Inspectierapport Buitenschoolseopvang De Bosplaats (BSO) Socrateslaan GL ZEIST Registratienummer

Transcriptie

1 Inspectierapport Buitenschoolseopvang De Bosplaats (BSO) Socrateslaan GL ZEIST Registratienummer Toezichthouder: GGD regio Utrecht In opdracht van gemeente: Zeist Datum inspectie: Type onderzoek: Nader onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport:

2 Inhoudsopgave Het onderzoek...3 Observaties en bevindingen...4 Personeel en groepen...4 Ouderrecht...6 Inspectie-items...7 Gegevens voorziening...8 Gegevens toezicht van 8

3 Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 5 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd nader onderzoek. Beschouwing Buitenschoolse opvang de Bosplaats is gevestigd in verschillende ruimtes binnen de vrije school aan de Socrateslaan te Zeist. De binnenruimtes zijn ingericht middels veel natuurlijke materialen, zoals hout. De sfeer is huiselijk. De juniorgroepen maken gebruik van de buitenruimte van de kleutergroepen welke zich aan de achterzijde van het pand bevindt en de seniorgroepen maken gebruik van de buitenruimte aan de voorzijde van het pand. De buitenruimte heeft een avontuurlijke uitstraling. Op 5 januari 2016 heeft de GGD Regio Utrecht een onaangekondigd nader onderzoek uitgevoerd bij buitenschoolse opvang de Bosplaats, locatie Socrateslaan. Aanleiding voor dit nader onderzoek zijn de geconstateerde tekortkomingen binnen de domeinen 'Personeel en groepen' en 'Ouderrecht' tijdens het jaarlijkse inspectiebezoek in september De uitwerkingen van het incidentele onderzoek zijn terug te lezen in het rapport. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid. Personeel en groepen: 2.3 Opvang in groepen; item 3 3 van 8

4 Observaties en bevindingen Personeel en groepen Opvang in groepen De houder beschikt over door de ouders ondertekende toestemmingsformulieren. Een aantal voorbeelden zijn aan de toezichthouder toegestuurd. Deze formulieren zeggen het volgende: "Hierbij vragen wij uw toestemming om uw kind (indien nodig) in een andere stamgroep te plaatsen. Dit houdt in dat het kan voorkomen dat uw kind in een andere groep luncht dan de groep waar hij in de middag sap drinkt. Wij streven ernaar de samenstelling van de groepen zoveel mogelijk gelijk te houden." Er wordt in het formulier niet aangegeven in welke, specifieke tweede basisgroep het kind geplaatst wordt. Daarnaast wordt er geen periode aangegeven waarin deze regeling van toepassing is. Conclusie Er wordt niet voldaan aan alle eisen binnen het item 'Opvang in groepen'. Verzachtende omstandigheden: De toezichthouder heeft naar aanleiding van bovenstaande tekortkoming contact gehad met de houder. De houder heeft de toestemmingsformulieren direct volledig aangepast. De toestemmingsformulieren voldoen na aanpassing aan de gestelde eisen van de Wet kinderopvang. Op basis hiervan is geconstateerd dat de overtreding van de volgende voorwaarde(n) nog niet is hersteld: Een kind kan in één andere basisgroep dan de vaste basisgroep worden opgevangen, indien de ouder hiertoe/daarvoor vooraf schriftelijk toestemming heeft gegeven voor een bepaalde periode. (art lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art. 6 lid 11 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio Tijdens de inspectie ziet de beroepskracht-kindratio er als volgt uit: Kleuters 1 voor 15.00u: 18 kinderen met 2 beroepskrachten Kleuters 1 na 15.00u: 17 kinderen met 2 beroepskrachten Junior kleuters voor 15.00u: 8 kinderen met 1 beroepskracht Junior kleuters na 15.00u: 7 kinderen met 1 beroepskracht Senior 1: 16 kinderen met 2 beroepskrachten Senior 2: 10 kinderen met 1 beroepskracht Op basis van een steekproef van de aanwezigheidslijsten en roosters van week 50, 51 en 52 blijkt dat de verhouding tussen het aantal beroepskrachten en de aanwezige kinderen (beroepskrachtkindratio) in overeenstemming is met de daaraan gestelde eisen. Conclusie Voor het aantal aanwezige kinderen en hun leeftijden worden er voldoende beroepskrachten ingezet. Gebruikte bronnen: 4 van 8

5 Presentielijsten (Week 50, 51 en 52) Personeelsrooster (Week 50, 51 en 52) 5 van 8

6 Ouderrecht Oudercommissie De houder heeft een oudercommissie ingesteld. De oudercommissie bestaat op dit moment uit twee leden. Tijdens het volgende inspectiebezoek wordt de informatievoorziening vanuit de houder naar de oudercommissie beoordeeld. Conclusie De houder voldoet aan de gestelde eisen. 6 van 8

7 Inspectie-items Personeel en groepen Opvang in groepen Een kind kan in één andere basisgroep dan de vaste basisgroep worden opgevangen, indien de ouder hiertoe/daarvoor vooraf schriftelijk toestemming heeft gegeven voor een bepaalde periode. (art lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art. 6 lid 11 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Ouderrecht Oudercommissie De houder stelt binnen zes maanden na registratie een oudercommissie in. (art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) OF In een kindercentrum waar maximaal 50 kinderen worden opgevangen is (nog) geen oudercommissie ingesteld, de houder heeft zich echter aantoonbaar voldoende ingespannen om een oudercommissie in te stellen én de houder biedt, als ouders op een andere wijze worden betrokken bij onderwerpen waarvoor adviesrecht geldt, ouders de gelegenheid deel te nemen aan een oudercommissie. (art 1.58 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) 7 van 8

8 Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Buitenschoolseopvang De Bosplaats Aantal kindplaatsen : 90 Gegevens houder Naam houder : Stichting kinderopvang vanuit Antroposofie Adres houder : Socrateslaan 22 Postcode en plaats : 3707GL ZEIST Website : KvK nummer : Aansluiting geschillencommissie : Nee Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD regio Utrecht Adres : Postbus 51 Postcode en plaats : 3700AB ZEIST Telefoonnummer : Onderzoek uitgevoerd door : A. Boetzkes Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Zeist Adres : Postbus 513 Postcode en plaats : 3700AM ZEIST Planning Datum inspectie : Opstellen concept inspectierapport : Niet van toepassing Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : Verzenden inspectierapport naar houder : Verzenden inspectierapport naar : gemeente Openbaar maken inspectierapport : van 8