10191/14 ons/cle/roe/sv 1 DG F 2A

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "10191/14 ons/cle/roe/sv 1 DG F 2A"

Transcriptie

1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 23 mei 2014 (OR. en) 10191/14 PUBLIC 136 INF 207 NOTA Betreft: MAANDELIJKS OVERZICHT VAN DE HANDELINGEN VAN DE RAAD FEBRUARI 2014 Dit document bevat een lijst van de handelingen die de Raad in februari 2014 heeft vastgesteld. 1 2 Er staat informatie in over de vaststelling van wetgevingshandelingen, met name: de datum van vaststelling, de desbetreffende zitting van de Raad, het nummer van het vastgestelde document, de verwijzing naar het Publicatieblad, de toepasselijke stemregels, de stemuitslag en, in voorkomend geval, de stemverklaringen en de verklaringen in de Raadsnotulen. 1 Met uitzondering van bepaalde handelingen met een beperkte draagwijdte, zoals procedurebesluiten, benoemingen, besluiten van organen die zijn opgericht bij internationale overeenkomsten, specifieke begrotingsbesluiten, enz. 2 In het geval van wetgevingshandelingen die volgens de gewone wetgevingsprocedure zijn vastgesteld, kan er een verschil zijn tussen de datum van de Raadszitting waarin de wetgevingshandeling is vastgesteld en de werkelijke datum van de betrokken handeling, omdat wetgevingshandelingen in de gewone wetgevingsprocedure pas geacht worden te zijn vastgesteld nadat de voorzitter van de Raad, de voorzitter van het Europees Parlement en de secretarissen-generaal van de twee instellingen deze hebben ondertekend /14 ons/cle/roe/sv 1

2 Dit document bevat tevens informatie over de vaststelling van niet-wetgevingshandelingen die de Raad openbaar wil maken. Dit document staat ook op de website van de Raad: De in het overzicht genoemde documenten zijn beschikbaar via het openbaar register van Raadsdocumenten: Dit document dient slechts ter informatie: alleen de notulen van de Raad zijn authentiek. Zij staan op de website van de Raad: /14 ons/cle/roe/sv 2

3 3291e zitting van de Raad van de Europese Unie (BUITEANDSE ZAKEN), gehouden te Brussel op 10 februari 2014 NIET-WETGEVINGSHANDELINGEN HANDELING DOCUMENT / VERKLARINGEN Conclusies van de Raad over de prioriteiten van de EU in de VN-fora voor mensenrechten 6019/14 Besluit van de Raad houdende machtiging van de Commissie en de hoge vertegenwoordiger van de Unie 17116/13 voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid tot het openen van onderhandelingen, namens de Europese Unie, over de onder de bevoegdheid van de Unie vallende bepalingen voor een overeenkomst betreffende politieke dialoog en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Cuba, anderzijds Besluit van de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, 17119/13 houdende machtiging van de Commissie tot het openen van onderhandelingen, namens de lidstaten, over de onder de bevoegdheden van de lidstaten vallende bepalingen van een overeenkomst betreffende politieke dialoog en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Cuba, anderzijds Verordening (EU) nr. 124/2014 van de Raad van 10 februari 2014 tot wijziging van Verordening (EU) 5717/14 nr. 36/2012 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië PB L 40 van , blz. 8 Besluit 2014/74/GBVB van de Raad van 10 februari 2014 houdende wijziging van 17706/14 Besluit 2013/255/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië PB L 40 van , blz. 63 Besluit 2014/72/GBVB van de Raad van 10 februari 2014 inzake de actualisering en wijziging van 17388/13 de lijst van personen, groepen en entiteiten bedoeld in de artikelen 2, 3 en 4 van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB betreffende de toepassing van specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme en tot intrekking van Besluit 2013/395/GBVB PB L 40 van , blz. 56 Uitvoeringsverordening (EU) nr. 125/2014 van de Raad van 10 februari 2014 tot uitvoering van artikel 2, 17389/14 lid 3, van Verordening (EG) nr. 2580/2001 inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen het terrorisme, en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 714/2013 PB L 40 van , blz /14 ons/cle/roe/sv 3

4 Besluit van de Raad waarbij machtiging wordt verleend tot het openen van onderhandelingen met 5596/14 de Centraal-Afrikaanse Republiek, voor een overeenkomst over de status van de militaire missie van de Europese Unie in de Centraal-Afrikaanse Republiek (EUFOR RCA) Besluit 2014/73/GBVB van de Raad van 10 februari 2014 inzake een militaire operatie van de 5614/14 + COR 1 Europese Unie in de Centraal-Afrikaanse Republiek (EUFOR RCA) PB L 40 van , blz. 59 Besluit van de Raad houdende machtiging tot het openen van onderhandelingen over een overeenkomst 16910/13 tussen de Europese Unie en de Zwitserse Bondsstaat inzake de deelname van de Zwitserse Bondsstaat aan de militaire missie van de Europese Unie om de Malinese strijdkrachten te helpen opleiden (EUTM Mali) BESLUIT 2014/75/GBVB VAN DE RAAD van 10 februari 2014 betreffende het Instituut voor 13733/13 veiligheidsstudies van de Europese Unie PB L 41 van , blz. 13 Conclusies van de Raad over Oekraïne 6303/14 Conclusies van de Raad over Irak 6288/14 Conclusies van de Raad over Egypte 6018/14 Conclusies van de Raad over Tunesië 5440/14 Conclusies van de Raad over Jemen 6287/14 Conclusies van de Raad over de Centraal-Afrikaanse Republiek 6141/ /14 ons/cle/roe/sv 4

5 3292e zitting van de Raad van de Europese Unie (ALGEMENE ZAKEN), gehouden te Brussel op 11 februari 2014 WETGEVINGSHANDELINGEN HANDELING WERKDOCUMENT STEMREGEL STEMMING Verordening (EU) nr. 250/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 tot vaststelling van een programma voor de bevordering van acties op het gebied van de bescherming van de financiële belangen van de Europese Unie (programma "Hercules III") en tot intrekking van Besluit nr. 804/2004/EG PE-CONS 39/13 Gekwalificeerde, behalve: Tegen: Verenigd Koninkrijk Onthouding: SE PB L 84 van , blz. 6 Verklaring van de Commissie over artikel 13 De Commissie is voornemens om, onverminderd de jaarlijkse begrotingsprocedure, te beginnen in januari 2015 als onderdeel van een gestructureerde dialoog met het Europees Parlement een jaarverslag over de tenuitvoerlegging van de verordening, met inbegrip van de verdeling van de begrotingsmiddelen als bedoeld in de bijlage, alsook het werkprogramma aan de bevoegde commissie van het Europees Parlement te bezorgen in het kader van de indiening van het verslag betreffende de bescherming van de financiële belangen (PIF-verslag). Verordening (EU) nr. 254/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 tot vaststelling van een meerjarig consumentenprogramma voor de jaren en tot intrekking van Besluit nr. 1926/2006/EG PB L 84 van , blz. 42 PE-CONS 107/13 Gekwalificeerde 10191/14 ons/cle/roe/sv 5

6 Verordening (EU) nr. 253/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 510/2011 tot vaststelling van de modaliteiten voor het halen van de 2020-doelstelling inzake de reductie van de CO 2 -emissies van nieuwe lichte bedrijfsvoertuigen PB L 84 van , blz. 38 PE-CONS 106/13 Gekwalificeerde Verklaringen van de Commissie over de 2020-doelstelling Bij haar effectbeoordeling van een streefdoel voor 2025 zal de Commissie nagaan of bepaalde ambitieniveaus of verlagingspercentages coherent zijn met de klimaatdoelstellingen op lange termijn van de EU en het noodzakelijke emissiereductietraject. Deze beoordeling betreft het ambitieuze streefdoel van het Europees Parlement om de uitstoot in 2025 te beperken tot 105 g à 120 g CO 2 /km, d.w.z. een reductie van 3-4 % per jaar ten opzichte van de gemiddelde emissies in 2012 van nieuwe lichte bedrijfsvoertuigen. Bij de effectbeoordeling zal ook rekening moeten worden gehouden met uiteenlopende aspecten zoals klimaatbeleidsdoelstellingen op lange termijn, kosteneffectiviteit, concurrentievermogen, beschikbaarheid van technologie, sociale rechtvaardigheid en concurrentieneutraliteit. Met de conclusie die in de effectbeoordeling over het passende ambitieniveau voor een streefdoel voor 2025 zal worden getrokken, moet het juiste evenwicht worden gevonden tussen de effecten op de verschillende beoordeelde gebieden. Verklaringen van de Commissie betreffende WLTP De Commissie steunt ten zeerste de lopende werkzaamheden in het kader van de VN/ECE, die erop gericht zijn de WLTP met ingang van 1 januari 2017 op nieuwe voertuigtypen toe te passen. De werkzaamheden bij de VN/ECE zijn goed gevorderd en daarom streeft de Commissie ernaar de nieuwe testcyclus en testprocedures in 2014 in de EU-wetgeving op te nemen. Verklaring van de Commissie over de procedure voor het vaststellen van uitvoeringshandelingen De Commissie benadrukt dat het tegen de letter en de geest van Verordening (EU) nr. 182/2011 (PB L 55 van , blz. 13) indruist om systematisch gebruik te maken van artikel 5, lid 4, tweede alinea, onder b). Een beroep op deze bepaling moet gegrond zijn op een specifieke behoefte om af te wijken van de basisregel die inhoudt dat de Commissie een ontwerpuitvoeringshandeling kan vaststellen indien er geen advies is uitgebracht. Aangezien het hier een uitzondering betreft op de algemene regel zoals vastgesteld in artikel 5, lid 4, kan gebruikmaking van de tweede alinea, onder b), niet eenvoudig als een "discretionaire bevoegdheid" van de wetgever worden beschouwd, maar moet het op restrictieve wijze worden uitgelegd en dus worden gemotiveerd /14 ons/cle/roe/sv 6

7 Richtlijn 2014/23/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten PB L 94 van , blz. 1 PE-CONS 73/13 Gekwalificeerde Verklaring van de Commissie betreffende artikel 18, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten, artikel 36, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en artikel 30, lid 3, van de richtlijn betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten Artikel 18, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten, artikel 36, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en artikel 30, lid 3, van de richtlijn betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten liggen vast in de thans toepasselijke Uniewetgeving. Zij dienen overeenkomstig het Unierecht en in het licht van de fundamentele beginselen daarvan te worden toegepast, met name de beginselen van gelijke behandeling en non-discriminatie van economische subjecten, ook indien afkomstig uit andere lidstaten. De Commissie zal de toepassing van deze bepalingen door de lidstaten en door de aanbestedende diensten/instanties nauwlettend volgen. Verklaring van de Commissie over artikel 18 van de richtlijn betreffende concessieovereenkomsten 1. Overeenkomstig artikel 18 en overweging 52 van deze richtlijn wordt de maximale looptijd voor concessies die langer duren dan vijf jaar beperkt tot de periode waarin van een concessiehouder redelijkerwijs verwacht mag worden dat hij de investeringen hij heeft gemaakt voor de exploitatie van de werken en diensten, samen met een rendement op geïnvesteerd vermogen terugverdient, rekening houdend met de investeringen die nodig zijn om de specifieke contractuele doelstellingen te halen. 2. Met het oog op een uniforme handhaving van de richtlijn acht de Commissie het noodzakelijk dat in de nationale tenuitvoerleggingsmaatregelen van artikel 18, conform de in overweging 52 gegeven uitleg, wordt bepaald dat bij de raming van de looptijd rekening moet wordt gehouden met de initiële alsook de verdere investeringen die noodzakelijk worden geacht voor de exploitatie van de concessie, en met name uitgaven voor infrastructuur, auteursrechten, octrooien, uitrusting, logistiek, aanwerving, opleiding van personeel en eerste uitgaven. Verklaring van Oostenrijk Het onderhavige richtlijnenpakket behelst een herziening en actualisering van het gehele juridische kader voor overheidsopdrachten. Gezien de centrale rol die overheidsopdrachten spelen in de algehele economische prestaties van de Europese Unie, zijn de juridische en taalkundige kwaliteit en de begrijpelijkheid van het nieuwe rechtskader van het grootste belang. Oostenrijk wijst er evenwel op dat bij de opstelling van de taalversies van de drie richtlijnen inzake overheidsopdrachten de termijnen zo kort waren dat een correcte en kwalitatief hoogwaardige vertaling althans voor de Duitse taal niet in alle opzichten gewaarborgd kon worden. Oostenrijk betreurt deze onredelijke tijdsdruk, te meer daar er geen dwingende redenen leken te zijn voor grote haast en de onduidelijkheden bij de opstelling van de taalversies die daarvan het gevolg waren het doel, namelijk vereenvoudiging van het rechtskader voor aanbesteders en marktdeelnemers, in het gedrang kunnen brengen /14 ons/cle/roe/sv 7

8 Richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten en tot intrekking van Richtlijn 2004/18/EG PB L 94 van , blz. 65 PE-CONS 74/13 Gekwalificeerde Verklaring van de Commissie betreffende artikel 18, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten, artikel 36, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en artikel 30, lid 3, van de richtlijn betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten Artikel 18, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten, artikel 36, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en artikel 30, lid 3, van de richtlijn betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten liggen vast in de thans toepasselijke Uniewetgeving. Zij dienen overeenkomstig het Unierecht en in het licht van de fundamentele beginselen daarvan te worden toegepast, met name de beginselen van gelijke behandeling en non-discriminatie van economische subjecten, ook indien afkomstig uit andere lidstaten. De Commissie zal de toepassing van deze bepalingen door de lidstaten en door de aanbestedende diensten/instanties nauwlettend volgen. Verklaring van Oostenrijk Het onderhavige richtlijnenpakket behelst een herziening en actualisering van het gehele juridische kader voor overheidsopdrachten. Gezien de centrale rol die overheidsopdrachten spelen in de algehele economische prestaties van de Europese Unie, zijn de juridische en taalkundige kwaliteit en de begrijpelijkheid van het nieuwe rechtskader van het grootste belang. Oostenrijk wijst er evenwel op dat bij de opstelling van de taalversies van de drie richtlijnen inzake overheidsopdrachten de termijnen zo kort waren dat een correcte en kwalitatief hoogwaardige vertaling althans voor de Duitse taal niet in alle opzichten gewaarborgd kon worden. Oostenrijk betreurt deze onredelijke tijdsdruk, te meer daar er geen dwingende redenen leken te zijn voor grote haast en de onduidelijkheden bij de opstelling van de taalversies die daarvan het gevolg waren het doel, namelijk vereenvoudiging van het rechtskader voor aanbesteders en marktdeelnemers, in het gedrang kunnen brengen /14 ons/cle/roe/sv 8

9 Richtlijn 2014/25/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en houdende intrekking van Richtlijn 2004/17/EG PB L 94 van , blz. 243 PE-CONS 75/13 Gekwalificeerde Verklaring van de Commissie betreffende artikel 18, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten, artikel 36, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en artikel 30, lid 3, van de richtlijn betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten Artikel 18, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten, artikel 36, lid 2, van de richtlijn betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en artikel 30, lid 3, van de richtlijn betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten liggen vast in de thans toepasselijke Uniewetgeving. Zij dienen overeenkomstig het Unierecht en in het licht van de fundamentele beginselen daarvan te worden toegepast, met name de beginselen van gelijke behandeling en non-discriminatie van economische subjecten, ook indien afkomstig uit andere lidstaten. De Commissie zal de toepassing van deze bepalingen door de lidstaten en door de aanbestedende diensten/instanties nauwlettend volgen. Verklaring van Oostenrijk Het onderhavige richtlijnenpakket behelst een herziening en actualisering van het gehele juridische kader voor overheidsopdrachten. Gezien de centrale rol die overheidsopdrachten spelen in de algehele economische prestaties van de Europese Unie, zijn de juridische en taalkundige kwaliteit en de begrijpelijkheid van het nieuwe rechtskader van het grootste belang. Oostenrijk wijst er evenwel op dat bij de opstelling van de taalversies van de drie richtlijnen inzake overheidsopdrachten de termijnen zo kort waren dat een correcte en kwalitatief hoogwaardige vertaling althans voor de Duitse taal niet in alle opzichten gewaarborgd kon worden. Oostenrijk betreurt deze onredelijke tijdsdruk, te meer daar er geen dwingende redenen leken te zijn voor grote haast en de onduidelijkheden bij de opstelling van de taalversies die daarvan het gevolg waren het doel, namelijk vereenvoudiging van het rechtskader voor aanbesteders en marktdeelnemers, in het gedrang kunnen brengen /14 ons/cle/roe/sv 9

10 NIET-WETGEVINGSHANDELINGEN HANDELING 2014/107/EU: Besluit van de Raad van 11 februari 2014 betreffende de ondertekening namens de Europese Unie van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Azerbeidzjan inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven PB L 59 van , blz /185/EU: Besluit van de Raad van 11 februari 2014 inzake de ondertekening, namens de Unie, van de regeling tussen de Europese Unie en de Zwitserse Bondsstaat betreffende de nadere bijzonderheden van de deelname van de Zwitserse Bondsstaat aan het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken PB L 102 van , blz /186/EU: Besluit van de Raad van 11 februari 2014 inzake de ondertekening, namens de Unie, van de regeling tussen de Europese Unie en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de nadere bijzonderheden van de deelname van het Vorstendom Liechtenstein aan het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken PB L 102 van , blz /194/EU: Besluit van de Raad van 11 februari 2014 inzake de ondertekening, namens de Unie, van de regeling tussen de Europese Unie en de Republiek IJsland betreffende de nadere bijzonderheden van de deelname van de Republiek IJsland aan het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken PB L 106 van , blz /204/EU: Besluit van de Raad van 11 februari 2014 inzake de ondertekening, namens de Unie, en de voorlopige toepassing van de regeling tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Noorwegen betreffende de nadere bijzonderheden van de deelname van het Koninkrijk Noorwegen aan het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken PB L 109 van , blz. 1 Uitvoeringsverordening (EU) nr. 135/2014 van de Raad van 11 februari 2014 tot intrekking van het antidumpingrecht op dicyaandiamide van oorsprong uit de Volksrepubliek China naar aanleiding van een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen op grond van artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 PB L 43 van , blz. 1 DOCUMENT / VERKLARINGEN 15593/ /14 REV /14 REV /14 REV /14 REV /14 REV /14 ons/cle/roe/sv 10

11 Besluit van de Raad betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie en haar lidstaten, van een 14381/13 protocol bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds, over het vrije verkeer van personen, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie 2014/164/EU: Besluit van de Raad van 11 februari 2014 betreffende de sluiting, namens de 12324/13 Europese Unie, van het Protocol tegen de illegale vervaardiging van en handel in vuurwapens, delen en onderdelen daarvan en munitie, tot aanvulling van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad PB L 89 van , blz. 7 Verklaring van het Verenigd Koninkrijk De Raad wordt verzocht zijn goedkeuring te hechten aan een voorstel voor een besluit van de Raad, met als rechtsgrondslag de artikelen 114, 207 en 218, lid 6, onder a), van het VWEU, betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van het Protocol tegen de illegale vervaardiging van en handel in vuurwapens, delen en onderdelen daarvan en munitie, tot aanvulling van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen grensoverschrijdende misdaad ("het Vuurwapenprotocol"). Volgens het Verenigd Koninkrijk hadden de artikelen 83 en 87 van het VWEU als rechtsgrondslag vermeld moeten worden ter ondersteuning van respectievelijk de artikelen 9 en 11 van het Vuurwapenprotocol. Daarnaast is het Verenigd Koninkrijk van oordeel dat het besluit van de Raad had moeten worden opgesplitst, om enerzijds de aspecten die niet onder Titel V en anderzijds de aspecten die wel onder Titel V van het Vuurwapenprotocol vallen, te bestrijken. Aangezien het Verenigd Koninkrijk kan instemmen met de in de artikelen 9 en 11 van het Vuurwapenprotocol vervatte beleidsdoelstellingen, heeft het kennis gegeven van zijn wens deel te nemen aan de aanneming en toepassing van dit besluit, in overeenstemming met artikel 3 van Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht bij het Verdrag betreffende de Europese Unie en bij het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie /14 ons/cle/roe/sv 11

12 3293e zitting van de Raad van de Europese Unie (LANDBOUW EN VISSERIJ), gehouden te Brussel op 17 februari 2014 WETGEVINGSHANDELINGEN HANDELING DOCUMENT STEMREGEL STEMMING Verordening (EU) nr. 252/2014 van het Europees Parlement en de Raad van PE-CONS 75/13 Gekwalificeerde 26 februari 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 774/94 van de Raad, wat de aan de Commissie te verlenen gedelegeerde bevoegdheden en uitvoeringsbevoegdheden betreft PB L 84 van , blz. 35 Verklaring van de Commissie over codificatie De vaststelling van deze verordening zal leiden tot een aanzienlijk aantal wijzigingen in de handelingen in kwestie. Ter verbetering van de leesbaarheid van de betrokken handelingen zal de Commissie zo spoedig mogelijk na de vaststelling van de verordening en uiterlijk op 30 september 2014, een codificatie ervan voorstellen. Verklaring van de Commissie over gedelegeerde handelingen In het kader van deze verordening herinnert de Commissie aan haar toezegging in punt 15 van het Kaderakkoord over de betrekkingen tussen het Europees Parlement en de Europese Commissie, namelijk dat zij in het kader van de opstelling van gedelegeerde handelingen het Parlement alle informatie en documentatie over haar bijeenkomsten met nationale deskundigen zal verstrekken. Verordening (EG) nr. 251/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 inzake de definitie, de aanduiding, de aanbiedingsvorm, de etikettering en de bescherming van geografische aanduidingen van gearomatiseerde wijnbouwproducten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1601/91 van de Raad. PB L 84 van , blz. 14 Verordening (EU) nr. 255/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2008/97, (EG) nr. 779/98 en (EG) nr. 1506/98 van de Raad op het gebied van de invoer van olijfolie en andere landbouwproducten uit Turkije, wat de aan de Commissie te verlenen gedelegeerde bevoegdheden en uitvoeringsbevoegdheden betreft PB L 84 van , blz. 57 PE-CONS 91/13 REV 1 PE-CONS 112/13 Gekwalificeerde Gekwalificeerde, behalve: Tegen: FR 10191/14 ons/cle/roe/sv 12

13 Verklaring van de Commissie over codificatie De vaststelling van deze verordening zal leiden tot een aanzienlijk aantal wijzigingen in de handelingen in kwestie. Ter verbetering van de leesbaarheid van de betrokken handelingen zal de Commissie zo spoedig mogelijk na de vaststelling van de verordening en uiterlijk op 30 september 2014, een codificatie ervan voorstellen. Verklaring van de Commissie over gedelegeerde handelingen In het kader van deze verordening herinnert de Commissie aan haar toezegging in punt 15 van het Kaderakkoord over de betrekkingen tussen het Europees Parlement en de Europese Commissie, namelijk dat zij in het kader van de opstelling van gedelegeerde handelingen het Parlement alle informatie en documentatie over haar bijeenkomsten met nationale deskundigen zal verstrekken. Richtlijn 2014/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen met het oog op tewerkstelling als seizoenarbeider PB L 94 van , blz. 375 PE-CONS 113/13 Gekwalificeerde, behalve: Tegen: CZ,, PL Onthoudingen: BG, AT Verklaring van Tsjechië en Polen Tsjechië en Polen zijn van oordeel dat het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen met het oog op tewerkstelling als seizoenarbeider niet in overeenstemming is met de in artikel 5 van het VEU bepaalde beginselen van subsidiariteit en evenredigheid. Tsjechië en Polen zijn van oordeel dat criteria betreffende de toelating op het grondgebied, de toegang tot de arbeidsmarkt en de rechten van seizoenarbeiders voldoende kunnen worden gereguleerd op het nationale niveau. Seizoenarbeiders die in één lidstaat worden toegelaten, hebben geen invloed op de arbeidsmarkt in andere lidstaten omdat deze richtlijn hun geen recht op mobiliteit binnen de EU verleent. Regelgeving op EU-niveau is derhalve niet nodig. Daarentegen kan de lange en ingewikkelde procedure die bij deze richtlijn wordt ingesteld, wel een belemmering voor de stroom van seizoenarbeiders vormen en tot tekorten aan arbeidskrachten leiden, vooral in lidstaten die afhankelijk zijn van seizoenarbeiders uit derde landen, met name in de landbouwsector. Gelet op het feit dat de richtlijn ook van toepassing is op een verblijf van ten hoogste 90 dagen, maken Tsjechië en Polen zich zorgen over de samenhang en de compactheid van het Schengenacquis. Aangezien de richtlijn voorziet in voorwaarden voor een verblijf van ten hoogste 90 dagen, zal zij de betrokken bepalingen van het Schengenacquis (de visumcode en de Schengenuitvoeringsovereenkomst) doorkruisen. Een bijzonder punt van zorg is met name de verplichte verlenging van een kort verblijf door middel van een visum voor verblijf van langere duur op het grondgebied van een lidstaat. Aangezien visa voor verblijf van langere duur in beginsel voor een verblijf van meer dan 90 dagen en over het algemeen buiten het grondgebied van de lidstaten worden afgegeven, zal die maatregel de samenhang van het visumbeleid verstoren en kan hij voor een groter risico op misbruik zorgen. Tsjechië en Polen betwijfelen ernstig of artikel 79 VWEU wel de passende rechtsgrondslag voor deze richtlijn is. Naar hun oordeel heeft dat artikel geen betrekking op het gemeenschappelijk beleid inzake visa en andere verblijfstitels van korte duur /14 ons/cle/roe/sv 13

14 Verklaring van de Republiek Bulgarije Bulgarije heeft consequent principiële steun verleend aan het voorstel voor een richtlijn, maar heeft tegelijkertijd een voorbehoud gehandhaafd bij artikel 23, lid 1, punt e), en lid 2, punt i), aangezien het van oordeel is dat de tekst onvoldoende strookt met de rechtsgrondslag uit het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU); artikel 79 voorziet louter in de billijke, maar niet in de gelijke behandeling van onderdanen van derde landen die legaal op het grondgebied van de lidstaten verblijven. Daarop voortbouwend kan worden gesteld dat de gereguleerde toegang voor onderdanen van derde landen tot de sociale zekerheid, met rechten die volledig gelijk zijn aan die van EU-burgers, niet voortvloeit uit de bepalingen van het VWEU, met name de rechtsgrondslag van het voorstel (artikel 79), en in strijd is met de status van EU-burger en, in het bijzonder, de daaraan gerelateerde rechten op sociaal gebied. Er is bijgevolg een contradictie met de andere bepalingen van het VWEU, met name op het gebied van de sociale zekerheid: zo zal Bulgarije volgens de voorgestelde tekst bijvoorbeeld aanzienlijke wijzigingen dienen aan te brengen in de structuur en de financiering van de gezondheidszorg (financiering van de verzekering en van de begroting) en wat betreft een aantal van de uitkeringen krachtens artikel 3 van Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (op basis van artikel 23, lid 1, punt d), van de voorgestelde richtlijn). In Bulgarije geldt wat betreft de toegang tot het systeem van de gezondheidszorg, gezinsbijslagen en uitkeringen bij invaliditeit de vereiste dat de begunstigde permanent in het land moet verblijven, en Bulgarije heeft het recht die vereiste te handhaven voor onderdanen van derde landen. Het feit dat Bulgarije bij de omzetting van de richtlijn een dergelijke verandering zal moeten doorvoeren, druist volgens ons in tegen de duidelijke verdeling van bevoegdheden tussen de EU en de lidstaten, alsmede tegen het subsidiariteitsbeginsel overeenkomstig het Verdrag van Lissabon (op grond van artikel 79 en artikel 153, lid 4, eerste streepje, juncto artikel 153, lid 1, punten c) en g), VWEU). Als bijkomende motivering verwijst Bulgarije voorts naar de lopende debatten die door een aantal lidstaten op gang zijn gebracht en waarin het beginsel van gelijke behandeling van EU-burgers in vraag wordt gesteld, wat een overtreding vormt van artikel 18 VWEU, dat erin voorziet dat discriminatie op grond van nationaliteit verboden is, in het bijzonder na het verstrijken van alle mogelijke beperkingen van het vrije verkeer van Bulgaarse (en Roemeense) werknemers op het grondgebied van de EU. Bulgarije kan, aangezien het voor zijn eigen burgers onzeker is of zij hun recht op vrij verkeer in de EU kunnen uitoefenen en mede rekening houdend met de bovenstaande motivering, niet pleiten voor het verlenen van meer rechten aan onderdanen van derde landen, in het bijzonder gelet op het feit dat deze slechts tijdelijk op het grondgebied van de EU werken en verblijven. Standpunt (EU) nr. 2/2014 van de Raad in eerste lezing met het oog op de vaststelling van een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende minimumvereisten voor de vergroting van de mobiliteit van werknemers door verbetering van de verwerving en het behoud van aanvullende pensioenrechten PB C 77E van , blz /14 + ADD 1 Gekwalificeerde, behalve: Onthouding: MT 10191/14 ons/cle/roe/sv 14

15 Verklaring van Duitsland Duitsland stemt in met de richtlijn. De in het kader van de trialoog in artikel 5, lid 3, ingevoegde nieuwe bepaling, die voorschrijft dat zonder uitzondering het akkoord van de werknemers met de uitkering van bedrijfspensioenrechten is vereist, is evenwel niet adequaat. In het geval van zeer geringe bedrijfspensioenrechten leidt zulks tot een onevenredig hoge bureaucratische rompslomp, die noch vanuit het standpunt van de werkgever noch vanuit dat van de werknemer gerechtvaardigd is. Verklaring van Malta Malta erkent en steunt ten volle de doelstelling van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende minimumvereisten voor de vergroting van de mobiliteit van werknemers door verbetering van de verwerving en het behoud van aanvullende pensioenrechten. Daarnaast is Malta ermee ingenomen dat het toepassingsgebied van de compromistekst strookt met artikel 46 VWEU, en dat nu derhalve bepaald is dat de richtlijn van toepassing is op vertrekkende werknemers die zich naar een andere lidstaat begeven en niet op werknemers die binnen dezelfde lidstaat verhuizen. Malta betreurt het echter dat de laatste wijzigingen die in de definitie van "vertrekkende werknemer" zijn aangebracht een hoge mate van rechtsonzekerheid met zich mee brengen, die kan leiden tot praktische problemen wanneer het beperkte toepassingsgebied van de richtlijn wordt gehanteerd zonder dat dezelfde uit hoofde van de richtlijn geldende regels ook van toepassing moeten zijn op deelnemers aan de regeling die binnen dezelfde lidstaat van werk veranderen. Malta meent dat dat erop zou neerkomen dat de richtlijn een indirecte harmonisatie creëert die verder gaat dan hetgeen de wetgever bedoelde en die de overeengekomen rechtsgrondslag te buiten gaat. Malta acht zich dan ook niet verplicht om op deze wijze aan de richtlijn gevolg te geven. Malta acht het van groot belang dat er in het kader van wetgeving op toegezien wordt dat de werkingssfeer van een richtlijn in de praktijk realiseerbaar is. Met name op het gebied van het pensioenbeleid, dat een gevoelig terrein is, is het hoogst belangrijk dat de EU-wetgeving juridisch duidelijk is en zekerheid biedt, en dat niet getracht wordt harmonisatie te bewerkstelligen zonder de daarvoor noodzakelijke rechtsgrondslag. Bij de stemming over deze richtlijn zal Malta zich daarom onthouden /14 ons/cle/roe/sv 15

16 NIET-WETGEVINGSHANDELINGEN HANDELING DOCUMENT / VERKLARINGEN Ontwerpbesluit van de Raad betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van de 12221/13 overeenkomst tussen de Europese Unie en de Russische Federatie inzake drugsprecursoren 2014/195/EU: Besluit van de Raad van 17 februari 2014 waarbij de lidstaten worden 13408/13 gemachtigd om de Overeenkomst van Kaapstad van 2012 inzake de tenuitvoerlegging van de bepalingen van het Protocol van Torremolinos van 1993 inzake het Internationaal Verdrag van Torremolinos voor de beveiliging van vissersvaartuigen van 1977 te ondertekenen, te bekrachtigen of ertoe toe te treden PB L 106 van , blz. 4 Besluit van de Raad houdende machtiging tot het openen van onderhandelingen over een 6119/14 overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Colombia tot vaststelling van een kader voor de deelname van de Republiek Colombia aan crisisbeheersingsoperaties van de Europese Unie ('deelnamekaderovereenkomst') Besluit 2014/98/GBVB van de Raad van 17 februari 2014 houdende wijziging van Besluit 2011/101/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Zimbabwe PB L 50 van , blz. 20 Verordening (EU) nr. 153/2014 van de Raad van 17 februari 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 314/2004 inzake bepaalde beperkende maatregelen tegen Zimbabwe en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 298/2013 PB L 50 van , blz / / /14 ons/cle/roe/sv 16

17 3294e zitting van de Raad van de Europese Unie (ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN), gehouden te Brussel op 18 februari 2014 WETGEVINGSHANDELINGEN HANDELING DOCUMENT STEMREGEL STEMMING Verordening (EU) nr. 248/2014 van het Europees Parlement en de Raad van PE-CONS 9/14 Gekwalificeerde 26 februari 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 260/2012 ten aanzien van de migratie naar uniale overmakingen en automatische afschrijvingen PB L 84 van , blz. 1 Verklaring van het Verenigd Koninkrijk Het Verenigd Koninkrijk maakt geen principieel bezwaar tegen het verordeningsvoorstel, maar maakt zich zorgen over de voortvarende aanpak die voor dit dringende wetgevingsvoorstel is gevolgd. De lidstaten hadden voor de bekendmaking door de Commissie moeten worden geïnformeerd over haar voornemen om de uitvoeringsdatum te verschuiven. De nationale parlementen moeten voldoende tijd krijgen om wetgevingsvoorstellen van de EU te bestuderen. Het oorspronkelijke tijdpad had dat niet mogelijk gemaakt. NIET-WETGEVINGSHANDELINGEN HANDELING Aanbevelingen van de Raad betreffende de aan de bij het VWEU en het Euratom-Verdrag opgerichte organen te verlenen kwijting voor de uitvoering van de begroting voor het begrotingsjaar 2012 Aanbevelingen van de Raad inzake de aan de uitvoerende agentschappen te verlenen kwijting voor de uitvoering van de begroting voor het begrotingsjaar 2012 Aanbevelingen van de Raad inzake de aan de uitvoerende agentschappen te verlenen kwijting voor de uitvoering van de begroting voor het begrotingsjaar /196/EU: Uitvoeringsbesluit van de Raad van 18 februari 2014 tot goedkeuring van de actualisering van het macro-economische aanpassingsprogramma van Portugal PB L 107 van , blz /197/EU: Uitvoeringsbesluit van de Raad van 18 februari 2014 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2011/344/EU tot verlening van financiële bijstand van de Unie aan Portugal PB L 107 van , blz. 61 DOCUMENT / VERKLARINGEN 5849/14 + ADD /14 + ADD /14 + ADD / / /14 ons/cle/roe/sv 17

18 2014/96/EU: Besluit van de Raad van 18 februari 2014 houdende verlenging van 6223/14 Besluit 2012/96/EU PB L 48 van , blz. 10 Aanbeveling voor een besluit van de Raad houdende machtiging van de Commissie om 6051/14 namens de Europese Unie onderhandelingen te openen voor de vernieuwing van het protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij met Mauritanië Verklaring van de Commissie De Commissie acht het niet nodig dat in een besluit van de Raad houdende machtiging van de Commissie om onderhandelingen te openen, een materiële rechtsgrondslag wordt opgenomen. Verklaring van Nederland Nederland stemt voor het voorstel voor een besluit van de Raad houdende machtiging van de Commissie om namens de Europese Unie onderhandelingen te openen voor de vernieuwing van het protocol bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij met de Republiek Mauritanië. Nederland zal het resultaat van die onderhandelingen beoordelen op de duurzaamheid en het economisch rendement voor de Europese Unie. Voorts dringt Nederland er bij de Commissie op aan om een omissie in het huidige protocol weg te werken. Volgens het internationaal recht heeft een vlaggenstaat de exclusieve bevoegdheid om de arbeidsvoorwaarden, opleiding en certificering van vissers op vaartuigen die zijn vlag voeren, te bepalen. Met een nieuw protocol moeten de vlaggenstaten hun internationale verplichtingen kunnen nakomen aangaande de veiligheid aan boord, ook wanneer Mauritaanse zeelieden in dienst worden genomen. Nederland zal nagaan of in het voorstel voor een nieuw protocol aan deze belangrijke eis voldaan wordt. Conclusies van de Raad over het Europees semester 2014: macro-economische en fiscale 6145/14 richtsnoeren voor de lidstaten Conclusies van de Raad over het Waarschuwingsmechanismeverslag /14 Aanbeveling van de Raad betreffende de aan de Commissie te verlenen kwijting voor de 5848/14 uitvoering van de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar /14 ons/cle/roe/sv 18

19 Verklaring van Nederland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk Betreffende: het jaarverslag van de Europese Rekenkamer over de uitvoering van de EU-begroting 2012; de aan de Commissie te verlenen kwijting voor de uitvoering van de EU-begroting voor het begrotingsjaar 2012; en de ontwerpaanbeveling van de Raad in document 5848/1/14 REV 1 FIN 71 PEL /14 ADD 1 FIN 71 PE-L 6, leggen Nederland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk de volgende verklaring af: wij betreuren het ten zeerste dat de Europese Rekenkamer voor het negentiende jaar op rij geen betrouwbaarheidsverklaring zonder punten van voorbehoud heeft kunnen afgeven voor de EU-begroting in haar geheel en dat het totale foutenpercentage in de afgelopen jaren is gestegen tot 4,8%, ruimschoots boven de aanvaardbare drempel van 2%; wij benadrukken dat het noodzakelijk is een verdere toename van het foutenpercentage te voorkomen, en zijn het er in dat verband over eens dat de geloofwaardigheid van de EU-uitgaven staat of valt met een verbeterd financieel beheer door alle actoren die bij de aanwending van EU-middelen betrokken zijn; wij benadrukken opnieuw hoe belangrijk het is dat de EU-middelen aan een onafhankelijke audit op EU-niveau worden onderworpen en spreken onze krachtige steun uit voor het werk van de Europese Rekenkamer; wij dringen er bij de Commissie op aan gebruik te maken van het nieuwe meerjarig financieel kader en het herziene Financieel Reglement om initiatieven voor een significante vermindering van de foutenpercentages voor te stellen, onder andere door een verdere vereenvoudiging en verduidelijking van het regelgevend kader met het oog op een betere naleving ervan, en door het uitvaardigen van richtsnoeren ter bevordering van een algemeen aanvaarde interpretatie, gezien de moeilijkheden die worden veroorzaakt door de complexiteit van de bestaande regels; wij nemen er nota van dat circa 80% van de EU-begroting door de lidstaten wordt uitgegeven in het kader van gedeeld beheer; wij herhalen hoe belangrijk het is dat alle lidstaten de volle verantwoordelijkheid op zich nemen voor de invoering van doelmatige en doeltreffende controlemechanismen voor het beheer van de EU-middelen op nationaal niveau, meer in het bijzonder gezien het herzien Financieel Reglement, dat nieuwe en aanvullende controle- en rapportageverplichtingen bevat; wij roepen de lidstaten en de Europese Commissie op te zorgen voor een spoedige uitvoering van deze nieuwe rapportageverplichtingen; wij benadrukken dat transparantie wezenlijk deel uitmaakt van de verantwoordingsplicht, en roepen de lidstaten daarom op om jaarlijks een overzicht van de controles en een beheersverklaring te publiceren, nadat zij daartoe in het kader van het nieuwe Financieel Reglement zijn opgeroepen; wij dringen er bij de Commissie op aan een efficiënt financieel beheer te blijven nastreven, met inbegrip van een strikte toepassing van financiële correcties en terugvorderingen; wij verzoeken de Commissie het gebruik van gestandaardiseerde instrumenten voor kostencalculatie te vergemakkelijken; wij moedigen de Commissie aan haar jaarlijkse activiteitenverslagen en andere omvattende verslagen te blijven bekendmaken, zodat de Europese burger kan beschikken over toegankelijke en vergelijkbare gegevens wat betreft de prestaties en de wettigheid en regelmatigheid van de EU-uitgaven in de lidstaten; wij bevestigen, net als de Rekenkamer, het belang van de kwaliteit van de EU-uitgaven, en roepen de Commissie op verdere stappen te nemen om de Europese toegevoegde waarde van de met EU-middelen gefinancierde initiatieven te monitoren en te versterken. Conclusies van de Raad over begrotingsrichtsnoeren voor / /14 ons/cle/roe/sv 19

20 3295e zitting van de Raad van de Europese Unie (Concurrentievermogen (Interne Markt, Industrie, Onderzoek en Ruimtevaart)), gehouden te Brussel op 20 en 21 februari 2014 WETGEVINGSHANDELINGEN HANDELING DOCUMENT STEMREGEL STEMMING Besluit 136/2014/EU van de Raad van 20 februari 2014 tot vaststelling van regels en procedures voor de deelname van Groenland aan de Kimberleyprocescertificering PB L 84 van , blz /14 Eenparigheid van stemmen Verordening (EU) nr. 257/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2368/2002 van de Raad teneinde Groenland op te nemen in de tenuitvoerlegging van de Kimberleyprocescertificering PB L 84 van , blz. 69 Standpunt (EU) nr. 3/2014 van de Raad in eerste lezing met het oog op de aanneming van een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende het geluidsniveau van motorvoertuigen en vervangende geluidsdempingssystemen, en tot wijziging van Richtlijn 2007/46/EG en tot intrekking van Richtlijn 70/157/EEG - vastgesteld door de Raad op 20 februari 2014 PE-CONS 136/13 Gekwalificeerde 17695/13 Gekwalificeerde, behalve: Tegen: PB C 82E van , blz. 1 Verklaring van Nederland Nederland kan geen goedkeuring hechten aan het met het Europees Parlement bereikte compromis. Geluidsemissienormen voor motorvoertuigen zijn een belangrijke en kostenefficiënte manier om geluidsemissies bij de bron te verlagen en zodoende bij te dragen aan de gezondheid en het welzijn van de burgers. De voornaamste reden waarom Nederland dit compromis van de hand wijst, ligt besloten in de testmethoden waarbij het gebruik van versleten banden is toegestaan. Wij voorspellen dat voertuigen in de praktijk meer geluid zullen produceren dan tijdens de tests. Dat kan ertoe leiden dat voertuigen op de weg de grenswaarden overschrijden /14 ons/cle/roe/sv 20

21 Verordening (EU) nr. 256/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 inzake de mededeling aan de Commissie van investeringsprojecten met betrekking tot energie-infrastructuur binnen de Europese Unie, houdende vervanging van Verordening (EU, Euratom) nr. 617/2010 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 736/96 PB L 84 van , blz. 61 Verordening (EU) nr. 249/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 tot intrekking van Verordening (EG) nr. 827/2004 van de Raad houdende een verbod op de invoer van grootoogtonijn (Thunnus obesus) van oorsprong uit Bolivia, Cambodja, Equatoriaal-Guinea, Georgië en Sierra Leone en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1036/2001 PB L 84 van , blz. 4 Richtlijn 2014/26/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het collectieve beheer van auteursrechten en naburige rechten en de multiterritoriale licentieverlening van rechten inzake muziekwerken voor onlinegebruik op de interne markt PB L 84 van , blz. 72 PE-CONS 117/13 PE-CONS 16/14 PE-CONS 16/14 Gekwalificeerde Gekwalificeerde Gekwalificeerde, behalve: Onthouding: PL Verklaring van Nederland en Duitsland De richtlijn voorziet in de instelling van een deskundigengroep (artikel 41), die bepaalde taken in verband met de toepassing van de richtlijn door de lidstaten zal verrichten. Ter wille van de duidelijkheid wensen Nederland en Duitsland te onderstrepen dat de deskundigengroep door de wetgever wordt ingesteld, en dat deze derhalve niet valt onder het Kaderakkoord over de betrekkingen tussen het Europees Parlement en de Europese Commissie (PB L 304, blz. 47). Voorts wensen Nederland en Duitsland te onderstrepen dat noch het Verdrag betreffende de Europese Unie, noch het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie het Europees Parlement enige taak in verband met de toepassing van richtlijnen en verordeningen toevertrouwen /14 ons/cle/roe/sv 21

22 Verklaring van de Republiek Slovenië Slovenië steunt de eenmaking van het collectieve beheer van rechten teneinde het doeltreffend en transparant functioneren van collectieve beheersorganisaties in de EU te garanderen. Het bevorderen en faciliteren van multiterritoriale rechten zou een positief effect kunnen hebben op de beschikbaarheid van nieuw aanbod voor zowel consumenten als dienstverleners. Niettemin heeft Slovenië de hele procedure lang voorbehouden gemaakt bij een aantal materiële bepalingen in de ontwerprichtlijn. Slovenië plaatst zich op het standpunt dat het voor de lidstaten van essentieel belang is gebruik te blijven maken van de regeling voor vergunningverlening aan de collectieve beheersorganisaties die op hun respectieve grondgebieden opereren, en toezicht te blijven uitoefenen op hun activiteiten. Vrije dienstverlening door collectieve beheersorganisaties buiten de grenzen van de lidstaat waar de organisatie haar zetel heeft, zou kunnen leiden tot de opsplitsing van een door een collectieve beheersorganisatie beheerd repertoire in meerdere, door verschillende organisaties beheerde repertoires. Slovenië vindt dat zulks noch de houders van auteursrechten, noch de consumenten ten goede zou komen. Slovenië bepleit ook een duidelijker afbakening van de verantwoordelijkheden van de bevoegde autoriteiten die zorgen voor de afstemming van de activiteiten van de collectieve beheersorganisaties op de nationale rechtsregelingen, die op basis van deze richtlijn zijn vastgesteld. Het zou verstandig zijn de autoriteit van het land waar de organisatie actief is, te belasten met het toezicht op de werking van de collectieve beheersorganisaties, omdat het materieel recht niet eenvormig is in de gehele EU. Gezien het bovenstaande pleit Slovenië voor voorafgaande vergunning en toezichtsregelingen voor collectieve beheersorganisaties die in andere lidstaten gevestigd zijn. Mits overweging 37 wordt opgenomen in de tekst van de richtlijn inzake een regeling van voorafgaande afgifte van vergunningen en toezicht in een lidstaat, aanvaardt Slovenië bij wijze van compromis hierbij het definitieve compromisakkoord over de ontwerprichtlijn. Verklaring van Letland De Republiek Letland vestigt de aandacht op het feit dat de juridische term 'veikt uzņēmējdarbību die in de Letse versie van de richtlijn met betrekking tot de vestigingsplaats van collectieve organisaties voor het beheer van rechten wordt gebruikt, de betekenis heeft van 'het verrichten van een ondernemings-/bedrijfsactiviteit' en bijgevolg inhoudelijk een andere juridische betekenis heeft dan de term "to be established" die in de Engelse en de andere taalversies van de richtlijn wordt gebruikt. De Republiek Letland wijst erop dat inconsistent of incorrect gebruik van inhoudelijk dermate belangrijke juridische terminologie aanleiding geeft tot juridische onduidelijkheid en derhalve het juridische beginsel dat alle taalversies van de richtlijn gelijkelijk authentiek zijn, op de helling dreigt te zetten. De Republiek Letland wijst erop dat de term 'zijn gevestigd' in een vergelijkbare context voorkomt in artikel 49 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, waar hij in het Lets vertaald is als 'izveidot'. De term 'izveidot' is een betere vertaling van het 'zijn gevestigd' in de zin van de richtlijn. De Republiek Letland is voornemens met betrekking tot de richtlijn de corrigendumprocedure te starten ter wille van een consistente en correcte terminologie /14 ons/cle/roe/sv 22

6342/14 ADD 1 ons/wat/sv 1 DPG

6342/14 ADD 1 ons/wat/sv 1 DPG RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 maart 2014 (OR. en) 6342/14 ADD 1 PV/CONS 4 ONTWERPNOTULEN Betreft: 3292e zitting van de Raad van de Europese Unie (ALGEMENE ZAKEN) op 10 februari 2014 te Brussel

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 4 april 209 (OR. en) 208/0390 (COD) PE-CONS 7/9 VISA 49 COMIX 36 PREP-BXT 77 CODEC 572 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.6.2016 C(2016) 3347 final UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 6.6.2016 tot vaststelling van de lijst van bewijsstukken die visumaanvragers moeten verstrekken in Iran,

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2006R1412 NL 01.07.2013 003.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 1412/2006 VAN DE RAAD van 25

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.1.2017 COM(2017) 17 final 2017/0011 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot het

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.8.2017 COM(2017) 422 final 2017/0189 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot vervanging van bijlage A bij Verordening (EU) 2015/848 betreffende

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.12.2016 COM(2016) 798 final 2016/0399 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot aanpassing van een aantal rechtshandelingen op het gebied

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.4.2014 C(2014) 2737 final UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 29.4.2014 tot vaststelling van de lijst van bewijsstukken die door visumaanvragers moeten worden overgelegd

Nadere informatie

Amendement 3 Claude Moraes namens de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken AMENDMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT *

Amendement 3 Claude Moraes namens de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken AMENDMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT * 3.4.2019 A8-0047/3 Amendement 3 Claude Moraes namens de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken Verslag A8-0047/2019 Sergei Stanishev Vaststelling van de lijst van derde landen

Nadere informatie

VOORLOPIGE AGENDA HET COMITÉ VAN PERMANENTE VERTEGENWOORDIGERS (2e deel) Europagebouw, Brussel 6 februari 2019 (9.00) Punten ter bespreking (II)

VOORLOPIGE AGENDA HET COMITÉ VAN PERMANENTE VERTEGENWOORDIGERS (2e deel) Europagebouw, Brussel 6 februari 2019 (9.00) Punten ter bespreking (II) Brussel, 4 februari 2019 (OR. en) 6013/19 OJ CRP2 5 COMIX 59 VOORLOPIGE AGENDA HET COMITÉ VAN PERMANENTE VERTEGENWOORDIGERS (2e deel) Europagebouw, Brussel 6 februari 2019 (9.00) 1. van de agenda van de

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 9 april 207 (OR. en) 206/025 (COD) PE-CONS 3/7 VISA 8 COEST 55 COMIX 62 CODEC 295 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING VAN

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 7.1.2009 COM(2008)897 definitief 2006/0008 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede

Nadere informatie

***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT

***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Geconsolideerd wetgevingsdocument 27.2.2014 EP-PE_TC1-COD(2012)0309 ***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT in eerste lezing vastgesteld op 27 februari 2014 met het oog op

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 oktober 2010 (03.11) (OR. en) 7512/10 ADD 1 PV/CONS 15 ENV 169

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 oktober 2010 (03.11) (OR. en) 7512/10 ADD 1 PV/CONS 15 ENV 169 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 oktober 2010 (03.11) (OR. en) 7512/10 ADD 1 PV/CONS 15 ENV 169 ONTWERP-NOTULEN - ADDENDUM Betreft: 3002e zitting van de Raad van de Europese Unie (MILIEU), gehouden

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.11.2017 COM(2017) 735 final 2017/0328 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 726/2004 wat betreft

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 7 februari 207 (OR. en) 206/0075 (COD) PE-CONS 64/6 VISA 44 COEST 344 COMIX 852 CODEC 93 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.4.2015 COM(2015) 155 final 2015/0080 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot uitvoering van het antiontwijkingsmechanisme dat voorziet

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE EUROPESE COMMISSIE Brussel, 27.5.2010 COM(2010)256 definitief 2010/0137 (COD) C7-0134/10 Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE tot wijziging van Verordening

Nadere informatie

8620/01 AL/td DG H I NL

8620/01 AL/td DG H I NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 22 mei 2001 (OR. fr) 8620/01 LIMITE VISA 66 FRONT 36 COMIX 338 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Beschikking van de Raad inzake de aanpassing van de

Nadere informatie

11335/17 ADD 1 1 GIP 1B

11335/17 ADD 1 1 GIP 1B Raad van de Europese Unie Brussel, 27 juli 2017 (OR. en) 11335/17 ADD 1 ONTWERPNOTULEN Betreft: PV/CONS 46 AGRI 409 PECHE 294 3556e zitting van de Raad van de Europese Unie (Landbouw en Visserij), gehouden

Nadere informatie

7051/16 pro/ons/as 1 DGB 1 A

7051/16 pro/ons/as 1 DGB 1 A Raad van de Europese Unie Brussel, 23 maart 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0013 (NLE) 7051/16 AGRI 125 AGRIORG 15 NOTA I/A-PUNT van: aan: nr. vorig doc.: 15242/1/15 REV 1 Nr. Comdoc.:

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 juli 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 juli 2017 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 18 juli 2017 (OR. en) 11190/17 LIMITE PUBLIC PV/CONS 45 ECOFIN 642 ONTWERPNOTULEN 1 Betreft: 3555e zitting van de Raad van de Europese Unie (Economische en

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2004 (26.11) (OR. en) 15130/04 JAI 490 ASIM 47

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2004 (26.11) (OR. en) 15130/04 JAI 490 ASIM 47 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2004 (26.11) (OR. en) 15130/04 JAI 490 ASIM 47 BEGELEIDENDE NOTA van: het voorzitterschap aan: het Coreper (2e deel) nr. vorig doc.: 14497/04 JAI 441 ASIM

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.10.2016 COM(2016) 672 final 2016/0328 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET 26 (1990) Nr. 15 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 291 A. TITEL Overeenkomst ter uitvoering van het tussen de Regeringen van de Staten van de Benelux Economische Unie,

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.6.2012 COM(2012) 255 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot verlening van een machtiging om onderhandelingen te openen over aanpassing van de volgende overeenkomsten

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 mei 2010 (OR. en) 9925/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0006 (NLE) SIRIS 83 SCHENGEN 42 COMIX 372

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 mei 2010 (OR. en) 9925/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0006 (NLE) SIRIS 83 SCHENGEN 42 COMIX 372 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 31 mei 2010 (OR. en) 9925/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0006 (E) SIRIS 83 SCHENGEN 42 COMIX 372 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 23.6.2016 COM(2016) 413 final 2016/0192 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Noorwegen

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 april 2006 (24.04) (OR. en) 8478/06 LIMITE VISA 109 FRONT 80 COMIX 383. NOTA het secretariaat-generaal

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 april 2006 (24.04) (OR. en) 8478/06 LIMITE VISA 109 FRONT 80 COMIX 383. NOTA het secretariaat-generaal Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 19 april 2006 (24.04) (OR. en) PUBLIC 8478/06 LIMITE VISA 109 FRONT 80 COMIX 383 NOTA van: aan: vorig doc. Betreft: het secretariaat-generaal de Raad 8277/06

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.5.2019 COM(2019) 242 final 2019/0116 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in de Raad van Ministers in te nemen standpunt met

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.11.2014 COM(2014) 714 final 2014/0338 (COD) Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van politiële

Nadere informatie

*** ONTWERPAANBEVELING

*** ONTWERPAANBEVELING Europees Parlement 2014-2019 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 24.6.2016 2015/0293(E) *** ONTWERPAANBEVELING over het ontwerp van besluit van de Raad betreffende de sluiting

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.12.2016 COM(2016) 818 final 2016/0411 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1008/2008 inzake gemeenschappelijke

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.3.2016 COM(2016) 133 final 2016/0073 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in de Gemengde Commissie die

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 oktober 2009 (05.11) (OR. en) 13381/1/09 REV 1 SIRIS 117 SCHENGEN 27 COMIX 674

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 oktober 2009 (05.11) (OR. en) 13381/1/09 REV 1 SIRIS 117 SCHENGEN 27 COMIX 674 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 oktober 2009 (05.11) (OR. en) 13381/1/09 REV 1 SIRIS 117 SCHENGEN 27 COMIX 674 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap de Groep SIS/SIRENE / Gemengd Comité (EU-IJsland/Noorwegen

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.12.2015 COM(2015) 645 final 2015/0294 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.4.2018 COM(2018) 176 final 2018/0085 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.5.2013 COM(2013) 307 final 2013/0159 (E) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over de toepassing van Reglement nr. 41 van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0399 (COD) 6932/18 LIMITE NOTA I/A-PUNT van: aan: het voorzitterschap INST 96 JUR 109 CODEC 343 JUSTCIV

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.5.2017 COM(2017) 265 final 2017/0105 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Unie in te nemen standpunt in het subcomité voor sanitaire en fytosanitaire

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD Brussel, 17.5.2010 COM(2010)233 definitief 2010/0125 (NLE) betreffende de sluiting van een protocol bij de Euro-mediterrane overeenkomst

Nadere informatie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 28.11.2016 JOIN(2016) 54 final 2016/0366 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

NOTA "A"-PUNT het Comité van permanente vertegenwoordigers

NOTA A-PUNT het Comité van permanente vertegenwoordigers Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 6 juni 2002 (07.06) (OR. fr,en,de) 9628/02 PUBLIC LIMITE ELARG 201 NOTA "A"-PUNT van: het Comité van permanente vertegenwoordigers aan: de Raad Betreft: UITBREIDING

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.4.2019 COM(2019) 207 final 2019/0100 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Samenwerkingscomité

Nadere informatie

14969/1/03 REV 1 huy/yen/rl 1 DG H I

14969/1/03 REV 1 huy/yen/rl 1 DG H I RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 november 2003 (25.11) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2003/0217 (CNS) 2003/0218 (CNS) 14969/1/03 REV 1 LIMITE VISA 191 COMIX 701 NOTA van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST EN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST AF/EEE/BG/RO/DC/nl 1 BETREFFENDE DE TIJDIGE BEKRACHTIGING VAN DE OVEREENKOMST BETREFFENDE

Nadere informatie

INHOUD. Bladzijde A-PUNTEN

INHOUD. Bladzijde A-PUNTEN RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 mei 2005 (17.05) (OR. fr) 8136/05 ADD 1 PV/CONS 22 COMPET 72 RECH 81 ADDENDUM BIJ DE ONTWERP-NOTULEN 1 Betreft: 2653e zitting van de Raad van de Europese Unie (CONCURRENTIEVERMOGEN),

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2011) 516 definitief

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2011) 516 definitief RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 2 september 2011 (02.09) (OR. en) 13710/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0223 (COD) VISA 159 CODEC 1370 COMIX 519 I GEKOME DOCUME T van: de Europese Commissie ingekomen:

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 31.10.2016 COM(2016) 703 final 2016/0346 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Associatiecomité in

Nadere informatie

11562/08 CS/lg DG H 1 A

11562/08 CS/lg DG H 1 A RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 22 juli 2008 (OR. en) 11562/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0074 (C S) VISA 239 COMIX 554 WETGEVI GSBESLUITE E A DERE I STRUME TE Betreft: VERORDENING VAN DE RAAD

Nadere informatie

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 23.11.2015 COM(2015) 575 final 2006/0036 (CNS) Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de sluiting van de Multilaterale Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.11.2010 COM(2010) 645 definitief 2010/0313 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Unie, de Bondsstaat

Nadere informatie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.6.2017 COM(2017) 318 final 2017/0131 (NLE) Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Republiek Polen wordt gemachtigd met de Republiek Oekraïne een overeenkomst

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 26 juni 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 26 juni 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 26 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0011 (E) 10161/17 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VISA 228 FRONT 267 COMIX 431 BESLUIT VAN

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.5.2016 COM(2016) 317 final 2016/0159 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot vervanging van de lijsten van insolventieprocedures en

Nadere informatie

13381/3/09 REV 3 dau/ngs/jg 1 DG H 3B

13381/3/09 REV 3 dau/ngs/jg 1 DG H 3B RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 november 2009 (13.11) (OR. en) 13381/3/09 REV 3 SIRIS 117 SCHENGEN 27 COMIX 674 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap de Groep SIS/SIRENE / Gemengd Comité (EU-IJsland/Noorwegen

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 270/67 COMMISSIE

Publicatieblad van de Europese Unie L 270/67 COMMISSIE 29.9.2006 Publicatieblad van de Europese Unie L 270/67 COMMISSIE BESLUIT Nr. 1/2006 VAN HET GEMENGD COMITÉ EU-ZWITSERLAND van 6 juli 2006 tot wijziging van bijlage II (sociale zekerheid) bij de Overeenkomst

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785 NOTA van: aan: Betreft: het Voorzitterschap het Strategisch Comité immigratie, grenzen en asiel initiatief

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.5.2018 COM(2018) 261 final 2018/0124 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijnen 2006/112/EG en 2008/118/EG wat betreft de opname van de Italiaanse

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD Ref. Ares(2018)2964154-06/06/2018 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 31.5.2018 COM(2018) 371 final 2018/0219 (APP) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot uitbreiding tot de niet-deelnemende lidstaten van

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 7 juni 2017 (OR. en) 2015/0134 (COD) PE-CONS 20/17 VISA 154 COMIX 316 CODEC 719 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING VAN

Nadere informatie

*** ONTWERPAANBEVELING

*** ONTWERPAANBEVELING EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 22.1.2014 2013/0358(E) *** ONTWERPAANBEVELING over het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de

Nadere informatie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.2.2016 COM(2016) 80 final 2016/0045 (NLE) Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD inzake de tijdelijke opschorting van de herplaatsing van 30 % van de verzoekers

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0346 (NLE) 14116/16 COEST 289 WTO 316 VOORSTEL van: ingekomen: 31 oktober 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 maart 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 maart 2017 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 7 maart 2017 (OR. en) 6554/17 LIMITE PUBLIC PV/CONS 8 ECOFIN 139 ONTWERPNOTULEN 1 Betreft: 3520e zitting van de Raad van de Europese Unie (Economische en Financiële

Nadere informatie

GSC.TFUK. Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2019 (OR. en) XT 21105/1/18 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2018/0427 (NLE) BXT 124

GSC.TFUK. Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2019 (OR. en) XT 21105/1/18 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2018/0427 (NLE) BXT 124 Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2019 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2018/0427 (E) XT 21105/1/18 REV 1 BXT 124 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 maart 2008 (25.03) (OR. en) 7041/08 VISA 77 COMIX 172

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 maart 2008 (25.03) (OR. en) 7041/08 VISA 77 COMIX 172 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 7 maart 2008 (25.03) (OR. en) 704/08 VISA 77 COMIX 72 NOTA van: de Belgische, de Luxemburgse en de Nederlandse delegatie aan: de Groep visa Betreft: Initiatief van België,

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.8.2018 COM(2018) 567 final 2018/0298 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 391/2009 wat betreft

Nadere informatie

14899/09 HD/mm DG H 2 A

14899/09 HD/mm DG H 2 A RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2009 (OR. en) 14899/09 Interinstitutioneel dossier: 2009/0034 (CNS) JUSTCIV 215 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD tot

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 23 mei 2008 (OR. en) 2007/086 (COD) PE-CONS 3608/08 VISA 37 FRONT 8 COMIX 93 CODEC 30 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESCHIKKING

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.8.2010 COM(2010)410 definitief 2010/0222 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over de sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Unie en de Federale Republiek

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 55/13

Publicatieblad van de Europese Unie L 55/13 28.2.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 55/13 VERORDENING (EU) Nr. 182/2011 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.5.2017 COM(2017) 218 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Commissie wordt gemachtigd onderhandelingen te openen over een akkoord met het Verenigd Koninkrijk

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0009 (COD) PE-CONS 35/19 PECHE 63 PREP-BXT 50 CODEC 380 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING

Nadere informatie

6986/01 CS/vj DG H I NL

6986/01 CS/vj DG H I NL RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 maart 200 (OR. fr) 6986/0 LIMITE VISA 32 FRONT 5 COMIX 20 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Initiatief van Zweden met het oog op de aanneming van

Nadere informatie

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet.

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet. Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 februari 2003 (10.03) (OR. en) PUBLIC 6614/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0027 (CNS) LIMITE VISA 35 COMIX 117 NOTA van: aan: nr. Comv.: Betreft: het

Nadere informatie

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B Raad van de Europese Unie Brussel, 23 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0279 (COD) 7566/17 PI 33 CODEC 463 NOTA van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig

Nadere informatie

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, L 219/10 UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 800/2014 VAN DE COMMISSIE van 24 juli 2014 tot vaststelling van verslagleggingsprocedures en andere praktische regelingen betreffende de financiering van operationele

Nadere informatie

12756/1/16 REV 1 pro/van/ev 1 DG C 1

12756/1/16 REV 1 pro/van/ev 1 DG C 1 Raad van de Europese Unie Brussel, 12 oktober 2016 (OR. en) 12756/1/16 REV 1 COTRA 21 CDN 17 NOTA I/A-PUNT van: aan: Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad het Comité van permanente vertegenwoordigers/de

Nadere informatie

XT 21004/18 ADD 1 REV 2 mou/asd/ev 1 UKTF

XT 21004/18 ADD 1 REV 2 mou/asd/ev 1 UKTF Raad van de Europese Unie Brussel, 29 januari 2018 (OR. en) XT 21004/18 ADD 1 REV 2 BXT 5 NOTA van: aan: Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties BIJLAGE bij het BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

LIFE.1.C EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0019 (COD) PE-CONS 62/19 SOC 114 EMPL 81 PREP-BXT 62 CODEC 500

LIFE.1.C EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0019 (COD) PE-CONS 62/19 SOC 114 EMPL 81 PREP-BXT 62 CODEC 500 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0019 (COD) PE-CONS 62/19 SOC 114 EMPL 81 PREP-BXT 62 CODEC 500 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 17.6.2017 L 155/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2017/1018 VAN DE COMMISSIE van 29 juni 2016 tot aanvulling van Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

RECTIFICATIES. a) Bladzijde 19, artikel 1, punt 17, ad artikel 9 C, lid 6, tweede alinea, tweede zin

RECTIFICATIES. a) Bladzijde 19, artikel 1, punt 17, ad artikel 9 C, lid 6, tweede alinea, tweede zin 30.11.2009 Publicatieblad van de Europese Unie C 290/1 RECTIFICATIES PROCES-VERBAAL VAN VERBETERING van het Verdrag van Lissabon tot wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS) AVIATION 150 RELEX 649 MA 7 VOORSTEL van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur,

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0124 (NLE) 10201/17 FISC 137 VOORSTEL van: ingekomen: 8 juni 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.6.2014 COM(2014) 227 final 2014/0129 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité NL NL TOELICHTING

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 85 I/60 27.3.2019 VERORDENING (EU) 2019/503 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 25 maart 2019 betreffende bepaalde aspecten van spoorwegveiligheid en spoorverbindingen in verband met de terugtrekking

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.12.1999 COM(1999) 703 definitief 1999/0272 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG betreffende het gemeenschappelijk

Nadere informatie

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING Europees Parlement 2014-2019 Commissie juridische zaken 2013/0119(COD) 17.3.2016 ***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING betreffende het standpunt van de Raad in eerste lezing met het oog op de

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juli 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juli 2015 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 0 juli 05 (OR. en) 0506/5 ENFOPOL 9 COMIX 3 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Ontwerp-UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD houdende vaststelling van de datum

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 16 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0131 (NLE) 10415/17 FISC 144 VOORSTEL van: ingekomen: 15 juni 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.8.2012 COM(2012) 449 final 2012/0217 (COD)C7-0215/12 Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de toekenning van tariefcontingenten voor

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 1 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0105 (NLE) 9741/17 VOORSTEL van: ingekomen: 29 mei 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: COEST 113 PHYTOSAN 8 VETER 42

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 24.6.2015 COM(2015) 303 final 2015/0134 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1683/1995 van de Raad

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) 13967/03 LIMITE PUBLIC JUSTCIV 208 TRANS 275 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité burgerlijk recht (algemene vraagstukken)

Nadere informatie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.11.2017 COM(2017) 659 final 2017/0296 (NLE) Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Republiek Letland wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te

Nadere informatie

GSC.TFUK. Raad van de Europese Unie Brussel, 7 januari 2019 (OR. en) XT 21106/18. Interinstitutioneel dossier: 2018/0426 (NLE) BXT 125

GSC.TFUK. Raad van de Europese Unie Brussel, 7 januari 2019 (OR. en) XT 21106/18. Interinstitutioneel dossier: 2018/0426 (NLE) BXT 125 Raad van de Europese Unie Brussel, 7 januari 2019 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2018/0426 (E) XT 21106/18 BXT 125 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende

Nadere informatie

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een besluit van de Raad

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 27.5.2016 COM(2016) 302 final ANNEX 1 BIJLAGE bij Voorstel voor een besluit van de Raad inzake de ondertekening, namens de Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst

Nadere informatie

7107/15 JVS/jvc DGD 1. Raad van de Europese Unie. Brussel, 28 april 2015 (OR. en) 7107/15. Interinstitutioneel dossier: 2015/0049 (NLE)

7107/15 JVS/jvc DGD 1. Raad van de Europese Unie. Brussel, 28 april 2015 (OR. en) 7107/15. Interinstitutioneel dossier: 2015/0049 (NLE) Raad van de Europese Unie Brussel, 28 april 2015 (OR. en) 7107/15 Interinstitutioneel dossier: 2015/0049 (NLE) VISA 85 COLAC 20 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Overeenkomst tussen de

Nadere informatie