Tekstboek. Rep en Roer Musicals

Transcriptie

1 Tekstboek Rep en Roer Musicals

2

3 Algemene informatie Volg die Ster is een uitgave van Rep en Roer Musicals. Tekst: Liedteksten: Muziek: Arrangementen: Illustraties: Zang: Rick Dros Rick Dros/Meike Veenhoven/Sander Geboers Meike Veenhoven/Sander Geboers Sander Geboers Rick Dros Isabella, Keith, Donja en Elze Voor meer informatie, ga naar Of naar: Rep en Roer Musicals 3

4 Samenvatting van het verhaal Volg die Ster volgt de verhaallijn van het bekende kerstverhaal over de geboorte van Jezus Christus. Maar dan anders. De koning is een mopperkont die het niet kan uitstaan dat hij niet PRECIES weet hoeveel inwoners hij heeft. Daarom wil hij het volk laten tellen. Hij geeft de opdracht dat iedereen zich moet inschrijven in zijn geboortedorp. Jozef en Maria, die net bezig zijn met het inrichten van de kinderkamer, moeten naar Bethlehem. Als zij daar aankomen, blijken alle hotels vol te zitten. Na lang zoeken vinden ze een slaapplaats in de stal. Die nacht krijgen de herders op het veld bezoek van de engelen Heaven en Angel, die verschijnen op een motor. Ze vertellen de herders van de nieuwe koning die geboren is. De geboorte van de nieuwe koning komt ook de koning ter ore. Waarom wordt er een nieuwe koning geboren terwijl er al een koning is?! Hij besluit in hoogsteigen persoon te gaan kijken. Ondertussen hebben de Drie Koningen ook de ster zien stralen en zijn hem gevolgd. De herders en de Drie Koningen treffen elkaar op kraamvisite in de stal. Als zij de baby bewonderen, staat ineens de koning met zijn gevolg voor de deur. Gelukkig weten ze de koning wijs te maken dat de baby geen nieuwe koning is. Hij heeft immers geen kroontje op zijn hoofd. De koning is gerustgesteld en iedereen is opgelucht. En.. dan is zelfs de koning getroffen door de baby. Hij wil dat hij goed verzorgd wordt. Krijgt hij wel op tijd eten? Hoeveel precies? En hoe laat? De koning zal het eens even PRECIES uit laten zoeken. Volg die Ster 4 Tekstboek

5 OPENING alle spelers nr.1: openingsmuziek (Terwijl de muziek klinkt, lopen de spelers om beurten op en nemen een houding aan die bij hun personage past. Daarna lopen ze weer af) SCÈNE 1: DE KONING Koning, minister, dienaren, omroeper (in het paleis) (de koning zit op zijn troon, de dienaren staan op een rijtje naast hem. De minister komt op ) Minister: Goedemorgen Koning. Hoe laat is het? Minister: Acht uur, Koning. Acht uur? Minister: Acht uur. Acht uur precies? Of iets daarvoor? Of iets daarna? Minister: Precies acht uur, Koning. Hoe kan dat nou? Minister: De klok, Koning, de klok wijst precies acht uur aan. Als wij praten, tikken de secondes door, dus kan het nooit acht uur PRECIES zijn. Het is maar één seconde precies acht uur. Minister: Dat is waar, Koning. Rep en Roer Musicals 5

6 Dus? Minister: Dus wat, Koning? Dus hoe laat is het nu PRECIES?! Minister: Acht uur en 36 seconden. Hoe laat? Minister: Acht uur en 38 seconden. Hoe laat? Minister: Acht uur en 40 seconden. Juist! Zo wil ik het horen! PRECIES! Minister, hoe gaat het verder in het land? Minister: Het volk is nog altijd ontevreden, Koning. Het volk is nog altijd ontevreden? Minister: Dat is precies wat ik zei, Koning. Waarom is het volk ontevreden? Minister: Ze zijn ontevreden over eh.. u, koning. Over mij? Hoe kan je nou ontevreden zijn over mij? Minister: Het volk vindt u een beetje Ja, zeg het maar! Minister: Het volk vindt u een beetje een mopperkont. Mopperkont? Ik? Hoe komen ze daar nou bij? Wat zijn dat voor mensen? Dat volk? Wie zijn dat nou eigenlijk. Minister: Best een heleboel mensen bij elkaar, koning. Volg die Ster 6 Tekstboek

7 Ik wil weten hoeveel mensen PRECIES! Minister: Dat weet ik niet, koning. Ga ze tellen. Minister: Maar koning Ga ze tellen, zeg ik! Minister: Het zijn er heel veel. Dan ga je maar heel veel tellen! Minister: Goed koning. (tegen de dienaren:) Ga ogenblikkelijk het volk tellen. Dienaren: Ja meneer. (dienaren beginnen overal in de zaal het volk te tellen en komen na de telling terug bij de minister) Vertel op, hoeveel mensen vinden mij een mopperkont? Dienaar 1: Achthonderdduizenddriehonderdeenenveertig, meneer. Dienaar 2: Je vergist je. Vijfhonderdduizenddriehonderdachtentwintig! Dienaar 3: Jullie vergissen je allebei. Zeshonderdduizenddriehonderdzestig. Hoe kan dat nou? Jullie hebben toch geteld? Dienaar 1: Misschien hebben we iemand dubbel geteld? Dienaar 2: Of iemand overgeslagen? (stampvoetend) IK WIL HET PRECIES WETEN! Rep en Roer Musicals 7

8 Minister: Ik heb een idee, Koning. Stuur iedereen naar zijn geboorteplaats. Daar moet iedereen zich inschrijven bij het gemeentehuis. En dan weten we precies, ik herhaal, PRECIES, hoeveel mensen er zijn. (glimlacht tevreden) Precies, zo wil ik het horen. Precies. (koning, minister en dienaren gaan af, omroeper komt op) Omroeper: (gaat langs alle huizen en door de hele zaal) Iedereen naar zijn eigen geboorteplaats! Inschrijven! Iedereen naar zijn eigen geboorteplaats! Inschrijven! En snel een beetje. Iedereen naar zijn eigen geboorteplaats! Volg die Ster 8 Tekstboek

9 SCÈNE 2: JOZEF EN MARIA Jozef, Maria, omroeper (In het huisje van Jozef en Maria) (Jozef en Maria zijn bezig met de babykamer) Ik vind een roze behangetje toch leuker. Jongens houden niet van roze. Het kan een meisje worden. Het wordt een jongen, dat weet ik gewoon zeker. Het is altijd een kans van vijftig procent. Het wordt een jongen en later gaat hij ons helpen in onze doe-het-zelfzaak. Een meisje kan toch ook helpen? Natuurlijk kan dat, maar het wordt een jongen. (ze horen iemand roepen) Wat is dat? Hoor jij het ook? Omroeper: (komt aanlopen en brult heel hard naar Jozef en Maria) Iedereen naar zijn eigen geboorteplaats! Iedereen naar zijn eigen geboorteplaats! Mag ik vragen waarom? Omroeper: Dat is de wens van de Koning. O nee, niet weer Koning Mopperkont. Omroeper: Pardon? Beledigt u de Koning? Jazeker. En dat doe ik, zolang hij stomme dingen doet. Rep en Roer Musicals 9

10 Omroeper: Nou ja, wat een brutaliteit. Waar ben jij geboren, Jozef? Bethlehem. Omroeper: Dan ga jij ogenblikkelijk naar Bethlehem. We zijn net bezig met de babykamer. Omroeper: Niks mee te maken. Jij gaat naar Bethlehem. Dat komt slecht uit. En als ik nou niet ga? Omroeper: Dan steken we je huis in brand. En mijn vrouw dan? Die heeft een dikke buik. Omroeper: Dan moet ze niet zoveel eten. Ik krijg een kind. Omroeper: O, pardon. Nou, wat moet ik nu met mijn vrouw? Omroeper: Dan ga je naar de marktplaats en dan koop je een bakfiets. Ga jij fietsen, kan zij in de bak. En wie gaat dat betalen? Omroeper: Op de marktplaats, man! Spotgoedkoop! (af) Volg die Ster 10 Tekstboek

11 nr.2: Waar ben je geboren Waar ben je geboren, waar kom je vandaan Waar is het begonnen, waar is het ontstaan Waar ken jij de weg zelfs met je ogen dicht Waar ben je geboren, waar zag jij het licht Iedereen die heeft een plekje waar je voor de eerste keer je moeder zag waar je voor het eerst de wind voelde waaien door je haren Daar beleefde jij je eerste dag Waar ben je geboren (bijvoorbeeld:) Waar kom je vandaan Waar is het begonnen Waar is het ontstaan Ankara Den Haag Amsterdam Colombia Iedereen die heeft een plekje.. (2x) Daar beleefde jij je eerste dag Daar ben je geboren, daar kom je vandaan Daar is het begonnen, daar is het ontstaan Daar ken jij de weg zelfs met je ogen dicht Daar ben je geboren daar zag jij het licht Rep en Roer Musicals 11

12 SCÈNE 3: DE HERBERG IS VOL Jozef, Maria, herbergiers (herbg.) (bij verschillende herbergen) Br, het is koud. Zullen we stoppen bij een lekker hotelletje? Goed plan. En ik lust ook wel wat te eten. Daar is een hotel. (ze stappen binnen bij de receptie) Herbg. 1: Goedenavond, mevrouw, meneer. Heeft u nog een tweepersoonskamer voor ons? Herbg. 1: Sorry, we zitten helemaal vol. Echt helemaal? Herbg. 1: Dat komt door de volkstelling, hè. Iedereen is op pad. Dan zoeken we even verder. (ze lopen naar buiten) Daar is nog een hotel. Heeft u nog een tweepersoonskamer? Herbg. 2: Sorry, we zitten nokkie nokkie vol. Maar mijn vrouw krijgt een kind. Herbg. 2: Gefeliciteerd. Dank u wel. Ik bedoel, je stuurt mijn vrouw toch niet de straat op! Volg die Ster 12 Tekstboek

13 Herbg. 2: U hoeft niet zo te schreeuwen, ik vlak naast u. Goedenavond. (af) (roept hem nog na) En bedankt, hè! Kom, Jozef, daar is nog een hotel. (bozig) Ik wil een tweepersoonskamer! Herbg. 3: En ik wil een huis met een zwembad en een eigen vliegtuig. Huh? Hoe bedoelt u? Herbg. 3: U kunt zoveel willen, maar daarmee heb je het nog niet. Wij willen slapen! Herbg. 3: Welterusten! (af) (roept hem boos na) En bedankt, hè! Daar is nog een hotel. Laten we het daar proberen. En blijf eens rustig. Rustig?! Rustig?! Sorry hoor, maar die kerel Rustig blijven. Inademen door je neus en rustig uitademen. (ademt een paar keer rustig in en uit) Goed, ik ben heel rustig nu. Nu rustig vragen aan die meneer. Rep en Roer Musicals 13

14 (heel lief en rustig) Goedenavond meneer, heeft u misschien Herbg. 4: (heel bot) NEE!! WEGWEZEN! EN SNEL EEN BEETJE! (af) (roept hem na) En bedankt, hè! Daar is nog een hotel. Heeft u een tweepersoonskamer voor ons. Herbg. 5: Sorry, we hebben helemaal niets meer. Zelfs de stoelen zijn verhuurd om in te slapen. Maar ik krijg een kindje en ik ben dood en doodmoe. En anders ik wel. Herbg. 5: Het spijt me echt. Er liggen zelfs al mensen op de gang te slapen. Heeft u echt helemaal niets? Herbg. 5: In de tuin heb ik nog wel een schuurtje, maar dat is niets voor u, mevrouw. Daar staat een ezel en een os. Het is er koud. Er ligt alleen maar stro. U mag er wel overnachten, maar het is echt helemaal niets voor u. Zeker niet in uw positie. Ik ben allang blij als ik kan liggen. Desnoods naast een berg ossenpoep. Herbg. 5: Nou, in dat geval bent u van harte welkom. (neemt de koffers aan en loopt af, Jozef en Maria lopen met hem mee). nr. 3: Nachtgeluiden (overgang scène 3-4) Volg die Ster 14 Tekstboek

15 SCÈNE 4: DE HERDERS LIGGEN BIJ NACHTE Herders, Snurker, Heaven, Angel, dienaar 1 (in het veld) nr. 4: Herderslied De herdertjes liggen al uren in t veld Ze hebben al tien keer hun schaapjes geteld Ze kunnen niet slapen het is nog zo licht Ondanks de slaap gaan hun ogen niet dicht Vooruit dan maar weer, dan maar nog eens een keer: Eén dat is Mirjam En twee dat is Job Drie dat is Lot met een vlek op haar kop Vier dat is Martha En vijf dat is Jaap Zes dat is Saar en dan val je in slaap (Gesnurk van een herder die in slaap is gevallen) Die ster aan de hemel die geeft zoveel licht Hij schijnt nu al heel de nacht in hun gezicht Wat is dat voor ster zeg, waar komt die vandaan Laat ze nou slapen, straks kraait weer de haan Vooruit dan maar weer, dan maar nog eens een keer: Eén dat is Mirjam Iets hangt in de lucht er is iets aan de hand Er gaat wat gebeuren en het duurt niet meer lang Toch zou het fijn zijn nu slapen te gaan Morgen dan breekt weer een nieuwe dag aan Vooruit dan maar weer, vooruit dan maar weer Rep en Roer Musicals 15

16 Dan maar nog eens een keer: (slaperig gezongen:) Eén dat is Mirjam.. Zes dat is Saar en dan val je in (gesnurk) (De herders slapen, althans, één herder ligt te snurken, de rest ligt er van wakker) Herder 1: Hee, geef hem eens een zet. Snurker: (Herder 2 geeft een zet, snurker schrikt wakker) Huh?! Wat is er? Herder 2: Je snurkt. Herder 3: Wij kunnen niet slapen. Snurker: Daar kan ik toch niets aan doen? Het gaat vanzelf. Herder 1: Daar kan je wel wat aan doen. Snurker: Wat dan? Herder 2: Gewoon wakker blijven als wij gaan slapen. Snurker: Maar ik ben ook moe. Ik wil toch ook slapen? Herder 3: Dan slaap je maar als wij wakker zijn. Volg die Ster 16 Tekstboek

17 nr. 5: Opkomst Heaven en Angel Angel: (Angel en Heaven komen aan op een motor) Hey, dudes, alles cool? Herders: (zeer verbaasd) Wie zijn jullie? Angel: Heaven: Angel: Heaven: Angel: Heaven: Angel: Ik ben ik. En ik ben ik. En ik voel me goed. En anders ik wel. Angel, aangenaam (handen schudden) Heaven, aangenaam (handen schudden) Wat doen jullie? Snurker: Wij slapen hier. Herders: Dat proberen we tenminste. (kijken boos naar de Snurker) Angel: Heaven: Angel: Heaven: Angel: Zonde van je tijd, slapen, man. Zeker vannacht. Vannacht is de nacht, man. Vannacht gaat alles los. Na vannacht wordt alles anders. (Dienaar 1 sluipt op en luistert af) Heaven: Angel: Hij komt. Hij is onderweg. Herders: Wie? Rep en Roer Musicals 17

18 Heaven: Angel: Heaven: Angel: Heaven: Je weet niet wie? Hij weet niet wie? Lees je geen kranten? Hij. Waar Koning Mopperkont zo bang voor is. De nieuwe koning, man. Dienaar 1: (vanuit zijn schuilplek) De nieuwe koning?! Angel: Heaven: Hij komt. Vannacht. Dienaar 1: (vanuit zijn schuilplek) Hij komt vannacht?! Herders: Waar? Angel: Heaven: Angel: Heaven: Angel: Heaven: Angel: Check die ster. Wow, wat een ster. Dat is zeker een ster! Volg die ster en ga naar hem toe. En neem een warme deken mee voor de kleine. En wat melk. Hij zal wel honger hebben. nr. 6: Heaven & Angel gaan af + nachtgeluiden (Angel en Heaven rijden weg op hun motor, de herders lopen stomverbaasd achter hen aan en kijken naar de ster) Volg die Ster 18 Tekstboek

19 Dienaar 1: (vanuit zijn schuilplek) De nieuwe Koning?! Snel. Dit moet de koning weten. (dienaar 1 trekt een sprintje en holt naar het paleis) Rep en Roer Musicals 19

20 nr. 7: Midden in de Winternacht Midden in de winternacht, ging de hemel open Die ons heil der wereld bracht, antwoord op ons hopen Elke vogel zingt zijn lied, herders waarom zingt gij niet? Laat de citers slaan, blaast de fluiten aan Laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen: Christus is geboren! Vrede was er overal, wilde dieren kwamen Bij de schapen in de stal, en zij speelden samen. Elke vogel zingt zijn lied, herders waarom zingt gij niet? Laat de citers slaan, blaast de fluiten aan Laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen: Christus is geboren! Ondanks winter, sneeuw en ijs, bloeien alle bomen, want het aardse paradijs is vannacht gekomen. Elke vogel zingt zijn lied, herders waarom zingt gij niet? Laat de citers slaan, blaast de fluiten aan Laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen: Christus is geboren! Volg die Ster 20 Tekstboek

21 SCÈNE 5: DE NIEUWE KONING minister, koning, dienaren (in het paleis) Minister: Koning, nieuws. Er is nieuws van een dienaar. Laat m binnen! Dienaar 1: (komt binnen en buigt) Koning! Koning! Wat is er? Dienaar 1: Daar verderop... bij de herders daar waren engelen en die engelen Ho! Daar? Verderop? Bij de herders? Hoezo daar? Hoezo verderop? Hoezo herders? Minister: Wees eens precies! Je maakt de koning in de war. Juist! Dank u, meneer de minister. Minister: Opnieuw: waar precies en bij wie? Dienaar 1: Bij de frambozenstruikjes. Bij de vier herders. Frambozenstruikjes. Vier herders. Juist. Dat is precies. Wat zag je daar? Dienaar 1: Engelen. Minister: Hoeveel? Dienaar 1: Twee. Op een motor. Twee motoren. Allebei op één motor. Precies twee engelen op precies twee motoren? Bij de frambozenstruikjes. Ja, ja. En verder. Rep en Roer Musicals 21

22 Dienaar 1: Ze spraken van een. Nou? Dienaar 1: Ze spraken van een. Minister: Nou? Dienaar 1: Ze spraken van een nieuwe koning. (weet niet wat hij moet zeggen) Dienaar 1: Ze spraken van een nieuwe koning, Koning. Het spijt me. (weet niet wat hij moet zeggen) Dienaar 1: Een nieuwe. koning?!...een nieuwe koning?! Dienaar 1: Hij komt vannacht, zeiden ze. Vannacht? Hoe laat? Dienaar 1: Dat zeiden ze niet. IK WIL WETEN WIE DAT IS, DIE NIEUWE KONING! EN IK WIL WETEN HOE LAAT HIJ KOMT! HOE LAAT PRECIES! PRECIES! GA ZOEKEN! Minister: Eh, Koning, waarom gaat u zelf niet zoeken? IK? Zoeken? Minister: Preciezer kunt u het niet hebben. Briljant! Ik ga zelf zoeken. Ik ga zelf naar die nieuwe Koning zoeken. Aan jullie heb ik toch niks! Minister: Dan komt u er precies achter WAAR hij is. Volg die Ster 22 Tekstboek

23 Dienaar 1: En WIE hij is. Dienaar 2: En WANNEER hij hier kwam. Dienaar 3: EN WAT hij komt doen. En WAAROM, ik herhaal, WAAROM hij hier komt, terwijl ik hier al de koning ben. Dat klopt toch? Minister: Precies, majesteit. Inderdaad, precies! Op zoek naar die nieuwe koning! Minister: Allemaal op zoek naar de nieuwe koning! nr. 8: Koninklijke muziek (overgang scène 5-6) Rep en Roer Musicals 23

24 SCÈNE 6: DE WIJZEN UIT HET OOSTEN Balthasar, Melchior, Caspar -de drie koningen- (in het paleis van een van de drie koningen) (in een ver land in het oosten, zitten er drie vrienden bij elkaar. Op de koffie. Het zijn Caspar, Balthasar en Melchior. Ze praten gezellig. Dan wordt het licht in de kamer) Balthasar: Doe dat licht eens uit. Melchior: Ik heb geen licht aan gedaan. Balthasar: Hoe kan dat nou? Waar komt dat licht dan opeens vandaan? Caspar: Het komt van buiten. (Hij schuift de gordijnen iets opzij en alle drie zien ze iets wat ze nog nooit eerder zagen, een fel licht. Zo fel, dat het wel lijkt alsof de hemel in brand staat) Balthasar: Is er brand? Melchior: Het lijkt wel een ster. Balthasar: Nou, als dat een ster is, is het de mooiste en de grootste ster die ik ooit zag. Caspar: Dat ís een ster en wat voor ster! Balthasar: En ik weet wat die ster betekent. Het betekent dat er iets heel bijzonders gaat gebeuren. Melch/Cas: Iets bijzonders? Wat? Balthasar: Geen flauw idee, maar ik pak meteen mijn spullen en ik ga kijken. Melchior: Ik ga met je mee. Caspar: En ik ook. Volg die Ster 24 Tekstboek

25 nr. 9: Volg die Ster Uit alle hoeken, alle gaten uit alle huizen, alle straten komen mensen aangesneld want er is hen iets verteld Uit de bergen, uit de weiden uit de velden, van de heide iedereen van heind en ver heft zijn hoofd op naar die ster Die ster, volg die ster, ga die ster maar achterna die ster, volg die ster, denk er niet te lang bij na Koning, herder, pak je spullen op en ga die ster, volg die ster hoor, een engel zingt een liedje op een hoge witte wolk en een herder bromt een deun van het oude herdersvolk en de wijzen uit het Oosten spelen plechtig en klassiek iedereen speelt, arm of rijk mooie koningskindmuziek Die ster, volg die ster, ga die ster maar achterna die ster, volg die ster, denk er niet te lang bij na Koning, herder, pak je spullen op en ga die ster, volg die ster, volg die ster, volg die ster Rep en Roer Musicals 25

26 SCÈNE 7: KRAAMVISITE Balthasar, Melchoir, Caspar, Angel, Heaven, herders, snurker, Jozef, Maria (bij en in de stal) Herders: Nou, daar zijn we dan. Wijzen: Angel: Nou, daar zijn we dan. Nou, daar zijn jullie dan. Allemaal: En nu? Heaven: Naar binnen natuurlijk. Herder 1: Ik kan toch niet zomaar naar binnen lopen? Angel: Nee, natuurlijk niet, maar je kunt toch op de deur kloppen. Melchior: Op de deur kloppen? Balthasar: Wie durft er op de deur te kloppen? Herder 2: Normaal gesproken durf ik dat wel, maar ik voel me een beetje tja ik weet niet hoe ik het moet zeggen. Herder 3: Ik begrijp precies wat je bedoelt. Ik voel me ook anders dan anders. Snurker: Zenuwachtig. Ik voel me zenuwachtig. Caspar: Ik ook. Balthasar: Kom op, niet zo gek doen. We gaan gewoon op kraamvisite. Er is een kindje geboren. Moeder is blij. Vader is blij. En wij gaan gewoon naar binnen om te feliciteren. Volg die Ster 26 Tekstboek

27 Melchior: Klop dan. Balthasar: Ik durf ook niet. Herder 1: Ik zal het proberen. (wil zijn hand naar de deur bewegen, maar het lijkt alsof hij een beetje wordt tegengehouden) Wow, dit is wel heel gek. Alsof iemand me tegenhoudt. (Ze proberen het allemaal en allemaal voelen ze die kracht die ze tegenhoudt) Herder 2: Dit wordt een hele bijzondere kraamvisite, dat weet ik nu zeker. Herder 3: Ik ben wel zenuwachtig, maar nu ook heel nieuwsgierig. We gaan naar binnen! (werkt zich door de kracht heen en klopt op de deur) (van binnenuit) Binnen! Balthasar: Nou, daar gaat-ie dan. (ze duwen de deur open en stappen binnen, verwelkomd door licht en muziek) nr. 10: Mooi liedje Zo klein Zo mooi Zo lief Zo zacht Zo stil Zo teer Zo jong Zo pril (2x) Wij zijn blij dat je er bent Zo koninklijk en stil Rep en Roer Musicals 27

28 Welkom. Ga zitten. Neem thee, koffie. Jozef, maak jij even beschuit met muisjes voor de gasten. Balthasar: Dat is m dus. Herder 1: O, dat is m dus. Herder 2: Wat is-ie leuk. Snurker: Ik vind baby s altijd zóóó lelijk. Herder 3: (geeft hem een klap voor zijn kop) Sssst. Snurker: Sorry. Melchior: Hij is leuk, zeg. U mag er trots op zijn. Dat zijn we ook, hè. Jozef. Volg die Ster 28 Tekstboek

29 SCÈNE 8: OP HET NIPPERTJE Balthasar, Melchoir, Caspar, Angel, Heaven, herders, snurker, Jozef, Maria, Koning, dienaren, soldaten, omroeper (bij en in de stal) (er wordt aan de deur geklopt) Open de deur. In naam der koning. Want dat ben ik. Melchior: Wie is dat? Caspar: Caspar: (kijkt door een kiertje) Het is een Romein. In naam der koning. Open de deur. Hij heeft een kroontje op zijn hoofd. Snurker: Rare jongens, die Romeinen. Caspar: (door de gesloten deur) Wat komt u doen? In naam der koning, open de deur! Eh, niet om het een of ander, maar het is de koning. Allemaal: HET IS DE KONING?! Herder 1: Doen we open? In naam der koning, open de deur! Luister u wel? Herder 2: We moeten wel opendoen. (na enige aarzeling doen ze de deur open. De koning stapt binnen met de minister en alle dienaren en soldaten) Welkom. Wilt u beschuit met muisjes? Minister: Beschuit met muisjes? Rep en Roer Musicals 29

30 In naam der koning, want dat ben ik: is er hier een níeuwe koning? Balthasar: Eh, nee, geen nieuwe koning gezien. Jullie misschien? Allemaal: Neuh, niet gezien (e.d.) Soldaat 1: U trilt. U bibbert. Soldaat 2: U zweet. U wordt rood. Soldaat 1: Dat kan maar één ding betekenen: u liegt! Soldaat 2: Waar is de nieuwe koning?! Allemaal: Eh eh Herder 1: Hier. U bedoelt hem? Snurker: Huh? Herder 1: U bedoelt natuurlijk ons rare broertje. Herder 2: Hij is niet helemaal gezond. Herder 3: In zijn hoofd. Snapt u? Hij roept altijd gekke dingen. Herder 1: Roep es wat geks. Snurker: Bleuh - broeoeoe - blaaa! Herder 2: Ziet u wel. Herder 3: En soms denkt-ie, ja, u zult het niet geloven, maar soms Herder 1: Soms denkt hij Herders: dat hij de nieuwe Koning is! Hahahaha! Allemaal: (iedereen lacht behalve de koning en zijn gevolg) Hahahaha! Volg die Ster 30 Tekstboek

31 Ik kan er niet om lachen. Is er hier een nieuwe koning geboren? Minister: Onze koning denkt dat er een echte nieuwe koning is geboren. Een echte. Een baby. Zoals deze hier. Maar dat kan toch helemaal niet?! Waarom kan dat niet? Hij heeft geen kroontje op zijn hoofd. U wel. U bent geboren met een kroontje op uw hoofd. Werkelijk? Ja natuurlijk. U bent een echte koning. Snurker: Dit is gewoon een lelijke baby. (krijgt een klap van herder 3) eh mooie baby Nee, natuurlijk kan dat niet! Hij heeft inderdaad geen kroontje. Een echte koning heeft een kroontje. Precies op zijn hoofd. Precies hier (wijst hoofd aan). (blij) Precies. En deze baby heeft geen kroontje. En is dus geen koning! Allemaal: Juist! Minister: Precies juist. Dat is een hele opluchting. Rep en Roer Musicals 31

32 Minister: Dat is zeker een hele opluchting! Het is gelukkig een hele gewone baby. Minister: Juist. Kom, geef die baby iets te drinken. Minister: Eh Kom op. Melk. Geef die baby melk. Minister: (pakt een flesje melk) Goed, ik zal Ho, wat voor melk is dat? Is het koeienmelk of geitenmelk of schapenmelk? Ik wil het pre-cies weten! Minister: Nee hè Is het een kwart liter? Of een halve liter? Of een hele liter? Minister: Nee hè Hoe laat heeft-ie voor het laatst gedronken? Eh, een uur of acht. Uur of acht? Vijf vóór acht? Vijf over acht? Acht uur precies? Ik wil het weten. Ik wil het precies weten! (lief tegen de baby in de kribbe) Rustig maar, ik zoek het allemaal voor je uit. (streng tegen de minister) Vooruit. Zoek uit. Precies! Minister: Goed koning, ik zoek het precies uit (diepe zucht). Precies! (gaat de baby strelen in de kribbe) (de anderen glimlachen naar elkaar om de koning en iedereen zingt het slotlied) Volg die Ster 32 Tekstboek

33 nr. 11: Wondermooie nacht De sneeuw valt op de daken in deze winternacht Ik kom je hier begroeten k Heb zo lang op je gewacht En wat is het wonderlijk t Is hier niet koud of fris Hoe komt het dat het in de stal zo heerlijk warm is? t Komt niet door de herders met hun dikke jassen aan t Komt niet door de wijzen die daar o zo plechtig staan t Komt niet door de engelen die waken in de nacht Het komt door de dieren door hun adem en hun vacht We staan zij aan zij en vacht aan vacht samen vieren wij hier deze wondermooie nacht Kom maar heel dicht bij me staan samen kunnen wij de winter aan De os staat te genieten van wat hij zoal vindt De ezel kan niet slapen kijkt alleen maar naar het kind De schapen zijn zo vrolijk met z n allen bij elkaar Rep en Roer Musicals 33

34 en willen dit vieren jaar na jaar na jaar We staan zij aan zij en vacht aan vacht samen vieren wij hier deze wondermooie nacht Kom maar heel dicht bij me staan samen kunnen wij de winter aan (3x) Volg die Ster 34 Tekstboek

35 SCÈNE 9: DE OPTOCHT alle spelers nr. 12: optochtmuziek (De spelers gaan in optocht door de zaal om de baby te laten zien en komen daarna weer terug op het podium) Rep en Roer Musicals 35

36 nr. 13: Ik wens je een vrolijk kerstfeest Ik wens je een vrolijk kerstfeest (3x) en een gelukkig nieuw jaar Het was een mooi jaar t Was leuk met elkaar Ik wens je een vrolijk kerstfeest en een gelukkig nieuw jaar Ik wens je een vrolijk kerstfeest (3x) en een gelukkig nieuw jaar (Instrumentaal) het klinkt wel wat zwaar maar het is echt waar: Ik wens je een vrolijk kerstfeest en een gelukkig nieuw jaar Ik wens je een vrolijk kerstfeest Ik wens je een vrolijk kerstfeest Ik wens je een vrolijk kerstfeest en een gelukkig nieuw jaar (Instrumentaal) We zijn bijna klaar het is voor mekaar Ik wens je een vrolijk kerstfeest en een gelukkig nieuw jaar Ik wens je een vrolijk kerstfeest (3x) en een gelukkig nieuw jaar (3x) Volg die Ster 36 Tekstboek

37 - EINDE - Rep en Roer Musicals 37

38

39 Rep en Roer Musicals Thuis liedjes oefenen? Kijk op: De liedjes zijn ook te beluisteren op Spotify en verkrijgbaar op Itunes Rep en Roer Musicals, Valkstraat 1, 3514 TG Utrecht, Nederland