Aanvullend natuuronderzoek De Wheme in Vorden. Addendum. Concept. Dit rapport is afgedrukt op FSC-gecertificeerd en CO2-neutraal papier.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Aanvullend natuuronderzoek De Wheme in Vorden. Addendum. Concept. Dit rapport is afgedrukt op FSC-gecertificeerd en CO2-neutraal papier."

Transcriptie

1 Aanvullend natuuronderzoek De Wheme in Vorden Addendum Concept Dit rapport is afgedrukt op FSC-gecertificeerd en CO2-neutraal papier.

2 Colofon Zelhem : juli 2011 Rapportnummer : 1181 Projectnummer : 1456 Opdrachtgever Contactpersoon Opdrachtnemer Auteur(s) : ProWonen : Dhr. H. Mulder : Stichting Staring Advies Dr. Grashuisstraat CL Zelhem T F info@staringadvies.nl : Bas Voerman

3 Inhoud 1 Inleiding 4 2 Gebiedsbeschrijving en geplande werkzaamheden 5 3 Ecologisch onderzoek Methode Resultaten 9 4 Flora- en faunawet Toetsing aan de Flora- en faunawet Mitigerende en compenserende maatregelen 12 5 Conclusie 18 Bijlage 1: Verspreidingskaart aangetroffen soorten 19 Bijlage 2: Wettelijk kader 20

4 1 Inleiding Dit addendum is geschreven als aanvulling op het rapport: Quickscan natuurtoets De Wheme in Vorden; rapportnummer 1052, Stichting Staring Advies. In het kader van de geplande ruimtelijke ontwikkelingen op het Whemeterrein is in maart 2010 een quickscan natuuronderzoek uitgevoerd naar beschermde flora en fauna. Uit dit onderzoek bleek dat aanvullend onderzoek naar de aanwezigheid van huismus en vleermuizen noodzakelijk is. Als aanvulling op de quickscan is in het veldseizoen van 2010 (najaar) en 2011 (voorzomer) gericht onderzoek uitgevoerd naar het voorkomen van deze soortgroepen. Dit addendum beschrijft de resultaten van het aanvullend onderzoek. Ter completering van dit rapport zijn enkele algemene passages uit het quickscanrapport overgenomen. Hierdoor is dit addendum als los rapport te lezen. Stichting STARING ADVIES 4

5 2 Gebiedsbeschrijving en geplande werkzaamheden Gegevens plangebied Locatie: De Wehme Plaats: Vorden Gemeente: Bronckhorst Provincie: Gelderland Beschrijving van het plangebied Het plangebied ligt aan de rand van de bebouwde kom van Vorden (zie figuur 1). Aan de zuiden oostzijde grenst het plangebied respectievelijk aan de Deldenseweg en de Nieuwstad. Aan de overige zijden grenst het grotendeels aan opgaande (laan)beplantingen en agrarische percelen (zie figuur 2). De onderzoekslocatie bestaat uit het woonzorgcentrum De Wehme met aansluitende wooneenheden en een tijdelijke huisartsenpraktijk. Daarnaast heeft stichting Sutfene op het terrein van het woonzorgcentrum een tijdelijke verpleegunit voor ouderen met een psychogeriatrische problematiek (De Beekdelle). De vegetatie rondom de panden is matig ontwikkeld met voornamelijk groenblijvende heesters en tuinplanten. Lokaal wordt langs de Pastorieweg een meer soortenrijke bosvegetatie met bosanemoon en kraailook aangetroffen. De grazige gedeelten (gazons) worden intensief beheerd en zijn structuurarm. Langs de Pastorieweg staan enkele forse bomen op het terrein van De Wehme, deze sluiten deels aan op een forse eikenlaan. Verder bevindt zich een forse eikenlaan langs de Deldsenseweg. Het plangebied grenst verder aan de westzijde aan een beschermd natuurterrein. Het gebied maakt onderdeel uit van het natuurgebied Hackfort en is in eigendom en beheer van Natuurmonumenten. Geplande werkzaamheden Op de locatie zullen de recreatiezaal, de keuken, de receptie, het winkeltje en de andere kantoorruimtes van het woonzorgcentrum De Wehme, enkele wooneenheden aan de Delle en de tijdelijke vestiging van de Sutfene met aanwezige units gesloopt worden. De verwachting is dat de sloop in 2011 plaats zal vinden. De bouwtijd van het verzorgingshuis duurt zeker 1,5 jaar. De verwachte oplevering vindt dan in 2012/2013 plaats. Stichting STARING ADVIES 5

6 Figuur 1. Ligging van het plangebied. Figuur 2. Luchtfoto van het plangebied. Stichting STARING ADVIES 6

7 Beschermde status plangebied Het plangebied heeft geen beschermde status in het kader van de Vogelrichtlijn, Habitatrichtlijn of de Natuurbeschermingswet. Het maakt ook geen onderdeel uit van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), maar grenst hier wel aan. Het natuurgebied Hackfort ten westen van de planlocatie is onderdeel van de EHS en is aangewezen als EHS Natuur (zie figuur 3). De sloop van diverse gebouwen en de bouw van een nieuw woonzorgcentrum leidt niet tot een verstoring van de aangrenzende EHS. Tijdens de sloop- en bouwfase zal er tijdelijk sprake zijn van meer lawaai en fijnstof. Er vindt geen functiewijziging van het plangebied plaats en de reeds aanwezige invloed vanuit het plangebied op de EHS zal blijven plaatsvinden. Over het geheel genomen worden er dus geen negatieve effecten op het aangrenzende EHS-gebied verwacht. Door de aard van de werkzaamheden, zijn nadelige effecten voor, tijdens en na inrichting van het plangebied op de EHS niet te verwachten. B Figuur 3. Ligging van het plangebied t.o.v. de EHS. Legenda EHS Vastgesteld door PS juli 2009 Natuur Verweven Ecologische verbindingszone Natuur plangebied Het plangebied grenst aan een beschermd natuurterrein. Het aangrenzende gebied maakt onderdeel uit van het natuurgebied Hackfort en is in eigendom en beheer van Natuurmonumenten. Stichting STARING ADVIES 7

8 3 Ecologisch onderzoek 3.1 Methode Elke soortgroep behoeft een eigen onderzoeksmethodiek en onderzoeksperiode in het jaar. Hieronder wordt de onderzoeksmethodiek per soortgroep beschreven. Zie tabel 1 voor de specifieke data en weersgesteldheid. Huismus (Passer domesticus) Het onderzoek is uitgevoerd in de periode half maart tot eind juni. Bij de inventarisatie zijn de zingende (territoriale) mannetjes van de huismus genoteerd die directe binding hebben met een (potentiële) broedlocatie of andere waarnemingen die duiden op een relevante broedcode, gebaseerd op het BMP-protocol. Als aanvulling zijn waarnemingen die tijdens de overige onderzoeken zijn verricht meegenomen in het onderzoek. Het gebied is tweemaal, in delen, onderzocht in de ochtenduren. De bezoeken zijn met een tussenperiode van meer dan twee weken uitgevoerd. Daarnaast zijn aanvullende waarnemingen tijdens vleermuisbezoeken toegevoegd. Vleermuizen De onderzoeksintensiteit is bepaald op basis van de te verwachten soorten en het gebiedsgebruik. Richtinggevend hiervoor is het Protocol voor vleermuisinventarisaties van de Gegevensautoriteit Natuur en de Zoogdiervereniging VZZ. Door de mogelijke aanwezigheid van gebouwbewonende soorten en de mogelijkheid van aanwezigheid van bruine grootoorvleermuis, is tijdens 3 onderzoeksronden in het voorjaar/zomer (mei - juli) en 2 onderzoeksronden in het najaar (augustus - september) het gebied onderzocht op verblijfplaatsen, vliegroutes, balts- en paarlocaties en foerageergedrag. De najaarsbezoeken zijn uitgevoerd in De voorzomerinventarisaties zijn in 2011 uitgevoerd. Het onderzoek is zowel auditief als visueel uitgevoerd. Voor het auditieve onderzoek is gebruik gemaakt van bat-detectors (Pettersson d240x). Dit onderzoek is uitgevoerd in de avond- en in de ochtendschemering en duurde 2-3 uur per bezoek. Het onderzoek is toegespitst op de ter plaatse te verwachten soorten. Door op verschillende tijdstippen gerichte methoden toe te passen, zijn alle te verwachten gebruiksfuncties van het gebied (baltsen, foerageren, vliegroute en verblijfplaatsen) in beeld gebracht voor de verschillende aangetroffen soorten. Tijdens alle bezoeken zijn losse waarnemingen van de overige groepen eveneens in kaart gebracht. ronde datum starttijd weersomstandigheden Vleermuizen zomerronde :00 droog, half bewolkt, wind 2, temp 14 C Vleermuizen zomerronde :15 droog, bewolkt, wind 2, temp 17 C Vleermuizen zomerronde :40 droog, ongewolkt wind 0, temp C Vleermuizen najaarsronde droog/miezerig, bewolkt, wind 1, temp 19 C Vleermuizen najaarsronde droog, bewolkt, wind 3, temp 18 C Huismusronde :00 droog, half bewolkt, wind 2, temp 15 C Huismusronde droog, bewolkt, wind 1, temp 16 C Tabel 1. Veldbezoeken Veldonderzoekers: B. Otten en B. Voerman. Stichting STARING ADVIES 8

9 3.2 Resultaten Huismus (Passer domesticus) Op de planlocatie zijn verschillende territoria van huismussen vastgesteld. In totaal zijn 5 territoriale mannetjes en nesten aangetroffen in het gebouw, zie bijlage 1 voor de verspreidingsgegevens. De 4 bij elkaar gelegen nestlocaties bevinden zich onder de dakpannen van de gebouwen. Hier werden zowel territoriale mannetjes op de rand van de dakgoot aangetroffen als vogels slepend met nestmateriaal. De nestlocatie aan de zuidzijde bevindt zich op de bovenzijde van de gemetselde muur onder de betimmering van het dakoverstek. Hier ontbreekt een steen waardoor voor de huismus een nestlocatie is ontstaan. Door de aanwezigheid van broedende huismussen is in een groter gebied rondom het verzorgingshuis geïnventariseerd voor het in kaart brengen van omliggende broedlocaties. Hierbij is vastgesteld dat bij nagenoeg alle omringende gebouwen territoriale mannetjes aanwezig waren. Vleermuizen Tijdens de veldbezoeken zijn drie soorten waargenomen: gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus) laatvlieger (Eptesicus serotinus) rosse vleermuis (Nyctalus noctula) Gewone dwergvleermuis Verblijfplaats Tijdens de najaarsinventarisaties zijn enkele baltsende mannetjes aangetroffen op verschillende locaties in relatie tot het gebouw. Exacte locaties zijn niet vastgesteld aangezien de baltsende mannetjes direct boven de locaties rondvliegen. Tijdens de voorjaarsronden waren grote aantallen foeragerende dieren rondom het gebouw, en met name aan de zijde van de Pastorieweg, aanwezig. Dit duidt op de aanwezigheid van een verblijfplaats op korte afstand. Tijdens één van de bezoeken werd een verblijfslocatie van vrouwtjes aangetroffen in het trappenhuis van het gebouw. Hier werden 127 uitvliegende dieren vastgesteld waarbij met zekerheid enkele dieren in de spouw achterbleven. Na het uitvliegen volgen de dieren richting de Pastorieweg om daar in de lanen en aanliggende houtwallen te foerageren. Ook werden na enige tijd terugvliegende dieren waargenomen. Deze waarnemingen bevestigen dat het hier een kraamverblijf betreft. Winterverblijven zijn in spouwmuren nauwelijks vast te stellen. Om hier een juiste afweging voor te maken wordt veelal gebruik gemaakt van gedrag, verspreiding van en potentie voor vleermuizen. Gezien de jaarrond waarnemingen, oa de baltslocaties en enig zwermgedrag tijdens het najaar, en de ligging en opbouw van de planlocatie, is het zeer aannemelijk dat een winterverblijf in het gebouw aanwezig is. Hierbij zijn geen directe aanwijzingen voor een winterverblijf vastgesteld. Zwermgedrag in het najaar kan sterk duiden op een winterverblijf. Er moet dan ook vanuit worden gegaan dat een winterverblijf aanwezig is. Vliegroute en foerageergebied Op de planlocatie wordt nauwelijks gefoerageerd. Ook zijn geen duidelijke vliegroutes aanwezig. De Pastorieweg met de laanbomen en het achterliggende bossen en houtwallen worden wel intensief als foerageergebied en vliegroute gebruikt. Laatvlieger Van deze soort zijn tot drie dieren in de omgeving van de planlocatie aangetroffen. Van deze soort is geen verblijfplaats in het gebouw aanwezig. De dieren gebruiken de bomen langs de Stichting STARING ADVIES 9

10 Pastorieweg als foerageerlocatie. Een verblijfplaats moet in een woning in de omgeving worden gezocht. Rosse vleermuis De rosse vleermuis is een enkele maal hoog boven de planlocatie overvliegend waargenomen en éénmaal foeragerend langs de hoge bomen van de Pastorieweg. Deze soort had geen binding met de planlocatie. Deze boombewonende soort heeft verblijfplaatsen in boomholten van forse en oude bomen. In de omgeving zijn diverse potentieel geschikte bomen aanwezig. Op de planlocatie ontbreekt het aan geschikte forse bomen met holten. Stichting STARING ADVIES 10

11 4 Flora- en faunawet 4.1 Toetsing aan de Flora- en faunawet De effecten op de aanwezige soortgroepen en de wettelijke consequenties zijn ingeschat aan de hand van de geplande werkzaamheden. Sinds 1 maart 2005 is een nieuwe AMvB van kracht waarin de vrijstellingen worden geregeld met betrekking tot artikel 75 van de Flora- en Faunawet (FF-wet). Deze AMvB bestaat uit 3 tabellen waarbij tabel 1 soorten de lichtste bescherming en tabel 3 de zwaarste bescherming genieten (zie bijlage 4). Voor tabel 1 soorten betekent dit dat voor ruimtelijke ontwikkelingen als de op deze locatie geplande werkzaamheden, geen ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet hoeft te worden aangevraagd. Voor onvermijdelijke schade aan tabel 3 soorten dient ontheffing aangevraagd te worden. Voor vogels geldt, net als tabel 3 soorten, een zware toetsing, echter is een ontheffing in de meeste gevallen niet mogelijk en is het raadzaam een verzoek tot goedkeuring in te dienen bij het bevoegd gezag voor de te treffen mitigerende maatregelen. Zie bijlage 1 voor verdere toelichting op de flora- en faunawet. Huismus (Passer domesticus) Van de huismus zijn 5 territoria vastgesteld. De verblijfplaatsen zitten zowel onder de dakpannen (4 locaties) als in een muuropening (1 locatie). Door sloop zullen deze locaties verdwijnen en is mitigatie en compensatie noodzakelijk. De sloop van de gebouwdelen met broedlocaties zullen niet in de eerste fase van het project worden uitgevoerd. Door de gefaseerde uitvoering van sloop en nieuwbouw, zijn er zeer geschikte mogelijkheden om nieuwe voorzieningen te treffen voor huismussen. Door in de eerste bouwfase reeds compenserende maatregelen te treffen, zijn de locaties bruikbaar als de huidige broedlocaties worden gesloopt. Hierdoor is er geen sprake van tijdelijk verlies aan broedgelegenheden en wordt geen afbreuk gedaan aan de instandhouding van de locale populatie. In paragraaf 4.2 zijn enkele compenserende en mitigerende maatregelen opgenomen. Vleermuizen Alle vleermuizen staan vermeld in tabel 3 van de Flora- en faunawet. Hierdoor zijn ze zwaar beschermd en dient bij mogelijke schade aan populaties of individuen een ontheffing te worden aangevraagd indien mitigerende maatregelen niet toereikend zijn. Deze ontheffingsaanvraag wordt onderworpen aan een zware toetsing. Gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus) Van deze soort is een vrij grote kraamkolonie aangetoond en moet er van worden uitgegaan dat er een winterverblijf in het gebouw aanwezig is. Van de drie aangetroffen baltslocaties zijn er twee die vermoedelijk in fase 1 van het project liggen en op korte termijn zullen worden gesloopt. Eén baltslocatie zal in een later fase worden gesloopt. Tijdens de eerste sloopfase verdwijnen er enkele baltslocatie en mogelijk een winterverblijf. In een latere fase zal ook de huidige kraamverblijfplaats worden gesloopt. In het gehele project is compensatie van baltslocaties, kraamkolonie en winterverblijf noodzakelijk. In paragraaf 4.2 zijn enkele compenserende en mitigerende maatregelen opgenomen. Stichting STARING ADVIES 11

12 Ten behoeve van overige vleermuissoorten en foerageergebieden zijn geen nadere maatregelen noodzakelijk. Samenvatting en advies Door de geplande werkzaamheden zullen op den duur alle verblijfplaatsen worden aangetast. Door de spreiding in tijd is het goed mogelijk in de eerste fase reeds de juiste compenserende voorzieningen te treffen om verlies aan geschikte verblijfslocaties te voorkomen en een duurzame instandhouding van de locale populatie te waarborgen. Het aanvragen van een ontheffing is daardoor niet strikt noodzakelijk; er wordt immers geen afbreuk gedaan aan de duurzame instandhoudingen en voldoende voorzorgsmaatregel getroffen ter voorkoming van schade aan individuen door het toepassen van de mitigerende maatregelen. Wel kan het zinvol zijn toch een ontheffing of goedkeuringsbesluit (positieve afwijzing) in te dienen bij Dienst Regelingen. Hierdoor wordt een officiële toetsing uitgevoerd door het ministerie van EL&I en wordt het zorgvuldig werken in het kader van de Flora- en faunawet vastgelegd. Dit kan vragen, problemen en discussies in de toekomst voorkomen. Gezien de planning is hiervoor voldoende tijdruimte. 4.2 Mitigerende en compenserende maatregelen Huismus De geplande sloop in fase 2 zal zorgen voor verlies van geschikt broedgebied voor de huismus. Hierdoor is mitigatie bij sloop en compensatie vooraf noodzakelijk. Mitigatie De sloopwerkzaamheden aan de gebouwen met broedlocaties dienen buiten de broedperiode te worden gestart. Hierdoor is geen directe schade aan individuen of in gebruik zijnde nesten te verwachten. De broedperiode van huismussen ligt globaal tussen 12 maart en 1 augustus. Compensatie Ter compensatie van verloren broedlocaties zijn diverse mogelijkheden beschikbaar. Doordat in fase 1 nog geen broedlocaties verdwijnen is het aanbrengen van nieuwe voorziening in deze fase zeer geschikt. Afhankelijk van de nieuwbouw kan er gekozen worden uit verschillende mogelijkheden. Hieronder worden enkele geschikt compensatie mogelijkheden besproken. Vogelvide De laatste jaren zijn veel nieuwbouwwoningen met beroep op eisen uit het Bouwbesluit 2003 met o.a. vogelschroot ontoegankelijk gemaakt voor vogels. Dit berust echter op een onjuiste interpretatie van het artikel van het Bouwbesluit Uit oogpunt van de (volks)gezondheid bevat het Bouwbesluit 2003 bouwvoorschriften om te voorkomen dat ratten en muizen ongehinderd een gebouw binnen kunnen komen, omdat deze dieren schade kunnen aanrichten en ziekten kunnen verspreiden. Daarom bevat het artikel van het Bouwbesluit 2003 het voorschrift voor nieuwe gebouwen dat een uitwendige scheidingsconstructie, zoals een gevel, een muur en een dak, geen openingen mag hebben die breder zijn dan 1 cm. Echter een opening in een muur of een dak mag best breder zijn dan 1 cm als deze opening maar niet in verbinding staat met de binnenruimte. In dat geval geldt namelijk de eis van maximaal 1 cm. Immers, het doel van het voorschrift is om te voorkomen dat ratten en muizen vrije entree hebben in gebouwen. Zoals hierboven reeds aangegeven doet het Bouwbesluit 2003 geen uitspraak over of een gebouw wel of geen nestgelegenheid voor de huismus zal bieden. In de regel moeten huismussen erg wennen aan veranderingen in hun leefomgeving. De vraag was dan ook: Wordt de Vogelvide als nieuwe nestmogelijkheid geaccepteerd? Stichting STARING ADVIES 12

13 Daarom werd de Vogelvide gedurende twee broedseizoenen getest in vier steden: Alkmaar, Amsterdam, Hardenberg en Noordwijk. Op drie van de vier testlocaties hebben de mussen interesse getoond in de Vogelvide en op twee van deze locaties is door meerdere paartjes daadwerkelijk gebroed. Huismussen blijken in staat om in de Vogelvide eieren uit te broeden en jongen te voeren, luidde de conclusie van deze testperiode. De Vogelvide voldoet zowel aan de eisen van de huismus als van het Bouwbesluit en kent een aantal geïntegreerde functies zoals: Past onder alle soorten pannen en op alle soorten pannendaken. Waarborgt een goede ventilatie van het dak. voorkomt dat vogels verder onder de pannen kruipen, zodat vervuiling wordt tegengegaan; duurzaam en eenvoudig, zowel in de professionele bouwwereld als door particulieren toe te passen. Op de site van Vogelbescherming Nederland is een folder te downloaden met specificaties van de vogelvide. De vogelvide is dus geschikt voor gebouwen met een pannendak, zowel op de laagbouwlocaties al het hoofdgebouw. Nestkasten en nestholten In beperkte mate maken huismussen ook gebruik van nestkasten. De regionale verschillen in de voorkeur van huismussen voor nestkasten zijn groot. Lokaal werd onderzoek gefrustreerd doordat de aanwezige huismussen geen gebruik maakten van speciaal voor dit doel opgehangen nestkasten, terwijl dat op andere plekken geen enkel probleem gaf. Nestkasten voor huismussen zijn waarschijnlijk alleen zinvol in gebieden waar voldoende nestgelegenheid ontbreekt. Huismussen staan bekend als koloniebroeders. Een lokale populatie bestaat doorgaans uit verschillende subkolonies, kleine clusters van nesten. Het ophangen van nestkasten kan nuttig zijn, maar het ophangen van één nestkast zal geen effect hebben. Er zijn verschillende soorten speciale nestkasten voor de huismus op de markt. Vrijwel allemaal zijn ze geschikt voor de opportunistische huismus, mits er meerdere nestkasten of een cluster van nestruimten bij elkaar aanwezig zijn. Alleen hierdoor wordt een geschikte nestgelegenheid voor de huismus gecreëerd. Waar kan men de nestkasten het beste ophangen? Niet in de volle zon, dus liever niet op het zuiden. Beschut tegen de wind. De invliegopening kan het beste op het noordoosten zijn gericht, want de wind komt in Nederland vaak uit het zuidwesten. Een vrije en veilige aanvliegroute is belangrijk. Geen takken direct voor de opening en de nestkasten zo hoog mogelijk op het gebouw plaatsen (onder de dakgoot bijv.) Holten Door het creëren van natuurlijke broedgelegenheden kan eveneens worden voorzien in voldoende geschikte nestgelegenheden. In het huidige gebouw is hiervan en goed voorbeeld aanwezig. De nestlocatie aan de zuidzijde bevindt zich in een nis waarvan het lijkt alsof hier een steen ontbreekt. Nabij de nieuw te bouwen ingang van het verzorgingshuis worden nieuwe muren gemetseld. Hierdoor zijn er mogelijkheden om langs de bovenzijde enkele (halve)stenen weg te laten en hierachter een kleine ruimte in de spouw toegankelijk te houden. Hiervoor zijn eventueel ook bij diverse leveranciers standaard inmetselstenen verkrijgbaar. Stichting STARING ADVIES 13

14 Deze maatregel kan echter in alle gemetselde muren worden toegepast, bij voorkeur op hoogten meer dan 2,5 meter. Dakpannen Naast Vogelvide, nestkasten en nestholten kunnen ook speciale dakpannen alternatieve broedgelegenheid bieden voor de huismus. Deze speciale dakpan voor huismussen biedt toegang tot onder het dak. Ook hier geldt dat meerdere dakpannen naast elkaar geplaatst worden en dat men rekening moet houden met de windinrichting en de ligging op het zuiden (volle zon). Over het gebruik en effect van mussendakpannen is nog weinig bekend. Waveka verkoopt al jaren huismussenpannen en grote dakpanfabrikanten als Lafarge en Koramic kunnen door hen gemaakte dakpantypen op verzoek uitvoeren in een nestpanvariant voor gierzwaluwen (platte ovale opening) of huismussen (ronde opening), hoewel dit niet voor alle typen kan. Uit een wijk in Lelystad, waar in 1999 zo n 180 mussendakpannen zijn gelegd, zijn de bevindingen matig positief. De pannen worden wel gebruikt, maar slechts in zeer beperkte mate. Advies huismus Ter compensatie van de verloren broedlocaties van huismus wordt een verdeelfactor van 1:3 geadviseerd om de vestigingskans (slagingskans) en versterking van de populatie te bevorderen. De toegepaste methoden kunnen hierbij door elkaar worden gebruikt waarbij de vogelvide per gootlengte van 5-6 meter als 2 broedlocaties kan worden gerekend en het aanbrengen van een kast of holte als 1 broedlocatie. Het toepassen van de maatregelen kunnen worden verdeelt over fase 1 en 2. Compensatie van verlies aan habitat is niet aan de orde. In de directe omgeving blijft voldoende geschikt biotoop behouden. Gewone dwergvleermuis Mitigatie De periode van de werkzaamheden van de sloop wordt afgestemd op de ecologie van de soort: na de winterperiode en voor het koloniseren van kraam- en zomerverblijven of na de periode van kraam- en zomerverblijven en voor de winterperiode. Dit alles mits er geen individuen aanwezig zijn. In de te slopen delen vindt vooraf verstoring plaats van het binnenklimaat (periode: begin maart tot eind april en 1 september tot ½ november waardoor vleermuizen gestimuleerd worden hun verblijfplaats te verlaten en elders een nieuw verblijf te zoeken. Concreet betekend dit dat in de te slopen gebouwen minimaal een week voorafgaand aan de sloop de betimmeringen worden verwijderd, eventuele dakpannen worden verwijderd en op verschillende plekken gaten (circa 1 m 2 ) in spouwmuren worden aangebracht. Zowel aan de bovenzijde als aan de onderzijde. Deze maatregelen zorgen voor tocht in de spouw en verblijfsruimten waardoor het microklimaat niet meer gunstig is voor een verblijfplaats en de dieren passief worden gedwongen te verhuizen. Alle verstoringmaatregelen dienen alleen bij gunstige weersomstandigheden te worden uitgevoerd (nachttemperatuur >10 C en droog weer). Hierdoor komt de spouw deels open te liggen waardoor het binnenklimaat ongeschikt wordt. Stichting STARING ADVIES 14

15 Deze aanpak zal voor alle muren met spouwen en pannendaken in het plangebied uitgevoerd worden, omdat verspreidt over de gebouwen verblijven van solitaire gewone dwergvleermuizen en een groter winterverblijf mogelijk is. Verdere mitigerende maatregelen om individuen te ontzien zijn niet noodzakelijk aangezien er na verstoring geen directe contacten zijn met vleermuizen. Compensatie Voor het bepalen van de juiste compensatie is het van belang te bepalen welke functies het plangebied voor de vleermuizen vervult. Hierbij stelt de ene vleermuissoort andere eisen dan de andere vleermuissoort, is de ene soort flexibeler dan de andere en variëren dus ook de effecten en daarmee de mogelijkheden voor afdoende compensatie en mitigatie. In de gebouwen is 1 kolonie aanwezig die meerdere verblijfplaatsen bezet. Eveneens zijn enkele solitaire mannetjes (baltslocaties) aangetroffen die rondom de kraamverblijf aanwezig zijn en is een winterverblijf zeer sterk te verwachten. Baltslocatie Voor het compenseren van baltslocaties wordt als uitgangssituatie genomen een minimale compensatieverhouding van 1-4. In de Wheme geldt hierdoor dat verspreidt over de planlocatie 12 voorzieningen getroffen moeten worden. Deze voorzieningen kunnen dus worden gespreid over fase 1 en 2. Geschikte compenserende maatregelen voor baltslocaties zijn het aanbrengen van inmetselkasten, zie figuur 1 en 2. Deze hebben een blijvend karakter en worden in de spouw weggewerkt waarbij een smalle toegang in de muur open blijft. Zie voor enkele voorbeelden: Ook zijn er diverse opbouwkasten, en dus zichtbare kasten, beschikbaar. Kraamkolonie en winterverblijf Tijdens de relatief veilige perioden na de winterslaap en voor de kraamtijd (relatief veilig = half maart april), aan het eind van de kraamtijd (relatief veilig = half juli half augustus), en na de paartijd (relatief veilig = oktober half november) kan het acceptabel zijn om de ingangen van de verblijfplaatsen voorzichtig open te breken om zo het binnenklimaat van de verblijfplaats te verstoren en eventueel nog aanwezige vleermuizen passief tot vertrekken te bewegen. Met sloop wordt pas begonnen nadat de dieren enkele dagen de gelegenheid hebben gehad te vertrekken. Werkzaamheden in de periode half maart april, en oktober half november, dienen uitsluitend tijdens relatief warme dagen (> 10 C) met gunstige weersomstandigheden plaats te vinden. Bij het slopen dient een vleermuisdeskundige aanwezig of ten minste oproepbaar te zijn zodat eventueel toch gevonden vleermuizen deskundig kunnen worden opgevangen. Vleermuiskasten: Er zijn verschillende typen vleermuiskasten in gebruik, die verschillen in vorm van de leefruimte. Ze hebben allemaal een in- en uitvliegopening aan de onderzijde. Voor het compenseren van een kraamkolonie en een winterverblijf is het noodzakelijk een forse en geschikt alternatief aan te bieden. Het is mogelijk dit te realiseren door het aan te brengen van een kraamkast aan de buitenzijde van de muren, zie voor een voorbeeld of zen%20algemeen/downloads/zomerverblijf_bsr.pdf. Een meer structurele oplossing is het toegankelijk maken van de spouwmuren door het openlaten van enkele stootvoegen. In de nieuw te metselen gevel is het zeer geschikt deze Stichting STARING ADVIES 15

16 vorm toe te passen. Voor het geschikt maken van de spouw zijn echter wel enkele voorwaarden noodzakelijk. Spouw toegankelijk middels 1 of enkele stootvoegen Stootvoegen zo hoog mogelijk, > 3 meter hoogte Ruimte in de spouw dient voldoende groot te zijn: 3-4 m 2 (indien deze wordt beperkt en niet de gehele spouw toegankelijk wordt gehouden) Vleermuizen gebruiken de hangplekken tegen de binnenmuur en mijden daarbij isolatie als glas- en steenwol. Hiervoor kunnen tegen het mineraalwol ruwe planken, eventueel voorzien van ingezaagde sleuven, worden geplaatst als hanglocaties Bij gebruik van gladde isolatie dient dit ruw gemaakt te worden, bijvoorbeeld door het aanbrengen van planken, zie punt boven, of kippengaasstroken. Bovenstaande kan eveneens worden gerealiseerd door het plaatsen van prefab opbouw of inbouw kraamkast. Deze realisatie van verblijfplaatsen in de spouw dient op minimaal 2-3 locaties verspreidt over de gebouwen (willekeurig, echter zuidelijke georiënteerde muren zijn zeer geschikt) te worden gerealiseerd. Sparingen achter betimmeringen: Achter gevelbetimmering en windveren zijn op eenvoudige wijze mogelijkheden voor vleermuizen te creëren. Door aan de onderzijde een opening te maken van ca. 10 x 2,5 cm, door een deel van de panlat weg te laten, ontstaat een invliegopening voor vleermuizen. Door in het regelwerk op verschillende plaatsen een sparing aan te brengen, niet verticaal boven elkaar maar sprongsgewijs, kunnen vleermuizen naar een ruimte kruipen die tochtvrij is. Licht: Vrijwel alle vleermuissoorten zijn erg lichtschuw. Vleermuizen vliegen uit in de schemering en vaak pas als het al echt donker is. Om de vaste rust- en verblijfplaats aantrekkelijk te houden zal men zeer terughoudend moeten zijn met het belichten van de bebouwing. Hierbij is het zeer van belang dat de locaties met nieuwe voorzieningen voor vleermuizen niet worden aangelicht. Houtverduurzamingsmiddelen: Geen gebruik van giftige houtverduurzamingsmiddelen die schadelijk zijn voor vleermuizen bij realisatie van de kasten of verblijfsruimten. Samenvatting mitigerende en compenserende maatregelen van vaste verblijfplaatsen: vooraf inventarisatie van aanwezigheid van verblijfplaatsen vlak voor sloop; verstoring van het binnenklimaat (periode: ½ maart tot 1 april en ½ juli tot ½ november); werkzaamheden uitsluitend tijdens relatief warme dagen (> 10 C) met gunstige weersomstandigheden; bij sloop dient een vleermuisdeskundige aanwezig of ten minste oproepbaar te zijn zodat eventueel toch gevonden vleermuizen kunnen worden opgevangen; achter gevelbetimmering en windveren invliegopeningen maken; inmetselen van een vleermuiskasten of spouwvoorzieningen treffen; terughoudend zijn met belichting; geen gebruik van giftige houtverduurzamingsmiddelen en geïmpregneerd hout. Stichting STARING ADVIES 16

17 Algemeen advies vleermuizen Voor alle toe te passen maatregelen is het belangrijk deze door te spreken met een vleermuisdeskundige. Voorafgaande aan de sloop dient door een vleermuisdeskundige te worden geïnventariseerd of er geen verblijfplaatsen met groepen vleermuizen in gebruik zijn. cm binnenmuur buitenmuur Figuur 1: Schematische weergave Inmetselkast hout(beton). Figuur 2: Inmetselkast vleermuizen. houtbeton, type 1FR Stichting STARING ADVIES 17

18 5 Conclusie In het plangebied zijn verschillende waarnemingen verricht van beschermde soorten. Van de huismus en gewone dwergvleermuis zijn verschillende typen verblijfplaatsen aangetroffen die door de voorgenomen sloop zullen verdwijnen. Hierdoor zijn mitigerende en compenserende maatregelen noodzakelijk. Met betrekking tot de gewone dwergvleermuis zijn verschillende typen verblijfplaatsen in het gebied vastgesteld. Elk type verblijfplaats heeft een eigen pakket basiseisen voor het goed functioneren. Hierdoor zijn verschillende maatregelen ter compensatie noodzakelijk. Door de voorgestelde mitigerende en compenserende maatregelen wordt geen negatief effect op de locale populaties van de huismus en gewone dwergvleermuis verwacht. De toepassing van betreffende voorzieningen zal naar verwachting kunnen resulteren in een toename van het aantal nestgelegenheden en verblijven en hierdoor een versterking van de aanwezige populaties. Stichting STARING ADVIES 18

19 Bijlage 1: Verspreidingskaart aangetroffen soorten Verspreidingskaart aangetroffen vleermuizen en huismus. kraamkolonie > 127 uitvliegende gewone dwergvleermuizen baltslocaties gewone dwergvleermuis Stichting STARING ADVIES 19

20 Bijlage 2: Wettelijk kader Sinds 1 april 2002 is de Flora- en faunawet van kracht. Deze wet beschermt planten en dieren tegen negatieve invloeden en bevat hiervoor diverse concrete verbodsbepalingen: beschermde inheemse dieren mogen niet verstoord, gevangen of gedood worden; beschermde inheemse plantensoorten mogen niet vernield, beschadigd of ontworteld worden; nesten, rustplaatsen en voortplantingsplaatsen van beschermde soorten mogen niet verstoord of vernield worden. De Flora- en faunawet kent drie verschillende beschermingsregimes. Hiertoe zijn de beschermde planten en dieren onderverdeeld in drie categorieën, elke categorie kent een eigen beoordelingstoets voor ontheffingverlening (zie tabel 1). Beschermde flora en fauna Zonder gedragscode Met gedragscode Algemene soorten (tabel 1 ff-wet) Algemene vrijstelling Algemene vrijstelling Overige soorten (tabel 2 ff-wet) "Lichte" toets Vrijstelling Streng beschermde soorten (tabel 3 ff-wet) "Uitgebreide" toets "Uitgebreide" toets Tabel 1. Beoordelingstoets voor ontheffing. Tabel 1 maakt melding van een gedragscode. In een gedragscode is opgenomen hoe werkzaamheden worden uitgevoerd zodanig dat schade aan beschermde soorten wordt voorkomen of tot een minimum wordt beperkt. Wanneer bij uitvoering van de werkzaamheden gehandeld wordt volgens de gedragscode, en dit ook aangetoond kan worden, geldt een vrijstelling of lichtere toetsing (zie tabel 1). De gedragscode moet wel door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit goedgekeurd zijn, alvorens deze een wettelijke status heeft. Flora- en faunawet, tabel 1: Algemene vrijstelling Veel soorten die in de Flora- en faunawet zijn opgenomen, komen in Nederland algemeen voor. Voor verstoring van deze soorten bij uitvoering van werkzaamheden in het kader van bestendig onderhoud, beheer of gebruik, of bij ruimtelijke ontwikkeling of inrichting, geldt een algemene vrijstelling en is dus geen ontheffing nodig. Flora- en faunawet, tabel 2: Lichte toets Wanneer soorten uit de tweede categorie negatief beïnvloed worden en niet gehandeld wordt volgens een gedragscode, geldt bij de ontheffingsaanvraag de lichte toets. Hierbij moet aangetoond worden dat de werkzaamheden er niet toe mogen leiden dat het voortbestaan van de soorten in gevaar wordt gebracht. Werken volgens de Gedragscode Flora- en faunawet voor de bouw- en ontwikkelsector geeft vrijstelling voor deze categorie van beschermde soorten. Er hoeft hiervoor geen ontheffing aangevraagd te worden. Er mag echter geen afbreuk gedaan worden aan de gunstige staat van instandhouding van de soort. De populatie in het gebied mag geen gevaar lopen om uit te sterven. Hiervoor moeten maatregelen getroffen worden, die opgenomen worden in een ecologisch werkprotocol. Stichting STARING ADVIES 20

21 Flora- en faunawet, tabel 3: Uitgebreide toets Wanneer soorten uit tabel 3 voorkomen in een gebied dienen er maatregelen getroffen te worden om behoud van de lokale populatie, bescherming van individuen en de functionaliteit van de voortplantings- en/of vaste rust- en verblijfplaatsen te garanderen. Hiervoor dienen mitigerende en mogelijk compenserende maatregelen getroffen te worden. Om zeker te zijn of de maatregelen voldoende zijn, dienen ze vooraf beoordeeld te worden door Dienst Regelingen. Met dit besluit kan aangetoond worden dat de initiatiefnemer zich houdt aan de Flora- en faunawet. Het besluit heeft de initiatiefnemer bijvoorbeeld nodig als iemand bezwaar maakt tegen het project of vraagt om handhaving van de Flora- en faunawet. Indien vaste verblijfplaatsen worden beschadigd of weggehaald of behoud van de lokale populatie dan wel bescherming van de aanwezige individuen niet voldoende kan worden gegarandeerd, dienen compenserende maatregelen te worden uitgevoerd én dient een ontheffing te worden aangevraagd bij Dienst Regelingen. Voor deze soorten geldt echter dat alleen ontheffing wordt verleend op grond van een wettelijk belang genoemd in de Habitatrichtlijn of Besluit vrijstelling beschermde dier- en plantsoorten. Dat zijn voor Bijlage IV-soorten Habitatrichtlijn: bescherming van flora en fauna; volksgezondheid en openbare veiligheid; dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard, en voor het milieu wezenlijke gunstige effecten. en voor Bijlage 1: AMvB-soorten: bescherming van flora en fauna; volksgezondheid en openbare veiligheid; dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard, en voor het milieu wezenlijke gunstige effecten; uitvoering van werkzaamheden in het kader van ruimtelijke inrichting of ontwikkeling. Vogels Alle vogels in Nederland zijn streng beschermd. Werkzaamheden of gebruik van ruimte waarbij vogels gedood of verontrust, of waardoor hun nesten of vaste rust- en verblijfplaatsen worden verstoord, zijn verboden. Voor vogels geldt dat er alleen ontheffing wordt verleend op grond van een wettelijk belang zoals vermeld in de Vogelrichtlijn. Dat zijn: bescherming van flora en fauna; veiligheid van het luchtverkeer; volksgezondheid en openbare veiligheid. Overtreding van de Flora- en faunawet dient voorkomen te worden door het nemen van mitigerende maatregelen. Het gaat dan om het behoud van de functionaliteit van de voortplanting- en/of vaste rust- en verblijfplaatsen van de soorten. Het betreft hier de functies van het leefgebied die ervoor zorgen dat de soort succesvol kan rusten of voortplanten, bijvoorbeeld migratieroutes en foerageergebied. Om zeker te zijn of de maatregelen voldoende zijn, dienen ze vooraf beoordeeld te worden door Dienst Regelingen. Met dit besluit kan aangetoond worden dat de initiatiefnemer zich houdt aan de Flora- en faunawet. Het besluit heeft de initiatiefnemer bijvoorbeeld nodig als iemand bezwaar maakt tegen het project of vraagt om handhaving van de Flora- en faunawet. Stichting STARING ADVIES 21

22 Bescherming van vogelnesten Tijdens werkzaamheden dient rekening gehouden te worden met het broedseizoen van vogels. De Flora- en faunawet kent geen standaardperiode voor het broedseizoen. Het gaat erom of er een broedgeval is. Verblijfplaatsen van vogels die hun verblijfplaats het hele jaar gebruiken, zijn jaarrond beschermd. Slechts een beperkt aantal soorten bewoont het nest permanent of keert elk jaar terug naar hetzelfde nest. De meeste vogels maken elk broedseizoen een nieuw nest of zijn in staat om een nieuw nest te maken. Deze vogelnesten voor eenmalig gebruik vallen alleen tijdens het broedseizoen onder de bescherming van artikel 11 van de Flora- en faunawet. Voor deze soorten is geen ontheffing nodig voor werkzaamheden buiten het broedseizoen. En ook niet als maatregelen getroffen worden die voorkomen dat deze soorten zich op de bouwplaats vestigen tijdens het broedseizoen. Buiten het broedseizoen mogen nesten verplaatst of verwijderd worden, maar daar zijn uitzonderingen op. Nesten die het hele jaar door zijn beschermd Op de volgende categorieën gelden de verbodsbepalingen van artikel 11 van de Flora- en faunawet het gehele seizoen: 1. Nesten die, behalve gedurende het broedseizoen als nest, buiten het broedseizoen in gebruik zijn als vaste rust- en verblijfplaats. 2. Nesten van koloniebroeders die elk broedseizoen op dezelfde plaats broeden en die daarin zeer honkvast zijn of afhankelijk van bebouwing of biotoop. De (fysieke) voorwaarden voor de nestplaats zijn vaak zeer specifiek en limitatief beschikbaar. 3. Nesten van vogels, zijnde geen koloniebroeders, die elk broedseizoen op dezelfde plaats broeden en die daarin zeer honkvast zijn of afhankelijk van bebouwing. De (fysieke) voorwaarden voor de nestplaats zijn vaak zeer specifiek en limitatief beschikbaar. 4. Vogels die jaar in jaar uit gebruik maken van hetzelfde nest en die zelf niet of nauwelijks in staat zijn een nest te bouwen. Nesten die niet het hele jaar door zijn beschermd Er zijn ook vogelnesten die worden aangegeven als categorie 5. Deze zijn buiten het broedseizoen niet beschermd. 5. Nesten van vogels die weliswaar vaak terugkeren naar de plaats waar zij het jaar daarvoor hebben gebroed of de directe omgeving daarvan, maar die wel over voldoende flexibiliteit beschikken om, als de broedplaats verloren is gegaan, zich elders te vestigen. De soorten uit bovenstaande categorie 5 vragen extra onderzoek, ook al zijn hun nesten niet jaarrond beschermd. Categorie 5-soorten zijn namelijk wel jaarrond beschermd als zwaarwegende feiten of ecologische omstandigheden dat rechtvaardigen. Zorgplicht (art 2 Flora- en faunawet) Naast bovenstaande verplichtingen voor beschermde soorten geldt bovendien voor alle soorten, plant en dier, de zogenaamde zorgplicht. In de zorgplicht is opgenomen dat alle planten en dieren een intrinsieke waarde hebben en onvervangbaar zijn. De zorgplicht is een fatsoenseis en houdt in dat bij menselijk handelen voldoende zorg in acht genomen wordt om in het wild levende planten en dieren zoveel mogelijk te beschermen. Stichting STARING ADVIES 22

Compensatieplan De Wheme in Vorden. rapportnummer 1191

Compensatieplan De Wheme in Vorden. rapportnummer 1191 Compensatieplan De Wheme in Vorden rapportnummer 1191 Compensatieplan De Wheme in Vorden Dit rapport is afgedrukt op FSC-gecertificeerd en CO2-neutraal papier. Colofon Zelhem : augustus 2011 Rapportnummer

Nadere informatie

Aanvullend vleermuisonderzoek. Kerklaan 81 in Wateringen. In opdracht van Search Ingenieursbureau B.V.

Aanvullend vleermuisonderzoek. Kerklaan 81 in Wateringen. In opdracht van Search Ingenieursbureau B.V. Aanvullend vleermuisonderzoek Kerklaan 81 in Wateringen In opdracht van Search Ingenieursbureau B.V. Colofon Rapportnummer : 1514 Projectnummer : 2350 Opdrachtgever Contactpersoon Opdrachtnemer : Search

Nadere informatie

Notitie flora en fauna

Notitie flora en fauna Notitie flora en fauna Titel/locatie Projectnummer: 6306 Datum: 11-6-2013 Opgesteld: Rosalie Heins Gemeente Baarn is voornemens om op de locatie van de huidige gemeentewerf een nieuwe brede school ontwikkelen.

Nadere informatie

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Varikse Driehoek te Heerewaarden Datum : 1 september 2015 Projectnummer : 15-0092 Opdrachtgever : Woonstichting De kernen, Korenstraat 1, 5321

Nadere informatie

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw, Bureauonderzoek ecologie, wijzigingsplan IJsseldijk-West Ecologie Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan dient onderzocht te worden of de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet 1998 en het

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek Houtakker II te Bemmel

Vleermuisonderzoek Houtakker II te Bemmel Vleermuisonderzoek Houtakker II te Bemmel Gemeente Lingewaard 2 oktober 2008 Eindrapport 9T7382 Entrada 301 Postbus 94241 1090 GE Amsterdam +31 (0)20 569 77 00 Telefoon Fax info@amsterdam.royalhaskoning.com

Nadere informatie

Notitie. Quickscan natuuronderzoek. Parallelweg 9 in Neede. In het kader van de Flora- en faunawet. oktober rapportnr: 13477

Notitie. Quickscan natuuronderzoek. Parallelweg 9 in Neede. In het kader van de Flora- en faunawet. oktober rapportnr: 13477 Notitie Quickscan natuuronderzoek Parallelweg 9 in Neede In het kader van de Flora- en faunawet Dit rapport is gedrukt op 100% FSC-papier oktober rapportnr: 13477 In opdracht van: Gemeente Berkelland Postbus

Nadere informatie

Quickscan natuurtoets Onze Lieve Vrouwestraat 4 in Bentelo

Quickscan natuurtoets Onze Lieve Vrouwestraat 4 in Bentelo Quickscan natuurtoets Onze Lieve Vrouwestraat 4 in Bentelo Een inventarisatie van beschermde flora en fauna rapportnummer 1106 Quickscan natuurtoets Onze Lieve Vrouwestraat 4 in Bentelo Een inventarisatie

Nadere informatie

Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s- Heerenberg

Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s- Heerenberg Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s- Heerenberg In opdracht van: SAB BV Oktober 2014 Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s-heerenberg Colofon: J.H.S. Rijsdijk MSc Natuurkompas Ecologisch

Nadere informatie

Compensatie en mitigatie voor de vleermuis en de huismus in plangebied Jeruzalem

Compensatie en mitigatie voor de vleermuis en de huismus in plangebied Jeruzalem Compensatie en mitigatie voor de vleermuis en de huismus in plangebied Jeruzalem Planteam Groen, ecologie, Stedelijke recreatie en Water Februari, 2010 Compensatie en mitigatie voor de Gewone dwergvleermuis

Nadere informatie

Quickscan natuurtoets Ettemastraat 21 in Zeddam

Quickscan natuurtoets Ettemastraat 21 in Zeddam Quickscan natuurtoets Ettemastraat 21 in Zeddam Een inventarisatie van beschermde flora en fauna rapportnummer 1036 Quickscan natuurtoets Ettemastraat 21 in Zeddam Een inventarisatie van beschermde flora

Nadere informatie

Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde

Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde In opdracht van: SAB BV Oktober 2013 Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde Colofon:

Nadere informatie

Aanvullend vleermuisonderzoek restaurant Castellum Novum in De Meern

Aanvullend vleermuisonderzoek restaurant Castellum Novum in De Meern Aanvullend vleermuisonderzoek restaurant Castellum Novum in De Meern Toetsing in het kader van de Flora- en faunawet Datum: 08-11-2008 Auteur: A.H. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Kenmerk: vlm2008/10

Nadere informatie

Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen

Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen Inhoud Rapport en bijlagen 21 juli 2010 Projectnummer 015.36.02.71.00 I n h o u d s o

Nadere informatie

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons) Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk 14-16 (KuiperCompagnons) NATUUR Kader De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze soortgroepen

Nadere informatie

Resultaten onderzoek vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen Portiekwoningen Soendalaan-Billitonstraat e.o. te Vlaardingen. Kader

Resultaten onderzoek vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen Portiekwoningen Soendalaan-Billitonstraat e.o. te Vlaardingen. Kader Resultaten onderzoek vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen Portiekwoningen Soendalaan-Billitonstraat e.o. te Vlaardingen Datum : 3 november 2017 Projectnummer : 17-0148 Opdrachtgever : BIK bouw bv Opgesteld

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek locatie Merenhoef te Maarssen

Vleermuisonderzoek locatie Merenhoef te Maarssen Vleermuisonderzoek locatie Merenhoef te Maarssen Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen Datum: 10-10-2014 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer: AT/2014/10.10 Versie: Definitief

Nadere informatie

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt CONCEPT Omgevingsdienst Regio Utrecht juli 2012 kenmerk/ opgesteld door beoordeeld door Ronald Jansen Dagmar Storm INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding...

Nadere informatie

memo vaststelling bestemmingsplan aangaande Flora- en faunawet 'herontwikkeling perceel voormalig gemeentehuis' te 's Heerenberg.

memo vaststelling bestemmingsplan aangaande Flora- en faunawet 'herontwikkeling perceel voormalig gemeentehuis' te 's Heerenberg. memo aan: van: ons kenmerk: Gemeente Montferland SAB ZON/GEST/140400 datum: 20 januari 2015 betreft: vaststelling bestemmingsplan aangaande Flora- en faunawet 'herontwikkeling perceel voormalig gemeentehuis'

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen

Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen 17 juli 2013 ZOON ECOLOGIE Colofon Titel Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen Opdrachtgever mro Uitvoerder

Nadere informatie

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied)

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) 5 november 2011 Wat doen DR en DLG Dienst Regelingen is namens

Nadere informatie

M & M Onroerend Goed B.V. M. Kruithof Beulakerweg AC GIETHOORN. Datum 28 april 2017 Betreft Beslissing op uw aanvraag. Geachte heer Kruithof,

M & M Onroerend Goed B.V. M. Kruithof Beulakerweg AC GIETHOORN. Datum 28 april 2017 Betreft Beslissing op uw aanvraag. Geachte heer Kruithof, > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle M & M Onroerend Goed B.V. M. Kruithof Beulakerweg 77 8355 AC GIETHOORN Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 wnb@rvo.nl Aanvraagnummer

Nadere informatie

adviesbureau voor natuur & landschap NOTITIE

adviesbureau voor natuur & landschap NOTITIE NOTITIE Aan : Gemeente Oss t.a.v. de heer S. Witte Van : G. Hoogerwerf (rapportage) & R. Felix (veldonderzoek) Datum : 12 juni 2014 Projectnr. : 14-106 Onderwerp : Notitie quick scan beschermde natuur

Nadere informatie

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet BEM1605644 gemeente Steenbergen Behoort bij beschikking d.d. nr.(s) 28-11-2016 ZK16004958 Beleidsmedewerker Publiekszaken / vergunningen Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora-

Nadere informatie

Bijlage 1 Ecologisch onderzoek

Bijlage 1 Ecologisch onderzoek Page 1 of 5 Bijlage 1 Ecologisch onderzoek Plan: Hoofdwinkelcentrum Status: vastgesteld Plantype: bestemmingsplan IMRO-idn: NL.IMRO.0406.BPHWC2011-VG01 In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna

Onderzoek flora en fauna Bijlage 3 Onderzoek flora en fauna Ecologie In dit onderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven

Nadere informatie

Notitie aanvullend onderzoek

Notitie aanvullend onderzoek Notitie aanvullend onderzoek Vleermuizen Langbroekerdijk, Overlangbroek Auteur(s ): Ing. M. (Martijn) Bunskoek Project: 09078 Datum: 28 oktober 2009 Status: Definitief ecogroen advies bv Postbus 625, 8000

Nadere informatie

Boomcontrole vleermuizen boom 61145, Nieuwegracht te Utrecht

Boomcontrole vleermuizen boom 61145, Nieuwegracht te Utrecht Notitie Contactpersoon Datum 16 december 2016 Boomcontrole vleermuizen boom 61145, Nieuwegracht te Utrecht 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doel In opdracht van de gemeente Utrecht heeft Tauw onderzoek gedaan

Nadere informatie

NATUURTOETS LANGE WEMEN HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO

NATUURTOETS LANGE WEMEN HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO November 2009 Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding en doel 3 1.2 Werkwijze 3 1.3 Leeswijzer 4 2 Wettelijk kader Flora- en faunawet 5 3 Aanwezige natuurwaarden 7 3.1 Inleiding

Nadere informatie

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld Tegelseweg 3 5951 GK Belfeld Tel: 077-4642999 www.faunaconsult.nl info@faunaconsult.nl Faunaconsult KvK Venlo 09116138 De heer J. Bruekers Bolenbergweg 18 5951 AZ Belfeld Flora- en faunascan voor de bouw

Nadere informatie

De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat WD AMERSFOORT

De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat WD AMERSFOORT > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat 21 3811 WD AMERSFOORT Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Betreft

Nadere informatie

Ordito t.a.v. dhr. F.A. Jiskoot Postbus 94 5126 ZH GILZE

Ordito t.a.v. dhr. F.A. Jiskoot Postbus 94 5126 ZH GILZE Ordito t.a.v. dhr. F.A. Jiskoot Postbus 94 5126 ZH GILZE Roermond : 11 januari 2012 Ons kenmerk : AM11215 Betreft : Vleermuizen- en vogelnestenonderzoek locatie Tom Rook te Gouderak (aangepaste rapportage)

Nadere informatie

Terneuzen. Quickscan Flora en fauna. Wulpenbek 16 te Hoek. <NL.IMRO.Invullen> concept. I. Dekker MSc. identificatiecode: datum: status:

Terneuzen. Quickscan Flora en fauna. Wulpenbek 16 te Hoek. <NL.IMRO.Invullen> concept. I. Dekker MSc. identificatiecode: datum: status: Terneuzen Quickscan Flora en fauna Wulpenbek 16 te Hoek identificatie planstatus identificatiecode: datum: status: 16-09-2016 concept projectnummer: auteur I. Dekker MSc. Inhoud van

Nadere informatie

memo datum: 22 juli 2011

memo datum: 22 juli 2011 memo aan: van: Buro SRO Laneco datum: 22 juli 2011 betreft: 1 Inleiding Aan de Koterweg te Barneveld is de sloop van een voormalig kruisgebouw voorgenomen. In de plaats hiervan worden 17 zorgappartementen

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek Locatie Zorgcentrum De Klaarbeek te Epe

Vleermuisonderzoek Locatie Zorgcentrum De Klaarbeek te Epe Vleermuisonderzoek Locatie Zorgcentrum De Klaarbeek te Epe projectnr. 181571 Definitief 1 oktober 2008 Opdrachtgever Woonzorg Nederland Business Unit Projectontwikkeling Postbus 339 1180 AH AMSTELVEEN

Nadere informatie

Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem

Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen en steenmarter Datum: 15-10-2012 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer:

Nadere informatie

Nader onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw Warmenhuizen Centrum

Nader onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw Warmenhuizen Centrum Nader onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw Warmenhuizen Centrum Nader onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw Warmenhuizen Centrum Inhoud Rapport en bijlagen 8 oktober 2014 Projectnummer

Nadere informatie

Quickscan natuurtoets Landgoed Huize Barthen in Loil

Quickscan natuurtoets Landgoed Huize Barthen in Loil Quickscan natuurtoets Landgoed Huize Barthen in Loil Een inventarisatie van beschermde flora en fauna rapportnummer 1037 Quickscan natuurtoets Landgoed Huize Barthen te Loil Een inventarisatie van beschermde

Nadere informatie

Aanvullend natuuronderzoek voormalig Zoutdepot Breukelen

Aanvullend natuuronderzoek voormalig Zoutdepot Breukelen Aanvullend natuuronderzoek voormalig Zoutdepot Breukelen Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen Datum: 30-08-2014 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer: AT/2014/30.08 Versie:

Nadere informatie

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet. Aan Rob Knijn Van C. van den Tempel CC M. Witteveldt Datum 12 januari 2017 Betreft Flora- en faunagegevens Middenweg Zuid Project Herontwikkeling Middenweg Zuid Geachte heer Knijn, Beste Rob, In 2014 en

Nadere informatie

Aanvullend natuuronderzoek Oostelijke Randweg in Doetinchem

Aanvullend natuuronderzoek Oostelijke Randweg in Doetinchem AanvullendnatuuronderzoekOostelijkeRandweginDoetinchem Onderzoek naar verblijfplaatsen van vogels, vleermuizen en eekhoorn rapportnummer 1212 Tussentijdse rapportage, december 2011 Aanvullend natuuronderzoek

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verantwoording Titel : Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Subtitel : Projectnummer : Referentienummer : Revisie : C1 Datum : 30-10-2012 Auteur(s) :

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad

Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad Opdrachtgever : DG Groep Rapporteur : R. van der Kuil Status : concept Datum : 27 augustus 2011 Stichting CREX Boekenburglaan 54 2215 AE Voorhout 06-48410531

Nadere informatie

Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek in een woonwijk in Zuidlaren

Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek in een woonwijk in Zuidlaren Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek in een woonwijk in Zuidlaren Opdrachtgever Referentie Woonborg Vries, E.W. de, E. van der Heijden & M.S.E. Greve 2013. Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek

Nadere informatie

Bijlage 1 Onderzoek ecologie

Bijlage 1 Onderzoek ecologie Bijlage 1 Onderzoek ecologie In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan

Nadere informatie

ACTIVITEITENPLAN KAAGSTRAAT/NORREMEERSTRAAT

ACTIVITEITENPLAN KAAGSTRAAT/NORREMEERSTRAAT ACTIVITEITENPLAN KAAGSTRAAT/NORREMEERSTRAAT TE WARMOND Opdrachtgever: Contactpersoon: Woningstichting Warmunda Dhr. S. Gopie Uitvoering: Adviesbureau E.C.O. Logisch Projectcode: WANA1301A Status: Definitief

Nadere informatie

: QuickScan Flora & Fauna Meijelseweg 60a te Beringe, gemeente Peel en Maas

: QuickScan Flora & Fauna Meijelseweg 60a te Beringe, gemeente Peel en Maas Advies : QuickScan Flora & Fauna Meijelseweg 60a te Beringe, gemeente Peel en Maas Datum : 14 januari 2014 Opdrachtgever : De heer L.P.G. Oudenhoven Projectnummer : 211x05418 Opgesteld door : Ineke Kroes

Nadere informatie

1. OVERZICHT GESCHIKTE LOCATIES T.B.V. VLEERMUISKASTEN

1. OVERZICHT GESCHIKTE LOCATIES T.B.V. VLEERMUISKASTEN 1. OVERZICHT GESCHIKTE LOCATIES T.B.V. VLEERMUISKASTEN Datum: 02-02-2015 Door de relatief hoge kopgevels en goothoogtes is het overgrote deel van de woningen zoals aangegeven op de luchtfoto geschikt voor

Nadere informatie

Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam

Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Colofon Titel Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Projectnummer 12364 Opdrachtgever

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek Schuttersbosch Eindhoven

Vleermuisonderzoek Schuttersbosch Eindhoven Vleermuisonderzoek Schuttersbosch Eindhoven R.M. Koelman Mei 2013 Rapport van de Zoogdiervereniging In opdracht van Stichting Woonbedrijf SWS.Hhvl R.M. Koelman Rapport nr.: 2013.06 Project nr.: 2012.090

Nadere informatie

Gemeente Heerhugowaard M. Hoosbeek Postbus AJ HEERHUGOWAARD. Datum 22 december 2014 Betreft Beslissing op uw aanvraag Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Heerhugowaard M. Hoosbeek Postbus AJ HEERHUGOWAARD. Datum 22 december 2014 Betreft Beslissing op uw aanvraag Ruimtelijke ingrepen > Retouradres Postbus 40219 8004 DE Zwolle Gemeente Heerhugowaard M. Hoosbeek Postbus 390 1700 AJ HEERHUGOWAARD Postbus 40219 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing

Nadere informatie

! " # $! % & '%(#(#%) * +,,, & -, ".,,,,,!

!  # $! % & '%(#(#%) * +,,, & -, .,,,,,! ! " # $! % & %(#(#%) *+,,, &-,".,,,,! 1 Inleiding Het plangebied is gelegen op de hoek van het perceel Werkensedijk 69 en de Monnikenhoef te Werkendam. Ter plaatse is in de huidige situatie een voormalig

Nadere informatie

PLANGEBIED EN VOORGENOMEN ONTWIKKELING

PLANGEBIED EN VOORGENOMEN ONTWIKKELING KuiperCompagnons De heer R. Wegener Postbus 13042 3004 HA Rotterdam Ons kenmerk : 1503H081/DBI/rap2 Datum : 23 november 2015 Betreft : Resultaten aanvullend flora- en faunaonderzoek Ouddorp Geachte heer

Nadere informatie

PLANGEBIED EN VOORGENOMEN ONTWIKKELING

PLANGEBIED EN VOORGENOMEN ONTWIKKELING Bijlage 7: IDDS, Resultaten aanvullend flora- en faunaonderzoek Ouddorp, kenmerk: 1503H081/DBI/rap2, d.d. 23 november 2015 KuiperCompagnons De heer R. Wegener Postbus 13042 3004 HA Rotterdam Ons kenmerk

Nadere informatie

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond Quickscan flora en fauna Deltaweg te Helmond A.P. Kerssemakers Voor de afdeling: SB/ROV. Gemeente Helmond. December 2012 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 2.Wettelijk kader 2 3. Plangebied 4 4. Onderzoek 7

Nadere informatie

Briefrapport AANLEIDING EN METHODE. De heer J. Arends. datum: 20 april quick scan flora en fauna

Briefrapport AANLEIDING EN METHODE. De heer J. Arends. datum: 20 april quick scan flora en fauna Briefrapport aan: van: ons kenmerk: De heer J. Arends SAB RIJS/110571 datum: 20 april 2012 betreft: quick scan flora en fauna AANLEIDING EN METHODE In Opheusden (gemeente Neder-Betuwe, provincie Gelderland)

Nadere informatie

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Locatie Campagne, Medoclaan te Maastricht

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Locatie Campagne, Medoclaan te Maastricht Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Locatie Campagne, Medoclaan te Maastricht Datum : 29 september 2015 Projectnummer : 15-0161 Opdrachtgever : Van Wijnen Rosmalen B.V. Postbus 46

Nadere informatie

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, gazon, weiland, opgaande beplanting en oppervlaktewater.

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, gazon, weiland, opgaande beplanting en oppervlaktewater. In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan deze ontwikkelingen wat

Nadere informatie

Aanvullend vleermuizenonderzoek bedrijventerrein Rijssen- Enter

Aanvullend vleermuizenonderzoek bedrijventerrein Rijssen- Enter Notitie Aanvullend vleermuizenonderzoek bedrijventerrein Rijssen- Enter Auteurs: ing. M. Wallink Project: 06307 Datum: 10 september 2007 Status: definitief ecogroen advies bv Postbus 625, 8000 AP Zwolle

Nadere informatie

Notitie quickscan Flora en fauna

Notitie quickscan Flora en fauna Notitie quickscan Flora en fauna Prins Bernardstraat 2, Oldenzaal Projectnummer: 8399 Datum: 5-9-2017 Opgesteld: V. de Lenne Inleiding De initiatiefnemer is voornemens de woning aan de Prins Bernhardstraat

Nadere informatie

Natuurwaarden onderzoek de Hallen

Natuurwaarden onderzoek de Hallen Natuurwaarden onderzoek de Hallen Beleidsteam Stad November 2011 Samenvatting Voor de Hallen wordt een nieuw bestemmingsplan opgesteld. Het bestemmingsplan maakt sloopnieuwbouw en renovatiewerkzaamheden

Nadere informatie

Vleermuizen- & huismusseninventarisatie D n Door

Vleermuizen- & huismusseninventarisatie D n Door Vleermuizen- & huismusseninventarisatie D n Door Opdrachtgever: Ordito B.V Uitgevoerd door: Elsken Ecologie Amsterdam, 02 oktober 2013 Colofon Tekst en fotografie: In opdracht van: Ing. D. van der Elsken

Nadere informatie

GEMEENTE M!D 7-EM-DELFLAND. 1 MGEKOVilN OP 2 2 NOV Zaaknum:\eí

GEMEENTE M!D 7-EM-DELFLAND. 1 MGEKOVilN OP 2 2 NOV Zaaknum:\eí Ondernemend Nederland > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Gemeente Midden-Delfland P.A. van den Heuvel Postbus 1 2636 ZG SCHIPLUIDEN GEMEENTE üntv.bev. Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl

Nadere informatie

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA QUICKSCAN FLORA EN FAUNA Behorende bij project: ( Naast) Elststraat 2, te Rosmalen Gemeente s-hertogenbosch Opdrachtgever: De heer P. van Hooft Projectnummer: PS.2016.618 Datum: 9 augustus 2016 Pasmaat

Nadere informatie

Natuurtoets Tugelawegblokken

Natuurtoets Tugelawegblokken Natuurtoets Tugelawegblokken Planteam Groen, ecologie, stedelijke Recreatie en Water April 2010 Inhoud 1. Samenvatting...3 2. Inleiding...4 3. Wettelijke kaders...5 4. Inventarisate en resultaten...8 5.

Nadere informatie

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet Inleiding Praktisch overal in Nederland komen beschermde soorten flora en fauna voor. Bekende voorbeelden zijn de aanwezigheid van rugstreeppadden op

Nadere informatie

Rapportage soortgericht onderzoek Cannerweg 8 & 10

Rapportage soortgericht onderzoek Cannerweg 8 & 10 Rapportage soortgericht onderzoek Cannerweg 8 & 10 Aanleiding nader onderzoek Vanwege de herinrichting van het gebied rondom het winkelpand Carré is het noodzakelijk om twee panden in de nabijheid te slopen.

Nadere informatie

Memo. nummer rev 00 datum RvR Limburg C.V. L.E.Dinger kopie project projectnummer Quickscan Flora en Fauna Danielweg te Horst

Memo. nummer rev 00 datum RvR Limburg C.V. L.E.Dinger kopie project projectnummer Quickscan Flora en Fauna Danielweg te Horst Memo nummer rev 00 datum 2 11 2011 aan RvR Limburg C.V. van L.E.Dinger kopie project projectnummer 200163 betreft Quickscan Flora en Fauna Danielweg te Horst Inleiding RvR Limburg C.V. heeft het voornemen

Nadere informatie

Briefrapport. Globale ligging plangebied. AANLEIDING EN METHODE. De heer E.J. Overbeek. datum: 16 september 2011. quick scan flora en fauna

Briefrapport. Globale ligging plangebied. AANLEIDING EN METHODE. De heer E.J. Overbeek. datum: 16 september 2011. quick scan flora en fauna Briefrapport aan: van: ons kenmerk.: De heer E.J. Overbeek SAB RIJS/110253 datum: 16 september 2011 betreft: quick scan flora en fauna AANLEIDING EN METHODE In Diepenheim (gemeente Hof van Twente, provincie

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. Methodiek

Notitie. Inleiding. Methodiek Notitie Opdrachtgever: A. Nijssen, gemeente Leiden Auteur: W. Moerland Betreft: FFW Rijnsburgerblok Leiden Projectnummer: 1001 Datum: 25 juli 2014 Status: definitief bezoekadres: Natuurhistorisch Museum

Nadere informatie

Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven

Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven 15 november 2012 ZOON ECOLOGIE Colofon Titel Opdrachtgever Uitvoerder Auteur Datum Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven m RO Zoon Ecologie C.P.M. Zoon ZOON ECOLOGIE

Nadere informatie

Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus HB AMSTERDAM

Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus HB AMSTERDAM > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus 95089 1090 HB AMSTERDAM Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

Buro Maerlant. Bakel Auerschootseweg. Nader onderzoek vleermuizen en huismus BM-NOTITIE 2014

Buro Maerlant. Bakel Auerschootseweg. Nader onderzoek vleermuizen en huismus BM-NOTITIE 2014 Buro Maerlant L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g BM-NOTITIE 2014 Nader onderzoek vleermuizen en huismus J. van Suijlekom, 17 oktober 2014 1 Inleiding 1.1 Algemeen

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek huismussen t Haantje Midden in Rijswijk. Notitie. Juni 2017 P17-087/W1321 Auteur: M.E.Dubbeldam

Aanvullend onderzoek huismussen t Haantje Midden in Rijswijk. Notitie. Juni 2017 P17-087/W1321 Auteur: M.E.Dubbeldam Aanvullend onderzoek huismussen t Haantje Midden in Rijswijk Notitie Juni 2017 P17-087/W1321 Auteur: M.E.Dubbeldam Natuur-Wetenschappelijk Centrum 078-6213921 nwcadvies@nwcadvies.nl www.nwcadvies.nl Aanvullend

Nadere informatie

Vleermuisinventarisatie De Annenborch, Rosmalen

Vleermuisinventarisatie De Annenborch, Rosmalen Vleermuisinventarisatie De Annenborch, Rosmalen Onderzoek in het kader van de Flora- en faunawet L.S.A. Anema D.B. Kruijt Ecologie & landschap 2 Vleermuisinventarisatie De Annenborch, Rosmalen Onderzoek

Nadere informatie

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, opgaande beplanting en watergangen.

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, opgaande beplanting en watergangen. Ecologie In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan deze ontwikkelingen

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. Methodiek. Delfland S. Jaarsma & M.A.J. Grutters. Vervolgonderzoek Dijkhoornseweg Den Hoorn. Projectnummer: 1029

Notitie. Inleiding. Methodiek. Delfland S. Jaarsma & M.A.J. Grutters. Vervolgonderzoek Dijkhoornseweg Den Hoorn. Projectnummer: 1029 Notitie Opdrachtgever: Auteur: Betreft: Projectnummer: 1029 Dhr. M. Moerman, gemeente Midden- Delfland S. Jaarsma & M.A.J. Grutters Datum: 1 oktober 2014 Status: Vervolgonderzoek Dijkhoornseweg Den Hoorn

Nadere informatie

B i j l a g e 2 : W e r k p r o t o c o l h u i s m u s

B i j l a g e 2 : W e r k p r o t o c o l h u i s m u s B i j l a g e 2 : W e r k p r o t o c o l h u i s m u s W e r k p r o t o c o l h u i s m u s Z w a r t e w e g 8 t V e l d I n l e i d i n g In december 2012 is een ecologische inventarisatie uitgevoerd

Nadere informatie

BM-RAPPORT Onderzoek naar vleermuizen, gierzwaluw en huismus. T.P. Molenaar en L. Boon, 30 september DEFINITIEF

BM-RAPPORT Onderzoek naar vleermuizen, gierzwaluw en huismus. T.P. Molenaar en L. Boon, 30 september DEFINITIEF BM-RAPPORT 2011- Onderzoek naar vleermuizen, gierzwaluw en huismus Oranjebuurt Strijen T.P. Molenaar en L. Boon, 30 september 2011. DEFINITIEF Inhoud 1 Inleiding 3 2 Werkwijze en inspanning 3 2.1 Vleermuizen

Nadere informatie

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode)

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 20 mei 2014 Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) 1 Inleiding 1.1 Kader van het onderzoek Projecten of handelingen dienen te worden getoetst aan de wet- en

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek Parklaan / Nieuweweg te Hattem

Verkennend natuuronderzoek Parklaan / Nieuweweg te Hattem Verkennend natuuronderzoek Parklaan / Nieuweweg te Hattem Onderzoek naar het voorkomen van beschermde soorten en gebieden Datum: 28-11-2011 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer:

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek locatie Loostraat 55a/57 Huissen

Verkennend natuuronderzoek locatie Loostraat 55a/57 Huissen Verkennend natuuronderzoek locatie Loostraat 55a/57 Huissen Onderzoek naar het voorkomen van beschermde natuurwaarden Datum: 16-08-2013 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer: AT/2013/16.08

Nadere informatie

Quickscan natuuronderzoek Dwarsdijk

Quickscan natuuronderzoek Dwarsdijk Quickscan natuuronderzoek Dwarsdijk Een inventarisatie van beschermde Zelhem flora en fauna Zelhem, februari 2007 Rapportnummer 0712 Projectnummer 756 opdrachtgever VanWestreenen Adviseurs Varsseveldseweg

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. Methodiek. J. de Waard (Trivire Wonen) aan. van A. de Baerdemaeker. betreft Vleermuis- en vogelonderzoek Patersweg Dordrecht

Notitie. Inleiding. Methodiek. J. de Waard (Trivire Wonen) aan. van A. de Baerdemaeker. betreft Vleermuis- en vogelonderzoek Patersweg Dordrecht Notitie aan J. de Waard (Trivire Wonen) van A. de Baerdemaeker betreft Vleermuis- en vogelonderzoek Patersweg Dordrecht project 0619 datum 2 augustus 2011 Postbus 23452 3001 KL Rotterdam telefoon: 010-436

Nadere informatie

Buro Maerlant. Veldhoven Zandoerleseweg. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Buro Maerlant. Veldhoven Zandoerleseweg. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g Buro Maerlant L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g BM-NOTITIE 2012 Notitie Flora- en faunawet J. van Suijlekom, 29 februari 2012 Inhoud Blz 1 Inleiding 3 1.1 Algemeen

Nadere informatie

Ecologische quickscan. gebied Nieuweweg-Reinaldstraat

Ecologische quickscan. gebied Nieuweweg-Reinaldstraat Ecologische quickscan gebied Nieuweweg-Reinaldstraat gemeente Valkenburg aan de Geul Reinaldstraat 7-9 (foto: www.tvvalkenburg.nl) 1 Ecologische quickscan gebied Nieuweweg-Reinaldstraat gemeente Valkenburg

Nadere informatie

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter Ff-onderzoek Wierdenseweg, Enter Datum: 19-9-2013 Opgesteld door: Vincent de Lenne Projectnummer: 6444 Aanleiding en doel Binnen het plangebied (zie bijlage 1) wordt

Nadere informatie

Servatius Woningstichting L. Hupperts Postbus BD MAASTRICHT. Datum 21 juni 2017 Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte heer Hupperts,

Servatius Woningstichting L. Hupperts Postbus BD MAASTRICHT. Datum 21 juni 2017 Betreft Beslissing op aanvraag. Geachte heer Hupperts, > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Servatius Woningstichting L. Hupperts Postbus 1150 6201 BD MAASTRICHT Ondernemend Nederland Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 wnb@rvo.nl

Nadere informatie

Samenvatting quickscan natuurtoets

Samenvatting quickscan natuurtoets Samenvatting quickscan natuurtoets Onderwerp Opdrachtgever Insingerstraat Soest RV&O Project Status Datum Sloop en nieuwbouw Insingerstraat concept 8 januari 2016 Auteur Veldonderzoek Projectcode Gelder,

Nadere informatie

Activiteitenplan Patrimonium, Wageningen

Activiteitenplan Patrimonium, Wageningen Activiteitenplan Patrimonium, Wageningen In het kader van de Flora- en faunawet In opdracht van: De Woningstichting Activiteitenplan Patrimonium, Wageningen RA13343-01 2 Colofon Tekst, foto's en samenstelling

Nadere informatie

Notitie Flora en faunawet bestemmingsplan Centrum Best; Locatie ten noorden van begraafplaats

Notitie Flora en faunawet bestemmingsplan Centrum Best; Locatie ten noorden van begraafplaats Ecologica BV Rondven 22 6026 PX Maarheeze 0495-46 20 70 0495-46 20 79 info@ecologica.eu www.ecologica.eu Gemeente Best T.a.v. dhr. P. van den Broek Raadhuisplein 1 Postbus 50 5680 AB Best Datum: 2 april

Nadere informatie

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1 Briefrapport van: ons kenmerk: SAB Arnhem B.V. KUEN/80685 datum: 30 januari 2009 betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1 aanleiding en methode Aan de Bloksteegweg 1, te Borne (gemeente Borne)

Nadere informatie

Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele

Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele Butersdijk nabij nummer 21, Lettele Datum: 12-3-2014 Opgesteld door: Vincent de Lenne Projectnummer: 6546 Aanleiding en doel Aan de Butersdijk, nabij

Nadere informatie

Natuurtoets. Fort Oranje 27. Woerden

Natuurtoets. Fort Oranje 27. Woerden Natuurtoets Fort Oranje 27 Woerden 19 augustus 2013 ZOON ECOLOGIE Colofon Titel Natuurtoets Fort Oranje 27 Woerden Opdrachtgever mro Uitvoerder ZOON ECOLOGIE Auteur C.P.M. Zoon Datum 19 augustus 2013 ZOON

Nadere informatie

Quickscan samenvatting natuurtoets Sint Nicolaasdijk 153, Kampen

Quickscan samenvatting natuurtoets Sint Nicolaasdijk 153, Kampen Witpaard BV Contactpersoon Kenmerk Status Datum Dhr. J. Drenth 15-182 concept 13 mei 2015 Betreft Quickscan samenvatting natuurtoets Sint Nicolaasdijk 153, Kampen Omschrijving Aanleiding en doelstelling

Nadere informatie

Quickscan. Een. Projectnummer 018. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Scholtenhagenweg 10

Quickscan. Een. Projectnummer 018. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Scholtenhagenweg 10 Quickscan natuuronderzoek ivm bestemmingsplan en ontwikkelingen Bellersweg 13 Hengelo Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Haaksbergen 9 juli 2013 Rapportnummer 0128 Projectnummer 018 Opdrachtgever

Nadere informatie

Soortenonderzoek Julianahof Zeist

Soortenonderzoek Julianahof Zeist Soortenonderzoek Julianahof Zeist 21 sept 2013 ZOON ECOLOGIE Colofon Titel Soortenonderzoek Julianahof Zeist Opdrachtgever mro Uitvoerder ZOON ECOLOGIE Auteur C.P.M. Zoon Datum 21 sept 2013 ZOON ECOLOGIE

Nadere informatie

Lyaemer Wonen Y.A. Tiemensma Straatweg 54 8531 PZ LEMMER. Datum 7 augustus 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen

Lyaemer Wonen Y.A. Tiemensma Straatweg 54 8531 PZ LEMMER. Datum 7 augustus 2014 Betreft Toekenning ontheffing Ruimtelijke ingrepen > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Lyaemer Wonen Y.A. Tiemensma Straatweg 54 8531 PZ LEMMER Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Aanvraagnummer.toek.js Betreft

Nadere informatie

Memo. nummer rev 00 datum RvR Limburg C.V. L.E.Dinger kopie project projectnummer Quickscan Flora en Fauna Jacob Poelsweg te America

Memo. nummer rev 00 datum RvR Limburg C.V. L.E.Dinger kopie project projectnummer Quickscan Flora en Fauna Jacob Poelsweg te America Memo nummer rev 00 datum 2 11 2011 aan RvR Limburg C.V. van L.E.Dinger kopie project projectnummer 200163 betreft Quickscan Flora en Fauna Jacob Poelsweg te America Inleiding RvR Limburg C.V. heeft het

Nadere informatie

Toets flora en fauna Kolping te Nijmegen

Toets flora en fauna Kolping te Nijmegen Toets flora en fauna Kolping te Nijmegen Datum : 21 mei 2015 Projectnummer : 15-0099 Opdrachtgever : Talis Postbus 628 6500 AP Nijmegen 1 Inleiding 1.1 Aanleiding In verband met de voorgenomen werkzaamheden

Nadere informatie