EFEZE BIJBELSTUDIE VGSU BLOK

Transcriptie

1 EFEZE BIJBELSTUDIE VGSU BLOK

2

3 INHOUD Inleiding... 5 Avond Avond Avond Avond De Methoden

4 4

5 INLEIDING Als thema voor dit blok hebben jullie gekozen voor het Bijbelboek Efeze. In dit Bijbelboek staat heel veel: Paulus legt de kern van het geloof nog eens uit, maar geeft ook veel praktische adviezen. Het is een Bijbelboek dat, hoe meer je de lijn van Paulus betoog ontdekt, steeds mooier wordt. Helaas zijn vier avonden te weinig om alle stukken uit te kunnen lichten, vandaar dat er een keuze is gemaakt voor een aantal delen. Maar voel je vooral vrij om ook andere stukken erbij te pakken of de vijfde (vrije) avond ook met Efeze te vullen. Deze brief van Paulus leent zich tevens erg goed voor diverse Bijbelstudiemethoden. Deze methoden zijn achterin dit boekje opgenomen en wanneer je ze tijdens dit blok oefent, kunnen ze ook zeker weer van pas komen in volgende blokken, of in bijvoorbeeld je eigen Bijbelstudie en stille tijd. Om deze reden is er ook voor gekozen de Bijbelstudies niet volledig uit te werken, maar alleen een richting aan te geven. Elke Bijbelstudie bevat een opzet voor de avond, maar ook een onderdeel dat je mee kunt nemen de weken erna, om het geheel meer te laten zijn dan alleen vier dinsdag- of woensdagavonden. Verder is het aan te bevelen om achtergrondinformatie over deze brief op te zoeken in naslagwerken, studie-bijbels of gewoon op internet. Hoe meer je deze brief in de context plaatst, hoe meer je de toepassing voor ons nu, in de 21e eeuw zult ontdekken. Gods zegen voor het aankomende blok. Moge Hij door deze Bijbelstudies heen spreken! 5

6 AVOND 1 hoofdlijnen van Paulus betoog Voorbereiding (thuis): Lees het Bijbelboek voor jezelf alvast een keer helemaal door en stel voor jezelf de hoofdlijn van Efeze vast. Lees je ook alvast in: in welke tijd is deze brief geschreven, aan wie, door wie en in welke omstandigheden? Dit helpt de brief beter begrijpen. Voorbereiding (meenemen): Spreek ook af wie er een groot vel papier en een stift meeneemt. Dit zijn benodigdheden voor avond 1. Op de avond: 1. Lees met elkaar het hele Bijbelgedeelte hardop voor! (Dit kost waarschijnlijk niet meer dan een half uur) 2. Zet met elkaar de lijnen van de Bijbelstudie uit. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het volgende: Wat is de kerngedachte? Hoe maakt de schrijver deze gedachte duidelijk? Aan wie is de brief geschreven? Zie je dit terug in de brief? Bij de bekendere gedeelten: veranderen deze van betekenis wanneer je ze in de context plaatst, of niet? Zet dit schematisch op het grote vel papier. Wees niet te snel tevreden! 3. Evalueer welke dingen je op gevallen zijn door het lezen van het hele Bijbelboek. Thuis: Een manier om heel veel uit een Bijbelgedeelte te halen, is door het zeer vaak te lezen en te herlezen. Probeer voor de volgende avond het Bijbelboek ten minste vijf maal in zijn geheel door te lezen! Het lijkt misschien veel of saai, maar je zult zien dat je elke keer wel weer verrast wordt door iets nieuws. Deze methode leent zich ook goed voor andere korte Bijbelboeken, zoals de brieven in het Nieuwe Testament. 6

7 Ruimte voor aantekeningen 7

8 AVOND 2 Gods Grootheid Hoofdstuk 1 is een bijzonder hoofdstuk binnen dit Bijbelboek. Het bestaat uit twee gedeelten, een lofprijzing (vs. 3-14) en een gebed (vs ), die je stilzetten bij Gods grootheid. Deze tweede avond is daarom gekozen om dit hoofdstuk te lezen en hier met elkaar over door te praten en te bidden om onder de indruk te raken van Wie God is en hoe Hij hier naar ons toekomt. Op de avond: 1. Lees met elkaar vers Maak voor de verdere Bijbelstudie gebruik van de inductieve of Zweedse methode (achterin boekje). Wat zegt Paulus hier over de Vader, de Zoon en de Geest? Wat is nieuw voor je? Wat wordt hier over ons gezegd? Welke geestelijke zegeningen worden er bedoeld in vers 3? Hoe ervaar jij dat? Hoe past dit gedeelte in de rest van de brief? Waarom zou Paulus precies hiermee beginnen? 2. Lees hierna met elkaar vers en gebruik voor verdere studie van dit gedeelte de meditatieve methode; deze is achterin dit boekje te vinden 3. In het afsluitende gebed kun je de verzen meenemen als eigen lofprijzing naar God toe. Thuis: Schrijf jouw kernvers ergens op waar je het vaak ziet. Sla het bijvoorbeeld in je telefoon, schrijf het in je agenda of schrijf het op een kaartje! Laat deze tekst de aankomende weken tot je doordringen en maak het je eigen. 8

9 Ruimte voor aantekeningen 9

10 AVOND 3 Eenheid in Christus als lichaam onder Zijn hoofd Voor de derde avond is gekozen voor een heel bekend thema: de kerk als lichaam van Christus. Paulus noemt dit beeld in meer van zijn brieven, dus het is interessant om te kijken wat hij er precies mee bedoelt en wat wij er nu mee kunnen. Op de avond: 1. Lees Efeze 4:1-16. Maak voor de verdere Bijbelstudie gebruik van de inductieve of Zweedse methode (achterin boekje). Wat zegt dit gedeelte over de Vader, de Zoon en de Geest? Waarom gebruikt hij de metafoor van het lichaam? Leg dit beeld eens naast de wijze waarop wij tegenwoordig een gemeenschap vormen; wat zijn de verschillen en de overeenkomsten? Met welk lichaamsdeel kun jij je identificeren en waarom? Wat heb je van anderen nodig? 2. Paulus gebruikt het beeld van het lichaam van Christus niet alleen in de brief aan de Efeziers, maar komt hier in tenminste drie andere brieven op terug. Lees hiervoor de hierna genoemde gedeelten met in je achterhoofd de volgende vragen: Waarom wil God dat we een lichaam vormen? Met welk doel/voordeel? Welke verschillende functies binnen het lichaam worden er genoemd? Als er in de Bijbel zo vaak over dit lichaam gesproken wordt, is het moeilijk dit beeld en deze boodschap naast ons neer te leggen. Wat wil God hiermee tot ons zeggen? Bijbelgedeelten: Romeinen 12:3-8 1 Korintiërs 12:12-28 Efeze 2:17-22 Kolossenze 3:

11 Thuis: Het is vaak fijn om ook van anderen te horen hoe zij jouw functie binnen het lichaam zien. Daarom zou je bijvoorbeeld iedereen aan iemand binnen je groep kunnen koppelen en elkaar de aankomende weken kunnen mailen wat zijn of haar opbouwende functie binnen het lichaam van Christus is. 11

12 AVOND 4 Het nieuwe leven uit een nieuwe identiteit Een ander heel bekend thema uit de brieven van Paulus is het Nieuwe Leven. Direct na zijn uitleg over hoe we als gemeente samen het lichaam van God vormen, begint Paulus over hoe dit uitwerkt in ons persoonlijke leven. Dit begint in hoofdstuk 4:17, wordt verder uitgewerkt in hoofdstuk 5 en de eerste helft van hoofdstuk 6. Op de avond: 1. Lees met elkaar Efeze 4: Maak voor de verdere Bijbelstudie gebruik van de inductieve of Zweedse methode (achterin boekje). Wat leer je hieruit over Vader, Zoon en Geest? Wat zegt dit gedeelte over de huidige leefwijze van de Efeziers? Wat zou jouw reactie als Efezier destijds op dit gedeelte zijn geweest? Wij hebben een totaal andere achtergrond dan de Efeziers destijds: zij waren net tot geloof gekomen, wij zijn waarschijnlijk allemaal christelijk opgevoed. Hoe moet dit gedeelte in onze context gelezen en toegepast worden? 2. Paulus werkt het Nieuwe Leven verder uit in H4:25-6:9. Welke praktische voorbeelden noemt hij? Wat is de kerngedachte achter elk voorbeeld dat Hij noemt? Kortom: hoe ziet het Nieuwe Leven er heel concreet uit? 3. Spiegel jouw eigen leven aan het Nieuwe Leven: in hoeverre komt dit overeen? Met welke facetten heb jij moeite? Thuis: Neem één concreet punt mee om echt wat mee te doen! Hoe concreter hoe meer je ermee kunt. Kom hier de volgende avond op terug, of spreek elkaar erop aan. Laat Gods Geest zijn werk in je doen door Hem uit te nodigen in gebed. Probeer elkaar hierin ook te helpen, door voor elkaar te bidden en een voorbeeld te zijn. Of, als je merkt dat je weinig enthousiast wordt van het feit iets te vernieuwen in je leven: probeer erachter te komen waarom je er niet warm voor loopt. 12

13 Mediterend Bijbellezen DE METHODEN 1. Probeer samen stil te worden en een geconcentreerde houding aan te nemen. Dat kan door bijvoorbeeld eerst samen een lied te zingen of door een kort gebed om de Geest van Jezus. Hierop volgt eventueel een moment van stilte. 2. Een van de groepsleden leest het van te voren vastgestelde bijbelgedeelte voor (niet te lang, zo n tien tot twintig verzen). Na een korte stilte wordt het bijbelgedeelte voor de tweede keer door iemand anders voorgelezen, eventueel uit een andere vertaling. Op deze manier wordt geprobeerd zoveel mogelijk recht te doen aan de eigen kracht van het Woord. 3. In een stilte van zo n 10 minuten tot een kwartier is ieder voor zichzelf met het bijbelgedeelte bezig. Daabij kiest u zelf een tekstvers uit dat u het meest aanspreekt, het meest raakt. Probeer in gedachten onder woorden te brengen waarom dat zo is. 4. Vervolgens vertelt ieder eerst iets van zijn of haar persoonlijke meditatie: Welk tekstvers hebt u gekozen en waarom? Waarover wilt u zo meteen graag verder samen doorpraten? 5. Dan volgt een gezamenlijk gesprek onder leiding van een van de groepsleden. Dit gesprek wordt gestuurd door de gezamenlijk gedeelde vraag: Wat wil de Heer tegen ons persoonlijk zeggen? Hoe wil de Geest van het Woord via het gelezen en gemediteerde bijbelgedeelte onze levens vernieuwen zodat Christus er steeds meer gestalte in krijgt? 6. Het gesprek mondt uit in een gezamenlijk gebed, waarbij er ook voorbede voor elkaar wordt gedaan. 7. De ontmoeting rond het Woord van God wordt afgesloten met een lied van lofprijzing voor de Vader die door de Geest van zijn Zoon zo geweldig dicht bij ons wil komen. 13

14 Zweedse methode Bij de Zweedse methode maak je gebruik van een uitgeprinte versie van de Bijbelstudie, een pen en symbolen. In onderstaande tabel staan wat voorbeelden van symbolen die je kunt gebruiken. Symbool Betekenis Iets over God Iets over de mens Een nieuw of belangrijk inzicht Begrijp ik niet Iets om te gehoorzamen Dit spreekt me aan Hier kan ik niets mee 1. Laat één iemand het gedeelte hardop voorlezen. 2. Iedereen kan nu voor zichzelf het tekstgedeelte doorlezen en de verschillende symbolen in de kantlijn zetten. Onderstreep het gedeelte wat in jouw oogpunt de kern weergeeft. 3. Als iedereen klaar is, kan het gedeelte besproken worden. Behandel bijvoorbeeld eerst de verzen die onduidelijk waren. Hierna kun je uitwisselen wat de kernverzen waren, wat het over God en de mens zegt en wat wel of niet aanspreekt. 14

15 Inductieve Methode Hierbij laat je de verzen en titels van een Bijbelstuk weg en leest het Bijbelgedeelte als een brief. Ook zorg je dat er veel ruimte is om dingen op te schrijven. (Bijvoorbeeld door regelafstand 1,5 te kiezen). De tekst staat centraal. Je begint met observeren, vervolgens interpreteren en als laatste toepassen. 1. Lees het te bestuderen gedeelte op een manier alsof je het voor het eerst leest. Blijf bij de tekst en vergelijk de tekst niet met andere Bijbelgedeelten totdat je de passage grondig genoeg bestudeerd hebt om de hoofdgedachte eruit te halen. 2. Observatie: verricht aanvullend observeerwerk in de tekst. Gebruik pen en (kleur)potlood om woorden, zinnen, concepten, tekstverbindingen en thema s op te sporen. Tijdens deze fase probeer je zoveel mogelijk duidelijkheid te creeeren over de tekst door vragen te stellen als Wat, Waar, Wie, Hoe en Wanneer? Door taalkundige en inhoudelijke relaties tussen tekstgedeelten op te sporen of door je te verplaatsen in de lezers van de brief. Ook kun je kijken of er andere teksten in de Bijbel zijn die over dit thema gaan en of er verwijzingen naar het Oude Testament zijn. 3. Interpretatie: formuleer de betekenis van de tekst. Wat bedoelde de auteur te zeggen? Wat zijn hoofdonderwerpen in dit gedeelte? Waarom deze onderwerpen aan deze gemeente? Welke boodschap wil de auteur overdragen aan de oorspronkelijke lezers? Probeer de hoofdgedachte van de tekst samen te vatten in een integrerende volzin. 4. Applicatie: vind toepassingen van de betekenis van de tekst in onze tijd, in je eigen leven en in je samenleven met anderen. Heb je het idee dat God specifiek tot je spreekt m.b.t. een aspect van je eigen leven? Zie je verbindingen tussen de tekst en je eigen ervaring? Heb je meer inzicht gekregen in God en jouw relatie met Hem? Welke acties ga je ondernemen als antwoord op wat God je duidelijk wil maken? Formuleer deze acties zo concreet mogelijk. 15

16