Het Beverpad. Handleiding voor ouders/begeleiders

Transcriptie

1 Het Beverpad Handleiding voor ouders/begeleiders

2 INLEIDING Enkele weken voor het bezoek aan de Biesbosch hebben de kinderen een brief gekregen van de familie Bever uit Duitsland. In de brief werd verteld dat het leefgebied van de bevers in Duitsland overbevolkt is. De bevers zoeken een nieuw gebied om te wonen. De kinderen gaan, als beverspeurneuzen, kijken of de Biesbosch een geschikt gebied is voor de familie Bever. Dit gaan ze doen aan de hand van dit beverpad. Deze handleiding bevat enkele algemene tips voor de begeleiding van de kinderen. Vervolgens wordt iedere opdracht kort en duidelijk uitgelegd. We hopen dat u zo genoeg informatie hebt om het beverpad met de kinderen te bewandelen. We wensen u en de kinderen veel plezier! ALGEMENE TIPS Het is de bedoeling dat de kinderen tijdens de wandeling zoveel mogelijk zelfstandig doen. Uw taak als begeleider is het uitleggen en begeleiden van de opdrachten en het begeleiden van de kinderen over Toontjesplaat. Het is aan te raden alle opdrachten goed door te lezen voordat u een bezoek gaat brengen aan de Biesbosch. Zo komt u niet zomaar voor verrassingen te staan. Bij iedere post vindt u een opdrachtenbordje. De tekst op de verschillende bordjes staat afgedrukt in dit boekje. Het is de bedoeling dat de tekst op het bordje hardop wordt gelezen. Wanneer de kinderen zelf kunnen lezen, kunt u ze om de beurt een bordje voor laten lezen. Is dit niet het geval, dan moet u het zelf voorlezen. De benodigdheden en werkwijze per opdracht staan ook aangegeven in deze handleiding. Deze tekst hoeft u niet aan de kinderen voor te lezen. Denk aan de veiligheid van de kinderen. Vooral bij opdracht 1, het proefje met water, moet even goed worden opgepast. Vindt u het te gevaarlijk, dan moet u zelf het water pakken. Zorg ervoor dat alle kinderen in uw groepje even veel aandacht krijgen. Neem de tijd voor het uitvoeren van de opdrachten. Het is beter minder opdrachten met aandacht en zorg uit te voeren dan alle opdrachten afraffelen. Geef de kinderen rust en ruimte om de natuur te beleven.

3 OPDRACHT 1: WATER ONDERZOEK Hallo, ik ben Babette Bever. Ik hou heel veel van zwemmen! Ik ben benieuwd wat voor water er daar in de Biesbosch is. Willen jullie dat voor mij onderzoeken? 2 lege glazen potjes 1 glazen potje gevuld met leidingwater 1 thermometer 1 filter + filterhouder kleine emmer Haal Biesboschwater uit de sloot met de emmer. Denk hierbij aan de veiligheid van de kinderen. Meet de temperatuur van het water. Gooi de helft van het water door de filter en vang het op in het andere potje. Dit potje bevat nu gefilterde water. Wat is er gebeurd met het water? Wat is er gebeurd met de filter? Gooi de andere helft van het water uit de emmer in het tweede glazen potje. Dit water is niet gefilterd. Zet de 3 potjes op een rij voor de kinderen. Het potje gefilterde water, het potje niet gefilterde water en het potje leidingwater. Bekijk de drie potjes goed. De kinderen doen hun ogen dicht, terwijl u de potjes in een andere volgorde zet. Herkennen de kinderen nog welk water in welk potje zit? OPDRACHT 2: TANDEN Hoi, Ik ben babybever! Ze zeggen dat ik van die grote tanden heb om te kunnen knagen. Maar ik drink nu alleen nog maar melk hoor! Willen jullie voor mij kijken of je echt je voortanden nodig hebt om te knagen? drie appels takken met vraatsporen van de bever mesje De begeleider snijdt de appels in stukken en geeft ieder kind een stukje. Neem een hapje en probeer je voortanden niet te gebruiken. Probeer het nu nog een keer en gebruik je voortanden wel. Merk je het verschil? Bekijk nu de takken. Waar komen die plekken vandaan? Herken je de vraatsporen als tandafdrukken. OPDRACHT 3: BOOMSCHORS He, ik ben Bolly Bever. Ik ben dol op lekker en vooral veel eten. Wij bevers eten gras, riet, maar het liefst eet ik boomschors.is er daar in de Biesbosch wel genoeg boomschors? 6 velletjes blanco A4-papier 6 vetkrijtjes in dezelfde kleur Ieder kind krijgt een stuk wit papier en een krijtje. Zoek een mooie boom uit. Maak een afdruk van de schors door met het krijtje over het papier te krassen. Schud nu de afdrukken door elkaar en leg ze naast elkaar neer. Probeer je eigen afdruk terug te vinden.

4 OPDRACHT 4: BURCHT BOUWEN Hallo, ik ben Benno Bever en mag mijn vader vaak helpen met het zoeken en knagen van takken en het bouwen van een burcht. Is er in de Biesbosch ook plaats om te knagen en te bouwen voor mij? takken uit de directe omgeving Zoek kleine takjes en probeer een klein hutje of nestje te bouwen. Gaat dat gemakkelijk? Probeer eens een takje te breken, te knopen of te vlechten. Lukt dat? Is het stevig? Is de tijd voorbij, dan moet de burcht weer worden afgebroken. OPDRACHT 5: GELUID/GEHOOR Gutentag, ik ben bevermamma. Als er gevaar dreigt, dan waarschuwen wij elkaar met onze staart. Maar ik ben altijd bang dat mijn kinderen het niet horen. Willen jullie dat voor mij eens gaan uitproberen? Beverstaart (echt) Beverstaart (nep) Ga in een kring staan of zitten. Doe je ogen dicht en wees heel stil. Wat voor geluiden hoor je allemaal? Wanneer de kinderen zelf nergens meer mee komen, kunt u ze op de volgende geluiden wijzen: * ritselen van bladeren * ruisen van de wind * geluiden van andere kinderen e.d. Probeer zelf geluiden te maken met dingen uit de omgeving. Spel: De kinderen lopen in het rond. Een kind heeft de nep beverstaart beet. Wanneer het kind met de beverstaart ergens tegen aanslaat moeten de andere kinderen zo snel mogelijk op hun hurken gaan zitten. Degene die het laatst op zijn hurken zit valt af. OPDRACHT 6: KLEINE DIEREN Hoi, hoi, ik ben beverboy. Ik ben dan nog wel niet helemaal groot gegroeid, maar zijn er ook grote dieren in de Biesbosch? En kleinere dieren, als ik, zijn die er ook? * drie loupe-potjes Noem een aantal grotere dierenvrienden op. Zie je ook aan dingen in de omgeving dat er andere dieren leven? Zoek nu ook eens kleinere dieren op, met behulp van de loupe-potjes. Omschrijf de beestjes. Hoeveel poten? Welke kleur?

5 OPDRACHT 7: OMGEVING Hello, ik ben Belle Bever. Ik houd van mooie dingen. De omgeving van de Biesbosch is toch ook wel mooi? Willen jullie dat voor mij gaan bekijken? * 6 loupe-potjes Deel de 6 loupe-potjes uit onder de kinderen. Vraag ze allemaal om iets in de omgeving te zoeken dat ze mooi of apart vinden. Dit stoppen ze in de loupe-potje om het beter te bekijken. Terug in de kring laat de kinderen één voor één vertellen waarom ze hun voorwerp zo leuk vinden. Vertel de kinderen van tevoren dat ze niets mogen plukken. De kinderen kunnen onderling hun potjes wisselen en proberen het voorwerp van een ander weer terug te vinden. De schoolgids kan wellicht een leuk verhaal vertellen over de gevonden voorwerpen