VACS NIEUWS. In deze nieuwsbrief:

Transcriptie

1 VACS NIEUWS In deze nieuwsbrief: Wat neem je mee op reis voor je hond? Wandeling Bussloo Balans Slakken Teken Oververhitting dikke vacht? Wat neem je mee op reis voor je hond? 1. EU-hondenpaspoort ( met chip- of tatoeagenummer), gezondheidsverklaringen voor niet EU landen en inentingsbewijzen. Kijk lang van te vorennaar landen met invoerregels. ( 2. Je mobiele telefoonnummer als identificatie aan de halsband van je hond. Geen naam alleen dat hij gechipt is, zodat ze de eigenaar wel kunnen vinden maar de hond niet kunnen roepen. 3. Riem, of meerder. 4. Tekentang 5. Oude deken voor in de auto en als slaapplaats in je accommodatie. 6. Of eigen mat of mandje. 7. Eten. Gebruik je blikvoer, vergeet de blikopener niet. 8. Is je hond gehecht aan zijn eigen voer en drinkbak neem die dan mee. Anders een afsluitbaar koelkastdoosje. 9. Opvouwbare drinkbak voor onderweg. 10. Genoeg water. 11. Ga je naar een warm land? Bodycooler. 12. Verwenbrokjes. 13. Speeltjes, kauwstokjes 14. Medicijnen als je hond die gebruikt. 15. Borstels 16. Keukenrol, vochtige doekjes. 17. Poepzakjes. 18. Oude handdoeken voor modderpoten

2 19. In sommige landen is het verplicht een muilkorf te hebben. 20. In Duitsland is het verplicht je hond vast te zetten in de auto. Wen hem hier van te voren aan Prettige vakantie Landelijke VACS hondenwandeling op 30 april 2016 in Bussloo Een geweldige dag op en fantastische locatie, in een schitterend natuurgebied,droog en met heel veel zon. Leuke gezellige mensen en lieve honden die zich voorbeeldig hebben gedragen. In het Hof van Bussloo werden we ontvangen met koffie en heerlijke krentewegge. Aan de kopjes hing een leuke attentie door Mevr. de Vries gemaakt. Er werd volop gekeuveld terwijl Wendy en Rick alles voor de fotoshoot klaarzetten. Een prima ambiance, een ongedwongen sfeer. Een goed verzorgde tombola waar men altijd prijs had.

3 Nadat alle honden ongedwongen op de foto waren gezet en nog een kopje thee of koffie gingen we samen met de honden, op een paar leden na, aan de wandel. Om het gebied lag een verhard pad zodat we niet veel door de modder hoefden te lopen. Lekker zonnetje en een wandeling van 6,5 km in ongeveer 1,5 uur. De honden mochten ook zwemmen maar het waren allemaal mietjes die geen natte poten wilden hebben. De honden hebben genoten en volop gerend en de baasjes ook. De wandeling was zo voorbij omdat er veel werd gepraat over onze honden.

4 De leden die niet met de wandeling mee gingen hebben zich ook niet verveeld want die hebben volop plannen zitten te maken voor andere evenementen van de VACS. Bij terugkomst zijn we lekker in het zonnetje op het buitenterras gaan zitten voor een drankje en iets te eten. We hebben grote bewondering voor onze oudste leden die nog steeds zich met hart en ziel voor ons mooie ras: de amerikaanse cocker spaniel, willen inzetten en die ook op deze dag aanwezig waren. Mensen die niet geweest zijn hebben beslist iets gemist

5 Balans Het ware rastype is verbonden met constructie en beweging. Rastype bij de cockerspaniel houdt in: juiste structuur en proporties, licht aflopende topline, correct hoofd, goede vachtstructuur, temperament, silhouette en andere kwaliteiten beschreven in de standaard. De outline van de Amerikaanse cocker spaniel tijdens het gaan moet eruit zien als een vrolijke hond met de juiste constructie en balans dat hem een gecoördineerd, soepel en moeiteloos gangwerk mogelijk maakt. Bouw en Gangwerk: Gangwerk is een manier van lopen. Als je het over honden hebt is het de voorwaartse manier van lopen. Het is de conclusie en het resultaat van de bouw en het bewijs van sound of unsound zijn van een hond. Sound zijn is de meest belangrijke kwaliteit in iedere hond en deze soundness is het best te verklaren door de hond te laten lopen. Sound zijn is allesomvattend. Dus U begrijpt waarom dit zo belangrijk is. Soundness is bijna synoniem aan balans. Balans is, wanneer we het over honden hebben, de belangrijkste term in de standaard. Balans is de harmonie van de onderdelen tot een perfect geheel. Perfecte onderdelen alleen zijn niet genoeg zonder de juiste afmetingen en balans. Door onderdelen samen te voegen kan de hond nog steeds een ongebalanceerd gedrocht zijn. Het gemis aan kennis van bouw is de grootste factor bij fokkers en keurmeesters om te weten wat er fout is in het gehele plaatje van een ras en speciaal bij cocker spaniels. Als de keurmeester niet over die kennis beschikt zal hij honden plaatsen die niet in balans en niet typisch zijn en daarom verantwoordelijk voor het fokken en showen van deze verkeerde exemplaren. Als het de fokker is (fokker is hier een ruim begrip) die niet over kennis van een goede bouw beschikt, is hij natuurlijk verantwoordelijk voor deze incorrecte creaturen. Opleiding is essentieel voor beide en een grote stap in de goede richting. De standaard is nogal precies over de bouw en over de individuele onderdelen van een cocker. De harmonie van deze onderdelen is net zo belangrijk in het geheel.

6 De standaard zegt: De schouders liggen goed schuin en vormen met de bovenarm een hoek van ongeveer 90 graden waardoor de hond zijn voorbenen gemakkelijk en goed uitgrijpend kan bewegen. De schouders zijn scherp belijnd, schuin geplaatst, niet beladen en zo geplaatst dat de toppen van de schoft een hoek vormen die een ruime ribwelving toestaat. De diepte van de borst moet reiken tot aan de ellebogen, waarbij er genoeg ruimte moet zijn voor hart en longen, maar niet zo ruim dat de voorwaartse beweging van de voorbenen hierdoor gehinderd wordt. De ribben zijn diep en goed gewelfd. De rug is sterk en licht gelijkmatig aflopend van de schouders tot aan de aanzet van de gecoupeerde (bij ons ongecoupeerde) staart. De gecoupeerde staart (bij ons ongecoupeerde staart) is aangezet en wordt gedragen in een lijn met de topline van de rug of lichtelijk hoger; maar nooit rechtop als een terriër of zo laag dat de indruk van angst wordt gewekt. Als de hond in actie is, is de beweging van de staart vrolijk. Voorbenen zijn evenwijdig aan elkaar, recht, met sterk bot, gespierd en zijn aangesloten tegen het lichaam en goed onder het schouderblad geplaatst. Van de achterzijde bekeken, zijn de achterbenen evenwijdig aan elkaar, zowel in stand als in de beweging. Sterk bot en goed gespierd. Matige kniehoeking, het kniegewricht is sterk en zakt niet door in de beweging of bij het staan. Krachtige duidelijk afgetekende dijen. Sterk en laag geplaatste hakken. Denk erom dat de standaard spreekt over: Hij dient op rechte voorbenen te staan en een goede schouderhoogte te hebben, waarbij de stevige rechte ruglijn afloopt naar de sterk bespierde achterhand. Hij is in staat een aanzienlijke snelheid te ontwikkelen en beschikt over een groot uithoudingsvermogen. De hoek van de schouder naar de bovenkant elleboog (zie foto) is 90ᵒ. De schouderstand is 45ᵒ. Dit is de juiste stand en zorgt voor een correcte neklengte.hoewel de voorborst niet specifiek wordt benoemd in de standard zal je een juiste voorborst hebben als de hoeken zoals beschreven goed zijn. Als je een lijn trekt even voor de staartaanzet naar de top van de knie en dan naar de top van de hak zul je hier ook ongeveer een hoek van 90ᵒ vinden. Wanneer dat zo is heb je een correcte achterhand met onderdelen die passen bij de voorhand. Als de voorhand hoeking meer is dan 90ᵒ, krijg je korte nekken (terrier), weinig borstdiepte en geen topline. In plaats van een goed uitgrijpend gangwerk zal de hond twee keer zo snel, op en neer gaan en weinig grond beslaan. Dit is een fout bij cockers. Als de achterhand correct is bij de honden met bovenstaande fout zal de hond scheef gaan om niet in botsing te komen met zijn voorvoeten. Hij kan geshowd worden met een topline door de achterpoten te spreiden en hem naar achteren te duwen maar staat zelden van nature goed. Gewoonlijk compenseert een hond met dit type front met een achterhandhoeking van meer dan 90ᵒ en zal hij een lange, nauwe achterhand hebben in plaats van de gespierde achterhand waar de standaard om vraagt. Dit is ook het veel voorkomend type in de showring en die verbazend veel wint. Wanneer de voorhand goed is en de achterhand overgehoekt zal de hond met een zwakke rug lopen en zal wegglijden en heeft vaak een omgekeerde topline. Als de onderdelen niet bij elkaar passen zal dit vaak resulteren in koehakken, wegglijden en heupdysplasie.

7 Hoofd: Het hoofd bij de Amerikaanse Cocker is erg belangrijk. Het is een van de grootste verkooppunten van ons ras. Het is het eerste wat mensen zien en het eerste dat keurmeesters beoordelen op de tafel. Wanneer een amie je met die prachtige, donkere, expressieve ogen aankijkt zie je bijna zijn ziel naar je kijken. Wanneer deze ogen omgeven zijn door een diepe, vierkante, fluweelachtige snuit en omgeven door lange, laagaangezette zijdeachtige oren is dit een kunstwerkje. Maar, als het een prachtig hoofd is met een arm lichaam is het geen goede cocker, het is ook waar dat een goed lichaam met een minder fraai hoofd ook geen goede cocker is. Wanneer een cocker zijn mooie hoofd niet heeft, verliest hij het ding waarmee hij zich onderscheidt van andere honden. Zonder dit hoofd zou hij alles kunnen zijn, zelfs een bastaard. Door de jaren heen hebben we sommige keurmeesters gezien die honden lieten winnen met lichte ogen, hoge ooraanzet, brede schedels en zwakke snuiten.. Ik denk dat de meeste keurmeesters wel een goed hoofd herkennen en ook de fouten beschreven in de standaard. Maar het grote probleem is dat ze niet zien dat de combinatie het belangrijkst is. In het hoofd en in het lichaam zijn de onderdelen afzonderlijk niet belangrijk maar goede afmeting en alles te samen en balans in alles, is noodzakelijk. De standaard zegt: Voor een correcte balans, is de afstand van de stop tot de punt van de neus de helft van de afstand van de stop over de kruin tot aan de schedelrand. De bovenlip is vol en van voldoende diepte om de onderkaak te bedekken. Ook de snuit is breed en diep. De bovenlip is vol en van voldoende diepte om de onderkaak te bedekken. De oogbollen zijn rond en vol en kijken recht vooruit. De vorm van de oogranden maakt dat het oog enigszins amandelvormig lijkt, het oog mag geen zwakke indruk geven. Het oog mag nog te diep zijn noch te veel uitpuilen. De kleur van de iris is donkerbruin en in het algemeen geldt hoe donkerder hoe beter. Een goed gevormd hoofd moet in evenredigheid zijn met de rest van de hond, dit omvat een intelligent, alerte, zachte en innemende expressive. De kaken zijn vierkant en diep. De tanden sterk en gaaf, niet te klein, een schaargebit vormend. Wangen: Niet prominent

8 Neus: Van voldoende grootte om een evenredig geheel te vormen met voorsnuit en aangezicht, met goed ontwikkelde neusgaten welke typerend zijn voor een jachthond. Oren: Lobvormig, lang, fijn en dun, goed bevederd en niet hoger geplaatst dan in een lijn met het onderste ooglid. Je ziet zelden een goede ooraanzet bij een brede schedel. Topline: De correcte bouw beschreven in onze standaard zal resulteren in een goede topline. Als de hond een goede schouderligging, een correct front en ook een gebalanceerde achterhandconstructie heeft zal de hond een goede topline hebben mits er een goede balans is tussen deze twee onderdelen. Als de schouders niet schuin genoeg liggen zal dat de afwezigheid van topline verklaren. De schoudertoppen zullen verder uit elkaar staan. Dit kan invloed hebben op de hoogte van de hond. Ook als de afmetingen van het schouderblad bij twee honden hetzelfde is kan het 2cm. in hoogte schelen. Wanneer je onthoudt dat de maximum hoogte 39,34 cm ( reu) is kun je duidelijk zien wat 2 cm kunnen uitmaken. Je zult zeker het verschil zien tussen een goede en slechte topline. Wanneer je hieraan twijfeft, neem een hond zonder topline en plaats hem met de voorpoten op een boek van 2 cm dikte. Neem afstand en bekijk de topline nu. Als de voorbenen van de elleboog tot de grond in vergelijking met de afmeting en hoeveelheid hoeking in de achterhand te kort zijn, zal hij ook geen topline hebben en in extreme gevallen een omgekeerde topline (running downhill). Het belangrijkste in de Amerikaanse Cocker Spaniel is balans. Slakken kunnen een ernstige bedreiging betekenen voor honden Bayer Animal Health 19 mei 2016 Eerste Belgisch onderzoek naar ziekte veroorzaakt door longwormen en overgedragen door slakken bij honden De longworm, een parasiet die enkele jaren geleden nog onbekend was in België, veroorzaakt tegenwoordig steeds meer infecties bij onze honden. Niet zonder risico, want de ziekte tast voornamelijk de luchtwegen aan en kan fataal aflopen zonder correcte diagnose. Op vraag van de business unit Animal Health van Bayer onderzochten prof. Bertrand Losson en dr. Laetitia Lempereur het voorkomen van longwormen in Wallonië. Parasiet vestigt zich in nieuwe regio s, waaronder België De laatste jaren duikt longwormziekte of angiostrongylose steeds meer op bij honden in België. De aandoening wordt veroorzaakt door een kleine worm, Angiostrongylus vasorum, die overgedragen wordt door opname van naakt- en huisjesslakken en waarschijnlijk ook hun slijm. Prof. Bertrand Losson, hoogleraar diergeneeskunde, infectie- en parasitaire ziektes aan de universiteit van Luik, en dr. Laetitia Lempereur stellen de resultaten voor van het

9 eerste Belgische onderzoek naar longwormziekte. De onderzoekers testten 979 honden in Wallonië, waarvan er 222 de symptomen van longwormziekte vertoonden. Uiteindelijk bleek 8,6% van de honden met symptomen positief op de parasitaire infectie. Daarmee bevestigt de studie de uitbreiding van de longwormziekte naar nieuwe regio s. De infectie komt momenteel voor in de meeste Europese landen, waaronder onze buurlanden (Frankrijk, Duitsland, Verenigd Koninkrijk, Nederland) en sinds 2013 ook in België. De voorbij twee decennia is de longwormziekte sterk opgerukt in Europa. Enerzijds stijgt het aantal geïnfecteerde honden in landen waar de parasiet leeft, anderzijds komen er nieuwe regio s bij waar de longworm zich vestigt. Die heropleving is waarschijnlijk te wijten aan de opwarming van het klimaat en een sterkere resistentie van naaktslakken en huisjesslakken tegen de klimatologische omstandigheden. Ook speelt de opmars van de vos in stedelijke gebieden, want vossen worden beschouwd als de belangrijkste gastheer van de longworm. Daarnaast verplaatsen honden zich steeds vaker van het ene land naar het andere ze gaan met hun baasjes mee op reis. Vossen of slakken in de buurt = risicofactor De aanwezigheid van vossen, naaktslakken en huisjesslakken in de omgeving moet beschouwd worden als een risicofactor voor de longwormziekte. Honden worden meestal geïnfecteerd wanneer ze een naaktslak of huisjesslak eten die besmet is met de larven van de parasiet. Vooral jonge honden worden het vaakst geïnfecteerd (50% van de besmettingen bij honden < 1 jaar), net omdat ze heel speels en nieuwsgierig zijn. De symptomen variëren sterk en kunnen makkelijk verward worden met die van andere aandoeningen. Bovendien ontwikkelen sommige honden nauwelijks symptomen, terwijl andere ernstige letsels krijgen die snel tot de dood kunnen leiden. De meeste honden vertonen problemen van de luchtwegen, zoals hoesten en inspanningsintolerantie. Maar ook bloedingen en neurologische symptomen kunnen voorkomen.

10 Opgelet!!!! Teken k ruipen ook tussen de tanden of in de oorschelp, kunnen ook tussen de teentjes zitten, op de pootjes en de staart en rond de ogen, plaatsen die we dikwijls vergeten na te kijken... Dus zeker deze plekken niet overslaan! Dit jaar gaan er trouwens veel teken zijn door de warme winters en waarschijnlijk blijft dit zo naar de toekomst toe, dus wees gewaarschuwd OVERVERHITTING DOOR EEN DIKKE VACHT? Er wordt nog regelmatig gevraagd of de hondenvacht geschoren kan worden vanwege de warmte. Hieronder een uitgebreide uitleg waarom het geen zin heeft! BONTJAS...? Helaas wordt de vacht van huisdieren ten onrechte als een extra bontjas gezien, maar die vergelijking gaat niet op. Natuurlijk, als wij in de zomer een bontjas (huid èn ondervacht èn bovenharen van een pelsdier!) dragen krijgen we het ongelooflijk heet. Maar wij hebben een ander regulatiesysteem. Als mensen in een 'te warme' omgeving zijn ( +25 graden) of zelf warmte-overschot creëeren door inspanning wil ons lichaam die warmte kwijt. De bloedvaten verwijden zich (de huidhaarvaten kleuren je vel dan rood) zodat het bloed warmte kan afgeven aan de koelere omgeving. Bovendien voeren exocriene (op de huid uitmondende ) zweetklieren lichaamsvocht af. Daarbij verlaat niet alleen vocht maar ook warmte het lichaam. En nog mooier is dat dat vocht verdampt op de huid, wat ook weer verkoeling geeft. Er bestaat veel onwetendheid over hyperthermie, of oververhitting bij dieren. In veel gevallen worden vachten afgeschoren, uitgedund of van de onderwol ontdaan. Ik wil graag een lans breken voor het behoud van een intacte vacht... Ik hoop dat dit onderbouwende verhaal duidelijk is voor professionele vachtverzorgers en voor eigenaren... Het lichaam van de hond moet een constante temperatuur houden, 38 tot 39 graden, afhankelijk van de grootte van het dier. De dekharen, de onderwol, de huid en de onderhuid (met vetcellen) vormen samen de isolerende factor.

11 In elk seizoen moet de lichaamstemperatuur constant blijven. Dat geldt dus zowel voor buiten wandelen bij --15 als voor de kachel met +25 graden Celsius. En in de zomer ; liggend in de zon of op een tochtend hoekje op het terras, binnenin het hondenlijf blijft het steeds 38 tot 39. De vacht is 'slechts' een onderdeel van de isolatie, maar wel een heel belangrijk deel. Denk eens aan je thermoskan, die bij het schaatsen de chocolademelk warm houdt en 's zomers de limonade koel. Zou je die dranken in een gewone, enkelwandige fles doen dan koelde je chocolademelk af en werd de limonade warm. De dikte van de wand, en dan vooral de isolerende luchtlaag ertussen, is dus duidelijk van belang. Die luchtlaag is in ruime mate aanwezig tussen de haren, en dan met name in de onderwol in de vacht. Bovendien werkt de vacht als een parasol, zodat de zonnestraling niet direct de zongevoelige huid bereiken kan. Zonverbranding door UV-B straling, en DNA-schade door UV-B straling wordt door een intacte, gepigmenteerde vacht tegengegaan. (Zeer kortharige en wit/licht getinte dieren zijn dus extra gevoelig). Vergelijk de werking van de thermoskan maar weer eens als deze in de badtas tussen de handdoeken zit of juist pal in de zon staat... Een extra manier om warmte af te voeren is plat op de buik op een koele ondergrond te gaan liggen. De bloedvaten in de schaars behaarde oksels en liezen zijn verwijd zodat de verhoogde bloedtoevoer langs die weg veel warmte aan de koude ondergrond kan afgeven. Na een tijdje staat de hond dan op, neemt misschien een slok water (met hijgen verliest hij vocht) en ploft iets verderop neer op een nieuwe koele ligplaats, de vorige is immers verwarmd geraakt. 'Hij weet niet waar hij het zoeken moet'? Hij weet het juist dónders goed! Het bioritme van de huishond heeft zich behoorlijk aangepast aan ons leefschema. Tijdens warmere perioden moeten we dit toch liever laten varen. Plan wandelingen in de randen van de dag, blijf tussen 12 en 3 uur 's middags uit de (dan sterke) zon en áls er al gespeeld of getraind moet worden (?) doe het dan als 's avonds de koelte invalt. Heel veel honden zijn zonaanbidders en je snapt soms niet hoe ze het in de blakerende zon uithouden. Zolang het een gezond dier betreft hoeft dit geen bezwaar te zijn. De koudere ondergrond vormt meestal net de tegenhanger van de hete zon, zodat de lichaamstemperatuur in balans blijft. Voor honden met artrose kan lang op een te koude ondergrond stijfheid opleveren. Overleg dan met de dierenarts of medicatie mogelijk is. Wees je er wel van bewust dat een dunne of getrimde vacht, zeker met weinig tot geen pigment, zonnestraling doorlaten. Het dier zelf heeft daar geen weet van en kan verbrandingen en erger oplopen. Ook (niet tot) matig gepigmenteerde, kort behaarde oren en snuiten van 'normale vachten' zijn gevoelig voor zonnebrand en uiteindelijk voor huidtumoren.

12 Laat de zon liefhebbers gewoon niet buiten tussen 12 en 3 uur 's middags. Samengevat...laat een hond lekker hijgen, sta hem toe de koelste plek op te zoeken en neem hem niet mee op wandelingen. Laat hem niet werken of in een kleinere ruimte achter. Kortom, laat hem lekker lui zomervakantie houden. Is hij van een erg actief type, dwing hem dan tot rust en laat de bal thuis. Maar laat zijn onmisbare, huidbeschermende vacht zoveel mogelijk met rust. Voor honden met vachten die getrimd moeten worden is het belangrijk een vachtlengte van zeker anderhalve, bij lichte dieren zelfs meer centimeter, te sparen. Een verstandige trimmer weet ervan. Een fijne zomer gewenst. Met dank aan Jet Bijen / tekst