categorie/agendanr, B.enW. stuknr. Raad

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "categorie/agendanr, B.enW. stuknr. Raad"

Transcriptie

1 Raadsvoorstel Jaar stuknr. Raad categorie/agendanr, stuknr. B.enW. eb ~1it... GemeentE ~'1" ~ Emmen ~ 2016 RAI A 11 16/884 s orttarieven 2017 Portefeuillehouder: J. Otter Afdeling: Financiën & Belastingen Team: Belastingen T. Zondag, telefoonnummer Aan de gemeenteraad Voorgesteld besluit De bijgevoegde belastingverordeningen en tarieventabellen 2017 en de verordening sporttarieven 2017 vast te stellen. Samenvatting Hierbij wordt voorgesteld de belastingverordeningen en -tarieventabellen en de verordening sporttarieven 2017 vast te stellen. In het algemeen betreft het uitwerkingen van eerder genomen besluiten. De besluiten in de recente begrotingsvergadering zijn verwerkt. Ook is rekening gehouden met besluiten van uw raad rond de notitie "Verder met parkeren". De tarieven voor de Afvalstoffenheffing kennen een zeer kleine daling, deze wordt veroorzaakt door een verandering in de verhouding tussen het aantal één- en meerpersoonshuishoudens. De tarieven voor de OZB en de Rioolheffing zijn na correctie wegens de waardeontwikkeling van het onroerend goed aangepast conform de begroting. Er is sprake van een kleine stijging van de WOZ-waarde van woningen, bij niet-woningen is nog sprake van een daling. Op basis van de begroting 2017 zijn de legestarieven en de andere rechten met 2,5 % verhoogd. Daar waar op grond van wettelijke bepalingen de tarieven door het Rijk worden vastgesteld zijn deze, voorzover al bekend, opgenomen. In de legesverordening is een bepaling opgenomen, die het mogelijk maakt om voor de kosten van een aanvraag van een gehandicapten parkeer kaart (GPK) kwijtschelding te verlenen. De leges voor het houden van een evenement worden niet langer geheven. Bij heffingen die naar hun aard maximaal kostendekkend mogen zijn is dit feit vermeld. Ten aanzien van de marktgelden is een splitsing aangebracht tussen het innemen van de standplaats en het gebruik van energie (elektriciteit). De sporttarieven zijn traditiegetrouw in het pakket meegenomen, hoewel het hier geen belastingsoort betreft. De sporttarieven zijn met 1 % verhoogd. Daarbij is een bepaling opgenomen, op grond waarvan verenigingen die niet aan de overdracht willen deelnemen een bedrag van C voor het gebruik per kleedkamer verschuldigd zijn, Bijlagetn): De belastingverordeningen en -tarieven en de sporttarievenverordening Stukken ter inzage: Collegebesluit d.d. 15 november 2016 en de daarbij behorende stukken

2 jaar stuknr. Raad categorie/agendanr. stuknr. B. en w RAl A 11 16/884 1 Aanleiding voor het voorstel Jaarlijks dienen de belastingverordeningen te worden vastgesteld. In dit voorstel zullen de betreffende verordeningen aan u worden voorgelegd. De basis voor de voorstellen wordt gevormd door de besluiten die uw raad heeft genomen bij de behandeling van de meerjaren begroting Ook eerdere besluiten van de raad over de parkeerbelasting in april zotg zijn meegenomen. 2 Argumentatie/beoogd effect Verordeningen A. Onroerende- zaakbelastingen De tarieven zijn aangepast aan de voorlopige uitkomsten van de herwaardering met peildatum 1 januari 2016 De begrote opbrengst is als basis gebruikt bij de tariefvaststelling. In verband met de gewenste beperking van de woonlasten is bij de vaststelling van de begroting besloten voor de categorie woningen een opbrengststijging van 1% door te voeren. Uitgaande van de geconstateerde waardestijging van de gemiddelde woning van ongeveer 0,7 % is een tariefbepaald waarbij de eigenaar van de gemiddelde woning ongeveer 1 % meer aan OZB betaald als in het voorgaande jaar. Het genoemde percentage heeft nadrukkelijk geen betrekking op de individuele waardeontwikkeling van een woning. Daarbij moet worden opgemerkt dat het woningtarief ook van toepassing is op een aantal specifieke categorieën objecten en niet alleen op woningen in de beperkte zin van het woord. Dan gaat het ook over garageboxen, recreatiewoningen, woonwagens, bouwkavels etc. In het belastingjaar 2016 is bij de niet-woningen sprake van een bij de begrote opbrengst achterblijvende opbrengst. Dit is vooral het gevolg van in de loop van het belastingjaar zich voordoende lagere waardes van een veelheid aan objecten, waaronder ook grote. Er wordt, wellicht als gevolg van de economische situatie, vaker bezwaar gemaakt tegen de waarde en deze bezwaren moeten in toenemende mate worden gehonoreerd. De in de laatste jaren toegenomen leegstand heeft bijvoorbeeld een waardedrukkend effect op het commerciële onroerende goed. Dit heeft ook gevolgen voor het belastingjaar 2017 omdat deze lagere waardes ook voor datjaar gelden. Het structurele effect van deze ontwikkeling is C ,-- voor de OZBE en : ,-- voor de OZBG. Daarnaast speelt in het belastingjaar 2017 een specifiek probleem rond de waardering van de objecten van de NAM in Schoonebeek. Vanwege de problematiek rond de waterinjectie in Twente dient er een versnelde afwaardering plaats te vinden voor een waarde van C In de afgelopen jaren heeft geen productie plaats kunnen vinden en naar de toekomst toe zal de productie vermoedelijk lager zijn. Het structurele effect van deze ontwikkeling is : ,--voor de OZBE en : ,-- voor de OZBG. Beide ontwikkelingen geven samen een verminderde opbrengst in 2017 van : ,-- voor de OZBE en C ,-- voor de OZBG. Deze benadering is in lijn met de gebruikelijke benadering bij een uitbreiding van het areaal, in dit geval is er helaas sprake van een verkleining van het areaal. Bij de niet-woningen is nog steeds sprake van een waardedaling. Het is niet zinvol te spreken over een gemiddelde niet-woning of de waardeontwikkeling daarvan. Onder deze categorie vallen bijvoorbeeld winkels, agrarische bedrijven, tuinbouwbedrijven, horeca, scholen, industriepanden, verzorgingstehuizen, verpleeghuizen, ziekenhuizen etc. Deze categorie is dusdanig divers samengesteld dat de waardeverandering in totaal verschillende richtingen gaat.

3 Bij de verzorgingstehuizen, de verpleeghuizen of gezinsvervangende tehuizen speelt daarbij het volgende een bijzondere rol. Over de waarde van het deel dat wordt bewoond wordt geen gebruikersbelasting geheven, dit is bij de afschaffing van de gebruikersbelasting voor woningen in 2006 bij amendement (De Pater) in de wet opgenomen. Gecombineerd met de voorlopige uitkomsten van de herwaardering dienen de tarieven als volgt te worden vastgesteld: o o o Voor eigenaren van woningen: Voor eigenaren niet-woningen: Voor gebruikers van niet-woningen: 0,2093 % (was 0,2086 %) van de WOZ-waarde; 0,3052 % (was 0,2968 %) en 0,2565 % (was 0,2504 %) B. Roerende woon- en bedrijfsruimtebelasting. Voor deze belasting geldt dat de inhoud van de verordening vrijwel gelijk is aan die van de OZB en dit resulteert dus in dezelfde tarieven. C. Rioolrecht Gemeenten zijn volgens de wet Milieubeheer verplicht een vastgesteld Gemeentelijk Riolerings Plan te hebben. Het GRP van Emmen liep tot eind Er zou eind 2015 een nieuw GRP vastgesteld dienen te worden. Doordat in de samenwerking Afvalwaterketen de beleidsuitgangspunten op het gebied van riolering en water, gezamenlijk met de buurgemeenten, worden opgesteld, is het zinvol om het nieuwe GRP te baseren op dit beleid. Het gezamenlijke beleid wordt vastgelegd in het Afvalwaterplan (AWP). Het AWP is zeer recent door ons college vastgesteld. In december 2015 heeft de raad besloten de werking van het bestaande GRP te verlengen tot de vaststelling van een nieuw GRP. Dat zal naar verwachting in de loop van 2017 plaats vinden. Dat betekent dat de tarieven voor het belastingjaar 2017, afgezien van de correctie wegens de waardeverandering, ten op zichte van het belastingjaar 2016 ongewijzigd zouden kunnen blijven. In verband met de onder A. genoemde stijging van de OZB opbrengst, het vrijwel gelijk blijven van de tarieven van de Afvalstoffenheffing en de wens om de woonlasten voor de eigenaar van een woning met een gemiddelde waarde gelijk te houden, wordt voorgesteld de Rioolheffing bij die eigenaar met 1 % te verlagen. In het bovenstaande is al ingegaan op de uitkomsten van de herwaardering. De heffingsgrondslag van de rioolheffing is globaal dezelfde als die van de OZB, maar er zijn kleine verschillen. Omdat bepaalde categorieën als bouwkavels, losse garages (in complexen), woningen in aanbouw, hoogspanningsmasten e.d. niet worden aangeslagen is de heffingsgrondslag enigszins afwijkend en daarmee ook de tarief verandering. Bij de niet-woningen geldt hierbij ook nog het effect van de aftopping van de aanslag. Boven een WOZwaarde van ,-- wordt geen rioolheffing geheven, de heffingsgrondslag is voor deze categorie dus nog weer lager. Tenslotte zijn bepaalde objecten niet aangesloten op het rioolomdat ze zelf hun rioolwater zuiveren. Dit geldt bijvoorbeeld voor het Emmtec terrein, Wildlands en Atlas etc. Na correctie wegens de waardeverandering van het onroerend goed en een verdeling van de opbrengst over eigenaren en gebruikers in de afgesproken verhouding 60 : 40 resulteren de volgende tarieven: o Voor eigenaren van woningen: 0,0668 % (was 0,0685 %) van de WOZ-waarde; o Voor gebruikers van woningen: 0,0459 % (was 0,0476 %); o Voor eigenaren niet-woningen: 0,0794 % (was 0,0705 %) en o Voor gebruikers van niet-woningen: 0,0553 % (was 0,0501 %). D. Afvalstoffenheffing Bij de vaststelling van dit tarief spelen naast de kosten de verhouding tussen de een- en meerpersoonshuishoudens een rol.

4 De kosten zijn vrijwelonveranderd gebleven. Door een verandering in de verhouding tussen deze aantallen ontstaat een heel kleine verlaging van de beide tarieven. Het tariefbedraagt voor eenpersoonshuishoudens wordt 242,13 (was 242,19) en voor meerpersoonshuishoudens 276,09 (was 276,15). E. Verordening en tarieventabel Begrafenisrechten Bij de behandeling van de kadernota 2016 is besloten met ingang van 2016 de meer dan trendmatige verhoging van de tarieven niet voort te zetten. In 2010 was daartoe besloten, met de bedoeling om in 2021 kostendekkend te zijn. Bij de behandeling van de kadernota zijn tevens de geraamde opbrengsten naar beneden bijgesteld. De tarieven zijn daarom met 2,5 % verhoogd. F. Tarievenverordening Reinigingsrechten, Openbare werken en Geo-Informatie De tarieven zijn, voor zover niet op andere wijze voorgeschreven, met 2,5 % verhoogd. G. Legesverordening en legestarieven De leges zijn in zijn algemeenheid verhoogd met 2,5 %. Daar waar op grond van wettelijke bepalingen de tarieven door het Rijk worden vastgesteld zijn deze uiteraard opgenomen. Het landelijke maximum voor het tarief voor de afgifte van een paspoort voor volwassenen (10 jaar geldig) is per 1 januari 2017 op 64,76 bepaald (was 64,44). Het verschil zit in de aan het Rijk af te dragen leges. De andere maximale tarieven voor reisdocumenten zijn ook licht verhoogd. Wij stellen voor om een bedrag van 64,75 in de legestabel op te nemen, vanwege de logische afronding. Voor de Nederlandse Identiteitskaart is een maximale prijs van C 50,65 opgenomen. De maximale prijs voor een rijbewijs is op het moment van schrijven van dit voorstel formeel nog niet vastgesteld door het betreffende ministerie, wel is bekend dat het voorstel is om de tarieven ongewijzigd te laten. Mocht een andersluidend besluit op enig moment het staatsblad halen, dan biedt het delegatie-artikel uit artikeln van de Legesverordening aan het college de bevoegdheid een dergelijke wijziging in de verordening en de daarop gebaseerde tarieventabel op te nemen. Vooralsnog is daarom dit tariefniet verhoogd. Het tarief voor de Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) is evenmin nog door het rijk bekendgemaakt, het afgelopenjaar is hier een forse verhoging doorgevoerd. Vooralsnog is deze daarom gehandhaafd op 41,35 Het behandelen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicapten parkeerkaart (GPK) kost ruim 90,--. Dit wordt met name voor mensen met een laag inkomen als bezwaarlijk gezien en wij hebben ons dan ook beraden om daar een oplossing voor te vinden. Wij stellen u daarom voor het mogelijk te maken om kwijtschelding te verlenen voor de te betalen leges voor de aanvraag van een gehandicaptenparkeerplaats (GPK). Om te zorgen dat deze maatregel alleen de lagere inkomens ten goede komt is gekozen voor de methode via de kwijtschelding en niet voor het in zijn algemeenheid afschaffen van deze leges in de tarieventabel. In de Legesverordening is daarom bij de bepaling over kwijtschelding een uitzondering opgenomen voor deze categorie. In het algemeen zijn leges uitgesloten van kwijtschelding. In de praktijk zal een aanvrager van een GPK een document kunnen overleggen waaruit blijkt dat deze kwijtschelding van gemeentelijke belastingen geniet, bijvoorbeeld het aanslagbiljet van het betreffende belastingjaar of het voorafgaande belastingjaar. Bij het vaststellen van de kadernota is besloten geen leges meer te vragen voor het aanvragen van een vergunning voor evenementen, dat geldt overigens niet voor de daarmee vaak gepaarde gaande Dranken Horeca vergunning of andere vergunningen. Ten aanzien van de bouwleges geldt dat deze zijn gerelateerd aan de bouwkosten. Omdat de bouwkosten al inflatievolgend zijn is er al sprake van een inflatievolgende heffing en is een verhoging van de percentages niet gewenst. Dit zou tot een dubbeling leiden. Daar waar sprake is van absolute bedragen zijn deze met 2,5 % verhoogd, dit geldt echter niet voor de drempelbedragen.

5 H. Precariobelasting Deze belasting is sinds 2014 beperkt tot een heffing op olietransportleidingen. Dit betreft uiteraard een weinig dynamisch geheel, sinds de heropening van het olieveld is de opbrengst een stabiele factor. Controles zijn in feite niet nodig. De opbrengst is ongeveer ,-- per jaar. 1. Toeristenbelasting Tijdens de begrotingbehandeling is besloten het tarief te handhaven op C 1,20 per overnachting. J. Verordening marktgelden. Ten aanzien van de marktgelden is een splitsing aangebracht tussen het innemen van de standplaats en het gebruik van energie (elektriciteit). De strekkende meters ingenomen standplaats worden 2,10 (was 2,45), voor de aansluiting betaalt men 0,80, vermeerderd met de verbruikskosten volgens een tabel. Dit levert de gemeente geen extra inkomsten op en heeft voor 99% van de marktkooplieden geen financiële gevolgen. Marktkooplieden zonder stroom betalen zelfs minder dan nu (voor een marktkraam vanafmeer dan drie meter). Het geeft meer inzicht in de kostenopbouwen daarmee is de gemeente transparanter. De tarieven zijn met 2,5 % verhoogd, met hier en daar een afronding op ronde getallen. Dit laatste is vooral door praktische overwegingen ingegeven. Vanwege het feit dat er in veel gevallen ter plaatse contant wordt betaald is de praktijk gegroeid om bij de tariefstelling te komen tot min of meer ronde bedragen en om de tariefsverhogingen daarop af te stemmen. K. Parkeerbelastingverordening en -tarieventabel In oktober 2015 zijn, als uitwerking van de besluitvorming rond de notitie "Verder met Parkeren", nieuwe tarieven en een nieuwe gebiedsindeling doorgevoerd. Het onderscheid wordt vanaf die datum gemaakt tussen open en gesloten terreinen (met of zonder slagboom). Deze tarieven blijven nu ongewijzigd. De grootste verandering zit, ook weer als uitwerking van de besluitvorming in april zorg, in de tarieven voor het vergunning parkeren. Voor houders van bestaande vergunningen wordt, evenals in 2016, een verhoging van 20 % doorgevoerd, om op die manier in 5 jaar naar het gewenste tarief toe te groeien. Verder heeft uw raad in oktober 2016 besloten de fiscalisering van het belanghebbende parkeren technisch/juridisch mogelijk te maken. Als uitvloeisel daarvan is in de Tarieventabel een tarief van C 12,00 opgenomen als dagtarief voor open terreinen. Het tariefvoor de naheffingsaanslag (de "boete") is verhoogd naar het landelijke, bij ministerieel besluit vastgestelde, maximum van 61,--. L. Reclamebelasting De tarieven van de Reclamebelasting zijn ongewijzigd gebleven. Sporttarieven De verordening voor de Sporttarieven is traditiegetrouwook bijgevoegd. Met deze verordening stelt de raad de tarieven als basis voor privaatrechtelijke overeenkomsten vast. De tarieven zijn met 1 % verhoogd. Verder is als uitvloeisel van de besluitvorming rond de overdracht van kleedaccommodaties een bepaling in de verordening opgenomen, op grond waarvan verenigingen die niet aan de overdracht willen deelnemen een bedrag van voor het gebruik per kleedkamer verschuldigd zijn. 3 Relatie met bestaand beleid/eerder genomen besluiten De besluiten hierover zijn voor het overgrote deel bij de begrotingsbehandeling genomen. In het bovenstaande is al ingegaan op de relatie met eerder genomen of nog te nemen besluiten. 4 Afstemming met externe partijen/communicatie n.v.t.

6 5 Financiële eonsequenties/voorgestelde dekking De onder 1 aangegeven financiële eonsequenties in de vorm van een lagere opbrengst OZBE van : ,-- en OZBG C ,-- kunnen voor het begrotingsjaar 2017 worden betrokken bij de BERAP I 2017 en voor de jaren 2018 e.v. bij de Kadernota 2018 e.v. Een concept-besluit is bijgevoegd. Emmen, 15 november Burgemeester en wethouders van Emmen, de gemeentesecretaris, D~~ RR. Arends

7 jaar stuknr. categoric/ agendanr. stuknr. Raad B.enW RAl A 11 16/884 Raadsbesluit De raad van de gemeente Emmen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 november 2016, nummer: 16/884 ; gelet op het bepaalde in de Gemeentewet en de wet Milieubeheer; besluit: 1. Vast te stellen de volgende verordeningen en tarieven: 1. Verordening op de heffing en invordering van de Onroerende-zaakbelastingen Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op Roerende woon- en bedrijfsruimten Verordening op de heffing en de invordering van de Afvalstoffenheffing Verordening op de heffing en de invordering van een Rioolheffing Verordening op de heffing en invordering van Lijkbezorgingsrechten Tarieventabel aorr, behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van Lijkbezorgingsrechten Verordening op de heffing en invordering van Leges Tarieventabel ao rz behorende bij de Legesverordening Verordening op de heffing en invordering van Toeristenbelasting Tariefverordening Reinigingsrechten, Openbare Werken en Geo-informatie Verordening op de heffing en invordering van Marktgelden Verordening op de heffing en invordering van Parkeerbelastingen Tarieventabel zorz behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van Parkeerbelastingen 2017_ 14. Verordening op de heffing en invordering van Reclamebelasting Tarieventabel zorz behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van Reclamebelasting Verordening op de heffing en invordering van Precariobelasting Tarieventabel aorz behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van Precariobelasting Tarieventabel 2017 aangaande het gebruik van de gemeentelijke sportterreinen. Vastgesteld in de openbare vergadering van 22 december de griffier, de wnd. voorzitter, H.D. Werkman G.J. Horstman.

8

9 Jaar stuknr. Raad categorie/ agendanr. stuknr. B.enW RA A 11 16/884 Ris 7930 Raadsbesluit De raad van de gemeente Emmen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 november 2016, nummer: 16/884 gelet op het bepaalde in de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; besluit: vast te stellen de volgende verordening DE VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN DE ONROERENDE ZAAKBELASTINGEN 2017 Belastingplicht Artikel1 1. Onder de naam "onroerende-zaakbelastingen" worden ter zake van binnen de gemeente gelegen onroerende zaken twee directe belastingen geheven: a. een gebruikersbelasting van degene die -naar de omstandigheden beoordeeld- bij het begin van het kalenderjaar een onroerende zaak, die niet in hoofdzaak tot woning dient, al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruikt; b. eigenarenbelasting van degene die bij het begin van het kalenderjaar van een onroerende zaak het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht. 2. Met betrekking tot de gebruikersbelasting wordt: a. gebruik door de leden van een huishouden aangemerkt als gebruik door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar aan te wijzen lid van dat huishouden; b. gebruik door degene aan wie een deel van een onroerende zaak in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het deel in gebruik heeft gegeven is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven; c. het ter beschikking stellen van een onroerende zaak voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die de onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld; degene die de onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene aan wie die zaak ter beschikking is gesteld; d. in geval van verschillende soorten feitelijk gebruik alleen het belangrijkste gebruik in aanmerking genomen. 3. Met betrekking tot de eigenarenbelasting wordt als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het kalenderjaar als zodanig bij het kadaster bekent staat, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is. Belastingobject Artikel2 Als onroerende zaak wordt aangemerkt de onroerende zaak, bedoeld in hoofdstuk III van de Wet waardering onroerende zaken.

10 -2- Maatstaf van heffing Artikel3 1. De heffingsmaatstaf is de op voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken vastgestelde waarde voor het tijdvak waarbinnen het in artikel i bedoelde kalenderjaar valt. 2. Indien met betrekking tot een onroerende zaak geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van die onroerende zaak bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij ofkrachtens de artikelen 17, 18, 19, eerste lid, onderdelen b en c, tweede lid, onderdelen b en c, 20, tweede lid, en 22, derde lid, van de Wet waardering onroerende zaken. Vrijstellingen Artikel4 1. In afwijking in zoverre van artikel 3 wordt bij het bepalen van de maatstaf van heffing buiten aanmerking gelaten, voorzover dit niet reeds is geschied bij de bepaling van de in dat artikel bedoelde waarde, de waarde van: a. ten behoeve van de land- ofbosbouw bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond, daaronder medebegrepen de open grond, alsmede de ondergrond van glasopstanden, die bedrijfsmatig aangewend wordt voor de kweek of teelt van gewassen, zonder daarbij de ondergrond als voedingsbodem te gebruiken; b. glasopstanden die bedrijfsmatig worden aangewend voor de kweek of teelt van gewassen voor zover de ondergrond daarvan bestaat uit de in onderdeel a bedoelde grond; c. onroerende zaken die in hoofdzaak zijn bestemd voor de openbare eredienst of voor het houden van openbare bezinningssamenkomsten van levensbeschouwelijke aard, een en ander met uitzondering van delen van zodanige onroerende zaken die dienen als woning; d. één of meer onroerende zaken die deel uitmaken van een op voet van de Natuurschoonwet 1928 aangewezen landgoed dat voldoet aan de voorwaarden genoemd in artikel 8 van het Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet 1928, met uitzondering van de daarop voorkomende gebouwde eigendommen; e. natuurterreinen, waaronder mede worden verstaan duinen, heidevelden, zandverstuivingen, moerassen en plassen, die door rechtspersonen met volledige rechtsbevoegdheid welke zich uitsluitend of nagenoeg uitsluitend het behoud van natuurschoon ten doel stellen, beheerd worden; f. openbare land- en waterwegen en banen voor openbaar vervoer per rail, een en ander met inbegrip van kunstwerken; g. waterverdedigings- en waterbeheersingswerken die worden beheerd door organen, instellingen of diensten van publiekrechtelijke rechtspersonen met uitzondering van de delen van zodanige werken die dienen als woning; h. werken die zijn bestemd voor de zuivering van riool- en ander afvalwater en die worden beheerd door organen, instellingen of diensten van publiekrechtelijke rechtspersonen, met uitzondering van de delen van zodanige werken die dienen als woning; i. werktuigen die van een onroerende zaak kunnen worden afgescheiden zonder dat beschadiging van betekening aan die werktuigen wordt toegebracht en die niet op zichzelf als gebouwde eigendommen zijn aan te merken; j. straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanig gebouwde eigendommen -niet zijnde gebouwen- welke zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen; k. plantsoenen, parken en waterpartijen, die bij de gemeente in beheer zijn of waarvan de gemeente het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht. 1. begraafplaatsen, umentuinen en crematoria en daarmee rechtstreeks verband houdende gebouwen, met uitzondering van delen van zodanige onroerende zaken die dienen als woning. 2. De vrijstelling met betrekking tot de in onderdeel j. van het eerste lid bedoelde onroerende zaken voor de eigenarenbelasting geldt niet voor zover de gemeente van die zaken niet het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht. 3. In afwijking in zoverre van artikel 3 wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf voor de gebruikersbelasting buiten aanmerking gelaten de waarde van gedeelten van de onroerende zaak die in hoofdzaak tot woning dienen dan wel in hoofdzaak dienstbaar zijn aan woondoeleinden. Belastingjaar Artikels Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

11 -3- Belastingtarieven Artikel6 Het tarief van de belasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf als bedoeld in artikel 3 van deze verordening. Het percentage bedraagt voor: a. de gebruikersbelasting 0,2565 % b. de eigenaren belasting 1. voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning dienen 0,2093 % 2. voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen 0,3052 %. Wijze van heffing Artikel? De belastingen worden geheven bij wege van aanslag. Termijnen van betaling ArtikelS 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in drie gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later. 2. In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of indien het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan {; 50,--, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de op laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later. 3. In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of indien het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, minder of gelijk is aan {; 50,--, dat de aanslag in één termijn moet worden betaald. Deze termijn vervalt vóór de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld. 4. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen. Nadere regels door het college Artikelg Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de onroerendezaakbelastingen. Inwerkingtreding en citeertitel ArtikellO 1. De Verordening op de heffing en invordering onroerende-zaakbelastingen 2016, vastgesteld op 17 december 2015, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan. 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking 3. De datum van ingang van heffing is 1 januari Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening onroerende-zaakbelastingen 2011'. s:.. Vastgesteld in de openbare vergadering Van de raad van 22 december 2016, dewn~r, H.D. Werkman G.J. Horstman

12

13 Jaar stuknr. Raad categorie/ agendanr RAl A 11 stuknr. B. en W. 16/884 RIS 7931 Raadsbesluit De raad van de gemeente Emmen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 november 2016, nummer: 16/884 gelet op de artikelen 221, 229d, aanhef eerste lid, onderdeel a, en tweede lid en 255a van de Gemeentewet; besluit: vast te stellen de volgende VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN BELASTINGEN OP ROERENDE WOON- EN BEDRIJFSRUIMTEN 2017 Begripsonnschrijvingen Artikel1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. ruimte: een roerende woon- ofbedrijfsruimte, welke duurzaam aan een plaats gebonden is en dient tot permanente bewoning of permanent gebruik; b. woonruimte: een ruimte waarvan de vastgestelde waarde in hoofdzaak kan worden toegerekend aan delen van de ruimte die dienen tot woning dan wel volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden; c. bedrijfsruimte: een ruimte die niet kan worden aangemerkt als woonruimte. Belastingplicht Artikel2 1. Onder de naam "belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten" worden ter zake van binnen de gemeente gelegen ruimten twee directe belastingen geheven: a. een gebruikersbelasting van degene die -naar de omstandigheden beoordeeld- bij het begin van het kalenderjaar een ruimte al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruikt; b. een eigenarenbelasting van degene die bij het begin van het kalenderjaar van een ruimte het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht. 2. Met betrekking tot de gebruikersbelasting wordt: a. gebruik door leden van een huishouden aangemerkt als gebruik door een door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar aan te wijzen lid van dat huishouden; b. gebruik door degene aan wie een deel van een ruimte in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het deel in gebruik heeft gegeven is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven; c. het ter beschikking stellen van een ruimte voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die de ruimte ter beschikking heeft gesteld; degene die de ruimte ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene aan wie die zaak ter beschikking is gesteld; Belastingobject Artikel3 Als één ruimte wordt aangemerkt: a. een binnen de gemeente gelegen ruimte;

14 b. een gedeelte van de onder a bedoelde ruimte dat blijkens zijn indeling is bestemd om als een afzonderlijk geheel te worden gebruikt; c. een samenstel van een of meer van de onder a bedoelde ruimten of onder b bedoelde gedeelten daarvan die bij dezelfde belastingplichtige in gebruik zijn en die, naar de omstandigheden beoordeeld, bij elkaar behoren; d. het binnen de gemeente gelegen deel van een onder a bedoelde ruimte van een onder b bedoeld gedeelte daarvan of van een onder c bedoeld samenstel. Maatstaf van hefting Artikel4 1. De heffingsmaatstaf is de waarde die aan de ruimte dient te worden toegekend indien de volle en onbezwaarde eigendom daarvan zou kunnen worden overgedragen en de verkrijger de ruimte in de staat waarin deze zich bevindt, onmiddellijk en in volle omvang in gebruik zou kunnen nemen. 2. In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt de waarde van een bedrijfsruimte, met uitzondering van ruimten die zijn ingeschreven in een van de ingevolge de Monumentenwet 1988 vastgestelde registers van beschermde monumenten, bepaald op de vervangingswaarde indien dit leidt tot een hogere waarde dan die ingevolge het eerste lid. Bij de berekening van de vervangingswaarde wordt rekening gehouden met: a. de aard van de bestemming; b. de sedert de stichting van de ruimte opgetreden technische en functionele veroudering waarbij de invloed van latere wijzigingen in aanmerking wordt genomen. 3. In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt de waarde van een ruimte in aanbouw bepaald op de vervangingswaarde, bedoeld in het tweede lid. Onder een ruimte in aanbouw wordt verstaan een roerende zaak of een gedeelte daarvan waarvoor een bouwvergunning in de zin van de Woningwet is afgegeven en dat door bouw nog niet geschikt is voor gebruik overeenkomstig de bestemming. 4. In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt de waarde van een woonruimte, die deel uitmaakt van een op de voet van de Natuurschoonwet 1928 aangewezen landgoed dat voldoet aan de voorwaarden genoemd in artikel8 van het Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet 1928, bepaald met inachtneming van een vooronderstelde verplichting om het landgoed gedurende een tijdvak van 25 jaren als zodanig in stand te houden en geen opgaand hout te vellen anders dan volgens de regels van normaal bosbeheer noodzakelijk of gebruikelijk is. Ruimten die dienstbaar zijn aan de woonruimte worden geacht deel uit te maken van die woonruimte. 5. Met betrekking tot een ruimte als bedoeld in artikel 3, aanhef en onderdeel d, wordt de waarde gesteld op een evenredig deel van de waarde die dient te worden toegekend aan de gehele ruimte. Vrijstellingen Artikel5 1. In afwijking in zoverre van artikel 4 wordt bij het bepalen van de maatstaf van heffing buiten aanmerking gelaten de waarde van: a. ruimten voor zover de ondergrond daarvan bestaat uit cultuurgrond die bedrijfsmatig wordt geëxploiteerd ten behoeve van de land- of bosbouw; b. ruimten die in hoofdzaak zijn bestemd voor de openbare eredienst of voor het houden van openbare bezinningsbijeenkomsten van levensbeschouwelijke aard, een en ander met uitzondering van zodanige ruimten die dienen als woning; c. ruimten ten behoeve van waterverdedigings- en waterbeheersingswerken die worden beheerd door organen, instellingen of diensten van publiekrechtelijke rechtspersonen met uitzondering van de delen van zodanige ruimten die dienen als woning; d. ruimten die bestemd zijn voor de zuivering van riool- en ander afvalwater en die worden beheerd door organen, instellingen of diensten van publiekrechtelijke rechtspersonen, met uitzondering van de delen van zodanige ruimten die dienen als woning; e. werktuigen die van een roerende zaak kunnen worden afgescheiden zonder dat beschadiging van betekenis aan die werktuigen wordt toegebracht en die niet op zichzelf als gebouwde eigendommen zijn aan te merken. 2. In afwijking in zoverre van artikel 4 wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf voor de gebruikersbelasting buiten aanmerking gelaten de waarde van gedeelten van de onroerende zaak die in hoofdzaak tot woning dienen dan wel in hoofdzaak dienstbaar zijn aan woondoeleinden.

15 Waardepeildaturn Artikel6 1. De heffingsmaatstaf wordt bepaald naar de waarde die de ruimte op 1 januari 2016 heeft. 2. De waarde van de ruimte wordt bepaald naar de staat waarin de ruimte zich op de peildatum verkeert. 3. Indien een ruimte in het jaar voorafgaand aan het begin van het tijdvak waarvoor de waarde wordt bepaald: a. wijzigt als gevolg van hetzij bouw, verbouwing, verbetering, afbraak of vernietiging, hetzij verandering van bestemming, of; b. een verandering in waarde ondergaat van een andere, specifiek voor de ruimte geldende bijzondere omstandigheid, wordt in afwijking in zoverre van de vorige leden, de waarde bepaald naar de staat van de ruimte bij het begin van dat tijdvak. Belastingtarieven Artikel7 Het tarief van de belasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf als bedoeld in artikel g van deze verordening. Het percentage bedraagt voor: a. de gebruikersbelasting 0,2565 %; b. de eigenaren belasting 1. voor ruimten die in hoofdzaak tot woning dienen 0,2093 % 2. voor ruimten die niet in hoofdzaak tot woning dienen 0,3052 %. Wijze van heffing Artikel8 De belastingen worden geheven bij wege van aanslag. Termijnen van betaling Artikelg 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in drie gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later. 2. In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, ofindien het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan C 50,--, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de op laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later. 3. In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of indien het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, minder of gelijk is aan C 50,--, dat de aanslag in één termijn moet worden betaald. Deze termijn vervalt vóór de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld. 4. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen. Nadere regels door het college ArtikellO Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten. Inwerkingtreding en citeerartikel Artikelu 1. De Verordening op de heffing en invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2016 van 17 december 2015 wordt met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

16 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking 3. De datum van ingang van heffing is i januari Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening belasting op roerende woon- en bedrijfsruimten 2011'. Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 22 december 2016, ~ dewn~orn~, H.D. Werkman G.J. Horstman

17 Jaar stuknr. Raad categorie/agendanr. stuknr. B. en W RAl A 11 16/884 RIS.7932 Raadsbesluit De raad van de gemeente Emmen; gelet op het voorstel van het college van 15 november 2016 nr. 16/884 gelet op artikel aiç, eerste lid van de Gemeentewet en artikel rs.gg van de Wet milieubeheer; besluit: vast te stellen de volgende VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN DE.AFVALSTOFFENHEFFING 2017 Aard van de belasting en belastbaar feit Artikel1 1. Onder de naam "Afvalstoffenheffing" wordt een directe belasting geheven, als bedoeld in artikel rg.gg van de Wet milieubeheer (Stb. 1994, 80). 2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen en van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt. Belastingplicht Artikel2 1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen en van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt. 2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt: a. degene, die naar omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit of beperkt recht ofpersoonlijk recht gebruik maakt van het perceel; b. ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene, die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan. Maatstaf van heffing en tarief Artikel3 De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar: a. : 242,13 indien het perceel wordt gebruikt door één persoon; b. C 276,09 indien het perceel wordt gebruikt door meer dan één persoon.

18 -2- Tijdstip van ontstaan van de belastingschuld Artikel4 De belastingschuld ontstaat bij de aanvang van het belastingjaar of, indien het gebruik van een perceel in de loop van het belastingjaar aanvangt, bij de aanvang van dat gebruik. Belastingjaar Artikel5 Het belastingjaar vangt aan op 1 januari en is gelijk aan het kalenderjaar. Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang Artikel6 1. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, wordt de verschuldigde belasting berekend naar zoveel twaalfde delen als er in het belastingjaar nog kalendermaanden moeten verlopen, met dien verstande, dat de belastingschuldigheid ingaat op de eerste dag van de maand, volgende op het ontstaan van de belastingplicht. 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar is geëindigd, wordt gedeeltelijk ontheffing van belasting verleend. Het bedrag der ontheffing wordt gesteld op zoveel twaalfde delen van het verschuldigde jaartarief als er nog kalendermaanden in het belastingjaar moeten verstrijken nadat de aanvraag is ingediend, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan C 10, Belastingbedragen van minder dan {; 10,-- worden niet geheven. Wijze van heffing Artikelz De belasting wordt geheven bij wege van aanslag. Termijnen van betaling ArtikelS 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in drie gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later. 2. In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, ofindien het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan C 50,-- en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later. 3. In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of indien het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, minder of gelijk is aan C 50,--, dat de aanlag in één termijn moet worden betaald. Deze termijn vervalt vóór de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld. 4. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen. Nadere regels door het college Artikelq Het college kan nadere regels geven met betrekking tot heffing en invordering van de afvalstoffenheffing.

19 -3- Inwerkingtreding en citeerartikel ArtikellO 1. De "Verordening afvalstoffenheffing 2016" vastgesteld bij raadsbesluit van 17 december 2015 wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan. 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking. 3. De datum van ingang van de heffing is i januari Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening afvalstoffenheffing Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 22 december 2016, ~ wnd~', H.D. Werkman G.J. Horstman

20

21 Jaar stuknr. Raad categorie/ agendanr. stuknr. B. en W RAI A 11 16/884 RIS 7933 Raadsbesluit De raad der gemeente Emmen; gelet op het voorstel van het college van 15 november 2016, nr. 16/884 gelet op artikel 228 a van de Gemeentewet; besluit: vast te stellen de volgende VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN EEN RIOOLHEFFING 2017 Begripsbepalingen Artikel 1 Deze verordening verstaat onder: a. perceel: een roerende zaak in de zin van de Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2016, een onroerende zaak of een zelfstandig gedeelte daarvan; b. gemeentelijke riolering: een voorziening of combinatie van voorzieningen voor inzameling, verwerking, zuivering of transport van afvalwater, hemelwater of grondwater, in eigendom, in beheer of in onderhoud bij of voor rekening van de gemeente; c. water: huishoudelijk afvalwater, bedrijfsafvalwater, hemelwater of grondwater. d. als onroerende zaak wordt aangemerkt de onroerende zaak, bedoeld in hoofdstuk III van de Wet waardering onroerende zaken. Aard van de belasting Artikel2 Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan: a. de inzameling en het transport van huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater, alsmede de zuivering van huishoudelijk afvalwater; en b. de inzameling van afvloeiend hemelwater en de verwerking van het ingezamelde hemelwater, alsmede het treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. Belastbaar feit en belastingplicht Artikel3 1. Onder de naam 'rioolheffing' worden geheven: a. een heffing van degene die bij het begin van het belastingjaar het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht van een perceel dat direct of indirect is aangesloten op de gemeentelijke riolering, en b. een heffing van de gebruiker van een perceel van waaruit afvalwater direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd. 2. Met betrekking tot de heffing als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, wordt als genot hebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het

22 - 2 - belastingjaar als zodanig in de kadastrale registratie is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genot hebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is. 3 Met betrekking tot de heffing als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, wordt als gebruiker aangemerkt: a. degene die naar de omstandigheden beoordeeld het perceel al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruikt; b. ingeval een gedeelte van een perceel - niet een gedeelte als bedoeld in artikel a - ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte in gebruik heeft afgestaan. Zelfstandige gedeelten Artikel4 Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt. Maatstaf van heffing Artikels 1. De heffing als bedoeld in artikel 2 wordt geheven naar de waarde in het economische verkeer van het eigendom. 2. Ingeval het eigendom een onroerende zaak is, is de waarde in het economische verkeer de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor de onroerende zaak vastgestelde waarde voor het tijdvak waarbinnen het belastingjaar valt. 3. Ingeval voor het eigendom geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, wordt de heffingsmaatstaf van dat eigendom bepaald met overeenkomstige toepassing van de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken, naar de waarde die het eigendom op 1 januari voorafgaande aan het belastingjaar heeft en naar de staat waarin het eigendom op 1 januari van het betreffende belastingjaar verkeert. 4. De waarde in het economisch verkeer van het eigendom, vastgesteld overeenkomstig de voorgaande artikelleden, zal voor de heffing van de heffing als bedoeld in artikel 2 niet meer bedragen dan Vrijstellingen Artikel6 In afwijking in zoverre van artikel 5 wordt bij het bepalen van de maatstaf van heffing buiten aanmerking gelaten, voorzover dit niet reeds is geschied bij de bepaling van de in dat artikel bedoelde waarde, de waarde van: a. ten behoeve van de land- of bosbouw bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond, daaronder medebegrepen de open grond, alsmede de ondergrond van glasopstanden, die bedrijfsmatig aangewend wordt voor de kweek of teelt van gewassen, zonder daarbij de ondergrond als voedingsbodem te gebruiken; b. glasopstanden die bedrijfsmatig worden aangewend voor de kweek of teelt van gewassen voor zover de ondergrond daarvan bestaat uit de in onderdeel a bedoelde grond; c. onroerende zaken die in hoofdzaak zijn bestemd voor de openbare eredienst of voor het houden van openbare bezinningssamenkomsten van levensbeschouwelijke aard, een en ander met uitzondering van delen van zodanige onroerende zaken die dienen als woning; d. één of meer onroerende zaken die deel uitmaken van een op voet van de Natuurschoonwet 1928 aangewezen landgoed met uitzondering van de daarop voorkomende gebouwde eigendommen; e. natuurterreinen, waaronder mede worden verstaan duinen, heidevelden, zandverstuivingen, moerassen en plassen, die door rechtspersonen met volledige rechtsbevoegdheid welke zich uitsluitend of nagenoeg uitsluitend het behoud van natuurschoon ten doel stellen, beheerd worden; f. openbare land- en waterwegen en banen voor openbaar vervoer per rail, een en ander met inbegrip van kunstwerken; g. waterverdedigings- en waterbeheersingswerken die worden beheerd door organen, instellingen of diensten van publiekrechtelijke rechtspersonen met uitzondering van de delen van zodanige werken die dienen als woning;

gelet op het voorstel van het college van november 2015, nr. 15/

gelet op het voorstel van het college van november 2015, nr. 15/ Raadsbesluit De raad der gemeente Emmen; gelet op het voorstel van het college van november 2015, nr. 15/ gelet op artikel 228 a van de Gemeentewet; b e s l u i t : vast te stellen de volgende VERORDENING

Nadere informatie

Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2014.

Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2014. RAADSVOORSTEL Rv. nr.: B&W-besluit d.d.: B&W-besluit nr.: Naam programma +onderdeel: Algemene middelen Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2014. Aanleiding:

Nadere informatie

Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van roerende woon- en bedrijfsruimten 2018

Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van roerende woon- en bedrijfsruimten 2018 Raadsbesluit Datum raadsvergadering Datum carrousel Raadsbesluitnummer Registratienummer Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van roerende woon- en bedrijfsruimten 2018 De raad van de gemeente

Nadere informatie

Gezien het voorstel inzake onroerende-zaakbelastingen Stein 2006 (Gem. blad Afd. A 2005, no. 152 );

Gezien het voorstel inzake onroerende-zaakbelastingen Stein 2006 (Gem. blad Afd. A 2005, no. 152 ); 2005, no. 152 De Raad der gemeente Stein; Gezien het voorstel inzake onroerende-zaakbelastingen Stein 2006 (Gem. blad Afd. A 2005, no. 152 ); gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders; Agendanummer: 6 Vergadering: 8 november 2012 De raad van de gemeente Winsum; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; b e s l u i t

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017; VERORDENING ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN 2018 De raad van de gemeente Waalwijk; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017; gelet op de artikelen 220 tot en met

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met nummer ; b e s l u i t :

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met nummer ; b e s l u i t : De raad van de gemeente Gooise Meren; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met nummer 305477; gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; b e s l u i t : vast te stellen de volgende verordening:

Nadere informatie

vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelastingen 2013.

vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelastingen 2013. Nummer V117 De raad van de gemeente Zeewolde, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 september 2012; gelet op de artikelen 220 t/m 220h van de Gemeentewet; gehoord het Beraad d.d. 9

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2015

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2015 Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2015 De raad van de gemeente Haarlem; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten Bijlage d behorend bij het besluit van de raad van de gemeente Nieuwkoop van 1 4 december 2017 en als zodanig gewaarmerkt door de griffier. Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op

Nadere informatie

Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2018

Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2018 Raadsbesluit Datum raadsvergadering Datum carrousel Raadsbesluitnummer Registratienummer Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2018 De raad van de gemeente

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Houten. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Houten. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; De raad van de gemeente Houten; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november ; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; besluit: vast te stellen de volgende

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende. zaakbelastingen 2012 Citeertitel Verordening onroerende-zaakbelastingen 2012

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende. zaakbelastingen 2012 Citeertitel Verordening onroerende-zaakbelastingen 2012 Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelastingen 2012 Verord Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Heerhugowaard Officiële naam regeling

Nadere informatie

Normal 0 false false false MicrosoftInternetExplorer4 /* Style Definitions */ table.msonormaltable

Normal 0 false false false MicrosoftInternetExplorer4 /* Style Definitions */ table.msonormaltable CVDR Officiële uitgave van Blaricum. Nr. CVDR77406_2 29 januari 2019 Verordening op de heffing en de invordering van onroerende-zaakbelastingen De raad van de gemeente Blaricum, gelezen het voorstel van

Nadere informatie

Raadsbesluit. Onderwerp: Verordening onroerende-zaakbelasting Vergadering: 24 november 2015 Agendapunt: 12E Registratienummer:

Raadsbesluit. Onderwerp: Verordening onroerende-zaakbelasting Vergadering: 24 november 2015 Agendapunt: 12E Registratienummer: Raadsbesluit Onderwerp: Verordening onroerende-zaakbelasting 2016 Vergadering: 24 november 2015 Agendapunt: 12E Registratienummer: 564979 De raad van de gemeente Hof van Twente; gelezen het voorstel van

Nadere informatie

Verordening op de heffing en invordering van onroerendezaakbelastingen

Verordening op de heffing en invordering van onroerendezaakbelastingen De raad van de gemeente Harderwijk; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van november 2017, raadsbesluitnummer..; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;

Nadere informatie

Verordening onroerendezaakbelastingen

Verordening onroerendezaakbelastingen Verordening onroerendezaakbelastingen Coevorden 2018 No. 2017/ De raad van de gemeente Coevorden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, bijlagenr. ; gelet op de artikelen 220 tot en met

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude VERORDENING BELASTINGEN OP ROERENDE WOON EN BEDRIJFSRUIMTEN 2015

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude VERORDENING BELASTINGEN OP ROERENDE WOON EN BEDRIJFSRUIMTEN 2015 VERORDENING BELASTINGEN OP ROERENDE WOON EN BEDRIJFSRUIMTEN 2015 De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude; Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende-zaakbelastingen 2014

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende-zaakbelastingen 2014 gemeente Raadsbesluit Ag. nr.: 8 Aanhef De raad van de gemeente Boxtel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26-11-13; gehoord de commissie Bestuurlijke Zaken; gelet op de artikelen

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2013;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2013; De raad van de gemeente Opmeer; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2013; gelet op het advies van de commissie Bestuurlijke Zaken en Verantwoording van 28

Nadere informatie

Belastingverordeningen en -tarieven 2017 en verordening sporttarieven 2017

Belastingverordeningen en -tarieven 2017 en verordening sporttarieven 2017 Raadsvoorstel= Jaar Raad categorie/agendanr. B. en W. 2016 RA16.0115 A 11 16/884 Onderwerp: Belastingverordeningen en -tarieven 2017 en verordening sporttarieven 2017 Portefeuillehouder: J. Otter Afdeling:

Nadere informatie

*ZEA74E5ECFB* Raadsvergadering d.d. 20 december 2016

*ZEA74E5ECFB* Raadsvergadering d.d. 20 december 2016 *ZEA74E5ECFB* Raadsvergadering d.d. 20 december 2016 Agendanr.. Aan de Raad No.ZA.16-41112/DV.16-634, afdeling Middelen en Advies. Sellingen, 8 december 2016 Onderwerp: Vaststellen Verordening onroerende-zaakbelastingen

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude. De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude;

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude. De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude; VERORDENING ONROERENDE- ZAAKBELASTINGEN 2017. De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude; Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 1 november ; Gelet op de artikelen

Nadere informatie

Nijverdal, 12 december gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 november 2017;

Nijverdal, 12 december gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 november 2017; Gemeente Hellendoorn Besluit Nijverdal, 12 december 2017 Nr. 17INT02672 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 november 2017; gelet

Nadere informatie

VERORDENING ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN GOOISE MEREN 2016

VERORDENING ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN GOOISE MEREN 2016 Raadsbesluit Gemeente Gooise Meren VERORDENING ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN GOOISE MEREN 2016 Brinklaan 35 1400 HA Bussum De raad van de gemeente Gooise Meren; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Sector : II Nr. : 66b. De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 november 2010, nummer

Sector : II Nr. : 66b. De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 november 2010, nummer Sector : II Nr. : 66b 8/66.10; De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 november 2010, nummer gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; besluit:

Nadere informatie

Wetstechnische informatie

Wetstechnische informatie Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelasting 2018 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Gemeente Heerhugowaard Verordening

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 november 2018 b e s l u i t :

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 november 2018 b e s l u i t : De raad van de gemeente Landgraaf; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 november 2018 gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; b e s l u i t :

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2016 (Gemeenteblad 2016, nr. XXX);

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2016 (Gemeenteblad 2016, nr. XXX); Onderwerp Datum 20 december 2016 Verordening op de heffing en invordering van Onroerende - Zaakbelasting 2017 Pagina 1 van 5 De raad van Venray, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en

Nadere informatie

Verordening op de heffing en invordering van onroerendezaakbelastingen

Verordening op de heffing en invordering van onroerendezaakbelastingen Verordening op de heffing en invordering van onroerendezaakbelastingen Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Capelle aan den IJssel Officiële naam regeling Verordening

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders van 4 en 24 september en van 13 november 2012;

gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders van 4 en 24 september en van 13 november 2012; No: /19122012 Onderwerp: Verordening onroerende zaakbelastingen De Raad van de gemeente Noordenveld; gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders van 4 en 24 september en van 13

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders besluit :

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders besluit : Nr. 10-. PURMEREND De raad van de gemeente Purmerend ; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; besluit : vast te stellen de volgende

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2015, nr. 1236141; VAN ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2015, nr. 1236141; VAN ONROERENDE-ZAAKBELASTINGEN De raad van de gemeente Purmerend; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2015, nr. 1236141; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; besluit: vast te

Nadere informatie

Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen

Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen Raadsbesluit Nummer: 10 Wettelijke grondslag: artikel 220 tot en met 220h Gemeentewet Besloten in de raadsvergadering van: 17 januari 2018 Besluit om: de volgende verordening vast te stellen: Verordening

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van onroerendezaakbelastingen 2018 (Verordening onroerendezaakbelastingen Delft 2018).

Verordening op de heffing en de invordering van onroerendezaakbelastingen 2018 (Verordening onroerendezaakbelastingen Delft 2018). De raad van de gemeente Delft; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 september 2017; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; gezien het advies

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.21 november 2017 ; b e s l u i t :

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.21 november 2017 ; b e s l u i t : De raad van de gemeente Purmerend ; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.21 november 2017 ; gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; b e s l u i t : vast te stellen de

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2010 tot het aanpassen tarieven belastingen en heffingen 2011, nr.

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2010 tot het aanpassen tarieven belastingen en heffingen 2011, nr. De Raad van de gemeente Maassluis; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2010 tot het aanpassen tarieven belastingen en heffingen 2011, nr. 2010-4108 gelet op het bepaalde

Nadere informatie

VERORDENING op de heffing en de invordering

VERORDENING op de heffing en de invordering VERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2012 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelastingen 2016

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelastingen 2016 Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelastingen 2016 De raad van de gemeente Veghel; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 november 2015;

Nadere informatie

VERORDENING op de heffing en de invordering van onroerendezaakbelastingen

VERORDENING op de heffing en de invordering van onroerendezaakbelastingen VERORDENING op de heffing en de invordering van onroerende-zaakbelastingen 2006 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Lelystad Officiële naam regeling VERORDENING

Nadere informatie

VERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op

VERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op VERORDENING op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2006 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van ; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van ; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; GEMEENTERAAD Onderwerp: Verordening onroerende-zaakbelastingen 2012 Registratienummer: 11.24767 De raad van de gemeente Borger-Odoorn; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 20 december 2005;

De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 20 december 2005; De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 20 december 2005; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 november 2005; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de

Nadere informatie

BESLUIT. VERORDENING op de heffing en invordering van onroerende- zaakbelastingen 2017

BESLUIT. VERORDENING op de heffing en invordering van onroerende- zaakbelastingen 2017 Besluit Nummer Datum De raad van de gemeente Almere; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op de artikelen 220 tot en met 220 h van de Gemeentewet, vast te stellen de volgende: BESLUIT

Nadere informatie

De raad van de gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;

De raad van de gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; De raad van de gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; B E S L U I T : vast te stellen de : VERORDENING OP DE HEFFING

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland) De raad van de gemeente Almere; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op de artikelen 220 tot en met 220 h van de Gemeentewet, vast te stellen de volgende: BESLUIT VERORDENING op de

Nadere informatie

Raadsmededeling - Openbaar

Raadsmededeling - Openbaar Raadsmededeling - Openbaar Nummer : 183/2014 Datum : 25 november 2014 B&W datum : 2 december 2014 Beh. ambtenaar : D.J. den Hengst Portefeuillehouder : T.M.M. Kok Onderwerp : Bijstellen tarieven OZB 2015

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en

Verordening op de heffing en de invordering van belastingen op roerende woon- en Verordening op de heffing en invordering van belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2014 Status In werking Algemene informatie Deze verordening regelt de hoogte, de heffing en invordering van

Nadere informatie

De RAAD van de gemeente Dordrecht; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 6 januari 2009, Nr.

De RAAD van de gemeente Dordrecht; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 6 januari 2009, Nr. Nr. SBC/2008/1280 De RAAD van de gemeente Dordrecht; Raadsgriffie Spui boulevard 238 3311 GR DORDRECHT gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 6 januari 2009, Nr. SBC/2008/1280;

Nadere informatie

I. in te trekken de verordening d.d. 13 december 2007, nr. 60a; II. vast te stellen de: Artikel 1

I. in te trekken de verordening d.d. 13 december 2007, nr. 60a; II. vast te stellen de: Artikel 1 Sector Nr. : II : 48a De raad van de gemeente Ferwerderadiel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 november 2008, nummer 10/48.08; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de

Nadere informatie

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2015; VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN ONROERENDE- ZAAKBELASTINGEN 2016.

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2015; VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN ONROERENDE- ZAAKBELASTINGEN 2016. Onderwerp: Verordening Onroerende zaakbelastingen Oss 2016 Volgnummer Dienst/afdeling G/ID De raad van de gemeente Oss; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2015; gelet op

Nadere informatie

Onroerende zaakbelastingen

Onroerende zaakbelastingen Onroerende zaakbelastingen Verordening op de heffing en de invordering van Onroerende zaakbelastingen 2018 Gemeenteblad Texel 2017 nr 48 datum 22-dec-17 Verordening op de heffing en de invordering van

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van Onroerendezaakbelastingen. Citeertitel Verordening Onroerende zaakbelastingen 2015

Verordening op de heffing en de invordering van Onroerendezaakbelastingen. Citeertitel Verordening Onroerende zaakbelastingen 2015 Gemeente Zaanstad Verordening op de heffing en de invordering van Onroerende-zaakbelastingen 2015 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Gemeente

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende-zaakbelastingen 2016 (Verordening onroerende-zaakbelastingen 2016)

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende-zaakbelastingen 2016 (Verordening onroerende-zaakbelastingen 2016) RAADSBESLUIT De raad van de gemeente Veenendaal; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 september 2015, nummer 2015.00070-1; Overwegende dat in de Kadernota 2016 is besloten de tarieven

Nadere informatie

NIEUWE Verordening onroerende-zaakbelastingen 2014

NIEUWE Verordening onroerende-zaakbelastingen 2014 NIEUWE Verordening onroerende-zaakbelastingen 2014 Rode tekst = vervallen of fout, Oranje tekst = afwijkend in huidige verordening/anders geformuleerd, Zwarte tekst = tekst gelijk gebleven, Gele arcering

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende-zaakbelastingen. emeente Druten. emeenteraad lastinnen: onroerende-zaakbelastinçien

Verordening op de heffing en de invordering van onroerende-zaakbelastingen. emeente Druten. emeenteraad lastinnen: onroerende-zaakbelastinçien Verordening op de heffing en de invordering van onroerende-zaakbelastingen 2019 Gegevens van de regeli Officiële naam regeling 'I. nderwe emeente Druten rordening op de heffing en de invordering van onroerendeakbelastingen

Nadere informatie

Gemeente Langedijk. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 oktober 2015 nummer 55;

Gemeente Langedijk. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 oktober 2015 nummer 55; 011260 Gemeente Langedijk De raad van de gemeente Langedijk gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 oktober 2015 nummer 55; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van

Nadere informatie

Gemeente Almere. Besluit. De raad van de gemeente Almere, gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Gemeente Almere. Besluit. De raad van de gemeente Almere, gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders Besluit Nummer Datum De raad van de gemeente Almere, gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; vast te stellen de volgende verordening:

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Vaststellen Herziene verordening onroerende zaakbelasting Opsterland 2015 Portefeuillehouder : Rob Jonkman

RAADSVOORSTEL. Vaststellen Herziene verordening onroerende zaakbelasting Opsterland 2015 Portefeuillehouder : Rob Jonkman RAADSVOORSTEL Raadsvergadering : 2 maart 2015 Agendapunt : Onderwerp Vaststellen Herziene verordening onroerende zaakbelasting : Opsterland 2015 Portefeuillehouder : Rob Jonkman Beetsterzwaag, 10 februari

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland) De raad van de gemeente Almere, gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders gelet op artikel 221 van de Gemeentewet; vast te stellen de volgende verordening: BESLUIT: VERORDENING

Nadere informatie

Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie

Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie Rubriek: Financiën en Economie Naam regeling: Verordening op de heffing en de invordering van onroerendezaakbelastingen Zundert 2015 Citeertitel: Verordening

Nadere informatie

Raadsvergadering : 3 december 2013 Agendapunt : Commissie : - Onderwerp : Verordening onroerende-zaakbelastingen

Raadsvergadering : 3 december 2013 Agendapunt : Commissie : - Onderwerp : Verordening onroerende-zaakbelastingen Raadsvergadering : 3 december 2013 Agendapunt : Commissie : - Onderwerp : Verordening onroerende-zaakbelastingen 2014-1 Collegevergadering : 29 oktober 2013 Agendapunt : 16 Portefeuillehouder : Wethouder

Nadere informatie

Verordening BI-zone Groote Lindt Zwijndrecht 2016

Verordening BI-zone Groote Lindt Zwijndrecht 2016 Verordening BI-zone Groote Lindt Zwijndrecht 2016 De raad van de gemeente Zwijndrecht; gelet op de artikelen 1, eerste, derde en vierde lid, 2, eerste en tweede lid, 3, eerste lid, en 7, eerste en vierde

Nadere informatie

Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening Onroerende Zaakbelasting 2019 vast te stellen.

Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening Onroerende Zaakbelasting 2019 vast te stellen. Raadsvoorstel Nummer: 178446 Behandeld door: A. van de Kamp Datum: 23 oktober 2018 Agendapunt: 11 Onderwerp: Verordening Onroerende zaakbelasting 2019 Geachte raad, Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening

Nadere informatie

*ZEA18E71503* Raadsvergadering d.d. 17 december 2015

*ZEA18E71503* Raadsvergadering d.d. 17 december 2015 *ZEA18E71503* Raadsvergadering d.d. 17 december 2015 Agendanr.. Aan de Raad No.ZA.15-35587/DV.15-530, afdeling Middelen en Advies. Sellingen, 10 december 2015 Onderwerp: Verordening onroerendezaakbelastingen

Nadere informatie

De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 december 2012;

De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 december 2012; De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 december 2012; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 november 2012; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h en 226

Nadere informatie

Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2018

Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2018 Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2018 De raad van de gemeente Rotterdam, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 26 september 2017, raadsstuk

Nadere informatie

DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE BESLUIT. Verordening onroerende-zaakbelastingen Deurne 2018

DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE BESLUIT. Verordening onroerende-zaakbelastingen Deurne 2018 Gemeenteblad nr. 392, 16 november 2017 DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 oktober 2017, nr. 69a; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de

Nadere informatie

In de commissie RF van 4 juni 2015 zijn met betrekking tot de OZB de volgende uitgangspunten vastgesteld :

In de commissie RF van 4 juni 2015 zijn met betrekking tot de OZB de volgende uitgangspunten vastgesteld : Raadsvoorstel Nummer: 169564 Behandeld door: A. van de Kamp Datum: 7 november 2017 Agendapunt: Onderwerp: Verordening Onroerende zaakbelasting 2018 Geachte raad, Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening

Nadere informatie

Raadsmededeling - Openbaar

Raadsmededeling - Openbaar Raadsmededeling - Openbaar Nummer : 182/2015 Datum : 26 november 2015 B&W datum : Beh. ambtenaar : D.J. den Hengst Portefeuillehouder : T.M.M. Kok Onderwerp : Bijstelling tarieven OZB 2016 Aanleiding Aan

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 oktober 2015, met kenmerk AP020, raadsstuk 15bb8495;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 oktober 2015, met kenmerk AP020, raadsstuk 15bb8495; Verordening onroerende-zaakbelastingen 2016 De raad van de gemeente Rotterdam, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 oktober 2015, met kenmerk AP020, raadsstuk 15bb8495;

Nadere informatie

gelet op de tekst van de tussen de gemeente Zoeterwoude en BIZ-vereniging Grote Polder te sluiten Uitvoeringsovereenkomst;

gelet op de tekst van de tussen de gemeente Zoeterwoude en BIZ-vereniging Grote Polder te sluiten Uitvoeringsovereenkomst; Besluit van de raad Registernummer: to/z15-09375-2510-b De raad van de gemeente Zoeterwoude; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 juli 2015; gelet op de bepalingen van de Gemeentewet;

Nadere informatie

Onderwerp : Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2018

Onderwerp : Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2018 Raadsvoorstel *Z03EAC3347D* Aan de raad Documentnummer : INT-17-36609 Afdeling : Bedrijfsvoering Onderwerp : Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2018 Inleiding Jaarlijks worden

Nadere informatie

GRIFFIE LEIDEN INGEKOMEN

GRIFFIE LEIDEN INGEKOMEN RAADSVOORSTEL 'li.0119 Begroting: 451-18 Dos: RG-50168 Post: RG-2012-34 BARC: 000352094 BT: B GRI 12-1-2012 9:58:46 Rv nr : 11.0119 B&W-besIuit d.d.: 15-11-2C11 B&W-besluit nr.: 11.1157 Nafam programma

Nadere informatie

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN RIOOLHEFFING STEIN 2016

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN RIOOLHEFFING STEIN 2016 2015, no. De Raad der gemeente Stein; Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders inzake rioolheffing Stein 2016 van 27 oktober 2015 (Gem. blad Afd. A 2015, no. ); gelet op artikel

Nadere informatie

Verordening BI-zone De Vergulde Hand Vlaardingen Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 november 2015, R.nr. 46.

Verordening BI-zone De Vergulde Hand Vlaardingen Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 november 2015, R.nr. 46. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Vlaardingen. Nr. 125794 23 december 2015 Verordening BI-zone De Vergulde Hand Vlaardingen 2016 De gemeenteraad van Vlaardingen, Gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Verordening BI-zone winkelcentrum Willem de Zwijger

Verordening BI-zone winkelcentrum Willem de Zwijger CVDR Officiële uitgave van Alkmaar. Nr. CVDR379637_1 29 mei 2018 Verordening BI-zone winkelcentrum Willem de Zwijger 2016-2020 De raad van de gemeente Alkmaar; gelezen het voorstel van het college van

Nadere informatie

Verordening bedrijveninvesteringszone Centrum Bergambacht 2016

Verordening bedrijveninvesteringszone Centrum Bergambacht 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Krimpenerwaard. Nr. 129152 28 december 2015 Verordening bedrijveninvesteringszone Centrum Bergambacht 2016 De raad van de gemeente Krimpenerwaard; gelezen het

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag. nr : Datum :

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag. nr : Datum : Raadsvoorstel Reg. nr : 1010616 Onderwerp Tariefaanpassingen onroerende-zaakbelastingen en leges reisdocumenten voor het jaar 2011. Status besluitvormend Voorstel Door vaststelling van de verordeningen,

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL MET VERORDENING

RAADSVOORSTEL MET VERORDENING RAADSVOORSTEL MET VERORDENING Raadsvergadering : 21 november 2016 Agendapunt : Onderwerp : Verordening onroerendezaakbelastingen Opsterland 2017 Portefeuillehouder : Rob Jonkman Voorstel 1. De Verordening

Nadere informatie

Verordening bedrijveninvesteringszone De Krogten 2017 gemeente Breda

Verordening bedrijveninvesteringszone De Krogten 2017 gemeente Breda GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Breda. Nr. 186015 28 december 2016 Verordening bedrijveninvesteringszone De Krogten 2017 gemeente Breda Bekendmaking Burgemeester en wethouders van Breda maken

Nadere informatie

Onderwerp Verordening onroerende zaakbelastingen Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie.

Onderwerp Verordening onroerende zaakbelastingen Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie. Raad VOORBLAD Onderwerp Verordening onroerende zaakbelastingen 212-1 Agendering x Commissie Bestuur x Gemeenteraad Commissie Ruimte Lijst ingekomen stukken Commissie Sociaal Informerende Commissie Behandelwijze

Nadere informatie

Verordening Bedrijveninvesteringszone Nieuweweg. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 19 september 2017;

Verordening Bedrijveninvesteringszone Nieuweweg. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 19 september 2017; CVDR Officiële uitgave van Hardinxveld-Giessendam. Nr. CVDR603635_1 22 november 2017 Verordening Bedrijveninvesteringszone Nieuweweg De raad van de gemeente Hardinxveld-Giessendam; gelezen het voorstel

Nadere informatie

Verordening bedrijveninvesteringszone Bedrijventerrein Vianen

Verordening bedrijveninvesteringszone Bedrijventerrein Vianen Verordening bedrijveninvesteringszone Bedrijventerrein Vianen 2016-2020 gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 november 2015 met kenmerk 36664. Gelet op artikel 1, eerste,

Nadere informatie

Verordening BedrijvenInvesteringsZone gebruikers Binnenstad Hengelo

Verordening BedrijvenInvesteringsZone gebruikers Binnenstad Hengelo Hengelo Verordening BedrijvenInvesteringsZone gebruikers Binnenstad Hengelo 2016-2020 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Organisatie Organisatietype Officiële naam regeling Citeertitel

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 6 december 2016;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 6 december 2016; Raadsbesluit nr. Betreft: Verordening bedrijveninvesteringszone Verordening bedrijveninvesteringszone Centrum Zuidlaren 2017-2021 De raad van de gemeente Tynaarlo; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Verordening BI-zone Steenakker Breda 2012

Verordening BI-zone Steenakker Breda 2012 Verordening BI-zone Steenakker Breda 2012 De raad van de gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders en met overname van de daarin vermelde overwegingen; gelet op artikel 1, eerste

Nadere informatie

Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2019

Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2019 r GEMEENTE ELSEN gemeenteraad Raadsbesluit Datum raadsvergadering 8 november 2018 Datum carrousel Raadsbesluitnummer R18.073 Registratienummer Rsl 8.00485 Onderwerp: erordening op de heffing en invordering

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 6 Datum :

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 6 Datum : Raadsvoorstel Reg. nr : 0610686 Ag nr. : 6 Onderwerp Verordening onroerende-zaakbelastingen 2007 en eerste wijziging Legesverordening 2007. Voorstel 1. Onroerende-zaakbelastingen: a. Met ingang van 1 januari

Nadere informatie

gelet op de tussen de gemeente Breda en Ondernemersvereniging BiZ Steenakker gesloten Uitvoeringsovereenkomst van 18 oktober 2016; B E S L U I T:

gelet op de tussen de gemeente Breda en Ondernemersvereniging BiZ Steenakker gesloten Uitvoeringsovereenkomst van 18 oktober 2016; B E S L U I T: De raad van de gemeente Breda, gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op de artikelen 1, eerste, derde en vierde lid, 2, eerste lid, 3, eerste lid, en 7, eerste en vierde lid, van de

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van. en op de subsidie voor de BI-zone Centrum Oosterhout 2012

Verordening op de heffing en de invordering van. en op de subsidie voor de BI-zone Centrum Oosterhout 2012 Verordening op de heffing en de invordering van een BIZbijdrage en op de subsidie voor de BI-zone Centrum Oosterhout 2012 Gegevens van de regeling Naam overheidsorganisatie Gemeente Oosterhout Officiële

Nadere informatie

Argumentatie In de programmabegroting 2016 hebben wij u al meegedeeld dat de tarieven met 2% verhoogd moeten worden.

Argumentatie In de programmabegroting 2016 hebben wij u al meegedeeld dat de tarieven met 2% verhoogd moeten worden. RAADSVOORSTEL Datum: 17 november 2015 Nummer: Onderwerp: Verordening onroerendezaakbelastingen 2016 Voorgesteld raadsbesluit: Het vaststellen van de verordening onroerendezaakbelastingen 2016. Samenvatting

Nadere informatie

(gewijzigd) Raadsvoorstel(voorheen RA )

(gewijzigd) Raadsvoorstel(voorheen RA ) (gewijzigd) svoorstel(voorheen RA14.0097) Onderwerp: Belastingverordeningen en -tarieven 2015 en verordening sporttarieven 2015 Portefeuillehouder: J. Otter Afdeling : Financiën & Belastingen Team : Belastingen

Nadere informatie

Verordening op de heffing en invordering Bedrijveninvesteringszone Smakterheide Venray 2017

Verordening op de heffing en invordering Bedrijveninvesteringszone Smakterheide Venray 2017 , nummer Onderwerp Datum 20 december 2016 Verordening op de heffing en invordering Bedrijveninvesteringszone Smakterheide Venray 2017 Pagina 1 van 6 De raad van Venray, gelezen het voorstel van het college

Nadere informatie

Verordening Bedrijveninvesteringszone bedrijventerrein Dalfsen 2018

Verordening Bedrijveninvesteringszone bedrijventerrein Dalfsen 2018 Verordening Bedrijveninvesteringszone bedrijventerrein Dalfsen 2018 No. 2018/ De raad van de gemeente Dalfsen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2018; gelet op artikel 1, eerste lid,

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van?? september 2016;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van?? september 2016; Raadsvergadering : Registratienummer : : Besluitnummer : De raad van de gemeente Goeree-Overflakkee; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van?? september 2016; gelet op de artikelen 1, eerste,

Nadere informatie

Onderwerp Intrekken verordening onroerende-zaakbelastingen 2013 en vaststellen verordening onroerendezaakbelastingen

Onderwerp Intrekken verordening onroerende-zaakbelastingen 2013 en vaststellen verordening onroerendezaakbelastingen Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 20280 Datum : 26 november 2013 Algemene Middelen, paragraaf 5.7 Lokale Programma : Heffingen Blad : 1 van 5 Cluster : Bestuur

Nadere informatie

Verordening op de heffing en de invordering van een bedrijveninvesteringszone bedrijventerrein De Trompet Heemskerk

Verordening op de heffing en de invordering van een bedrijveninvesteringszone bedrijventerrein De Trompet Heemskerk Bekendmaking belastingverordening De raad van Heemskerk heeft in zijn openbare vergadering van 21 december 2017 de verordening op de heffing en de invordering van een bedrijveninvesteringszone (BIZ) bedrijventerrein

Nadere informatie

het van het college van burgemeester in wethouders vin 1 oktober 2013;

het van het college van burgemeester in wethouders vin 1 oktober 2013; I De raad van de gemeente Etten-Leur;. het van het college van burgemeester in wethouders vin 1 oktober 2013; op artikel 220 tot en met 220h van de Gemeentewet; mede gelet op het advies van de gemeenschappelijke

Nadere informatie