I. De volgende derde wijziging van de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Flevoland 2010 vast te stellen:

Transcriptie

1 PROVINCIE FLEVOLAND 2013/22 Nummer Wijzigingsregeling subsidiestelsel natuur- en landschapsbeheer Flevoland 2013 Gedeputeerde Staten van Flevoland maken gelet op het bepaalde in artikel 3:42 van de Algemene wet bestuursrecht bekend dat zij in hun vergadering van 27 augustus 2013, nummer het volgende besluit hebben genomen: Gedeputeerde Staten van Flevoland, Overwegende dat: aanleiding bestaat de Subsidieverordening Natuur en Landschapsbehëer Flevoland 2010 en de Subsidieregeling Kwaliteitsimpuls natuur en landschap te wijzigen; Provinciale Staten bij respectievelijk besluit van 27 januari 2011 en besluit van 26 oktober 2011 aan Gedeputeerde Staten de bevoegdheid hebben toegekend om wijzigingen van deze verordening respectievelijk regeling vast té stellen; Gelet op artikel 4 en 11 van de Wet inrichting landelijk gebied BESLUITEN I. De volgende derde wijziging van de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Flevoland 2010 vast te stellen: Onderdeel A Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd: 1. In onderdeel i wordt na "collectief agrarisch natuurbeheer" toegevoegd: of collectief landschapsbeheer;. " ' 2. Na onder i wordt een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:. ' ; j. collectief landschapsbeheer: landschapsbeheer buiten natuurterreihen waarover op grónd van artikel 2.1, vierde lid, In het natuurbeheerplan nadere voorschriften zijn opgenomen; Onderdeel j tot en met q worden herletterd naar o'niderdeël k tót eni itiet;y; i. In onderdeel k wordt na "collectief agrarisch natuurbeheer" toegeyoégd: of collectief landschapsbeheer. _ '. In onderdeel l wordt "artikelen 3.3" vervangen door: artikelen 3.1.3;. ', ln onderdeel o vervalt de zinsnede:, Landbouw en Innovatie en wórdt de zinsnede "onderdeel t" vervangen door: onderdeel y;. ' ln onderdeel r vervalt de zinsnede:, Landbouw en Innovatie; Na onderdeel r (herletterd) wordt een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende: s. monitoringsprogramma: een door Gedeputeerde Staten vastgesteld meerjarig programma van metingen om de effecten van maatregelen en ingrepen te kunnen volgen, vanuit vastgestelde beleidsdoelen en beleidstaken; Onderdeel r (oud) tot en met gg worden herletterd naar onderdeel t töt eh met ii.

2 2 Onderdeel B Artikel 1.3 wordt als volgt gewijzigd: Het derde lid komt als volgt te lulden: 3. Onverminderd het tweede lid stellen Gedeputeerde Staten in elk geval afzonderlijke subsidieplafonds vast ten behoeve van aanvragen tot verlening van: a. een subsidie agrarisch natuurbeheer in het kader van collectief agrarisch natuurbeheer, én b. een subsidie landschapsbeheer in het kader van collectief landschapsbeheer. Onderdeel C Artikel 1.8, eerste lid, komt als volgt te luiden: 1. Geen subsidie wordt toegekend als het voorschot dat op grond van de betreffende aanvraag over het eerste kalender- onderscheidenlijk beheerjaar zou kunnen worden verstrekt minder dan 200,- bedraagt. Onderdeel D Artikel 1.9 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid, wordt na onderdeel d een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende: e. begunstigden die zijn aan te merken als een bedrijf in moeilijkheden als bedoeld in de Communautaire richtsnoeren inzake staatssteun voor reddings-en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden (PbEU 2004/C 244/02); 2. In het vijfde lid, wordt "artikel 1.1, onderdeel bb" vervangen door: artikel 3.1.1, tweede lid; Onderdeel E ln artikel 1.11, derde lid wordt "31 oktober 2013" vervangen door: 31 oktober 2017; Onderdeel F. Artikel 1.12 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het vierde lid wordt de zinsnede "toeslagen, bedoeld in de artikelen , tweede lid, en " gewijzigd in "in artikel bedoelde toeslagen". 2. In het vijfde lid wordt de zinsnede "Artikel 66" vervangen door "Artikel 21c, eerste en tweede lid,". Onderdeel G Artikel 2.1 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het derde lid, onderdeel a, wordt de zinsnede "artikel 3.6, vierde lid, onderdeel a" vervangen door "artikel derde lid, onderdeel a", en wordt de zinsnede "artikel 3.6, eerste lid, onderdeel f" vervangen door "artikel 3.1.6, eerste lid, onderdeel e"; 2. In het derde lid, onderdeel b, wordt de zinsnede "artikel 3.8" vervangen door "artikel 3.1.8"; 3. In het vierde lid wordt: a. in de aanhef na de zinsnede "collectief agrarisch natuurbeheer" toegevoegd: of collectief landschapsbeheer; b. in de onderdelen a en b "agrarische beheerpakketten" telkens vervangen door: agrarische beheerpakketten of beheerpakketten landschap; 2. In het vijfde lid wordt de zinsnede "op landbouwgronden voor zover die landbouwgronden" vervangen door: of beheerpakketten landschap voor zover deze; Onderdeel H Na hoofdstuk 3 wordt de aanduiding ingevoegd: Afdeling 3.1 Algemene bepalingen inzake subsidie natuurbeheer Onderdeel i De artikelen 3.1 tot en met 3.10 worden hernummerd tot artikelen tot en met

3 3 Onderdeel J Artikel 3.1.1, tweede lid, komt te luiden: 2. Gedeputeerde Staten kunnen een subsidie natuurbeheer verhogen met een vergoeding voor de instandhouding van het recreatiepakket op een natuurterrein. Onderdeel K Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. Het derde komt te lulden: 3. In afwijking van het eerste lid, onderdeel a, en behoudens het bepaalde in artikel 3.2.3, vierde lid, kan aan Staatsbosbeheer een subsidie natuurbeheer worden verstrekt voor een natuurterrein waarvan zij nog geen eigenaar of erfpachter is indien dit natuurterrein op het moment van aanvragen in rijksbezit is en Staatsbosbeheer dit natuurterrein voor 15 augustus 2009 reeds feitelijk in beheer had. 2. Na het derde lid, worden 2 nieuwe leden ingevoegd, luidende: 4. Als een in het eerste lid bedoelde begunstigde een aanvraag doet voor een oppervlakte van 75 hectare of meer, kan slechts een subsidie natuurbeheer worden verstrekt voor zover de begunstigde een gecertificeerde begunstigde is. 5. Voor de bepaling of sprake is van een aanvraag voor een oppervlakte van 75 hectare of meer als bedoeld in het vierde lid, worden alle aanvragen voor een subsidie natuurbeheer en subsidie landschapsbeheer van de begunstigde binnen 1 openstellingsperiode bij elkaar opgeteld. Onderdeel L ln artikel vervallen het derde en vierde lid. Onderdeel M Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt de zinsnede "artikel 3.8" vervangen door "artikel 3.1.8"; 2. Het eerste lid, onderdeel d komt te vervallen; 3. Het eerste lid, onderdelen e tot en met j worden herletterd naar onderdelen d tót en met In het aldus vernummerde eerste lid, onderdeel d, wordt na de zinsnede "wordt verstrekt" toegevoegd:, tenzij de subsidieontvanger een vergoeding ontvangt als bedoeld 1n artikel 3.2.1; 5. Het tweede lid komt te vervallen; 6. het derde tot en met het zevende lid worden vernummerd tot het tweede tot en met het zesde lid. 7. In het aldus vernummerde tweede lid wordt: a. in de aanhef de zinsnede "artikel 3.3" telkens vervangen door "artikel 3.1.3"; b. in.onderdeel a de zinsnede "onderdelen a tot en met c, e tot en met g en j" vervangen door "onderdelen a tot en met f en i"; c. in onderdeel b de zinsnede "onderdelen a tot en met c en f" vervangen door "onderdelen a tot en met c en e". 8. In het aldus vernummerde derde lid wordt de zinsnede "eerste lid, onderdeel f" vervangen door "eerste lid, onderdeel e"; 9. In het aldus vernummerde vierde lid wordt de zinsnede "het vierde lid" vervangen door "het derde tid"; 10. In het aldus vernummerde vijfde lid wordt de zinsnede "bedoeld in het eerste lid, onderdeel f. als h1j daarvan om andere redenen dan genoemd in het vierde lid wenst te worden ontheven" vervangen door "bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, als hij daarvan om andere redenen dan genoemd in het derde lid wenst te worden ontheven"; 11. In het aldus vernummerde zesde lid wordt de zinsnede "Een melding als bedoeld in het vijfde lid en een aanvraag als bedoeld In het zesde lid" vervangen door "Een melding als bedoeld in het vierde lid en een aanvraag als bedoeld in het vijfde lid".

4 4 Onderdeel N Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. Het tweede lid komt te luiden als volgt: 2. Een jaarvergoeding is het product van het op grond van artikel 3.1.8, eerste lid, onderdeel a, voor het desbetreffende beheerjaar en natuurbeheertype vastgestelde tarief, en het aantal hectares waarvoor voor het betreffende natuurbeheertype subsidie wordt verstrekt, eventueel vermeerderd met: a. het product van het tarief zoals dat voor het betreffende beheerjaar op grond van artikel 3.1.8, eerste lid, onderdeel b, voor het recreatiepakket Is vastgesteld, en het aantal hectares waarop dat pakket wordt uitgevoerd, én b. het product van het tarief zoals dat voor het betreffende beheerjaar op grond van artikel 3.1.8, eerste lid, onderdeel d is vastgesteld, en het aantal hectares waarvoor de toeslagen, bedoeld in artikel 3.1.8, tweede lid, onderdelen a en b, worden verstrekt. 2. In het derde lid, onderdeel b, onder i. en 11., wordt de aanduiding "3.3" telkens vervangen door: Onderdeel O Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste Ud, onderdeel c, wordt na de zinsnede "van de verschillende natuurbeheertypen" toegevoegd "zoals bedoeld in artikel 3.2.1"; 2. In het eerste Hd, onderdeel d, wordt na de zinsnede "per hectare" toegevoegd ", waarbij Gedeputeerde Staten al naar gelang het op het betreffende natuurterrein in stand gehouden natuurbeheertype verschillende tarieven kunnen vaststellen voor de toeslag, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b. 3. In de aanhef van het tweede lid wordt de zinsnede "artikel 3.2" vervangen door "artikel 3.1.2". Onderdeel P Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. In onderdeel c wordt de zinsnede "artikel 3.6" vervangen door "artikel 3.1.6"; 2. In onderdeel d wordt de zinsnede "artikel 3.8" vervangen door "artikel 3.1.8". Onderdeel Q. Na artikel wordt een nieuwe afdeling Ingevoegd, luidende: Afdeling 3.2 Bijzondere bepalingen inzake subsidie natuurbeheer voor gecertificeerde begunstigden Artikel (grondslag subsidie) Gedeputeerde Staten kunnen een subsidie natuurbeheer voor een gecertificeerde begunstigde verhogen met een vergoeding voor de monitoring van de kwaliteit van het op een natuurterrein aanwezige natuurbeheertype.

5 5 Artikel (aanvraas subsidie) 1. In afwijking van artikel 3.1.4, het eerste en tweede lid gaat een aanvraag tot verlening van een subsidie natuurbeheer van een gecertificeerde begunstigde vergezeld van: a. een lijst van oppervlaktes per natuurbeheertype waarvoor de subsidie wordt aangevraagd; b. de totale oppervlakte waarvoor de gecertificeerde begunstigde een vergoeding wil ontvangen voor de uitvoering van het recreatiepakket; c. een lijst van oppervlaktes per natuurbeheertype waarvoor de gecertificeerde begunstigde een vergoeding wil ontvangen voor het verrichten van activiteiten op het gebied van monitoring van de kwaliteit van het op dat natuurterrein aanwezige natuurbeheertype, én d. één of meerdere elektronische kaarten met een topografische ondergrond, met daarop de buitengrenzen van de natuurterreinen waarvoor in het kader van de subsidie natuurbeheer een vergoeding wordt aangevraagd ten behoeve van: i. de Instandhouding van één of meerdere natuurbeheertypen, én 11. het uitvoeren van het recreatiepakket. 2. De oppervlaktes, bedoeld In het eerste lid, onderdelen b en c, kunnen niet groter zijn dan de som van de oppervlaktes, bedoeld In het eerste lid, onderdeel a. Artikel (subsidieverplichtingen) 1. De subsidieontvanger die tevens gecertificeerde begunstigde is, draagt er zorg voor dat, voor zover subsidie wordt verstrekt voor de monitoring van de kwaliteit van een op een natuurterrein aanwezig natuurbeheertype, deze monitoring wordt verricht overeenkomstig het door Gedeputeerde Staten vastgestelde monitoringsprogramma. 2. In afwijking van artikel 3.1.6, eerste lid, onderdelen g en h kan een subsidieontvanger die tevens gecertificeerde begunstigde is, éénmaal per kalenderjaar maar uiterlijk op 31 oktober bij Gedeputeerde Staten melden ten aanzien van welke natuurterreinen en landschapselementen niet voldaan wordt aan één of meerdere subsidieverplichtingen. 3. Indien sprake is van een begunstigde als bedoeld in artikel 3.1.3, vierde lid, wordt de subsidie verleend onder de voorwaarde dat binnen een termijn van één maand na de datum van bekendmaking van de beschikking tot subsidieverlening de bij de subsidieverlening behorende uitvoeringsovereenkomst, zoals bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht en die onderdeel uitmaakt van deze beschikking, wordt gesloten. 4. Indien aan Staatsbosbeheer subsidie wordt verleend op grond van artikel 3.1.3, derde Hd, heeft Staatsbosbeheer de verplichting dit natuurterrein alsnog in eigendom te verwerven of in erfpacht te verkrijgen voor 1 januari Indien een subsidie wordt verstrekt door toepassing van artikel 12.5, eerste lid, heeft de subsidieontvanger de verplichting voor 1 januari 2015 alsnog het certificaat natuurbeheer te verkrijgen. Artikel (hoogte subsidie) Als de in artikel bedoelde vergoeding voor monitoring van de kwaliteit van een op een natuurterrein aanwezig natuurbeheertype wordt verstrekt, wordt de jaarvergoeding als bedoeld 1n artikel 3.1.7, tweede lid, vermeerderd met het product van het tarief zoals dat voor het betreffende beheerjaar op grond van artikel 3.1.8, eerste lid, onderdeel c is vastgesteld, en het aantal hectares waarop in het kader van de subsidie natuurbeheer monitoringswerkzaamheden worden uitgevoerd.

6 6 Artikel (subsidievaststellins) 1. Gedeputeerde Staten kunnen besluiten dat bij tussentijdse wijzigingen geen toepassing wordt gegeven aan hoofdstuk Bij toepassing van het eerste Hd: a. is artikel niet van toepassing en dient de gecertificeerde begunstigde binnen tien weken na afloop van de zes aaneengesloten kalenderjaren waarvoor de subsidie natuurbeheer is verstrekt, een verzoek tot vaststeuing in; b. maken Gedeputeerde Staten en de gecertificeerde begunstigde in de overeenkomst als bedoeld in artikel 5.1.2a.3, derde Hd nadere afspraken over de wijze waarop wijzigingen in areaal gedurende de looptijd worden bijgehouden, zodanig dat het inzicht als bedoeld in het derde Hd verschaft kan worden. 3. Indien het uiteindemjke beheer van de oppervlaktes per natuurbeheertype afwijkt van de opgave die bij de subsidieaanvraag is gedaan, bevat het verzoek om vaststeuing in ieder geval de wijzigingen die in die oppervlaktes per natuurbeheertype hebben plaatsgevonden en de datum waarop die wijzigingen plaatsvonden. Artikel (toepasselijkheid afdeling 3.1) De bepahngen van afdehng 3.1 zijn van overeenkomstige toepassing voor zover uit de bepaungen van de onderhavige afdehng niet anders voortvloeit. Onderdeel R Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. Het eerste Hd, onderdeel b, vervalt onder vernummering van de onderdelen c tot en met g tot de onderdelen b tot en met f; 2. Het vierde Hd vervalt onder vernummering van het vijfde Hd tot het vierde Hd. Onderdeel S Artikel , tweede Hd, komt als volgt te luiden: 2. Een jaarvergoeding is het product van het op grond van artikel , eerste Hd, voor het desbetreffende beheerjaar en agrarisch beheerpakket vastgestelde tarief, en het aantal hectares waarvoor voor het betreffende agrarische beheerpakket subsidie wordt verstrekt. Onderdeel T Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. Gedeputeerde Staten stellen jaarhjks voor reeds verleende of voor met ingang van het komende beheerjaar te verlenen subsidies agrarisch natuurbeheer de tarieven voor de verschillende agrarische beheerpakketten of varianten daarvan vast, uitgedrukt in een bedrag per hectare. 2. Het tweede Hd vervalt onder vernummering van het derde tot het tweede Hd. Onderdeel U Artikel , onderdeel c vervalt onder vernummering van onderdeel d tot onderdeel c. Onderdeel V Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. Het tweede Hd wordt vernummerd tot het vierde Hd. 2. Er wordt een nieuw tweede en derde Hd toegevoegd, luidende: "2. Een aanvraag als bedoeld in het eerste lid hoeft niet te worden ingediend indien de begunstigde in hetzelfde collectief gebied reeds deelneemt aan collectief landschapsbeheer en: a. de totale oppervlakte waarmee de begunstigde in het kader van collectief agrarisch natuurbeheer én collectief landschapsbeheer wenst deel te nemen kleiner of gelijk is aan de maximale oppervlakte, bedoeld in artikel , onderdeel a, óf b. de totale oppervlakte waarmee de begunstigde In het kader van collectief agrarisch natuurbeheer én collectief landschapsbeheer wenst deel te nemen groter is dan de maximale oppervlakte, bedoeld in artikel , onderdeel a, maar de tot begunstigde verhoging overeenkomstig van die maximale artikel oppervlakte. 7.5, eerste en zevende Hd, een aanvraag indient

7 7 3. In de gevallen, bedoeld in het tweede Hd, wordt de beschikking tot subsidieverlening als bedoeld in artikel , met ingang van het beheerjaar waarin de begunstigde voor het eerst in het betreffende collectief gebied deelneemt aan collectief agrarisch natuurbeheer en voor de resterende duur van de in artikel bedoelde periode, aangemerkt als de goedkeuring om in dat gebied tevens deel te nemen aan collectief agrarisch natuurbeheer, en als zodanig ambtshalve door Gedeputeerde Staten aangepast.". Onderdeel W Na artikel wordt een nieuw artikel a toegevoegd, luidende: "Artikel a (ecologische overbrugbaarheid) 1. Indien een begunstigde in het kader van collectief agrarisch natuurbeheer één of meerdere agrarische beheerpakketten met de aanduiding AOl tot en met AOl uitvoert, gelden de instapeisen met betrekking tot de minimumomvang van de beheereenheid niet voor zover er sprake is van ecologische overbrugbaarheid. 2. Van ecologische overbrugbaarheid als bedoeld In het eerste Hd is sprake indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: a. de zelfstandig te kleine beheereenheid Hgt op maximaal 10 meter van een andere beheereenheid waarop hetzelfde agrarisch beheertype wordt uitgevoerd, waarbij: i. de gezamenujke oppervlakte groter of gelijk is aan de minimumoppervlakte die behoort b1j het agrarisch beheerpakket dat op de zelfstandig te kleine beheereenheid wordt uitgevoerd, en ii. de andere beheereenheid Is gelegen binnen hetzelfde collectief gebied als de zelfstandig te kleine beheereenheid; b. de afstand tussen belde beheereenheden is voor de weidevogels, akkervogels, ganzen of hamsters, en in het bijzonder de jongen van de genoemde diersoorten te overbruggen. Onderdeel X Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. Voor de tekst wordt het djfer 1 geplaatst. 2. Aan het aldus vernummerde eerste Hd wordt, onder vervanging van het punt door een puntkomma aan het einde van onderdeel b, een nieuw onderdeel c toegevoegd, luidende: "c. vanaf het moment dat hij een agrarisch beheerpakket of variant daarvan uitvoert met de aanduiding AOl.01.05, AOl of A tot en met A , dat agrarisch beheerpakket gedurende elk beheerjaar van de dan nog resterende periode, bedoeld in artikel , op dezelfde lokatie en met dezelfde omvang uit te bujven voeren." 3. Er wordt een tweede Hd toegevoegd, luidende: "2. De verpuchting, bedoeld In het eerste Hd, onderdeel c, geldt niet indien de varianten c en d van het agrarisch beheerpakket met de aanduiding AOl voor het derde of vierde jaar wordt uitgevoerd en roulatie op grond van de aan dat agrarische beheerpakket verbonden voorwaarden is toegestaan." Onderdeel Y Artikel , onderdeel b vervalt onder vernummering van de onderdelen c en d tot de onderdelen b en c. Onderdeel Z 1. Onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het einde van artikel , derde Hd, onderdeel b, wordt een nieuw onderdeel c toegevoegd luidende: "c. de toeslag, bedoeld in bijlage 7, onderdeel C, subonderdeel 4, niet eerder kan worden Ingediend dan 1 oktober van het beheerjaar waarin de ruige stalmest is uitgereden."; 2. Onder vernummering van het vijfde tot het zesde Ud wordt een nieuw vijfde Ud toegevoegd, luidende: "5. Gedeputeerde Staten kunnen verschillende tarieven vaststellen voor de toeslag, bedoeld in bijlage 7, onderdeel C, subonderdeel 4, al naar gelang het uitrijden van de ruige stalmest geschiedt op landbouwgronden die enkel varend bereikt kunnen worden of op andere landbouwgronden.".

8 8 Onderdeel AA Aan artikel wordt een derde Hd toegevoegd, luidende: "3. Een probleemgebiedensubsidie als bedoeld in het eerste Ud kan slechts worden verstrekt als aan de begunstigde in het betreffende kalenderjaar voor de desbetreffende landbouwgrond niet reeds een probleemgebiedensubsidie als bedoeld in artikel wordt verstrekt." Onderdeel AB Artikel , tweede Hd, vervalt onder vernummering van het derde en vierde lid tot het tweede respectievelijk derde Hd. Onderdeel AC Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. Het tweede Hd vervalt. 2. Het derde Ud wordt hernummerd naar het tweede Ud. Onderdeel AD De titel van afdehng komt als volgt te lulden: AfdeHng Algemene bepaungen inzake subsidie landschapsbeheer binnen natuurterreinen Onderdeel AE Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. Het derde Ud komt als volgt te luiden: 3. In afwijking van het eerste Hd, onderdeel a, en behoudens het bepaalde in artikel 5.1.2a.3, vierde Hd, kan aan Staatsbosbeheer een subsidie landschapsbeheer als bedoeld in artikel , eerste Hd, onderdeel a worden verstrekt voor een op een natuurterrein gelegen landschapselement waarvan zij nog geen eigenaar of erfpachter is indien dit natuurterrein op het moment van aanvragen in rijksbezit is en Staatsbosbeheer dit op een natuurterrein gelegen landschapselement voor 15 augustus 2009 reeds feitelijk in beheer had. 2. Na het derde Hd, worden 2 nieuwe leden ingevoegd, luidende: 4. Als een in het eerste Hd bedoelde begunstigde een aanvraag doet voor een oppervlakte van 75 hectare of meer, kan slechts een subsidie landschapsbeheer als bedoeld in artikel , eerste Ud, onderdeel a, worden verstrekt voor zover de begunstigde een gecertificeerde begunstigde is. 5. Voor de bepaung of sprake is van een aanvraag voor een oppervlakte van 75 hectare of meer als bedoeld in het vierde Hd, worden alle aanvragen voor een subsidie natuurbeheer en subsidie landschapsbeheer van de begunstigde binnen 1 openstelungsperiode bij elkaar opgeteld. Onderdeel AF Artikel , tweede Ud vervalt Onderdeel AG Artikel wordt als volgt gewijzigd: 1. Het eerste Ud, onderdeel b komt te vervallen; 2. Het eerste Ud, onderdeel c tot en met g worden herletterd tot onderdeel b tot en met f; 3. In het aldus vernummerde eerste Ud, onderdeel b, wordt na de zinsnede "wordt verstrekt" toegevoegd ", tenzij de subsidieontvanger een vergoeding ontvangt als bedoeld in artikel 5.1.2a.1.". 4. Het tweede Ud komt te vervallen; 5. Het derde Ud wordt vernummerd tot het tweede Hd. 6. In het aldus vernummerde tweede lid komen de onderdelen a en b als volgt te luiden: a. de natuurujke persoon of rechtspersoon de verpuchtingen naleeft, bedoeld in het eerste Hd, onderdelen a tot en met c en f; b. de subsidieontvanger aan de natuurujke persoon of rechtspersoon een vergoeding betaalt voor de door hem of haar nageleefde verpuchting, bedoeld in het eerste Hd, onderdeel a."

9 9 Onderdeel AH Artikel , tweede Ud komt te luiden als volgt: 1. Een jaarvergoeding is het product van het tarief zoals dat voor het desbetreffende kalenderjaar op grond van artikel , eerste Ud, onderdeel a, voor het desbetreffende landschapselement is vastgesteld, en het aantal hectares, meters of stuks waarvoor voor dat betreffende landschapselement subsidie wordt verstrekt. Onderdeel At ln artikel , eerste Hd, onderdeel b, wordt na de zinsnede "van de verschillende landschapselementen" toegevoegd "zoals bedoeld In artikel 5.1.2a.1". Onderdeel AJ Na artikel wordt een afdehng Ingevoegd, luidende: AfdeUng 5.1.2a Bijzondere bepahngen inzake subsidie landschapsbeheer binnen natuurterreinen voor gecertificeerde begunstigden Artikel 5.1.2a.1 (grondslag subsidie) Gedeputeerde Staten kunnen een subsidie landschapsbeheer voor de instandhouding van een landschapselement voor een gecertificeerde begunstigde verhogen met een vergoeding voor de monitoring van de kwauteit van landschapselementen. Artikel 5.1.2a.2 (aanvraag subsidie) In afwijking van artikel , eerste Hd gaat een aanvraag van een gecertificeerde begunstigde tot verlening van een subsidie landschapsbeheer als bedoeld in artikel , eerste Hd, onderdeel a, vergezeld van: a. een Hjst van oppervlaktes, meters of aantallen per soort landschapselement waarvoor de subsidie wordt aangevraagd; b. één of meerdere elektronische kaarten met een topografische ondergrond, met daarop de buitengrenzen van de natuurterreinen waarop de landschapselementen zijn gelegen waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, én c. een Hjst van oppervlaktes, onderscheidenujk meters of stuks, per landschapselement waarvoor de gecertificeerde begunstigde een vergoeding wil ontvangen voor het verrichten van activiteiten op het gebied van monitoring van de kwauteit van landschapselementen. Artikel 5.1;2a.3 (subsidieverplichtingen) 1. De subsidie ontvanger die teven gecertificeerde begunstigde Is draagt er zorg voor dat. Voor zover subsidie wordt verstrekt voor de monitoring van de kwauteit van landschapselementen, deze monitoring wordt verricht overeenkomstig het door Gedeputeerde Staten vastgestelde monitoringsprogramma. 2. In afwijking van artikel , eerste Ud, onderdelen d en e, kan een ontvanger van een subsidie landschapsbeheer als bedoeld 1n artikel , eerste Hd, onderdeel a, die tevens gecertificeerde begunstigde is, éénmaal per kalenderjaar maar uiterujk op 31 oktober bij Gedeputeerde Staten melden ten aanzien van welke landschapselementen niet voldaan wordt aan één of meerdere subsidieverpuchtingen. 3. Indien sprake is van een begunstigde als bedoeld in artikel vierde Ud wordt de subsidie verleend onder de voorwaarde dat binnen een termijn van één maand na de datum van bekendmaking van de beschikking tot subsidieverlening de bij de subsidieverlening behorende uitvoeringsovereenkomst, zoals bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht en die onderdeel uitmaakt van deze beschikking, wordt gesloten. 4. Indien aan Staatsbosbeheer subsidie wordt verleend op grond van artikel , derde Hd, heeft Staatsbosbeheer de verpuchting dit natuurterrein alsnog in eigendom te verwerven of in erfpacht te verkrijgen voor 1 januari Indien een subsidie wordt verstrekt door toepassing van artikel 12.5, eerste Ud, wordt de subsidie verleend onder de voorwaarde dat voor 1 januari 2015 de subsidieontvanger alsnog het certificaat natuurbeheer verkrijgt.

10 10 Artikel 5.1.2a.4 (hoogte subsidie) Als de in artikel 5.1.2a. 1 bedoelde vergoeding voor de monitoring van de kwauteit van landschapselementen wordt verstrekt, wordt de jaarvergoeding als bedoeld in artikel , tweede lid, vermeerderd met het product van het tarief zoals dat voor het betreffende beheerjaar op grond van artikel , eerste Ud, onderdeel b is vastgesteld, en het aantal hectares, meters of stuks waarop in het kader van de subsidie landschapsbeheer monitoringswerkzaamheden worden uitgevoerd. Artikel 5.1.2a.5 (subsidievaststelling) 1. Gedeputeerde Staten kunnen besluiten dat bij tussentijdse wijzigingen geen toepassing wordt gegeven aan hoofdstuk Bij toepassing van het eerste Hd: a. Is artikel niet van toepassing en dient de gecertificeerde begunstigde binnen tien weken na afloop van de zes aaneengesloten kalenderjaren waarvoor de subsidie landschapsbeheer als bedoeld in artikel , eerste Hd, onderdeel a, is verstrekt, een verzoek tot vaststelling in; b. maken Gedeputeerde Staten in de overeenkomst als bedoeld in artikel 5.1.2a.3, derde Hd nadere afspraken over de wijze waarop wijzigingen in areaal gedurende de looptijd worden bijgehouden, zodanig dat het inzicht als bedoeld in het derde Ud verschaft kan worden. 3. Indien het uiteindeujke beheer van de oppervlaktes, onderscheidenujk meters of stuks, per soort landschapselement afwijkt van de opgave die bij de subsidieaanvraag is gedaan, bevat het verzoek om vaststelhng in ieder geval de wijzigingen die in die oppervlaktes, onderscheidenujk meters of stuks per soort landschapselement hebben plaatsgevonden en de datum waarop die wijzigingen plaatsvonden. Artikel 5.1.2a.6 (toepasselijkheid afdeling en 5.1.2) De bepahngen van de afdeungen en zijn van overeenkomstige toepassing voor zover uit de bepaungen van de onderhavige afdehng niet anders voortvloeit. Onderdeel AK De titel van afdehng komt als volgt te lulden: Algemene bepahngen inzake subsidie landschapsbeheer buiten natuurterreinen Onderdeel AL Na artikel wordt de volgende afdehng toegevoegd: "AfdeUng Bijzondere bepaungen inzake collectief landschapsbeheer Artikel (toepasselijkheid afdeling) De onderhavige afdehng is niet van toepassing op subsidies landschapsbeheer als bedoeld in artikel , eerste Hd, onderdeel a. Artikel (subsidieaanvraag collectief landschapsbeheer) 1. Een begunstigde die een aanvraag tot verlening van een subsidie landschapsbeheer in het kader van collectief landschapsbeheer indient, geeft in die aanvraag per gebied, bedoeld in artikel 2.1, vierde Hd, onderdeel a, waar hij wenst deel te nemen aan collectief landschapsbeheer, aan: a. de minimum- onderscheidenlijk maximumoppervlakte waarop hij gedurende de periode, bedoeld in artikel , voornemens is één of meerdere beheerpakketten landschap in het kader van collectief landschapbeheer uit te voeren, waarbij: i. de minimumoppervlakte niet kleiner kan zijn dan de minimumoppervlakte van het betreffende beheerpakket landschap, én ii. de maximumoppervlakte niet groter kan zijn dan de totale oppervlakte van de beheerpakketten landschap die tot zijn bedrijf behoren. b. binnen welk gebied de in onderdeel a bedoelde oppervlaktes zijn gelegen.

11 11 2. Een aanvraag als bedoeld in het eerste Hd hoeft niet te worden ingediend indien de begunstigde in hetzelfde collectief gebied reeds deelneemt aan collectief agrarisch natuurbeheer en: a. de totale oppervlakte waarmee de begunstigde in het kader van collectief agrarisch natuurbeheer én collectief landschapsbeheer wenst deel te nemen kleiner of gelijk Is aan de maximale oppervlakte, bedoeld in artikel , onderdeel a, óf b. de totale oppervlakte waarmee de begunstigde in het kader van collectief agrarisch natuurbeheer én collectief landschapsbeheer wenst deel te nemen groter is dan de maximale oppervlakte, bedoeld in artikel , onderdeel a, maar de begunstigde overeenkomstig artikel 7.5, eerste en zesde Hd, een aanvraag indient tot verhoging van die maximale oppervlakte. 3. In de gevallen, bedoeld In het tweede Hd, wordt de beschikking tot subsidieverlening als bedoeld in artikel , met ingang van het kalenderjaar waarin de begunstigde voor het eerst deelneemt aan collectief landschapsbeheer en voor de resterende duur van de in artikel bedoelde periode, aangemerkt als de goedkeuring om in dat gebied tevens deel te nemen aan collectief landschapsbeheer, en als zodanig ambtshalve door Gedeputeerde Staten aangepast. 4. Artikel is niet van toepassing op een aanvraag als bedoeld in het eerste Hd. Artikel (aanvullende subsidieverplichting) 1. Onverminderd artikel Is een ontvanger van een subsidie landschapsbeheer in het kader van collectief landschapsbeheer gehouden: a. elk beheerjaar het beheer u1t te voeren overeenkomstig het door Gedeputeerde Staten vastgestelde collectief beheerplan zoals dat 14 dagen vóór de datum waarop in het desbetreffende beheerjaar de in artikel , tweede Hd, bedoelde aanvraag op zijn vroegst kan worden ingediend, luidt; b. de gebiedscoördinator tijdig op de hoogte te stellen van wijzigingen en intrekkingen als bedoeld in de artikelen 7.1 tot en met 7.6 en 7.8, tweede Ud, voor zover deze relevant zijn voor het collectief beheerplan; c. vanaf het moment dat hij een beheerpakket landschap of variant daarvan uitvoert, dat beheerpakket landschap gedurende elk beheerjaar van de dan nog resterende periode, bedoeld in artikel , op dezelfde lokatie en met dezelfde omvang uit te bujven voeren. Artikel (beschikking tot subsidieverlening) Een beschikking tot verlening van een subsidie landschapsbeheer in het kader van collectief landschapsbeheer vermeldt in elk geval: a. per gebied, bedoeld in artikel 2.1, vierde Ud, onderdeel a, de minimale en maximale oppervlakte waarvoor subsidie wordt respectieveujk kan worden verleend; b. de wijze waarop de tarieven worden berekend; c. dat de subsidieontvanger elk beheerjaar gehouden is het beheer uit te voeren overeenkomstig het in artikel 9.2 bedoelde collectief beheerplan zoals dat 14 dagen vóór de datum waarop in het desbetreffende beheerjaar de in artikel , tweede Ud, bedoelde aanvraag op zijn vroegst kan worden ingediend, luidt; d. of een subsidie wordt verstrekt in het kader van de uitvoering van het PlattelandsontwikkeUngsprogramma en of die subsidie gedeelteujk wordt gefinancierd met Europese middelen. Artikel (toepasselijkheid afdeling en 5.1.3) De bepaungen van de afdelingen en zijn van overeenkomstige toepassing voor zover uit de bepaungen van de onderhavige afdehng niet anders voortvloeit." Onderdeel AM ln artikel 7.2, vierde Ud, wordt de zinsnede "de artikelen 3.7, 3.10" vervangen door "de artikelen 3.1.7, ". Onderdeel AN ln artikel 7.3, zesde Hd, wordt de zinsnede " artikel 3.8" vervangen door "artikel 3.1.8".

12 12 Onderdeel AO Artikel 7.3a wordt als volgt gewijzigd: 1. Het eerste Ud komt als volgt te luiden: "1. Gedeputeerde Staten kunnen een aanvraag als bedoeld in artikel 7.3, tweede Ud, die betrekking heeft op een subsidie agrarisch natuurbeheer in het kader van collectief agrarisch natuurbeheer of een subsidie landschapsbeheer in het kader van collectief landschapsbeheer, slechts goedkeuren indien deze vergezeld gaat van: a. een aanvraag als bedoeld in artikel , eerste Hd, onderscheidenlijk artikel , eerste Ud, indien de derde in het betreffende collectief gebied nog niet deelneemt aan collectief agrarisch natuurbeheer onderscheidenlijk collectief landschapsbeheer, tenzij het de gehele overdracht betreft van al het collectief agrarisch natuurbeheer en collectief landschapsbeheer dat de subsidieontvanger in het betreffende beheerjaar in het betreffende collectief gebied dient uit te voeren; b. een aanvraag tot verhoging van de maximale oppervlakte als bedoeld in artikel , onderdeel a, onderscheldenujk artikel , onderdeel a, indien de derde in het betreffende collectief gebied reeds deelneemt aan collectief agrarisch natuurbeheer onderscheidenujk collectief landschapsbeheer en door de overdracht deze maximale oppervlakte wordt overschreden. 2. In het tweede Hd, onderdeel b, wordt na de zinsnede "artikel , eerste Ud," toegevoegd "onderscheidenlijk artikel , eerste lid,"; 3. Het vierde Ud komt als volgt te luiden: "4. Indien de subsidieontvanger als gevolg van de door Gedeputeerde Staten goedgekeurde overdracht niet langer beschikt over voldoende oppervlakte om met ten minste de minimumoppervlakte, bedoeld in artikel , onderdeel a, onderscheidenujk artikel , onderdeel a, te bujven deelnemen aan collectief agrarisch natuurbeheer onderscheidenlijk collectief landschapsbeheer, dan wordt de hiervoor bedoelde minimumoppervlakte, met ingang van het beheerjaar waarin de derde op de peildatum als begunstigde aangemerkt kan worden, verlaagd tot de oppervlakte die wordt gevormd door de goedgekeurde overgedragen oppervlakte in mindering te brengen op de oppervlakte die de subsidieontvanger op grond van het in artikel , onderdeel b, onderscheidenujk artikel , onderdeel c, bedoelde collectief beheerplan in het betreffende beheerjaar diende te beheren." Onderdeel AP Artikel 7.5 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het tweede Ud wordt de zinsnede "De artikelen 1.3, eerste Hd, 3.3, 3.4 en 3.5 zijn van overeenkomstige toepassing." vervangen door "De artikelen 1.3, eerste Ud, 3.1.3, en zijn van overeenkomstige toepassing."; 2. Onder vernummering van het zevende Hd van artikel 7.5 tot het achtste Hd wordt een nieuw zevende Ud toegevoegd, luidende: "7. Als een in het eerste Ud bedoelde aanvraag betrekking heeft op het vergroten van het areaal waarvoor een subsidie landschapsbeheer In het kader van collectief landschapsbeheer wordt verstrekt: a. is het vijfde Ud, onderdeel a, niet van toepassing en artikel niet van overeenkomstige toepassing; b. is er slechts sprake van een aanvraag als bedoeld in het onderhavige artikel voor zover de extra oppervlakte de maximale oppervlakte, bedoeld in artikel , onderdeel a, voor het betreffende gebied overschrijdt."; 3. In het aldus vernummerde achtste Ud wordt de zinsnede "artikelen 3.7" vervangen door "artikelen 3.1.7". Onderdeel AQ Na artikel 7.9,wordt een nieuw artikel 7.10 toegevoegd, luidende: Artikel 7.10 (verlagen "min") 1. Gedeputeerde Staten kunnen ambtshalve de minimale oppervlakte, bedoeld in de artikelen , onderdeel a, en , onderdeel a, verlagen. 2. De in het eerste Ud bedoelde verlaging gaat in met Ingang van het beheerjaar waarin de subsidieontvanger niet langer voldoet aan de minimale oppervlakte, bedoeld in de artikelen , onderdeel a, en , onderdeel a.

13 13 3. Gedeputeerde Staten maken geen gebruik van de in het eerste Hd bedoelde bevoegdheid indien de verlaging ertoe zou leiden dat de minimale oppervlakte kleiner wordt dan de minimumoppervlakte die behoort bij het agrarische beheerpakket onderscheidenlijk beheerpakket landschap met de kleinste omvang dat de subsidieontvanger in het betreffende beheerjaar behoorde uit te voeren. Onderdeel AR ln artikel 8.1.2, eerste, derde en vierde Ud, onderdeel a, wordt de zinsnede "artikelen 3.3" telkens vervangen door "artikelen 3.1.3". Onderdeel AS ln artikel 8.1.5, tweede Ud, onderdeel c, wordt de zinsnede "artikelen 3.1" vervangen door "artikelen 3.1.1". Onderdeel AT Aan artikel 8.1.6, tweede Hd, wordt na de zinsnede "zoals die voor niet-gecertificeerde begunstigden gelden" toegevoegd ", mits de subsidieverlening waarop het wijzigingsverzoek ziet een oppervlakte betreft van minder dan 75 hectare". Onderdeel AU Artikel 9.2, tweede Ud, wordt als volgt gewijzigd: 1. In onderdeel a, onder i en 11, wordt de zinsnede "subsidie agrarisch natuurbeheer" telkens gewijzigd in "subsidie"; 2. In onderdeel a, onder ii, wordt na de zinsnede "collectief agrarisch natuurbeheer" toegevoegd "onderscheidenujk collectief landschapsbeheer". Onderdeel AV ln artikel 10.1, eerste Ud, wordt de zinsnede "artikelen 3.7" vervangen door "artikelen 3.1.7". Onderdeel AW ln artikel 10.2, eerste en tweede Ud, wordt de zinsnede "artikel , eerste Ud, onderdeel c" telkens vervangen door "artikel , eerste Hd, onderdeel b". Onderdeel AX Artikel 12.3 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste Hd, onderdeel e, en het negende Hd, onderdeel b, wordt de zinsnede "artikel 3.2" telkens vervangen door "artikel 3.1.2"; 2. In het tweede Hd, onderdeel a, wordt de zinsnede "artikel 3.3" vervangen door "artikel 3.1.3". Onderdeel AY ln artikel 12.4, onder i., wordt de zinsnede "artikelen 3.2" vervangen door "artikelen 3.1.2". Onderdeel AZ Artikel 12.5 wordt als volgt gewijzigd: 1. De titel van het artikel komt te luiden: artikel 12.5 (niet-gecertificeerden tot 1 januari 2015) 2. Het eerste Ud komt als volgt te luiden: 1. Een begunstigde als bedoeld in de artikelen 3.1.3, eerste Hd, of , eerste Hd, die een aanvraag indient voor een subsidie natuurbeheer of een subsidie landschapsbeheer als bedoeld in artikel , eerste Hd, onderdeel a, wordt aangemerkt als ware hij gecertificeerd begunstigde, mits hij uiterlijk 15 november 2013 een aanvraag tot certificering bij Gedeputeerde Staten heeft ingediend. Het aanmerken van de begunstigde als ware hij gecertificeerd begunstigde eindigt op de datum dat Gedeputeerde Staten hebben besloten op de aanvraag tot certificering, doch uiterlijk op 1 januari 2015

14 14 Onderdeel BA Artikel 12.5a komt te vervallen. Onderdeel BB Aan artikel 12.7 wordt een zesde en zevende Hd toegevoegd, luidende: 6. Op aanvragen voor subsidies natuurbeheer, subsidies agrarisch natuurbeheer en subsidies landschapsbeheer binnen of buiten natuurterreinen die zijn ingediend vöór 1 september 2013 bujven de bepahngen van onderscheidenujk hoofdstuk 3, afdehng 4.1.1, afdeung en afdehng van toepassing zoals dezen tot die datum luidden. 7. In afwijking van het zesde Hd dient een ontvanger van een subsidie agrarisch natuurbeheer die in aanmerking wenst te komen voor de toeslag ruige stalmest, bedoeld in artikel , tweede Ud, zoals die bepaling tot 1 september 2013 luidde, daartoe met ingang van 1 januari 2014 te voldoen aan de voorwaarden, opgenomen in bijlage 7, onderdeel C, subonderdeel 4. Onderdeel BC Bijlage 2 wordt als volgt gewijzigd: 1. In de titel wordt de zinsnede "artikel 3.6" vervangen door "artikel 3.1.6"; 2. In punt 1 wordt de zinsnede "artikel 3.6, vierde Hd" vervangen door "artikel 3.1.6, derde Ud"; 3. In punt 2 wordt de zinsnede "artikel 3.6, zesde Ud" vervangen door "artikel 3.1.6, vijfde Hd". Onderdeel BD Bijlage 5 wordt als volgt gewijzigd: 1. In onderdeel A, subonderdeel a, wordt na de zinsnede "uit te voeren" toegevoegd ",alsmede op welke lokatie zij welke beheerpakketten landschap wensen uit te voeren"; 2. In onderdeel A, subonderdeel e, alsmede in onderdeel B, subonderdeel f, wordt de zinsnede "bedoeld in artikel " telkens vervangen door "bedoeld in de artikelen en ; 3. In de aanhef van onderdeel B, subonderdeel b, wordt na de zinsnede "collectief agrarisch natuurbeheer" toegevoegd "onderscheidenlijk collectief landschapsbeheer"; 4. Onderdeel B, subonderdeel b, onder iv, komt als volgt te luiden: "Iv. welke landbouwgronden waarvoor reeds een subsidie agrarisch natuurbeheer in het kader van collectief agrarisch natuurbeheer wordt verstrekt, alsmede welke beheerpakketten landschap waarvoor reeds een subsidie landschapsbeheer in het kader van collectief landschapsbeheer wordt verstrekt, zij voor de resterende periode waarvoor die subsidie wordt verstrekt wensen te vergroten overeenkomstig artikel 7.5, eerste lid (vergrotingbestaande beheereenheid of bestaand beheerpakket landschap); 5. Na onderdeel B, subonderdeel b, onder vi, worden, onder vervanging van het punt door een puntkomma, de volgende onderdelen toegevoegd: "vii. welke beheerpakketten landschap die niet vöör de indiening van de aanvraag tot wijziging van het collectief beheerplan in dat plan waren opgenomen, en die zelfstandig voldoen aan de voorwaarden van de onderhavige verordening voor de betreffende subsidie, zij overeenkomstig artikel 7.5, eerste Hd, voor de resterende periode waarvoor de subsidie wordt verstrekt wensen uit te voeren (nieuw beheerpakket landschap voor resterende subsidieperiode); viii. welke beheerpakketten landschap die niet vöör de indiening van de aanvraag tot wijziging van het collectief beheerplan in dat plan waren opgenomen, zij voor de gehele periode, bedoeld in artikel , wensen uit te voeren (nieuw beheerpakket landschap voorvolledige subsidieperiode).";

15 15 6. Onderdeel B, subonderdeel c, komt als volgt te lulden: "c. op de 1n subonderdeel a bedoelde kaart is ten behoeve van landbouwers die niet reeds vöör de indiening van de aanvraag tot wijziging van het collectief beheerplan deelnamen aan Collectief agrarisch natuurbeheer onderscheidenujk collectief landschapsbeheer in het gebied waarop het collectief beheerplan ziet, op verzoek van die landbouwers, aangegeven op welke landbouwgronden zij voor de gehele periode, bedoeld In artikel , welke agrarische beheerpakketten of varianten daarvan wensen uit te voeren, alsmede op welke lokatie zij voor de gehele periode, bedoeld in artikel , welke beheerpakketten landschap wensen uit te voeren (nieuwe beheereenheid of nieuw beheerpakket landschap voor volledige subsidieperiode)." Onderdeel BE Bijlage 7 wordt als volgt gewijzigd: 1. In de titel van onderdeel A wordt de zinsnede "artikel 3.6, eerste Ud, onderdeel c" vervangen door "artikel 3.1.6, eerste Hd, onderdeel b"; 2. In onderdeel A, punt 1 wordt de zinsnede "artikel 3.2" vervangen door "artikel 3.1.2"; 3. In onderdeel A wordt na punt 2 de volgende zinsnede toegevoegd: Laag tarief: schaapskudde wordt ingezet op natuurterreinen waarop een natuurbeheertype met de aanduiding N06.03, N09.01, N11.01 of NI2.01 In stand wordt gehouden; Hoog tarief: schaapskudde wordt Ingezet op natuurterreinen waarop een natuurbeheertype met de aanduiding N06.04, N07.01, N07.02, N08.02 of N08.04 in stand wordt gehouden. 4. Onderdeel B vervalt. 5. Na onderdeel C, subonderdeel 3, wordt een nieuw subonderdeel 4 toegevoegd, luidende: Subonderdeel 4 (ruige stalmest) 1. Op de beheereenheid wordt een agrarisch beheerpakket uitgevoerd dat in bijlage 3, onderdeel B.1, is opgenomen onder de aanduiding AOl.01.01, A , of AOl Op de beheereenheid wordt in een kalenderjaar ten minste 10 en maximaal 20 ton ruige stalmest per hectare uitgereden. 3. De ruige stalmest wordt in één keer in één van de onderstaande periodes op een beheereenheid uitgereden: a. tussen 1 februari en de begindatum van de rustperiode van het betreffende agrarische beheerpakket, öf b. vanaf de dag volgend op de einddatum van de rustperiode van het betreffende agrarische beheerpakket tot 1 september; waarbij per beheerjaar slechts één melding als bedoeld in punt 5 gedaan mag worden. 4. In afwijking van punt 3, onderdeel b, mag gedurende de tijd dat de rustperiode overeenkomstig onderdeel C, subonderdeel 1, van de onderhavige bijlage is verlengd, geen ruige stalmest uitgereden worden. 5. Van het uitrijden van de ruige stalmest wordt binnen twee weken na dat uitrijden melding gedaan bij de gebiedscoördinator. De melding gaat vergezeld van een kaart met een topografische ondergrond waarop de beheereenheid is, dan wel beheereenheden zijn, aangegeven waarop de ruige stalmest is uitgereden. 6. In afwijking van punt 5, eerste volzin, dient een subsidieontvanger die niet 1n het kader van collectief agrarisch natuurbeheer een in punt 1 bedoeld agrarisch beheerpakket uitvoert, de in punt 5 bedoelde melding in bij Gedeputeerde Staten met gebruikmaking van een daartoe door of namens Gedeputeerde Staten vastgesteld formulier.

16 16 ll de volgende tweede wijziging van de Subsidieregeling kwaliteitsimpuls natuur en landschap Flevoland vast te stellen: Onderdeel A Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd: 1. Na onderdeel c wordt een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende: c. beheerplan: plan ex artikel 19a Ud 1 of 19b Ud 1 van de Natuurbeschermingswet 1998; 2. Onderdeel d tot en met g worden herletterd naar onderdeel e tot en met h 3. In onderdeel f vervalt de zinsnede:, Landbouw en Innovatie; 4. Na onderdeel h wordt een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende: 1. habitattype: type, zoals genoemd in bijlage 1 bij de RichtHjn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna; 5. Onderdeel 1 tot en met v worden herletterd tot onderdeel j tot en met w; 6. In onderdeel n vervalt de zinsnede:, Landbouw en Innovatie; 7. In onderdeel p vervalt de zinsnede:, Landbouw en Innovatie; Onderdeel B Artikel 3, zesde Ud vervalt. Onderdeel C Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd 1. In onderdeel a vervalt: "investeringssubsidies aan" 2. Na onderdeel c wordt een nieuw onderdeel ingevoerd, luidende d. bedrijven in moelujkheden als bedoeld in de Communautaire richtsnoeren inzake staatssteun voor reddings-en herstructureringssteun aan ondernemingen in moelujkheden (PbEG C 244) Onderdeel D Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste Hd onderdeel d wordt ", of" vervangen door een punt komma; 2. In het eerste Hd onderdeel e wordt de punt aan het eind vervangen door:, of 3. Na het eerste Hd onderdeel e wordt een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende: f. de reausatie of verhoging vande natuurkwahteit van een habitattype. 4. In het vierde Ud vervalt de zinsnede: van éénmauge investeringen en wordt na "het eerste Hd" Ingevoegd: onderdeel a tot en met e. Onderdeel E Onder vernummering van het zesde Ud naar het zevende Ud wordt in artikel 9 na het vijfde Ud een nieuw Ud ingevoegd, luidende: 6. Een begunstigde als bedoeld in het vijfde Ud, wordt aangemerkt als ware hij gecertificeerd begunstigde, mits hij uiterhjk 15 november 2013 een aanvraag tot certificering voor het onderdeel projecten bij Gedeputeerde Staten heeft ingediend. Het aanmerken van de begunstigde als ware hij gecertificeerd begunstigde eindigt op de datum dat Gedeputeerde Staten hebben besloten op de aanvraag tot certificering, doch uiterhjk op 1 januari Onderdeel F Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd: 1. In de aanhef van het eerste Ud wordt tussen "Een aanvraag tot subsidieverlening" en "gaat vergezeld" wordt toegevoegd: voor een investeringssubsidie als bedoeld in artikel 8, eerste, tweede en derde Ud. 2. Het vijfde Hd komt te luiden als volgt: 5. Een aanvraag tot subsidieverlening voor een investeringssubsidie als bedoeld in artikel 8, vierde Ud gaat vergezeld van: a. een Ujst van de natuurterreinen of landschapselementen ten behoeve waarvan de bedoelde investeringen worden verricht; b. een vermelding van de natuurbeheertypes of landschapselementen waarop de investeringen betrekking hebben, bij voorkeur per natuurterrein of landschapselement;

17 17 c. een vermelding welk van de in artikel 8, eerste Ud, bedoelde investeringsdoelen het betreft, bij voorkeur per natuurterrein of landschapselement; d. een vermelding van de natuurterreinen waarop een Investering als bedoeld in artikel 8, derde Ud, onderdeel a, betrekking heeft; e. een vermelding per natuurterrein of landschapselement van de oppervlakte waarop de investeringen betrekking hebben; f. een vermelding per natuurterrein of landschapselement van de hoogte van de investering; g. een vermelding van de looptijd van het totale programma en per natuurterrein of landschapselement de spreiding van de verschillende Investeringen binnen die looptijd; h. één of meerdere elektronische kaarten met daarop de buitengrenzen van het natuurterrein of het landschapselement waarvoor de investeringssubsidie wordt aangevraagd. Gedeputeerde Staten kunnen nadere technische specificaties vaststellen waaraan de in de eerste volzin bedoelde kaarten moeten voldoen. 3. Na het vijfde lid wordt een nieuw Ud ingevoegd, luidende: 6. In afwijking van het vijfde Ud kan een aanvraag tot subsidieverlening voor een investeringssubsidie als bedoeld in artikel 8, vierde Ud vergezeld gaan van een opgave van de natuurterreinen, landschapselementen of natuurbeheertypes ten behoeve waarvan de gecertificeerde begunstigde binnen zijn areaal binnen het programma investeringen wil uitvoeren, alsmede de looptijd van het programma. Onderdeel G Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste Hd, onderdeel a vervalt de zinsnede: van éénmalige investeringen; 2. In het eerste Hd, onderdeel b wordt na "met het natuurbeheerplan" ingevoegd: of beheerplan. 3. In het eerste Hd, onderdeel c vervalt de zinsnede: van éénmalige investeringen; 4. In het eerste Hd, onderdeel e komt de aanhef te luiden als volgt: e. de inrichtingsmaatregelen als bedoeld in artikel 8, eerste Ud, onderdeel a tot en met e lelden tot: Onderdeel H Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd: 1. Voor de tekst wordt de aanduiding "1." Geplaatst. 2. Er worden drie nieuwe leden toegevoegd, luidende: 2. De Investeringssubsidie als bedoeld in artikel 8, vierde Ud, wordt verleend onder de voorwaarde dat binnen een termijn van één maand na de datum van bekendmaking van de subsidieverlening de bij de subsidieverlening behorende uitvoeringsovereenkomst, zoals bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht en die onderdeel uitmaakt van deze beschikking, wordt gesloten. 3. Indien een subsidie wordt verstrekt door toepassing van artikel 9, zesde Ud, heeft de subsidieontvanger de verpuchting voor 1 januari 2015 alsnog voor het onderdeel projecten het certificaat te verkrijgen. 4. Indien een aanvraag is gedaan conform artikel 10, zesde Ud, maken Gedeputeerde Staten en de subsidieontvanger in de overeenkomst als bedoeld 1n het tweede Hd afspraken over de wijze waarop gedurende de looptijd van het programma een invulung wordt gegeven aan een specificatie van de onderdelen genoemd in artikel 10, vijfde Ud. Onderdeel i Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd: 3. In artikel 13, eerste Hd, wordt na onderdeel i een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende: j. aanloopbeheer 4. Het eerste Ud, onderdeel j, wordt herletterd naar onderdeel k. Onderdeel J ln artikel 14c, tweede Hd vervalt de zinsnede: van éénmauge investeringen.