PJ 2017/39 JOR 2017/165 met annotatie van Prof. mr. R.H. Maatman

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "PJ 2017/39 JOR 2017/165 met annotatie van Prof. mr. R.H. Maatman"

Transcriptie

1 ECLI:NL:CBB:2017:58 Instantie Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/984 en 16/263 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2015:8665, Overig Bestuursrecht Hoger beroep Proceskostenveroordeling De vorming van reserves door het Pensioenfonds met het oog op de financiering van toekomstige pensioenaanspraken (VPL-toezeggingen) is niet in strijd met artikelen 105, 129 en 143 van de Pensioenwet Wetsverwijzingen Vindplaatsen Pensioenwet Pensioenwet 105 Pensioenwet 129 Pensioenwet 143 Rechtspraak.nl PJ 2017/39 JOR 2017/165 met annotatie van Prof. mr. R.H. Maatman Uitspraak uitspraak COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN zaaknummers: 15/984 en 16/ uitspraak van de meervoudige kamer van 15 februari 2017 op de hoger beroepen van: De Nederlandsche Bank N.V., (DNB) (gemachtigde: mr. C.M. Bitter en mr. R. van Arkel) en Stichting de Samenwerking, Pensioenfonds voor het Slagersbedrijf, te Den Haag (het Pensioenfonds)

2 (gemachtigde: mr. E. Lutjens), tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 26 november 2015, kenmerk ROT 15/3491, in het geding tussen het Pensioenfonds en DNB. Procesverloop in hoger beroep DNB heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam (rechtbank) van 26 november 2015 (ECLI:NL:RBROT:2015:8665). Het Pensioenfonds heeft incidenteel hoger beroep ingesteld. Partijen hebben een reactie op elkaars hogerberoepschriften ingediend. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 12 oktober Partijen hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. Van de zijde van DNB zijn eveneens verschenen [naam 3] en [naam 4]. Namens het Pensioenfonds zijn tevens verschenen [naam 1] en [naam 2]. Grondslag van het geschil 1.1 Voor een uitgebreide weergave van het verloop van de procedure, het wettelijk kader en de in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden, voor zover niet bestreden, wordt verwezen naar de aangevallen uitspraak. Het College volstaat met het volgende. 1.2 Op 5 november 2004 hebben het kabinet en de sociale partners een Sociaal Akkoord gesloten waarbij onder meer een mogelijkheid voor compensatie van de gevolgen van de Wet aanpassing behandeling VUT/prepensioen en introductie levensloopregeling (VPL) is afgesproken. Als uitvloeisel van dat Sociaal Akkoord heeft het Georganiseerd Overleg Slagersbedrijf (GOS) overeenstemming bereikt over de uitvoering van een zogenaamde VPL-regeling die inhoudt dat een bepaalde groep pensioendeelnemers extra pensioen toegezegd heeft gekregen (VPLtoezegging). Een deelnemer heeft pas recht op het extra pensioen op het moment dat en voor zover de VPL-toezegging wordt gefinancierd. Afgesproken is de VPL-toezeggingen te financieren uit het eigen vermogen van het Pensioenfonds, aangevuld met een premie ter grootte van 2% van de loonsom met ingang van 1 januari Het Pensioenfonds heeft de VPL-toezegging in 2006 onderdeel gemaakt van zijn nieuwe verplicht gestelde pensioenregeling vanaf 1 januari Afgesproken is de VPL-toezeggingen in drie stappen te financieren: een derde deel op 31 december 2011, een derde deel op 31 december 2016 en een derde deel op 31 december 2021 en daarnaast telkens wanneer een deelnemer de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. 1.3 In de aanloop naar de inkoop van de VPL-toezegging heeft het Pensioenfonds ten laste van zijn eigen vermogen in 2008 een voorziening (VPL-voorziening) gevormd die nadien elk jaar is gewijzigd na herberekening. Ultimo 2010 bedroeg de contante waarde van de VPL-voorziening

3 conform de gecertificeerde en goedgekeurde jaarrekening van het Pensioenfonds 63,817 miljoen. Met ingang van 2011 heeft het Pensioenfonds de VPL-voorziening omgevormd tot bestemmingsreserve (VPL-bestemmingsreserve), waaraan het ultimo 2011 een bedrag heeft onttrokken voor de inkoop van de eerste tranche VPL-toezeggingen. Daarnaast heeft het Pensioenfonds geld toegevoegd aan de VPL-bestemmingsreserve. In 2012 zijn aan de VPLbestemmingsreserve opnieuw gelden toegevoegd. Vanaf 2013 doteert het Pensioenfonds het fondsrendement aan de VPL-bestemmingsreserve en vanaf 2015 ook de ontvangen premies. Bij financiering van VPL-toezeggingen onttrekt het Pensioenfonds geld aan de VPLbestemmingsreserve. 1.4 Met ingang van 30 september 2011 voldoet het Pensioenfonds niet langer aan het bepaalde in artikel 132, tweede lid, van de Pensioenwet en verkeert het Pensioenfonds derhalve in een situatie van reservetekort. 1.5 Op 7 april 2014 heeft het GOS met het Pensioenfonds een overeenkomst tot uitvoering van inkoop van pensioen over het verleden (overeenkomst) gesloten. In deze overeenkomst zijn de rond 2006 gemaakte (mondelinge) afspraken over de financiering van de inkoop van pensioen over het verleden en de nadere afspraken over de gewijzigde uitvoering van de overeenkomst tot inkoop van pensioen over het verleden voor de periode vanaf 1 januari 2013 schriftelijk vastgelegd. 1.6 Bij brief van 3 november 2014 heeft DNB het Pensioenfonds bericht dat DNB op basis van een door het Pensioenfonds overgelegde notitie van 7 oktober 2014 tot de conclusie komt dat de VPLbestemmingsreserve per 31 december 2013 maximaal 30,139 miljoen kan bedragen. In de jaarrekening is een VPL-bestemmingsreserve van 41,536 miljoen opgenomen, zodat een bedrag van 11,397 miljoen dient vrij te vallen ten gunste van het eigen vermogen. 1.7 Bij besluit van 5 december 2014 (primair besluit) heeft DNB aan het Pensioenfonds een aanwijzing gegeven als bedoeld in artikel 171, eerste lid, van de Pensioenwet, wegens handelen in strijd met de artikelen 129, 105 en 143 van de Pensioenwet. 1.8 Bij besluit van 30 april 2015 (bestreden besluit), waartegen het beroep bij de rechtbank was gericht, heeft DNB de aanwijzing gehandhaafd. Het eerste onderdeel van de aanwijzing houdt in dat het Pensioenfonds uiterlijk per 1 januari 2014 de VPL-bestemmingsreserve gedeeltelijk moet laten vrijvallen ten gunste van het eigen pensioenvermogen zodat de VPL-bestemmingsreserve per 1 januari 2014 niet groter zal zijn dan 30,139 miljoen en dat het Pensioenfonds deze vrijval uiterlijk op 30 juni 2015 dient te verwerken in de jaarrekening. Het tweede onderdeel van de aanwijzing houdt in dat het Pensioenfonds in de toelichting bij de balanspost VPLbestemmingsreserve jaarlijks, met ingang van 2014, in haar jaarverslag inzichtelijk maakt in hoeverre de VPL-bestemmingsreserve in combinatie met de nog te ontvangen premies kostendekkend is (of zal zijn) voor de toekomstige inkoop van de VPL-verplichtingen. Het (ten opzichte van het primaire besluit gewijzigde) derde onderdeel van de aanwijzing houdt in dat het Pensioenfonds bewerkstelligt dat herhaling van de door DNB geconstateerde overtredingen wordt voorkomen en dat het Pensioenfonds DNB uiterlijk op 1 september 2015 bericht over de wijze waarop het dit doel beoogt te bereiken. Uitspraak van de rechtbank 2.1 De rechtbank heeft het beroep van het Pensioenfonds gegrond verklaard. De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en het primaire besluit herroepen. De rechtbank heeft, voor zover voor het hoger beroep van belang, het volgende overwogen.

4 2.2 De rechtbank is van oordeel dat het betoog van het Pensioenfonds dat de VPLbestemmingsreserve aangemerkt moet worden als pensioengeld in de zin van de Pensioenwet, faalt. 2.3 Het betoog van het Pensioenfonds dat het geen korting heeft verleend op de kostendekkende premie bedoeld in artikel 128 van de Pensioenwet en dat het artikel 129, eerste lid, van de Pensioenwet niet heeft overtreden, slaagt. Daartoe overweegt de rechtbank dat uit de wetsgeschiedenis blijkt dat de vorming van reserves met het oog op toekomstige pensioenaanspraken zoals in het kader van de VPL-regeling, is toegestaan. In tegenstelling tot hetgeen DNB betoogt, is het vormen van de VPL-bestemmingsreserve uit het eigen vermogen van het Pensioenfonds niet aan te merken als het verlenen van een premiekorting in de zin van artikel 129, eerste lid, van de Pensioenwet. De daar bedoelde korting wordt immers verleend op de premie die wordt vastgesteld conform artikel 128 van de Pensioenwet. Vast staat dat het Pensioenfonds in de jaren 2011, 2012 en 2013 steeds een kostendekkende premie heeft gehanteerd. Dat met de aanwending van het eigen vermogen van het Pensioenfonds voor het onderhouden van de VPL-bestemmingsreserve indirect sprake is van het verlenen van premiekorting, vindt volgens de rechtbank geen grondslag in de Pensioenwet. De aanname van DNB dat dit in de jaren vanaf 2007 wel is gebeurd, is gebaseerd op een reconstructie achteraf. Dit betekent dat DNB ten onrechte heeft geconcludeerd dat het Pensioenfonds artikel 129, eerste lid, van de Pensioenwet heeft overtreden. 2.4 Het betoog van het Pensioenfonds dat het artikel 105, tweede lid, van de Pensioenwet niet heeft overtreden, slaagt naar het oordeel van de rechtbank eveneens. Van schending van artikel 105, tweede lid, van de Pensioenwet kan eerst sprake zijn indien evident is dat de door het Pensioenfonds gemaakte belangenafweging dusdanig onredelijk is dat de in artikel 105 van de Pensioenwet genoemde belanghebbenden zich niet op evenwichtige wijze vertegenwoordigd kunnen voelen. Daarbij komt aan de opinie van het verantwoordingsorgaan, gelet op de wettelijke samenstelling en taken daarvan, meer gewicht toe dan DNB daaraan toekent. Nu het verantwoordingsorgaan zich kan vinden in het door het Pensioenfonds gevoerde beleid en de rechtbank de door het Pensioenfonds gemaakte belangenafweging niet evident onredelijk acht, heeft DNB ten onrechte het standpunt ingenomen dat het Pensioenfonds artikel 105, tweede lid, van de Pensioenwet heeft overtreden. 2.5 Tot slot oordeelt de rechtbank dat het Pensioenfonds er terecht op wijst dat het op grond van de overeenkomst met ingang van 1 januari 2013 niet gehouden is tot inkoop van pensioen over het verleden indien de VPL-bestemmingsreserve lager is dan het bedrag dat hiervoor nodig is. De overeenkomst houdt in zoverre rekening met een situatie waarin het vermogen van het Pensioenfonds niet toereikend is om voldoende geld te reserveren ten behoeve van de VPLregeling. Ten tijde van het primaire besluit werd derhalve artikel 143, eerste lid, van de Pensioenwet niet door het Pensioenfonds overtreden, aldus de rechtbank. 2.6 Op basis van het voorgaande komt de rechtbank tot de conclusie dat DNB zich ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat het Pensioenfonds voormelde artikelen van de Pensioenwet heeft overtreden. Nu geen sprake is van een overtreding, was DNB gelet op artikel 171, eerste lid, van de Pensioenwet, niet bevoegd een aanwijzing te geven. Beoordeling van het geschil in hoger beroep 3. DNB komt in hoger beroep op tegen het oordeel van de rechtbank dat DNB niet over de bevoegdheid beschikte om een aanwijzing op te leggen, omdat het Pensioenfonds geen van de in het bestreden besluit genoemde - en daaraan alternatief ten grondslag gelegde - artikelen 129, 105 en 143 van de Pensioenwet heeft overtreden.

5 4. 1 Volgens DNB is sprake van overtreding van artikel 129, eerste lid, van de Pensioenwet. Daartoe voert DNB aan dat het doel van de Pensioenwet is het zekerstellen van het kunnen nakomen van pensioenverplichtingen. Om dat doel te bereiken stelt de Pensioenwet verschillende eisen. Zo is de werkgever verplicht om pensioen onder te brengen bij een pensioenuitvoerder. Daarnaast is een pensioenfonds verplicht om een kostendekkende premie vast te stellen en moet een pensioenfonds beschikken over een vereist eigen vermogen. Kennelijk heeft de rechtbank als uitgangspunt genomen dat als eenmaal een kostendekkende premie is betaald, het vermogen van een pensioenfonds naar goeddunken van het fonds kan worden ingezet ter financiering van niet-pensioenverplichtingen, zoals een VPL-toezegging. Dat uitgangspunt is in strijd met (het systeem van) de Pensioenwet. Als zou moeten worden aangenomen dat het eigen vermogen van een pensioenfonds ook voor andere zaken dan pensioen kan worden gebruikt, dan kan een pensioenfonds - in strijd met de meest wezenlijke uitgangspunten van de Pensioenwet - de zekerheid van het kunnen voldoen aan de pensioenverplichtingen in gevaar brengen. De Pensioenwet stelt strikte eisen om te bewerkstelligen dat de pensioenverplichtingen voldaan kunnen worden. In artikel 128 van de Pensioenwet is bepaald dat een pensioenfonds een kostendekkende premie moet vaststellen. In artikel 129 van de Pensioenwet is limitatief geregeld aan welke vereisten moet zijn voldaan voordat een pensioenfonds mag overgaan tot het verlenen van korting op de premie of terugstorting ten gunste van de werkgever. De Pensioenwet biedt geen ruimte om op andere wijze vermogen aan het fonds te onttrekken, laat staan dat dit mag zonder dat aan de in artikel 129 van de Pensioenwet gestelde vereisten is voldaan. Gelet op het voorgaande heeft DNB aangenomen dat het Pensioenfonds door een gedeelte van het eigen vermogen ter beschikking te stellen voor de financiering van VPL-toezeggingen feitelijk een premiekorting aan de werkgevers heeft verleend. Aangezien het Pensioenfonds in de periode 2011 tot en met 2013 een reservetekort had, was die premiekorting ingevolge artikel 129 van de Pensioenwet niet toegestaan. Dientengevolge heeft het Pensioenfonds het pensioenvermogen niet mogen aanwenden voor aanvulling van de VPL-bestemmingsreserve. Het oordeel van de rechtbank dat geen sprake is van strijd met artikel 129 van de Pensioenwet is dan ook onjuist. 4.2 Het Pensioenfonds betoogt dat het oordeel van de rechtbank dat het aanwenden van een deel van het vermogen voor VPL-financiering geen premiekorting is, juist is, mede in het licht van het feit dat de kostendekkende premie bedoeld in artikel 128 van de Pensioenwet telkens door werkgevers is voldaan en er sprake is van naleving van een reeds in 2006/2007 gelegde contractuele beklemming op het vermogen. 4.3 Ten aanzien van de gestelde overtreding van artikel 129, eerste lid, van de Pensioenwet overweegt het College het volgende. Het College stelt, in navolging van de rechtbank, voorop dat het een pensioenfonds is toegestaan reserves te vormen met het oog op toekomstige pensioenaanspraken zoals in het kader van de VPL-regeling. Niet in geschil is dat het Pensioenfonds in de jaren 2011, 2012 en 2013 steeds een kostendekkende premie heeft gehanteerd. Voorts is niet gebleken dat een terugstorting ten gunste van de werkgever heeft plaatsgevonden. In zoverre kan van een overtreding van artikel 129, eerste lid, van de Pensioenwet geen sprake zijn. Met de rechtbank is het College voorts van oordeel dat de Pensioenwet, in het bijzonder het genoemde artikel 129, geen grondslag biedt voor de conclusie dat met de aanwending van het eigen vermogen van het Pensioenfonds voor het aanvullen van de VPL-bestemmingsreserve indirect sprake is van het verlenen van een premiekorting. Hoewel het College onderkent en tussen partijen ook niet in geschil is dat de Pensioenwet tot doel heeft zeker te stellen dat pensioenverplichtingen kunnen worden nagekomen, is kan hieraan naar het oordeel van het College niet de door de DNB getrokken conclusie worden verbonden dat het Pensioenfonds heeft gehandeld in strijd met artikel 129, eerste lid, van de Pensioenfonds. Het College onderschrijft dan ook het oordeel van de rechtbank dat DNB ten onrechte heeft geconcludeerd dat het Pensioenfonds artikel 129, eerste lid, van de Pensioenwet heeft overtreden.

6 De eerste hogerberoepsgrond van DNB slaagt niet. 5.1 Ten aanzien van de vermeende overtreding van artikel 105, tweede lid, van de Pensioenwet stelt DNB voorop dat de rechtbank een onjuiste maatstaf heeft gehanteerd door te overwegen dat alleen sprake kan zijn van schending van genoemd artikel indien de door een pensioenfonds gemaakte belangenafweging evident onredelijk is. Beoordeeld moet worden of de betrokkenen zich op evenwichtige wijze vertegenwoordigd hebben kunnen voelen. Het is aan een pensioenfonds om het beleid te bepalen, maar als het beleid niet evenwichtig is, moet worden geconcludeerd dat artikel 105, tweede lid, van de Pensioenwet is overtreden en kan DNB ingrijpen. Volgens DNB is hiervan in dit geval sprake. Er is geld onttrokken aan het vermogen van het Pensioenfonds, dat bedoeld was voor de financiering van de (toekomstige) pensioenen van de (gewezen) deelnemers en gepensioneerden van het Pensioenfonds, en dit geld is gebruikt voor de financiering van niet pensioenaanspraken (VPL-toezeggingen) voor de specifieke groep deelnemers aan wie de werkgevers een VPL-toezegging hebben gedaan. Het Pensioenfonds heeft zich, nadat DNB erop had gewezen dat zij op basis van de door het Pensioenfonds verstrekte gegevens tot de conclusie was gekomen dat de VPL-bestemmingsreserve te hoog is vastgesteld, niet bereid getoond om een bedrag van 11,397 miljoen vrij te laten vallen ten gunste van het eigen vermogen van het Pensioenfonds. De Pensioenwet is er enkel en alleen op gericht dat pensioentoezeggingen kunnen worden nagekomen. Financiering van VPL-toezeggingen leidde ertoe dat nakoming van de pensioentoezeggingen (verder) in gevaar kwam. De belangen van de (gewezen) deelnemers en gepensioneerden aan wie geen VPL-toezegging is gedaan, zijn veronachtzaamd en de deelnemers aan wie wel een VPL-toezegging is gedaan, alsmede de werkgevers, zijn bevoordeeld. Dat betekent een onevenredige belangenafweging. De omstandigheid dat het verantwoordingsorgaan heeft laten weten zich te kunnen vinden in het beleid van het Pensioenfonds doet daaraan niet af, nu dat beleid in strijd is met de wet, aldus DNB. 5.2 Het Pensioenfonds stelt dat de invulling van de norm van evenwichtigheid aan het Pensioenfonds is. Het Pensioenfonds heeft de gemaakte keuze evenwichtig gevonden omdat: de VPL-aanspraken hard zijn toegezegd; de VPL-aanspraakgerechtigden 50% omvatten van de actieve deelnemers en derhalve een relevante groep zijn met wiens belangen serieus rekening gehouden moet worden; de financiering voor en de aanspraak op VPL is bedoeld voor een groep deelnemers die niet (voldoende) kon profiteren van de verbetering van de pensioenopbouw per 1 januari 2007 en voor wie de VUT verviel; werkgevers aan de financiering hebben betaald doordat zij vanaf 2007 eerst de VUT-premie bleven betalen en vanaf 2015, bij het wegvallen van de VUT-premie, VPL-premie zouden gaan betalen; en de benadeling van belanghebbenden die geen aanspraak op VPL krijgen verwaarloosbaar is vanwege het zeer beperkte effect van de VPL-bestemmingsreserve op de dekkingsgraad (slechts 0,7%). Dat sprake is van evenwichtigheid wordt ondersteund door het feit dat het verantwoordingsorgaan de handelwijze van het Pensioenfonds juist en evenwichtig acht. 5.3 Het College volgt het betoog van DNB niet en overweegt daartoe als volgt. Artikel 105, tweede lid, van de Pensioenwet bepaalt het volgende: De personen die het beleid van een pensioenfonds bepalen of mede bepalen richten zich bij de vervulling van hun taak naar de belangen van de bij het pensioenfonds betrokken deelnemers, gewezen deelnemers, andere aanspraakgerechtigden, de pensioengerechtigden en de werkgever en zorgen ervoor dat dezen zich door hen op evenwichtige wijze vertegenwoordigd kunnen voelen. Zowel de formulering zich richten naar als de zinsnede zorgen ervoor dat dezen zich door hen op evenwichtige wijze vertegenwoordigd kunnen voelen duidt naar het oordeel van het College op een bepaalde mate van beleidsvrijheid die toekomt aan de beleidsbepalers van een pensioenfonds. Naar het oordeel van het College heeft de rechtbank een te afstandelijke maatstaf

7 gehanteerd door te overwegen dat alleen sprake kan zijn van schending van genoemd artikel indien de door een pensioenfonds gemaakte belangenafweging evident onredelijk is. De uitkomst van de door de rechtbank verrichte toetsing onderschrijft het College echter wel. Daarbij neemt het College met name in aanmerking dat het verantwoordingsorgaan van het Pensioenfonds met de hier ter discussie staande besluitvorming van het bestuur heeft ingestemd. Mede in dat licht bezien bestaat geen grond voor de conclusie dat het bestuur van het Pensioenfonds op zodanige wijze invulling heeft gegeven aan de hem toekomende beleidsvrijheid dat de in artikel 105, tweede lid, van de Pensioenwet beschreven betrokkenen zich in dit geval niet op een evenwichtige wijze vertegenwoordigd kunnen voelen. De tweede hogerberoepsgrond van DNB slaagt niet. 6.1 De overtreding van artikel 143, eerste lid, van de Pensioenwet is volgens DNB gelegen in het feit dat het Pensioenfonds in 2005 mondeling, althans niet vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst, een open einde verplichting is aangegaan tegenover de werkgevers en dat er - in ieder geval vanaf pensioengeld is onttrokken aan het pensioenvermogen van het Pensioenfonds, zelfs toen sprake was van een reservetekort, om de VPL-toezeggingen te kunnen verwezenlijken. 6.2 Volgens het Pensioenfonds is artikel 143 van de Pensioenwet in het geheel niet van toepassing op de gedraging die DNB het Pensioenfonds verwijt. Het gaat bij dat artikel blijkens de Memorie van Toelichting bij de Pensioenwet (Kamerstukken II 2005/06, 30413, nr. 3, p. 263/264) om een goede inrichting van de administratie en processen opdat risico s worden beheerst. Dat de administratie en processen niet goed ingericht zijn geweest, heeft DNB echter niet gesteld of aan de aanwijzing ten grondslag gelegd. Van het onverantwoord aangaan van verplichtingen is overigens geen sprake. In de overeenkomst met de sociale partners zit een financiële ontsnappingsclausule, terwijl het door DNB gestelde ontbreken daarvan de grond voor de aanwijzing is. In de omstandigheden van het geval - een contractuele plicht is nagekomen, het effect op de dekkingsgraad is minimaal (slechts 0,7%), en belanghebbenden hebben niet minder aanspraken toegekend gekregen - valt niet in te zien waarom een beheerste bedrijfsvoering is geschaad. 6.3 Het College ziet in hetgeen DNB heeft aangevoerd onvoldoende aanleiding voor het oordeel dat geen sprake is van een beheerste bedrijfsvoering van het Pensioenfonds. Daartoe overweegt het College het volgende. DNB heeft pas in 2012 bij sectorbrief kenbaar gemaakt dat in haar visie een schriftelijke overeenkomst inzake uitvoering van een VPL-regeling is geboden. De omstandigheid dat de in 2005 tussen het Pensioenfonds en de sociale partners gemaakte afspraken niet direct, maar pas in 2014 op schrift zijn gesteld kan het Pensioenfonds om die reden niet worden tegengeworpen. De overtreding van artikel 143 van de Pensioenwet kan er naar het oordeel van het College - gelet op hetgeen het College hiervoor in verband met de vermeende overtredingen van de artikelen 105 en 129 van de Pensioenwet heeft overwogen - evenmin uit bestaan dat het Pensioenfonds in strijd met (het systeem van) de Pensioenwet geld heeft onttrokken aan het pensioenvermogen. DNB heeft niet nader onderbouwd in welke concrete gedraging van het Pensioenfonds de overtreding van artikel 143 van de Pensioenwet verder kan zijn gelegen. Het College concludeert daarom dat niet kan worden vastgesteld dat het Pensioenfonds artikel 143 van de Pensioenwet heeft overtreden. Ook de derde hogerberoepsgrond van DNB slaagt niet. 7. Op grond van het voorgaande is het hoger beroep van DNB ongegrond. Nu daarmee de aangevallen uitspraak voor bevestiging in aanmerking komt, heeft het Pensioenfonds onvoldoende (proces)belang bij een beoordeling van het ingestelde incidenteel hoger beroep. Het College verklaart het incidenteel hoger beroep om die reden niet-ontvankelijk. 8. Het College veroordeelt DNB in de door het Pensioenfonds gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt het College op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een

8 derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op 990 (1 punt voor het indienen van het verweerschrift in hoger beroep, 1 punt voor het verschijnen ter zitting bij het College, met een waarde per punt van 495 en een wegingsfactor 1). 9. Op grond van artikel 8:109, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht wordt van DNB een griffierecht van 497geheven. Beslissing Het College: bevestigt de aangevallen uitspraak; verklaart het incidenteel hoger beroep van het Pensioenfonds niet-ontvankelijk; veroordeelt DNB in de proceskosten van het Pensioenfonds tot een bedrag van 990. Deze uitspraak is gedaan door mr. W.E. Doolaard, mr. S.C. Stuldreher en mr. H.S.J. Albers, in aanwezigheid van mr. J.J. de Jong, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 15 februari w.g. W.E. Doolaard w.g. J.J. de Jong

ECLI:NL:RVS:2016:2861

ECLI:NL:RVS:2016:2861 ECLI:NL:RVS:2016:2861 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-11-2016 Datum publicatie 02-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601473/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:3597, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:3597, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2017:84 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-01-2017 Datum publicatie 18-01-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604839/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2015:872

ECLI:NL:CRVB:2015:872 ECLI:NL:CRVB:2015:872 Instantie Datum uitspraak 24-03-2015 Datum publicatie 25-03-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14-2865 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:3651

ECLI:NL:CRVB:2016:3651 ECLI:NL:CRVB:2016:3651 Instantie Datum uitspraak 04-10-2016 Datum publicatie 10-10-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/5 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

2. Q-Music Nederland B.V., te Naarden (Q-Music), appellante in de zaak 14/817 tevens derde-partij in

2. Q-Music Nederland B.V., te Naarden (Q-Music), appellante in de zaak 14/817 tevens derde-partij in ECLI:NL:CBB:2015:320 Instantie College van Beroep voor het bedrijfsleven Datum uitspraak 08-10-2015 Datum publicatie 08-10-2015 Zaaknummer 14/817-818-831-839 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2014:9373,

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2015:3533

ECLI:NL:CRVB:2015:3533 ECLI:NL:CRVB:2015:3533 Instantie Datum uitspraak 28092015 Datum publicatie 15102015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14627 WWAJ

Nadere informatie

LJN: BH1764, Centrale Raad van Beroep, 07/2959 WWB + 07/2960 WWB + 08/6263 WWB + 08/6264 WWB + 08/6265 WWB

LJN: BH1764, Centrale Raad van Beroep, 07/2959 WWB + 07/2960 WWB + 08/6263 WWB + 08/6264 WWB + 08/6265 WWB LJN: BH1764, Centrale Raad van Beroep, 07/2959 WWB + 07/2960 WWB + 08/6263 WWB + 08/6264 WWB + 08/6265 WWB Datum uitspraak: 20-01-2009 Datum publicatie: 04-02-2009 Rechtsgebied: Bijstandszaken Soort procedure:

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:1768

ECLI:NL:RVS:2015:1768 ECLI:NL:RVS:2015:1768 Instantie Raad van State Datum uitspraak 03-06-2015 Datum publicatie 03-06-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201407801/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2013:2879

ECLI:NL:CRVB:2013:2879 ECLI:NL:CRVB:2013:2879 Instantie Datum uitspraak 17-12-2013 Datum publicatie 19-12-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 13-211 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 15-06-2009 Datum publicatie 06-07-2009 Zaaknummer AWB 08/5874 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2009:BJ1071

ECLI:NL:CRVB:2009:BJ1071 ECLI:NL:CRVB:2009:BJ1071 Instantie Datum uitspraak 04-06-2009 Datum publicatie 01-07-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-5093 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:3390

ECLI:NL:RVS:2016:3390 ECLI:NL:RVS:2016:3390 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-12-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601294/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:3038

ECLI:NL:RVS:2015:3038 ECLI:NL:RVS:2015:3038 Instantie Raad van State Datum uitspraak 30-09-2015 Datum publicatie 30-09-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201500566/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBAMS:2015:7924, Meerdere afhandelingswijzen. Algemene wet bestuursrecht 8:4 Gemeentewet Gemeentewet 83 Kieswet

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBAMS:2015:7924, Meerdere afhandelingswijzen. Algemene wet bestuursrecht 8:4 Gemeentewet Gemeentewet 83 Kieswet ECLI:NL:RVS:2016:934 Instantie Raad van State Datum uitspraak 06-04-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201600302/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2864

ECLI:NL:CRVB:2017:2864 ECLI:NL:CRVB:2017:2864 Instantie Datum uitspraak 06-09-2017 Datum publicatie 07-09-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/4207 WW Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2145

ECLI:NL:CRVB:2017:2145 ECLI:NL:CRVB:2017:2145 Instantie Datum uitspraak 15-06-2017 Datum publicatie 20-06-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/3245 AW Ambtenarenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2822

ECLI:NL:CRVB:2017:2822 ECLI:NL:CRVB:2017:2822 Instantie Datum uitspraak 16-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/4369 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2010:BO7264

ECLI:NL:CRVB:2010:BO7264 ECLI:NL:CRVB:2010:BO7264 Instantie Datum uitspraak 10-12-2010 Datum publicatie 14-12-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-3338 WSF Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:881

ECLI:NL:CRVB:2017:881 ECLI:NL:CRVB:2017:881 Instantie Datum uitspraak 03-03-2017 Datum publicatie 06-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/5389 AOW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558 ECLI:NL:RBGEL:2016:2558 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 12-05-2016 Datum publicatie 19-05-2016 Zaaknummer AWB - 15 _ 7447 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2014:5233

ECLI:NL:RBROT:2014:5233 ECLI:NL:RBROT:2014:5233 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 03-07-2014 Datum publicatie 29-07-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB-13_02242

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2833

ECLI:NL:CRVB:2017:2833 ECLI:NL:CRVB:2017:2833 Instantie Datum uitspraak 09-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/8007 ZVW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824

ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 Instantie Datum uitspraak 02-01-2008 Datum publicatie 15-01-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-319 WW Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:1522

ECLI:NL:RVS:2013:1522 ECLI:NL:RVS:2013:1522 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2013 Datum publicatie 16-10-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206838/1/A3 Bestuursrecht Tussenuitspraak

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2017:2675

ECLI:NL:RBNNE:2017:2675 ECLI:NL:RBNNE:2017:2675 Instantie Datum uitspraak 19-06-2017 Datum publicatie 19-07-2017 Zaaknummer LEE 17/863 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:1622

ECLI:NL:RBDHA:2016:1622 ECLI:NL:RBDHA:2016:1622 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 18-02-2016 Datum publicatie 19-05-2016 Zaaknummer SGR 15/8008 Rechtsgebieden Socialezekerheidsrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2348

ECLI:NL:RVS:2016:2348 ECLI:NL:RVS:2016:2348 Instantie Raad van State Datum uitspraak 31-08-2016 Datum publicatie 31-08-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201506454/1/A3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSHE:2004:AO8345

ECLI:NL:RBSHE:2004:AO8345 ECLI:NL:RBSHE:2004:AO8345 Instantie Datum uitspraak 16-04-2004 Datum publicatie 26-04-2004 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-hertogenbosch Awb 03 / 930 GEMWT

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2005:AT2864

ECLI:NL:CRVB:2005:AT2864 ECLI:NL:CRVB:2005:AT2864 Instantie Datum uitspraak 29-03-2005 Datum publicatie 31-03-2005 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 02/6235 AOW/ANW e.a. Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1997

ECLI:NL:RVS:2017:1997 ECLI:NL:RVS:2017:1997 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-07-2017 Datum publicatie 26-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604542/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:4429

ECLI:NL:CRVB:2014:4429 ECLI:NL:CRVB:2014:4429 Instantie Datum uitspraak 17-12-2014 Datum publicatie 08-01-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 12-5790 WMO Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2016:450. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/893

ECLI:NL:CBB:2016:450. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/893 ECLI:NL:CBB:2016:450 Instantie Datum uitspraak 29-12-2016 Datum publicatie 24-01-2017 Zaaknummer 15/893 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:4659

ECLI:NL:CRVB:2016:4659 ECLI:NL:CRVB:2016:4659 Instantie Datum uitspraak 06-12-2016 Datum publicatie 12-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/1577 PW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2014:6996

ECLI:NL:RBGEL:2014:6996 ECLI:NL:RBGEL:2014:6996 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 11-11-2014 Datum publicatie 20-11-2014 Zaaknummer AWB - 14 _ 1957 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2279

ECLI:NL:RVS:2016:2279 ECLI:NL:RVS:2016:2279 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-08-2016 Datum publicatie 17-08-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201602806/1/V3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-02-2013 Datum publicatie 18-02-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206332/1/R3 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2017:6739

ECLI:NL:RBNHO:2017:6739 ECLI:NL:RBNHO:2017:6739 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 16 _ 4345 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3026

ECLI:NL:RVS:2014:3026 ECLI:NL:RVS:2014:3026 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-08-2014 Datum publicatie 13-08-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201311562/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:9569

ECLI:NL:RBROT:2016:9569 ECLI:NL:RBROT:2016:9569 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 13-12-2016 Datum publicatie 15-12-2016 Zaaknummer ROT 16/3297 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

pagina 1 van 5 ECLI:NL:RBDHA:2014:6145 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 20-05-2014 Datum publicatie 04-06-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden AWB-13_10151 Belastingrecht Bijzondere kenmerken Bodemzaak

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1925

ECLI:NL:RVS:2017:1925 ECLI:NL:RVS:2017:1925 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-07-2017 Datum publicatie 19-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201602656/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:2895

ECLI:NL:CRVB:2014:2895 ECLI:NL:CRVB:2014:2895 Instantie Datum uitspraak 02-09-2014 Datum publicatie 03-09-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 13-615 WIJ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2016:168. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/655

ECLI:NL:CBB:2016:168. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/655 ECLI:NL:CBB:2016:168 Instantie Datum uitspraak 06-06-2016 Datum publicatie 24-06-2016 Zaaknummer 15/655 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1054

ECLI:NL:CRVB:2017:1054 ECLI:NL:CRVB:2017:1054 Instantie Datum uitspraak 21-02-2017 Datum publicatie 20-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/5477 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden.

het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden. LJN: AU3784, Raad van State, 200501342/1 Print uitspraak Datum uitspraak: 05-10-2005 Datum publicatie: 05-10-2005 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBOBR:2013:5574, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBOBR:2013:5574, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2015:258 Instantie Raad van State Datum uitspraak 04-02-2015 Datum publicatie 04-02-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201309828/1/A3 Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:7224, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:7224, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2017:477 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-02-2017 Datum publicatie 22-02-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201504596/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BW0624

ECLI:NL:CRVB:2012:BW0624 ECLI:NL:CRVB:2012:BW0624 Instantie Datum uitspraak 03-04-2012 Datum publicatie 04-04-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-620 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGRO:2010:BO8890

ECLI:NL:RBGRO:2010:BO8890 ECLI:NL:RBGRO:2010:BO8890 Instantie Rechtbank Groningen Datum uitspraak 21-10-2010 Datum publicatie 24-12-2010 Zaaknummer AWB 09/1378 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2016:7164

ECLI:NL:RBZWB:2016:7164 ECLI:NL:RBZWB:2016:7164 Instantie Datum uitspraak 15-11-2016 Datum publicatie 21-11-2016 Zaaknummer AWB 16_1479 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zeeland-West-Brabant Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246

ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246 ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 25-02-2011 Datum publicatie 18-03-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 10 / 938 Wmo Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2015:1306

ECLI:NL:RBROT:2015:1306 ECLI:NL:RBROT:2015:1306 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 27-02-2015 Datum publicatie 04-03-2015 Zaaknummer ROT 13/7021 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1283

ECLI:NL:CRVB:2017:1283 ECLI:NL:CRVB:2017:1283 Instantie Datum uitspraak 23-03-2017 Datum publicatie 07-04-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/4862 ANW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:1268

ECLI:NL:RVS:2016:1268 ECLI:NL:RVS:2016:1268 Instantie Raad van State Datum uitspraak 11-05-2016 Datum publicatie 11-05-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201505940/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BX4670

ECLI:NL:RVS:2012:BX4670 ECLI:NL:RVS:2012:BX4670 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-08-2012 Datum publicatie 15-08-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201106219/1/A4 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2016:4119

ECLI:NL:RBOVE:2016:4119 ECLI:NL:RBOVE:2016:4119 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 26-10-2016 Datum publicatie 02-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AK_ZWO_16_878 Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:492

ECLI:NL:CRVB:2017:492 ECLI:NL:CRVB:2017:492 Instantie Datum uitspraak 01-02-2017 Datum publicatie 16-02-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/3002 WLZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:4517

ECLI:NL:CRVB:2016:4517 ECLI:NL:CRVB:2016:4517 Instantie Datum uitspraak 23-11-2016 Datum publicatie 29-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/4198 WW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2016:4491

ECLI:NL:RBOVE:2016:4491 ECLI:NL:RBOVE:2016:4491 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 15112016 Datum publicatie 25112016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie ak_zwo_16_934 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2001:AD4035

ECLI:NL:RBROT:2001:AD4035 ECLI:NL:RBROT:2001:AD4035 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 31-07-2001 Datum publicatie 08-10-2001 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AKW 00/414-ZWI Bestuursrecht

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:BX5879, Meerdere afhandelingswijzen

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:BX5879, Meerdere afhandelingswijzen ECLI:NL:RVS:2013:375 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-07-2013 Datum publicatie 17-07-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201209590/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936

ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936 ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-05-2011 Datum publicatie 18-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201008844/1/H1 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:221

ECLI:NL:CRVB:2017:221 ECLI:NL:CRVB:2017:221 Instantie Datum uitspraak 18-01-2017 Datum publicatie 24-01-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/3036 ZW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:5375, Meerdere afhandelingswijzen

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:5375, Meerdere afhandelingswijzen ECLI:NL:RVS:2016:965 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-04-2016 Datum publicatie 13-04-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201507000/1/A3 Eerste

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 25 april 2013 in zaak nr. 12/641 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 25 april 2013 in zaak nr. 12/641 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2014:539 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-02-2014 Datum publicatie 19-02-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201304989/1/A1 Omgevingsrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:6306

ECLI:NL:RBDHA:2017:6306 ECLI:NL:RBDHA:2017:6306 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 07-06-2017 Datum publicatie 29-06-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 17_712 IBPVV Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1042

ECLI:NL:CRVB:2017:1042 ECLI:NL:CRVB:2017:1042 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 16-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/4262 AWBZ-T Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN2186

ECLI:NL:RBARN:2010:BN2186 ECLI:NL:RBARN:2010:BN2186 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 06-07-2010 Datum publicatie 23-07-2010 Zaaknummer AWB 10/180, 10/181, 10/508, 10/513, 10/684 en 10/685 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:610

ECLI:NL:CRVB:2017:610 ECLI:NL:CRVB:2017:610 Instantie Datum uitspraak 21-02-2017 Datum publicatie 27-02-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/1971 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2000:AA7327

ECLI:NL:RBROT:2000:AA7327 ECLI:NL:RBROT:2000:AA7327 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 23-08-2000 Datum publicatie 21-01-2002 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie WW 98/559-DOP WW 98/916-DOP

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:2013

ECLI:NL:RVS:2017:2013 ECLI:NL:RVS:2017:2013 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-07-2017 Datum publicatie 26-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604962/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1169

ECLI:NL:RVS:2014:1169 ECLI:NL:RVS:2014:1169 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-04-2014 Datum publicatie 02-04-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201306413/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-09-2005 Datum publicatie 21-09-2005 Zaaknummer 200501988/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

Noot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is

Noot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is Essentie uitspraak: Het bestemmingsplan maakt uitbreiding van een tankstation niet mogelijk. De milieuvergunning mag, vanwege het ruimtelijke feit, worden geweigerd. De gemeente is niet verplicht om het

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 Instantie Datum uitspraak 05-09-2006 Datum publicatie 06-10-2006 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 05/37675 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:2113

ECLI:NL:RBROT:2017:2113 ECLI:NL:RBROT:2017:2113 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 22-03-2017 Datum publicatie 22-03-2017 Zaaknummer ROT 16/6887 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694 ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694 Instantie Datum uitspraak 25-07-2007 Datum publicatie 02-08-2007 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 05-4212 WVG Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2009:BJ4751

ECLI:NL:RBBRE:2009:BJ4751 ECLI:NL:RBBRE:2009:BJ4751 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 22-07-2009 Datum publicatie 07-08-2009 Zaaknummer 08/5931 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:3051

ECLI:NL:CRVB:2016:3051 ECLI:NL:CRVB:2016:3051 Instantie Datum uitspraak 12-08-2016 Datum publicatie 16-08-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/6172 WWAJ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY3743

ECLI:NL:RVS:2012:BY3743 ECLI:NL:RVS:2012:BY3743 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-11-2012 Datum publicatie 21-11-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201202162/1/V6 Bestuursrecht Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2016:63. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 14/468

ECLI:NL:CBB:2016:63. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 14/468 ECLI:NL:CBB:2016:63 Instantie Datum uitspraak 15-03-2016 Datum publicatie 25-03-2016 Zaaknummer 14/468 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BV2849

ECLI:NL:CRVB:2012:BV2849 ECLI:NL:CRVB:2012:BV2849 Instantie Datum uitspraak 31-01-2012 Datum publicatie 06-02-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 11-3700 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2013:BZ1584

ECLI:NL:CRVB:2013:BZ1584 ECLI:NL:CRVB:2013:BZ1584 Instantie Datum uitspraak 19-02-2013 Datum publicatie 20-02-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 11-3992 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:2994

ECLI:NL:CRVB:2014:2994 ECLI:NL:CRVB:2014:2994 Instantie Datum uitspraak 10-09-2014 Datum publicatie 16-09-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 12-1100 WIA Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3998

ECLI:NL:RVS:2014:3998 ECLI:NL:RVS:2014:3998 Instantie Raad van State Datum uitspraak 05-11-2014 Datum publicatie 05-11-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201403900/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2012:BY6930

ECLI:NL:RBAMS:2012:BY6930 ECLI:NL:RBAMS:2012:BY6930 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 30-11-2012 Datum publicatie 20-12-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB 12-1613 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:6102

ECLI:NL:RBDHA:2016:6102 ECLI:NL:RBDHA:2016:6102 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 26-05-2016 Datum publicatie 23-06-2016 Zaaknummer AWB - 15 _ 5196 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Wetsverwijzingen Wet tuchtrechtspraak accountants, geldigheid:

Wetsverwijzingen Wet tuchtrechtspraak accountants, geldigheid: ECLI:NL:CBB:2015:122 Instantie Datum uitspraak 16-04-2015 Datum publicatie 24-04-2015 Zaaknummer AWN 13/58 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2015:4726

ECLI:NL:CRVB:2015:4726 ECLI:NL:CRVB:2015:4726 Instantie Centrale Raad van Beroep Datum uitspraak 22-12-2015 Datum publicatie 29-12-2015 Zaaknummer 13/6536 AOW Rechtsgebieden Socialezekerheidsrecht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2389

ECLI:NL:CRVB:2017:2389 ECLI:NL:CRVB:2017:2389 Instantie Datum uitspraak 11-07-2017 Datum publicatie 18-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/5871

Nadere informatie

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201108441/1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak na vereenvoudigde behandeling (artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) op het

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BQ6783

ECLI:NL:RVS:2011:BQ6783 ECLI:NL:RVS:2011:BQ6783 Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-06-2011 Datum publicatie 01-06-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201101191/1/H2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:1002

ECLI:NL:RVS:2015:1002 ECLI:NL:RVS:2015:1002 Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-04-2015 Datum publicatie 01-04-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201404451/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2006:AY8235

ECLI:NL:CRVB:2006:AY8235 ECLI:NL:CRVB:2006:AY8235 Instantie Datum uitspraak 12-09-2006 Datum publicatie 15-09-2006 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 04/3835 WAO en 04/3870

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2015:1716

ECLI:NL:RBROT:2015:1716 ECLI:NL:RBROT:2015:1716 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 12-03-2015 Datum publicatie 16-03-2015 Zaaknummer AWB - 14 _ 630 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2015:3138

ECLI:NL:CRVB:2015:3138 ECLI:NL:CRVB:2015:3138 Instantie Datum uitspraak 16-09-2015 Datum publicatie 17-09-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14-1477 WW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 200705297/1. Datum uitspraak: 31 januari 2008 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder. Zaaknummer : 2013/068 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 6 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : Beleidsvrijheid, in stand laten rechtsgevolgen,

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BU4606

ECLI:NL:RVS:2011:BU4606 ECLI:NL:RVS:2011:BU4606 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-11-2011 Datum publicatie 16-11-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201102253/1/H3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2013:CA0958

ECLI:NL:CRVB:2013:CA0958 ECLI:NL:CRVB:2013:CA0958 Instantie Datum uitspraak 22-05-2013 Datum publicatie 27-05-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 11/4615

Nadere informatie