Regeling bekostiging financieel toezicht

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Regeling bekostiging financieel toezicht"

Transcriptie

1 FI Regeling bekostiging financieel toezicht Regeling van de Minister van Financiën van 19 december 2003, Directie Financiële Markten, FM , houdende regels voor de bekostiging van het toezicht ingevolge enkele financiële toezichtwetten (Regeling bekostiging financieel toezicht) De Minister van Financiën, Gelet op de artikelen 28 van de Wet toezicht beleggingsinstellingen, 42 van de Wet toezicht effectenverkeer 1995, 186, eerste lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, 91, eerste lid, van de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf, 12 van de Wet melding zeggenschap in ter beurze genoteerde vennootschappen 1996 en 7 van de Wet inzake de geldtransactiekantoren; Besluit: 1. Begripsbepalingen zeggenschap in ter beurze genoteerde vennootschappen 1996; 7. een pensioenfonds; 8. een natuurlijk persoon of rechtspersoon als bedoeld in artikel 7, tweede lid, onderdeel l, 1995; 9. een geldtransactiekantoor; i. exploitatiesaldo: het verschil tussen de aan het eind van een jaar gerealiseerde baten en lasten van de toezichthoudende autoriteit vormt het exploitatiesaldo, waarop voor zover het de Autoriteit Financiële Markten betreft, toevoegingen aan eventuele bestemmingsreserves in mindering kunnen worden gebracht. 2. Rekening en verantwoording Artikel 2 1. De toezichthoudende autoriteit stelt jaarlijks een begroting op van de in het daarop volgende jaar te verwachten baten en lasten, investeringsuitgaven alsmede inkomsten en uitgaven met betrekking tot de uitvoering van de taken en bevoegdheden alsmede de daaruit voortvloeiende werkzaamheden die haar zijn opgedragen bij of krachtens de Wet toezicht beleggingsinstellingen, de Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Wet melding zeggenschap in ter beurze genoteerde vennootschappen 1996 en de Wet inzake de geldtransactiekantoren. Artikel 1 In deze regeling wordt verstaan onder: a. de minister: de Minister van Financiën; b. de Autoriteit Financiële Markten: de Stichting Autoriteit Financiële Markten; c. de Nederlandsche Bank: De Nederlandsche Bank N.V.; d. Pensioen- & Verzekeringskamer: de Stichting Pensioen- & Verzekeringskamer; 2. De begroting wordt op een zodanige e. toezichthoudende autoriteit: wijze opgesteld dat de lasten en uitgaven 1. de Autoriteit Financiële Markten; structureel worden gedekt door debaten 2. de Nederlandsche Bank; en inkomsten. 3. de Pensioen- & Verzekeringskamer; 3. De begrotingsposten worden van een ieder voor zover het betreft de aan haar toelichting voorzien. bij of krachtens wet opgedragen toezichttaken; begroting betrekking heeft nog niet eer- 4. Tenzij de werkzaamheden waarop de f. houder van een effectenbeurs: een der werden verricht, bevat de begroting houder van een effectenbeurs als bedoeld een vergelijking met de begroting van in artikel 22 of 25 van de Wet toezicht het lopende jaar en de laatste jaarrekening of verantwoording waarmee de effectenverkeer 1995; g. pensioenfonds: een instelling als minister heeft ingestemd. bedoeld in artikel 7, tweede lid, onderdeel k, van de Wet toezicht effectenver- de begroting, vergezeld van een toelich- 5. De toezichthoudende autoriteit zendt keer 1995; ting, voor 1 december van het aan het h. onder toezicht staande instelling: begrotingsjaar voorafgaande jaar ter 1. een beleggingsinstelling; instemming aan de minister. 2. een effecteninstelling; 6. De instemming kan worden onthouden 3. een verzekeraar; wegens strijd met het recht of het algemeen belang. 4. een houder van een effectenbeurs; 5. een effectenuitgevende instelling te 7. De toezichthoudende autoriteit doet wier laste effecten zijn uitgegeven die onverwijld mededeling in de Staatscourant van de begroting waarmee is inge- zijn toegelaten tot de notering aan een effectenbeurs als bedoeld in artikel 22 stemd en maakt deze openbaar. 1995; Artikel 3 6. een vennootschap als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet melding lijke verschillen ontstaan of dreigen te 1. Indien gedurende het jaar aanmerke- ontstaan tussen de werkelijke en begrote baten en lasten dan wel inkomsten en uitgaven, doet de toezichthoudende autoriteit daarvan onverwijld mededeling aan de minister onder vermelding van de oorzaak van de verschillen. 2. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing op de begrote en gerealiseerde baten en lasten alsmede inkomsten en uitgaven die verband houden met de uitvoering van opgedragen taken en toegekende bevoegdheden uit hoofde van Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 of de Wet toezicht naturauitvaartverzekeringsbedrijf. Artikel 4 1. De Autoriteit Financiële Markten en de Pensioen- & Verzekeringskamer stellen jaarlijks een jaarrekening op, waarin rekening en verantwoording wordt afgelegd van het financieel beheer en van de geleverde prestaties over het verstreken boekjaar. De jaarrekening wordt ingericht zoveel mogelijk met overeenkomstige toepassing van Titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. 2. De jaarrekening gaat vergezeld van een verklaring omtrent de getrouwheid, afgegeven door een door de Autoriteit Financiële Markten onderscheidenlijk de Pensioen- & Verzekeringskamer aangewezen accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. 3. De accountant voegt bij de verklaring, bedoeld in het tweede lid, tevens een verslag van zijn bevindingen omtrent de rechtmatigheid van de inning en besteding van de middelen door de Autoriteit Financiële Markten onderscheidenlijk de Pensioen- & Verzekeringskamer uit hoofde van de in artikel 2, eerste lid, genoemde wetten alsmede de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 en de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf. Dit verslag wordt voor het eerst opgesteld over het jaar De Autoriteit Financiële Markten en de Pensioen- & Verzekeringskamer zenden de jaarrekening voor 1 mei van het op het boekjaar volgende jaar ter instemming aan de minister. 5. De instemming kan worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. 6. De Autoriteit Financiële Markten en de Pensioen- & Verzekeringskamer doen onverwijld mededeling in de Staatscourant van de jaarrekening waarmee is ingestemd en maken deze openbaar. Uit: Staatscourant 24 december 2003, nr. 249 / pag. 73 1

2 Artikel 5 1. De Nederlandsche Bank stelt jaarlijks een verantwoording op van de opgedragen taken en toegekende bevoegdheden en daaruit voortvloeiende werkzaamheden uit hoofde van de in artikel 2, eerste lid, genoemde wetten. De verantwoording wordt voor het eerst opgesteld over het jaar De verantwoording gaat vergezeld van een verklaring omtrent de getrouwheid, afgegeven door een door de Nederlandsche Bank aangewezen accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. 3. De accountant voegt bij de verklaring, bedoeld in het tweede lid, tevens een verslag van zijn bevindingen omtrent de rechtmatige inning en besteding van de middelen door de Nederlandsche Bank uit hoofde van de in artikel 2, eerste lid, genoemde wetten. 4. De Nederlandsche Bank zendt de verantwoording, bedoeld in het eerste lid, voor 1 mei van het op het boekjaar volgende jaar ter instemming aan de minister. 5. De instemming kan worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. 6. De Nederlandsche Bank doet onverwijld mededeling in de Staatscourant van de verantwoording waarmee is ingestemd en maakt deze openbaar. Artikel 6 Indien in het voorafgaande jaar een exploitatiesaldo is ontstaan en de toezichthoudende autoriteit het exploitatiesaldo wil betrekken bij de in het lopende jaar in rekening te brengen kosten als bedoeld in artikel 11, doet de toezichthoudende autoriteit daaromtrent een voorstel in de jaarrekening of de verantwoording over het voorafgaande jaar. 3. Bijdragen kosten uitoefening toezicht Artikel 7 1. De toezichthoudende autoriteit kan eenmalig een bedrag in rekening brengen aan een aanvrager of een verzoeker ter vergoeding van de kosten van de behandeling van een aanvraag of verzoek om verlening, uitbreiding of wijziging van: a. een vergunning als bedoeld in: 1. artikel 5, eerste lid, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen; 2. artikel 7, eerste, lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995; b. een ontheffing als bedoeld in: 1. artikel 16, vierde lid, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen; 2. artikel 4, eerste lid, 5, tweede lid, 6a, vijfde lid, 6c, eerste lid of 25, eerste lid, 1995; c. een verklaring van geen bezwaar als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995; d. een erkenning als bedoeld in artikel ; e. een inschrijving als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet inzake de geldtransactiekantoren. 2. Het bedrag, bedoeld in het eerste lid, kan worden vermeerderd met een bedrag ter vergoeding van de kosten van een toetsing van de deskundigheid of betrouwbaarheid van een beleidsbepaler, medebeleidsbepaler of houder van een gekwalificeerde deelneming, voor zover deze kosten niet reeds op basis van het eerste lid in rekening zijn gebracht. 3. De toezichthoudende autoriteit kan eenmalig een bedrag in rekening brengen ter vergoeding van de kosten van een toetsing van de deskundigheid of betrouwbaarheid van een beleidsbepaler, medebeleidsbepaler of houder van een gekwalificeerde deelneming, welke toetsing wordt verricht naar aanleiding van: a. een melding als bedoeld in artikel 2, vijfde lid, van de Wet inzake de geldtransactiekantoren; b. een melding als bedoeld in artikel 11 van het Besluit toezicht beleggingsinstellingen; c. een melding als bedoeld in artikel 22 van het Besluit effectenverkeer 1995; d. een mededeling als bedoeld in artikel 17, eerste lid, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen. 4. De Autoriteit Financiële Markten brengt geen bedrag als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, onder 2, in rekening, indien de aanvrager een niet in Nederland gevestigde effecteninstelling betreft die onder adequaat toezicht staat en in of vanuit Nederland uitsluitend effectendiensten voor eigen rekening verricht. Artikel 8 1. De Autoriteit Financiële Markten brengt eenmalig een bedrag in rekening aan: a. een effecteninstelling waarop een vrijstelling als bedoeld in artikel 10, eerste lid, 1995 van toepassing is, ter vergoeding van de kosten van de inschrijving in het register, bedoeld in artikel 21 van die wet, waarbij onderscheid kan worden gemaakt naar effecteninstellingen als bedoeld in artikel 12, 14 of 15 van de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995; b. een bieder: 1. na het uitbrengen van een openbare mededeling als bedoeld in artikel 9b, tweede lid, onderdeel a of b, van het Besluit toezicht effectenverkeer 1995; 2. na het toezenden van een biedingsbericht ingevolge artikel 9v van het Besluit toezicht effectenverkeer 1995; 3. na gestanddoening van een openbaar bod. 2. De Autoriteit Financiële Markten brengt eenmalig een bedrag in rekening aan verzekeraars ter vergoeding van de kosten van het toezicht op de naleving van het bij en krachtens artikel 51 van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 en het bij en krachtens artikel 25 van de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf bepaalde. Artikel 9 De Autoriteit Financiële Markten kan aan de betrokken onder toezicht staande instelling een bedrag in rekening brengen ter vergoeding van de kosten die zij maakt bij de toepassing van artikel 28, vierde lid, onderdeel a, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 of artikel 22, eerste lid, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen. Artikel Indien aan een onder toezicht staande instelling voor het niet voldoen aan bij of krachtens de wet gestelde eisen in het voorafgaande jaar een aanwijzing is gegeven of een last onder dwangsom is opgelegd, kan de toezichthoudende autoriteit een bedrag in rekening brengen aan deze onder toezicht staande instelling ter vergoeding van de kosten in verband met het toezicht op de naleving van wettelijke voorschriften, voor zover deze kosten individueel zijn toe te rekenen aan deze onder toezicht staande instelling en uitstijgen boven de kosten van het toezicht op de naleving van wettelijke voorschriften die onder normale omstandigheden ten aanzien van die onder toezicht staande instelling zouden zijn gemaakt. 2. Een bedrag dat door de toezichthoudende autoriteit op grond van het eerste lid bij een onder toezicht staande instelling in rekening is gebracht en door deze onder toezicht staande instelling is betaald, wordt onverwijld terugbetaald indien het besluit tot het geven van de aanwijzing of tot het opleggen van de last onder dwangsom is ingetrokken of in rechte is vernietigd. Artikel De toezichthoudende autoriteit brengt jaarlijks een bedrag in rekening aan een onder toezicht staande instelling ter vergoeding van kosten ter uitvoering van aan haar opgedragen taken of toegekende bevoegdheden, voor zover deze kosten niet reeds op grond van de artikelen 7 tot en met 10 in rekening worden gebracht. 2. De kosten, bedoeld in het eerste lid, worden op basis van de begroting waarmee is ingestemd geraamd voor het jaar waarop het in rekening te brengen bedrag betrekking heeft, met dien verstande dat op die kosten in mindering worden gebracht de kosten die voor dat jaar ten laste komen van de rijksbegroting. 3. De geraamde kosten worden toegerekend aan categorieën van onder toezicht staande instellingen naar de mate van hun beslag op de werkzaamheden, bedoeld in het eerste lid. Per categorie Uit: Staatscourant 24 december 2003, nr. 249 / pag. 73 2

3 vindt een nadere toerekening plaats, indien subcategorieën van onder toezicht staande instellingen zijn aangewezen. 4. Op de per categorie of subcategorie toegerekende geraamde kosten worden in mindering gebracht: a. een uit het voorafgaande jaar resulterend positief exploitatiesaldo dat aan de desbetreffende categorie of subcategorie valt toe te rekenen, indien een daartoe strekkend voorstel als bedoeld in artikel 6 is opgenomen in de jaarrekening of verantwoording waarmee is ingestemd; b. de opbrengsten uit bestuurlijke boetes en verbeurde dwangsommen, die aan de desbetreffende categorie of subcategorie vallen toe te rekenen en die niet reeds zijn opgenomen in het exploitatiesaldo, voor zover de hieraan ten grondslag liggende besluiten van de toezichthoudende autoriteit in het voorafgaande jaar onherroepelijk zijn geworden. 5. De per categorie of subcategorie toegerekende geraamde kosten worden vermeerderd met een uit het voorafgaande jaar resulterend negatief exploitatiesaldo of een gedeelte daarvan dat aan de desbetreffende categorie of subcategorie valt toe te rekenen, indien een daartoe strekkend voorstel als bedoeld in artikel 6 is opgenomen in de jaarrekening of verantwoording waarmee is ingestemd. 6. Indien het kosten betreft ter uitvoering van opgedragen taken of toegekende bevoegdheden uit hoofde van Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 of de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf, geschiedt de raming, bedoeld in het tweede lid, op basis van de goedgekeurde begroting, bedoeld in artikel 7a van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, voor zover deze betrekking heeft op opgedragen taken en toegekende bevoegdheden uit hoofde van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 of de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf. 7. Indien een onder toezicht staande instelling valt onder twee of meer categorieën of subcategorieën, brengt de toezichthoudende autoriteit aan die onder toezicht staande instelling voor elk van de categorieën of subcategorieën een bedrag als bedoeld in het eerste lid in rekening. 4. Onder toezicht van de Autoriteit Financiële Markten staande instellingen Artikel 12 De in artikel 11, derde lid, bedoelde categorieën van onder toezicht staande instellingen, voor zover het uitoefening van taken en bevoegdheden door de Autoriteit Financiële Markten betreft, zijn: a. beleggingsinstellingen; b. effecteninstellingen; c. houders van effectenbeurzen; d. effectenuitgevende instellingen te wier laste effecten zijn uitgegeven die zijn toegelaten tot de notering aan een effectenbeurs als bedoeld in artikel 22 van de Wet toezicht effectenverkeer 1995; 6. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 7, tweede lid, aanhef en onder i, 1995 ten aanzien waarvan een kennisgee. vennootschappen als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet melding zeggenschap in ter beurze genoteerde vennootschappen 1996; f. verzekeraars; g. pensioenfondsen; h. natuurlijke personen of rechtspersonen als bedoeld in artikel 7, tweede lid, onderdeel l, Artikel 13 De in artikel 11, derde lid, bedoelde subcategorieën van onder toezicht staande instellingen, voor zover het uitoefening van taken en bevoegdheden door de Autoriteit Financiële Markten betreft, zijn: a. subcategorieën van beleggingsinstellingen: 1. beleggingsinstellingen waaraan een vergunning als bedoeld in artikel 5 van de Wet toezicht beleggingsinstellingen is verleend; 2. beleggingsinstellingen die ingevolge artikel 17 van de Wet toezicht beleggingsinstellingen zijn overgegaan tot aanbieding van hun rechten van deelneming buiten besloten kring; b. subcategorieën van effecteninstellingen: 1. in Nederland gevestigde effecteninstellingen lid, 1995 die voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten aanbieden of verrichten; 2. in Nederland gevestigde effecteninstellingen lid, 1995 die niet voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten aanbieden of verrichten; 3. niet in Nederland gevestigde effecteninstellingen waaraan een vergunning is lid, 1995 die uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten aanbieden of verrichten; 4. niet in Nederland gevestigde effecteninstellingen waaraan een vergunning is lid, 1995 die niet uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten aanbieden of verrichten; 5. kredietinstellingen of financiële instellingen die ingevolge artikel 7, tweede lid, aanhef en onder h, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 als effecteninstelling diensten mogen aanbieden of verrichten; ving is ontvangen overeenkomstig dat artikel; 7. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 7, tweede lid, aanhef en onder j, 1995 die een kennisgeving hebben gezonden overeenkomstig dat artikel; 8. effecteninstellingen waarop een vrijstelling van toepassing is als bedoeld in artikel 12 van de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995; 9. effecteninstellingen waarop een vrijstelling van toepassing is als bedoeld in artikel 14 van de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995; 10. effecteninstellingen waarop een vrijstelling van toepassing is als bedoeld in artikel 15 van de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer c. subcategorieën van effectenuitgevende instellingen: 1. beleggingsmaatschappijen met veranderlijk kapitaal als bedoeld in artikel 76a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek; 2. instellingen waarvan schuldpapier is toegelaten tot de notering aan een op grond van artikel 22 van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 erkende effectenbeurs; 3. instellingen anders dan bedoeld onder 1 en 2 waarvan aandelen zijn toegelaten tot de notering aan een op grond van artikel erkende effectenbeurs; d. subcategorieën van vennootschappen als bedoeld in artikel 12, onderdeel e: 1. beleggingsmaatschappijen met veranderlijk kapitaal als bedoeld in artikel 76a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek; 2. vennootschappen anders dan bedoeld onder 1 waarvan aandelen zijn toegelaten tot de notering aan een in een lidstaat van de Europese Unie gelegen en werkzame effectenbeurs; e. subcategorieën van verzekeraars: 1. schadeverzekeraars; 2. levensverzekeraars; 3. natura-uitvaartverzekeraars. Artikel Als maatstaf voor het in rekening te brengen bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, geldt, voor zover het de uitoefening van taken en bevoegdheden door de Autoriteit Financiële Markten betreft, onderscheiden naar categorie of subcategorie, voor: a. beleggingsinstellingen als bedoeld in artikel 13, onderdeel a, onder 1 en 2 : het vermogen van de beheerder, bedoeld in artikel 5, tweede lid, onderdeel c, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen; b. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 13, onderdeel b, onder 1 : het aantal in Nederland werkzame personen dat door die instellingen belast is met het verrichten van transacties in effecten; c. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 13, onderdeel b, onder 2 : het Uit: Staatscourant 24 december 2003, nr. 249 / pag. 73 3

4 aantal in Nederland gevestigde effectencliënten van die instellingen ; d. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 13, onderdeel b, onder 5 : het aantal effectenrekeningen in Nederland van die instellingen; e. schadeverzekeraars, levensverzekeraars en natura-uitvaartverzekeraars: het bruto premie-inkomen in Nederland; f. pensioenfondsen: het beheerd vermogen. 2. De minister stelt jaarlijks voor 1 juli, op voorstel van de Autoriteit Financiële Markten, per categorie of subcategorie een verdeelsleutel vast op basis van de maatstaf, bedoeld in het eerste lid. De minister kan daarbij bandbreedtes bepalen en per bandbreedte een verdeelsleutel vaststellen. 3. De Autoriteit Financiële Markten baseert haar voorstel voor de in het tweede lid bedoelde verdeelsleutel op de desbetreffende maatstaf die betrekking heeft op gegevens van het voorafgaande jaar. 5. Onder toezicht van de Nederlandsche Bank staande instellingen Artikel 15 De in artikel 11, derde lid, bedoelde categorieën van onder toezicht staande instellingen, voor zover het uitoefening van taken en bevoegdheden door de Nederlandsche Bank betreft, zijn: a. beleggingsinstellingen; b. effecteninstellingen; c. geldtransactiekantoren. Artikel 16 Subcategorieën als bedoeld in artikel 11, derde lid, van effecteninstellingen, voor zover het de uitoefening van taken en bevoegdheden door de Nederlandsche Bank betreft, zijn: a. in Nederland gevestigde effecteninstellingen lid, 1995 die voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten aanbieden of verrichten; b. in Nederland gevestigde effecteninstellingen lid, 1995 die niet voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten aanbieden of verrichten; c. niet in Nederland gevestigde effecteninstellingen lid, 1995 die uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten aanbieden of verrichten; d. niet in Nederland gevestigde effecteninstellingen lid, 1995 die niet uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland effectendiensten aanbieden of verrichten; e. effecteninstellingen waarop een vrijstelling van toepassing is als bedoeld in artikel 14 van de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer Artikel Als maatstaf voor het in rekening te brengen bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, geldt, voor zover het uitoefening van taken en bevoegdheden door de Nederlandsche Bank betreft, onderscheiden naar categorie of subcategorie, voor: a. beleggingsinstellingen als bedoeld in artikel 15, onderdeel a: het vermogen van de beheerder, bedoeld in artikel 5, tweede lid, onderdeel c, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen; b. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 16, onderdeel a:het aantal in Nederland werkzame personen dat door die instellingen belast is met het verrichten van transacties in effecten; c. effecteninstellingen als bedoeld in artikel 16, onderdeel b: het aantal in Nederland gevestigde effectencliënten; d. geldtransactiekantoren: de totale waarde van de geldtransacties, bedoeld in artikel 1, onderdeel c, van de Wet inzake de geldtransactiekantoren, die geldtransactiekantoren ten behoeve van cliënten uitvoeren. 2. De minister stelt jaarlijks voor 1 juli, op voorstel van de Nederlandsche Bank, per categorie of subcategorie een verdeelsleutel vast op basis van de maatstaf, bedoeld in het eerste lid. De minister kan daarbij bandbreedtes bepalen en per bandbreedte een verdeelsleutel vaststellen. 3. De Nederlandsche Bank baseert haar voorstel voor de in het tweede lid bedoelde verdeelsleutel op de desbetreffende maatstaf die betrekking heeft op gegevens van het voorafgaande jaar. 6. Onder toezicht van de Pensioen- & Verzekeringskamer staande instellingen Artikel 18 Als categorie van onder toezicht staande instellingen als bedoeld in artikel 11, derde lid, voor zover het uitoefening van taken en bevoegdheden door de Pensioen- & Verzekeringskamer betreft, zijn aangewezen verzekeraars. Artikel Als maatstaf voor het in rekening te brengen bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, geldt, voor zover het uitoefening van taken en bevoegdheden door de Pensioen- & Verzekeringskamer betreft, voor verzekeraars het bruto premieinkomen in Nederland. 2. De minister stelt jaarlijks voor 1 juli op voorstel van de Pensioen- & Verzekeringskamer een verdeelsleutel vast op basis van de maatstaf, bedoeld in het eerste lid. De minister kan daarbij bandbreedtes bepalen en per bandbreedte een verdeelsleutel vaststellen. 3. De Pensioen- & Verzekeringskamer baseert haar voorstel voor de in het tweede lid bedoelde verdeelsleutel op de desbetreffende maatstaf die betrekking heeft op gegevens van het voorafgaande jaar, dan wel het tweede voorafgaande jaar indien de gegevens over het voorafgaande jaar niet beschikbaar zijn. 7. Hoogte bedrag, verstrekking gegevens en betaling Artikel 20 De minister stelt jaarlijks voor 15 januari op voorstel van de toezichthoudende autoriteit de hoogte van de onderscheiden eenmalig in rekening te brengen bedragen, bedoeld in de artikelen 7 en 8, vast. Artikel De hoogte van het bedrag, bedoeld in de artikelen 9 en 10, wordt per geval vastgesteld door de toezichthoudende autoriteit. 2. Het bedrag wordt op zodanige wijze gespecificeerd dat daaruit blijkt dat het gebaseerd is op de voor de desbetreffende onder toezicht staande instelling werkelijk gemaakte kosten. Artikel De hoogte van het bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, bestaat uit een jaarlijks voor 1 juli door de minister, op voorstel van de toezichthoudende autoriteit, per categorie of subcategorie vast te stellen minimumbedrag, vermeerderd met een bedrag dat: a. wordt gebaseerd op de kosten die per categorie of subcategorie zijn toegerekend op de wijze, bedoeld in artikel 11, tweede tot en met zesde lid, onder aftrek van het totaal van het aan de desbetreffende categorie of subcategorie in rekening te brengen minimumbedragen, en b. is doorberekend naar rato van de verdeelsleutel, bedoeld in artikel 14, tweede lid, 17, tweede lid, of 19, tweede lid, gerelateerd aan de gegevens met betrekking tot de desbetreffende maatstaf van het voorafgaande jaar dan wel, indien deze gegevens niet beschikbaar zijn, het lopende jaar of het tweede voorafgaande jaar. 2. Voor de subcategorieën van effecteninstellingen, genoemd in de artikelen 13, onderdeel b, onder 3, 4 en 6 tot en met 10 en 16, onderdelen c tot en met e, de houders van effectenbeurzen, de subcategorieën van effectenuitgevende instellingen, genoemd in artikel 13, onderdeel c, en de subcategorieën van vennootschappen, genoemd in artikel 13, onderdeel d, stelt de minister op voorstel van de toezichthoudende autoriteit jaarlijks voor 1 juli de hoogte van het bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, Uit: Staatscourant 24 december 2003, nr. 249 / pag. 73 4

5 vast. De toezichthoudende autoriteit baseert haar voorstel aan de minister op de kosten die aan de desbetreffende categorie of subcategorie zijn toegerekend op de wijze, bedoeld in artikel 11, tweede tot en met zesde lid. 3. Het bedrag, bepaald op basis van het eerste of tweede lid, voor een onder toezicht staande instelling die niet eerder dan 1 februari van het lopende jaar onder een categorie of subcategorie valt, wordt in rekening gebracht naar evenredigheid van het aantal maanden in het jaar dat de onder toezicht staande instelling onder de categorie of subcategorie valt, waarbij een gedeelte van een maand geldt als volledige maand. Artikel 23 De minister doet onverwijld mededeling in de Staatscourant van de vastgestelde verdeelsleutels, bedoeld in de artikelen 14, tweede lid, 17, tweede lid, en 19, tweede lid, de vastgestelde bedragen, bedoeld in de artikelen 20 en 22, tweede lid, en het vastgestelde minimumbedrag, bedoeld in artikel 22, eerste lid. Artikel De onderneming of instelling waaraan het bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, in rekening wordt gebracht op grond van een maatstaf als bedoeld in artikel 14, 17 of 19, kan binnen een door de toezichthoudende autoriteit te stellen redelijke termijn in de gelegenheid worden gesteld om opgave te doen van haar gegevens met betrekking tot die maatstaf. 2. Indien een onder toezicht staande instelling na daartoe in de gelegenheid te zijn gesteld geen opgave heeft gedaan dan wel een kennelijk onjuiste of onvolledige opgave van gegevens met betrekking tot de maatstaf heeft gedaan, kan de toezichthoudende autoriteit een schatting doen van de gegevens van de onder toezicht staande instelling met betrekking tot de desbetreffende maatstaf. Artikel De toezichthoudende autoriteit bepaalt de wijze en het tijdstip van betaling van de bedragen, bedoeld in de artikelen 7 tot en met Indien als wijze van betaling automatische incasso is overeengekomen, kan de toezichthoudende autoriteit bij het in rekening brengen van het bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, een korting toepassen. Per onder toezicht staande instelling wordt jaarlijks slechts eenmaal een korting toegepast. Artikel 26 Aan een onder toezicht staande instelling die niet langer onder een categorie of subcategorie valt, wordt het bedrag, bedoeld in artikel 11, eerste lid, terugbetaald naar evenredigheid van het aantal maanden van het jaar dat de onder toezicht staande instelling niet langer onder de categorie of subcategorie valt, waarbij een gedeelte van een maand geldt als volledige maand. Artikel 27 Indien een onder toezicht staande instelling het vermogen heeft verkregen van een onder toezicht staande instelling die in het lopende jaar heeft opgehouden onder een categorie of subcategorie te vallen, wordt het bedrag ter vergoeding van de kosten, bedoeld in artikel 11, eerste lid, die door de toezichthoudende autoriteit ten aanzien van eerstbedoelde onder toezicht staande instelling zijn gemaakt, in rekening gebracht bij de verkrijgende onder toezicht staande instelling, voor zover deze kosten niet reeds bij de eerstbedoelde onder toezicht staande instelling in rekening zijn gebracht. 8. Overgangs- en slotbepalingen Artikel Een voor het jaar 2004 op grond van artikel 2 van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen, artikel 2 van de Regeling toezichtskosten Wet toezicht effectenverkeer 1995 of artikel 2 van de Regeling kostenverhaal Wet melding zeggenschap 1996 opgestelde begroting wordt aangemerkt als een begroting als bedoeld in artikel 2, eerste lid. 2. De voor het jaar 2004 door de Nederlandsche Bank opgestelde begroting wordt, voor zover zij betrekking heeft op de uitoefening van taken en bevoegdheden uit hoofde van de Wet inzake de geldtransactiekantoren, aangemerkt als een begroting als bedoeld in artikel 2, eerste lid. Artikel 29 Onverminderd artikel 26 blijven bedragen, die in rekening zijn gebracht op grond van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen, de Regeling toezichtskosten Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Kostenregeling verzekeringsbedrijf 1996, de Regeling kostenverhaal Wet melding zeggenschap 1996 en de Regeling kostenverhaal inzake de geldtransactiekantoren, verschuldigd en wordt op bezwaar en beroep tegen besluiten die zijn genomen op grond van de genoemde regelingen, beslist met inachtneming van die regelingen, zoals zij luidden op het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling. Artikel 30 Onverminderd artikel 11, vierde en vijfde lid, worden in 2004 de per categorie of subcategorie toegerekende geraamde kosten die verband houden met aan de Autoriteit Financiële Markten opgedragen taken of toegekende bevoegdheden tevens verrekend met het exploitatiesaldo over het jaar Artikel 31 De Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen, de Regeling toezichtskosten Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Kostenregeling verzekeringsbedrijf 1996, de Regeling kostenverhaal Wet melding zeggenschap 1996 en de Regeling kostenverhaal inzake de geldtransactiekantoren worden ingetrokken, met dien verstande dat de artikelen 14 van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen, 11 van de Regeling toezichtkosten Wet toezicht effectenverkeer 1995 en 4 van de Regeling kostenverhaal Wet inzake de geldtransactiekantoren van toepassing blijven met betrekking tot het resultaat van de Nederlandsche Bank over het jaar Artikel 32 Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari Artikel 33 Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling bekostiging financieel toezicht. Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. Den Haag, 19 december De Minister van Financiën, G. Zalm. Toelichting I. Algemeen Op 1 juli 2003 is aan de Tweede Kamer een rapport aangeboden met aanbevelingen voor een herziening van de financiering van het toezicht op de financiële markten. 1 In het algemeen overleg van 25 september 2003 heeft de Kamer steun verleend aan het rapport. Aan de hand van de aanbevelingen is in nauwe samenwerking met de Stichting Autoriteit Financiële Markten (hierna: AFM), De Nederlandsche Bank N.V. (hierna: DNB) en de Stichting Pensioen- & Verzekeringskamer (hierna: PVK) en in overleg met de marktpartijen een nieuw stelsel voor de financiering van het toezicht voorbereid. Het herziene stelsel treedt op 1 januari 2004 in werking. De belangrijkste elementen in dit stelsel zijn de volgende. Marktpartijen betalen op basis van het zogeheten profijtbeginsel volledig de kosten van afzonderlijke toezichthandelingen, zoals de behandeling van vergunningaanvragen, en de kosten van het zogenoemde reguliere toezicht. Het gaat bij reguliere toezicht onder meer om audits en het doorlopende toezicht op liquiditeit, solvabiliteit en marktgedrag. De rijksoverheid bekostigt een deel van handhavingskosten. Dit sluit aan bij het MDW-rapport Maat Houden (kamerstukken II 1995/96, , nrs. 22 en 64). Concreet levert de rijksoverheid een bijdrage aan de financiering van de zogeheten repressieve handhavingskos- Uit: Staatscourant 24 december 2003, nr. 249 / pag. 73 5

6 ten. Waar het gaat om de preventieve handhavingskosten worden de kosten van de Wet melding ongebruikelijke transacties, de Wet identificatie bij dienstverlening en de Sanctiewet 1977 door het Rijk gefinancierd. De bijdrage van het Rijk aan de kosten van de toezichthouder wordt vastgesteld aan de hand van een percentage van de totale kosten van de toezichthoudende autoriteit. Dit percentage is voor een periode van drie jaar gefixeerd en wordt daarna geëvalueerd. De reguliere toezichtkosten worden over de onder toezicht staande instellingen omgeslagen. Dit omslaan geschiedt in de eerste plaats door de kosten toe te rekenen aan gelijksoortige categorieën van ondernemingen of instellingen. Uitgangspunt bij de toerekening is dat geen kruissubsidiëring plaatsvindt tussen verschillende categorieën. De toegerekende kosten worden doorberekend aan individuele ondernemingen of instellingen. De doorberekening geschiedt aan de hand van heffingsmaatstaven. Deze heffingsmaatstaven zijn, in vergelijking met de oude kostenregelingen, opnieuw gedefinieerd. Het oogmerk van de nieuwe maatstaven is om nog beter aan te sluiten op de werkelijke toezichtinspanningen, de daarmee gepaard gaande kosten en op het profijt van het toezicht. Voorts is de oude systematiek van de beheersing van toezichtkosten versterkt. De versterking bestaat onder meer uit: 1. de oprichting van een adviserend panel van marktpartijen inzake de kosten van het toezicht; 2. de tussentijdse en tijdige melding aan de minister van aanmerkelijke verschillen tussen begroting en realisatie, opdat zonodig adequate maatregelen kunnen worden genomen; 3. het vereiste dat de minister moet instemmen met de jaarrekening c.q. de verantwoording van de toezichthoudende autoriteit. Verder moeten banken voortaan net als andere instellingen betalen voor het (banken)toezicht uit hoofde van de Wet toezicht kredietwezen Omdat aan banken voor het toezicht totnogtoe geen kosten in rekening werden gebracht, is een ingroeitraject wenselijk geacht. In 2004 zal aan banken 50 procent van de kosten worden doorberekend, in procent en in procent. De toezichtkosten zijn in de afgelopen jaren fors gestegen. De stijging werd met name veroorzaakt door nieuwe toezichttaken en een kwalitatieve inhaalslag. Zoals reeds is vermeld in het genoemde rapport herziening financiering toezicht, is de afspraak tussen het ministerie van Financiën en de toezichthoudende autoriteiten dat om toekomstige kostenstijgingen te beteugelen de reële kosten van bestaande toezichttaken zullen stabiliseren. Voorts kunnen door de hervorming van het toezicht en door de voorgenomen integratie van DNB en de PVK efficiëntiewinsten worden geboekt. De onderhavige regeling strekt tot uitvoering van het herziene stelsel waar het gaat om kosten van toezicht op grond van de volgende wetten: de Wet toezicht beleggingsinstellingen, de Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf, de Wet melding zeggenschap in ter beurze genoteerde vennootschappen 1996 en de Wet inzake de geldtransactiekantoren. Op grond van deze regeling kan de toezichthoudende autoriteit kosten in rekening brengen aan onder toezicht staande instellingen die verband houden met aan haar opgedragen taken of toegekende bevoegdheden op grond van de reeds genoemde wetten. De regeling vervangt vijf regelingen die gebaseerd waren op de genoemde wetten en betrekking hadden op kostendoorberekening. Alleen al daardoor is het stelsel van kostendoorberekening aanmerkelijk vereenvoudigd en inzichtelijker gemaakt. Op de kosten van het toezicht uit hoofde van de Wet toezicht kredietwezen 1992 heeft de regeling geen betrekking. Voor de doorberekening van die kosten zijn op basis van artikel 86 van de Wet toezicht kredietwezen 1992 door de AFM en DNB, onder goedkeuring van de minister, regels worden gesteld die gelijktijdig met deze regeling in werking zijn getreden. Ook kosten die voortvloeien uit de Wet identificatie bij dienstverlening, de Wet melding ongebruikelijke transacties en de Sanctiewet 1977 kunnen niet op basis van deze regeling worden doorberekend. Advies en overleg Bij de totstandkoming van de regeling zijn de AFM, DNB en de PVK alsmede de marktpartijen voldoende betrokken geweest. Zo zijn het eerder genoemde rapport herziening financiering toezicht en de regeling zelf voorbereid in een werkgroep van het ministerie van Financiën en de AFM, DNB en de PVK. De nadere praktische uitwerking van de heffingssystematiek, waaronder de maatstaven, heeft in overleg met de marktpartijen onder leiding van de AFM, DNB en de PVK plaatsgehad. Naar aanleiding van het overleg hebben de AFM, DNB en de PVK advies uitgebracht aan de minister. 2 Door het ministerie zijn drie bijeenkomsten georganiseerd voor marktpartijen: twee bijeenkomsten in het kader van het rapport herziening financiering toezicht en een bijeenkomst waarin voorgenomen regelgeving ter uitvoering van het rapport, waaronder de onderhavige regeling, aan de orde kwam. Voorts is een ontwerp van de onderhavige regeling voorgelegd aan marktpartijen. Er zijn hierop schriftelijke reacties ontvangen van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) en het Verbond van Verzekeraars, de Raad voor de Effectenbranche (REB), Dutch Fund Association, Nederlandse Bond van assurantie-bemiddelaars (NBVA), Grenswisselkantoren N.V. (GWK), Vereniging Effecten Uitgevende Ondernemingen (VEUO) en Nederlandse Vereniging van assurantieadviseurs en financiële dienstverleners (NVA). De opmerkingen hebben op verschillende punten geleid tot aanpassing en verduidelijking van de tekst van de regeling en de toelichting. REB en GWK hebben enkele opmerkingen gemaakt over de inzichtelijkheid van de begroting. Dit heeft er mede toe geleid dat artikel 2 met twee leden is aangevuld. Elke begrotingspost moet worden voorzien van een toelichting. Daarnaast dient de begroting een vergelijking te bevatten met de begroting van het lopende jaar en met de laatste jaarrekening respectievelijk verantwoording, waarmee is ingestemd. REB en GWK hebben opgemerkt dat kosten van overhead niet in rekening zouden kunnen worden gebracht. De wet en de daarop gebaseerde onderhavige regeling bieden echter wel de grondslag om de integrale kosten in rekening te brengen die verband houden met uitvoering van wettelijke taken of bevoegdheden. Hiertoe behoren ook kosten van overhead. De opmerkingen van REB met betrekking tot het belang van stabilisatie van de begroting en maat houden bij de hoogte van de eenmalige bedragen hebben geleid tot aanvulling van de toelichting. NVB en het Verbond van Verzekeraars wijzen erop dat het uitgangspunt om de kosten per vergunning om te slaan onvoldoende tot uitdrukking komt als per categorie of subcategorie wordt toegerekend. In reactie hierop zij erop gewezen dat gekozen is voor toerekening van de kosten aan (sub)categorieën van gelijksoortige onder toezicht staande instellingen omdat daarmee het beste wordt gewaarborgd dat geen kruissubsidiëring plaatsvindt tussen deze (sub) categorieën. De (sub)categorie-indeling is mede afgeleid van het onderscheid in vergunningen op basis van de verschillende financiële toezichtwetten. Een groot deel van de overige opmerkingen heeft betrekking op het voorstel om in de voorgenomen Wet op het financieel toezicht te voorzien in een panel van marktpartijen dat de toezichthoudende autoriteit adviseert over aangelegenheden met betrekking tot de toezichtkosten. Deze opmerkingen worden betrokken bij de voorbereiding van die wet. Administratieve lasten Onderhavige regeling bevat informatieverplichtingen voor onder toezicht staande instellingen. De informatieverplichtingen voor onder toezicht staande instellingen houden verband met de opgave van de gegevens voor de heffingsmaatstaf. De nieuwe heffingsmaatstaven in onderhavige regeling zullen per Uit: Staatscourant 24 december 2003, nr. 249 / pag. 73 6

7 saldo leiden tot een afname van de administratieve lasten voor onder toezicht staande instellingen ten opzichte van de oude situatie. De gegevens met betrekking tot de maatstaven zijn voor het merendeel te herleiden uit reeds bestaande rapportages van onder toezicht staande instellingen uit hoofde van andere wet- en regelgeving. Er is sprake van hergebruik van gegevens die onder toezicht staande instellingen reeds verstrekken. Hieruit vloeien derhalve geen extra administratieve lasten voort voor onder toezicht staande instellingen. Zo worden gegevens over de heffingsmaatstaven (zoals bijvoorbeeld het bruto-premie inkomen) door ondernemingen of instellingen verstrekt in het kader van de reguliere toezichtrapportages (zoals bijvoorbeeld maandstaten) dan wel de jaarrekening. De kwantificering van de informatieverplichtingen ten behoeve van reguliere toezichtrapportages uit hoofde van de toezichtwetten vindt plaats in het kader van het onderzoek dat Cap Gemini in opdracht van het ministerie van Financiën uitvoert naar de totale administratieve lasten van het toezicht op de financiële markten. In een beperkt aantal gevallen dient de onder toezicht staande instelling een opgave te doen die niet valt onder de reguliere rapportageverplichting. Het gaat daarbij om de effecteninstellingen waarbij als heffingsmaatstaf geldt het aantal effectenrekeningen, het aantal effectencliënten of het aantal personen dat belast is met het verrichten van transacties in effecten. De opgave van deze gegevens is voor effecteninstellingen eenvoudiger van aard dan de oude opgave van effectengerelateerde inkomsten (die eveneens niet valt onder de reguliere rapportageverplichtingen). Ten behoeve van de eigen administratieve organisatie houden effecteninstellingen immers gegevens bij over het aantal effectenrekeningen, het aantal effectencliënten of het aantal personen dat belast is met het verrichten van transacties in effecten. Kwantificering van de administratieve lasten van de administratieve organisatie (zoals voorgeschreven in de toezichtwetten) vindt plaats in het onderzoek van Cap Gemini. Per saldo is in deze gevallen sprake van een verlichting van administratieve lasten. Door het vervallen van de oude heffingsmaatstaf van effectengerelateerde inkomsten kan volgens schattingen van effecteninstellingen jaarlijks ca , worden bespaard (345 instellingen * ca. 600, per instelling). De toezichthoudende autoriteit bepaalt de (praktische) wijze en het tijdstip van opgave van gegevens over heffingsmaatstaven. Belangrijke randvoorwaarden hierbij zijn administratieve haalbaarheid en kostenefficiëntie. Hierdoor kunnen administratieve lasten bij de verstrekking van gegevens zoveel mogelijk worden voorkomen. Bij de inning van in rekening gebrachte toezichtkosten van de toezichthoudende autoriteit is ook reductie van administratieve lasten mogelijk. Er moet daarbij een onderscheid worden gemaakt tussen reguliere toezichtkosten en kosten van afzonderlijke toezichthandelingen. De kosten van afzonderlijke toezichthandelingen worden apart in rekening gebracht. Wat de reguliere toezichtkosten betreft kan de begrote doorberekening, zo nodig, worden verrekend met het gerealiseerde exploitatiesaldo van het voorafgaande jaar. Een toezichthoudende autoriteit kan derhalve volstaan met slechts één factuur per jaar. De administratieve lasten voor zowel de onder toezicht staande instellingen als voor de toezichthoudende autoriteit kunnen hierdoor worden verminderd ten opzichte van de oude situatie. Bij de AFM bestond immers een systematiek van voorlopige heffing en definitieve heffing voor reguliere toezichtkosten alsmede eventueel een naheffing voor het exploitatiesaldo. Bij DNB en de PVK vond één heffing plaats voor de reguliere toezichtkosten en kon voor het exploitatiesaldo een separate naheffing plaatshebben. Door slechts één factuur te versturen in plaats van de maximaal drie facturen, kunnen de administratieve lasten voor onder toezicht staande instellingen verbonden met de inning van toezichtkosten afnemen. Voor de kosten van eenmalige toezichthandelingen zullen uiteraard wel nog steeds aparte facturen worden verstuurd. II. Artikelen Artikel 1 De in onderdeel g vervatte omschrijving betreft een pensioenfonds waarvoor ingevolge Hoofdstuk IIIa van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 effectentypische gedragsregels gelden. Het ruime begrip onder toezicht staande instelling in onderdeel h omvat een variëteit aan categorieën instellingen. De gemeenschappelijke noemer is dat deze allemaal aan het toezicht van de AFM, DNB of de PVK zijn onderworpen. Sommige van de categorieën zijn in artikel 1 gedefinieerd, andere elders. Zo is op beleggingsinstelling de begripsomschrijving in artikel 1, onderdeel c, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen van toepassing. Voor het begrip effecteninstelling geldt de omschrijving van artikel 1, onderdeel d, Onder de term verzekeraar, genoemd in onderdeel h, onder 3, vallen verzekeraars als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, van de Wet toezicht naturauitvaartverzekeringsbedrijf alsmede verzekeraars als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf Tot de laatste categorie behoren bijvoorbeeld ook instellingen waaraan een verklaring is verleend als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van het Besluit vrijgestelde onderlinge waarborgmaatschappijen Met betrekking tot het geldtransactiekantoor is de begripsomschrijving van artikel 1, onderdeel a, van de Wet inzake de geldtransactiekantoren van belang. Artikel 2 Het artikel verplicht de toezichthoudende autoriteit jaarlijks voor 1 december een begroting voor het volgende jaar op te stellen met betrekking tot haar toezichthoudende taken en bevoegdheden uit hoofde van de Wet toezicht beleggingsinstellingen, de Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Wet melding zeggenschap in ter beurze genoteerde vennootschappen 1996 en de Wet inzake de geldtransactiekantoren. Voor het toezicht uit hoofde van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 en de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf geldt de in dit artikel neergelegde verplichting niet. Artikel 7a van de eerstgenoemde wet bevat namelijk zelf reeds de verplichting voor de PVK een begroting op te stellen. De minister moet instemmen met de begroting. De toezichthoudende autoriteit doet van de begroting waarmee is ingestemd onverwijld mededeling in de Staatscourant. Voorts maakt de toezichthoudende autoriteit kennisname van de begroting voor belangstellenden mogelijk maken, door bijvoorbeeld plaatsing op de eigen website. In de terminologie van het vijfde en zesde lid is het woord instemming gebruikt in plaats van goedkeuring. Daarmee wordt tot uitdrukking gebracht dat de handeling van de minister niet valt binnen de omschrijving van artikel 10:25 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De vaststelling van de begroting, die ingevolge de statuten geschiedt door de raad van toezicht of de raad van commissarissen, betreft geen besluit in de zin van de Awb, omdat de rechtshandeling tot vaststelling van de begroting uitsluitend interne werking heeft. Daar komt bij dat het vaststellende orgaan (raad van toezicht of raad van commissarissen) niet met openbaar gezag bekleed is en dus niet als een bestuursorgaan kan worden aangemerkt. Omdat afdeling van de Awb niet van toepassing is, is in het vijfde lid bepaald dat instemming kan worden geweigerd vanwege strijd met het recht of het algemeen belang. Een onthouding van instemming wegens strijd met algemeen belang kan pas aan de orde zijn wanneer de bezwaren tegen de instemming overwegend van aard zijn (vgl. kamerstukken II 1994/95, , nr. 3, blz. 187). Artikel 3 Dit artikel bepaalt dat aanmerkelijke verschillen die lopende het boekjaar ontstaan bij de minister moeten worden Uit: Staatscourant 24 december 2003, nr. 249 / pag. 73 7

Regeling toezichtkosten AFM Wet toezicht kredietwezen 1992

Regeling toezichtkosten AFM Wet toezicht kredietwezen 1992 AFM Regeling toezichtkosten AFM Wet toezicht kredietwezen 1992 Regeling van de Autoriteit Financiële Markten van 17 december 2003, houdende regels voor de bekostiging van het toezicht door de Autoriteit

Nadere informatie

Consultatietekst d.d. 13 december 2005 NOTA VAN TOELICHTING. Algemeen

Consultatietekst d.d. 13 december 2005 NOTA VAN TOELICHTING. Algemeen NOTA VAN TOELICHTING Algemeen Dit besluit geeft nadere uitwerking van de regels voor de doorberekening van een deel van de toezichtkosten die door De Nederlandsche Bank N.V. (DNB) en de Stichting Autoriteit

Nadere informatie

Wet bekostiging financieel toezicht

Wet bekostiging financieel toezicht Wbft Afkortingen Pw: Pensioenwet Pw BES: Pensioenwet BES Wbft: Wet bekostiging financieel toezicht,wet van 24 mei 2012, houdende regels met betrekking tot de financiering van het toezicht op de financiële

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Regels met betrekking tot de begroting en verantwoording van de kosten van het toezicht van de Autoriteit Financiële Markten en de Nederlandsche Bank en de financiering van de toezichtkosten (Wet bekostiging

Nadere informatie

Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995

Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995 (Tekst geldend op: 13-01-2004) Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995 De Minister van Financiën; Gelet op de artikelen 4, eerste lid, 5, tweede lid, 10, eerste lid, en 22, vijfde lid,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11809 23 juli 2010 Regeling van de Minister van Financiën tot vaststelling voor 2010 van de maatstaven, bedragen, bandbreedtes,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 259 4 januari 2012 Regeling vaststelling bedragen 2012 ex artikelen 2 en 3 Besluit bekostiging financieel toezicht 23

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet bekostiging financieel toezicht in verband met de afschaffing van de overheidsbijdrage, de invoering van Europees bankentoezicht en de bestemming van door de Autoriteit Financiële

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 570 Besluit van 31 oktober 2006, houdende regels inzake het toezicht op de naleving van de voorschriften voor financiële verslaggeving van effectenuitgevende

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 569 Wet van 28 september 2006, houdende regels inzake het toezicht op en de handhaving van de voorschriften voor financiële verslaggeving van

Nadere informatie

Voorstel van wet houdende regels met betrekking tot de financiering van het toezicht op de financiële markten (Wet bekostiging financieel toezicht)

Voorstel van wet houdende regels met betrekking tot de financiering van het toezicht op de financiële markten (Wet bekostiging financieel toezicht) Voorstel van wet houdende regels met betrekking tot de financiering van het toezicht op de financiële markten (Wet bekostiging financieel toezicht) VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 336 Regels inzake het toezicht op en de handhaving van de voorschriften voor financiële verslaggeving van effectenuitgevende instellingen alsmede

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2017 2018 34 870 Regels met betrekking tot de begroting en verantwoording van de kosten van het toezicht van de Autoriteit Financiële Markten en de Nederlandsche

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 250 Wet van 24 mei 2012, houdende regels met betrekking tot de financiering van het toezicht op de financiële markten (Wet bekostiging financieel

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. http://wetten.overheid.nl/bwbr00069/07-06-7/0/afdrukken De wegwijzer naar informatie en diensten van alle overheden Wet toezicht financiële verslaggeving Geldend van 7-06-07 t/m heden Wet van 8 september

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 556 Wet van 13 oktober 2004, houdende bepalingen in verband met de fusie van De Nederlandsche Bank N.V. en de Stichting Pensioen- & Verzekeringskamer

Nadere informatie

Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving

Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving Hieronder vindt u een overzicht van enige relevante wetsartikelen (1 januari 2019). Voor de meest actuele informatie zie https://wetten.overheid.nl/

Nadere informatie

1 van :11. Wet bekostiging financieel toezicht Geldend van t/m heden

1 van :11. Wet bekostiging financieel toezicht Geldend van t/m heden De wegwijzer naar informatie en diensten van alle overheden Wet bekostiging financieel toezicht Geldend van 0-07-08 t/m heden Wet van 4 mei 0, houdende regels met betrekking tot de financiering van het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 411 Bepalingen in verband met de fusie van De Nederlandsche Bank N.V. en de Stichting Pensioen- & Verzekeringskamer Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP

Nadere informatie

Wet financiële betrekkingen met het buitenland

Wet financiële betrekkingen met het buitenland Wfbb Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaand onder: a. Ingezetenen: 1. natuurlijke personen, die hun woonplaats in Nederland hebben en in de bevolkingsregisters zijn opgenomen;

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 239 Besluit van 22 mei 2012 houdende regels ter uitvoering van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme BES (Besluit

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 532 Wet van 10 december 2014 tot wijziging van de Wet bekostiging financieel toezicht in verband met de afschaffing van de overheidsbijdrage,

Nadere informatie

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet toezicht accountantsorganisaties, het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten op het terrein van accountantsorganisaties en het accountantsberoep in verband met het versterken van

Nadere informatie

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet toezicht accountantsorganisaties, het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten op het terrein van accountantsorganisaties en het accountantsberoep (Wet aanvullende maatregelen accountantsorganisaties)

Nadere informatie

Toelichting kosten 2018

Toelichting kosten 2018 Toelichting kosten 2018 Publicatiedatum: 18 juni 2018 1 Autoriteit Financiële Markten De AFM maakt zich sterk voor eerlijke en transparante financiële markten. Als onafhankelijke gedragstoezichthouder

Nadere informatie

Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving

Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving Hieronder vindt u een overzicht van enige relevante wetsartikelen (januari 2016). Voor de meest actuele informatie zie www.wetten.overheid.nl

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 404 Besluit van 29 augustus 2011, houdende regels inzake doorberekening van kosten van de stichting administratiekantoor beheer financiële instellingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 696 Wijziging van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 teneinde richtlijn nr. 98/78/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 273 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en het Burgerlijk Wetboek ter implementatie van de richtlijn solvabiliteit II en invoering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 869 Wijziging van de Wet toezicht kredietwezen 1992 en de Wet op het consumentenkrediet teneinde de reikwijdte van de bepalingen inzake de informatieverstrekking

Nadere informatie

Overzicht van markttoegang regelgeving Wft BANKEN met zetel in Nederland

Overzicht van markttoegang regelgeving Wft BANKEN met zetel in Nederland Overzicht van markttoegang regelgeving BANKEN met zetel in Nederland Deel 2 Deel Markttoegang Financiële Ondernemingen Art. 1:1 definities a. een afwikkelonderneming; b. een bank; financiële onderneming

Nadere informatie

Artikel 3:95, Wet op het financieel toezicht (Wft)

Artikel 3:95, Wet op het financieel toezicht (Wft) Aanvraagformulier voor een verklaring van geen bezwaar (vvgb) ten behoeve van een gekwalificeerde deelneming in een bank, beheerder van een instelling voor collectieve belegging in effecten, beleggingsonderneming,

Nadere informatie

REGLEMENT BELEGGINGEN VAN BESTUURDERS EN COMMISSARISSEN VAN Ctac N.V.

REGLEMENT BELEGGINGEN VAN BESTUURDERS EN COMMISSARISSEN VAN Ctac N.V. REGLEMENT BELEGGINGEN VAN BESTUURDERS EN COMMISSARISSEN VAN Ctac N.V. De Raad van Commissarissen heeft in overleg met de Raad van Bestuur het volgende Reglement vastgesteld I INLEIDING 1.1 Dit reglement

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 506 Besluit van 12 oktober 2006, houdende regels ter uitvoering van de Wet op het financieel toezicht met betrekking tot de reikwijdte en toegang

Nadere informatie

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015 ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015 Algemene subsidieverordening gemeente Maastricht 2015 1 INHOUD Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Artikel 1 Definities... 3 Artikel 2 Wettelijke

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 283 Wet van 22 juni 2000 tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de herziening van het preventief toezicht bij oprichting

Nadere informatie

Amsterdam, 10 augustus Betreft: Herziening Wet bekostiging financieel toezicht Geachte heer, mevrouw,

Amsterdam, 10 augustus Betreft: Herziening Wet bekostiging financieel toezicht Geachte heer, mevrouw, Amsterdam, 10 augustus 2017 Betreft: Herziening Wet bekostiging financieel toezicht 2019 Geachte heer, mevrouw, Namens de Vereniging voor Vermogensbeheerders & Adviseurs (hierna: VV&A ) maken wij gaarne

Nadere informatie

NOTA VAN WIJZIGING. Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

NOTA VAN WIJZIGING. Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: 32 622 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en het Burgerlijk Wetboek ter implementatie van richtlijn nr. 2009/65/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 13 juli 2009

Nadere informatie

Kostenreglement Kifid 2015

Kostenreglement Kifid 2015 Kostenreglement Kifid 2015 Het Bestuur van de Stichting Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid) heeft, gelet op artikel 27 van de Statuten, op 17 december 2014 het volgende reglement vastgesteld.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 144 Besluit van 14 maart 2011, houdende wijziging van het Besluit Prudentiële regels Wft en het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen

Nadere informatie

Artikel 1 In dit besluit wordt verstaan onder wet: Wet op het financieel toezicht.

Artikel 1 In dit besluit wordt verstaan onder wet: Wet op het financieel toezicht. Besluit van [datum] houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 5:81, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht (Vrijstellingsbesluit overnamebiedingen Wft) Op voordracht van Onze Minister van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 277 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de herziening van het preventief toezicht bij oprichting en wijzigingen van

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening Gelderland 1998

Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 pagina 1 van 13 Algemene subsidieverordening Gelderland 1998 Regelgeving Algemeen register Algemeen bestuur Overige zaken betreffende algemeen bestuur Regeling Algemene subsidieverordening Gelderland 1998

Nadere informatie

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998 CVDR Officiële uitgave van Groningen. Nr. CVDR244162_9 14 juli 2017 Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998 Provinciale Staten van Groningen; Besluiten: Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene

Nadere informatie

Toelichting kosten 2017

Toelichting kosten 2017 Toelichting kosten 2017 Publicatiedatum: 1 juni 2017 1 Autoriteit Financiële Markten De AFM maakt zich sterk voor eerlijke en transparante financiële markten. Als onafhankelijke gedragstoezichthouder dragen

Nadere informatie

Kostenreglement Kifid 2019

Kostenreglement Kifid 2019 Kostenreglement Kifid 2019 Het Bestuur van de Stichting Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid) heeft, gelet op artikel 28 van de Statuten, op 7 december 2018 het volgende reglement vastgesteld.

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. (Tekst geldend op: 02-03-2004) Wet van 16 november 1995, houdende het opnieuw vaststellen van de Wet toezicht effectenverkeer in verband met de uitvoering van de richtlijn betreffende het verrichten van

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 561 Wet van 7 november 2011 tot wijziging van de lgemene Wet ijzondere Ziektekosten en enkele andere wetten, in verband met de instelling van

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Wet toezicht accountantsorganisaties in verband met het vergroten van de transparantie van het toezicht op financiële markten (Wet transparant toezicht

Nadere informatie

De Minister van Financiën, Besluit: De Tijdelijke regeling invoering Wft wordt als volgt gewijzigd:

De Minister van Financiën, Besluit: De Tijdelijke regeling invoering Wft wordt als volgt gewijzigd: Directie Financiële Markten Datum Uw brief (Kenmerk) Ons kenmerk 15 augustus 2007 FM 2007-01901 M Onderwerp Regeling tot wijziging van de Tijdelijke regeling invoering Wft De Minister van Financiën, Gelet

Nadere informatie

Toelichting kosten toezicht 2015

Toelichting kosten toezicht 2015 Toelichting kosten toezicht 2015 Toelichting kosten toezicht 2015 Samen staan we voor eerlijke en transparante financiële markten en samen willen we het vertrouwen van consumenten en bedrijven in deze

Nadere informatie

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998. Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998. Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998 Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen Artikel 1 1. In deze verordening wordt verstaan onder provinciebestuur: het bevoegde orgaan van

Nadere informatie

Wijzigingsregeling in verband met de implementatie van de richtlijn beheerders van alternatieve belegginginstellingen

Wijzigingsregeling in verband met de implementatie van de richtlijn beheerders van alternatieve belegginginstellingen Wijzigingsregeling in verband met de implementatie van de richtlijn beheerders van alternatieve belegginginstellingen Regeling van de Minister van Financiën van kenmerk: nr. FM 2013/507 M, tot wijziging

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 236 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten (Wijzigingswet financiële markten 2013) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz. Besluit ter uitvoering van de Wet melding zeggenschap en kapitaalbelang in effectenuitgevende instellingen (Besluit melding zeggenschap en kapitaalbelang in effectenuitgevende instellingen) Wij Beatrix,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 265 Wet van 7 juni 2012 tot wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Wet financiële markten BES in verband met het invoeren van

Nadere informatie

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming (Wet op de loonvorming [Versie geldig vanaf: 17-02-1999]) Geschiedenis: Staatsblad 1997, 63;Staatsblad

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 225 Wet van 18 april 2002 tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek alsmede enige andere wetten in verband met de openbaarmaking van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 214 Wet van 23 april 2003 tot wijziging van diverse wetten op het terrein van het ministerie van Financiën, teneinde wetstechnische gebreken

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 380 Regels inzake het gebruik van het burgerservicenummer in de zorg (Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2008 2009 31 354 Wijziging van de Mededingingswet ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon

Nadere informatie

Toelichting kosten 2016

Toelichting kosten 2016 Toelichting kosten 2016 Publicatiedatum: Mei 2016 Autoriteit Financiële Markten De AFM maakt zich sterk voor eerlijke en transparante financiële markten. Als onafhankelijke gedragstoezichthouder dragen

Nadere informatie

Wijziging diverse regelingen FI

Wijziging diverse regelingen FI FI Wijziging diverse regelingen FI Regeling van de Minister van Financiën van 29 juni 2005, nr. FM 2005-01634 U, tot wijziging van de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Regeling

Nadere informatie

STADSREGIO AMSTERDAM ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING

STADSREGIO AMSTERDAM ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING STADSREGIO AMSTERDAM ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING Vastgesteld bij besluit van de Regioraad van 26 juni 2007, nr. ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING STADSREGIO AMSTERDAM 1 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Afdeling 3.4A Informatie over samenhangende besluiten

Afdeling 3.4A Informatie over samenhangende besluiten Consultatieversie Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele andere wetten in verband met het nieuwe omgevingsrecht en het nieuwe nadeelcompensatierecht VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 240 Wet van 25 april 2002, houdende regels voor de bewaring, het beheer en de verstrekking van gegevens van donoren bij kunstmatige donorbevruchting

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 786 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet financiële markten BES en de Wet toezicht trustkantoren in verband met de introductie

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1999 2000 Nr. 17 26 075 Wijziging van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf en in verband daarmee

Nadere informatie

Autoriteit Financiële Markten. Captin B.V., statutair gevestigd te Amsterdam. handelsfaciliteit

Autoriteit Financiële Markten. Captin B.V., statutair gevestigd te Amsterdam. handelsfaciliteit REGLEMENT STICHTING BEWAARINSTELLING CAPTIN 1. DEFINITIES 1.1 In dit Reglement wordt verstaan onder: "Account" "AFM" "Bestedingsruimte" (i) een Ledenaccount als bedoeld in het Handelsreglement, (ii) een

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Verordening van 23 maart, 13 en 20 april 2016 van Provinciale Staten van Drenthe, Fryslân en Groningen, houdende bepalingen met betrekking tot de verstrekking van subsidies van het Samenwerkingsverband

Nadere informatie

Convenant. inzake de coördinatie van werkzaamheden. tussen de Autoriteit Financiële Markten en Euronext bij openbare biedingen op effecten

Convenant. inzake de coördinatie van werkzaamheden. tussen de Autoriteit Financiële Markten en Euronext bij openbare biedingen op effecten 1 versie 01-03-02 Convenant inzake de coördinatie van werkzaamheden tussen de Autoriteit Financiële Markten en Euronext bij openbare biedingen op effecten De Stichting Autoriteit Financiële Markten (hierna:

Nadere informatie

1 Wat is de Wet op het financieel toezicht?

1 Wat is de Wet op het financieel toezicht? 1 Wat is de Wet op het financieel toezicht? 1.1 Korte introductie Vanaf 1 januari 2007 is de Wet op het financieel toezicht (in het vervolg met de afkorting Wft aangeduid) in werking getreden. Deze wet

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Besluit van... houdende aanpassing van het Besluit rechtsbijstand- en toevoegcriteria en enkele andere besluiten terzake van een aantal onderwerpen van diverse aard (Verzamelbesluit rechtsbijstand 2009)

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 202 Wet van 24 mei 2007 tot uitvoering van richtlijn nr. 2004/25/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 21 april 2004

Nadere informatie

Algemene Subsidieregeling 2008

Algemene Subsidieregeling 2008 Algemene Subsidieregeling 2008 Paragraaf 1 Inleidende bepalingen Artikel 1.1 In deze regeling wordt verstaan onder: a. gemeentebestuur: het bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van besluiten betreffende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 658 Wet toezicht accountantsorganisaties Nr. 30 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 26 januari 2005 Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

Nadere informatie

Kenmerk: / Betreft: Aanvraag van Stichting Omroep Flevoland tot bekostiging voor 2017.

Kenmerk: / Betreft: Aanvraag van Stichting Omroep Flevoland tot bekostiging voor 2017. Besluit Kenmerk: 676380/679559 Betreft: Aanvraag van Stichting Omroep Flevoland tot bekostiging voor 2017. Besluit van het Commissariaat voor de Media inzake de aanvraag van Stichting Omroep Flevoland

Nadere informatie

Toelichting, Ontwerp-Besluit Boetes Wft 6 juni 2006

Toelichting, Ontwerp-Besluit Boetes Wft 6 juni 2006 Nota van toelichting Algemeen Artikel 1:62 van de Wet op het financieel toezicht (Wft) geeft de in die wet bedoelde toezichthouders (de Stichting Autoriteit Financiële Markten en De Nederlandsche Bank

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 14607 1 oktober 2010 Regeling van de minister van Financiën houdende aanvullende regels betreffende het overgangsrecht

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 95 Wet van 9 februari 2006, houdende regels inzake de openbaarmaking van beloningen bij rechtspersonen of organisaties die deel uit maken van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 34 870 Regels met betrekking tot de begroting en verantwoording van de kosten van het toezicht van de Autoriteit Financiële Markten en de Nederlandsche

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 15688 2 juni 2014 Regeling van de Minister van Financiën en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015 2016 34 455 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek

Nadere informatie

Beleidsregel Deskundigheid dagelijks beleidsbepalers artikel 4:9 en 5:29 Wft

Beleidsregel Deskundigheid dagelijks beleidsbepalers artikel 4:9 en 5:29 Wft AFM Beleidsregel Deskundigheid s artikel 4:9 en 5:29 Wft Beleidsregel Wet op het financieel toezicht 08-01 van de Stichting Autoriteit Financiële Markten van 24 maart 2008 inzake de deskundigheid van s

Nadere informatie

4204 REGELING INCIDENTEN KREDIETINSTELLINGEN EN VERZEKERAARS NEDERLANDSE STAATSCOURANT VAN 23 DECEMBER 2003 NR 248

4204 REGELING INCIDENTEN KREDIETINSTELLINGEN EN VERZEKERAARS NEDERLANDSE STAATSCOURANT VAN 23 DECEMBER 2003 NR 248 4204 REGELING INCIDENTEN KREDIETINSTELLINGEN EN VERZEKERAARS NEDERLANDSE STAATSCOURANT VAN 23 DECEMBER 2003 NR 248 Regeling van De Nederlandsche Bank N.V. en de Pensioen- & Verzekeringskamer ingevolge

Nadere informatie

Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime

Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Nadere informatie

3O. een clearinginstelling als bedoeld in onderdeel f; 5". een financiële-dienstverlener als bedoeld in onderdeel k;

3O. een clearinginstelling als bedoeld in onderdeel f; 5. een financiële-dienstverlener als bedoeld in onderdeel k; Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben,

Nadere informatie

2016 STAATSBLAD No. 33 VAN DE REPUBLIEK SURINAME

2016 STAATSBLAD No. 33 VAN DE REPUBLIEK SURINAME 2016 STAATSBLAD No. 33 VAN DE REPUBLIEK SURINAME WET van 29 februari 2016, houdende nadere wijziging van de Wet Melding Ongebruikelijke Transacties (S.B. 2002 no. 65, zoals laatstelijk gewijzigd bij S.B.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 567 Besluit van 8 november 2012, strekkende tot uitvoering van EU-verordeningen op het terrein van de financiële markten en tot wijziging van

Nadere informatie

Regels ter implementatie van richtlijn (EU) 2016/1148 (Cybersecuritywet)

Regels ter implementatie van richtlijn (EU) 2016/1148 (Cybersecuritywet) consultatieversie 16 juni 2017 Regels ter implementatie van richtlijn (EU) 2016/1148 (Cybersecuritywet) Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 023 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Wet toezicht financiële verslaggeving in verband met de herziene richtlijn prospectus

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 339 Wijziging van de Waterleidingwet (eigendom waterleidingbedrijven) A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 9 december 2003 Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 870 Regels met betrekking tot de begroting en verantwoording van de kosten van het toezicht van de Autoriteit Financiële Markten en de Nederlandsche

Nadere informatie

Generale regeling voor stichtingen en besloten vennootschappen van de Protestantse Kerk in Nederland. als bedoeld in ordinantie 11-27-3

Generale regeling voor stichtingen en besloten vennootschappen van de Protestantse Kerk in Nederland. als bedoeld in ordinantie 11-27-3 Generale regeling voor stichtingen en besloten vennootschappen van de Protestantse Kerk in Nederland als bedoeld in ordinantie 11-27-3 Inhoudsopgave Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3. Artikel 4. Artikel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 416 Wet inzake houdbare financiën van de collectieve sector (Wet houdbare overheidsfinanciën) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie