Kind 1: Ik zit op het puntje van mijn stoel, het is zo spannend. En ik ga op mijn tenen staan ik ben vol verlangen

Transcriptie

1 VIERING :VISSEN Binnenkomen op instrumentale muziek Openingslied kiezen uit groene boekje Verwelkoming door de kinderen Kind 1: Ik zit op het puntje van mijn stoel, het is zo spannend. En ik ga op mijn tenen staan ik ben vol verlangen Naar die ene grote dag dat ik Hem ontmoeten mag Ooooo het is zo spannend! Kind 2: Dag papa, dag mama, dag broer en zus, dag oma en opa, Dit is onze grote dag! Het feest gaat nu beginnen Kind 3: Dag priester met je mooie kleed Dag Jezus, grote kindervriend Wij staan klaar met een blij hart Kind 4: Dag vrienden allemaal we vinden het fijn Dat jullie met zovelen gekomen zijn Om samen met ons Jezus feest te vieren Al mijn vriendjes zeggen daarom Welkom allemaal!!!! Verwelkoming door de priester en kruisteken Priester: Dag fiere eerste communicanten, Dag beste ouders, familie en vrienden. Vandaag is het feest! Deze kinderen mogen voor het eerst meevieren aan de tafel. Om Jezus brood te breken en te delen. Iedereen mag erbij, klein en groot. Samen zijn wij een grote familie, met Jezus in ons midden. We willen deze viering dan ook beginnen, Met het teken van die grote vriendenkring van Jezus. In de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.

2 Bidden om ontferming De mooiste vis van de zee Juf: Ergens diep in de zee leefde een heel bijzondere vis. Hij was de mooiste van allemaal. Dat vond hij niet alleen zelf, dat zagen de anderen ook. Zijn glanzende schubben hadden alle kleuren van de regenboog en waren bezaaid met zilveren schitters. De andere vissen noemden hem Regenboog. Ze wilden allemaal graag met hem spelen. zullen we verstoppertje doen? vroegen ze? of wie het hardst kan zwemmen? Maar regenboog gaf geen antwoord. Hij zwom trots voorbij en liet zijn schubben schitteren. Kind 1: Heer soms ben ik ook zoals regenboog. Ik lach iemand uit omdat die een beetje anders is. Het spijt me Juf: Een jonge vis zwom achter hem aan. Regenboog, regenboog, mag ik je wat vragen? Ik wil zo graag één van je schubben. Eentje maar. Ik vind ze zo mooi en jij hebt er zo veel. Geen denken aan zei Regenboog, ik hou ze allemaal zelf. Maak dat je wegkomt, brutaal beest Kind 2: Heer, soms ben ik zoals Regenboog Ik ben zo graag zelf aan de beurt Zo krijgen anderen dan minder kans Het spijt me Juf: De jonge vis schrok ervan en zwom gauw naar zijn vrienden. Vanaf dat moment wou niemand meer iets met Regenboog te maken hebben. Ze draaiden hun staart naar hem toe als hij voorbijkwam Kind 3: Heer soms ben ik zoals Regenboog Ik maak wel eens ruzie en doe een ander pijn Ik beloof het beter te doen Lied: kiezen uit groene boekje Openingsgebed Priester: Goede God, Wij kunnen zoveel mooie dingen doen. Wij kunnen teder zijn, lief zijn, wij kunnen sporten en pret maken met anderen. Wij kunnen werken en denken en zien hoe mooi het leven is en hoe prachtig de

3 mensen zijn. Wij danken u voor al dat moois, voor al die schitterende talenten die wij rijk zijn. Leer ons dankbaar zijn, leer ons samenleven als broers en zussen met al de talenten die wij hebben, zoals Jezus, uw Zoon en onze Heer. Verhaal: De mooiste vis van de zee Vervolg van het verhaal Opscheppen met zijn prachtige schubben was er voor Regenboog niet meer bij. Hij voelde zich verschrikkelijk alleen. Ik ben de zieligste vis van de hele zee, ik word door niemand meer bewonderd, klaagde hij tegen de zeester. Achter het koraalrif woont Octopus, de inktvis, misschien weet hij wel raad, zei de zeester. Regenboog zwom er haastig naartoe. Het was er donker. Hij zag bijna niets, alleen twee grote ogen. Drie lange armen raakten hem aan. Een bromstem zei: Ik wist wel dat je zou komen. De golven hebben me alles verteld. Luister vriend: als je elke vis één van je schitterend schubben geeft, is je narigheid voorbij. Dan ben je misschien niet meer de allermooiste, maar wel de aller gelukkigste vis. Oh nee... wou Regenboog nog zeggen. Maar Octopus was al verdwenen in de donkere diepte. Mijn schubben weggeven, mijn schitterende schubben? dacht Regenboog. Nee, dat nooit! Zonder die schubben zou ik zo verschrikkelijk verdrietig zijn. Hij voelde opeens iemand naast zich. Het was de jonge vis weer. Regenboog, Regenboog, mag ik alsjeblieft één heel klein schubje? Dan zal ik er nooit meer om zeuren. En dan zal hij weer naar me kijken, dacht Regenboog slim. Eén schubje minder daar zou niemand iets van merken. Regenboog zocht en zocht eindelijk had hij het kleinste schubje gevonden. Hier, meer krijg je niet, als je dat maar goed onthoudt. Be... be... bedankt, bubbelde de jonge vis blij. Wat lief van je, Regenboog. Daar werd Regenboog een beetje verlegen van. Hij keek de jonge vis lang na. Zo blij met één piepklein schubje, dacht hij. De jonge vis flitste heen en weer door het water. Hij liet zijn schitterende schat aan iedereen zien. Wij willen er ook één, riepen de anderen. Ze zwommen allemaal om Regenboog heen. Geef ons er ook één! Regenboog deelde links en rechts zijn mooiste schubben uit. En hij werd steeds vrolijker. Hoe meer hij weggaf, hoe mooier hij werd. Hij straalde! Hij was nog nooit zo gelukkig geweest. Ze wilden allemaal graag met hem spelen. Zullen we verstoppertje doen, vroegen ze. Of wie het hardst kan zwemmen. Ja!, juichte Regenboog. En de zee schitterde van al die vrolijkheid.

4 Lied kiezen uit groene boekje Evangelie 3 kruisjes Ik denk aan Jezus. Ik spreek over Jezus. Ik hou van Jezus. De wonderbaarlijke visvangst Lied kiezen uit groene boekje Homilie Geloofsbelijdenis Priester: Laat ons allen samen met kleine woorden ons groot geloof uitspreken. Ik geloof dat God de Vader de wereld gemaakt heeft. Ik geloof dat wij die wereld mooi kunnen maken, als we vrienden zijn voor elkaar. Allen: Dat geloven wij ook. Priester: Ik geloof dat Jezus ons getoond heeft hoe wij anderen kunnen helpen. Ik geloof dat wij anderen gelukkig kunnen maken, als we vrienden zijn voor elkaar. Allen: Dat geloven wij ook. Priester: Ik geloof dat de Geest van God ons helpt om fijne mensen te worden. Ik geloof dat wij in vriendschap samen kunnen leven, als we vrienden zijn voor elkaar. Allen: Dat geloven wij ook. Priester: Ik geloof dat we samen één kerkgemeenschap vormen. Ik geloof dat we kinderen zijn van God die mogen leven als vrienden voor elkaar. Allen: Dat geloven wij ook. Priester: Ik geloof dat we onderweg zijn naar een eeuwig geluk waar de vriendschap van God voor eeuwig blijft duren.

5 Allen: Dat geloven wij ook. Voorbeden Kind 1: God, in jouw zee zwemmen prachtige vissen. Maar niet alle visjes hebben zulke mooie zilveren schubben als Regenboog, sommige visjes zijn zo klein dat je ze bijna niet kan zien of zo lelijk dat ze nooit van de bodem omhoog zwemmen. Leer ons zien dat iedereen gelijk is. Kind 2: Kind 3: Kind 4: Kind 5: God, geef ons rood, de kleur van de liefde om van alle mensen te kunnen houden. Geef ons alle kleuren van de regenboog. God, geef ons blauw, de kleur van het water en de lucht zodat we die altijd zuiver en mooi kunnen houden. Geef ons alle kleuren van de regenboog. God, geef ons groen, de kleur van het gras zodat we de hele dag op onze blote voetjes buiten kunnen spelen om dan s avonds thuis bij mama en papa in ons bedje te kruipen. Geef ons alle kleuren van de regenboog. God en vergeet het wit niet, de kleur van de hoop en al het goede in deze wereld die Jij ons gegeven hebt. Priester: Laat ons bidden. Laat ons bidden in de stilte van ons hart, dat deze mooie wensen mogen uitkomen. Offerandestoet Priester: Vriendjes, nu mogen jullie samen met Jezus aan tafel gaan. Wij vieren feest samen met de Heer Jezus. Zoals jullie thuis de tafel helpen dekken, mogen jullie mij nu helpen. En zoals een echte feesttafel versieren we die ook met bloemen en kaarsen. Kind 1: Kind2: Kind3: Kind4: We brengen bloemen aan, bloemen brengen vreugde. Ze zijn een teken van onze vriendschap. We brengen kaarsen mee, om het gezellig te maken bij U. Help ons om zelf een lichtje te zijn voor elkaar zoals de zon voor de bloemen. We brengen brood mee om te delen met onze vrienden. We brengen wijn mee waarvan de priester drinkt, net zoals Jezus en Zijn vrienden deden.

6 Priester: Geef dat er overal vreugde zou zijn waar wij samen komen om met U feest te vieren. Offerandelied kiezen uit groene boekje Gebed over de gaven Priester: Jezus, De tafel staat nu helemaal klaar. Er zijn bloemen en kaarsen, brood en wijn. Er zijn kinderen die vandaag samen voor het eerst met U aan tafel gaan. Wij willen van dit samenzijn telkens weer een groot feest maken ter ere van U Prefatie Groot dankgebed Priester: Toen Jezus met zijn vrienden aan tafel ging, sprak hij het grote dankgebed uit. Nu wij hier samen zijn rond de tafel van de Heer, willen we ook danken. De Heer zal bij u zijn. De Heer zal u bewaren. Priester: Verheft uw hart. Wij zijn met ons hart bij de Heer. Priester: Brengen wij dank aan de Heer, onze God. Kind 1: Kind 2: Kind 3: Kind 4: Hij is onze dankbaarheid waardig. We danken voor de zon, maar ook voor de regen en de plassen. Voor de vele dieren en planten. Voor al de mooie dingen op deze wereld. We danken omdat we onze eerste communie mogen doen, vandaag. Vanaf nu woont Jezus in ons hart. We danken omdat er heel veel mensen zijn die ons graag zien. We danken omdat God ons onder zijn vleugels neemt.

7 Priester: Maar vandaag danken wij U vooral voor Jezus, Uw Zoon. Hij is het mooiste geschenk van U aan ons. Daarom zeggen wij voor U, samen met allen hier aanwezig En met allen in die in de hemel zijn: Heilig, heilig, heilig de Heer, De God der hemelse machten! Vol zijn hemel en aarde van Uw heerlijkheid. Hosanna in den hoge. Gezegend Hij die komt in de naam des Heren. Hosanna in den hoge! Priester: God, onze Vader, wij bidden U: Zend Uw Geest, opdat dit brood en deze wijn het lichaam en bloed kan worden van Jezus Onze Heer. De avond voor Zijn dood heeft Hij ons Uw liefde betuigd. Hij was aan tafel met Zijn leerlingen. Hij nam een stuk brood, zegde een gebed om U te zegenen en te danken. Hij verdeelde het brood en gaf het aan Zijn leerlingen, terwijl Hij zei: Neem en eet hiervan, gij allen, want dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt. Dan nam Hij de beker met wijn. Nogmaals zegde Hij een gebed om U te danken. Hij liet de beker rondgaan bij iedereen en sprak tot hen: Neem deze beker, en drink hier allen uit, want dit is de beker van het nieuwe altijddurende verbond. Dit is mijn bloed dat voor u en alle mensen wordt vergoten tot vergeving van de zonden. Dan zei Hij hun: Blijf dit doen om Mij te gedenken. Heer Jezus, wij verkondigen Uw dood En wij belijden tot Gij wederkeert, Dat Gij verrezen zijt. Priester: Om Jezus nooit te vergeten, zijn wij nu samen aan deze altaartafel. Ter ere van U, goede Vader. Priester: Ook wij willen een beetje meer gelijken op die goede Jezus, Ook wij willen lief zijn voor alle mensen.

8 Maar alleen kunnen wij dat niet. Daarom vragen wij U: geef zijn Goede Geest aan elk van ons. Ter ere van U, goede Vader. Priester: Geef dat wij vriendelijk voor elkaar zijn, echte vredebrengers. Ter ere van U, goede Vader. Priester: Wij bidden U ook, goede God, voor alle mensen van wie wij houden, Vader, moeder, broers, zussen Ook voor alle mensen die pijn of verdriet hebben, bidden wij, En voor allen die gestorven zijn. Mocht het ooit eens echt goed worden voor iedereen: een nieuwe hemel En een nieuwe aarde: zo danken wij U voor Jezus, Onze Heer, die wij hoopvol verwachten. Eens toen Jezus aan het bidden was, zeiden de apostelen: Heer, leer ons bidden. Zo mogen wij nu bidden tot God, die onze vader is. Onze Vader Gebed met gebaren of lied uit groene boekje Vredeswens Priester: Vrede draait om kleine dingen, Lam Gods vrede maak je met elkaar boze woorden gaan soms over met een woord of een gebaar. Vrede draait om kleine dingen. Met een lach of met een zoen, kan een ruzie zomaar stoppen. Zoiets kleins kan heel veel doen! Priester: Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld. Allen: Ontferm U over ons. Priester: Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld. Allen: Ontferm U over ons. Priester: Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld.

9 Allen: Geef ons de vrede. Communie Priester: Lieve kinderen, Jezus nodigt jullie voor de eerste keer uit aan zijn tafel. Als jullie van dit brood eten, zal Jezus heel dicht bij jullie zijn. Hij komt in jullie hartje wonen. Allen: Heer, ik ben niet waardig dat Gij tot mij komt, maar spreek en ik zal gezond worden. Communielied kiezen uit groene boekje Dank je wel Kind 1: Mama lief, met kriebels in mijn buik, tot in de topjes van mijn tenen, doe ik toch wat ik kan Want ik ben nog veel van plan, ik wil je echt bedanken voor de vele kleine dingen van gisteren en de dag voordien. En al die lieve zorgen die ik vaak niet heb gezien Dank je mama, ik hou van jou! Kind 2: Kind 3: Papa lief, ach je weet het wel, ook mijn hartje bonst zo fel, er is bibber in mijn knie, omdat ik je zo graag zie, omdat ik je nu bedanken mag, voor alle zorg, dag na dag. Papa lief, ik kan al niet meer tellen, hoe vaak je mijn fiets al moest herstellen. Dank je, papa, ik hou van jou! Dank je wel aan alle mensen, die meehielpen aan dit feest, die ons het beste wensen, en onze juffen nog het meest! Dank je wel meneer pastoor, dank je wel Jezus, voor deze mooie dag, omdat ik vanaf nu aan je tafel eten mag!

10 Dank- en slotgebed Kind: Lieve Jezus, zoals de vissen zwemmen in het water, zo plons ik nu de wereld in. Zoals ik is er maar één. Ik wil uitkijken als ik verder zwem. Ik wil graag mijn mooiste schubben delen met het kindje naast mij en met elk mens die ik ontmoet. Zending en zegen Priester: Liefste kinderen, jullie hebben heel erg je best gedaan om van dit feest met jezus een heel mooi feest te maken. Proficiat allemaal! Vier thuis verder samen met je familie. zorg dat het een dag wordt om nooit te vergeten. Ik geef jullie nog de zegen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest Slotlied kiezen uit groene boekje