Gebruikershandleiding Montagehandleiding

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gebruikershandleiding Montagehandleiding"

Transcriptie

1 Gebruikershandleiding Montagehandleiding Zonneboiler AquaSol 4 TYPE: LB 150 ET Zie voor garantieregistratie ook op het internet : bij garantiebewijs

2 Ferroli Nederland Postbus 3364, 4800 DJ Breda Konijnenberg 24, 4825 BD Breda Internet: Consumenten-informatie telefoonnummer: N.B. Op bovenstaand nummer kunnen geen storingen worden gemeld. Meld storingen bij uw installateur. Geachte gebruiker, Gefeliciteerd met de aanschaf van uw zonneboiler. Dit toestel biedt u naast een hoog comfort, een laag energiegebruik, gunstig voor u en voor het milieu. Deze gebruikershandleiding biedt u diverse adviezen om goed met uw zonneboiler om te gaan. Wij raden u daarom aan deze handleiding zorgvuldig te lezen en te bewaren. Garantie en registratie Via onze website op internet, kunt u heel eenvoudig uw toestel registreren t.b.v. de garantie. Zie hiervoor onze website bij garantiebewijs. Natuurlijk kunt u ook de garantiekaart, die u aan het einde van deze handleiding aantreft, naar ons retour sturen. Wij verzoeken u, binnen 30 dagen na de installatiedatum, de garantie te registreren via internet of middels het retourneren van de volledig ingevulde garantiekaart. Installatie Het toestel dient door een erkende installateur geïnstalleerd, in bedrijf gesteld en onderhouden te worden. Geachte installateur, Het tweede deel van deze handleiding is een montagehandleiding, die tevens een storingsanalyse en uitleg over de werking van het toestel bevat. De montagehandleiding biedt u een handzame hulp bij het installeren van het toestel. Aandachtspunten vóór montage U wordt in dit hoofdstuk geattendeerd op belangrijke zaken, die u voorafgaand aan de montage moet weten. Montage-instructie In deze instructie wordt aangegeven hoe het toestel gemonteerd en in bedrijf gesteld wordt. Onderhoud, storingen en service Raadpleeg dit hoofdstuk bij onderhoudsbeurten en storingen. Werking en technische gegevens In dit hoofdstuk wordt in het kort uitleg gegeven over de werking van het toestel. Tevens vindt u hier de technische gegevens en het elektrisch aansluitschema. Aansprakelijkheid Ferroli Nederland kan niet aansprakelijk worden gesteld voor persoonlijk letsel en/of materiële schade die ontstaan is door het niet naleven van deze handleiding. Gegevens AquaSol 4 LB 150 ET: Zonneboiler Serienummer: PHST - - (zie garantiebewijs op pagina 28 van de handleiding) Telefoonnummer installateur of onderhoudsbedrijf: (juiste type aanvinken) Naverwarmer : MegaDens Type : MegaLux Type : Anders nl. : Serienummer : Dit nummer altijd doorgeven. Belangrijk voor garantie! Wij behouden ons het recht voor om wijzigingen / verbeteringen aan het product en bijgevoegde informatie aan te brengen zonder voorafgaande kennisgeving. Op staat de meest actuele versie van deze handleiding, die alle eerdere versies vervangt. Uiteraard is de inhoud van de nieuwere versie van deze handleiding te gebruiken in plaats van de eerder gepubliceerde versies. 2 Documentnummer: DRS 5011 versie: 2 datum: november 2009

3 Gebruikershandleiding Montagehandleiding zonneboiler AquaSol 4 TYPE: LB 150 ET GEBRUIKERSHANDLEIDING 1. Algemeen... 5 Voor uw veiligheid: Let op! Werking en instellingen Het in en uit bedrijf nemen van het toestel Gebruikersadviezen Display

4 MONTAGEHANDLEIDING AANDACHTSPUNTEN VOOR MONTAGE 6. VOORSCHRIFTEN AANDACHTSPUNTEN VÓÓR MONTAGE Opstelling Leveringsomvang Toestelaccessoires MONTAGEHANDLEIDING 8. MONTAGE-INSTRUCTIE Afmetingen en aansluitingen rondom zonneboiler Afmetingen en aansluitingen ronom de terugloopunit (TLU) Afmetingen en aansluitingen ronom de regeling Ophangen van de zonneboiler AquaSol 4 LB-150-ET Ophangen van de TerugLoopUnit AquaSol 4 LB-150-ET Ophangen van de DT-4 regeling AquaSol 4 LB-150-ET Plaatsing van zonnecollectoren Aansluiten van de zonnecollector Leidinglengteberekening TerugLoopUnit en meerdere collectoren Tapwaterzijdige aansluiting op de naverwarmer Elektrische aansluiting van de AquaSol EERSTE INGEBRUIKNEMING VAN DE AquaSol 4 LB-150-ET Vulprocedure / controle vul niveau Zonneboiler vullen In bedrijf nemen Applicatie keuze Uit bedrijf nemen INSPECTIE, STORINGEN EN SERVICE 10. INSPECTIE EN AFSTELLEN Naverwarmer afstellen op de AquaSol 4 LB-150-ET FUNCTIECODES, STORINGEN EN SERVICE ONDERDELEN Storingslijst met mogelijke oorzaken en oplossingen Serviceonderdelen van de zonneboiler AquaSol 4 LB-150-ET Serviceonderdelen van de TerugLoopUnit en regeling WERKING EN TECHNISCHE GEGEVENS 12. WERKING EN TICHNISCHE GEGEVENS Werking van het toestel Elektrisch aansluitschema Technische gegevens van de AquaSol 4 LB-150-ET Bijlage I: Aandachtspunten installatie Zonne-Combi set Bijlage II: Plaatsingsvoorschrift Liggende collector Bijlage III: Plaatsingsvoorschrift Staande collector Bijlage IV: Montage instructie Ballastframe Bijlage V: Controle instructie zonneboilervloeistof Bijlage VI: Werkplaats instructiekaart zonneboilervloeistof NOTITIES GARANTIE EN REGISTRATIE

5 1. ALGEMEEN 1.1 Introductie De Ferroli AquaSol 4 LB-150-ET is een zonneboiler welke met behulp van een zonnecollector zonne-energie invangt en opslaat in de boiler. Vanuit de zonneboiler stroomt het voorverwarmde tapwater via het naverwarmingstoestel naar de warmwater-tappunten. Daarnaast kunt u de installatie uitbreiden met een cv-module. Met deze cv-module is het mogelijk om ook de cv-installatie te verwarmen met zonne-energie. Gebruikershandleiding 2. WERKING EN INSTELLINGEN De zonnecollector vangt het zonlicht in en zet deze om in bruikbare warmte. Deze warmte wordt via een collectorcircuit overgedragen aan een tapwaterstroom door de terugloopunit. De tapwaterstroom circuleert vanuit de zonneboiler door de terugloopunit, onttrekt de warmte van de collector-circulatie en gaat retour naar de zonneboiler. Bij tapwatervraag stroomt het voorverwarmde water vanuit de zonneboiler via de naverwarmer naar het tappunt. Display Figuur 1.1 AquaSol 4 LB 150 ET In deze handleiding wordt voor installatie doeleinden uitgegaan van een Ferroli combi CV toestel met NZ keur, als naverwarmer. U kunt ook een ander toestel met een NZ-keur gebruiken. Voor uw veiligheid: Let op! 230V elektrische spanning Dit toestel bevat componenten die onder een spanning van 230V werken. Heet water Een tapwatertemperatuur van meer dan 80 C op het tappunt dient voorkomen te worden. Om dit te bereiken moet een thermostatisch mengventiel geplaatst worden, zoals in H8.10 omschreven. Warme leidingen De temperatuur van de collectorleidingen en de verbindingsleiding tussen de terugloopunit en de zonne-boiler, kunnen op zonnige dagen oplopen tot boven de 90 o C. De tapwaterleidingen tot aan het thermostatisch mengventiel kunnen tot 85 C heet worden. Naverwarming tapwater De naverwarmer moet altijd ingesteld zijn op een minimale tapwatertemperatuur van 60 o C. Wijzig deze instelling niet! Lees ook de gebruiksaanwijzing van de naverwarmer aandachtig door. Figuur 2.1 Principe werking Bedrijfsstatus Op het display kan de temperatuur en het functioneren van de zonneboiler afgelezen worden. In hoofdstuk 5 is een overzicht van de Indicaties op het display bij normaal bedrijf van de boiler weergegeven. Instellingen Als het water in de zonneboiler een temperatuur van 60 o C of meer bereikt, zal de naverwarmer niet worden ingeschakeld bij warm tapwater vraag. 5

6 3. HET IN EN UIT BEDRIJF NEMEN VAN HET TOESTEL In bedrijf nemen 4. GEBRUIKERSADVIEZEN In dit hoofdstuk worden een aantal handreikingen gedaan om zoveel mogelijk voordeel van uw toestel en de installatie te hebben. Raadpleeg ook de handleiding van de aangesloten naverwarmer. 1. Controleer of het toestel conform de montage voorschriften van Hoofdstuk 8 is aangesloten. 2. Steek de stekker van het naverwarmingstoestel in het stopcontact. 3. Steek de stekker van de zonneboiler in het stopcontact. Als de collectortemperatuur tussen 10 o C en 130 o C is zal de collectorpomp eerst een testprogramma doorlopen. Dit testprogramma duurt ca. 2 minuten. Dit is waarneembaar in het display wat van 80 terugtelt naar 0. Hierna wordt het toestel vrijgegeven voor de regeling. Alles gaat goed: Op het display wordt een teller weergegeven die van 80 naar 0 aftelt. Tijdens deze aftel-procedure worden de zelftesten van het systeem uitgevoerd, de sensoren gecontroleerd en de collectorpomp aangestuurd. Na de aftel procedure worden afwisselend de temperatuur van het tapwatervat en de bedrijfsstatus weergegeven. Indien er voldoende licht op de collector valt voor het opwarmen van de zonneboiler, zal de collectorpomp worden ingeschakeld. Gedurende de opstartperiode draait de collectorpomp op hoogste toerental. Na de opstart-periode zal het toerental van de collectorpomp automatisch op de meest optimale snelheid worden geregeld. De werking van het systeem wordt weergegeven door de knipperende punt achter het rechter getal van het display. Bevriezingsgevaar Om te voorkomen dat onderdelen van uw installatie of waterleidingen bevriezen, dient u; de ruimte waarin de zonneboiler is opgesteld vorstvrij te houden. Dit kunt u bijvoorbeeld doen door de deur naar de ruimte met de zonneboiler open te zetten. de cv-installatie niet uitschakelen! vul de TerugLoopUnit collectorzijdig met zonneboiler vloeistof. Naverwarmertemperatuur De naverwarmer moet altijd zo zijn ingesteld dat de tapwatertemperatuur minimaal 60 C is. Op vakantie? Laat de stekker in het stopcontact! Tijdens het opwarmen van het tapwatervat zal het systeem altijd een minimale hoeveelheid energie gebruiken. De afkoeling van het systeem is zeer gering. Er treden kleine stilstandverliezen op. Het uitschakelen van de boiler bij lange afwezigheid is daarom niet noodzakelijk. Omgaan met warm water Er gaat iets mis: kijk op het display Het toestel doet niets. Ook het display licht niet op: Controleer of de stekker in het stopcontact zit, Controleer of er spanning op het stopcontact staat. Een optredende storing wordt door een knipperend display zichtbaar gemaakt. Hoofdstuk 11 geeft een overzicht van de mogelijk optredende functie- en storingscodes. De levering van warm tapwater wordt volledig door de naverwarmer overgenomen. De zonneboiler dient als voorverwarmer voor warm tapwater. Er dient altijd een naverwarmer geplaatst te worden om de juiste tapwatertemperatuur te garanderen. Raadpleeg ook de handleiding van de naverwarmer. Adviezen: Wijzig de instelling van het tapwatersetpoint (naverwarmer) niet! Wijzig de instelling van het eventueel toegepaste thermostatisch mengventiel niet! Schakel de naverwarmer niet uit! Uit bedrijf nemen Neem de stekker van de zonneboiler uit het stopcontact. Voor het uit bedrijf nemen van de naverwarmer, zie de handleiding van de naverwarmer. 6

7 5. DISPLAY De regeling van uw zonneboiler is in staat om op het display het functioneren van de zonneboiler weer te geven. Display Drukknop Storingen Storingen worden in het display weergegeven met een knipperende storings-code (cijfers 71 t/m 84). De codes zijn omschreven in hoofdstuk 11 van de montagehandleiding. Bij het optreden van een storing aan de zonneboiler wordt de levering van warm tapwater volledig overgenomen door de naverwarmer en blijft u het gebruikelijke warmwater comfort houden. Mocht er een situatie zijn waarin er geen levering van warm tapwater is, of dat het tapwater niet op temperatuur is, dan is er een storing aan de naverwarmer. Raadpleeg hiervoor de handleiding van de naverwarmer. Figuur 5.1 Display DT4 regelaar Voorbeelden van display weergave: Bedrijfssituatie: De besturing van het systeem is ingeschakeld. (standaard instelling) De besturing van het systeem is uitgeschakeld. De zonneboiler wordt nu niet opgewarmd. De besturing kan in- of uitgeschakeld worden door de drukknop (zie fig. 5.1) te bedienen. De besturing zal nu van on naar of springen, of omgekeerd. Door de drukknop 5 seconden niet meer te bedienen wordt de gekozen bedrijfssituatie ingesteld. Zelf oplossen van storingen Geen oplichtend display Mogelijke oorzaak en oplossing: Stekker zit niet in het stopcontact; Steek de stekker in het stopcontact. Er staat geen spanning op het stopcontact; Controleer dit door een ander apparaat (b.v. een looplamp) op het stopcontact aan te sluiten. Overige storingen Het herhaald voorkomen van een storing, of het niet leveren van warmwater, duidt op een storing die alleen door uw installateur kan worden opgelost. Waarschuw uw installateur: Op pagina twee van deze handleiding is een kader opgenomen met gegevens die voor u en de installateur van belang kunnen zijn. Vul deze gegevens aan, en noteer ook de gegevens van uw installateur. Laat de besturing altijd op on staan! Tapwatertemperatuur in de zonneboiler Tijdens normaal bedrijf geeft het display afwisselend weer: de tapwatertemperatuur [ C] in de zonneboiler (ca. 8 sec.) en de bedrijfssituatie [on / of] (ca. 4 sec.). Tapwatertemperatuur in de zonneboiler. De knipperende punt rechtsonder geeft aan dat de zonneboiler wordt opgewarmd met warmte ingevangen door de zonnecollector. Knipperende cijfers. Er is een functieonderbreking of storing. Zie hiernaast of de storing eenvoudig op te lossen is. 7

8 Montagehandleiding 6. VOORSCHRIFTEN Voor installatie van de zonneboiler dient er rekening te worden gehouden met onder andere de volgende voorschriften: a. Het bouwbesluit, waarin o.a. naar de volgende normen wordt verwezen: b. NEN 1010 veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties; c. NEN 1006: Algemene voorschriften voor drinkwaterinstallaties AVWI met bijbehorende werkbladen; d. NEN 3215 de norm voor binnenriolering in woningen en woongebouwen; e. Brandweervoorschriften. Voor alle voorschriften geldt dat aanvullingen op normen of voorschriften of latere voorschriften op het moment van installeren van toepassing zijn. De installatie van het toestel mag alleen geschieden door daartoe gekwalificeerde personen. Uitdrukkelijk wordt gesteld dat deze technische montagehandleiding als aanvulling op de bovengenoemde voorschriften moet worden gezien en dat deze voorschriften prevaleren boven de informatie in deze handleiding. Raadpleeg de handleiding van uw naverwarmingstoestel. 7. AANDACHTSPUNTEN VÓÓR MONTAGE Voor u overgaat tot montage van het toestel is het belangrijk een aantal mogelijkheden, met bijbehorende aspecten, vooraf te bekijken. Ontwerpdruk Het sanitair deel van het systeem is ontwikkeld om te functioneren tussen een druk van 1 en 8 bar. Thermostatisch mengventiel Om te hoge watertemperaturen aan het tappunt te voorkomen moet een thermostatisch mengventiel worden geplaatst. (zie hoofdstuk 8.8) Gewicht toestel Bij het ophangen van het toestel dient u rekening te houden met het gewicht van de gevulde zonneboiler. Voor het gewicht zie hoofdstuk 12.3: TECHNISCHE GEGEVENS. Leidingen Om tot een snelle warm tapwaterlevering te komen wordt geadviseerd om de afstand tussen de naverwarmer en het tappunt zo kort mogelijk te houden. Daarnaast adviseert Ferroli om voor de tapwaterleidingen naar het keukentappunt in 12 mm uit te voeren. Leidingafschot De leidingen tussen de zonnecollector en de terugloopunit moeten altijd onder afschot naar de terugloopunit toe lopen. Leidingisolatie Alle warmtevoerende leidingen moeten geïsoleerd worden met daartoe bestemd isolatie materiaal. Dakdoorvoer (bij zonnecollectorplaatsing in een schuin dak) De opening in het dakbeschot voor doorvoer van de collectorleidingen moet worden afgedicht met een daartoe bestemd isolatiemateriaal. Gebruik hiervoor b.v. glaswol, steenwol, minerale wol, of een gelijkwaardig product en werk het doorvoergat af met daarvoor bestemd materiaal. Opstellingsruimte De ruimte waarin de zonneboiler is opgesteld dient vorstvrij te zijn. Voeding van de zonneboiler Zowel de zonneboiler als de naverwarmer hebben een 230V voeding nodig. De stopcontacten moeten voorzien zijn van randaarden. De TLU krijgt voeding van de print in de zonneboiler. Rioolaansluiting Tijdens het opwarmen van de zonneboiler zal er altijd een beetje water geloosd worden via de inlaat- combinatie in de koudwateraanvoerleiding. Indien u een HR toestel gebruikt als naverwarmer, zal deze altijd condenswater produceren. Voorkom de afvoer van het water uit de inlaatcombinatie van de zonneboiler en de condenswater-afvoer van de naverwarmer nooit. Zorg ervoor dat het water op een correcte manier naar het riool afgevoerd wordt. Voor installatie doeleinden wordt uitgegaan van een Ferroli combi CV toestel vanaf serienr.: 0520Lxxxxx. Wanneer een ander type naverwarmer of een een toestel met een eerder serienummer wordt gebruikt, moet een brandervoorwaarde regeling worden toegepast (zie voor artikel nummer brandervoorwaarde regeling 7.3). 8

9 7.1 Opstelling De zonneboiler is geschikt om tegen praktisch elke wand bevestigd te worden. De wand (min. 200 kg/m 2 ) moet vlak en in staat zijn om het gewicht van een werkend toestel te dragen. Hoewel U vrij bent om het toestel naar eigen inzicht te plaatsen heeft Ferroli de volgende aanbevelingen: art.nr.: Aanbevelingen Hang de zonneboiler, TLU en naverwarmer niet te ver uit elkaar, in verband met aansluitingen voor water, elektriciteit en de rioolafvoer. Hang de naverwarmer links van de zonneboiler, in verband met onderlinge aansluitingen. Een opstelling van de zonneboiler boven de naverwarmer wordt afgeraden in verband met rookgasafvoeren luchttoevoerleidingen van de naverwarmer. De afstand tussen onderzijde zonneboiler en grond moet genoeg ruimte bieden voor mogelijke service en (de)montage werkzaamheden aan (onderdelen van) de zonneboiler (zie ook H8.1 en H8.2 Afmetingen, aansluitingen en vrije ruimte rondom de zonneboiler en de TLU). 7.2 Leveringsomvang Het AquaSol 4 LB-150-ET systeem bestaat uit meerdere onderdelen. Standaard aanwezig in of bij de boler: Zonneboiler Tapwaterpomp met aansluitkabel (3-aderig). 3 boilersensoren met ca. 2 meter kabel. 1 muurbeugel met bevestigingsmateriaal. Gebruikers- / montagehandleiding (nr. DRS5011). Standaard aanwezig in of bij de DT-4 regeling: 230V voedingskabel met randaarde stekker. (Kabellengte ca. 1.5 meter) Kabeldoorvoerwartels / trekontlasting. Connector / kroonsteen t.b.v. aansluiten boilersensoren. Bevestigingsmateriaal. Standaard aanwezig bij de TerugLoopUnit (TLU): Collectorpomp met aansluitkabel (± 6 meter). Verlengkabel collectorsensor met connector (± 6 meter). Bevestigingsmateriaal. Benodigde onderdelen voor de installatie: Installatieleidingen voor tapwater en collector-systeem. Beiden uitgevoerd in koper of RVS. Vul- en aftapmogelijkheid van de boiler. Zonneboilervloeistof voor het vullen van de TLU. Temperatuurbestendige leidingbeugels en leidingisolatie materiaal. Houdt hierbij rekening met de volgende temperaturen; - max. 85 C voor tapwaterleidingen, - max. 130 C voor collectorleidingen, Isoleer de warm tapwaterleidingen tussen zonneboiler en naverwarmer. Houdt hierbij rekening met een max. temperatuur van 85 C. Voor leidingisolatie adviseert Ferroli Vidoflex, of gelijkwaardig materiaal, Rioolafsluitend sifon. Inlaatcombinatie (8 bar), Geaard stopcontact (binnen 1.5m van de regeling). Zonnecollectoren (uitvoering (staand/liggend), Bevestiging voor zonnecollectoren (frame of dakintegratieplaat), Naverwarmer voor tapwater. Buis isolatie t.b.v. collectorleidingen dienen vogelpikbestendig te worden afgewerkt. collector gebruikershandleiding montagehandleiding (DRS 5011) boiler (150 liter) bevestigingsmateriaal DT-4 regeling Figuur 6.1 Leveringsomvang muurbeugel art.nr.: art.nr.: TerugLoopUnit (TLU) 9

10 7.3 Toestelaccessoires Thermostatisch mengventiel Inlaatcombinatie (8 bar) Waterhoeveelheidsregelaar in knelfitting (15mm) 6 l/min l/min l/min Vidoflex voor Ø 15 mm leidingen mm dik (voor binnenshuis gebruik). Vidoflex voor Ø 12 mm leidingen mm dik (voor binnenshuis gebruik). Verlengkabelset Kabelset voor collectorsensor en 230V collectorpompvoeding (lengte 12 meter). Brandervoorwaarderegeling Voor het aansluiten van toestellen die niet over de juiste OpenTherm communicatie beschikken. 8. MONTAGE-INSTRUCTIE In dit hoofdstuk wordt stap voor stap uitleg gegeven over het ophangen en aansluiten van de zonneboiler. Uitgebreidere informatie wordt in de volgende hoofdstukken gegeven. Beschadigingen Eventuele beschadigingen aan de zonneboiler direct aan Ferroli Nederland melden. Aandachtspunten voor montage Lees eerst hoofdstuk 7: AANDACHTSPUNTEN VOOR MONTAGE. Hierin wordt informatie gegeven over zaken die voorafgaand aan de montage van belang zijn. Eerste ingebruikstelling van het toestel Volg de instructie in hoofdstuk 9 Eerste ingebruikstelling van de zonneboiler voor het vullen (H 9.1) en in gebruik nemen (H 9.2) van de zonneboiler. Voor uw veiligheid: Let op! 230V elektrische spanning Dit toestel bevat componenten die onder een spanning van 230V werken. Heet water Een tapwatertemperatuur van meer dan 80 C op het tappunt dient voorkomen te worden. Om dit te bereiken moet een thermostatisch mengventiel geplaatst worden, zoals in H8.10 omschreven. Warme leidingen De temperatuur van de collectorleidingen en de verbindingsleiding tussen de terugloopunit en de zonne-boiler, kunnen op zonnige dagen oplopen tot boven de 90 o C. De tapwaterleidingen tot aan het thermostatisch mengventiel kunnen tot 85 C heet worden. Naverwarming tapwater De naverwarmer moet altijd ingesteld zijn op een minimale tapwatertemperatuur van 60 o C. Wijzig deze instelling niet! Lees ook de gebruiksaanwijzing van de naverwarmer aandachtig door. 10

11 8.1 Afmetingen, aansluitingen en vrije ruimte rondom zonneboiler AquaSol 4 LB-150-ET Benodigde vrije ruimte rondom de boiler Zijkanten Onderkant Bovenkant Voorkant Advies: > >500 Minimaal: ) Raadpleeg de handleiding van de naverwarmer voor de vrije ruimte rondom de naverwarmer 1) Bij een gesloten kastdeur kan deze afstand worden teruggebracht tot 15 mm. Let op! Indien de ruimte rondom de zonneboiler minder is dan het advies wordt de bereikbaarheid van de zonneboiler voor service-doeleinden beperkt. Alle maten in mm Aansluitingen: A B C D E Warm water naar naverwarmer Koud water naar de zonneboiler Van TerugLoopUnit naar zonneboiler (warm) Van zonneboiler naar TerugLoopUnit (koud) Uitgang vatsensoren (ø15 mm) (ø15 mm) (ø15 mm) (ø15 mm) Figuur 8.1 Afmetingen, aansluitingen en vrije ruimte rondom de zonneboiler 11

12 8.2 Afmetingen, aansluitingen en vrije ruimte rondom de TerugLoopUnit (TLU) Benodigde vrije ruimte rondom de TerugLoopUnit Zijkanten Onderkant Bovenkant Voorkant Advies: > >500 Minimaal: ) Let op! Indien de ruimte rondom de TLU minder is dan het advies wordt de bereikbaarheid van de TLU voor service-doeleinden beperkt. 1) Bij een gesloten kastdeur kan deze afstand worden teruggebracht tot 15 mm. Alle maten in mm Aansluitingen: C D E F Van TerugLoopUnit naar zonneboiler (warm) Van zonneboiler naar TerugLoopUnit (koud) Van collectoren naar TerugLoopUnit (warm) Van TerugLoopUnit naar collectoren (koud) (ø15 mm) (ø15 mm) (ø22 mm) (ø15 mm) Figuur 8.2 Afmetingen, aansluitingen en vrije ruimte rondom de TerugLoopUnit (TLU) 12

13 8.3 Afmetingen van de DT-4 regeling Benodigde vrije ruimte rondom de boiler Zijkanten Onderkant Bovenkant Voorkant Advies: > >500 Minimaal: ) Let op! Indien de ruimte rondom de DT-4 regeling minder is dan het advies wordt de bereikbaarheid van de DT-4 regeling voor service-doeleinden beperkt. Figuur 8.3 Afmetingen DT-4 regeling 8.4 Ophangen van de zonneboiler AquaSol 4 LB-150-ET De zonneboiler kan met de bijgeleverde montage set aan de muur bevestigd worden. De wand waartegen de zonneboiler wordt opgehangen moet minimaal een massa van 200 kg per m² hebben. Ga voor het ophangen van de boiler als volgt te werk: 1. Bepaal aan de hand van figuur 8.4 waar de boorgaten moeten komen, en teken deze af op de muur, 2. Boor de gaten ø10 mm, ca. 60 mm diep, 3. Bevestig de ophangbeugels zoals in fig 8.4 aangegeven, 4. Plaats de boiler op de muurbeugel zoals in figuur 8.5 staat aangegeven. 5. Zet de boiler op de muurbeugel vast met de 4 bijgeleverde bouten. De bouten monteren! Figuur 8.4 Positionering van de boorgaten. Figuur 8.5 Plaats de boiler op de muurbeugel. 13

14 8.5 Ophangen van de TerugLoopUnit AquaSol 4 LB-150-ET De TLU is geschikt om tegen praktisch elke wand bevestigd te worden. De wand moet vlak en in staat zijn om het gewicht van een werkend TLU te dragen. Hoewel U vrij bent om de TLU naar eigen inzicht te plaatsen heeft Ferroli de volgende aanbevelingen: Ga voor het ophangen van de TLU als volgt te werk: 1. Bepaal aan de hand van figuur 7.6 waar de boorgaten moeten komen, en teken deze af op de muur, 8.6 Ophangen van de DT-4 regeling AquaSol 4 LB-150-ET De DT-4 regeling kan aan de muur bevestigd worden. Hang de DT-4 regeling en zonneboiler niet te ver uit elkaar, in verband met aansluitingen. Ga voor het ophangen van de regeling als volgt te werk: 1. Bepaal waar de boorgaten moeten komen, en teken deze af op de muur, 2. Boor de gaten ø5 mm, ca. 60 mm diep, 3. Bevestig de DT-4 regeling met bijgeleverd bevestigingsmateriaal aan de muur. Figuur 8.7 Ophangen DT-4 regeling Figuur 8.6 Positionering van de boorgaten. 2. Boor de gaten ø10 mm, ca. 60 mm diep, 3. Bevestig de TerugLoopUnit met bijgeleverd bevestigingsmateriaal aan de muur. 14

15 8.7 Plaatsing van zonnecollectoren De minimale collectorhoek voor de Ferroli zonnecollectoren is 20. Plaatsing op een schuin dak Bij dakinbouw van de collector wordt een dakintegratieplaat toegepast voor een waterdichte afwerking. De dakintegratieplaat is toepasbaar bij zowel gewelfde als vlakke dakpannen (zoals b.v. een Stonewold pan). Het plaatsingsvoorschrift van de dakintegratieplaat is opgenomen bij de dakintegratieplaat, en als bijlage (bijlage II en III) in deze handleiding. Windstreken Bij de plaatsing van de zonnecollector op een ballast frame moet er met de windbelasting op de collector rekening worden gehouden. Hiertoe is een indeling van Nederland in windstreken gemaakt. Er is per windstreek aangegeven wat maximale belasting en plaatsingshoogte mag zijn. Windstreek Gebied I II III De kop van Noord-Holland, de Waddeneilanden Het overige deel van Noord-Holland, Zuid-Holland, Zeeland, Flevoland, Groningen en Friesland Drente, Overijssel, Gelderland, Utrecht, Noord- Brabant en Limburg Figuur 8.8 Dakinbouw van de zonnecollector Plaatsing op een plat dak Bij een plat dak opstelling worden de collectoren op een ballastframe geplaatst waarvan de collectorhellingshoek altijd 30 o is. Het frame wordt los op het plat dak geplaatst, waarna er ballast in het frame wordt gelegd. De ballastgewichten bestaan uit standaard tegels van 30 x 30 cm. De montage instructie van het ballastframe is opgenomen bij het frame, en als bijlage (bijlage IV) in deze instructie. 1 Module Plaatsingshoogte tot Windstreek I Ballast Voor Midden Totaal Windstreek II Ballast Voor Midden Totaal Voor Windsteek III Ballast Midden Totaal Tabel 8.1 Ballastgewichten en verdeling van de gewichten, afhankelijk van de windstreek, zonnecollectoren, en plaatsingshoogte Indien u er voor kiest om de collector middels een ballastframe aan te brengen, dient u de flexibele leidingen van de collector te verwijderen en de collector middels steunbussen geheel star aan te sluiten op de zonneboiler. Figuur 8.9 Plaatsing van de zonnecollector op een ballastframe 15

16 8.8 Aansluiten van de zonnecollector Zonnecollector geplaatst op (plat) dak Plaatsingshoogte De zonnecollector moet altijd volledig leeg kunnen lopen in het vat van de terugloopunit. Om dit te garanderen moet de onderzijde van de zonnecollector altijd boven de terugloopunit gemonteerd worden en moet een leidingafschot van minimaal 20 mm per meter aangehouden worden. De bovenkant van de collector mag maximaal 4 meter boven de collectorpomp (TLU) zitten, omdat de collectorpomp een maximale opvoerhoogte van 4 meter heeft. Het verdient verder de aanbeveling om de installatieleidingen boiler-tlu zo kort mogelijk te houden. De maximale collector-leidinglengte is afhankelijk van het aantal aangesloten collectoren. Onderstaande tabel geeft toegstane leidinglengte weer, afhankelijk van het aantal aangesloten collectoren. maximale leidinglengte in meters aantal collectoren 2 11m 3 6m 4 1m Tabel 8.7.1: maximale afstand tussen de Collector en de Terugloopunit Leidingwerk De zonneboiler is voorbereid voor standaard ø12 mm - ø15 mm leidingwerk. Gebruik bij installatie alleen koper of RVS leiding. De leidingen tussen de zonnecollector en de terugloopunit dienen onder afschot naar de terugloopunit toe geïnstalleerd te worden. Voor het minimum afschot wordt 20 mm per meter leidinglengte gehanteerd. Er mogen geen zakken (zwanenhals constructies), waar water in kan blijven staan, in de leidingen voor komen. De leidingen dienen om de meter gebeugeld te worden. De gebruikte beugels moeten een temperatuur van 130 o C kunnen verdragen. De collectorleidingen moeten geïsoleerd worden. Gebruik hiervoor Vidoflex, of een gelijkwaardig isolatiemateriaal. Max. 2 liggende collectoren Zonnecollector ingebouwd in schuin dak Bij dakinbouw van de collector wordt een dakintegratieplaat (DIP) toegepast voor een waterdichte afwerking. De dakintegratieplaat is toepasbaar bij zowel gewelfde als vlakke dakpannen (zoals b.v. een Stonewold pan). Het plaatsingsvoorschrift van de dakintegratieplaat is opgenomen bij de dakintegratieplaat. Bij plaatsing van de zonnecollector moet ook rekening gehouden worden met de installatiematen van figuur 8.1 en 8.2. Max. 4 staande collectoren Figuur 8.11 Dakinbouw van de collector Leidingwerk tussen collector en terugloopunit Max. afstand tussen de collector en de Terugloopunit staat vermeld in Tabel Leidingen A en B onder afschot (α) van zonnecollector naar terugloopunit monteren (afschot minimaal 20 mm/m). Max. hoogteverschil tussen bovenkant zonnecollector en collectorpomp: 4 meter. Figuur 8.10 Collectorpomp opvoerhoogte. A B C D E F G α Warm water naar naverwarmer Koud water naar de zonneboiler Van TerugLoopUnit naar zonneboiler (warm) Van zonneboiler naar TerugLoopUnit (koud) Van collectoren naar TerugLoopUnit (warm) Van TerugLoopUnit naar collectoren (koud) Collector(en) leidingafschot (minimaal 20 mm per meter) 16

17 8.9 Leidinglengteberekening TerugLoopUnit (TLU) en meerdere collectoren Noodzaak van een leidinglengteberekening De inhoud van de TerugLoopUnit (TLU) is 7,0 liter. Deze inhoud is noodzakelijk voor het vullen van de leidingen en collectoren. Afhankelijk van de gekozen systeemopbouw, kan de maximaal toepasbare leidinglengte verschillen. Met behulp van onderstaande tabel en het rekenschema kunt u zelf eenvoudig bepalen of het systeem normaal kan functioneren. 1 meter leiding ø15mm = 0,132 liter 1 meter leiding ø12mm = 0,078 liter Inhoud TLU art.nr = 7,000 liter Inhoud TLU art.nr = 9,000 liter Collector staand art.nr = 1,300 liter Collector liggend art.nr = 1,300 liter staand 3x art.nr.: staand staand Rekenvoorbeeld I Onderdeel Aantal Totaal volume Collector 2x 2 x 1,300= 2,60 liter Leiding ø15mm 20m 20 x 0,132= 2,64 liter Leiding ø12mm 0,6m 0,6 x 0,078= 0,05 liter + Totaal nodig 5,29 liter TLU vatinhoud = 7,00 liter 7,0 l 5,29 l = 1,71 liter. Er is 1,71 liter vloeistof over in het vat. Het systeem is dus ACCEPTABEL Advies bij een platdakopstelling Gebruik de flexibele collectoraansluitleiding NIET! Sluit, inplaats hiervan, de collectoren aan met starre buis direct op de collector. Hiermee kan een beter leidingafschot gegarandeerd worden. Rekenvoorbeeld II Onderdeel Aantal Totaal volume Collector 4x 4 x 1,300= 5,20 liter Leiding ø15mm 25m 25 x 0,132= 3,30 liter Leiding ø12mm 1,5m 1,5 x 0,078= 0,12 liter + Totaal nodig 8,62 liter TLU vatinhoud = 7,00 liter 7,0 l 8,62 l = -1,62 liter Er is 1,62 liter vloeistof TE KORT. Het systeem is dus NIET ACCEPTABEL. Mogelijke oplossingen: 1) Verkort de leidinglengte 2) Verminder het aantal collectoren 3) Plaats een extra TLU, zie figuur 3. Systeeminhoud neemt dan met 9,0 liter toe. (7,0 l+9,0 l)-8,62 l = 7,38 liter vloeistof over. Het systeem is dan ACCEPTABEL. art.nr.: ø12 min. 0,5m max. 10m art.nr.: max. 4m tot bovenkant collector ** 1194* 1194* ** 2x art.nr.: liggend liggend 2393* ø15 ø12 ø15 ø12 ø15 Figuur 8.12: Collectorveld met 3 staande collectoren ø15 (verzamelleidingen) art.nr.: max. 4m C B A á = min. 20mm/m A = min. 100 mm B = min. 125 mm C = min. 150 mm * Bij montage op een koppeling van de dak integratie plaat (DIP)! ** Flexibele leiding van de collector ø15 ø12 ø15 LET OP! Volg de vulprocedure van TLU art.nr ,12m 0,12m art.nr.: max. 4m B A Alleen de collectoraanvoer tot aan de verzamelleiding uitvoeren in ø12mm. Alle overige leidingen uitvoeren in ø15mm. Figuur 8.13: Collectorveld met 2 liggende collectoren ø15 (verzamelleidingen) ø12 á = min. 20mm/m A = min. 100 mm B = min. 150 mm * Bij montage op een koppeling van de dak integratie plaat (DIP)! ** Flexibele leiding van de collector Alleen de collectoraanvoer tot aan de verzamelleiding uitvoeren in ø12mm. Alle overige leidingen uitvoeren in ø15mm. Figuur 1.14: Principe-opbouw met extra TLU alle maten in mm (t.a.v.) 17

18 8.10 Tapwaterzijdige aansluiting op de naverwarmer Voor u overgaat tot installatie van de zonneboiler, raadpleeg ook de handleiding van de naverwarmer. Verwijder de doorstroom regelaar uit het cv-toestel! Zonneboiler Naverwarmer zonneboiler: MegaDens of MegaLux Plaats een doorstroomregelaar (in de knelkoppelingen) op de aangegeven plaats. De tabel hieronder geeft de juiste regelaar afhankelijk van de CW-klasse van uw naverwarmer. CW-klasse Regelaar artikelnr. 3 6 l/min ,5 l/min l/min l/min. Let op de juiste richting! Warmwater Koudwater Inlaatcombinatie Figuur 8.15 Tapwaterzijdige aansluiting van de zonneboiler van de AquaSol 4 LB-150-ET op een MegaDens of MegaLux naverwarmer Thermostatisch-mengventiel Op zonnige dagen kan de temperatuur in de zonneboiler oplopen tot ca. 85 C. Er dienen maatregelen genomen te worden om deze hoge temperaturen op het tappunt te voorkomen (e.e.a. Gaskeur NZ 2003). Er moet een thermostatisch mengventiel worden gemonteerd tussen de naverwarmer en de tappunten met een instelling van minimaal 60 C. Instellingen Stel tapwatertemperatuur van de naverwarmer op minimaal 60 o C in.nb.: Bij de MegaDens en MegaLux toestellen, wordt dit bereikt met een tapwatersetpoint-instelling van 58. Raadpleeg hiervoor de naverwarmer handleiding. Schone leidingen Voorkom dat er bij het maken van de installatie vuil of metaaldeeltjes in de installatie komen. Verwijder bramen en klop voor montage alle leidingen uit. Leiding aansluitingen Alle tapwater aansluitingen tussen de zonneboiler en de naverwarmer zijn in ø15 mm uitgevoerd. Monteer: Inlaatcombinatie Pakking Doorstroomregelaar LET OP! pijl geeft stromingsrichting aan! Thermostatisch mengventiel W = Warmwateraansluiting K = Koudwateraansluiting M = Mengwater naar huisinstallatie 18

19 8.11 Elektrische aansluiting van de AquaSol 4 LB 150 ET 1 Aansluiten van de collectorpomp De pompvoedingskabel is aangesloten op klemmen 8-9 van de besturing. Zie hiervoor figuur Aansluiten van de naverwarmer Tussen de DT4 print en de naverwarmer hoeft alleen maar een tweeaderige kabel getrokken te worden t.b.v. de OpenTherm communicatie. De OpenTherm uitgang van de AquaSol 4 (klem 6-7) moet aangesloten worden op de ingang van de naverwarmer. Als naverwarmer zijn geschikt toestellen met NZ keur. Raadpleeg voor aansluiten van de naverwarmer de handleiding van de naverwarmer. Voor installatie doeleinden wordt uitgegaan van een Megadens of MegaLux combi CV-toestel. Wanneer een naverwarmer van een ander merk naverwarmer wordt gebruikt, kan een brandervoorwaarde regeling worden toegepast (zie voor art.num brandervoorwaarde regeling H7.3). LET OP! Steek de stekker pas in het stopcontact als de vulprocedure (zie H.9.1 en H9.2) afgerond is. 4 Aansluiten van de collectorsensor De collectorsensor heeft een verlengkabel met een lengte van 6 meter. Indien dit onvoldoende is, kan een langere verlengkabelset besteld worden. Zie hiervoor hoofdstuk 7.3. De verlengkabel moet op de klemmen 2-3 worden aangesloten. 5 Aansluiten 230 V De boiler werkt met een 230 V voedingsspanning. Hiervoor wordt de boiler met een voorgemonteerde randaarde stekker (aangesloten op L - N - PE) geleverd. Bij de boiler moet een goed bereikbaar geaard stopcontact aanwezig zijn. Applicatie keuze: De besturing van het toestel is geschikt voor toepassing in de AquaSol 4 ET en de AquaSol 4 IT boiler. Het instellen van de besturing kan met de drukknop op de besturing en wordt omschreven in Hoofdstuk 9.4 Applicatie keuze. 6 Boilersensoren Sluit op connector 15 de boilersensoren aan. 3 OpenTherm Kamerthermostaat Op de aansluitingen 4-5 kan een OpenTherm kamerthermostaat worden aangesloten Figuur 8.16 Elektrische aansluiting van de AquaSol 4 LB-150-ET 19

20 9. EERSTE INGEBRUIKNEMING VAN DE AquaSol 4 LB-150-ET 9.1 Vulprocedure / controle vul niveau Neem de stekker uit het stopcontact. Draai de bout van het vuldeel los, en verwijder het deksel met overstortventiel en de pakking van het vuldeel. Sluit de vulslang op het vuldeel aan. Plaats een emmer onder het vuldeel. Let op! Gebruik uitsluitend zonneboilervloeistof. Open de afsluiter op het vuldeel door de as een kwartslag te draaien. TIP: De afsluiter-as kan o.a. met het afgenomen vuldeksel bediend worden. Start de vulpomp. Het collectorcircuit is juist gevuld als er uit de overloop zonneboilervloeistof komt. De vulpomp wordt nu gestopt en de vulkraan kan dicht gedraaid worden. De vulslang kan nu verwijderd worden. Als er geen zonneboilervloeistof meer uit de overloop komt kan de deksel + pakking met de overstort weer op het vuldeel geplaatst worden. Sluit het vuldeel door de bout weer aan te draaien. Steek de stekker in het stopcontact. Figuur 9.1 Vullen / controleren vulniveau van het collector-circuit 20

21 9.2 Zonneboiler vullen (tapwater) De zonneboiler wordt gevuld door de stopkraan van de inlaatcombinatie en een warmwaterkraan op een tappunt te openen. Zodra er water uit de (warmwater)- kraan komt, is de boiler gevuld en kan de kraan op het tappunt worden gesloten. Ontlucht nu alle leidingen. 9.3 In bedrijf nemen In bedrijf nemen 1. Controleer of het toestel conform de montage voorschriften van Hoofdstuk 8 is aangesloten. 2. Steek de stekker van het naverwarmingstoestel in het stopcontact. 3. Steek de stekker van de AquaSol 4 LB-150-ET in het stopcontact. Alles gaat goed: Op het display wordt er afgeteld van 80 naar 0. Tijdens deze aftelprocedure worden de zelftesten van het systeem uitgevoerd, de sensoren gecontroleerd en de collectorpomp aangestuurd. Na de opstart procedure worden afwisselend de temperatuur van het tapwatervat en de bedrijfsstatus weergegeven. Indien er voldoende licht op de collector valt voor het opwarmen van de zonneboiler, zal de collectorpomp ingeschakeld worden. Gedurende de opstartperiode draait de collectorpomp op het maximale toerental. Na de opstartperiode zal het toerental van de collectorpomp automatisch omlaag geregeld worden, naar de optimale snelheid (voldoende stroming bij een minimaal energie gebruik). De knipperende punt achter het rechter digit van het display geeft aan dat de zonneboiler wordt opgewarmt. 9.4 Applicatie keuze Standaard is de besturing ingesteld voor toepassing in de AquaSol 4 IT boiler. De besturing is geschikt voor toepassing in de AquaSol 4 ET en de AquaSol 4 IT boiler. Het instellen van de Applicatie hoeft alleen als er een service print wordt geplaatst. Het controleren en/of instellen van de besturing kan met de drukknop op de besturing. Ga voor het controleren en/of wijzigen van de applicatie als volgt te werk, 1) Steek de stekker in stopcontact, In het display wordt nu afgeteld van 80 naar 0. 2) Als de teller voorbij de 70 is (dus lager dan 70), wordt het applicatie menu opgestart door 3 seconden de drukknop, zie fig 9.2, ingedrukt te houden. Na 3 seconden wordt de ingestelde applicatie weergegeven door een knipperende code; Code A0 is voor de AquaSol 4 IT, Code A1 is voor de AquaSol 4 ET. 3) Het wijzigenen van de applicatie kan nu door de drukknop 1 maal in te drukken. 4) Bevestig de applicatie keuze door de drukknop nogmaals 3 seconden in te drukken. 5) De teller verschijnt nu weer in het display en telt verder af naar 0, waarna de ingestelde regeling wordt geactiveerd. Het roestel kan nu functioneren volgens de ingestelde regeling. Display Drukknop Er gaat iets mis: kijk op het display Het toestel doet niets. Ook het display licht niet op: Controleer of de stekker in het stopcontact zit, Controleer of er spanning op het stopcontact staat. Figuur 9.2 DT4 regelaar Een optredende storing wordt door een knipperend display zichtbaar gemaakt. Hoofdstuk 11 geeft een overzicht van de mogelijk optredende functie- en storingscodes. De levering van warm tapwater wordt volledig door de naverwarmer overgenomen. 9.5 Uit bedrijf nemen Uit bedrijf nemen Neem de stekker van de regeling uit het stopcontact. Voor het uit bedrijf nemen van de naverwarmer, zie de handleiding van de naverwarmer. 21

22 10. INSPECTIE EN AFSTELLEN De AquaSol 4 LB-150-ET is een onderhoudsarme boiler. Onder normale omstandigheden heeft de boiler zelf geen periodiek onderhoud nodig. De kwaliteit van de in het collectorcircuit aanwezige zonneboilervloeistof dient periodiek gecontroleerd te worden. Minimaal dient deze controle om de twee jaar plaats te vinden. Raadplaag hiervoor de controle instructie zoals opgenomen in bijlage V van deze handleiding. De meest actuele versie van deze instructie is te vinden op Geadviseerd wordt om minimaal eens per 4 jaar het terugloopniveau te controleren. Voor uw veiligheid: Let op! 230V elektrische spanning Dit toestel bevat componenten die onder een spanning van 230V werken. Heet water Een tapwatertemperatuur van meer dan 80 C op het tappunt dient voorkomen te worden. Om dit te bereiken moet een thermostatisch mengventiel geplaatst worden, zoals in H8.10 omschreven. Warme leidingen De temperatuur van de collectorleidingen en de verbindingsleiding tussen de terugloopunit en de zonne-boiler, kunnen op zonnige dagen oplopen tot boven de 90 o C. De tapwaterleidingen tot aan het thermostatisch mengventiel kunnen tot 85 C heet worden. Naverwarming tapwater De naverwarmer moet altijd ingesteld zijn op een minimale tapwatertemperatuur van 60 o C. Wijzig deze instelling niet! Lees ook de gebruiksaanwijzing van de naverwarmer aandachtig door. Informeer bij de gebruiker of deze nog opmerkingen heeft over de werking van het toestel Naverwarmer afstellen op de AquaSol 4 LB-150-ET Instelling van de warmwatertemperatuur. Als de watertemperatuur in de zonneboiler beneden de 60 o C is zal de regeling altijd de naverwarmer ingeschakeld laten. Pas boven de 60 o C boilertemperatuur wordt de naverwarmer uitgeschakeld. Tapwater setpoint NAVERWARMER Het tapwatersetpoint van de naverwarmer moet zo zijn ingesteld dat de uitstromende watertemperatuur minimaal 60 C bedraagt. Raadpleeg hiervoor de handleiding van de naverwarmer. 22

23 11. FUNCTIECODES, STORINGEN EN SERVICE ONDERDELEN. De zonneboiler wordt door ingebouwde elektronica volledig aangestuurd en gecontroleerd. De boiler zal op het display een knipperende functiecode weergeven als de normale werking is onderbroken Storingslijst met mogelijke oorzaken en oplossingen Blokkerende storingen: (codes 71, 72 en 80) Vergrendelende storingen: (codes 74 en 75) Het toestel is geblokkeerd. Als de oorzaak van de blokkade is weg genomen zal het toestel automatisch weer in bedrijf komen. Het toestel is vergrendeld. De oorzaak dient opgelost te worden. Hierna wordt het toestel gereset door bediening van de drukknop op de besturing. Storing collectorsensor Temperatuur van de collector is onder de -40 o C of boven de 250 o C; Controleer de collectorsensor op juiste werking (zie tabel 11.1); Sensor kabel is onderbroken of kortgesloten; Sensor is defect; Storing temperatuursensor bovenzijde zonneboiler Temperatuur van de zonneboiler is onder de 0 o C of boven de 100 o C; Controleer de bovenste boilersensor op juiste werking (zie tabel 11.1); Sensor kabel is onderbroken of kortgesloten; Sensor is defect; Storing temperatuursensor onderzijde zonneboiler Temperatuur van de zonneboiler is onder de 0 o C of boven de 100 o C; Controleer de onderste boilersensor op juiste werking (zie tabel 11.1); Sensor kabel is onderbroken of kortgesloten; Sensor is defect; Communicatie onderbreking: (codes 82, 83 en 84) Deze meldingen treden alleen op als er communicatie met een OpenTherm thermostaat en/of OpenTherm ketel is geweest. Melding wordt opgeheven zodra de communicatie is hersteld. Geen communicatie met OpenTherm ketel Controleer de aansluitingen, en de bedrading tussen DT4 en de naverwarmer op onderbrekingen. Controleer de werking van de naverwarmer. Geen communicatie OpenTherm Thermostaat Controleer de aansluitingen, en de bedrading tussen DT4 en de thermostaat op onderbrekingen. Controleer de werking van de thermostaat. Geen communicatie OpenTherm ketel en thermostaat Controleer de aansluitingen, en de bedrading tussen DT4, de naverwarmer en de thermostaat op onderbrekingen. Controleer de werking van de naverwarmer en de thermostaat. Let op! Gebruik voor het (na)vullen van de TLU uitsluitend zonneboilervloeistof o C Ohm o C Ohm o C Ohm Tabel 11.1 Geen collectorcirculatie Controleer het hoogteverschil tussen collectorpomp en hoogste punt van de zonnecollector. Controleer de aansluiting en werking van de collectorpomp; Controleer vulniveau in de TLU. Controleer de doorverbinding van connector 12 (zie fig 12.2); Controleer de onderste zonneboiler-sensor en de zonnecollector-sensor op juiste werking (zie tabel 11.1 en fig 12.2); Controleer de ingestelde applicatie (zie hiervoor Hoofdstuk 9.4); Controleer de collectorleidingen op verstopping, en afschot. Collectortemperatuur te hoog De collectortemperatuur is na 5 minuten hoger dan 130 o C bij werkende collectorpomp; Controleer het hoogte verschil tussen collectorpomp en hoogste punt van de zonnecollector; Controleer de aansluiting en werking van de collector pomp; Controleer vulniveau in het vat van de TLU. Controleer de doorverbinding van connector 12 (zie fig 12.2); Controleer de onderste zonneboiler-sensor en de collector-sensor op juiste werking (zie tabel 11.1 en fig 12.2); Controleer de collectorleidingen op verstopping en afschot. Display weergave: (code 77) Dit is alleen maar een melding. Melding wordt opgeheven als de drukknop van de regeling wordt bediend Inschakelvoorwaarde niet bereikt De regeling is 30 dagen niet in bedrijf gekomen. Controleer de onderste zonneboiler-sensor en de collector-sensor op juiste werking (zie tabel 11.1 en fig 12.2); Elektrische weerstand van de sensoren 23

24 11.2 Serviceonderdelen van de zonneboiler AquaSol 4 LB-150-ET 8 LET OP! Bij het vervangen van onderdelen: 155 Trek de stekker uit het stopcontact! Figuur 11.1 Overzicht van de serviceonderdelen van de zonneboiler van de AquaSol 4 LB-150-ET Nummer Artikel Art. nummer 1 Wandmontageset (muurbeugel met bevestigingsmaterialen)... 8 Warm tapwater naar naverwarmer Collector aanvoer leiding tapwater leidingset compleet... Collector retour leiding 9 Koud tapwater inlaat 42 Onderste boiler sensor 155 Bovenste boiler sensor Zonneboilerpomp (met 1,5 meter voedingskabel) Aftapkraan tapwater... Deksel (onder en bovendeksel) Mantel Mantel set... 24

25 11.3 Serviceonderdelen van de TerugLoopUnit en regeling AquaSol 4 LB-150-ET LET OP! Bij het vervangen van onderdelen: Trek de stekker uit het stopcontact! Figuur 11.2 Overzicht van de serviceonderdelen van de TerugLoopUnit en regeling van de AquaSol 4 LB-150-ET Service artikelen voor de Terugloopunit Nummer Artikel Art. nummer 32 Collector pomp Vul en aftapdeel TerugLoopUnit... Leidingset compleet... Warmte wisselaar... Verlengkabel 230V pomp en collector sensor 12 meter Terugloop vat met isolatie... Service artikelen voor de Besturing Nummer Artikel Art. nummer 34 Collector sensor (service set) Besturingsprint (DT4) Kast voor besturing (inclusief kabelwatrels) V voedingskabel met stekker (1,5 meter... Boiler sensor verloop stekker... 25

26 12. WERKING EN TECHNISCHE GEGEVENS 12.1 Werking van het toestel Nummer Artikel Warm tapwater naar naverwarmer Koudtapwater inlaat Collectorpomp Collector-sensor Onderste boiler-sensor Besturingsprint Zonneboilerpomp Bovenste boiler-sensor Zonneboilervat Warmtewisselaar Terugloopvat Figuur 12.1 Principe werking van de AquaSol 4 LB-150_ET Aansturing Als de regeling (101) constateert dat de collectortemperatuur (34) minimaal 10 o C (dit is het inschakelverschil) hoger is dan de boilervattemperatuur (42), en de boilervattemperatuur (155) minder is dan 65 o C, zal de collectorpomp (32) inschakelen. De pomp zal eerst 400 seconden op maximaal toerental draaien, waarna de pomp overgaat op laag toerental. Het laagstandstoerental ligt tussen de 20% en de 40% aansturing en is afhankelijk van het temperatuurverschil tussen de collectortemperatuur (34) en de boilervattemperatuur (42). Gelijk met het inschakelen van de collectorpomp schakeld ook de zonneboilerpomp (130) in op 16%. De pomp kan optoeren tot maximaal 40% afhankelijk van collector en boiler temperatuur. De collectorpomp (32) schakelt uit als de collectortemperatuur (34) minder is dan de boilervattemperatuur (42) + 3,5 o C, of als de boilervattemperatuur (42) meer is dan 70 o C. Het werken van de collector pomp (32) wordt weergegeven door een knipperende punt in het display. Temperatuurweergave Op het display (zie figuur 1.1) wordt 4 seconden lang de bedrijfsstatus weergegeven, gevolgd door 8 seconden de de temperatuur van de bovenste sensor (155). Hierna volgt weer 4 sec. de bedrijfsstatus, enz. Vorstbeveiliging Als de collectortemperatuur (34) 3 o C of minder is wordt het inschakelverschil met 15K (van ca.10k naar ca.25k) verhoogd. Zodra de collectortemperatuur boven de 3 o C stijgt wordt het verhoogde inschakelverschil nog 24 uur aangehouden. Tapwaterstroom Vers tapwater stroomt bij (9) het zonneboilervat (180) binnen, en verlaat het weer bij (8), naar de naverwarmer. De instroming van vers tapwater bij (9) is horizontaal, waardoor opmenging met de warme kop van het zonneboilervat (180) tot een minimum beperkt blijft. Als de zonneboilerpomp (130) wordt ingeschakeld wordt tapwater onder uit het zonneboilervat gezogen. Dit water stroomt door de warmtewisselaar (194) en wordt hier opgewarmd door het langsstromende collector water. Na het verlaten van de warmtewisselaar stroomt het terug naar de zonneboiler. De uitstroom van het water in de zonneboiler is horizontaal. Collectorwaterstroom Als de collectorpomp (32) wordt ingeschakeld, wordt het collectorwater door de collectorpomp (32) via de warmtewisselaar (194) uit het terugloopvat (195) gezogen. Via de collectorretourleiding wordt het naar de zonnecollector getransporteerd. De zonnecollector zet het ingevangen zonlicht om in bruikbare warmte en warmt hiermee het door de collector stromende water op. Het opgewarmde collectorwater komt via de collectoraanvoerleiding terug in het terugloopvat (195) en wordt vervolgens door de warmtewisselaar (194) gezogen. In de warmte wisselaar (194) wordt de warmte overgedragen aan de tapwaterstroom welke door de zonneboilerpomp (130) wordt gemaakt. 26

27 12.2 Elektrisch aansluitschema Onderdelen 32 Collectorpomp 34 Collectorsensor 42 onderste boiler sensor 101 Besturing (DT4) 130 Zonneboilerpomp 139 OpenTherm thermostaat 155 Bovenste boiler sensor 203 Voeding 230V / 50 Hz Aansluitingen op de DT4 standaard print op DT-4 L - N - PE Functie Voeding (net) drukknop collector sensor aansluiting OpenTherm kamerthermostaat aansluiting OpenTherm naverwarmer aansluiting Aansluiting voor collectorpomp n.v.t. Doorverbinding Tapwater zonneboilerpomp n.v.t. Boilersensor connector Connector voor optionele print Opmerking 230 V / 50 Hz t.b.v. reset storingen voor aansluiten van de verlengkabel van de collectorsensor voor aansluiten van de verlengkabel van de collectorpomp Sensoren 42 en 155 Optionele print voor schakeling van brandervoorwaarde-thermostaat Aansluiting naar 130 zonneboilerpomp Figuur 12.2 Elektrische aansluiting van de DT4 standaard besturingselectronica. 27

28 12.3 Technische gegevens van de AquaSol 4 LB-150-ET Specificatie Eenheid Besturing TerugLoopUnit Zonneboiler Capaciteit Zonverwarmde inhoud Elektrisch (pomp gevoed vanuit besturing) Voeding Opgenomen vermogen IP-klasse Sensoren Constructieve informatie Leeg gewicht Gevuld gewicht Inhoud tapwater Maximale leidingdruk tapwater Hoogte Breedte Diepte Aansluitingen (leidingen) Materiaal Aansluitingen (leidingen) Boilervat Mantel en isolatie Isolatiedikte Deksel Specificatie Elektrisch (pomp gevoed vanuit besturing) Voeding Opgenomen vermogen IP-klasse Constructieve informatie Leeg gewicht Gevuld gewicht Inhoud terugloopvat Hoeveelheid zonneboiler vloeistof Hoogte Breedte Diepte Aansluitleidingen collector zijdig Collector retour (van terugloopunit naar collector) Collector aanvoer(van collector naar terugloopunit) Maximale werkdruk Aansluitleidingen zonneboiler zijdig Zonneboiler retour (van Zonneboiler naar terugloopunit) Zonneboiler aanvoer(van terugloopunit naar zonneboiler) Maximale werkdruk Materiaal Aansluitleidingen Terugloopvat Isolatie terugloopvat Isolatiedikte Koppelingen Specificatie Elektrisch Voeding Opgenomen vermogen (exl. vermogen voor pompen) IP-klasse Constructieve informatie Gewicht Hoogte Breedte Diepte Materiaal Kast Kabelwartels l V / Hz W (min/max) NTC Kg Kg l bar mm mm mm mm mm Eenheid V / Hz W (min/max) Kg Kg l l mm mm mm mm mm bar mm mm bar mm Eenheid V / Hz W (max) Kg mm mm mm /50 16 / kohm Ca. 30 Ca ø15 Koper RVS CFK vrij schuim >50 ABS 230/50 16 / Ca. 15 Ca. 25 ca. 10,0 ca. 9, ø15 ø22 6 ø15 ø15 8 Koper / RVS RVS CFK vrij plypropyleen schuim >15 Messing 230/ Polystyreen Slagvast ABS 28

29 BIJLAGE I: Aandachtspunten installatie Zonne-Combi set De werking van de Zonne-Combi set bestaat er uit dat warmte welke door de zonneboiler is ingevangen, overgedragen kan worden naar de CV-installatie. Op deze wijze ontstaat een ondersteuning van de ruimte verwarming door de zonneboiler. De opbouw van de Zonne-Combiset is zo dat deze onafhankelijk van het cv-toestel of de zonneboiler werkt. Indien het CV-toestel voor ruimteverwarming in bedrijf komt, en er voldoende warmte in de zonneboiler aanwezig is, zal de Zonne-Combiset inschakelen en de retour van het CV-toestel bij-verwarmen. Het CV-toestel verbruikt dan minder gas terwijl de gewenste aanvoertemperatuur eenvoudig wordt gerealiseerd. Aansluiten van de Zonne-Combi set. Besturingskast Figuur 1. Afmeting en Layout van de Zonne-Combi set (155) (179) (194) (278) Plaats in de installatie: Aan de primaire zijde wordt het toestel aangesloten op de warmwateruitlaat van de zonneboiler. De retour van het toestel wordt op de koudwaterinlaat van de zonneboiler aangesloten. Aan de secundaitre zijde moet deze set altijd in de retour aangesloten worden tussen het CV toestel en de installatie. De bypass klep (221) is een essentieel onderdeel van de Zonne-Combiset, en van belang voor het goed werken van de installatie (221) (101) (32) (186) Figuur 2. Plaats in de installatie van de Zonne Combi set. 29

30 30 Werking De werking van het toestel kan afgelezen worden aan de LED welke op de besturing (101) is geïnstalleerd. De LED klipperd per seconde als 230V is aangesloten. De LED brandt continue als de pomp in werking is. De LED knipperd 2 á 3 keer per seconde als er zich een storing voordoet. In de retour van de cv-installatie is een bypass klep (221) opgenomen. De klep is zo ingesteld dat 1/3 van de retour flow over de warmtewisselaar (194) van de zonne-combi set wordt gestuurd. Als de besturing (101) waarneemt dat er warmtevraag voor CV is (op basis van OpenTherm signaal), en de temperatuur van de boiler (155) meer dan 10K hoger is dan de CVretour (186) dan wordt de pomp (130) ingeschakeld. Er wordt nu warmwater uit de boiler gezogen. Dit stroomt via de keerklep (179) over de primaire zijde van de warmtewisselaar (194). Na de warmtewisselaar stroomt het door de pomp (130) en komt bij de koudwaterinlaat de boiler weer in. Het opstarten van de pomp duurt ca. 1 minuut. Hierin wordt het pomp vermogen van 100% naar 20 % geregeld. Na de opstart fase gaat de besturing de pomp modulerend (gepulseerd) aansturen. De besturing (101) tracht een temperatuursverschil tussen de 3K en 5K over de secundaire kant van de wisselaar te handhaven op basis van sensor (186) en (278). Electrische aansluiting Figuur 3 geeft het electrisch schema van de besturing, welke zich in de besturingskast, zie figuur 1, bevindt. Op het moment van levering zijn alle aansluitingen in de unit gemaakt. De installateur moet zelf aansluiten: - De Boiler voeler op Tboiler (figuur 3). De voeler (34) is een 10 KOhm NTC bij 25 C, welke is voorgemonteerd in het tapwatervat van de Aquasol 4 LB- 150-ET. Deze sensor kabel hoeft alleen maar verlengt te worden en aangesloten in op de besturing. - Opentherm aansluiting. Belangrijk het werken van de Zonne-Combiset is dat de besturing wordt opgenomen in een OpenTherm keten, aangesloten op het CV-toestel.NB! Ook als er via deze OT keten geen warmtevraag wordt gegeven. Hiervoor zijn op de besturing twee stekkers opgenomen. Deze unit moet tussen het CV-toestel en de besturing van de zonneboiler geplaatst. Onderbreek hiervoor de kabel tussen de twee toestellen en sluit ieder toestel op een van de stekkers aan. Instelling Bypass-Klep (221) De Bypass klep (221) heeft als doel dat ca. 1/3 van de totale retourflow over de warmtewisselaar (194) van de zonne-combi set stroomt. Een en ander kan op basis van temperatuur gecontroleerd worden. Ga hiervoor als volgt te werk: - maak warmtevraag CV op de kamer thermostaat. - als de zonne-combi set is ingeschakeld wacht dan min. 5 minuten voor de eerste meetserie. - meet de retour temperatuur VOOR de bypassklep (Tret,install) en VOOR het CV-toestel (Tret,cv). Meet ook de aanvoer temp na de warmtewisselaar (194), ongeveer ter hoogte van de aanvoer sensor (278) (Taanv.). De pomp schakelt IN als er een warmtevraag voor CV via de OpenTherm wordt waargenomen en EN; - de temprartuur van de boiler (155) meer dan 10K hoger is dan de retour temp(186). De pomp TOERT OP als het temperatuursverschil Dt* < 3K. De pomp TOERT AF als het temperatuursverschil Dt* > 5K De pomp schakeld UIT als: - bij de max. pompsturing (50%) de minimale Dt* (3K) niet meer wordt gehaald, - als bij minimale pomsturing (3%) een Dt* van meer dan 25K wordt waargenomen, - de warmtevraag voor CV (via OpenTherm) vervalt. - als de boiler temperatuur (155) lager wordt dan de ingestelde minimale boilertemperatuur (POT meter op de print) - er een storing wordt waargenomen. Dt* = [aanvoer (278) - retour (186)] Figuur 3. Elektrisch aansluit schema besturing DIP-swich altijd op OFF zetten Pot-meter Blauw Rood LED De flow verdeling over de wisselaar wordt met de onderstaande formule bepaald. DTret DTww = DTret = [Tret,cv - Tret,inst] DTww = [Taanv - Tret,inst] Als de verhouding boven de 1:3 stijgt moet de klep verder geopend worden. Daalt de verhouding dan moet de klep gesloten worden. De bypass-klep (221) heeft een voorinstelling van 3 mm. Deze instelling kan met de de schagt van een boor gecontroleerd worden.

31 Probleem oplossing Probleem Boiler temp. blijft laag. Oorzaak 1. Er wordt niet voldoende zonne energie ingevangen voor het opwarmen van de boiler 2. De ingevangen energie wordt nagenoeg direct overgedragen aan het CV systeem Oplossing 1. Controleer en indien nodig, herstel de werking van de zonneboiler. 2-1.Dit is de normale werking van het systeem. Al het als hinderlijk wordt ervaren dat de zonneboiler te ver afkoelt kan dit begrensd worden door de POTmeter (fig.3) in te stellen op b.v. 50. De temperatuur van de zonneboiler zal nu niet verder dalen dan 50 C 2-2.De flow door de bypassklep is te laag. Hierdoor is er veel overdracht naar de CV. Controleer en corrigeer de instelling van de bypassklep, indien nodig. Zonne-Combiset schakelt in, maar er is geen overdracht 1. Er is geen primaire stroming door de wisselaar. 2. Er is wel primaire stroming, maar geen warmte overdracht 1-1.De pomp (130) is defect. De aansluitingen van de pomp zijn onderbroken. Controleer de werking van de pomp. 1-2.De primaire flow komt niet op gang omdat de terugslagklep niet functioneerd. 2-1.Is er wel een secundaire stroming, maar omdat de bypassklep te ver openstaat is er geen bijdrage waarneembaar. Controleer de instelling van de klep, en indien nodig corrigeer de instelling. 2-2.Er is een leidingaansluit fout. Controleer of de tapwater aanvoer en retour goed op de boiler zijn aangesloten. Zonne-Combi Set schakelt niet in, de LED knipperd 2 á 3 keer per seconde Zonne-Combi Set schakelt niet uit terwijl er geen OpenTherm warmtevraag CV is, LED brand continue Er is een storing in de set opgetreden. De DIP swich s staan niet goed. Controleer de werking van de sensoren (Tboiler, aanvoer en retour). Sensoren zijn 10KOhm NTC bij 25 C. Sensor kabel is onderbroken, kortgesloten of de sensor is defect. Zie tabel 1. voor weerstandswaarden. Deze schakelaars zijn aangebracht als toekomsteige uitbreidings optie. Ze hebben geen functie, maar kunnen de werking van de unit verstoren als ze verkeerd worden ingesteld. Zet deze schakelaars op OFF. Onderdelen Omschrijving...Bestelnummer 101 Besturing (print met voedingskabel in kast) Tapwater pomp Boiler sensor (10KOhm NTC bij 25 C) 179 Keerklep (1/2 Bi x Bu) 186 Opklik sensor (10KOhm NTC bij 25 C) Warmtewisselaar isolatie voor warmtewisselaar Bypass klep 278 Opklik sensor (10KOhm NTC bij 25 C) o C Ohm o C Ohm o C Ohm Tabel 1. Elektrische weerstand van de sensoren Nummers op basis van Figuur 2. 31

32 BIJLAGE II: Plaatsingsvoorschrift Liggende Collector(en) Onderdelen Plaatsingsvoorschrift liggende collector Bij artikelnummers.: collector: 2 collectoren: Uitvoeringen Nr. Onderdeel Art.nr. 1 Zonnecollector (COL) DIP uitvoering (LS) Antraciet DIP uitvoering (SL) Antraciet DIP uitvoering (LR) Antraciet Wakaflex slabbe (LL) - 6 Wakaflex slabbe (LR) - 7 Wakaflex slabbe (LM) - 8 Afdekstrip L = 1300 mm - Afdekstrip L = 1195 mm - 9 Koppelstrip L = 1195 mm - 10 Foam kleefband vinger L = 1300 mm - Montageset (11,12,13,14) - 1 collector 2 collectoren type LS 2x 4x type LL 3x type LR 3x Benodigd Gereedschap 2 personen Maatlat Bit houder 1/4 Potlood Gatenzaag min. ø80x150 Steek/ringsleutel - 13 Waterpas DRS5004/07

33 Montage-instructie voor 1 of 2 liggende collectoren De minimale hellingshoek dient <20 te zijn! STAP 1: Verwijder de dakpannen (uitgangspunt dakpanbreedte = 30 cm) Aantal te verwijderen pannen: Uitvoering breed 1 collector 10 2 collectoren 18 x x hoog 5 5 STAP 2: Monteer de Wakaflex slabbe, waterpas en centraal in het midden van de vrijgemaakte ruimte tussen de pannen, op de tengels van het dakbeschot. Zaag het leidingdoorvoergat in het dakbeschot. 1 collector (type LS): Maat X = links en rechts gelijk. Bevestig eerst de rechter (LR) Wakaflex slabbe waterpas (!) en 150 mm boven de panlat van de eerste dakpan rij. Monteer vervolgens de linker (LL) Wakaflex slabbe waterpas (!) en overlap links over rechts. Monteer de linker Wakaflex slabbe steeds op de rechter slabbe! 2 collectoren (type LL + LR): Maat X = links en rechts gelijk. Bevestig eerst de rechter (LR) Wakaflex slabbe waterpas (!) en 150 mm boven de panlat van de eerste dakpan rij. Monteer vervolgens de twee (LM) en linker (LL) Wakaflex slabbe waterpas (!) en overlap steeds links over rechts. Monteer de linker Wakaflex slabbe steeds op de rechter slabbe! DRS5004/07 33

34 STAP 3A: Monteer de dekintegratieplaat (DIP) in het midden van de Wakaflex slabbe(n). Elk leidinggat in de DIP moet in lijn liggen met het doorvoergat in het dakbeschot!! Leidinggat DIP in lijn met doorvoergat in dakbeschot 1. De nokken aan de onderzijde van de DIP moeten rusten op de houtlat van de Wakaflex slabbe (zie detail B). 2. Schroef m.b.v. (13) de DIP(en) vast op de kruisende panlatten (of andere voldoende stevige fixatiepunten). Onder een aantal DIP-verhogingen zijn verstevigingsprofielen aangebracht. Schroef enkel op deze verhogingen! 3. Monteer afdekstrip 8 strak tegen de kopse kant van DIP m.b.v. schroef 14. STAP 3B: Bij montage van een tweede DIP: Bij montage van 2 collectoren moeten de dakintergratieplaten overlappend worden gemonteerd. Plaats de 2 e nok van de LR-DIP over de nok van de LL-DIP. Monteer koppelstrippen 9 m.b.v. schroef 14 op elke kruisende panlat. 4. Verwijder aan de achterzijde van het Wakaflex de twee banen schutfolie! 5. Breng het Wakaflex goed op de pannen aan, zodat geen wind of water kan intreden. STAP 4: Plak foam fingers 10 op de bovenrand van elke (LS, LL en LR) DIP en tussen de buitenste nokken van de DIP, zoals hieronder weergegeven: 34 DRS5004/07

35 STAP 5: Bevestig de zonnecollector aan de beugels op de dakintegratieplaat met bout 11 en sluitring 12. Moment: max. 7 Nm Leidt de collectorleiding door het doorvoergat, zodat deze niet knikt. STAP 6: STAP 7: Plaats de dakpannen terug. Om de rechter rij netjes en stabiel terug te leggen, adviseert Ferroli Nederland de linkernok van deze rij dakpannen te verwijderen. Indien de rechter rij dakpannen dan nog niet stabiel ligt, is het raadzaam om deze rij te voorzien van een boorgat ter hoogte van de panlat waar deze aanhangt. Borg de rij pannen op de panlat. Controleer de loop van de Wakaflex slabbe(n). DRS5004/07 35

36 BIJLAGE III: Plaatsingsvoorschrift Staande Collector(en) Onderdelen Plaatsingsvoorschrift staande collector Bij artikelnummers.: collector: 2 collectoren: 3-4 collectoren: Uitvoeringen Nr. Onderdeel Art.nr. 1 Zonnecollector (COL) DIP uitvoering (SS) Antraciet DIP uitvoering (SL) Antraciet DIP uitvoering (SM) Antraciet DIP uitvoering (SR) Antraciet Wakaflex slabbe (SS) - 7 Wakaflex slabbe (SL) - 8 Wakaflex slabbe (SR) - 9 Wakaflex slabbe (SM) - 10 Afdekstrip L=1195 / L=1300 / L= Koppelstrip L= Foam kleefband vinger L= Montageset (13,14,15,16) - 1 collector 2 tot 4 collectoren type SS x type SL x type SM x type SR x Benodigd Gereedschap 2 personen Maatlat Bit houder 1/4 Potlood Gatenzaag min. ø80x150 Steek/ringsleutel - 13 Waterpas DRS5005/05

37 Montage-instructie voor 1 t/m 4 staande collectoren De minimale hellingshoek dient <20 te zijn! STAP 1: Verwijder de dakpannen (uitgangspunt dakpanbreedte = 30 cm) Aantal te verwijderen pannen: Uitvoering breed 1 collector 6 2 collectoren 10 3 collectoren 14 4 collectoren 18 x x x x hoog STAP 2: Monteer de Wakaflex slabbe, waterpas en centraal in het midden van de vrijgemaakte ruimte tussen de pannen, op de tengels van het dakbeschot. Zaag het leidingdoorvoergat in het dakbeschot. Maat X = links en rechts gelijk. Bij toepassing van 2 of meerdere collectoren: bevestig eerst de rechter (SR) Wakaflex slabbe waterpas (!) en 150 mm boven de panlat van de eerste dakpan rij. Monteer vervolgens de (SM) en/of linker (LL) Wakaflex slabben waterpas (!) en overlap steeds links over rechts Monteer de linker Wakaflex slabbe steeds op de rechter slabbe! 1 collector: 2 collectoren: 3 collectoren: DRS5005/05 37

38 STAP 3A: Monteer de dakintegratieplaat (DIP) in het midden van de Wakaflex slabbe(n). Elk leidinggat in de DIP moet in lijn liggen met het doorvoergat in het dakbeschot! Boven doorvoergat! 1. De nokken aan de onderzijde van de DIP moeten rusten op de houtlat van de Wakaflex slabbe (zie detail B). 2. Schroef m.b.v. (13) de DIP(en) vast op de kruisende panlatten (of andere voldoende stevige fixatiepunten). Onder een aantal DIP-verhogingen zijn verstevigingsprofielen aangebracht. Schroef enkel op deze verhogingen! 3. Monteer afdekstrip 10 strak tegen de kopse kant van DIP. STAP 3A: Bij montage van 2 of meer DIP s en collectoren: Bij montage van 2 of meer collectoren moeten de dakintergratieplaten overlappend worden gemonteerd. Plaats de 2 e nok van de SR-DIP over de nok van de SL of SM-DIP. Monteer koppelstrippen 11 m.b.v. schroef 16 op elke kruisende panlat. 4. Verwijder aan de achterzijde van het Wakaflex de twee banen schutfolie! 5. Breng het Wakaflex goed op de pannen aan, zodat geen wind of water kan intreden. 38 DRS5005/05

39 STAP 4: Plak foam fingers 12 op de bovenrand van elke (SS, SL, SM en SR) DIP en tussen de nokken van de twee buiten DIP s, zoals hieronder weergegeven: STAP 5: Inhaken collector. A Haak de zonnecollector 1 links in de DIP. B Kantel de collector op zijn paats en leidt gelijktijdig de collectorleidingen en sensorkabel door de gaten C. Linksboven op de zonnecollector is in de fabriek 1 bout voorgemonteerd Leidt de collectorleiding door het doorvoergat, zodat deze niet knikt. STAP 6: Bevestig de zonnecollector op de DIP met bout 13 en sluitring 14. Vergeet niet om ook de voorgemonteerde bout vast te draaien! Moment: max. 7 Nm STAP 7: STAP 8: Plaats de dakpannen terug. Om de rechter rij netjes en stabiel terug te leggen, adviseert Ferroli Nederland de linkernok van deze rij dakpannen te verwijderen. Indien de rechter rij dakpannen dan nog niet stabiel ligt, is het raadzaam om deze rij te voorzien van een boorgat ter hoogte van de panlat waar deze aanhangt. Borg de rij pannen op de panlat. Controleer de loop van de Wakaflex slabbe(n). DRS5005/05 39

40 BIJLAGE IV: Montage instructie Ballastframe 40

41 BIJLAGE V: Controle instructie zonneboilervloeistof 41

42 BIJLAGE VI: Werkplaats Instructie Kaart zonneboilervloeistof 42

Gebruikershandleiding Montagehandleiding

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Gebruikershandleiding Montagehandleiding AGPO zonneboiler AQUASOL 4 TYPE: LB 90 ET Zie voor garantieregistratie ook op het internet : www.agpoferroli.nl bij garantiebewijs AGPO Ferroli Postbus 3364, 4800

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Montagehandleiding

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Gebruikershandleiding Montagehandleiding zonneboiler AQUASOL 4 TYPE: LB 90 IT Zie voor garantieregistratie ook op het internet : www.agpoferroli.nl bij garantiebewijs AGPO Ferroli Postbus 3364, 4800 DJ

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Montagehandleiding

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Gebruikershandleiding Montagehandleiding zonneboiler AquaSol 4 TYPE: LB 90 IT Zie voor garantieregistratie ook op het internet : www.ferroli.nl bij garantiebewijs Ferroli Nederland Postbus 3364, 4800 DJ

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Montagehandleiding

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Gebruikershandleiding Montagehandleiding Comfort boiler B150 Zie voor garantieregistratie ook op het internet : www.ferroli.nl bij garantiebewijs Ferroli Nederland Postbus 3364, 4800 DJ Breda Konijnenberg

Nadere informatie

Itho voorverwarmer zonneboilers

Itho voorverwarmer zonneboilers Itho voorverwarmer zonneboilers Toepassing De Itho voorverwarmer zonneboiler wordt toegepast om op een uiterst spaarzame manier tapwater te verwarmer op locaties waar warm water direct en royaal beschikbaar

Nadere informatie

Itho Daalderop Zonneboilers en zonnecollectoren. product-

Itho Daalderop Zonneboilers en zonnecollectoren. product- Itho Daalderop Zonneboilers en zonnecollectoren product- 2 De zonneboilers van Itho Daalderop Itho Daalderop heeft twee verschillende soorten zonneboilers; de Solior en de Voorverwarmer. De Solior is een

Nadere informatie

DBU-HP-DHW. Installatie handleiding. Adm. de Ruyterstraat HB Schiedam T: (010)

DBU-HP-DHW. Installatie handleiding. Adm. de Ruyterstraat HB Schiedam T: (010) DBU-HP-DHW Installatie handleiding Adm. de Ruyterstraat 2 3115 HB Schiedam T: (010) 427 85 00 info@itho.nl www.itho.nl Installatie zonnecollector en leidingwerk van en naar DBU-HP-DHW De DBU-HP-DHW (Drain

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Montagehandleiding

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Gebruikershandleiding Montagehandleiding Comfort boiler B90 Zie voor garantieregistratie ook op het internet : www.ferroli.nl bij garantiebewijs Ferroli Nederland Postbus 3364, 4800 DJ Breda Konijnenberg

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Technische specificaties

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Technische specificaties Gebruikershandleiding Montagehandleiding Technische specificaties AGPO zonneboiler AquaSol 3 AquaSol 3 Combi Agpo b.v. Postbus 3364, 4800 DJ Breda Konijnenberg 24, 4825 BD Breda Consumenten-informatie

Nadere informatie

Itho Zonneboiler 90l en 150l voorverwarmer. Installatie-/gebruikershandleiding

Itho Zonneboiler 90l en 150l voorverwarmer. Installatie-/gebruikershandleiding Itho Zonneboiler 90l en 150l voorverwarmer Installatie-/gebruikershandleiding Let op! Voor uw veiligheid waarschuwen we u voor de volgende zaken: Installatie Het toestel dient door een erkende installateur

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Technische specificaties

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Technische specificaties Gebruikershandleiding Montagehandleiding Technische specificaties AGPO zonneboiler AquaSol 3 ZT AGPO b.v. Postbus 3364, 4800 DJ Breda Konijnenberg 24, 4825 BD Breda Consumenten-informatie telefoonnummer:

Nadere informatie

Bosch solar Pakket. Montage- en Gebruikershandleiding 6 720 616 018 (2008/03)

Bosch solar Pakket. Montage- en Gebruikershandleiding 6 720 616 018 (2008/03) osch solar Pakket nl Montage- en Gebruikershandleiding 2 NL Voorwoord In deze installatie-instructie wordt de installatie, ingebruikstelling en het onderhoud van het hele systeem beschreven. De installatie

Nadere informatie

Itho Daalderop Zonneboilers en zonnecollectoren. product-

Itho Daalderop Zonneboilers en zonnecollectoren. product- Itho Daalderop Zonneboilers en zonnecollectoren product- 2 De zonneboilers van Itho Daalderop Itho Daalderop heeft twee verschillende soorten zonneboilers; de Solior en de Voorverwarmer. De Solior is een

Nadere informatie

Nefit Economy cv-boilers

Nefit Economy cv-boilers Nefit houdt Nederland warm Installatie-instructie Nefit Economy cv-boilers INHOUDSOPGAVE 1. ALGEMEEN 1-1 2. INSTALLEREN 2-1 2.1 Voorschriften 2-1 2.1.1 Algemene voorschriften 2-1 2.1.2 Voorschriften fabrikant

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Montagehandleiding

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Gebruikershandleiding Montagehandleiding Toestel typen: AGPO AQUARIUS MB 80 AGPO AQUARIUS MB 120 Indirect gestookte boiler Agpo b.v. Postbus 3364, 4800 DJ Breda Konijnenberg 24, 4825 BD Breda Consumenten-informatie

Nadere informatie

Itho DBU RG Installation manual Adm. de Ruyterstraat HB Schiedam T: (010)

Itho DBU RG Installation manual Adm. de Ruyterstraat HB Schiedam T: (010) Itho DBURG Installation manua al Adm. de Ruyterstraat 2 3115 HB Schiedam T: T (010) 427 85 000 info@itho.nl www.itho.nl Installatie zonnecollector en leidingwerk van en naar DBURG DBURG (Drain Back Unit

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Montagehandleiding. Itho Zonneboiler Comfort Zonneboiler: CZB (Comfort Solar Tank: CST)

Gebruikershandleiding Montagehandleiding. Itho Zonneboiler Comfort Zonneboiler: CZB (Comfort Solar Tank: CST) Gebruikershandleiding Montagehandleiding Itho Zonneboiler Comfort Zonneboiler: CZB (Comfort Solar Tank: CST) Itho b.v. Postbus 21, 3100 AA Schiedam Admiraal de Ruyterstraat 2, 3115 HB Schiedam Internet:

Nadere informatie

ST. Bosch solar Pakket. Montage- en Gebruikershandleiding (2010/05)

ST. Bosch solar Pakket. Montage- en Gebruikershandleiding (2010/05) osch solar Pakket nl Montage- en Gebruikershandleiding 6 720 616 018 (2010/05) 6720616018.00-1.ST 2 NL Voorwoord In deze installatie-instructie wordt de installatie, ingebruikstelling en het onderhoud

Nadere informatie

SERVICE HANDBOEK DUURZAME ENERGIE. Installatievoorschrift collectoren en terugloopvat

SERVICE HANDBOEK DUURZAME ENERGIE. Installatievoorschrift collectoren en terugloopvat SERVICE HANDBOEK DUURZAME ENERGIE Installatievoorschrift collectoren en terugloopvat Inhoudsopgave 1. INBOUW ZONNECOLLECTOR IN PANNENDAK PAG. 4 1.1 TYPEN INBOUW ZONNECOLLECTOREN MET GOTENSETS 4 1.2 POSITIE

Nadere informatie

VII. VII. ZentaSOL. VII-1 Remeha ZentaSOL zonneboilersysteem 120 VII-2 Zonneboiler aansluitsets 123

VII. VII. ZentaSOL. VII-1 Remeha ZentaSOL zonneboilersysteem 120 VII-2 Zonneboiler aansluitsets 123 VII. ZentaSOL VII-1 120 VII-2 s 123 VII Voor aanvullende informatie over producten, diensten en organisatie zie ook onze website: nl.remeha.com VII-1 Boilervat Collector 175,5 113,5 1 3 1060 70 1 37 1960

Nadere informatie

Montage instructie. Flashingkit. Landscape

Montage instructie. Flashingkit. Landscape Montage instructie Flashingkit Portrait Landscape Inhoudsopgave 1. Algemeen... 1 2. Aandachtspunten... 2 3. Montage instructie Flashingkit Portrait... 3 3.1. Inhoud verpakking Flashingkit Portrait... 3

Nadere informatie

Algemene montage-instructie van het ATON B100RV-VW zonne-energie systeem- VOORL.

Algemene montage-instructie van het ATON B100RV-VW zonne-energie systeem- VOORL. 1 Algemene montage-instructie van het ATON B100RV-VW zonne-energie systeem- VOORL. 1. Algemeen. De basis van het systeem is een 100 liter boiler met daarop gemonteerd een pompunit en een regeling. Deze

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Montagehandleiding

Gebruikershandleiding Montagehandleiding Gebruikershandleiding Montagehandleiding Toestel typen: AGPO AQUAFORTE AF 80 AGPO AQUAFORTE AF 120 Indirect gestookte boiler Agpo b.v. Postbus 3364, 4800 DJ Breda Konijnenberg 24, 4825 BD Breda Consumenten-informatie

Nadere informatie

1. Inleiding. Het procesmodel ZONNECOLLECTOR is gemaakt voor het gebruik op scholen. Het doel is om de leerling kennis te laten maken met het toepassen van een zonnecollector in een praktijksituatie. Hiervoor

Nadere informatie

Gebruikshandleiding. Zonneboilers. 8X.52.71.01/09.12 Wijzigingen voorbehouden.

Gebruikshandleiding. Zonneboilers. 8X.52.71.01/09.12 Wijzigingen voorbehouden. Gebruikshandleiding Zonneboilers 8X.52.71.01/09.12 Wijzigingen voorbehouden. Inhoud Inhoud... 2 1 EcoNorm II en CBSolar II... 3 2 CBHotTop... 4 3 Uitlezing regelunit (onderdeel van het SolarStation)...

Nadere informatie

vanderbeyl IGB-100S, IGB-110H, IGB-150S Installatie- en montagehandleiding

vanderbeyl IGB-100S, IGB-110H, IGB-150S Installatie- en montagehandleiding vanderbeyl IGB-100S, IGB-110H, IGB-150S Installatie- en montagehandleiding Inhoud 1 Boilers, type IGB 2 1.1 Beschrijving 2 1.2 Levering 2 1.3 Technische informatie 2 1.4 Toepassingsmogelijkheden 3 1.5

Nadere informatie

zonne-energie zonneboiler zonnepanelen

zonne-energie zonneboiler zonnepanelen Zonne-energie Zonneboilers Zonnepanelen GEBRUIKERSHANDLEIDING Silverline Heat en Blackline Heat OOK VOOR ZONNEPANELEN BENT U BIJ SOLESTA AAN HET JUISTE ADRES. KIJK OP WWW.SOLESTA.COM VOOR SLSTa5.GBH.100213

Nadere informatie

Gebruikshandleiding. 8X /05.12 Wijzigingen voorbehouden.

Gebruikshandleiding. 8X /05.12 Wijzigingen voorbehouden. Gebruikshandleiding 8X.52.71.01/05.12 Wijzigingen voorbehouden. Inhoud 1 EcoNorm II en CBSolar II... 3 2 CBHotTop... 4 3 Zonneboilercombi... 5 4 Uitlezing regelunit... 6 5 Vraag & antwoord... 6 Versie

Nadere informatie

MVB-500, MVB-1000 Installatie- en montagehandleiding

MVB-500, MVB-1000 Installatie- en montagehandleiding vanderbeyl MVB-500, MVB-1000 Installatie- en montagehandleiding Itho bv Adm. de Ruyterstraat 2 3115 HB Schiedam Postbus 21 3100 AA Schiedam T (010) 427 89 10 F (010) 427 88 88 E info@itho.nl I www.itho.nl

Nadere informatie

Installatie instructie

Installatie instructie LUXUS Electronic (KDE, KDE2) ELEKTRISCHE DOORSTROMER VOOR TAPWATER Installatie instructie Rev. 1808GG Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Veiligheidsinstructies.. 2 Installatie/ montage. 4 Ontluchten 5 Configuratie..

Nadere informatie

CV module Plus Installatievoorschriften

CV module Plus Installatievoorschriften CV module Plus Installatievoorschriften 2-15 1. BESCHRIJVING... 2 2. INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN... 2 2.1 Algemeen... 2 2.2 Montage... 2 2.3 Aansluitschema's... 3 2.4 Tapwaterzijdige aansluiting... 6 2.5

Nadere informatie

inhoud Een uitgave van Intech Klimaat & Sanitair en OTIB februari 2010 Aansluiten zonneboiler Katern voor scholing, her- en bijscholing

inhoud Een uitgave van Intech Klimaat & Sanitair en OTIB februari 2010 Aansluiten zonneboiler Katern voor scholing, her- en bijscholing Katern voor scholing, her- en bijscholing 24 inhoud 1 Aansluiten zonneboiler Een uitgave van Intech Klimaat & Sanitair en OTIB februari 2010 Aansluiten zonneboiler Zonne-energie staat steeds meer in de

Nadere informatie

GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING GEBRUIKERSHANDLEIDING Warmwater circulatie-unit O DVU 3 kw 230 V INHOUDSOPGAVE Voorwoord pag. 4 Inleiding pag. 5 Technische specificaties pag. 5 Veiligheidsvoorzieningen en instructies pag. 6 Werking van

Nadere informatie

Handleiding. Itho Daalderop WPV 150L/200L. 1. Veiligheid & voorschriften Veiligheid

Handleiding. Itho Daalderop WPV 150L/200L. 1. Veiligheid & voorschriften Veiligheid Itho Daalderop WPV 150L/200L A+ Handleiding 1. Veiligheid & voorschriften 1.1. Veiligheid Installeer het product volgens deze handleiding en de lokaal geldende installatie- en veiligheidsvoorschriften!

Nadere informatie

vanderbeyl IGB-200S, IGB-300S, IGB-500S Installatie- en montagehandleiding

vanderbeyl IGB-200S, IGB-300S, IGB-500S Installatie- en montagehandleiding vanderbeyl IGB-200S, IGB-300S, IGB-500S Installatie- en montagehandleiding Inhoud 1 vanderbeyl boilers, type IGB 4 1.1 Beschrijving 4 1.2 Levering 4 1.3 Technische informatie 4 1.4 Toepassingsmogelijkheden

Nadere informatie

VIH 80 / VIH 120 / VIH 150

VIH 80 / VIH 120 / VIH 150 HANDLEIDING VOOR INSTALLATIE EN GEBRUIK van de VIH 80 / VIH 120 / VIH 150 Inhoudsopgave 1 Algemeen............................................. 3 1.1 Leveromfang.........................................

Nadere informatie

Gebruikershandleiding. Silverline Heat. Het slimste. zonneboilersysteem. van Nederland SLST.GBH

Gebruikershandleiding. Silverline Heat. Het slimste. zonneboilersysteem. van Nederland SLST.GBH Gebruikershandleiding Silverline Heat Het slimste zonneboilersysteem van Nederland SLST.GBH.20160524 1 1. Inleiding Van harte gefeliciteerd met de aanschaf van uw zonneboiler! U heeft gekozen voor een

Nadere informatie

Nefit EcomLine HR. Gebruikersinstructie. Nefit houdt Nederland warm

Nefit EcomLine HR. Gebruikersinstructie. Nefit houdt Nederland warm Company name: 70542200 (07/2013) Nefit is een merk van Bosch Thermotechniek B.V. Bosch Thermotechniek B.V.., Postbus 3, 7400 AA Deventer. DealerLine: 0570-67 85 66. Consumenten Infolijn: 0570-67 85 00.

Nadere informatie

GEBRUIKSHANDLEIDING COMBI INSTALLATIESET

GEBRUIKSHANDLEIDING COMBI INSTALLATIESET GEBRUIKSHANDLEIDING COMBI INSTALLATIESET NEDERLANDS VOORWOORD Inleiding Van harte gefeliciteerd met de aanschaf van uw Combi Installatieset.Met deze set kunt u naast kokend water nu óók warm wateruit uw

Nadere informatie

SENTRY ELEKTRISCHE BOILERS

SENTRY ELEKTRISCHE BOILERS SENTRY ELEKTRISCHE BOILERS MODELLEN: ES3 ES4 ES5 ES65 Installatie- en bedieningsvoorschriften Onderhoudsinstructies Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden. 4.1.4 INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN

Nadere informatie

Nederland NL. Montage- en bedieningshandleiding. Hybride Hybride uitbreidingspakket Solar

Nederland NL. Montage- en bedieningshandleiding. Hybride Hybride uitbreidingspakket Solar Nederland NL Montage- en bedieningshandleiding Hybride Hybride uitbreidingspakket Solar Geachte klant, hartelijk dank voor uw keuze voor dit hoogwaardige product. Voordat u het systeem in gebruik neemt,

Nadere informatie

4 INSTALLATIE. 4.1 Inbouwmaten Toestel met leidingen naar onderen aangesloten: Brink Climate Systems BV 10. Toestel + montagebeugel

4 INSTALLATIE. 4.1 Inbouwmaten Toestel met leidingen naar onderen aangesloten: Brink Climate Systems BV 10. Toestel + montagebeugel 4 INSTALLATIE 4.1 Inbouwmaten Toestel met leidingen naar onderen aangesloten: Toestel + montagebeugel A = Aanvoer CV Ø22 B = Retour CV Ø22 C = Gas ½ inw. D = Tapwater koud Ø15 E = Tapwater warm Ø15 h=

Nadere informatie

MYSON. Kickspace 500, 600 & 800. Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften. Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden

MYSON. Kickspace 500, 600 & 800. Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften. Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden MYSON Kickspace 500, 600 & 800 Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden 1 INHOUDSOPGAVE 1. ALGEMENE INFORMATIE 3 2. ONTWERP CV INSTALLATIE

Nadere informatie

Handleiding. Zonnegascombi V2. Zonneboiler uitbreidingsset ten behoeve van ondersteuning ruimteverwarming. Versie 1.00

Handleiding. Zonnegascombi V2. Zonneboiler uitbreidingsset ten behoeve van ondersteuning ruimteverwarming. Versie 1.00 Handleiding Zonnegascombi V2 Zonneboiler uitbreidingsset ten behoeve van ondersteuning ruimteverwarming Versie 1.00 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1) Omschrijving... 3 2) Algemene werking... 3 3) Regelgeving...

Nadere informatie

IZEN ZONNEBOILER GEBRUIKERSHANDLEIDING type TERUGLOOP DTi 2 DUO (BWP / ELEK / CV / WP)

IZEN ZONNEBOILER GEBRUIKERSHANDLEIDING type TERUGLOOP DTi 2 DUO (BWP / ELEK / CV / WP) IZEN ZONNEBOILER GEBRUIKERSHANDLEIDING type TERUGLOOP DTi 2 DUO (BWP / ELEK / CV / WP) ALS U EEN WARMTEPOMPBOILER (COOLWEX/SANISTAGE) HEBT: WERKING ZONNEBOILER IN DEZE HANDLEIDING WERKING WARMTEPOMP BOILER

Nadere informatie

Montage handleiding BM kunststof PP rookgasafvoerleidingen

Montage handleiding BM kunststof PP rookgasafvoerleidingen Montage handleiding BM kunststof PP rookgasafvoerleidingen Concentrisch systeem, flexibele-en starre voering. Duinkerkenstraat 27 Postbus 509 9700 AM Groningen Telefoon: 0503139944 Telefax : 0503185423

Nadere informatie

Solenco zonlichtsystemen programma 2011

Solenco zonlichtsystemen programma 2011 zonlichtsystemen programma 2011 voor toepassing in: Woonhuizen in de laagbouw Gestapelde woningen Grootverbruik Zwembad en vloerverwarming 2011 Energie uit zonlicht Zonlicht kunt u passief gebruiken om

Nadere informatie

Quality Heating elektrische vloerverwarming

Quality Heating elektrische vloerverwarming 1 Quality Heating elektrische vloerverwarming Wij willen u feliciteren met uw aankoop van één van de producten van Quality Heating. Elk product van Quality Heating is gemaakt op kwalitatief hoogstaande

Nadere informatie

Toestel typen: AGPO AQUARIUS LOAD 80 AGPO AQUARIUS LOAD 120

Toestel typen: AGPO AQUARIUS LOAD 80 AGPO AQUARIUS LOAD 120 Gebruikershandleiding Montagehandleiding Technische specificaties Toestel typen: AGPO AQUARIUS LOAD 80 AGPO AQUARIUS LOAD 120 07.98.91.816 Agpo b.v. Postbus 3364, 4800 DJ Breda Konijnenberg 24, 4825 BD

Nadere informatie

AC-TRSP-2.7/3.5 SPLIT AIRCONDITIONER INSTALLATIEHANDLEIDING

AC-TRSP-2.7/3.5 SPLIT AIRCONDITIONER INSTALLATIEHANDLEIDING AC-TRSP-2.7/3.5 SPLIT AIRCONDITIONER INSTALLATIEHANDLEIDING Installatiehandleiding Tronix Split Airconditioner Gefeliciteerd met uw aankoop van deze Tronix airconditioner. U beschikt hiermee over een airconditioner

Nadere informatie

H A N D L E I D I N G Website:

H A N D L E I D I N G   Website: G E B R U I K E R S H A N D L E I D I N G E-mail: info@dutchsolarsystems.com Website: www.dutchsolarsystems.com Inhoud Gebruikershandleiding DSS Zonneboilersystemen 1 Werking 1 2 Status Regel Unit 3 3

Nadere informatie

Installeren Hoofdstuk 5

Installeren Hoofdstuk 5 5.1 Installeren algemeen 5.1.1 Plaatsen toestel Voor het openen van het toestel moet men eerst de gekleurde kan men het voordeksel losschroeven. Bij het op de plek zetten van de luchtverwarmer moet rekening

Nadere informatie

TECHNISCHE INFORMATIE. HEAT PIPE 160 Easy

TECHNISCHE INFORMATIE. HEAT PIPE 160 Easy TECHNISCHE INFORMATIE De HP 160 Easy is een hoogwaardige betaalbare zonneboiler met een zeer goede opbrengst, die bovendien onderhoudsvrij is. Het is een volgens het zwaartekrachtprincipe werkend Solar

Nadere informatie

Techneco ELGA warmtepomp Gebruikershandleiding. Type 3.0

Techneco ELGA warmtepomp Gebruikershandleiding. Type 3.0 Techneco ELGA warmtepomp Gebruikershandleiding Type 3.0 April 2015 INHOUDSOPGAVE 1 Introductie 1 2 Bediening binnenunit 2 3 Thermostaat instellen 3 3.1 Instelling controleren 3 3.2 Koelen of verwarmen

Nadere informatie

Quality Heating elektrische vloerverwarmingsfolie

Quality Heating elektrische vloerverwarmingsfolie 1 Quality Heating elektrische vloerverwarmingsfolie Wij willen u feliciteren met uw aankoop van één van de producten van Quality Heating. Elk product van Quality Heating is gemaakt op kwalitatief hoogstaande

Nadere informatie

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010 - 1 -

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010 - 1 - aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010-1 - AANVULLENDE HANDLEIDING AQUA PLUS Deze handleiding is uitsluitend ter aanvulling van de handleiding van de Altech Eclips (papieren of DVD

Nadere informatie

Electrische Boiler. Installatie, gebruik en onderhoud TNC 10 TNC 15 TNC 30 TNC 50 TNC 80 TNC 80 H TNC 100 TNC 100 H TNC 150 TNC 150 H

Electrische Boiler. Installatie, gebruik en onderhoud TNC 10 TNC 15 TNC 30 TNC 50 TNC 80 TNC 80 H TNC 100 TNC 100 H TNC 150 TNC 150 H Electrische Boiler Installatie, gebruik en onderhoud TNC 10 TNC 15 TNC 30 TNC 50 TNC 80 TNC 80 H TNC 100 TNC 100 H TNC 150 TNC 150 H Wij feliciteren u met de aanschaf van uw boiler. De electrische verwarmers

Nadere informatie

LET OP MONTAGE VOORSCHRIFT. StarMaster HR. Verpakking is tevens boormal. COLLECTOR met STRALINGSSENSOR AAN DE INSTALLATEUR

LET OP MONTAGE VOORSCHRIFT. StarMaster HR. Verpakking is tevens boormal. COLLECTOR met STRALINGSSENSOR AAN DE INSTALLATEUR LET OP Verpakking is tevens boormal MONTAGE VOORSCHRIFT StarMaster HR COLLECTOR met STRALINGSSENSOR AAN DE INSTALLATEUR BEWAAR DIT DIT MONTAGEVOORSCHRIFT INSTALLATIEVOORSCHRIFT GOED DE GOED BUURT IN DE

Nadere informatie

Installateurshandleiding

Installateurshandleiding Loria tapwaterkit + elektrisch element tapwater Installateurshandleiding 13564 V1.0 4-2-2019 Behorende bij firmware versie V27 en hoger Inhoud Introductie... 3 1.1 Onderdelen in de tapwater kit... 3 1.2

Nadere informatie

Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem

Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem Installatiehandleiding 2 Voorwoord De elektrische doorstromer wordt gebruikt als naverwarmer in combinatie met de Ecolution ventilatiewarmtepomp.

Nadere informatie

Quick Guide Artel Mono Block schema 1

Quick Guide Artel Mono Block schema 1 Quick Guide Artel Mono Block schema 1 RR Trading 1 van 13 Schema 1 Rev. 03 Inhoud opgave 1. Algemene aandachtspunten... 2 2. Opstelling ruimte... 2 3. Schema 1 verwarmen/koelen... 4 4. Aansluiten Mono

Nadere informatie

EcoAir 60. Gebruiksaanwijzing

EcoAir 60. Gebruiksaanwijzing EcoAir 60 Gebruiksaanwijzing Technische specificaties. Algemeen Netspanning: 230V/50Hz Ampère: 16 Wattage: 3000 Afmeting: 515x975x40mm (BxHxD) Gewicht leeg: 42 kg Pompen Aantal: 2x (douche- en afvalwater)

Nadere informatie

Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem

Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem Installatiehandleiding 2 Voorwoord De elektrische doorstromer wordt gebruikt als naverwarmer in combinatie met de Ecolution ventilatiewarmtepomp.

Nadere informatie

CW 6. Montage handleiding Lees voor het installeren en gebruiken van het toestel de installatievoorschriften zorgvuldig door. Intergas Verwarming BV 1

CW 6. Montage handleiding Lees voor het installeren en gebruiken van het toestel de installatievoorschriften zorgvuldig door. Intergas Verwarming BV 1 CW 6 Montage handleiding Lees voor het installeren en gebruiken van het toestel de installatievoorschriften zorgvuldig door. Intergas Verwarming BV 1 1 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Voor installatie van de

Nadere informatie

Quick Guide Artel Mono Block schema 2 verwarmen/warmwater

Quick Guide Artel Mono Block schema 2 verwarmen/warmwater Quick Guide Artel Mono Block schema 2 verwarmen/warmwater RR Trading B.V. 1 van 17 Schema 2 Rev. 03 Inhoud opgave 1. Algemene aandachtspunten... 2 2. Opstelling ruimte... 2 3. Aansluiten Mono Block warmtepomp...

Nadere informatie

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE 2.1 Aflevering 2.2 Voorschriften 2.3 Opstelling 2.4 Montage beveiligingen 2.5 Montage rookgasafvoer 2.6 Montage

Nadere informatie

CEEPEE 15 K / G / M. Montagevoorschrift condenswaterpomp

CEEPEE 15 K / G / M. Montagevoorschrift condenswaterpomp Montagevoorschrift condenswaterpomp CEEPEE 15 K / G / M Zelfaanzuigend tot 1,5 m Opvoerhoogte 9 m / 18 m. Universeel toepasbaar Zeer laag geluidsniveau 1 Het beoogde gebruik De condenswaterpomp is bedoeld

Nadere informatie

Gumax Terrasverwarmer

Gumax Terrasverwarmer Gumax Terrasverwarmer De energiezuinige terrasverwarmer op infraroodbasis zonder rode gloed Handleiding Model PAH-2011-1 3200 watt Lees alle instructies zorgvuldig door alvorens dit apparaat te installeren

Nadere informatie

MANUAL VEEBORSTEL HANGEND

MANUAL VEEBORSTEL HANGEND MANUAL VEEBORSTEL HANGEND Voorwoord De Vink roterende veeborstel bestaat uit een frame waarin een borstelwals, aangedreven door een trommelmotor, is gemonteerd. Het geheel wordt met 3 kettingen verend

Nadere informatie

1. Installatie van de e-thermostaat 3. 2. Installatie van de hub 8

1. Installatie van de e-thermostaat 3. 2. Installatie van de hub 8 v.120110 1. Installatie van de e-thermostaat 3 2. Installatie van de hub 8 3. De webportal en smart phone app 10 Webportal...10 Smart phone App...10 4. Problemen oplossen - E-thermostaat 11 Het display

Nadere informatie

1. Onderhoud en garantie

1. Onderhoud en garantie 1. Onderhoud en garantie Voor een goede werking van het zonneboilersysteem is inspectie door een erkende installateur benodigd. De druk van het collectorsysteem en expansievat en de beschermingsgraad van

Nadere informatie

Installatie handleiding

Installatie handleiding www.home-appliance.nl JAN07v1/SCH www.home-appliance.nl JAN07v1/SCH Installatie handleiding voorwoord Gefeliciteerd met de aankoop van uw airconditioning. Wanneer u de volgende stappen nauwkeurig volgt

Nadere informatie

Handleiding. Uitbreidingsset S.M.A.R.T.

Handleiding. Uitbreidingsset S.M.A.R.T. Handleiding Uitbreidingsset S.M.A.R.T. Inhoud 1. Regelgeving... 4 2. Omschrijving... 5 3. Algemene werking... 5 4. Leveringsomvang... 6 5. Technische specificaties... 6 6. Installatie... 7 6.1 Hydraulisch

Nadere informatie

Installatievoorschrift. ATAG Comfort Boilers. 8A.51.23.09/09.11 Wijzigingen voorbehouden.

Installatievoorschrift. ATAG Comfort Boilers. 8A.51.23.09/09.11 Wijzigingen voorbehouden. Installatievoorschrift ATAG Comfort Boilers 8A.51.23.09/09.11 Wijzigingen voorbehouden. Inhoud 1 Inleiding... 4 1.2 Omschrijving... 4 1.3 Regelgeving... 5 2 Hangende Comfort boilers (QBV / QBH)... 5 3

Nadere informatie

SERVICE HANDBOEK DUURZAME ENERGIE. Bediening en werking

SERVICE HANDBOEK DUURZAME ENERGIE. Bediening en werking SERVICE HANDBOEK DUURZAME ENERGIE Bediening en werking Inhoudsopgave 1. Bediening MultiSolar 1. BEDIENING MULTISOLAR PAG. 2 2. WERKING MULTISOLAR PAG. 4 3. BEDIENING MONOSOLAR PAG. 6 4. WERKING MONOSOLAR

Nadere informatie

5.1 Installeren algemeen

5.1 Installeren algemeen 5.1 algemeen Het installeren dient te geschieden overeenkomstig: Kwaliteitseisen ventilatiesystemen woningen Kwaliteitseisen gebalanceerde ventilatie woningen De capaciteitsberekening conform het Bouwbesluit

Nadere informatie

5.1 Installeren algemeen Plaatsen toestel Voor het openen van het toestel moet men eerst de gekleurde

5.1 Installeren algemeen Plaatsen toestel Voor het openen van het toestel moet men eerst de gekleurde 5.1 algemeen 5.1.1 Plaatsen toestel Voor het openen van het toestel moet men eerst de gekleurde kan men het voordeksel losschroeven. Bij het op de plek zetten van de luchtverwarmer moet rekening gehouden

Nadere informatie

EMS 2.0. ModuLine 1010H (2017/05) NL

EMS 2.0. ModuLine 1010H (2017/05) NL EMS 2.0 0010014043-001 ModuLine 1010H 6720869141 (2017/05) NL 1 Gegevens betreffende het product 1 Gegevens betreffende het product Toepassingsmogelijkheden De bedieningseenheid ModuLine 1010H kan alleen

Nadere informatie

COMBI FORT. I ns ta l l a ti e v oorschrift Weersa f h an ke lijke Re gel in g

COMBI FORT. I ns ta l l a ti e v oorschrift Weersa f h an ke lijke Re gel in g COMBI FORT I ns ta l l a ti e v oorschrift Weersa f h an ke lijke Re gel in g 20-07-2006 13:40:30 installatievoorschrift_war.indd 1 INHOUDSOPGAVE Set inhoud 3 1. Montage Weersafhankelijke Regeling 4 1.1

Nadere informatie

Montage- en Gebruikershandleiding Nefit SolarLine Pakket 1-110 2-110 zonne-energiesystemen

Montage- en Gebruikershandleiding Nefit SolarLine Pakket 1-110 2-110 zonne-energiesystemen Montage- en Gebruikershandleiding Nefit SolarLine Pakket 1-110 2-110 zonne-energiesystemen 6 720 647 733 (2013/10) Voorwoord Nefit levert, als Nederlandse fabrikant van cvtoestellen en energiesystemen,

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding EXCLUSIV COMPACT THERMOSTAAT Dit product heeft de volgende eigenschappen: 1) Regeling van de verwarming 2) Eenvoudig te programmeren 3) Twee programma's: programma ingesteld af fabriek

Nadere informatie

Tercal verwarmingssystemen

Tercal verwarmingssystemen Tercal verwarmingssystemen De HP 160 Easy is een hoogwaardige betaalbare zonneboiler met een zeer goede opbrengst, die bovendien onderhoudsvrij is. Het is een volgens het zwaartekrachtprincipe werkend

Nadere informatie

Installeren Hoofdstuk 5

Installeren Hoofdstuk 5 5.1 Installeren algemeen 5.1.1 Plaatsen toestel Voor het openen van het toestel moet men eerst de gekleurde kan men het voordeksel losschroeven. ij het op de plek zetten van de luchtverwarmer moet rekening

Nadere informatie

Itho Daalderop Douche WTW. installatie- handleiding

Itho Daalderop Douche WTW. installatie- handleiding Itho Daalderop Douche WTW installatie- handleiding 2 Inhoudsopgave 1. Algemene informatie 4 1.1. Beschrijving 4 1.2. Leveringsomvang 4 2. Installatie 5 2.1. Plaats 5 2.2. Aansluiten 6 2.3. Thermostatische

Nadere informatie

RUIMTEREGELAAR MET STOOKLIJN- VERSTELLING

RUIMTEREGELAAR MET STOOKLIJN- VERSTELLING Installatie- en gebruikershandleiding NL RUIMTEREGELAAR MET STOOKLIJN- VERSTELLING Afstandsbediening voor warmtepompen met koeling RFV-DK Vertaling van de originele handleiding Alpha-InnoTec GmbH A.u.b.

Nadere informatie

Flashing Kit. Installatie Instructies. Inhoudsopgave

Flashing Kit. Installatie Instructies. Inhoudsopgave Flashing Kit Installatie Instructies Portrait / Staand Landscape / Liggend Inhoudsopgave 1. ALGEMEEN... 2 2. AANDACHTSPUNTEN... 3 2.1 TERUGLOOPUNIT VOOR 1 COLLECTOR (TLU 1)... 3 2.2 TERUGLOOPUNIT VOOR

Nadere informatie

ZONNEBOILER INSTALLATIE - INSTRUCTIE. voor een collector gemonteerd op panlatten.

ZONNEBOILER INSTALLATIE - INSTRUCTIE. voor een collector gemonteerd op panlatten. ZONNEBOILER INSTALLATIE - INSTRUCTIE. voor een gemonteerd op panlatten. Leverancier van alternatieve oplossingen voor water, warmte comfort en stroom Tel: 058-288 47 39 / Fax 058-288 92 98 PLAATSING VAN

Nadere informatie

Bedienings- en servicehandleiding

Bedienings- en servicehandleiding Voor de gebruiker Bedienings- en servicehandleiding Kamerthermostaat ModuLine 100 Zorgvuldig lezen vóór bediening en servicewerkzaamheden Beknopt overzicht Beknopt overzicht bedieningsmogelijkheden Legenda

Nadere informatie

Nefit houdt Nederland warm. Gebruikersinstructie. Nefit Economy HR

Nefit houdt Nederland warm. Gebruikersinstructie. Nefit Economy HR Nefit houdt Nederland warm Gebruikersinstructie Nefit Economy HR VOORWOORD Het doel van deze instructie is de gebruiker voldoende informatie te geven om op een veilige wijze om te gaan met de Nefit Economy

Nadere informatie

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden.

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden. De EasyTemp thermostaat ET31A/AF/F Deze handleiding geldt voor de onderstaande types: Op de doos Model ET31A, ET31AF en ET31F Model ET31A. Thermostaat regelt de ruimte temperatuur. (Niet geschikt voor

Nadere informatie

Gumax Terrasverwarmer

Gumax Terrasverwarmer Gumax Terrasverwarmer De energiezuinige terrasverwarmer op infraroodbasis zonder rode gloed Montage Handleiding Model PAH-2011-1 3200 watt Lees alle instructies zorgvuldig door alvorens dit apparaat te

Nadere informatie

7 INSTELLING EN AFREGELING

7 INSTELLING EN AFREGELING 7 INSTELLING EN AFREGELING Het functioneren van het toestel is te beïnvloeden door de (parameter)instellingen in de branderautomaat. Een deel hiervan is direct via het bedieningspaneel in te stellen, een

Nadere informatie

Waterwerkbladen Plaatsing boilervat Draag vermogen vloer t.b.v. boilervat Gesloten systeem Niet doen

Waterwerkbladen Plaatsing boilervat Draag vermogen vloer t.b.v. boilervat Gesloten systeem Niet doen Waterwerkbladen Waterwerkblad 3.8 beveiligingen (gevaarlijke) toestellen Waterwerkblad 4.4B warmtapwaterinstallaties beveiligingen Waterwerkblad 4.4C warmtapwaterinstallaties zonne-energie systemen Plaatsing

Nadere informatie

DIC WANDMODEL HANDLEIDING MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC wandmodel met plug and play systeem

DIC WANDMODEL HANDLEIDING MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC wandmodel met plug and play systeem DIC WANDMODEL HANDLEIDING MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC wandmodel met plug and play systeem INHOUDSOPGAVE DIC wandmodel met plug and play stysteem 1 Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem

Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem Installatiehandleiding 2 Voorwoord De elektrische doorstromer wordt gebruikt als naverwarmer in combinatie met de Ecolution ventilatiewarmtepomp.

Nadere informatie

Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing centrifugaalpomp RC-Pomp

Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing centrifugaalpomp RC-Pomp Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing centrifugaalpomp RC-Pomp Voor gebruik aandachtig lezen Alle veiligheidsvoorschriften nakomen Voor toekomstig gebruik bewaren Deze montagehandleiding bevat belangrijke

Nadere informatie

Itho Daalderop Comfort- en Elektroboilers. product- informatie

Itho Daalderop Comfort- en Elektroboilers. product- informatie Itho Daalderop Comfort- en Elektroboilers product- informatie In dit boekje vindt u meer informatie over boilers van Itho Daalderop. Aan de hand van deze gegevens kunt u bepalen welke boiler voor u het

Nadere informatie

Elektrische Doorstroomverwarmer

Elektrische Doorstroomverwarmer Elektrische Doorstroomverwarmer Installatiehandleiding 2 Gegevens Doorstroomverwarmer Artikel nr 15081070 Type 5E1551 IP class 44 230 V - 50 hz 1p 2000W 400 V - 50 hz 2p 4000W 400 V - 50 hz 3p 6000W Aansluitingen

Nadere informatie

De nieuwe standaard in eenvoud, design en rendement

De nieuwe standaard in eenvoud, design en rendement Product-Data-Blad ZentaSO Upgrade Technische gegevens ZentaSO zonneboilersysteem DST opbrengst 1 collector 3,4 DST opbrengst 2 collectoren 4,4 Maximale bedrijfstemperatuur ºC 80 Opvoerhoogte (bij extra

Nadere informatie

SLST.Ha5.000961. Installatiehandleiding SILVERLINE HEAT

SLST.Ha5.000961. Installatiehandleiding SILVERLINE HEAT SLST.Ha5.000961 Installatiehandleiding SILVERLINE HEAT Inhoudsopgave 1 Levering en benodigdheden... 3 1.1 Levering... 3 Tabel 1... 3 Tabel 2... 4 1.2 Benodigheden... 5 2 Installatie hellend dak... 6 2.1

Nadere informatie