VIJFTIENDE OPENBARE VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET

Transcriptie

1 VIJFTIENDE OPENBARE VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET Naam gefailleerde : Ocean Warrior B.V. Faillissementsnummer : Datum uitspraak : 25 juli 2001 Curator : mr J. Lensink Rechter-Commissaris : mr M.L.D. Akkaya Verslagperiode : 1 januari juni 2009 Bestede uren verslagperiode : 48 uur en 42 minuten (zie bijlage) Bestede uren totaal : 1528 uur en 18 minuten Datum verslag : 1 juli 2009 Onze referentie : Algemeen Sinds mijn vorige verslaggeving hebben mijn werkzaamheden in dit faillissement voornamelijk betrekking gehad op overleg over het (al dan niet) voortzetten van het voorlopig getuigenverhoor tegen Ocean Warrior C.V., haar beherend vennoot Ocean Warrior Beheer B.V. en MPC, en op de verkoop van enkele activa uit de boedel. Omdat in de onderliggende verslagperiode geen financiële mutaties van enige betekenis hebben plaatsgevonden volsta ik voor wat die financiële situatie betreft met een verwijzing naar de inhoud van de voorgaande verslagen. 1. Inventarisatie 1.1 Directie en organisatie 1.2 Winst en verlies 1.3 Balanstotaal 1.4 Lopende procedures 1.5 Verzekeringen 1.6 Huur 1.7 Oorzaken faillissement De curator verwijst voor wat al deze punten betreft naar het eerste openbare verslag. 2. Personeel 2.1 Aantal ten tijde van faillissement 2.2 Aantal in jaar voor faillissement 2.3 Datum ontslagaanzeggingen De curator verwijst voor wat al deze punten betreft naar het eerste openbare verslag. 3. Activa Onroerende zaken Ocean Warrior B.V. bezat ten tijde van het uitspreken van dit faillissement geen onroerende zaken.

2 Bedrijfsmiddelen 3.5 Beschrijving 3.6 Verkoopopbrengst 3.7 Boedelbijdrage 3.8 Bodemvoorrecht fiscus De curator verwijst wat deze onderwerpen betreft naar de eerdere openbare verslagen. Voorraden / onderhanden werk 3.9 Beschrijving 3.10 Verkoopopbrengst 3.11 Boedelbijdrage Ocean Warrior B.V. had ten tijde van het uitspreken van het faillissement geen voorraden en geen onderhanden werk. Andere activa 3.12 Beschrijving De curator verwijst wat deze onderwerpen betreft primair naar de eerdere openbare verslagen. a. Ted Pictures Derden in de Verenigde Staten en Canada zijn doende te trachten de benodigde financiering voor de productie van de film Ocean Warrior te realiseren. Deze derden hebben mij benaderd voor overleg. Dat overleg betreft vooral de uitwerking van de destijds tussen gefailleerde en Paul Watson gemaakte afspraken, meer in het bijzonder de vergoeding voor gefailleerde indien Paul Watson zijn medewerking zou verlenen aan de totstandkoming van een filmproductie over zijn leven, met een andere producent dan gefailleerde. Destijds, begin 2000, is afgesproken dat Paul Watson en zijn partner Lisa DiStefano in dat geval aan Ocean Warrior Picture Inc. de verifiable out of pocket costs zouden terugbetalen. Later dat jaar, op 31 augustus 2000, is gefailleerde met Paul Watson en Lisa DiStefano overeengekomen dat aan haar maximaal twee miljoen US$ als verifiable out of pocket costs zal worden vergoed. Ted Pictures heeft mij benaderd, omdat zij alsnog een film wil produceren over het leven van Paul Watson gebaseerd op het boek van Paul Watson en het scenario van Keith Ross Leckie,. Dit overleg heeft geresulteerd in een overeenkomst tussen de boedel enerzijds en Ted Pictures en Paul Watson anderzijds. Ted Pictures zal de boedel de eerder bedoelde verifiable out of pocket costs vergoeden als volgt: $ bij ondertekening van de overeenkomst, $ bij het begin van de opnamen van de film, ten minste $ uit de opbrengst van de exploitatie van de film in de Benelux en het meerdere tot 2 miljoen US$ uit het aandeel van Ted Pictures Inc. in de exploitatie van de film. Ter meerdere zekerheid voor de nakoming van de verplichtingen van Paul Watson en Ted Pictures heeft Paul Watson een Security Agreement aan de boedel verstrekt. Genoemde bedragen zijn gebaseerd op een budget voor de film van 25 miljoen US$. Wordt dat budget hoger, dan stijgen genoemde bedragen dienovereen-komstig. Bous de Jong verzet zich tegen (het sluiten van) de hier bedoelde overeenkomst. Hij is de mening toegedaan dat de rechten voortvloeiende uit de op 31 augustus 2000 gesloten overeenkomst aan zijn Ocean Warrior Beheer B.V. toekomen en niet aan de boedel. Hij baseert die mening op het feit dat de verfilmingsrechten door Ocean Warrior B.V. uit hoofde van de productie-overeenkomst met Ocean Warrior C.V. aan laatstgenoemde zijn overgedragen en Ocean Warrior C.V. op haar beurt al

3 haar rechten en plichten (waaronder deze verfilmingsrechten) heeft overgedragen aan Ocean Warrior Beheer B.V., haar voormalig beherend vennoot. Een en ander laat echter onverlet dat Ocean Warrior B.V. partij is bij de overeenkomst van 31 augustus 2000 en niet Ocean Warrior Beheer B.V. De rechten en plichten voortvloeiende uit deze overeenkomst vallen derhalve in de boedel en komen niet toe aan Bous de Jong of Ocean Warrior Beheer B.V. Het is juist dat het Verfilmingsrecht en de Filmrechten conform het bepaalde in art. 3.1 van de tussen Ocean Warrior B.V. en Ocean Warrior C.V. gesloten productie-overeenkomst aan de C.V. zijn overgedragen. Echter, uit de definities van Verfilmingsrecht en Filmrechten in art. 1 van genoemde overeenkomst volgt dat de rechten voortvloeiende uit de overeenkomst van 31 augustus daar niet onder vallen. Die zijn (aldus) niet aan Ocean Warrior C.V. overgedragen. Over dat recht kunnen Ocean Warrior C.V. en/of Ocean Warrior Beheer B.V. derhalve niet beschikken. Ondanks het feit dat ik de Nederlandse raadsman van Ted Pictures en Paul Watson herhaalde malen heb gevraagd mij te informeren over de voortgang van de financiering van de voorgenomen filmproductie, heb ik van hem niet(s) mogen vernemen. Wel heb ik informeel uit andere hoek vernomen dat de financiering nog niet rond is. b. Walvissen De boedel is eigenaresse van drie levensgrote rubberen walvissen, evenals van enkele kunstmatige vogels en vissen. Deze activa hebben een relatieve waarde. Enerzijds is er veel geld gemoeid geweest met het vervaardige van deze activa, terwijl zij anderzijds slechts waardevol zijn voor diegenen die deze activa wenst te gebruiken voor het doel waarvoor zij zijn vervaardigd, in casu om te figureren in een filmproductie. Ik word met enige regelmaat benaderd door partijen die enkele duizenden euro s voor de activa bieden, en dergelijke aanbiedingen sla ik af. Recent werd ik echter benaderd door een producent die de activa zou willen gebruiken voor een speelfilm, maar die stelde als voorwaarde dat de activa nog volledig moeten kunnen functioneren, aan welke voorwaarde ik niet kon voldoen. Een en ander heeft echter geleid tot overleg met een mij bekende producent, die de activa wenst te verwerven voor een speelfilm en voor een documentaire. Met die producent ben ik thans in onderhandeling Verkoopopbrengst De hiervoor bedoelde US$ is inmiddels naar de faillissementsrekening overgemaakt. 4. Debiteuren 4.1 Omvang debiteuren 4.2 Opbrengst 4.3 Boedelbijdrage Ocean Warrior B.V. had ten tijde van het uitspreken van het faillissement geen debiteuren. 5. Bank / zekerheden 5.1 Vordering van bank(en) Ocean Warrior B.V. bankierde bij de Rabobank. Per datum faillissement vertoonde de rekening een positief saldo, welk saldo naar de faillissementsrekening is overgemaakt. 5.2 Leasecontracten 5.3 Beschrijving zekerheden Ocean Warrior B.V. had aan de Rabobank geen zekerheden vertrekt.

4 5.4 Separatistenpositie Er zijn geen zaken waarvan derden een positie als separatist pretenderen. 5.5 Boedelbijdrage N.v.t. 5.6 Eigendomsvoorbehoud Er zijn geen zaken door derden geleverd onder een eigendomsvoorbehoud. 5.7 Reclamerechten Er zijn geen derden die zich op een recht van reclame hebben beroepen. 5.8 Retentierechten De curator verwijst wat dit onderwerp betreft naar de eerdere openbare verslagen. 6. Doorstart / voortzetten Voortzetten 6.1 Exploitatie / zekerheden 6.2 Financiële verslaglegging 6.3 Beschrijving 6.4 Verantwoording 6.5 Opbrengst 6.6 Boedelbijdrage In casu is geen sprake van een doorstart of voortzetten in de hier bedoelde zin. 7. Rechtmatigheid 7.1 Boekhoudplicht De curator verwijst wat deze onderwerpen betreft naar de eerdere openbare verslagen. 7.2 Depot jaarrekeningen Ocean Warrior B.V. heeft geen jaarrekeningen gedeponeerd. 7.3 Goedkeurende verklaring accountant Er zijn geen jaarrekeningen opgesteld, laat staan dat die door een accountant zijn goedgekeurd. 7.4 Stortingsverplichting aandelen Volgens de mij ten dienste staande gegevens zijn alle aandelen in Ocean Warrior B.V. volgestort. 7.5 Onbehoorlijk bestuur De curator verwijst wat deze onderwerpen betreft naar de eerdere openbare verslagen.

5 7.6 Paulianeus handelen Van enig paulianeus handelen is mij niets gebleken Diversen MPC Zoals in mijn eerdere verslagen overwogen heeft de rechter-commissaris mij toestemming gegeven (onder meer) MPC in rechte te betrekken, nu MPC naar mijn mening als commanditair vennoot van Ocean Warrior C.V. heeft gehandeld in strijd met het beheersverbod als geformuleerd in artikel 20 van het Wetboek van Koophandel zodat zij op grond van artikel 21 Wetboek van Koophandel hoofdelijk aansprakelijk moet worden geacht voor de schulden van Ocean Warrior C.V. Voor zover nodig verwijs ik naar hetgeen dienaangaande in eerder verslagen is overwogen. In overleg met de raadslieden van MPC is besloten eerst een voorlopig getuigenverhoor aanhangig te maken, teneinde meer duidelijkheid te krijgen over hetgeen de direct betrokkenen zullen kunnen verklaren/bewijzen. Inmiddels zijn de navolgende verhoren gehouden: Op 14 maart 2006 is de heer J.H. Wolters, directeur van MPC, gehoord; Op 30 mei 2006, 6 juli 2006 en 28 september 2006 is de heer Bous de Jong gehoord; Op 28 september 2006 is mr C.M. van der Heijden gehoord; Op 4 oktober 2006 is mr E.J.A. Bartman gehoord; Op 14 maart 2007 is mr C.M. van der Heijden opnieuw gehoord; Op 11 april 2007 is de heer G.J. Bout gehoord; De zaak is vervolgens voor onbepaalde tijd aangehouden opdat partijen kunnen onderzoeken of de verhoren moeten worden voortgezet. In dat kader ben ik in overleg met de rechter-commissaris over de bewijspositie van de boedel, zoals die uit de tot dusverre gehouden verhoren blijkt. Inmiddels ben ik ook in overleg met (de raadslieden van) MPC over de conclusies die naar mijn mening en naar de mening van MPC (al dan niet) getrokken kunnen worden uit de verklaringen die in deze ten overstaan van de rechter-commissaris zijn afgelegd. Dat overleg is nog gaande. 8. Crediteuren (zie bijlage) 8.1 Boedelvorderingen Boedelvorderingen: Stork RMO B.V. en EFF hebben als verhuurders boedelvorderingen ter grootte van ,07, respectievelijk ,94 zulks ter zake van door Ocean Warrior B.V. verschuldigde huurpenningen na datum faillissement. Ook Daniël Films B.V. heeft als verhuurder van de voormalige kantoorruimte aan de Wenckebachweg een boedelvordering op Ocean Warrior B.V. Deze vordering bedraagt , Preferente vordering van de fiscus De belastingdienst heeft een vordering bij mij ingediend ter grootte van 9.507,60 met betrekking tot een naheffing loonbelasting over het eerste kwartaal 2000 en van 8.304,00 ter zake van vpb over het jaar Verder heeft de belastingdienst een ambtshalve voorlopige aanslag vennootschapsbelasting opgelegd ter grootte van 7.477,= tegen welke aanslag ik bezwaar heb gemaakt. De fiscus heeft haar vordering ex art. 29 Wet Omzetbelasting nog niet begroot.

6 8.3 Preferente vordering van het UWV UWV GAK heeft een vordering bij mij ingediend ter grootte van 4.756, Andere preferente vorderingen Nog niet bekend. 8.5 Aantal concurrente crediteuren Er zijn momenteel 332 concurrente crediteuren die een vordering hebben ingediend. 8.6 Bedrag concurrente crediteuren Op dit moment hebben concurrente crediteuren vorderingen bij mij ingediend ter grootte van , Verwachte wijze van afwikkeling Met zekerheid is over de afwikkeling van dit faillissement op dit moment niets te zeggen. De afwikkeling is afhankelijk van: a. de mogelijke verkoop van de vogels en (wal)vissen; b. uitkomst van de claim op MPC; c. de omvang van de betalingen door Ted Pictures. d. de mogelijkheid de NLG ,26 en USD ,51 op Pieter Kroonenburg te verhalen. 9. Overig 9.1 Termijn afwikkeling faillissement Onbekend. 9.2 Plan van aanpak Ik zal trachten de walvissen en de vogels en vissen te verkopen. Het voorlopig getuigenverhoor naar alle waarschijnlijkheid dienen te worden voortgezet. Ook zal worden onderzocht in hoeverre de thans gehouden verhoren een regeling tussen de boedel en MPC dichterbij hebben gebracht. 9.3 Indiening volgend openbaar verslag Het volgende verslag wordt over 6 maanden ingediend. J. Lensink curator