Gebruiks- en onderhoudsaanwijzingen

Transcriptie

1 Gebruiks- en onderhoudsaanwijzingen WAARSCHUWINGEN Lees de inhoud van EN 529 : 2005 zorgvuldig door, voordat u dit instrument gaat gebruiken en zorg dat u bekend bent met de eisen van de middelen voor ademhalingsbescherming en de mogelijke effecten voor de drager. Gebruikers van het TORNADO-systeem moeten vertrouwd zijn met de gevaren op de werkplek voor gebruik van deze apparatuur, moeten zij een gedegen opleiding hebben gevolgd. Deze brochure moet in combinatie met de brochure voor de T/POWER en T/FILTER worden gelezen. T8 is niet goedgekeurd voor gebruik met T/A/LINE of AIRLINE FCV. De T/POWER moet worden uitgerust met filters uit het TORNADO-assortiment, die zijn afgestemd op het risico op de werkplek. Dit product mag enkel worden gebruikt met filters van het merk Protector, geproduceerd door Scott Health and Safety Limited. Bij gebruik van enig ander filter vervalt de goedkeuring en neemt de geboden bescherming hoogst waarschijnlijk af. Let erop dat u de markeringen EN en EN van de TORNADO-filters NIET altijd gelijk zijn met filtermarkeringen in betrekking tot andere EN-normen. Gebruik de T8 NIET in enge ruimten, zuurstofarme omgevingen (<19,5%), zuurstofverrijkte omgevingen (>23%) of plaatsen waar acuut levensgevaar of gevaar voor de gezondheid bestaat. NIET GEBRUIKEN als de omgevingstemperatuur buiten een bereik van -10 C t/m +50 C. Vochtigheidsniveaus tot 95% RH vormen geen probleem. NIET gebruiken als het apparaat is beschadigd. Het gelaatsstuk en de luchtslang moeten voor elk gebruik worden geïnspecteerd om te verzekeren dat ze vrij zijn van elke vorm van beschadiging (b.v. chemische schade, scheurtjes of kapotte naden), die tot lekkage of een verminderde bescherming zou kunnen leiden. Een maandelijkse inspectie van het apparaat is in Groot-Brittannië verplicht op basis van de COSHH-voorschriften. In alle andere landen wordt een maandelijkse inspectie dringend aanbevolen. Een goede bescherming is enkel mogelijk wanneer het apparaat correct past. Bij windsnelheden van meer dan 2 meter per seconde kan de bescherming afnemen. In het onwaarschijnlijke geval dat de T/POWER defect raakt in een gevaarlijke omgeving, dan kan er een vermindering van de luchtstroom in het gezichtsstuk optreden. Het gelaatsstuk NIET wegnemen. GA ONMIDDELLIJK naar een veilige zone en verwijder dan pas het gelaatsstuk. TORNADO-hoofddeksels kunnen worden gebruikt in bepaalde explosieve en ontvlambare atmosferen bij gebruik met T/POWER die als intrinsiek veilig is gemarkeerd. Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de werkgever, erop toe te zien dat de intrinsieke veiligheidsgoedkeuring in overeenstemming is met de concrete omgeving. Bij zeer hoge werksnelheden kan de druk in het apparaat negatief worden op het ogenblik van een inhalatiepiek. NIET gebruiken wanneer er een lage doorstroomhoeveelheid is. T8 mag niet worden gebruikt als de contaminant-concentratie meer dan 20-maal hoger is dan de beroepsmatige blootstellingslimiet (OEL) of 1000 ppm per volume. Waarschijnlijk wordt er niet voldaan aan de eisen voor lekkage als er haar of de zijbeugels van een bril, of gedeeltes van de kleding onder de afdichting van het gezicht zitten. De gelaatsmaskers mogen NIET worden gemodificeerd, aangezien dit alle goedkeuringen ongeldig maakt en letsel of overlijden van de drager tot gevolg kan hebben. TORNADO-filters (EN 12942) mogen niet rechtstreeks op het gelaatsmasker worden bevestigd. 23

2 SPECIFICATIES Beschrijving: Halfgelaatsmasker met slangkoppeling volgens EN Classificatie: EN TM2 Minimum-ontwerpdebiet: 110 L/min Toegekende* (nominale) beschermingsfactor: 20 (200) Bedrijfstemperatuurgrenzen: -10 C tot +50 C Materiaal: Binnenmasker Siliconen-elastomeer Buitenschelp Acrylonitril-butadieen-styreen (ABS) Gewicht: 180 Gram * Conform EN 529 : 2005 MARKERINGEN EN HUN BETEKENIS Het T8 halfgelaatsmasker draagt de volgende markeringen in overeenstemming met EN 12942: Markeringen buitenschelp: Markering SCOTT EN12942 TM2 T8 Betekenis Naam van de fabrikant Norm - aangedreven ademhalingssysteem Classificatie Productnaam Markeringen binnenmasker: Markering Betekenis SHS Identificatie van de fabrikant CE CE-markering 0086 Certificatie-instantie S/M Maat - Small/Medium M/L Maat - Medium/Large EN140 : 1998 Norm - onderdruk-halfgelaatsmasker Productiedatum: 07 Duidt jaartal aan (2007) Duidt maand aan (juni) FILTERKEUZE T8 kan worden gebruikt met een T/POWER ademhalingssysteem conform EN 12942, of met een enkel filter, dat rechtstreeks op het masker wordt bevestigd conform EN 140. Voor iedere hierboven beschreven toepassing is een ander type filter nodig. Het is ABSOLUUT NOODZAKELIJK het juiste filtertype te gebruiken voor de gekozen toepassing. Wanneer T8 samen met T/POWER wordt gebruikt, moeten er filters uit de TF-serie worden gebruikt. Meer informatie over de beschikbare filters vindt u in de gebruikershandleiding van de T/POWER. Wanneer T8 wordt gebruikt met één filter, dat rechtstreeks op het masker wordt bevestigd, moeten er filters uit de Pro2000-serie worden gebruikt. De volgende Pro2000-filters zijn verkrijgbaar voor gebruik met de T8: Onderdeelnr. Filtertype Standaard EC251R P3 EN 143 : 2000 EC220R A2 P3 EN : 2004 EC221R B2 P3 EN : 2004 EC223R K2 P3 EN : A2 B2 P3 EN : 2004 EC230R A2 B2 E1 P3 EN : 2004 EC238R AE1Hg P3 EN : 2004 EC200R A2 EN : 2004 EC201R B2 EN : 2004 EC203R K2 EN : A2 B2 EN : 2004 EC219R AX EN : 2004 Alle filters hierboven worden verkocht in pakken van 20. DRAGEN Het halfgelaatsmasker moet voor elk gebruik worden geïnspecteerd op beschadigingen, zoals krassen, barsten en slijtage. Beschadigde onderdelen, componenten die in aanraking zijn geweest met oplosmiddelen of slagschade hebben geleden, moeten worden vervangen. 24

3 Hoewel de materialen die in contact komen met de huid van de drager geen bekende risico's op huidirritatie of andere negatieve invloeden op de gezondheid hebben, kunnen ze toch allergische reacties veroorzaken bij bijzonder gevoelige personen. De eerste ingebruikneming dient te gebeuren onder toezicht van een competent persoon. 1. Selecteer een masker in de juiste maat: S/M of M/L. 2. Controleer of alle onderdelen van de T8 schoon en in goede staat zijn. 3. Bij gebruik van T8 met T/POWER koppelt u de ademslang aan het masker. Draai de moer aan en let erop dat het elleboogstuk in de juiste hoek staat. Draai deze NIET te hard aan. Wanneer het filter rechtstreeks op het masker wordt bevestigd, schroeft u het filter rechtsom helemaal in de zijkoppeling en draait het vingervast. Draai dit NIET te hard aan. Afb Pas het hoofdtuig aan zodat de gesp niet tegen het masker zit en het hoofdkussen bovenaan aan het masker zit. Plaats de riem rond de nek (zie Afb. 1). Zodra het masker comfortabel zit voor een bepaalde gebruiker, hoeft de lengte van de hoofdband niet meer te worden aangepast bij een volgende ingebruikneming. 5. Zet het halfgelaatsmasker op het gelaat en pas het aan tot de gelaatsafdichting precies op het gelaat aansluit. Afb Schuif het hoofdkussen naar de kruin van het hoofd (Afb. 2) en pas het hoofdtuig aan, schuif het hoofdtuig door de ankers om de trekkracht op het hoofdtuig in evenwicht te brengen. Het masker moet stevig tegen het gelaat aan zitten en mag niet bewegen. Als het niet past of oncomfortabel zit, pas de lengte van het hoofdtuig dan aan met de gesp achteraan in de nek (Dit gaat makkelijker voordat u het masker hebt opgezet). Een te strak aangespannen hoofdtuig zit ongemakkelijk en vervormt de gelaatsafdichting. 7. Test de gelaatsafdichting door de inlaat van de ademslang/filter met uw handpalm af te sluiten en in te ademen. Controleer of het masker tegen het gelaat wordt gezogen en blijft zitten tot de drager uitademt. Merkt u lekkage op, controleer dan de gelaatsafdichting en uitademventielen. Als u er niet in slaagt het masker correct aan te passen of als er lekkage blijft optreden, kunt u eventueel een masker in een andere maat proberen. 25

4 Gebruik het masker NIET als het niet perfect past of als er lekkage blijft optreden. 8. Leid de ademslang bij gebruik van T8 met T/POWER vrij over de rug, zodat ze niet wordt geknikt, kan worden losgetrokken of verpletterd. 9. Volg de instructies in de T/POWERgebruikershandleiding om: i) de ademslang aan de T/POWER te koppelen, ii) de luchtdebiettest uit te voeren, iii) de filters te controleren. NA GEBRUIK Neem het halfgelaatsmasker NIET af voordat u de gevaarlijke ruimte heeft verlaten. 1. Neem het halfgelaatsmasker af en maak de ademslang of het filter los. 2. Wanneer u een filter verwijdert, dat rechstreeks op het masker is bevestigd, moet u controleren of het filter niet verstopt, verzadigd of verlopen is. Filters die zich in deze toestand bevinden, moeten worden vervangen. 3. Maak het masker en de buitenkant van de ademslang schoon met een synthetische spons, bevochtigd met een milde zeepoplossing en warmwater of TriGene TM -oplossing. Laat GEEN water in de luchtslang lopen. 4. Spoel het masker grondig onder zuiver stromend water en hang het op aan het hoofdtuig tot het helemaal droog is. Pas NOOIT stralingswarmte of zonlicht toe om het drogen te versnellen. 5. U kunt de gelaatsafdichting schoonmaken met TriGene TM -doekjes. 6. Controleer na de reiniging of alle onderdelen nog in goede staat zijn. Versleten of beschadigde onderdelen moeten worden vervangen voor u het masker opnieuw gebruikt. OPBERGEN Indien ze niet wordt gebruikt, moet deze uitrusting worden bewaard op een schone, droge plaats, beschermd tegen directe warmtebronnen, tussen +10ºC en +30ºC bij een relatieve luchtvochtigheid van minder dan 65%. 26

5 ONDERHOUD Binnenmasker en Buitenschelp: Inspecteren op gaten, beschadiging van het oppervlak of overmatige vervorming, in het bijzonder rond de inlaataansluiting. Controleer of het binnenmasker flexibel is en geen beschadigingen vertoont. Het binnenmasker en de buitenschelp moeten na vijf jaar gebruik worden weggeworpen, ongeacht hun toestand. Ventielflappen: Inspecteer de ventielflappen iedere 3 maanden visueel, om te verzekeren dat ze schoon en intact zijn. De ventielflappen moeten jaarlijks worden vervangen, ongeacht hun toestand. Ventielflappen op voorraad kunnen vijf jaar worden bewaard; daarna moeten ze worden weggeworpen. Uitademventielflappen zijn voorzien van een code die het productiejaar aanduidt. De code 07' staat voor 2007 en wordt gevolgd door een stip voor elk daaropvolgend jaar, dus 07.' zou staan voor INSPECTIE- EN ONDERHOUDSGEGEVENS REGISTREREN Noteer alle test- en onderhoudsgegevens op het Inspectie- en onderhoudsformulier achteraan in deze handleiding. De volgende informatie wordt hier doorgaans in opgenomen: Naam van de werkgever, verantwoordelijk voor het apparaat. Type, modelnummer of merk van het apparaat, samen met een beschrijving van alle typische kenmerken, om een duidelijke identificatie mogelijk te maken. Datum van de inspectie/het onderhoud met de naam, handtekening of unieke identificatie van de onderzoeker. Toestand van het apparaat, beschrijving van eventueel vastgestelde gebreken en genomen herstelmaatregelen. Onderdelen hoofdtuig: Controleer op eventuele gebreken en let vooral op de verankeringslippen. 27

6 RESERVEONDERDELEN Nr. Beschrijving Onderdeelnr. 1 Masker en buitenschelp - 2 Onderhoudskit ventielflappen Inademventielflap - 4 Uitademventielflap - 5 Revisiekit Inademventielframe en pen - 7 Uitademklepdeksel - 8 Hoofdtuig Luchtslang TOR7/HOSE/EPDM - TriGene vloeistof (1 Liter) TriGene desinfectiedoekjes (Pak van 20)

7 RESERVEONDERDELEN AANBRENGEN Om de slang te vervangen: 1. Verwijder de slang van het masker door ze in tegenwijzerzin los te schroeven. 2. Sluit de nieuwe ademslang op het masker aan door ze in wijzerzin vast te schroeven. Draai de moer aan en let erop dat het elleboogstuk in de juiste hoek staat. Draai deze NIET te hard aan. Om de uitademventielflappen en klepdeksels te vervangen: 1. Trek het klepdeksel aan de onderste uitsparing uit de behuizing. 2. Neem de ventielflap vast en trek hem voorzichtig uit de behuizing. 3. Controleer of de vervangingsflappen in goede staat zijn en trek de steel van elke flap voorzichtig door het midden van het ventielframe, tot de flap vlak tegen het frame ligt. 4. Plaats het klepdeksel in de uitsparingen van de behuizing en klik het vast. Om de inademventielflap te vervangen: 1. Druk het ventielframe met de flap en pen langs de binnenkant van het masker naar buiten en verwijder het uit het masker. 2. Verwijder de ventielflap van de ventielpen. 3. Controleer of de vervangingsflap in goede staat is en bevestig de flap voorzichtig op de ventielpen. 4. Breng het ventielframe met de flap en pen terug aan in de behuizing van het masker en zorg ervoor dat het ventielframe correct in de behuizing zit. Zorg ervoor dat de flap vlak tegen het frame zit. Om het hoofdtuig te vervangen: 1. Druk de verankeringslippen van het hoofdtuig weg van de buitenschelp om het hoofdtuig los te koppelen. 2. Druk de verankeringslippen van het nieuwe hoofdtuig in de uitsparingen van de buitenschelp. Controleer of iedere lip goed vastklikt en stevig is bevestigd. Let erop dat het hoofdtuig niet gedraaid of verstrikt zit. GARANTIE De producten vervaardigd in onze fabrieken in Skelmersdale en Vaasa genieten 12 maanden (tenzij anders aangegeven) garantie op onderdelen, werkuren en terugzending. De garantieperiode begint op de dag van aankoop door de eindgebruiker. Deze producten zijn gegarandeerd vrij van materiaal- en fabricagefouten op het ogenblik van de levering. SCOTT aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor enig defect ten gevolge van opzettelijke beschadiging, verwaarlozing, abnormale werkomstandigheden, nietnaleving van de instructies van de oorspronkelijke fabrikant, verkeerd gebruik en aanpassingen of reparaties door onbevoegden. Voor iedere prestatie onder garantie dient een bewijs van de aankoopdatum te worden voorgelegd. Alle garantie-eisen moeten aan de SCOTT-klantenservice (Customer Services) worden gericht. De terugzending dient te verlopen volgens onze vaste retourprocedure. AANGEMELDE INSTANTIES Inspec International Limited (0194) 56 Leslie Hough Way, Salford, Greater Manchester, M6 6AJ, England. BSI Product Services (0086) Kitemark House, Maylands Avenue, Hemel Hempstead, HP2 4SQ, England. 29