Leidingdeel Beproeving volharding - heerlijkheid Schets 3 - Heerlijkheid

Transcriptie

1 A) Doel Leidingdeel Beproeving volharding - heerlijkheid Schets 3 - Heerlijkheid 1. Betekenis benoemen Het doel van deze schets is om de jongeren inzicht te geven in het begrip heerlijkheid en om ze te wijzen op de heerlijkheid van Jezus Christus. Heerlijkheid is een begrip dat uitleg vraagt. Er zijn verschillende betekenissen te geven aan het begrip heerlijkheid. Deze betekenissen worden in de schets verder uitgewerkt. 2. Actualiteit aangeven In onze consumptie- en genotscultuur is er zoveel wat we heerlijk vinden. Heerlijk op vakantie, heerlijk om mooie cijfers te halen, heerlijk om veel geld te hebben, etc. Toch biedt de wereldse heerlijkheid geen voldoening voor de ziel. Het is noodzakelijk dat we iets mogen kennen van de heerlijkheid die er is in het bloed van Jezus Christus. Daarin te delen is pas echt heerlijk! 3. Christus centraal stellen In het leven van de Heere Jezus op aarde zien we veel van de heerlijkheid des Heeren, bij Zijn geboorte, de wonderen, de opstanding en hemelvaart: Zijn ingaan in de hemelse heerlijkheid. Alles spreekt van de heerlijkheid van God. Zijn werk is geweest de Vader te verheerlijken. In alle onderdelen van Zijn werk komt de heerlijkheid en de verheerlijking van de Vader uit. Zo komt de schepping tot zijn bestemming en is de weg geopend om tot de Vader te gaan, door het geloof in de Heere Jezus Christus. B) Achtergrondinformatie Het woord heerlijkheid wordt in de Bijbel veel gebruikt. In de schets wordt dit nader uitgewerkt. Opvallend is dat het woord heerlijkheid in de NGB pas in het laatste artikel aan de orde komt. Dit is het artikel over het laatste oordeel. Het laatste oordeel gaat gepaard met de heerlijkheid van Gods Kerk. Artikel 37 is ontstaan in een tijd waarin de kerk van de Reformatie werd vervolgd. Guido des Brès heeft dit aan den lijve ondervonden. Dan klinkt de troost van dit artikel. Het artikel schrijft: En daarom (om de veroordeling van de goddelozen) is de gedachtenis van dit oordeel met recht schrikkelijk en vervaarlijk voor de bozen en goddelozen, en zeer wenselijk en troostelijk voor de vromen en uitverkorenen; dewijl alsdan hun volle verlossing volbracht zal worden, en zij aldaar zullen ontvangen de vruchten des arbeids en der moeiten die zij zullen gedragen hebben. Vervolgens wordt in het artikel verwoord waaruit de heerlijkheid van Gods volk bestaat. De gelovigen zullen gekroond worden met heerlijkheid en eer:

2 - Christus zal hun naam belijden voor Zijn Vader en de engelen (Luk. 12:8). - Hun tranen zullen afgewist worden (Openb. 21:4). - Hun zaak, die door veel overheden ketters en goddeloos genoemd werd, zal blijken Zijn zaak te zijn (1 Kor. 4:5). - Ze zullen nooit door mensen te bedenken heerlijkheid ontvangen (1 Kor. 2:9). Het tegenovergestelde van de eeuwige heerlijkheid is het oordeel van de goddelozen. Beide kanten moeten tijdens de verenigingsavond naar voren komen. Een waarschuwing voor degenen die hun heerlijkheid nog op aarde zoeken, een nodiging om te komen tot het heil en een oproep tot volharding in het geloof. Het antwoord op de vraag van het nut van het kennen van God, vinden we in het slot van het Onze Vader: Want Uw is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in der eeuwigheid. Hier wordt beleden dat aan God het Koninkrijk, de kracht en de heerlijkheid toekomt. Het wordt niet alleen geconstateerd, het is ook een lofprijzing. God heeft recht op deze lofprijzing, omdat Hij ons heeft geschapen. Dat is het verheerlijken van God. God verheerlijken betekent dat ons leven een spiegel is, waarin God Zichzelf terugvindt. Zo komt Hij aan de eer, die Hij met de schepping beoogt. Door de zondeval hebben we echter de heerlijkheid van God verspeeld in ons leven. Want zij hebben allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods. (Rom.3:23) Doordat Jezus naar de aarde is gekomen en in alles de wil van Zijn Vader heeft gedaan, heeft hij de Weg geopend tot verlossing. Hij is Zelf de Weg. Door het geloof in Hem mogen wij God verheerlijken. Dat is het werk van de Heilige Geest in ons leven. Wij worden verheerlijkt, doordat wij God verheerlijken. Dr. W.H. Velema zegt het zo: Wat is het nut van onze Godskennis? Waarop is zij gericht? Op de verheerlijking van Gods Naam. Ware Godskennis kan aan dat doel niet voorbijgaan. Vandaar dat het nieuwe Jeruzalem wordt beschreven als doortrokken en vervuld van Gods heerlijkheid. God en het Lam zorgen ervoor! De heerlijkheid Gods heeft haar verlicht en het Lam is haar kaars (Openb. 21:23). Inwoner van dat Jeruzalem te zijn betekent in Gods heerlijke tegenwoordigheid te mogen verkeren. De zonde is uitgebannen. De schuld is weggedaan. Wij weerspiegelen in volkomenheid Gods heerlijkheid. Dat is de volkomen verlossing. Dat is het bereiken van de bestemming waartoe God ons in het paradijs heeft geschapen. Suggesties voor verdieping Bijbel: Kol. 3:1-4, Openb. 21 Geloofsbelijdenis: HC zondag 19, zondag 52 (antw. 128), NGB art. 37 Literatuur Ds. J. van Amstel - Op de weg van het heil

3 C) Suggesties voor de avondinvulling Niveau 1: Niveau 2: Startopdracht Startopdracht Houd een stille wand discussie met Behandel één of meerdere stellingen uit de enkele stellingen uit de schets. schets in de vorm van een Lagerhuisdebat. Zie > Stille wand discussie. Bijbel Ex. 33:12-23, Joh. 1:1-14, Openb. 1:9-18 Vragen Laat deze altijd aan de orde komen op de verenigingsavond! 1. Mozes vraagt: Toon mij Uw heerlijkheid. Wat is Gods antwoord? 2. Johannes schrijft over de heerlijkheid van Jezus Christus. Waaruit bleek de heerlijkheid van Jezus toen Hij op aarde was? (Joh. 1:1-14) 3. Waarom viel Johannes op Patmos als dood neer? (Openb. 1:17) Keuzevragen Associatieopdracht Vraag 1,2,3,4 Stellingen (de stellingen zijn persoonlijk van aard. Het is raadzaam om deze in kleinere groepjes te bespreken) Slotopdracht Overige verwerking Schrijf één of meerdere stellingen uit de schets op het bord/een groot papier en laat de jongeren hun antwoord voor zichzelf opschrijven. Kom na de inleiding op de stelling en de antwoorden terug. Zie > Stellingen Zie > Lagerhuisdebat. Bijbel Ex. 33:12-23, Joh. 1:1-14, Openb. 1:9-18 Vragen Laat deze altijd aan de orde komen op de verenigingsavond! 1. Hoe blijkt uit Ex. 33 het grote verschil tussen de Heere en mensen? 2. Geef de betekenis van Joh. 1:14 in eigen woorden weer. 3. Het woord heerlijkheid staat niet vermeld in Openb. 1:9-18. Waaruit blijkt dat het hier toch gaat over de heerlijkheid van de Heere? Keuzevragen Studieopdracht Vraag 2,3,5 Stellingen (de stellingen zijn persoonlijk van aard. Het is raadzaam om deze in kleinere groepjes te bespreken) Slotopdracht Overige verwerking Schrijf één of meerdere stellingen uit de schets op het bord/een groot papier en laat de jongeren hun antwoord voor zichzelf opschrijven. Kom na de inleiding op de stelling en de antwoorden terug. Zie > Stellingen

4 D) Antwoorden en suggesties Stellingen - Beide stellingen zijn persoonlijk van aard. - Het kan zijn dat er jongeren zijn die beide zaken niet herkennen: het geloof in de toekomstige heerlijkheid leeft niet en tegelijkertijd hebben ze ook geen plezier in het leven van alle dag. - Het kan ook zijn dat een jongere geniet van het leven van alle dag en voor wie ook het geloof leeft in de toekomstige heerlijkheid. - Er zullen misschien jongeren zijn die eerlijk zeggen dat ze meer lust hebben in het leven van alledag, dan druk te zijn met het eeuwige leven. De vraag kan gesteld worden waarom. Het is in ieder geval belangrijk om de jongeren hierin ook serieus te nemen. Gebed, een luisterend oor en liefde voor deze jongeren is onmisbaar. Laat vanuit de Bijbel wel duidelijk zien dat de dingen van deze wereld voorbij gaan en het zo nodig is de Heere voor tijd en eeuwigheid te kennen. Vertel de jongeren dat als ze geen zin hebben om de Heere te zoeken, Hem ook dat in gebed mogen voorleggen en om die zin mogen vragen! Studieopdracht Jesaja 40:5 Dat de heerlijkheid van de Heere geopenbaard zal worden, heeft alles te maken met de komst van de Heere, zie vers 3: Bereidt de weg voor de Heere. Zijn komst brengt troost voor Zijn volk, en dat heeft alles te maken met het hart van Jeruzalem. Jesaja 59:19 Vers 20 spreekt over de Verlosser die tot Sion zal komen. Dat vers is het vervolg op v.19, waar gesproken wordt over het vrezen van de Naam van de Heere en Zijn heerlijkheid. De openbaring van Gods heerlijkheid kan dus niet losgezien worden van de komst van de Verlosser. Jesaja 62:2 Jeruzalem zal verlost worden, en dan zullen zelfs de heidenen Gods gerechtigheid en heerlijkheid zien. Jesaja 66:18 Ook hier weer: God komt, de heidenen zullen Zijn heerlijkheid zien. Psalm 26:8 Gods heerlijkheid heeft alles te maken met Zijn huis. Psalm 63:3 In het heiligdom mag iets van Gods eer en heerlijkheid gezien worden. Psalm 57:6 De dichter verlangt ernaar dat Gods eer over de hele aarde verspreid wordt. Bij de schepping was het zo, en in de herschepping zal het weer zo zijn! Psalm 72:19 Gods eer is niet alleen over de hele aarde verspreid, maar dit zal ook tot in eeuwigheid zo zijn. Gespreksvragen 1. Openb. 1:11 Jes. 41:4, 44:6, 48:12 Openb. 1:12 Zach. 4:2 Openb. 1:13 Ez. 1:26, Dan. 7:13 Openb. 1:13 Ex. 28:4 Openb. 1:14 Dan. 7:9

5 Openb. 1:15 Dan. 10:6 Openb. 1:16 Jes. 49:2 Openb. 1:17 Dan. 8:18, Dan. 10:8 2. De Heere vraagt van Zijn kinderen een heilig leven. Heiligheid gevraagd! zouden we kunnen zeggen. Deze heiligheid wil de Heere tegelijk ook geven. Op de heiligheid volgt de heerlijkheid. Het begint hier op aarde al, maar zal volmaakt worden in de hemel. 3. De heerlijkheid van Gods kinderen begint al hier op aarde in de wedergeboorte. In de wedergeboorte ligt alles al vast. Zie ook de kanttekeningen bij dit vers. De heerlijkheid van Gods kinderen wil zeggen: de eeuwige gerechtigheid en zaligheid (HC 7 vraag en antwoord 21). 4. Persoonlijk 5. Heerlijkheid in het Nieuwe Testament: - Want Uw is het Koninkrijk, en de kracht, en de heerlijkheid, in der eeuwigheid, amen (Matth. 6). De Heere is de bron van de heerlijkheid. Hij is immers heerlijkheid. Hij ontvangt daarvoor alle eer! - En alsdan zullen zij den Zoon des mensen zien, komende in de wolken, met grote kracht en heerlijkheid (Mark. 13:26). - Want zo wie zich Mijns en Mijner woorden zal geschaamd hebben, diens zal de Zoon des mensen Zich schamen, wanneer Hij komen zal in Zijn heerlijkheid, en in de heerlijkheid des Vaders, en der heilige engelen (Luk 9:26). - En het Woord is vlees geworden, en heeft onder ons gewoond (en wij hebben Zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als des Eniggeborenen van den Vader), vol van genade en waarheid (Joh. 1:14). - En er zijn hemelse lichamen, en er zijn aardse lichamen; maar een andere is de heerlijkheid der hemelse, en een andere der aardse. Een andere is de heerlijkheid der zon, en een andere is de heerlijkheid der maan, en een andere is de heerlijkheid der sterren; want de ene ster verschilt in heerlijkheid van de andere ster. Alzo zal ook de opstanding der doden zijn. Het lichaam wordt gezaaid in verderfelijkheid, het wordt opgewekt in onverderfelijkheid; het wordt gezaaid in oneer, het wordt opgewekt in heerlijkheid; het wordt gezaaid in zwakheid, het wordt opgewekt in kracht (1Kor. 15:40-43). - Opdat Hij u geve, naar den rijkdom Zijner heerlijkheid, met kracht versterkt te worden door Zijn Geest in den inwendigen mens (Ef. 3:16). - Welker einde is het verderf, welker God is de buik, en welker heerlijkheid is in hun schande, dewelken aardse dingen bedenken (Fil. 3:19).

6 - En na dezen hoorde ik als een grote stem ener grote schare in den hemel, zeggende: Halleluja, de zaligheid, en de heerlijkheid, en de eer, en de kracht zij den Heere, onzen God (Openb. 19:1). Slotopdracht Verband tussen beproeving volharding heerlijkheid De volharding in de beproeving brengt tot heerlijkheid. Al Gods kinderen worden beproefd, maar zij krijgen ook de kracht om te volharden. Door de beproeving heen is toch de heerlijkheid voor Gods kinderen een zekerheid. Zowel beproeving, volharding als heerlijkheid is Gods genade. E) Extra voorbereiding - Bij de startopdracht zijn pennen en papier nodig. De studieopdracht is een zoekopdracht. Tip: kopieer de betreffende hoofdstukken met de kanttekeningen.