CMWO L GEBRUIKSAANWIJZING

Transcriptie

1 MAGNETRON CMWO L GEBRUIKSAANWIJZING Leest u s.v.p. deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en gebruikt. Schrijf in de opengelaten ruimte hieronder het SERIENR. op, dat u kunt vinden op het etiket van uw magnetron, en bewaar deze informatie voor toekomstige raadpleging. SERIENR.

2 VOORZORGSMAATREGELEN OM EVENTUELE OVERMATIGE BLOOTSTELLING AAN MICROGOLFENERGIE TE VOORKOMEN 1. Probeer deze magnetron niet te gebruiken met de deur open. Dit kan resulteren in gevaarlijke blootstelling aan microgolfenergie. Het is belangrijk de interne beveiliging niet uit te schakelen of aan te passen. 2. Plaats geen voorwerpen tussen de voorzijde van de magnetron en de deur, en zorg ervoor dat er geen vuil of resten van schoonmaakmiddelen blijven zitten op de verzegelende oppervlakken. 3. Gebruik de magnetron niet wanneer het apparaat beschadigd is. Het is zeer belangrijk dat de deur van de magnetron goed sluit en dat er geen schade toegebracht wordt aan: a. De deur (buigen), b. Scharnieren en sluitingen (kapot of los), c. De verzegeling van de deur en de verzegelingsoppervlakken. 4. De magnetron mag alleen gerepareerd of aangepast worden door gekwalificeerd onderhoudsdpersoneel. Inhoud - SPECIFICATIES - GEBRUIK VAN DE X2 TOETS - BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN - INSTALLATIE - KINDERSLOT - AANTAL KEREN GEBRUIK TELLEN - AARDINGSINSTRUCTIES - NUTTIGE AANWIJZINGEN - DIAGRAM EN BEDIENINGSPANEEL - ACTIE-INDICATORS DIGITAAL DISPLAY-SCHERM - DE FUNCTIES VAN DE MAGNETRON INSTELLEN - BEVROREN VOEDSEL ONTDOOIEN - VOOR DE BESTE RESULTATEN - TIJD EN VERMOGEN - BELANGRIJKE ADVIEZEN - BEREIDING IN MEERDERE FASEN - MAGNETRONREGELS - BEREIDINGSPROGRAMMA OPSLAAN - REINIGING EN ONDERHOUD SPECIFICATIES Stroomverbruik 230V, 50Hz, 1500W(Microgolf) Aangegeven uitgangsvermogen magnetron: 1000W Gebruikte frequentie: 2450MHz Buitenafmetingen: 312mm(H) 520mm(B) 435mm(D) Ovencapaciteit: Netto gewicht: 25 Liter Ca. 17,7 kg * Alle gegevens zijn onderhevig aan veranderingen, en moeten door de gebruiker gecontroleerd worden aan de hand van de gegevens op het etiket op de oven. Klachten over fouten worden niet in behandeling genomen.

3 BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Bij het gebruik van elektrische apparatuur moeten altijd standaard voorzorgsmaatregelen voor de veiligheid getroffen worden, zoals de volgende: WAARSCHUWING: Om het risico op verbrandingen, elektrische schokken, brand, lichamelijk letsel of blootstelling aan teveel microgolfenergie te verkleinen: WAARSCHUWING: Wanneer de deur of de verzegeling van de deur beschadigd is, mag de magnetron niet gebruikt worden totdat het apparaat gerepareerd is door een vakkundig reparateur. Lees alle instructies voordat u het apparaat in gebruik neemt. Gebruik dit apparaat uitsluitend zoals beschreven in deze gebruiksaanwijzing. Gebruik geen bijtende chemische middelen of damp met dit apparaat. Deze magnetronoven is gemaakt voor het verwarmen, bereiden of drogen van voedsel. Het apparaat is niet gemaakt voor industriëel of laboratoriumgebruik. Laat de magnetron niet werken wanneer deze leeg is. Gebruik dit apparaat niet wanneer het elektriciteitssnoer of de stekker beschadigd is, wanneer het apparaat niet goed functioneert, of is gevallen of beschadigd. Als het elektriciteitssnoer beschadigd is, moet het vervangen worden door de fabrikant of door gekwalificeerd onderhoudspersoneel om gevaar te voorkomen. WAARSCHUWING: Laat kinderen alleen zonder toezicht de magnetron gebruiken wanneer ze voldoende instructies hebben ontvangen, zodat het kind in staat is de magnetron op een veilige manier te gebruiken en de gevaren van onjuist gebruik begrijpt. Om het risico op brand in de ovenruimte te verminderen: Houd tijdens het verwarmen van voedsel in plastic of papieren containers de oven in de gaten, om er zeker van te zijn dat het materiaal niet gaat branden. Haal sluitingen van metaaldraad van papieren of plastic zakken voordat u de zak in de oven plaatst. Schakel het apparaat uit of haal de stekker uit het stopcontact wanneer u rook waarneemt, en houd de deur gesloten om eventuele vlammen te doven. Gebruik de ovenruimte niet als opslagruimte. Laat geen papieren producten, kookgerei of voedsel in de ovenruimte staan wanneer de magnetron niet in gebruik is. WAARSCHUWING: Vloeibaar of ander voedsel mag niet opgewarmd worden in dichte containers, omdat deze kunnen exploderen. Het in de magnetron verwarmen van dranken kan leiden tot kookvertraging, waardoor de drank uit de container kan spatten. Wees daarom voorzichtig wanneer u de container oppakt. Gebruik de magnetron niet om voedsel te frituren. De hete olie kan de onderdelen van de magnetron en de container beschadigen, en kan leiden tot verbrandingen. Eieren in de schaal en hardgekookte eieren mogen niet verwarmd worden in de magnetron, omdat deze zelfs na het verwarmen kunnen exploderen. Prik voor het bereiden gaatjes in etenswaren met dikke schillen, zoals aardappelen, pompoenen, appels en kastanjes. Schud de inhoud van flessen babymelk en potjes babyvoeding en controleer de temperatuur voordat u de baby voedt, om verbrandingen te voorkomen. Containers kunnen heet worden doordat ze in contact komen met het verwarmde voedsel. Het kan nodig zijn pannenlappen te gebruiken om de container op te pakken. Controleer dat een container geschikt is voor gebruik in de magnetron. Containertest: Plaats de lege container in de over en laat de magnetron 60 seconden lang werken op hoog vermogen. Als de container erg heet wordt, kan deze beter niet gebruikt worden. WAARSCHUWING: Alleen gekwalificeerde reparateurs mogen onderhouds- of reparatiehandelingen uitvoeren waarvoor de behuizing die beschermt tegen blootstelling aan microgolfenergie geopend moet worden. Voor ieder ander is dit gevaarlijk. Gebruik alleen containers die geschik zijn voor gebruik in de magnetron. De oven moet regelmatig schoongemaakt worden en voedselresten verwijderd. Als u de oven niet goed schoonhoudt, kan dit leiden tot verslechtering van het oppervlak waardoor de levensduur van het apparaat aanzienlijk verkort wordt, en waardoor gevaarlijke situaties kunnen ontstaan. Het apparaat mag niet gereinigd worden met een waterspuit (voor apparaten die bedoeld zijn om op de vloer te staan en die tenminste IPX5 zijn). Dit product is een Groep 2 Klasse B ISM-apparaat.

4 Groep 2 omvat alle ISM (Industrial, Scientific and Medical (Industriëel, Wetenschappelijk en Medisch)) apparatuur waarin radiofrequentie-energie bewust wordt opgewekt en/of gebruikt in de vorm van elektromagnetische straling voor de behandeling van materiaal, en vonkerosie-apparatuur. Klasse B-apparatuur is apparatuur die geschikt is voor huishoudelijk gebruik en op plaatsen die direct aangesloten zijn op een stroomvoorzieningsnetwerk met lage spanning dat geleverd wordt aan gebouwen die gebruikt worden INSTALLATIE Controleer dat alle verpakkingsmateriaal van de binnenzijde van de deur verwijderd is. WAARSCHUWING: Gebruik de oven niet in het geval dat u beschadigingen vindt, en raadpleeg gekwalificeerd onderhoudspersoneel. Deze magnetron moet op een gelijkmatig, stabiel oppervlak geplaatst worden dat het gewicht van de oven en het zwaarste voedsel dat in de magnetron bereid wordt kan weerstaan. Plaats de oven niet op hete, natte of vochtige AARDINGSINSTRUCTIES Dit apparaat moet geaard worden. Deze magnetron is voorzien van een elektriciteitssnoer met een aardingsdraad en een aardingsstekker. Deze moet in een stopcontact gestoken worden dat goed geïnstalleerd en geaard is. In het geval van kortsluiting vermindert de aarding het risico op elektrische schokken, doordat de elektrische stroom kan ontsnappen via de aardingsdraad. U wordt aangeraden een apart circuit te gebruiken waarop alleen de magnetron is aangesloten. Het gebruik van een hoge spanning is gevaarlijk, en kan brand of schade aan de magnetron veroorzaken. WAARSCHUWING: Onjuist gebruik van de aardingsstekker kan leiden tot risico op elektrische schokken. voor huishoudelijke doeleinden. Dit apparaat mag niet gebruikt worden door personen (ook kinderen) met lichamelijke, zintuigelijke of mentale beperkingen, of door personen zonder ervaring en kennis, tenzij zij onder toezicht staan en instructies ontvangen over het gebruik van dit apparaat door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Houd kinderen in het oog en zorg ervoor dat ze niet met het apparaat gaan spelen. plaatsen, of vlakbij ontvlambare materialen. Om goed te kunnen werken moet er voldoende ventilatie mogelijk zijn rond de magnetron. Laat 20cm ruimte boven de oven, 10cm aan de achterzijde en 5cm aan beide zijden over. Bedek of blokkeer de openingen van het apparaat niet. Verwijder de pootjes niet. Controleer dat het elektriciteitssnoer niet beschadigd is, en dat het niet onder de oven doorloopt of over hete of scherpe oppervlakken loopt. 1. Raadpleeg een gekwalificeerd electriciën of reparateur wanneer u vragen heeft over de aarding of de elektrische instructies. 2. De fabrikant noch de handelaar kan aansprakelijkheid aanvaarden voor schade aan de oven of persoonlijk letsel dat ontstaan is doordat er geen aandacht is besteed aan de elektrische aansluitingen. De draden in het elektriciteitssnoer zijn gekleurd volgens de volgende code: Groen en geel = AARDING Blauw = NEUTRAAL Bruin = SPANNING

5 DIAGRAM EN BEDIENINGSPANEEL Deursluiting Ovenruit Bedieningspaneel Display Energieniveau Start programma Programma keuze x2 knop Stop/Reset knop Voorkeuze programma's ACTIE-INDICATORS DIGITAAL DISPLAY-SCHERM x2 indicatie aan/uit Programma indicatie Kookfase indicatie Energieniveau indicatie 4

6 DE FUNCTIES VAN DE MAGNETRON INSTELLEN TIJD EN VERMOGEN Een programma instellen Kies een vermogen en gebruik dan de nummertoetsen om de bereidingstijd in te stellen voordat u de START-toets aanraakt. Aanraken VERMOGEN -toets Eén keer Twee keer Drie keer Beschrijving vermogen HI (hoog) MED (medium) DEF (ontdooien) Dit is een voorbeeld voor het instellen van een hoog vermogen en een bereiding van 3 minuten: Raak de VERMOGEN-toets één keer aan. Raak de nummertoetsen 3,0,0 aan. Raak de START-toets aan. Bereiding in meerdere fasen Het kan nodig zijn om bepaald voedsel in verschillende perioden/fasen te bereiden, op verschillende vermogens en met verschillende bereidingstijden. U kunt maximaal 3 fasen handmatig instellen. Bereidingsfase 1 Stel de eerste bereidingsfase in volgens de hierboven beschreven stappen. Bereidingsfase 2 Stel de tweede bereidingsfase in en programmeer een ander vermogen en een andere tijd, bijvoorbeeld: vermogen op medium, bereidingstijd 5 minuten. Om de tweede bereidingsfase op medium vermogen en 5 minuten tijd in te stellen, raakt u de START-toets niet aan na de hierboven beschreven stappen 1 en 2, maar doet u het volgende: Raak de POWER LEVEL-toets twee keer aan. Raak de nummertoetsen 5,0,0 aan. Raak de START-toets aan.

7 BEREIDINGSPROGRAMMA BEWAREN ONDER EEN NUMMERTOETS U kunt een veelgebruikt bereidingsprogramma bewaren onder een nummertoets, en het gemakkelijk activeren door de nummertoets aan te raken. Onder elke nummertoets is een voorgeprogrammeerd bereidingsprogramma bewaard. Als u in de ruststand één van de tien nummertoetsen aanraakt, selecteert u een bereidingsprogramma. De volgende tabel toont de standaardinstelling van elke nummertoets. Nummer/geheugen-toetsen Voorgeprogrammeerde :10 :20 :30 :45 1:00 1:30 2:00 2:30 3:00 3:30 bereidingstijd U kunt het bereidingsprogramma onder elk van de tien nummertoetsen veranderen wanneer u wilt. Zie het voorbeeld in de volgende tabel om een bereidingsprogramma in te stellen, dat maximaal 3 verschillende bereidingsfasen met verschillende vermogens kan bevatten, en het programma te bewaren onder een nummertoets: Om 8 minuten verwarmen op medium vermogen in te stellen en het te bewaren onder nummertoets 5: 1. Raak de PROG-toets één keer aan. 2. Druk op nummertoets 5 3. Raak de VERMOGEN-toets twee keer aan. 4. Raak de nummertoetsen 8,0,0 aan.,, 5. Druk op PROG om te bewaren. U kunt een bereidingsprogramma van twee of drie fasen instellen door de stappen 3-4 één of twee keer te herhalen. Druk op STOP/RESET om terug te keren naar de ruststand. Opmerking: Als u wilt dat de magnetron pas begint te werken na het aanraken van de START-toets in plaats van meteen na het aanraken van één van de nummertoetsen, moet u de STOP/RESET-toets 5 seconden lang ingedrukt houden; nu moet u op de START-toets drukken nadat u een bereidingsprogramma heeft geselecteerd door op één van de nummertoetsen te drukken. GEBRUIK VAN DE X2-TOETS U kunt meer bereidingsprogramma s bewaren onder de nummertoetsen door de X2-functie te gebruiken. Druk in de ruststand op X2 en dan op één van de nummertoetsen om een voorgeprogrammeerd bereidingsprogramma op toe roepen: Nummer/geheugen-toetsen Voorgeprogrammeerde bereidingstijd :20 :40 1:00 1:30 2:00 3:00 4:00 5:00 6:00 7:00

8 Met de X2-functie kunt u maar één bereidingsfase programmeren. Druk op STOP/RESET om terug te keren naar de ruststand na het beëindigen van de instelling. De magnetron begint te werken nadat u X2 en dan één van de nummertoetsen aanraakt. Voorbeeld van het gebruik van de X2-functie om een programma van 3 minuten bereiden op hoog vermogen onder nummertoets 8 te bewaren. 1. Raak PROG één keer aan. 2. Raak de X2-toets één keer aan. 3. Druk op nummertoets Druk één keer op VERMOGEN. 5. Raak de nummertoetsen 3,0,0 aan.,, 6. Druk op PROG om te bewaren. Opmerking: Als u wilt dat de magnetron pas begint te werken na het aanraken van de START-toets in plaats van meteen na het aanraken van één van de nummertoetsen, moet u de STOP/RESET-toets 5 seconden lang ingedrukt houden; nu moet u op de START-toets drukken nadat u een bereidingsprogramma heeft geselecteerd door op X2 en op één van de nummertoetsen te drukken. AANTAL KEREN GEBRUIK TELLEN U kunt aflezen hoe vaak de oven gebruikt is. Hiervoor doet u het volgende: 1. Open de deur. 2. Houd de STOP/RESET-toets ingedrukt en raak dan de VERMOGEN-toets aan. Het nummer op het scherm geeft aan hoe vaak de oven gebruikt is. Met deze functie kunt u het gebruik van de magnetron analyseren wanneer de magnetron commercieel gebruikt wordt. KINDERSLOT Houd in de ruststand de PROG-toets 5 seconden lang ingedrukt. De oven is nu vergrendeld. Om het kinderslot uit te schakelen houdt u de PROG-toets 5 seconden lang ingedrukt in de ruststand, en de magnetron keert terug naar de normale staat.

9 Nuttige aanwijzingen 1. Het ideale materiaal voor een magnetroncontainer laat microgolven door, zodat de energie door de container heengaat en het voedsel opwarmt. 2. Microgolven kunnen niet door metaal dringen, dus gebruik geen metalen containers, of schalen met een metalen rand. 3. Gebruik geen producten van gerecycled papier in de magnetron; deze kunnen kleine stukjes metaal bevatten die vonken en/of vuur kunnen veroorzaken. 4. U wordt aangeraden ronde/ovale schalen te gebruiken in plaats van vierkante/rechthoekige, omdat voedsel in hoeken vaak teveel verwarmd wordt. 5. U kunt kleine stukken aluminiumfolie gebruiken om oververhitting van bepaalde gedeelten te voorkomen. Maar zorg ervoor dat u niet teveel gebruikt, en dat er tenminste 2,54 cm afstand zit tussen het folie en de ovenruimte. De onderstaande lijst is een algemene richtlijn om u te helpen de juiste containers te kiezen. MATERIAAL MAGNETRON Hittebestendig glas Ja Niet-hittebestendig glas Nee Hittebestendig keramiek Ja Magnetronbestendig plastic Ja Keukenpapier Ja Metalen plaat Nee Metalen rooster Nee Aluminiumfolie & containers van folie Nee Bevroren voedsel ontdooien 1. Als u bevroren voedsel helemaal wilt ontdooien in de magnetron, kan het voedsel ongelijkmatig ontdooien door de verschillen in de dikte en vorm van het voedsel. Het voedsel kan gaan druppelen, en soms wordt een deel van het voedsel gekookt, terwijl andere delen nog steeds bevroren zijn. U kunt bevroren voedsel beter niet helemaal ontdooien in de magnetron, maar u kunt de magnetron gebruiken om het voedsel voor 70% te ontdooien voordat u het voedsel bereidt. 2. Draai het voedsel om of roer het tijdens het ontdooien, zodat het gelijkmatig ontdooit. 3. Om vet vlees te ontdooien moet u het korte tijd opwarmen in de magnetron en daarna op kamertemperatuur laten staan, of het met tussenpozen opwarmen tot het ontdooid is. 4. Als u een hele kip wilt ontdooien, of ander bevroren voedsel met een onregelmatige vorm, kunt u aluminiumfolie om de poten of andere dunne delen wikkelen. Anders ontdooien de dunne delen sneller dan de andere delen en worden soms gekookt voordat de andere delen ontdooid zijn. Wikkel de zijkanten van grote stukken vlees in aluminiumfolie, zodat het vlees gelijkmatig ontdooid wordt, alleen door verticale microgolven. 5. Verwijder regelmatig het ijs tijdens het ontdooien. Voor de beste resultaten 1. Gebruik altijd de minimumtijd wanneer u de bereidingstijd bepaalt, en controleer regelmatig tijdens het bereidingsproces. In de magnetron wordt voedsel erg snel bereid, en oververhitting van het voedsel is gemakkelijk. 2. Wees voorzichtig bij het bepalen van de bereidingstijd van kleine hoeveelheden voedsel, of voedsel met weinig water. Dit voedsel kan aanbranden als het te lang bereid wordt.

10 3. Gebruik de magnetron niet om handdoeken of servetten te drogen. Deze kunnen gaan branden als ze te lang verhit worden. 4. Probeer geen eieren te koken in de magnetron. 5. Als u een ei wilt bereiden, prik het dooier dan kapot voordat u het in de magnetron plaatst, om te voorkomen dat het ei uit elkaar spat. 6. Open de deur en draai de schaal een halve slag, of draai het voedsel om tijdens het bereiden. Hierdoor kunt u een meer gelijkmatige bereiding bereiken. Bij het bereiden van kip worden de poten sneller verhit dan de andere delen. Wikkel de poten in aluminiumfolie tijdens de bereiding, zodat de microgolfenergie teruggekaatst wordt en de kip gelijkmatig verhit wordt. Belangrijke adviezen Gebruik alleen magnetronbestendige containers, geen metaal of andere materialen. 1. Voedseltemperatuur --- voedsel dat op de conventionele manier bereid is, kan het beste net voordat het klaar is in de oven verhit worden. 2. Denk eraan dat na het verwarmen, de temperatuur binnenin het voedsel dat verwarmd is in de magnetron nog steeds licht blijft stijgen. 3. Brood en de buitenzijde van taarten en pasteien zijn droger dan de binnenzijde en de vulling en warmt daarom langzamer op. Daarom moeten dit soort etenswaren alleen verwarmd worden totdat de korst warm aanvoelt (45-55 ). 4. Oververhit uw voedsel niet: 99% van de kwaliteitsklachten over voedsel dat verwarmd is in de magnetron is te wijten aan oververhitting. Magnetronregels Er zijn een aantal factoren die het succes van het bereiden van voedsel in de magnetron bepalen. Dit zijn: 1. Voedseltemperatuur: bevroren of gekoeld voedsel moeten langer verwarmd worden om de gewenste temperatuur te bereiken dan voedsel op kamertemperatuur. 2. Voedselbestanddelen: voedsel met een hoog suiker-, zout-, vet- of vochtgehalte warmt sneller op, omdat deze bestanddelen microgolfenergie aantrekken. Zwaarder voedsel met veel proteïne en vezels absorbeert de microgolfenergie langzamer, waardoor het langer duurt voordat het opwarmt. 3. Volume: Hoe meer voedsel, hoe langer het duurt om op te warmen. 4. Containers: keramiek, papier, porselein, piepschuim, glas en plastic zijn geschikt voor gebruik in de magnetron met de volgende waarschuwing. Voedsel met een hoog suiker- of vetgehalte mag alleen verwarmd worden in hittebestendige containers, omdat dit voedsel zeer heet wordt. Als u voor dit soort voedsel piepschuim containers gebruikt, vervormen de containers. Ook niet-hittebestendig glas of plastic kan barsten of vervormen onder dergelijke omstandigheden. Verwarm geen voedsel in een dichte container of zak. Het voedsel zet uit wanneer het verwarmd wordt, en de container of de zak kan barsten. 5. Vermijd metaal: omdat het de microgolven terugkaatst, wat ongelijkmatige verwarming van het voedsel veroorzaakt, en soms zelfs flitsen die de binnenzijde van de oven of de container kunnen beschadigen. 6. Verwarmde vloeistoffen kunnen uit de container spatten wanneer ze niet gemengd zijn met lucht. Roer vloeistoffen voordat u ze in uw magnetron verwarmt.

11 REINIGING EN ONDERHOUD 1. Schakel de magnetron uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat schoonmaakt. 2. Houd de binnenzijde van de oven schoon. Wanneer spetters voedsel of vloeistof aan de wanden van de oven blijft zitten, veeg het dan af met een vochtige doek. U kunt een mild afwasmiddel gebruiken wanneer de magnetron erg vuil wordt. Gebruik geen spray en andere agressieve schoonmaakmiddelen; deze kunnen krassen of vlekken op de deur veroorzaken. 3. De buitenzijde kan gereinigd worden met een vochtige doek. Zorg ervoor dat er geen water in de ventilatie-openingen dringt, om beschadiging van de onderdelen binnenin de oven te voorkomen. 4. Veeg de deur en het venster, de verzegelingen en de zijkanten regelmatig af met een vochtige doek om spetters en vuil te verwijderen. Gebruik geen schuurmiddel. 5. Zorg ervoor dat het bedieningspaneel niet nat wordt. Veeg het af met een zachte, vochtige doek. Laat tijdens het reinigen van het bedieningspaneel de deur open, om te voorkomen dat de magnetron per ongeluk aangezet wordt. 6. Als er zich stoom verzamelt in of rondom de deur, veeg het dan weg met een zachte doek. Dit kan gebeuren wanneer de magnetron gebruikt wordt bij een hoge luchtvochtigheid. Dit is normaal. 7. De rolring en de vloer van de oven moeten regelmatig gereinigd worden om overmatig geluid te voorkomen. Veeg de vloer van de oven af met een mild afwasmiddel. De rolring kan afgewassen worden in water met wat mild afwasmiddel. Wanneer u de rolring uit de magnetron haalt om te reinigen, zorg er dan voor dat u de ring weer in de goede positie terugzet. 8. Verwijder geuren uit uw magnetron door een kopje water met het sap en de schil van een citroen in een diepe magnetronbestendige schaal 5 minuten lang te verwarmen. Goed afvegen en afdrogen met een zachte doek. 9. Raadpleeg de verkoper wanneer de lamp in de magnetron vervangen moet worden. 10. Gooi dit apparaat niet weg met het gewone huisvuil, het moet naar een speciaal afvalinzamelingspunt van de gemeente gebracht worden.