverde USB-kabeltje kunt u de camera rechtstreeks op een computer of printer aansluiten. Als u van tevoren opgeeft op welk apparaat u de camera aansluit, kunt u de instelprocedure voor de USB-aansluiting overslaan die normaliter verschijnt als u de kabel aansluit op de camera. Voor meer informatie over het aansluiten van de camera op een willekeurig apparaat, zie Camera aansluiten op een printer (g Blz. 73) en Camera aansluiten op een computer (g Blz. 78). MENU [Z] [USB MODE] [AUTO] Het selectiescherm voor de USB-aansluiting verschijnt telkens als u de camera op een computer of printer aansluit. [STORAGE] Hiermee kunt beelden overbrengen naar een computer. Selecteer deze stand ook als u via een pc-aansluiting de OLYMPUS Master software wilt gebruiken. [MTP] Hiermee kunt beelden overbrengen naar een computer waarop Windows Vista is geïnstalleerd, zonder de OLYMPUS Master software te gebruiken. [CONTROL] Hiermee kunt u de camera via een pc bedienen met behulp van de optionele OLYMPUS Studio-software. [<EASY] Voor aansluiting op een printer die compatibel is met PictBridge. Hiermee kunt u foto's rechtstreeks vanuit de camera afdrukken zonder dat u een pc nodig hebt. g Camera aansluiten op een printer (Blz. 73) [<CUSTOM] Voor aansluiting op een printer die compatibel is met PictBridge. Hierbij kunt u foto's printen met vooraf gekozen instellingen voor het aantal prints, de papiersoort enz. g Camera aansluiten op een printer (Blz. 73) 5 Instellingen en functies aanpassen volgens uw wensen NL 69

70 Een andere taal kiezen voor de schermteksten Voor de schermteksten en de foutmeldingen kunt u naast het Engels ook andere talen kiezen. MENU [Z] [W] Selecteer met ac de gewenste taal. Met de bij uw camera geleverde OLYMPUS Master software kunt u uw camera van nog andere talen voorzien. Voor meer informatie, zie Help in de OLYMPUS Master software. (gblz. 77) Vóór aansluiting op de televisie eerst het type videosignaal selecteren Kies het type videosignaal dat wordt gebruikt in het land waar u verblijft: NTSC of PAL. In het buitenland moet u deze instelling misschien wijzigen als u de camera op een TV wilt aansluiten en beelden wilt weergeven. Zorg dat u het juiste type videosignaal hebt geselecteerd voordat u de videokabel aan gaat sluiten. Als u het verkeerde type videosignaal hebt geselecteerd, worden de foto's niet goed weergegeven op uw televisie. MENU [Z] [VIDEO OUT] [NTSC] / [PAL] Types videosignaal in de belangrijkste landen en gebieden Controleer het type videosignaal voordat u de camera op de tv aansluit. NTSC PAL Noord Amerika, Taiwan, Korea, Japan Europese landen, China 5Instellingen / functies van uw camera aanpassen HI (onderwatermodus) Het is mogelijk om [J] (SPORT) en [U] (NIGHT+PORTRAIT) op de functieknop om te schakelen naar [H] (UNDER WATER MACRO) en [I] (UNDER WATER WIDE). Gebruik een optionele onderwaterbescherming voor onderwateropnamen. MENU [Y] [JU / HI] [DIALJU] / [DIALHI] Firmware De firmwareversie van uw product verschijnt. Als u informatie gaat inwinnen over uw camera of accessoires, of als u software wilt downloaden, moet u opgeven welke versie van elk van de producten u gebruikt. MENU [Z] [FIRMWARE] Druk op d. De firmwareversie van uw product verschijnt. Druk op de i-knop om terug te keren naar het vorige scherm. 70 NL

71 6 Printen Printreservering (DPOF) Printreservering Het printreserveringssysteem biedt u de mogelijkheid om samen met de op het kaartje opgeslagen beelden ook printgegevens (het aantal prints en datum- en tijdinformatie) op te slaan. Steek het kaartje dat de opgeslagen foto's bevat in de camera. De met printreservering opgeslagen beelden kunt u op de volgende manieren printen. Laten printen door een voor DPOF ingerichte foto-ontwikkelcentrale Hier kunnen foto s geprint worden aan de hand van de printreserveringen. Printen met een voor DPOF geschikte printer Foto's kunnen rechtstreeks met een aangesloten printer worden afgedrukt zonder dat u een pc nodig hebt. Voor meer informatie raadpleegt u de handleiding van de printer. Het is mogelijk dat u, om te kunnen printen, een PC-kaartadapter nodig heeft. Een enkel beeld reserveren x Opmerkingen Het is mogelijk dat DPOF-reserveringen die werden ingesteld met een ander apparaat, met deze camera niet gewijzigd kunnen worden. Eventuele wijzigingen moet u dan aanbrengen met het oorspronkelijke apparaat. Bovendien kunt u door nieuwe DPOF-reserveringen in te stellen met deze camera, de vorige reserveringen die met een ander apparaat zijn ingesteld, wissen. Het is mogelijk dat bepaalde printers of fotospeciaalzaken niet over alle functies beschikken. Het bestandstype RAW kan niet worden geprint. Om voor een foto een printreservering in te stellen, volgt u de bedieningsaanwijzingen. 1 MENU [q] [<]. 6 Printen 2 Selecteer [<] en druk op de i-knop. Bedieningsaanwijzingen 3 Druk op bd om het beeld te selecteren dat u in wilt stellen als printreservering en druk op ca om het aantal prints in te stellen. Om een printreservering voor meerdere foto's in te stellen, herhaalt u deze stap. NL 71

72 4 Druk op de i-knop als u klaar bent. Het menu voor reservering van een enkel beeld verschijnt. 5 Gebruik i om het formaat voor datum en tijd te selecteren. [NO] De beelden worden zonder datum en tijd geprint. [DATE] De foto's worden geprint met de datum van fotograferen. [TIME] De foto's worden geprint met het tijdstip van fotograferen. 6 Selecteer [SET] en druk op de i-knop. Alle beelden reserveren 6Printen Past printreservering toe op alle beelden die op het kaartje zijn opgeslagen. Het aantal prints is ingesteld op 1. 1 MENU [q] [<]. 2 Selecteer [U] en druk op de i-knop. 3 Gebruik i om het formaat voor datum en tijd te selecteren. [NO] De beelden worden zonder datum en tijd geprint. [DATE] De foto's worden geprint met de datum van fotograferen. [TIME] De foto's worden geprint met het tijdstip van fotograferen. 4 Selecteer [SET] en druk op de i-knop. Annuleren van de printreserveringsgegevens U kunt alle printreserveringsgegevens annuleren of alleen de gegevens voor geselecteerde foto's. 1 MENU [q] [<]. Printreserveringsgegevens van alle foto's annuleren 2 Selecteer [<] of [U] en druk op i-knop. 3 Selecteer [RESET] en druk op de i-knop. Annuleren van de printreserveringsgegevens van een geselecteerde foto 2 Selecteer [<] en druk op de i-knop. 3 Selecteer [KEEP] en druk op de i-knop. 4 Gebruik bd om het beeld te selecteren met printreserveringsgegevens die u wilt annuleren en druk op c om het aantal prints op 0 te zetten. 5 Druk op de i-knop als u klaar bent. 6 Gebruik i om het formaat voor datum en tijd te selecteren. Deze instelling wordt op alle beelden met printreserveringsgegevens toegepast. 7 Selecteer [SET] en druk op de i-knop. 72 NL

73 Direct printen (PictBridge) Sluit u de camera met het USB-kabeltje aan op een voor PictBridge geschikte printer, dan kunt u de opgeslagen beelden rechtstreeks printen. Om vast te stellen of uw printer wel of niet geschikt is voor PictBridge raadpleegt u de handleiding van de printer. PictBridge De norm die het u mogelijk maakt om digitale camera's en printers van verschillende fabrikanten op elkaar aan te sluiten en u toelaat om foto's rechtstreeks van de camera te printen. STANDARD Alle printers die PictBridge ondersteunen beschikken over standaard printinstellingen. Door [STANDARD] te selecteren in het instelmenu (gblz. 75), kunt u foto's overeenkomstig deze instellingen printen. Voor meer informatie over de standaardinstellingen van uw printer raadpleegt u de handleiding ervan of neemt u contact op met de fabrikant van de printer. De beschikbare printfucnties en instellingen, zoals papierformaat, zijn afhankelijk van het type printer. Voor meer informatie raadpleegt u de handleiding van de printer. Voor meer informatie over de soorten printerpapier, inktcassettes, enz., raadpleegt u de handleiding van de printer. Camera aansluiten op een printer x Opmerkingen Gebruik een volledig opgeladen batterij voor het printen. Beelden opgenomen met bestandstype RAW kunnen niet geprint worden. De camera kan de sluimerstand niet aannemen, omdat hij verbonden is met het USB-kabeltje. Gebruik het meegeleverde USB-kabeltje om de camera aan te sluiten op een printer die compatibel is met PictBridge. 1 Schakel de printer in en verbind het USB-kabeltje met de multiconnector van de camera en de USB-poort van de printer. Voor meer informatie over hoe u de printer inschakelt en over de plaats van de USB-poort, raadpleegt u de handleiding van de printer. 6 Printen USB-kabeltje Multiconnector 2 Schakel de camera in. Het scherm voor het selecteren van de USB-verbinding wordt weergegeven. NL 73

74 3 Gebruik p om [EASY PRINT] of [CUSTOM PRINT] te selecteren. Als u [EASY PRINT] selecteert Ga naar Eenvoudig printen (Blz. 74). Als u [CUSTOM PRINT] selecteert [ONE MOMENT] verschijnt terwijl camera en printer met elkaar verbonden worden. Ga naar Printen volgens de specificatie van de klant (Blz. 74). STORAGE CONTROL EASY PRINT Eenvoudig printen x Opmerkingen Als het scherm na een paar minuten niet verschijnt, koppelt u het USB-kabeltje los start u opnieuw vanaf stap 1. 6Printen 1 Gebruik bd om de foto's op de camera weer te geven die u wilt printen. Geef de foto die u wilt printen op de camera weer en sluit de camera met behulp van een USB-kabeltje op een printer aan. Het scherm rechts verschijnt korte tijd. 2 Druk op de knop < (print). Het instelmenu voor het selecteren van de foto verschijnt als het printen is voltooid. Om een andere foto te printen, gebruikt u bd om het beeld te selecteren en drukt u op de <-knop. Om af te sluiten, koppelt u het USB-kabeltje los van de camera terwijl het instelmenu voor selecteren van de foto wordt weergegeven. Printen volgens de specificatie van de klant 1 Volg de bedieningsaanwijzingen op voor het instellen van een printoptie. Volg de hier getoonde bedieningsaanwijzingen. Printfunctie selecteren Selecteer de manier van printen (printfunctie). De beschikbare printfuncties staan hieronder vermeld. [PRINT] [ALL PRINT] [MULTI PRINT] [ALL INDEX] [PRINT ORDER] Print geselecteerde foto's. Print u alle beelden die opgeslagen zijn op het kaartje en maakt van elke foto een print. Print meerdere kopieën van dezelfde foto als afzonderlijke beelden op een enkel blad. Print een index van alle beelden die op het kaartje zijn opgeslagen. Print overeenkomstig de printreservering die u gemaakt heeft. Als er geen foto met printreservering bestaat, is deze functie niet beschikbaar. (gblz. 71) 74 NL

75 De eigenschappen van het printpapier instellen Deze instelling varieert afhankelijk van het type printer. Als alleen de STANDAARD-instelling van de printer beschikbaar is, kunt u de instelling niet wijzigen. [SIZE] [BORDERLESS] Stelt het papierformaat in dat de printer ondersteunt. Selecteert of de foto op een volledige pagina wordt geprint of binnen een blanco kader. [PICS / SHEET] Selecteert het aantal beelden per blad. Dit verschijnt als u de functie [MULTI PRINT] hebt geselecteerd. De beelden die u wilt printen selecteren Selecteer de beelden die u wilt printen De geselecteerde foto's kunnen later worden geprint (reservering van een enkel beeld) of het beeld dat u geopend hebt kan rechtstreeks worden geprint. [PRINT](f) Print de foto die actueel wordt weergegeven. Als er een foto bestaat waarop [SINGLE PRINT] reservering al werd toegepast, zal alleen deze gereserveerde foto worden geprint. [SINGLE PRINT]( ) Past printreservering toe op de foto die actueel wordt weergegeven. Als u de printreservering op andere foto's wilt toepassen nadat u [SINGLE PRINT] hebt gebruikt, gebruikt u bd om deze te selecteren. [MORE]( ) Stelt het aantal prints in en andere eigenschappen van de actueel weergegeven foto, en of u deze wilt printen of niet. g Printgegevens instellen (Blz. 75) 6 Printen Printgegevens instellen Selecteert of u printgegevens zoals de datum en het tijdstip of de bestandsnaam op de foto wilt afdrukken. [<x] [DATE] [FILE NAME] Stelt het aantal prints in. Print de datum en het tijdstip die bij de foto zijn opgeslagen. Print de bestandsnaam die bij het beeld is opgeslagen. NL 75

76 2 Als u de foto's die u wilt printen en de printgegevens hebt ingesteld, selecteert u [PRINT] en drukt u op i. [PRINT] [CANCEL] Brengt de beelden die u wilt printen over naar de printer. Annuleert de instellingen. Alle printreserveringsgegevens gaan dan verloren. Als u de printreserveringsgegevens wilt behouden en andere instellingen wilt maken, drukt u op b. Hiermee keert u terug naar de vorige instelling. PRINT Om te stoppen en het printen te annuleren, drukt u op de i-knop. [CONTINUE] [CANCEL] Het printen wordt voortgezet. Het printen wordt geannuleerd. Alle printreserveringsgegevens gaan dan verloren. 6Printen 76 NL

77 7 Gebruik van de OLYMPUS Master software Werkvolgorde Sluit de camera met het USB-kabeltje aan op een computer. Met de meegeleverde OLYMPUS Master software kunt u nu eenvoudig beelden die op het kaartje zijn opgeslagen overbrengen naar de computer. Voor te bereiden CD-ROM's met OLYMPUS Master 2 Computer uitgerust met USB-poort USB-kabeltje OLYMPUS Master installeren (raadpleeg de installatiegids die is meegeleverd met OLYMPUS Master) De camera op de computer aansluiten met het meegeleverde USB-kabeltje (gblz. 78) OLYMPUS Master starten (gblz. 79) Foto's op uw computer opslaan (gblz. 79) Camera loskoppelen van de computer (gblz. 80) De meegeleverde OLYMPUS Master software gebruiken Wat is OLYMPUS Master? OLYMPUS Master is een beeldbeheerprogramma met functies om beelden die u met uw digitale camera gemaakt heeft te bekijken en te bewerken. Als u de software op uw computer hebt geïnstalleerd, kan u gebruik maken van volgende mogelijkheden. Beelden overbrengen van de camera of verwisselbare media naar uw computer Beelden bekijken U kunt ook genieten van diashows en geluid afspelen. Beelden groeperen en organiseren U kunt beelden in albums of mappen verdelen. Overgebrachte beelden worden automatisch op datum georganiseerd, waardoor u de beelden die u zoekt snel kunt vinden. Beelden corrigeren met filters en correctiefuncties Beelden bewerken U kunt beelden draaien, deelvergrotingen maken of de resolutie wijzigen. Diverse printformaten U kunt uw foto's eenvoudig printen. Panoramabeelden maken U kunt een panorama maken van de foto's die u met de panoramafunctie gemaakt hebt. De firmware van de camera actualiseren Voor informatie over de andere mogelijkheden van OLYMPUS Master en voor details over het gebruik van de software, raadpleegt u Help in de OLYMPUS Master software. 7 Gebruik van de OLYMPUS Master software NL 77

78 Camera aansluiten op een computer Sluit de camera aan op uw computer met het meegeleverde USB-kabeltje. 1 Gebruik het meegeleverde USB-kabeltje om de USB-poort van de computer met de multiconnector van de camera te verbinden. De plaats van de USB-poort is afhankelijk van het soort computer. Voor meer informatie raadpleegt u de handleiding van de computer. Kleiner contact Multiconnector Zoek dit teken. 7Gebruik van de OLYMPUS Master software USB-poort Contact 2 Zet de cameraschakelaar op ON. Het scherm voor het selecteren van de USB-verbinding wordt weergegeven. 3 Druk op ac om [STORAGE] te selecteren. Druk op de i-knop. 4 De computer herkent de camera als een nieuw apparaat. Windows De eerste keer dat u de camera op uw computer aansluit, herkent de computer automatisch de camera. Klik op OK als de melding dat de installatie voltooid is, verschijnt. De computer herkent de camera als een Verwisselbaar opslagmedium. Macintosh iphoto is de standaard software voor het beheren van beelden voor Mac OS. Sluit u uw digitale Olympus-camera voor de eerste keer aan, dan wordt automatisch het applicatieprogramma iphoto opgestart. Sluit iphoto en start OLYMPUS Master. x Opmerkingen USB-kabeltje STORAGE CONTROL EASY PRINT Sluit u de camera aan op een computer, dan zijn alle knoppen van de camera buiten bedrijf. 78 NL

79 Activeer de OLYMPUS Master software Windows 1 Dubbelklik op het pictogram OLYMPUS Master 2 op het bureaublad. Macintosh 1 Dubbelklik op het pictogram OLYMPUS Master 2 in de map OLYMPUS Master 2. Het venster Bladeren verschijnt. Als OLYMPUS Master voor de eerste keer na installatie wordt opgestart, worden het eerste instelmenu en het venster voor gebruikersregistratie van OLYMPUS Master weergegeven vóór het venster Bladeren. Ga te werk volgens de aanwijzingen op het scherm. OLYMPUS Master sluiten 1 Klik op Afsluiten op elk venster. Daarmee sluit u het programma OLYMPUS Master. Weergeven van gefotografeerde beelden op een computer Beelden downloaden en opslaan 1 Klik op Beelden overbrengen in het venster Bladeren en klik dan op Vanuit camera. Het venster voor het selecteren van de beelden die u vanuit de camera wilt overbrengen wordt weergegeven. In dit venster worden alle beelden getoond die in de camera opgeslagen zijn. 7 2 Selecteer Nieuw album en voer een albumnaam in. 3 Selecteer de beeldbestanden en klik op de knop Transfer Images (Beelden overbrengen). Daarna verschijnt een venster dat aangeeft dat het downloaden voltooid is. 4 Klik op de knop Nu in beelden bladeren. In het venster Bladeren worden de beelden die gedownload zijn, weergegeven. Gebruik van de OLYMPUS Master software NL 79

80 Camera loskoppelen van de computer 1 Controleer of de indicatie-led Dataverkeer niet meer knippert. Indicatie-LED Dataverkeer 2 Bereid het verwijderen van het USBkabeltje voor. Windows 1) Klik in de knoppenbalk op het pictogram Hardware loskoppelen of uitwerpen). 2) Klik op de getoonde melding. 3) Klik op OK in het venster Opslaan voor verwijderen hardware. 7Gebruik van de OLYMPUS Master software Macintosh 1) Het pictogram van de prullenbak verandert in een verwijderpictogram als u het pictogram Untitled (Zonder titel) of NO_NAME (Naamloos) op het bureaublad sleept. Sleep dit pictogram op het verwijderpictogram en zet het daar neer. 3 Trek de plug van het USB-kabeltje uit de camera. 1 Klik op het tabblad Album in het venster Browse (Bladeren) en selecteer het album dat u wilt bekijken. Het geselecteerde albumbeeld wordt weergegeven in het thumbnailgebied. 2 Dubbelklik op de thumbnail van het stilstaande beeld dat u wilt bekijken. OLYMPUS Master schakelt om naar het venster voor het bewerken van het beeld en het beeld wordt vergroot. Klik op Terug Bladeren. x Opmerkingen Voor gebruikers van Windows: Als u op Hardware loskoppelen of uitwerpen klikt, is het mogelijk dat er een waarschuwing verschijnt. Gebeurt dat inderdaad, dan controleert u of de camera bezig is met het lezen van beeldgegevens of dat applicatiesoftware actief is met het openen van camera beeldbestanden. In dat geval sluit u de applicatiesoftware, klikt u weer op Hardware loskoppelen of uitwerpen en verwijdert u het kabeltje. Stilstaande beelden bekijken om terug te keren naar het venster Thumbnail 80 NL

81 Als u meer talen nodig heeft Zorg ervoor dat de batterij geheel opgeladen is! 1 Controleer of uw computer is aangesloten op internet. 2 Steek de ene plug van het USB-kabeltje in de USB-poort van de computer. 3 Steek de andere plug van het USB-kabeltje in de USB-connector van de camera. De camera wordt automatisch ingeschakeld. De monitor van de camera wordt ingeschakeld, met daarin het instelmenu voor de USBaansluiting. 4 Selecteer [STORAGE] en druk op i. 5 Selecteer in het venster Bladeren Camera, daarna Camera actualiseren / Taal voor de monitor toevoegen. Het bevestigingsvenster voor het actualiseren wordt weergegeven. 6 Klik op OK. Het venster voor het actualiseren van de camera wordt weergegeven. 7 Klik op Taal toevoegen in de weergave van het actualiseren van de camera. Het venster Taal voor de monitor van camera toevoegen wordt weergegeven. 8 Klik en selecteer een taal. 9 Klik op Add (Toevoegen). De nieuwe taal wordt op uw camera gedownload. Verwijder geen kabeltjes of batterijen terwijl de camera hiermee bezig is. 10 Na het downloaden geeft het scherm van de camera OK weer. U kunt de kabeltjes verwijderen en de camera uitschakelen. Na het herstarten van de camera kunt u de nieuwe taal bij [W] kiezen. 7 Gebruik van de OLYMPUS Master software NL 81

82 Beelden overbrengen naar uw computer zonder OLYMPUS Master te gebruiken Uw camera voldoet aan de normen voor USB Mass Storage Class. U kunt beelden overbrengen naar een computer door de camera met het meegeleverde USB-kabeltje op een computer aan te sluiten. Dit kan zelfs zonder dat u hiervoor OLYMPUS Master gebruikt. De volgende besturingssystemen ondersteunen de USB-aansluiting: Windows : Windows 98SE / Me / 2000 Professional / XP Home Edition / XP Professional / Vista Macintosh: Mac OS / X x Opmerkingen Staat uw computer onder besturing van Windows 98 / 98 SE, dan moet u de USB-driver installeren. Voordat u de camera met het USB-kabeltje op uw computer aansluit, dubbelklikt u op de bestanden in de volgende mappen op de meegeleverde OLYMPUS Master CD-ROM. (Stationsnaam): \win98usb\install.exe Als op uw computer Windows Vista loopt, selecteert u [MTP] in stap 3 op bladzijde 78 om Windows Photo Gallery te kunnen gebruiken. In de volgende werkomgevingen is een geslaagde gegevensoverdracht niet gegarandeerd, ook niet als de computer is uitgerust met een USB-poort. Windows 95 / 98 / NT 4.0. Windows 95 / 98 opgewaardeerd naar Windows 98 SE. Mac OS 8.6 of vroeger Computers met nieuw geïnstalleerde USB-poort met uitbreidingskaartje, enzovoort. Computers zonder een af fabriek geïnstalleerd besturingssysteem en zelfgebouwde computers. 7Gebruik van de OLYMPUS Master software 82 NL

83 8 Uw camera beter leren kennen Fotografeertips en -gegevens Tips voordat u gaat fotograferen De camera schakelt niet in, zelfs niet als batterijen zijn geplaatst De batterij is niet volledig opgeladen Laad de batterij op met het laadapparaat. De batterijen werken tijdelijk niet vanwege een te lage temperatuur Bij lage temperatuur nemen de prestaties van batterijen af. Het opladen helpt niet om de camera in te schakelen. Verwijder de batterij en warm deze op door deze een tijdje in uw zak te houden. Er wordt geen opname gemaakt als de ontspanknop wordt ingedrukt De camera is automatisch uitgeschakeld Om de batterij te sparen als er niets bediend wordt, zelfs als de camera aan is (monitor is aan), gaat de camera in de sluimerstand na een vastgestelde tijd en de camera stopt te werken. Als dit gebeurt, gaat het licht van de LCD-monitor uit. De camera schakelt automatisch uit als er 4 uur niets wordt bediend. De camera werkt niet totdat deze weer wordt ingeschakeld. g Timer sluimerstand (Blz. 69) De flitser wordt opgeladen Als de flitser geactiveerd is en het symbool # op het bedieningspaneel of in de zoeker knippert, betekent dit dat de flitser opgeladen wordt. Wacht tot het knipperen stopt en druk dan op de ontspanknop. Kan niet scherpstellen Als het AF-teken in de zoeker knippert, betekent dit dat de camera niet kan scherpstellen met AF. Druk de ontspanknop weer in. Ruisonderdrukking is geactiveerd Met name bij nachtelijke opnamen gebruikt u lange sluitertijden en kan in de opnamen beeldruis verschijnen. De camera activeert de ruisonderdrukking na het fotograferen met lange sluitertijden. Tijdens dit proces niet fotograferen. U kunt [NOISE REDUCT.] op [OFF] zetten. g Ruisonderdrukking (Blz. 53) De datum en tijd zijn niet ingesteld De camera wordt gebruikt met de instellingen van het moment van aanschaf De datum en tijd van de camera is niet ingesteld bij aanschaf. Stel datum en tijd in voordat u de camera gebruikt. g Datum en tijd instellen (Blz. 7) De batterij is uit de camera verwijderd De datum en tijd worden naar de standaardinstellingen af fabriek hersteld als ongeveer 1 dag geen batterij in de camera zit. Deze instellingen kunnen eerder verloren gaan als de batterij maar gedurende een korte tijd in de camera geladen is voordat deze eruit werd gehaald. Controleer, voordat u belangrijke foto s gaat maken, of de juiste datum en tijd zijn ingesteld. 8 Leer uw camera beter kennen NL 83

84 Fotografeertips Scherpstellen op het object Er zijn verschillende manieren om scherp te stellen, afhankelijk van het onderwerp. AF-kader is niet op het onderwerp scherpgesteld Gebruik het scherpstelgeheugen om het AF-kader op het onderwerp scherp te stellen. g Als scherpstellen op het onderwerp niet lukt (scherpstelgeheugen) (Blz. 31) Andere dingen dan het onderwerp worden op de respectievelijke AF-kaders scherpgesteld Zet P (AF-kader selecteren) op R en stel scherp op het midden van het beeld. g AF-kader selecteren (Blz. 42) Het onderwerp beweegt snel Stel de camera scherp op een punt, dat zich op ongeveer dezelfde afstand bevindt als het object dat u wilt fotograferen (door de ontspanknop half in te drukken), kader uw foto opnieuw af en wacht totdat het object binnen het beeld verschijnt. Haal uw onderwerp dichterbij met de macrolens Als u de macrolens gebruikt om het onderwerp dichterbij te halen, is het moeilijk om met AF scherp te stellen als de vergrotingsfactor van het onderwerp groter is. Stel het handmatig scherpstellen (MF) in, draai de scherpstelring en stel handmatig scherp. g MF (handmatig scherpstellen) (Blz. 43) Fotograferen onder slechte lichtomstandigheden De ingebouwde flitser kan als AF-lichtbron fungeren. In de stand AF helpt de flitser u scherp te stellen onder slechte lichtomstandigheden, als de flitser omhoog staat. g Gebruik van de ingebouwde flitser (Blz. 36) Onderwerpen waarop de camera moeilijk kan scherpstellen Het kan moeilijk zijn om met autofocus in de volgende situaties scherp te stellen. AF-teken knippert Deze onderwerpen worden niet scherpgesteld. 8Leer uw camera beter kennen AF-teken gaat branden maar het onderwerp is niet scherpgesteld. Object met weinig contrast Onderwerpen op verschillende afstanden Extreem fel licht in het midden van het beeld Snel bewegende onderwerpen Onderwerp met patronen die zich herhalen Het onderwerp valt niet binnen het AF-kader Stel altijd scherp op iets dat een hoog contrast heeft en zich op dezelfde afstand als het onderwerp bevindt, bepaal de compositie en neem de foto. 84 NL

85 Foto's maken zonder bewegingsonscherpte Er zijn verschillende factoren die ervoor zorgen dat het beeld onscherp wordt. Het onderwerp is te donker Verander de sluitertijd om deze aan de helderheid van het onderwerp aan te passen. Als de sluitertijd lang is ingesteld om een donker onderwerp te fotograferen, is het goed mogelijk dat de opname onscherp wordt als het onderwerp beweegt. En, als de filtser uitgeschakeld is in g (motiefprogramma), wordt de sluitertijd langer. De camera op een statief bevestigen Door de afstandsbediening (optioneel) voor het sluiten van de sluiter te gebruiken, kan ook de bewegingsonscherpte verminderd worden. Er zijn ook manieren om te fotograferen met [q] (DIS MODE) tijdens g (motiefprogramma). Aangezien de ISO-gevoeligheid automatisch groter wordt, kunt u de camera in uw hand houden en foto's maken in lichte situaties met de flitser uit. De camera of uw hand beweegt als u op de ontspanknop drukt Druk voorzichtig op de ontspanknop of houd de camera stevig met beide handen vast. Foto's maken met minder flits De flitser gaat automatisch af als het niet licht genoeg is. Als het object te ver weg is, heeft de flitser geen invloed. Hier wordt beschreven hoe u in dergelijke situaties foto's dient te maken zonder de flitser. Zet g (motiefprogramma) op [q] (DIS MODE) Aangezien de ISO-gevoeligheid automatisch groter wordt, kunt u de camera in uw hand houden en foto's maken in lichte situaties met de flitser uit. Kies een hogere [ISO]-instelling Kies een hogere waarde van de [ISO]-instelling. Het beeld kan korrelig worden. g ISO De gewenste lichtgevoeligheid instellen (Blz. 48) Het beeld is te korrelig Er zijn verschillende factoren die ervoor zorgen dat het beeld korrelig wordt. Kies een hogere ISO-gevoeligheid Als u de [ISO]-instelling verhoogt, kan er ruis ontstaan, dat als puntjes met ongewenste kleuren of als oneffenheden in de kleur verschijnt, en dit kan het beeld korrelig maken. Deze camera is uitgerust met een functie voor fotograferen met een hoge gevoeligheid met ruisonderdrukking. Door de ISO-gevoeligheid te verhogen ontstaan echter korreligere beelden dan wanneer er een lagere gevoeligheid wordt gebruikt. g ISO De gewenste lichtgevoeligheid instellen (Blz. 48) Gemaakte foto's zien er witachtig uit Dit kan gebeuren als de foto met tegenlicht of semi-tegenlicht gemaakt is. Dit komt door het fenomeen dat lichtvlek of beeldschaduw genoemd wordt. Bedenk zoveel mogelijk een compositie waarbij een sterke lichtbron niet in het beeld wordt opgenomen. Een lichtvlek kan zelfs optreden als een lichtbron niet in het beeld aanwezig is. Gebruik een zonnekap om de lens tegen de lichtbron af te schermen. Als een zonnekap niet helpt, gebruikt u uw hand om de lens tegen het licht af te schermen. Foto's maken met de juiste kleur De oorzaak van verschillen tussen de kleuren op een foto en de werkelijke kleuren is de lichtbron die het object verlicht. [WB] is de functie waarmee de camera de juiste kleuren kan bepalen. In normale gevallen zorgt de [AUTO]-instelling voor de optimale witbalans, maar afhankelijk van het onderwerp kan het beter zijn om te experimenteren met het wijzigen van de [WB]-instelling. Als het object zich op een zonnige dag in de schaduw bevindt Als het object wordt verlicht door zowel natuurlijk licht als verlichting binnen, bijvoorbeeld wanneer het object zich vlakbij een raam bevindt Als er geen wit in het kader is g Witbalans De kleurtint aanpassen (Blz. 49) 8 Leer uw camera beter kennen NL 85

86 Foto's maken van een wit strand of een sneeuwlandschap In normale gevallen lijken witte onderwerpen, zoals sneeuw, donkerder dan gebruikelijk als de foto gemaakt is. Er bestaan diverse manieren om het wit vast te leggen. Pas de belichtingscorrectie aan richting [+]. g Belichtingscorrectie De helderheid van het beeld variëren (Blz. 47) Gebruik [g] (BEACH & SNOW) in g (motiefprogramma) om de foto te maken. Deze stand is uitstekend geschikt voor het maken van foto's van de zee op een zonnige dag of van sneeuwtoppen in de bergen. g Motiefprogramma (Blz. 26) Gebruik [nhi] (bij veel lichte partijen). Druk de ontspanknop half in op het midden van de zoeker waar u het wit wilt ophelderen. Het gemeten deel in het midden wordt zodanig ingesteld, dat het witter verschijnt. g Metingsmethode Metingssysteem wijzigen (Blz. 46) Gebruik de functie auto bracketing om foto's te nemen. Als u niet weet hoe groot belichtingscorrectie is, probeer dan auto bracketing te gebruiken. De correctiewaarde verandert een beetje met elke druk op de ontspanknop. Als u een grotere belichtingscorrectie instelt, kunt u de correctiewaarde vanaf deze waarde naar boven of naar beneden wijzigen en de foto maken. g AE bracketing (Blz. 31) Foto's maken van een onderwerp met tegenlicht Als de achtergrond in vergelijking met het onderwerp te licht is, wordt de belichting op de lichte plekken beïnvloed en lijkt het onderwerp donkerder. Dit komt omdat de camera de belichting bepaalt naar aanleiding van de helderheid van het hele scherm. Zet [METERING] op [n] (spotmeting) om de belichting van het onderwerp in het midden van het beeld te meten. Om de compositie te veranderen, zet u het onderwerp in het midden van de beeld. Terwijl u de AFL-knop ingedrukt houdt, verandert u de compositie en drukt u de ontspanknop in. g Metingsmethode Metingssysteem wijzigen (Blz. 46) Activeer de flitser, zet de flitserfunctie op [#] (invulfiltsen) en neem de foto. U kunt een onderwerp fotograferen met tegenlicht zonder dat het gelaat van het onderwerp donkerder lijkt. [#] (invulflitsen) wordt gebruikt voor het fotograferen met tegenlicht en onder TL-licht en ander kunstlicht. g De flitserfunctie instellen (Blz. 35) Foto ist te licht of te donker 8Leer uw camera beter kennen Als u foto's in de stand S of A maakt, knippert eventueel de weergegeven sluitertijd of het diafragma op het schemr met het bedieningspaneel of in de zoeker. Een rood display betekent dat de juiste belichting niet kan worden bereikt. Als u de foto zo neemt, wordt de foto te licht of te donker. Als dat gebeurt, verandert u het diafragma of de sluitertijd. g A: Diafragmavoorkeuze (Blz. 27), S: Sluitertijdvoorkeuze (Blz. 28) Onbekende heldere puntjes verschijnen op het onderwerp van de gemaakte foto Dit kan worden veroorzaakt door vastgeraakte pixel(s) op het beeldopneemelement. Voer [PIXEL MAPPING] uit. Als het probleem aanhoudt, Pixel mapping een paar keren herhalen. g Pixel mapping Controleren van de beeldbewerkingsfuncties (Blz. 92) 86 NL

87 Aanvullende fotografeertips en -gegevens Het aantal foto's dat gemaakt kan worden, verhogen Het opgenomen beeld wordt op het geheugenkaartje opgeslagen. Hieronder wordt beschreven hoe u meer beelden kunt opslaan. Verander de beeldkwaliteit. De grootte van een beeld is afhankelijk van de beeldkwaliteit. Als u niet zeker weet hoeveel plaats er op het kaartje beschikbaar is, verandert u de beeldmodus en neemt u de foto. Hoe kleiner het [PIXEL COUNT] en hoe groter de [COMPRESSION], des te kleiner wordt de afmeting van het beeld. U kunt beiden selecteren in [SQ] van de beeldkwaliteit. g De beeldkwaliteit selecteren (Blz. 45) Gebruik een kaartje met een grote opslagcapaciteit. Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen is afhankelijk van de capaciteit van het kaartje. Gebruik een kaartje met een grote opslagcapaciteit. Gebruik van een nieuw kaartje Als u een kaartje gebruikt van een andere merk dan Olympus of een kaartje met een andere toepassing, zoals voor een computer, wordt de melding [CARD ERROR] weergegeven. Om het kaartje met deze camera te gebruiken, dient u de [FORMAT]-functie te gebruiken om het kaartje te formatteren. g Formatteren van het kaartje (Blz. 94) Gebruiksduur van de batterijen verlengen Door uitvoering van een van de volgende handelingen terwijl u geen foto's maakt, kan de batterijvoeding uitgeput raken. Het herhaaldelijk half indrukken van de ontspanknop. Herhaaldelijk weergeven van de opgenomen beelden gedurende een lange periode. De live-view-functie langdurig gebruiken. Schakel de camera uit wanneer deze niet gebruikt wordt om de batterijen te sparen. Functies die niet vanuit menu's geselecteerd kunnen worden Het is mogelijk dat sommige functies niet geselecteerd kunnen worden vanuit de menu's als de pendelknop gebruikt wordt. Functies die niet ingesteld kunnen worden met de huidige stand Fotograferen Functies die niet ingesteld kunnen worden vanwege een functie die al is ingesteld: Combinatie van [j] en [NOISE REDUCT.], enz. De optimale beeldkwaliteit selecteren Beeldkwaliteiten worden in 2 hoofdtypes ingedeeld: RAW en JPEG. RAW neemt op zonder rekening te houden met de instellingen voor belichtingscorrectie, witbalans, enz op de beelden zelf. JPEG neemt op als beelden die met deze instellingen rekening houden. JPEG comprimeert ook beelden om de bestandsgrootte te verkleinen als u ze opneemt. JPEG is verdeeld in [SHQ], [HQ] en [SQ]-types gebaseerd op de resolutie (aantal pixels) of compressiefactor. Hoe hoger de compressiefactor, des te korreliger het beeld als het vergroot wordt tijdens de weergave. Een grove leidraad voor het kiezen staat hieronder vermeld. Maak fijne aanpassingen van de fotografeerinstellingen op de computer [RAW] Voor het printen van grote beelden op A3 / A4 / Voor het bewerken van beelden op een computer [SHQ][HQ] met een groot aantal pixels Voor het printen van beelden op ansichtkaartformaat [SQ] met een groot aantal pixels Voor het versturen als bijlage bij een of voor het plaatsen op een website [SQ] met een klein aantal pixels g Lijst met beeldkwaliteiten (Blz. 100) 8 Leer uw camera beter kennen NL 87

88 Om functies weer op de instellingen te zetten zoals deze bij aankoop waren De instellingen worden opgeslagen als de camera uitgeschakeld wordt. Als de camera ingeschakeld wordt in Programma's voor gemakkelijk fotograferen (Blz. 14), gaat deze naar specifieke instellingen. Om de standaardinstellingen af fabriek weer te herstellen, stelt u [RESET] onder [CUSTOM RESET SETTING] in. U kunt twee soorten instellingen voor reset selecteren. Stel diverse functies van de camera in en leg ze vast met [RESET1] of [RESET2] onder [CUSTOM RESET SETTING]. g Uw eigen reset-instelling (Blz. 64) De belichting bevestigen als de monitor buiten lastig te zien is Het is mogelijk dat de monitor lastig te zien is en dat het moeilijk is om de belichting te bevestigen, wanneer buiten gefotografeerd wordt. Tijdens het live bekijken, drukt u herhaaldelijk op de INFO-knop om het histogram weer te geven. Hieronder ziet u hoe u de histogramweergave makkelijk kunt aflezen. Het histogram lezen 1 Als de grafiek hier veel pieken heeft, zal het beeld voornamelijk donker zijn. 2 Als de grafiek hier veel pieken heeft, zal het beeld voornamelijk wit zijn. 3 Het groene gedeelte in het histogram laat de verdeling van de helderheid binnen het AF-kader zien. g Live bekijken (Blz. 18) Weergavetips Kennis van instellingen en van andere informatie over gemaakte foto's Geef een beeld weer en druk op de INFO-knop. Druk herhaaldelijk op de knop om de hoeveelheid weergegeven informatie weer te geven. g Informatidisplay (Blz. 57) Bekijken van foto's op een computer Leer uw camera beter kennen Bekijken van de gehele foto op een computerscherm Het formaat van de foto die wordt weergegeven op een computerscherm verandert afhankelijk van de computerinstellingen. Als de monitorinstelling 1024 x 768 is en u Internet Explorer gebruikt om een foto te bekijken met een resolutie van 2048 x 1536 op 100%, kan niet de gehele foto worden bekeken zonder te schuiven. Er zijn meerdere manieren waarop u de gehele foto op het computerscherm kunt bekijken. Bekijken van de foto met software voor het bladeren in beelden Installeer de OLYMPUS Master software van de meegeleverde CD-ROM. Wijzigen van de monitorinstelling De pictogrammen op het bureaublad van de computer kunnen opnieuw worden geschikt. Voor meer informatie over het wijzigen van de instellingen van uw computer, raadpleegt u de handleiding van uw computer. Opgenomen beelden in RAW bekijken Installeer de OLYMPUS Master software van de meegeleverde CD-ROM. U kunt de RAWontwikkelingsfunctie in OLYMPUS Master gebruiken om het beeld op de instelling van tijdens het fotograferen te zetten en gedetailleerde instellingen van belichtingscorrectie en witbalans te veranderen. 88 NL

89 Als er foutmeldingen verschijnen Zoeker indicaties Normal indication Geen indicatie Geen indicatie Geen indicatie Geen indicatie Indicatie op de monitor NO CARD CARD ERROR WRITE PROTECT CARD FULL NO PICTURE PICTURE ERROR THE IMAGE CANNOT BE EDITED Mogelijke oorzaak U hebt geen kaartje in de camera geplaatst of het kaartje wordt niet herkend. Er is een probleem met het kaartje. Opslaan op dit kaartje is niet toegestaan. Het kaartje is vol. Er kunnen geen foto's meer worden genomen of er kan geen informatie, zoals printreservering, meer worden opgeslagen. Er is geen plaats op het kaartje en printreservering of nieuwe beelden kunnen niet opgeslagen worden. Er zijn geen foto's op het kaartje opgeslagen. Er heeft zich een probleem met de geselecteerde foto voorgedaan, waardoor dit beeld met de camera niet kan worden weergegeven. Of het beeld kan met deze camera niet worden weergegeven. Foto's die met een andere camera zijn genomen kunnen niet met deze camera bewerkt worden. Oplossing Steek een kaartje erin of steek een ander kaartje erin. Plaats het kaartje opnieuw in de camera. Blijft het probleem bestaan, dan moet u het kaartje formatteren. Als het kaartje niet geformatteerd kan worden, kan dit niet gebruikt worden. Met de computer werd het kaartje beveiligd tegen schrijven (Alleen lezen). Annuleer deze instelling met de computer. Vervang het kaartje door een ander of wis overbodige beelden. Breng belangrijke beelden over naar een computer voordat u beelden gaat wissen. Vervang het kaartje door een ander of wis overbodige beelden. Breng belangrijke beelden over naar een computer voordat u beelden gaat wissen. Het kaartje bevat geen foto's. Foto's opslaan en weergeven. Gebruik de beeldbewerkingssoftware om het beeld op een PC te bekijken. Lukt dat niet, dan is het beeldbestand beschadigd. Gebruik beeldbewerkingssoftware om de foto te bewerken. 8 Leer uw camera beter kennen NL 89

90 Zoeker indicaties Geen indicatie Geen indicatie Geen indicatie Geen indicatie Geen indicatie Indicatie op de monitor Interne cameratemperatuur is te hoog. Wacht even totdat de camera is afgekoeld, voordat u deze gebruikt. CARD-COVER OPEN BATTERY EMPTY NO CONNECTION NO PAPER Mogelijke oorzaak Langdurig gebruik van live bekijken of repeterende opnamen heeft de interne temperatuur van de camera verhoogd. Het klepje van het kaartje is open. De batterij is uitgeput. De camera is niet op de juiste wijze op de computer of printer aangesloten. De papiervoorraad van de printer is op. De inktvoorraad van de printer is op. Oplossing Wacht even totdat de camera automatisch wordt uitgeschakeld. Laat de interne temperatuur van de camera afkoelen, voordat u de camera weer in gebruik neemt. Sluit het klepje van het kaartje. Laad de batterij op. Koppel de camera los en sluit hem opnieuw, maar nu goed, aan. Leg een nieuwe voorraad papier in de printer. Vervang de inktcassette in de printer. NO INK 8Leer uw camera beter kennen Geen indicatie Geen indicatie Geen indicatie Geen indicatie JAMMED SETTINGS CHANGED PRINT ERROR CANNOT PRINT Het papier in de printer is vastgelopen. De papiercassette van de printer is verwijderd of de printer werd bediend, terwijl de instellingen op de camera gemaakt werden. Er heeft zich een probleem met de printer en/of de camera voorgedaan. Het is mogelijk dat foto's die met andere camera's gemaakt zijn, niet vanuit deze camera geprint kunnen worden. Haal het papier dat de printer blokkeert uit de printer. Bedien de printer niet, terwijl u instellingen op de camera maakt. Schakel camera en printer uit. Controleer de printer en hef eventuele storingen op voordat u beide apparaten weer inschakelt. Gebruik een computer om de foto's te printen. 90 NL

91 Onderhoud van de camera Reinigen en opbergen van de camera Reinigen van de camera Schakel de camera uit en verwijder de batterij alvorens de camera te reinigen. Camerahuis: Wrijf deze voorzichtig schoon met een zachte doek. Is de camera erg vuil, dan dompelt u de doek in een mild sopje en wringt de doek goed uit. Wrijf de camera met de vochtige doek goed af en droog deze vervolgens met een droge doek. Heeft u de camera op het strand gebruikt, dan wrijft u hem schoon met een met schoon water bevochtigde en goed uitgewrongen doek. Monitor en zoeker: Wrijf deze voorzichtig schoon met een zachte doek. Lens, spiegel en scherpstelscherm: Verwijder stof van lens, spiegel en scherpstelscherm met een in de handel verkrijgbaar blaaskwastje. Wrijf de lens met een lensreinigingsdoekje voorzichtig schoon. Opslag Haal de batterij en het kaartje uit de camera als u denkt de camera langere tijd niet te gebruiken. Berg de camera op op een koele, droge, goed geventileerde plaats. Plaats van tijd tot tijd de batterijen in de camera en controleer de functies van de camera. Reinigen en controleren van het beeldopneemelement Deze camera beschikt over een stofreductiefunctie om ervoor te zorgen dat er geen stof op het beeldopneemelement komt en om stof of vuil van het oppervlak van het beeldopneemelement te verwijderen met ultrasone trillingen. Stofreductie functioneert als de cameraschakelaar op ON staat. De stofreductiefunctie werkt op hetzelfde moment als Pixel mapping, dat het beeldopneemelement en het beeldbewerkingscircuit controleert. Omdat de stofreductie elke keer dat de camera aangezet wordt geactiveerd wordt, moet de camera rechtop gehouden worden voor een effectieve stofreductie. Het SSWF-indicatielampje knippert terwijl de stofreductie uitgevoerd wordt. g SSWF-indicatielampje (Blz. 6) x Opmerkingen Gebruik geen sterke oplosmiddelen zoals benzine of alcohol of een met chemicaliën behandeld reinigingsdoekje. Berg de camera niet op in ruimtes waar met chemicaliën gewerkt wordt, om de camera te beschermen tegen roest. Laat u de camera met een vuile lens liggen, dan kan schimmelvorming op de lens optreden. Controleer alle onderdelen van de camera als u hem langere tijd niet heeft gebruikt. Maak een proefopname om te controleren dat de camera naar behoren werkt, voordat u belangrijke foto's maakt. 8 Leer uw camera beter kennen NL 91

92 Reinigingsfunctie Stof verwijderen Als er stof of vuil op het beelopneemelement komt, kunnen er zwarte stippen op de foto verschijnen. Neem contact op met uw geautoriseerde servicecentrum van Olympus om het beeldopneemelement te laten reinigen. Het beeldopneemelement is een precisiecomponent dat gemakkelijk beschadigd raakt. Als u het beeldopneemelement zelf renigt, dient u de instructies hieronder op te volgen. Als de batterij tijdens het reinigen leegraakt, gaat de sluiter dicht. Dit kan ertoe leiden dat het sluitergordijn en de spiegel stukgaan. Houd de ladingstoestand van de batterij in het oog. 1 Verwijder de lens van de camera en zet de cameraschakelaar op ON. 2 MENU [Z] [CLEANING MODE]. 3 Druk op d en druk vervolgens op de i-knop. De camera gaat in de reinigingsstand. 4 Druk de ontspanknop helemaal in. De spiegel gaat omhoog en het sluitergordijn gaat open. 5 Reinig het beeldopneemelement. Blaas voorzichtig het stof van het oppervlak van het beeldopneemelement met behulp van een in de handel verkrijgbaar blaaskwastje. 6 Zorg ervoor dat het blaaskwastje niet vast komt te zitten in het sluitergordijn als u de camera uitschakelt om de reiniging te beëindigen. Als de camera uitschakelt, gaat het sluitergordijn dicht, waardoor de spiegel daalt. 8Leer uw camera beter kennen x Opmerkingen Zorg ervoor dat het blaaskwastje (in de handel verkrijgbaar) het beeldopneemelement niet raakt. Als het blaaskwastje het beeldopneemelement raakt, wordt het beeldopneemelement beschadigd. Plaats het blaaskwastje nooit achter de lensvatting. Als de camera uitschakelt, gaat de sluiter dicht, waardoor het sluitergordijn stukgaat. Gebruik niets anders dan het blaaskwastje. Als er hogedrukgas op het beeldopneemelement wordt gespoten, bevriest het op het oppervlak van het beeldopneemelement, waardoor dit beschadigd raakt. Pixel mapping Controleren van de beeldbewerkingsfuncties Met de functie Pixel Mapping kan de camera het beeldopneemelement en de beeldbewerkingfuncties controleren en bijstellen. Als u de monitor heeft gebruikt of continu foto's gemaakt heeft, wacht dan minstens één minuut voordat u de functie pixel mapping gebruikt om er zeker van te zijn dat de functie correct werkt. 1 MENU [Z] [PIXEL MAPPING]. 2 Druk op d en druk vervolgens op de i-knop. Tijdens het controleren van de beeldbewerkingfuncties geeft de [BUSY]-balk in het monitorbeeld de voortgang weer. Als het controleren van de beeldbewerkingsfuncties afgesloten is, verschijnt het menu weer. x Opmerkingen Als u tijdens het controleren van de beeldbewerkingsfubcties de camera uitschakelt, begint u opnieuw vanaf stap NL

93 9 Informatie Info over het kaartje Toepasbare geheugenkaartjes Met Kaartje in deze handleiding wordt een opslagmedium bedoeld. In deze camera kunt u de volgende geheugenkaartjes gebruiken: CompactFlash, Microdrive en xd-picture Card (optioneel). CompactFlash Een CompactFlash-kaart bevat een chip met een groot flashgeheugen. Deze kaarten zijn gewoon in de winkel verkrijgbaar. Microdrive Een Microdrive is in feite een compacte harde schijf met veel opslagruimte. U kunt alle microdrives gebruiken die CF+type II ondersteunen (CompactFlashuitbreidingsnorm). xd-picture Card Een xd-picture Card is een opslagmedium dat voornamelijk in compacte camera's wordt gebruikt. Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van een Microdrive Een Microdrive is in feite een compacte harde schijf. Omdat deze harde schijf ronddraait, is een Microdrive niet zo goed bestand tegen trillingen en schokken als andere geheugenkaartjes. Houd hier rekening mee als u een Microdrive gebruikt (met name tijden het opslaan en weergeven) door de camera niet bloot te stellen aan trillingen of schokken. Lees de volgende voorzorgsmaatregelen voordat u een Microdrive gaat gebruiken. Bestudeer ook de handleiding van uw Microdrive. Wees voorzichtig als u de camera neerzet terwijl deze bezig is met het opslaan van gegevens. Zet de camera voorzichtig neer op een stabiel oppervlak. Gebruik de camera niet op plaatsen waar deze wordt blootgesteld aan trillingen of heftige schokken, zoals op bouwplaatsen of in rijdende auto's op een slecht wegdek. Houd een Microdrive uit de buurt van sterke magnetische velden. x Opmerkingen De gegevens op het kaartje zullen niet compleet worden gewist, zelfs niet na het formatteren van het kaartje of het wissen van de gegevens. Indien u het kaartje verwijdert, dient u het te vernietigen om verspreiding van persoonlijke informatie te voorkomen. 9 Informatie NL 93

94 Het geheugenkaartje formatteren Kaartjes van andere merken dan Olympus, en kaarten die op een computer zijn geformatteerd, moet u eerst met deze camera formatteren voordat u ze kunt gebruiken. Bij het formatteren worden alle gegevens gewist die op het kaartje staan, ook eventuele beveiligde opnamen. Gaat u een gebruikt kaartje formatteren, controleer dan eerst of dit kaartje geen opnamen bevat die u wilt bewaren. 1 MENU [W] [CARD SETUP]. 2 Gebruik ac om [FORMAT] te selecteren en druk dan op de i-knop. 3 Gebruik ac om [YES] te selecteren en druk dan op de i-knop. Het kaartje wordt dan geformatteerd. TIPS Als u kaartjes in de twee kaartsleuven steekt: Selecteer het kaartje dat gebruikt moet worden in [CF / xd] of MENU. MENU [Z] [CF / xd] [CF] / [xd] 9Informatie Batterij en laadapparaat Gebruik de enkele Olympus lithium-ionbatterij (BLS-1). Andere batterijen kunnen niet worden gebruikt. Het stroomverbruik van de camera varieert aanzienlijk, afhankelijk van het gebruik en andere omstandigheden. Aangezien de volgende functies veel energie verbruiken, zelfs zonder fotograferen, zal de batterij snel leeg zijn. Half indrukken van de ontspanknop in de stand Fotograferen waardoor de autofocus herhaaldelijk wordt ingeschakeld. Live view gebruiken. Langdurig weergeven van beelden op de LCD-monitor. Als de camera op een computer of printer aangesloten is. Als u een lege batterij gebruikt, kan de camera eventueel uitschakelen zonder dat de waarschuwing batterij bijna leeg verschijnt. Op het moment van aanschaf is deze batterij niet volledig opgeladen. Laad de batterij voor gebruik op met het daarvoor bestemde laadapparaat (BCS-1). De normale laadtijd van het meegeleverde laadapparaat is ongeveer 210 minuten (geschat). Gebruik geen andere laadapparaten dan het hier beschreven apparaat. Uw laadapparaat in het buitenland gebruiken Het laadapparaat kan in de meeste elektrische bronnen thuis worden gebruikt binnen het bereik van 100 V tot 240 V AC (50 / 60 Hz), over de hele wereld. Afhankelijk van uw land of regio kan het stopcontact echter anders gevormd zijn waardoor het laadapparaat een verloopstuk nodig heeft. Vraag naar de details bij uw plaatselijke elektriciteitszaak of reisagentschap. Gebruik geen in de handel verkrijgbare reisadapters omdat het laadapparaat dan eventueel niet goed functioneert. 94 NL

95 Menulijst Fotografeermenu Tabblad Functie CARD SETUP (kaartinstelling) ALL ERASE / FORMAT RESET Instelling Zie Blz. Blz. 63 Blz. 94 CUSTOM RESET SETTING RESET1 SET / RESET Blz. 64 RESET2 SET / RESET PICTURE MODE hvivid / inatural * / jmuted / MONOTONE Blz. 52 GRADATION HIGH KEY / NORMAL * / LOW KEY Blz. 53 D RAW / SHQ / HQ * / SQ / RAW+SHQ / RAW+HQ / RAW+SQ Blz. 45 WB AUTO * R-7 +7, G K R-7 +7, G K R-7 +7, G K R-7 +7, G K R-7 +7, G-7 +7 w 4000 K R-7 +7, G-7 +7 x 4500 K R-7 +7, G-7 +7 y 6600 K R-7 +7, G-7 +7 Blz. 51 V R-7 +7, G-7 +7 CWB 2000 K K ISO AUTO * / Blz. 48 NOISE FILTER OFF / LOW / STANDARD * / HIGH Blz. 54 NOISE REDUCT. OFF / ON * Blz. 53 e * ESP+AF * / ESP 4 METERING (lichtmeting) n Blz. 46 nhi nsh w * +2.0 Blz. 36 AF MODE S-AF * / C-AF / MF / S-AF+MF / C-AF+MF Blz. 43 P AUTO * / Q / R / S Blz. 42 AE BKT OFF * / 3F 0.3 EV / 3F 0.7 EV / 3F 1.0 EV Blz. 31 ANTI-SHOCK OFF * / 1 SEC 30 SEC Blz. 54 * Standaardinstellingen af fabriek 9 Informatie NL 95

96 Weergavemenu y OFF / ON * Blz. 58 RAW DATA EDIT EDIT BLACK & WHITE / SEPIA / Blz. 59 JPEG EDIT REDEYE FIX / SATURATION / Q < < / U Blz. 71 COPY ALL YES / NO Blz. 60 RESET PROTECT YES / NO Blz. 62 * Standaardinstellingen af fabriek CUSTOM-menu 9Informatie Tabblad Functie Instelling Zie Blz. q m K * / L / M / N / O Blz. 58 Tabblad ALL > Functie Instelling Zie Blz. ALL SET ALL RESET PIXEL COUNT (aantal pixels) R-7 +7 G-7 +7 YES / NO Blz x 2400 / 2560 x 1920 / 1600 x 1200 / 1280 x 960 * / 1024 x 768 / 640 x 480 Blz. 46 SQ COMPRESSION 1/2.7,1/4,1/8 *,1/12 AUTO POP UP OFF / ON * Blz. 67 S-AF * mode1 * / mode2 AEL / AFL C-AF mode1 * / mode2 Blz. 66 MF mode1 * / mode2 AEL / AFL MEMO OFF * / ON Blz. 66 AEL-meting AUTO * / 4 / n / nhi / nsh Blz FUNCTION OFF * / V / TEST PICTURE / PREVIEW / LIVE PREVIEW Blz. 67 AF ILLUMINAT. OFF / ON * Blz. 44 LIVE VIEW BOOST OFF * / ON Blz OFF / ON * Blz. 68 FRAME ASSIST OFF * / GOLDEN SECTION / GRID / SCALE Blz. 20 JU / HI DIALJU * / DIALHI Blz. 70 * Standaardinstellingen af fabriek 96 NL

97 Instelmenu Tabblad Functie Instelling Zie Blz. X k Blz. 7 CF/xD CF * / xd Blz. 94 FILE NAME AUTO * / RESET Blz. 68 s Lo 7 0 * Hi +7 Blz. 68 W *1 Blz. 70 VIDEO OUT *1 Blz. 70 REC VIEW OFF / 1SEC 20SEC (5 seconden * ) Blz. 68 SLEEP OFF / 1MIN * / 3MIN / 5MIN / 10MIN Blz. 69 BACKLIT LCD 8SEC * / 30SEC / 1MIN / HOLD Blz. 69 USB MODE AUTO * / STORAGE / MTP / CONTROL / <EASY / <CUSTOM Blz. 69 COLOR SPACE srgb * / Adobe RGB Blz. 54 PIXEL MAPPING k Blz. 92 CLEANING MODE (Reinigingsfunctie) k Blz. 92 FIRMWARE k Blz. 70 * Standaardinstellingen af fabriek *1 Instellingen verschillen afhankelijk van het land waar de camera is gekocht. 9 Informatie NL 97

98 Functies die kunnen worden ingesteld per stand Fotograferen 9Informatie Functie AUTO P A S M i l & j / Diafragmawaarde k k k Sluitertijd k k g Tijdopnamen k k F k k D Gebruik van de flitser k AUTO k k! k (kan niet worden geselecteerd in stand U) k!slow k k #SLOW k k H k k #SLOW2 k # (kan niet worden geselecteerd in stand U) k $ k Flitserfunctie CUSTOM RESET SETTING k k PICTURE MODE k GRADATION k NOISE REDUCT. (kan niet worden geselecteerd in stand () NOISE FILTER k > k ISO k WB k w k METERING (lichtmeting) k j (repeterende opnamen) k *1 Y (zelfontspanner) < (afstandsbediening) AF MODE k P (kan niet worden geselecteerd in stand () AE BKT k ANTI-SHOCK k ALL > k SQ : Kan worden ingesteld k: Kan niet worden ingesteld *1 : G, J, g kan worden ingesteld 98 NL

99 Functie AUTO POP UP AUTO P A S M i l & j / AEL / AFL k AEL / AFL MEMO k g AEL-meting k 7 FUNCTION k FRAME ASSIST X CF / xd FILE NAME s W VIDEO OUT 8 REC VIEW SLEEP BACKLIT LCD USB MODE (kan niet worden geselecteerd in stand s) COLOR SPACE k AF ILLUMINAT. k LIVE VIEW BOOST PIXEL MAPPING CLEANING MODE (Reinigingsfunctie) : Kan worden ingesteld k: Kan niet worden ingesteld 9 Informatie NL 99

100 9Informatie Lijst met beeldkwaliteiten De in de tabel aangegeven bestandsgrootte is een schatting. Beeldkwaliteit Aantal pixels Compressiefactor (MB) Bestandsgrootte Bestandsformaat RAW Verliesvrije compressie ORF Ongeveer 11 SHQ 3648 x /2,7 Ongeveer 6,8 HQ 1/8 Ongeveer 2,2 SQ 3200 x x x x x x 480 1/2,7 Ongeveer 5,3 1/4 Ongeveer 3,7 1/8 Ongeveer 1,7 1/12 Ongeveer 1,1 1/2,7 Ongeveer 3,6 1/4 Ongeveer 2,2 1/8 Ongeveer 1,1 1/12 Ongeveer 0,7 1/2,7 Ongeveer 1,3 1/4 Ongeveer 0,8 1/8 Ongeveer 0,5 JPEG 1/12 Ongeveer 0,3 1/2,7 Ongeveer 0,8 1/4 Ongeveer 0,5 1/8 Ongeveer 0,3 1/12 Ongeveer 0,2 1/2,7 Ongeveer 0,5 1/4 Ongeveer 0,4 1/8 Ongeveer 0,2 1/12 Ongeveer 0,1 1/2,7 Ongeveer 0,2 1/4 Ongeveer 0,2 1/8 Ongeveer 0,1 1/12 Ongeveer 0,1 x Opmerkingen Het aantal beelden dat nog kan worden opgeslagen, is afhankelijk van het onderwerp en van factoren zoals eventueel opgegeven printreserveringen. In de zoeker of op de LCD-monitor verschijnt gewoonlijk het aantal foto's dat u nog kunt maken, maar soms verandert dit aantal niet, ook niet als u nieuwe foto's maakt of opgeslagen beelden wist. De werkelijke bestandsgrootte is afhankelijk van het onderwerp. 100 NL

101 Namen van onderdelen Camera Oogdop gblz. 40 Zoeker gblz. 103 LCD-monitor gblz. 107 q-knop (weergeven) gblz. 55 S-knop (wissen) gblz. 63 MENU-knop gblz. 17 INFO-knop (informatiedisplay) gblz. 57 Dioptrieregelaar gblz. 6 AEL / AFL-knop gblz. 48, 66 0-knop (beveiligen) gblz. 62 u-knop (live bekijken) gblz. 18 Cameraschakelaar gblz. 6 Pendelknop gblz. 17 i-knop gblz. 17 Statiefaansluiting Vergrendelknop van het batterijcompartiment gblz. 3 Klepje van het batterijcompartiment gblz. 3 9 Klepje van het kaartje gblz. 5 CF-kaartsleuf gblz. 5 Informatie xd-picture-card-sleuf gblz. 5 Klepje over de connector Multiconnector gblz. 73, 78 Uitwerpknop gblz. 5 NL 101

102 Functieknop gblz. 14 Regelaar gblz. 15, 16 Ontspanknop gblz. 8 F-knop (belichtingscorrectie) gblz. 47 Ingebouwde flitser gblz. 36 Flitsschoen gblz. 37 #-knop (flitser) gblz. 36 < / Y / j-knop (afstandsbediening / zelfontspanner / repeterende opnamen) gblz. 39 COPY / <-knop (kopiëren / printen) gblz. 60 Oogje voor de riem gblz. 3 Zelfontspanner / LED afstandsbediening / Ontvanger afstandsbediening gblz. 39, 40 Markering voor lenskoppeling gblz. 4 Lensontgrendelknop gblz. 4 Lensvergrendelingspen 9Informatie Lensvatting (Bij het bevestigen van de lens verwijdert u eerst de beschermkap van de camera die voorkomt dat stof en vuil kunnen binnendringen.) Spiegel 102 NL

103 Indicaties in de zoeker Nee. Functies Voorbeelden van indicaties Zie Blz. 1 AF-kader Blz. 31, 42 2 Diafragmawaarde Blz Sluitertijd Blz AF-teken ( Blz Flitser # (knippert: bezig met opladen, blijft continu zichtbaar: laden is klaar) Blz Witbalans U Blz AE-lock V Blz Belichtingscorrectiewaarde Blz Lichtmeetfunctie 9, : Blz Batterijcontrole (klaar voor gebruik), (opladen nodig) k 11 Belichtingsfunctie P, %, A, S, M Blz Informatie NL 103

104 Scherm met het bedieningspaneel Basis Gedetailleerd 9Informatie Nee. Functies Voorbeelden van indicaties Zie Blz. 1 Batterijcontrole (klaar voor gebruik), (opladen nodig) k 2 Sluitertijd 1/250 Blz Belichtingscorrectie-indicatie Belichtingsmeter Flitssterkte-indicatie Blz. 48 Blz. 30 Blz Diafragmawaarde F5.6 Blz Belichtingsfunctie P, A, S, M, i, l, &, j, / Blz. 14, Blz Belichtingscorrectiewaarde +2.0 Blz Datum Auto bracketing Ruisonderdrukking Flitser stand-by, flitser bezig met opladen Waarschuwing interne temperatuur O # m Blz. 7 Blz. 31 Blz. 53 Blz. 36 Blz ISO AUTO, 100, 200, 400 Blz Witbalans 1, 5 Blz Beeldeffecten inatural Blz Flitserfunctie H, # Blz Repeterene opnamen / Zelfontspanner / Afstandsbediening j, Y2s, <0s Blz Lichtmeetfunctie e, 4, n, nhi, nsh Blz Kaartje 4, CF Blz Beeldkwaliteit HQ Blz AF-kader P Blz Stand AF S-AF Blz Aantal stilstaande beelden dat kan worden opgeslagen 32 k 19 Super FP-flitser 1 Blz NL

105 Nee. Functies Voorbeelden van indicaties Zie Blz. Flitserfunctie H Blz. 35 Regelen van de flitssterkte # +2.0 Blz. 36 Lichtmeetfunctie e, 4, n Blz Stand AF S-AF Blz. 43 AF-kader P Blz. 42 Repeterene opnamen / Zelfontspanner / Afstandsbediening j, Y2s, <0s Blz Witbalans 1, 5 Blz. 50 Witbalanscorrectie R+3, G-2 Blz. 51 Kleurruimte srgb, Adobe RGB Blz. 54 Scherpte N +2 Blz Contrast J +2 Blz. 52 Kleurintensiteit T +2 Blz. 52 Gradatie z, zh, zl Blz Beeldkwaliteit HQ Aantal pixels 3648 x 2736 Blz AF-hulpverlichting T Blz Informatie NL 105

106 Indicaties op de LCD-monitor (tijdens live bekijken) C/ F Informatie Nee. Functies Voorbeelden van indicaties Zie Blz. 1 Batterijcontrole (klaar voor gebruik), (opladen nodig) 2 Belichtingsfunctie P, A, S, M, i, l, &, j, / Blz. 14, Blz Sluitertijd 1/250 Blz Diafragmawaarde F5.6 Blz Belichtingscorrectiewaarde +2.0 Blz Flitser # (knippert: bezig met opladen, blijft continu zichtbaar: laden is klaar) Blz AF-teken ( k 8 Flitserfunctie H, # Blz Witbalans 1, 5 Blz Lichtmeetfunctie e, 4, n, HIn, SHn Blz Aantal stilstaande beelden dat kan worden opgeslagen 38 k 12 Kaartje 4, CF Blz AF-kader k Blz Beeldkwaliteit RAW+SHQ Blz Beeldeffecten i Blz Stand AF S-AFb Blz Repeterende opnamen j Blz ISO ISO AUTO, ISO 100, ISO 200, ISO 400 Blz Waarschuwing interne temperatuur m Blz. 89 k 106 NL

107 Indicaties op de LCD-monitor (tijdens weergave) U kunt de weergave van de monitor omschakelen door de INFO-knop (informatiedisplay) te gebruiken. g Informatiedisplay (Blz. 58) Informatie over enkelbeeldweergave Opnamegegevens Nee. Functies Voorbeelden van indicaties Zie Blz. 1 Batterijcontrole (klaar voor gebruik), (opladen nodig) k 2 Kaartje [CF], [xd] Blz Printreservering Aantal prints < x10 Blz Beveiligen 9 Blz Beeldkwaliteit RAW, SHQ, HQ, SQ Blz Datum en tijd :56 Blz. 7 7 Bestandsnummer y Beeldnummer 15 Blz AF-kader Blz Belichtingscorrectie +2.0 Blz Sluitertijd 1/250 Blz Diafragmawaarde F5,6 Blz Belichtingsfunctie P, A, S, M, i, l, &, j, / Blz. 14, Blz Scherpstelafstand * 45 mm Blz ISO ISO 100, ISO 200, ISO 400 Blz Lichtmeetfunctie e, 4, n, nhi, nsh Blz Regelen van de flitssterkte w 0.0 Blz Witbalanscorrectie R: 0, G: 0 Blz Beeldeffecten inatural Blz Kleurruimte srgb, Adobe RGB Blz Witbalans WB:AUTO Blz Histogram k Blz. 57 * De scherpstelafstand wordt in eenheden van 1 mm weergegeven. 9 Informatie NL 107

108 9Informatie Begrippenlijst A-stand (diafragmavoorkeuze) U stelt het diafragma zelf in en de camera varieert de sluitertijd automatisch, zodat de foto met de juiste belichting wordt gemaakt. AE (automatische belichting) De ingebouwde belichtingsmeter van de camera stelt de belichting automatisch in. De 3 AEstanden op deze camera zijn stand P, waarin de camera zowel diafragma als sluitertijd selecteert; stand A, waarin de gebruiker diafragma en de camera sluitertijd selecteert; en stand S, waarin de gebruiker sluitertijd en de camera diafragma selecteert. In stand M, selecteert de gebruiker zowel diafragma als sluitertijd. Diafragma De verstelbare lensopening die de hoeveelheid licht bepaalt die de camera binnenkomt. Hoe groter het diafragma, des te korter de scherptediepte en des te waziger de achtergrond. Hoe kleiner het diafragma, des te groter de scherptediepte en des te scherper de achtergrond. Diafragma wordt gemeten in F / stops. Hogere diafragmawaarden geven kleinere diafragma's aan en kleinere diafragmawaarden geven grotere diafragma's aan. Stand AUTO Programmagestuurde stand AE (zie stand P (programma) ). Aanvullend omvat deze stand het automatisch omhoog springen van de flitser bij het fotograferen onder slechte lichtomstandigheden. Lichtmeting met nadruk op het centrum Een lichtmetingsmethode of techniek die een gemiddelde van het centrum en de rand van het beeld gebruikt, maar meer gericht is op de informatie in het centrum van het beeld. Deze methode kan het beste worden gebruikt als de helderheid van het centrum en de rand van het beeld niet veel varieert. Zie tevens digitale ESP-meting en spotmeting. Kleurruimte Een model dat kleuren beschrijft met behulp van meer dan drie coördinaten. Kleurenpaletten zoals srgb, Adobe RGB worden soms gebruikt voor het coderen / reproduceren van kleuren. Kleurtemperatuur De spectrumbalans van verschillende witte lichtbronnen wordt aangeduid met een kleurtemperatuurwaarde een natuurkundige meetwaarde die, bij een gloeilamp, ongeveer overeenkomt met de absolute temperatuur van de gloeidraad, op basis van de Kelvintemperatuurschaal (K). Hoe hoger de kleurtemperatuur, hoe voller de blauwe tinten en hoe bleker de rode tinten, en omgekeerd: hoe lager de kleurtemperatuur, hoe voller de rode tinten en hoe bleker de blauwe tinten. Het kan moeilijk zijn om kleuren te reproduceren als u binnen fotografeert bij TL-licht, of als er zowel zonlicht als TL-licht is. Uw camera is voorzien van een witbalansinstelling die u kunt gebruiken om vreemde effecten van kleurencombinaties die soms op uw foto's voorkomen, te compenseren. Compressiefactor Compressie is een methode om de bestandsgrootte te reduceren door de inhoud van gegevens af te korten, en de compressiefactor geeft de hoeveelheid compressie aan. Het werkelijke effect van de geselecteerde compressiefactor kan afhangen van de inhoud van het beeld. De compressiefactoren die bij deze camera horen, geven enkel een algemene schaal aan ter raadpleging, het zijn geen nauwkeurige metingen. DCF (Design Rule for Camera File System) Een standaard voor beeldbestanden van de Japan Electronics and Information Technology Industries Association (JEITA). Scherptediepte Scherptediepte heeft betrekking op de afstand tussen het dichtstbijzijnde en het verste punt van scherpte op een foto. 108 NL

109 Digitale ESP (Electro-Selective Pattern) lichtmeting Bepaalt de belichting door het beeld in 49 gebieden te verdelen en de lichtsterkte in elk gebied te meten en te berekenen. DPOF (Digital Print Order Format) Dit is voor het opslaan van gewenste printinstellingen op digitale camera's. Door in te voeren welke beelden moeten worden geprint en hoeveel kopieën er moeten worden gemaakt, kan de gebruiker de beelden eenvoudig laten printen door een printer of printspeciaalzaak die het DPOF-formaat ondersteunt. Verduistering (vignettering) Dit vindt plaats als een object een deel van het gezichtsveld verduistert, zodat het gehele onderwerp niet gefotografeerd wordt. Vignettering vindt ook plaats als het beeld gezien door de zoeker niet overeenkomt met de foto die door de objectieflens wordt gemaakt, zodat het gefotografeerde beeld objecten bevat die niet door de zoeker te zien zijn. Daarnaast kan vignettering plaatsvinden als er een onjuiste lenskap wordt gebruikt, waardoor schaduwen in de hoeken van het beeld verschijnen. EV (Exposure Value) (belichtingswaarde) Een systeem om de belichting te meten. EV0 is als het diafragma op F1 staat en de sluitertijd 1 seconde is. De EV neemt met 1 toe, telkens als het diafragma met 1 F-stop toeneemt of de sluitertijd neemt met 1 toe. EV kan ook worden gebruikt om helderheid en ISO-instellingen aan te geven. Belichting De hoeveelheid licht die wordt gebruikt om een beeld vast te leggen. De belichting wordt bepaald door de tijd dat de sluiter open is (sluitertijd) en de hoeveelheid licht die door de lens gaat (diafragma). Beeldopneemelement Dit zet licht dat door de lens gaat om in elektrische signalen. Op deze camera wordt licht opgenomen en omgezet in RGB-signalen om een enkel beeld op te bouwen. ISO Internationale afkorting voor International Organization for Standardization. De gevoeligheid die in digitale camera's wordt gebruikt, is gebaseerd op dezelfde ISO-norm als die, die voor filmgevoeligheid wordt gebruikt. De gevoeligheid wordt aangeduid zoals bij ISO 100. Hogere ISO-waarden duiden een hogere lichtgevoeligheid aan, zodat foto's zelfs onder slechte lichtomstandigheden gemaakt kunnen worden. JPEG (Joint Photographic Experts Group) Een compressieformaat voor stilstaande beelden in kleur. Foto's (beelden) die met deze camera worden gemaakt, worden in JPEG-formaat op het kaartje opgeslagen als de beeldkwaliteit is ingesteld op SHQ, HQ, SQ. Door deze beelden te downloaden naar een pc, kunnen gebruikers deze bewerken met grafische applicatiesoftware of ze bekijken met een internetbrowser. M-stand (handmatig) De gebruiker stelt zowel diafragma als sluitertijd in. NTSC (National Television Systems Committee) / PAL (Phase Alternating Line) Televisietypes. NTSC wordt voornamelijk gebruikt in Japan, Noord-Amerika en Korea. PAL wordt voornamelijk gebruikt in Europa en China. Aantal pixels (PIXEL COUNT) Het aantal puntjes (pixels) dat wordt gebruikt om een beeld te creëren geeft de resolutie aan. Een beeld met bijvoorbeeld 640 x 480 pixels heeft dezelfde resolutie als het scherm van de computer als de monitorinstelling ook 640 x 480 is. Als de monitorinstelling 1024 x 768 is, vult het beeld slechts een deel van het scherm. P-stand (programmagestuurd) Ook stand Programmagestuurd AE genoemd. De camera stelt automatisch de beste sluitertijd en het beste diafragma in voor de opname. PictBridge De norm die het u mogelijk maakt om digitale camera's en printers van verschillende fabrikanten op elkaar aan te sluiten en die u toelaat om foto's rechtstreeks van de camera te printen. NL Informatie

110 Pixels Een pixel is de kleinste eenheid (punt) die wordt gebruikt om een beeld op te bouwen. Grotere heldere geprinte beelden vereisen miljoenen pixels. RAW Refereert aan ruwe gegevens, gegevens die niet zijn versterkt met een camera-optie zoals witbalans, scherpte, contrast, enz. Dit bestandstype is bedoeld voor het bekijken en bewerken met onze eigen software. Het is mogelijk dat u deze bestanden niet kunt openen of bewerken met andere grafische applicatiesoftware en deze bestanden kunnen niet worden geselecteerd voor DPOF-print. RAW-bestanden hebben de extensie orf (*.orf). S-stand (sluitertijdvoorkeuze) Ook stand Sluitertijdvoorkeuze AE genoemd. De gebruiker selecteert de sluitertijd en de camera varieert het diafragma automatisch, zodat de foto met de beste belichting wordt gemaakt. Eénogige spiegelreflexcamera Een camera die de reflecterende spiegel gebruikt om het licht te buigen dat binnenkomt door de lens en die de zoeker gebruikt om te controleren. Er is geen verschil tussen de compositie die gefotografeerd moet worden en de compositie die in de zoeker te zien is. Sluimerstand Een modus die is ontwikkeld om de batterij te sparen. De camera gaat automatisch naar de sluimerstand als u hem een tijdje niet bedient. Om de sluimerstand te verlaten, drukt u op een willekeurige knop op de camera (ontspanknop, menuknop enz.). Spotmeting De meting wordt binnen een heel klein gebied rond het midden van het onderwerp uitgevoerd, dat in de zoeker wordt aangegeven door het spotmetingskader. Spotmeting is ideaal tijdens moeilijke lichtomstandigheden of als het belangrijke element van de foto (gezicht van het onderwerp) klein is. Gebruik spotmeting voor onderwerpen met tegenlicht, sporters of mensen op het podium. Zie ook digitale ESP-meting en lichtmeting met nadruk op het centrum. TFT (Thin-Film Transistor) kleurenmonitor Een kleurenmonitor die is ontwikkeld met behulp van thinfilm-technologie. TTL fasecontrast detectiesysteem Dit wordt gebruikt om de afstand tot het onderwerp te meten. De camera bepaalt of op het beeld wordt scherpgesteld met het gedetecteerde fasecontrast. TTL (Through-The-Lens) systeem (door de lens) Om de belichting in te stellen, meet een lichtsensor die in de camera is ingebouwd direct het licht dat door de lens komt. 9Informatie 110 NL

111 Technische gegevens Technische gegevens van de camera Soort camera Soort camera : Eénogige digitale spiegelreflexcamera met verwisselbaar lenssysteem Lens : Zuiko Digital, Four Thirds-systeem lens Lensvatting : Four Thirds-lensvatting Equivalente brandpuntsafstand op een kleinbeeldcamera : Ong. twee keer de brandpuntsafstand van de lens Beeldopneemelement Producttype : 4/3" Live MOS-sensor Totale aantal pixels : Ong pixels Aantal effectieve pixels : Ong pixels Schermgrootte : 17,3 mm (h) x 13,0 mm (b) Breedte-hoogteverhouding : 1,33 (4:3) Zoeker Producttype : Eénogige reflexzoeker op ooghoogte Gezichtsveld : Ong. 95 % (voor gezichtsveld op opgenomen beelden) Vergroting van de zoeker : Ong. 0,92 x ( 1 m 1, 50 mm lens, oneindig) Oogpunt : 14 mm vanaf het beschermglas ( 1 m 1 ) Instelbereik dioptrie : 3,0 +1,0 m 1 Breking optisch traject : Halfdoorlatende vlug-terugspiegel Scherptediepte : Kan gecontroleerd worden met de b-knop (als PREVIEW geregistreerd is) Scherpstelscherm : Vast Oogdop : Verwisselbaar Live view (live bekijken) : Gebruikt Live MOS-sensor voor fotograferen : Gezichtsveld van 100 % LCD-monitor Producttype : 2,5" TFT kleuren-lcd (HyperCrystal LCD) Totaal aantal pixels : Ong pixels Sluiter Producttype : Automatische spleetsluiter Sluiter : 1/ sec., tijdopnamen Autofocus Producttype : TTL fasecontrast detectiesysteem Scherpstelpunt : 3-punts meervoudig AF (links, midden, rechts) AF verlichtingsbereik : EV 0 EV 19 Selectie van scherpstelpunt : Auto, Optioneel AF-hulpverlichting : de ingebouwde flitser zorgt voor licht 9 Informatie NL 111

112 9Informatie Belichtingsregeling Lichtmeetsysteem Meetbereik Belichtingsfunctie ISO-gevoeligheid : Belichtingscorrectie : ± 5 EV (1/3 EV-stap) Witbalans Producttype Functie-instelling Opnemen Geheugen Opslagsysteem Compatibel met de normen : TTL volledig diafragma lichtmeetsysteem (1) Digitale ESP-meting (2) Lichtmeting met nadruk op het centrum (3) Spotmeting (ong. 2 % van het zoekerbeeld) : EV 1 20 (digitale ESP-meting, lichtmeting met nadruk op het centrum, spotmeting) (bij normale temperatuur, 50 mm F2, ISO 100) : (1) AUTO: Volautomatisch (2) P : Programma AE (programma-aanpassing mogelijk) (3) A : Diafragmavoorkeuze AE (4) S : Sluitertijdvoorkeuze AE (5) M : Handmatig : Beeldopneemelement : Auto, Vooraf ingestelde WB (7 instellingen), Voorkeursinstelling WB, WB met 1 knop : CF-kaartje (compatibel met type I en II) Microdrive (compatibel met FAT 16/32) xd-picture Card : Digitaal opslagsysteem, JPEG (in overeenstemming met Design Rule for Camera File system [DCF]), RAW-gegevens : Exif 2.2, Digital Print Order Format (DPOF), PRINT Image Matching III, PictBridge Beelden weergeven Stand Weergeven : Enkelbeeldweergave, gezoomd weergeven, indexweergave, beeld draaien, diashow, kalenderweergave Informatieweergave : Informatieweergave, histogramweergave Sluiterfunctie Sluiterfunctie : Enkelbeeldopnamen, repeterende opnamen, zelfontspanner, afstandbediening Repeterende opnamen : 3 beeld / s (max. aantal repeterende beelden dat kan worden opgeslagen: 6 beelden in RAW) Zelfontspanner : Vertragingstijd: 12 sec., 2 sec. Optische afstandsbediening : Vertragingstijd: 2 sec., 0 sec. (direct fotograferen) (RM-1 afstandsbediening [optioneel]) Flitser Synchronizatie : Gesynchroniseerd met de camera op 1/180 sec. of minder Flitsregeling : TTL-AUTO (TTL voorflitsfunctie), AUTO, MANUAL Bevestigingspunt externe flitser : Flitsschoen Externe connector USB-connector / video-uitgangsconnector (multiconnector) Energievoorziening Batterij : Li-ionbatterij (BLS-1) x1 Afmetingen / gewicht Dimensies : 129,5 mm (b) x 91,0 mm (h) x 53,0 mm (d) (niet gemeten over uitstekende delen) Gewicht : Ong. 375 g (zonder batterij) Bedrijfscondities Temperatuur : 0 m 40 m (bediening) / 20 m 60 m (opslag) Relatieve vochtigheid : % (bediening) / % (opslag) 112 NL

113 BLS-1 lithium-ionbatterij MODEL NO. Producttype Nominale spanning Nominale capaciteit Aantal keren laden en ontladen Omgevingstemperatuur Specificaties batterij / laadapparaat Afmetingen Gewicht BCS-1 lithium-ionlaadapparaat : PS-BLS1 : Oplaadbare lithium-ionbatterij : DC 7,2 V : 1150 mah : Ong. 500 keer (afhankelijk van de gebruiksomstandigheden) : 0 m 40 m (opladen) 10 m 60 m (bediening) 20 m 35 m (opslag) : Ong. 35,5 mm (b) x 55,0 mm (d) x 12,8 mm (h) : Ong. 46 g MODEL NO. : PS-BCS1 Nominaal ingangsvermogen : U.S.A CANADA AC 120 V (60 Hz) Andere landen AC 100 V 240 V (50 / 60 Hz) Nominaal uitgangsvermogen : DC 8,35 V, 400 ma Laadtijd : Ong. 210 min. (kamertemperatuur: bij gebruik van BLS-1) Omgevingstemperatuur : 0 m 40 m (bediening) / 20 m 60 m (opslag) Afmetingen : Ong. 62 mm (b) x 83 mm (d) x 38 mm (h) Gewicht : Ong. 72 g (zonder AC-kabeltje) WIJZIGINGEN IN TECHNISCHE GEGEVENS ZIJN VOORBEHOUDEN ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING OF VERPLICHTING VAN DE ZIJDE VAN DE FABRIKANT. 9 Informatie NL 113

114 10 Verwisselbare lenzen Lens Toepasbare lenzen Selecteer de lens waarmee u wilt fotograferen. Gebruik een Four Thirds-lens (Four Thirds-lensvatting). Als u een andere lens gebruikt, zal de AF (autofocus) en de lichtmeting niet goed werken. Soms zullen ook andere functies niet werken. Four Thirds-lensvatting Ontwikkeld door Olympus als lensvattingstandaard voor het Four-Thirds-systeem. Deze compleet nieuwe verwisselbare lenzen met Four Thirds-lensvatting zijn speciaal voor digitale camera's optisch opnieuw berekend en ontwikkeld. ZUIKO DIGITAL verwisselbare lens Verwisselbare Four Thirds-lens, ontworpen om bestand te zijn tegen hardhandig professioneel gebruik. Bij het Four Thirds-systeem met een beeldverhouding van 4:3 kan een lens compacter en lichter worden uitgevoerd. x Opmerkingen Bij het bevestigen of verwijderen van het de beschermkap of de lens kunt u de lensvatting het beste naar beneden laten wijzen. Hiermee voorkomt u dat er stofjes en dergelijke in de camera terecht kunnen komen. Op stoffige plaatsen kunt u beter nooit de beschermkap verwijderen of de lens verwisselen. Richt met de lens op de camera, de lens nooit op de zon. Dit kan camerastoringen en zelfs brand veroorzaken omdat het zonlicht door de lens gebundeld wordt zoals bij een vergrootglas. Zorg dat u de beschermkap van de camera en de achterkap van de lens niet kwijtraakt. Als er geen lens op de camera zit, kunt u het beste de beschermkap op de camera bevestigen om te voorkomen dat er stof kan binnendringen. 10 Verwisselbare lenzen ZUIKO DIGITAL verwisselbare lens Namen van onderdelen 1Kapvatting 2Filtervatting 3Zoomring 4Scherpstelring 5Index lensvatting 6Elektrische contacten 7Voorkap van de lens 8Achterkap van de lens 9Zonnekap Bevestigen van de kap Opbergen van de kap Fotografeert u een object in tegenlicht, gebruik dan de zonnekap. Voor 17,5 45 mm lens, is de lenskap niet meegeleverd. 114 NL

115 Belangrijkste technische gegevens Functies 17,5 45 mm mm mm Lensvatting FOUR THIRDS-lensvatting Scherpstelafstand 17,5 45 mm mm mm Max. diafragma f f f4 5.6 Beeldhoek 63 o 27 o 75 o 29 o 30 o 8.2 o Configuratie van de lens 7 groepen, 7 lenzen 8 groepen, 10 lenzen 9 groepen, 12 lenzen Meerlaags-coating (gedeeltelijk enkellaags) Irisinstelling f f f4 22 Scherpstelbereik 0,28 m ) 0,25 m ) 0,9 m ) Scherpstelinstelling AF / MF wisseling Gewicht (exclusief kapjes) 210 g 190 g 220 g Afmetingen (max. diameter x totale lengte) Ø 71 x 70 mm Ø 65,5 x 61 mm Ø 65,5 x 72 mm Lenskapvatting k Bajonet Diameter filtervatting 52 mm 58 mm Geschikt voor gebruik met de optionele EX-25 tussenring onder de volgende voorwaarden. De scherpstelling als EX-25 wordt gebruikt is MF (handmatig). Lens, brandpuntsafstand 17,5 45 mm mm mm Scherpstelbereik Vergroting (): Berekend op basis van een kleinbeeldcamera 17,5 mm Er kan niet gefotografeerd worden omdat er niet scherpgesteld kan worden op de objecten met deze brandpuntsafstand. 28 mm 15,1 cm 15,9 cm 0,89 1,16x (1,78 2,32x) 45 mm 18,4 cm 22,4 cm 0,57 0,91x (1,14 1,82x) 14 mm Er kan niet gefotografeerd worden omdat er niet scherpgesteld kan worden op de objecten met deze brandpuntsafstand. 25 mm 13,3 cm 1,02x (2,04x) 42 mm 16,2 cm 17,3 cm 0,61 0,69x (1,22 1,38x) 40 mm 19,0 cm 20,4 cm 0,61 0,70x (1,22 1,40x) 80 mm 28,0 cm 40,6 cm 0,32 0,48x (0,64 0,96x) 150 mm 48,0 cm 118,8 cm 0,17 0,39x (0,34 0,78x) Voorzorgsmaatregelen voor opslag Maak de lens na gebruik schoon en bewaar hem. Verwijder stof en vuil van het oppervlak van de lens met een blaaskwastje of kwastje. Gebruik in de handel verkrijgbare lensreinigingsdoekjes om vuil van de lens te verwijderen. Doe altijd een kapje op de lens en berg hem op als u hem niet gebruikt. Gebruik geen organische oplosmiddelen. x Opmerkingen over fotograferen De randen van foto's zouden afgesneden kunnen worden als er meer dan één filter gebruikt wordt of als er een dik filter wordt gebruikt. 10 Verwisselbare lenzen NL 115

116 De lijst E-systeem Standaardlens ZUIKO DIGITAL ED mm 1: Standaardzoom ZUIKO DIGITAL ZUIKO DIGITAL mm 1: ED mm 1: Standaardzoom (alleen Superzoom (10x) beschikbaar in speciale kit) ZUIKO DIGITAL 35 mm 1:3.5 Macrolens ZUIKO DIGITAL ED mm 1: Telefoto-zoom Combineerbaar met EX-25 Tussenring* EC-14 Teleconverter* Combineerbaar met EX-25 Tussenring EC-14 Teleconverter* Combineerbaar met EX-25 Tussenring EC-14 Teleconverter* Combineerbaar met EX-25 Tussenring EC-14 Teleconverter Combineerbaar met EX-25 Tussenring* EC-14 Teleconverter* TF-22 Dubbele flitser met adapterring 58 mm tot 67 mm / 72 mm TF-22 Dubbele flitser met adapterring 62 mm tot 67 mm / 72 mm RF-11 Ringflitser met FR-1 TF-22 Dubbele flitser met FR-1 Pro lens 10 Verwisselbare lenzen ZUIKO DIGITAL ED 8 mm 1:3.5 Visooglens Combineerbaar met EC-14 Teleconverter Top Pro lens ZUIKO DIGITAL m m 1: Wijde zoom Combineerbaar met EC-14 TF-22 Teleconverter Dubbele flitser ZUIKO DIGITAL mm 1: Standaardzoom Combineerbaar met EX-25 Tussenring RF-11 Ringflitser EC-14 Teleconverter TF-22 Dubbele flitser ZUIKO DIGITAL ED 50 mm 1:2.0 Macrolens Combineerbaar met EX-25 Tussenring RF-11 Ringflitser met FR-1 EC-14 Teleconverter** TF-22 Dubbele flitser met FR-1 ZUIKO DIGITAL ED mm 1: Telefoto-zoom Combineerbaar met EX-25 Tussenring RF-11 Ringflitser EC-14 Teleconverter TF-22 Dubbele flitser ZUIKO DIGITAL ED 7 14 mm 1:4.0 Wijde zoom ZUIKO DIGITAL ED mm 1:2.0 Telefoto-zoom ZUIKO DIGITAL ED mm 1:2.8 Telefoto-zoom ZUIKO DIGITAL ED 150 mm 1:2.0 Vaste focuslens ZUIKO DIGITAL ED 300 mm 1:2.8 Vaste focuslens Combineerbaar met EC-14 Teleconverter Combineerbaar met EX-25 Tussenring EC-14 Teleconverter** Combineerbaar met EX-25 Tussenring* EC-14 Teleconverter Combineerbaar met EX-25 Tussenring EC-14 Teleconverter** Combineerbaar met EX-25 Tussenring EC-14 Teleconverter Inclusief set losse filters 116 NL

Handleiding DIGITALE CAMERA. Basisgids. Leer de E-400 gebruiken. Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen. Fotografeerfuncties

Handleiding DIGITALE CAMERA. Basisgids. Leer de E-400 gebruiken. Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen. Fotografeerfuncties NL DIGITALE CAMERA Handleiding Basisgids Leer de E-400 gebruiken Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen Fotografeerfuncties Weergavefuncties Instellingen en functies aanpassen volgens uw

Nadere informatie

Handleiding DIGITALE CAMERA. Basisgids. Leer de E-510 gebruiken. Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen. Fotografeerfuncties

Handleiding DIGITALE CAMERA. Basisgids. Leer de E-510 gebruiken. Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen. Fotografeerfuncties NL DIGITALE CAMERA Handleiding Basisgids Leer de E-510 gebruiken Verbeter uw vaardigheid in het fotograferen Fotogidsen Fotografeerfuncties Weergavefuncties Instellingen en functies aanpassen volgens uw

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding pag. 2. Inhoudsopgave pag. 20. Geautoriseerde dealers. http://www.olympus.

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding pag. 2. Inhoudsopgave pag. 20. Geautoriseerde dealers. http://www.olympus. DIGITALE CAMERA http://www.olympus.com/ Vestiging: Wendenstrasse 14 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.: +49 40-23 77 3-0 / Fax: +49 40-23 07 61 Afleveradres Bredowstrasse 20, 22113 Hamburg, Duitsland goederen:

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA. De functies van de camera gebruiken. Het juiste programma kiezen voor bepaalde lichtomstandigheden. Overige fotofuncties

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA. De functies van de camera gebruiken. Het juiste programma kiezen voor bepaalde lichtomstandigheden. Overige fotofuncties NL DIGITALE CAMERA HANDLEIDING De functies van de camera gebruiken Het juiste programma kiezen voor bepaalde lichtomstandigheden Overige fotofuncties Scherpstelfuncties Belichting, beeld en kleur Beelden

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding Blz. 2. Inhoudsopgave Blz. 20. Geautoriseerde dealers. http://www.olympus.

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding Blz. 2. Inhoudsopgave Blz. 20. Geautoriseerde dealers. http://www.olympus. DIGITALE CAMERA http://www.olympus.com/ Vestiging: Afleveradres goederen: Correspondentieadres: Wendenstrasse 14 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.: +49 40-23 77 3-0 / Fax: +49 40-23 07 61 Bredowstrasse

Nadere informatie

De voordelen van de belichtingsregelingen onder creatief gebruik zijn in de meeste gevallen een juist belichte en creatievere foto.

De voordelen van de belichtingsregelingen onder creatief gebruik zijn in de meeste gevallen een juist belichte en creatievere foto. Belichtingsregelingen: Creatief gebruik Dit tweede deel, over het programmakeuzewiel, behandelt het creatief gebruik van belichtingsregelingen. Deze geavanceerde belichtingsregelingen zijn tegenwoordig

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA. Overzichtstekening. Voordat u gaat fotograferen. Wat u moet weten voordat u gaat fotograferen

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA. Overzichtstekening. Voordat u gaat fotograferen. Wat u moet weten voordat u gaat fotograferen NL DIGITALE CAMERA HANDLEIDING Overzichtstekening Voordat u gaat fotograferen Wat u moet weten voordat u gaat fotograferen Het juiste programma kiezen voor een bepaalde situatie Diverse fotografeerfuncties

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding blz. 2. Inhoudsopgave blz. 24. Geautoriseerde dealers.

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding blz. 2. Inhoudsopgave blz. 24. Geautoriseerde dealers. DIGITALE CAMERA http://www.olympus.com/ Vestiging: Afleveradres goederen: Correspondentieadres: Wendenstrasse 14 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.: +49 40-23 77 3-0 / Fax: +49 40-23 07 61 Bredowstrasse

Nadere informatie

Handleiding DIGITALE CAMERA SP-570UZ. Quick-Start-gebruiksaanwijzing Met deze handleiding kunt u meteen aan de slag met uw camera.

Handleiding DIGITALE CAMERA SP-570UZ. Quick-Start-gebruiksaanwijzing Met deze handleiding kunt u meteen aan de slag met uw camera. DIGITALE CAMERA SP-570UZ Handleiding NL Quick-Start-gebruiksaanwijzing Met deze handleiding kunt u meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties Menufuncties Beelden printen Gebruik van OLYMPUS Master

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding Blz. 2. Inhoudsopgave Blz. 20. Geautoriseerde dealers.

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding Blz. 2. Inhoudsopgave Blz. 20. Geautoriseerde dealers. DIGITALE CAMERA http://www.olympus.com/ Vestiging: Afleveradres goederen: Correspondentieadres: Wendenstrasse 14 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.: +49 40 23 77 3-0 / Fax: +49 40 23 07 61 Bredowstrasse

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Basisgids Blz. 2. Inhoudsopgave Blz. 23. Geautoriseerde dealers. http://www.olympus.com/

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Basisgids Blz. 2. Inhoudsopgave Blz. 23. Geautoriseerde dealers. http://www.olympus.com/ DIGITALE CAMERA http://www.olympus.com/ Vestiging: Afleveradres goederen: Correspondentieadres: Consumer Product Division Wendenstrasse 14 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.: +49 40 23 77 3 0/Fax: +49 40

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding Blz. 2. Inhoudsopgave Blz. 26. Geautoriseerde dealers.

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding Blz. 2. Inhoudsopgave Blz. 26. Geautoriseerde dealers. DIGITALE CAMERA http://www.olympus.com/ Beknopte handleiding Blz. 2 Bestudeer de namen van de cameraonderdelen, de basisstappen voor fotograferen en weergeven en de basisfuncties. Inhoudsopgave Blz. 26

Nadere informatie

Bij de meeste camera s is de keuze van de belichtingsregelingen met een zogenaamd programmakeuzewiel

Bij de meeste camera s is de keuze van de belichtingsregelingen met een zogenaamd programmakeuzewiel Belichtingsregelingen: Basisgebruik Bij de meeste camera s is de keuze van de belichtingsregelingen met een zogenaamd programmakeuzewiel I uitgevoerd. De uitleg over functies wordt in twee delen gebracht,

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding pag. 2. Inhoudsopgave pag. 20. Geautoriseerde dealers.

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding pag. 2. Inhoudsopgave pag. 20. Geautoriseerde dealers. DIGITALE CAMERA http://www.olympus.com/ Vestiging: Wendenstrasse 14 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.: +49 40-23 77 3-0 / Fax: +49 40-23 07 61 Afleveradres goederen: Bredowstrasse 20, 22113 Hamburg, Duitsland

Nadere informatie

X-T1. Nieuwe Functies. Versie 4.00 DIGITAL CAMERA

X-T1. Nieuwe Functies. Versie 4.00 DIGITAL CAMERA BL00004720-B02 DIGITAL CAMERA X-T1 Nieuwe Functies Versie 4.00 Sommige functies van het product kunnen verschillen van de beschrijving meegeleverd in de handleiding vanwege de firmware-update. Voor uitgebreide

Nadere informatie

Belichting. Bepaal je ISO-waarde altijd nadat je de diafragma en sluitertijd hebt bepaald.

Belichting. Bepaal je ISO-waarde altijd nadat je de diafragma en sluitertijd hebt bepaald. Belichting Sluitertijd 1/4 1/8 1/15 1/30 1/60 1/125 1/250 1/500 Diafragma 2.8 4 5.6 8 11 16 22 32 ISO ruis geen ruis 3200 1600 800 400 200 100 lichter donkerder Bepaal je ISO-waarde altijd nadat je de

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding Blz. 2. Inhoudsopgave Blz. 26

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding Blz. 2. Inhoudsopgave Blz. 26 DIGITALE CAMERA http://www.olympus.com/ Vestiging: Afleveradres goederen: Correspondentieadres: OLYMPUS EUROPA HOLDING GMBH Consumer Product Division Wendenstrasse 14 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.:

Nadere informatie

Welkom op deze Fotocursus

Welkom op deze Fotocursus Welkom op deze Fotocursus 1 DIGITALE FOTOCURSUS Fons Strijbosch www.footoos.nl fons@footoos.nl 0653 847682 2 LESONDERDELEN 3 LESONDERDELEN Camera techniek (instellingen) 3 LESONDERDELEN Camera techniek

Nadere informatie

Cursus Fotografie Les 2. Nu aan de slag

Cursus Fotografie Les 2. Nu aan de slag Cursus Fotografie Les 2 Nu aan de slag 1 Wat hebben we ook al weer gedaan... Verschillende standen Witbalans Grootst mogelijk? 2 Opdracht van de vorige keer Invullen vragenlijst 5 foto s maken met verschillende

Nadere informatie

oplossen. Door meerdere belichtingen te maken en ze samen te voegen in Photoshop vergroot je de dynamiek in je foto.

oplossen. Door meerdere belichtingen te maken en ze samen te voegen in Photoshop vergroot je de dynamiek in je foto. Een DRI maken: Hoofdstuk 1: Wat is een DRI DRI staat voor dynamic range increase en is een techniek om meer dynamiek in je foto aan te brengen. Een normale foto rechtstreek uit je (digitale of analoge)

Nadere informatie

SP-500 UZ. Handleiding DIGITALE CAMERA. Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt.

SP-500 UZ. Handleiding DIGITALE CAMERA. Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt. DIGITALE CAMERA SP-500 UZ NL Handleiding Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt. Voordat u gaat fotograferen Basisfuncties voor het fotograferen

Nadere informatie

HDR- FOTOGRAFIE. Inleiding. Het digitale beeld - Bijlage

HDR- FOTOGRAFIE. Inleiding. Het digitale beeld - Bijlage HDR- FOTOGRAFIE Inleiding Wanneer je door de zoeker van je al dan niet spiegelreflex camera kijkt en een prachtige scène hebt waargenomen en vastgelegd, dan is er naderhand soms enige teleurstelling wanneer

Nadere informatie

Het doel. is om een eerste inzicht te geven in de basis van de digitale fotografie.

Het doel. is om een eerste inzicht te geven in de basis van de digitale fotografie. De Basis 1 Het doel is om een eerste inzicht te geven in de basis van de digitale fotografie. Hoe je het juiste objectief moet kiezen, op welke wijze je de basisfuncties van je camera optimaal kan instellen.

Nadere informatie

Opdrachten. Druk dit document af en maak hierop aantekeningen tijdens uw fotosessies

Opdrachten. Druk dit document af en maak hierop aantekeningen tijdens uw fotosessies 1 Opdrachten In Hoofdstuk 1 De digitale camera en Hoofdstuk 2 Digitaal fotograferen van het Handboek Digitale fotografie en fotobewerking staan opdrachten die u zelf kunt uitvoeren. Als u alle opdrachten

Nadere informatie

Uitgebreide handleiding

Uitgebreide handleiding DIGITALE CAMERA Uitgebreide handleiding Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt. Voordat u begint Fotograferen Geavanceerde technieken Weergeven

Nadere informatie

Programma s, onderwerpsstanden en andere instellingen voor de D600

Programma s, onderwerpsstanden en andere instellingen voor de D600 Programma s, onderwerpsstanden en andere instellingen voor de D600 2 programma s, onderwerps standen en andere instellingen voor de d600 o 70 mm, 30 s, f 9 De instellingen die in dit hoofdstuk besproken

Nadere informatie

HANDMATIG FOTOGRAFEREN

HANDMATIG FOTOGRAFEREN W W W. K L E I N E D R O M E R S. N L 2 0 1 8 K L E I N E D R O M E R S EBOOK HANDMATIG FOTOGRAFEREN Ligt jouw camera ook meer stof te verzamelen dan foto s? Dan wordt het tijd voor verandering, want die

Nadere informatie

Nachtfotografie. de nacht geeft haar geheimen prijs. G. van Koppen

Nachtfotografie. de nacht geeft haar geheimen prijs. G. van Koppen Nachtfotografie de nacht geeft haar geheimen prijs G. van Koppen Nachtfotografie? Bij nachtfotografie wordt het onderwerp niet door direct zonlicht verlicht. Het tijdstip is vanaf het moment dat de zon

Nadere informatie

Fotografietips - Vuurwerk

Fotografietips - Vuurwerk Fotografietips - Vuurwerk Jaap de Lang EXIF: ISO 200 f13 5,4sec (bulb) 1 Inleiding Vuurwerk. Met wat knallen en lichteffecten een spetterend geheel!! Op fotografietips komen regelmatig foto s van vuurwerk

Nadere informatie

Handleiding DIGITALE CAMERA. Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt.

Handleiding DIGITALE CAMERA. Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt. DIGITALE CAMERA NL Handleiding Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt. Voordat u gaat fotograferen Basisfuncties voor het fotograferen Extra

Nadere informatie

EF70-300mm f/4-5.6 IS USM

EF70-300mm f/4-5.6 IS USM EF70-300mm f/4-5.6 IS USM NLD Handleiding Hartelijk dank voor de aanschaf van dit Canon-product. Het Canon EF70-300mm f/4-5,6 IS USMobjectief, dat geschikt is voor EOS-camera's, is een hoogwaardig telezoomobjectief

Nadere informatie

Nieuwe Functies BL B00

Nieuwe Functies BL B00 Nieuwe Functies Versie 2.00 Functies die zijn toegevoegd of gewijzigd als gevolg van firmware-updates kunnen mogelijk niet langer overeenkomen met de beschrijvingen in de documentatie die is meegeleverd

Nadere informatie

BELICHTING(SDRIEHOEK)

BELICHTING(SDRIEHOEK) BELICHTING(SDRIEHOEK) Wat je moet weten om foto s te maken Objectief, vereniging voor vrijetijdsfotografie 19 september 2017, Paul van der Zwan 2 INHOUD Werking camera Diafragma Sluitertijd ISO De belichtingsdriehoek

Nadere informatie

AVOND OF NACHTFOTOGRAFIE

AVOND OF NACHTFOTOGRAFIE Tip 1 Fotografeer zonder uitzondering op een statief en gebruik de zelfontspanner functie van de camera of een afstandsbediening of externe trigger. Het statief moet zwaar genoeg zijn om bij eventuele

Nadere informatie

Nieuwe Functies. Versie 4.10

Nieuwe Functies. Versie 4.10 Nieuwe Functies Versie 4.10 Functies die zijn toegevoegd of gewijzigd als gevolg van firmware-updates kunnen mogelijk niet langer overeenkomen met de beschrijvingen in de documentatie die is meegeleverd

Nadere informatie

Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV3MA280

Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV3MA280 Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV3MA280 Inhoud van de verpakking Controleer, voordat u de camera in gebruik neemt, of de verpakking de onderstaande onderdelen bevat. Indien er iets ontbreekt, kunt

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing LivingColors Iris

Gebruiksaanwijzing LivingColors Iris Gebruiksaanwijzing LivingColors Iris Uitpakken en installeren Aan de slag met uw LivingColors Als u de LivingColors uitpakt, is deze al gekoppeld aan de afstandsbediening. U hoeft alleen nog maar de stekker

Nadere informatie

Personen bij weinig licht

Personen bij weinig licht Personen bij weinig licht Camera in auto-stand: van zodra er iets minder licht is, klapt de interne flits open en gaat deze af Flitslicht is soms nuttig (zie volgend thema), maar vaak krijg je betere resultaten

Nadere informatie

Fotografie tips voor betere landschapsfoto's

Fotografie tips voor betere landschapsfoto's Fotografie tips voor betere landschapsfoto's Dit artikel geeft je 10 praktische fotografie tips omtrent compositie, camera instellingen en belichting, die je zullen helpen betere landschapsfoto's te maken.

Nadere informatie

Nieuwe Functies. Versie 2.00

Nieuwe Functies. Versie 2.00 Nieuwe Functies Versie 2.00 Functies die zijn toegevoegd of gewijzigd als gevolg van firmware-updates kunnen mogelijk niet langer overeenkomen met de beschrijvingen in de documentatie die is meegeleverd

Nadere informatie

FOTOGRAFIE BASIS. Jelmer de Haas

FOTOGRAFIE BASIS. Jelmer de Haas FOTOGRAFIE BASIS Jelmer de Haas LES 4 - LICHT Licht meten Belichten Oefening Histogram Belichtingscompensatie Thuisopdracht Profiel: Erwin Olaf ESSAY Plannen / ideeen / vragen? LICHT METEN / BELICHTEN

Nadere informatie

FE-115 / X-715. Handleiding DIGITALE CAMERA. Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt.

FE-115 / X-715. Handleiding DIGITALE CAMERA. Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt. DIGITALE CAMERA FE-5 / X-75 NL Handleiding Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt. Voordat u gaat Fotograferen Weergeven Printen Online beelden

Nadere informatie

Handleiding DIGITALE CAMERA. Quick Start-gebruiksaanwijzing Met deze handleiding kunt u meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties.

Handleiding DIGITALE CAMERA. Quick Start-gebruiksaanwijzing Met deze handleiding kunt u meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties. DIGITALE CAMERA NL Handleiding Quick Start-gebruiksaanwijzing Met deze handleiding kunt u meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties Menufuncties Beelden printen Gebruik van OLYMPUS Master Leer uw

Nadere informatie

Fotograferen op P, Av, Tv of M? Welke stand wanneer?

Fotograferen op P, Av, Tv of M? Welke stand wanneer? Fotograferen op P, Av, Tv of M? Welke stand wanneer? Je camera heeft een aantal voorkeuze modi waarmee je de camera op verschillende manier kunt laten werken. De P, Av, Tv en M standen zijn hierbij de

Nadere informatie

Algemene Camera techniek

Algemene Camera techniek Mei 2010 Algemene Camera techniek Een camera zonder geheimen G.van Koppen Wat komt er aan bod... De camerafamilie Compact vs. Spiegelreflex (DSLR) Invloed van sluiter, diafragma en ISO Scherptediepte Lichtmeting

Nadere informatie

SP-310 SP-350. Handleiding DIGITALE CAMERA. Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt.

SP-310 SP-350. Handleiding DIGITALE CAMERA. Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt. DIGITALE CAMERA SP-30 SP-350 Handleiding NL Gedetailleerde beschrijvingen van alle functies die laten zien hoe u het uiterste uit uw camera haalt. Voordat u gaat fotograferen Basisfuncties voor het fotograferen

Nadere informatie

Diafragma, hoe werkt het

Diafragma, hoe werkt het Diafragma, hoe werkt het DOOR KENNETH VERBURG IN BASISCURSUS - 172 REACTIES Onderdeel van de serie 1. Basiskennis Starten met een spiegelreflexcamera Diafragma, hoe werkt het De beste sluitertijd kiezen

Nadere informatie

Instructiehandleiding

Instructiehandleiding Basisgids Snelle taakindex DIGITALE CAMERA 1. Inhoudsopgave Basisfotografie / vaak gebruikte opties 2. Andere opnameopties Instructiehandleiding 3. Gebruik van de flitser 4. Films opnemen en bekijken 5.

Nadere informatie

NEX-3/NEX-5/NEX-5C A-DTQ (1) 2010 Sony Corporation

NEX-3/NEX-5/NEX-5C A-DTQ (1) 2010 Sony Corporation NEX-3/NEX-5/NEX-5C De nieuwe functies die deze firmware-update biedt, en de bijbehorende bedieningshandelingen worden hier beschreven. Raadpleeg de "Gebruiksaanwijzing" en het "α handboek" die op de bijgeleverde

Nadere informatie

Instructiehandleiding

Instructiehandleiding http://www.olympus.com/ OLYMPUS EUROPA HOLDING GMBH Vestiging: Consumer Product Division Wendenstrasse 14 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.: +49 40 23 77 3-0/Fax: +49 40 23 07 61 Afleveradres goederen:

Nadere informatie

DSLR-A900/DSLR-A850 A-DWB (1) 2010 Sony Corporation

DSLR-A900/DSLR-A850 A-DWB (1) 2010 Sony Corporation DSLR-A900/DSLR-A850 De nieuwe functies die worden geboden in deze upgrade en de bijbehorende bedieningshandelingen worden hier beschreven. Raadpleeg de "Gebruiksaanwijzing" die bij de camera wordt bijgeleverd.

Nadere informatie

Helpgids. Ondersteunde cameramodellen. Overzicht van de onderdelen. Voorbereidingen. Opnames maken

Helpgids. Ondersteunde cameramodellen. Overzicht van de onderdelen. Voorbereidingen. Opnames maken Gebruik deze wanneer u problemen ondervindt, of vragen hebt over het gebruik van uw. Ondersteunde cameramodellen Overzicht van de onderdelen Voorbereidingen Uitpakken Plaatsen van de batterij De en een

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA STYLUS 1

Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA STYLUS 1 DIGITALE CAMERA STYLUS 1 Gebruiksaanwijzing Bedankt voor uw aankoop van een Olympus digitale camera. Lees voordat u uw nieuwe camera gaat gebruiken deze handleiding aandachtig door om u van optimale prestaties

Nadere informatie

Straatfotografie. Op jacht naar alledaagse maar bijzondere taferelen en mensen.

Straatfotografie.  Op jacht naar alledaagse maar bijzondere taferelen en mensen. Straatfotografie www.welmanstudio.nl Op jacht naar alledaagse maar bijzondere taferelen en mensen. welmanstudio cursussen en workshops fotografie, photoshop en fotoreizen www.welmanstudio.nl Thema kiezen!2

Nadere informatie

BASIS FOTOGRAFIE BASISBEGRIPPEN

BASIS FOTOGRAFIE BASISBEGRIPPEN BASIS FOTOGRAFIE In fotografie draait alles om 2 eenvoudige zaken: het beschikbare licht (dat je wil vastleggen als foto op je film of sensor) de lens die je gebruikt om dit licht te manipuleren. Bij het

Nadere informatie

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding blz. 02. Inhoudsopgave blz. 24. Geautoriseerde dealers.

HANDLEIDING DIGITALE CAMERA HANDLEIDING. Beknopte handleiding blz. 02. Inhoudsopgave blz. 24. Geautoriseerde dealers. DIGITALE CAMERA http://www.olympus.com/ Beknopte handleiding blz. 02 Bestudeer de namen van de cameraonderdelen, de basisstappen voor fotograferen en weergeven en de basisfuncties. Inhoudsopgave blz. 24

Nadere informatie

Nieuwe Functies. Versie 3.00

Nieuwe Functies. Versie 3.00 Nieuwe Functies Versie 3.00 Functies die zijn toegevoegd of gewijzigd als gevolg van firmware-updates kunnen mogelijk niet langer overeenkomen met de beschrijvingen in de documentatie die is meegeleverd

Nadere informatie

BEWEGING. > Doel. > Vele soorten beweging en > hoe Techniek we die vastleggen en benadrukken. 14 april 2016

BEWEGING. > Doel. > Vele soorten beweging en > hoe Techniek we die vastleggen en benadrukken. 14 april 2016 BEWEGING 14 april 2016 > Doel > Vele soorten beweging en > hoe Techniek we die vastleggen en benadrukken > Vele soorten beweging en > hoe Techniek we die vastleggen en benadrukken doel BEWEGING 14 april

Nadere informatie

Handleiding DIGITALE CAMERA. Quick Start-gebruiksaanwijzing Met deze handleiding kunt u meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties.

Handleiding DIGITALE CAMERA. Quick Start-gebruiksaanwijzing Met deze handleiding kunt u meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties. DIGITALE CAMERA NL Handleiding Quick Start-gebruiksaanwijzing Met deze handleiding kunt u meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties Menufuncties Beelden printen Gebruik van OLYMPUS Master Leer uw

Nadere informatie

Instructiehandleiding

Instructiehandleiding Basisgids Snelle taakindex DIGITALE CAMERA 1. Inhoudsopgave Basisfotografie/ vaak gebruikte opties 2. Andere opnameopties Instructiehandleiding 3. Gebruik van de flitser 4. Films opnemen en bekijken 5.

Nadere informatie

Welkom op de avond Basistechniek camera. Gerrit Valkenwoud

Welkom op de avond Basistechniek camera. Gerrit Valkenwoud Welkom op de avond Basistechniek camera Gerrit Valkenwoud 1 Basistechniek camera Nodig om je te onderscheiden van de kiekjesmaker Geeft beter voorspelbare foto s Alleen te leren door veel te doen Lees

Nadere informatie

EF-S18-135mm f/3.5-5.6 IS

EF-S18-135mm f/3.5-5.6 IS EF-S18-135mm f/3.5-5.6 IS NLD Handleiding Hartelijk dank voor de aanschaf van dit Canon-product. Het Canon EF-S18-135mm f/3,5-5,6 ISobjectief is een hoogwaardig zoomobjectief met een hoge vergroting uitgerust

Nadere informatie

Basisbegrippen in de fotografie

Basisbegrippen in de fotografie Basisbegrippen in de fotografie Met betrekking tot belichting Aanleiding: De aanleiding voor het houden van deze presentatie zijn de verzoeken die gedaan zijn tijdens de introductie op de eerste clubdag

Nadere informatie

Cursus Fotograferen met je spiegelreflexcamera

Cursus Fotograferen met je spiegelreflexcamera 1 Cursus Fotograferen met je spiegelreflexcamera Door Fotowerkplaats Tekst, vormgeving en foto's: Mariska Hanegraaf www.fotowerkplaats.com & www.11afotografie.nl 2015 Fotowerkplaats Mariska Hanegraaf (www.fotowerkplaats.com)

Nadere informatie

Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET

Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET CTS Afstandsbediening Infrarood Let op! 1 Zorg ervoor dat er niets tussen de ontvanger en de afstandsbediening

Nadere informatie

NEX-3/NEX-5/NEX-5C A-DRG-100-72(1) 2010 Sony Corporation

NEX-3/NEX-5/NEX-5C A-DRG-100-72(1) 2010 Sony Corporation NEX-3/NEX-5/NEX-5C De 3D-functies die door deze firmware-update worden geleverd, worden in dit boekje beschreven. Raadpleeg de "Gebruiksaanwijzing" en het "α-handboek" die op de bijgeleverde CD-ROM staan.

Nadere informatie

Fototechniek. www.welmanstudio.nl. Vuurwerk foto s Hoe krijg je mooie vuurwerkfoto s van een paar vuurpijlen met Oud en Nieuw.

Fototechniek. www.welmanstudio.nl. Vuurwerk foto s Hoe krijg je mooie vuurwerkfoto s van een paar vuurpijlen met Oud en Nieuw. Fototechniek www.welmanstudio.nl Vuurwerk foto s Hoe krijg je mooie vuurwerkfoto s van een paar vuurpijlen met Oud en Nieuw. Wat heb je nodig 2 Vuurwerkfoto s Het maken van vuurwerkfoto s is in principe

Nadere informatie

Doe avond HDR Fotografie. Oftewel High Dynamic Range Fotografie

Doe avond HDR Fotografie. Oftewel High Dynamic Range Fotografie Doe avond HDR Fotografie Oftewel High Dynamic Range Fotografie Waarom HDR Fotografie u Een camerasensor kan minder contrastverschil vastleggen dan het menselijk oog. u In een situatie met een groot contrastverschil

Nadere informatie

AIR CONDITIONER HANDLEIDING AFSTANDSBEDIENING

AIR CONDITIONER HANDLEIDING AFSTANDSBEDIENING AIR CONDITIONER HANDLEIDING AFSTANDSBEDIENING LMD-AE-09HDI-SET LMD-AE-12HDI-SET LMD-AE-18HDI-SET LMD-AE-24HDI-SET Pag 1 Inhoud: Afstandsbediening specificatie.. 3 Afstandsbediening functies.. 4 Betekenis

Nadere informatie

Instructiehandleiding

Instructiehandleiding Basisgids Snelle taakindex DIGITALE CAMERA 1. Inhoudsopgave Basisfotografie/ vaak gebruikte opties 2. Andere opnameopties Instructiehandleiding 3. Gebruik van de flitser 4. Films opnemen en bekijken 5.

Nadere informatie

FOTOGRAFIE BASIS. Jelmer de Haas

FOTOGRAFIE BASIS. Jelmer de Haas FOTOGRAFIE BASIS Jelmer de Haas LES 3 - OBJECTIEF & SCHERPTE Maken van een foto Objectief Oefening Bespreken thuisopdracht Scherpte Toevoegen: vertekening groothoek Check dubbeling met les 2 over objectief

Nadere informatie

NEX-3/5/5C/C3 NEX-VG10/VG10E

NEX-3/5/5C/C3 NEX-VG10/VG10E NEX-3/5/5C/C3 NEX-VG10/VG10E Hier vindt u een overzicht van en een toelichting op de nieuwe functies van deze firmware-update. Raadpleeg de Gebruiksaanwijzing van uw camera/camcorder en LA-EA2 Montage-adapter

Nadere informatie

FE-280/X-820/ C-520. Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA. Quick Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties.

FE-280/X-820/ C-520. Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA. Quick Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. DIGITALE CAMERA FE-280/X-820/ C-520 Gebruiksaanwijzing NL Quick Startgebruiksaanwijzing Meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties Menufuncties Beelden printen Gebruik van OLYMPUS Master Leer uw camera

Nadere informatie

fotografie Aquarium Er E n r ö ö Dob Do ro r n o yi 23-1-2014 1

fotografie Aquarium Er E n r ö ö Dob Do ro r n o yi 23-1-2014 1 Aquarium fotografie Ernö Dobronyi 23-1-2014 1 Onderwerpen Hardware Welke camera Welke objectief Welke flitser Welke hulpmiddelen De theorie Beeldvorming Witbalans Reflectie Compositie Pauze De praktijk

Nadere informatie

Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV5DA2 8 0

Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV5DA2 8 0 Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV5DA2 8 0 Inhoud van de verpakking Controleer, voordat u de camera in gebruik neemt, of de verpakking de onderstaande onderdelen bevat. Indien er iets ontbreekt,

Nadere informatie

Tips voor avondfotografie

Tips voor avondfotografie Tips voor avondfotografie digitalefotografietips.nl Veel fotografen bergen hun camera op na het vastleggen van een mooie zonsondergang. Maar eigenlijk begint het daarna pas, in ieder geval voor het onderwerp

Nadere informatie

Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV5TA280

Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV5TA280 Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV5TA280 Inhoud van de verpakking Controleer, voordat u de camera in gebruik neemt, of de verpakking de onderstaande onderdelen bevat. Indien er iets ontbreekt, kunt

Nadere informatie

Instructiehandleiding

Instructiehandleiding DIGITALE CAMERA XZ-2 Instructiehandleiding Bedankt voor uw aankoop van een Olympus digitale camera. Voordat u uw nieuwe camera in gebruik gaat nemen, leest u eerst deze instructies grondig door om optimaal

Nadere informatie

X-Pro2. Nieuwe Functies. Versie 4.00 DIGITAL CAMERA

X-Pro2. Nieuwe Functies. Versie 4.00 DIGITAL CAMERA BL00004958-B00 NL DIGITAL CAMERA X-Pro2 Nieuwe Functies Versie 4.00 Functies die zijn toegevoegd of gewijzigd als gevolg van firmware-updates kunnen mogelijk niet langer overeenkomen met de beschrijvingen

Nadere informatie

Verbeter jezelf met deze handige tips!

Verbeter jezelf met deze handige tips! Verbeter jezelf met deze handige tips! Het hart van elk fotografisch systeem is de lens. Gedurende ons fotografische leven kunnen we bergen met geld en tijd spenderen aan het kopen en gebruiken van lenzen

Nadere informatie

Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV3JA280

Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV3JA280 Introductiehandleiding NEDERLANDS CEL-SV3JA280 Inhoud van de verpakking Controleer, voordat u de camera in gebruik neemt, of de verpakking de onderstaande onderdelen bevat. Indien er iets ontbreekt, kunt

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inleiding

Inhoudsopgave. Inleiding Technische gids Nl Inleiding In deze 'technische gids' worden de belangrijkste technieken besproken die worden gebruikt om twee van de meer technisch geavanceerde foto's uit de brochure van de D800/D800E

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA. Quick Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. Beelden printen. Gebruik van OLYMPUS Master

Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA. Quick Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. Beelden printen. Gebruik van OLYMPUS Master DIGITALE CAMERA NL Gebruiksaanwijzing Quick Startgebruiksaanwijzing Meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties Menufuncties Beelden printen Gebruik van OLYMPUS Master Leer uw camera beter kennen Appendix

Nadere informatie

Cursus fotografie: Foto's in de sneeuw

Cursus fotografie: Foto's in de sneeuw Cursus fotografie: Foto's in de sneeuw Handleiding van Auteur: Luuk Januari 2011 In de rubriek fototips geeft simpele tips om met een eenvoudige camera tot goede resultaten te komen. Deze keer: hoe maak

Nadere informatie

FE-250/X-800. Handleiding DIGITALE CAMERA. Quick Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. Beelden printen. Gebruik van OLYMPUS Master

FE-250/X-800. Handleiding DIGITALE CAMERA. Quick Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. Beelden printen. Gebruik van OLYMPUS Master DIGITALE CAMERA FE-250/X-800 Handleiding NL Quick Startgebruiksaanwijzing Meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties Menufuncties Beelden printen Gebruik van OLYMPUS Master Leer uw camera beter kennen

Nadere informatie

Instructiehandleiding

Instructiehandleiding Inhoudsopgave Inhoudsopgave DIGITALE CAMERA Snelle taakindex. De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen. Basisfuncties Instructiehandleiding. Vaak gebruikte opties en aanpassing 4. Beelden printen

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA. Quick-Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. Beelden printen. Gebruik van OLYMPUS Master

Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA. Quick-Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. Beelden printen. Gebruik van OLYMPUS Master DIGITALE CAMERA NL Gebruiksaanwijzing Quick-Startgebruiksaanwijzing Meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties Menufuncties Beelden printen Gebruik van OLYMPUS Master Leer uw camera beter kennen Appendix

Nadere informatie

Digitale fotografie onder water

Digitale fotografie onder water Digitale fotografie onder water Digitale fotografie wordt meer en meer bereikbaar voor de gewone duiker (Jan-met-de- Cap). Dit komt omdat veel camera merken goed geprijsde onderwaterhuizen leveren voor

Nadere informatie

Digitale fotografie. 7 juni 2010. Gezinsbond Kieldrecht en Luc Bosmans

Digitale fotografie. 7 juni 2010. Gezinsbond Kieldrecht en Luc Bosmans Digitale fotografie 7 juni 2010 Gezinsbond Kieldrecht en Luc Bosmans Zoek het niet te ver! Digitale fotografie Je moet niets noteren (maar je mag het wel). Stuur een mail naar: bosmans.luc@skynet.be en

Nadere informatie

Ruud Gort www.zienwateris.nl contact@zienwateris.nl 06-24670522

Ruud Gort www.zienwateris.nl contact@zienwateris.nl 06-24670522 Het 5 stappenplan voor het gebruik van Nikon D3100 spiegelreflex camera: Bij elke camera is er een onderverdeling van hoofdonderdelen en aanvullingen. In deze handleiding wil ik in 5 stappen de basis,

Nadere informatie

Macrofotografie Wanneer is Macro Macro? Hulpmiddelen: Opdracht: Onderwerp Tip

Macrofotografie Wanneer is Macro Macro? Hulpmiddelen: Opdracht: Onderwerp Tip Wanneer is Macro Macro? Een macrofoto heeft een vergrotingsfactor van 1:1. In de praktijk betekent dit dat het gefotografeerde object ongeveer even groot is als de sensor. In de andere gevallen wordt het

Nadere informatie

FOTOGRAFIE

FOTOGRAFIE FOTOGRAFIE WWW.I-LEARNING.BE Witbalans Het zal vast wel eens voorgekomen zijn dat je een foto maakte die veel te geel was. Je maakte een foto bij verlichting wanneer het donker was en vervolgens bleken

Nadere informatie

GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING GEBRUIKERSHANDLEIDING Informatie voor de gebruiker: HD (High Definition) en HFR (High Frame Rate) video-opname apparaten, zijn een zware belasting voor geheugenkaarten. Afhankelijk van de gebruikersinstellingen,

Nadere informatie

Programma Eco stand 8-SYMBOOL DISPLAY

Programma Eco stand 8-SYMBOOL DISPLAY BEDIENINGS INSTRUCTIES 8-SYMBOOL AFSTANDBEDIENING Kinder slot Tijd Signaal indicator Thermostatische stand Batterij Countdown F or C Programma Eco stand Temperatuur Dubbele brander 8-SYMBOOL DISPLAY INSTELLING

Nadere informatie

Het maken van een foto met sterrensporen Dit kan je met elke camera die een M stand hebben.

Het maken van een foto met sterrensporen Dit kan je met elke camera die een M stand hebben. Het maken van een foto met sterrensporen Dit kan je met elke camera die een M stand hebben. Je hoef niet speciaal een aparte lens te hebben. Ik geef hier enkele voorbeelden met een camera die een standaard

Nadere informatie

Apps voor jubileum workshop Fotograferen met je smartphone + hoe je met minder werk meer kunt genieten van je foto s

Apps voor jubileum workshop Fotograferen met je smartphone + hoe je met minder werk meer kunt genieten van je foto s Apps voor jubileum workshop Fotograferen met je smartphone + hoe je met minder werk meer kunt genieten van je foto s Gemaakt door Fred Baltus, Bert van Dijk Kies vooraf een camera-app voor de workshop

Nadere informatie

FE-290/X-825 NL. Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA. Quick Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. Beelden printen

FE-290/X-825 NL. Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA. Quick Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. Beelden printen DIGITALE CAMERA FE-290/X-825 NL Gebruiksaanwijzing Quick Startgebruiksaanwijzing Meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties Menufuncties Beelden printen Gebruik van OLYMPUS Master Leer uw camera beter

Nadere informatie

FE-300/X-830 NL. Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA. Quick Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. Beelden printen

FE-300/X-830 NL. Gebruiksaanwijzing DIGITALE CAMERA. Quick Startgebruiksaanwijzing. Knopfuncties. Menufuncties. Beelden printen DIGITALE CAMERA FE-300/X-830 NL Gebruiksaanwijzing Quick Startgebruiksaanwijzing Meteen aan de slag met uw camera. Knopfuncties Menufuncties Beelden printen Gebruik van OLYMPUS Master Leer uw camera beter

Nadere informatie