FLEXFLO HOUTPELLETVIJZEL 230 V 0,75 KW TECHNISCH HANDBOEK

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "FLEXFLO HOUTPELLETVIJZEL 230 V 0,75 KW TECHNISCH HANDBOEK"

Sylvia Hendriks
7 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 IndiEco bv Lionstraat AK BOXMEER T F W FLEXFLO HOUTPELLETVIJZEL 230 V 0,75 KW TECHNISCH HANDBOEK

2 INHOUD 1. Omschrijving installatie 2 2. Onderdelen 2 3. Montage 3 4. Elektrisch schema 6 5. Werking 7 pag 1

3 1. Omschrijving De Flexflo houtpelletvijzel wordt toegepast voor de aanvoer van houtpellets van een (bestaande) opslag (bunker / silo) naar de ketelinstallatie, waarbij grotere afstanden en bochtenwerk voor de aanvoerleiding noodzakelijk zijn. LET OP: De transportafstand, het aantal bochten, de opvoerhoogte en de hoek waaronder wordt opgevoerd, zijn bepalend voor het correct functioneren van de installatie. Per toepassing dient dienaangaande overleg met de leverancier gepleegd te worden. 2. Onderdelen Bestaande opslag Vijzelbuis met spiraal Aandrijving Opvangbak met spiraalanker Control unit met noodafslag en valtrechter Figuur 1 pag 2

4 Valbuis Schakelkast Hopper ketel Sensor Figuur 2 Het Flexflosysteem betsaat uit de volgende onderdelen: Figuur 1: Opvangbak (silo-onderbak) met spiraalanker Transportbuis 90 mm met 75 mm spiraal; aantal bochten en rechte buizen in werk te bepalen Controlunit voorzien van een noodafslag (kussentje), spiraalmotoranker en valtrechter. Aandrijving 230V / 50 Hz, 0,75 kw Figuur 2: Flexibele valbuis van valtrechter naar deksel hopper ketel (diameter 100 mm) Sensor, 230V/50Hz, vertraagd opkomend 10 sec - 10 minuten, met afstandmeting 4-12 mm Schakelkast met Aan/uit schakelaar, resetschakelaar, magneet- en thermisch relais 3 Montage Figuur 3 pag 3

5 De opvangbak wordt met 4 bevestigingspunten onder aan de pelletopslag geschroefd. Tussen de opvangbak en de pelletopslag wordt een afsluitschuif gemonteerd (niet op fig 3 zichtbaar). 190 mm Figuur mm Figuur 4 geeft het boorpatroon van de bevestiginspunten. Aan één zijde wordt het spiraalanker in de opvangbak geschoven en gefixeerd. Nadat de spiraal in het systeem is geschoven, wordt deze met de klembout aan het anker vastgemaakt Aan de andere zijde wordt de eerste transportbuis (of bocht) gemonteerd. Zowel de buizen als de bochten zijn voorzien van een pasmof en kunnen met PVC lijm worden verwerkt. Desgewenst kunnen moffen worden toegepast indien leidingen moeten worden ingekort. Bij grotere transportafstanden wordt aangeraden de buizen te voorzien van een ophanging dan wel ondersteuning. Aan het einde van de transportlijn wordt de controlunit gemonteerd. Control unit Met schakelkastje (kussen aan achterzijde schakelkastje) Figuur 5 pag 4

6 De controlunit is uitgevoerd met twee ophangogen zodat deze aan een steun of plafond kan worden opgehangen. Ophanging dient stevig te worden uitgevoerd, omdat aan deze controlunit ook de aandrijfmotor met vertragingskast wordt gemonteerd. Nadat de spiraal in het systeem is geschoven en op lengte is gemaakt kan het motoranker in de spiraal worden gemonteerd met het klemplaatje. Dit motoranker heeft een buitenmaat gelijk aan de binnenmaat van de spiraal en een binnenmaat gelijk aan de buitenmaat van de as van de vertragingskast. Let op: De spiraal dient met enige voorspanning te worden gemonteerd (ca 0,75 cm per meter) Nadat het motoranker is geplaatst, kan de aandrijfunit tegen de controlunit worden gemonteerd, waarbij het motoranker op de as van de vertragingskast wordt gefixeerd met de lange inbusbout. Let op: De draairichting van de motor controleren zodat de spiraal op de juiste manier transporteert! Tenslotte kunnen valtrechter en controlunit worden gemonteerd. De sensor m.b.v. de PG wartel monteren op ca 2/3 van de bovenzijde van de pellet hopper van de ketel, tegenover de invoerslang van de Flexflo vijzel en op de vertikale wand. De sensor heeft aan de achterzijde een LED en twee stelschroefjes Led onder de zwarte afdichtschroeven. Met de meegeleverde schroevedraaier de tijd op maximaal zetten (schroefje met de Tijd Afstand wijzers van de klok draaien tot aanslag) Het schakelmoment van het relais wordt hierdoor op 10 minuten ingesteld (vertraagd opkomend). De afstand is bij deze toepassing niet van belang. Nadat de schakelkast is opgehangen en het geheel elektrisch is aangesloten, kan de vijzel proefdraaien. Let op: Het is raadzaam om de vijzel eerst zonder houtpellets een paar minuten te laten inlopen. Daarna zeer geleidelijk wat pellets aanbieden door de schuif van de opvangbak voorzichting en zeer geleidelijk een paar centimeter te openen, zodat de vijzel nu met pellets kan inlopen. Tenslotte de schuif zover openen dat voldoende pellets in de opvangbak vallen voor een constante aanvoer naar de hopper. Voor de elektrische aansluiting zie schema in het volgende hoofdstuk. pag 5

7 Testschakelaar controlunit 4. Elektrisch aansluitschema L1 on/of schakelaar Voeding sensor 6 geel Sensor hopper Geen korrels: gesloten na 10 min. zwart bruin Korrrels open (direct) blauw K1 Motor Sensor control unit met thermisch relais Geen korrels: en reset 5 gesloten 3 Korrels: gesloten A1 N Figuur 7 elektrische aansluiting pag 6

8 5. Werking Zodra de kachel pellets uit de hopper afneemt, zal het niveau in de hopper dalen. Op het moment dat de sensor geen brokken meer "ziet", schakelt de tijdvertraging van 10 minuten in, waarna de sensor een commando afgeeft om bij te vullen. Op het moment dat het niveau weer zo hoog is dat de sensor opnieuw brokken waarneemt, zal het commando om te stoppen met pelletaanvoer worden gegeven. De 10 minuten vertraging wordt toegepast om het zogenaamde pendelen van de aandrijfunit (in- en uitschakelen) zoveel mogelijk te beperken. In het geval dat de sensor dienst zou weigeren, zal de pelletaanvoer zolang doorlopen totdat de gehele hopper, inclusief valbuis, valtrachter en controlunit is volgedraaid. Op dat moment drukt de spiraal de laatste brokken tegen het kussenschakelaartje in de controlbox, waardoor alsnog de aanvoer wordt stopgezet. Valbuis Hopper ketel Schakelkast Sensor Figuur 8. Niveauhandhaving in de pellethopper pag 7

Vergelijkbare documenten

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden.

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden. De EasyTemp thermostaat ET31A/AF/F Deze handleiding geldt voor de onderstaande types: Op de doos Model ET31A, ET31AF en ET31F Model ET31A. Thermostaat regelt de ruimte temperatuur. (Niet geschikt voor