Nationale Beoordelingsrichtlijn

Transcriptie

1 BRL april 2005 Nationale Beoordelingsrichtlijn voor het KOMO productcertificaat voor Gipslijm voor gipsblokken Techniekgebied B3: Lijm voor constructieve toepassingen Vastgesteld door CvD Afbouw d.d. 1 februari 2005 Aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit d.d. 14 maart Uitgave: Kiwa N.V.

2 BRL april 2005 Nationale Beoordelingsrichtlijn voor het KOMO productcertificaat voor Gipslijm voor gipsblokken Techniekgebied B3: Lijm voor constructieve toepassingen Vastgesteld door CvD Afbouw d.d. 1 februari 2005 Aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit d.d. 14 maart Uitgave: Kiwa N.V.

3 Voorwoord Kiwa Deze Nationale Beoordelingsrichtlijn is opgesteld door het College van Deskundigen Afbouw van Kiwa, waarin belanghebbende partijen op het gebied van Gipslijm voor gipsblokken zijn vertegenwoordigd. Dit college begeleidt ook de uitvoering van certificatie en stelt zonodig deze Nationale Beoordelingsrichtlijn bij. Waar in deze Nationale Beoordelingsrichtlijn sprake is van College van Deskundigen is daarmee bovengenoemd college bedoeld. Deze Nationale Beoordelingsrichtlijn zal door Kiwa worden gehanteerd in samenhang met het Kiwa-Reglement voor Productcertificatie. In dit reglement is de door Kiwa gehanteerde werkwijze vastgelegd bij de uitvoering van het onderzoek ter verkrijging van het productcertificaat, alsmede de werkwijze bij de externe controle. Informatie betreffende de publiekrechtelijke producteisen en bepalingsmethoden, voortvloeiend uit de Europese regelgeving, is opgenomen in hoofdstuk 4 van deze beoordelingsrichtlijn. Kiwa N.V. Certificatie en Keuringen Sir W. Churchill-laan 273 Postbus AB RIJSWIJK ZH Telefoon Fax Internet Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Onverminderd de aanvaarding van de Beoordelingsrichtlijn door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit als Nationale Beoordelingsrichtlijn berusten alle rechten bij Kiwa. Het gebruik van deze Beoordelingsrichtlijn door derden, voor welk doel dan ook, is uitsluitend toegestaan nadat een schriftelijke overeenkomst met Kiwa is gesloten waarin het gebruiksrecht is geregeld.

4 Inhoud Voorwoord Kiwa 1 Inhoud 2 1 Inleiding Algemeen Toepassingsgebied Acceptatie van door de leverancier geleverde onderzoeksrapporten Certificaat 4 2 Terminologie Begrippen 5 3 Procedure voor het verkrijgen van een kwaliteitsverklaring Toelatingsonderzoek Certificaatverlening 6 4 Producteisen en bepalingsmethoden Algemeen Publiekrechtelijk Brandklasse, NEN-EN 12860, annex ZA Vrijkomen van schadelijke stoffen, NEN-EN 12860, annex ZA CE markering Gehalte cadmium, Cadmiumbesluit Privaatrechtelijk Samenstelling Gehalte calciumsulfaat Gehalte organische stof Korrelgrootte Verwerkingstijd Hechtsterkte Verpakkingsinhoud Certificatiemerk 11 5 Eisen aan het kwaliteitssysteem Algemeen Beheerder van het kwaliteitssysteem Interne kwaliteitsbewaking/kwaliteitsplan 12 Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

5 5.4 Procedures en werkinstructies 12 6 Samenvatting onderzoek en controle Onderzoeksmatrix Controle op het kwaliteitssysteem 13 7 Eisen aan de certificatie-instelling Algemeen Certificatiepersoneel Kwalificatie-eisen Kwalificatie Rapport toelatingsonderzoek Beslissing over certificaatverlening Uitvoeringsvorm kwaliteitsverklaring Aard en frequentie van externe controles Rapportage aan College van Deskundigen Interpretatie van eisen 15 8 Lijst van vermelde documenten Publiekrechtelijke regelgeving Cadmiumbesluit Normen / normatieve documenten: 16 Bijlagen Bijlage 1: Bijlage 2: Model IKB schema Model productcertificaat Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

6 1 Inleiding 1.1 Algemeen De in deze beoordelingsrichtlijn opgenomen eisen worden door certificatie-instellingen, die hiervoor erkend zijn door de Raad voor Accreditatie, gehanteerd bij de behandeling van een aanvraag voor c.q. de instandhouding van een productcertificaat voor Gipslijm voor gipsblokken. De af te geven kwaliteitsverklaring wordt aangeduid als KOMO -productcertificaat. Naast de eisen die in deze beoordelingsrichtlijn zijn vastgelegd, stellen de certificatie- en attesteringsinstellingen aanvullende eisen, in de zin van algemene procedure-eisen van certificatie en attestering, zoals vastgelegd in het algemeen certificatie- en attesteringsreglement van de betreffende instelling. Deze beoordelingsrichtlijn vervangt BRL 5062 d.d De kwaliteitsverklaringen die op basis van die beoordelingsrichtlijn zijn afgegeven verliezen in elk geval hun geldigheid op 1 september Bij de uitvoering van certificatiewerkzaamheden zijn de certificatie-instellingen gebonden aan de eisen die in het hoofdstuk Eisen aan certificatie-instellingen zijn vastgelegd. 1.2 Toepassingsgebied De producten zijn bestemd om te worden toegepast bij het vervaardigen van niet-dragende binnenwanden met de op het betreffende productcertificaat vermelde gipsblokken. 1.3 Acceptatie van door de leverancier geleverde onderzoeksrapporten Indien door de leverancier rapporten van onderzoekinstellingen of laboratoria worden overgelegd om aan te tonen dat aan de eisen van de BRL wordt voldaan, zal moeten worden aangetoond dat deze zijn opgesteld door een instelling die voldoet aan de van toepassing zijnde accreditatienorm, te weten: NEN-EN-ISO/IEC voor laboratoria; NEN-EN-ISO/IEC voor inspectie-instellingen; NEN-EN voor certificatie-instellingen die producten certificeren; NEN-EN voor certificatie-instellingen die systemen certificeren; NEN-EN-ISO/IEC voor certificatie-instellingen die personen certificeren. De instelling wordt geacht aan deze criteria te voldoen wanneer een accreditatiecertificaat kan worden overgelegd, afgegeven door de Raad voor Accreditatie (RvA) of een accreditatie-instelling waarmee de RvA een overeenkomst van wederzijdse acceptatie heeft gesloten. Deze accreditatie moet betrekking hebben op het voor deze BRL vereiste onderzoek. Indien geen accreditatiecertificaat kan worden overgelegd, zal de certificatie-instelling zelf verifiëren of aan de accreditatienorm is voldaan, of het desbetreffende onderzoek opnieuw zelf (laten) uitvoeren. 1.4 Certificaat Het model van het op basis van deze BRL af te geven KOMO -productcertificaat is als bijlage bij deze BRL opgenomen. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

7 2 Terminologie 2.1 Begrippen In deze beoordelingsrichtlijn wordt verstaan onder: Leverancier: de partij die er voor verantwoordelijk is dat producten bij voortduring voldoen aan de eisen waarop de certificatie is gebaseerd; IKB-schema: een beschrijving van de door de leverancier uitgevoerde kwaliteitscontroles, als onderdeel van zijn kwaliteitssysteem Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

8 3 Procedure voor het verkrijgen van een kwaliteitsverklaring 3.1 Toelatingsonderzoek Het door de certificatie-instelling uit te voeren toelatingsonderzoek vindt plaats aan de hand van de in deze beoordelingsrichtlijn opgenomen prestatie- en producteisen inclusief beproevingsmethoden en omvatten, afhankelijk van de aard van het te certificeren product: (Monster)onderzoek, om vast te stellen of de producten voldoen aan de product- en/of prestatie-eisen; Beoordeling van het productieproces; Beoordeling van het kwaliteitssysteem en het IKB-schema; Toetsing op de aanwezigheid en het functioneren van de overige vereiste procedures. Beoordeling van de verwerkingsvoorschriften van de leverancier. 3.2 Certificaatverlening Na afronding van het toelatingsonderzoek worden de resultaten voorgelegd aan de beslisser. Deze beoordeeld de resultaten en stelt vast of het certificaat kan worden verleend of dat aanvullende gegevens en/of onderzoeken nodig zijn voordat het certificaat kan worden verleend. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

9 4 Producteisen en bepalingsmethoden 4.1 Algemeen In dit hoofdstuk zijn de producteisen opgenomen waaraan gipslijm voor gipsblokken moeten voldoen evenals de bepalingsmethoden om vast te stellen dat aan de eisen wordt voldaan. De eisen en bepalingsmethoden zijn onderverdeeld in publiekrechtelijke, afkomstig uit Annex ZA van NEN-EN voor CE markering en het Cadmiumbesluit, en private. 4.2 Publiekrechtelijk Brandklasse, NEN-EN 12860, annex ZA Eis De brandklasse, bepaald overeenkomstig NEN-EN of NEN-EN12860, van gipslijm voor gipsblokken dient te zijn vastgesteld. Bepalingsmethode De brandklasse wordt bepaald overeenkomstig NEN-EN Gipslijm met minder dan 1% organisch materiaal zijn overeenkomstig NEN-EN geclassificeerd in brandklasse A1. Productcertificaat In het KOMO-productcertificaat moet de euroklasse van de bijdrage tot brandvoortplanting volgens NEN-EN van de gipslijm voor gipsblokken worden opgenomen Vrijkomen van schadelijke stoffen, NEN-EN 12860, annex ZA Eis Uit gipslijm voor gipsblokken mogen geen giftige of hinderlijke stoffen vrijkomen. Toelichting Vrijkomen van gevaarlijke stoffen (dangerous substances) kan per lidstaat in de EU zijn geregeld. Een actueel overzicht van de door de EU genotificeerde regelgeving is te vinden in de database dangerous substances van de EU ( Bepalingsmethode Gecontroleerd wordt of de opgegeven prestaties van de toegepaste materialen juist zijn. Productcertificaat Het productcertificaat vermeldt dat gipslijm voor gipsblokken voldoen aan de gestelde eis CE markering De CE markering moet worden aangebracht conform Annex ZA van NEN-EN en Guidance paper D CE marking under the Construction Products Directive Gehalte cadmium, Cadmiumbesluit Eis Krachtens het Cadmiumbesluit Wet milieugevaarlijke stoffen mag het cadmium gehalte in gips en gipsproducten de grens van 2 ppm niet overschrijden. Toelichting Het gehalte cadmium in het gipslijm mag ook worden berekend op basis van het cadmiumgehalte van alle grond- en hulpstoffen waaruit de gipslijm wordt gefabriceerd. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

10 Bepalingsmethode Destructie en ontsluiting met koningswater volgens NEN 6465; bepaling van het gehalte aan cadmium met behulp van atomaire absorptie spectrometrie volgens NEN 5762 of inductief gekoppeld plasma (ICP) volgens ISO Productcertificaat In het productcertificaat wordt vermeld dat aan de gestelde eis wordt voldaan. 4.3 Privaatrechtelijk In de navolgende paragrafen zijn de privaatrechtelijke eisen opgenomen waaraan gipslijm voor gipsblokken moeten voldoen. De eisen zullen onderdeel uitmaken van de technische specificatie van het product, die wordt opgenomen in het productcertificaat. De eisen te stellen aan producten en de bepalingsmethoden zijn conform NEN-EN en NEN Afwijkingen en aanvulling op gestelde eisen en bepalingsmethoden in bovenstaande normen zijn in dit hoofdstuk vastgelegd. 4.4 Samenstelling Gehalte calciumsulfaat Eis De gipslijm moet een minimum percentage aan calciumsulfaat van 51% (CaSO 4) bevatten. Dit komt overeen met een percentage van tenminste 30% (m/m) zwaveltrioxide (SO 3) of 65% calciumsulfaat dihydraat (CaSO 4 2H 2O). Bepalingsmethode De bepalingsmethode is conform NEN-EN Een representatief monster gipslijm wordt gezeefd over 0.1 mm. Weeg nauwkeurig een hoeveelheid van 0.5 gram en breng dit over in een erlenmeyer van 600 ml en voeg 25 ml warm gedestilleerd water toe. Los de gipslijm op en voeg 25 ml 2 M HCl toe en kook de oplossing 10 minuten. Voeg 150 ml gedestilleerd water toe en kook de oplossing opnieuw 15 minuten. Filtreer de oplossing over een papierfilter in een 800 ml bekerglas. Was de erlenmeyer en het papierfilter met gedestilleerd water totdat geen chloride meer aanwezig is. Breng het volume op circa 350 ml met gedestilleerd water en voeg een paar druppels indicator (methyloranje) en neutraliseer de oplossing met ammoniakoplossing (50%). Voeg vervolgens 20 ml 2 M HCL toe en breng de oplossing aan de kook. Voeg al roerend 50 ml (warme) bariumchloride (3%) toe, waardoor een bariumsulfaat neerslag ontstaat. Kook de oplossing tenminste 30 minuten en laat de oplossing vervolgens afkoelen. Verhit een porselein filter gedurende 10 minuten op 800 ± 25 C. Koel het filter af in een exsiccator en weeg het filter. Hevel de heldere oplossing af en filtreer de laatste vloeistof over het filter waarbij alle bariumsulfaatneerslag op het filter wordt gebracht. Was het filter na om alle chloride ionen te verwijderen. Droog en verhit het filter gedurende 10 minuten op 800 ± 25 C en koel het filter af in een exsiccator en weeg het filter opnieuw. Het verschil in massa is het gewicht aan bariumsulfaat. BaSO 4 (g) x Gehalte SO 3 = massa gipslijm (g) Gehalte CaSO 4 = gehalte SO 3 x Gehalte CaSO 4.2H 2O = gehalte SO 3 x opmerking Het gehalte aan calciumsulfaat mag ook worden berekend indien de samenstelling calciumsulfaat van de afzonderlijke uitgangsmaterialen bekend is. Productcertificaat In het KOMO-productcertificaat wordt vermeld dat wordt voldaan aan de eis van het gehalte calciumsulfaten. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

11 4.4.2 Gehalte organische stof Eis Het gehalte organische stof in gipslijm dient bekend te zijn, indien dit wordt gebruikt om de brandklasse vast te stellen (paragraaf 4.2.1). Opmerking Indien het organische stofgehalte in het gipslijm lager is dan 1% kan op basis van EN de brandklasse A1 worden gedeclareerd. Bepalingsmethode Organisch stof gehalte wordt bepaald met de analysemethode gebaseerd op NEN-EN Het monster wordt verkleind (< 90 µm). Het aanwezige CO 2 in het gips wordt verwijderd met fosforzuur. Vervolgens wordt de organische stof in het gips met een sterke oxidator omgezet in CO 2. Het gehalte CO 2 wordt gemeten met TOC. Opmerking NEN-EN beschrijft ook enkele alternatieve bepalingsmethoden. Daarnaast kan ook een alternatieve bepalingsmethode gebruik worden gemaakt van natte oxidatie. In aanwezigheid van een overmaat kaliumdichromaat en zwavelzuur wordt het aanwezige organische stof volledig geoxideerd tot koolzuur en water. De hoeveeelheid niet verbruikt kaliumdichromaat wordt vervolgens bepaald door titratie met behulp van Mohr s zout. Hieruit wordt het gehalte organische stof berekend. Productcertificaat In het productcertificaat wordt vermeld dat aan de gestelde eis wordt voldaan. 4.5 Korrelgrootte Eis De volgende eisen worden aan de korrelgrootte gesteld: - zeefrest 200 µm: maximaal 10 % (m/m); - op de zeef 400 µm mag geen zeefrest achterblijven. Bepalingsmethode De zeefresten dienen door middel van de een handmatige of machinale zeefanalyse te worden bepaald. De bepalingsmethode is conform NEN-EN Hierbij zijn benodigd: -Een analysezeef met draadzeefbodem 200 µm volgens DIN Een analysezeef met draadzeefbodem 400 µm volgens DIN Een weegschaal, met een nauwkeurigheid van 0,1 gram -Een schaal -Een penseel Voor de bepaling wordt het monster eerst gedroogd bij 40 ± 2 C. 50 gram van de niet-gezeefde gipslijm wordt op de analysezeef aangebracht. De analysezeef wordt met één hand beetgepakt, in een lichtelijk hellende stand ongeveer 20 cm ver op en neer bewogen en met ongeveer 125 slagen per minuut tegen de vrije hand geklopt. Na 25 slagen wordt de analysezeef telkens 90 gedraaid en in de andere hand genomen. Verstoppingen dienen direct door middel van kloppen op het raam van de zeef of door vrijmaken van het ondervlak van de draadzeefbodem met het penseel te worden verholpen. Na 3 minuten zeven wordt het aan de binnenkanten van het raam van de zeef vastzittende gipsdeeltjes met een penseel losgemaakt. In aansluiting hierop wordt nog een minuut gezeefd. Daarna wordt het ondervlak van de draadzeefbodem met het penseel vrijgemaakt en wordt het overblijfsel in een schaal gegoten. De zeefproef wordt in tweevoud uitgevoerd. Indien de overblijfselen van beide proeven meer dan 10% van de kleinste waarde van elkaar verschillen, wordt een derde zeefproef uitgevoerd. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

12 Keuringscriterium Per 20 onderzochte monsters mag er ten hoogste één ondeugdelijk monster voorkomen. Een monster wordt als ondeugdelijk gekwalificeerd als de gevonden zeefresten niet voldoen aan de eisen. Productcertificaat In het KOMO-productcertificaat wordt vermeld dat wordt voldaan aan de eis van de korrelverdeling 4.6 Verwerkingstijd De verwerkingstijd van de lijm is de tijd, die verloopt tussen het begin van het aanmaken van de lijm en de tijd dat de lijm niet meer kan worden verwerkt in verband met onvoldoende kleefkracht van de lijm. Eis De verwerkingstijd moet gelijk zijn aan de verwerkingstijd die door de producent is opgegeven in het productcertificaat met een tolerantie van ± 10 minuten. Deze opgegeven verwerkingstijd moet minimaal 90 minuten en maximum 280 minuten bedragen. Toelichting De verwerkingstijd die door de producent wordt opgegeven op het productcertificaat is de verwerkingstijd die wordt gevonden onder laboratoriumomstandigheden. Op het productcertificaat zal worden vermeld dat de verwerkingstijd die wordt ervaren op de bouwplaats circa 50% lager is als gevolg van verontreinigingen op de bouw. Bepalingsmethode De proef wordt uitgevoerd bij kamertemperatuur. Maak de gipslijm aan volgens de verwerkingsvoorschriften van de producent. Noteer de tijd waarop het water met de gipslijm wordt gemengd. Breng, in drievoud, circa 100 gram van de vers aangemaakte gipslijm op een inerte, vlakke plaat. De dikte van de aangebracht gipslijm moet circa 5 mm bedragen. Bepaal de maximale verwerkingstijd met een inert voorwerp (glasplaatje of spatel) van circa 16 mm breed en 1.5 mm dik. Druk met een interval van 1/20e van de maximale verwerkingtijd het inerte voorwerp in de gipslijm. Indien geen indruk in de gipslijm meer mogelijk is, of als de lijm niet meer aan het inerte voorwerp blijft kleven, is de verwerkingstijd verstreken. Bereken de maximale verwerkingstijd. Keuringscriterium Per 20 onderzochte monsters mag er ten hoogste één ondeugdelijk monster voorkomen. Een monster wordt als ondeugdelijk gekwalificeerd als niet voldaan wordt aan de eis. Productcertificaat In het productcertificaat wordt de verwerkingstijd opgenomen. 4.7 Hechtsterkte Eis Bij het tot bezwijken belasten van het hechtvlak tussen de gipslijm en de op het productcertificaat vermelde gipsblokken moet het breukvlak van tenminste drie van de vier onderzochte monsters geheel in het gipsblok optreden. Bepalingsmethode De hechtsterkte dient te worden bepaald volgens EN paragraaf 6.7. Opmerking Voor de interne productiecontrole van de producent mag in overleg met de certificatie instelling een alternatieve bepalingsmethode worden gebruikt. Productcertificaat In het productcertificaat wordt vermeld dat aan de gestelde eis wordt voldaan. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

13 4.8 Verpakkingsinhoud De massa van de verpakkingseenheid bedraagt maximaal 25 kg. Dit geldt niet voor bulkverpakking. 4.9 Certificatiemerk De uitvoering van de het op gecertificeerde producten aan te brengen certificatiemerk is als volgt: benaming van het product; gewicht; datum en tijd van productie of een hiervoor geldend merkteken; de naam van de producent c.q. certificaathouder en productieplaats; verwerkingsvoorschriften; KOMO-merk en certificaatnummer. In het geval van bulkverpakking moeten de bovenstaande gegevens op het vervoersdocument worden vermeld. Hierbij moet in plaats van datum en tijd van productie de leverdatum worden vermeld. De verwerkingsvoorschriften hoeven hierbij niet te worden vermeld. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

14 5 Eisen aan het kwaliteitssysteem 5.1 Algemeen In dit hoofdstuk zijn de eisen opgenomen waaraan het kwaliteitssysteem van de leverancier moet voldoen. De producent moet in het kader van de CE markering een Declaration of conformity hebben opgesteld met hierin de in de Annex ZA van NEN-EN opgenomen onderwerpen. 5.2 Beheerder van het kwaliteitssysteem Binnen de organisatiestructuur moet een functionaris zijn aangewezen die belast is met het beheer van het kwaliteitssysteem. 5.3 Interne kwaliteitsbewaking/kwaliteitsplan De leverancier moet beschikken over een door hem toegepast schema van interne kwaliteitsbewaking (IKB-schema). In dit IKB-schema moet aantoonbaar zijn vastgelegd: welke aspecten door de producent worden gecontroleerd; volgens welke methoden die controles plaatsvinden; hoe vaak deze controles worden uitgevoerd; hoe de controleresultaten worden geregistreerd en bewaard. Dit IKB-schema moet een afgeleide zijn van het in de bijlage vermelde model IKB-schema, en zodanig zijn uitgewerkt dat het Kiwa voldoende vertrouwen geeft dat bij voortduring aan de in deze Beoordelingsrichtlijn gestelde eisen wordt voldaan. Dit IKB-schema moet overeenkomen met het in de bijlage opgenomen raam-ikb-schema. Ten tijde van het toelatingsonderzoek moet dit schema ten minste 3 maanden functioneren. 5.4 Procedures en werkinstructies De leverancier moet kunnen overleggen: procedures voor: o de behandeling van producten met afwijkingen; o corrigerende maatregelen bij geconstateerde tekortkomingen; o de behandeling van klachten over geleverde producten en/of diensten; de gehanteerde werkinstructies en controleformulieren. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

15 6 Samenvatting onderzoek en controle Hieronder is de samenvatting gegeven van het bij certificatie uit te voeren: Toelatingsonderzoek: het onderzoek om vast te stellen dat aan alle in de BRL gestelde eisen wordt voldaan; Controleonderzoek: het onderzoek dat na certificaatverlening wordt uitgevoerd om vast te stellen dat de gecertificeerde producten bij voortduring aan de in de BRL gestelde eisen voldoen; daarbij is tevens aangegeven met welke frequentie controleonderzoek door de certificatie-instelling (CI) moet worden uitgevoerd; Controle op het kwaliteitssysteem: controle op de naleving van het IKB-schema en de procedures. 6.1 Onderzoeksmatrix Voor het onderzoek volgens deze beoordelingsrichtlijn is een represenatief monster nodig. Het monster wordt aselect getrokken uit een of meerdere verpakkingseenheden. Bij voorkeur wordt het monster samengesteld uit meerdere steken. Het bemonsterde product moet worden verpakt in een afsluitbare verpakking en moet eenduidig worden gemerkt. Omschrijving eis Artikel Onderzoek in kader van BRL 5062 Toelatingsonderzoek Toezicht door CI na certificaatverlening Controle Frequentie CE Brandklasse X X Vrijkomen van gevaarlijke stoffen X X CE markering X X Zie 7.6 X Cadmiumgehalte X X 2) Zie 7.6 gehalte calciumsulfaat X X 2) Zie 7.6 Gehalte organische stof X X 2) Zie 7.6 Korrelgrootte 4.5 X X 2) Zie 7.6 Verwerkingtijd 4.6 X X 2) Zie 7.6 Hechtsterkte 4.7 X X 2) Zie 7.6 Verpakking 4.8 X X 2) Zie 7.6 Certificatiemerk 4.9 X X Zie 7.6 1) Het KOMO keur wordt alleen verleend aan producten die aantoonbaar voldoen aan de wettelijke eisen zoals vastgelegd in de Europese, technisch specificaties voor het product. 2) door de inspecteur of door de certificaathouder in aanwezigheid van de inspecteur worden alle producteigenschappen bepaald die binnen de bezoektijd (maximaal 1 dag) kunnen worden uitgevoerd. Indien dit niet mogelijk is zal voor dit aspect tussen CI en certificaathouder afspraken worden gemaakt op welke wijze controle plaats zal vinden. 6.2 Controle op het kwaliteitssysteem Volgens de frequentie in artikel 7.6 van deze BRL controleert de certificatie instelling of de producent voldoet aan de kwaliteitsysteemeisen uit hoofdstuk 2 van deze BRL. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

16 7 Eisen aan de certificatie-instelling 7.1 Algemeen De certificatie-instelling moet voldoen aan de in EN gestelde eisen. Bovendien moet de instelling voor het onderwerp van deze BRL zijn geaccrediteerd door de Raad voor Accreditatie of een daaraan gelijkwaardige instelling (een accreditatie-instelling waarmee de RvA een overeenkomst van wederzijdse acceptatie heeft gesloten). De certificatie-instelling moet beschikken over een reglement, of een daaraan gelijkwaardig document, waarin de algemene regels zijn vastgelegd die bij certificatie worden gehanteerd. In het bijzonder zijn dit: De algemene regels voor het uitvoeren van het toelatingsonderzoek, te onderscheiden naar: o De wijze waarop leveranciers worden geïnformeerd over de behandeling van een aanvraag; o De uitvoering van het onderzoek; o De beslissing naar aanleiding van het uitgevoerde onderzoek De algemene regels ten aanzien van de uitvoering van controles en de daarbij gehanteerde controleaspecten; De door de certificatie-instelling te treffen maatregelen bij tekortkomingen; De regels bij beëindiging van een certificaat; De mogelijkheid tot het instellen van beroep tegen beslissingen of maatregelen van de certificatie-instelling. 7.2 Certificatiepersoneel Het bij certificatie betrokken personeel is te onderscheiden naar: Certificatiedeskundigen: belast met het uitvoeren van het toelatingsonderzoek en de beoordeling van de rapporten van inspecteurs; Inspecteurs: belast met de uitvoering van de externe controle bij de leverancier; Beslissers: belast met het nemen van beslissingen naar aanleiding van uitgevoerde toelatingsonderzoeken, voortzetting van certificatie naar aanleiding van uitgevoerde controles en beslissingen over de noodzaak tot het treffen van corrigerende maatregelen Kwalificatie-eisen Door het College van Deskundigen Afbouw zijn de volgende kwalificatie-eisen vastgesteld voor het onderwerp van deze BRL: Certificatiepersoneel Opleiding Ervaring Certificatiedeskundige HBO-niveau in een van de volgende disciplines: Civiele techniek Bouwkunde 5 jaar werkervaring met minimaal 4 toelatingsonderzoeken op beoordelings-richtlijnen m.b.t. relevante bouwproducten /processen Werktuigbouwkunde Inspecteur MBO-niveau in een van de volgende disciplines: Civiele techniek Bouwkunde 5 jaar werk ervaring. Minimaal 20 controle bezoeken op beoordelingsrichtlijnen m.b.t. relevante bouwproducten/processen. Beslisser HBO niveau 5 jaar werk ervaring, waarvan tenminste 1 jaar met betrekking tot certificatie Opleiding en ervaring van het betrokken certificatiepersoneel moet aantoonbaar zijn vastgelegd Kwalificatie Certificatiepersoneel moet aantoonbaar zijn gekwalificeerd door toetsing van opleiding en ervaring aan bovenvermelde eisen. Indien kwalificatie plaats vindt op grond van afwijkende criteria, moet dit schriftelijk zijn vastgelegd. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

17 De bevoegdheid om te kwalificeren ligt bij: Beslissers: kwalificatie van certificatiedeskundigen en inspecteurs Management van de certificatie-instelling: kwalificatie van beslissers. 7.3 Rapport toelatingsonderzoek De certificatie-instelling legt de bevindingen van het toelatingsonderzoek vast in een rapport. Het rapport moet aan de volgende eisen voldoen: Volledigheid: het rapport doet een uitspraak over alle in de beoordelingsrichtlijn gestelde eisen; Traceerbaarheid: de bevindingen waarop uitspraken zijn gebaseerd moeten traceerbaar zijn vastgelegd; Basis voor beslissing: de beslisser over certificaatverlening moet zijn beslissing kunnen baseren op de in het rapport vastgelegde bevindingen. 7.4 Beslissing over certificaatverlening De beslissing over certificaatverlening moet plaats vinden door een daartoe gekwalificeerde beslisser, die niet zelf bij het certificaatonderzoek betrokken is geweest. De beslissing moet traceerbaar zijn vastgelegd. 7.5 Uitvoeringsvorm kwaliteitsverklaring Het productcertificaat moet zijn uitgevoerd conform het als bijlage opgenomen model. 7.6 Aard en frequentie van externe controles De certificatie-instelling moet controle uitoefenen bij de leverancier op de naleving van zijn verplichtingen. Over de aan te houden controlefrequentie adviseert het College van Deskundigen Afbouw. Bij de inwerkingtreding van deze beoordelingsrichtlijn is de frequentie vastgesteld op vier controlebezoeken per jaar. Controles zullen in ieder geval betrekking hebben op: De in het certificaat vastgelegde productspecificatie Het productieproces van de leverancier; Het IKB-schema van de leverancier en de resultaten van door de leverancier uitgevoerde controles; De juiste wijze van merken van de gecertificeerde producten; De naleving van de vereiste procedures. De bevindingen van elke uitgevoerde controle zullen door de certificatie-instelling naspeurbaar worden vastgelegd in een rapport. 7.7 Rapportage aan College van Deskundigen De certificatie-instelling rapporteert ten minste jaarlijks over de uitgevoerde certificatiewerkzaamheden. In deze rapportage moeten de volgende onderwerpen aan de orde komen: Mutaties in aantal certificaten (nieuw/vervallen); Aantal uitgevoerde controles in relatie tot de vastgestelde frequentie; Resultaten van de controles; Opgelegde maatregelen bij tekortkomingen; Ontvangen klachten van derden over gecertificeerde producten. 7.8 Interpretatie van eisen Het College van Deskundigen Afbouw mag de interpretatie van in deze beoordelingsrichtlijn gestelde eisen vastleggen in één afzonderlijk interpretatiedocument. De certificatie-instelling is verplicht zich op de hoogte te stellen of er een interpretatiedocument is vastgesteld en, indien dit het geval is, de daarin vastgelegde interpretaties te hanteren. Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

18 8 Lijst van vermelde documenten 8.1 Publiekrechtelijke regelgeving Cadmiumbesluit Cadmiumbesluit, wet milieugevaarlijke stoffen, 1 juli Normen / normatieve documenten: NEN-EN Lijmen op basis van gips voor gipsblokken, termen en 2001 definities, eisen en beproevingsmethoden. NEN-EN Gips en pleister gebaseerde pleistermortel deel 2: 2004 beproevingsmethoden NEN-EN Bepaling van het totale gehalte aan organische koolstof 2002 in kalksteen NEN 5762 Bodem - Bepaling van het gehalte aan cadmium in 1990 grond met behulp van atomaire-absorptiespectrometrie (vlamtechniek) na ontsluiting met salpeterzuur en zoutzuur NEN-EN-ISO Water - Bepaling van 33 elementen met atomaireemissiespectrometrie met inductief gekoppeld plasma 1998 NEN-EN-ISO/IEC Algemene eisen voor de competentie van beproevings en kalibratielaboratoria NEN-EN algemene eisen voor instellingen die 1998 productcertificatie-systemen uitvoeren BRL 1014 Gipsblokken 2004 Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

19 Bijlage 1 Model IKB-schema Controleonderwerpen Controleaspecten Controlemethode Controlefrequentie Registratie Meet- en beproevingsmiddelen Weegschalen Onnauwkeurigheid IJking / kalibratie Eenmaal per jaar (2) Ja Zeef Thermometer Verontreiniging, beschadiging Onnauwkeurigheid -Visueel, -Verificatie ontvangstbon (3) Kalibratie - voor elke zeving - bij aanschaf Eenmaal per 2 jaar(2) Ja (4) Ja Ja Ja (4) Apparatuur hechtsterkte Onnauwkeurigheid Kalibratie opgave leverancier Ja (4) Drukbank Onnauwkeurigheid Doseer- en mengappararuur Menginrichting Verontreiniging en slijtage IJking volgens NEN 2876 door erkende instantie Visueel Eenmaal per 2 jaar Per batch Ja (4) Ja (1) Grondstoffen c.q. toegeleverde materialen: Ingangscontrole grondstoffen Mengtijd Juistheid, herkomst Verificatie Leveringsbon Continu Elke levering Nee Ja Productie Menginrichting Geschiktheid Juiste dosering Meting Visueel Elke levering of bij frequente levering tenminste eenmaal per 2 weken Per batch Ja Ja Verpakkingapparatuur Gereed product Samenstelling - calciumsulfaat - organische stof - cadmium Juiste werking Eisen BRL Visueel Volgens BRL Per batch Eenmaal per jaar (2) Eenmaal per jaar (2). Eenmaal per jaar (2) of controle grond- en hulpstoffen Ja (1) Ja Korrelgrootte Eenmaal per week Ja Verwerkingtijd Elke batch Ja Hechtsterkte -Eenmaal per dag op een per week wisselend blok - EN methode Viermaal per jaar (2) Ja Verpakkingseenheid Opslag Certificatie merk Eis BRL Visueel Eenmaal per dag Eenmaal per dag Ja (1) Ja (1) Opslag Gescheiden opslag Visueel KOMO productie Procedures Klachtenprocedure Aanwezigheid registratie 1) alleen bij afwijkingen 2) Eventueel door een extern 3) Door middel van een stempel of paraaf op ontvangstbon of opdrachtbrief 4) Kalibratierapport, ijkrapport, ijkmerk of keuringsrapport Eenmaal per dag Volgens procedure Ja (1) Ja Nationale Beoordelingsrichtlijn BRL april

20 KOMO productcertificaat Bijlage 1 Nummer Vervangt Uitgegeven d.d. Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 21 Halfproduct VERKLARING VAN CI Dit productcertificaat is afgegeven op basis van BRL XXXX "XXXX" d.d. jjjj-mm-dd, conform het CI-Reglement voor Productcertificatie. CI verklaart, dat het gerechtvaardigd vertrouwen bestaat dat de door de certificaathouder vervaardigde producten aan de in dit productcertificaat vastgelegde technische specificaties voldoen, mits zij zijn voorzien van het KOMO -merk op de wijze zoals aangegeven in dit productcertificaat. directeur CI Om na te gaan of dit certificaat nog geldig is wordt geadviseerd om te raadplegen. Certificaathouder Telefoon / Fax / Internet draagt CE Beoordeeld is: kwaliteitssysteem product Periodieke controle is een collectief merk van Stichting Bouwkwaliteit.

21 KOMO productcertificaat PRODUCTSPECIFICATIE Merken De producten worden gemerkt met het KOMO -merk De uitvoering van dit merk is als volgt: Invullen WENKEN VOOR DE GEBRUIKER Inspecteer bij aflevering of: - geleverd is wat is overeengekomen; - het merk en de wijze van merken juist zijn; - de producten geen zichtbare gebreken vertonen als gevolg van transport en dergelijke. Indien u op grond van het hiervoor gestelde tot afkeuring overgaat, neem dan contact op met: - en zo nodig met: - CI. Raadpleeg voor de juiste wijze van opslag, transport en verwerking de verwerkingsvoorschriften van de certificaathouder. LIJST VAN VERMELDE DOCUMENTEN* NEN 1234 * Voor de juiste versie van de vermelde normen wordt verwezen naar het laatste wijzigingsblad bij Pagina 2 van 21