Aan de slag met RT Controller

Transcriptie

1 Aan de slag met RT Controller Een snelgids om met uw RT-systeem aan de slag te gaan Aan de slag met RT Controller Versie 1.3 (090831) (Gebruik User Manual RT Controller ver. 2.1 of later voor deze instructies) Art.nr: Dit werk is auteursrechtelijk beschermd en mag niet worden gekopieerd, gedistribueerd of gewijzigd. Inbreuken kunnen leiden tot vervolging, boetes, gevangenisstraffen of schadelossstelling van de oorspronkelijke maker/rechthebbende. 1. Voorinstelling Aangezien uw regelsysteem hydraulisch en elektrisch is gemonteerd, moet u instellen RT Controller. Normaal start u de RT door het contact van uw machine om te draaien. De eerste keer dat de RT wordt gestart, dient u een paar instructies te volgen. (Bij vroegere modellen van de RT Controller is er geen taalkeuze bij het starten. Als u geen taalkeuze vindt, slaat u deze stap over.) Om te beginnen kiest u een taal. Wissel van taal met behulp van de pijltoetsen en. Sla uw taalkeuze op en druk op de middelste toets om door te gaan. Language English Taal: Nederlan Taal: Nederlan Trek rol Trek nu de rollen verschillende keren in hun eindposities Rol totdat de zwarte vierkantjes () op het display niet meer knipperen. Trek rol Trek vervolgens de rollen enkele keren voorzichtig heen en weer over de middenpositie. Middenpositie vervolg

2 1. Voorinstelling, vervolg. Druk op de middelste toets Trek rol de rollen mogen niet worden beïnvloed druk weer op de middelste toets. Rol los De voorinstelling is klaar. De machine moet voldoende ruimte hebben en personen moeten afstand houden. Start de machine. Zorg ervoor dat de machine in de werkstand staat en controleer of de rotor en de tilt met de rollen meebewegen. Schrijf op of onthoud wat door welke rol wordt gestuurd. Navigeren in de RT Controller Het hoofdmenu Hethoofdmenu bevat de instellingen om het systeem aan de machine en de bestuurder aan te passen. In de werkstand houdt u de pijlomlaag ingedrukt en drukt u 3 keer op de pijl-omhoog Prof.: A Menu: om naar het hoofdmenu te gaan Als u deze voorinstelling opnieuw wilt uitvoeren, zie dan de User Manual RT Controller ver. 2.1 (of later) pag. 78 hfst Recalibration. De RT-handleiding wordt bij uw RT Controller meegeleverd en ligt normaal in de cabine. Menu: Herkalibratie Oplaadtijd User Manual RT Controller Profielen kopiëren Om door het menu te bladeren gebruikt u de toetsen en. Om een keuze te maken drukt u op. Om naar de werkstand terug te gaan kiest u. Waar dan ook in het menu kunt u eveneens 3 sec. ingedrukt houden om terug te keren. Tip Als u bij vergissing in het menu Profielwissel komt, zorg er dan voor dat Profiel: A is gekozen en druk op om naar de werkstand terug te gaan. Kies Prof.: A U kunt uw machine en de RT ook voor meerdere gebruikers afstellen. Zie daarvoor de User Manual RT Controller pag. 57 hfst. 8. 2a. Rotor/tilt van plaats wisselen (Ga verder naar punt 3 als u niet van plaats of richting wilt wisselen.) Als u de uitgangen wisselt, wordt de tilt gestuurd door de rol die de rotatie stuurt en vice versa. Kies, vervolgens Uitgangen van plaats wisselen in Het hoofdmenu. Herkalibratie Uitgangen van plaats wisselen richting wijzigen Werking aan/uit Ga naar de optie Ja Pl wijz Ja Nee Ja Pl wijz Pl wijz Ja Bevestig en ga terug naar het menu door te drukken op.

3 2b. Richting van rotor/tilt veranderen (Ga verder naar punt 3 als u niet van plaats of richting wilt wisselen.) Als uw rotor bijvoorbeeld met de klok mee draait wanneer u de rol naar links trekt, dan kunt u dit als volgt veranderen. Kies, vervolgens richting wijzigen in Het hoofdmenu. Herkalibratie Uitgangen van plaats wisselen richting wijzigen Werking aan/uit Trek aan de rol voor de rotor als u de richting van de rotor wilt veranderen en vice versa voor de tilt. Laat de rol los, bevestig en ga terug naar het menu door te drukken op. 3. Om de rotortilt e.d. soepel te laten werken, dient u de stroom van de voeder ten opzichte van de rollen aanpassen. De stroom kunt u aanpassen met de instellingen startniveau en eindniveau. Het startniveau van de voeder is hetzelfde voor alle functies (rotor/tilt/grip enz.) en hoeft maar één keer te worden ingesteld. 3a. Het startniveau van de voeder Kies, vervolgens Startniveau in Het hoofdmenu. Startniveau Maximumniveau Vaste niveaus Tijdens het instellen van de start- en eindniveaus kunnen de rotor en de tilt in beide richtingen draaien maar u kunt alleen het niveau van de gekozen richting instellen. Trek de rol die de rotor stuurt, naar rechts. De waarden van het startniveau worden weergegeven. Startniv 200(200) Trek de rol naar rechts en zoek de stand van de rol waarin de laadschop met de laagste snelheid roteert waarmee de rotor tijdens het werk moet roteren. Laat tegelijkertijd uw machine een hoger toerental draaien en niet in de vrijloop staan. Houd de rol in deze positie en druk op. Voederi: Startniv Nu is het startniveau van de voeder gereed. vervolg op volgende pagina

4 3b. van voeder: rotatie Kies, vervolgens in Het hoofdmenu. Trek de rol die de rotor stuurt, naar rechts. Startniveau Maximumniveau Vaste niveaus De waarden van het eindniveau worden weergegeven. Eindnive 300(300) Trek de rol naar rechts en zoek de positie van de rol waar het ca. 8 sec. duurt om de laadschop volledig te laten ronddraaien. Houd de rol in deze positie en druk op. 360 = 8s Herhaal nu stap 3b. maar dan in de omgekeerde richting van de rol, naar links. Als u de rol helemaal naar 360 = rechts trekt en er geen volledige omwenteling wordt gemaakt in ca. 8 sec., houd dan de rol in de maximumpositie en druk op. Laat de rol los en herhaal stap 3b in de gekozen richting. 3c. van voeder: de tilt stuurt Voor de tilt herhaalt u stap 3b met dit verschil dat u de rol die de tilt stuurt, naar rechts resp links trekt. Zoek vanuit de ene eindpositie de positie van de rol waar het ca. 4 sec. duurt om de laadschop heen en weer te kantelen. Houd de rol in deze positie en druk op. N.B. Trek zo min mogelijk aan de rol om in ca. 4 sec. heen en weer te kantelen. 4s 3d. van voeder: ingeschoven grip (Als u geen ingeschoven grip hebt, ga dan naar punt 4.) Het voedereindniveau van de grip stelt u alleen in als de grip is aangesloten via een ingeschoven rol. aansluitinstructies voor de handgreep) en trekt u aan de rol van de grip/rotor. Stel de grip in op de gewenste snelheid. + = Voor een ingeschoven grip herhaalt u stap 3b, maar in plaats van alleen maar aan de rol te trekken houdt u de inschuifknop van de grip ingedrukt (zie N.B. U kunt de knop loslaten zodra de grip is gekozen.

5 4. van de buitenste kleppen Als u zich in bevindt, kies dan ". Kies direct onder Het hoofdmenu. Trek de rol die de rotor stuurt, naar rechts. De waarden van het start-niveau worden weergegeven. Startniv 200(200) Trek de rol naar rechts en zoek de positie van de rol waarin de laadschop begint te bewegen. Houd de rol in deze positie en lees de waarde op het display af. Trek nogmaals aan de rol tot de waarde toeneemt met ca. 20 en druk op Herhaal nu stap 4. maar dan in de omgekeerde richting van de rol, naar links. Herhaal stap 4. het kantelsysteem en de bijbehorende rol. Wanneer u klaar bent met de startniveaus van de buitenste kleppen, kies dan om naar de werkstand terug te gaan. Profiel: A U bent nu klaar met de belangrijkste instellingen voor de RT Controller en uw rotortilt.

6 Vaak voorkomende vragen De machine draait stroef wanneer ik met de rotor/het kantelsysteem werk en de buitenste kleppen sluiten vanzelf bij snel rijden. Het eindniveau van de voeder kan te hoog zijn. Zie punt 3b 3c van voeder: rotatie/kantelsysteem in dit instructieboekje en probeer het met lagere niveaus dan vorige keer. Als dit geen oplossing biedt, kunt u proberen het eindniveau van de buitenste kleppen te verhogen. Zie de User Manual RT Controller. 55 hfst. 7.6 End levels. De rotor/tilt slaat volledig uit zonder het uiteinde/eindpositie van de rol te hebben bereikt. Het eindniveau van de voeder is te hoog ingesteld. Zie punt 3b 3d van voeder: rotatie/tilt/grip in dit instructieboekje en probeer het met lagere niveaus. De rotor/tilt/grijpen loopt sneller wanneer verschillende functies tegelijk werken. Het startniveau van de voeder is te laag ingesteld. Zie punt 3a Het startniveau van de voeder in dit instructieboekje en probeer de niveaus wat te verhogen. De rotor/tilt/grijpen loopt langzamer wanneer verschillende functies tegelijk werken. Het maximumniveau van de voeder is mogelijk te laag. Zie de User Manual RT Controller pag. 53 hfst. 7.4 Feeder s max level en verhoog het maximumniveau een beetje. Mijn rotor/tilt/grip loopt te langzaam, doordat het eindniveau van de voeder voor deze functie te laag is ingesteld. (Zie punten 3c e.) Ik probeer het eindniveau boven een bepaalde waarde uit te laten komen, maar dat lukt niet. Een eindniveau kan nooit hoger zijn dan het maximumniveau. Probeer eerst het maximumniveau van de voeder wat te verhogen en verhoog daarna het eindniveau van de voeder. Zie de User Manual RT Controller pag. 53 hfst. 7.4 Feeder s max level. Mijn rotor/tilt/grip hapert of trilt bij een bepaalde positie op de rol en ik weet zeker dat ik de start- en eindniveaus correct heb ingesteld. De magneten van de kleppen kunnen gevoeliger reageren dan gewoonlijk. Verlaag de rimpelamplitude van 45 naar 20. Zie de User Manual RT Controller pag. 80 hfst Ripple. Ik heb de instructies aandachtig gelezen en de start- en eindniveaus volgens de aanwijzingen ingesteld, maar de rotor/tilt loopt nog steeds niet snel genoeg. Uw machine heeft mogelijk een iets hogere servodruk dan wat als standaard geldt. Dan is een sterkere voeder nodig. Gewone voeders hebben een druk van 20 bar, maar er zijn er ook van 32 bar, waarmee dit probleem wordt opgelost. Bel naar voor meer informatie of om te bestellen. Tel Mijn rotor/tilt start met een krachtige schokken. Het startniveau van uw externe kleppen is waarschijnlijk te laag. Probeer het met een iets hogere waarde. Zie punt 4. van de buitenste kleppen in dit instructieboekje. Het is ook mogelijk dat het startniveau van de voeder te hoog is. Probeer het te verlagen. punt 3a Het startniveau van de voeder in dit instructieboekje. De rotor stopt fel haperend als ik de rol loslaat. Controleer de druk naar de rotortilt. Deze mag niet meer dan 230 bar bedragen Mijn machine klinkt overbelast als ik de rotor/tilt/grip zeer langzaam laat draaien. Verhoog het startniveau van de buitenste kleppen voor de desbetreffende functie. Zie punt 4. van de buitenste kleppen in dit instructieboekje.