AMAXX Laadstations voor elektrische voertuigen

Transcriptie

1 AMAXX Laadstations voor elektrische voertuigen AMAXX 11 AMAXX plus 11 AMAXX plus 11 Energie AMAXX 11 C2 AMAXX plus 11 C2 AMAXX 22 Giam, sequi bla Bedieningsinstructies Op schepen en quam quat. Tat terminals Status 01/2014 Ibh ero dolendre

2 Over dit document Originele handleiding. Deel van het product. Absoluut lezen en bewaren. Auteursrechtelijk beschermd. Vermenigvuldiging, herdruk en distributie, ook van gedeelten, alleen met schriftelijke toestemming. Maataanduidingen in millimeters. Technische wijzigingen ter verbetering van het product blijven voorbehouden. Documentsymbolen Oproep tot actie Opsomming 99Controle Tip Verwijzing naar andere plaatsen in dit document Verwijzing naar aparte documenten die moeten worden geraadpleegd Veiligheidsmaatregelen GEVAAR! Veiligheidsvoorschrift voor gevaar met hoge risicograad! Als dit niet in acht wordt genomen, leidt dat direct tot de dood of tot zwaar letsel. WAARSCHUWING! Veiligheidsvoorschrift voor gevaar met gemiddelde risicograad! Als dit niet in acht wordt genomen, kan dat leiden tot de dood of tot zwaar letsel. VOORZICHTIG! Veiligheidsvoorschrift voor gevaar met lage risicograad! Als dit niet in acht wordt genomen, kan dat leiden tot middelzwaar letsel. OPMERKING Veiligheidsvoorschrift voor gevaar met lage risicograad! Als dit niet in acht wordt genomen, kan dat leiden tot beschadigingen of onherstelbare schade aan het product. 2

3 Inhoudsopgave 1. Voor uw veiligheid Gebruik volgens de voorschriften Doelgroep Algemene veiligheidsvoorschriften Service Productoverzicht Varianten en uitrusting AMAXX AMAXX plus AMAXX plus 11 Energie AMAXX 11 C AMAXX plus 11 C AMAXX Inhoud van de verpakking Technische gegevens Typeplaatje Demontage, opslag en verwijdering Demontage Opslag Verwijdering Bijlage Accessoires Verklarende woordenlijst Installatie en inbedrijfname Bevestiging Montage Laadstation uitpakken Laadstation openen Apparaat aan de wand bevestigen Aansluiting op de stroomvoorziening AMAXX AMAXX plus AMAXX plus 11 Energie AMAXX 11 C AMAXX plus 11 C AMAXX Beschermingsklasse Afrondende werkzaamheden Controle van het laadsysteem Bediening Modus 3 laden Gebruik stroomcontactdozen (alleen AMAXX plus 11 Energie Onderhoud Overzicht van de onderhoudswerkzaamheden Servicewerkzaamheden Halfjaarlijkse controles Vierjaarlijkse controles

4 1. Voor uw veiligheid 1.1 Gebruik volgens de voorschriften De MENNEKES laadstations AMAXX zijn laadsystemen voor privé- en semi-openbaar gebruik, b. v. parkeerplaatsen bij een kantoorpand of op een bedrijventerrein of op privéterrein. Het laadsysteem is bedoeld voor het opladen van elektrische voertuigen. Lading via modus 3 conform IEC :2010 voor voertuigen met niet-gassende accu's. Contactdozen en stekkers conform IEC Als voertuigen met gassende accu's moeten worden opgeladen, neemt u contact op met MENNEKES. Het laadstation AMAXX plus 11 Energie is bovendien bedoeld voor het laden van andere stroomverbruikers met stroomcontactdozen CEE en SCHUKO (gebruik voor het laden van elektrische voertuigen uitsluitend een laadcontactdoos type 2. Bediening van het laadsysteem als oplossing voor één locatie zonder koppeling aan een serversysteem. De laadstations zijn uitsluitend bestemd voor vaste montage. 1.2 Doelgroep Installatie, inbedrijfname en onderhoud dienen uitsluitend te worden uitgevoerd door een gekwalificeerde elektricien. Voorwaarden waaraan een gekwalificeerde elektricien moet voldoen: Moet beschikken over kennis van de algemene en speciale voorschriften voor veiligheid en ongevallenpreventie. Moet beschikken over kennis van de relevante elektrotechnische voorschriften (b. v. DIN VDE 0100 deel 600, DIN VDE Moet in staat zijn risico's te herkennen en mogelijke gevaren te vermijden. Moet de bedieningsinstructies kennen. Bediening en controle of laadsysteem voldoet aan de voorschriften door exploitant van het laadsysteem. Voorwaarden waar de exploitant van het laadsysteem aan moet voldoen: Kennis van de bedieningsinstructies en bewaring hiervan. Kennis van de relevante voorschriften voor ongevallenpreventie. Kennis van de algemeen erkende veiligheidstechnische regels, arbeidsvoorschriften en verkeersreglementen. Tot het gebruik volgens de voorschriften behoort tevens het nakomen van de door MENNEKES voorgeschreven installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorwaarden. Elke andere toepassing is in strijd met de voorschriften en is niet toegestaan. 4

5 1.3 Algemene veiligheidsvoorschriften GEVAAR! Levensgevaar door elektrische stroom! Het omgaan met elektrische stroom kan tot gevaarlijke situaties leiden. Het aanraken van stroomgeleidende onderdelen kan een elektrische schok, brandwonden of de dood veroorzaken. Volg altijd de veiligheidsvoorschriften en instructies in dit document op. In de volgende gevallen mag het product niet worden gebruikt: Als zich explosieve of licht ontvlambare stoffen in de buurt bevinden. Als het product in het water staat. Bij omgevingstemperaturen lager dan -25 C of hoger dan 40 C. Bij beschadiging van het product of van afzonderlijke componenten. Voor kinderen of personen die gevaren bij het omgaan met het product niet kunnen inschatten. 1.4 Service Het product heeft de fabriek in veiligheidstechnische onberispelijke toestand verlaten. Bij klachten over het product neemt u onmiddellijk contact op met MENNEKES of uw bevoegde servicepartner. Contactgegevens vindt u op de achterzijde. Houd de volgende gegevens bij de hand: typeaanduiding/serienummer, fabricagedatum, reden van de klacht, gebruiksduur, omgevingsomstandigheden (temperatuur, luchtvochtigheid. "2.4 Typeplaatje". In de volgende gevallen accepteert MENNEKES geen aansprakelijkheid voor schade. De garantie op product en accessoires komt te vervallen. Deze bedieningsinstructies worden niet in acht genomen. Gebruik in strijd met de voorschriften. Ondeskundig onderhoud. Inzet van niet-gekwalificeerd personeel. Ombouwen van of veranderingen aan het product. Gebruik van vervangende onderdelen die niet door MENNEKES zijn vervaardigd of vrijgegeven. Reiniging met hogedrukreiniger of zandstraler. Aanvullende veiligheidsinstructies zijn te vinden in de desbetreffende relevante paragrafen van het document. "3. Installatie en inbedrijfname" "4. Bediening" "5. Onderhoud" "6. Demontage, opslag en verwijdering" 5

6 2. Productoverzicht 2.1 Varianten en uitrusting Laadstations AMAXX Gebruik zonder autorisatie. Lading conform modus 3 (IEC Stopschakelaar voor beëindigen van laadproces. Ingebouwde lichtmelder voor weergave van laadproces. Communicatie- en besturingseenheid (CP-communicatiebox. Robuust vormgegeven behuizing met AMAXX-design. Bovendeel voorzien van scharnier aan zijkant. Aansluitingsgereed bedraad. "7.2 Verklarende woordenlijst" AMAXX 11 Laadcontactdoos type 2. Ontgrendelingsfunctie bij stroomuitval / 1 A E F G A Behuizing AMAPLAST voor montage aan de wand (zonder bevestigingsmateriaal E Deksel van behuizing F Stopschakelaar met ingebouwde lichtmelder ( weergave van laadproces G Laadcontactdoos type 2 (modus 3 6

7 2.1.2 AMAXX plus AMAXX plus 11 Energie Laadcontactdoos type 2. Ontgrendelingsfunctie bij stroomuitval. Aardlekschakelaar voor alle stroomtypen (type B / 1 Laadcontactdoos type 2. Stroomcontactdozen CEE en SCHUKO. Ontgrendelingsfunctie bij stroomuitval. Automatisch uitschakelen bij oververhitting voor modus 3 laden (vanaf 45 C binnentemperatuur. Aardlekschakelaar voor alle stroomtypen (type B / 1 A B A E B F G A Behuizing AMAPLAST voor montage aan de wand (zonder bevestigingsmateriaal B Kijkvenster E Deksel van behuizing F Stopschakelaar met ingebouwde lichtmelder ( weergave van laadproces G Laadcontactdoos type 2 (modus 3 C D E F G A Behuizing AMAPLAST voor montage aan de wand (zonder bevestigingsmateriaal B Kijkvenster C Stroomcontactdoos CEE D Stroomcontactdozen SCHUKO E Deksel van behuizing F Stopschakelaar met ingebouwde lichtmelder ( weergave van laadproces G Laadcontactdoos type 2 (modus 3 7

8 2.1.4 AMAXX 11 C2 Laadkoppeling type 2 met aangesloten laadkabel / AMAXX plus 11 C2 Laadkoppeling type 2 met aangesloten laadkabel. Aardlekschakelaar voor alle stroomtypen (type B / 1 H A E A B F E I F I A E F H I Behuizing AMAPLAST voor montage aan de wand (zonder bevestigingsmateriaal Deksel van behuizing Stopschakelaar met ingebouwde lichtmelder ( weergave van laadproces Beugel voor laadkabel Laadkoppeling type 2 (modus 3 met kabel A B E F I Behuizing AMAPLAST voor montage aan de wand (zonder bevestigingsmateriaal Kijkvenster Deksel van behuizing Stopschakelaar met ingebouwde lichtmelder ( weergave van laadproces Laadkoppeling type 2 (modus 3 met kabel 8

9 2.1.6 AMAXX 22 Laadcontactdoos type 2. Ontgrendelingsfunctie bij stroomuitval. Automatisch uitschakelen bij oververhitting (vanaf 55 C binnentemperatuur. 2.2 Inhoud van de verpakking 2.2 / / 1 A A E E F G B A Behuizing AMAPLAST voor montage aan de wand (zonder bevestigingsmateriaal E Deksel van behuizing F Stopschakelaar met ingebouwde lichtmelder ( weergave van laadproces G Laadcontactdoos type 2 (modus 3 A B Laadstation Bedieningsinstructies 9

10 2.3 Technische gegevens 2.4 Typeplaatje AMAXX 11 AMAXX plus 11 AMAXX plus 11 Energie AMAXX 11 C2 Nominale spanning 400 V AC ± 10% Nominale frequentie 50 Hz AMAXX plus 11 C2 AMAXX 22 Nominale stroom 16 A 48 A 16 A 32 A Maximale voorzekering 16 A 63 A 16 A 63 A 32 A Laadvermogen modus 3 Laadstroom modus 3 Klemmenstrook voedingsleiding 11 kw 16 A /3 fasen 22 kw a b c d b b Beschermingsgraad IP 44 Afmetingen (H x B x D 260 x 225 x 165 mm Gewicht 3,0 kg 390 x 225 x 165 mm 5,5 kg 650 x 225 x 165 mm 10,0 kg 260 x 225 x 165 mm 4,5 kg 390 x 225 x 165 mm 7,0 kg 390 x 225 x 165 mm 5,0 kg Het typeplaatje bevindt zich aan de bovenzijde van het behuizingsdeksel. "3.2.2 Laadstation openen" 2.4 / 1 AMAXX 11 Typ.Ser-Nr.: Fert.-Dat.: A 400 V 50 Hz 3P+N+ IP 44 Vermeldingen op het typeplaatje: fabrikant, type, serienummer, fabricagedatum, nominale stroom, nominale spanning, nominale frequentie, netaansluiting, beschermingsgraad. a star max. 6 mm 2, flexibel max. 4 mm 2 b star max. 10 mm 2, flexibel max. 6 mm 2 c 5 x 2 x 25 mm 2, uitsluitend voor koperen leidingen, star 2,5-25 mm 2, flexibel 1,5-16 mm 2, koppel 3 Nm, kortsluitstroom max. = 6 ka d star max. 6 mm 2, flexibel max. 4 mm 2 AMAXX plus 11 Energie: Stroomcontactdoos CEE (400 V, 16 A, 3P + N + PE, belastingfactor 0,8. Stroomcontactdozen SCHUKO (230 V, 16 A, 1P + N + PE belastingfactor 0,8. 10

11 3. Installatie en inbedrijfname GEVAAR! Levensgevaar door onoordeelkundige installatie! Als geen rekening wordt gehouden met de omgevingsomstandigheden kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan bij de omgang met stroom. Zorg ervoor dat te allen tijde aan de vereisten van de gebruikslocatie wordt voldaan. 3.1 Bevestiging Vereisten voor gebruikslocatie: Niet in gebieden met explosiegevaar (b. v. tankstations voor LPG. Niet in gebieden met overstromingsgevaar. Naleving van de lokale technische aansluitings - voorwaarden en veiligheidsvoorschriften. Ondergrond geschikt voor wandbevestiging. (Wandopbouw met minimaal dubbellaags gipsplaat. Luchtvochtigheid maximaal 95% (niet-condenserend. AMAXX 11, AMAXX plus 11, AMAXX 11 C2, AMAXX plus 11 C2 en AMAXX 22: Omgevingstemperatuur van -25 C tot 40 C, gemiddelde temperatuur gedurende 24 uur < 35 C. AMAXX plus 11 Energie: Omgevingstemperatuur van -25 C tot 35 C, gemiddelde temperatuur gedurende 24 uur < 30 C. Bescherming van laadsysteem tegen directe waterstralen. 3.2 Montage GEVAAR! Levensgevaar door elektrische schokken! Componenten staan onder elektrische spanning. Het aanraken van stroomgeleidende onderdelen kan een elektrische schok, brandwonden of de dood veroorzaken. Koppel vóór werkzaamheden aan het laadsysteem de installatie los van de stroomvoorziening. Zorg ervoor dat tijdens de werkzaamheden de stroomvoorziening onderbroken blijft. AMAXX 11, AMAXX 11 C2 en AMAXX 22: Voor een veilige werking van het laadsysteem moeten de volgende voorzieningen beschikbaar zijn op de locatie: loskoppelvoorziening, aardlekschakelaar voor alle stroomtypen (type B, overbelastings- en kortsluitbeveiliging. Controleer of deze voorzieningen beschikbaar zijn. Controleer of de gekozen gebruikslocatie geschikt is voor het laadsysteem. 11

12 3.2.1 Laadstation uitpakken OPMERKING Gevaar van materiële schade door onoordeelkundig onderhoud! Het laadstation kan beschadigd raken door schokken en stoten. Wees uiterst voorzichtig bij het verplaatsen van het laadstation / Laadstation openen GEVAAR! Levensgevaar door elektrische schokken! Componenten staan onder elektrische spanning. Het aanraken van stroomgeleidende onderdelen kan een elektrische schok, brandwonden of de dood veroorzaken. Koppel vóór werkzaamheden aan het laadsysteem de installatie los van de stroomvoorziening. Zorg ervoor dat tijdens de werkzaamheden de stroomvoorziening onderbroken blijft / 1 Neem het laadstation uit de verpakking. Leg het laadstation op een zachte ondergrond. Draai de schroeven op het behuizingsdeksel los. Trek het behuizingsdeksel ongeveer 2 cm omhoog. Draai het behuizingsdeksel naar rechts. 12

13 3.2.3 Apparaat aan de wand bevestigen / / / 410 / Bepaal de boormaten die passen bij het formaat van uw apparaat. Boor de gaten in de wand. 280 mm = AMAXX 11, AMAXX 11 C2, 410 mm = AMAXX plus 11, AMAXX plus 11 C2, AMAXX mm = AMAXX plus 11 Energie. Breng geschikt bevestigingsmateriaal in de wand aan (b. v. Fischer UX8 x 50 met houtschroef 5 mm of MENNEKES montageset. Hang het apparaat op en draai de schroeven stevig vast. Controleer of het laadstation goed vastzit en veilig is bevestigd / 3 Als alternatief is ook een binnenbevestiging onder de behuizingsschroeven mogelijk. 13

14 3.3 Aansluiting op de stroomvoorziening GEVAAR! AMAXX / 1 Levensgevaar door elektrische schokken! Componenten staan onder elektrische spanning. Het aanraken van stroomgeleidende onderdelen kan een elektrische schok, brandwonden of de dood veroorzaken. Koppel vóór werkzaamheden aan het laadsysteem de installatie los van de stroomvoorziening. Zorg ervoor dat tijdens de werkzaamheden de stroomvoorziening onderbroken blijft. Zonder beveiligingsvoorzieningen bestaat levensgevaar! Voor een veilige bediening van het laadsysteem moet altijd een aardlekschakelaar voor alle soorten stroom (type B beschikbaar zijn. AMAXX 11, AMAXX 11 C2 en AMAXX 22: op de locatie. AMAXX plus 11, AMAXX plus 11 C2 en AMAXX plus 11 Energie: in het apparaat opgenomen. Aardlekschakelaars voor alle soorten stroom (type B mogen niet achter aardlekschakelaars voor pulsstroom (type A worden gemonteerd. Houd u aan DIN VDE 0100 deel 530. Zorg ervoor dat de aansluiting niet plaatsvindt achter aardlekschakelaars die gevoelig zijn voor pulsstroom (type A. Voor de aansluiting op de stroomvoorziening kunnen de hoedprofielen worden losgemaakt en naar voren getrokken. Sluit de voedingsleiding aan conform de klemmenopschriften (uitsluitend koperen leidingen, star max. 6 mm 2, flexibel max. 4 mm 2. Controleer of de afzonderlijke draden juist zijn aangesloten. Controleer of er zich voor de aardlekschakelaar voor alle soorten stroom (type B geen aardlekschakelaars voor pulsstroom (type A bevinden. Zorg ervoor dat op de locatie een aardlekschakelaar voor alle soorten stroom (type B beschikbaar is. Schakel de voedingsspanning in. De LED op de netadapter gaat branden. 14

15 3.3.2 AMAXX plus AMAXX plus 11 Energie / / 1 Sluit de voedingsleiding aan conform de klemmenopschriften (uitsluitend koperen leidingen, star max. 10 mm 2, flexibel max. 6 mm 2. Controleer of de afzonderlijke draden juist zijn aangesloten. Controleer of er zich voor de aardlekschakelaar voor alle soorten stroom (type B geen aardlekschakelaars voor pulsstroom (type A bevinden. Schakel de voedingsspanning in. De LED op de netadapter gaat branden. Sluit de voedingsleiding aan conform de klemmenopschriften (uitsluitend koperen leidingen, star 2,5-25 mm 2, flexibel 1,5-16 mm 2, koppel 3 Nm. Controleer of de afzonderlijke draden juist zijn aangesloten. Controleer of er zich voor de aardlekschakelaar voor alle soorten stroom (type B geen aardlekschakelaars voor pulsstroom (type A bevinden. Schakel de voedingsspanning in. De LED op de netadapter gaat branden. 15

16 3.3.4 AMAXX 11 C AMAXX plus 11 C / / 1 Sluit de voedingsleiding aan conform de klemmenopschriften (uitsluitend koperen leidingen, star max. 6 mm 2, flexibel max. 4 mm 2. Controleer of de afzonderlijke draden juist zijn aangesloten. Controleer of er zich voor de aardlekschakelaar voor alle soorten stroom (type B geen aardlekschakelaars voor pulsstroom (type A bevinden. Zorg ervoor dat op de locatie een aardlekschakelaar voor alle soorten stroom (type B beschikbaar is. Schakel de voedingsspanning in. Sluit de voedingsleiding aan conform de klemmenopschriften (uitsluitend koperen leidingen, star max. 10 mm 2, flexibel max. 6 mm 2. Controleer of de afzonderlijke draden juist zijn aangesloten. Controleer of er zich voor de aardlekschakelaar voor alle soorten stroom (type B geen aardlekschakelaars voor pulsstroom (type A bevinden. Schakel de voedingsspanning in. De LED op de netadapter gaat branden. De LED op de netadapter gaat branden. 16

17 3.3.6 AMAXX / 1 zonder afbeelding 3.4 Beschermingsklasse Beschermingsklasse IP 44 betekent bescherming tegen: binnendringen van korrelvormige voorwerpen (b. v. zand, aanraking met gereedschap, draden of dergelijke met een diameter groter dan 1 mm, opspattend water uit alle richtingen. Voor het bereiken van beschermingsklasse IP 44: 3.4 / 1 Sluit de voedingsleiding aan conform de klemmenopschriften (uitsluitend koperen leidingen, star max. 6 mm 2, flexibel max. 4 mm 2. Controleer of de afzonderlijke draden juist zijn aangesloten. Controleer of er zich voor de aardlekschakelaar voor alle soorten stroom (type B geen aardlekschakelaars voor pulsstroom (type A bevinden. Zorg ervoor dat op de locatie een aardlekschakelaar voor alle soorten stroom (type B beschikbaar is. Schakel de voedingsspanning in. De LED op de netadapter gaat branden. Lijn het laadstation loodrecht uit. De juiste uitlijning wordt bepaald door de openingsrichting van het scharnierend deksel. Sluit de vergrendeling bij het kijkvenster. In bedrijf moet het kijkglas altijd gesloten zijn. Als zich in de behuizing condens kan vormen: opent u de condenswateropening onder in de behuizing. Voor laadstations met beschermingsklasse IP 44 die buiten staan opgesteld, moet u een luifel gebruiken. "7.1 Accessoires" 17

18 3.5 Afrondende werkzaamheden 3.5 / Controle van het laadsysteem DIN VDE 0100 Voer vóór de eerste inbedrijfname van het laadsysteem een controle conform DIN VDE 0100 uit. Systeemcontrole Voor een systeemcontrole is een testbox vereist. De testbox bootst de communicatie met het voertuig na. De uitvoering van de systeemcontrole vindt plaats aan de hand van de documentatie bij de testbox. Voer vóór de vrijgave van het laadsysteem een systeemcontrole met de testbox uit. Testboxen zijn verkrijgbaar bij MENNEKES. "7.1 Accessoires" Klap het behuizingsdeksel dicht. Draai de schroeven op het behuizingsdeksel vast (aanhaalkoppel 2 Nm 3.5 / 2 U kunt het kijkvenster met een hangslot bij het oogje afsluiten. 18 Als een veilige bediening van het laadsysteem niet mogelijk is: Stel het laadsysteem buiten bedrijf. Corrigeer de fout.

19 4. Bediening 4.1 Modus 3 laden De afdekking van de laadcontactdoos is niet vergrendeld, de laadcontactdoos is altijd toegankelijk. Gebruik is mogelijk zonder autorisatie. WAARSCHUWING! Levensgevaar door onjuist onderhoud! Verlengsnoeren zijn niet toegestaan. Als een verlengsnoer of tweede kabelgarnituur wordt gebruikt, bestaat het risico op elektrische schokken of kabelbrand. Gebruik altijd slechts één kabelgarnituur voor het koppelen van het elektrische voertuig aan het laadsysteem. 4.1 / 1 AMAXX 11, AMAXX plus 11, AMAXX plus 11 Energie en AMAXX 22: Verbind de laadkabel met het voertuig. Steek de laadstekker volledig in de laadcontactdoos type 2 van het laadstation. AMAXX 11 C2 en AMAXX plus 11 C2: Steek de laadkoppeling in de laadingang type 2 van het voertuig. Het laadsysteem voert automatisch de volgende stappen uit: Vaststelling van de stroombelastbaarheid van de laadkabel via weerstandscodering. Ongeschikte laadkabels worden niet geaccepteerd (geldt niet voor AMAXX 11 C2 en AMAXX plus 11 C2. Controle van de voorwaarden voor lading volgens de voorschriften. Communicatie met het voertuig via het CP-contact. Via een PWM-signaal wordt de bovengrens van de laadstroom voor het voertuig vastgesteld. Tegelijkertijd wordt de aardsluitingsbeveiliging gecontroleerd. De maximaal beschikbare laadstroom is door de CP-communicatiebox vastgelegd op 16 A. Het laadsysteem vergrendelt de laadstekker op mechanische wijze (geldt niet voor AMAXX 11 C2 en AMAXX plus 11 C2. Het voertuig meldt aan het laadsysteem dat het gereed is voor lading. Het vermogenspad wordt ingeschakeld. De lichtmelder licht op. Het voertuig kan laden. Beëindig het laadproces bij het voertuig of door op de stopschakelaar van het apparaat te drukken. Controleer of het voertuig en de laadkabel geschikt zijn voor gebruik van modus 3 laden. Alleen AMAXX 11 C2 met extra lange kabel (7,5 m en AMAXX plus 11 C2: Druk de stopknop op het apparaat in en trek binnen 10 seconden de laadkoppeling uit de laadingang van het voertuig. De beveiliging wordt uitgeschakeld en de lichtmelder gaat uit. 19

20 AMAXX 11, AMAXX plus 11, AMAXX plus 11 Energie en AMAXX 22: De laadstekker kan alleen worden losgetrokken als tegelijkertijd op de stopschakelaar wordt gedrukt. 4.2 Gebruik stroomcontactdozen (alleen AMAXX plus 11 Energie 4.2 / 1 OPMERKING Gevaar van materiële schade door onjuist onderhoud! Als aan de kabel wordt getrokken, kan dit tot kabelbreuken en andere schade leiden. Verwijder de laadstekker uit de laadcontactdoos door direct aan de stekker te trekken. Verwijder de laadkabel. Bij spanningsuitval (stroomuitval wordt het laadproces onderbroken. De laadstekker wordt ontgrendeld en kan worden losgetrokken. AMAXX 22: Bij oververhitting (vanaf een binnentemperatuur van 55 C wordt het laadproces automatisch uitgeschakeld. De lichtmelder gaat uit. AMAXX plus 11 Energie: Bij oververhitting (vanaf een binnentemperatuur van 45 C wordt het laadproces automatisch uitgeschakeld (alleen bij modus 3 laden. De lichtmelder gaat uit. Mogelijkheid voor aansluiting van andere stroomverbruikers: Stroomcontactdoos CEE (400 V, 16 A, 3P + N + PE. Twee stroomcontactdozen SCHUKO (230 V, 16 A, 1P + N + PE. Steek naar keuze de stekker in de passende stroomcontactdoos. Trek de stekker er na gebruik weer uit. 20

21 5. Onderhoud 5.1 Overzicht van de onderhoudswerkzaamheden Tot de onderhoudswerkzaamheden behoren: Regelmatige service. "5.2 Servicewerkzaamheden" Om de onderhoudswerkzaamheden te kunnen uitvoeren, moet het laadstation worden geopend. "3.2.2 Laadstation openen" GEVAAR! Levensgevaar door elektrische schokken! Componenten staan onder elektrische spanning. Het aanraken van stroomgeleidende onderdelen kan een elektrische schok, brandwonden of de dood veroorzaken. Koppel vóór werkzaamheden aan het laadsysteem de installatie los van de stroomvoorziening. Zorg ervoor dat tijdens de werkzaamheden de stroomvoorziening onderbroken blijft. Na beëindiging van de onderhoudswerkzaamheden moet het laadstation worden gesloten. "3.5 Afrondende werkzaamheden" 5.2 Servicewerkzaamheden Alleen het gebruik van vervangende onderdelen die door MENNEKES zijn vervaardigd of vrijgegeven, is toegestaan. "7.1 Accessoires" Halfjaarlijkse controles Behuizing Voer een visuele inspectie op gebreken uit. Reinig de behuizing aan de buitenkant met een vochtige doek. Controleer de werking van de stopschakelaar. Laadcontactdoos (AMAXX 11, AMAXX plus 11, AMAXX plus 11 Energie, AMAXX 22 Controleer de werking van de laadcontactdoos. Reinig de laadcontactdoos. Laadkoppeling (AMAXX 11 C2, AMAXX plus 11 C2 Controleer de werking van de laadkoppeling. Reinig de laadkoppeling. Stroomcontactdozen (AMAXX plus 11 Energie Controleer de werking van de contactdozen. Maak de contactdozen schoon. Elektrische schakel- en beveiligingsvoorzieningen Voer een visuele inspectie op gebreken uit. AMAXX plus 11, AMAXX plus 11 C2 en AMAXX plus 11 Energie: Controleer de werking van de aardlekschakelaar (type B door op de testtoets te drukken. 21

22 6. Demontage, opslag en verwijdering GEVAAR! Levensgevaar door elektrische schokken! Componenten staan onder elektrische spanning. Het aanraken van stroomgeleidende onderdelen kan een elektrische schok, brandwonden of de dood veroorzaken. Koppel vóór werkzaamheden aan het laadsysteem de installatie los van de stroomvoorziening. Zorg ervoor dat tijdens de werkzaamheden de stroomvoorziening onderbroken blijft. Behuizing Controleer de wandbevestiging. Na voltooiing van de controles: Schakel het laadsysteem in en maak dit bedrijfsklaar. Controleer de werking van het laadsysteem Vierjaarlijkse controles Controles per half jaar. "5.2.1 Halfjaarlijkse controles" Tevens moet het laadsysteem volledig worden gecontroleerd. Controleer de wandbevestiging. Controleer of de kabelaansluitingen en stekkerverbindingen goed vastzitten. Controleer de toestand van het laadstation. Controleer de werking van het laadstation. type 2 met behulp van de testbox. "3.6 Controle van het laadsysteem" Voer een systeemcontrole uit van de laadcontactdoos 6.1 Demontage GEVAAR! Levensgevaar door elektrische schokken! Componenten staan onder elektrische spanning. Het aanraken van stroomgeleidende onderdelen kan een elektrische schok, brandwonden of de dood veroorzaken. Koppel vóór werkzaamheden aan het laadsysteem de installatie los van de stroomvoorziening. Zorg ervoor dat tijdens de werkzaamheden de stroomvoorziening onderbroken blijft. Zorg ervoor dat de stroomvoorziening is uitgeschakeld. Koppel de voedingsleiding los. Demonteer het laadstation. 6.2 Opslag Opslag moet plaatsvinden in droge ruimten met een aangepaste temperatuur. Opslagtemperatuur tussen 0 C en 40 C. 6.3 Verwijdering De verwijdering van oude apparaten moet plaatsvinden volgens de in het land of de regio geldende wetten en voorschriften. Houd rekening met het milieu. Oude apparaten en batterijen mogen niet als huishoudelijk afval worden afgevoerd! Lever oude apparaten in bij een inzamelpunt voor elektronisch afval of bij de vakhandel. Lever oude batterijen in bij een verzamelcontainer voor recycling van oude batterijen of bij de vakhandel. Lever het verpakkingsmateriaal in bij een verzamelcontainer voor papier, karton en kunststof. 22

23 7. Bijlage 7.1 Accessoires Bestelnummer Omschrijving Laadkabel modus 3, 32 A, 3P+N+PE Testbox Montageset Luifel voor apparaten met 2 of 3 segmenten (niet voor AMAXX 11 C2 en AMAXX plus 11 C Luifel voor apparaten met 4 of 5 segmenten 7.2 Verklarende woordenlijst CP CP-communicatiebox FI LS Modus 3 (IEC Type 2 (IEC PWM Control Pilot Contact of leiding waarover de communicatiegegevens worden overgedragen. Serie-inbouwapparaat voor communicatie met het voertuig en voor aansturing van de beveiligingsvoorzieningen. Aardlekschakelaar Type A = pulsstroomgevoelig, Type B = gevoelig voor alle stroomsoorten. Stroomonderbreker Laadmodus voor voertuigen met communicatie-interface op laadcontacten van type 2. Een- en driefasige laadkoppelingen met identieke stekkergeometrie voor laadvermogens van 3,7 tot 44 kw AC. Pulsbreedtemodulatie Transmissiewijze voor communicatiegegevens. 23

24 MENNEKES Elektrotechnik GmbH & Co. KG Fabriek voor contactdozen en stekkers Aloys-Mennekes-Str. 1 D Kirchhundem Tel / 41-1 Fax / info@mennekes.de Alle informatie over toepassingsgebieden, productoplossingen, basiskennis, opleidingsaanbiedingen en de gespreksleidraad zijn eveneens online op onze informatieportal te vinden. Wijzigingen voorbehouden. Geen aansprakelijkheid voor drukfouten. Voor verdere informatie kunt u tevens terecht op onze internetpagina Brochures kunnen per worden besteld op info@mennekes-emobility.de Neem contact op met uw bevoegde servicepartner. Wij zijn ook te vinden op: Facebook, YouTube, Twitter, Xing en Linkedln Service by MENNEKES. Altijd goed geïnformeerd