fxįj\ i.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "fxįj\ i."

Transcriptie

1 Raadhuisplein AP Emmen t f Postbus RA Emmen e. gemeente@emmen.nl fxįj\ i. Wh Gemeente Ēmmen Aan de raad van de gemeente Emmen Afdeling Directiestaf team Staf ons kenmerk uw kenmerk bijlage behandeld door BSN 13.OU datum 23 januari 2013 telefoon fax (0591) gemeente@emmen.nl onderwerp Vragen ex. art. 38 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad Geachte leden van de raad, Overeenkomstig het bepaalde in artikel 38, lid 2 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad, treft u bijgevoegd een aantal schriftelijke vragen aan, ingediend door de raadsfractie. De vragen hebben betrekking vervolgvragen Wettelijke basis Wmo hulp in het huishouden/huishoudelijke verzorging/schoonmaakondersteuning als algemene voorziening. Van de schriftelijke beantwoording wordt u te zijner tijd in kennis gesteld. Hoogachtend, burgemeester en wethouders van Emmen namens dezen, De assistesit-beftjcentesecretaris. eentesecretaris. A. Maat - Bouwers

2 * * DRENTSE OUDEREN P^RTŅT 201 Aan Kopie: Betreft Onderwerp College van B&W Emmen, Postbus 30001, 7800 RA Emmen Vragen op grond van artikel 38 reglement van orde der gemeenteraad Wettelijke basis Wmo hulp in het huishouden 1 huishoudelijke verzorging 1 schoonmaakondersteuning als algemene voorziening Bijlage LJN: BG6612, Centrale Raad van Beroep, 08/3206 WMO Datum 20 januari 2013 Van A.W.J. (Ton) Schoo, Sportweg 7, 7885 AD Nieuw-Dordrecht Mail: tschoo(«),home.nl Geacht college, Hierbij willen wij vervolgvragen stellen op uw antwoord van 13 december 2012 op onze schriftelijke vragen van 13 november Op antwoord op onze vraag 1, "kan het college aangeven op welke wetsartikelen uít de Wmo en eventuele jurisprudentie zij zich baseert dat van huishoudelijke hulp en algemene voorziening kan worden gemaakt? Graag een volledige opsomming,", verwijst u naar een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 10 december Wij hebben deze uitspraak opgezocht en bestudeerd. De uitspraak is als bijlage bij deze brief toegevoegd. Een aantal belangrijke passages zijn onderstreept. Wij merken op dat u bij de beantwoording erg selectief heeft gewinkeld in de uitspraak. Zo laat u bijvoorbeeld de onderstreepte zin weg bij de volgende passage in uw antwoord. Ook voegt u de passage tussen haakjes (maatwerk) toe aan uw antwoord, terwijl dit niet in de uitspraak staat. Wel heeft hij daarin aanknopingspunten gevonden voor het oordeel dat een dergelijk besluit in het individuele geval maatwerk dient te zijn. "Of zoals de Centrale Raad zegt: "Onder omstandigheden kan dit (maatwerk) leiden tot het oordeel dat algemene keuzen die de gemeenteraad en het College bij de uìh'oering van de artikelen 3, 4, 5 en 6 van de Wmo hebben gemaakt in het concrete, individuele geval niet kunnen worden toegepast wegens strijd met de in artikel 4 van de Wmo bedoelde compensatieplicht." Vraag 1; Kunt u aangeven waarom u in uw antwoord de voorafgaande zin, onderstreepte passage, uit de uitspraak van de CRvB heeft weggelaten? Vraag 2: Kunt u aangeven waarom u in uw antwoord de passage (maatwerk) tussen haakjes toevoegt bij een citaat van de CRvB, terwijl deze niet in de uitspraak staat? 1

3 Bij het verder bestuderen van de uitspraak blijkt dat bij onderdeel gesproken wordt over "algemene keuzen" van de gemeenteraad en college. Nergens vinden wij in de uitspraak terug dat de algemene keuzen gelijk staan aan algemene voorzieningen. In uw antwoord geeft u aan dat het bij ieder besluit moet gaan om maatwerk, waarbij uit wordt gegaan van de persoonskenmerken n behoeften van de aanvrager. U geeň aan dat dit beperkingen oplegt aan de mogelijkheid algemene maatregelen (lees voorziening) te treffen, zoals het hanteren van primaten. Vraag 3: Kunt u een onderbouwing geven op basis van welke punten in de uitspraak van de CRvB u tot de conclusie komt dat uw uitleg dat algemene maatregelen, gelezen moet worden als algemene voorzieningen? Indien wij de uitspraak verder bestuderen dan blijkt later nogmaals duidelijk dat de algemene keuze waar de CrVB het over heeft gezien moet worden als een individuele voorziening binnen de Wmo. Bij de uitleg bij tot en met en de uiteindelijke uitspraak 4.4 blijkt duidelijk dat de CRvB vindt dat er bij de algemene keuze van het college de cliënt wel de keuzemogelijkheid voor een PGB moet worden geboden. Waarom? Omdat het bij de compensatieplicht van artikel 4 altijd om individuele voorziening gaat. Vraag 4: Heeft u de volledige uitspraak van de CRvB als basis genomen voor de beleidswijziging van de algemene voorziening schoonmaakondersteuning en de juridische onderbouwing hiervan? Zo ja, hoe moeten wij dit zien gelet op de onderdelen tot en met en 4.4 van de uitspraak? Zo nee, wat was hiervan de reden? Vraag 5: Met hoeveel mensen op het gemeentehuis zijn betrokken geweest bij de juridische onderbouwing van het beleid van de algemene voorziening schoonmaakondersteuning? Graag zien wij de beantwoording van onze vragen zo spoedig mogelijk schriftelijk tegemoet. Met vriendelijke groet, Ton Schoo fractievoorzitter Drentse Ouderen Partij 2

4 Bijlage: LJN: BG6612, Centrale Raad van Beroep, 08/3206 WMO Print uitspraak Datum uitspraak: Datum publicatie: Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Hoger beroep īnhoudsindicatie: De rechter dient de keuze(n) die de gemeenteraad en het College hebben gemaakt bij de wijze waarop invulling wordt gegeven aan de compensatieplicht in beginsel te respecteren, Geen terughoudende beoordeling van een ter uitvoering van artikel 4 van de Wmo genomen besluit, Tot de specifieke - in het kader van artikel 4 van de Wmo in aanmerking te nemen - behoefte van appellante behoort dat de douchestoel geschikt moet zijn om haar, indien zij daarin gezeten is, door derden te kunnen laten wassen. Daarbij zijn haar persoonskenmerken van belang. Naar de bedoeling van de wetgever zal niet licht van "overwegende bezwaren" als bedoeld in art. 6 WMO van algemene aard sprake kunnen zijn. De door het College genoemde bezwaren zijn onvoldoende specifiek en niet concreet en verifieerbaar onderbouwd. Artikel 1.3 van het Besluit is onverbindend wegens strijd met artikel 6 van de Wmo en dient daarom buiten toepassing te worden gelaten. De Raad treft een voorlopige voorziening. Vindplaats(en): JB 2009,47 NJB 2009, 354 Rechtspraak.nl RSV 2009,24 m. nt. mr, C.W.C.A. Bruggeman RZA2009,19 USZ 2009, 14 m. nt. Red. Uitspraak 08/3206 WMO Centrale Raad van Beroep Meervoudige kamer UITSPRAAK op het hoger beroep van [Naam appellante], wettelijk vertegenwoordigd door [naam wettelijk vertegenwoordiger] en [naam wettelijk vertegenwoordigster], wonende te [woonplaats], (hierna: appellante) tegen de uitspraak van de rechtbank Dordrecht van 25 april 2008, 07/871 (hierna: aangevallen uitspraak) 3

5 in het geding tussen appellante en het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Gorinchem (hierna: College) Datum uitspraak: 10 december 2008 I. PROCESVERLOOP Namens appellante heeft mr. P.D. Koren, werkzaam bij Achmea rechtsbijstand, hoger beroep ingesteld. Het College heeft een verweerschrift ingediend. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 8 oktober Voor appellante is haar wettelijk vertegenwoordigster [naam wettelijk vertegenwoordigster] verschenen, bijgestaan door mr. M.H. ten Have, werkzaam bij Achmea rechtsbijstand, Het College heeft zich laten vertegenwoordigen door M.II.E. Cats-Kwant, werkzaam bij de gemeente Gorinchem en mr. S.M, Conijnenberg, advocaat in dienst van de gemeente Gorinchem. II. OVERWEGINGEN 1.1. Appellante ([E.]), geboren [in] 2003, is ernstig meeivoudig gehandicapt. Vóórhaar verzorging is zij volledig aftiankelijk van anderen. Zij wordt verzorgd door haar pleegouders en, op basis van een persoonsgebonden budget in het kader van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, door externe zorgverleners Op 17 maart 2007 is namens appellante bij het College een elektrisch in hoogte verstelbare douchestoel aangevraagd ter vervanging van een oude douchestoel, omdat deze voor haar te ldein is geworden Naar aanleiding van de aanvraag heeft de gemeentelijke zorgadviseur J. Seek een huisbezoek afgelegd en dossierstudie verricht. De bevindingen zijn neergelegd in een op 14 juni 2007 gedateerd "indicatierapport Wmo". Daarin is geconcludeerd dat er een indicatie is voor een grotere, stevige douchestoel. Geadviseerd wordt om de gevraagde voorziening af te wijzen, omdat de aangevraagde hoog-laagverstelling niet strekt tot vergroting of behoud van de zelfstandigheid van appellante. Voor appellante is een douchestoel van het merk Huka, type Duklci, (hierna; Huka Dukki) adequaat bevonden. Deze stoel ondersteunt appellante goed en heeft een stevig en stabiel onderstel dat de vele bewegingen van appellante kan opvangen. De stoel is (vóór gebruik) op drie hoogtes in te stellen tot een maximum van 60 cm. Voor zover de aangevraagde elektrische hoog-laagafstelling nodig zou zijn om te kunnen voldoen aan de voor de zorgverleners geldende arbo-eisen, dan wel om tijdens het douchen therapeutische handelingen te kunnen uitvoeren, kan daarmee in het kader van de compensatieplicht als bedoeld in artikel 4 van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) geen rekening worden gehouden. 4

6 1.4. Appellante heeft bij brief van 19 juni 2007 bezwaar gemaakt tegen het uitblijven van een tijdige beslissing op de aanvraag. In dat kader is erop gewezen dat [E,] bij zorghandelingen een foetushouding aanneemt en dat er veel kracht nodig is om haar ledematen 'open' te krijgen om haar goed te kunnen wassen. Zij kan ook enorm 'bokken', waarbij haar hele lijfje krachtig heen en weer schudt. [E.] is afhankelijk van meerdere zorgverleners van verschillende lichaamslengte, De suggestie van indicatieadviseur Seek om de zorgverlener op een krukje te laten zitten om de rug te ontzien is niet werkbaar. Het lukt niet om de vele handelingen, zittend op een krukje, te verrichten. Tevens is verzocht om ingeval van weigering van de gevraagde voorziening in natura een persoonsgebonden budget (hierna: pgb) toe te kennen, waarmee zij zelf een douchestoel kan aanschaffen. Het prijsverschil tussen een duurdere elektrisch hoog-laag verstelbare douchestoel en een niet elektrisch verstelbaar exemplaar zal zij dan zelf bijbetalen Bij rapport van 9 juli 2007 heeft de bij de gemeente Gorinchem werkzame rapporteur L.W. Leendertse geadviseerd dat appellante op basis van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Gorinchem 2007 (hierna: Verordening) in aanmerking komt voor een douchestoel in de goedkoopste adequate uitvoering. In het geval van appellante is dat een stoel met een vaste zithoogte. Voorgesteld wordt om haar in bruikleen een stoel van het type Huka Dukki te verstrekken Bij besluit van 10 juli 2007 heeft het College besloten om appellante op grond van het bepaalde bij en krachtens de Wmo een stoel van het type Huka Dukki in bruikleen te verstrekken. Het verzoek om toekenning van een pgb is op grond van het Besluit Maatschappelijke ondersteuning gemeente Gorinchem 2007 (hierna: Besluit) afgewezen. Roerende woonvoorzieningen worden op grond van dit Besluit uitsluitend in natura verstrekt Bij besluit van 23 juli 2007 heeft het College het bezwaar van appellante tegen het niet tijdig nemen van een besluit gegrond verklaard en het bezwaar tegen het besluit van 10 juli 2007 ongegrond verklaard. De ongegrondverklaring van het bezwaar berust op het standpunt dat het in bruikleen verstrekken van een douchestoel van het type Huka Dukki de minst kostbare voorziening is, waarmee de beperkingen van appellante gecompenseerd worden. Het elektrisch verstelbaar zijn van een douchestoel vermindert deze beperkingen niet en heft deze evenmin op. Met arbo-technische en therapeutische aspecten hoeft het College in het kader van de in artikel 4 van de Wmo bedoelde compensatieplicht geen rekening te houden. Op grond van artikel 1.3 van het Besluit worden roerende woonvoorzieningen uitsluitend in natura verstrekt. 2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep van appellante tegen het besluit van 23 juli 2007, voor zover dat betrekking heeft op de ongegrondverklaring van het bezwaar tegen het besluit van 10 juli 2007, ongegrond verklaard. De rechtbank heeft geoordeeld dat het College met het toekennen van een douchestoel van het type Huka Dukki in voldoende mate heeft voldaan aan de op hem rustende compensatieplicht. Het gaat daarbij om een stevige douchestoel met een gebruikelijke hoogte, zoals die ook in professionele instellingen wordt gebruikt. Deze douchestoel is ook in hoogte verstelbaar. De elektrische, tot één meter verstelbare stoel die appellante wenst, ziet niet op het vergroten of behouden van de zelfstandigheid van appellante, maar veeleer op het opheffen of beperken van problemen, in arbo-technische zin, van de zorgverleners. Met arbo-eisen en met het (lang aaneengesloten) uitvoeren van therapeutische handelingen behoeft het College naar het oordeel van de rechtbank in het kader van de in artikel 4 van de Wmo bedoelde compensatieplicht geen rekening te houden, De rechtbank heeft verder geoordeeld dat de weigering van een pgb in 5

7 overeenstemming is met het op artikel 3 van de Verordening berustende artikel 1.3 van het Besluit. De rechtbank is tot de conclusie gekomen dat het College in redelijkheid heeft kunnen volstaan met het verstrekken van een douchestoel van het type Huka Dukki Appellante heeft zich in hoger beroep tegen deze uitspraak gekeerd. Aangevoerd is dat een douchestoel van het type Huka Duldci in het geval van appellante niet adequaat is. [E.] is ernstig meervoudig gehandicapt; zij begrijpt geen gesproken taal en praat zelf niet. Zij is spastisch en laïmpt ineen tot een foetushouding bij verzorgingshandelingen. Zij moet dan gemasseerd worden om haar ledematen te kunnen openen, zodat zij gewassen kan worden. Dit zou wellicht als een therapeutische handeling gezien kunnen worden, maar deze heeft geen therapeutisch, maar een op het wassen (een vorm van persoonlijke verzorging) gericht doel. Ondanks haar leeftijd is zij fysiek sterk. Voor de noodzakelijke verzorgings- handelingen is veel geduld en tijd nodig. Een douchebeurt duurt vele malen langer dan bij een gezond kind. Het aantal douchebeurten kan zeker niet beperkt worden, omdat [E.] veel spuugt, waarbij het eten tot in haar haren terechtkomt. Zij zou eigenlijk vaker gedoucht moeten worden. De aangeboden douchestoel kan niet in de hoogte versteld worden als [E.] erin zit en dan ook nog maar tot een hoogte van 60 cm, De aangevraagde stoel kan tot een hoogte van 1 m versteld worden. De hoogte van een stoel van het type Huka Dukki is niet geschikt voor alle zorgverleners, omdat deze allemaal een andere lichaamslengte hebben waardoor zij zijn aangewezen op een andere werkhoogte. Dat leidt tot een reëel arbo-probleem. Appellante is wettelijk verplicht de arbo-eisen in acht te nemen. Zittend werken vanaf een krukje is geen werkbaar alternatief, gezien de bewegingen die [E.] maakt. Appellante handhaaft haar grief dat haar ten onrechte de keuzemogelijkheid voor een persoonsgebonden budget wordt onthouden. 3.2, Het College persisteert bij zijn eerder ingenomen standpunt, 4. De Raad komt tot de volgende beoordeling. Wet- en regelgeving 4.1.1, Van toepassing zijn de volgende bepalingen van de Wmo. Artikel 1 1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: (...) g. maatschappelijke ondersteuning: (..,) 4 0. het ondersteunen van mantelzorgers daar onder begrepen steun bij het vinden van adequate oplossingen indien zij hun taken tijdelijk niet kunnen waarnemen, alsmede het ondersteunen van vrijwilligers; 5 0. het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem; 6 0, het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en aan mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behouden en het bevorderen van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijke verkeer; (..,). Artikel 3 1. De gemeenteraad stelt een of meer plannen vast, die richting geven aan de door de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders te nemen beslissingen 6

8 betreffende maatschappelijke ondersteuning. (...) 3. Het plan bevat de hoofdzaken van het door de gemeente te voeren beleid betreffende maatschappelij ke ondersteuning. (...) Artikel 4 1. Ter compensatie van de beperkingen die een persoon als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g, onderdeel 4 0, 5 0 en 6 C, ondervindt in zijn zelfredzaamheid en zijn maatschappelijke participatie, treft het college van burgemeester en wethouders voorzieningen op het gebied van maatschappelijke ondersteuning die hem in staat stellen: a. een huishouden te voeren; b, zich te verplaatsen in en om de woning; c. zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel; d, medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aan te gaan. 2. Bij het bepalen van de voorzieningen houdt het college van burgemeester en wethouders rekening met de persoonskenmerken en behoeften van de aanvrager van de voorzieningen, alsmede met de capaciteit van de aanvrager om uit een oogpunt van kosten zelf in maatregelen te voorzien. Artikel 5 1. De gemeenteraad stelt met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens deze wet bij verordening regels vast over de door het college van burgemeester en wethouders te verlenen individuele voorzieningen en de voorwaarden waaronder personen die aanspraak hebben op dergelijke voorzieningen recht hebben op het ontvangen van die voorziening in natura, het ontvangen van een financiële tegemoetkoming of een persoonsgebonden budget. 2. De verordening, bedoeld in het eerste lid, bevat ten minste de bepaling: a. op welke wijze de toegang tot het aanvragen van individuele voorzieningen in samenhang met voorzieningen op het gebied van wonen en zorg als bedoeld in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten is geregeld; b. op welke wijze de verkrijging van individuele voorzieningen samenhangend afgestemd op de situatie van de aanvrager worden bepaald. Artikel 6 Het college van burgemeester en wethouders biedt personen die aanspraak hebben op een individuele voorziening de keuze tussen het ontvangen van een voorziening in natura of het ontvangen van een hiermee vergelijkbaar persoonsgebonden budget, tenzij hiertegen overwegende bezwaren bestaan Aan artikel 5, eerste lid, van de Wmo is in de gemeente Gorinchem uitvoering gegeven door vaststelling van de Verordening. Deze luidt, voor zover hier van belang, als volgt: "Artikel 2 1. Een voorziening kan slechts worden toegekend voorzover: a. deze langdurig noodzakelijk is om de beperkingen op het gebied van het voeren van het huishouden, het verplaatsen in en om de woning, het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel en bij het ontmoeten van medemensen en op basis daarvan sociale verbanden aangaan op te heffen ofte verminderen; b. deze, naar objectieve maatstaven gemeten, als de goedkoopst adequate voorziening kan worden aangemerkt; 7

9 c. deze in overwegende mate op het individu is gericht. ( ) Artikel 3 Een individuele voorziening kan verstrekt worden in natura, als financiële tegemoetkoming en als persoonsgebonden budget, Het college stelt vast in welke situaties de bij wet verplichte keuze tussen een voorziening in natura en een persoonsgebonden budget niet wordt geboden aan de hand van de in het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Gorinchem neergelegde criteria. (...) Artikel De door het college, ter compensatie van beperkingen bij het voeren van een huishouden, te verstrekken woonvoorziening kan bestaan uit: C) b, een woonvoorziening in natura; c, een persoonsgebonden budget te besteden aan een woonvoorziening; (...) 2, Het college kan in het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Gorinchem nadere regels stellen over de vormen van woonvoorzieningen. (...) Artikel 15 1.De in artikel 13 onder b, c (.,.) genoemde voorzieningen kunnen bestaan uit: ( c. een niet bouwkundige of niet woontechnische woonvoorziening. (-r Ter uitvoering van de Verordening heeft het College het Besluit vastgesteld. Dit Besluit luidt, voor zover hier van belang als volgt: "Artikel 1.3 Uitsluitend in natura worden verstrekt: a. roerende woonvoorzieningen, zoals mobiele tilliften, douchebrancards etc. (...) Artikel 1.9 a. Als een hulpmiddel binnen de gestelde periode waarvoor het pgb is verstrekt niet langer wordt gebruikt dient dit direct aan de gemeente te worden gemeld. Het bedrag van het pgb moet vervolgens naar rato worden terugbetaald, dan wel het hulpmiddel zal in eigendom aan de gemeente dienen te worden overgedragen. Hiervoor wordt vergoeding verstrekt. (...)" Compensatieplicht 4,2.1. In dit geding staat primair ter beoordeling of het College met de toekenning van een douchestoel van het type Huka Dukki de beperkingen die [E.] ondervindt in haar zelfredzaamheid bij het voeren van een huishouding, rekening houdend met haar persoonskenmerken en behoeften, heeft gecompenseerd als bedoeld in artikel 4 van de Wmo. 8

10 Artikel 4 van de Wmo verplicht het College aan de in dat artikel genoemde personen voorzieningen te bieden ter compensatie van hun beperkingen op het gebied van zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie teneinde hen in staat te stellen een huishouden te voeren, zich te verplaatsen in en om de woning, zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel en medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aan te gaan. Dit artikel brengt mee dat de zelfredzaamheid en de maatschappelijke participatie van deze personen de doeleinden zijn waarop de compensatieplicht van het College gericht moet zijn. Het is - gelet op de artikelen 3 en 5 van de Wmo - in beginsel aan de gemeenteraad en - gelet op artikel 4 van de Wmo - aan het College om te bepalen op welke wijze invulling wordt gegeven aan de in artikel 4 van de Wmo bedoelde compensatieplicht, De rechter dient de keuze(n) die de gemeenteraad en het College daarbij hebben gemaakt in beginsel te respecteren, onverminderd de rechtsplicht van het College om in elk concreet geval een voorziening te treffen die zich kwalificeert als compensatie van beperkingen op het gebied van zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie, Artikel 4 van de Wmo legt het College, wat dat aangaat, de plicht op om een resultaat te bereiken dat als compensatie mag gelden. De Raad heeft noch in de wet, noch in de wetsgeschiedenis aanknopingspunten gevonden voor een terughoudende beoordeling van een ter uitvoering van artikel 4 van de Wmo genomen besluit, Wel heeft hij daarin aanknopingspunten gevonden voor het oordeel dat een dergelijk besluit in het individuele geval maatwerk dient te zijn, Onder omstandigheden kan dit leiden tot het oordeel dat algemene keuzen die de gemeenteraad en het College bij de uitvoering van de artikelen 3. 4, 5 en 6 van de Wmo hebben gemaakt in het concrete, individuele geval niet kunnen worden toegepast wegens strijd met de in artikel 4 van de Wmo bedoelde compensatieplicht, De Raad vindt hiervoor steun in de parlementaire geschiedenis, meer in het bijzonder in het verslag van het wetgevingsoverleg (Tweede Kamer , , nr. 98, p. 58 en 61), de brief van de staatssecretaris van 30 oktober 2006 (Tweede Kamer , , nr. 122, p, 6), de memorie van antwoord (Eerste Kamer , 30131, C, p. 7, 9,10 en 57), de nadere memorie van antwoord (Eerste Kamer , , E, p. 19 en 25) en de Handelingen (Eerste Kamer 27 juni 2006, p ) Uit hetgeen is overwogen onder vloeit voort dat de rechtbank het besluit op bezwaar van 23 juli 2007 ten onrechte marginaal heeft getoetst door te concluderen dat het College in redelijkheid heeft kunnen volstaan met het verstrekken van een douchestoel van het type Huka Dukki. De aangevallen uitspraak komt reeds hierom voor vernietiging in aanmerking Uit artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) vloeit voort dat het College, zijnde het bestuursorgaan dat met de uitvoering van artikel 4 van de Wmo is belast, ervoor zorg dient te dragen dat een zorgvuldig onderzoek wordt ingesteld naar de voor die uitvoering relevante feiten en omstandigheden. Bij de beoordeling van een aanvraag om een voorziening te verstrekken, als bedoeld in artikel 4 van de Wmo, brengt dit mee dat het de taak van het College is om de beperkingen van de aanvrager in zijn zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie, voor zover het de in dat artikel genoemde gebieden betreft, zijn persoonskenmerken en zijn behoeften, alsmede zijn capaciteit om uit een oogpunt van kosten zelf in maatregelen te voorzien te inventariseren, Daarbij is het, gelet op artikel 4:2, tweede lid, van de Awb aan de aanvrager om het College de gegevens en bescheiden te verschaffen die voor de beslissing op de aanvraag nodig zijn en waarover hij redelijkerwijs de beschikking kan krijgen De Raad is van oordeel dat onder zelfredzaamheid bij het voeren van een huishouden, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wmo mede moet worden 9

11 begrepen het adequaat kunnen voorzien in lichaamsreiniging. In het geval van appellante staat vast dat zij voor het douchen/wassen volledig op de hulp van anderen is aangewezen, Tevens staat vast dat het daarvoor nodig is dat zij over een douchestoel beschikt. De Raad is van oordeel dat het tot de specifieke - in het kader van artikel 4 van de Wmo in aamnerking te nemen - behoefte van appellante behoort dat de douchestoel geschikt moet zijn om haar, indien zij daarin gezeten is, door derden te kunnen laten wassen. Daarbij zijn haar persoonskenmerken van belang. Voor zover massage noodzakelijk is om [E,] te kunnen wassen, behoort dit tot de - in het kader van artikel 4 van de Wmo - in aanmerking te nemen behoeften van [E.] op het gebied van de zelfredzaamheid, 4.2,6. Daargelaten de specifiek arbo-technische aspecten van de zorgverlening door derden - die vanwege appellante overigens niet nader zijn aangeduid - had het op de weg van het College gelegen om in de concrete situatie onderzoek te doen naar en zich een oordeel te vormen over de vraag of van haar zorgverleners, mede gelet op de noodzakelijke frequentie van de douchebeurten, de daarmee gemoeide tijdsduur en de daarbij te verrichten zorghandelingen, redelijkerwijs gevergd kan worden dat zij [E.] in de stoel van het type Huka Dukki zorg bieden, in aanmerking genomen de daarbij optredende rugbelasting, Nu het College niet heeft onderzocht hoe vaak appellante gewassen moet worden, hoe lang een douchebeurt duurt, in welke houding en op welke wijze de met de wasbeurt gemoeide handelingen moeten worden verricht en wat daarbij de belasting is voor de zorgverleners, concludeert de Raad dat het College onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de relevante feiten en omstandigheden, zodat het besluit wegens strijd met artikel 3:2 van de Awb voor vernietiging in aanmerking komt. Nu de rechtbank dit niet heeft onderkend, dient de aangevallen uitspraak ook om deze reden te worden vernietigd. Het College zal dit onderzoek alsnog moeten (laten) verrichten, waarbij de Raad het, mede gelet op de specifieke gedragsproblemen tijdens het douchen, raadzaam acht de situatie tijdens een douchebeurt ter plekke door een arts of ergotherapeut te laten beoordelen. Weigering pgb Voor zover uit het door of vanwege het College in te stellen onderzoek zou blijken dat een douchestoel van het type Huka Dukki wel voldoende compensatie, als bedoeld in artikel 4 van de Wmo, zou bieden, komt de, partijen ook verdeeld houdende, vraag aan de orde of de weigering van een pgb op een voldoende grondslag berust. De Raad zal daarom in dit geding ook hierover een oordeel geven , In artikel 6 van de Wmo is de keuzevrijheid neergelegd van degenen die zijn aangewezen op een individuele voorziening, Het College moet personen die aanspraak hebben op een dergelijke voorziening de keuze bieden tussen het ontvangen van een voorziening in natura of het ontvangen van een hiermee vergelijkbaar persoonsgebonden budget, tenzij hiertegen overwegende bezwaren bestaan. Uit de parlementaire geschiedenis blijkt dat bij de uitzondering "overwegende bezwaren" aanvankelijk alleen gedacht is aan persoonsgebonden bezwaren, zoals de verstrekking van een pgb aan een persoon die daarmee niet om zou kunnen gaan, bijvoorbeeld een drugsverslaafde (Tweede Kamer , nr. 100 en T.K , nr. 97 p. 2). Uit de verdere behandeling van het wetsvoorstel blijkt dat de overwegende bezwaren ook algemeen van aard kunnen zijn en kunnen berusten op doelmatigheidsoverwegingen, Daaronder kan worden begrepen de overweging dat een veelvuldig beroep op persoonsgebonden budgetten het instandhouden van een systeem van collectief vervoer kan ondergraven (Handelingen Eerste Kamer p ). Daarbij heeft te gelden dat een gemeente niet al te lichtvaardig mag besluiten om de keuzevrijheid te beperken 10

12 (Eerste Kamer , , E, p. 4) en dat de overwegende bezwaren niet te ver opgerekt mogen worden, Zo is het per se niet zo dat bijvoorbeeld een inkoopvoordeel, dat mogelijkerwijs niet behaald wordt omdat een bepaald percentage mensen kiest voor een pgb, als een overwegend bezwaar kan worden aangemerkt (Handelingen EK p ) De Raad leidt hieruit af, dat er naar de bedoeling van de wetgever niet licht van "overwegende bezwaren" van algemene aard sprake zal kunnen zijn, De bezwaren moeten zodanig ernstig zijn, dat het voortbestaan van het in geding zijnde systeem van individuele voorzieningen gevaar loopt, Een beperking van de keuzevrijheid zal dan ook, concreet en verifieerbaar onderbouwd met feitelijke gegevens over de risico's voor het voortbestaan van het systeem, gemotiveerd moeten worden, Het op artikel 3 van de Verordening gebaseerde artikel 1.3 van het Besluit bepaalt dat alle roerende woonvoorzieningen uitsluitend in natura worden verstrekt. In de toelichting op dit artikel staat het volgende vermeld: "Er zijn een aantal roerende (woon) voorzieningen waarvoor geen pgb wordt verstrekt omdat het kleinere (en dure) en eventueel herinzetbare voorzieningen betreft, De gebruiksduur is vaak ook beperkt(er)." Ter zitting is door de gemachtigde van het College naar voren gebracht dat met name het hergebruik bij voortijdige beëindiging in relatie met de kosten van de voorziening tot de beperking van de keuzevrijheid heeft geleid , De Raad vindt, in het licht van het in en 4,3.3 geschetste beoordelingskader, noch in de toelichting op artikel 1.3 van het Besluit noch in hetgeen ter zitting van de zijde van het College te berde is gebracht, een deugdelijke onderbouwing voor het standpunt dat sprake is van overwegende bezwaren, als bedoeld in artikel 6 van de Wmo, die in de weg kunnen staan aan het bieden van een keuze tussen een individuele voorziening in natura of een pgb, De categorale uitsluiting van de keuzevrijheid bij roerende woonvoorzieningen, zoals geregeld in artikel 1,3, aanhef en onder a, van het Besluit, verdraagt zich, gelet hierop, niet met artikel 6 van de Wmo. Blijkens de toelichting op artikel 1.3 van het Besluit zouden de daar genoemde bezwaren slechts op kunnen gaan voor een aantal roerende (woon)voorzieningen en zeker niet voor alle roerende (woonvoorzieningen, De genoemde bezwaren zijn bovendien onvoldoende specifiek en niet concreet en verifieerbaar onderbouwd. Met betrekking tot het argument van de mogelijkheid van hergebruik overweegt de Raad dat daarin ook op andere wijze kan worden voorzien dan door middel van uitsluiting van de keuzevrijheid. De Raad merkt in dit verband op dat het College in artikel 1.9 van het Besluit heeft voorzien in de mogelijkheid te verplichten tot eigendomsoverdracht, respectievelijk terugbetaling naar rato, voor het geval de noodzaak voor een voorziening voortijdig zou komen te vervallen. Niet valt in te zien waarom toepassing van een dergelijke bepaling niet effectief zou kunnen zijn bij roerende wo onvoorzieningen , Uit het voorgaande vloeit voor dat artikel 1.3 van het Besluit onverbindend is wegens strijd met artikel 6 van de Wmo en dat het daarom buiten toepassing dient te worden gelaten. Daardoor is de juridische grondslag om geen pgb te verstrekken komen te ontvallen, Voorlopige voorziening 4,4. Partijen zijn het erover eens dat [E.j ten minste in aanmerking komt voor een douchestoel van het type Huka Dukki. Tot nu toe heeft zij uitsluitend de beschikking over de oude, veel te kleine douchestoel. De Raad ziet hierin aanleiding, mede gelet op hetgeen is overwogen in tot en met 4,3.6 en onder toepassing van de artikel 8:72, vijfde lid, in verbinding met 11

13 artikel 6:24 van de Awb, de volgende voorlopige voorziening treffen, Het College dient appellante een pgb te verstrekken voor de aanschaf van een douchestoel. gebaseerd op de toegekende stoel van het type Huka Dukki, Deze voorziening duurt tot zes weken na het nemen van het nieuwe besluit op bezwaar. Proceskosten 4.5. In het voorgaande ziet de Raad aanleiding om het College te veroordelen in de proceskosten van appellante. Deze kosten worden begroot op 6 644,- in beroep en op 6 644,- in hoger beroep voor verleende rechtsbijstand. III. BESLISSING De Centrale Raad van Beroep; Recht doende: Vernietigt de aangevallen uitspraak; Verklaart het beroep gegrond; Vernietigt het besluit van 23 juli 2007, voor zover daarbij het bezwaar tegen het besluit van 10 juli 2007 ongegrond is verklaard; Bepaalt dat het College een nieuw besluit op bezwaar neemt met inachtneming van deze uitspraak; Treft de voorlopige voorziening dat het College appellante een pgb dient te verstrekken voor de aanschaf van een douchestoel, gebaseerd op een stoel van het type Huka Duldci; deze voorziening duurt voort tot zes weken na het nemen van het nieuwe besluit op bezwaar; Veroordeelt het College in de proceskosten van appellante tot een bedrag van S 1.288,-, te betalen door de gemeente Gorinchem; Bepaalt dat de gemeente Gorinchem aan appellante het in beroep en in hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal 6 146,-- vergoedt. Deze uitspraak is gedaan door R.M, van Male als voorzitter en G.M.T. Berkel-Kikkert en J.N.A. Bootsma als leden. De beslissing is, in tegenwoordigheid van S.R. Sharma als griffier, uitgesproken in het openbaar op 10 december 2008., (get.) R.M. van Male. (get.) S.R. Sharma. 12

14 Raadhuisplein AP Emmen i f Postbus RA Emmen e, gemeente@emmen,nl I, e m e e ^Xp Emmen Aan de raad van de gemeente Emmen Afdeling Directiestaf team Staf ons kenmerk 12, uw kenmerk bijlage 1. behandeld door BSN datum 15 november 2012 telefoon fax (0591) gemeente@emmen,nl onderwerp Vragen ex, art, 38 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad Geachte leden van de raad, Overeenkomstig het bepaalde in artikel 38, lid 2 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad, treft u bijgevoegd een aantal schriftelijke vragen aan, ingediend door de raadsfractie, De vragen hebben als onderwerp: "de Wettelijke basis Wmo hulp in het huishouden/ huishoudelijke veľzorging/schoonmaakondersteuning als algemene voorziening". Van de schriftelijke beantwoording wordt u te zijner tijd in kennis gesteld. Hoogachtend, burgemeester en wethouders van Emmen namens dezen, De assistent-gemeentesecretaris, /'Àÿ'Mşat - Bouwers

15 ! DRENTSE OUDEREN PARTI No, M NOV 2012 Ann ì College van B&W Emmen, Postbus 30001, 7800 RA Emmen Kopioî : Betreft! Vragen op grond van artikel 38 reglement van orde der gemeenteraad Onderwerp Wettelijke basis Wmo hulp in het huishouden 1 huishoudelijke verzorging 1 sohoomnaakondersteuning als algemene voorziening Datum ; 13 november 2012 Van ; A.WJ, (Ton) Sohoo, Sportweg 7, 7885 AD Nieuw-Dordreoht Mail: tsohoofsļhome.iii Geacht college, Wíj blijven als worstelen met de wettelijke basis om hulp in het huishouden I huishoudelijke verzorging te zíen als een algemene voorziening, zoals door de meerderheid van de raad op voorstel van het college is besloten, Nu kun je wetten versohillend uitleggen, maar zelfs dan zien wįļ geen enkele ruimte, maar dan ook geen enkele, om van de Wmo taaie hulp ín huishouden I huishoudelijke verzorging een algemene voorziening te maken, Volgens ons blijft het volgens de wet altijd een individuele voorziening als er bij de toegang tot de voorziening rekening wordt gehouden met individuele beperkingen en omstandigheden van en persoon, Alleen als de voorziening voor iedereen toegankelijk is, dus ook mensen zonder een beperking, is er ruimte voor een algemene voorziening. Maar dan zou de voorziening voor de gemeente Emmen tientallen miljoenen duurder worden en onbetaalbaar zijn, Wij baseren ons hierbij op de volgende wetsartikelen uit de Wmo, met nadruk op de vet en onderstreepte passages, Deel van Artikel 1 WMO Art, 1. [Begripsbepalingen] ĮGeaohladarils: MvTi varale 29 lunl 2006: sib g, maatschappelijke ondersteuning: 1 0. het bevorderen van de sociale samenhang In en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten; 2". op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen mot problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden; 3 0, het geven van Informatie, advies en ollöntondersteunlng; A", het ondersteunen van mantelzorgers, daar onder begrepen steun bij het vinden van adequate oplossingen Indien zij hun taken tijdelijk niet kunnen waarnemen, alsmede het ondersteunen van vrijwilligers; 6". het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisoh psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem! 6". het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en aan mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behouden eh het bevorderen van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijke verkeer; 1

16 rr, Memorie van Toeliohting! Artikelsgewijze toelichting Artikel 1, eerste lid, onderdeal a, onder 5" en êü: Doelgroep en doel Wat precies verstaan moet worden onder "mensen met een beperking" is vooral van belang voor het beleidsterrein In artikel 1, eerste lid, onderdeel g, onder 6 0. De regering gaat In het kader van djţ wetsvoorstel uit van mensen met een somatlsohe, psychogeriatrische of psychiatrische of anderszins chronische psychische aandoening of beperking, of een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap, Het gaat hier In alle gevallen om kenmerken van de persoon. Men Is bijvoorbeeld door ouderdom slecht ter been geworden, Is van kinds af aan zintuiglijk gehandicapt of heeft door ziekte of door een ongeval één of meer lichaamsfuncties verloren, Verlies van zelfstandigheid en, met name, een gebrek aan deelname aan het maatschappelijk verkeer kan echter ook een gevolg zijn van problemen die Iemand heeft In zijn relatie met anderen, met zijn sociale omgeving, In dat geval Is sprake van een "psyohosoolaal probleem", Artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 5" en 6î: De voorzieningen Het beleidsterrein, genoemd In artikel 1, eerste lid, onderdeel g, onder 6 0, beschrijft het onderdeel van maatschappelijke ondersteuning dat zloh richt op Individuele mensen met een beperking of een chronisch psyohlsch probleem of een psychosociaal probleem. De gemeente Is, met uitzondering van de voorzieningen genoemd in de algemene maatregel van Bestuur van.artikel 4, geheel vrij om te bepalen welke concrete voorzieningen zij zal verlenen en welke niet, Voor de hand liggende vormen waaraan gedacht kan worden, zijn woonvoorzieningen, sportrolstoelen, begeleiding bij zelfstandig wonen, dagbesteding voor ouderen, maaltijdvoorziening, sociale alarmering, vervoersvoorzieningen, klussendlensten, algemeen maatschappelijk werk of vormen van psychosociale hulpverlening, Artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 6" en Algemeen De beleidsterreinen, genoemd In artikel 1, eerste lid, onderdeel g, onder 5 0 respectievelijk 6 Ú, zijn nauw verwant. Het beleidsterrein, genoemd in subonderdeel 6", het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronlsoh psychisch probleem of een psychosociaal probleem ten behoeve van het behoud van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijk verkeer, Is een nader gespecificeerd onderdeel van het In meer algemene termen gedefinieerde beleidsterrein in subonderdeel 6 0, het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig funotloneren van deze mensen. Met "bevorderen van" In het beleidsterrein In subonderdeel 5" wordt gedoeld op algemene maatregelen die, zonder dat men zich tot de gemeente behoeft te wenden, ten goede kunnen komen aan een leder die daaraan behoefte heeft. In die zin behoeft de maatregel dus niet bij uitsluiting gericht te zijn op mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem, of een psychosociaal probleem, zolang zij er In ieder geval maar baat bii hebben, Het gaat hier om een breed scala van mogelijke maatregelen, Wat betreft de deelname aan het maatschappelijk verkeer kan gedacht worden aan de toegankelijkheid van de woonomgeving en openbare ruimten zoals leeszalen, het gemeentehuis, etc. De deelname van mensen met een beperking aan het maatschappelijk verkeer zal bevorderd worden als zll zich met hun rolstoel, of met welk hulpmiddel dan ook, gemakkelijk kunnen bewegen In hun woonomgeving en toegang hebben tot alle openbare faciliteiten. Maar ook.het organiseren van activiteiten met een sociaal-recreatief of sportlef karakter voor specifieke doelgroepen Is een voorbeeld. Door het gebruik van het woord "bevorderen" geeft het wetsvoorstel de gemeente een grote mate van beleidsvrijheid. Zij kan daardoor Invulling aan de wet geven met behulp van het bestuurlijk Instrumentarium waarover zij zelf beschikt, maar ze kan evenzeer, als pleitbezorger van de mensen om wie het gaat, veranderingen pogen aan te brengen op terreinen waar zij geen directe bevoegdheid heeft. Te denken valt aan de toegankelijkheid van het openbaar vervoer, waarvoor de gemeente niet of sleohts ten dele verantwoordelijk is, Ook een seotorals "aanpasbaar bouwen" Is een voorbeeld van een terrein waarop de gemeente geen beleidsinstrumenten heeft, maar waarop zij wel degelijk voor de doelgroep belangwekkende resultaten kan boeken. 2

17 Ten behoeve van de uitvoering door gemeenten van de Wmo, meer specifiek de beleidsterreinen, genoemd In artikel 1, eerste lid, onderdeel g, onder 6 0 en 6 0, zullen bij de Inwerkingtreding van de wet de gelden die gemoeid zijn met de volgende AFBZ-subsldìes aan het gemeentefonds worden toegevoegd: - AFBZ-subsldle Diensten bij wonen met zorg; -AFBZ-subsldle Aanpassing In ADL-clusters [ADL: algemene dagelijkse levensverrichtingen, red,]; Įļllļįļ»AFBZ-subsldle Zorgvernieuwingsprojecten GGZ, Artikel 1, eerste lid, onderdeel ff, onder 5" en 65 De voorzieningen Het beleidsterrein, genoemd In artikel 1. eerste lid, onderdeel.cy, onder 6", beschrijft het onderdeel van maatstthappelllke ondersteuning dat zich richt op Individuele mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem. Het gaat hier om Individueel te verlenen voorzieningen, die aan de behoefte van het Individu zijn aangepast, Dat Individuele gebrulkskarakter van de voorziening betekent niet dat de gemeente het verlenen van die voorziening niet op collectieve wllze kan vormgeven. Te denken valt aan het vervoer van gehandicapten doormiddel van taxibusjes waarop men een Individueel beroep kan doen, vergelijkbaar met het huidige collectieve Wvg-vervoer. Of men toegang heeft tot een dergelijke voorziening hangt echter altijd af van de Individuele kenmerken van de persoon met een beperking- De gemeente Is. met uitzondering van de voorzieningen genoemd In de algemene maatregel van bestuur van artikel 4. geheel vrll om te bepalen welke concrete voorzieningen zll zal verlenen en welke niet. Voor de hand Hacienda vormen waaraan gedacht kan worden, zijn woonvoorzieningen, sportrolstoelen, begeleiding bil zelfstandig wonen, dagbesteding voor ouderen, maaltlidvoorzlenlng, sociale alarmering, vervoersvoorzieningen, klussendlensten, algemeen maatschappelijk werk of vormen van psychosociale hulpverlening. Artikel 4 Wmo Art, 4. [Voorzieningen voor zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie] [Geschiedenis; MvT; versie 29 ilnl2006;,s;ň,20d8,346) "1 Ter compensatie van de beperkingen die een persoon als bedoeld In.artikel 1, eerste lid, onderdeel g, onder 4", 6 0 en 6 0, ondervindt In zijn zelfredzaamheid en zijn maatschappelijke participatie treft het college van burgemeester en wethouders voorzieningen op het gebied van maatschappelijke ondersteuning die hem In staat stellen: a, een huishouden te voeren; b, zich te verplaatsen in en om de woning; o, zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel; d, medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sooiale verbanden aan te gaan, -2. Bil het bepalen van de voorzieningen houdt het college van burgemeester en wethouders rekening met de persoonskenmerken en behoeften van de aanvrager van de voorzieningen. waaronder verandering van woning In verband met wijziging van leefsituatie, alsmede met de capaciteit van de aanvrager om uit een oogpunt van kosten zelf In maatregelen te voorzien, In de beantwoording van vragen van zorgaanbieders bij de aanbesteding verwijst het college steecis alleen naar artikel 4, lid 1 van de Wmo voor de rechtvaardiging van de mogelijkheid van een algemene voorziening hulp in het huishouden, Maar artikel 4 Wmo is uitgebreider dan allen lid 1 en ook zijn er andere wetsartikelen in de Wmo, zoals door ons is dit schrijven aangehaald, die íets zeggen over walmeer er sprake Is van een individuele voorziening. Onze vragen zijn: 3

18 DRENTSE OUDERENPARTIJ Vrang li Kan. het college aangeven op welke wetsartikelen uit de Wmo en eventuele jurisprudentie zij zich baseert dat van huishoudelijke hulp en algemene voorziening kan worden gemaakt? Graag een volledige opsomming, Het college wekt de indruk dat het Emmense Wmo beleid voor een algemene voorziening hulp in het huishouden door het ministerie van VWS is goedgekeurd, Vraag 2i Heeft het ministerie van VWS zloh op een directe manier richting college uitgelaten dat een algemene voorziening voor hulp in het huishouden onder de Wmo kan en mag en ook op de wijze zoals door het oollege wordt voorgesteld? Zo ja, wanneer en op welke wijze? (Schriftelijk of / of mondeling,) Vraag 3i Bij welke bureaus I organisaties is Juridisch advies ingewonnen over het wol of niet mogelijk zijn van een algemene voorziening hulp in het huishouden? Bestaat hier ook een advies van op schrift en zo ja kunnen wij deze krijgen? Zo nee, waarom is geen advies ingewonnen, Het oollege geeft bij de aanbesteding in de antwoorden aan zorgaanbieders aan zelf ook niet ÌW/o zeker te zijn of een algemene voorziening hulp in het huishouden wettelijk wel kan en mag. Vraag 4! Heeft het oollege onderzocht wat de gevolgen zijn als begin 2013 blijkt dat een algemene voorziening voor hulp in het huishouden niet mag? Zo ja, wat zijn deze gevolgen voor de zorgaanbieders waarmee een oontraot is afgesloten en dus het contract van de gemeente met deze zorgaanbieders, voor de zorgaanbieders die bulten de boot zijn gevallen bij de aanbesteding I gunning en voor de Wmo cliënten die gebruik maken van de voorziening? Zo nee, waarom is dit niet onderzooht? Hot oollege heeft aangegeven dat do oriterìa voor toelating tot de algemene voorziening sohoonmaakondersteuning na definitieve gunning met de zorgaanbieders worden bepaald, Ook zijn er of komen er oriteria die aangeven wanneer een algemene voorziening ontoereikend is en men dus in aamuerldng komt voor een individuele voorziening. Vraag 5i, Waarom is het college vaü mening dat deze criteria niet door de gemeenteraad moeten worden vastgesteld? Zowel de criteria om In aanmerking te komen voor algemene voorziening als voor individuele voorziening, Artikel 3, lid3e van de Wmo spreekt van het bieden van keuzemogelijkheden, Deze keuzemogelijkheden hebben zowel betrekking op prestatieveld 5 als pľestatieveld 6, Er is straks per 1 januari 2013 maar 1 zorgaanbieder is per gebied voor zowel de algemene voorziening als de individuele voorziening hulp in het huishouden I sohoonmaakondersteuning, Over het niet bieden van keuzemogelijkheden bij een individuele voorziening hebben wij eerder vragen gesteld, De vragen 6 en 7 richten zich dan ook op de algemene voorziening, Vraag 6i, Op basis van welke artikelen in de wet Wmo is het college van mening dat er geen keuzemogelijkheid hoeft te worden geboden bij de algemene voorziening sohoonmaakondersteuning? 4

19 Vraag 7i, Valt de algemene voorziening sohoonmaakondeisteuning, zoals Emmen die vanaf 1 januari 2013 zal kennen, volgens het college onder prestatieveld 5 of onder prestatieveld 6 van de Wmo? Artikel 3 Wmo Art, 3. [Beleidsplan gemeenteraad] [Geschiedenis;frlvT! versla 29 lunl "1. De gemeenteraad stelt één of meer plannen vast die riohting geven aan de door de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders te nemen beslissingen betreffende maatschappelijke ondersteuning, -2, De gemeenteraad stelt het plan telkens voor een periode van len hoogste vier Jaren vast. Het plan lean tussentijds gewijzigd worden. -3, Het plan bevat de hoofdzaken van het dool' de gemeente te voeren beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning, -4, In het plan wordt In leder geval aangegeven: a. wat de gemeentelijke doelstellingen zijn op de verschillende In artikel 1, eerste lid, onderdeel g, genoemde onderdelen van maatschappelijke ondersteuning; b, hoe het samenhangende beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning zal worden uitgevoerd en welke aoíies In de door het plan bestreken periode zullen worden ondernomen; o, welke resultaten de gemeente in de door het plan bestreken periode wenst te behalen; d. welke maatregelen de gemeenteraad en het college van burgemeester en Wethouders nemen om de kwaliteit te borgen van de wijze waarop de maatschappelijke ondersteuning wordt uitgevoerd;.9. welke maatregelen de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders, nemen om voor degene aan wie maatschappelijke ondersteuning als bedoeld in artikel 1. eerste lid, onderdeel a, onder 2'. S" en 8". wordt verleend keuzevrijheid te bieden met.betrekking tot de activiteiten van maatschappelijke ondersteuning: f, op welke wijze de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders zloh hebben vergewist van de behoeften van kleine doelgroepen, Graag zien wij de beantwoording van onze vragen zo spoedig mogelijk sohriftelijk tegemoet, Met vriendelijke groet, Ton Schoo fractievoorzitter Drentse Ouderen Partij 5

LJN: BG6612, Centrale Raad van Beroep, 08/3206 WMO Print uitspraak

LJN: BG6612, Centrale Raad van Beroep, 08/3206 WMO Print uitspraak LJN: BG6612, Centrale Raad van Beroep, 08/3206 WMO Print uitspraak Datum uitspraak: 10-12-2008 Datum publicatie: 12-12-2008 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie:

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Roermond van 9 april 2008, 07/1916 (hierna: aangevallen uitspraak)

tegen de uitspraak van de rechtbank Roermond van 9 april 2008, 07/1916 (hierna: aangevallen uitspraak) LJN: BI6832, Centrale Raad van Beroep, 08/2290 WMO + 08/2317 WMO Datum uitspraak: 29-04-2009 Datum publicatie: 08-06-2009 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 15-06-2009 Datum publicatie 06-07-2009 Zaaknummer AWB 08/5874 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2010:BL1684

ECLI:NL:CRVB:2010:BL1684 ECLI:NL:CRVB:2010:BL1684 Instantie Datum uitspraak 20-01-2010 Datum publicatie 02-02-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 09-2323 WMO + 09-2324

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2011:BU2129

ECLI:NL:CRVB:2011:BU2129 ECLI:NL:CRVB:2011:BU2129 Instantie Datum uitspraak 19-10-2011 Datum publicatie 01-11-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 09-4322 WMO Bestuursrecht

Nadere informatie

Met het amendement van Tweede Kamerlid Van Miltenburg (TK, vergaderjaar , 30131, nr. 65), luidt artikel 4 Wmo als volgt:

Met het amendement van Tweede Kamerlid Van Miltenburg (TK, vergaderjaar , 30131, nr. 65), luidt artikel 4 Wmo als volgt: Bijlage 1 Samenvatting De Wmo-compensatieplicht in de praktijk een onderzoek naar de jurisprudentie ter zake Met het amendement van Tweede Kamerlid Van Miltenburg (TK, vergaderjaar 2005-2006, 30131, nr.

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694 ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694 Instantie Datum uitspraak 25-07-2007 Datum publicatie 02-08-2007 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 05-4212 WVG Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2011:BR3572

ECLI:NL:CRVB:2011:BR3572 ECLI:NL:CRVB:2011:BR3572 Instantie Datum uitspraak 13-07-2011 Datum publicatie 01-08-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-376 WMO Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2008:BF6623

ECLI:NL:RBZUT:2008:BF6623 ECLI:NL:RBZUT:2008:BF6623 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 30-09-2008 Datum publicatie 07-10-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 07/1288 WMO Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2011:BQ5213

ECLI:NL:RBBRE:2011:BQ5213 ECLI:NL:RBBRE:2011:BQ5213 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 04-05-2011 Datum publicatie 20-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 10 / 3991 WMO Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BD3530

ECLI:NL:CRVB:2008:BD3530 ECLI:NL:CRVB:2008:BD3530 Instantie Datum uitspraak 14-05-2008 Datum publicatie 10-06-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 06-4655 AWBZ Bestuursrecht

Nadere informatie

[Appellant 1] en [Appellant 2], beiden wonende te [woonplaats], (hierna: appellanten)

[Appellant 1] en [Appellant 2], beiden wonende te [woonplaats], (hierna: appellanten) LJN: BI3542, Centrale Raad van Beroep, 08/3709 WJZ + 08/3713 WJZ Datum uitspraak: 15-04-2009 Datum publicatie: 12-05-2009 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie:

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2015:4913

ECLI:NL:CRVB:2015:4913 ECLI:NL:CRVB:2015:4913 Instantie Datum uitspraak 23-12-2015 Datum publicatie 06-01-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/2509 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1803

ECLI:NL:CRVB:2017:1803 ECLI:NL:CRVB:2017:1803 Instantie Datum uitspraak 17-05-2017 Datum publicatie 18-05-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/3344 WMO15 Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

JURISPRUDENTIE --- Zfw

JURISPRUDENTIE --- Zfw vorige home jurisprudentie jur. Zfw Zfw sz-wetten overige wetten zoeken JURISPRUDENTIE --- Zfw LJN: AY4168 Instantie: Centrale Raad van Beroep Datum uitspraak: 04-07-2006 Soort procedure: hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:4664

ECLI:NL:CRVB:2016:4664 ECLI:NL:CRVB:2016:4664 Instantie Datum uitspraak 07122016 Datum publicatie 09122016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/2455 WMO Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:544

ECLI:NL:RBLIM:2017:544 ECLI:NL:RBLIM:2017:544 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 20-01-2017 Datum publicatie 01-02-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB - 15 _ 3736u Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BV0179

ECLI:NL:CRVB:2012:BV0179 ECLI:NL:CRVB:2012:BV0179 Instantie Datum uitspraak 04-01-2012 Datum publicatie 05-01-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-4246 WMO Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:228

ECLI:NL:CRVB:2017:228 ECLI:NL:CRVB:2017:228 Instantie Datum uitspraak 11012017 Datum publicatie 24012017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/8046 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1259

ECLI:NL:CRVB:2017:1259 ECLI:NL:CRVB:2017:1259 Instantie Datum uitspraak 05-04-2017 Datum publicatie 06-04-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 17/605 WMO15-VV Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2015:4317

ECLI:NL:CRVB:2015:4317 ECLI:NL:CRVB:2015:4317 Instantie Datum uitspraak 25-11-2015 Datum publicatie 08-12-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/4567 WMO Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2009:BK1558

ECLI:NL:CRVB:2009:BK1558 ECLI:NL:CRVB:2009:BK1558 Instantie Datum uitspraak 28-10-2009 Datum publicatie 03-11-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 08-4875 WMO Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BV7437

ECLI:NL:CRVB:2012:BV7437 ECLI:NL:CRVB:2012:BV7437 Instantie Datum uitspraak 29-02-2012 Datum publicatie 01-03-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 11-517 WMO Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:2525

ECLI:NL:RBDHA:2017:2525 ECLI:NL:RBDHA:2017:2525 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 16-03-2017 Datum publicatie 12-05-2017 Zaaknummer 16_6475 Rechtsgebieden Socialezekerheidsrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg -

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2015:4862

ECLI:NL:CRVB:2015:4862 ECLI:NL:CRVB:2015:4862 Instantie Datum uitspraak 23122015 Datum publicatie 07012016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/6923 WTCG Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246

ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246 ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 25-02-2011 Datum publicatie 18-03-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 10 / 938 Wmo Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALM:2008:BE8679

ECLI:NL:RBALM:2008:BE8679 ECLI:NL:RBALM:2008:BE8679 Instantie Rechtbank Almelo Datum uitspraak 07-08-2008 Datum publicatie 19-08-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 07/1349 WMO Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2013:CA0958

ECLI:NL:CRVB:2013:CA0958 ECLI:NL:CRVB:2013:CA0958 Instantie Datum uitspraak 22-05-2013 Datum publicatie 27-05-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 11/4615

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:3651

ECLI:NL:CRVB:2016:3651 ECLI:NL:CRVB:2016:3651 Instantie Datum uitspraak 04-10-2016 Datum publicatie 10-10-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/5 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1689

ECLI:NL:CRVB:2017:1689 ECLI:NL:CRVB:2017:1689 Instantie Datum uitspraak 03052017 Datum publicatie 10052017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/375 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2016:6839

ECLI:NL:RBNHO:2016:6839 ECLI:NL:RBNHO:2016:6839 Instantie Datum uitspraak 19-08-2016 Datum publicatie 15-09-2016 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 15 _ 3915 en AWB - 15 _ 5014 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2822

ECLI:NL:CRVB:2017:2822 ECLI:NL:CRVB:2017:2822 Instantie Datum uitspraak 16-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/4369 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2010:BO7264

ECLI:NL:CRVB:2010:BO7264 ECLI:NL:CRVB:2010:BO7264 Instantie Datum uitspraak 10-12-2010 Datum publicatie 14-12-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-3338 WSF Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:1612

ECLI:NL:CRVB:2016:1612 ECLI:NL:CRVB:2016:1612 Instantie Datum uitspraak 03-05-2016 Datum publicatie 09-05-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/6719 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALK:2012:BV7977

ECLI:NL:RBALK:2012:BV7977 ECLI:NL:RBALK:2012:BV7977 Instantie Rechtbank Alkmaar Datum uitspraak 26-01-2012 Datum publicatie 06-03-2012 Zaaknummer 11/1543 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:3436

ECLI:NL:CRVB:2014:3436 ECLI:NL:CRVB:2014:3436 Instantie Datum uitspraak 24-09-2014 Datum publicatie 23-10-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 12-6389 WMO Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2010:BP1128

ECLI:NL:RBBRE:2010:BP1128 ECLI:NL:RBBRE:2010:BP1128 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 29-03-2010 Datum publicatie 20-01-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 09 / 3902 WMO Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:2709

ECLI:NL:CRVB:2014:2709 ECLI:NL:CRVB:2014:2709 Instantie Datum uitspraak 06-08-2014 Datum publicatie 13-08-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 12-3031 WTCG Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BW0624

ECLI:NL:CRVB:2012:BW0624 ECLI:NL:CRVB:2012:BW0624 Instantie Datum uitspraak 03-04-2012 Datum publicatie 04-04-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-620 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

Toelichting op de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Zeevang 2011

Toelichting op de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Zeevang 2011 Toelichting op de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Zeevang 2011 Inleiding In de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) krijgen gemeenten opdracht invulling te geven aan de Wmo

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:3947

ECLI:NL:CRVB:2014:3947 ECLI:NL:CRVB:2014:3947 Instantie Datum uitspraak 26-11-2014 Datum publicatie 02-12-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 12-5143 WMO-T2 Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2017:2675

ECLI:NL:RBNNE:2017:2675 ECLI:NL:RBNNE:2017:2675 Instantie Datum uitspraak 19-06-2017 Datum publicatie 19-07-2017 Zaaknummer LEE 17/863 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2010:BM6743

ECLI:NL:CRVB:2010:BM6743 ECLI:NL:CRVB:2010:BM6743 Instantie Datum uitspraak 21-05-2010 Datum publicatie 08-06-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 06-3679 WAO + 09-4841

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2014:6996

ECLI:NL:RBGEL:2014:6996 ECLI:NL:RBGEL:2014:6996 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 11-11-2014 Datum publicatie 20-11-2014 Zaaknummer AWB - 14 _ 1957 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1042

ECLI:NL:CRVB:2017:1042 ECLI:NL:CRVB:2017:1042 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 16-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/4262 AWBZ-T Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2016:2911

ECLI:NL:RBNNE:2016:2911 ECLI:NL:RBNNE:2016:2911 Instantie Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak 21-06-2016 Datum publicatie 20-07-2016 Zaaknummer AWB - 15 _ 4196 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2016:4509

ECLI:NL:RBNHO:2016:4509 ECLI:NL:RBNHO:2016:4509 Instantie Datum uitspraak 06-06-2016 Datum publicatie 17-06-2016 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 15 _ 4995 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 15 september 2008, 07/3262 (hierna: aangevallen uitspraak)

tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 15 september 2008, 07/3262 (hierna: aangevallen uitspraak) LJN: BL3977, Centrale Raad van Beroep, 08/5952 AWBZ Datum uitspraak: 12-01-2010 Datum publicatie: 17-02-2010 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: De Raad concludeert

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1708

ECLI:NL:CRVB:2017:1708 ECLI:NL:CRVB:2017:1708 Instantie Datum uitspraak 10-05-2017 Datum publicatie 11-05-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/5106 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:689

ECLI:NL:CRVB:2016:689 ECLI:NL:CRVB:2016:689 Instantie Datum uitspraak 23-02-2016 Datum publicatie 04-03-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/168 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2006:AY4086

ECLI:NL:CRVB:2006:AY4086 ECLI:NL:CRVB:2006:AY4086 Instantie Datum uitspraak 07-07-2006 Datum publicatie 18-07-2006 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 03/1299 AOW en 04/1342

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824

ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 Instantie Datum uitspraak 02-01-2008 Datum publicatie 15-01-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-319 WW Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:1532

ECLI:NL:CRVB:2016:1532 ECLI:NL:CRVB:2016:1532 Instantie Datum uitspraak 26-04-2016 Datum publicatie 02-05-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14-4223 WIK Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BW6565

ECLI:NL:CRVB:2012:BW6565 ECLI:NL:CRVB:2012:BW6565 Instantie Datum uitspraak 22-05-2012 Datum publicatie 29-05-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-1542 WWB + 10-1557

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2009:BI9049

ECLI:NL:CRVB:2009:BI9049 ECLI:NL:CRVB:2009:BI9049 Instantie Datum uitspraak 28-05-2009 Datum publicatie 22-06-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-4976 AOW Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:246

ECLI:NL:CRVB:2017:246 ECLI:NL:CRVB:2017:246 Instantie Datum uitspraak 10-01-2017 Datum publicatie 30-01-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/6800 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2012:BX3339

ECLI:NL:RBAMS:2012:BX3339 ECLI:NL:RBAMS:2012:BX3339 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 21-05-2012 Datum publicatie 01-08-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB 11-3232 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:1035

ECLI:NL:CRVB:2014:1035 ECLI:NL:CRVB:2014:1035 Instantie Datum uitspraak 20-03-2014 Datum publicatie 07-04-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 13-4228 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2011:BQ3016

ECLI:NL:CRVB:2011:BQ3016 ECLI:NL:CRVB:2011:BQ3016 Instantie Datum uitspraak 19-04-2011 Datum publicatie 02-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 09-6342 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2009:BI6866

ECLI:NL:CRVB:2009:BI6866 ECLI:NL:CRVB:2009:BI6866 Instantie Datum uitspraak 06-05-2009 Datum publicatie 08-06-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-3811 WVG Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:1522

ECLI:NL:RVS:2013:1522 ECLI:NL:RVS:2013:1522 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2013 Datum publicatie 16-10-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206838/1/A3 Bestuursrecht Tussenuitspraak

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:819

ECLI:NL:CRVB:2014:819 ECLI:NL:CRVB:2014:819 Instantie Datum uitspraak 12-03-2014 Datum publicatie 13-03-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-2179

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2015:1110

ECLI:NL:RBZWB:2015:1110 ECLI:NL:RBZWB:2015:1110 Instantie Datum uitspraak 12-02-2015 Datum publicatie 09-04-2015 Zaaknummer AWB 14_5786 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zeeland-West-Brabant Bestuursrecht

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden.

het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden. LJN: AU3784, Raad van State, 200501342/1 Print uitspraak Datum uitspraak: 05-10-2005 Datum publicatie: 05-10-2005 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2013:1259

ECLI:NL:CRVB:2013:1259 ECLI:NL:CRVB:2013:1259 Instantie Datum uitspraak 31-07-2013 Datum publicatie 05-08-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 12-2423 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:492

ECLI:NL:CRVB:2017:492 ECLI:NL:CRVB:2017:492 Instantie Datum uitspraak 01-02-2017 Datum publicatie 16-02-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/3002 WLZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-09-2005 Datum publicatie 21-09-2005 Zaaknummer 200501988/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2013:2879

ECLI:NL:CRVB:2013:2879 ECLI:NL:CRVB:2013:2879 Instantie Datum uitspraak 17-12-2013 Datum publicatie 19-12-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 13-211 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2013:1712

ECLI:NL:CRVB:2013:1712 ECLI:NL:CRVB:2013:1712 Instantie Datum uitspraak 04-09-2013 Datum publicatie 12-09-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-3479 WMO Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2007:BA2284

ECLI:NL:CRVB:2007:BA2284 ECLI:NL:CRVB:2007:BA2284 Instantie Datum uitspraak 28-03-2007 Datum publicatie 05-04-2007 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 04-5151 WAO Bestuursrecht

Nadere informatie

Tussenuitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden van 10 november 2011, 11/512 (aangevallen uitspraak)

Tussenuitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden van 10 november 2011, 11/512 (aangevallen uitspraak) LJN: BZ9358, Centrale Raad van Beroep, 11/7248 AWBZ-T Datum uitspraak: 01-05-2013 Datum publicatie: 03-05-2013 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Tussenuitspraak.

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BC5947

ECLI:NL:CRVB:2008:BC5947 ECLI:NL:CRVB:2008:BC5947 Instantie Datum uitspraak 29-02-2008 Datum publicatie 06-03-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 06-7122 WTOS Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN2186

ECLI:NL:RBARN:2010:BN2186 ECLI:NL:RBARN:2010:BN2186 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 06-07-2010 Datum publicatie 23-07-2010 Zaaknummer AWB 10/180, 10/181, 10/508, 10/513, 10/684 en 10/685 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BC6184

ECLI:NL:CRVB:2008:BC6184 ECLI:NL:CRVB:2008:BC6184 Instantie Datum uitspraak 28-02-2008 Datum publicatie 11-03-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 05-5215 CSV Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2011:BP8635

ECLI:NL:CRVB:2011:BP8635 ECLI:NL:CRVB:2011:BP8635 Instantie Datum uitspraak 22-03-2011 Datum publicatie 23-03-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 08-7181 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ4413

ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ4413 ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ4413 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 19-04-2011 Datum publicatie 13-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie awb 09-5337 wwb en awb 10-4936

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOBR:2014:7213

ECLI:NL:RBOBR:2014:7213 ECLI:NL:RBOBR:2014:7213 Instantie Datum uitspraak 27-11-2014 Datum publicatie 13-01-2015 Zaaknummer 14 _ 2026 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Oost-Brabant Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2016:4491

ECLI:NL:RBOVE:2016:4491 ECLI:NL:RBOVE:2016:4491 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 15112016 Datum publicatie 25112016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie ak_zwo_16_934 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:141

ECLI:NL:CRVB:2017:141 ECLI:NL:CRVB:2017:141 Instantie Centrale Raad van Beroep Datum uitspraak 17-01-2017 Datum publicatie 19-01-2017 Zaaknummer 15/7690 AOW Rechtsgebieden Socialezekerheidsrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2833

ECLI:NL:CRVB:2017:2833 ECLI:NL:CRVB:2017:2833 Instantie Datum uitspraak 09-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/8007 ZVW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2015:238

ECLI:NL:CRVB:2015:238 ECLI:NL:CRVB:2015:238 Instantie Datum uitspraak 21-01-2015 Datum publicatie 03-02-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 13-1198 WMO Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2016:8065

ECLI:NL:RBZWB:2016:8065 ECLI:NL:RBZWB:2016:8065 Instantie Datum uitspraak 14-12-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer AWB 16_2523 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zeeland-West-Brabant Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BG7278

ECLI:NL:CRVB:2008:BG7278 ECLI:NL:CRVB:2008:BG7278 Instantie Datum uitspraak 02-12-2008 Datum publicatie 23-12-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-3504 WWB + 07-3505

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2005:AT2864

ECLI:NL:CRVB:2005:AT2864 ECLI:NL:CRVB:2005:AT2864 Instantie Datum uitspraak 29-03-2005 Datum publicatie 31-03-2005 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 02/6235 AOW/ANW e.a. Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2014:6963

ECLI:NL:RBROT:2014:6963 ECLI:NL:RBROT:2014:6963 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 18082014 Datum publicatie 18082014 Zaaknummer ROT 13/6804 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Bodemzaak

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2011:BQ3477

ECLI:NL:CRVB:2011:BQ3477 ECLI:NL:CRVB:2011:BQ3477 Instantie Datum uitspraak 29-04-2011 Datum publicatie 04-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10-1393 WIA + 10-2553

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BY4292

ECLI:NL:CRVB:2012:BY4292 ECLI:NL:CRVB:2012:BY4292 Instantie Datum uitspraak 27-11-2012 Datum publicatie 28-11-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 11-1813 WWB + 11-1953

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2011:BQ1540

ECLI:NL:RBSGR:2011:BQ1540 ECLI:NL:RBSGR:2011:BQ1540 Instantie Datum uitspraak 30-03-2011 Datum publicatie 18-04-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-gravenhage AWB 10/5114 WMO Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1169

ECLI:NL:RVS:2014:1169 ECLI:NL:RVS:2014:1169 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-04-2014 Datum publicatie 02-04-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201306413/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:73. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Inhoudsindicatie

ECLI:NL:CRVB:2017:73. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Inhoudsindicatie ECLI:NL:CRVB:2017:73 Instantie Datum uitspraak 04-01-2017 Datum publicatie 13-01-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/1380 WSF Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

Bijlage. Onderwerp: analyse jurisprudentie compensatieplicht Wmo

Bijlage. Onderwerp: analyse jurisprudentie compensatieplicht Wmo Bijlage Onderwerp: analyse jurisprudentie compensatieplicht Wmo Aanleiding Tijdens het Algemeen Overleg van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) op 28 juni 2012 heeft mevrouw

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2006:AZ7766

ECLI:NL:RBUTR:2006:AZ7766 ECLI:NL:RBUTR:2006:AZ7766 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 19-12-2006 Datum publicatie 02-02-2007 Zaaknummer SBR 06-1767 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

B E S L U I T : vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging van de Verordening voorzieningen maatschappelijke

B E S L U I T : vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging van de Verordening voorzieningen maatschappelijke Nummer: 106-10 Portefeuillehouder: Onderwerp: B.G. Schalkwijk vaststellen van wijzigen van de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Waterland 2007 De raad van de gemeente Waterland,

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2013:2656

ECLI:NL:CRVB:2013:2656 ECLI:NL:CRVB:2013:2656 Instantie Datum uitspraak 03-12-2013 Datum publicatie 05-12-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 12-3190 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3559 Deeplink http://d

ECLI:NL:RVS:2014:3559 Deeplink http://d ECLI:NL:RVS:2014:3559 Deeplink http://d Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-10-2014 Datum publicatie 01-10-2014 Zaaknummer 201309659/1/A3 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 Instantie Datum uitspraak 05-09-2006 Datum publicatie 06-10-2006 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 05/37675 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BY4592

ECLI:NL:CRVB:2012:BY4592 ECLI:NL:CRVB:2012:BY4592 Instantie Datum uitspraak 29-11-2012 Datum publicatie 30-11-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10/4918 MPW en 11/4917

Nadere informatie

Uitspraak ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen:

Uitspraak ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen: LJN: BD6158, Rechtbank Arnhem, AWB 06/6029 Datum uitspraak: 04-12-2007 Datum publicatie: 03-07-2008 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig Inhoudsindicatie: AWBZ -

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2016:7164

ECLI:NL:RBZWB:2016:7164 ECLI:NL:RBZWB:2016:7164 Instantie Datum uitspraak 15-11-2016 Datum publicatie 21-11-2016 Zaaknummer AWB 16_1479 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zeeland-West-Brabant Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2018:8904

ECLI:NL:RBDHA:2018:8904 ECLI:NL:RBDHA:2018:8904 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 26-07-2018 Datum publicatie 13-08-2018 Zaaknummer AWB - 18 _ 4 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie