Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2010, gemeente Drimmelen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2010, gemeente Drimmelen"

Transcriptie

1 CVDR Officiële uitgave van Drimmelen. Nr. CVDR45532_1 17 oktober 2017 Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2010, gemeente Drimmelen De raad van de gemeente Drimmelen; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 mei 2010; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel c, en artikel 30 van de Wet werk en bijstand, artikel 12, eerste lid, onderdeel e en artikel 35 van de Wet investeren in jongeren en de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet; overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden van 27 jaar en ouder doch jonger dan 65 jaar en het verstrekken van toeslagen en verlagen van inkomensvoorzieningen van jongeren van 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar bij verordening te regelen; besluit vast te stellen de: Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2010, gemeente Drimmelen Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de WWB, de WIJ en de Awb. 2. In deze verordening wordt verstaan onder: a. WWB: Wet werk en bijstand (Staatsblad 2003; 375); b. WIJ: Wet investeren in jongeren (Staatsblad 2009; 282); c. gehuwdennorm: de norm als bedoeld in artikel 21, onderdeel c, van de WWB en artikel 28, eerste lid, onderdeel d van de WIJ; d. toeslag: het hoger vaststellen van de norm voor een alleenstaande of een alleenstaande ouder bedoeld in artikel 25 van de WWB en artikel 30, tweede lid van de WIJ; e. verlaging: het lager vaststellen van de norm en de toeslag bedoeld in de artikelen 26, 27, en 28 van de WWB en de artikelen 31, 32 en 33 van de WIJ; f. woning: een woning, een woonwagen of een woonschip; g. woonkosten: 1. indien een huurwoning wordt bewoond, de op de aanvangsdatum van het lopende huurtoeslagtijdvak per maand geldende huurprijs als bedoeld in de Wet op de huurtoeslag; 2. indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de ten behoeve van de financiering van de woning verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten en een naar omstandigheden vast te stellen bedrag voor onderhoud; h. verzorgingsbehoevende: degene die is aangewezen op verzorging ter voorkoming van opname in een verpleeg- of verzorgingsterhuis; i. schoolverlater: de persoon die een beroep op de WWB of WIJ doet, indien hij in de zes maanden voorafgaande aan de toekenning van de algemene bijstand de deelname heeft beëindigd aan onderwijs of een beroepsopleiding waarvoor aanspraak bestond op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000 of op een tegemoetkoming in de onderwijsbijdrage en de schoolkosten op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten. Het aanmerken als schoolverlater eindigt zes maanden na het beëindigen van voornoemd onderwijs of beroepsopleiding; j. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Drimmelen. Artikel 2 Werkingssfeer 1. De bepalingen van deze verordening gelden voor: a. belanghebbenden van 27 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar, of b. jongeren van 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar. 1

2 2. De bepalingen in hoofdstuk 2 en 3 van deze verordening laten de toepassing van artikel 18, eerste lid, van de WWB en artikel 35, vierde lid van de WIJ onverlet. Hoofdstuk 2 Criteria voor het verhogen van de bijstandsnorm Artikel 3 Toeslagen 1. De toeslag bedoeld in artikel 25, eerste lid, van de WWB bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm voor de alleenstaande en alleenstaande ouder in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft. 2. De toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de WIJ bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm voor de alleenstaande en de alleenstaande ouder in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft. 3. De toeslag bedoeld in artikel 25, eerste lid, van de WWB bedraagt 5 procent van de gehuwdennorm voor de alleenstaande en alleenstaande ouder in wiens woning één ander zijn hoofdverblijf heeft. 4. De toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de WIJ bedraagt 5 procent van de gehuwdennorm voor de alleenstaande en alleenstaande ouder in wiens woning één ander zijn hoofdverblijf heeft. 5. De toeslag bedoeld in lid 3 van dit artikel wordt met 5% verlaagd voor de alleenstaande en de alleenstaande ouder in wiens woning twee of meer anderen hun hoofdverblijf hebben. 6. De toeslag bedoeld in lid 4 van dit artikel wordt met 5% verlaagd voor de alleenstaande en de alleenstaande ouder in wiens woning twee of meer anderen hun hoofdverblijf hebben. 7. In afwijking van het eerste lid wordt geen toeslag als bedoeld in artikel 25, eerste lid, van de WWB verleend, indien de ander een niet-rechthebbende partner is en een inkomensvoorziening op grond van de WIJ ontvangt. 8. Voor de toepassing van het eerste en derde lid van dit artikel worden, inwonende kinderen van 18 jaar tot 27 jaar met een inkomen uit studiefinanciering of een tegemoetkoming op grond van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten of inwonende kinderen van 18 tot 21 jaar met een inkomensvoorziening WIJ, niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft. 9. Voor de toepassing van het eerste, derde en vijfde lid van dit artikel worden inwonende kinderen van 18 jaar tot 27 jaar met een inkomen uit studiefinanciering of een tegemoetkoming op grond van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten èn/of een inkomen uit arbeid, welk inkomen voor ieder bedoeld inwonend kind in totaal lager is dan de bijstandsnorm zoals genoemd in artikel 21 onder a WWB, niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft. 10. Voor de toepassing van de leden 3 tot en met 6 wordt de verzorgingsbehoevende die door belanghebbende wordt verzorgd niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft. Hoofdstuk 3 Criteria voor het verlagen van de bijstandsnorm of toeslag Artikel 4 Verlaging gehuwden 1. De verlaging bedoeld in artikel 26 van de WWB bedraagt 15 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die met één ander hun hoofdverblijf hebben in dezelfde woning. 2. De verlaging bedoeld in artikel 31 van de WIJ bedraagt 15 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die met één ander hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben. 3. De verlaging bedoeld in artikel 26 van de WWB bedraagt 20procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die met twee of meer anderen hun hoofdverblijf hebben in dezelfde woning. 4. De verlaging bedoeld in artikel 31 van de WIJ bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die met twee of meer anderen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben 5. De verlaging bedoeld in artikel 26 van de WWB bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die voor het bewonen van hun woning geen woonkosten zijn verschuldigd. 6. De verlaging bedoeld in artikel 31 van de WIJ bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die voor het bewonen van hun woning geen woonkosten zijn verschuldigd. 7. De verlaging bedoeld in artikel 26 van de WWB bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die met één of meer anderen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben en die voor het bewonen van hun woning geen woonkosten zijn verschuldigd. 8. De verlaging bedoeld in artikel 31 van de WIJ bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die met één of meer anderen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben en die voor het bewonen van hun woning geen woonkosten zijn verschuldigd. 9. Voor de toepassing van het eerste en derde lid van dit artikel worden, inwonende kinderen van 18 jaar tot 27 jaar met een inkomen uit studiefinanciering of een tegemoetkoming op grond van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten of inwonende kinderen van 18 tot 21 jaar met een inkomensvoorziening WIJ, niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft. 10. Voor de toepassing van het eerste en derde lid van dit artikel worden inwonende kinderen van 18 jaar tot 27 jaar met een inkomen uit studiefinanciering of een tegemoetkoming op grond van 2

3 de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten èn/of een inkomen uit arbeid, welk inkomen voor ieder bedoeld inwonend kind in totaal lager is dan de bijstandsnorm zoals genoemd in artikel 21 onder a WWB, niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft. 11. Voor de toepassing van dit artikel wordt de verzorgingsbehoevende die door belanghebbende wordt verzorgd niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft. Artikel 5 Verlaging woonsituatie 1. De verlaging als bedoeld in artikel 27 van de WWB bedraagt: a. 20 procent van de gehuwdennorm indien een woning wordt bewoond waaraan voor belanghebbende geen woonkosten verbonden zijn; b. 10 procent van de gehuwdennorm indien geen woning bewoond wordt. 2. De verlaging bedoeld in artikel 32 van de WIJ bedraagt: a. 20 procent van de gehuwdennorm indien een woning wordt bewoond waaraan voor de jongere geen woonkosten verbonden zijn; b. 10 procent van de gehuwdennorm indien geen woning bewoond wordt. Artikel 6 Verlaging schoolverlater 1. De verlaging als bedoeld in artikel 28 van de WWB bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm gedurende zes maanden na het tijdstip van beëindiging scholing. 2. De verlaging bedoeld in artikel 33 van de WIJ bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm gedurende zes maanden na het tijstip van beëindiging van de scholing. Artikel 7 Verlaging toeslag alleenstaande van 21 of 22 jaar 1. De verlaging als bedoeld in artikel 34 van de WIJ bedraagt: a. 15 procent van de gehuwdennorm indien het een belanghebbende van 21 jaar betreft; b. 5 procent van de gehuwdennorm indien het een belanghebbende van 22 jaar betreft. 2. Het vorige lid is niet van toepassing ten aanzien van een jongere op wie artikel 6 van toepassing is. Artikel 8 Anti-cumulatiebepaling De toepassing van de artikelen 3 tot en met 7 geschiedt zodanig, dat de toepasselijke bijstandsnorm of inkomensvoorziening voor belanghebbende tenminste bedraagt: a. 35 procent van de gehuwdennorm voor een alleenstaande; b. 55 procent van de gehuwdennorm voor een alleenstaande ouder; c. 65 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden. Hoofdstuk 4 Overgangsmaatregelen Artikel 9 Overgangsrecht 1. Voor de belanghebbende, die op de dag voorafgaande aan de inwerkingtreding van deze verordening een bijstandsuitkering ontvangt, en waarvoor geldt dat de vaststelling van de hoogte van de uitkering op basis van deze verordening ongunstiger is dan op basis van de verordening toeslagen en verlagingen Wet Werk en Bijstand, geldt dat de wijze van vaststelling van de hoogte van de uitkering ongewijzigd blijft tot het moment dat de hoogte van de uitkering gewijzigd dient te worden vanwege een wijziging van de omstandigheden. 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid bedraagt de periode waarin de uitkering ongewijzigd blijft maximaal 6 maanden. Hoofdstuk 5 Slotbepalingen Artikel 10 Nadere regels Het college is bevoegd om nadere regels te stellen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening. Artikel 11 Uitvoering De uitvoering van deze verordening berust bij het college. 3

4 Artikel 12 Intrekking De Verordening toeslagen en verlagingen Wet Werk en Bijstand, zoals vastgesteld bij raadsbesluit van 21 oktober 2003 wordt ingetrokken met ingang van de datum van inwerkingtreding genoemd in artikel 13. Artikel 13 Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 juli Artikel 14 Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald: Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren 2010, gemeente Drimmelen. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 1 juli 2010, drs. G.L.C.M. de Kok, voorzitter mr. M.J.N. Schetters-Schuurbiers, griffier Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren Algemene toelichting In artikel 8, eerste lid, onderdeel c in combinatie met artikel 30 van de Wet werk en bijstand (WWB) en artikel 12, eerste lid, onderdeel e in combinatie met artikel 35 van de Wet investeren in jongeren (WIJ) is geregeld dat de gemeenteraad bij verordening dient vast te stellen voor welke categorieën de bijstandsnorm of inkomensvoorziening verhoogd of verlaagd wordt en op grond van welke criteria de hoogte van die verhoging of verlaging wordt bepaald. Dit gemeentelijke beleid moet door de gemeenteraad in een verordening worden vastgelegd. De WIJ is per 1 oktober 2009 in werking getreden. Bij het inrichten van de WIJ is er op het punt van de inkomensvoorziening uitdrukkelijk voor gekozen zoveel mogelijk aansluiting te zoeken met de WWB, op onderdelen als de normensystematiek, de middelentoets, verlaging van bijstand en terugvordering en verhaal. Ten aanzien van het te voeren toeslagen- en verlagingenbeleid is er sprake van een identiek wettelijk kader als in de WWB. Normen die specifiek betrekking hebben op jong-meerderjarigen zijn van de WWB overgeheveld naar de WIJ. Categorieën Artikel 30 WWB en artikel 35 WIJ bepalen dat de Toeslagenverordening een categoriaal karakter moet hebben. Bij het afbakenen van categorieën is steeds getracht te komen tot in de praktijk eenvoudig te hanteren criteria. Daarom is er gekozen voor een forfaitaire benadering. Het is niet nodig om in de Toeslagenverordening alle mogelijke situaties uitputtend te regelen. In niet geregelde of uitzonderlijke gevallen heeft het college immers de bevoegdheid c.q. de plicht om de bijstand of de inkomensvoorziening op grond van artikel 18, eerste lid WWB en artikel 17, eerste lid WIJ bij wijze van individualisering afwijkend vast te stellen. In deze Toeslagenverordening wordt, naast de toeslagen, invulling gegeven aan alle verlagingen die de WWB en de WIJ mogelijk maken. In artikel 8 van de Toeslagenverordening wordt daarentegen het effect van samenloop van verschillende verlagingen beperkt door minimum hoogtes voor te schrijven waaraan de bijstand of inkomensvoorziening moet voldoen na toepassing van de verlagingen. De werking van deze verordening beperkt zich tot belanghebbenden van 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar. Voor de groep van 21 jaar tot 27 jaar is de WIJ en voor de groep van 27 tot 65 jaar de WWB van toepassing. Norm, toeslag en verlagingen Hoofdstuk 3 van de WWB kent voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan een systeem van basisnormen en toeslagen en verlagingen. In de WWB maakt het voor de financiering door het Rijk geen verschil of bijstand is toegekend als norm of als toeslag. De bijstandsnormen zijn geregeld in paragraaf 2, de artikelen 20 tot en met 24, van de WWB. Daarnaast voorziet paragraaf 3 in toeslagen en verlagingen in de artikelen 25 tot en met 29 WWB. In de WIJ is dit voor de inkomensvoorziening geregeld in hoofdstuk 4 en betreft het de artikelen 26 tot en met 34 WIJ. Het college is verplicht om in voorkomende gevallen de norm te verhogen met een toeslag. Van de mogelijkheid om een verlaging toe te passen hoeft geen gebruik gemaakt te worden. In Drimmelen is ervoor gekozen dit wel te doen. Uit overwegingen van uitvoerbaarheid heeft de wetgever ervoor gekozen om de normensystematiek die is vastgelegd in de WWB zoveel mogelijk over te nemen in de WIJ. Dat betekent enerzijds dat onderscheid is gemaakt tussen de normen die gelden voor jongmeerderjarigen (jongeren van 18 tot 21 jaar) en oudere jongeren (21 tot 27 jaar). Anderzijds zijn de normen voor beide leeftijdsgroepen identiek 4

5 aan de normen die in de WWB voor beide groepen gelden. Hetzelfde geldt voor de normen die van toepassing zijn bij het verblijf in een inrichting. De overgang naar de WIJ leidt op dit onderdeel dus niet tot een wijziging van de financiële positie van de jongeren die afhankelijk worden van een inkomensvoorziening. Normen WWB Voor personen van 27 jaar tot en met 65 jaar bestaat er een drietal basisnormen (artikel 21 WWB), te weten: 1. gehuwden: 100% van het wettelijk minimumloon (= de gehuwdennorm) 2. alleenstaande ouders: 70% van de gehuwdennorm 3. alleenstaanden: 50% van de gehuwdennorm WIJ Voor personen van 21 jaar tot en met 27 jaar bestaat een drietal basisnormen (artikelen 26, 27 en 28 WIJ), te weten: 1. gehuwden: 100% van het wettelijk minimumloon (= de gehuwdennorm) 2. alleenstaande ouders: 70% van de gehuwdennorm 3. alleenstaanden: 50% van de gehuwdennorm Voor jongeren in de leeftijd van 18 tot 21 jaar geldt een normering, die is afgestemd op de kinderbijslag (artikelen 26, onderdeel a en 27, onderdeel a, WIJ). Deze normen kunnen eventueel worden aangevuld met bijzondere bijstand, voor zover de middelen van de ouders niet toereikend zijn dan wel de onderhoudsplicht van de ouders niet te gelde gemaakt kan worden. Artikel 12 WWB (onderhoudsplicht ouders) blijft voor deze groep onverkort van toepassing. Voor jongeren waarvan één van de partners zich in de leeftijdsgroep 18 tot 21 jaar bevindt en de ander in de groep 21 tot 27 jaar, gelden dezelfde normen als die voorheen in de WWB waren opgenomen. Toeslagen WWB Een toeslag kan worden verstrekt aan een alleenstaande of alleenstaande ouder indien de algemeen noodzakelijke bestaanskosten niet of niet geheel gedeeld kunnen worden. De mogelijkheid tot het delen van kosten wordt aanwezig geacht als naast betreffende belanghebbende nog één of meer anderen hun hoofdverblijf hebben in dezelfde woning. Dan kunnen zaken als huur, gas, water en licht gedeeld worden. De toeslag bedraagt ten hoogste 20% van de gehuwdennorm, zodat de uitkering maximaal bedraagt voor: - alleenstaande ouders: 90% van de gehuwdennorm - alleenstaanden: 70% van de gehuwdennorm De toeslag kan worden vastgesteld op elk bedrag binnen dit maximum van 20% van de gehuwdennorm, mits dit aansluit bij het niveau van de noodzakelijke bestaanskosten. WIJ Voor jongeren in de leeftijd van 21 tot 27 jaar geldt dat de normen verhoogd kunnen worden onder dezelfde voorwaarden als in de WWB is vastgelegd. Kort gezegd betreft het de verplichting om de norm voor alleenstaanden en alleenstaande ouders te verhogen met een toeslag als deze een woning bewonen zonder medebewoner. Omdat de kosten van het bestaan dan niet gedeeld kunnen worden met een ander bedraagt de toeslag het maximale bedrag, zijnde 20% van de norm voor gehuwden in die leeftijdscategorie. Als de bestaanskosten wel met een ander gedeeld kunnen worden dan wordt de toeslag verlaagd. Verlagingen De WWB noemt de volgende verlagingen: - verlaging in verband met het geheel of gedeeltelijk kunnen delen met een ander van algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan bij gehuwden (artikel 26 WWB); - verlaging in verband met de woonsituatie (artikel 27 WWB); - verlaging in verband met het recentelijk beëindigen van een studie (artikel 28 WWB). De WIJ noemt de volgende verlagingen: - verlaging in verband met het geheel of gedeeltelijk kunnen delen met een ander van algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan bij gehuwden (artikel 31 WIJ); - verlaging in verband met de woonsituatie (artikel 32 WIJ); - verlaging in verband met het recentelijk beëindigen van een studie (artikel 33 WIJ); - verlaging in verband met leeftijd van 21 of 22 jaar (artikel 34 WIJ). 5

6 Het college kan bij een 21- of 22-jarige alleenstaande de toeslag verlagen om de inkomensvoorziening in de pas te laten lopen met het wettelijk minimumjeugdloon. Ook voor gehuwde jongeren waarvan één van de partners in de leeftijdsgroep van 18 tot 21 jaar en de ander in de leeftijd van 21 tot 27 jaar zit, geldt dat de norm verlaagd kan worden. De WIJ sluit dit, evenmin als de WWB, uit. Dit geldt evenzeer voor het geval beide partners in de leeftijdsgroep 18 tot 21 jaar zitten. Ook de voor hen geldende norm kan verlaagd worden. Hier wordt niet voor gekozen. De normen voor deze categorie jongeren zijn immers al lager vastgesteld, vanwege de onderhoudsplicht van ouders. Het verder verlagen van deze normen kan er toe leiden dat deze jongeren onder het bestaansminimum terechtkomen. Bovendien maakt categoriale verlaging op deze groep jongeren de toch al behoorlijk complexe normensystematiek nog ingewikkelder. Gehuwde jongeren van 21 tot 27 jaar met niet-rechthebbende partner Voor jongeren van 21 tot 27 jaar met een oudere partner, geldt dat de norm gelijk is aan de norm die voor een alleenstaande of alleenstaande ouder geldt (artikel 28, eerste lid, onderdeel e, respectievelijk artikel 28, tweede lid, onderdeel e, WIJ). Personen van 27 jaar of ouder komen immers niet in aanmerking voor een inkomensvoorziening in het kader van de WIJ. De norm alleenstaande of alleenstaande ouder geldt ook als de andere partner om andere redenen (bijvoorbeeld in geval van detentie) geen recht heeft op een inkomensvoorziening (artikel 28, derde lid, WIJ). De mogelijkheid om de norm voor een alleenstaande (ouder) te verhogen met een toeslag is in de WIJ evenwel beperkt tot de jongere die feitelijk alleenstaande (ouder) is (artikel 30, eerste lid, in verbinding met 26, onderdeel b en 27, onderdeel b, WIJ). Naar de letter bestaat dus voor de gehuwde met niet-rechthebbende partner geen recht op toeslag. Niettemin mag, gegeven de wens van de wetgever om een en ander zoveel mogelijk conform de WWB te regelen en met een beroep op de jurisprudentie die gevormd is onder de WWB en Algemene bijstandswet (Abw), worden aangenomen dat ook gehuwde jongeren die voor de normering worden gelijkgesteld met een alleenstaande (ouder), onder omstandigheden recht kunnen hebben op een toeslag, mede gelet op het individualiseringsbeginsel, dat binnen de WIJ klaarblijkelijk ook een rol speelt op het punt van normen, toeslagen en verlagingen (artikel 35, vierde lid, WIJ).Heeft de niet-rechthebbende partner geen of een zeer laag inkomen en is geen sprake van medebewoning, dan zal de toeslag, naar analogie van de WWB, in beginsel zelfs 20% van de gehuwdennorm moeten bedragen. Als de niet-rechthebbende partner een WWB-uitkering ontvangt, is er geen aanleiding om een toeslag te verstrekken. Dat geldt evenzeer voor de bijstandsgerechtigde partner. Beiden kunnen immers nimmer een uitkering ontvangen die tezamen meer bedraagt dan 100% van de bijstandsnorm voor gehuwden. Omdat beide partners dan aanspraak hebben op de norm die voor een alleenstaande geldt, betekent dit tegelijkertijd dat een verlaging in verband met medebewoning formeel gezien niet mogelijk is, omdat deze beperkt is tot de gehuwdennorm (als bedoeld in artikel 28, eerste/tweede lid onderdeel d WIJ). In voorkomende gevallen is het mogelijk met toepassing van artikel 18, eerste lid, WWB de bijstandsnorm van de bijstandsgerechtigde partner te verlagen. Voor de situatie dat beide partners ten laste komende kinderen hebben, is een specifieke regeling getroffen. Dan geldt voor de jongere partner de gehuwdennorm die bij zijn leeftijd past (artikel 28, vierde lid, WIJ). Omdat daar expliciet over gehuwdennorm wordt gesproken, is verlaging van die norm wegens medebewoning, wel mogelijk. De algemene bijstand die de bijstandsgerechtigde partner ontvangt, moet vervolgens daarop in mindering worden gebracht. Berekening toepasselijke bijstandsnorm In de WWB en WIJ is niet voorgeschreven, dat in gevallen waarin zowel de toeslag als de norm verlaagd kunnen worden, de verlaging met voorrang op de toeslag dient plaats te vinden. Voor de toepassing van de leeftijdsverlaging maakt dit echter wel uit. Omdat noch uit de wettekst noch uit de Memorie van toelichting kan worden opgemaakt dat de wetgever heeft beoogd de leeftijdsverlaging een zwaarder gewicht te geven, blijft het bij voorrang toepassen van de verlaging op de toeslag de aangewezen volgorde. In de praktijk leidt dit overigens alleen bij de combinatie verlaging wegens woonsituatie en leeftijdsverlaging (een andere verlaging is niet mogelijk in combinatie met de leeftijdsverlaging) tot verschillende uitkomsten. Bovenstaande in acht nemend kan de hoogte van de bijstand en inkomensvoorziening als volgt worden berekend: 1. Basisnorm; 2a. Optellen toeslag (alleen bij alleenstaanden en alleenstaande ouders) OF 2b. Korten met verlaging wegens het delen van een woning met anderen (alleen bij gehuwden) 3. Korten met verlaging wegens woonsituatie; 4a. Korten met verlaging schoolverlater 4b. Korten met verlaging voor 21- en 22 jarigen alleenstaanden op (het restant van) de toeslag. De verlagingen onder stap 4a en 4b mogen nooit gelijktijdig worden toegepast. De Toeslagenverordening geeft aan welke verlaging geldt. Leidt de uitkomst tot en lager bedrag aan bijstand dan de gestelde minima in artikel 8 van de Toeslagenverordening, dan moet het college de bijstand vaststellen op de van toepassing zijnde minimum 6

7 hoogte volgens dit artikel. De uitkomst van deze berekening laat ook een eventueel aan de orde zijnde afstemming van de bijstand bij wijze van individualisering onverlet. Zelfstandigen Jongeren met een zelfstandig bedrijf of beroep komen niet in aanmerking voor een werkleeraanbod of inkomensvoorziening (artikel 23, eerste lid, onderdeel e, respectievelijk artikel 42, eerste lid, onderdeel m, WIJ). Zij kunnen een beroep doen op de WWB en het Besluit bijstandverlening zelfstandigen. Dat geldt voor de voorbereidingskosten, de periodieke bijstand voor levensonderhoud en voor bedrijfskapitaal. Artikelsgewijze toelichting Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de WWB, de WIJ of de Awb niet afzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in de WWB, de WIJ of de Awb ook de verordening moet worden gewijzigd. De begrippen die niet zijn omschreven in de WWB de WIJ of de Awb, of die verduidelijkt moeten worden, zijn in het tweede lid omschreven. De genoemde gehuwdennorm is gelijk aan de gehuwdennorm genoemd in artikel 21, onderdeel c, van de Wet werk en bijstand (WWB) en artikel 28, tweede lid, onderdeel d, van de Wet investeren in jongeren (WIJ). Onder d en e worden de begrippen toeslag en verlaging nog expliciet omschreven met de verwijzing naar de betreffende artikelen uit de WWB en de WIJ. In de WIJ wordt het begrip woning niet omschreven. Gelet op de analogie met de WWB wordt aangenomen dat daarmee hetzelfde begrip is bedoeld als in de WWB, te weten het begrip woning, bedoeld in de Wet op de huurtoeslag, een gebouwde onroerende zaak voor zover deze als zelfstandige woonruimte, onvrije etage dan wel andere onzelfstandige woonruimte is verhuurd, alsmede de onroerende aanhorigheden. Onder f is bepaald dat onder een woning ook een woonwagen of woonschip wordt verstaan. Het begrip woonkosten is omschreven onder g, omdat dit van belang is voor de toepassing van artikel 5 (verlaging woonsituatie).voor de woonkosten van een huurwoning wordt aangesloten bij de Wet op de huurtoeslag. Voor de woonkosten van een eigen woning wordt rekening gehouden met de te betalen hypotheekrente en de zakelijke lasten die aan het bezit van een eigen woning zijn verbonden. Voor wat betreft de hypotheekrente gaat het hierbij om de rente voor (dat deel van) de hypotheek die is afgesloten voor de financiering van de woning. Het rentedeel van een eventueel toegekende rijkssubsidie wordt hierop in mindering gebracht. Rente verbonden aan (een deel van) de hypotheek, die betrekking heeft op bijvoorbeeld de financiering van duurzame gebruiksgoederen, wordt niet meegenomen. Bij de overige zakelijke lasten gaat het om het eigenaarsdeel van de rioolrechten, het eigenaarsdeel van de onroerend zaak belasting, de opstalverzekering en het eigenaarsdeel van de waterschapslasten. Onder h is het begrip verzorgingsbehoevende omschreven. De vraag of iemand is aangewezen op verzorging ter voorkoming van opname in een verpleeg- of verzorgingstehuis zal moeten worden beantwoord op basis van een onafhankelijk medisch onderzoek. Het begrip schoolverlater zoals dit onder i is omschreven sluit aan bij de bepaling die is opgenomen in artikel 28 van de WWB en artikel 33 van de WIJ. Artikel 2 Werkingssfeer Deze Toeslagenverordening is van toepassing op belanghebbenden van 21 tot 65 jaar. Hoewel de wet ook categoriale verlagingen mogelijk maakt voor belanghebbenden van 18, 19 of 20 jaar, moet dit niet opportuun geacht worden. De normen voor deze leeftijdscategorieën zijn in al laag vastgesteld, vanwege de onderhoudsplicht van de ouders van belanghebbenden. Betreffende ouders kunnen bijvoorbeeld voldoen aan hun onderhoudsplicht door hun kind bij hen in te laten wonen of de huur voor hen te betalen. In dergelijke gevallen zou als het ware 'dubbel gekort' worden als hierdoor ook nog op basis van deze verordening een verlaging van de uitkering plaatsvindt. Bovendien zou de toepassing van de categoriale verlagingen op belanghebbenden van 18, 19 of 20 jaar de uitvoering van de verordening nodeloos ingewikkeld maken. De verlening van een toeslag aan personen jonger dan 21 jaar is op grond van de wet niet mogelijk. Indien een jongere te maken krijgt met hogere bestaanskosten dat waarin de norm voorziet dan kan het college bijzondere bijstand verlenen in deze extra kosten. De in het tweede lid opgenomen verplichting voor het college om - zo nodig in afwijking van de uit deze verordening voortvloeiende hoogte van de bijstand - de bijstand anders vast stellen, als dat gelet op de omstandigheden, mogelijkheden en middelen van belanghebbende gepast is, volgt uit artikel 30, lid 4, WWB en artikel 35, lid 4, WIJ. De individualiseringsplicht geldt evenzeer in situaties waarin deze verordening niet voorziet. Om hierover bij de uitvoering van deze verordening geen misverstand te laten bestaan, is er voor gekozen om deze plicht expliciet in de verordening op te nemen. 7

8 Hoofdstuk 2 Criteria voor het verhogen van de bijstandsnorm Artikel 3 Toeslagen De hoogte van 20 procent van de gehuwdennorm als hoogte van de toeslag voor de alleenstaande of alleenstaande ouder in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft is verplicht op grond van artikel 30, tweede lid, onderdeel a, WWB en artikel 35, tweede lid, onderdeel a, WIJ. In geval in de woning een ander zijn hoofdverblijf heeft, wordt verondersteld dat er noodzakelijke kosten van het bestaan gedeeld kunnen worden (bijvoorbeeld huur en energiekosten). Daarbij is de mate waarin de kosten ook daadwerkelijk gedeeld worden niet van belang. Dat is een verantwoordelijkheid van belanghebbende zelf. In deze verordening is gekozen voor de forfaitaire variant voor het vaststellen van de hoogte van de toeslag. Forfaitair betekent dat niet de werkelijke bestaanskosten en de mate waarin deze in concreto gedeeld worden bepalend zijn voor de hoogte van de toeslag, maar de enkele veronderstelling dat het delen van kosten mogelijk is. Voor deze variant is gekozen, omdat deze de meest efficiënte uitvoering oplevert en bovendien het minst fraudegevoelig is. In de jurisprudentie is de forfaitaire variant algemeen aanvaard. In de Toeslagenverordening is daarom gekozen voor een toeslag van 5 procent van de gehuwdennorm in het geval één ander in dezelfde woning het hoofdverblijf heeft. Deze toeslag van 5% wordt met 5% verlaagd indien twee of meer anderen het hoofdverblijf in dezelfde woning hebben. Bijzonder is de situatie bij gehuwden of daarmee gelijkgestelden waarbij een van de partners de leeftijd van 27 jaar nog niet heeft bereikt en een inkomensvoorziening op grond van de Wet investeren in jongeren (WIJ) ontvangt. Sprake is dan van een niet-rechthebbende partner. De bijstandsgerechtigde wordt in een dergelijk geval als alleenstaande (ouder) aangemerkt. Dit geldt eveneens voor de jongere partner in het kader van de Wet investeren in jongeren. Voor de WIJ is de partner van 27 jaar en ouder in dit geval de niet-rechthebbende partner. De norm voor de bijstandsgerechtigde partner zou in een dergelijke situatie gelijk zijn aan die voor een alleenstaande (ouder) die kosten kan delen met een ander (= recht op een halve toeslag). Voor de jongere partner geldt bij de WIJ hetzelfde. Onder inkomen verstaat artikel 7 van de WIJ inkomen als bedoeld in artikel 32, lid 1 en lid 2 van de WWB. Algemene bijstand is hieronder niet begrepen. Artikel 28, lid 4 van de WIJ voorziet wat betreft de korting van algemene bijstand op de inkomensvoorziening in het kader van de WIJ slechts in de situatie van gehuwden met ten laste komende kinderen. Ter voorkoming van een gezamenlijk inkomen hoger dan de reguliere norm voor gehuwden is het bepaalde in het zevende lid opgenomen. In het achtste en negende lid wordt geregeld dat kinderen die niet (meer) in de norm begrepen zijn, maar die tevens in omstandigheden verkeren waardoor het niet aannemelijk is, dat zij kunnen bijdragen in de kosten van het huishouden, niet meetellen als personen die in de woning hun hoofdverblijf hebben. Dit zijn bijvoorbeeld studenten met studiefinanciering, of thuiswonende meerderjarige kinderen met een WIJ-uitkering of thuiswonende meerderjarige kinderen met een eigen inkomen uit studiefinanciering èn/of inkomen uit arbeid. Meerderjarige thuiswonende kinderen die meer verdienen dan het gestelde in het negende lid kunnen bijdragen in de kosten van de huishouding. Gemeenten kunnen zelf een hoger of lager inkomen hanteren. De jurisprudentie laat zich slechts in zo verre uit over de ondergrens, dat zij een inkomen enkel uit studiefinanciering onvoldoende acht om te veronderstellen dat het inwonende kind een bijdrage kan leveren in de woonlasten (CRvB , nr. 06/965 WWB). In het tiende lid wordt geregeld dat een zorgbehoevende niet wordt meegeteld als persoon die in dezelfde woning het hoofdverblijf heeft. Uitgangspunt daarbij is dat het niet wenselijk is om belanghebbende vanwege deze verzorgingstaken te confronteren met een lagere toeslag. Overigens geldt wel dat de toeslag op de eventuele bijstandsuitkering van de zorgbehoevende wel lager kan worden vastgesteld vanwege het kostenvoordeel. Volledigheidshalve moet hier nog worden opgemerkt dat in de uitzonderlijke situatie dat de medebewoner over geen enkele vorm van inkomen beschikt (denk aan de niet rechthebbende partner of inwonende uitgeprocedeerde asielzoeker) verlaging van de toeslag vanwege medebewoning niet kan worden toegepast. De medebewoner kan dan immers daadwerkelijk geen bijdrage in de kosten leveren, waardoor er dus ook geen voordeel is voor de betrokkene. Ook hier is jurisprudentie over(crvb 4 maart 2003, 00/3534 NABW en 02/3129 NABW). Hoofdstuk 3 Criteria voor het verlagen van de bijstandsnorm Artikel 4 Verlaging gehuwden Artikel 4 vormt het spiegelbeeld van artikel 3. Waar de norm voor een alleenstaande (ouder) wordt verhoogd met 5% of 0% als een woning gedeeld wordt, is dit ook gerealiseerd voor gehuwden in dezelfde situatie. De gehuwden kunnen in dat geval namelijk ook kosten delen met een ander en daarom is een verlaging op zijn plaats. Voor de verder toelichting op dit artikel kan dan ook worden verwezen naar de toelichting bij artikel 3. Artikel 5 Verlaging woonsituatie Artikel 27 WWB en artikel 32 WIJ geven de mogelijkheid de norm of de toeslag te verlagen in zoverre belanghebbende lagere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan heeft ten gevolge van zijn 8

9 woonsituatie. Artikel 27 WWB respectievelijk artikel 32 WIJ is aanvullend bedoeld op de artikelen 25 en 26 WWB respectievelijk de artikelen 30 en 31 WIJ. In dit artikel is onder a (voor de WWB in lid 1 en voor de WIJ in lid 2) een verlaging opgenomen voor de situatie dat aan de woning voor belanghebbende geen woonkosten zijn verbonden. Dat kan zich voordoen bij krakers, of als de woonkosten worden betaald door een derde, bijv. de ouders of de expartner. Onder woonkosten wordt in dit verband verstaan de huur of, als de belanghebbende een eigen woning bewoont, de verschuldigde hypotheekrente en de aan het eigendom verbonden zakelijke lasten alsmede een naar omstandigheden vast te stellen bedrag voor onderhoud. Het wordt nodeloos ingewikkeld geacht om hier ook nog onderscheid te maken naar de mate waarin woonkosten ontbreken. Indien een belanghebbende uitzonderlijk lage woonkosten heeft, kan dat uiteraard wel aanleiding zijn om met toepassing van het individualiseringsbeginsel de bijstand lager vast te stellen. Het begrip woonkosten is in deze verordening in artikel 1, lid 2, onderdeel g, gedefinieerd. Daarmee wordt duidelijk, dat het hebben van kosten voor water, gas, licht en dergelijke, voor belanghebbende niet afdoende is om een verlaging van op grond van dit artikel te voorkomen. Dit verdraagt zich ook met de invulling die de Centrale Raad van Beroep heeft gegeven aan de invulling van het begrip woonkosten in de zin van artikel 35, lid 1, Abw. (Zie CRvB , nrs. 99/7 en 99/29 NABW en CRvB , nr. 00/4951 NABW.) In onderdeel b (voor de WWB in lid 1 en voor de WIJ in lid 2) wordt de verlaging ingeval er door belanghebbende in het geheel geen woning bewoond vastgesteld op 10 procent van de gehuwdennorm. Dit is in overeenstemming met de toelichting op artikel 27 WWB. Een belanghebbende die geen woning bewoond wordt geacht lagere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan te hebben vanwege het ontbreken van woonkosten. Niettemin zijn de kosten van het bestaan niet zoveel lager als voor een belanghebbende die kosteloos woont in een woning. Een dakloze wordt immers geconfronteerd met de hogere kosten van het op straat leven, zoals bijvoorbeeld de kosten van nachtopvang. De hoogte van een verlaging krachtens dit artikel heeft geen invloed op de wijze waarop de bijstand verleend moet worden. Indien bijstand verleend wordt aan daklozen, kan het college gebruik maken van zijn bevoegdheid om een budgetteringsplicht op te leggen of de bijstand in natura (in de vorm van opvang) te verlenen. Overigens geschiedt de verlening van bijstand aan belanghebbenden zonder adres als bedoeld in artikel 1 van de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens op grond van artikel 40, lid 1 en 2, WWB, en artikel 13, lid 3, WIJ, door bij AMvB (Besluit WWB 2007) aan te wijzen centrumgemeenten. In onze regio is Breda aangewezen als centrumgemeente. Niet elke belanghebbende zonder woning is echter een adresloze die zich voor bijstandsverlening moet wenden tot de centrumgemeente. Wordt de norm of toeslag verlaagd omdat de belanghebbende geen woonlasten heeft en is hij daarnaast medebewoner, zodat de toeslag ook nog eens op die grond verlaagd wordt, dan kan dit spoedig als een te ver gaande vorm van verlaging van de uitkering worden aangemerkt, gelet op het totale effect van de dubbele verlaging. Op grond van het individualiseringsbeginsel zal de verlaging dan beperkt moeten worden. Dit is opgevangen in het anti-cumulatieartikel van de Toeslagenverordening (artikel 8). Artikel 6 Verlaging schoolverlater De schoolverlatersverlaging van artikel 28 WWB en artikel 33 WIJ is volgens de toelichting op dat artikel bedoeld om de schoolverlater gedurende het eerste half jaar niet in een veel betere financiële positie te brengen als toen hij nog aangewezen was op studiefinanciering of een tegemoetkoming volgens de Wtos. Er wordt daarbij geen onderscheid gemaakt naar een (voormalig) uit- of thuiswonende student of scholier. Opmerking verdient nog dat bij gehuwden die beiden schoolverlater zijn, de verlaging niet verdubbeld wordt. Deze blijft dan 20%. Wordt naast de schoolverlatersverlaging ook een verlaging toegepast i.v.m. medebewoning dan kan dit spoedig tot gevolg kan hebben dat de totale verlaging te groot is en aanpassing behoeft, gelet op het individualiseringsbeginsel. Dit is opgevangen in het anti-cumulatieartikel van deze verordening (artikel 8). Artikel 7 Verlaging toeslag alleenstaande van 21 of 22 jaar Artikel 34 WIJ geeft het college de bevoegdheid om een verlaging toe te passen indien het van oordeel is, dat gezien de hoogte van het minimum jeugdloon er een drempel zou kunnen zijn om werk te aanvaarden. Aangezien het minimum jeugdloon voor een 21-jarige lager is dan dat voor een 22-jarige ligt het voor de hand om voor een 21-jarige een grotere verlaging toe te passen dan voor een 22-jarige. In het tweede lid wordt uitvoering gegeven aan de verplichting van artikel 35, tweede lid, sub b, WIJ om in de verordening vast te stellen dat de schoolverlatersverlaging niet gelijktijdig kan worden toegepast met de verlaging voor 21- en 22-jarigen. Voor het met voorrang toepassen van de schoolverlatersverlaging is gekozen, omdat een 21- of 22-jarige schoolverlater niet beter af is op grond van dit artikel dan een 23-jarige schoolverlater op grond van artikel 6 van de Toeslagenverordening. Artikel 8 Anti-cumulatiebepaling De verschillende verlagingen in de Toeslagenverordening zien op verschillende omstandigheden bij belanghebbende en kunnen elk afzonderlijk als redelijk in betreffende omstandigheden worden beschouwd. Zonder dit artikel zou dat echter kunnen betekenen, dat - vooral in situaties waarin de 9

10 schoolverlatersverlaging in combinatie met een van de andere verlagingsgronden aan de orde is - het college de bijstand of inkomensvoorziening vanwege deze samenloop zo laag zou moeten vaststellen, dat er feitelijk geen sprake meer zou zijn van adequate bijstand of inkomensvoorziening. In voorkomende gevallen zou het college op grond van artikel 18, eerste lid WWB de bijstand hoger moeten vaststellen. Daarom is er voor gekozen om al in de Toeslagenverordening een minimum bedrag vast te leggen, waarop het college de bijstand of inkomensvoorziening (inclusief eventuele toeslag en verlagingen) tenminste moet vaststellen. Dat laat onverlet dat in concrete omstandigheden het bij samenloop ook denkbaar is dat de norm hoger moet worden vastgesteld. Het individualiseringsbeginsel kan dus met zich meebrengen dat bij samenloop ook bij een resterende norm die boven de in dit artikel genoemde percentages ligt, al aanleiding is om tot verhoging daarvan over te gaan, gelet op alle omstandigheden van de belanghebbende. Hoofdstuk 4 Overgangsmaatregelen Artikel 9 Overgangsrecht In vergelijking met de verordening toeslagen en verlagingen die in 1 januari 2004 in werking is getreden, is er gekozen voor een vereenvoudiging van het toeslagen en verlagingenbeleid. Het gevolg van een wijziging van de systematiek is dat er personen kunnen zijn, waarvoor de nieuwe verordening ongunstiger is. De overgangsregeling bepaalt dat, in de gevallen waarin de nieuwe verordening ongunstiger is, de vaststelling van de hoogte van de uitkering plaats blijft vinden op basis van de oude verordening tot het moment dat de uitkering aangepast moet worden in verband met een wijziging van de omstandigheden. Het moet hierbij gaan om een wijziging van omstandigheden die moet leiden tot een aanpassing van de norm. Te denken is hierbij aan een wijziging van de woonsituatie of voor jongeren het bereiken van een andere leeftijd. De periode waarin de uitkering ongewijzigd blijft wordt in het tweede lid beperkt tot maximaal 6 maanden. Hoofdstuk 5 Slotbepalingen Artikel 10 Nadere regels Voor de juiste uitvoering van de verordening kan het noodzakelijk zijn dat nadere uitvoeringsregels worden vastgesteld. Dit artikel geeft het college de bevoegdheid om dergelijke regels vast te stellen. Artikel 11 Uitvoering Evenals de uitvoering van de WWB en de WIJ ligt de uitvoering van deze verordening bij het college. Artikel 12 Intrekking Deze verordening vervangt de Verordening toeslagen en verlagingen Wet Werk en Bijstand, zoals vastgesteld bij raadsbesluit van 21 oktober Deze verordening wordt hierbij dan ook ingetrokken. Artikel 13 Inwerkingtreding Op grond van artikel 86 van de Wet Investeren in Jongeren loopt de overgangsperiode af per 1 juli Per die datum lopen ook de tijdelijke beleidsregels af op grond waarvan de bestaande WWBverordeningen eveneens van toepassing zijn op jongeren. Een en ander betekent dat deze verordening uiterlijk op 1 juli 2010 in werking moet treden. Artikel 14 Citeertitel Dit artikel behoeft geen nadere toelichting. 10

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012-A, gemeente Drimmelen

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012-A, gemeente Drimmelen Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012-A, gemeente Drimmelen De raad van de gemeente Drimmelen; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d 26 maart 2013; gelet op artikel

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012-A, gemeente Drimmelen

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012-A, gemeente Drimmelen CVDR Officiële uitgave van Drimmelen. Nr. CVDR301018_1 17 oktober 2017 Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012-A gemeente Drimmelen De raad van de gemeente Drimmelen; gezien het

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012, gemeente Drimmelen

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012, gemeente Drimmelen Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012, gemeente Drimmelen De raad van de gemeente Drimmelen; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 14 februari 2012; gelet op

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen Wet investeren in jongeren (WIJ) gemeente Kapelle

Verordening toeslagen en verlagingen Wet investeren in jongeren (WIJ) gemeente Kapelle Verordening toeslagen en verlagingen Wet investeren in jongeren (WIJ) gemeente Kapelle Ingaande 1 juli 2010 Gemeente Kapelle Verordening toeslagen en verlagingen wet investeren in jongeren (WIJ) 1 Besluitnummer

Nadere informatie

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. 27 april 2010;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. 27 april 2010; Raadsbesluit De raad van de gemeente Echt-Susteren, gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. 27 april 2010; gelet op het bepaalde in artikelen 8 lid 1, onderdeel c en 30

Nadere informatie

Raadsbesluit Jaar 2010/05/20..

Raadsbesluit Jaar 2010/05/20.. Raadsbesluit Jaar 2010/05/20.. Onderwerp: Toeslagenverordening WWB gemeente Roerdalen De raad van de gemeente Roerdalen heeft; gelet op het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.

Nadere informatie

Verordening Toeslagen en Verlagingen Wet investeren in jongeren

Verordening Toeslagen en Verlagingen Wet investeren in jongeren Gemeente Boxmeer Onderwerp: Vaststelling van de Verordening Toeslagen en verlagingen Wet investeren in jongeren. Nummer: 7a. De Raad van de gemeente Boxmeer; gezien het advies van de Adviescommissie sociale

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB 2010

Toeslagenverordening WWB 2010 Toeslagenverordening WWB 2010 13 april 2010 De raad van de gemeente Montferland, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders; gelet op de artikelen 8, eerste lid, onderdeel c en

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen normen Wet investeren in jongeren

Verordening toeslagen en verlagingen normen Wet investeren in jongeren CVDR Officiële uitgave van Wassenaar. Nr. CVDR70436_1 14 juni 2017 Verordening toeslagen en verlagingen normen Wet investeren in jongeren De raad van de gemeente Wassenaar; Gelezen het voorstel van het

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2 CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE BIJSTANDSNORM

HOOFDSTUK 2 CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE BIJSTANDSNORM TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2010 De raad van de gemeente Hattem; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel c, en artikel 30 van de Wet werk en bijstand; besluit vast te stellen de volgende

Nadere informatie

Toelichting behorende bij de Toeslagenverordening WWB 2010 (vastgesteld bij raadsbesluit van 5 juli 2010, nr. 21, reg.nr.

Toelichting behorende bij de Toeslagenverordening WWB 2010 (vastgesteld bij raadsbesluit van 5 juli 2010, nr. 21, reg.nr. Toelichting behorende bij de Toeslagenverordening WWB 2010 (vastgesteld bij raadsbesluit van 5 juli 2010, nr. 21, reg.nr. INT-10-00248) Algemene toelichting Op grond van de Wet werk en bijstand (WWB) dient

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d, gelet op de artikelen 8 lid 1 onderdeel c juncto 30 van de Wet Werk en Bijstand,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d, gelet op de artikelen 8 lid 1 onderdeel c juncto 30 van de Wet Werk en Bijstand, Raadsbesluit 2004. Volgnr.. De raad van de gemeente Westvoorne, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d, gelet op de artikelen 8 lid 1 onderdeel c juncto 30 van de Wet Werk en Bijstand,

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand Toeslagenverordening Wet werk en bijstand De raad van de gemeente Veghel, gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 juli 2004, gelet op de artikelen 8, eerste lid, onderdeel

Nadere informatie

Toeslagenverordening WIJ. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.; 1 december 2009

Toeslagenverordening WIJ. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.; 1 december 2009 Gemeenteraad Onderwerp: Toeslagenverordening WIJ Registratienummer: 09.13040 De raad van de gemeente Borger-Odoorn; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.; 1 december

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren gemeente Enkhuizen 2010

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren gemeente Enkhuizen 2010 CVDR Officiële uitgave van Enkhuizen. Nr. CVDR53364_1 4 oktober 2016 Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren gemeente Enkhuizen 2010 RAADSBESLUIT De raad van de gemeente Enkhuizen; gelezen het

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 september 2012 B E S L U I T:

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 september 2012 B E S L U I T: Raadsbesluit 2012 Nr. 66227/66446 De raad van de gemeente Westvoorne; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 september 2012 B E S L U I T: gelet op de artikelen 8 lid 1 onderdeel c juncto

Nadere informatie

Raadsbesluit *182616*

Raadsbesluit *182616* Raadsbesluit *182616* De raad van de gemeente Echt-Susteren, gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. 4-9-2012 en BBV nummer 181343; gelet op het bepaalde in artikelen

Nadere informatie

De raad van de gemeente Westerveld/Steenwijkerland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 september 2010 ;

De raad van de gemeente Westerveld/Steenwijkerland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 september 2010 ; De raad van de gemeente Westerveld/Steenwijkerland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 september 2010 ; gelet op artikelen 8, lid 1, onderdeel c en 30 van de Wet Werk en Bijstand;

Nadere informatie

Raadsbesluit Jaar 2012/03/07/.. Besluit

Raadsbesluit Jaar 2012/03/07/.. Besluit Raadsbesluit Jaar 2012/03/07/.. Onderwerp: Aanpassen Verordening Toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand Roerdalen 2013 De raad van de gemeente Roerdalen heeft; gezien het voorstel van het college

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet Investeren in Jongeren gemeente Aa en Hunze

Toeslagenverordening Wet Investeren in Jongeren gemeente Aa en Hunze No.: 04 De raad der gemeente Aa en Hunze; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze, d.d. 11 januari 2010, nummer 2010/04; gelezen het voorstel van het college van

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012, gemeente Oosterhout

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012, gemeente Oosterhout Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012, gemeente Oosterhout De raad van de gemeente Oosterhout; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van ; gelet op artikel 8, eerste

Nadere informatie

Toeslagenverordening. Gemeente Montferland 2006

Toeslagenverordening. Gemeente Montferland 2006 Toeslagenverordening Gemeente Montferland 2006 September 2006 De toeslagenverordening De Raad van de gemeente Montferland, - gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Montferland, - gelet

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB II gemeente Hellevoetsluis.Nummer:

Toeslagenverordening WWB II gemeente Hellevoetsluis.Nummer: CVDR Officiële uitgave van Hellevoetsluis. Nr. CVDR227775_1 7 november 2017 Toeslagenverordening WWB 2012 - II gemeente Hellevoetsluis.Nummer: Nummer: 13-09-12/11 De raad der gemeente Hellevoetsluis; gehoord

Nadere informatie

HOOFDSTUK II CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE NORM. voor de jongere in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft;

HOOFDSTUK II CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE NORM. voor de jongere in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft; CVDR Officiële uitgave van Nieuwegein. Nr. CVDR28462_1 22 mei 2018 Toeslagenverordening WIJ 2010 De raad van de gemeente Nieuwegein; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 15 december

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 april 2010;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 april 2010; GEMEENTE LOPIK Nr.: 11 Onderwerp: Toeslagenverordening WIJ 2010 De raad van de gemeente Lopik; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 april 2010; gelet op de bepalingen van de Wet

Nadere informatie

Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen WWB Asten 2010

Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen WWB Asten 2010 Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen WWB Asten 2010 Algemeen 1. Inleiding Op grond van artikel 8, eerste lid, onderdeel c van de Wet werk en bijstand (WWB) dient de gemeenteraad een verordening

Nadere informatie

Gelet op het bepaalde in de artikelen 8 lid 1, onderdeel c, en 30 van de Wet werk en bijstand

Gelet op het bepaalde in de artikelen 8 lid 1, onderdeel c, en 30 van de Wet werk en bijstand Raadsbesluit De gemeenteraad van gemeente Leudal agendapunt Gezien het voorstel van het college d.d. 11 december 2012 nummer 791 Gelet op het bepaalde in de artikelen 8 lid 1, onderdeel c, en 30 van de

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB 2012-A gemeente Diemen

Toeslagenverordening WWB 2012-A gemeente Diemen Toeslagenverordening WWB 2012-A gemeente Diemen Toeslagenverordening WWB 2012-A De raad van de gemeente Diemen; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders [datum], met overneming van de daarin

Nadere informatie

Toeslagen verordening Wet Werk en bijstand 2012

Toeslagen verordening Wet Werk en bijstand 2012 Registratienr.1804/621 Toeslagenverordening Wet Werk en Bijstand 2012 Toeslagen verordening Wet Werk en bijstand 2012 Ex artikel 8 lid 1 sub c en artikel 30 WWBWWB Gemeente Culemborg Stadwinkel Team Inkomen

Nadere informatie

TOELICHTING TOESLAGEN- EN VERLAGINGENVERORDENING WWB

TOELICHTING TOESLAGEN- EN VERLAGINGENVERORDENING WWB TOELICHTING TOESLAGEN- EN VERLAGINGENVERORDENING WWB Algemene toelichting De Wwb kent voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan een systeem van basisnormen, toeslagen en verlagingen. De normen

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand gemeente

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand gemeente Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand gemeente Oosterhout Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van d.d. 10 november 2009; gezien het advies van de commissie Burger van 24 november 2009;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van d.d. 10 november 2009; gezien het advies van de commissie Burger van 24 november 2009; De Raad van de gemeente Cuijk gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van d.d. 10 november 2009; gezien het advies van de commissie Burger van 24 november 2009; gelet op artikel 147, eerste

Nadere informatie

GEMEENTE BOEKEL. Raadsbesluit Z/ AB/ De raad van de gemeente Boekel;

GEMEENTE BOEKEL. Raadsbesluit Z/ AB/ De raad van de gemeente Boekel; GEMEENTE BOEKEL Raadsbesluit De raad van de gemeente Boekel; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 augustus 2012 gelet op: artikel 8 lid 1 onderdeel c en artikel 30 van de Wet werk

Nadere informatie

Lid 2: De begrippen die niet zijn omschreven in de WWB of Awb, of die verduidelijkt moeten worden, zijn in het tweede lid omschreven.

Lid 2: De begrippen die niet zijn omschreven in de WWB of Awb, of die verduidelijkt moeten worden, zijn in het tweede lid omschreven. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Artikel 1 Begripsomschrijving Om te voorkomen dat de betekenis van de begrippen van de WWB en de verordening uiteen lopen wordt in de verordening een algemene verwijzing naar

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Hellendoorn 2013

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Hellendoorn 2013 CVDR Officiële uitgave van Hellendoorn. Nr. CVDR259511_1 8 juni 2016 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; gelet

Nadere informatie

VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE MOERDIJK 2009

VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE MOERDIJK 2009 De raad van de gemeente Moerdijk, in zijn vergadering van 12 maart 2009, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 januari 2009, gelet op artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en overwegende

Nadere informatie

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Bommelerwaard (hierna te noemen Sociale Dienst Bommelerwaard);

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Bommelerwaard (hierna te noemen Sociale Dienst Bommelerwaard); Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Bommelerwaard (hierna te noemen Sociale Dienst Bommelerwaard); Gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur van 22 november 2012;

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB 2013 gemeente Doesburg

Toeslagenverordening WWB 2013 gemeente Doesburg CVDR Officiële uitgave van Doesburg. Nr. CVDR296899_1 13 maart 2018 Toeslagenverordening WWB 2013 gemeente Doesburg De raad van de gemeente Doesburg; gehoord de commissie Maatschappelijke Ontwikkeling

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2011

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2011 De raad van de gemeente Leusden; Gelezen het voorstel van het college d.d. 21 september 2010 nummer: 146598 overwegende dat het gewenst is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen

Nadere informatie

Artikelsgewijze toelichting op de Toeslagenverordening WWB ISD Bollenstreek 2012

Artikelsgewijze toelichting op de Toeslagenverordening WWB ISD Bollenstreek 2012 Artikelsgewijze toelichting op de Toeslagenverordening WWB ISD Bollenstreek 2012 Artikel 1 Begripsomschrijving Om te voorkomen dat de betekenis van de begrippen van de WWB en de verordening uiteen lopen

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB-2

Toeslagenverordening WWB-2 Toeslagenverordening WWB-2 Officiële titel Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Winsum citeertitel Toeslagenverordening WWB Wettelijke grondslag Artikel 30 WWB Datum aanmaak april 2010 De

Nadere informatie

Toelichting Toeslagenverordening WWB gemeente Rijssen-Holten 2013

Toelichting Toeslagenverordening WWB gemeente Rijssen-Holten 2013 Toelichting Toeslagenverordening WWB gemeente Rijssen-Holten 2013 Algemene toelichting De gemeenteraad dient op grond van artikel 8 eerste lid onder c juncto artikel 30 van de Wet werk en bijstand (WWB)

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren (WIJ) gemeente Pekela

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren (WIJ) gemeente Pekela Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren (WIJ) gemeente Pekela Doel: Deze verordening heeft als doel het regelen van het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van jongeren van

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB ISD BOL 2012

Toeslagenverordening WWB ISD BOL 2012 Toeslagenverordening WWB ISD BOL 2012 De raad van de gemeente Onderbanken; Gezien het advies van de Commissie WAS van 22 mei 2012; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Onderbanken d.d.

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Wierden 2013

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Wierden 2013 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Wierden 2013 De raad, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Wierden; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel c en 30 van de Wet werk

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Hellendoorn 2010

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Hellendoorn 2010 CVDR Officiële uitgave van Hellendoorn. Nr. CVDR33351_1 29 maart 2016 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Hellendoorn 2010 De raad van de gemeente Hellendoorn; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand Peel en Maas

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand Peel en Maas DE RAAD VAN DE GEMEENTE PEEL EN MAAS Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en wethouders Gezien de behandeling in de gezamenlijke raadsvergadering van 7 december 2009 Gelet op het bepaalde

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wwb 2010

Toeslagenverordening Wwb 2010 D E RAAD DER GEMEENTE HAREN, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 oktober 2010; gelet op de artikelen 8, eerste lid onderdeel c, en 30 van de Wet werk en bijstand; overwegende dat

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren gemeente Oudewater 2009

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren gemeente Oudewater 2009 CVDR Officiële uitgave van Oudewater. Nr. CVDR63308_2 3 juli 2018 Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren gemeente Oudewater 2009 De Raad van de gemeente Oudewater; gezien het advies van het forum

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011; De raad van de gemeente Schiermonnikoog; overwegende, dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden jonger dan 65 jaar bij verordening

Nadere informatie

Gemeente Elbu rg. 2. De toeslag als bedoeld in artikel 25, eerste lid, van de wet bedraagt 10 procent van de gezinsnorm voor de

Gemeente Elbu rg. 2. De toeslag als bedoeld in artikel 25, eerste lid, van de wet bedraagt 10 procent van de gezinsnorm voor de Gemeente Elbu rg De Raad van de gemeente Elburg, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Elburg van 22 november 2011, gelet op de artikelen 8, eerste lid, onderdeel c en 30 van de Wet werk

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012

TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012 TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012 De raad van de gemeente Losser; - gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Losser, - gelet op artikel 8, eerste

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 18 maart 2013 aangaande de wijziging van de Toeslagenverordening WWB

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 18 maart 2013 aangaande de wijziging van de Toeslagenverordening WWB RAADSBESLUIT De raad van de gemeente Werkendam, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 18 maart 2013 aangaande de wijziging van de Toeslagenverordening WWB gehoord het

Nadere informatie

gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel 8, eerste lid onder c en artikel 30 van de Wet werk en bijstand;

gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel 8, eerste lid onder c en artikel 30 van de Wet werk en bijstand; De raad van de gemeente Bergen; gelezen het voorstel van het college van Bergen 28 februari 2012; gezien het advies van de Algemene Raadscommissie van 22 maart 2012; gelet op artikel 147, eerste lid van

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Stein d.d. 3 november 2009;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Stein d.d. 3 november 2009; 2009, no. < no. > De Raad der gemeente Stein; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Stein d.d. 3 november 2009; gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet, en de artikelen 12, eerste

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WWB HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE 2012

TOESLAGENVERORDENING WWB HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE 2012 TOESLAGENVERORDENING WWB HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE 2012 BOB12/005.3 HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begrippen 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2013

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2013 De raad van de gemeente Leusden; Gelezen het voorstel van het college van 26 februari 2013 nr 200516 overwegende dat het gewenst is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden

Nadere informatie

Tekstuitgave van de Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren

Tekstuitgave van de Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren Tekstuitgave van de Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 15 september 2009; gelet op artikel

Nadere informatie

besluit vast te stellen: de Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012, gemeente Oosterhout.

besluit vast te stellen: de Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012, gemeente Oosterhout. Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2012, gemeente Oosterhout [Zoals deze luidt na vaststelling van de Wijzigingsverordening sociale zekerheid 2012 II] De raad van de gemeente Oosterhout;

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB Maasbree 2007

Toeslagenverordening WWB Maasbree 2007 Toeslagenverordening WWB Maasbree 2007 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Maasbree Officiële naam regeling Toeslagenverordening WWB Maasbree 2007 Citeertitel

Nadere informatie

Toelichting Toeslagenverordening WWB gemeente Rijssen-Holten 2012

Toelichting Toeslagenverordening WWB gemeente Rijssen-Holten 2012 Toelichting Toeslagenverordening WWB gemeente Rijssen-Holten 2012 Algemene toelichting De gemeenteraad dient op grond van artikel 8 eerste lid onder c juncto artikel 30 van de Wet werk en bijstand (WWB)

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand Overbetuwe 2005 HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand Overbetuwe 2005 HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen Nr. 14A De Raad van de gemeente Overbetuwe gezien het advies van de Commissie II (Regelgeving); gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Overbetuwe d.d. 29 juni 2004; gelezen het standpunt

Nadere informatie

TOELICHTING OP DE TOESLAGENVERORDENING WWB ISD BOLLENSTREEK

TOELICHTING OP DE TOESLAGENVERORDENING WWB ISD BOLLENSTREEK TOELICHTING OP DE TOESLAGENVERORDENING WWB ISD BOLLENSTREEK 2012-2013 ALGEMEEN 1. Norm, toeslag en verlaging De WWB kent voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan een systeem van basisnormen,

Nadere informatie

Algemene toelichting Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Oldebroek

Algemene toelichting Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Oldebroek Algemene toelichting Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Oldebroek De WWB kent voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan een systeem van basisnormen, toeslagen en verlagingen. De normen

Nadere informatie

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van Onderbanken d.d. 19 februari 2013;

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van Onderbanken d.d. 19 februari 2013; CVDR Officiële uitgave van Onderbanken. Nr. CVDR327860_1 8 mei 2018 Toeslagenverordening WWB ISD BOL 2013 De raad van de gemeente Onderbanken; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van Onderbanken

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2013

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2013 CVDR Officiële uitgave van Losser. Nr. CVDR303226_1 8 november 2016 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2013 De raad van de gemeente Losser; - gelezen het voorstel van het college van burgemeester

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WWB GEMEENTE PUTTEN

TOESLAGENVERORDENING WWB GEMEENTE PUTTEN CVDR Officiële uitgave van Putten. Nr. CVDR198725_1 22 mei 2018 TOESLAGENVERORDENING WWB GEMEENTE PUTTEN De raad der gemeente Putten gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 juni 2012,nr.

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 februari 2012, nr. R-2012-0050;;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 februari 2012, nr. R-2012-0050;; DE RAAD VAN DE GEMEENTE BEEMSTER. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 februari 2012, nr. R-2012-0050;; gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen De raad van de gemeente Houten; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders 4 september 2012; gelet op artikel 8 lid 1 onderdeel c en artikel 30 van de Wet werk en bijstand; BESLUIT: vast te stellen

Nadere informatie

Toeslagenverordening WIJ

Toeslagenverordening WIJ Toeslagenverordening WIJ Officiële titel Toeslagenverordening Wet Investeren in Jongeren gemeente Winsum citeertitel Toeslagenverordening WIJ Wettelijke grondslag Artikel 12, eerste lid onder e Datum aanmaak

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren gemeente Doetinchem 2009

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren gemeente Doetinchem 2009 CVDR Officiële uitgave van Doetinchem. Nr. CVDR56208_1 17 oktober 2017 Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren gemeente Doetinchem 2009 TOESLAGENVERORDENING WET INVESTEREN IN JONGEREN GEMEENTE

Nadere informatie

gezien het advies van het Platform Werk en Inkomen en de raadscommissie Leren, werken en zorgen;

gezien het advies van het Platform Werk en Inkomen en de raadscommissie Leren, werken en zorgen; Agendapunt: 9 Nr. 35B De Raad van de gemeente Slochteren; gezien het advies van het Platform Werk en Inkomen en de raadscommissie Leren, werken en zorgen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders, d.d. 10 oktober 2012

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders, d.d. 10 oktober 2012 De raad van de gemeente Urk, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders, d.d. 10 oktober 2012 gezien het advies van commissie II d.d. 7 november 2012 overwegende dat op grond van

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB gemeente Borsele 2012

Toeslagenverordening WWB gemeente Borsele 2012 Toeslagenverordening WWB gemeente Borsele 2012 1 Toeslagenverordening WWB gemeente Borsele 2012 Datum inwerkingtreding : 01-02-2013 Terugwerkende kracht : n.v.t. Datum uitwerkingtreding : n.v.t. Betreft

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WWB 2012 NOORD-BEVELAND 1 JULI 2012

TOESLAGENVERORDENING WWB 2012 NOORD-BEVELAND 1 JULI 2012 TOESLAGENVERORDENING WWB 2012 NOORD-BEVELAND 1 JULI 2012 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1. Begrippen 1 Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Venlo;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Venlo; De Raad van de gemeente Venlo; gelezen het advies van de Cliëntenraad; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Venlo; gelet op artikel 147, eerste lid van de

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet Werk en Bijstand 2012-A

Toeslagenverordening Wet Werk en Bijstand 2012-A CVDR Officiële uitgave van Medemblik. Nr. CVDR243080_2 3 juli 2018 Toeslagenverordening Wet Werk en Bijstand 2012-A De raad van de gemeente Medemblik gelezen het voorstel van het college van burgemeester

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WIJ gemeente Lelystad

TOESLAGENVERORDENING WIJ gemeente Lelystad TOESLAGENVERORDENING WIJ gemeente Lelystad Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de vervaldatum

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen WIJ Helmond 2010 Toelichting

Verordening toeslagen en verlagingen WIJ Helmond 2010 Toelichting Verordening toeslagen en verlagingen WIJ Helmond 2010 Toelichting De Wet investeren in jongeren en de inkomensvoorziening Op 1 oktober 2009 treedt de Wet investeren in jongeren (WIJ) in werking. Doelstelling

Nadere informatie

Gemeenteraad 03 maart 2009 Gemeenteblad

Gemeenteraad 03 maart 2009 Gemeenteblad Jaar: 2009 Nummer: 34 Besluit: Gemeenteraad 03 maart 2009 Gemeenteblad VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN WWB HELMOND 2009 De raad van de gemeente Helmond; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Algemene toelichting. - alleenstaande ouders: 90% van de gehuwdennorm - alleenstaanden: 70% van de gehuwdennorm

Algemene toelichting. - alleenstaande ouders: 90% van de gehuwdennorm - alleenstaanden: 70% van de gehuwdennorm Algemene toelichting 1. Norm, toeslag en verlaging Hoofdstuk 3 van de Wwb kent voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan een systeem van basisnormen en toeslagen en verlagingen. Dit systeem

Nadere informatie

VERORDENING TOESLAGEN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE GELDERMALSEN 2012

VERORDENING TOESLAGEN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE GELDERMALSEN 2012 VERORDENING TOESLAGEN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE GELDERMALSEN 2012 De raad van de gemeente Geldermalsen, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 20 maart 2012, nummer

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012;

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; Gemeente Hellendoorn Besluit Nijverdal, 5 februari 2013 Nr. 12INT02695 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; gelet

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WET INVESTEREN IN JONGEREN GEMEENTE DOETINCHEM 2009

TOESLAGENVERORDENING WET INVESTEREN IN JONGEREN GEMEENTE DOETINCHEM 2009 TOESLAGENVERORDENING WET INVESTEREN IN JONGEREN GEMEENTE DOETINCHEM 2009 De raad van de gemeente Doetinchem; gezien het advies van de commissie maatschappelijke zaken; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB

Toeslagenverordening WWB Gemeente Achtkarspelen Toeslagenverordening WWB Dienst Werk en Inkomen De Wâlden Januari 2013 1 Gemeente Achtkarspelen de Raad van de gemeente Achtkarspelen; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Apeldoorn. Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012

Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Apeldoorn. Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012 De raad van de gemeente Apeldoorn; gelezen het voorstel van het college d.d.., nr...; gelet op artikel 8, eerste

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2011

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2011 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2011 Het algemeen bestuur van de ISD Optimisd, Gelet op de gemeenschappelijke regeling Intergemeentelijke Sociale Dienst Bernheze, Schijndel, Sint- Michielsgestel,

Nadere informatie

ALGEMENE TOELICHTING TOESLAGENVERORDENING WIJ

ALGEMENE TOELICHTING TOESLAGENVERORDENING WIJ ALGEMENE TOELICHTING TOESLAGENVERORDENING WIJ De Wet investeren in jongeren en de inkomensvoorziening Op 1 oktober 2009 treedt de Wet investeren in jongeren (WIJ) in werking. Doelstelling van deze wet

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Criteria voor het verhogen van de bijstandsnorm

Hoofdstuk 2 Criteria voor het verhogen van de bijstandsnorm CVDR Officiële uitgave van Tiel. Nr. CVDR51284_1 10 juli 2018 De raad van de gemeente Tiel. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders dd. 1 september 2010; gezien het advies van

Nadere informatie

gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel e en 35, eerste lid, van de Wet investeren in jongeren (WIJ),

gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel e en 35, eerste lid, van de Wet investeren in jongeren (WIJ), De raad van de gemeente Peel en Maas; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 2010-087 gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel e en 35, eerste

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2013

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2013 Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2013 Paragraaf 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijving Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 maart 2013, nr. 13.04.12;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 maart 2013, nr. 13.04.12; Nr. 12A De raad van de gemeente Marum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 maart 2013, nr. 13.04.12; gelet op artikel 8 eerste lid, onderdeel c en artikel 30 van de Wet werk en bijstand;

Nadere informatie

VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN WWB GEMEENTE BUREN

VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN WWB GEMEENTE BUREN VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN WWB GEMEENTE BUREN De Raad van de gemeente Buren, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 mei 2012, gelet op artikel 8, lid 1, onderdeel

Nadere informatie

HOOFDSTUK II CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE BIJSTANDSNORM

HOOFDSTUK II CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE BIJSTANDSNORM CVDR Officiële uitgave van Amersfoort. Nr. CVDR30192_1 5 december 2017 Gemeente Amersfoort Verordening Reg.nr. 1493439 De raad van de gemeente Amersfoort; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

DE TOESLAGENVERORDENING WWB GEMEENTE OEGSTGEEST. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 13 november 2012, nr.

DE TOESLAGENVERORDENING WWB GEMEENTE OEGSTGEEST. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 13 november 2012, nr. CVDR Officiële uitgave van Oegstgeest. Nr. CVDR257673_2 8 november 2016 DE TOESLAGENVERORDENING WWB 2012-2 GEMEENTE OEGSTGEEST De raad van de gemeente Oegstgeest; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren gemeente Zeewolde 2010

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren gemeente Zeewolde 2010 CVDR Officiële uitgave van Zeewolde. Nr. CVDR40615_3 21 november 2017 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren gemeente Zeewolde 2010 De raad van de gemeente Zeewolde, gelezen

Nadere informatie

gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet, en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel e, en 35, eerste lid, van de Wet investeren in jongeren;

gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet, en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel e, en 35, eerste lid, van de Wet investeren in jongeren; De raad van de gemeente Steenwijkerland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 januari 2010; gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet, en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WIJ. HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

TOESLAGENVERORDENING WIJ. HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen TOESLAGENVERORDENING WIJ HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen Artikel 1 In deze verordening wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet investeren in jongeren; b. gehuwdennorm: de norm bedoeld in artikel 28, eerste

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren CVDR Officiële uitgave van Best. Nr. CVDR33298_2 1 augustus 2017 Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren De Raad van de gemeente Best; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Best

Nadere informatie

GEWIJZIGD RAADSBESLUIT

GEWIJZIGD RAADSBESLUIT DE RAAD VAN DE GEMEENTE CRANENDONCK Gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Cranendonck d.d. 8 november 2011, Gelet op artikel : B E S L U I T 1. De bestaande

Nadere informatie