Tweede Kamer der Staten-Generaal

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Tweede Kamer der Staten-Generaal"

Transcriptie

1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar Wijziging van de Opiumwet Nr. 6 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen 23 november 2001 Algemeen De leden van de fractie van het CDA vragen naar de reden van de systematiek van het onderhavige wetsvoorstel. Zoals in de Memorie van toelichting is aangegeven, zijn de doelen niet alleen het moderniseren van het verlofstelsel van de Opiumwet en het aansluiten bij het wetsvoorstel Bibob, maar ook het wettelijk regelen van de teelt van hennep voor geneeskundige en wetenschappelijke doeleinden. In antwoord op de vragen van leden van de D66-fractie met betrekking tot het softdrugbeleid merkt de regering het volgende op. Het voorliggende voorstel tot wijziging van de Opiumwet heeft geen enkele invloed op het softdrugsbeleid zoals dat tot op heden is vormgegeven. De regering heeft eerder aangegeven dat de regulering van de teelt van cannabis ten behoeve van de bevoorrading van coffeeshops in de huidige situatie, met name gelet op de VN-drugsverdragen, niet mogelijk is. De leden van de fractie van GroenLinks staan een liberaler beleid voor, waarbij zij verwijzen naar de zelfregulering bij bijvoorbeeld het kansspelenbeleid. Internationale verdragen en de nationale wetgeving bieden echter weinig ruimte voor een liberaler beleid. De materie waar het hier over gaat is bovendien van groot belang voor onder meer de bescherming van de volksgezondheid, zodat strikte regulering op zijn plaats is. Aansluiting bij het wetsvoorstel Bibob De leden van de PvdA-fractie vragen naar de betekenis van de wet Bibob voor het onderhavige wetsvoorstel. In het verleden is het voorgekomen dat een verlof, ondanks de twijfel over de bedoelingen van de aanvrager, niet kon worden geweigerd omdat de Opiumwet daarvoor geen mogelijkheden bood. De betekenis van het wetsvoorstel Bibob voor de onderhavige wijziging van de Opiumwet is dat een nieuwe grond om een ontheffing te weigeren wordt ingevoerd, waarmee een redelijke zekerheid kan worden verkregen over de integriteit van de aanvrager van een ontheffing dan onder de huidige Opiumwet mogelijk is. In het geval van een criminele achtergrond of criminele bedoelingen kan de weigering van een ontheffing dan ook beter worden gemotiveerd. Het Bureau Bibob beoordeelt namelijk of het ernstige gevaar bestaat dat een te verlenen verlof zal KST57429 ISSN Sdu Uitgevers s-gravenhage 2001 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 1

2 worden misbruikt om strafbare feiten te plegen. Dit oordeel wordt gebaseerd op strafrechtelijke, financiële en andere relevante informatie over zowel de aanvrager als andere personen die mogelijk zeggenschap hebben over de bedrijfsvoering. Door ook de relevante informatie van invloedrijke anderen bij de beoordeling te betrekken kunnen eventuele versluieringsconstructies worden achterhaald. Het Bureau Bibob kan op grond van al deze informatie een goed onderbouwd advies geven over het hiervoor bedoelde gevaar. De wet Bibob zal vermoedelijk eerder in werking treden dan het onderhavige wetsvoorstel. In dat geval kan er wat betreft de screening in het kader van de Opiumwet meteen gebruik van worden gemaakt. Mocht de wet Bibob later van kracht worden, dan zal tot dat tijdstip de nu geldende screeningsprocedure gehanteerd worden. De teelt van hennep voor geneeskundige of wetenschappelijke doelen De leden van de fractie van de PvdA stelden een groot aantal vragen over het functioneren van het Bureau voor Medicinale Cannabis. Ook de leden van de fracties van CDA, D66 en ChristenUnie stelden vragen ter zake. Om die reden schetsen wij kort de stand van zaken, ervan uitgaand dat daarmee de gestelde vragen zijn beantwoord. Grondslag, begripsbepaling en bevoegdheden Het op 30 maart 1961 te New York totstandgekomen Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen (Trb. 1963, 81; gewijzigd bij Protocol van 25 maart 1972 te Genève, Trb. 1980, 184) somt in artikel 23 juncto 28 de bevoegdheden van een nationaal bureau op, dat moet worden ingesteld als een land de teelt van cannabis voor medische en wetenschappelijke doeleinden toestaat. Deze bevoegdheden, die verwoord zijn in ontwerpartikel 8i, vijfde lid, van het wetsvoorstel zijn de volgende: een monopolie op de import en export, de groothandel en het aanhouden van voorraden van de opiumwetmiddelen hennep en hennephars (in casu hasjiesj en hennepolie). Het bureau moet alle oogst opkopen en is de instantie die de vergunningen voor de teelt van cannabis verleent. Met ingang van 1 januari 2001 fungeert het Bureau voor Medicinale Cannabis (BMC) namens de minister van VWS officieel als nationaal bureau in de zin van het Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen. BMC heeft derhalve het monopolie op de hierboven genoemde handelingen met cannabis en cannabishars. Voor de term cannabis is gekozen, om een duidelijk onderscheid te maken tussen het medicinaal en het recreatief gebruik van dit opiumwetmiddel. Bij recreatief gebruik wordt immers meestal gesproken over marihuana, hasj of weed. Medicinale cannabis of medicinale hennep is cannabis van medicinale kwaliteit, dat wil zeggen cannabis die geteeld is volgens Good Agricultural Practice (GAP) en voldoet aan de eisen die gesteld worden aan de productie van grondstoffen bestemd voor gebruik in een geneesmiddel. In antwoord op de vragen van de leden van de PvdA-fractie: henneppreparaten zijn preparaten die uit de cannabisplant worden vervaardigd, dus enigerlei bewerking hebben ondergaan. Cannabinoïden vormen een klasse van chemische verbindingen die van nature in de cannabisplant worden aangetroffen. Het monopolie van BMC op de genoemde handelingen leidt er toe dat BMC bij alle aan- en verkoop van cannabis als tussenpersoon dient te fungeren. Wanneer bijvoorbeeld medicinale cannabis benodigd is voor wetenschappelijk onderzoek of voor de productie van geneesmiddelen koopt BMC de cannabis aan bij een teler en verkoopt deze door aan wetenschappelijke onderzoekers of fabrikanten. Ook bij import en export van cannabis heeft BMC het monopolie. Tot Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 2

3 dusver heeft BMC eenmaal cannabis geïmporteerd en eenmaal cannabis geëxporteerd (namelijk de planten van Hortapharm, zie onder Artikelsgewijze behandeling). De import betrof ongeveer 50 hennepstekken die in het kader van een aanvraag voor kwekersrecht door een Brits bedrijf bij de Raad voor het Kwekersrecht te Bennekom zijn aangeleverd. Invoer ten behoeve van onderzoek of toepassing als geneesmiddel heeft overigens niet plaatsgehad, dit in tegenstelling tot sommige krantenberichten. Wij verwachten ook niet dat hiervoor import noodzakelijk zal zijn, omdat wij ervan uitgaan dat er vooralsnog voldoende Nederlandse telers beschikbaar zullen zijn die cannabis van goede kwaliteit in de gewenste hoeveelheid kunnen leveren zodra dit nodig wordt. Het monopolie op de export betekent dat BMC, wanneer de autoriteiten van een ander land om levering van medicinale cannabis verzoeken, de cannabis bij een Nederlandse teler zal bestellen en deze doorleveren aan dat land. Nederlandse telers mogen dus niet zelf exporteren. Wanneer buitenlandse instellingen cannabis uit Nederland willen importeren dient de overheid van dat land een importvergunning te verstrekken. Daarmee neemt die overheid de verantwoordelijkheid voor de betrouwbaarheid van de importeur. Uiteraard zal BMC bij de desbetreffende instelling informeren naar doel en gebruik van de te leveren cannabis. Als er geen bezwaar is tegen levering wordt de cannabis geëxporteerd. Ons is overigens niet bekend of Belgische instanties medicinale cannabis uit Nederland betrekken. In elk geval heeft BMC geen cannabis naar België geëxporteerd. Via de ambassades heeft BMC bij een groot aantal landen alsmede bij de International Narcotics Control Board uitgebreide bekendheid gegeven aan de achtergronden van zijn instelling. Naast BMC fungeert een begeleidingscommissie, waarin, naast medische en farmaceutische deskundigen en ambtenaren, vertegenwoordigers van de patiëntenverenigingen van MS-patiënten en HIV-patiënten zitting hebben. Met de begeleidingscommissie wordt regelmatig overlegd over het beleid van BMC en over wetenschappelijk onderzoek met cannabis. Activiteiten tot op heden BMC heeft als belangrijkste doelstelling de totstandkoming te bevorderen van minimaal één geregistreerd geneesmiddel, vervaardigd van legaal geteelde cannabis. Sinds 1 januari 2001 heeft BMC zich daarom met name gericht op het vinden van een of meer fabrikanten, die bereid zijn de ontwikkeling van een geneesmiddel uit legaal geteelde cannabis voor hun rekening te nemen. Daarnaast is met een aantal kandidaat-telers overleg gepleegd over het telen van cannabis. Om telers te kunnen selecteren op integriteit en kwaliteit zijn de beleidsregels van 11 mei 1998 (Stcrt. 92), die de criteria bevatten die gehanteerd worden bij het beoordelen van opiumverlofaanvragen, uitgebreid met de criteria voor het beoordelen van verlofaanvragen voor de teelt van cannabis. Daaraan zijn tevens de voorschriften toegevoegd die BMC hanteert voor de verbouw van cannabis voor medicinale doeleinden, zoals plaats en wijze van opslag alsmede beveiliging. Deze beleidsregels en voorschriften zijn gepubliceerd in de Staatscourant van 18 mei 2001 (Nr. 96). Kandidaat-telers dienen een uitgebreide screeningsprocedure te doorlopen. Ook moet de productie van de cannabis aan bepaalde eisen voldoen. Voorts moet een kwaliteitsdossier van het product beschikbaar zijn. Op deze wijze selecteert BMC telers die een gestandaardiseerd product van hoge kwaliteit leveren. De controle zal plaatsvinden door BMC, waar het de nakoming door de teler van de door hem met BMC gesloten overeenkomst betreft, en door de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ), waar het naleving van de Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 3

4 voorwaarden van de ontheffing en de bepalingen van de Opiumwet betreft. Daarop slaat het in de memorie van toelichting gestelde over de nadelen van deze constructie (zowel een ontheffing als een overeenkomst), dat twee verschillende instanties belast zijn met controle van dezelfde teler. Er zullen dan ook afspraken gemaakt worden over het bij voorkeur gelijktijdig uitvoeren van de controles. Overeenkomst en ontheffing zijn volgens ontwerpartikel 8i, derde lid, op elkaar afgestemd in die zin dat, in geval van intrekking of vervallen van de ontheffing, de overeenkomst van rechtswege eindigt. In geval van nietnaleving van de overeenkomst zal de ontheffing worden ingetrokken. De aan een ontheffing te verbinden voorschriften zullen op ieder geval afzonderlijk worden toegespitst. Er gelden echter ook algemene eisen. Zo dient de administratie te worden goedgekeurd door de Inspectie voor de Gezondheidszorg. De naleving van de voorschriften van de ontheffing wordt gecontroleerd door de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Als een ontheffinghouder zich niet aan de voorschriften houdt zal de Inspectie hem daarop wijzen. In het geval van aanhoudend niet naleven van voorschriften zal tot intrekking van de ontheffing worden overgegaan. Voorts heeft BMC de nodige procedures ontworpen voor de import en export van cannabis, de groothandel, de financiële afwikkeling van aanen verkoop, de verlening van ontheffingen, etc. BMC heeft ook onderzoek met medicinale cannabis geïnitieerd. De leden van de CDA-fractie en van de fractie van de ChristenUnie hebben gevraagd naar de stand van zaken met betrekking tot onderzoeken. In diverse landen lopen klinische en wetenschappelijke onderzoeken. In Nederland heeft het VU-ziekenhuis in Amsterdam voorjaar 2001 een onderzoek afgerond waarbij cannabis met synthetische THC werd vergeleken. Uit dit onderzoek bleek wat patiënten reeds aangaven, namelijk dat deze oraal toegediende cannabiscapsules in deze dosering niet werkzaam zijn voor spasticiteit bij patiënten met multiple sclerosis. Het VU-ziekenhuis start in het voorjaar van 2002 een onderzoek waarbij het effect van geïnhaleerde toediening wordt onderzocht. Enkele leden van uw Kamer hebben daar in het verleden op aangedrongen. Daarnaast wordt in de Daniël de Hoed-kliniek in Rotterdam een onderzoek uitgevoerd naar eetlustbevordering bij kankerpatiënten. Voorts doet TNO onderzoek naar receptorbinding. Internationaal wordt met name in het Verenigd Koninkrijk onderzoek gedaan naar effecten van cannabisgebruik op symptomen van multiple sclerosis en in Canada naar eetlustbevordering bij AIDS- en HIV-patiënten. Het farmaceutische bedrijf in het Verenigd Koninkrijk dat onderzoek doet bij MS-patiënten, zegt positieve resultaten te boeken en waarschijnlijk in 2003 een geneesmiddel op de markt te kunnen brengen. Met een aantal andere landen waar de medische toepassing van cannabis in de belangstelling staat, bestaat nauw contact. Canada is een van deze landen; het heeft net als Nederland kort geleden een nationaal bureau ingesteld. Sinds zomer 2001 is het daar patiënten onder bepaalde voorwaarden toegestaan cannabis te gebruiken. Eind november 2001 organiseert BMC een besloten ambtelijke conferentie, waaraan de betrokken beleidsambtenaren van ca.10 landen waar het medisch gebruik van cannabis in de belangstelling staat, zullen deelnemen. Het gaat hier om een aantal Europese landen, Canada en Australië. Nieuw-Zeeland en de Verenigde Staten hebben verzocht op de hoogte te worden gehouden. Totstandkoming van een geneesmiddel uit legaal geteelde cannabis De reikwijdte van dit wetsvoorstel is, dit in antwoord op vragen van de PvdA-fractie, dat er voldoende hennep geteeld wordt voor wetenschappelijk onderzoek of voor de productie van geneesmiddelen, zoals verwoord Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 4

5 in ontwerpartikel 8h. De praktische relevantie van deze onderscheiden doelen is de volgende. Zoals in de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel is aangegeven, wordt er onderscheid gemaakt tussen teelt ten behoeve van productontwikkeling (voor medisch-wetenschappelijk onderzoek) en teelt ten behoeve van het produceren van cannabispreparaten als geneesmiddel. Indien deze preparaten industrieel worden vervaardigd en op de markt worden gebracht, dienen zij te zijn geregistreerd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen. Aan de productiefase gaat een (klinisch) onderzoekstraject vooraf. In dat traject zal de benodigde hoeveelheid cannabis beperkt zijn. Wanneer een geneesmiddel eenmaal in productie wordt genomen zal de schaal toenemen. Overigens zal waarschijnlijk ook na registratie nog wel medisch-wetenschappelijk onderzoek worden gedaan, zodat ook dan nog behoefte bestaat aan cannabis voor onderzoek. De regering stimuleert de ontwikkeling van een geneesmiddel op basis van cannabis, maar dit is een kwestie van lange adem. BMC is, zoals gezegd, op zoek naar een fabrikant die bereid is een dergelijk product te ontwikkelen. Met een aantal fabrikanten zijn gesprekken hierover gaande. Wanneer een van hen besluit om een geneesmiddel te ontwikkelen moet er eerst een toedieningsvorm (bijvoorbeeld een inhalatiespray) worden ontwikkeld waarmee het onderzoek kan worden gedaan. Deze toedieningsvorm zou bij voorkeur op basis van een nauwkeurig gedefinieerd extract van de cannabisplant moeten zijn bereid. Daarna moet in klinisch onderzoek de effectiviteit en veiligheid van dit specifieke product worden vastgesteld. De optimale dosering moet dan blijken, evenals de indicaties waarbij het product werkzaam is. In het algemeen is de ontwikkeling van een geneesmiddel een proces dat 8 10 jaar duurt. Omdat over cannabis reeds veel bekend is, hopen wij dat het in dit geval korter duurt, maar dat betekent niet dat de fase van de geneesmiddelproductie binnen enkele jaren ingaat. Het is dus niet zo dat meteen na de inwerkingtreding van deze wet voor patiënten een op cannabis gebaseerd geregistreerd geneesmiddel beschikbaar is. Mede omdat dit nog zo lang kan duren heeft de eerste ondergetekende in haar brief van 19 oktober 2001 aan uw Kamer (Kamerstukken II 2001/2002, nr. XVI, 10) aangegeven dat BMC cannabis als grondstof aan apotheken zal gaan leveren ten behoeve van de bereiding van geneesmiddelen. Die cannabis kan dan vervolgens door de apotheken op doktersrecept aan patiënten worden afgeleverd. De overwegingen daarvoor zijn in genoemde brief uitvoerig beschreven. Kort gezegd komt het erop neer dat veel patiënten bij bepaalde aandoeningen de ervaring hebben dat zij voordeel hebben bij het gebruik van cannabis, en dat zij cannabis daarom langs diverse wegen betrekken. Gelet op het voorzichtig beschikbaar komen van aanwijzingen uit wetenschappelijk onderzoek dat cannabis inderdaad werkzaam kan zijn, is de handelwijze van deze patiënten voorstelbaar. De wijze waarop zij thans cannabis betrekken loopt echter niet langs kanalen die de kwaliteit garanderen. De levering via BMC en via apotheken kan deze kwaliteitsgarantie wel geven. Een groot aantal geneeskundige toepassingen van cannabis is aan de orde. In de wetenschappelijke literatuur van de periode 1990 tot 2000 zijn door een Amerikaanse onderzoeker (Tod H. Mikhuriya) 213 verschillende indicaties (naar de indeling van de International Classification of Diseases, versie 9) gevonden die werden behandeld met cannabis. Vooralsnog beschouwen wij een groot deel van deze vermeldingen niet als kansrijk. Een beperkt aantal indicaties lijkt dat echter wel te zijn. Op grond hiervan concentreert BMC zich, in overleg met de Begeleidingscommissie van het Bureau voor Medicinale Cannabis, op een viertal indicaties, nl.: combinatie van lichte spasticiteit met pijn, zoals bij multiple sclerose, bestrijding van misselijkheid en braken (o.a bij chemotherapie, radiotherapie en AIDS-therapie) eetlustbevordering bij kanker Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 5

6 chronische pijn. Daarnaast blijkt uit de literatuur dat er ook voor het syndroom van Gilles de la Tourette en therapieresistente glaucoom een relatief grote kans is om de effectiviteit van een op cannabis gebaseerd geneesmiddel aan te tonen. Gedoogbeleid Voor wat betreft het gedogen van medicinale cannabis heeft de eerste ondergetekende in haar brief van 4 april 2000 (kenmerk DBO-CB ) aan de Voorzitter van de Vaste Commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport van uw Kamer aangegeven dat hiervoor momenteel geen andere regels gelden dan voor cannabis voor recreatief gebruik. Het gedoogbeleid en de richtlijnen van het OM voor de vervolging van drugs maken namelijk geen onderscheid tussen medicinale cannabis en andere cannabis. Met de onderhavige wijziging van de Opiumwet ontstaan echter gescheiden trajecten voor cannabis voor medicinaal gebruik en voor cannabis voor recreatief gebruik. Dit is in overeenstemming met de bepalingen in het Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen, dat onder bepaalde voorwaarden de teelt van cannabis voor medische en wetenschappelijke doeleinden toestaat, maar zeker niet de teelt voor recreatief gebruik. Gelet op de verschillende beleidsterreinen en doeleinden van beide trajecten ziet de regering geen problemen met het parallel lopen van deze trajecten. Het karakter van de levering van medicinale cannabis door bijvoorbeeld Maripharm, Stichting Patiëntenbelangen en sommige patiëntenorganisaties verandert niet door het onderhavige wetsvoorstel. Deze levering is en blijft wettelijk niet toegestaan zolang eerste ondergetekende geen ontheffing heeft afgegeven. De regering acht het echter niet opportuun om op dit moment speciale aandacht van het OM of de IGZ hiervoor te vragen. Zodra cannabis beschikbaar komt als grondstof voor aflevering op recept via de apotheek bestaat voor deze terughoudendheid geen aanleiding meer. Aangezien grondstoffen buiten de WOG vallen, heeft de IGZ geen bevoegdheid om op die grond tegen handel in cannabis als grondstof op te treden. Wel kan worden opgetreden bij levering als geneesmiddel rechtstreeks aan patiënten buiten het apotheekkanaal om. Organisaties die nu op dit terrein actief zijn zullen óf hun activiteiten moeten beëindigen óf deze moeten inkaderen in de werkwijze van BMC. Telers De leden van de CDA-fractie vragen kwantitatieve gegevens over telers voor de verbouw van medicinale hennep. Wij hebben daarvan in de afgelopen periode een vrij nauwkeurige indruk gekregen doordat de plannen van de regering in de afgelopen periode diverse malen in de publiciteit zijn geweest. Telkenmale kwamen er dan informatieverzoeken en dergelijke van belangstellenden. In totaal waren dit er meer dan 40. Deze belangstellenden zijn daarop geïnformeerd over de eisen die BMC stelt aan de teelt van medicinale cannabis en in de gelegenheid gesteld om aan te geven tot welk type levering zij in staat zijn. De hierop binnengekomen reacties worden gebruikt om in een voorkomend geval een offerte te vragen aan de respondenten die een product kunnen leveren dat het best aan de dan benodigde specificaties voldoet. Uit de reacties is gebleken dat een groot aantal belangstellenden niet in staat is de cannabis onder gecontroleerde en gestandaardiseerde omstandigheden te telen. Ook beschikt bijna niemand over een methode om langs analytische weg de kwaliteit te controleren. Voor farmaceutische toepassing zijn dit eisen die niet ter discussie staan. Op dit moment zijn er drie telers die hebben aangegeven te willen werken binnen het concept van een nationaal bureau als BMC, dat als opdrachtgever en groothandel Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 6

7 optreedt en die in principe een product kunnen leveren dat aan de eisen voldoet. Mogelijk zullen er nog enkelen volgen. Van ongeveer 10 gegadigden is de aanvraag voor een verlof om te telen afgewezen. Deze aanvragers gingen over het algemeen voorbij aan het feit dat alleen op basis van (contractuele) levering aan BMC een verlof zal worden verleend. Dikwijls ging het dan om telers die beoogden rechtstreeks aan de markt te verkopen, hetgeen uitdrukkelijk niet de bedoeling is. In antwoord op een daartoe strekkende vraag van leden van de Christen- Unie merken wij op dat in beginsel de locaties waar legaal cannabis wordt geteeld niet het risico lopen door de politie te worden geruimd, omdat ter plekke immers een opiumwetontheffing kan worden getoond. Ontheffing voor wetenschappelijke doeleinden De wetenschappelijke doelen waarvoor ontheffingen kunnen worden verleend zijn in principe onbeperkt. De beleidsregels van 11 mei 1998 vermelden als doelen waarvoor een opiumverlof voor wetenschappelijke doeleinden kan worden verleend: wetenschappelijk onderzoek onderzoek in het kader van de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen chemische analyse in het kader van wetenschappelijk onderzoek veredeling en instandhouding van plantenrassen overige wetenschappelijke doelen. In het geval van het telen van cannabis voor medisch-wetenschappelijke doeleinden moet bovendien aan enkele aanvullende regels worden voldaan, zoals bijvoorbeeld bijzondere kwaliteitseisen. Voorts wordt slechts een ontheffing verleend voorzover in het kader van wetenschappelijk onderzoek behoefte is aan medicinale cannabis. Wij verwijzen hiervoor naar de brief van 14 december 2000 van de eerste ondergetekende aan uw Kamer en naar de al eerder genoemde beleidsregels, waarin de criteria voor de beslissing op aanvragen zijn geformuleerd. De fractie van de ChristenUnie veronderstelt dat wetenschappelijk onderzoek voor industriële of tuinbouwdoelen buiten de systematiek van het onderhavige wetsvoorstel valt. Dit is echter een misverstand. Ontwerpartikel 3c, eerste lid, (tot op heden was dat artikel 3a, eerste lid) kent de regering echter wel een algemene ontheffingsbevoegdheid voor bepaalde categorieën van opiumwetmiddelen toe. Op basis van deze bevoegdheid bepaalt het Besluit ter uitvoering van artikel 3a, eerste lid, van de Opiumwet (Besluit van 19 maart 1999, Stb. 169) dat de verboden die de Opiumwet stelt ten aanzien van hennep niet gelden voor «hennep die kennelijk bestemd is voor de winning van vezel of de vermeerdering van zaad voor de productie van vezelhennep, met dien verstande dat de uitzondering van het verbod op het telen van hennep slechts geldt voor zover de teelt plaatsvindt in de volle grond en in de open lucht». Voor zover aan deze voorwaarden wordt voldaan heeft men dus geen ontheffing nodig om hennep te telen. In andere situaties zal echter óók de vezelteler een ontheffing moeten aanvragen. Het is de bedoeling dat ook na het van kracht worden van het onderhavige wetsvoorstel deze systematiek blijft gelden. Artikelsgewijze behandeling Artikel 1, eerste lid, onderdeel g Het in artikel 1, eerste lid, onder g, genoemde Gemeenschappelijk Optreden is net als de onder e en f genoemde verdragen, een afspraak waarbij Nederland zich heeft verplicht tot het reguleren van bewustzijnsbeïnvloedende stoffen die bij of krachtens die afspraken worden vastge- Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 7

8 steld. Nu de wet een nauwkeurige en eenduidige verwijzing naar die verdragen kent ligt het in de rede om op overeenkomstige wijze naar het Gemeenschappelijk Optreden te verwijzen. Het is inderdaad mogelijk dat de verdragen of het Gemeenschappelijk Optreden op enig moment vervangen worden door andere overeenkomsten. In dat geval moet de wettelijke definitie worden aangepast. Aangezien wij aannemen dat dit niet zeer frequent zal gebeuren prefereren wij de nauwkeurige definitie zoals voorgesteld. Artikelen 2, 3 en 3a Leden van de fracties van PvdA, CDA, VVD, ChristenUnie en SGP stellen vragen over de procedure rond de wijziging van de Lijsten I en II (artikel 3a). Ter beantwoording daarvan merken wij het volgende op. Momenteel zijn er geen stoffen op de Lijsten die om wetenschappelijke redenen in aanmerking komen voor verwijdering. Inzake paddo s is tijdens het algemeen overleg drugsbeleid van 23 mei 2001 aangegeven, dat de strafzaak Kerkdriel momenteel in behandeling is bij de Hoge Raad. Nadat de Hoge Raad uitspraak heeft gedaan, zullen de juridische implicaties van deze uitspraak worden bestudeerd en zal de Kamer zo spoedig mogelijk over het regeringsstandpunt worden geïnformeerd. Het is niet zo dat een hogere regeling dan de Opiumwet niet door een lagere regeling als een algemene maatregel van bestuur gewijzigd zou mogen worden als de wet dat zelf mogelijk maakt. Met de Raad van State zijn wij echter van mening dat dit zoveel mogelijk vermeden zou moeten worden. In het nader rapport hebben wij onder punt 1 uitvoerig uiteengezet waarom dit bij de Lijsten van de Opiumwet, die inderdaad een intrinsiek deel van de Opiumwet uitmaken, naar onze mening zou moeten kunnen. Ook hebben wij aangegeven dat betrokkenheid van de formele wetgever gewaarborgd is, omdat een voorhangprocedure is voorgeschreven bij de totstandkoming van zo n algemene maatregel van bestuur. De algemene maatregel van bestuur die in geval van een spoedprocedure tegelijk met een ministeriële regeling wordt ontworpen op grond van ontwerpartikel 3a, vijfde lid, is een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in ontwerpartikel 3a, eerste en tweede lid. Hiervoor geldt dus ook een voorhangprocedure. Het bezwaar tegen de invoering van een met de Financiële-verhoudingswet vergelijkbare systematiek is dat zo n systeem minder inzichtelijk is, omdat, na de eerste wijziging van een lijst, in het vervolg meerdere documenten van verschillend niveau (wet en amvb) tezamen gelezen moeten worden om het geldend recht te kunnen vaststellen. Bij het in het wetsvoorstel genoemde systeem worden de lijsten telkens rechtstreeks gewijzigd, zodat alles in één document, namelijk de Opiumwet, bijeen blijft. Dat vergroot de herkenbaarheid, hetgeen voor de vaststelling of iets wel of niet een strafbare handeling is van groot belang is. Het blijft overigens mogelijk dat de lijsten alsnog bij formele wet worden gewijzigd. In artikel 3a, vierde lid, is geregeld dat een of beide Kamers der Staten-Generaal in het kader van de voorhangprocedure de wens te kennen kunnen geven het in de ontwerp-algemene maatregel van bestuur geregelde onderwerp bij wet te regelen. De leden van de VVD- en de SGP-fractie vragen wanneer sprake is van «onverwijld» (artikel 3a, vijfde lid). Hiervan is bijvoorbeeld sprake wanneer in het drugscircuit een nieuwe drug verschijnt, die een groot en onmiddellijk gevaar voor de volksgezondheid of de openbare orde en veiligheid blijkt op te leveren. Door een dergelijke drug op zeer korte termijn onder de Opiumwet te brengen komt een wettelijk instrumentarium ter beschikking waardoor kan worden overgegaan tot handhaving, opsporing en eventuele inbeslagname. Soms is het gevaar zo acuut, dat niet eens de gebruikelijke multidisciplinaire risicoschatting kan worden Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 8

9 afgewacht. Deze spoedprocedure kan dan ook niet worden gemist, hoewel er weinig gebruik van wordt gemaakt. De laatste jaren is dit tweemaal voorgekomen: in 1998 is via de spoedprocedure het middel 2CB strafbaar gesteld en in de tachtiger jaren het middel MDMA. Ten aanzien van het tijdstip van inwerkingtreding van de desbetreffende algemene maatregel van bestuur: wij zijn voornemens om de inwerkingtreding twee maanden na bekendmaking te laten plaatsvinden. In antwoord op een vraag van de leden van de GroenLinks-fractie over een extra criterium in ontwerpartikel 3a, tweede lid, merken wij op dat het hier gestelde, zoals ook uit de concordantietabel blijkt, gelijk is aan het huidige artikel 2, tweede lid, onder a. Er is derhalve geen sprake van een extra criterium. Artikel 4 Zoals de leden van de fractie van GroenLinks terecht opmerkten, hoort de zinssnede «geschiedt met inachtneming van bij ministeriële regeling vastgestelde voorschriften», bij het gehele tweede lid van artikel 4. Bij Nota van verbetering (Kamerstuk , nr. 4) is dit reeds gecorrigeerd. Artikel 8 In antwoord op vragen van leden van de VVD-fractie over waarborgen tegen misbruik van ontheffingen in een ander land het volgende. Conform het Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen mag export van cannabis pas plaatsvinden wanneer de overheid van het desbetreffende land een importvergunning heeft verstrekt. Daarmee neemt die overheid de verantwoordelijkheid voor de betrouwbaarheid van de aanvrager. Op grond van de Wet op de uitoefening van de diergeneeskunde 1990 zijn degenen die als dierenarts zijn afgestudeerd aan de universiteit bevoegd de diergeneeskunde uit te oefenen en (met uitsluiting van anderen) bevoegd de titel van dierenarts te voeren. Op grond van die wet is er door de Minister van Landbouw, Natuurbehoud en Visserij een register van praktiserende dierenartsen ingesteld. Dierenartsen die werkzaam zijn op het gebied van de uitoefening van de diergeneeskunde kunnen zich laten inschrijven. Het is zeer wel denkbaar dat niet alle dierenartsen die de diergeneeskunde uitoefenen, staan ingeschreven in dat register. Anders dan de registers van apothekers die zijn ingesteld krachtens 14 van de Wet op de Geneesmiddelenvoorziening, zonder welke inschrijving apothekers de artsenijbereidkunst niet mogen uitoefenen, heeft het register van praktiserende dierartsen geen constitutieve werking: inschrijving in het register is geen voorwaarde voor het mogen uitoefenen van de diergeneeskunde. Bij nader inzien kan het woord «praktiserend» in relatie tot dierenartsen in ontwerpartikel 8, eerste lid, worden gemist. De nota van wijziging voorziet in een aanpassing op dit punt. Artikel 8a De leden van de SGP-fractie merken terecht op dat in artikel 8a, tweede lid, onder d, alleen gesproken wordt over hennep, waar dit artikellid ook betrekking heeft op de andere middelen van Lijst I en II. Dit zal worden gecorrigeerd bij Nota van Wijziging. Artikel 8b tot en met 8f In geval van intrekking van een opiumverlof moeten degenen die zich met opiumwetmiddelen in het normale handelsverkeer begeven, zoals geneesmiddelenfabrikanten, de gelegenheid krijgen zich binnen een rede- Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 9

10 lijke periode van hun voorraad te ontdoen. Telers van cannabis begeven zich niet in het normale handelsverkeer, aangezien zij hun voorraad alleen aan BMC mogen verkopen. In het opiumverlof voor telers van cannabis wordt dan ook de bepaling opgenomen dat zij in geval van intrekking hun voorraad binnen 14 dagen moeten overdragen aan BMC dan wel deze moeten vernietigen. De verlofaanvraag van Hortapharm is afgewezen. Hortapharm heeft tegen deze afwijzing bezwaar- en beroepsprocedures ingesteld, waarbij het bedrijf in het ongelijk is gesteld. Kort voor de zaak bij de Raad van State zou dienen is met Hortapharm een overeenkomst gesloten waarbij is afgesproken dat BMC zou zorgen voor het exporteren van 98 stekken van wetenschappelijk waardevolle henneprassen naar een farmaceutisch bedrijf in Engeland, dat met toestemming van de Engelse regering cannabis voor klinisch onderzoek teelt. Hortapharm van zijn kant zou dan zijn resterende voorraad cannabisplanten vernietigen en alle verlofplichtige activiteiten waarvoor het geen opiumverlof heeft, stopzetten. Partijen zijn inmiddels alle afspraken nagekomen. De genoemde planten zijn onder toezicht naar Engeland vervoerd. De resterende voorraad van Hortapharm is in aanwezigheid van een notaris, een inspecteur van de Inspectie voor de Gezondheidszorg en een medewerker van BMC vernietigd. Hortapharm heeft tenslotte schriftelijk verklaard zijn activiteiten te hebben stopgezet. Het beroep bij de Raad van State heeft Hortapharm inmiddels ingetrokken. Artikel 8h en 8j De spelling «hasjiesj» is gebaseerd op de Woordenlijst der Nederlandse taal, Den Haag 1995, zesde oplage, juli De Latijnse benaming Cannabis sativa L. is synoniem met de Nederlandse benaming hennep. Naar huidig wetenschappelijk inzicht wordt momenteel binnen het geslacht Cannabis slechts deze ene soort onderscheiden. Alle varianten daarop worden beschouwd als ondersoorten of rassen daarvan. De onderscheiding in drie soorten, nl. Cannabis sativa, Cannabis ruralis en Cannabis indica welke soorten dan overigens zeer vaak gehybridiseerd zouden zijn wordt door sommigen wel gemaakt, maar wordt niet officieel erkend in de taxonomische wetenschap. Dit betekent dus dat onder de aanduiding Cannabis sativa L. alle hennep begrepen wordt. Het «bureau van regeringszijde voor de hennepteelt» is inderdaad hetzelfde als het nationaal bureau, dus het Bureau voor Medicinale Cannabis. In de algemene inleiding is in antwoord op vragen van onder andere de leden van de fractie van de PvdA al uitvoerig ingegaan op de stand van zaken met betrekking tot BMC. De stimulering van de ontwikkeling van een geregistreerd geneesmiddel is vooralsnog een project voor de duur van twee jaar. Daarna zal geëvalueerd worden of voortgezette bemoeienis van overheidswege nog nodig is. Heel anders ligt dit voor de activiteiten als distributeur e.d. van cannabis. Deze taken zijn verplicht gesteld bij het Enkelvoudig Verdrag en moeten dus worden uitgevoerd. Evaluatie daarvan is niet voor de hand liggend. Indien er een overeenkomst wordt gesloten met een minister als contractspartij treedt de minister, namens de Staat, op als civiele partij. Aangezien zo n contract direct verband houdt met het overheidsbeleid, valt het in beginsel onder de bepalingen van de WOB, bedrijfsvertrouwelijke gegevens uitgezonderd. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 10

11 Artikel 8j In antwoord op de vragen van de CDA-fractie het volgende. Het gaat hier om uitbreiding tot toezichthoudende bevoegdheid van de douane op die werkgebieden waar zij nu al een opsporingsbevoegdheid heeft. Waar douane en Inspectie nu nog veelal gezamenlijk optreden, kan dit in de toekomst tot een taak van hoofdzakelijk de douane worden beperkt. Het betreft dan vooral het toezicht op de onrechtmatige in- en uitvoer van Opiumwetmiddelen. Een verandering van de huidige werklast en capaciteit zal mede afhangen van de resultaten van algemeen en thematisch toezicht. In de uitvoering van haar taken kan de douane expertise inwinnen bij de FIOD. Dat laat onverlet het feit dat de FIOD ook nu al een geheel eigen taak heeft waar het illegaal verkregen inkomsten betreft, ook als dit uit illegaal naar het buitenland te exporteren hennep betreft. Wij hopen hiermee alle vragen afdoende te hebben beantwoord. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. Borst-Eilers De Minister van Justitie, A. H. Korthals De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K. G. de Vries Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 11

VWS Beleidsregels voor de beslissing op aanvragen voor Opiumwetverloven

VWS Beleidsregels voor de beslissing op aanvragen voor Opiumwetverloven VWS Beleidsregels voor de beslissing op aanvragen voor Opiumwetverloven 11 mei 1998/nr. GMV-981877 De Opiumwet en Opiumwetverloven De Opiumwet verbiedt het binnen- en buiten het grondgebied van Nederland

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 215 Wet van 10 april 1997 tot wijziging van de Wet inzake bloedtransfusie Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 997 Regels inzake een uniform experiment met teelt en verkoop van hennep en hasjiesj voor recreatief gebruik in een gesloten coffeeshopketen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 217 Regels over de documentatie van vennootschappen (Wet documentatie vennootschappen) A OORSPRONKELIJKE TEKST VAN HET VOORSTEL VAN WET EN DE

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 34 165 Voorstel van wet van het lid Bergkamp tot wijziging van de Opiumwet teneinde de teelt en verkoop van hennep en hasjiesj via een gesloten

Nadere informatie

CIBG Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

CIBG Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Weigeringsgrond 10.2.e, tenzij anders is aangegeven CIBG Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport > Retouradres Postbus 16114 2500 BC Den Haag Bedrocan Nederland B.V. T a v Umt Farmatec BMC Postbus

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 165 Voorstel van wet van het lid Bergkamp tot wijziging van de Opiumwet teneinde de teelt en verkoop van hennep en hasjiesj via een gesloten

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 767 Regels in verband met de uitbreiding van het toezicht op nieuwe zorgaanbieders (Wet toetreding zorgaanbieders) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 397 27 844 Regels inzake de veiligheid en kwaliteit van lichaamsmateriaal dat kan worden gebruikt bij een geneeskundige behandeling (Wet veiligheid

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 21 oktober 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 21 oktober 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres: Postbus 20350, 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag www.rijksoverheid.nl 157617-111785-VGP

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 459 Wet van 6 oktober 1999, houdende wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 met betrekking tot de afgifte en inname van kentekenplaten Wij Beatrix,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2002 2003 Nr. 185 28 217 Regels over de documentatie van vennootschappen (Wet documentatie vennootschappen) GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 3 april 2003 Wij Beatrix,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 29 936 Regels inzake beëdiging, kwaliteit en integriteit van beëdigd vertalers en van gerechtstolken die werkzaam zijn binnen het domein van justitie

Nadere informatie

Datum 4 augustus 2015 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de gevolgen van de wijziging van de Opiumwet voor de hennepzaadindustrie

Datum 4 augustus 2015 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de gevolgen van de wijziging van de Opiumwet voor de hennepzaadindustrie 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

2018D22525 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2018D22525 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2018D22525 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond er bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 27 874 Wijziging van de Opiumwet Nr. 5 VERSLAG Vastgesteld 18 oktober 2001 De vaste commissie voor Justitie 1, belast met het voorbereidend onderzoek

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 32 842 Wijziging van de Opiumwet in verband met de strafbaarstelling van handelingen ter voorbereiding of vergemakkelijking van illegale hennepteelt

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 62 Wet van 6 februari 2003 tot wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (verbetering van de handhaving en bepalingen inzake uitbreidingstoelatingen)

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2018 190 esluit van 15 juni 2018, houdende wijziging van diverse algemene maatregelen van bestuur op het terrein van de volksgezondheid in verband

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 206 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband met de

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 501 Besluit van 23 september 1997, houdende regels inzake de opleiding tot en de deskundigheid van de apothekersassistent (Besluit opleiding

Nadere informatie

%HVOXLWYDQMXOLKRXGHQGHUHJHOVPHWEHWUHNNLQJWRWGH UHJLVWUDWLHHQKHWLQGHKDQGHOEUHQJHQYDQLPPXQRORJLVFKH IDUPDFHXWLVFKHSURGXFWHQ

%HVOXLWYDQMXOLKRXGHQGHUHJHOVPHWEHWUHNNLQJWRWGH UHJLVWUDWLHHQKHWLQGHKDQGHOEUHQJHQYDQLPPXQRORJLVFKH IDUPDFHXWLVFKHSURGXFWHQ Staatsblad 15-07-1993, 461. %HVOXLWYDQMXOLKRXGHQGHUHJHOVPHWEHWUHNNLQJWRWGH UHJLVWUDWLHHQKHWLQGHKDQGHOEUHQJHQYDQLPPXQRORJLVFKH IDUPDFHXWLVFKHSURGXFWHQ %HVOXLWLPPXQRORJLVFKHIDUPDFHXWLVFKHSURGXFWHQ>9HUVLHJHOGLJ

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 533 Besluit van 30 november 2009, houdende wijziging van het Warenwetbesluit algemene chemische produktveiligheid in verband met verordening

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 212 26 339 Voorschriften van tijdelijke aard, waaronder wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, in verband

Nadere informatie

*PDOC01/85346* PDOC01/ De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

*PDOC01/85346* PDOC01/ De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 'S-GRAVENHAGE Directie juridische Zaken Prins Clauslaan 8 2595 AJ DEN HAAG Postbus

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2017 2018 34 815 Wijziging van de Wet inzake bloedvoorziening in verband met risicobeheersing binnen de Bloedvoorzieningsorganisatie A GEWIJZIGD VOORSTEL

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 243 Wijziging van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, de Handelsregisterwet 1996, de Woningwet en de Wet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 14 Beschikking van de Minister van Justitie van 8 januari 1996, houdende plaatsing in het Staatsblad van de tekst van het Besluit homeopatische

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 150 Besluit van 17 maart 2000, houdende wijziging van het Warenwetbesluit Produkten voor bijzondere voeding en van het Warenwetbesluit Voedingswaarde-informatie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 016 Regeling van de mogelijke toewijzing van extra zetels voor Nederland in het Europees Parlement Nr. 6 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 127 Besluit van 20 februari 2002, houdende wijziging van het Besluit in-vitro-diagnostica Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 424 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000, houdende regels ter bevordering van de kwaliteit in het taxivervoer A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN

Nadere informatie

Scenario A. Gereguleerde cannabisketen

Scenario A. Gereguleerde cannabisketen Scenario A Gereguleerde cannabisketen Dit document bevat een beschrijving van een gereguleerde cannabisketen, waarbij de gehele keten van productie tot de levering aan de consument nieuw wordt vormgegeven.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STTSCOURNT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 15393 20 maart 2018 ekendmaking door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van het ontwerpbesluit houdende wijziging

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 63f 25 398 Wijziging van de Wet politieregisters, houdende nadere regels voor bijzondere politieregisters ten behoeve van de politie, Koninklijke

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 461 Wet van 20 juni 2002 tot wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (implementatie biociden richtlijn) Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden. RMC-wet 2001. Jaargang 2001 Staatsblad 2001 636 1

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden. RMC-wet 2001. Jaargang 2001 Staatsblad 2001 636 1 RMC-wet 2001 636 Wet van 6 december 2001 tot wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband met de invoering van de verplichting

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 34 429 Wijziging van de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen en de Geneesmiddelenwet in verband met de uitvoering van verordening

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 208 Wet van 26 april 2012, houdende tijdelijke bepalingen over de ambulancezorg (Tijdelijke wet ambulancezorg) 0 Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 51 Wet van 10 februari 2017, houdende tijdelijke regels inzake het opleggen van vrijheidsbeperkende maatregelen aan personen die een gevaar vormen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 415 (R1915) Bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN RIJKSWET

Nadere informatie

1. Aan het eerste lid wordt aan het slot een zin toegevoegd, luidende: Onze Ministers kunnen een aanwijzing intrekken.

1. Aan het eerste lid wordt aan het slot een zin toegevoegd, luidende: Onze Ministers kunnen een aanwijzing intrekken. 34 997 Regels inzake een uniform experiment met teelt en verkoop van hennep en hasjiesj voor recreatief gebruik in een gesloten coffeeshopketen (Wet experiment gesloten coffeeshopketen) NOTA VAN WIJZIGING

Nadere informatie

Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime

Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 29 544 Arbeidsmarktbeleid Nr. 449 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 5 februari 2013 De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 285 Wijziging van de Wet voorkeursrecht gemeenten (vereenvoudiging bekendmaking en aanbiedingsprocedure) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix,

Nadere informatie

Het regelen van de achterdeur van coffeeshops Onderzoek naar juridische belemmeringen

Het regelen van de achterdeur van coffeeshops Onderzoek naar juridische belemmeringen Mr M.C.J. Teurlings en mr P.D.A. Cohen Ph.D. Het regelen van de achterdeur van coffeeshops Onderzoek naar juridische belemmeringen Wanneer men cannabis legaal aan coffeeshops wil laten leveren, moet een

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz., enz., enz. Voorstel van wet van het lid Pia Dijkstra houdende toetsing van levenseindebegeleiding van ouderen op verzoek en tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht, de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 463 Regels omtrent het transport en de levering van gas (Gaswet) Nr. 95 DERDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 4 april 2000 Het voorstel van wet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 38 Besluit van 21 december 1995 regelende de deponering van informatie betreffende preparaten (Warenwetbesluit deponering informatie preparaten)

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 448 Wet van 14 november 2016 tot wijziging van de Gezondheidswet en de Jeugdwet teneinde een mogelijkheid op te nemen tot openbaarmaking van

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2009:BK5057

ECLI:NL:RVS:2009:BK5057 ECLI:NL:RVS:2009:BK5057 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-12-2009 Datum publicatie 02-12-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200902426/1/H3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2005 2006 29 863 Regeling van een onafhankelijke uitoefening van risicobeoordeling door de Voedsel en Waren Autoriteit (Wet onafhankelijke risicobeoordeling

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 353 Besluit van 21 juni 2002, houdende wijziging van het Besluit paraveterinairen in verband met opname van de opleidingen embryo-transplanteur,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 323 Besluit van 22 juni 2011 tot wijziging van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft in verband met de implementatie van titel

Nadere informatie

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment regelarme instellingen Wlz CONCEPT / PUBLICATIE VOORGENOMEN BESLUIT

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment regelarme instellingen Wlz CONCEPT / PUBLICATIE VOORGENOMEN BESLUIT BELEIDSREGEL CONCEPT / PUBLICATIE VOORGENOMEN BESLUIT Experiment regelarme instellingen Wlz Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2017 2018 34 694 Wijziging van de Geneesmiddelenwet in verband met technische verbeteringen en verhoging van het boetemaximum A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 247 Regels ter bevordering van de totstandkoming en realisatie van maatschappelijke initiatieven gericht op duurzame ontwikkeling door na een

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 725 Wet van 22 december 2005 tot wijziging van de Gemeentewet in verband met het afschaffen van het gebruikersdeel van de onroerendezaakbelasting

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2005 2006 30 312 Algemene bepalingen betreffende de toekenning, het beheer en het gebruik van het burgerservicenummer (Wet algemene bepalingen burgerservicenummer)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 111 Wijziging van de Gezondheidswet en de Wet op de jeugdzorg teneinde een mogelijkheid op te nemen tot openbaarmaking van informatie over de

Nadere informatie

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN. Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN. Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2006 2007 A 31 026 Protocol van wijziging van de Europese Overeenkomst inzake de bescherming van landbouwhuisdieren; Straatsburg, 6 februari 1992 (Trb. 2006, 253) Nr. 1

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 339 Wijziging van de Waterleidingwet (eigendom waterleidingbedrijven) A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 9 december 2003 Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

3 december 1992, houdende plaatsing in het

3 december 1992, houdende plaatsing in het Beschikking van de Minister van Justitie van 3 december 1992, houdende plaatsing in het Staatsblad van de tekst van de Wet verontreiniging zeewater (Stb. 1981,695), zoals deze luidt na wijziging krachtens

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/REG Experiment regelarme instellingen Wlz. Grondslag

BELEIDSREGEL BR/REG Experiment regelarme instellingen Wlz. Grondslag BELEIDSREGEL Experiment regelarme instellingen Wlz Grondslag Gelet op artikel 57, eerste lid, onderdelen b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 673 Wijziging van de Wet afbreking zwangerschap houdende het mogelijk maken van de medicamenteuze zwangerschapsafbreking bij de huisarts Nr.

Nadere informatie

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Breda Nr. 25478 4 februari 2019 Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda Bekendmaking Burgemeester

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 500 Wet van 12 september 1996 tot wijziging van de Wet op de dierproeven Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 53588 25 september 2017 Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 22 augustus 2017, kenmerk 1193476-166555-WJZ,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2007 2008 30 661 Wijziging van de Telecommunicatiewet verband houdende met de instelling van een antenneregister, de uitbreiding van het verbod op het verzenden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 466 Wijziging van de Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg in verband met de elektronische informatieuitwisseling in de zorg Nr. 2 VOORSTEL

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, drs. M.J. van Rijn

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, drs. M.J. van Rijn Besluit houdende wijziging van lijst I, behorende bij de Opiumwet, in verband met plaatsing op deze lijst van hasjiesj en hennep met een gehalte aan tetrahydrocannabinol (THC) van 15 procent of meer. Daartoe

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 868 Wijziging van de Infectieziektenwet en de Quarantainewet ter bestrijding van de gevaren van pokken, SARS en andere ernstige infectieziekten

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 487 Besluit van 1 december 2014, houdende wijziging van het Besluit medische hulpmiddelen in verband met een verbod op de toepassing van permanente

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 313 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met wijzigingen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 99 Wet van 13 maart 2008 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met het aanmerken van het kentekenregister als basisregistratie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 32 047 Goedkeuring van verdragen met het oog op het voornemen deze toe te passen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba, en van het voornemen tot opzegging

Nadere informatie

Bergen op Zoom, 12 september Geacht leden van het College van B&W,

Bergen op Zoom, 12 september Geacht leden van het College van B&W, Bergen op Zoom, 12 september 2016 Geacht leden van het College van B&W, Onze fractie heeft met belangstelling kennis genomen van de uitspraak van de Tilburgse burgemeester Peter Noordanus, om binnen deze

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 276 Wijziging van de Mededingingswet en van enige andere wetten in verband met de implementatie van EG-verordening 1/2003 Nr. 1 KONINKLIJKE

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 517 Wet van 18 oktober 2001, houdende wijziging van de Wet milieubeheer, de Wet milieugevaarlijke stoffen en de Wet bodembescherming (verbetering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 073 Wet houdende een nieuwe regeling voor verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds (Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.02.2006 COM(2006) 89 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (door de Commissie ingediend)

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 396 28 067 Wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek onder meer ter uitvoering van in de nota «Zicht op kwaliteit»

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2005 2006 29 874 (R 1777) Goedkeuring en uitvoering van de op 17 december 1991 te München tot stand gekomen Akte tot herziening van artikel 63 van het Verdrag

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 405 Wijziging van diverse wetten op of in verband met het terrein van VWS, ten einde wetstechnische gebreken te herstellen en andere wijzigingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 213 Uitvoering van het op 31 januari 1995 te Straatsburg tot stand gekomen Verdrag inzake de sluikhandel over zee, ter uitvoering van artikel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 380 Regels inzake het gebruik van het burgerservicenummer in de zorg (Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 428 Wet van 24 oktober 2008 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 op een aantal punten van uiteenlopende aard alsmede wijziging van de Wet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 329 Wet van 23 augustus 2016 tot wijziging van de Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek in verband met de selectieve woningtoewijzing

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 696 Wijziging van de Wet op de lijkbezorging Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT 1 Hieronder zijn opgenomen het advies van de Raad

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 122 Wet van 25 februari 1999 tot wijziging van de Wet milieubeheer, de Wet rampen en zware ongevallen en de Arbeidsomstandighedenwet ter uitvoering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 061 Wijziging van enkele wetten in verband met de reorganisatie van de inspectiefunctie binnen het Ministerie van Verkeer en Waterstaat Nr.

Nadere informatie

Deze beleidsregel heeft tot doel de deelnemende zorgaanbieders de mogelijkheid te bieden om een experiment uit te voeren.

Deze beleidsregel heeft tot doel de deelnemende zorgaanbieders de mogelijkheid te bieden om een experiment uit te voeren. BELEIDSREGEL CA 300-555 Experiment regelarme instellingen Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1996 1997 Nr. 9a 24 138 Wijziging van de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet

Nadere informatie

Volksgezondheidswetgeving GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST

Volksgezondheidswetgeving GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST 13 Geneeskundige behandelingsovereenkomst (P.B. 2000, no. 118) Landsverordening van de 23ste oktober 2000 houdende vaststelling van de tekst van Boek 7 van het Burgerlijk

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 30 696 Wijziging van de Wet op de lijkbezorging Nr. 10 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 3 april 2008 Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

Nadere informatie

Medicinale cannabis. Polikliniek pijnbestrijding. Beter voor elkaar

Medicinale cannabis. Polikliniek pijnbestrijding. Beter voor elkaar Medicinale cannabis Polikliniek pijnbestrijding Beter voor elkaar 2 Medicinale cannabis De specialist van het pijnteam heeft in overleg met u besloten tot het voorschrijven van medicinale cannabis. Medicinale

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 224 Wet van 11 mei 2007, houdende wijziging van de voorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten Wij Beatrix,

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 18 maart 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 18 maart 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340 78

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 515 Wet van 26 september 2002 tot wijziging van de Wet op de jeugdhulpverlening in verband met de advies- en meldpunten kindermishandeling Wij

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 376 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000 in verband met verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese

Nadere informatie