I. Het diensthoofd van Dienst Stedelijke Ontwikkeling wordt mandaat verleend aangaande de bevoegdheden van burgemeester en wethouders ter zake van:

Transcriptie

1 Gemeente Den Haag Ons kenmerk BSD/ RIS MANDAATREGELING EN WABO HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, Besluit: I. hoofdstuk 1.3 van de Mandaatregeling als volgt vast te stellen: I. Het diensthoofd van Dienst Stedelijke Ontwikkeling wordt mandaat verleend aangaande de bevoegdheden van burgemeester en wethouders ter zake van: 1. Algemeen Obligatoire overeenkomsten (inclusief samenwerkingsovereenkomsten) 1.1 Het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van alle obligatoire overeenkomsten, inclusief het vestigen of opheffen van zakelijke rechten, voor zover de geldswaarde van de verplichting die uit de overeenkomst voortvloeit voor de gemeente niet meer dan ,00 per jaar bedraagt, met dien verstande dat de bevoegdheid tot: a het uitgeven en heruitgeven van gronden in erfpacht beperkt is tot uitgifte tegen een verschuldigde canon tot een bedrag van ten hoogste ,00 per jaar of een afkoopsom van ten hoogste ,00, met inachtneming van de daarvoor door de raad c.q. het college vastgestelde dan wel vast te stellen algemene en/of bijzondere bepalingen voor uitgifte in erfpacht voor gronden van de gemeente Den Haag zulks met inachtneming van de volgende nadere voorwaarden inzake uitgifte in erfpacht; - het uitgeven van gronden in eigendom beperkt is tot een bedrag van ten hoogste ,00 met in achtneming van de daarvoor door de raad c.q. het college vastgestelde dan wel vast te stellen verkoopvoorwaarden; - uitgifte in erfpacht of eigendom geschiedt binnen de voorwaarden zoals opgenomen in het besluit van de gemeenteraad inzake Nieuw Haags Gronduitgiftesysteem rv 19 van 2008; DSO/ uitgifte geschiedt conform vastgestelde bestemmingsplannen dan wel andere planologische besluiten, dan wel overeenkomstig andere ter zake genomen besluiten, zoals besluiten tot verkoop (dat wil zeggen uitgifte) van verspreid gelegen gemeentelijk bezit; - de selectie van gegadigden wordt voorbehouden aan burgemeester en wethouders; daartoe doet de Dienst Stedelijke Ontwikkeling per locatie voorstellen; hiervan zijn uitgezonderd uitgiften ten behoeve van sociale woningbouw en uitgiften die geschieden door middel van een door burgemeester en wethouders goedgekeurde procedure (inschrijvingen, aanbiedingen aan huurders e.d.); Postadres: Postbus , 2500 DJ Den Haag Telefoon: Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Fax: Internetadres:

2 BSD/ over de grondwaarde bij heruitgifte, eventueel na het uitbrengen van een deskundigenadvies als bedoeld in Verordening nr. 26 van 1930, dient volledige overeenstemming te bestaan met de erfpachter; indien over de grondwaarde verschil van mening blijft bestaan, wordt een voorstel ter besluitvorming aan het college voorgelegd; - bij het uitgeven en heruitgeven van gronden tegen een relatief lage waarde dient vooraf het college te worden geïnformeerd; - zulks met inachtneming van de volgende nadere voorwaarden inzake heruitgifte in erfpacht: de algemeen-directeur vraagt jaarlijks aan burgemeester en wethouders goedkeuring voor zijn voornemen omtrent de fasering en de gebiedsgewijze aanpak van voortijdige heruitgifte als bedoeld in artikel 4 AAR; de bepaling van de grondwaarde moet, behoudens in de gevallen dat deskundigen advies hebben uitgebracht, worden verricht conform de taxatie-instructie zoals vastgesteld op 20 januari 1988 in de Commissie voor Ruimtelijke Ordening en Stadvernieuwing; indien de algemeen directeur van mening is dat om redenen van algemeen belang niet tot heruitgifte moet worden overgegaan, zoals bedoeld in artikel 3 AAR, legt hij zijn voorstel ter zake aan burgemeester en wethouders voor; hij voegt daaraan zo nodig toe voorstellen tot tijdelijke verlenging van het erfpachtrecht; het uitkeren aan de erfpachter van een vergoeding van de waarde van de opstallen bij beëindiging van het erfpachtrecht wordt beschouwd als een aankoop waarop dit mandateringsbesluit van toepassing is; 2. het aankopen van - een deel van - een recht van erfpacht mits beperkt tot aankoop met inachtneming van de voorwaarden genoemd in sub c, onder 1; 3. het beëindigen van het recht van erfpacht is beperkt tot de gevallen waarin sprake is van: - met wederzijds goedvinden; - wegens wanbetaling van erfpachter; - wegens niet-nakoming van een bouwverplichting; b. het vestigen en opheffen van het recht van erfdienstbaarheid en het recht van opstal moet voortvloeien uit door de raad goedgekeurde plannen; c. het aankopen van onroerende zaken beperkt is tot aankopen: 1. ter verbetering van de volkshuisvesting of ter uitvoering van stedenbouwkundige maatregelen, waaronder stedelijke herontwikkeling, stadsvernieuwing en opruiming van krotten, in de stadsvernieuwingsgebieden en grondbedrijfsgebieden waarbij een maximum bedrag geldt van ,00 per transactie, mits de aankoop plaatsvindt binnen één van de volgende kaders: - een door het college vastgestelde Nota van Uitgangspunten; - een door het college vastgesteld projectdocument; - in het kader van de Wet Voorkeursrecht Gemeenten. DSO/ in het kader van monumentenbehoud tot een bedrag van ten hoogste ,00 per transactie; 3. alle nog te verwerven onroerende zaken in het gebied Leidschenveen welke noodzakelijk zijn voor de planontwikkeling, mits passend binnen de grondexploitatie Leidschenveen. d. het verkopen van onroerende zaken is, indien het Nieuw Haags Gronduitgiftesysteem alleen uitgifte in erfpacht toestaat, beperkt tot verkoop van: 1. ten hoogste 100 m² onbebouwde grond aan de eigenaar van het aangrenzend perceel; 2. appartementsrechten in een gemeenschap waarvan niet alle appartementsrechten eigendom van de gemeente zijn; 3. onroerende zaken aan de Staat en andere publiekrechterlijke lichamen; 4. onroerende zaken aan Nederlandse onderwijsinstellingen; 5. onroerende zaken bij ruiltransacties; 6. onroerende zaken welke niet van strategisch belang zijn en gelegen zijn buiten de gemeentegrenzen; bij verkopen bedoeld onder 3 en 4 zal altijd het voorkeursrecht van terugkoop moeten worden bedongen. e. 1. het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van een overeenkomst inzake huur en verhuur van onroerende zaken dient te geschieden met inachtneming van de door het college eventueel vastgestelde huurtarieven en -bepalingen;

3 BSD/ het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van niet marktconforme huur en verhuur van onroerende zaken tot ten hoogste ,00 per transactie; f. het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van een overeenkomst ten behoeve van de uitvoering van werken niet is beperkt tot het in de aanhef genoemde maximumbedrag; g. het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van een overeenkomst ter uitvoering van de in het kader van de begroting door de raad vermelde investeringsplannen waarvoor krediet beschikbaar is gesteld, niet is beperkt tot het in de aanhef genoemde maximumbedrag. Algemene Inspraakverordening Den Haag (vervallen) Algemene Subsidieverordening s-gravenhage (ASV) 1.3 Alle bevoegdheden. Algemene Wet op het Binnentreden 1.4 Algemene Wet op het Binnentreden, voor wat betreft artikel 2 (het verstrekken van een machtiging, in het kader van de uitoefening van bestuursdwang). Algemene wet bestuursrecht 1.5 Algemene wet bestuursrecht, voor wat betreft de hoofdstukken 2, 3, 4, 6, 7 en 8 met betrekking tot: - ter-inzage-legging; - het formeel in beroep gaan bij de Raad van State tegen een besluit van Gedeputeerde Staten; - het formeel in (hoger) beroep gaan tegen een besluit van de Arrondissementsrechtbank; - het verzoek tot opheffing van een eerder door de Arrondissementsrechtbank of Raad van State uitgesproken schorsing; - het voeren van verweer en het vertegenwoordigen van het college in bezwaarprocedures, beroepsprocedures, hoger beroepsprocedures en bij de behandeling van verzoeken om voorlopige voorzieningen. DSO/ Haagse Kaderverordening Subsidieverstrekking (HKS) (inclusief beleidsregels en/of uitvoeringsvoorschriften) 1.6 Alle bevoegdheden. Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen 1.7 Alle bevoegdheden. 2. Bouwen, Ruimtelijke Ordening en Monumentenzorg 2.1a De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten Alle bevoegdheden, met uitzondering van: - de besluiten over ontheffingen voor bomen of houtopstanden die op de lijst monumentale bomen en houtopstanden staan. - de vergoeding naar billijkheid voor zover deze meer bedraagt dan ,00 (artikel 4.2). 2.1b De bestuursrechtelijke handhaving van de Flora- en faunawet, Monumentenwet 1988, de Natuurbeschermingswet 1998, de Wet bodembescherming, de Wet Geluidhinder, de Wet inzake de luchtverontreiniging, de Wet milieubeheer, de Wet ruimtelijke ordening en de Woningwet, voor zover bij of krachtens deze wetten de handhaving berust bij het bevoegd gezag als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Besluit Luchtkwaliteit 2.2 Alle bevoegdheden. Besluit op de Ruimtelijke Ordening 2.3 Het Besluit op de Ruimtelijke Ordening (2 december 1985), voor wat betreft artikel 10 (overleg met besturen van bij het plan of de vrijstelling betrokken instanties). 2.3A Het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) Alle bevoegdheden Besluit Rijkssubsidieregeling Restauratie Monumenten 1997

4 BSD/ Het Besluit Rijkssubsidieregeling Restauratie Monumenten 1997, voor wat betreft het aanvragen van subsidie op voet van de Rijkssubsidieregeling restauratie monumenten (Rijksbesluit, maart 1997). Bouwbesluit Het Bouwbesluit 2003, voor wat betreft de hoofdstukken I t/m VII alle bevoegdheden. Bouwverordening Den Haag De Bouwverordening Den Haag 1997, voor wat betreft: - hoofdstukken 1 t/m 12, met uitzondering van hoofdstuk 6, artikel lid 1, onder a, b, d en e; - artikel 352, vastgesteld bij raadsbesluit 228 van 28 juni 1990: gehandhaafd: zie raadsbesluit 264 II van 9 september Besluit brandveilig gebruik bouwwerken 2.6 A Het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken, voor zover het betreft het aannemen van en reageren op meldingen ten aanzien van kamergewijze verhuur, waaronder in ieder geval begrepen handhavingsbesluiten als bedoeld in hoofdstuk 1.2 onder 2.1 van deze Mandaatregeling. Duurzaam Bouwen 2.7 De operationalisering programma-activiteiten Duurzaam Bouwen uit het Programma Ruimtelijke Investeringen , taakveld bestaande woningen, subtaakveld duurzame woningverbetering (RIS ). Geldleningen ten behoeve van de Restauratie van Monumentale Panden 2.8 Het garanderen van de betaling van rente en aflossing van, ten behoeve van de restauratie van monumentale panden, aan te gane geldleningen. Leefmilieuverordening recreatie-inrichtingen c.a. 2.9 Alle bevoegdheden. DSO/ Leefmilieuverordening voor Het Oude Centrum en de Stationsbuurt 2.10 (vervallen) Liftenverordening Den Haag Alle bevoegdheden. Meerjarenprogramma Stedelijke Vernieuwing 2000 t/m 2004 en het Programma Ruimtelijke Investeringen Het Meerjarenprogramma Stedelijke Vernieuwing 2000 t/m 2004, zoals vermeld in het dictum onder V, VI, VII en VIII, alsmede de daarop volgende vastgestelde Programma Ruimtelijke Investeringen , zich beperkend tot de in de dicta aangehaalde taakvelden. Monumentenverordening Den Haag 2.13 De Monumentenverordening Den Haag, voor wat betreft: - artikel 5 leden 1, 3, 4 en 6 (voornemen tot inschrijving in het monumentenregister); - artikel 6, lid 3 (kennisgeving van het uitschrijven van een monument uit het monumentenregister); - artikel 7 (inzage in het gemeentelijk monumentenregister); -artikel 10 (inzage cen kennisgeving aanvraag om vergunning monumenten) - artikel 13 (aanvraag vergunning voor een beschermd rijksmonument); - artikel 14 leden 3, 4, 6 en 7 (voordracht tot aanwijzing, ter-inzage-legging en kennisgeving van de beschikking m.b.t. beschermde stadsgezichten). Monumentenwet 2.14 De Monumentenwet 1988, voor wat betreft: - hoofdstuk II (aanwijzing beschermde monumenten) voor wat betreft artikel 3 lid 4, artikel 4 en artikel 6, lid 3; - hoofdstuk IV (Beschermde stadsgezichten) voor wat betreft artikel 37. Procedureregeling planschadevergoeding artikel 49 WRO Alle bevoegdheden. Procedure verordening voor advisering tegemoetkoming planschade 2.15 A Alle bevoegdheden Onteigeningswet 2.16 De Onteigeningswet, voor zover betrekking hebbende op:

5 BSD/ artikel 80 (de voorbereiding en uitvoering van de procedure, ten behoeve van de koninklijke goedkeuring van het raadsbesluit tot onteigening); - artikel 84 (de voorbereiding en uitvoering van de procedure inzake publicatie en nederlegging van het raadsbesluit tot onteigening); - artikel 87 (de voorbereiding en uitvoering van de procedure inzake publicatie en nederlegging van het Kroonbesluit); - artikel 23 derde lid (het overleggen van de verklaring van de burgemeester in het kader van de gerechtelijke procedure); - het inroepen van de bijstand van een advocaat in procedures tot onteigening; - artikel 37 juncto artikel 54t (de betaling van krachtens vonnis ingevolge vastgestelde schadeloosstelling). DSO/ Overgangswet Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting 2.17 (vervallen) Telecommunicatiewet 2.18 De Telecommunicatiewet, voor wat betreft artikel 5.2 (gedoogplicht voor aanleg, instandhouding en opruiming kabels). Verordening Naamgeving en Nummering 2.19 Alle bevoegdheden voor wat betreft nummering. Verordening tot Verlening van Geldelijke Steun ingevolge de Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing Alle bevoegdheden. Waarborgfonds Sociale Woningbouw 2.21 Het aangaan van vrijwarings-, borgtocht- en achtervangovereenkomsten met het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Wet geluidhinder (Wgh) 2.22 Het voorbereiden en indienen van een verzoek tot ontheffing van de voorkeursgrenswaarde uit de Wet geluidhinder. Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) 2.23 De Wet op de Ruimtelijke Ordening, voor wat betreft: - hoofdstukken IV t/m VII (gemeentelijk en regionaal planologisch beleid en maatregelen, projectcoördinatie, exploitatieverordeningen, aanlegvergunningen); - hoofdstuk VIII (artikel 49 Schadevergoeding); - hoofdstuk X (Dwang- en Strafbepalingen); - wet van 1 juli 1999, houdende de wijziging van de Wet op de Ruimtelijke Ordening A Wet ruimtelijke ordening (Wro) - hoofdstuk 3 - hoofdstuk 6 Alle bevoegdheden. Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing 2.24 Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing, voor wat betreft de bevoegdheden genoemd in: - hoofdstuk IV (gemeentelijke stadsvernieuwingsmaatregelen); - hoofdstuk VI (dwang- en strafbepalingen); - hoofdstuk VII (overgangs- en slotbepalingen). Wet Voorkeursrecht Gemeenten 2.25 De Wet Voorkeursrecht Gemeenten - waarvan uitgezonderd het besluit tot voorlopige aanwijzing als bedoeld in artikel 6 Alle bevoegdheden Woningwet De Woningwet 1962, voor wat betreft: - hoofdstukken I t/m IV (algemene bepalingen, voorschriften betreffende het bouwen, slopen, gebruik en onderhoud, bijzondere bevoegdheden, vergunningen); - hoofdstuk VII (dwang- en strafbepalingen); - hoofdstuk VIII (slotbepalingen). DSO/

6 BSD/ Woningwet De Woningwet 1991, voor wat betreft: - hoofdstukken I t/m IV (begripsbepalingen, voorschriften betreffende het bouwen, de staat van bestaande bouwwerken en standplaatsen, het gebruik, het slopen en de welstand); - hoofdstuk VI (bestuursrechtelijke handhaving) - hoofdstuk VIII (bijzondere maatregelen); - hoofdstuk IX (vergunningen). 3. Huisvesting Beschikking en Regeling geldelijke steun huisvesting gehandicapten 3.1 Alle bevoegdheden. Besluit Beheer Sociale Huursector 3.2 Het Besluit Beheer Sociale Huursector, voor wat betreft de bevoegdheden genoemd in hoofdstuk IV (verslaglegging van de werkzaamheden). Besluiten van de raad, met betrekking tot 3.3 Het garanderen van de betaling van rente en aflossing van door particulieren aangegane geldleningen ten behoeve van de verwerving in eigendom van door henzelf te bewonen woningen (alleen met betrekking tot nog lopende verplichtingen). Huisvestingswet 3.4 De Huisvestingswet, voor wat betreft de bevoegdheden genoemd in hoofdstuk IV, art. 40 tot en met 49 (de vordering van woonruimte). Leegstandwet 3.5 Alle bevoegdheden. Wet op de huurtoeslag 3.6 Wet op de huurtoeslag, voor wat betreft artikel 12 lid 1, 2 en 3 (de beleidsmatige aspecten en de bevoegdheid tot niet-categorale fiattering van de huursubsidie boven de aftoppingsgrenzen). Regionale Huisvestingsverordening Stadsgewest Haaglanden a Alle bevoegdheden die aan het college van burgemeester en wethouders zijn toegekend. Regionale Huisvestingsverordening Stadsgewest Haaglanden b Alle bevoegdheden die aan het college van burgemeester en wethouders zijn toegekend. Rijksbijdragen in de Exploitatiekosten van Woonwagencentra 3.8 Het bij het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer alsmede, het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport indienen van aanvragen om rijksbijdragen in de exploitatiekosten van woonwagencentra. Stadsgewestelijke Verordening Woninggebonden Subsidies 3.9 De Stadsgewestelijke Verordening Woninggebonden Subsidies, voor zover opgedragen aan burgemeester en wethouders, onder de voorwaarden die door het dagelijks bestuur Stadsgewest Haaglanden zijn gesteld. Verordening woninggebonden subsidies Alle bevoegdheden. Verordening op de Woning- en Kamerbemiddelingsbureaus 3.11 Alle bevoegdheden. DSO/ Verordening subsidie verhuis- en herinrichtingskosten Alle bevoegdheden. Raadsbesluit 148 van 31 mei 2001 inzake Gevelaanpak Rustenburg/Oostbroek 3.13 Alle bevoegdheden. 4. Erfpacht en grondexploitatie Erfpachtbeheer 4.1 Het erfpachtbeheer, voor wat betreft: - het uitoefenen van de aan de burgemeester en wethouders in de Algemene Bepalingen voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente s-gravenhage 1986 (AB 1986, herz. 1993) verleende bevoegdheden, met uitzondering van:

7 BSD/ het jaarlijks vaststellen van het canonpercentage (artikel 8, derde lid); het jaarlijks vaststellen van de administratiekosten (artikel 8, vierde lid); de besluiten tot het opleggen van een boete (artikel 26); - het uitoefenen van de aan de burgemeester en wethouders in de Algemene Bepalingen voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente s-gravenhage 1977 verleende beheersbevoegdheden, met uitzondering van: het jaarlijks vaststellen van de aanpassingscoëfficiënt (artikel 25, vierde lid); de besluiten tot het opleggen van een boete (artikel 14, tweede lid); - het uitoefenen van de aan de burgemeester en wethouders in de Algemene Voorwaarden voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente s-gravenhage (Verz. no 19 van 1923) verleende beheersbevoegdheden, met uitzondering van de besluiten tot het opleggen van een boete (artikel 17, tweede lid); - het uitoefenen van de aan de burgemeester en wethouders in de Voorwaarden waarop de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente s-gravenhage zal geschieden (Verz. no 18 van 1911) verleende beheersbevoegdheden; - het uitoefenen van de aan burgemeester en wethouders in de Algemene Voorwaarden voor de uitgifte in erfpacht van de gronden van de gemeente 's-gravenhage in het contractgebied Scheveningen (omgeving Gevers Deynootplein) verleende beheersbevoegdheden, met uitzondering van de besluiten tot het opleggen van een boete (artikel 16 lid 2). Raadsbesluit 206 van 18 juli 1996, inzake Wateringse Veld het aankopen van onroerende zaken; - het vergoeden van schade voortvloeiend uit de beëindiging van huurovereenkomsten inzake onroerende zaken; - het economisch leveren van onroerende zaken aan Ontwikkelingscombinatie Wateringse Veld; - het verkopen van onroerende zaken; - de uitgifte in erfpacht van de gronden met inachtneming van de daarvoor vastgestelde algemene en/of bijzondere bepalingen voor uitgifte in erfpacht voor gronden van de gemeente Den Haag. Opstallen en beheer 4.3 Het overdragen van het beheer van opstallen en gronden aan andere gemeentelijke diensten en/of instellingen. DSO/ Verkoop onroerende Leidschenveen 4.4 De verkoop van onroerende zaken in Leidschenveen ter uitvoering van de herziene Samenwerkingsovereenkomst Leidschenveen (met de bijbehorende tekening Vd.d. 16 februari 2005) met dien verstande dat het in 1.1. sub a onder 1 genoemde maximumbedrag niet van toepassing is. 5. Economie en Promotie Economisch Beleid 5.1. Het economisch beleid, (met dien verstande dat het in hoofdstuk 1 artikel 1.1 genoemde maximumbedrag van toepassing is) voor wat betreft: - Het indienen van subsidieaanvragen bij de provincie Zuid Holland, de Rijksoverheid of de Europese Commissie ten behoeve van projecten; - Het nemen van voorschotbesluiten aan eindbegunstigden, het aanvragen van EFRO bijdrage D2 en Kansen voor West bij het Ministerie van binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het uitbrengen van de vereiste financiële rapportages. - Het nemen van besluiten ter uitvoering van raadsbesluiten met betrekking tot het Meerjarenprogramma Binnenstad; - Het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van overeenkomsten betreffende de promotie van de stad Den Haag; - Het aangaan, verlengen, wijzigen en beëindigen van overeenkomsten betreffende het Startersfonds.

8 BSD/ Verordening Winkeltijden gemeente Den Haag Alle bevoegdheden. II. Hoofdstuk 1.4 van de Mandaatregeling Dienst Stadsbeheer als volgt vast te stellen: Het diensthoofd van Dienst Stadsbeheer wordt mandaat verleend, voor zover tenzij anders aangegeven - betrekking hebbende op het taakgebied van de Dienst Stadsbeheer, aangaande de bevoegdheden van burgemeester en wethouders ter zake van: Algemeen 1. Gemeentewet: -artikel 160 lid 1 sub b (beslissingen van de raad voorbereiden en uitvoeren); -artikel 160 lid 1 sub e: het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, tot een maximum bedrag van EUR ,-- (met dien verstande dat deze beperking niet geldt voor een uitnodiging tot het doen van een aanbod en een gunningsbeslissing, en de bevoegdheid tot het doen van een uitnodiging niet beperkt is tot het taakgebied van de Dienst Stadsbeheer). 2. Haagse Kaderverordening Subsidieverstrekking. 3. Exploitatieverordening gemeente Den Haag artikel 12, eerste lid. Begraafplaatsen 4. Beheersverordening begraafplaatsen. Haven & (woon)boten 5. De Scheepvaartverkeerswet. 6. Wrakkenwet. 7. Verordening Scheveningen Haven Verordening op de Binnenwateren. 9. Binnenvaartpolitiereglement. Markten 10. Marktverordening gemeente Den Haag 2004; en de hierop gebaseerde reglementen. 11. Straathandelsverordening Den Haag - onder voorwaarde dat de welstandcommissie, over locaties waar op 1 maart 1992 geen standplaats was gevestigd, positief heeft geadviseerd. Milieu 12. Wet Milieubeheer; en -de ter uitvoering van deze wet vastgestelde gemeentelijke verordeningen; en

9 BSD/ de op deze wet gebaseerde uitvoeringsbesluiten. 13. Wet geluidhinder; en -de ter uitvoering van deze wet vastgestelde gemeentelijke verordeningen; en -de op deze wet gebaseerde uitvoeringsbesluiten. 14. Afvalstoffenverordening Waterwet. 16. Beschikking vrijstelling Methylbromide. 17. Wet inzake de luchtverontreiniging; en -de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten. 18. Wet bodembescherming; en -de ter uitvoering van deze wet vastgestelde gemeentelijke verordeningen; en -de op deze wet gebaseerde uitvoeringsbesluiten. Openbare Ruimte 19. Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag ter zake van de volgende artikelen: 2:6 vierde lid, 2:8 eerste lid, 2:10, 2:10A., 2:11, 2:12, 2:21, 2:22, 2:38B. derde lid, 2:45, 2:56, 2:59 eerste lid, onder a. en b., 2:60, 2:63 tweede lid, 2:64 vijfde lid, 2:78 tweede lid, 4:6 tweede lid, 4:14 vierde lid, 4:16, 5:2 vierde lid, 5:3 tweede lid, 5:6 derde lid, 5:7 tweede lid, 5:8 vierde lid, 5:11 derde lid, 5:13, 5:24, 5:33 vijfde lid, 5:34 derde lid, 5:36 derde lid, 5:39 tweede lid, 5:41 derde lid, 5:42 vierde lid; en - de op deze verordening gebaseerde uitvoeringsbesluiten. 20. Monumentenverordening Den Haag 2010: -hoofdstuk VI. 21. Visserijwet De Telecommunicatiewet - hoofdstuk 5 (gedoogplicht voor de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels); en - de ter uitvoering van deze wet vastgestelde gemeentelijke verordening. Verkeer 23. Wegenverkeerswet 1994: - Ontheffingen voor het houden van wedstrijden met voertuigen op de weg (artikel 148 Wegenverkeerswet) - Uitvoering Wegsleepregeling ex artikel 170 tot en met 173 Wegenverkeerswet, waarbij in afwijking van hoofdstuk 1.1, artikel 2, eerste lid van de mandaatregeling, de algemeen directeur DSB ondermandaat kan verlenen voor de uitvoeringshandelingen als bedoeld in artikel 171 t/m 173 van de WVW aan de werknemers van een onderneming waarmee de gemeente ter zake van de uitvoering van de Wegsleepregeling een overeenkomst is aangegaan.

10 BSD/ Delegatiebesluit verkeersbesluiten d.d. 23 februari 1995, rb 60/95 en Delegatiebesluit van gedeputeerde staten d.d. 27 februari 1996 voor zover betrekking hebbend op bevoegdheden op het terrein van verkeer en de handhavingsbevoegdheden terzake daarvan, voorzover deze beide delegatiebesluiten betrekking hebben op: - Ontheffingen als bedoeld in artikel 149 Wegenverkeerswet 1994 (voor zover deze bevoegdheid niet met de door ons college vastgestelde Mandaatregeling exceptionele transporten, d.d. 10 december 1996, kenmerk DSB , is gemandateerd aan de directeur van de Rijksdienst voor Wegverkeer; - artikel 18 van de Wegenverkeerswet 1994 (verkeersbesluiten). 25. Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW): - Gehandicaptenparkeerkaarten (Hoofdstuk 4). 26. Parkeerverordening Wet Aanvullende Regels Veiligheid Wegtunnels; - de bevoegdheden als tunnelbeheerder op basis van deze wet voor alle wegtunnels in beheer bij de gemeente Den Haag. 28. Wet explosieven voor civiel gebruik. Fysieke leefomgeving 29. De Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten: Alle bevoegdheden, ook die welke betrekking hebben op het taakgebied van andere diensten, met uitzondering van: - de besluiten over ontheffingen voor bomen of houtopstanden die op de lijst monumentale bomen en houtopstanden staan. - de vergoeding naar billijkheid voor zover deze meer bedraagt dan ,00.(artikel 4.2). 30. De bestuursrechtelijke handhaving van de Flora- en faunawet, Monumentenwet 1988, de Natuurbeschermingswet 1998, de Wet bodembescherming, de Wet Geluidhinder, de Wet inzake de luchtverontreiniging, de Wet milieubeheer, de Wet ruimtelijke ordening en de Woningwet, voor zover bij of krachtens deze wetten de handhaving berust bij het bevoegd gezag als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. III. Hoofdstuk 1. 7 van de Mandaatregeling Bestuursdienst als volgt vast te stellen: De gemeentesecretaris en het diensthoofd van de Bestuursdienst wordt mandaat verleend aangaande de bevoegdheden van burgemeester en wethouders ter zake van: Gemeentewet 1.1 Het besluiten tot privaatrechtelijke rechtshandelingen van de gemeente (artikel 160, lid 1, onder e, Gemeentewet); Voorzover de bevoegdheid uit 1.1 het aangaan verlengen, wijzigen en beëindigen van obligatoire overeenkomsten betreft, geldt het mandaat voorzover het totaalbedrag van de financiële verplichtingen die uit de betreffende overeenkomst voortvloeien voor de gemeente niet meer dan ,00 exclusief BTW bedraagt; Voorzover de bevoegdheid uit 1.1 het toekennen van schadevergoeding betreft, geldt het mandaat tot een maximum bedrag van ,00 per schadegeval. 1.2 Het voorbereiden en uitvoeren van de beslissingen van de raad, tenzij bij of krachtens de wet de burgemeester hiermee is belast (artikel 160, lid 1, onder b Gemeentewet).

11 BSD/ Algemene wet bestuursrecht(awb) 2.1 De bevoegdheden uit artikel 7:10 Awb; 2.2 De bevoegdheden die op grond van titel 4.2 aan het college worden toegekend,uitgezonderd: Artikel 4:23, lid 4 Awb (publicatie verslag) Artikel 4:24 Awb (evaluatieverslag). Haagse kaderverordening Subsidies 3.1 Alle bevoegdheden behoudens artikel 7 (Regels aanvraag subsidieverlening). Algemene Subsidieverordening s-gravenhage 4.1 Alle bevoegdheden. Drank- en Horecawet 5.1 Alle bevoegdheden. Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens 6.1 Het opvragen van gegevens uit straf- en inlichtingenregisters. Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag 7.1 Hoofdstuk 3; Alle bevoegdheden van het college. 7.2 Alle bevoegdheden genoemd in hoofdstuk 2, afdeling 12 (vuurwerk) van de Algemene Plaatselijke verordening van de gemeente Den Haag artikel 95e tot en met 95t Algemene politieverordening s-gravenhage alle bevoegdheden Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers 8.1 besluiten ter uitvoering van de vastgestelde of nog vast te stellen uitkeringen aan gewezen wethouders. Brandbeveiligingsverordening alle bevoegdheden uit de Brandbeveiligingsverordening en de nader door burgemeester en wethouders gestelde regels. Bouwverordening Den Haag Hoofdstuk 2: voor wat betreft de controle en toezicht op en de handhaving van de brandveiligheid: - Bereikbaarheid bouwwerk voor brandweer: artikel Hoofdstuk 5 voor wat betreft de controle en toezicht op en de handhaving van de brandveiligheid: - Bereikbaarheid van gebouwen voor brandweerauto s: artikel Woningwet 12.1 Bestuursrechtelijke handhaving als bedoeld in artikel 100 van de Woningwet met het oog op het voorkomen en beperken van brand en het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand in bouwwerken en gebouwen niet zijnde een woning, woonkeet of woonwagen

12 BSD/ Bouwbesluit De bevoegdheid om toezicht te houden en te handhaven ter naleving van de brandveiligheidseisen genoemd in hoofdstuk 1 en 2 van het Bouwbesluit Besluit brandveilig gebruik bouwwerken 14.1 Alle bevoegdheden genoemd in het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken met uitzondering van meldingen van woonfuncties voor kamergewijze verhuur (kamerverhuurbedrijven); Wet vervoer gevaarlijke stoffen 15.1 Het verlenen, weigeren of intrekken van ontheffingen op grond van artikel 22 en 23 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen Wet Algemene bepalingen Omgevingsrecht en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten 16.1 Alle bevoegdheden, met uitzondering van: - de besluiten over ontheffingen voor bomen of houtopstanden die op de lijst monumentale bomen en houtopstanden staan. - de vergoeding naar billijkheid voor zover deze meer bedraagt dan ,-.(artikel 4.2) De bestuursrechtelijke handhaving van de Flora- en faunawet, Monumentenwet 1988, de Natuurbeschermingswet 1998, de Wet bodembescherming, de Wet Geluidhinder, de Wet inzake de luchtverontreiniging, de Wet milieubeheer, de Wet ruimtelijke ordening en de Woningwet, voor zover bij of krachtens deze wetten de handhaving berust bij het bevoegd gezag als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. IV in te trekken het besluit van 3 november 2009, DSO/ , 20 april 2010 DSB/ en van 8 december 2009, BSD V dat dit besluit in werking treedt op 1 oktober Het college van burgemeester en wethouders, de secretaris, de burgemeester, mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen

13 BSD/ Toelichting Wij kennen in Den Haag een gemeentebrede mandaatregeling, waarbij collegebevoegdheden zijn gemandateerd aan de algemene directeuren van dienst. Onderdeel hiervan is een algemeen hoofdstuk, waarin bepalingen zijn opgenomen die voor alle diensten gelden. Dit hoofdstuk bepaalt dat het mandaat het nemen van besluiten bevat en het hierover voeren en afdoen van correspondentie. Daarnaast bevat dit hoofdstuk de voorwaarden, waaronder sub-mandaat kan worden verleend en de wijze, waarop stukken ondertekend moeten worden. De huidige mandaatregeling maakt geen onderscheid tussen beslissingsmandaat en ondertekeningsmandaat. In het laatste geval omvat het mandaat slechts de bevoegdheid om het door het bestuur genomen besluit schriftelijk af te doen en te ondertekenen. De beslissingsbevoegdheid blijft bij het bestuur berusten. De inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: Wabo) op 1 oktober 2010 dwingt tot een aanpassing van de mandaatregeling, die verder gaat dan een redactionele wijziging. Onder het regiem van deze wet zijn immers meervoudige twee of meer activiteiten omvattende - aanvragen denkbaar, waarvan de afdoening bij verschillende diensten berust: DSO, DSB en/of BSD. Afhankelijk van de inhoud van een dergelijke aanvraag zal straks een van die diensten de zg. leading dienst zijn, die verantwoordelijk is voor het proces dat leidt tot een besluit, waarbij op een dergelijke aanvraag in een keer wordt beschikt. Vooralsnog zal de Wabo immers worden uitgevoerd binnen de staande organisatie, en met behoud van de bestaande verantwoordelijkheden. Het hierna volgende voorstel doet recht aan deze toekomstige praktijk, waarbij in een besluit beschikt moet kunnen worden op aanvragen om een omgevingsvergunning, waarbij meerdere diensten betrokken zijn. Conform het besluit van de Stuurgroep Wabo krijgen hierbij de drie directeuren van de daarvoor in aanmerking komende diensten - DSO, DSB en BSD - voor alle Wabo activiteiten gelijkelijk mandaat. In overeenstemming met de huidige systematiek van de mandaatregeling wordt hierij geen onderscheid gemaakt tussen beslissingsmandaat en ondertekeningsmandaat. Het mandaat omvat voor de Wabo dus ook het nemen van besluiten en het voeren en afdoen van correspondentie. Het bevoegd gezag wordt in artikel 1.1 van de Wabo gedefinieerd als het bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning. Op grond van artikel 2.4 zijn dat, de bij wet geregelde uitzonderingen daargelaten, Burgemeester en wethouders van de gemeente waar het betrokken project in hoofdzaak zal worden uitgevoerd. Het college is hiermee in de regel het bevoegd gezag dat de omgevingsvergunning verleent. Dat geldt ook voor de aangehaakte toestemmingen, zoals van de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Met het voorgestelde ruime mandaat de Wabo en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten vallen ook deze toestemmingen onder de mandaatregeling. Dat geldt echter niet voor de handhaving. De reikwijdte van de handhaving van de Wabo is groter dan de reikwijdte van de omgevingsvergunning. De regeling die voor de bestuursrechtelijke handhaving van het omgevingsvergunningstelsel gaat gelden, wordt geheel of gedeeltelijk - ook van toepassing voor een aantal andere wetten. De Wet milieubeheer, de Wet geluidhinder, de Wet inzake luchtverontreiniging, de Wet bodembescherming,de Monumentenwet 1988, de Woningwet, de Wet op de ruimtelijke ordening, de Flora- en faunawet en de Natuurbeschermingswet leggen de verantwoordelijkheid voor de bestuursrechtelijke handhaving bij het bevoegd gezag van de Wabo (en daarmee onder omstandigheden ook bij het college).

14 BSD/ De grondslag voor uitoefening van de bestuursrechtelijke handhavingsinstrumenten van de Wabo vindt men dus terug in deze wetten, niet in de Wabo zelf. Anders dan voor de vergunningverlening is een algemeen mandaat voor uitoefening van de Wabo voor de handhaving niet voldoende. De mandaatregeling moet voor de handhaving bedoelde wetten dus expliciet benoemen. De drie directeuren van genoemde diensten krijgen volgens dit voorstel ook voor handhaving van deze wetten eenzelfde mandaat. Bij deze aanpassing van de Mandaatregeling aan de Wabo is voor zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de systematiek van het desbetreffende hoofdstuk. Alle Wabo-bevoegdheden zijn hierbij wel gegroepeerd hieronder in cursief en vet - men vindt deze niet verspreid over het hoofdstuk. Een slotopmerking over sub-mandaat. De sub-mandaatbesluiten moeten uiteraard ook tijdig worden aangepast. Het is natuurlijk wel zaak dat de diensten straks zicht krijgen op elkaars sub-mandaten, opdat men weet wie feitelijk met de besluitvorming is belast.

15 BSD/ Afdruk aan: - 1 x BSD, BZ, JZ - 1 x DSB - 1x DSO - 1 x infocentrum