RUIMTELIJKE ONDERBOUWING TUBBERGEN, REUTUMMERWEG PERCEEL L9682 EN L9683 (DEELS)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "RUIMTELIJKE ONDERBOUWING TUBBERGEN, REUTUMMERWEG PERCEEL L9682 EN L9683 (DEELS)"

Transcriptie

1 Januari 2015

2 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning RUIMTELIJKE ONDERBOUWING TUBBERGEN, REUTUMMERWEG PERCEEL L9682 EN L9683 (DEELS) Plannaam: Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Plantype: Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van een omgevingsvergunning Datum: Februari 2015 BJZ.nu Bestemmingsplannen 2

3 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDING AANLEIDING LIGGING VAN HET PROJECTGEBIED HUIDIGE PLANOLOGISCHE REGIEM EISEN AAN EEN RUIMTELIJKE ONDERBOUWING LEESWIJZER... 7 HOOFDSTUK 2 BESCHRIJVING PROJECTGEBIED... 9 HOOFDSTUK 3 PROJECTBESCHRIJVING LOCATIEONDERZOEK LOCATIEKEUZE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING VERKEER EN PARKEREN HOOFDSTUK 4 BELEIDSKADER RIJKSBELEID PROVINCIAAL BELEID GEMEENTELIJK BELEID HOOFDSTUK 5 MILIEU- EN OMGEVINGSASPECTEN GELUID BODEMKWALITEIT LUCHTKWALITEIT EXTERNE VEILIGHEID MILIEUZONERING ECOLOGIE ARCHEOLOGIE & CULTUURHISTORIE BESLUIT MILIEUEFFECTRAPPORTAGE HOOFDSTUK 6 WATERASPECTEN VIGEREND BELEID WATERPARAGRAAF HOOFDSTUK 7 ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID HOOFDSTUK 8 VOOROVERLEG EN ZIENSWIJZEN HET RIJK PROVINCIE OVERIJSSEL WATERSCHAP VECHTSTROMEN ZIENSWIJZEN BIJLAGEN BIJLAGE 1 LOCATIEONDERZOEK BIJLAGE 2 UPDATE LOCATIEONDERZOEK BIJLAGE 3 SITUATIETEKENING BIJLAGE 4 VERKENNEND BODEMONDERZOEK BIJLAGE 5 AKOESTISCH ONDERZOEK BIJLAGE 6 QUICKSCAN NATUURWAARDENONDERZOEK BJZ.nu Bestemmingsplannen 3

4 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning BIJLAGE 7 REACTIE PROVINCIE OVERIJSSEL BIJLAGE 8 REACTIENOTA ZIENSWIJZEN BJZ.nu Bestemmingsplannen 4

5 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning HOOFDSTUK 1 INLEIDING 1.1 Aanleiding Kapper Huub Hair & More (hierna: kapsalon Huub) is momenteel gevestigd aan de Molenstraat 7 in het centrum van Tubbergen. Het pand aan de Molenstraat 7 is te klein en in de huidige situatie al sprake van een ernstig ruimtegebrek. Hierdoor kunnen de bedrijfsactiviteiten niet op een goede, efficiënte en de gewenste klantvriendelijke wijze uitgevoerd worden. Daarnaast wil kapsalon Huub zijn werkzaamheden verbreden met wellness/schoonheidssalon/ nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte om zo een meer compleet beautyarrangement te kunnen aanbieden. Uitbreiding op de huidige locatie is niet mogelijk. Het perceel biedt geen mogelijkheden om het huidige pand uit te breiden. Daarbij voldoet het huidige pand ook niet meer aan de eisen en wensen die klanten tegenwoordig aan een kapsalon stellen. Hoewel door middel van aanzienlijke investeringen mogelijk wel voldaan kan worden een de eisen en wensen van de consument, wordt hiermee het gebrek aan ruimte niet opgelost. Omdat het noodzakelijk is om de klant op een goede, efficiënte en klantvriendelijke wijze te kunnen bedienen, is gezocht naar andere geschikte ruimten in het centrum van Tubbergen. Het uitgangspunt hierbij is een nieuwe ruimte voor de kapsalon op de begane grond met een oppervlakte van circa 336 m 2 en een bovenverdieping die benut kan worden voor wellness/schoonheidssalon/nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte. Doordat binnen het centrum van Tubbergen dergelijke ruimten niet beschikbaar waren (dit is gebleken uit locatieonderzoek) is gezocht naar een locatie buiten het centrumgebied. Inmiddels heeft zich een geschikte locatie aangediend waar het gewenste programma gerealiseerd kan worden. Het betreft een onbebouwde locatie aan de Reutummerweg ong. in Tubbergen. Realisatie van het planvoornemen is echter niet mogelijk op basis van het geldend bestemmingsplan. In dit geval wordt middels een omgevingsvergunning (artikel 2.12, lid 1 sub a onder 3 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) afgeweken van het geldend bestemmingsplan teneinde het gewenste project te kunnen realiseren. Middels onderhavige ruimtelijke onderbouwing is bezien welke gevolgen dit project heeft voor de omgeving en of daarbij sprake is van een goede ruimtelijke ordening. Na een zorgvuldige afweging van alle belangen is de betreffende vergunning verleend. 1.2 Ligging van het projectgebied De locatie aan de Reutummerweg is centraal gelegen in Tubbergen. Kadastraal is de locatie bekend als Tubbergen, sectie L, nummer 9682 en deels nummer De ligging van de locatie in de kern Tubbergen wordt weergegeven in afbeelding 1. In afbeelding 2 wordt de ligging van de locatie aan de Reutummerweg weergegeven. BJZ.nu Bestemmingsplannen 5

6 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Afbeelding 1: Ligging van de locatie in de kern Tubbergen (Bron: ArcGIS) 1.3 Huidige planologische regiem Het projectgebied is gelegen binnen het projectgebied van het bestemmingsplan Tubbergen Kern. Dit bestemmingsplan is op 8 november 2004 vastgesteld en is op 25 januari 2005 goedgekeurd door Gedeputeerde Staten. Op basis van dit bestemmingsplan zijn de gronden in het projectgebied bestemd als Agrarisch gebied. In afbeelding 1.2 is een uitsnede van de plankaart van dit bestemmingsplan opgenomen. Afbeelding 1.2: Uitsnede plankaart bestemmingsplan Tubbergen Kern (Bron: Gemeente Tubbergen) BJZ.nu Bestemmingsplannen 6

7 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Gronden met de bestemming Agrarisch gebied zijn bestemd voor de uitoefening van het agrarisch bedrijf, met bijbehorende bouwwerken, geen gebouw zijnde, en (on)bebouwde gronden. Binnen deze bestemming mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de agrarische bedrijfsvoering worden opgericht. Het oprichten van een gebouw ten behoeve van een kapsalon met wellness/schoonheidssalon/ nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte is niet in overeenstemming met deze bestemming. Teneinde het project mogelijk te kunnen maken wordt door middel van een omgevingsvergunning artikel 2.12, lid 1 sub a onder 3 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) afgeweken van het bestemmingsplan. 1.4 Eisen aan een ruimtelijke onderbouwing Een op artikel 2.12, lid 1, sub a, onder 3 Wabo gebaseerde zelfstandige instructie voor de inhoud en inrichting van een ruimtelijke onderbouwing ontbreekt in het Besluit omgevingsrecht (Bor). Artikel 5.20 van het Bor verklaart voor de inhoud van een ruimtelijke onderbouwing de artikelen 3.1.2, en 3.3.1, eerste lid, van het Bro van overeenkomstige toepassing. Voorliggende ruimtelijke onderbouwing belicht alle relevante aspecten vanuit de ruimtelijke ordening en toont aan dat voorliggend project in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening. In een goede ruimtelijke onderbouwing zijn neergelegd: 1. een verantwoording van de gemaakte keuzen; 2. een beschrijving van de wijze waarop in het plan rekening is gehouden met de gevolgen voor de waterhuishouding; Hiervoor wordt verwezen naar hoofdstuk 6; 3. de uitkomsten van het in artikel bedoelde overleg; Hiervoor wordt verwezen naar hoofdstuk 8; 4. de uitkomsten van het met toepassing van artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht verrichte onderzoek; verwezen wordt naar de gehele ruimtelijke onderbouwing waaruit blijkt dat met alle relevante feiten en af te wegen belangen rekening is gehouden; 5. een beschrijving van de wijze waarop burgers en maatschappelijke organisaties bij de voorbereiding zijn betrokken; het ontwerpbesluit zal voor een ieder ter inzage worden gelegd. Er wordt gelegenheid geboden om zienswijzen in te dienen; 6. de inzichten over de uitvoerbaarheid van het plan; Verwezen wordt naar hoofdstuk 7. Voor zover bij het project geen milieueffectrapport als bedoeld in hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer wordt opgesteld, waarin de hierna volgende onderdelen zijn beschreven, worden in de ruimtelijke onderbouwing ten minste neergelegd: 7. een beschrijving van de wijze waarop met de in het gebied aanwezige cultuurhistorische waarden en met de in de grond aanwezige of te verwachten monumenten rekening is gehouden; hiervoor wordt verwezen naar paragraaf voor zover nodig een beschrijving van de wijze waarop rekening is gehouden met overige waarden van de in het besluit begrepen gronden en de verhouding tot het aangrenzende gebied; In hoofdstuk 5 is aandacht besteed aan diverse relevante milieu- en omgevingsaspecten; 9. een beschrijving van de wijze waarop krachtens hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer vastgestelde milieukwaliteitseisen bij het besluit zijn betrokken; het betreffende hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer heeft betrekking op luchtkwaliteitseisen. Deze zijn beschreven in paragraaf Leeswijzer Na deze inleiding wordt in hoofdstuk 2 een beschrijving van de huidige situatie in het projectgebied gegeven. Hoofdstuk 3 bevat de planbeschrijving. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op het beleidskader. Hierin wordt het beleid van het Rijk, de provincie en de gemeente Tubbergen beschreven. BJZ.nu Bestemmingsplannen 7

8 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning In hoofdstuk 5 passeren alle relevante milieu- en omgevingsaspecten de revue. Hoofdstuk 6 gaat in op de wateraspecten waaronder de watertoets. In de hoofdstukken 7 en 8 wordt respectievelijk ingegaan op de economische uitvoerbaarheid van het project en het vooroverleg. BJZ.nu Bestemmingsplannen 8

9 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning HOOFDSTUK 2 BESCHRIJVING PROJECTGEBIED Het projectgebied is gelegen aan de Reutummerweg, centraal in de kern Tubbergen. Het centrum van Tubbergen, het centrum vormt topografisch gezien niet het centrum van de kern, bevindt zich ten noordwesten van het projectgebied. De Reutummerweg betreft vanuit het zuidoosten de voornaamste invalsweg voor de kern Tubbergen. De luchtfoto in afbeelding 2.1 geeft een beeld van de ligging van het projectgebied in de kern Tubbergen. Afbeelding 2.1: Luchtfoto kern Tubbergen (Bron: Provincie Overijssel) De gronden in het projectgebied zijn onbebouwd en worden momenteel gebruikt als weide. Van enig opgaand groen ter plaatse is geen sprake. Ten noordwesten, noorden, noordoosten en ten zuidoosten van het projectgebied bevinden zich enkele individuele woningen die onderdeel uitmaken van de kern Tubbergen. Aan de andere zijde van de Reutummerweg bevindt zich het bedrijventerrein van Tubbergen. De luchtfoto in afbeelding 2.2. geeft een beeld van de huidige situatie in het projectgebied. BJZ.nu Bestemmingsplannen 9

10 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Afbeelding 2.2: Luchtfoto projectgebied en de directe omgeving (Bron: Provincie Overijssel) BJZ.nu Bestemmingsplannen 10

11 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning HOOFDSTUK 3 PROJECTBESCHRIJVING In hoofdstuk 2 is een beschrijving van de huidige situatie in het projectgebied gegeven. In dit hoofdstuk wordt op de ontwikkeling zelf ingegaan. Alvorens op de ontwikkeling zelf in te gaan wordt eerst ingegaan op het in dit kader verrichte locatieonderzoek en de keuze voor de locatie aan de Reutummerweg. 3.1 Locatieonderzoek Voor een kapsalon met wellness/schoonheidssalon/ nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte is het niet noodzakelijk om zich in het centrumgebied te vestigen. Klanten komen immers veelal op afspraak of wanneer zij toe zijn aan een knipbeurt of behandeling. Er is hier sprake van gericht bezoek. Desalniettemin is door Weusthuis Makelaardij in januari 2013 een locatieonderzoek verricht. Dit onderzoek is in september 2013 aangevuld waarna op 2 januari 2015 nog een update heeft plaatsgevonden. Onderzocht is of er in het centrumgebied locaties aanwezig zijn die geschikt zijn (te maken) voor de vestiging van de kapsalon en de wellness/ schoonheidsalon/ nagelstudio. Zoals aangegeven in de aanleiding is het uitgangspunt hierbij de realisatie van een kapsalon op de begane grond met een oppervlakte van circa 400 m 2 (de oppervlakte van het nieuwe gebouw bedraagt op basis van het ontwerp circa 336 m 2 ) en een bovenverdieping die benut kan worden voor wellness/ schoonheidsalon/ nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte De conclusie van het uitgevoerde locatieonderzoek, welke is opgenomen als bijlage 1, luidt: De voorgaande locaties beoordelend, moet ik concluderen dat er binnen het centrum van Tubbergen in de periode tussen januari en heden geen geschikte locatie voor een kapsalon + aanverwante activiteiten van de omvang zoals u deze wilt realiseren beschikbaar zijn gekomen. Ik ga ervan uit dat dit ook niet zal gaan gebeuren. In een kleinschalig centrum als het Tubbergse, is dat absoluut niet realistisch. Zoals in het voorgaande aangegeven is op 2 januari 2015 het locatieonderzoek geüpdatet. De betreffende update van het locatieonderzoek is opgenomen in bijlage 2. De conclusie van deze update luidt: Op dit moment is er geen ander aanbod van ruimte welke passen binnen het zoekprofiel dat door u is opgegeven. De gezochte ruimte is ook dermate groot voor het centrum van Tubbergen, dat geconcludeerd moet worden dat er op korte termijn geen geschikte panden/lokaties beschikbaar zullen komen. Tevens zal de vestiging van een kapsalon/schoonheidsinstituut in het centrum van Tubbergen aldaar een grote parkeerdruk geven en minder bereikbaar worden voor overige bezoekende klandizie. Het uitgangspunt en het vorenstaande in acht nemend heeft voor kapsalon Huub geleid tot de conclusie dat een nieuwe ruimte in het centrum van Tubbergen geen optie is. In de zoektocht naar een geschikte locatie heeft de locatie aan de Reutummerweg ong. zich aangediend. 3.2 Locatiekeuze Kapsalon Huub heeft niet zomaar gekozen voor de locatie aan de Reutummerweg. De keuze voor deze locatie is een gerichte keuze die met name is ingegeven door het feit dat de locatie zowel vanuit het centrum, de wijken als het omliggende buitengebied uitstekend te bereiken is en voldoende mogelijkheden biedt om te kunnen voorzien in voldoende parkeergelegenheid. Dat de locatie aan de Reutummerweg goed bereikbaar is, blijkt ook wel uit het feit dat de brandweerkazerne zich in het verleden ook aan de Reutummerweg heeft gevestigd. Met name voor een dergelijk essentiële voorziening als een brandweerkazerne is het van belang dat alle wijken en omliggende gebieden goed bereikbaar zijn. Met de keuze voor de locatie van de brandweerkazerne is dan ook terdege rekening gehouden met het aspect bereikbaarheid. Iets wat eens temeer aangeeft dat de bereikbaarheid van de locatie aan de Reutummerweg uitstekend is. BJZ.nu Bestemmingsplannen 11

12 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Ten opzichte van het centrumgebied is de locatie aan de Reutummerweg qua aanrijroutes beter bereikbaar dan een locatie in het centrum. Met name tijdens de drukke uren en dagen is het centrumgebied wel eens minder goed bereikbaar. Daar komt bij dat gedurende evenementen, zoals bijvoorbeeld de Tubbergse Paardendagen, de kermis, carnaval en Glasrijk Tubbergen, het centrum nagenoeg niet per auto te bereiken is. Dit leidt niet enkel tot frustraties bij de klant maar heeft ook gevolgen voor de omzet. Naast een goede bereikbaarheid is voldoende parkeergelegenheid essentieel voor een kapsalon en wellness/schoonheidssalon/nagelstudio en een aan deze werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte. Klanten komen in veel gevallen met de auto. Het zoeken van een parkeerplek in het centrum van Tubbergen is nogal eens problematisch of leidt tot overlast voor andere in de omgeving voorkomende functies. De locatie aan de Reutummerweg biedt de mogelijkheid om ruimschoots te kunnen voorzien in deze parkeerbehoefte zonder dat hierbij de parkeerdruk voor andere in de omgeving voorkomende functies wordt vergroot. 3.3 Ruimtelijke ontwikkeling Op de locatie aan de Reutummerweg ong. kan kapsalon Huub zijn gewenste programma realiseren. Dit programma bestaat uit een nieuwe ruimte voor de kapsalon op de begane grond met een oppervlakte van circa 336 m 2 en een bovenverdieping die benut kan worden voor wellness/schoonheidssalon/ nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte. Rondom het gebouw kan ruim voldoende parkeergelegenheid worden gerealiseerd. In afbeelding 3.1 is een situatietekening van de gewenste situatie opgenomen. De betreffende situatietekening is ook als bijlage 3 opgenomen bij deze onderbouwing. Afbeelding 3.1: Situatietekening nieuwbouw kapper Huub, hair & more (Bron: Erwin Meinders bouwkundig buro) Het nieuwe gebouw is georiënteerd op de Reutummerweg en krijgt een bouwhoogte van circa 8,5 meter. Rondom het gebouw worden parkeerplaatsen aangelegd die worden ingepast middels hagen. De in- en uitrit wordt gesitueerd op de Reutummerweg. BJZ.nu Bestemmingsplannen 12

13 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Qua indeling van het gebouw is er een duidelijk onderscheid tussen de kapsalon en de overige beautyactiviteiten. De begane grond wordt in gebruik genomen als kapsalon. Hierbij valt een onderscheid aan te brengen in een gedeelte dat wordt ingericht als herenkapsalon, een gedeelte dat wordt ingericht als dameskapsalon en een gedeelte dat wordt ingericht als kinderkapsalon. Daarnaast bevinden zich ruimten als de entree, de toegang tot de bovenverdieping, de garderobe en toiletten op de begane grond. Uiteraard is ook ruimte gereserveerd voor noodzakelijke voorzieningen zoals bijvoorbeeld een c.v-ketel, een meterkast, een berging en diverse (opberg)kasten. Op de bovenverdieping worden ruimten ingericht ten behoeve van wellness, een schoonheidsalon een nagelstudio en soortgelijke activiteiten. Tevens wordt op de bovenverdieping een aan deze werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte ingericht. In deze ruimte kan men cursussen of demonstraties geven op het gebied van beauty en wellness. Deze ruimte kan tevens dienst doen als kantine voor het personeel. De ruimte die benut kan worden voor wellness/schoonheidssalon/ nagelstudio heeft een oppervlakte van circa 51 m 2. De demonstratie- en instructieruimte biedt ruimte aan 20 personen. In de volgende afbeeldingen zijn aanzichten opgenomen van het nieuwe gebouw. Afbeelding 3.2: Aanzicht zuid-westgevel (voorgevel)(bron: Erwin Meinders bouwkundig buro) Afbeelding 3.3: Aanzicht zuid-westgevel (rechter zijgevel)(bron: Erwin Meinders bouwkundig buro BJZ.nu Bestemmingsplannen 13

14 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Afbeelding 3.4: Aanzicht noord-oostgevel (achtergevel)(bron: Erwin Meinders bouwkundig buro) Afbeelding 3.5: Aanzicht noord-westgevel (linker zijgevel)(bron: Erwin Meinders bouwkundig buro) 3.4 Verkeer en parkeren Verkeer De ontsluiting van het projectgebied vindt plaats via een nieuw aan te leggen in- en uitrit op de Reutummerweg. Deze in- en uirit, die middels een duiker over de bestaande sloot wordt gelegd, wordt verkeersveilig en overzichtelijk ingericht. Met deze nieuwe functie zal sprake zijn van een bepaalde toename van het aantal verkeersbewegingen. De Reutummerweg is echter in voldoende mate ingericht om deze toename van verkeersbewegingen eenvoudig en veilig af te kunnen wikkelen. Vanuit verkeerskundig oogpunt vormt de toename van het aantal verkeersbewegingen dan ook geen belemmering. BJZ.nu Bestemmingsplannen 14

15 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Parkeren Algemeen De gemeente Tubbergen beschikt, samen met de gemeente Dinkelland, over eigen parkeerbeleid. Dit parkeerbeleid is vastgelegd in de beleidsnotitie Bouwen & parkeren 2014'. De beleidsnotitie biedt een beleidskader bij het beoordelen van vergunningsaanvragen en ruimtelijke plannen voor wat betreft het aspect parkeren. De beleidsnotitie is gebaseerd op de herziene richtlijn 'Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie, publicatie 317 (oktober 2012)' van het CROW. In de gemeentelijke beleidsnotitie wordt, in tegenstelling tot de CROW-publicatie, uitsluitend onderscheid gemaakt tussen het centrum en de rest bebouwde kom. In de kern Tubbergen wordt het gebied van de parkeerschijfzone beschouwd als centrum. Alle overige gebieden en straten in de kernen die geen onderdeel uitmaken van het gebied van de parkeerschijfzone vallen onder de rest bebouwde kom. Het projectgebied wordt op basis van de beleidsnotitie gerekend tot de rest bebouwde kom Situatie projectgebied Een kapsalon wordt expliciet genoemd in de beleidsnotitie. Hierbij wordt de parkeernorm berekend aan de hand van het aantal behandelstoelen, in dit geval worden 18 behandelstoelen geplaatst. Op de verdieping bevindt zich de wellness/schoonheidssalon/ nagelstudio en de aan deze werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte. De demonstratie- en instructieruimte, welke ruimte biedt aan 20 studenten is vergelijkbaar met de functie avondonderwijs. De beautyfunctie wordt niet als zodanig genoemd in de gemeentelijke beleidsnotitie. Hiervoor wordt derhalve aangesloten bij de CROW-uitgave 'Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie, publicatie 317 (oktober 2012). Deze kencijfers zijn landelijk (en juridisch) geaccepteerd. Alle parkeernormen zijn gebaseerd op het gemiddelde van het minimum en maximum kencijfer uit de CROW-publicatie. Volgens deze systematiek is de parkeernorm voor de wellnesss/schoonheidssalon/nagelstudie bepaald op 9,3 parkeerplaats per 100 m² BVO. In de volgende tabel wordt inzichtelijk gemaakt wat de parkeerbehoefte is in de toekomstige situatie. Functie Aantal parkeerplaatsen per Aantal eenheden Parkeerbehoefte eenheid Kapsalon 0,9 per behandelstoel 18 16,2 parkeerplaatsen Wellness/ schoonheidssalon/ 9,3 per 100 m 2 b.v.o 51 m 2 b.v.o. 4,7 parkeerplaatsen nagelstudio Demonstratie- en instructieruimte 0,69 student 20 13,8 parkeerplaatsen Totale parkeerbehoefte 34,7 parkeerplaatsen De parkeerbehoefte als gevolg van het project bedraagt 35 parkeerplaatsen. Benadrukt wordt dat in de hiervoor genoemde normen de parkeerbehoefte van het personeel is meegenomen. Zoals blijkt uit afbeelding 3.1 wordt op eigen terrein voorzien in deze 35 parkeerplaatsen en wordt derhalve voldaan aan de parkeerbehoefte. BJZ.nu Bestemmingsplannen 15

16 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning HOOFDSTUK 4 BELEIDSKADER Dit hoofdstuk beschrijft, voor zover van belang, het rijks-, provinciaal- en gemeentelijk beleid. Naast de belangrijkste algemene uitgangspunten worden de specifieke voor dit projectgebied geldende uitgangspunten weergegeven. 4.1 Rijksbeleid Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte Algemeen De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte is op 13 maart 2012 vastgesteld. De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) geeft een totaalbeeld van het ruimtelijk- en mobiliteitsbeleid op rijksniveau en vervangt de Nota Ruimte, de Structuurvisie Randstad 2040, de Nota Mobiliteit, de MobiliteitsAanpak en de Structuurvisie voor de Snelwegomgeving. Tevens vervangt het een aantal ruimtelijke doelen en uitspraken in onder andere de Agenda Landschap en de Agenda Vitaal Platteland. Daarmee wordt de SVIR het kader voor thematische of gebiedsgerichte uitwerkingen van rijksbeleid met ruimtelijke consequenties Rijksdoelen en regionale opgaven In de SVIR heeft het Rijk drie rijksdoelen om Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig te houden voor de middellange termijn (2028): Het vergroten van de concurrentiekracht van Nederland door het versterken van de ruimtelijkeconomische structuur van Nederland; Het verbeteren, instandhouden en ruimtelijk zekerstellen van de bereikbaarheid waarbij de gebruiker voorop staat; Het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving waarin unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden behouden zijn. Voor de drie rijksdoelen worden de 13 onderwerpen van nationaal belang benoemd. Hiermee geeft het Rijk aan waarvoor het verantwoordelijk is en waarop het resultaten wil boeken. Buiten deze nationale belangen hebben decentrale overheden beleidsvrijheid. De drie hoofddoelen van het ruimtelijk en mobiliteitsbeleid kennen nationale opgaven die regionaal neerslaan. Opgaven van nationaal belang in Oost-Nederland ( de provincies Gelderland en Overijssel) zijn: Het waar nodig verbeteren van de internationale achterlandverbindingen (weg, spoor en vaarwegen) die door Oost Nederland lopen. Dit onder andere ten behoeve van de mainports Rotterdam en Schiphol; Het formuleren van een integrale strategie voor het totale rivierengebied van Maas en Rijntakken (Waal, Nederrijn, Lek en de IJssel, deelprogramma rivieren van het Deltaprogramma) en de IJsselvechtdelta (deelprogramma s zoetwater en rivieren) voor waterveiligheid in combinatie met bereikbaarheid, ruimtelijke kwaliteit, natuur, economische ontwikkeling en woningbouw; Het tot stand brengen en beschermen van de (herijkte) EHS, inclusief de Natura 2000 gebieden (zoals de Veluwe); Het robuust en compleet maken van het hoofdenergienetwerk (380 kv), onder andere door het aanwijzen van het tracé voor aansluiting op het Duitse hoogspanningsnet. Het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) is als Algemene maatregel van Bestuur (AmvB) direct gekoppeld aan de SVIR. In het Barro is concreet aangegeven welke nationale belangen geborgd worden in bestemmingsplannen en andere plannen van de overheden. BJZ.nu Bestemmingsplannen 16

17 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Ladder voor duurzame verstedelijking In de SVIR wordt de ladder voor duurzame verstedelijking geïntroduceerd. Deze ladder is per 1 oktober 2012 als motiveringseis in het Besluit ruimtelijke ordening (artikel 3.1.6, lid 2) opgenomen. Doel van de ladder voor duurzame verstedelijking is een goede ruimtelijke ordening door een optimale benutting van de ruimte in stedelijke gebieden. Hierbij dient de behoefte aan een stedelijke ontwikkeling te worden aangetoond. De ladder kent drie treden die achter elkaar worden doorlopen. Afbeelding 4.1: Ladder voor duurzame verstedelijking (Bron: Ministerie van Infrastructuur en Milieu) Conclusie toetsing aan het rijksbeleid De SVIR laat zich niet specifiek uit over dergelijke kleinschalige ontwikkelingen. De ontwikkeling van de locatie raakt geen rijksbelangen zoals opgenomen in de SVIR. Ladder voor duurzame verstedelijking De ruimtelijke onderbouwing is in februari 2014 voor het eerst opgeleverd. In september 2014 is een laatste wijziging verricht aan de ruimtelijke onderbouwing in verband met het gewijzigd gemeentelijk parkeerbeleid dat eerder dat jaar in werking was getreden. In de in februari 2014 opgeleverde ruimtelijke onderbouwing zijn in eerst instantie de verschillende treden van de Ladder voor duurzame verstedelijking (art , lid 2 van het Bro) onderbouwd omdat toen nog niet geheel duidelijk was wat werd verstaan onder een stedelijke ontwikkeling. Onder andere middels een uitspraak van 23 april 2014 heeft de Raad van State hier meer duidelijkheid over geschapen. Abusievelijk is in de ruimtelijke onderbouwing van september 2014, de ruimtelijke onderbouwing zoals deze was opgenomen bij de ontwerp omgevingsvergunning, met deze uitspraak geen rekening gehouden. In de betreffende uitspraak van 23 april 2014 oordeelde de Raad van State dat een plan dat voorzag in een bedrijfsgebouw met een maximale oppervlakte van 400 m 2, op een bedrijfsperceel met een oppervlakte van circa m 2, vanwege de kleinschalige bedrijfsbebouwing en de beperkte omvang en de beperkte gebruiksmogelijkheden, niet kan worden aangemerkt als een stedelijke ontwikkeling als bedoeld in artikel 3.1.6, lid 2 van het Bro (Ladder voor duurzame verstedelijking) (zie AbRvS 23 april 2014, nr /1/R3). De omvang van het bedrijfsgebouw voor kapsalon Huub bedraagt circa 336 m 2. De oppervlakte van het bijbehorende perceel bedraagt circa m 2. Hiermee blijft de oppervlakte ruim beneden de oppervlakten op basis waarvan de Raad van State heeft geoordeeld dat een dergelijke kleinschalige ontwikkeling niet moet worden aangemerkt als een stedelijke ontwikkeling als bedoeld in artikel 3.1.6, lid 2 van het Bro (Ladder voor duurzame verstedelijking). Vanwege deze inzichten wordt geconcludeerd dat dit project niet hoeft te worden getoetst aan de Ladder voor duurzame verstedelijking. BJZ.nu Bestemmingsplannen 17

18 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning 4.2 Provinciaal beleid Het provinciaal beleid is verwoord in tal van plannen. Het belangrijkste plan betreft de Omgevingsvisie Overijssel en de daarbij behorende Omgevingsverordening Overijssel Uitgangspunten van de Omgevingsvisie Overijssel De Omgevingsvisie Overijssel is het integrale provinciale beleidsplan voor de fysieke leefomgeving van Overijssel. In 2009 is de Omgevingsvisie en -verordening 2009 vastgesteld. Naar aanleiding van monitoring en evaluaties is de Omgevingsvisie en -verordening op onderdelen geactualiseerd. De Actualisatie Omgevingsvisie en -verordening is op 3 juli 2013 vastgesteld door Provinciale Staten en treedt op 1 september 2013 in werking. De hoofdambitie van de Omgevingsvisie is een toekomstvaste groei van welvaart en welzijn met een verantwoord beslag op de beschikbare natuurlijke hulpbronnen en voorraden. Enkele belangrijke beleidskeuzes waarmee de provincie haar ambities wil realiseren zijn: door meer aandacht voor herstructurering wordt ingezet op een breed spectrum aan woon-, werk- en mixmilieus; dorpen en steden worden gestimuleerd hun eigen kleur te ontwikkelen; investeren in een hoofdinfrastructuur voor wegverkeer, trein, fiets en waarbij veiligheid en doorstroming centraal staan; zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik bij bebouwing door hantering van de zogenaamde SER-ladder ; deze methode gaat ervan uit dat eerst het gebruik van de ruimte wordt geoptimaliseerd, dan de mogelijkheid van meervoudig ruimtegebruik wordt onderzocht en dan pas de mogelijkheid om het ruimtegebruik uit te breiden, wordt bekeken; hierbij is afstemming tussen gemeenten over woningbouwprogramma s en bedrijfslocaties noodzakelijk; ruimtelijke plannen ontwikkelen aan de hand van gebiedskenmerken en keuzes voor duurzaamheid Omgevingsverordening Overijssel De provincie beschikt over een palet aan instrumenten waarmee zij haar ambities realiseert. In de Omgevingsvisie is bij elke beleidsambitie een realisatieschema opgenomen waarin is aangegeven welke instrumenten de provincie zal inzetten om de verschillende onderwerpen van provinciaal belang te realiseren. Eén van de instrumenten om het beleid uit de Omgevingsvisie te laten doorwerken is de Omgevingsverordening Overijssel. De Omgevingsverordening is het provinciaal juridisch instrument dat wordt ingezet voor die onderwerpen waarvoor de provincie eraan hecht dat de doorwerking van het beleid van de Omgevingsvisie juridisch geborgd is Uitvoeringsmodel Omgevingsvisie Overijssel De opgaven, kansen, beleidsambities en ruimtelijke kwaliteitsambities voor de provincie zijn in de Omgevingsvisie Overijssel geschetst in ontwikkelingsperspectieven voor de groene omgeving en stedelijke omgeving. Om de ambities van de provincie waar te maken, bevat de Omgevingsvisie een uitvoeringsmodel. Dit model is gebaseerd op drie niveaus, te weten: 1. generieke beleidskeuzes; 2. ontwikkelingsperspectieven; 3. gebiedskenmerken. Deze begrippen worden hieronder nader toegelicht Generieke beleidskeuzes Generieke beleidskeuzes zijn keuzes die bepalend zijn voor de vraag of ontwikkelingen nodig dan wel mogelijk zijn. In deze fase wordt beoordeeld of er sprake is van een behoefte aan een bepaalde voorziening. Ook wordt BJZ.nu Bestemmingsplannen 18

19 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning in deze fase de zgn. SER-ladder gehanteerd. Deze komt er kort gezegd op neer dat eerst bestaande bebouwing en herstructurering worden benut, voordat er uitbreiding kan plaatsvinden. Andere generieke beleidskeuzes betreffen de reserveringen voor waterveiligheid, randvoorwaarden voor externe veiligheid, grondwaterbeschermingsgebieden, bescherming van de ondergrond (aardkundige en archeologische waarden), landbouwontwikkelingsgebieden voor intensieve veehouderij, begrenzing van Nationale Landschappen, Natura 2000-gebieden, Ecologische Hoofdstructuur en verbindingszones etc. De generieke beleidskeuzes zijn veelal normstellend Ontwikkelingsperspectieven Als uit de beoordeling in het kader van de generieke beleidskeuzes blijkt dat de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling aanvaardbaar is, vindt een toets plaats aan de ontwikkelingsperspectieven. In de Omgevingsvisie is een spectrum van zes ontwikkelingsperspectieven beschreven voor de groene en stedelijke omgeving. Met dit spectrum geeft de provincie ruimte voor het realiseren van de in de visie beschreven beleids- en kwaliteitsambities. De ontwikkelingsperspectieven geven richting aan wat waar ontwikkeld zou kunnen worden. Daar waar generieke beleidskeuzes een geografische begrenzing hebben, zijn ze consistent doorvertaald in de ontwikkelingsperspectieven. De ontwikkelingsperspectieven zijn richtinggevend en bieden de nodige flexibiliteit voor de toekomst Gebiedskenmerken Op basis van gebiedskenmerken in vier lagen (natuurlijke laag, laag van het agrarisch cultuurlandschap, stedelijke laag en lust- en leisurelaag) gelden specifieke kwaliteitsvoorwaarden en opgaven voor ruimtelijke ontwikkelingen. Het is de vraag hoe een ontwikkeling invulling krijgt. Aan de hand van de drie genoemde niveaus kan worden bezien of een ruimtelijke ontwikkeling mogelijk is en er behoefte aan is, waar het past in de ontwikkelingsvisie en hoe het uitgevoerd kan worden. Afbeelding 4.1. geeft dit schematisch weer. Afbeelding 4.1: Uitvoeringsmodel Omgevingsvisie Overijssel (Bron: Provincie Overijssel) BJZ.nu Bestemmingsplannen 19

20 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Toetsing van het initiatief aan het Uitvoeringsmodel Omgevingsvisie Overijssel Indien het concrete initiatief, zoals beschreven in hoofdstuk 3 van deze ruimtelijke onderbouwing, wordt getoetst aan de Omgevingsvisie Overijssel ontstaat globaal het volgende beeld Generieke beleidskeuzes Uit de afwegingen in de eerste fase generieke beleidskeuzes blijkt dat met name artikel van de Omgevingsverordening Overijssel van belang is. Dit artikel is van belang omdat sprake is van een stedelijke ontwikkeling (SER-ladder). SER-ladder voor de Stedelijke omgeving Bestemmingsplannen voorzien uitsluitend in stedelijke ontwikkelingen die een extra ruimtebeslag door bouwen en verharden leggen op de groene omgeving wanneer aannemelijk is gemaakt: dat er voor deze opgave in redelijkheid geen ruimte beschikbaar is binnen het bestaande bebouwd gebied en de ruimte binnen het bestaand bebouwd gebied ook niet geschikt te maken is door herstructurering en/of transformatie; dat mogelijkheden voor meervoudig ruimtegebruik binnen het bestaand bebouwd gebied optimaal zijn benut. Toetsing van het initiatief aan de SER-ladder voor de Stedelijke omgeving In de betreffende uitspraak waar in al naar wordt verwezen wordt ook ingegaan op SER-ladder (artikel van de Omgevingsverordening Overijssel) in relatie tot het in dat artikel opgenomen begrip stedelijke ontwikkeling. Ook ten aanzien hiervan heeft de Raad van State geoordeeld, om dezelfde redenen als verwoord in 4.1.2, dat geen sprake is van een stedelijk ontwikkeling als bedoeld in artikel van de Omgevingsverordening Overijssel. Gezien het feit dat de omvang van dit project kleiner is als het plan ten aanzien waarvan de Raad van State heeft geoordeeld dat dit geen stedelijke ontwikkeling als bedoeld in artikel van de Omgevingsverordening Overijssel betreft, wordt geconcludeerd dat in dit geval tevens geen sprake is van een stedelijke ontwikkeling als bedoeld in artikel van de Omgevingsverordening Overijssel. Een nadere toetsing aan dit artikel is dan ook niet noodzakelijk Ontwikkelingsperspectieven Het projectgebied behoort tot het ontwikkelingsperspectief Woonwijk. Eén en ander wordt ook weergegeven in afbeelding 4.2 waarin een uitsnede van de ontwikkelingsperspectievenkaart is opgenomen. BJZ.nu Bestemmingsplannen 20

21 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Afbeelding 4.2: Uitsnede ontwikkelingsperspectievenkaart Omgevingsvisie Overijssel (Bron: Provincie Overijssel) Woonwijk Rond de binnensteden liggen de diverse woonwijken en bedrijventerreinen elk met hun eigen woon-, werk- of gemengd milieu. Herstructurering van de woon-, werk- en voorzieningenmilieus moet deze vitaal en aantrekkelijk houden en de diversiteit aan milieus versterken. In de gebieden aangemerkt als Woonwijk is ruimte voor herstructurering, inbreiding en transformatie naar diverse woon- werk- en gemengde stadsmilieus. Toetsing van het initiatief aan het Ontwikkelingsperspectief Zoals hiervoor verwoord wordt in gebieden met het ontwikkelingsperspectief woonwijk ruimte geboden voor inbreiding. Een inbreidingslocatie wordt ook wel gezien als een open plek tussen de bestaande bebouwing. In dit geval is sprake van een dergelijke inbreidingslocatie tussen bestaande, tot de kern Tubbergen behorende, bebouwing. Conform provinciaal beleid dienen stedelijke ontwikkelingen ook zoveel mogelijk plaats te vinden binnen gebieden die op basis van de ontwikkelingsperspectievenkaart worden aangemerkt als stedelijke omgeving. Gezien het feit dat hier in het voorliggende geval sprake van is voldoet het project aan het ter plaatse geldende ontwikkelingsperspectief Gebiedskenmerken Bij toetsing van het ruimtelijke initiatief aan de gebiedskenmerken in vier lagen (Nauurlijke laag, Laag van het agrarisch cultuurlandschap, Stedelijke laag en de Lust- en leisure-laag) is van belang dat de locatie is gelegen in de stedelijke omgeving. Met name in de groene omgeving/ het buitengebied dient bij nieuwe ruimtelijke ontwikkeling te worden ingezet op de versterking van de ter plekke geldende gebiedskenmerken van de Natuurlijke laag en de Laag van het agrarisch cultuurlandschap. Aangezien hier in dit geval geen sprake van is, worden de gebiedskenmerken van de 'Natuurlijke laag' en de Laag van het agrarisch cultuurlandschap' buiten beschouwing gelaten. 1. De Stedelijke laag Het projectgebied is op de gebiedskenmerkenkaart de Stedelijke laag grotendeels aangeduid met het gebiedstype Woonwijken nu. In afbeelding 4.4 is dat aangegeven. BJZ.nu Bestemmingsplannen 21

22 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Afbeelding 4.4: Gebiedskenmerkenkaart van de Stedelijke laag (Bron: Provincie Overijssel) Woonwijken 1955 nu De woonwijken van 1955 tot nu zijn planmatig opgezette uitbreidingswijken op basis van een collectief idee en grotere bouwstromen. De functies (wonen, werken, voorzieningencentra) zijn uiteengelegd en de wijken zijn opgedeeld in buurten met een homogeen bebouwingskarakter: buurten met eengezinswoningen, flatwijken, villawijken, wijkcentra. Als ontwikkelingen plaats vinden, dan voegt nieuwe bebouwing zich in de aard, maat en het karakter van het grotere geheel (patroon van o.a. wooneenheden en parken), maar is als onderdeel daarvan wel herkenbaar. De groenstructuur is onderdeel van het wijkontwerp. Toetsing van het initiatief aan de Stedelijke laag Hoewel in dit geval geen sprake is van een wijk of nieuwe woonbebouwing, krijgt het nieuwe gebouw wel de uitstraling van een woning. Het nieuwe gebouw wordt voorzien van een kap en bestaat als het ware uit twee van elkaar verspringende hoofdgebouwen met een kleine aanbouw aan de voorzijde. Qua maat en schaal is de bebouwing ondergeschikt aan de massale bedrijfsbebouwing aan de overzijde van de weg en vergelijkbaar met de overige bebouwing langs de Reutummerweg en de achtergelegen Weleveldstraat. Met de invulling van het projectgebied is in voldoende mate rekening gehouden met de bebouwingskenmerken van de omliggende woningen en achtergelegen woonomgeving. Het initiatief is in overeenstemming met het ter plaatse gelden gebiedskenmerk van de Stedelijke laag. 2. De Lust- en Leisurelaag De locatie heeft op de gebiedskenmerkenkaart de Lust- en leisurelaag geen bijzondere eigenschappen. Deze gebiedskenmerken kunnen derhalve buiten beschouwing worden gelaten Conclusie toetsing aan het provinciaal beleid Geconcludeerd kan worden dat de in deze ruimtelijke onderbouwing beschreven ontwikkeling in overeenstemming is met het in de Omgevingsvisie Overijssel verwoorde en in de Omgevingsverordening Overijssel verankerde provinciaal ruimtelijk beleid. 4.3 Gemeentelijk beleid Het gemeentelijk beleid is verwoord in tal van plannen. Ten aanzien van de locatie aan de Reutummerweg of de realisatie van een nieuwe kapsalon en wellness/ schoonheidsalon/ nagelstudio en een aan de BJZ.nu Bestemmingsplannen 22

23 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte geldt binnen de gemeente geen specifiek beleid. Wel wordt hierna kort ingegaan op de detailhandelsstructuurvisie Tubbergen Detailhandelsstructuurvisie Tubbergen De gemeente Tubbergen heeft een detailhandelsstructuurvisie laten opstellen voor de periode tot Deze visie gaat in op de gewenste ruimtelijke detailhandelsstructuur tot Het doel van deze visie is om inzicht te krijgen in de economische mogelijkheden van de centrumgebieden binnen de gemeente Tubbergen. De detailhandelsstructuurvisie vormt, afgezien van het geldende bestemmingsplan, het voornaamste beoordelingskader voor wat betreft de toelaatbaarheid van detailhandelsvestigingen. In de detailhandelsstructuurvisie wordt een kapsalon gerekend tot de dienstverlenende bedrijven. In de structuurvisie wordt niet specifiek op dergelijke bedrijvigheid ingegaan of wordt specifiek aangegeven waar dergelijke bedrijven zich bij voorkeur moeten vestigen. In de structuurvisie wordt wel aangegeven dat met name het dagelijks aanbod het fundament blijft voor het centrumgebied van Tubbergen. Een kapsalon en wellness/ schoonheidssalon/ nagelstudio behoort niet tot het dagelijkse aanbod. Dergelijke voorzieningen worden veelal gericht en niet dagelijks bezocht. Het is niet aannemelijk dat een verplaatsing van een kapsalon uit het centrum van Tubbergen zal leiden tot een duurzame ontwrichting van het centrum of de voorzieningenstructuur. Gezien de nieuwe opzet van het project en de daarmee gerelateerde parkeerbehoefte is het oogpunt zelfs beter dat het project buiten de parkeerring wordt gerealiseerd Conclusie toetsing aan het gemeentelijk beleid Gezien het vorenstaande wordt geconcludeerd dat het project niet in strijd is met de uitgangspunten van de detailhandelsstructuurvisie. De verplaatsing van kapsalon Huub uit het centrum zal naar verwachting eveneens niet leiden tot een ontwrichting van het centrum of de voorzieningenstructuur. Vanwege het ontbreken van redelijke alternatieven in het centrumgebied (zie ook paragraaf 3.1 en de in bijlage 1 en bijlage 2 opgenomen locatieonderzoeken) en de parkeerbehoefte van de kapsalon met wellness/ schoonheidsalon/ nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte wordt een locatie buiten de parkeerring (het centrum) juist meer geschikt geacht. BJZ.nu Bestemmingsplannen 23

24 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning HOOFDSTUK 5 MILIEU- EN OMGEVINGSASPECTEN In een ruimtelijke onderbouwing moet een beschrijving worden opgenomen van de wijze waarop de milieukwaliteitseisen bij het plan zijn betrokken. Daarbij moet rekening gehouden worden met de geldende wet- en regelgeving en met de vastgestelde (boven)gemeentelijke beleidskaders. In dit hoofdstuk worden de resultaten van het onderzoek naar de milieukundige uitvoerbaarheid beschreven. Het betreft de thema's geluid, bodem, luchtkwaliteit, externe veiligheid, milieuzonering, ecologie, archeologie & cultuurhistorie en het Besluit milieueffectrapportage. 5.1 Geluid Algemeen De Wet geluidhinder (Wgh) bevat geluidnormen en richtlijnen over de toelaatbaarheid van geluidniveaus als gevolg van rail- en wegverkeerslawaai en industrielawaai. De Wgh geeft aan dat een akoestisch onderzoek moet worden uitgevoerd bij het voorbereiden van een bestemmingsplan of een omgevingsvergunning indien het plan een geluidgevoelig object mogelijk maakt binnen een geluidszone van een bestaande geluidsbron of indien het plan een nieuwe geluidsbron mogelijk maakt Situatie projectgebied Een kapsalon met wellness/ schoonheidsalon/ nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte wordt op basis van de Wet geluidhinder niet aangemerkt als een geluidsgevoelig object. In het kader van de Wet geluidhinder is hier eveneens geen sprake van een nieuwe geluidsbron waardoor de aspecten rail- en wegverkeerslawaai en industrielawaai niet van toepassing zijn. In paragraaf 5.5. wordt aan de hand van de VNG-uitgave Bedrijven en milieuzonering nader ingegaan op de milieubelasting van het project op de omgeving. Hierbij wordt onder andere het aspect geluid betrokken Conclusie De Wet geluidhinder vormt geen belemmering voor de in deze ruimtelijke onderbouwing beschreven ontwikkeling. 5.2 Bodemkwaliteit Algemeen Bij het nemen van een omgevingsvergunning dient te worden bepaald of de aanwezige bodemkwaliteit past bij het toekomstige gebruik van die bodem en of deze aspecten optimaal op elkaar kunnen worden afgestemd. In de ruimtelijke onderbouwing moet verwoordt worden wat de overwegingen zijn geweest met betrekking tot de functie die wordt toegestaan en de bodemkwaliteit Situatie projectgebied Algemeen Sigma Bouw & Milieu heeft in het gebied tussen de Reutummerweg en de Weleveldstraat een verkennend bodemonderzoek verricht. Hoewel het gehanteerde onderzoeksgebied groter is dan het projectgebied, zijn er in het projectgebied voldoende boringen geplaatst om een goed beeld te geven van de kwaliteit van de BJZ.nu Bestemmingsplannen 24

25 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning bodem. De resultaten en conclusies uit dit onderzoek worden hierna weergegeven. Voor een nadere toelichting hierop wordt verwezen naar bijlage Onderzoeksresultaten verkennend bodemonderzoek Op basis van de vooraf gestelde hypothese is de onderzoekslocatie in eerste aanleg als milieukundig onverdacht aangemerkt. Op basis van de resultaten van het verkennend bodemonderzoek blijkt dat de locatie niet geheel vrij is van bodemverontreiniging. De boven- en ondergrond en het grondwater ter plaatse van de onderzoekslocatie bevat plaatselijk verontreinigingen t.o.v. de achtergrondwaarde resp. de streefwaarde. De plaatselijk verhoogd gemeten verontreinigingen overschrijden de tussenwaarde niet en geven daardoor geen aanleiding tot het instellen van een nader onderzoek. De onderzoeksresultaten stemmen niet geheel overeen met de gestelde hypothese, de vooraf gestelde hypothese onverdacht dient formeel verworpen te worden. Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat er beïnvloeding van de bodemkwaliteit heeft plaatsgevonden. De vooraf gehanteerde hypothese is gezien de doelstelling van het onderzoek alsmede de bekende onderzoeksresultaten voldoende om conclusies te verbinden betreffende de kwaliteit van de bodem t.p.v. de onderzoekslocatie Conclusie Op basis van de onderzoeksresultaten zijn er uit milieuhygiënische overwegingen in relatie tot de bodemkwaliteit geen belemmeringen ten aanzien van de geplande nieuwbouw binnen het projectgebied. 5.3 Luchtkwaliteit Algemeen Om een goede luchtkwaliteit in Europa te garanderen heeft de Europese unie een viertal kaderrichtlijnen opgesteld. De hiervan afgeleide Nederlandse wetgeving is vastgelegd in hoofdstuk 5, titel 2 van de Wet milieubeheer. Deze wetgeving staat ook bekend als de Wet luchtkwaliteit. In de Wet luchtkwaliteit staan ondermeer de grenswaarden voor de verschillende luchtverontreinigende stoffen. Onderdeel van de Wet luchtkwaliteit zijn de volgende Besluiten en Regelingen: Besluit en de Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen); Besluit gevoelige bestemmingen (luchtkwaliteitseisen); Besluit en de Regeling niet in betekenende mate Het Besluit niet in betekenende mate bijdragen (NIBM) staat bouwprojecten toe wanneer de bijdrage aan de luchtkwaliteit van het desbetreffende project niet in betekenende mate is. Het begrip niet in betekenende mate is gedefinieerd als 3% van de grenswaarden uit de Wet milieubeheer. Het gaat hierbij uitsluitend om stikstofdioxide (NO 2 ) en fijn stof (PM 10 ). Toetsing aan andere luchtverontreinigende stoffen uit de Wet luchtkwaliteit vindt niet plaats. In de Regeling NIBM is een lijst met categorieën van gevallen (inrichtingen, kantoor- en woningbouwlocaties) opgenomen die niet in betekenende mate bijdragen aan de luchtverontreiniging. Enkele voorbeelden zijn: woningen: 1500 met een enkele ontsluitingsweg; woningen: 3000 met twee ontsluitingswegen; kantoren: m 2 bruto vloeroppervlak met een enkele ontsluitingsweg. BJZ.nu Bestemmingsplannen 25

26 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Als een ruimtelijke ontwikkeling niet genoemd staat in de Regeling NIBM kan deze nog steeds niet in betekenende mate bijdragen. De bijdrage aan NO 2 en PM 10 moet dan minder zijn dan 3% van de grenswaarden. Dit komt overeen met 1,2 microgram/m3 voor NO 2 en PM Besluit gevoelige bestemmingen Dit besluit is opgesteld om mensen die extra gevoelig zijn voor een matige luchtkwaliteit aanvullend te beschermen. Deze 'gevoelige bestemmingen' zijn scholen, kinderdagverblijven en verzorgings-, verpleeg- en bejaardentehuizen. Woningen en ziekenhuizen/ klinieken zijn geen gevoelige bestemmingen. De grootste bron van luchtverontreiniging in Nederland is het wegverkeer. Het Besluit legt aan weerszijden van rijkswegen en provinciale wegen zones vast. Bij rijkswegen is deze zone 300 meter, bij provinciale wegen 50 meter. Bij realisatie van 'gevoelige bestemmingen' binnen deze zones is toetsing aan de grenswaarden die genoemd zijn in de Wet luchtkwaliteit nodig Situatie projectgebied Het project voorziet in de realisatie van één nieuw gebouw met een oppervlakte van circa 336 m 2 ten behoeve van een kapsalon met wellness/ schoonheidsalon/ nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte. In vergelijking met de in genoemde categorieën van gevallen is een dergelijk kleinschalige lokale ontwikkeling zeker aan te merken als een project dat niet in betekenende mate bijdraagt aan luchtverontreiniging. Uit de jaarlijkse rapportage van de luchtkwaliteit blijkt dat er, in de omgeving van het projectgebied, langs wegen geen overschrijdingen van de grenswaarden aan de orde zijn. Een overschrijding van de grenswaarden is ook in de toekomst niet te verwachten. Tot slot wordt geconcludeerd dat deze ontwikkeling niet wordt aangemerkt als een gevoelige bestemming in het kader van het Besluit gevoelige bestemmingen Conclusie Het aspect luchtkwaliteit vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het project. 5.4 Externe veiligheid Algemeen Externe veiligheid is een beleidsveld dat is gericht op het beheersen van risico's die ontstaan voor de omgeving bij de productie, de opslag, de verlading, het gebruik en het transport van gevaarlijke stoffen. Bij nieuwe ontwikkelingen moet worden voldaan aan strikte risicogrenzen. Een en ander brengt met zich mee dat nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen moeten worden getoetst aan wet- en regelgeving op het gebied van externe veiligheid. Concreet gaat het om risicovolle bedrijven, vervoer gevaarlijke stoffen per weg, spoor en water en transport gevaarlijke stoffen via buisleidingen. Op de diverse aspecten van externe veiligheid is afzonderlijke wetgeving van toepassing. Voor risicovolle bedrijven gelden onder meer: het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi); de Regeling externe veiligheid (Revi); het Registratiebesluit externe veiligheid; het Besluit risico's Zware Ongevallen 1999 (Brzo 1999); het Vuurwerkbesluit. Voor vervoer gevaarlijke stoffen geldt de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (crvgs). Op transport gevaarlijke stoffen via buisleidingen zijn het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) en de Regeling externe veiligheid buisleidingen (Revb) van toepassing. BJZ.nu Bestemmingsplannen 26

27 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Het doel van wetgeving op het gebied van externe veiligheid is het tot een minimum beperken van risico s waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld vanwege risicovolle inrichtingen en activiteiten. Het is noodzakelijk inzicht te hebben in de kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten en het plaatsgebonden en het groepsrisico Situatie projectgebied Aan hand van de Risicokaart Overijssel is een inventarisatie verricht van risicobronnen in en rond het projectgebied. Op de Risicokaart Overijssel staan meerdere soorten risico's, zoals ongevallen met brandbare, explosieve en giftige stoffen, grote branden of verstoring van de openbare orde. In totaal worden op de Risicokaart dertien soorten rampen weergegeven. In de volgende afbeelding is een uitsnede van de Risicokaart met betrekking tot het projectgebied en omgeving weergegeven. Afbeelding 5.1: Uitsnede Risicokaart Overijssel (Bron: Provincie Overijssel) Uit de inventarisatie blijkt dat het projectgebied aan de Reutummerweg ong. in Tubbergen: zich niet bevindt binnen de risicocontour van Bevi- en Brzo-inrichtingen danwel inrichtingen die vallen onder het Vuurwerkbesluit (plaatsgebonden risico); zich niet bevindt in een gebied waarbinnen een verantwoording van het groepsrisico nodig is; niet is gelegen binnen de veiligheidsafstanden van het vervoer gevaarlijke stoffen; niet is gelegen binnen de veiligheidsafstanden van buisleidingen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Ten aanzien van het vorenstaande wordt opgemerkt dat op circa 100 meter van het projectgebied zich een Avia Selfservice station (zonder LPG) bevindt. De buitenste rand van de terreingrens vormt hier de grens van de inrichting. Het projectgebied ligt ruim buiten deze grens. Dit Avia Selfservice station vormt derhalve geen belemmering voor de ontwikkeling in het projectgebied. Daarnaast bevindt zich aan de L. von Bönninghausenstraat 33, op een afstand van circa 170 meter van het projectgebied, een inrichting die brandbare vloeistoffen (benzine en diesel) ondergronds opslaat. De buitenste BJZ.nu Bestemmingsplannen 27

28 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning rand van de terreingrens vormt ook hier de grens van de inrichting. Gezien het feit dat het projectgebied ruim buiten de grens van deze inrichting is gelegen, vormt deze inrichting geen belemmering voor de ontwikkelingen in het projectgebied. Overigens bevinden zich op kortere afstand van de voornoemde inrichtingen dan de afstand tussen het projectgebied en deze inrichtingen, reeds burgerwoningen. Bij eventuele wijzigingen in de inrichtingen zullen deze burgerwoningen maatgevend zijn. De ontwikkelingen in het projectgebied vormt derhalve geen belemmeringen voor de voornoemde inrichtingen. Een en ander brengt met zich mee dat het project in overeenstemming is met wet- en regelgeving ter zake van externe veiligheid Conclusie Een en ander brengt met zich mee dat het project in overeenstemming is met wet- en regelgeving ter zake van externe veiligheid. 5.5 Milieuzonering Algemeen In het kader van een goede ruimtelijke ordening dient in ruimtelijke plannen rekening te worden gehouden met afstemming tussen milieugevoelige functies en milieuhinderlijke functies. Uitgangspunt daarbij is dat nieuwe en bestaande bedrijven niet in hun bedrijfsvoering worden beperkt en dat ter plaatse van woningen sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Voor het bepalen van de aan te houden afstanden wordt de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering' uit 2009 gehanteerd. Deze uitgave bevat een lijst, waarin voor een hele reeks van milieubelastende activiteiten (naar SBI-code gerangschikt) richtafstanden zijn gegeven ten opzichte van milieugevoelige functies. De lijst geeft richtafstanden voor de ruimtelijk relevante milieuaspecten geur, stof, geluid en gevaar. De afstanden worden gemeten tussen enerzijds de grens van de bestemming die de milieubelastende functie(s) toelaat en anderzijds de uiterste situering van de gevel van een milieugevoelige functie die op grond van het bestemmingsplan mogelijk is Gebiedstypen In de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering is een tweetal gebiedstypen onderscheiden; 'rustige woonwijk' en 'gemengd gebied'. Een rustige woonwijk is een woonwijk die is ingericht volgens het principe van functiescheiding. Overige functies komen vrijwel niet voor. Langs de randen is weinig verstoring van verkeer. Op basis van de VNG-uitgave wordt het buitengebied gerekend tot een met het omgevingstype rustige woonwijk vergelijkbaar omgevingstype. Het omgevingstype gemengd gebied wordt in de VNG-uitgave Bedrijven en milieuzonering omschreven als een gebied met een matige tot sterke functiemenging waarbij bijvoorbeeld direct naast woningen andere functies voor kunnen komen zoals horeca en kleine bedrijven. Het gebied waarin het projectgebied zich bevindt wordt aangemerkt als een rustige woonwijk. Milieucategorie Richtafstanden tot omgevingstype rustige woonwijk Richtafstanden tot omgevingstype gemengd gebied 1 10 m 0 m 2 30 m 10 m m 30 m m 50 m m 100 m m 200 m m 300 m m 500 m BJZ.nu Bestemmingsplannen 28

29 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning m 700 m m m Situatie projectgebied Algemeen Aan de hand van vorenstaande regeling is onderzoek verricht naar de feitelijke situatie. De VNG uitgave Bedrijven en Milieuzonering geeft een eerste inzicht in de milieuhinder van inrichtingen. Zoals reeds hiervoor genoemd wordt bij het realiseren van nieuwe bestemmingen gekeken te worden naar de omgeving waarin de nieuwe bestemmingen gerealiseerd worden. Hierbij spelen twee vragen een rol: 1. past de nieuwe functie in de omgeving? (externe werking); 2. laat de omgeving de nieuwe functie toe? (interne werking) Externe werking Hierbij gaat het met name om de vraag of de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling leidt tot een situatie die, vanuit hinder of gevaar bezien, in strijd is te achten met een goede ruimtelijke ontwikkeling. Daarvan is sprake als het woon- en leefklimaat van omwonenden in ernstige mate wordt aangetast. Een kapsalon met wellness/ schoonheidsalon/ nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte wordt op basis van de VNG-uitgave Bedrijven en milieuzonering aangemerkt als Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten in de milieucategorie 1. Voor een dergelijke functie geldt een grootste richtafstand van 10 meter voor het aspect geluid. Voor de overige aspecten geldt een richtafstand van 0 meter. De afstand van het projectgebied tot aan het dichtstbijzijnde bestemmingsvlak waarbinnen milieugevoelige object aanwezig is, de woning aan de Weleveldstraat 14, bedraagt meer dan 20 meter. Akoestisch onderzoek Hoewel er geen noodzaak bestaat voor het uitvoeren van een akoestisch onderzoek, aangezien al aan de richtafstand van 10 meter wordt voldaan, is er in het voorliggende geval een akoestisch onderzoek uitgevoerd door Buijvoets Bouw- en Geluidsadvisering. De resultaten van het akoestisch onderzoek worden hierna weergegeven, voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de onderzoeksrapportage welke is opgenomen in bijlage 5. Resultaten akoestisch onderzoek Op basis van de in het akoestisch rapport genoemde uitgangspunten is een lage geluidbelasting L ArLT berekend van maximaak 26 dba in punt 1 (zie plot in het akoestisch rapport), dat ligt zeer ruim onder de grenswaarde (40 dba) uit het geluidbeleid. De piekgeluiden (optrekken, sluiten portier L WAmax = 100 dba) bedragen maximaal 56 dba in de avond in punt 1 op 4.5 meter hoogte. Dit ligt ook ruim onder de richtwaarde van 60 dba van de VNG voor een rustige omgeving. Door voldoende afstand tot aan woningen zorgt de nieuwe inrichting niet voor een slechter goed woon- en leefklimaat bij deze woningen. Ook voor het indirecte lawaai van en naar de inrichting is de avondperiode maatgevend. De berekening is gemaakt voor het worst case scenario van 54 passages per avond oftewel 13.5 per uur met een representatieve snelheid van 50 km/uur. De geluidcontour met een belasting van 45 dba ligt op een afstand van 11 meter uit de as van de Reutummerweg (zie bijlage van het akoestisch rapport). De maatgevende woning, Reutummerweg 19, ligt op een grotere afstand van circa 22 meter uit de wegas waarmee de norm ruim wordt onderschreden. Gezien de ruime afstand van het projectgebied tot aan bestaande milieugevoelige objecten zal ter plaatse van deze objecten geen sprake zijn van een aantasting van het woon- en leefklimaat. BJZ.nu Bestemmingsplannen 29

30 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Interne werking Hierbij gaat het om de vraag of de nieuwe functies binnen het projectgebied hinder ondervinden van bestaande functies in de omgeving. Een kapsalon met wellness/ schoonheidsalon/ nagelstudio en een aan de werkzaamheden gerelateerde demonstratie- en instructieruimte wordt niet aangemerkt als een milieugevoelige functies. Van enige vorm van hinder al gevolg van omliggende bedrijvigheid is dan ook geen sprake. Overigens worden omliggende bedrijven ook niet (extra) belemmerd als gevolg van dit project aangezien geen nieuw milieugevoelig object wordt gerealiseerd Conclusie Het aspect milieuzonering vormt geen belemmering voor de realisatie van het project. 5.6 Ecologie Algemeen Bescherming in het kader van de natuur wet- en regelgeving is op te delen in gebieds- en soortenbescherming. Bij gebiedsbescherming heeft men te maken met de Natuurbeschermingswet en de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Soortenbescherming komt voort uit de Flora- en faunawet. Natuurbank Overijssel heeft op het perceel tussen de Reutummerweg en de Weleveldstraat een Quickscan Natuurwaardenonderzoek uitgevoerd. Hoewel het onderzoeksgebied groter is dan het projectgebied, is dit onderzoek in dit kader toereikend. De resultaten en conclusies van dit onderzoek zijn in de navolgende subparagrafen opgenomen. Voor een nadere toelichting hierop wordt verwezen naar de onderzoeksrapportage in bijlage Gebiedsbescherming Natura 2000-gebieden Natura 2000 is een samenhangend netwerk van natuurgebieden in Europa. Natura 2000 bestaat uit gebieden die zijn aangewezen in het kader van de Europese Vogelrichtlijn (79/409/EEG) en gebieden die zijn aangemeld op grond van de Europese Habitatrichtlijn (92/43/EEG). Deze gebieden worden in Nederland op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 beschermd. Het projectgebied bevindt zich op een afstand van meer dan 3 kilometer van het dichtstbijzijnde Natura gebied Springendal & Dal van de Mosbeek. De ligging van het projectgebied ten opzichte van dit Natura gebied wordt in afbeelding 5.2. weergegeven. BJZ.nu Bestemmingsplannen 30

31 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Afbeelding 5.2: Ligging projectgebied t.o.v. Natura 2000-gebied (Bron: Provincie Overijssel) Gezien de afstand van het projectgebied tot dit Natura 2000-gebied (en andere Natura 2000-gebieden), de aard van de ontwikkeling, de invulling van het tussenliggende gebied met onder andere infrastructuur en de kleinschaligheid van het planvoornemen zijn significante negatieve effecten op de instandhoudingsdoelstellingen van dit en andere Natura 2000-gebieden niet te verwachten EHS De Ecologische Hoofdstructuur (EHS) is de kern van het Nederlandse natuurbeleid. De EHS is in provinciale structuurvisies uitgewerkt. In of in de directe nabijheid van de EHS geldt het nee, tenzij - principe. In principe zijn er geen ontwikkelingen toegestaan als zij de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied aantasten. De EHS is gelegen op een afstand van ruim 1,7 kilometer van het projectgebied. In afbeelding 5.3 wordt dit inzichtelijk gemaakt. Afbeelding 5.3: Ligging projectgebied t.o.v. de EHS (Bron: Provincie Overijssel) Gezien de afstand van het projectgebied tot aan de EHS, het feit dat de ontwikkeling niet plaatsvindt binnen de concreet begrensde EHS en gezien de kleinschaligheid van het planvoornemen wordt geconcludeerd dat er geen sprake is van een aantasting van de wezenlijke kenmerken en waarden van de EHS. BJZ.nu Bestemmingsplannen 31

32 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Soortenbescherming Algemeen Wat betreft de soortbescherming is de Flora- en Faunawet van toepassing. Hierin wordt onder andere de bescherming van dier- en plantensoorten geregeld. Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient te worden getoetst of er sprake is van negatieve effecten op de aanwezige natuurwaarden. Als hiervan sprake is, moet ontheffing of vrijstelling worden gevraagd Situatie projectgebied Er zijn geen soorten van tabel 2-3 van de Flora- en faunawet in het projectgebied vastgesteld. De inrichting en het gevoerde beheer in het projectgebied maken het projectgebied nagenoeg tot een ongeschikt habitat voor soorten zoals vermeld in tabel 2-3 van de Flora- en faunawet. In het projectgebied zijn geen potentiële verblijfplaatsen van vleermuizen aanwezig. Voorgenomen activiteit heeft geen negatief effect op de kwaliteit van het functionele leefgebied van vleermuizen. Er broeden geen vogels in het projectgebied, geschikte broedplaatsen ontbreken en het projectgebied vormt een ongeschikt habitat voor grondbroeders. In onderstaande tabel is, voor wat betreft flora & fauna, een samenvatting gegeven van de resultaten van de quickscan natuurwaardenonderzoek Flora- en Faunawet Conclusie Het project heeft geen negatieve effecten op beschermde gebieden. Tevens vormt de Flora- en faunawet geen belemmering voor het project BJZ.nu Bestemmingsplannen 32

33 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning 5.7 Archeologie & Cultuurhistorie Archeologie Algemeen Op grond van de Monumentenwet dient er in ruimtelijke plannen rekening gehouden te worden met archeologische waarden. In de Monumentenwet is bepaald dat gemeenten een archeologische zorgplicht hebben en dat initiatiefnemers van projecten waarbij de bodem wordt verstoord, verplicht zijn rekening te houden met de archeologische relicten die in het projectgebied aanwezig (kunnen) zijn. Hiervoor is onderzoek noodzakelijk: het archeologisch vooronderzoek. Als blijkt dat in het projectgebied behoudenswaardige archeologische vindplaatsen aanwezig zijn, dan kan de initiatiefnemer verplicht worden hiermee rekening te houden. Dit kan leiden tot een aanpassing van de plannen, waardoor de vindplaatsen behouden blijven, of tot een archeologische opgraving en publicatie van de resultaten. De gemeente Tubbergen kent een archeologische verwachtingskaart. Een uitsnede van deze kaart, met daarin weergegeven de locatie van het projectgebied, is opgenomen in afbeelding 5.4. Afbeelding 5.4: Uitsnede gemeentelijke archeologische verwachtingskaart (Bron: Gemeente Tubbergen) Situatie projectgebied De gronden binnen het projectgebied worden op basis van de gemeentelijke archeologische verwachtingskaart aangeduid als dekzandwelvingen en -vlakten. Deze gronden kennen een middelmatige archeologische verwachting. In deze gebieden is archeologisch onderzoek noodzakelijk bij bodemingrepen met een groter oppervlak dan m 2 en dieper dan 40 centimeter. In principe worden uitsluitend de gronden waarop het nieuwe gebouw wordt opgericht dieper dan 40 centimeter geroerd. Het nieuwe gebouw kent een oppervlakte van circa 336 m 2. Gezien het feit dat de te verstoren gronden een aanzienlijk kleinere oppervlakte hebben dan m 2, is het uitvoeren van een archeologisch onderzoek niet noodzakelijk Cultuurhistorie Algemeen Onder cultuurhistorische waarden worden alle structuren, elementen en gebieden bedoeld die cultuurhistorisch van belang zijn. Zij vertellen iets over de ontstaansgeschiedenis van het Nederlandse cultuurlandschap. Vaak is er een sterke relatie tussen aardkundige aspecten en cultuurhistorische aspecten. De BJZ.nu Bestemmingsplannen 33

34 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning bescherming van cultuurhistorische elementen is vastgelegd in de Monumentenwet Deze wet is vooral gericht op het behouden van historische elementen voor latere generaties Situatie projectgebied Op basis van de Atlas van Overijssel blijkt dat er in het projectgebied geen bijzondere cultuurhistorische waarden aanwezig zijn. In de nabijheid van het projectgebied is eveneens geen sprake van monumenten of cultuurhistorische waarden Conclusie Het uitvoeren van een archeologisch onderzoek is niet noodzakelijk. Tevens is geen sprake van negatieve effecten op cultuurhistorische objecten/ waarden. 5.8 Besluit milieueffectrapportage Algemeen In de Wet milieubeheer en het Besluit milieueffectrapportage is vastgelegd dat voorafgaande aan het ruimtelijke plan of besluit dat voorziet in een grootschalig project met belangrijke nadelige milieugevolgen een milieueffectrapport (MER) opgesteld dient te worden. De activiteiten waarvoor een MER-rapportage opgesteld moet worden zijn opgenomen in de bijlage van het Besluit m.e.r. In de bijlage wordt onderscheid gemaakt tussen een onderdeel D en een onderdeel C. Indien sprake is van activiteiten (genoemd in kolom 1 van de bijlage) die de drempelwaarden (kolom 2 uit de bijlage) uit onderdeel C overschrijden, dan is het besluit direct m.e.r.-plichtig. Indien het besluit activiteiten bevat die de drempelwaarden uit onderdeel D overschrijden, is er in het geval van een besluit sprake van een m.e.r.- beoordelingsplicht. Op 1 april 2011 is het gewijzigde Besluit milieueffectrapportage in werking getreden. Een belangrijke wijziging betreft het indicatief maken van de drempelwaarden in onderdeel D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage. Concreet betekent dit dat, ook wanneer ontwikkelingen onder de in bijlage D opgenomen drempelwaarden blijven, het bevoegd gezag zich er nog steeds van moet vergewissen of activiteiten geen aanzienlijke milieugevolgen kunnen hebben, de zogenaamde 'vergewisplicht'. Het komt er op neer dat voor elk besluit dat betrekking heeft op activiteit(en) die voorkomen op de D-lijst die beneden de drempelwaarden vallen een toets moet worden uitgevoerd of belangrijke nadelige milieugevolgen kunnen worden uitgesloten. Voor deze toets, die dus een nieuw element is in de m.e.r.- regelgeving, wordt de term vormvrije m.e.r.-beoordeling gehanteerd. Deze vormvrije m.e.r.-beoordeling kan tot twee conclusies leiden: belangrijke nadelige milieugevolgen zijn uitgesloten: er is geen m.e.r.(-beoordeling) noodzakelijk; belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu zijn niet uitgesloten: er moet een m.e.r.(-beoordeling) plaatsvinden. De toetsing in het kader van de vormvrije m.e.r.-beoordeling dient te geschieden aan de hand van de selectiecriteria in bijlage III van de EEG-richtlijn milieueffectbeoordeling. In deze bijlage staan drie hoofdcriteria centraal: de kenmerken van het project; de plaats van het project; de kenmerken van de potentiële effecten. BJZ.nu Bestemmingsplannen 34

35 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Situatie projectgebied In het voorliggende geval is geen sprake van activiteiten die op grond van onderdeel C van het Besluit milieueffectrapportage m.e.r.-plichtig zijn. Wel is sprake van een activiteit die is opgenomen in bijlage D van het Besluit m.e.r., namelijk: de aanleg, wijziging of uitbreiding van een stedelijk ontwikkelingsproject (D.11.2). Een omgevingsvergunning waarmee wordt afgeweken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, lid 1, sub a, onder 3 Wabo) wordt niet expliciet in kolom 4 van onderdeel D.11.2 genoemd. In artikel 1 onder e van de bijlage van het Besluit m.e.r. wordt deze omgevingsvergunning echter gelijk gesteld aan een bestemmingsplan indien een bestemmingsplan wordt genoemd in kolom 4. Aangezien hier in dit geval sprake van is dient te worden getoetst of in dit geval sprake is van m.e.r-beoordelingsplicht. Hier is sprake van indien de activiteiten de volgende drempelwaarden uit onderdeel D overschrijden: 1. een oppervlakte van 100 hectare of meer, 2. een aaneengesloten gebied en 2000 of meer woningen omvat, of 3. een bedrijfsvloeroppervlakte van m 2 of meer. Indien het project wordt vergeleken met de drempelwaarden uit de onderdeel D kan worden geconcludeerd dat er geen sprake is van een directe m.e.r.-beoordelingsplicht aangezien deze pas geldt bij een oppervlakte van 100 hectare of meer. Echter, zoals ook in het voorgaande aangegeven, dient ook wanneer ontwikkelingen onder de drempelwaarden blijven, het bevoegd gezag zich er van te vergewissen of activiteiten geen aanzienlijke milieugevolgen kunnen hebben (vormvrije m.e.r.-beoordeling). Indien hierbij de drempelwaarden uit onderdeel D voor deze activiteit worden vergeleken met de omvang van ontwikkeling (het projectgebied heeft een oppervlakte van circa m 2 ), wordt geconcludeerd dat sprake is van een wezenlijk ander schaalniveau en een ontwikkeling die vele male kleinschaliger is. Daarnaast is het projectgebied niet gelegen binnen een kwetsbaar, waardevol of beschermd gebied en is geen sprake van negatieve effecten op deze gebieden (zie paragraaf 5.6.2). Gelet op de kenmerken van het project (zoals het karakter in vergelijking met de drempelwaarden uit het Besluit m.e.r.), de plaats van het project en de kenmerken van de potentiële effecten zullen geen belangrijke nadelige milieugevolgen optreden. Dit volgt ook uit de overige in dit hoofdstuk aan bod gekomen milieu- en omgevingsaspecten Op basis hiervan kan geconcludeerd worden dat het milieubelang van de ontwikkeling in voldoende mate is afgewogen en dat er geen belangrijk nadelige milieueffecten zijn te verwachten Conclusie Dit project is niet m.e.r.-(beoordelings)plichtig. Tevens zijn geen nadelige milieugevolgen te verwachten als gevolg van dit project. BJZ.nu Bestemmingsplannen 35

36 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning HOOFDSTUK 6 WATERASPECTEN 6.1 Vigerend beleid Europees beleid De Europese Kaderrichtlijn Water (2000/60/EG) is op 22 december 2000 in werking getreden en is bedoeld om in alle Europese wateren de waterkwaliteit chemisch en ecologisch verder te verbeteren. De Kaderrichtlijn Water omvat regelgeving ter bescherming van het binnenlandse oppervlaktewater, overgangswateren (waaronder estuaria worden verstaan), kustwateren en grondwater. Streefdatum voor het bereiken van gewenste waterkwaliteit is Eventueel kan er, mits goed onderbouwd, uitstel (derogatie) verleend worden tot uiteindelijk Voor het uitwerken van de doelstellingen worden er op (deel)stroomgebied plannen opgesteld. In deze (deel)stroomgebiedbeheersplannen staan de ambities en maatregelen beschreven voor de verschillende (deel)stroomgebieden. Vooral de ecologische ambities worden op het niveau van de deelstroomgebieden bepaald Rijksbeleid In december 2009 is het Nationaal Waterplan vastgesteld. Dit plan geeft op hoofdlijnen aan welke beleid het Rijk in de periode voert om te komen tot een duurzaam waterbeheer. Het Nationaal Waterplan richt zich op bescherming tegen overstroming, voldoende en schoon water en diverse vormen van gebruik van water. Het Nationaal Waterplan is de opvolger van de Vierde Nota Waterhuishouding uit 1998 en vervangt alle voorgaande nota's waterhuishouding. Het Nationaal Waterplan zal het beleid uit de Vierde Nota Waterhuishouding voortzetten. Het beleidsdoel is het realiseren of in stand houden van duurzame en klimaatbestendige watersystemen. Het Nationaal Waterplan is opgesteld op basis van de Waterwet, die met ingang van 22 december 2009 van kracht is. Op basis van de Wet ruimtelijke ordening heeft het Nationaal Waterplan voor de ruimtelijke aspecten de status van structuurvisie Provinciaal beleid In de Omgevingsvisie Overijssel wordt ruim aandacht besteed aan de wateraspecten. De ambities zijn, naast de uitvoering van de Kaderrichtlijn Water, gericht op de verbetering van de kwaliteit van de kleinere wateren, de veiligheid, de grondwaterbescherming, bestrijding van wateroverlast, de kwantiteit en kwaliteit van grond- en oppervlakte water en waterbeleving zowel in de groene ruimte als stedelijk gebied Waterschap Vechtstromen Door de invoering van de Kaderrichtlijn Water is Nederland verdeeld in vijf deelstroomgebieden. Het deelstroomgebied Rijn-Oost wordt beheerd door de waterschappen Reest en Wieden, Vechtstromen (voorheen Velt en Vecht en Regge en Dinkel), Groot Salland en Rijn en IJssel. Om te voldoen aan de eisen van de Kaderrichtlijn Water hebben deze waterschappen de afgelopen jaren intensief samengewerkt met elkaar en met andere partners. Het nieuwe Waterbeheerplan is één van de resultaten van deze samenwerking. De opzet en grote delen van dit Waterbeheerplan zijn inhoudelijk hetzelfde als dat van de andere waterschappen in Rijn-Oost. Waterschap Vechtstromen heeft een waterbeheerplan opgesteld voor de periode Het plan gaat over het waterbeheer in het hele stroomgebied en het omvat alle watertaken van het waterschap: waterkwantiteit, waterkwaliteit en waterketen. Het waterbeleid van het waterschap is met name gericht op een duurzame aanpak van het waterbeheer: geen afwenteling, herstel van de veerkracht van het watersysteem, streven naar een meer natuurlijker waterbeheer, zoeken naar meer ruimte voor water, water toepassen als ordenend principe middels het gebruik van waterkansenkaarten en water langer vasthouden mede door flexibeler peilbeheer. Ook het streven naar een betere waterkwaliteit als onderdeel van duurzaamheid is een belangrijk speerpunt BJZ.nu Bestemmingsplannen 36

37 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning (tegengaan van lozingen, minder belasting van het water en het zoveel mogelijk tegengaan van diffuse verontreinigingen). 6.2 Waterparagraaf Watertoets Zoals in voorgaande paragrafen uiteen is gezet, wordt in het moderne waterbeheer (waterbeheer 21e eeuw) gestreefd naar duurzame, veerkrachtige watersystemen met minimale risico's op wateroverlast of watertekorten. Belangrijk instrument hierbij is de watertoets, die sinds 1 november 2003 in ruimtelijke plannen is verankerd. In de toelichting op ruimtelijke plannen dient een waterparagraaf te worden opgenomen. Hierin wordt verslag gedaan van de wijze waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishoudkundige situatie (watertoets). Het doel van de watertoets is te garanderen dat waterhuishoudkundige doelstellingen expliciet en op een evenwichtige wijze in het plan worden afgewogen. Deze waterhuishoudkundige doelstellingen betreffen zowel de waterkwantiteit (veiligheid, wateroverlast, tegengaan verdroging) als de waterkwaliteit (riolering, omgang met hemelwater, lozingen op oppervlaktewater) Watertoetsproces Het waterschap is geïnformeerd over het plan door gebruik te maken van de digitale watertoets ( De beantwoording van de vragen heeft er toe geleid dat de zogenoemde normale procedure van de watertoets van toepassing is, aangezien het projectgebied is gelegen binnen de keurzone van een watergang die in beheer is bij het waterschap. In de navolgende subparagraaf wordt nader ingegaan op de waterhuishoudkundige aspecten in het projectgebied Waterhuishoudkundige aspecten in het projectgebied Algemeen Het projectgebied is gelegen in stedelijk gebied. Het projectgebied bevindt zich niet binnen een grondwaterbeschermingsgebied of een waterwingebied. Aan de voorzijde van het projectgebied, lang de Reutummerweg, bevindt zich een watergang waarop de Keur van het waterschap van toepassing is. Het onderhoud van deze watergang is uitstekend te verrichten via de Reutummerweg waardoor er ten aanzien van de gronden in het projectgebied geen verdere beperkingen gelden. Teneinde een inrit over deze watergang te kunnen aanleggen dient een watervergunning bij het waterschap Vechtstromen te worden aangevraagd. Grondwater Binnen het projectgebied zijn geen gevallen van grondwateroverlast bekend. Wel zal bij het bouwplan zal rekening worden gehouden met voldoende ontwateringsdiepte zodat de kans op eventuele grondwateroverlast kleiner wordt. Oppervlaktewater Naar aanleiding van dit plan geen extra oppervlaktewater gecreëerd. BJZ.nu Bestemmingsplannen 37

38 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Afvalwater Het afvalwater wordt afgevoerd naar de RWZI door middel van riolering. Hemelwater Het op het verhard oppervlak vallende hemelwater zal waar mogelijk worden geïnfiltreerd of worden afgevoerd naar de sloot langs de Reutummerweg. De vorenstaande waterparagraaf is voorgelegd aan het waterschap Vechtstromen. Op 6 februari 2014 heeft het waterschap aangegeven in te kunnen stemmen met deze waterparagraaf. BJZ.nu Bestemmingsplannen 38

39 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning HOOFDSTUK 7 ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID In het voorliggende geval worden de gemeentelijke kosten, op basis van de legesverordening, verhaald op initiatiefnemers. Tussen de gemeente en initiatiefnemer is een overeenkomst gesloten waarmee het aspect planschade is afgedekt. Hiermee is het kostenverhaal voor de gemeente volledig verzekerd. Dit brengt met zich mee dat vaststelling van een exploitatieplan achterwege kan blijven. BJZ.nu Bestemmingsplannen 39

40 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning HOOFDSTUK 8 VOOROVERLEG EN ZIENSWIJZEN 8.1 Het Rijk In het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) zijn de nationale belangen die juridische borging vereisen opgenomen. Het Barro is gericht op doorwerking van nationale belangen in gemeentelijke plannen. Geoordeeld wordt dat het project geen nationale belangen schaadt. Daarom is afgezien van het voeren van vooroverleg met het Rijk. 8.2 Provincie Overijssel In de onderbouwing die onderdeel uitmaakte van het ontwerpbesluit was aangegeven dat het project paste binnen de vooroverleglijst zoals die wordt gehanteerd door de provincie Overijssel. Dit was niet juist waardoor het project op 22 januari 2015 alsnog is voorgelegd aan de provincie. De provincie Overijssel heeft op 26 januari 2015 aangegeven dat het project niet in strijd is met het provinciaal belang. De reactie van de provincie Overijssel is als bijlage 7 opgenomen. 8.3 Waterschap Vechtstromen Het waterschap Vechtstromen heeft op 6 februari 2014 aangegeven in te kunnen stemmen met de in deze onderbouwing opgenomen waterparagraaf. 8.4 Zienswijzen Het ontwerpbesluit heeft met bijbehorende stukken gedurende een periode van zes weken ter inzage gelegen. Tijdens deze periode zijn in totaal 4 zienswijzen ingekomen waarvan er één naderhand is ingetrokken. In de in bijlage 8 opgenomen Reactienota Zienswijzen zijn 3 resterende zienswijzen samengevat en voorzien van een gemeentelijke reactie. BJZ.nu Bestemmingsplannen 40

41 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning BIJLAGEN BJZ.nu Bestemmingsplannen 41

42 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Bijlage 1 Locatieonderzoek BJZ.nu Bestemmingsplannen 42

43

44

45

46

47 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Bijlage 2 Update locatieonderzoek BJZ.nu Bestemmingsplannen 43

48

49

50 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Bijlage 3 Situatietekening BJZ.nu Bestemmingsplannen 44

51

52 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Bijlage 4 Verkennend bodemonderzoek BJZ.nu Bestemmingsplannen 45

53

54

55

56

57

58

59

60

61

62

63

64

65

66

67

68

69

70

71

72

73

74

75

76

77

78

79

80

81

82

83

84

85

86

87

88

89

90

91

92

93

94

95

96

97

98

99

100

101

102

103

104

105

106

107

108

109

110

111

112

113

114

115

116

117

118

119

120

121

122

123

124

125

126

127

128

129

130

131

132

133 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Bijlage 5 Akoestisch onderzoek BJZ.nu Bestemmingsplannen 46

134 BUIJVOETS BOUW- EN GELUIDSADVISERING Ons kenmerk : b1 Erwin Meinders Bouwkundig Bureau T.a.v. Cees Raanhuis Schotboersweg VK Geesteren Betreft : akoestisch onderzoek kapper Steggink Reutummerstraat Tubbergen Oldenzaal, 5 november 2014 Geachte heer van Raanhuis, Naar aanleiding van uw verzoek is nagegaan welke geluidbelasting optreedt op de gevels van de geluidgevoelige bestemmingen aan de Weleveldstraat 14 en Reutummerweg 19 t.g.v. voertuigen op de parkeerplaatsen naar het op te richten kappersbedrijf met schoonheidssalon aan de Reutummerweg te Tubbergen. Daarbij is gebruik gemaakt van de volgende gegevens : - situatie/luchtfoto met de gebouwen en terreinindleing (zie bijlage), - verkeersgegevens gemeente Tubbergen - geluidbeleid gemeente Tubbergen - verkeersgeneratie project uit de ruimtelijke onderbouwing door de opdrachtgever In het buitengebied is de grenswaarde conform het gemeentelijk geluidbeleid voor het langtijdbeoordelingsniveau L ArLT 45 dba op 50 m afstand of bij gevels van geluidgevoelige bestemmingen. De woningen Weleveldstraat 14 en Reutummerweg 19 zijn de maatgevende geluidgevoelige bestemming. Het geluidbeleid van Tubbergen kent geen grenswaarden voor piekgeluiden L Amax, daarvoor wordt aangesloten bij de norm van de VNG, dat is maximaal 65 en 60 dba in de dag- respectievelijk avondperiode. Op het terrein komen 35 parkeerplaatsen. Voor het aantal bewegingen (in en uit) is van het volgende worst case scenario uitgegaan : Kapsalon : 16.2 pp x 8 x 2 = 259 bewegingen Schoonh.salon : 4.8 pp x 8 x 2 = 77 bewegingen Instructielokaal : 13.8 x 2 = 28 bewegingen In totaal zijn er 364 bewegingen per dag tussen 07 en 19 uur als volgt te verdelen : - Personeel 14 pp x 2 = 28 bewegingen - Klanten 21 pp x 8 x 2 = 336 bewegingen Voor de avond is uitgegaan van een instructieavond met 40 bewegingen van leerlingen en 14 van personeel. Voor het bronvermogen van een rijdende auto is gerekend met 90 dba bij een gemiddelde snelheid van 10 km/uur. pagina 1 van 2 Hyacinthstraat 101 Telefoon : mobiel : Website : KvK Enschede : BB Oldenzaal Telefax : banknr : info@buijvoets.nl Alle opdrachten worden aanvaard en uitgevoerd conform de R.V.O.I 98, incl. wijzigingen en aanvullingen, zoals gedeponeerd ter griffie van de arrondissementsrechtbank te s-gravenhage op 12-november 1997 (een samenvatting van hoofdzaken is bij ons kantoor opvraagbaar)

135 Voor de beoordeling is de avondperiode maatgevend. Met bovengenoemde uitgangspunten wordt een lage geluidbelasting L ArLT berekend van max 26 dba in punt 1 (zie plot), dat ligt zeer ruim onder de grenswaarde (40 dba) uit het geluidbeleid. De piekgeluiden (optrekken, sluiten portier L WAmax = 100 dba) bedragen maximaal 56 dba in de avond in punt 1 op 4.5 m hoogte. Dit ligt ook ruim onder de richtwaarde van 60 dba van de VNG voor een rustige omgeving. Door voldoende afstand tot aan woningen zorgt de nieuwe inrichting niet voor een slechter goed woon- en leefklimaat bij deze woningen. Indirect lawaai op de Reutummerweg Ook voor het indirecte lawaai van en naar de inrichting is de avondperiode maatgevend. De geluidbelasting t.g.v. een weg kan worden berekend conform het Reken- en meetvoorschrift geluid 2012 (RMG 2012) in dit geval m.b.v. de standaard methode I. Dit is een rekenmethode van toepassing op het gemiddelde Nederlandse wagenpark. De berekening is gemaakt voor het worst case scenario van 54 passages per avond oftewel 13.5 per uur met een representatieve snelheid van 50 km/uur (zie bijlage). De geluidcontour met een belasting van 45 dba ligt op een afstand van 11 m uit de as van de Reutummerweg (zie bijlage). De maatgevende woning, Reutummerweg 19, ligt op een grotere afstand van ca 22 m uit de wegas waarmee de norm ruim wordt onderschreden. In het vertrouwen u hiermee van dienst te zijn geweest, Met vriendelijke groet, ing. Wim Buijvoets Bijlage : situatie, modelgegevens en rekenblad indirect lawaai pagina 2 van 2

136

137

138

139 brongegevens Model: Groep: eerste model versie van Gebied - Gebied (hoofdgroep) Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. ISO H ISO M Hdef. Aantal(D) Aantal(A) Aantal(N) Cb(D) Cb(A) Cb(N) Gem.snelheid Max.afst. Lw 31 Lw 63 Lw 125 Lw auto's personeel 0,75 0,00 Relatief ,60 24, ,00 65,00 71,00 70,00 75,00 2 auto's klanten 14 pp 0,75 0,00 Relatief ,20 23, ,00 65,00 71,00 70,00 75,00 3 auto's klanten 7 pp 0,75 0,00 Relatief ,45 23, ,00 65,00 71,00 70,00 75,00 Geomilieu V :37:54

140 brongegevens Model: Groep: eerste model versie van Gebied - Gebied (hoofdgroep) Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Lw 500 Lw 1k Lw 2k Lw 4k Lw 8k Red 31 Red 63 Red 125 Red 250 Red 500 Red 1k Red 2k Red 4k Red 8k 1 79,00 86,00 86,00 78,00 72,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, ,00 86,00 86,00 78,00 72,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0, ,00 86,00 86,00 78,00 72,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 Geomilieu V :37:54

141 modelgegevens Model: Groep: eerste model versie van Gebied - Gebied (hoofdgroep) Lijst van Rekenpunten, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. Maaiveld Hdef. Hoogte A Hoogte B Hoogte C Hoogte D Hoogte E Hoogte F Gevel 1 woning Weleveldstraat 14 0,00 Relatief 1,50 4, Ja 2 woning Reutummerweg 19 0,00 Relatief 1,50 4, Ja Geomilieu V :46:09

142 modelgegevens Model: Groep: eerste model versie van Gebied - Gebied (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. Bf 1 verharding 0,00 2 verharding 0,00 3 verharding 0,00 Geomilieu V :46:09

143 modelgegevens Model: Groep: eerste model versie van Gebied - Gebied (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. Hoogte Maaiveld Hdef. Cp Refl. 31 Refl. 63 Refl. 125 Refl. 250 Refl. 500 Refl. 1k Refl. 2k Refl. 4k Refl. 8k 1 woning derden 7,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 2 schuur derden 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 3 bedrijfshal 5,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 4 woning derden 6,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 5 woning derden 6,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 6 woning derden 6,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 7 schuur derden 6,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 8 kapper begane gr 3,00 0,00 Relatief 0 db 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80 Geomilieu V :46:09

144 modelgegevens Model: Groep: eerste model versie van Gebied - Gebied (hoofdgroep) Lijst van Schermen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Omschr. ISO H ISO M Hdef. Cp Refl.L 31 Refl.L 63 Refl.L 125 Refl.L 250 Refl.L 500 Refl.L 1k Refl.L 2k Refl.L 4k Refl.L 8k Refl.R 31 1 nok gebouw 8,00 0,00 Relatief 0 db 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 2 nok gebouw 8,00 0,00 Relatief 0 db 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 Geomilieu V :46:09

145 modelgegevens Model: Groep: eerste model versie van Gebied - Gebied (hoofdgroep) Lijst van Schermen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam Refl.R 63 Refl.R 125 Refl.R 250 Refl.R 500 Refl.R 1k Refl.R 2k Refl.R 4k Refl.R 8k 1 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 2 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 Geomilieu V :46:09

146 rekenparameters Rapport: Model: Lijst van model eigenschappen eerste model Model eigenschap Omschrijving eerste model Verantwoordelijke Wim Rekenmethode IL Aangemaakt door Wim op Laatst ingezien door Wim op Model aangemaakt met Geomilieu V2.50 Standaard maaiveldhoogte 0 Rekenhoogte contouren 4 Detailniveau toetspunt resultaten Bronresultaten Detailniveau resultaten grids Groepsresultaten Meteorologische correctie Toepassen standaard, 5,0 Standaard bodemfactor 1,0 Absorptiestandaarden HMRI-II.8 Clusteren gebouwen Ja Verwijderen binnenwanden Ja Luchtdemping [db/km] 0,02 0,07 0,25 0,76 1,63 2,86 6,23 19,00 67,40 Aandachtsgebied -- Dynamische foutmarge -- Geomilieu V :46:41

147 resultaten LArLT Rapport: Resultatentabel Model: eerste model LAeq bij Bron voor toetspunt: 1_A - woning Weleveldstraat 14 Groep: (hoofdgroep) Groepsreductie: Nee Naam Bron Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li 1_A woning Weleveldstraat 14 1,50 22,6 22, ,9 50,8 1 auto's personeel 0,75 20,3 22, ,1 50,1 3 auto's klanten 7 pp 0,75 16,8 14, ,1 40,9 2 auto's klanten 14 pp 0,75 14,5 8, ,5 36,4 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :43:58

148 resultaten LArLT Rapport: Resultatentabel Model: eerste model LAeq bij Bron voor toetspunt: 1_B - woning Weleveldstraat 14 Groep: (hoofdgroep) Groepsreductie: Nee Naam Bron Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li 1_B woning Weleveldstraat 14 4,50 25,2 25, ,6 51,2 1 auto's personeel 0,75 23,1 24, ,9 50,5 3 auto's klanten 7 pp 0,75 18,9 16, ,1 41,1 2 auto's klanten 14 pp 0,75 16,7 10, ,7 36,9 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :43:58

149 resultaten LArLT Rapport: Resultatentabel Model: eerste model LAeq bij Bron voor toetspunt: 2_A - woning Reutummerweg 19 Groep: (hoofdgroep) Groepsreductie: Nee Naam Bron Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li 2_A woning Reutummerweg 19 1,50 26,0 23, ,0 51,0 2 auto's klanten 14 pp 0,75 24,1 18, ,1 46,1 3 auto's klanten 7 pp 0,75 18,8 16, ,1 43,2 1 auto's personeel 0,75 17,8 19, ,6 48,2 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :43:58

150 resultaten LArLT Rapport: Resultatentabel Model: eerste model LAeq bij Bron voor toetspunt: 2_B - woning Reutummerweg 19 Groep: (hoofdgroep) Groepsreductie: Nee Naam Bron Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li 2_B woning Reutummerweg 19 4,50 27,9 25, ,0 51,4 2 auto's klanten 14 pp 0,75 26,1 20, ,1 46,4 3 auto's klanten 7 pp 0,75 20,8 18, ,1 43,6 1 auto's personeel 0,75 19,8 21, ,6 48,6 Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :43:58

151 resultaten LAmax LAmax = waarde + 10 dba (LWmax =100 dba) Rapport: Model: Groep: Resultatentabel eerste model LAmax totaalresultaten voor toetspunten (hoofdgroep) Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht 1_A woning Weleveldstraat 14 1,50 42,6 42,6 -- 1_B woning Weleveldstraat 14 4,50 45,6 45,6 -- 2_A woning Reutummerweg 19 1,50 37,5 37,5 -- 2_B woning Reutummerweg 19 4,50 39,6 39,6 -- Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :44:59

152 BUIJVOETS BOUW- EN GELUIDSADVISERING Berekening geluidbelasting indirect lawaai standaard methode I RMG 2012 blad 1 indirect lawaai Projectnr: Datum : 5-nov-14 Rijlijnnummer Reutummerweg avondperiode: Waarneempunt afstand tot 45 dba Waarneemhoogte 4,5 m. Emissiegegevens mvt/uur km/uur Emissie Wegdek hoogte 0,0 m. lichte mvt 13, ,2 Afstand weg 11,0 m. middelzwarmvt 0 0 0,0 Afstand kruispunt 0,0 m. zware mvt 0 0 0,0 Type wegdek 1 DAB Bodemfactor 0,73 verhard gebied [m] = 3 Objectfractie 0,00 Zichthoek 127 TOTAAL 13,5 58,2 Resultaten in db(a) Cwegdek 0,0 Dafstand 10,4 LAeq : 45,2 Ckruispunt 0,0 Dlucht 0,2 Creflectie 0,0 Dbodem 2,1 Czichthoek 0,0 Dmeteo 0,3 Ctotaal 0,0 Dtotaal 13,1 Hyacinthstraat 101 Telefoon : mobiel : Website : KvK Enschede : BB Oldenzaal Telefax : banknr : wbuijvoets@hetnet.nl

153 Ruimtelijke onderbouwing Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 en L9683 (deels) Omgevingsvergunning Bijlage 6 Quickscan Natuurwaardenonderzoek BJZ.nu Bestemmingsplannen 47

154 Quickscan natuurwaardenonderzoek Flora- & Faunawet en pré-toets natuurbeschermingswet Reutummerweg (ongenummerd) Tubbergen

155 Colofon Quickscan natuurwaardenonderzoek Flora- & Faunawet en pré-toets natuurbeschermingswet Reutummerweg (ongenummerd) Tubbergen Uitgevoerd door: Natuurbank Overijssel Opdrachtgever: Contactpersoon: BJZ.NU dhr. W.Bekke Projectnummer en versie: 153, versie 1.0 Projectleider: Ing. P.Leemreise Ligging projectgebied: Reutummerweg (ongenummerd) Tubbergen Status: definitief Veldmedewerker(s): Rapportdatum: Ing. P.Leemreise Amersfoortcoördinaten: X Y Correspondentieadres: Postbus AE Haaksbergen 1

156 Samenvatting Er zijn concrete plannen om drie woningen en enkele bedrijven te ontwikkelen op een perceel aan de Reutummerweg in Tubbergen. Om te onderzoeken of er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, dient het voorgenomen initiatief o.a. getoetst te worden aan de Ff-wet en de natuurbeschermingswet. Natuurbank Overijssel heeft opdracht gekregen om het veldbiologische onderzoek uit te voeren en het initiatief te toetsen aan geldende regelgeving voor beschermde soorten en gebieden. Er is in het plangebied gekeken naar de aanwezigheid van beschermde planten en dieren, evenals nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van beschermde diersoorten, die door de uitvoering van de voorgenomen activiteiten vernield of verstoord worden en of de voorgenomen activiteit een negatief effect heeft op beschermde leefgebieden van dieren. Daarnaast is onderzocht in hoeverre de voorgenomen activiteit negatief effect heeft op beschermde natuurgebieden. Het plangebied is eenmaal onderzocht op 3 juli 2012 om vast te stellen of er beschermde planten en dieren aanwezig zijn in het plangebied en of er beschermde nesten, holen of vaste rust- en verblijfplaatsen aanwezig zijn. Voorliggend rapport beschrijft het plangebied, de onderzoeksopzet en de resultaten van het onderzoek. Voorgenomen activiteit wordt gezien als ruimtelijke ontwikkeling. Voor het verstoren van soorten van tabel 1 van de Ff-wet geldt een algemene vrijstelling, idem voor soorten van tabel 2 mits er gewerkt wordt volgens een goedgekeurde gedragscode. Alle soorten van tabel 3 zijn strikt beschermd, evenals bezette vogelnesten en jaarrond beschermde nesten en nestlocaties. Er zijn geen soorten van tabel 2-3 van de Ff-wet in het plangebied vastgesteld. De inrichting en het gevoerde beheer in het plangebied maken het plangebied nagenoeg tot een ongeschikt habitat voor soorten zoals vermeld in tabel 2-3 van de Ff-wet. In het plangebied zijn geen potentiele verblijfplaatsen van vleermuizen aanwezig. Voorgenomen activiteit heeft geen negatief effect op de kwaliteit van het functionele leefgebied van vleermuizen. Er broeden geen vogels in het plangebied, geschikte broedplaatsen ontbreken en het plangebied vormt een ongeschikt habitat voor grondbroeders. Het plangebied ligt niet in, of in de invloedsfeer van de EHS of een beschermd natuurgebied. Gelet op de aard en omvang van de voorgenomen activiteit wordt geconcludeerd dat de voorgenomen activiteit geen aantoonbaar significant negatief effect heeft op de kernkwaliteiten en omgevingscondities van de EHS en andere beschermde natuurgebieden. Er hoeft geen natuurbeschermingsvergunning aangevraagd te worden, er hoeft geen nader onderzoek uitgevoerd te worden voor het onderdeel gebiedsbescherming. 2

157 1. Inleiding Er zijn concrete plannen om drie woningen en enkele bedrijven te ontwikkelen op een perceel aan de Reutummerweg in Tubbergen. Om te onderzoeken of er sprake is van een goede ruimtelijke ordening, dient het voorgenomen initiatief o.a. getoetst te worden aan de Ff-wet en de natuurbeschermingswet. Natuurbank Overijssel heeft opdracht gekregen om het veldbiologische onderzoek uit te voeren en het initiatief te toetsen aan geldende regelgeving voor beschermde soorten en gebieden. Er is in het plangebied gekeken naar de aanwezigheid van beschermde planten en dieren, evenals nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van beschermde diersoorten, die door de uitvoering van de voorgenomen activiteiten vernield of verstoord worden en of de voorgenomen activiteit een negatief effect heeft op beschermde leefgebieden van dieren. Daarnaast is onderzocht in hoeverre de voorgenomen activiteit negatief effect heeft op beschermde natuurgebieden. Het plangebied is eenmaal onderzocht op 3 juli 2012 om vast te stellen of er beschermde planten en dieren aanwezig zijn in het plangebied en of er beschermde nesten, holen of vaste rust- en verblijfplaatsen aanwezig zijn. Voorliggend rapport beschrijft het plangebied, de onderzoeksopzet en de resultaten van het onderzoek. 3

158 2. Situering van het plangebied Het plangebied is gesitueerd aan de rand van de woonkern van Tubbergen. Het betreft een graslandperceel gelegen tussen de Reutummerweg en de Weleveldstraat, gemeente Tubbergen. Het plangebied ligt in het zuidoostelijke deel Tubbergen. Op onderstaande afbeelding wordt de ligging van het plangebied weergegeven. Situering van het plangebied en de omgeving. Het plangebied wordt met de cirkel aangeduid. 3. Beschrijving van het plangebied 3.1 Algemeen Het plangebied bestaat volledig uit grasland. Tijdens het veldonderzoek kende het plangebied een agrarisch gebruik. Het perceel bestond uit een intensief gebruikte monocultuur van raaigras. Opgaande beplanting, bebouwing, verharding en open water ontbreken. In het plangebied kunnen de volgende ecotopen onderscheiden worden: Agrarisch cultuurgrond (monocultuur van raaigras); 4

159 Detailopname van het plangebied. Het plangebied wordt met de gele lijn aangeduid. 3.2 Voorgenomen activiteiten De voorgenomen activiteit bestaat uit bouwrijp maken van het perceel voor de bouw van enkele woningen en bedrijven. Concreet bestaat de voorgenomen activiteit uit: 1. Bouwrijp maken van de bouwplaatsen; 2. Aanleg erfverharding; 3. Bouwen van woningen en bedrijfsgebouwen; 4. Landschappelijke inpassing. Weergave van de wenselijke situatie. 5

160 3.3 Mogelijk effect van de voorgenomen activiteiten op beschermde soorten en/of nesten De beoogde (ruimtelijke) ingreep heeft een mogelijk effect op beschermde dier- en plantensoorten. Hierbij is onderscheid te maken tussen tijdelijke en permanente invloeden die effecten kunnen veroorzaken. Dit zijn: Mogelijke tijdelijke invloeden: Geluid en trillingen bij grondwerken; Licht tijdens de bouwfase; Trillingen tijdens bouwwerkzaamheden. Mogelijke permanente invloeden: Mogelijk afname/verdwijnen van beschermde vaste rust- of verblijfplaatsen en/of jaarrond beschermde nesten; Vernielen/verdwijnen van beschermde soorten; Aantasting van de kwaliteit van het leefgebied van beschermde soorten; Aantasting van de kwaliteit van beschermde natuurgebieden. 6

161 4. Gebiedsbescherming De voorgenomen activiteit bestaat uit het bebouwen van een agrarisch perceel met woningen en bedrijven. Het plangebied ligt in de dorpskern van Tubbergen. 4.1 Natura 2000 Er liggen geen Natura2000-gebieden in een straal van drie kilometer rondom het plangebied (BRON: EL&I 2012, GOOGLEMAPSZOEK.ASPX). 4.2 beschermde natuurmonumenten Er liggen geen beschermde natuurmonumenten in een straal van drie kilometer rondom het plangebied (BRON: EL&I 2012, GOOGLEMAPSZOEK.ASPX). 4.3 EHS Het plangebied ligt niet in of grenzend aan de Ecologische Hoofdstructuur (BRON: EL&I 2012, GOOGLEMAPSZOEK.ASPX). Ligging van de EHS ten opzichte van het plangebied. Het plangebied wordt met de gele contour aangeduid, de EHS wordt met de groene contour aangeduid. 4.4 wetlands (2005) Er liggen geen Wetlands in een straal van drie kilometer rondom het plangebied (BRON: EL&I 2012, GOOGLEMAPSZOEK.ASPX). 4.5 Conclusies Het plangebied ligt niet in of in de invloedsfeer van een beschermd natuurgebied of de EHS. Op basis van de aard en omvang van de voorgenomen activiteit en de afstand tussen het plangebied en beschermde natuurgebieden/ehs is er geen sprake van een negatief effect op deze gebieden. Er hoeft geen nader onderzoek uitgevoerd te worden, er hoeft geen natuurbeschermingsvergunning (Natuurbeschermingswet 1998) aangevraagd te worden. 7

162 5. Toelichting Flora en faunawet 5.1 Algemeen De Flora- en faunawet regelt (onder andere) de bescherming van kwetsbare en bedreigde inheemse planten en diersoorten. Onder de algemene verbodsbepalingen (Artikelen 8 t/m 18) worden handelingen verboden die kunnen leiden tot het vernielen van beschermde inheemse planten op hun groeiplaats en beschermde inheemse dieren in hun natuurlijke leefomgeving. Zo is het onder meer verboden om beschermde inheemse planten te plukken, verzamelen, af te snijden, uit te steken, te vernielen, te beschadigen, te ontwortelen of op enige wijze van hun groeiplaats te verwijderen. Daarnaast is het verboden om inheemse beschermde diersoorten opzettelijk te verontrusten dan wel hun nesten, holen of andere voortplantingsplaatsen of vaste rust- of verblijfplaatsen te beschadigen, vernielen, uit te halen, weg te nemen of te verstoren. De Ff-wet biedt onder Artikel 75 de mogelijkheid tot het verkrijgen van een ontheffing van de in de Artikelen 8 t/m 18 genoemde verbodsbepalingen. De genoemde vrijstellingen worden alleen verleend in zoverre er geen andere bevredigende oplossing bestaat en indien geen afbreuk wordt gedaan aan een gunstige staat van instandhouding van de soort. Om te bepalen of ontheffing kan worden gekregen moet aan verschillende voorwaarden worden voldaan: Er dient inzicht te bestaan in het voorkomen van wettelijk beschermde dier- en plantensoorten in het projectgebied; Er dient inzicht te bestaan in de mate waarin de voorgenomen activiteiten dusdanig negatieve effecten hebben op soorten dat de gunstige staat van instandhouding in het geding is. Indien dit het geval zou zijn, dient aangegeven te worden welke mitigerende maatregelen getroffen worden om de negatieve effecten op de gunstige staat van instandhouding te voorkomen. Indien de mogelijke negatieve effecten niet volledig gemitigeerd kunnen worden, dient aangegeven te worden op welke wijze de effecten gecompenseerd zullen worden. 5.2 Toelichting Flora- en Fanawet, Wijzigingen Artikel 75 ( AMvB) Sinds februari 2005 is een Algemene Maatregel van Bestuur van kracht worden, waarin wijzigingen inzake art.75 zijn opgenomen. De wijzigingen in deze AMvB betekenen een zekere verruiming van ontheffing en vrijstelling: niet in alle gevallen is een ontheffingsaanvraag meer nodig. Globaal betekent dit het volgende: Er zijn een drietal soortenlijsten waarvoor verschillende richtlijnen zijn. Deze zijn in toenemende mate van zwaarte : Tabel 1 : (soorten als egel, haas, bruine kikker, Zwanenbloem, Dotterbloem) Voor activiteiten die te kwalificeren zijn als bestendig beheer of ruimtelijke ontwikkelingen, geldt een vrijstelling voor de soorten van tabel 1. Voor deze activiteiten hoeft geen ontheffing aangevraagd te worden. Voor andere activiteiten dient wel een ontheffingsaanvraag te worden aangevraagd (lichte toets). Tabel 2 : (soorten als div. orchideeën, vogels) Voor activiteiten die te kwalificeren zijn als bestendig beheer of ruimtelijke ontwikkelingen, geldt een vrijstelling voor de soorten van tabel 2, mits activiteiten worden uitgevoerd op basis van een door de minister van LNV goedgekeurde gedragscode. Hetzelfde geldt voor alle vogelsoorten. Een gedragscode moet zelf door aanvrager worden opgesteld en worden goedgekeurd door het ministerie van LNV. Voor andere activiteiten dient wel een ontheffingsaanvraag te worden aangevraagd (uitzondering bepaalde vogelsoorten: zie 3) 8

163 Tabel 3 : (echte kritische soorten bijlage IV HR/VR) Dit is de zwaarste categorie, waarbij ook voor beheer de vrijstelling beperkt is. Voor andere activiteiten is ontheffing nodig, waarbij een uitgebreide toets dient te worden verricht (behalve het criterium geen afbreuk aan gunstige staat van instandhouding ook dwingende redenen van openbaar belang, mogelijkheden van alternatieven e.d.). De procedure is vastgelegd in een stappenplan. Hierin is vermeld in welke gevallen de Ff-wet niet van toepassing is, of dat een ontheffing moet worden aangevraagd. Naast een verbod op het doden en verwonden (Art. 9 Ff-wet) en het opzettelijk verontrusten (Art. 10 Ffwet) van vleermuizen, is het tevens verboden om verblijf- en voortplantingsplaatsen weg te nemen, te verstoren en aan te tasten (Art. 11 Ff-wet). Belangrijke migratie- en foerageergebieden die van belang zijn voor de instandhouding van een vaste rust- of verblijfplaats van de soort op populatieniveau, vallen hier ook onder. Daarnaast vallen ook tijdelijke, seizoensgebonden, verblijfplaatsen (bijv. holen) of standplaatsen die van belang zijn voor de gunstige staat van instandhouding van een soort op populatieniveau of per exemplaar hieronder (Min. EL&I 2011). De verbondsbepaling genoemd in artikel 11 van de ff-wet worden enkel overtreden wanneer de door dit artikel beschermde vaste rust- en verblijfplaatsen hun specifieke functie niet meer naar behoren kunnen vervullen. De vaste rust- of verblijfplaats kan hierdoor niet meer dezelfde functie aan beschermde dier- of plantensoort bieden als voorheen In Bijlage 1 worden de tabellen van de AMvB nader verklaard. In de brochure Buiten aan het werk van het ministerie LNV is bovendien een toelichting op deze AMvB is te vinden (zie website dienst Regelingen van het Ministerie van Economische zaken, Landbouw en Innovatie). 9

164 6. Soortenbescherming; het onderzoek 6.1 Methode In het kader van het natuurwaardenonderzoek is het plangebied op 3 juli 2012 eenmalig onderzocht op het voorkomen van beschermde planten en dieren en de potentiële aanwezigheid van deze soorten (geschiktheid van het gebied voor de desbetreffende soorten). Er zijn verder geen andere aanvullende onderzoeken uitgevoerd m.b.t. vogels, vleermuizen, amfibieën, reptielen, vissen, dagvlinders, libellen en kevers. De inventarisatie is te voet in het terrein uitgevoerd onder goede weersomstandigheden (onbewolkt, temperatuur ca.25, en een zwak zuidwesten wind). Bij het bepalen van de mogelijke aantasting van beschermde soorten is gebruik gemaakt van de volgende onderdelen: Veldbezoek op 3 juli 2012, uitgevoerd door een ervaren veldbioloog; Aanvullend bronnenonderzoek (o.a. waarneming.nl, telmee.nl, internet); Specifieke relevante literatuurbronnen zijn o.a. De zoogdieren van Overijssel (Douma et al 2011) Flora en vegetatie: Het plangebied is onderzocht op het voorkomen van beschermde planten. De onderzoeksperiode is geschikt voor floristisch onderzoek. Op basis van standplaatsfactoren en abiotische parameters kan een goede inschatting gemaakt worden wat de potentie van het plangebied is en of de uitgevoerde inventarisatie voldoet aan de gestelde eisen. Vogels: Het plangebied is visueel onderzocht op het voorkomen van broedvogels, specifiek de mogelijkheid dat er zich nesten, potentiële nestlocaties, beschermde vaste rust en -verblijfplaatsen in het plangebied bevinden. De onderzoeksperiode is geschikt om alle in Nederland voorkomende broedvogels vast te stellen omdat de onderzoeksperiode binnen het broedseizoen plaats vindt. Op basis van de biotoop kan een goede inschatting gemaakt worden van de potentieel aanwezige soorten, evenals een beoordeling van het plangebied op de aanwezigheid van soorten waarvan nesten, nestplaatsen en het functionele leefgebied jaarrond beschermd zijn. Zoogdieren Het plangebied is visueel onderzocht op het voorkomen van beschermde zoogdieren. De onderzoeksperiode is geschikt voor onderzoek naar grondgebonden zoogdieren en vleermuizen. Er is gezocht naar sporen die duiden op de aanwezigheid van zoogdieren als krab- en vraatsporen, prooiresten, uitwerpselen, pootafdrukken, holen en haren. Potentieel geschikte en bereikbare verblijfplaatsen van zoogdieren (incl. vleermuizen) in gebouwen en bomen worden visueel geïnspecteerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een endoscoop met minicamera om holle ruimtes te inspecteren. Amfibieën & reptielen Het plangebied is onderzocht op het voorkomen van amfibieën en reptielen. De onderzoeksperiode is geschikt voor onderzoek naar amfibieën en reptielen. Op basis van standplaatsfactoren en abiotische parameters kan goed beoordeeld worden wat de potentie van het plangebied is voor beschermde soorten en of de uitgevoerde inventarisatie voldoet aan de gestelde eisen. Dagvlinders Het plangebied is onderzocht op het voorkomen van vlinders. De onderzoeksperiode is ongeschikt voor onderzoek naar dagvlinders omdat de onderzoeksperiode buiten de vliegtijd van sommige soorten ligt. Op basis van standplaatsfactoren en abiotische parameters kan goed beoordeeld worden wat de potentie van het plangebied is voor beschermde soorten en of de uitgevoerde inventarisatie voldoet aan de gestelde eisen. 10

165 Libellen Het plangebied is eenmalig onderzocht op het voorkomen van libellen. De onderzoeksperiode is ongeschikt voor onderzoek naar libellen omdat de onderzoeksperiode buiten de vliegtijd van sommige soorten ligt. Op basis van standplaatsfactoren en abiotische parameters kan goed beoordeeld worden wat de potentie van het plangebied is voor beschermde soorten en of de uitgevoerde inventarisatie voldoet aan de gestelde eisen. Kevers en mieren Het plangebied is eenmalig onderzocht op het voorkomen van kevers en mieren. De onderzoeksperiode is ongeschikt voor onderzoek naar kevers en mieren. Op basis van standplaatsfactoren en abiotische parameters kan goed beoordeeld worden wat de potentie van het plangebied is voor beschermde soorten en of de uitgevoerde inventarisatie voldoet aan de gestelde eisen. Vissen en kreeftachtigen Het plangebied is eenmalig onderzocht op het voorkomen van vissen en kreeftachtigen. De onderzoeksperiode is beperkt geschikt voor onderzoek naar vissen en kreeftachtigen. Op basis van standplaatsfactoren en abiotische parameters kan goed beoordeeld worden wat de potentie van het plangebied is voor beschermde soorten en of de uitgevoerde inventarisatie voldoet aan de gestelde eisen. 6.2 Verwachting Wanneer we kijken naar de landschappelijke karakteristieken, bouwstijl en gebruikte bouwmaterialen, aard, omvang en gebruik van het plangebied, dan lijkt het onwaarschijnlijk dat er beschermde soorten worden aangetroffen uit de volgende groepen: Vaatplanten; Libellen; Kevers; Vissen en kreeftachtige; reptielen; Dagvlinders; Amfibieën Zoogdieren (vleermuizen); Vogels; Het is niet onwaarschijnlijk om soorten uit de volgende soortgroepen aan te treffen: geen 6.3 Resultaten Het plangebied is goed toegankelijk. Het onderzoek is volledig uitgevoerd. Planten In het plangebied zijn geen beschermde soorten aangetroffen. De inrichting en het gevoerde beheer maken het plangebied tot een ongeschikte groeiplaats voor bijzondere planten. Broedvogels Er broeden zeer waarschijnlijk ieder jaar geen vogels in het plangebied. Geschikte broedplaatsen ontbreken bijna volledig. Het perceel is niet geschikt als broedplaats voor weidevogels of andere soorten 11

166 die op de grond broeden zoals Fazant en Patrijs. Het perceel is zeker niet geschikt als broedplaats voor soorten waarvan de nestplaats, nest en/of vaste rust- en verblijfplaats jaarrond beschermd zijn. Zoogdieren; vleermuizen Er zijn geen vleermuizen in het plangebied vastgesteld en er zijn geen sporen gevonden die op de aanwezigheid van een verblijfplaats duiden. De toegepaste onderzoeksmethode (visuele inspectie) is geschikt om met zekerheid uitspraken te kunnen doen over de aanwezigheid van verblijfplaatsen in het plangebied. Geschikte verblijfplaatsen voor vleermuizen ontbreken volledig in het plangebied. Grondgebonden zoogdieren Er zijn in het plangebied geen zoogdieren waargenomen. Het is niet uitgesloten dat minder zeldzame soorten als haas en egel incidenteel in het plangebied voorkomen. Amfibieën & reptielen In het plangebied zijn geen amfibieën en reptielen aangetroffen. Het is niet uitgesloten dat minder zeldzame soorten als gewone pad en bruine kikker incidenteel in het plangebied voorkomen. Geschikte voortplantingslocaties voor amfibieën ontbreken in het plangebied. Geschikt habitat voor reptielen ontbreekt volledig. Dagvlinders Er zijn geen beschermde soorten aangetroffen. Er is in het plangebieden geen geschikt leefgebied aanwezig voor beschermde soorten. Libellen Er zijn geen beschermde soorten aangetroffen. Er is in het plangebied geen geschikt leefgebied aanwezig voor beschermde soorten. Kevers en mieren Er zijn geen beschermde soorten aangetroffen. Er is in het plangebied geen geschikt leefgebied aanwezig voor beschermde soorten. Vissen en kreeftachtigen Er zijn geen beschermde soorten aangetroffen. Er is in het plangebied geen geschikt leefgebied aanwezig voor beschermde soorten. 6.4 Toetsingskader Voor het verstoren van soorten van tabel 1 is geldt een algemene vrijstelling indien er sprake is van een ruimtelijke ontwikkeling en/of bestendig beheer. Voor verstoren van soorten uit tabel 2 van de Ff-wet geldt ook een vrijstelling, mits er gewerkt wordt volgens een goedgekeurde gedragscode. Wel dient rekening gehouden te worden met jaarrond beschermde nesten en leefgebieden, evenals met bezette vogelnesten. Soorten uit tabel 3 zijn beschermd. Voor het uitvoeren van werkzaamheden die leiden tot verstoring of het doden van soorten is een ontheffing noodzakelijk. Dit is ook noodzakelijk voor het uitvoeren van werkzaamheden die leiden tot verstoring of het doden van soorten, wanneer er niet gewerkt wordt volgens een goedgekeurde gedragscode. Voorgenomen activiteit wordt gezien als ruimtelijke ontwikkeling. Voor het verstoren van soorten van tabel 1 geld een algemene vrijstelling. Deze vrijstelling geldt ook voor soorten van tabel 2 van de Ff-wet, mits er gewerkt wordt volgens een goedgekeurde gedragscode. Voor het verstoren van soorten uit tabel 3, evenals het verstoren van bezette vogelnesten en jaarrond beschermde vogelnesten dient een ontheffing aangevraagd te worden. 12

167 6.5 Samenvatting wettelijke consequenties Flora Er zijn geen beschermde soorten aangetroffen. Op basis van standplaatsfactoren en abiotische parameters kan een goede inschatting gemaakt worden van de potentie van het plangebied en of de uitgevoerde inventarisatie voldoet aan de gestelde eisen. Nader onderzoek of het aanvragen van een ontheffing wordt niet noodzakelijk geacht. (Broed)vogels Er broeden zeer waarschijnlijk geen vogels in het plangebied. Vervolgonderzoek of het aanvragen van een ontheffing wordt niet noodzakelijk geacht. Zoogdieren; vleermuizen Om de voorgenomen ingreep te toetsen op het effect op het leefgebied van vleermuizen, dan moet onderscheid gemaakt worden in de functie die het plangebied kan hebben voor vleermuizen. Dit kan als vaste rust-/verblijfplaats of als vast leefgebied. Functionaliteit als verblijfplaats Er zijn geen sporen gevonden die op de aanwezigheid van een verblijfplaats duiden. Potentieel geschikte verblijfplaatsen ontbreken volledig. De toegepaste onderzoeksmethode is toereikend om hierover bindende uitspraken te doen. Vervolgonderzoek of het aanvragen van een ontheffing wordt niet noodzakelijk geacht. Functionaliteit als leefgebied; foerageergebied Op basis van het uitgevoerde onderzoek kan niets gezegd worden over de functionaliteit van het plangebied als foerageergebied. Gelet op de huidige karakteristieken van het plangebied, dan is het aannemelijk dat het plangebied van zeer beperkte betekenis is als foerageergebied voor vleermuizen. Geschikt foerageergebied zoals wind luwe plekken, bomenranden, solitaire bomen, ruige slootoevers, bloemrijke hooilanden en natte landschapselementen zijn niet in het plangebied aanwezig. Het plangebied bestaat uit een monocultuur van (Engels) raaigras. Functionaliteit als leefgebied; vliegroutes Op basis van het uitgevoerde onderzoek kan niets gezegd worden over de functionaliteit van het plangebied als vliegroute. Vanwege de aard van de werkzaamheden wordt de beoogde ingreep niet gezien als een (significant aantoonbare) aantasting van mogelijke vliegroutes van vleermuizen. Er worden geen doorgaande lijnvormige structuren doorsneden, verwijderd of aan de andere kant negatief beïnvloed (bijv. door licht). Nader onderzoek of het aanvragen van een ontheffing wordt niet noodzakelijk geacht. Zoogdieren; grondgebonden soorten Er zijn geen zoogdieren waargenomen en er zijn geen sporen gevonden die op de aanwezigheid van zoogdieren in het plangebied duiden. Het plangebied vormt geen essentieel onderdeel van het functionele leefgebied van beschermde zoogdieren. Nader onderzoek of het aanvragen van een ontheffing wordt niet noodzakelijk geacht. Amfibieën en Reptielen Er zijn tijdens het onderzoek geen beschermde amfibieën en reptielen in het plangebied aangetroffen. Het plangebied vormt vanwege de inrichting en het gevoerde beheer een ongeschikt habitat voor beschermde amfibieën en reptielen zoals vermeld in tabel 2 en 3 van de Ff-wet. Het is niet uitgesloten dat minder zeldzame soorten als bruine kikker of gewone pad in het plangebied voorkomen. Geschikte voortplantingsbiotopen ontbreken. Nader onderzoek of het aanvragen van een ontheffing wordt niet noodzakelijk geacht. 13

168 Dagvlinders Er zijn geen beschermde dagvlinders in het plangebied aangetroffen. Gelet op de inrichting en het gevoerde beheer is het plangebied ongeschikt als leefgebied voor beschermde soorten. Nader onderzoek of het aanvragen van een ontheffing wordt niet noodzakelijk geacht. Libellen Er zijn geen beschermde libellen in het plangebied aangetroffen. Gelet op de inrichting en het gevoerde beheer is het plangebied ongeschikt als leefgebied voor beschermde soorten. Er is geen geschikt leefgebied aanwezig voor beschermde libellensoorten. Nader onderzoek of het aanvragen van een ontheffing wordt niet noodzakelijk geacht. Kevers en mieren Er zijn geen beschermde kevers en mieren in het plangebied aangetroffen. Gelet op de inrichting en het gevoerde beheer is het plangebied ongeschikt als leefgebied voor beschermde soorten. Er is geen geschikt leefgebied aanwezig voor beschermde soorten. Nader onderzoek of het aanvragen van een ontheffing wordt niet noodzakelijk geacht. Vissen en kreeftachtigen Er zijn geen beschermde vissen en kreeftachtigen in het plangebied aangetroffen. Gelet op de inrichting en het gevoerde beheer is het plangebied ongeschikt als leefgebied voor beschermde soorten. Er is geen geschikt leefgebied aanwezig voor beschermde soorten. Nader onderzoek of het aanvragen van een ontheffing wordt niet noodzakelijk geacht. Soortgroep Soorten planlocatie Verbodsbepalingen* aandachtspunt Flora Geen (aantasting van) Niet van toepassing tabel 2+3-soorten Zoogdieren; Geen (aantasting van) Niet van toepassing grondgebonden tabel 2+3-soorten Broedvogels tijdens Niet aanwezig Niet van toepassing broedseizoen (1) Broedvogels, Niet aanwezig Niet van toepassing beschermde vaste nestplaatsen Vleermuizen; Niet aanwezig Niet van toepassing functionaliteit van het leefgebied (foerageergebied + vliegroutes) Vleermuizen; vaste Niet aanwezig Niet van toepassing verblijfplaatsen Reptielen Niet aanwezig Niet van toepassing Amfibieën Geen (aantasting van) Niet van toepassing tabel 2+3-soorten Vissen Niet aanwezig Niet van toepassing Dagvlinders Geen (aantasting van) Niet van toepassing tabel 2+3-soorten Libellen Geen (aantasting van) Niet van toepassing tabel 2+3-soorten Overige ongewervelden Geen (aantasting van) tabel 2+3-soorten Niet van toepassing (1) Het broedseizoen verschilt per soort. Indien werkzaamheden worden uitgevoerd in de periode september-februari is de kans op verstoring van vogelnesten minimaal. 14

169 * Toelichting verbodsbepalingen tabel: Artikel 2: Zorgplicht en Zorgvuldig handelen ten aanzien van alle plant- en diersoorten, al dan niet beschermd Artikel 8: Verbod: plukken, uitsteken, vernielen, beschadigen of verwijderen van beschermde planten Artikel 9: Verbod: opsporen, vangen, bemachtigen, doden, verwonden van beschermde dieren Artikel 10: Verbod: opzettelijk verontrusten van beschermde dieren Artikel 11: Verbod: wegnemen, verstoren, aantasten van verblijfplaatsen en voortplantingsplaatsen Artikel 12: Verbod: zoeken, rapen, beschadigen, vernielen of uit nesten nemen van eieren Artikel 13: Verbod: onder zich hebben van beschermde planten, dieren, eieren of producten hiervan Tabel 1. Aangetroffen of verwachte beschermde soorten (Ff-wet tabel 2 of 3) die mogelijk geschaad worden. 6.6 Historische gegevens Van de plangebieden zijn geen historische gegevens bekend. 6.7 Volledigheid van het onderzoek Het onderzoek is volledig uitgevoerd onder prima weersomstandigheden. Het volledige plangebied is onderzocht. Het terrein en de gebouwen waren toegankelijk voor een visuele inspectie. 15

170 7. Conclusies en advies Voorgenomen activiteit wordt gezien als ruimtelijke ontwikkeling. Voor het verstoren van soorten van tabel 1 van de Ff-wet geldt een algemene vrijstelling, idem voor soorten van tabel 2 mits er gewerkt wordt volgens een goedgekeurde gedragscode. Alle soorten van tabel 3 zijn strikt beschermd, evenals bezette vogelnesten en jaarrond beschermde nesten en nestlocaties. Er zijn geen soorten van tabel 2-3 van de Ff-wet in het plangebied vastgesteld. De inrichting en het gevoerde beheer in het plangebied maken het plangebied nagenoeg tot een ongeschikt habitat voor soorten zoals vermeld in tabel 2-3 van de Ff-wet. In het plangebied zijn geen potentiele verblijfplaatsen van vleermuizen aanwezig. Voorgenomen activiteit heeft geen negatief effect op de kwaliteit van het functionele leefgebied van vleermuizen. Er broeden geen vogels in het plangebied, geschikte broedplaatsen ontbreken en het plangebied vormt een ongeschikt habitat voor grondbroeders. Het plangebied ligt niet in, of in de invloedsfeer van de EHS of een beschermd natuurgebied. Gelet op de aard en omvang van de voorgenomen activiteit wordt geconcludeerd dat de voorgenomen activiteit geen aantoonbaar significant negatief effect heeft op de kernkwaliteiten en omgevingscondities van de EHS en andere beschermde natuurgebieden. Er hoeft geen natuurbeschermingsvergunning aangevraagd te worden, er hoeft geen nader onderzoek uitgevoerd te worden voor het onderdeel gebiedsbescherming. 16

171 Bijlagen: Bijlage 1. De natuurkalender Bijlage 2. Toelichting Flora- en faunawet Bijlage 3. Fotobijlage 17

172 Bijlage 2: Toelichting AMvB Toelichting tabellen soorten Flora- en faunawet In onderstaande tabellen staan alle beschermde soorten van de Flora- en faunawet. De tabellen zijn aan de ene kant aan de orde bij ontheffingverlening voor Artikel 75 en aan de andere kant bij vrijstellingen in het kader van het Besluit houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur in verband met wijziging van Artikel 75 van de Flora- en faunawet en enkele andere wijzigingen (AMvB Artikel 75). Vogelsoorten zijn in deze tabellen niet apart opgenomen. Alle vogelsoorten in Nederland zijn beschermd (behalve exoten). In de toelichting bij de tabellen staat aangegeven welk regime toepasselijk is voor vogelsoorten. Zoogdieren aardmuis Microtus agrestis bosmuis Apodemus sylvaticus dwergmuis Micromys minutus bunzing Mustela putorius dwergspitsmuis Sorex minutus egel Erinaceus europeus gewone bosspitsmuis Sorex araneus haas Lepus europeus hermelijn Mustela erminea huisspitsmuis Crocidura russula konijn Oryctolagus cuniculus mol Talpa europea ondergrondse woelmuis Pitymys subterraneus ree Capreolus capreolus rosse woelmuis Clethrionomys glareolus tweekleurige bosspitsmuis Sorex coronatus veldmuis Microtus arvalis vos Vulpes vulpes wezel Mustela nivalis woelrat Arvicola terrestris Reptielen en amfibieën bruine kikker Rana temporaria gewone pad Bufo bufo middelste groene kikker Rana esculenta kleine watersalamander Triturus vulgaris meerkikker Rana ridibunda Mieren behaarde rode bosmier Formica rufa kale rode bosmier Formica polyctena stronkmier Formica truncorum zwartrugbosmier Formica pratensis Slakken wijngaardslak Helix pomatia Vaatplanten aardaker Lathyrus tuberosus akkerklokje Campanula rapunculoides brede wespenorchis Epipactis helleborine breed klokje Campanula latifolia dotterbloem Caltha palustris gewone vogelmelk Ornithogalum umbellatum grasklokje Campanula rotundifolia grote kaardenbol Dipsacus fullonum kleine maagdenpalm Vinca minor knikkende vogelmelk Ornithogalum nutans koningsvaren Osmunda regalis slanke sleutelbloem Primula elatior zwanebloem Butomus umbellatus Tabel 3. Tabel 1 van de Ff-wet (Algemene soorten) Toelichting tabel 1 Als iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud of bestendig gebruik of ruimtelijke ontwikkelingen, geldt een vrijstelling voor de soorten in tabel 1 voor Artikel 8 t/m 12 van de flora- & faunawet. Aan deze vrijstelling zijn geen aanvullende eisen gesteld. Voor deze activiteiten hoeft geen ontheffing aangevraagd worden. Voor andere activiteiten dan hierboven genoemd is voor de soorten in tabel 1 een ontheffing nodig. Een ontheffingaanvraag voor deze soorten wordt getoetst aan het criterium doet geen afbreuk aan gunstige staat van instandhouding van de soort (zgn. lichte toets). 18

173 Tabel 2. Toelichting tabel 2 Als iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud of bestendig gebruik of ruimtelijke ontwikkelingen, geldt een vrijstelling voor de soorten in tabel 2 voor Artikel 8 t/m 12 van de flora- en faunawet, mits activiteiten worden uitgevoerd op basis van een door de minister van LNV goedgekeurde gedragscode. Hetzelfde geldt voor alle vogelsoorten. Een gedragscode moet door een sector of ondernemer zelf opgesteld worden en ingediend voor goedkeuring. Voor andere activiteiten dan hierboven genoemd is voor de soorten in tabel 2 een ontheffing nodig. Een ontheffingaanvraag voor deze soorten wordt getoetst aan het criterium doet geen afbreuk aan gunstige staat van instandhouding van de soort. Dit is niet van toepassing op alle vogelsoorten (zie toelichting tabel 3) Zoogdieren Damhert Dama dama Edelhert Cervus elaphus Eekhoorn Sciurus vulgaris Grijze zeehond Halichoerus grypus Grote bosmuis Apodemus flavicollis Steenmarter Martes foina Wild zwijn Sus scrofa Reptielen en amfibieën Alpenwatersalamander Triturus alpestris Levendbarende hagedis Lacerta vivipara Dagvlinders Moerasparelmoervlinder Euphydryas aurinia Vals heideblauwtje Lycaeides idas Vissen Bermpje Noemacheilus barbatulus Kleine modderkruiper Cobitis taenia Meerval Silurus glanis Rivierdonderpad Cottus gobio Vaatplanten Aangebrande orchis Orchis ustulata Aapjesorchis Orchis simia Beenbreek Narthecium ossifragum Bergklokje Campanula rhomboidalis Bergnachtorchis Platanthera chlorantha Bijenorchis Ophrys apifera Blaasvaren Cystopteris fragilis Blauwe zeedistel Eryngium maritimum Bleek bosvogeltje Cephalantera damasonium Bokkenorchis Himantoglossum hircinum Brede orchis Dactylorhiza majalis majalis Bruinrode wespenorchis Epipactis atrorubens Daslook Allium ursinum Dennenorchis Goodyera repens Duitse gentiaan Gentianella germanica Franjegentiaan Gentianella ciliata Geelgroene wespenorchis Epipactis muelleri Gele helmbloem Pseudofumaria lutea Gevlekte orchis Dactylorhiza maculata Groene nachtorchis Coeloglossum viride Groensteel Asplenium viride Grote keverorchis Listera ovata Grote muggenorchis Gymnadenia conopsea Gulden sleutelbloem Primula veris Harlekijn Orchis morio Herfstschroeforchis Spiranthes spiralis Hondskruid Anacamptis pyramidalis Honingorchis Herminium monorchis Jeneverbes Juniperus communis Klein glaskruid Parietaria judaica kleine keverorchis Listera cordata kleine zonnedauw Drosera intermedia klokjesgentiaan Gentiana pneumonanthe Tabel 4. Tabel 2 van de Ff-wet. kluwenklokje Campanula glomerata koraalwortel Corallorhiza trifida kruisbladgentiaan Gentiana cruciata lange ereprijs Veronica longifola lange zonnedauw Drosera anglica mannetjesorchis Orchis mascula maretak Viscum album moeraswespenorchis Epipactis palustris muurbloem Erysimum cheiri parnassia Parnassia palustris pijlscheefkelk Arabis hirsuto sagittata poppenorchis Aceras anthropophorum prachtklokje Campanula persicifolia purperorchis Orchis purpurea rapunzelklokje Campanula rapunculus rechte driehoeksvaren Gymnocarpium robertianum rietorchis Dactylorhiza majalis praetermissa ronde zonnedauw Drosera rotundifolia rood bosvogeltje Cephalanthera rubra ruig klokje Campanula trachelium schubvaren Ceterach officinarum slanke gentiaan Gentianella amarella soldaatje Orchis militaris spaanse ruiter Cirsium dissectum steenanjer Dianthus deltoides steenbreekvaren Asplenium trichomanes stengelloze sleutelbloem Primula vulgaris stengelomvattend havikskruid Hieracium amplexicaule stijf hardgras Catapodium rigidum tongvaren Asplenium scolopendrium valkruid Arnica montana veenmosorchis Hammarbya paludosa veldgentiaan Gentianella campestris veldsalie Salvia pratensis vleeskleurige orchis Dactylorhiza incarnata vliegenorchis Ophrys insectifera vogelnestje Neottia nidus-avis voorjaarsadonis Adonis vernalis wantsenorchis Orchis coriophora waterdrieblad Menyanthes trifoliata weideklokje Campanula patula welriekende nachtorchis Platanthera bifolia wilde gagel Myrica gale wilde herfsttijloos Colchicum autumnale wilde kievitsbloem Fritillaria meleagris wilde marjolein Origanum vulgare wit bosvogeltje Cephalanthera longifolia witte muggenorchis Pseudorchis albida zinkviooltje Viola lutea calaminaria zomerklokje Leucojum aestivum zwartsteel Asplenium adiantum-nigrum Kevers vliegend hert Lucanus cervus Kreeftachtigen rivierkreeft Astacus astacus 19

174 Toelichting tabel 3 Als iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud of bestendig gebruik, geldt een vrijstelling voor de soorten in tabel 3 voor Artikel 8 t/m 12 van de flora & faunawet, mits activiteiten worden uitgevoerd op basis van een door de minister van LNV goedgekeurde gedragscode. Deze vrijstelling is enigszins beperkt; voor activiteiten die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud in de landbouw en bosbouw en bestendig gebruik geldt geen vrijstelling voor Artikel 10 van de flora- en faunawet. Ook niet op basis van een gedragscode. Een gedragscode moet door een sector of ondernemer zelf opgesteld worden en ingediend voor goedkeuring. Als iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als ruimtelijke ontwikkeling, geldt voor soorten in tabel 3 geen vrijstelling. Ook niet op basis van een gedragscode. Hiervoor is een ontheffing nodig. Voor andere activiteiten dan hierboven genoemd is voor de soorten in tabel 3 een ontheffing nodig. Een ontheffingaanvraag voor de soorten van tabel 3 wordt getoetst aan drie criteria: 1) er is sprake van een in of bij de wet genoemd belang 1 ; 2) er is geen alternatief; 3) doet geen afbreuk aan gunstige staat van instandhouding van de soort. Deze drie criteria vormen de zgn. uitgebreide toets. De drie criteria staan naast elkaar en niet na elkaar (aan alle drie moet voldaan zijn). De uitgebreide toets voor ontheffingverlening geldt ook voor alle vogelsoorten. 1 - onderzoek en onderwijs - re-populatie en herintroductie - bescherming van flora en fauna - veiligheid van het luchtverkeer - volksgezondheid of openbare veiligheid - dwingende redenen van openbaar belang - het voorkomen van ernstige schade aan vormen van eigendom - belangrijke overlast veroorzaakt door dieren - uitvoering van werkzaamheden in het kader van bestendig beheer en onderhoud in de landbouw en bosbouw - bestendig gebruik - uitvoering van werkzaamheden in het kader van ruimtelijke inrichting of ontwikkeling 20

175 Tabel 3: soorten bijlage IV HR/bijlage 1 AMvB Bijlage 1 AMvB Zoogdieren das Meles meles boommarter Martes martes eikelmuis Eliomys quercinus gewone zeehond Phoca vitulina veldspitsmuis Crocidura leucodon waterspitsmuis Neomys fodiens Reptielen en amfibieën adder Vipera berus hazelworm Anguis fragilis ringslang Natrix natrix vinpootsalamander Triturus helveticus vuursalamander Salamandra salamandra Vissen beekprik Lampetra planeri bittervoorn Rhodeus cericeus elrits Phoxinus phoxinus gestippelde alver Alburnoides bipunctatus grote modderkruiper Misgurnus fossilis rivierprik Lampetra fluviatilis Dagvlinders bruin dikkopje Erynnis tages dwergblauwtje Cupido minimus dwergdikkopje Thymelicus acteon groot geaderd witje Aporia crataegi grote ijsvogelvlinder Limenitis populi heideblauwtje Plebejus argus iepepage Strymonidia w-album kalkgraslanddikkopje Spialia sertorius keizersmantel Argynnis paphia klaverblauwtje Cyaniris semiargus purperstreepparelmoervlinder Brenthis ino rode vuurvlinder Palaeochrysophanus hippothoe rouwmantel Nymphalis antiopa tweekleurig hooibeestje Coenonympha arcania veenbesparelmoervlinder Bolaria aquilonais veenhooibeestje Coenonympha tullia veldparelmoervlinder Melitaea cinxia woudparelmoervlinder Melitaea diamina zilvervlek Clossiana euphrosyne Vaatplanten groot zeegras Zostera marina Bijlage IV HR hazelmuis Muscardinus avellanarius ingekorven vleermuis Myotis emarginatus kleine dwergvleermuis Pipistrellus pygmaeus kleine hoefijzerneus Rhinolophus hipposideros laatvlieger Eptesicus serotinus meervleermuis Myotis dasycneme mopsvleermuis Barbastella barbastellus nathusius dwergvleermuis Pipistrellus nathusii noordse woelmuis Microtus oeconomus otter Lutra lutra rosse vleermuis Nyctalus noctula tuimelaar Tursiops truncatus tweekleurige vleermuis Vespertilio murinus vale vleermuis Myotis myotis watervleermuis Myotis daubentonii wilde kat Felis silvestris witflankdolfijn Lagenorhynchus acutus witsnuitdolfijn Lagenorhynchus albirostris Reptielen en amfibieën boomkikker Hyla arborea geelbuikvuurpad Bombina variegata gladde slang Coronella austriacus heikikker Rana arvalis kamsalamander Triturus cristatus knoflookpad Pelobates fuscus muurhagedis Podarcis muralis poelkikker Rana lessonae rugstreeppad Bufo calamita vroedmeesterpad Alytes obstetricans zandhagedis Lacerta agilis Dagvlinders donker pimpernelblauwtje Maculinea nausithous grote vuurvlinder Lycaena dispar pimpernelblauwtje Maculinea teleius tijmblauwtje Maculinea arion zilverstreephooibeestje Coenonympha hero Libellen bronslibel Oxygastra curtisii gaffellibel Ophiogomphus cecilia gevlekte witsnuitlibel Leucorrhinia pectoralis groene glazenmaker Aeshna viridis noordse winterjuffer Sympecma paedisca oostelijke witsnuitlibel Leucorrhinia albifrons rivierrombout Stylurus flavipes sierlijke witsnuitlibel Leucorrhinia caudalis Vissen houting Conegonus oxyrrhynchus steur Acipenser sturio Zoogdieren baardvleermuis Myotis mystacinus bechstein s vleermuis Myotis bechsteinii bever Castor fiber bosvleermuis Nyctalus leisleri brandt s vleermuis Myotis brandtii bruinvis Phocoena phocoena euraziatische lynx Lynx lynx franjestaart Myotis nattereri gewone dolfijn Delphinus delphis gewone dwergvleermuis Pipistrellus pipistrellus gewone grootoorvleermuis Plecotus auritus grijze grootoorvleermuis Plecotus austriacus grote hoefijzerneus Rhinolophus ferrumequinum hamster Cricetus cricetus Vaatplanten drijvende waterweegbree Luronium natans groenknolorchis Liparis loeselii kruipend moerasscherm Apium repens zomerschroeforchis Spiranthes aestivalis Kevers brede geelrandwaterroofkever Dytiscus latissimus gestreepte waterroofkever Graphoderus bilineatus heldenbok Cerambyx cerdo juchtleerkever Osmoderma eremita Tweekleppigen bataafse stroommossel Unio crassus Tabel 5. Tabel 3 van de Ff-wet : Soorten bijlage IV HR (+ Platte schijfhoren) / bijlage 1 AMvB (zie volgende bladzijde) 21

176 Bijlage 3. Fotobijlage Impressie van het plangebied; 22

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING TUBBERGEN, REUTUMMERWEG PERCEEL L9682

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING TUBBERGEN, REUTUMMERWEG PERCEEL L9682 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING TUBBERGEN, REUTUMMERWEG PERCEEL L9682 Plannaam: Tubbergen, Reutummerweg perceel L9682 Plantype: Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van een omgevingsvergunning Datum: Februari

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland INHOUDSOPGAVE pagina HOOFDSTUK 1 INLEIDING 5 1.1 Aanleiding voor het plan 5 1.2 Plangebied 5 1.3 Leeswijzer

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28 2/11 Inhoudsopgave RUIMTELIJKE ONDERBOUWING 5 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 Hoofdstuk 2 Aanvraag omgevingsvergunning 5 Hoofdstuk 3 Geldende planologische

Nadere informatie

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen NL.IMRO.1730.ABdorpsstr74zuidlv-0301 Projectgebied Situatie Dorpsstraat 74 Zuidlaarderveen 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Huidige en beoogde

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 1 van 5 Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 2 van 5 Inleiding Op donderdag 3 april 2014 is door Dierenrijk

Nadere informatie

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1. Algemeen 1.2. Aanleiding en doel 1.3. Plangebied 1.4. Leeswijzer 2. PLANBESCHRIJVING 2.1. Bestaande situatie 2.2. Gewenste

Nadere informatie

Duinkampen 23 te Paterswolde

Duinkampen 23 te Paterswolde Duinkampen 23 te Paterswolde Projectgebied. Duinkampen 23 Paterswolde 1. Inleiding Deze ruimtelijke onderbouwing is opgesteld voor het bouwen van een bijgebouw, het plaatsen van een schutting en twee kunstwerken

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen

Ruimtelijke onderbouwing. Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen Ruimtelijke onderbouwing Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen 1 2 Hoofdstuk 1 1.1 Aanleiding INLEIDING Op 4 maart 2011 is een aanvraag om een omgevingsvergunning binnengekomen voor het

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing voor 4 parkeerplaatsen t.b.v. Medisch Maatschappelijk Centrum, grenzend aan de Schoolstraat 23 te Nieuw-Vennep

Ruimtelijke onderbouwing voor 4 parkeerplaatsen t.b.v. Medisch Maatschappelijk Centrum, grenzend aan de Schoolstraat 23 te Nieuw-Vennep Ruimtelijke onderbouwing voor 4 parkeerplaatsen t.b.v. Medisch Maatschappelijk Centrum, grenzend aan de Schoolstraat 23 te Nieuw-Vennep projectnummer 17008 Opdrachtgever: Gemeente Haarlemmermeer Versienummer:

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing

Ruimtelijke Onderbouwing Ruimtelijke Onderbouwing Buitenruimte KDV Veld 6 Poptahof Ruimte Advies 4 april 2012 afbeelding 1: ligging in de stad \ afbeelding 2: projectgebied 1. Inleiding 1.1 Aanleiding De centraal in Delft gelegen

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Schalkwijkseweg 22

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Schalkwijkseweg 22 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Schalkwijkseweg 22 2 10 COLOFON TITEL: Ruimtelijke Onderbouwing Schalkwijkseweg 22 STATUS: Definitief PROJECTNUMMER: NL.IMRO.0321.0012PBSCHLKWSWG22 DATUM: 11 februari 2010 AUTEUR:

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord Ruimtelijke onderbouwing project Vlietweg 16 te Santpoort-Noord W12/000758/ OLO271413 INHOUD 1 Beschrijving

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing bij projectbesluit ten behoeve van Sport & Science, Hoeflingweg 20 te Lochem

Ruimtelijke onderbouwing bij projectbesluit ten behoeve van Sport & Science, Hoeflingweg 20 te Lochem Ruimtelijke onderbouwing bij projectbesluit ten behoeve van Sport & Science, Hoeflingweg 20 te Lochem Inleiding Bij besluit van 28 juli 2010 hebben burgemeester en wethouders van Lochem aan Sport & Science

Nadere informatie

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 status: vastgesteld datum: 5 september 2013 projectnummer: 202360R.2011 adviseurs: Jke / Wle gemeente Maasdriel Inhoudsopgave Hoofdstuk

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Er is een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend voor de realisatie van een kunstwerk

Nadere informatie

Een goede ruimtelijke ordening. Henry de Roo

Een goede ruimtelijke ordening. Henry de Roo Een goede ruimtelijke ordening Henry de Roo Afwijken bestemmingsplan (1) artikel 2.12, lid 1, a, sub 1 Wabo binnenplans afwijken artikel 2.12, lid 1, a, sub 2 Wabo de gevallen genoemd in artikel 4, Bijlage

Nadere informatie

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a. Gemeente Schijndel Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a., sub 2 Wabo 2 3 bij verzoeken om afwijken van het bestemmingsplan Inleiding Op 24 september 2014 is het

Nadere informatie

Bestemmingsplan Hoofdweg 237 te Paterswolde V O O R O N T W E R P

Bestemmingsplan Hoofdweg 237 te Paterswolde V O O R O N T W E R P Bestemmingsplan Hoofdweg 237 te Paterswolde V O O R O N T W E R P Bestemmingsplan Hoofdweg 237 te Paterswolde V O O R O N T W E R P Inhoud Toelichting Regels Verbeelding 24 oktober 2012 Projectnummer

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega

Ruimtelijke onderbouwing. Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega Ruimtelijke onderbouwing Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega Inhoudsopgave 1. Inleiding...

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT 2 februari 2016 vastgesteld 52-007 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3 Plangebied... 6 1.4

Nadere informatie

TOELICHTING. op het wijzigingsplan Dwarsweg 17, behorende bij het bestemmingsplan Horstermeer van de gemeente Wijdemeren

TOELICHTING. op het wijzigingsplan Dwarsweg 17, behorende bij het bestemmingsplan Horstermeer van de gemeente Wijdemeren TOELICHTING op het wijzigingsplan Dwarsweg 17, behorende bij het bestemmingsplan Horstermeer van de gemeente Wijdemeren Inleiding Door de raad van de toenmalige gemeente Nederhorst den Berg, welke tegenwoordig

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Aanleg carpoolvoorziening Noorderhogeweg Drachten

Ruimtelijke onderbouwing. Aanleg carpoolvoorziening Noorderhogeweg Drachten Ruimtelijke onderbouwing Aanleg carpoolvoorziening Noorderhogeweg Drachten 1. Inleiding 1.1. Aanleiding Op 2 september 2013 is een omgevingsvergunning aangevraagd door de provincie Fryslân voor de aanleg

Nadere informatie

Ruimtelijke motivering Verbouw Olympic Plaza locatie Zuidas

Ruimtelijke motivering Verbouw Olympic Plaza locatie Zuidas Ruimtelijke motivering Verbouw Olympic Plaza locatie Zuidas 1. Inhoud 1. Aanvraag... 3 2. Voorgenomen ontwikkeling... 3 3. Juridisch planologisch kader... 5 4. Motivering... 6 1. Aanvraag Ontwikkelaar

Nadere informatie

In werking treden vergunning en onherroepelijkheid De vergunning treedt in werking een dag na afloop van de beroepstermijn. Deze vergunning ligt

In werking treden vergunning en onherroepelijkheid De vergunning treedt in werking een dag na afloop van de beroepstermijn. Deze vergunning ligt TEAM BOUWEN EN MILIEU ons kenmerk 1273564 behandeld door mevrouw SGM Jacobs doorkiesnummer +31 77 3596828 besluitdatum XX-XX-XXXX onderwerp ontwerpbesluit Ontwerp omgevingsvergunning Op 23 januari 2018

Nadere informatie

Oude Tempel Soesterberg Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering

Oude Tempel Soesterberg Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering Notitie Project: Oude Tempel Soesterberg Onderwerp: Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering Referentie: 16M8024 Datum: 18 juli 2016 Auteur: Mevrouw ing. N.J.W. Pirovano

Nadere informatie

BIJLAGE 2: VERANTWOORDING UITBREIDING BOOMSWEG

BIJLAGE 2: VERANTWOORDING UITBREIDING BOOMSWEG BIJLAGE 2: VERANTWOORDING UITBREIDING BOOMSWEG 1 Algemeen De uitbreiding van het plangebied met de locatie Boomsweg omvat deels een nieuwe ontwikkelingslocatie, Boomsweg 12, en deels het overnemen van

Nadere informatie

Ruimtelijke motivering. Molenstraat 1a te s-hertogenbosch. Functiewijziging van wonen naar kleinschalig hotel

Ruimtelijke motivering. Molenstraat 1a te s-hertogenbosch. Functiewijziging van wonen naar kleinschalig hotel Ruimtelijke motivering Molenstraat 1a te s-hertogenbosch Functiewijziging van wonen naar kleinschalig hotel Januari 2017 Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Aan de Molenstraat 1a is nu op de begane grond

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen Ruimtelijke onderbouwing 'het uitbreiden van de woning met een aanbouw' op het perceel de Wedze 22a te Twijzel

Gemeente Achtkarspelen Ruimtelijke onderbouwing 'het uitbreiden van de woning met een aanbouw' op het perceel de Wedze 22a te Twijzel Gemeente Achtkarspelen Ruimtelijke onderbouwing 'het uitbreiden van de woning met een aanbouw' op het perceel de Wedze 22a te Twijzel 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding voor de omgevingsvergunning met afwijking

Nadere informatie

TOELICHTING. Reparatieplan bijgebouwen GEMEENTE VIANEN

TOELICHTING. Reparatieplan bijgebouwen GEMEENTE VIANEN TOELICHTING ONTWERP BESTEMMINGSPLAN Reparatieplan bijgebouwen GEMEENTE VIANEN Opdrachtnummer : 99.372 IDnr. : Datum : augustus 2018 Versie : 2 Auteurs : mro b.v. : mro b.v. Leeuwenveldseweg 16H 1382 LX

Nadere informatie

Gasthuisbergweg 18 te Wijchen

Gasthuisbergweg 18 te Wijchen Ruimtelijke onderbouwing Auteur E.C. Philips-Jackson MSc Verificatie ing. M. Pleijsier Versie 2 Bestand Document1 Graafsebaan 67, 5248 JT Rosmalen Postbus 37, 5240 AA Rosmalen Nederland Telefoon +31 (0)73

Nadere informatie

Bestemmingsplan Waterdael III, herziening Boerenkamplaan 5. Gemeente Someren

Bestemmingsplan Waterdael III, herziening Boerenkamplaan 5. Gemeente Someren Bestemmingsplan Waterdael III, herziening Boerenkamplaan 5 Bestemmingsplan Waterdael III, herziening Boerenkamplaan 5 Toelichting Bijlagen Regels Bijlage Verbeelding Schaal 1:1.000 Vastgesteld: 25 september

Nadere informatie

Inhoudsopgave ruimtelijke onderbouwing Olympus 20

Inhoudsopgave ruimtelijke onderbouwing Olympus 20 Inhoudsopgave ruimtelijke onderbouwing Olympus 20 Hoofdstuk 1 Inleiding Hoofdstuk 2 Planbeschrijving Hoofdstuk 3 Beleidskader Hoofdstuk 4 Landschappelijke inpasbaarheid Hoofdstuk 5 Omgevingsaspecten Hoofdstuk

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning voor het plaatsen van een gedeelte van een woonwagen en voor een meterkast buiten de aangelegde woonwagenlocatie aan de Heelalstraat.

Nadere informatie

Bestemmingsplan. Middenweg 89. Gemeente Amsterdam, stadsdeel Oost. Datum: 13 juni 2016 Projectnummer: ID: NL.IMRO.0363.

Bestemmingsplan. Middenweg 89. Gemeente Amsterdam, stadsdeel Oost. Datum: 13 juni 2016 Projectnummer: ID: NL.IMRO.0363. Bestemmingsplan Middenweg 89 Gemeente Amsterdam, stadsdeel Oost Datum: 13 juni 2016 Projectnummer: 160161 ID: NL.IMRO.0363.M1605BPSTD-OW01 INHOUD 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Ligging plangebied

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Fort Imperial te Breskens

Ruimtelijke onderbouwing Fort Imperial te Breskens Ruimtelijke onderbouwing Fort Imperial te Breskens 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 4 1.1 Aanleiding 4 1.2 Ligging en begrenzing plangebied 4 1.3 Vigerende bestemmingsplan 5 2. Bestaande situatie 6 2.1 ruimtelijke

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg In opdracht van G.C. Nagel december 2013 Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a Nederhorst den Berg

Nadere informatie

Gemeente Lingewaard. Ruimtelijke onderbouwing Realisatie berging en overkapping bij Fitness Centre Huissen

Gemeente Lingewaard. Ruimtelijke onderbouwing Realisatie berging en overkapping bij Fitness Centre Huissen Gemeente Lingewaard Ruimtelijke onderbouwing Realisatie berging en overkapping bij Fitness Centre Huissen Juli 2011 Gemeente Lingewaard Ruimtelijke onderbouwing Realisatie berging en overkapping bij Fitness

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing 12 woningen aan de Kreukel te Bergen op Zoom

Ruimtelijke onderbouwing 12 woningen aan de Kreukel te Bergen op Zoom Gemeente Bergen op Zoom Ruimtelijke onderbouwing 12 woningen aan de Kreukel te Bergen op Zoom ten behoeve van het verlenen van een omgevingsvergunning ingevolge artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN Buitengebied Zuid Herziening 2007, deelplan 3 e Zandwijkje 8 te Hollandscheveld

WIJZIGINGSPLAN Buitengebied Zuid Herziening 2007, deelplan 3 e Zandwijkje 8 te Hollandscheveld GEMEENTE HOOGEVEEN WIJZIGINGSPLAN Buitengebied Zuid Herziening 2007, deelplan 3 e Zandwijkje 8 te Hollandscheveld Vastgesteld 1 maart 2011 Voorschriften 3 e Zandwijkje 8 Hollandscheveld 1 maart 20111 Pagina

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Inleiding en planbeschrijving In Netersel is in de huidige situatie een speelterrein gelegen (zie figuur 1). Dat speelterrein is deels binnen het plangebied

Nadere informatie

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging Ruimtelijke Onderbouwing Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging Gemeente Tynaarlo September 2012 NL.IMRO.1730.ABYdermade3depunt-0301 Inhoudsopgave 2.1 Beschrijving van het projectgebied,

Nadere informatie

ZOETERMEER Rokkeveenseweg 182 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING

ZOETERMEER Rokkeveenseweg 182 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING ZOETERMEER Rokkeveenseweg 182 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING RBOI - Rotterdam bv Delftseplein 27b Postbus 150 3000 AD Rotterdam telefoon (010) 201 85 55 E-mail: info@rboi.nl Zoetermeer Rokkeveenseweg 182 RUIMTELIJKE

Nadere informatie

Wijzigingsplan miniwinkel Dorpsstraat 153 te Vlieland

Wijzigingsplan miniwinkel Dorpsstraat 153 te Vlieland Wijzigingsplan miniwinkel Dorpsstraat 153 te Vlieland Inleiding Op 17 oktober 2011 is het bestemmingsplan Vlieland bebouwde Kom door de raad van de gemeente Vlieland vastgesteld. In dit plan is een mogelijkheid

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren Gemeente Someren Opdrachtgever: Projectlocatie: Dhr. N.H.L. Michiels Hollandseweg 19 5712RM Someren Hollandseweg 19, Someren Projectnummer: 16418-001 Datum:

Nadere informatie

Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden 2017

Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden 2017 Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden 2017 Artikel 2.12, eerste lid, sub a, onder 2 Wabo Beleidsregels toepassing artikel 2.12, eerste lid, sub a, onder 2 Wabo, gemeente Cranendonck 1 Hoofdstuk

Nadere informatie

Aanleg paardenbak Het Zuid 34 Drachten

Aanleg paardenbak Het Zuid 34 Drachten Ruimtelijke onderbouwing Aanleg paardenbak Het Zuid 34 Drachten Ruimtelijke onderbouwing voor de aanleg van een paardenbak Het Zuid 34 te Drachten 1 Ruimtelijke onderbouwing voor de aanleg van een paardenbak

Nadere informatie

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem GEMEENTE BUREN Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem Projectnr. 061-076 / 27 januari 2016 INHOUD BLZ 1 INLEIDING... 3 1.1 Aanleiding en doelstelling... 3 1.2 Plangebied... 4 1.3 Geldend

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen (ontwerp) Ruimtelijke onderbouwing "bouwen van een woning op het perceel de Wide Pet 14 te Harkema"

Gemeente Achtkarspelen (ontwerp) Ruimtelijke onderbouwing bouwen van een woning op het perceel de Wide Pet 14 te Harkema Gemeente Achtkarspelen (ontwerp) Ruimtelijke onderbouwing "bouwen van een woning op het perceel de Wide Pet 14 te Harkema" 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding voor de omgevingsvergunning met afwijking Op 18 december

Nadere informatie

Memo. In totaal worden er maximaal 110 woningen gerealiseerd. Dit kunnen zowel grondgebonden woningen zijn alsook gestapeld woningen.

Memo. In totaal worden er maximaal 110 woningen gerealiseerd. Dit kunnen zowel grondgebonden woningen zijn alsook gestapeld woningen. Memo aan: van: Gemeente Arnhem SAB datum: 18 maart 2015 betreft: Luchtkwaliteit Schuytgraaf Arnhem project: 150131 INLEIDING Het voornemen bestaat om veld 13 van de in aanbouw zijnde woonwijk Schuytgraaf

Nadere informatie

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019)

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019) Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening (ontwerp 25 januari 2019) Pagina 2 van 13 2019-01-25 Toelichting - Weideveld 2016 1e herziening Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening Toelichting

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing verbinding Tramweg-Industrieweg, bedrijventerrein De Smaale (deelproject 2).

Ruimtelijke Onderbouwing verbinding Tramweg-Industrieweg, bedrijventerrein De Smaale (deelproject 2). Ruimtelijke Onderbouwing verbinding Tramweg-Industrieweg, bedrijventerrein De Smaale (deelproject 2). Doel en aanleiding Masterplan en Beeldkwaliteitplan Belangrijk brondocument van deze omgevingsvergunning

Nadere informatie

Kleindorp 33 te Merselo

Kleindorp 33 te Merselo RAPPORT LUCHTKWALITEIT Kleindorp 33 te Merselo Rapport luchtkwaliteit Onderzoekslocatie: : Den Tiel 6 Adres : Kleindorp 33 Postcode en Woonplaats : 5815 CL Merselo Opdrachtgever: Naam en Voorletters :

Nadere informatie

2 e Plan van wijziging Globaal Bestemmingsplan Houten Vinex. Houtensewetering naast 45

2 e Plan van wijziging Globaal Bestemmingsplan Houten Vinex. Houtensewetering naast 45 2 e Plan van wijziging Globaal Bestemmingsplan Houten Vinex Houtensewetering naast 45 2 Toelichting 1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Vigerend bestemmingsplan 1.3 Bestemmingsplan 2 Gebieds- en projectbeschrijving

Nadere informatie

Vastgesteld. November 2017

Vastgesteld. November 2017 November 2017 Bestemmingsplan Losser dorp, partiële herziening Oranjestraat 2 Losser Plannaam: Bestemmingsplan Losser dorp, partiële herziening Oranjestraat 2 Losser IMRO-nummer: NL.IMRO.0168.01BP001PH13-0401

Nadere informatie

Wijzigingsplan It Oast 2 Augustinusga. Ontwerp

Wijzigingsplan It Oast 2 Augustinusga. Ontwerp Wijzigingsplan It Oast 2 Augustinusga Ontwerp Toelichting Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Begrenzing plangebied 3 1.3 Geldende bestemmingsplan/moederplan 3 1.4 Bestaande en toekomstige

Nadere informatie

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; Gemeente Hof van Twente Johan van der Burg

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; Gemeente Hof van Twente Johan van der Burg memo aan: van: Gemeente Hof van Twente Johan van der Burg datum: 20 februari 2014 betreft: Luchtkwaliteit Hengevelde, Marke III project: 120218 INLEIDING Aan de zuidwestzijde van de kern van Hengevelde

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing nieuwbouw havenkantoor naast Botterwerf. Behorende bij omgevingsvergunning nieuwbouw havenkantoor

Ruimtelijke onderbouwing nieuwbouw havenkantoor naast Botterwerf. Behorende bij omgevingsvergunning nieuwbouw havenkantoor Ruimtelijke onderbouwing nieuwbouw havenkantoor naast Botterwerf Behorende bij omgevingsvergunning nieuwbouw havenkantoor Februari 2017 2 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 1.1 Ligging plangebied... 4 1.2

Nadere informatie

Toelichting Beleidsnotie voor bedrijvigheid aan huis Pekela 2013

Toelichting Beleidsnotie voor bedrijvigheid aan huis Pekela 2013 Toelichting Beleidsnotie voor bedrijvigheid aan huis Pekela 2013 1. - Pagina 1 - Inleiding Algemene doelstelling Deze toelichting is opgesteld om duidelijkheid te geven over deze beleidsnotitie. Ook wordt

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing Westerklief 8 Hippolytushoef. Gemeente Hollands Kroon

Ruimtelijke Onderbouwing Westerklief 8 Hippolytushoef. Gemeente Hollands Kroon Ruimtelijke Onderbouwing Westerklief 8 Hippolytushoef Gemeente Hollands Kroon 12 oktober 2016 Toelichting Inhoud: 1. Inleiding... 3 1.1 Voorgeschiedenis... 3 1.2 Initiatiefnemer... 3 1.3 Planvoornemen...

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing. t.b.v. het realiseren van twee lichtmasten, Flevostraat 251 Purmerend (Sportcomplex De Munnik)

Ruimtelijke Onderbouwing. t.b.v. het realiseren van twee lichtmasten, Flevostraat 251 Purmerend (Sportcomplex De Munnik) Ruimtelijke Onderbouwing t.b.v. het realiseren van twee lichtmasten, Flevostraat 251 Purmerend (Sportcomplex De Munnik) Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1. Aanleiding Stichting Spurd heeft een aanvraag om omgevingsvergunning

Nadere informatie

B&W-voorstel. 1) Status

B&W-voorstel. 1) Status B&W-voorstel Onderwerp: Ruimtelijke motivering voor transformatie voormalig kantoor Brabants Dagblad aan het Emmaplein naar 56 woonstudio s en 550 m2 kantoorruimte. 1) Status Het voorstel heeft betrekking

Nadere informatie

Beheersverordening Kornputkwartier

Beheersverordening Kornputkwartier Beheersverordening Kornputkwartier ID plan: NL.IMRO.1708.STWKornputkwtrBV1-VA01 datum: maart 2017 status: vastgesteld auteur: SRE Vastgesteld door de raad dd. de griffier, de voorzitter, NL.IMRO.1708.STWKornputkwtrBV1-VA01

Nadere informatie

Notitie. Aan : Roel Volman (SO, team bestemmingsplannen) Van : Paul Bruijkers (SO, Ingenieursbureau) Datum :

Notitie. Aan : Roel Volman (SO, team bestemmingsplannen) Van : Paul Bruijkers (SO, Ingenieursbureau) Datum : Notitie Stadsontwikkeling Aan : Roel Volman (SO, team bestemmingsplannen) Van : Paul Bruijkers (SO, Ingenieursbureau) Datum : 12-7- 2016 Bezoekadres: De Rotterdam Wilhelminakade 179, Rotterdam Postadres:

Nadere informatie

Ontwerp. Augustus 2014

Ontwerp. Augustus 2014 Augustus 2014 BESTEMMINGSPLAN HARDENBERG, LAGE GAARDENSTRAAT 98 Plan: Plantype: Bestemmingsplan Status: IMRO-nummer: NL.IMRO.0160.0000BP00237-OW01 2 TOELICHTING 3 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDING...

Nadere informatie

Ontwerp. September 2015

Ontwerp. September 2015 September 2015 Bestemmingsplan Buitengebied, herziening Waterberging Vlierwaterleiding Dalmsholte Plannaam: Buitengebied, herziening Waterberging Vlierwaterleiding Dalmsholte IMRO-idn: NL.IMRO.0175.buiten2012bp0006-on01

Nadere informatie

Omgevingsvergunning Everard Meysterweg 12 (Gelegen Achter De Percelen Everard Meysterweg 14 T/M 20)

Omgevingsvergunning Everard Meysterweg 12 (Gelegen Achter De Percelen Everard Meysterweg 14 T/M 20) Omgevingsvergunning Everard Meysterweg 12 (Gelegen Achter De Percelen Everard Meysterweg 14 T/M 20) Vastgesteld, Juni 2016 Everard Meysterweg 12 (gelegen achter de percelen Everard Meysterweg 14 t/m 20)

Nadere informatie

OEGSTGEEST Huge de Vrieslaan 4 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING

OEGSTGEEST Huge de Vrieslaan 4 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING OEGSTGEEST Huge de Vrieslaan 4 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Oegstgeest Hugo de Vrieslaan 4 ruimtelijke onderbouwing identificatie planstatus projectnummer: datum: status: 057900.201506.39 22 09 2015 definitief

Nadere informatie

Vastgesteld. Juli 2018

Vastgesteld. Juli 2018 Juli 2018 BUITENGEBIED HARDENBERG, VERLENGDE BROEKDIJK 16A KLOOSTERHAAR Plannaam: IMRO: NL.IMRO.0160.0000BP00295-VG01 Status: Datum: Juli 2018 2 TOELICHTING 3 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDING... 5 1.1

Nadere informatie

Toelichting. Leeuwarden Buitengebied - Omzetten intensieve naar reguliere veehouderij Brédyk 185 Wirdum

Toelichting. Leeuwarden Buitengebied - Omzetten intensieve naar reguliere veehouderij Brédyk 185 Wirdum 1 Toelichting 2 3 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDING 4 1.1 Aanleiding 4 1.2 Ligging en kadastrale begrenzing 4 1.3 Vigerend bestemmingsplan 5 HOOFDSTUK 2 HUIDIGE SITUATIE 6 2.1 Ruimtelijke structuur 6

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning herinrichten tankstation de Zuidpunt

Ruimtelijke onderbouwing. ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning herinrichten tankstation de Zuidpunt Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van aanvraag omgevingsvergunning herinrichten tankstation de Zuidpunt Dordrecht, 10 september 2012 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding Op het perceel aan de Rijksstraatweg

Nadere informatie

Omgevingsvergunning Oude Broekstraat 12a, Klarenbeek Planfase vastgesteld

Omgevingsvergunning Oude Broekstraat 12a, Klarenbeek Planfase vastgesteld Behoort bij besluit van Burgemeester en Wethouders van de gemeente VOORST d.d. 27 december 2016 Nr. Z-HZ_WABO-2016-0976 Mij bekend, De Secretaris Omgevingsvergunning Oude Broekstraat 12a, Klarenbeek Planfase

Nadere informatie

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen Bestemmingsplan Ambachtsschool Gemeente Enschede Programma Stedelijke Ontwikkeling Team Bestemmingsplannen Februari 2016 SAMENVATTING EN BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN

Nadere informatie

Gemeente Bergen op Zoom

Gemeente Bergen op Zoom Gemeente Bergen op Zoom bestemmingsplan Korenmarkt 8 Toelichting: 1. Doel van de procedure 2. Situering van de aanvraag 3. Vigerende stedenbouwkundige regeling 4. Herziening bestemmingsplan 5. Inrichtingsplan

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET BOUWEN VAN EEN LOODS AAN DE WESTHOFSEZANDWEG 9 TE S- HEER ARENDSKERKE

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET BOUWEN VAN EEN LOODS AAN DE WESTHOFSEZANDWEG 9 TE S- HEER ARENDSKERKE RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET BOUWEN VAN EEN LOODS AAN DE WESTHOFSEZANDWEG 9 TE S- HEER ARENDSKERKE Versie 2, d.d. 6 oktober 2011 Afdeling Stadsontwikkeling M. Jonker 1 Inhoud Hoofdstuk 1. Inleiding

Nadere informatie

Paraplubestemmingsplan Parkeren

Paraplubestemmingsplan Parkeren Paraplubestemmingsplan Parkeren status: ontwerp idn: NL.IMRO.0281.BP00040-on01 gemeente Tiel datum: juni 2018 Bestemmingsplan Paraplubestemmingsplan Parkeren Gemeente Tiel Toelichting INHOUD TOELICHTING

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing Uitbreiding woning Master de Jongwei 42 Ruimtelijke onderbouwing voor uitbreiding woning Master de Jongwei 42 1 Ruimtelijke onderbouwing voor uitbreiding woning Master de Jongwei

Nadere informatie

Projectbesluit Watermolendijk 3 Eelde

Projectbesluit Watermolendijk 3 Eelde Projectbesluit Watermolendijk 3 Eelde Gemeente Tynaarlo Oktober 2011 NL.IMRO.1730.PBWatermolendijk3-0401 Projectgebied Inhoudsopgave 1. Inleiding... 4 2. Huidige en beoogde situatie... 5 2.1 Beschrijving

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN WIJZIGING BESTEMMINGS-/BOUWVLAK PROF. DONDERSWEG 8, BEEK EN DONK GEMEENTE LAARBEEK. 10 december 2015 vastgesteld

BESTEMMINGSPLAN WIJZIGING BESTEMMINGS-/BOUWVLAK PROF. DONDERSWEG 8, BEEK EN DONK GEMEENTE LAARBEEK. 10 december 2015 vastgesteld BESTEMMINGSPLAN WIJZIGING BESTEMMINGS-/BOUWVLAK PROF. DONDERSWEG 8, BEEK EN DONK 10 december 2015 vastgesteld 51-014 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding

Nadere informatie

Oude Badweg 60 Eelderwolde

Oude Badweg 60 Eelderwolde Oude Badweg 60 Eelderwolde Projectgebied 2 Inhoudsopgave 2.1 Beschrijving van het projectgebied, huidige situatie... 4 Op het perceel is reeds een recreatiewoning met bijgebouwen aanwezig. De bestaande

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Leveroyseweg 14, Heythuysen

Ruimtelijke onderbouwing Leveroyseweg 14, Heythuysen Ruimtelijke onderbouwing Leveroyseweg 14, Heythuysen Inleiding Initiatiefnemer heeft een agrarisch bouwvlak aan Leveroyseweg 14 te Heythuysen. Op deze locatie worden varkens gehouden op extensieve wijze.

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Kavel 12 Arnhem-Centraal Noord van de gemeente Arnhem

Ruimtelijke onderbouwing Kavel 12 Arnhem-Centraal Noord van de gemeente Arnhem Ruimtelijke onderbouwing Kavel 12 Arnhem-Centraal Noord van de gemeente Arnhem oktober 2009 1. Omschrijving van het project 3 2. Beschrijving van het projectgebied 4 3. Geldende planologische situatie

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing bij Wabo Projectbesluit

Ruimtelijke onderbouwing bij Wabo Projectbesluit Ruimtelijke onderbouwing bij Wabo Projectbesluit ten behoeve van de realisatie van 8 rijwoningen in plaats van 7 op een perceel bouwterrein gelegen aan Het Wilgert te Epse Inleiding Tussen de straten Het

Nadere informatie

Omgevingsvergunning Ruimtelijke onderbouwing Duifhuizerweg perceel Uden, P, 983 te Uden. concept

Omgevingsvergunning Ruimtelijke onderbouwing Duifhuizerweg perceel Uden, P, 983 te Uden. concept Omgevingsvergunning Ruimtelijke onderbouwing Duifhuizerweg perceel Uden, P, 983 te Uden concept Ruimtelijke onderbouwing Duifhuizerweg perceel Uden, P, 983 te Uden DLV Dier Groep B.V. Adviseur / projectleider

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding voor het projectbesluit Op 15 januari 2010 is er een

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing voor de bouw van een woning aan Laurens Stommespad 2 te Middelburg

Ruimtelijke onderbouwing voor de bouw van een woning aan Laurens Stommespad 2 te Middelburg Ruimtelijke onderbouwing voor de bouw van een woning aan Laurens Stommespad 2 te Middelburg Middelburg, 8 januari 2014 Inhoud 1. Inleiding 2. Locatie en project 2.1 Ligging plangebied 2.2 Geldend bestemmingsplan

Nadere informatie

Voorschriften en overwegingen

Voorschriften en overwegingen Hof van Tholen 2 4691 DZ Tholen Postbus 51 4690 AB Tholen telefoon: 14 0166 e-mail: gemeente@tholen.nl website: www.tholen.nl Voorschriften en overwegingen bank: NL14BNGH0285008315 bic: BNGHNL2G btw-nummer:

Nadere informatie

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 29 maart M. Souren

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 29 maart M. Souren Notitie 20122367-09 Wijzigingsbevoegdheid voor de bestemming spoorwegdoeleinden Beoordeling bedrijven & milieuzonering, luchtkwaliteit en externe veiligheid Datum Referentie Uw referentie Behandeld door

Nadere informatie

Ladder voor duurzame verstedelijking

Ladder voor duurzame verstedelijking Ladder voor duurzame verstedelijking Klik om de modelstijlen te bewerken Tweede niveau Derde niveau Vierde niveau Vijfde niveau Ladder voor duurzame verstedelijking 1. Waar komt het vandaan? 2. Wat is

Nadere informatie

RO Wielemakersbaan 6 Ride by the Sea

RO Wielemakersbaan 6 Ride by the Sea RO Wielemakersbaan 6 Ride by the Sea 2 Inhoudsopgave Ruimtelijke Onderbouwing 3 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 1.1. Aanleiding en doel 1.2. Ligging plangebied 1.3. Geldend bestemmingsplan 1.4. Leeswijzer Hoofdstuk

Nadere informatie

Onderzoek luchtkwaliteit. Woontoren Bètaplein. Gemeente Leiden. Datum: 12 juni 2015 Projectnummer:

Onderzoek luchtkwaliteit. Woontoren Bètaplein. Gemeente Leiden. Datum: 12 juni 2015 Projectnummer: Onderzoek luchtkwaliteit Woontoren Bètaplein Gemeente Leiden Datum: 12 juni 2015 Projectnummer: 120728 SAB Postbus 479 6800 AL Arnhem tel: 026-357 69 11 fax: 026-357 66 11 Auteur: Johan van der Burg Projectleider:

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing vestiging Adriaans Veeg- en Rioolbedrijf op een perceel aan de Tramweg (De Smaale Mierlo).

Ruimtelijke Onderbouwing vestiging Adriaans Veeg- en Rioolbedrijf op een perceel aan de Tramweg (De Smaale Mierlo). Ruimtelijke Onderbouwing vestiging Adriaans Veeg- en Rioolbedrijf op een perceel aan de Tramweg (De Smaale Mierlo). Doel en aanleiding Verzoek Adriaans voor vestiging Adriaans heeft gevraagd om zich op

Nadere informatie

Memo INLEIDING. 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening. WETTELIJK KADER. Gemeente Oegstgeest.

Memo INLEIDING. 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening. WETTELIJK KADER. Gemeente Oegstgeest. Memo aan: van: Gemeente Oegstgeest Paul Kerckhoffs datum: 23 oktober 2015 betreft: Luchtkwaliteit Duivenvoordestraat Oegstgeest project: 100817 INLEIDING Provastgoed Nederland b.v. heeft het initiatief

Nadere informatie

Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon

Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon Van Provincie Noord-Brabant Aan Gemeente Bladel Onderwerp Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon Ter attentie van Zaak identificatie 07-11-2017

Nadere informatie

Skuniadyk 14 te Bakhuizen

Skuniadyk 14 te Bakhuizen 28 e Ontwerp-wijzigingsplan ex artikel 3.6 lid 1 onder a Wro van het Bestemmingsplan Buitengebied van de gemeente Gaasterlân-Sleat Skuniadyk 14 te Bakhuizen G E M E E N T E G A A S T E R L Â N - S L E

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen (ontwerp) Ruimtelijke onderbouwing "het realiseren van 15 camperplaatsen Blauhûsterwei 49 te Boelenslaan"

Gemeente Achtkarspelen (ontwerp) Ruimtelijke onderbouwing het realiseren van 15 camperplaatsen Blauhûsterwei 49 te Boelenslaan Gemeente Achtkarspelen (ontwerp) Ruimtelijke onderbouwing "het realiseren van 15 camperplaatsen Blauhûsterwei 49 te Boelenslaan" 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding voor de omgevingsvergunning met afwijking Op

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING RUIMTELIJKE ONDERBOUWING PROJECT: Uitbreiding woning aan de Broekdijk 3 Kesteren PROJECTNR: 12025 OPDRACHTGEVER: Fam. M. Heijnis Broekdijk 3 4041 CT Kesteren DATUM: 8 april 2013 Ruimtelijke onderbouwing

Nadere informatie

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 12 februari 2014 20102687-06v3 M. Blankvoort

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 12 februari 2014 20102687-06v3 M. Blankvoort Wilhelm Röntgenstraat 4 8013 NE Zwolle Postbus 1590 8001 BN Zwolle T +31 (0)38-4221411 F +31 (0)38-4223197 E Zwolle@chri.nl www.chri.nl Notitie 20102687-06v3 Clarissenhof te Vianen Beoordeling luchtkwaliteitseisen

Nadere informatie

Toelichting 1 Inleiding 2 Beleidskader 3 Beoordeling

Toelichting 1 Inleiding 2 Beleidskader 3 Beoordeling Toelichting Wijzigingsplan i.c. bestemmingsplan Buitengebied Sanjesreed 8c Oentsjerk (dagbesteding Bûtenút) 1 Inleiding Werk- en dagbesteding Bûtenút is gevestigd op een deel van de voormalige PTC+ locatie

Nadere informatie

2014-0030225. Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer gelezen de op 13 november 2014 ontvangen aanvraag van

2014-0030225. Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer gelezen de op 13 november 2014 ontvangen aanvraag van Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer gelezen de op 13 november 2014 ontvangen aanvraag van J. Verkuyl Kaagweg 35 2157 LH Abbenes Omgevingsvergunning voor het handelen in strijd met

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing Opgesteld door: Provincie Noord-Brabant 19-05-2016 S.M.Verhaart- Menken Versie: 3_19-05-2016 Inhoud

Nadere informatie