Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Brunssum 2012

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Brunssum 2012"

Transcriptie

1 CVDR Officiële uitgave van Brunssum. Nr. CVDR134097_2 24 oktober 2017 Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Brunssum 2012 VERORDENING INDIVIDUELE VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BRUNSSUM 2012 De raad van de gemeente Brunssum, Gelezen het voorstel van het college van 13 december 2011, Gelet op de artikelen 4, 5, 6, 20, 24 en 31 Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en artikel 149 Gemeentewet; Gelet op de door de raad van de gemeente Brunssum vastgestelde beleidsnota Wet maatschappelijke ondersteuning 2012 t/m 2015 Samen lukt het! ; Gehoord de adviesraad Wmo; Overwegende dat het noodzakelijk is om voorzieningen te treffen ter compensatie van de beperkingen die een persoon heeft in zijn zelfredzaamheid en zijn maatschappelijke participatie; Besluit vast te stellen: de Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Brunssum Algemeen Artikel 1. Begripsbepalingen. In deze verordening en de daarop gebaseerde nadere regelgeving wordt verstaan onder: a. Wet: Wet maatschappelijke ondersteuning; b. college: het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Brunssum c. compensatiebeginsel: de algemene verplichting aan het gemeentebestuur om personen met aantoonbare beperkingen op grond van ziekte of gebrek, inclusief chronische psychische en psychosociale problemen door het treffen van voorzieningen een gelijkwaardige uitgangspositie te verschaffen zodat zij zelfredzaam zijn en in staat tot maatschappelijke participatie; d. persoon met beperkingen: een persoon die ten gevolge van ziekte of gebrek, inclusief chronische psychische en psychosociale problemen, aantoonbare beperkingen ondervindt bij het uitvoeren van activiteiten op het gebied van het voeren van het huishouden, bij het normale gebruik van de woning; bij het verplaatsen in en om de woning, bij het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel of bij het ontmoeten van medemensen en het op basis daarvan aangaan van sociale verbanden; e. maatschappelijke participatie: normale deelname aan het maatschappelijke verkeer, te weten het voeren van een huishouden, het normale gebruik van de woning; het zich in en om de woning verplaatsen; het zich zodanig verplaatsen dat aansluiting wordt gevonden bij regionale, bovenregionale en landelijke vervoersystemen; het ontmoeten van andere mensen en het aangaan en onderhouden van sociale verbanden om op die manier deel te nemen aan het lokale maatschappelijke leven; f. (wettelijke) voorliggende voorziening: al dan niet op een wet gebaseerde voorzieningen die normaal in de maatschappij aanwezig en daadwerkelijk beschikbaar zijn, door de aanvrager financieel gedragen kunnen worden en een voldoende compensatie bieden voor de beperkingen van de aanvrager; g. algemeen gebruikelijk: naar geldende maatschappelijke normen tot het gangbare gebruiks- dan wel bestedingspatroon van een persoon als de aanvrager behorend; h. individuele voorziening: een voorziening die aan een persoon wordt aangeboden indien een voorliggende voorziening geen compenserende oplossing biedt; i. eigen bijdrage: een door het college van burgemeester en wethouders vast te stellen bijdrage, die bij de verstrekking van een individuele voorziening in natura of een persoonsgebonden budget, waaronder de vergoeding voor een arbeidsverhouding als bedoeld in artikel 5, eerste lid van de Wet op de loonbelasting 1964, aan een persoon van 18 jaar en ouder, betaald moet worden; j. voorziening in natura: een voorziening die in eigendom, in bruikleen, in huur of in de vorm van persoonlijke dienstverlening aan een persoon wordt verstrekt; k. collectieve voorziening: een voorziening zoals het collectief vraagafhankelijk vervoer, die individueel wordt verstrekt maar die door meerdere personen tegelijk wordt gebruikt; l. persoonsgebonden budget: een geldbedrag waarmee de aanvrager een of meer aan hem te verlenen voorzieningen kan verwerven; m. meerkosten: kosten van een mogelijk krachtens de wet te verlenen voorziening, voorzover dit deel van de kosten uitgaat boven voor die persoon als algemeen gebruikelijk te beschouwen kosten van een dergelijke voorziening; 1

2 n. huisgenoot: iedere persoon met wie de aanvrager duurzaam gemeenschappelijk een woning bewoont; o. budgethouder: een persoon aan wie ingevolge deze verordening een persoonsgebonden budget is toegekend en die aan het college verantwoording verschuldigd is over de besteding van het persoonsgebonden budget; p. woonwagen: voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst; p. ICF: De International Classification of Functioning, Disability and Health (ICF) wordt gehanteerd als uniform begrippenkader, als afwegingskader en als grondslag om de behoefte aan voorzieningen in individuele gevallen vast te stellen of te typeren; r. Hoofdverblijf: de woonruimte, bestemd en geschikt voor permanente bewoning, waar de persoon met beperkingen zijn vaste woon- en verblijfplaats heeft en in de gemeenschappelijke basisadministratie staat ingeschreven, dan wel het feitelijke woonadres indien de persoon met beperkingen met een briefadres is ingeschreven; q. Gemeenschappelijke ruimte: gedeelte(n) van een woongebouw, niet behorend tot de onderscheiden woningen, bestemd en noodzakelijk om de woning van de persoon met beperkingen vanaf de toegang tot de woning te bereiken. r. Mantelzorg: langdurige ondersteuning, die niet in kader van de hulpverlening wordt geboden aan hulpbehoevende door een persoon uit diens directe omgeving, waarbij het verlenen van ondersteuning rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en gebruikelijke zorg van de huisgenoot overstijgt. Mantelzorg vindt plaats op basis van vrijwiliigheid, dat wil zeggen dat de mantelzorger zelf aangeeft in staat te zijn deze ondersteuning te verlenen. u. Zelfredzaamheid: het lichamelijk, verstandelijk, geestelijke en financiële vermogen om zelf voorzieningen te treffen, die maatschappelijke participatie mogelijk maken. v. Algemene voorziening: een voorziening die wordt geleverd op basis van directe beschikbaarheid, een beperkte toegangsbeoordeling en die een snelle, regelarme en adequate oplossing biedt, voor de beperkingen die een persoon ondervindt. Artikel 2. Gesprek voorafgaand aan aanvraag 1. Aan een aanvraag voor een individuele voorziening ex artikel 1, lid 1 aanhef en onder g sub 6 van de Wet, kan een verzoek voor een gesprek vooraf gaan indien: a. dit wordt verzocht door of namens een persoon die beperkingen ondervindt en die nog niet eerder een aanvraag in het kader van de Wet heeft gedaan; b. er bij de persoon die reeds in aanmerking kwam voor een voorziening, sprake is van gewijzigde omstandigheden; c. het college dat wenselijk acht. 2. In het gesprek als bedoeld in het eerste lid, wordt met degene die maatschappelijke ondersteuning zoekt in elk geval zijn gehele situatie geïnventariseerd ten aanzien van de beperkingen en de gevolgen daarvan, de te bereiken resultaten, de te kiezen oplossingen via eigen kracht en eigen sociale omgeving dan wel via mogelijkheden van het netwerk of via (wettelijk) voorliggende en individuele voorzieningen. 3. Bij het gesprek als bedoeld in het eerste lid, wordt indien een mantelzorger als bedoeld in artikel 1, lid 1, onder b. van de Wet aanwezig is, met de mantelzorger en zo mogelijk met de verzorgde, geïnventariseerd welke belemmeringen de mantelzorger ondervindt bij de uitvoering van de mantelzorg. Artikel 3. Compensatiebeginsel 1. Het college biedt aan personen met aantoonbare beperkingen op grond van ziekte of gebrek inclusief chronisch psychische en psychosociale problemen compensatie door het treffen van voorzieningen die aan deze persoon een gelijkwaardige uitgangspositie verschaffen zodat zij zelfredzaam zijn en in staat tot maatschappelijke participatie; 2. Een voorziening als bedoeld in het eerste lid, kan slechts worden toegekend voor zover: a. deze langdurig noodzakelijk is om de beperkingen op het gebied van het voeren van het huishouden, het verplaatsen in en om de woning, het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel en bij het ontmoeten van medemensen en op basis daarvan sociale verbanden aangaan, op te heffen of te verminderen; b. deze, naar objectieve maatstaven gemeten, als de goedkoopst compenserende voorziening kan worden aangemerkt; c. deze in overwegende mate op het individu is gericht. Artikel 4. Algemene weigeringsgronden 1. De gevraagde voorziening wordt afgewezen indien en voor zover: 2

3 a. de aanvrager niet woonachtig is in de gemeente Brunssum; b. de voorziening voor een persoon als de aanvrager algemeen gebruikelijk is; c. de voorziening niet in overwegende mate op het individu is gericht; d. de voorziening niet langdurig noodzakelijk is op het gebied van het voeren van het huishouden, het verplaatsen in en om de woning, het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel en bij het ontmoeten van medemensen en op basis daarvan sociale verbanden aangaan op te heffen of te verminderen, tenzij het om noodzakelijk hulp bij het huishouden gaat voor een afzienbare periode; e. de voorziening, naar objectieve maatstaven gemeten, niet als de goedkoopst compenserende voorziening kan worden aangemerkt f. de ondervonden problemen bij het normale gebruik van de woning voortvloeien uit de aard van de in de woning gebruikte materialen; g. de aangevraagde voorzieningen betrekking hebben op een hoger niveau dan het uitrustingsniveau voor sociale woningbouw; h. er aan de zijde van de aanvrager geen sprake is van aantoonbare meerkosten in vergelijking met de situatie voorafgaand aan het optreden van de beperkingen waarvoor de voorziening wordt aangevraagd; i. de aanvraag betrekking heeft op kosten die de aanvrager voorafgaand aan het moment van beschikken heeft gemaakt, tenzij een volledige beoordeling van de aanvraag nog mogelijk is; j. een voorziening als die waarop de aanvraag betrekking heeft reeds eerder krachtens deze, dan wel krachtens de aan deze verordening voorafgaande Verordening voorzieningen gehandicapten gemeente Brunssum resp. Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Brunssum 2010, is verstrekt en de normale afschrijvingstermijn van de voorziening nog niet is verstreken, tenzij de eerder vergoede of verstrekte voorziening verloren is gegaan als gevolg van omstandigheden die niet aan de aanvrager zijn toe te rekenen 2. De individuele voorziening wordt eveneens afgewezen indien een (wettelijke) voorliggende voorziening beschikbaar is. 3. Indien een aanvrager niet voldoet aan de verplichtingen zoals in deze verordening zijn opgenomen, wordt de aanvraag om een individuele voorziening afgewezen tenzij door bijzondere omstandigheden het aanvrager niet verwijtbaar wordt geacht dat niet aan de verplichtingen werd voldaan. 2. Vorm van te verstrekken individuele voorzieningen. Artikel 5. Keuzevrijheid. Een individuele voorziening kan verstrekt worden in natura, als financiële tegemoetkoming en als persoonsgebonden budget. Artikel 6. Voorziening in natura Bij verstrekking van een voorziening in natura worden de door het college de in de bruikleenovereenkomst, huurovereenkomst of dienstverleningsovereenkomst tussen de leverancier en de aanvrager opgenomen bepalingen, voor zover hierin verplichtingen voor de aanvrager zijn opgenomen, als voorwaarden in de beschikking opgenomen. Artikel 7. Financiële tegemoetkoming Bij verstrekking van een financiële tegemoetkoming worden de in de nader door het college vast te stellen beleidsregels genoemde voorwaarden, in de beschikking opgenomen. Artikel 8. Persoonsgebonden budget 1. Op het persoonsgebonden budget zoals genoemd in artikel 6, van de Wet zijn de volgende voorwaarden van toepassing: a. een persoongebonden budget wordt alleen verstrekt ten aanzien van individuele voorzieningen; b. een persoonsgebonden budget wordt alleen verstrekt indien hiertegen naar het oordeel van het college geen overwegende bezwaren bestaan; c. de omvang van het persoonsgebonden budget de tegenwaarde is van de in de betreffende situatie goedkoopste, voldoende compensabel te verstrekken voorziening in natura, indien nodig aangevuld met een vergoeding voor instandhoudingkosten, zoals vastgelegd in de nader door het college vast te stellen beleidsregels; d. de wijze waarop de hoogte van het persoonsgebonden budget wordt vastgesteld wordt door het college bepaald in de nader vast te stellen beleidsregels; 3

4 2. De toekenning van het te verstrekken persoonsgebonden budget, de omvang, de looptijd en de geldende voorwaarden, worden door het college bij beschikking vastgesteld. 3. Bij de beschikking wordt een programma van eisen opgenomen waarin aangegeven is aan welke vereisten de met het persoonsgebonden budget te realiseren voorziening dient te voldoen. 4. Na aanschaf van de voorziening, waarvoor het persoonsgebonden budget is verstrekt, dan wel na afloop van de periode waarop het persoongebonden budget van toepassing is, legt de budgethouder aan het college verantwoording af. Dit kan door verstrekking van: a. de factuur van de aangeschafte voorziening; b. een betalingsbewijs van de aangeschafte voorziening; c. een overzicht van de salarisadministratie. 5. Het college controleert steekproefsgewijs of uit de verstrekte gegevens voldoende blijkt of persoonsgebonden budgetten besteed zijn aan het doel, waarvoor zij zijn verstrekt. 6. Indien uit de controle blijkt, dat het persoonsgebonden budget niet is besteed aan het doel waarvoor zij is verstrekt, kan het college besluiten de voorziening geheel of gedeeltelijk in te trekken en het niet besteedde bedrag geheel of gedeeltelijk terug te vorderen dan wel te verrekenen met het persoonsgebonden budget over de aansluitende periode. Artikel 9. Eigen bijdragen 1. Bij het verstrekken van een individuele voorziening is de aanvrager een eigen bijdrage verschuldigd, tenzij de voorziening bestaat uit een collectieve vervoersvoorziening of een rolstoelvoorziening. 2. Het college legt in de nader vast te stellen beleidsregels de omvang van de eigen bijdrage vast Artikel 10. Eigen aandeel Bij het verstrekken van voorzieningen wordt geen eigen aandeel opgelegd. 3. Hulp bij het huishouden Artikel 11. Vormen van hulp bij het huishouden 1. De door het college te verstrekken voorziening, ter compensatie van beperkingen ten gevolge van ziekte of gebrek inclusief chronisch psychische en psychosociale problemen, bij het voeren van een huishouden, kan bestaan uit: a. hulp bij het huishouden in natura; b. een persoonsgebonden budget te besteden aan hulp bij het huishouden. 2. De door het college te verstrekken voorziening als bedoeld in het eerste lid, kan eveneens worden verstrekt indien de mantelzorger dermate belemmeringen ondervindt dat de mantelzorg niet of onvoldoende kan worden gegeven maar door het verstrekken van een voorziening, toch uitvoerbaar blijft. 3. In de door het college vast te stellen beleidsregels worden nadere regels gesteld omtrent de ten behoeve van het tweede lid te verstrekken voorzieningen. Artikel 12. Gebruikelijke zorg 1. In afwijking van het gestelde in artikel 10 en 11, komt een persoon als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g. onderdeel 4, 5 en 6 van de Wet niet in aanmerking voor een voorziening met betrekking tot hulp bij het huishouden als tot de leefeenheid waar deze persoon deel van uitmaakt een of meer huisgenoten behoren, met wie de aanvrager duurzaam gemeenschappelijk een woning bewoont, die wel in staat zijn het huishoudelijk werk te verrichten, tenzij de huisgenoot hierdoor te zeer overbelast raakt of dreigt te raken. 2. In de nader door het college vast te stellen beleidsregels wordt bepaald wat onder gebruikelijke zorg door huisgenoten wordt verstaan. Artikel 13. Omvang hulp bij het huishouden en persoonsgebonden budget 1. De omvang van de voorziening hulp bij het huishouden omvat hulp bij huishoudelijke werkzaamheden, organisatie van het huishouden en het verzorgen en opvangen van jonge kinderen door uitval van de primaire verzorger(s) en afwezigheid van informele zorg. 2. In de door het college vast te stellen beleidsregels worden nader bepaald de te bereiken resultaten en de hiermee verbonden bedragen alsook de vorm waarin huishoudelijke hulp wordt geboden, en worden jaarlijks de bedragen die per tijdseenheid van een uur, in de vorm van een persoonsgebonden budget worden verstrekt. 4

5 4. Individuele Begeleiding Artikel 14. Het recht op Individuele Begeleiding 1. Een persoon als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g. onderdeel 4, 5 en 6 van de Wet heeft aanspraak op de voorziening Individuele begeleiding op psychosociale grondslag wanneer er sprake is van : a. ernstige beperkingen in de sociale redzaamheid; b. een ernstige (psychische) ontwrichting van het functioneren van de persoon en het gezin in relatie tot zijn sociale omgeving en deze ontwrichting kan leiden tot ernstige problemen op het gebied van de sociale redzaamheid. 2. Daartoe onderzoekt het college of de beperkingen die de aanvrager in zijn functioneren ondervindt een gevolg is van een psychosociaal probleem. Het onderzoek omvat ook: a. de algemene gezondheidstoestand; b. het psychisch en sociaal functioneren; c. leefomstandigheden in de woning; d. de sociale omstandigheden. 3. Afhankelijk van het in het tweede lid bedoelde onderzoek stelt het college de aard en de omvang van de toe te kennen voorziening vast. 4. De voorziening Individuele begeleiding op psychosociale grondslag wordt niet verstrekt indien tot de leefeenheid waarvan de persoon deel uitmaakt, een of meer meerderjarige huisgenoten behoren die wel in staat zijn in het kader van een algemeen gebruikelijke voorziening de ondersteuning te bieden. Artikel 15. Vorm van Individuele begeleiding 1. De door het college, ter compensatie van beperkingen ten gevolge van ziekte of gebrek of ten gevolge van een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem, te treffen voorziening is noodzakelijk vanwege een ernstige ontregeling van meerdere of alle leefgebieden van de aanvrager. 2. De te verstrekken voorziening kan bestaat uit Individuele Begeleiding in natura; 3. De omvang van de Individuele begeleiding wordt uitgedrukt in uren, afgerond naar decimalen, per week. 5. Woonvoorzieningen. Artikel 16. Vormen van woonvoorzieningen De door het college, ter compensatie van beperkingen bij het voeren van een huishouden, te verstrekken woonvoorziening kan bestaan uit: a. een algemene woonvoorziening; b. een woonvoorziening in natura; c. een persoonsgebonden budget te besteden aan een woonvoorziening; d. een financiële tegemoetkoming in de kosten van een woonvoorziening. Artikel 17. Primaat algemene woonvoorzieningen en recht op individuele woonvoorzieningen 1. Een persoon als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g. onderdeel 5 en 6 van de Wet kan voor de in artikel 16, onder a. vermelde voorziening in aanmerking worden gebracht indien aantoonbare beperkingen op grond van ziekte of gebrek inclusief chronisch psychische en psychosociale problemen, een aanpassing aan de woning noodzakelijk maken en de algemene woonvoorziening dit snel en voldoende compenserend kan oplossen. 2. Een persoon als bedoeld in het eerste lid kan voor de in artikel 16, onder b. c. en d. vermelde voorziening in aanmerking worden gebracht indien de in het vorige lid genoemde oplossing niet aanwezig is of niet tot een snelle en voldoende compenserende oplossing leidt. 3. Een financiële tegemoetkoming ten behoeve van een in het eerste lid bedoelde persoon, kan ten aanzien van een gemeenschappelijke ruimte uitsluitend worden verleend indien zonder de aanpassing de eigen woonruimte ontoegankelijk is. Artikel 18. Soorten individuele woonvoorzieningen De in artikel 16 onder b, c en d. genoemde voorzieningen kunnen bestaan uit: a. een tegemoetkoming in de verhuis- en herinrichtingskosten; b. een bouwkundige of woontechnische woonvoorziening; c. een niet bouwkundige of niet woontechnische woonvoorziening. 5

6 Artikel 19. Primaat van de verhuizing 1. Een persoon als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g. onderdeel 5 en 6 van de Wet, kan voor een voorziening als bedoeld in artikel 18 onder a. van deze verordening in aanmerking worden gebracht wanneer aantoonbare beperkingen op grond van ziekte of gebrek inclusief chronisch psychische en psychosociale problemen, het normale gebruik van de woning belemmeren. 2. Een persoon als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g. onderdeel 5 en 6 van de Wet kan voor een voorziening als bedoeld in artikel 18 onder b. en c. in aanmerking worden gebracht wanneer de in het eerste lid genoemde voorziening niet mogelijk is of niet de goedkoopst en voldoende compenserende voorziening is. Artikel 20. Primaat van de losse woonunit Indien een bouwkundige woonvoorziening bestaat uit een aanbouw aan of een aanzienlijke verbouwing van een woning die niet het eigendom is van een verhuurder, die bereid is de aangepaste woning blijvend ter beschikking te stellen van personen die op basis van aantoonbare beperkingen ten gevolge van ziekte of gebrek behoefte hebben aan een dergelijke woning, zal het college een herplaatsbare losse woonunit verstrekken indien daartegen geen bezwaren van overwegende aard bestaan. Artikel 21. Hoofdverblijf 1. Een woonvoorziening wordt slechts verstrekt indien de aanvrager zijn hoofdverblijf heeft of zal hebben in de woonruimte waaraan de voorziening wordt getroffen 2. Het college verleent een financiële tegemoetkoming van maximaal 2.500,= in de aanpassingskosten van een woonwagen. Artikel 22. Weigeringsgronden woonvoorziening 1. De aanvraag voor een woonvoorziening als bedoeld in artikel 16 wordt geweigerd indien: a. De aanvrager niet zijn hoofdverblijf heeft in de woning waaraan de voorziening moet worden getroffen; b. de noodzaak tot het treffen van de woonvoorziening het gevolg is van een verhuizing waartoe op grond van belemmeringen bij het normale gebruik van de woning ten gevolg van ziekte of gebrek inclusief chronisch psychische en psychosociale problemen geen aanleiding bestond en er geen andere dringende reden aanwezig was; c. de aanvrager niet is verhuisd naar de voor zijn of haar beperkingen op dat moment beschikbare meest geschikte woning, tenzij daarvoor voorafgaand aan de verhuizing schriftelijk toestemming is verleend door het college; d. de aanvraag betrekking heeft op voorzieningen in gemeenschappelijke ruimten anders dan automatische deuropeners, hellingbanen, extra trapleuningen en voorzieningen om de toegankelijkheid naar de eigen woonruimte mogelijk te maken; e. de aanvraag betrekking heeft op voorzieningen in gemeenschappelijke ruimten van woongebouwen, specifiek bedoeld voor personen met beperkingen, en de voorziening bij nieuwbouw of renovatie, zonder noemenswaardige meerkosten kan worden gerealiseerd; f. de woonvoorziening aangevraagd wordt op een moment dat op basis van leeftijd, gezinssituatie of woonsituatie en overige individuele omstandigheden te voorzien was dat deze voorziening noodzakelijk zou zijn en er geen sprake is van een onverwacht optredende noodzaak; g. de aanvrager voor het eerst zelfstandig gaat wonen, verhuisd is vanuit of naar een woonruimte die niet geschikt is om het gehele jaar door bewoond te worden, verhuisd is naar een AWBZ-instelling of een andere instelling gericht op het verstrekken van zorg, of er in de verlaten woonruimte geen problemen met het normale gebruik van de woning zijn ondervonden; h. de aanvraag betrekking heeft op voorzieningen aan hotels of pensions, trekkerswoonwagens, kloosters, tweede woningen, vakantiewoningen, recreatiewoningen, kamerverhuur en specifiek op gehandicapten en ouderen gerichte woongebouwen voor wat betreft voorzieningen in gemeenschappelijke ruimten of voorzieningen die bij nieuwbouw of renovatie zonder noemenswaardige meerkosten meegenomen kunnen worden. Artikel 23. Terugbetaling bij verkoop De eigenaar tevens bewoner van een aangepaste woning, die zonder hiervoor dringende redenen verhuist, dient als volgt het ontvangen bedrag van de tegemoetkoming geheel of gedeeltelijk terug te betalen: a. bij verhuizing binnen 1 jaar nadat de hoogte van de tegemoetkoming is vastgesteld 100% van het ontvangen bedrag van de tegemoetkoming; 6

7 b. bij verhuizing binnen 2 jaar nadat de hoogte van de tegemoetkoming is vastgesteld 66% van het ontvangen bedrag van de tegemoetkoming; c. bij verhuizing binnen 3 jaar nadat de hoogte van de tegemoetkoming is vastgesteld 33% van het ontvangen bedrag van de tegemoetkoming; waarbij geldt dat het terug te betalen bedrag nooit hoger zal zijn dan het restant van de nog eventueel te betalen eigen bijdrage. Artikel 24. Intrekking tegemoetkoming verhuis- en herinrichtingskosten Indien binnen een periode van twee jaar nadat de tegemoetkoming in de verhuis- en herinrichtingskosten is verleend, de verhuizing en herinrichting niet heeft plaatsgevonden, is het college bevoegd het recht op de tegemoetkoming in te trekken. Artikel 25. Afwijkende beslistermijn In afwijking van het bepaalde in artikel 4:13 van de Algemene wet bestuursrecht, beslist het college op aanvragen als bedoeld in artikel 17, binnen 16 weken nadat de aanvraag bij het college is ingediend. Artikel 26. Nadere uitwerking in beleidsregels 1. De persoon aan wie een woonvoorziening is verstrekt als bedoeld in artikel 18, sub b en c van deze verordening dient gedurende ten minste drie jaren de facturen en bewijsstukken hiervan voor het college beschikbaar te houden. 2. In nader door het college vast te stellen beleidsregels bepaalt het college tenminste de termijn waarbinnen en de voorwaarden waaronder de gereedmelding van de woonvoorziening bij het college dient plaats te vinden. 6. Het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel Artikel 27. Vormen van vervoersvoorzieningen De door het college, ter compensatie van beperkingen bij het zich lokaal verplaatsen te verstrekken voorziening kan bestaan uit: a. een voorliggende voorziening dan wel een individueel toepasbare collectieve vervoersvoorziening; b. een vervoersvoorziening in natura bestaande uit een open elektrische buitenwagen in bruikleen dan wel een ander verplaatsingsmiddel; c. een persoonsgebonden budget t.b.v. een vervoersvoorziening d. een financiële tegemoetkoming in de kosten van aanpassing van een auto, individueel gebruik van een (rolstoel)taxi. Artikel 28. Het recht op een individueel toepasbare collectieve vervoersvoorziening Een persoon als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g. onderdeel 5 en 6 van de Wet kan voor de in artikel 27 onder a. vermelde voorziening in aanmerking worden gebracht indien aantoonbare beperkingen op grond van ziekte of gebrek inclusief chronisch psychische en psychosociale problemen het gebruik van het openbaar vervoer of het bereiken van het openbaar vervoer onmogelijk maken. Artikel 29. Het primaat van een individueel toepasbare collectieve vervoersvoorziening Een persoon als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g. onderdeel 5 en 6 van de Wet kan voor de in artikel 27, onder b, c en d vermelde voorziening in aanmerking worden gebracht wanneer: aantoonbare beperkingen op grond van ziekte of gebrek inclusief chronisch psychische en psychosociale problemen het gebruik van een collectief systeem als bedoeld in artikel 27, onder a., onmogelijk maken dan wel een collectief systeem niet aanwezig of beschikbaar is. Artikel 31. Omvang in gebied en in kilometers 1. Bij de te verstrekken vervoersvoorziening wordt ten aanzien van de vervoersbehoefte ten behoeve van maatschappelijke participatie uitsluitend rekening gehouden met de verplaatsingen in de directe woon- en leefomgeving in het kader van het leven van alledag, tenzij zich een uitzonderingssituatie voordoet waarbij het gaat om een bovenregionaal contact, dat uitsluitend door de aanvrager zelf bezocht kan worden, terwijl het bezoek voor de aanvrager noodzakelijk is om dreigende vereenzaming te voorkomen. 2. De te verstrekken vervoersvoorziening zal maatschappelijke participatie door middel van lokale verplaatsingen met ten hoogste een omvang per jaar van 1500 kilometer mogelijk maken. 7. Verplaatsen in en rond de woning. Artikel 32. Vormen van rolstoelvoorzieningen De door het college, ter compensatie van beperkingen bij het verplaatsen in en om de woning, dan wel voor sportbeoefening te verstrekken rolstoelvoorziening kan bestaan uit: 7

8 a. een rolstoelvoorziening in natura; b. een persoonsgebonden budget, te besteden aan een rolstoelvoorziening, c. een persoonsgebonden budget, te besteden aan een sportrolstoel. Artikel 33. Incidenteel en dagelijks rolstoelgebruik en sportrolstoel. 1. Een persoon als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g., onderdeel 5 en 6 van de Wet kan voor de in artikel 32, onder a. en b. vermelde voorziening in aanmerking worden gebracht indien aantoonbare beperkingen op grond van ziekte of gebrek inclusief chronisch psychische en psychosociale problemen incidenteel of dagelijks zittend verplaatsen in en om de woning noodzakelijk maken en hulpmiddelen die verstrekt worden op grond van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) of een andere wettelijke regeling geen compenserende oplossing bieden. 2. Een persoon als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g., onderdeel 5 en 6 van de Wet kan voor de in artikel 32, onder c. vermelde voorziening in aanmerking worden gebracht indien aantoonbare beperkingen op grond van ziekte of gebrek inclusief chronisch psychische en psychosociale problemen het sporten zonder sportrolstoel onmogelijk maken. Artikel 34. Aanspraak op rolstoelvoorzieningen voor AWBZ-bewoners In afwijking van het gestelde in artikel 33, lid 1, komt een persoon die verblijft in een op grond van artikel 5 van de Wet toelating zorginstellingen erkende instelling uitsluitend voor een rolstoel in aanmerking indien hij geen recht heeft op een rolstoel, verstrekt op grond van de AWBZ. 8. Nadere regels Artikel 35. Gebruik aanvraagformulier 1. De aanvraag voor een voorziening wordt overeenkomstig het door het college vastgestelde formulier, schriftelijk of elektronisch ingediend bij het college. 2. Bij de aanvraag wordt, voor zover beschikbaar, toegevoegd een verslag van het gesprek als bedoeld in artikel 2. Artikel 36. Indienen aanvraag De aanvraag wordt schriftelijk ingediend bij het college van de gemeente Brunssum. Artikel 37. Inlichtingen, onderzoek, advies en beschikking 1. Het college is bevoegd om, voor zover dit van belang kan zijn voor de beoordeling van het recht op een voorziening, degene door wie een aanvraag is ingediend: a. op te roepen in persoon te verschijnen op een door het college te bepalen plaats en tijdstip voor het verstrekken van nadere inlichtingen; b. op een door het college te bepalen plaats en tijdstip door een of meer daartoe aangewezen deskundigen te doen onderzoeken. 2. Het college vraagt een door hem daartoe aangewezen adviesinstantie om advies indien: a. de gevraagde voorziening om medische redenen wordt afgewezen; b. het college dat overigens gewenst vindt. 3. Het college kan afzien van het inwinnen van advies als bedoeld in het tweede lid, indien het de herbeoordeling van een reeds verstrekte voorziening betreft dan wel indien het college reeds over voldoende gegevens beschikt om een beslissing te kunnen nemen. 4. Een aanvrager is verplicht aan het college of de door hem aangewezen adviesinstantie die gegevens te verschaffen of te doen verschaffen die noodzakelijk zijn voor de beoordeling van de aanvraag en overigens alle medewerking te verlenen om de realisatie van een voorziening mogelijk te maken. 5. Bij de advisering zoals genoemd in het eerste lid wordt door de adviseur gebruik gemaakt van de systematiek zoals neergelegd in de International Classification of Functions, Disabilities and Impairments, de zogenaamde ICF classificatie. 6. Om de verkrijging van individuele voorzieningen samenhangend af te stemmen op de situatie van de aanvrager laat het college onderzoek verrichten naar de situatie van de aanvrager, tenzij dit in het gesprek als bedoeld in artikel 2 al voldoende inzichtelijk is gemaakt. 7. De beschikking vermeldt op welke wijze de genomen beschikking bijdraagt aan het behouden en bevorderen van de zelfredzaamheid en de normale maatschappelijke participatie van mensen met een beperking op grond van ziekte of gebrek inclusief chronisch psychische en psychosociale problemen. 8

9 Artikel 38. Wijzigingen in de situatie Degene aan wie krachtens deze verordening een voorziening is verstrekt, is verplicht eigenerbeweging aan het college mededeling te doen van feiten en omstandigheden, waarvan redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat deze van invloed kunnen zijn op het recht op een voorziening. Artikel 39. Intrekking van een besluit 1. Het college kan een besluit, genomen op grond van deze verordening, geheel of gedeeltelijk intrekken indien: a. niet is voldaan aan de voorwaarden gesteld bij of krachtens deze verordening; b. gebleken is dat de verstrekte gegevens of informatie zodanig onjuist waren dat, indien de juiste gegevens of informatie waren verstrekt, een andere beslissing zou zijn genomen. 2. Een besluit tot verlening van een financiële tegemoetkoming of een persoonsgebonden budget kan geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken indien blijkt dat de tegemoetkoming of het budget binnen zes maanden na uitbetaling niet is aangewend voor de bekostiging van het middel waarvoor de verlening heeft plaatsgevonden. Artikel 40. Terugvordering 1. Ingeval het college tot intrekking van een voorziening besluit kan het college overgaan tot gehele of gedeeltelijke terugvordering van de reeds uitbetaalde financiële tegemoetkoming of van het persoonsgebonden budget. 2. Het college is bevoegd een voorziening in eigendom aan de aanvrager verstrekt, in te trekken indien de voorziening is verstrekt op basis van valselijk verstrekte gegevens. Artikel 41. Beleidsregels college Het college stelt voor het overige nadere beleidsregels vast ter nadere bepaling en uitvoering van de Wet en deze verordening. 9. Slotbepalingen. Artikel 42. Hardheidsclausule 1. Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen van deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. 2. In gevallen, welke de uitvoering van deze verordening betreffen, waarin deze verordening niet voorziet, beslist het College. Artikel 43. Indexering Het College kan jaarlijks per 1 januari de in het kader van deze verordening en het op deze verordening berustende beleidsregels geldende bedragen verhogen of verlagen op basis van de prijsindex voor de gezinsconsumptie, zoals bepaald in artikel 4.5 lid 1 van het Besluit maatschappelijke ondersteuning (Stb. 2006, 450). Artikel 44 Evaluatie Het door het gemeentebestuur gevoerde beleid wordt ten minste een maal per twee jaar geëvalueerd. Het college zendt jaarlijks aan de gemeenteraad een verslag over de doeltreffendheid en de effectiviteit van de verordening in de praktijk. Artikel 45 Overgangsregeling 1. Indien een aanvraag voor een voorziening is ingediend voor inwerkingtreding van deze verordening, dan vindt de beoordeling plaats op grond van de Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Brunssum 2010 en het hierop gebaseerde Besluit, tenzij toepassing van onderhavige verordening en de hierop gebaseerde beleidsregels, gunstiger voor aanvrager zijn. 2. Indien een voorziening door het college is verstrekt zonder enig voorbehoud en voor een bepaalde duur, blijft deze voorziening onverkort van kracht tot de bepaalde duur verstreken is. 3. Indien een voorziening voorwaardelijk of met een maximumduur is verstrekt, of indien een voorziening dient te worden vervangen of indien een herindicatie noodzakelijk is wegens gewijzigde omstandigheden bij de belanghebbende, dan is de onderhavige verordening en de hierbij behorende beleidsregels van toepassing vanaf het moment dat een nieuwe beslissing wordt genomen. 4. Indien een voorziening voor onbepaalde duur is verstrekt, is na herindicatie de onderhavige verordening en de hierbij behorende beleidsregels van toepassing, tenzij dit voor belanghebbende tot een onbillijkheid van overwegende aard leidt. 9

10 Artikel 46. Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 maart 2012 onder gelijktijdige intrekking van de Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Brunssum Artikel 47. Citeertitel. Deze verordening wordt algemeen bekend gemaakt en kan worden aangehaald als: Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Brunssum Aldus besloten te Brunssum, dd Voorzitter griffier Toelichting Inleiding Het op 27 mei 2005 ingediende wetsvoorstel Nieuwe regels betreffende maatschappelijke ondersteuning, de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), is op 14 februari 2006 in de Tweede Kamer met alleen de stemmen van de Socialistische Partij tegen aangenomen. Aan deze bijna unanieme stemming is een behandeling voorafgegaan die de wet een ander aanzicht heeft gegeven. De consequenties hiervan zijn niet direct te overzien: ook de Wet maatschappelijke ondersteuning is een wet die uiteindelijk door jurisprudentie steeds meer een duidelijke vorm zal krijgen. Bij de Wet maatschappelijke ondersteuning is dan bovendien nog sprake van het gegeven dat het kernbegrip van de wet, het zogenaamde compensatiebeginsel, bij amendement aan de wet is toegevoegd., Daardoor ontbreekt in de wet een begripsomschrijving van dit cruciale begrip, met het gevolg dat de toelichting op het amendement uitgangspunt is voor de verdere invulling van dit compensatiebeginsel. De Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Brunssum 2012 geeft evenals zijn rechtsvoorganger, invulling aan de in de Wet maatschappelijke ondersteuning gegeven opdracht regels te stellen bij verordening. In de Verordening zijn ook opgenomen die te maken hebben met de zogeheten Kanteling, waarover de raad zich in het beleidsplan Wmo 2012 t/m 2015 positief heeft uitgesproken. Dit heeft geleid tot een nieuw artikel 2 waarin het eerste gesprek een plaats heeft gekregen. Tijdens dat eerste gesprek worden alle mogelijkheden verkend om tot compensatie van de ervaren beperkingen te geraken. In de Verordening is uitwerking gegeven aan met name de artikelen 4 en 5, van de Wmo. In de Wmo komen voorzieningen uit de oude Welzijnswet en voorzieningen uit de AWBZ en de Wvg bij elkaar. Voorzieningen die tot 1 januari 2007 onder de Welzijnswet vielen en na die datum onder de Wmo, worden als voorliggende voorzieningen aangeboden en worden daarom niet in deze verordening opgenomen. Het is niet ondenkbaar dat nu nog niet maar na verloop van tijd bepaalde algemene voorzieningen terug te vinden zullen zijn bij de voorliggende voorzieningen zoals maaltijdvoorziening en personenalarmering. Dan zal wel aan bepaalde voorwaarden voldaan moeten zijn, zoals toegankelijkheid en beschikbaarheid. Bij de artikelsgewijze toelichting wordt daar nader op ingegaan. Alle bedragen en bijbehorende regelgeving worden opgenomen in de nader door het college vast te stellen en algemeen bekend te maken Beleidsregels Wmo gemeente Brunssum Compensatiebeginsel De kern van de Wet maatschappelijke ondersteuning wordt gevormd door het begrip compensatiebeginsel. Het compensatiebeginsel geldt, zo geeft de tekst van artikel 4, lid 1 van de Wmo aan, voor de onderdelen, de zogenaamde domeinen: a. een huishouden te voeren, b. zich te verplaatsen in en om de woning, c. zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel en d. medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aan te gaan. De onderdelen uit artikel 4 van de Wet worden in deze verordening als volgt uitgewerkt: a. onder het voeren van een huishouden wordt verstaan: zowel het wonen, met name de woonvoorzieningen, als de eerdere functie huishoudelijke verzorging, in deze verordening hulp bij het huishouden genoemd; b. zich verplaatsen in en om de woning: de rolstoel (met uitsluiting van de sportrolstoel); c. zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel; 10

11 d. het ontmoeten van medemensen en het daaruit volgende aangaan van sociale verbanden wordt beschouwd als doelstelling voor de eerste drie verstrekkingenterreinen. Deze indeling wordt in deze verordening aangehouden. In artikel 4 van de Wmo wordt het college opgedragen ten behoeve van de compensatie "voorzieningen te treffen". De wet stelt dus niet dat het steeds om individuele voorzieningen moet gaan. Artikelsgewijze toelichting Artikel 1. Begripsbepalingen Ad c. compensatiebeginsel Het compensatiebeginsel is via het amendement-miltenburg c.s. (30 131, nr. 65) aan het wetsvoorstel Wmo toegevoegd. In het amendement werd geen begripsomschrijving opgenomen. Daarom staat de begripsomschrijving van het compensatiebeginsel in de verordening, wat niet weg neemt dat de rechter in voorkomende gevallen rechtsreeks kan toetsen of de gemeentelijke invulling van het compensatiebeginsel, voldoet aan de bedoelingen van de Wmo..Voor de begripsomschrijving in de gemeentelijke Verordening is gebruik gemaakt van het briefadvies van de Raad voor de Volksgezondheid en de Zorg, ten tijde van het wetsvoorstel Wmo. Voor wat betreft de gelijkwaardige uitgangspositie is gebruik gemaakt van de toelichting op het amendement, evenals voor wat betreft de termen zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie. Ad d. persoon met beperkingen De term beperkingen is ontleend aan de ICF, de International Classification of Functioning, Disability, and Health, opgesteld door de Wereld Gezondheidsorganisatie (World Health Organisation, onderdeel van de Verenigde Naties). Het in de toelichting genoemde amendement-miltenburg stelt over de ICF: Voor de gemeentelijke uitvoeringspraktijk biedt de International Classification of Functions, Disabilities and Impairments (ICF classificatie) een uniform begrippenkader dat als grondslag kan dienen om de behoefte aan voorzieningen in individuele gevallen vast te stellen. De begripsomschrijving van het begrip persoon met beperkingen is afgeleid van de begripsomschrijving van beperkingen en van de verschillende terreinen waarvoor op grond van de Wmo voorzieningen kunnen worden verstrekt. Daarnaast is vanuit de Wet voorzieningen gehandicapten het onderdeel aantoonbare beperkingen ten gevolge van ziekte of gebrek toegevoegd. Mede in verband met de begrenzing van de doelgroep zal immers een objectief criterium nodig zijn. Hierdoor blijft jurisprudentie op grond van de Wet voorzieningen gehandicapten ten aanzien van dit onderdeel op dit begrip van toepassing. Vanuit het Besluit zorgaanspraken (AwB) en vanuit de jurisprudentie van de CRvB is aan het begrip toegevoegd dat dit inclusief een chronisch psychisch of psychosociaal probleem is. Ad f (wettelijke) voorliggende voorziening Het gaat hier om al dan niet op een wet gebaseerde voorzieningen die normaal in de maatschappij aanwezig en daadwerkelijk beschikbaar zijn, zoals kinderopvang. Een voorwaarde is verder dat de aanvrager in staat is de voorliggende voorziening financieel de dragen. De voorliggende voorziening dient tenslotte voor de aanvrager op voldoende wijze een compensatie te bieden voor diens beperkingen. Ook hier geldt als uitgangspunt uiteindelijk het bieden van maatwerk. Ad. g algemeen gebruikelijk Wat in een concrete situatie als algemeen gebruikelijk te beschouwen is, hangt af van de geldende maatschappelijke normen van het moment van de aanvraag. Het begrip algemeen gebruikelijk is geconcretiseerd in de jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep. Het begrip heeft vaak voor verwarring gezorgd, omdat algemeen gebruikelijke voorzieningen soms wel specifiek voor een handicap worden aangeschaft, maar vanwege hun algemeen gebruikelijke karakter toch niet vergoed worden. Om duidelijk te maken wat in de Wmo verstaan wordt onder dit begrip is de begripsomschrijving vanuit de jurisprudentie in de verordening opgenomen. Het gaat daarbij om voorzieningen: die in de reguliere handel verkrijgbaar zijn; die niet speciaal voor gehandicapten bedoeld zijn en die niet aanzienlijk duurder zijn dan vergelijkbare producten met hetzelfde doel. Ad h. individuele voorziening Onder individuele voorziening wordt verstaan een voorziening die aan een individuele persoon wordt aangeboden indien een voorliggende voorziening of algemene voorziening geen compenserende oplossing biedt. Het kan hierbij gaan om een financiële tegemoetkoming, een persoonsgebonden budget of een voorziening in natura. Ad i. eigen bijdrage Uit artikel 15 lid 1 van de wet vloeit de bevoegdheid voort voor het vragen van een eigen bijdrage. Deze wordt op het inkomen afgestemd, zij het dat op grond van artikel 15 lid 3 van de wet bij algemene maatregel van bestuur nadere regels worden gesteld. In de beleidsregels is bepaald wat de ruimte is die de gemeenteraad heeft voor het vaststellen van eigen bijdragen. Ad j. voorziening in natura Voorzieningen in natura zijn voorzieningen die niet in de vorm van enigerlei financiële tegemoetkoming worden verstrekt. Daarbij kan worden gedacht aan verstrekking in huur, in bruikleen, in eigendom of in de vorm van dienstverlening. 11

12 Ad k. collectieve voorziening Bij deze begripsomschrijving moet bijv. worden gedacht aan de mogelijkheden van collectief vervoer, met een individuele toepassing voor de aanvrager (zoals regio taxi). Ad l. persoonsgebonden budget Het betreft hier een geldbedrag dat de aanvrager mag besteden aan een compenserende voorziening naar eigen keuze, zij het onder de door het college te stellen voorwaarden. Ad m. meerkosten Het begrip meerkosten hangt nauw samen met het begrip algemeen gebruikelijk ; deze twee begrippen zijn elkaars tegenhangers. De meerkosten zijn de kosten, die in een direct oorzakelijk verband staan met het compenseren van de ondervonden beperking of het psychosociaal probleem, zoals die zijn genoemd in artikel 1, lid 1, onder g. achtste volzin van de Wmo. Een met de persoon als de aanvrager vergelijkbaar persoon zonder die beperking of dat psychosociale probleem heeft deze meerkosten per definitie niet, omdat daarvoor in diens situatie geen noodzaak is. Mede op de bestrijding van deze meerkosten, dus de kosten die voor een persoon als de aanvrager niet algemeen gebruikelijk zijn, is de wet gericht. Wanneer een voorziening wordt verstrekt waar een algemeen gebruikelijk deel onderdeel van uitmaakt (er wordt een driewielfiets verstrekt, de fiets is algemeen gebruikelijk en maakt daar onderdeel van uit: men hoeft zelf geen fiets meer te kopen) zou sprake kunnen zijn van besparing: er hoeft immers geen algemeen gebruikelijke voorziening meer aangeschaft te worden. Aangezien verstrekking binnen de wet zich beperkt tot de meerkosten, kan in die situatie van de aanvrager het bedrag dat bespaard wordt, gevraagd worden als besparingsbijdrage. Dit is geen vorm van eigen bijdrage, zodat de regels daaromtrent niet van toepassing zijn. Ad artikel 2 Gesprek voorafgaand aan aanvraag De raad heeft op 6 december 2011 het beleidsplan Wmo 2012 t/m 2015 Samen lukt het! vastgesteld. Daarin is het VNG project De Kanteling nadrukkelijk uitgewerkt, in die zin dat de gemeente minder voorzieningengericht maar meer resultaatgericht gaat werken via maatwerk,. Dit houdt in dat er (meerdere) gesprekken gespendeerd worden aan de klanten Wmo, waarbij langs de verantwoordelijkheidsladder gekeken wordt wat iemand zelf aan zijn probleem kan doen, wat zijn sociaal netwerk kan betekenen en daarna wordt gekeken welke collectieve voorzieningen ingezet worden en vervolgens pas of er professionele hulp nodig is in de vorm van individuele voorzieningen. Kortom: telkens weer maatwerk met voor- en nazorg voor de klant. Ad Artikel 3 Compensatiebeginsel Het compensatiebeginsel verplicht gemeenten om burgers met een beperking te compenseren op de 4 domeinen, te weten: Domein 1: Een huishouden voeren: 1. Iedere burger kan wonen in een schoon en leefbaar huis; 2. Iedere burger kan wonen in een voor hem/haar geschikt huis; 3. Iedere burger kan beschikken over goederen voor primaire levensbehoeften; 4. Iedere burger kan beschikken over schone, draagbare en doelmatige kleding; 5. Iedere burger kan thuis zorgen voor kinderen die tot het gezin behoren. Domein 2: Zich verplaatsen in en om de woning: Iedere burger kan zich verplaatsen in, om en nabij de woning. Domein 3: Zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel: Iedere burger kan zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel. Domein 4: Medemensen ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aangaan: Iedere burger heeft de mogelijkheid om contacten te hebben met medemensen en deel te nemen aan recreatieve, maatschappelijke of religieuze activiteiten. Ad Artikel 4 Algemene weigeringsgronden Eerste lid Het probleem van het individu dient op grond van de wet te worden gecompenseerd. Dat individuele probleem staat dan ook centraal bij de beoordeling van de aanvraag voor een voorziening op grond van de wet. Ad a. In een aantal gevallen zal op een ingediende aanvraag echter een weigering volgen. In de eerste plaats wordt een aanvraag om een voorziening geweigerd indien de aanvrager geen inwoner is van de gemeente Brunssum. Dat zal in de regel kunnen blijken uit de GBA-gegevens binnen de gemeente. In de Wmo is, in tegenstelling tot de situatie bij de Wet voorzieningen gehandicapten, geen specifieke bepaling opgenomen waaruit blijkt dat de compensatieplicht zich beperkt tot in de gemeente woonachtige personen, hoewel artikel 11 van de wet spreekt over ingezetenen. Dit artikellid moet 12

13 voorkomen dat er aanvragen moeten worden gehonoreerd van personen die niet binnen de gemeente Brunssum woonachtig zijn Ad b. In de tweede plaats volgt een weigering indien de voorziening algemeen gebruikelijk is. Het gaat daarbij om voorzieningen die in de reguliere handel verkrijgbaar zijn, die niet speciaal voor gehandicapten bedoeld zijn en die niet aanzienlijk duurder zijn dan vergelijkbare producten met hetzelfde doel, zoals een stofzuiger en strijkijzer. Het begrip algemeen gebruikelijk moet overigens niet worden verward met gebruikelijke zorg, zoals dat onder de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten is geformuleerd. Algemeen gebruikelijke voorzieningen zijn voorzieningen waarover een met de aanvrager vergelijkbare persoon, ook los van de beperking, zou kunnen beschikken. Deze voorzieningen hoeven dus niet te worden verstrekt. Dit beginsel wordt al tientallen jaren tijd gehanteerd in de sociale wetgeving (AAW/WAO, voormalige Wet-Rea, Wvg) en heeft tot een omvangrijke jurisprudentie geleid, die is vastgelegd in de definitie van dit begrip, zoals die is opgenomen in artikel 1, sub g. van deze verordening. Wat in een concreet geval algemeen gebruikelijk is, hangt dus in beginsel af van de aard van de gevraagde voorziening. Een andere uitzondering is het ten gevolge van een plotseling optredende handicap moeten vervangen van zaken die nog niet zijn afgeschreven; dat zou zonder die handicap immers ook niet gebeuren. Ad c. De gevraagde voorziening dient in overwegende mate op het individu te zijn gericht. Is dat niet het geval dan vormt het een afwijzingsgrond. Ad d. In de vierde plaats wordt een aanvraag afgewezen indien de voorziening niet langdurig noodzakelijk is. Wanneer dat zo is, is afhankelijk van de concrete situatie. Het kan, in tijd uitgedrukt, gaan om twee maanden, bijvoorbeeld bij mensen die in een terminaal ziektestadium verkeren. Het kan ook gaan om veertig jaar, in situaties waarin de beperking bijvoorbeeld aangeboren is en stabiel van aard is. Kenmerk is in beide genoemde situaties dat de ondervonden beperking, naar de stand van de medische wetenschap op het moment van de aanvraag, onomkeerbaar is. Er is dus redelijkerwijs geen verbetering te verwachten in de situatie van de aanvrager. In dit kader zal de prognose van groot belang zijn. Zegt de prognose dat de betrokkene na enige tijd zonder de benodigde hulpmiddelen of aanpassingen zal kunnen functioneren, dan mag men van kortdurende noodzaak uitgaan. Bij een wisselend beeld, waarbij verbetering in de toestand periodes van terugval opvolgen, kan echter uitgegaan worden van een langdurige noodzaak. De medisch adviseur speelt bij het antwoord op de vraag of er al dan niet sprake is van een langdurige noodzaak voor de betreffende voorziening een belangrijke rol. Voor langere tijd betekent in ieder geval dat wie tijdelijke beperkingen heeft, bijvoorbeeld door een ongeluk, terwijl vast staat dat de handicap van voorbijgaande aard is, niet voor een voorziening in het kader van deze verordening in aanmerking komt. Betrokkene kan een beroep doen op de hulpmiddelendepots van de Thuiszorgorganisaties die opgezet zijn in het kader van de AWBZ. Uit deze depots kan men twee maal drie maanden een hulpmiddel gratis lenen, welke periode kan worden verlengd, zij het dat dan huur is verschuldigd. Waar precies de grens ligt tussen kortdurend en langdurig ligt zal dus van situatie tot situatie verschillen. Een uitzondering op de regel dat de aangevraagde voorziening langdurig noodzakelijk moet zijn, wordt gevormd door situaties waarin voor een afzienbare periode hulp bij het huishouden nodig is, bijvoorbeeld bij ontslag uit het ziekenhuis na een opname of bij een ontregeld huishouden. Ad e. Voorzieningen die in het kader van deze verordening worden verstrekt dienen naar objectieve maatstaven gemeten zowel compenserend als de meest goedkope voorziening te zijn. Is dat niet geval dan volgt een weigering van de voorziening. Met nadruk wordt hierbij gesteld dat met het begrip goedkoopst compenserend bedoeld wordt: volgens objectieve maatstaven het goedkoopst en nog toereikend. Hoewel datgene wat de aanvrager als compenserend beschouwt mee zal moeten wegen in de beoordeling van het compenserend zijn van de voorziening, zal ook het criterium van het goedkoop zijn, de kosten van de voorziening, een rol spelen bij de uiteindelijke beoordeling van het al dan niet in aanmerking komen voor een voorziening. Het gaat immers om gemeenschapsgeld. Eigenschappen die kostenverhogend werken zonder dat zij de voorziening meer compenserend maken, zullen in principe niet voor vergoeding in aanmerking komen. Daarbij kan een overweging zijn dat de bruikbaarheid van een voorziening niet alleen door technische en functionele aspecten bepaald wordt. Tevens is het denkbaar dat een product dat duurder is dan een vergelijkbaar product, langer meegaat en dus uiteindelijk goedkoper is. Wat betreft het kwaliteitsniveau waarvan uitgegaan kan worden, moge het duidelijk zijn dat bij een verantwoord, maar ook niet meer dan dat, niveau dient te worden aangesloten. Het is uiteraard wel mogelijk een compenserende voorziening te verstrekken die duurder is dan de goedkoopst voorziening, mits de aanvrager bereid is het prijsverschil uit eigen middelen te betalen. Het begrip goedkoopst compenserend geeft het college mogelijkheden tot sturen binnen het beleid. Ad f. Deze afwijzingsgrond is bedoeld voor situaties waarin gebruikte materialen voor problemen zorgen Ad g. Het uitrustingsniveau voor sociale woningbouw is vastgesteld in het Bouwbesluit Woonvoorzieningen die op dat uitrustingsniveau worden verstrekt, zijn in beginsel van voldoende kwaliteit; duurdere of andere voorzieningen hoeven niet te worden verstrekt. Een duidelijke begrenzing derhalve. 13

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Hellevoetsluis

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Hellevoetsluis Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Hellevoetsluis Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen In deze verordening en de daarop gebaseerde nadere regelgeving wordt verstaan

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2008

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2008 CVDR Officiële uitgave van Hoogeveen. Nr. CVDR1408_1 29 maart 2016 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Hoogeveen 2008 De Raad van de gemeente Hoogeveen; gelezen het voorstel

Nadere informatie

Modelverordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Achtkarspelen.

Modelverordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Achtkarspelen. Modelverordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Achtkarspelen. Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Artikel 1. Begripsbepalingen. In deze verordening en de daarop gebaseerde nadere

Nadere informatie

(concept) VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING ZEVENAAR

(concept) VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING ZEVENAAR (concept) VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING ZEVENAAR 2007 2 Inhoud pagina Hoofdstuk Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen 5 Artikel 2 Beperkingen 6 Hoofdstuk Vorm van te

Nadere informatie

VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE KATWIJK 2010

VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE KATWIJK 2010 CVDR Officiële uitgave van Katwijk. Nr. CVDR88040_1 15 november 2016 VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE KATWIJK 2010 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen VERORDENING VOORZIENINGEN

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen DE RAAD DER GEMEENTE HAREN, Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 juli 2006, nr. 20; b e s l u i t : vast te stellen de volgende: Modelverordening maatschappelijke ondersteuning Hoofdstuk

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Roosendaal

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Roosendaal CVDR Officiële uitgave van Roosendaal. Nr. CVDR10539_4 1 maart 2016 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Roosendaal Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Verordening voorzieningen

Nadere informatie

B E S L U I T : vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging van de Verordening voorzieningen maatschappelijke

B E S L U I T : vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging van de Verordening voorzieningen maatschappelijke Nummer: 106-10 Portefeuillehouder: Onderwerp: B.G. Schalkwijk vaststellen van wijzigen van de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Waterland 2007 De raad van de gemeente Waterland,

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Drimmelen 2011

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Drimmelen 2011 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Drimmelen 2011 Versie : 2 Datum : 23 november 2010 Samengesteld door : Maatschappelijke aangelegenheden Verordening voorzieningen maatschappelijke

Nadere informatie

Verordening Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Bedum

Verordening Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Bedum Verordening Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Bedum De raad van de gemeente Bedum, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 augustus 2006. Gelet op artikel 4 van de Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen In deze verordening en de daarop gebaseerde nadere regelgeving wordt verstaan

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen In deze verordening en de daarop gebaseerde nadere regelgeving wordt verstaan

Nadere informatie

Betreft: Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Tynaarlo 2009

Betreft: Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Tynaarlo 2009 Raadsbesluit nr. 8 Betreft: Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Tynaarlo 2009 De raad van de gemeente Tynaarlo; gelezen het besluit van burgemeester en wethouders van 29 juli

Nadere informatie

Verordening Voorzieningen Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Leiderdorp 2007

Verordening Voorzieningen Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Leiderdorp 2007 Verordening Voorzieningen Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Leiderdorp 2007 Datum: augustus 2006 Status: definitief Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen In deze verordening

Nadere informatie

In deze verordening en de daarop gebaseerde nadere regelgeving wordt verstaan onder:

In deze verordening en de daarop gebaseerde nadere regelgeving wordt verstaan onder: Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeenten Alblasserdam, Dordrecht, H-I- Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht, Zwijndrecht. (Concept 16 oktober 2006) Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning Sittard-Geleen 2008

Verordening maatschappelijke ondersteuning Sittard-Geleen 2008 CVDR Officiële uitgave van Sittard-Geleen. Nr. CVDR2865_1 15 mei 2018 Verordening maatschappelijke ondersteuning Sittard-Geleen 2008 De raad van de gemeente Sittard-Geleen gezien het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING NIEUWE WATERWEG NOORD 2013 VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING NIEUWE WATERWEG NOORD 2013 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Verordening Wmo gemeente Appingedam 2009

Verordening Wmo gemeente Appingedam 2009 Verordening Wmo gemeente Appingedam 2009 Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad gemeente Appingedam op 17 december 2009 1 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 3 Artikel 1. Begripsbepaling

Nadere informatie

Concept: 4.3 ( ) Verordening Wmo Individuele Voorzieningen De Friese Meren 2013

Concept: 4.3 ( ) Verordening Wmo Individuele Voorzieningen De Friese Meren 2013 Concept: 4.3 (16-10-12) Verordening Wmo Individuele Voorzieningen De Friese Meren 2013 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN... 3 Artikel 1 Begripsbepalingen... 3 HOOFDSTUK 2 RESULTAATGERICHTE

Nadere informatie

VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE UITGEEST 2010

VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE UITGEEST 2010 VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE UITGEEST 2010 Verordening vastgesteld bij Raadsbesluit van 17 december 2009, nummer R2009.0084, in werking getreden met ingang van 1 januari

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Langedijk 2013

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Langedijk 2013 De raad van de gemeente Langedijk; - gelet op de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning per 1 januari 2007; - gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van gemeente Langedijk; besluit:

Nadere informatie

WMO verordening gemeente Zoetermeer Versie geldig van 9 januari 2007 tot 5 juni 2009

WMO verordening gemeente Zoetermeer Versie geldig van 9 januari 2007 tot 5 juni 2009 WMO verordening gemeente Zoetermeer Versie geldig van 9 januari 2007 tot 5 juni 2009 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Staphorst

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Staphorst CVDR Officiële uitgave van Staphorst. Nr. CVDR259012_1 28 februari 2017 Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Staphorst De raad van de gemeente Staphorst; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Verordening Individuele verstrekkingen In het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Gemeente Beek

Verordening Individuele verstrekkingen In het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Gemeente Beek In het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Beek Inhoud Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Hoofdstuk 2 Vorm van te verstrekken individuele voorzieningen... 6 Hoofdstuk 3 Hulp bij

Nadere informatie

Gewijzigde verordening individuele voorzieningen in het kader van de Wmo

Gewijzigde verordening individuele voorzieningen in het kader van de Wmo Gewijzigde verordening individuele voorzieningen in het kader van de Wmo Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1: begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. wet: Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Woensdrecht 2013

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Woensdrecht 2013 CVDR Officiële uitgave van Woensdrecht. Nr. CVDR84884_2 22 mei 2018 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Woensdrecht 2013 De raad van de gemeente Woensdrecht, in vergadering

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2012

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2012 CVDR Officiële uitgave van Noord-Beveland. Nr. CVDR183016_2 1 augustus 2017 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2012 Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR300157_2. Wmo verordening 2013

CVDR. Nr. CVDR300157_2. Wmo verordening 2013 CVDR Officiële uitgave van Neder-Betuwe. Nr. CVDR300157_2 22 mei 2018 Wmo verordening 2013 De gemeenteraad stelt de volgende regeling vast. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen 1

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen De raad van de gemeente Grootegast; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 november 2012; gelet op artikel 5 van de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 149

Nadere informatie

VERORDENING VOORZIENINGEN WMO GEMEENTE HEERENVEEN 2012

VERORDENING VOORZIENINGEN WMO GEMEENTE HEERENVEEN 2012 VERORDENING VOORZIENINGEN WMO GEMEENTE HEERENVEEN 2012 officiële titel citeertitel wettelijke grondslag Verordening Voorzieningen Wmo Gemeente Heerenveen Verordening Voorzieningen Wmo Artikel 5 Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning

Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Lingewaard 2013 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Artikel 1 Begripsomschrijvingen... 3 Artikel 2 De te bereiken resultaten...

Nadere informatie

VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2012

VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2012 VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2012 Verordening vastgesteld bij Raadsbesluit van 12 december 2011, nummer R2011.0080, gepubliceerd 21 december 2011, in werking getreden met ingang

Nadere informatie

CONCEPT (model) VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2013

CONCEPT (model) VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2013 CONCEPT (model) VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2013 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen... 2 Artikel 1. Begripsbepalingen 2 Hoofdstuk 2. Resultaatgerichte compensatie... 4 Artikel

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen D E RAAD VAN DE GEMEENTE HAREN, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 mei 2012; gelet op artikel 5 van de Wet maatschappelijke ondersteuning, stb. 2006, nr. 351; gelet op artikel 149

Nadere informatie

RIS139972B_01-SEP-2006 Verordening individuele voorzieningen voor maatschappelijke ondersteuning gemeente Den Haag 2007

RIS139972B_01-SEP-2006 Verordening individuele voorzieningen voor maatschappelijke ondersteuning gemeente Den Haag 2007 RIS139972B_01-SEP-2006 Verordening individuele voorzieningen voor maatschappelijke ondersteuning gemeente Den Haag 2007 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen In deze verordening

Nadere informatie

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE VELSEN 2013

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE VELSEN 2013 VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE VELSEN 2013 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen 3 Wet 3 College 3 Lid 3. Compensatieplicht 3 Lid 4. Aanmelding 3 Lid

Nadere informatie

Verordening Wmo Winsum

Verordening Wmo Winsum Verordening Wmo Winsum De raad van de gemeente Winsum Gelezen het voorstel van het college Gelet op artikel 5 van de Wet maatschappelijke ondersteuning Besluit Vast te stellen de volgende Verordening Wmo

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordenveld 2010

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordenveld 2010 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordenveld 2010 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Artikel 1.2 Artikel 1.3 Begripsbepalingen Primaat algemene en

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen Nummer: 106-127 Portefeuillehouder: Schalkwijk Onderwerp: Vaststellen Verordening voorzieningen Wmo gemeente Waterland 2013 De raad van de gemeente Waterland, gelezen het voorstel van het college van burgemeester

Nadere informatie

Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Valkenswaard 2009 versie 18 december 2009

Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Valkenswaard 2009 versie 18 december 2009 Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Valkenswaard 2009 versie 18 december 2009 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Valkenswaard 2009 1 Inhoudsopgave HOOFDSTUK

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Deventer 2007

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Deventer 2007 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Deventer 2007 De verordening maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is op 20 september 2006 door de raad vastgesteld. De verordening Wmo

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR122887_2. Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen

CVDR. Nr. CVDR122887_2. Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen CVDR Officiële uitgave van Delfzijl. Nr. CVDR122887_2 12 september 2017 Wmo Verordening Delfzijl 2012 De raad van de gemeente Delfzijl; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 5 van de Wet maatschappelijke

Nadere informatie

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING ROERDALEN 2012

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING ROERDALEN 2012 VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING ROERDALEN 2012 Inhoud HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen...3 HOOFDSTUK 2. RESULTAATGERICHTE COMPENSATIE 5 Artikel 2. De te

Nadere informatie

verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning drechtsteden

verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning drechtsteden VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING DRECHTSTEDEN 2013 verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning drechtsteden 2013 1 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Drimmelen 2007

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Drimmelen 2007 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Drimmelen 2007 De raad van de gemeente Drimmelen, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, gelet op artikel 4 van de Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Verordening voorzieningen Wmo gemeente Middelburg 2012

Verordening voorzieningen Wmo gemeente Middelburg 2012 Verordening voorzieningen Wmo gemeente Middelburg 2012 De raad van de gemeente Middelburg; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 november 2011, registratienummer 11/17097; gelet op

Nadere informatie

Verordening voorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning 2011

Verordening voorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning 2011 CVDR Officiële uitgave van Voerendaal. Nr. CVDR112154_2 28 november 2017 Verordening voorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning 2011 Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Dalfsen (geldig vanaf 01-01-2010)

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Dalfsen (geldig vanaf 01-01-2010) Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Dalfsen (geldig vanaf 01-01-2010) Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam van de regeling

Nadere informatie

Wetstechnische informatie

Wetstechnische informatie Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de vervaldatum is vastgesteld) Onderwerp gemeente

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Borger-Odoorn 2013

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Borger-Odoorn 2013 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Borger-Odoorn 2013 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen... 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen... 3 Hoofdstuk 2. Resultaatgerichte

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2. RESULTAATGERICHTE COMPENSATIE 5 Artikel 2. De te bereiken resultaten...5

HOOFDSTUK 2. RESULTAATGERICHTE COMPENSATIE 5 Artikel 2. De te bereiken resultaten...5 MODELVERORDENING WMO HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen...3 Wet...3 College...3 Compensatieplicht...3 Lid 4. Aanmelding...3 Lid 5. Gesprek...3 Lid 6. Aanvraag...3 Lid

Nadere informatie

Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Opsterland

Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Opsterland Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Opsterland 2013 1 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 4 Artikel 1. Begripsomschrijvingen 4 Lid 1. Aanmelding 4 Lid 2. Aanvraag 4 Lid 3. Algemeen gebruikelijke

Nadere informatie

Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Nieuwegein

Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Nieuwegein CVDR Officiële uitgave van Nieuwegein. Nr. CVDR28444_1 22 mei 2018 Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Nieuwegein Raadsbesluit De raad van de gemeente Nieuwegein;

Nadere informatie

Stuknummer: bl08.02187

Stuknummer: bl08.02187 gemeente Den Helder Stuknummer: bl08.02187 Raadsvergadering d.d.: Raadsbesluit Besluit nummer: Onderwerp: Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Den Helder 2009 De raad van de

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Binnenmaas 2014

Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Binnenmaas 2014 1 Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Binnenmaas 2014 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN Blz. Artikel 1. Begripsomschrijvingen 3 Wet 3 College 3 Lid 3. Compensatieplicht 3 Lid 4. Melding

Nadere informatie

VERORDENING VOORZIENINGEN WET MAATSCHAPPEIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE KOLLUMERLAND C.A. 2012

VERORDENING VOORZIENINGEN WET MAATSCHAPPEIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE KOLLUMERLAND C.A. 2012 VERORDENING VOORZIENINGEN WET MAATSCHAPPEIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE KOLLUMERLAND C.A. 2012 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 5 Artikel 1. Begripsomschrijvingen... 5 Wet... 5 College... 5 Lid 3. Compensatieplicht...

Nadere informatie

Verordening voorzieningen Wmo Oldenzaal 2012 en de daarbij behorende toelichting

Verordening voorzieningen Wmo Oldenzaal 2012 en de daarbij behorende toelichting CVDR Officiële uitgave van Oldenzaal. Nr. CVDR403290_3 5 december 2017 Verordening voorzieningen Wmo Oldenzaal 2012 en de daarbij behorende toelichting De raad van de gemeente Oldenzaal; gelezen het voorstel

Nadere informatie

Verordening voorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Waterland 2007 1 e wijziging 1 juli 2011

Verordening voorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Waterland 2007 1 e wijziging 1 juli 2011 Verordening voorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Waterland 2007 Verwijderd: 6 Verwijderd: 5 Verwijderd: 7 Verwijderd: 6 Verwijderd: 8 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN... 4 Artikel

Nadere informatie

op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 januari 2013;

op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 januari 2013; Agendapunt: 7 Nummer: 2012/6113 De raad van de gemeente Slochteren; op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 januari 2013; gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)

Nadere informatie

Verordenin g maatschappelijke ondersteuning 2014

Verordenin g maatschappelijke ondersteuning 2014 CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR310635_1 1 juni 2016 Verordenin g maatschappelijke ondersteuning 2014 De raad van de gemeente Leek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 november

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Doetinchem

Verordening maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Doetinchem gemeente Doetinchem HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN... 2 Artikel 1 Begripsbepalingen (op alfabetische volgorde)... 2 HOOFDSTUK 2 COMPENSATIEPLICHT... 5 Artikel 2.1 Reikwijdte compensatieplicht gemeente...

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Maasgouw 2010

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Maasgouw 2010 CVDR Officiële uitgave van Maasgouw. Nr. CVDR77282_3 28 november 2017 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Maasgouw 2010 Concept versie 15-12-09 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Nadere informatie

gehoord de adviescommissie Onderwijs en Welzijn d.d. 12 september 2006;

gehoord de adviescommissie Onderwijs en Welzijn d.d. 12 september 2006; Nummer: 7 De raad van de gemeente Doesburg; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 5 september 2006; gehoord de adviescommissie Onderwijs en Welzijn d.d. 12 september 2006; gehoord de

Nadere informatie

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE HARDINXVELD-GIESSENDAM

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE HARDINXVELD-GIESSENDAM VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE HARDINXVELD-GIESSENDAM INHOUD VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE HARDINXVELD-GIESSENDAM... 1 HOOFDSTUK BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN...

Nadere informatie

Verordening MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING gemeente Boxmeer

Verordening MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING gemeente Boxmeer VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BOXMEER 2014 Verordening MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING gemeente Boxmeer 2014 1 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

gemeente Steënbergen De Heen Dinteloord Kruisland Nieuw-Vossemeer Steenbergen Welberg IllIllllllllUlIllllllllllll BM1301226

gemeente Steënbergen De Heen Dinteloord Kruisland Nieuw-Vossemeer Steenbergen Welberg IllIllllllllUlIllllllllllll BM1301226 gemeente Steënbergen IllIllllllllUlIllllllllllll BM1301226 De raad van de gemeente Steenbergen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 april 2013; gelet op: Wet maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Bergen Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie

Nadere informatie

Verordening voorzieningen gehandicapten

Verordening voorzieningen gehandicapten Wettelijke grondslag: artikel 2 van de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg); artikel 149 Gemeentewet Verordening voorzieningen gehandicapten HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Verordening voorzieningen Wmo gemeente Bedum

Verordening voorzieningen Wmo gemeente Bedum Verordening voorzieningen Wmo gemeente Bedum HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen...3 Lid 1. Wet...3 Lid 2. College...3 Lid 3. Compensatieplicht...3 Lid 4. Aanmelding...3

Nadere informatie

Wijziging Verordening maatschappelijke ondersteuning

Wijziging Verordening maatschappelijke ondersteuning Wijziging Verordening maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude 2012 Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen 1. Wet: Wet maatschappelijke ondersteuning. 2. College: college van

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning 2013

Verordening maatschappelijke ondersteuning 2013 CVDR Officiële uitgave van Coevorden. Nr. CVDR257722_1 16 mei 2017 Verordening maatschappelijke ondersteuning 2013 Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen Wet Lid 2 College

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Oud-Beijerland2014

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Oud-Beijerland2014 CVDR Officiële uitgave van Oud-Beijerland. Nr. CVDR318502_1 5 december 2017 Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2014 Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Oud-Beijerland2014

Nadere informatie

Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Hellevoetsluis 2011

Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Hellevoetsluis 2011 CVDR Officiële uitgave van Hellevoetsluis. Nr. CVDR171324_3 26 oktober 2018 Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Hellevoetsluis 2011 26-05-11/9 Nummer: 26-05-11/9 De raad der gemeente Hellevoetsluis;

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Etten-Leur 2011

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Etten-Leur 2011 CVDR Officiële uitgave van Etten-Leur. Nr. CVDR138751_1 11 december 2018 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Etten-Leur 2011 De raad van de gemeente Etten-Leur, gezien het

Nadere informatie

Nummer: /8 Zorg. Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Hellevoetsluis HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Nummer: /8 Zorg. Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Hellevoetsluis HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN CVDR Officiële uitgave van Hellevoetsluis. Nr. CVDR96381_1 7 november 2017 Verordening WMO 2009 Nummer: 28-05-09/8 Zorg. Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Gemeente Hellevoetsluis HOOFDSTUK 1 ALGEMENE

Nadere informatie

Afdeling Inwoners. Verordening Voorzieningen Maatschappelijke ondersteuning gemeente Borne 2010

Afdeling Inwoners. Verordening Voorzieningen Maatschappelijke ondersteuning gemeente Borne 2010 Afdeling Inwoners Verordening Voorzieningen Maatschappelijke ondersteuning gemeente Borne 2010 Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Borne 2010 Versie 15 oktober 2009 Hoofdstuk 1. Algemene

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2006

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2006 CVDR Officiële uitgave van Hilversum. Nr. CVDR56095_1 20 februari 2018 Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2006 De raad van de gemeente Hilversum, Gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2010

Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2010 CVDR Officiële uitgave van Brunssum. Nr. CVDR28259_1 24 oktober 2017 Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2010 De Raad der Gemeente Brunssum; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Dienst Publiekszaken Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Tilburg 2007

Dienst Publiekszaken Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Tilburg 2007 Dienst Publiekszaken Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Tilburg 2007 Datum vaststelling 18 september 2006 Datum inwerkingtreding 1 januari 2007 Laatste wijziging 12 maart

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuninggemeente Grave 2012

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuninggemeente Grave 2012 CVDR Officiële uitgave van Grave. Nr. CVDR128915_1 22 mei 2018 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuninggemeente Grave 2012 De gemeenteraad van de gemeente Grave, gelezen het voorstel van

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Dronten

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Dronten B12.002392 Gemeente Dronten Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Dronten Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Gemeente Dronten Officiële

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Nieuwkoop 2013

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Nieuwkoop 2013 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Nieuwkoop 2013 Inhoudsopgave Artikel 1. Begripsomschrijvingen... 5 Wet... 5 College... 5 Compensatieplicht... 5 Lid 4. Aanmelding... 5

Nadere informatie

CONCEPT VERORDENING. Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning. Gemeente Kerkrade

CONCEPT VERORDENING. Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning. Gemeente Kerkrade CONCEPT VERORDENING Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Kerkrade 2012 Concept Verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Kerkrade 1 Bijlage bij ontwerpbesluit nr. 12Rb044

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen...3

HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen...3 VERORDENING WMO 2012 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen...3 HOOFDSTUK 2. RESULTAATGERICHTE COMPENSATIE 6 Artikel 2. De te bereiken resultaten...6 HOOFDSTUK 3. HOE TE

Nadere informatie

Verordening. Individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Maastricht. Artikelsgewijze toelichting

Verordening. Individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Maastricht. Artikelsgewijze toelichting Verordening Individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2012 Gemeente Maastricht + Artikelsgewijze toelichting versie 29 mei 2012 Ingangsdatum 1 juni 2012 Inhoud: HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN...

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Haarlem 2013 (Vvmo 2013)

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Haarlem 2013 (Vvmo 2013) CVDR Officiële uitgave van Haarlem. Nr. CVDR280534_1 25 oktober 2016 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Haarlem 2013 (Vvmo 2013) De raad van de gemeente Haarlem, gelezen

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oosterhout

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oosterhout Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oosterhout Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig

Nadere informatie

verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Katwijk

verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Katwijk VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE KATWIJK 2012 verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Katwijk 2012 1 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning 2013. Gemeente Coevorden

Verordening maatschappelijke ondersteuning 2013. Gemeente Coevorden Verordening maatschappelijke ondersteuning 2013 Gemeente Coevorden Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen Inhoudsopgave Artikel 1. Begripsomschrijvingen Lid 1 Wet Lid 2 College Lid 3 Compensatieplicht/beginsel

Nadere informatie

VERORDENING: INDIVIDUELE VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE NUTH 2013

VERORDENING: INDIVIDUELE VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE NUTH 2013 VERORDENING: INDIVIDUELE VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE NUTH 2013 1 Inhoudsopgave 1. maatschappelijke ondersteuning.... 3 1.1. Algemene bepalingen.... 3 1.2 Vorm van te verstrekken

Nadere informatie

Verordening Wmo gemeente Appingedam 2012

Verordening Wmo gemeente Appingedam 2012 Verordening Wmo gemeente Appingedam 2012 Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad gemeente Appingedam op 14 maart 2012 Wmo verordening Appingedam 2012 1 WMO VERORDENING APPINGEDAM 2012 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Vorm van te verstrekken individuele voorzieningen 6. Hoofdstuk 5 Het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel 10

Hoofdstuk 2 Vorm van te verstrekken individuele voorzieningen 6. Hoofdstuk 5 Het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel 10 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 algemene bepalingen` 3 Hoofdstuk 2 Vorm van te verstrekken individuele voorzieningen 6 Hoofdstuk 3 Hulp bij het huishouden 7 Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen 8 Hoofdstuk 5 Het zich

Nadere informatie

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE VELSEN

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE VELSEN BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 2014 GEMEENTE VELSEN Het College, gelet op de bepalingen in de artikelen 17, 19, 22 en 30 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Velsen 2013,

Nadere informatie

VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE HENGELO

VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE HENGELO VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE HENGELO 2007 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 1 Artikel 1.1 Begripsbepalingen... 1 Artikel 1.2 Beperkingen... 2 Hoofdstuk

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Barneveld

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Barneveld Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Barneveld 1 Inhoud Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Hoofdstuk 2. Resultaatgerichte compensatie... 5 Hoofdstuk 3. Hoe te komen tot de te bereiken

Nadere informatie

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE MENTERWOLDE 2013

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE MENTERWOLDE 2013 VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE MENTERWOLDE 2013 VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING 1 GEMEENTE MENTERWOLDE 2013 1 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 4 Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning 2012

Verordening maatschappelijke ondersteuning 2012 Verordening maatschappelijke ondersteuning 2012 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN... 2 Artikel 1 Begripsbepalingen (op alfabetische volgorde)... 2 HOOFDSTUK 2 COMPENSATIEPLICHT... 5 Artikel 2.1 Reikwijdte

Nadere informatie

Op 17 december 2009 werd de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Uitgeest 2010 door uw Raad vastgesteld.

Op 17 december 2009 werd de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Uitgeest 2010 door uw Raad vastgesteld. Raadsvoorstel no. R2011.0080 Agendapunt no. 16 Onderwerp Uitgeest, 18 oktober 2011 Vaststelling van de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Uitgeest 2012 Aan de gemeenteraad

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning 2008 gemeente Amstelveen

Verordening maatschappelijke ondersteuning 2008 gemeente Amstelveen CVDR Officiële uitgave van Amstelveen. Nr. CVDR70314_1 8 mei 2018 Verordening maatschappelijke ondersteuning 2008 gemeente Amstelveen HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Begripsbepalingen In deze

Nadere informatie