Inspectierapport Cultuur BSO Monopole (BSO) Langestraat SB Tilburg Registratienummer

Transcriptie

1 Inspectierapport Cultuur BSO Monopole (BSO) Langestraat SB Tilburg Registratienummer Toezichthouder: GGD Hart voor Brabant In opdracht van gemeente: Tilburg Datum inspectie: Type onderzoek : Nader onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport:

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Overzicht getoetste inspectie-items... 5 Gegevens voorziening... 6 Gegevens toezicht van 6

3 Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 5 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd nader onderzoek. Beschouwing In opdracht van de gemeente Tilburg heeft er op 7 september 2017 een nader onderzoek plaatsgevonden bij Cultuur BSO Monopole. Dit omdat er tijdens de jaarlijkse inspectie overtredingen geconstateerd werden met betrekking tot: De verklaring omtrent gedrag (VOG) van een vrijwilliger. De beroepskracht- kindratio. Tijdens dit onderzoek is de BSO opnieuw bezocht. Er heeft een interview plaatsgevonden met de beroepskrachten en de locatiedirecteur en er zijn verschillende documenten bekeken. Geconcludeerd kan worden dat de overtredingen zijn opgelost. Conclusie: Cultuur BSO Monopole voldoet aan de gestelde eisen vanuit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 6

4 Observaties en bevindingen Personeel en groepen Tijdens de inspectie van 20 april 2017 constateerde de toezichthouder dat de vrijwilligster niet in het bezit was van een geldige VOG. Verklaring omtrent het gedrag Na het jaarlijkse inspectiebezoek is er voor de vrijwilligster een nieuwe VOG aangevraagd. De VOG voldoet aan de wettelijke eisen. Beroepskracht-kindratio Tijdens het inspectiebezoek op 20 april 2017 constateert de toezichthouder het volgende: Er komen er om uur vier kinderen zelfstandig uit school naar de BSO. Deze kinderen worden tot uur opgevangen door de vrijwilligster, die alleen in het gebouw aanwezig is. De beroepskrachten halen de andere kinderen van school. De vrijwilligster is niet in het bezit van een passende beroepskwalificatie en een geldig VOG. Op het moment dat de vrijwilliger alleen met de kinderen aanwezig is in het gebouw, wordt er niet voldaan aan de beroepskracht-kindratio. Tijdens het huidige onderzoek blijkt dat er in week 34, 35 en 36 voldoende beroepskrachten worden ingezet ten opzichte van het aantal aanwezige kinderen. Uit het rooster en het interview met de directeur blijkt dat er altijd een gediplomeerde beroepskracht in het gebouw aanwezig is om de kinderen die zelfstandig naar de BSO komen, op te vangen. Gebruikte bronnen: Interview (Directeur Cultuur BSO Monopole) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Presentielijsten (week 34, 35 en 36) Personeelsrooster (week 34, 35 en 36) 4 van 6

5 Overzicht getoetste inspectie-items Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger is vóór aanvang van de werkzaamheden aan de houder overgelegd en bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee jaar. De actuele verklaring omtrent het gedrag is niet ouder dan twee jaar, te rekenen vanaf de dag van afgifte van de meest actuele verklaring omtrent het gedrag. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 5 van 6

6 Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Cultuur BSO Monopole Website : Aantal kindplaatsen : 90 Gegevens houder Naam houder : Cultuur BSO Monopole B.V. Adres houder : Piushaven 6 Postcode en plaats : 5017AN Tilburg KvK nummer : Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Hart voor Brabant Adres : Postbus 3024 Postcode en plaats : 5003DA Tilburg Telefoonnummer : Onderzoek uitgevoerd door : Y Vroonland Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Tilburg Adres : Postbus Postcode en plaats : 5000LH TILBURG Planning Datum inspectie : Opstellen concept inspectierapport : Niet van toepassing Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : Verzenden inspectierapport naar houder : Verzenden inspectierapport naar : gemeente Openbaar maken inspectierapport : van 6