Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden"

Transcriptie

1 Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang Wet van 2 mei 1997, houdende wijziging van de Meststoffenwet Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is te voorzien in regels waarmee een nieuw stelsel van heffingen in de Meststoffenwet wordt geïntroduceerd; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: ARTIKEL I A De Meststoffenwet 1 wordt als volgt gewijzigd: Artikel 1 komt te luiden: Artikel 1 1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: a. Onze Minister: Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij; b. grond: dat deel van de bodem dat wordt gebruikt of is bestemd om te worden gebruikt als voedingsbodem voor planten; c. groeimedium: materiaal in vaste of vloeibare vorm, niet zijnde grond, dat wordt gebruikt of is bestemd om te worden gebruikt als voedingsbodem voor planten; d. meststoffen: producten die bestemd zijn om 1. te worden toegevoegd aan grond of aan een groeimedium en die geheel of gedeeltelijk bestaan uit stoffen, organismen daaronder begrepen, of mengsels van stoffen, die als zodanig kunnen dienen om grond of een groeimedium geschikt of beter geschikt te maken als voedingsbodem voor planten; 2. te worden gebruikt als groeimedium; 3. te worden gebruikt als voedsel voor planten of delen van planten, voor zover deze producten niet reeds zijn begrepen onder 1 of 2 ; e. dierlijke meststoffen: meststoffen of producten die geheel of Staatsblad

2 grotendeels bestaan uit uitwerpselen van de in bijlage A bij deze wet opgenomen diersoorten, onderverdeeld in categorieën per soort, daaronder begrepen de door mestscheiding of andere vormen van be- of verwerking van de meststoffen verkregen waterige fractie; f. overige organische meststoffen: organische meststoffen, niet zijnde dierlijke meststoffen, die zijn opgenomen in bijlage B bij deze wet; g. andere meststoffen: meststoffen, niet zijnde dierlijke of overige organische meststoffen, die zijn opgenomen in bijlage B bij deze wet; h. verhandelen van meststoffen: afleveren van meststoffen aan handelaren in of gebruikers dan wel verwerkers van meststoffen alsmede het met het oog daarop voorhanden of in voorraad hebben, aanbieden of vervoeren van meststoffen; i. diervoeders: producten van plantaardige of dierlijke oorsprong, in natuurlijke staat, vers of verduurzaamd, en de afgeleide producten van hun industriële verwerking, alsmede organische of anorganische stoffen, al dan niet in de vorm van een mengsel, met of zonder toevoegingsmiddelen en diergeneesmiddelen, en bestemd voor dierlijke voeding langs orale weg; j. bedrijf: geheel van productie-eenheden bestaande uit één of meer gebouwen of afgescheiden gedeelten daarvan en de daarbij behorende landbouwgrond, uitsluitend of onder meer dienende tot de uitoefening van de landbouw, zulks beoordeeld naar de feitelijke omstandigheden, en in ieder geval dat geheel van productie-eenheden dat als één bedrijf is opgegeven op grond van de krachtens artikel 6 gestelde regels inzake de registratie van de productie van dierlijke meststoffen, dan wel het na deze opgave ontstane geheel van productie-eenheden als gevolg van splitsing of samenvoeging overeenkomstig de krachtens artikel 15 of de bij of krachtens de Wet verplaatsing mestproduktie gestelde regels; k. produceren van dierlijke meststoffen: produceren van dierlijke meststoffen door het houden van dieren, door uitscharing van dieren of door tijdelijke onderbrenging ter weiding van dieren elders; l. aanvoeren van meststoffen: feitelijk afnemen van meststoffen van een derde of van een ander bedrijf, daaronder begrepen de dierlijke meststoffen geproduceerd door ter inscharing aangenomen dieren of door tijdelijk ter weiding aangenomen dieren; m. afvoeren van meststoffen: feitelijk afleveren van meststoffen aan een derde of aan een ander bedrijf, daaronder begrepen de dierlijke meststoffen geproduceerd door uitgeschaarde dieren of door tijdelijk elders ter weiding ondergebrachte dieren; n. mestoverschot: de in een bepaald kalenderjaar geproduceerde, aangevoerde of uit opslag komende hoeveelheid dierlijke meststoffen die in dat jaar niet op het eigen bedrijf wordt gebruikt; o. mestbank: een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid als bedoeld in artikel 9; p. landbouwgrond: grond waarop enige vorm van akkerbouw, veehouderij daaronder begrepen intensieve veehouderij tuinbouw daaronder begrepen fruitteelt en het kweken van bomen, planten, bloemen en bloembollen en bosbouw die aan bij ministeriële regeling gestelde regels voldoet, wordt uitgeoefend; q. tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond: in Nederland gelegen oppervlakte landbouwgrond, daaronder niet begrepen de oppervlakte waarop zich de bedrijfsgebouwen en daarbij behorende voorzieningen bevinden, die tot het bedrijf behoort op grond van eigendom, een zakelijk gebruiksrecht of een door de grondkamer goedgekeurde pachtovereenkomst als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de Pachtwet, en die in het kader van een normale bedrijfsvoering bij dat bedrijf in gebruik is; r. grasland: landbouwgrond waarop in het betreffende kalenderjaar gras wordt geteeld; Staatsblad

3 s. bouwland: landbouwgrond, niet zijnde grasland en niet zijnde braakland; t. braakland: landbouwgrond waarop in het betreffende kalenderjaar gedurende ten minste zes maanden aaneengesloten geen gewas wordt geteeld, dan wel waarop gedurende zodanige periode een gewas wordt geteeld ten behoeve van groenbemesting; u. grond met een houtopstand: grond met een houtopstand waarvan velling anders dan bij wijze van dunning een verplichting tot herbeplanten op grond van in artikel 3 van de Boswet, dan wel enig ander algemeen verbindend voorschrift doet ontstaan, alsmede grond waarop zich een dergelijke houtopstand bevond, tenzij aan de verplichting tot herbeplanten is voldaan door beplanting van andere grond of een ontheffing als bedoeld in artikel 6, tweede lid, van de Boswet is verleend; v. natuurterrein: grond met een houtopstand, alsmede heideveld, ven, hoogveenterrein, zandverstuiving, duinterrein, kwelder, schor, gors, slik, riet- en ruigtland, griend en laagveenmoeras, waarop een beheer wordt gevoerd dat aan bij ministeriële regeling gestelde regels voldoet; w. bij het bedrijf behorende oppervlakte grond: in Nederland gelegen oppervlakte landbouwgrond en natuurterrein, daaronder niet begrepen de oppervlakte waarop zich de bedrijfsgebouwen bevinden, die tot het bedrijf in eigendom behoort, dan wel daartoe behoort ingevolge een zakelijk gebruiksrecht of een door de grondkamer geregistreerde, onderscheidenlijk goedgekeurde pachtovereenkomst als bedoeld in de artikelen 70f, eerste lid, onderscheidenlijk 12 of 70f, vijfde lid, van de Pachtwet; x. hectare: hectare in gemeten maat; y. fosfaat: fosfor, in welke vorm of verbinding dan ook, vermenigvuldigd met de factor 2,29; z. stikstof: stikstof, in welke vorm of verbinding dan ook. 2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld waaraan landbouwgrond moet voldoen om te worden aangemerkt als «tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond». 3. Voor de toepassing van het bepaalde bij of krachtens hoofdstuk IV wordt onder meststoffen verstaan: dierlijke meststoffen, overige organische meststoffen en andere meststoffen. 4. Voor de toepassing van het bepaalde bij of krachtens hoofdstuk IV, behoudens artikel 13x, eerste lid, onderdeel a, wordt onder «tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond» tevens landbouwgrond gerekend die tot het bedrijf behoort op grond van een door de grondkamer geregistreerde, onderscheidenlijk goedgekeurde pachtovereenkomst als bedoeld in de artikelen 70f, eerste lid, onderscheidenlijk 12, derde lid, of 70f, vijfde lid, van de Pachtwet, en die in het kader van een normale bedrijfsvoering bij dat bedrijf in gebruik is. B Na artikel 1 wordt aan hoofdstuk I het volgende artikel toegevoegd: Artikel 1a Voor de toepassing van het bij of krachtens deze wet bepaalde wordt geen rekening gehouden met handelingen waarvan, op grond van de omstandigheid dat zij geen wezenlijke verandering van feitelijke verhoudingen hebben ten doel gehad of op grond van andere bepaalde feiten en omstandigheden, moet worden aangenomen dat zij achterwege zouden zijn gebleven, indien daarmee niet de toepassing van deze wet voor het vervolg geheel of ten dele onmogelijk zou worden gemaakt. Staatsblad

4 C In artikel 6, eerste lid, wordt «en, wat producenten van dierlijke meststoffen betreft, met betrekking tot door hen gehouden soorten en aantallen vee, pluimvee en andere krachtens artikel 1, eerste lid, aangewezen dieren» vervangen door: met betrekking tot de tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond, en met betrekking tot de aantallen gehouden dieren van de onderscheiden diersoorten, onderverdeeld in categorieën per soort, die zijn opgenomen in bijlage A bij deze wet. D In artikel 8, tweede lid, vervalt «van vee, pluimvee en andere krachtens artikel 1 aangewezen diersoorten» en wordt «mestproduktie» telkens vervangen door: mestproductie. E Hoofdstuk IV wordt vervangen door: HOOFDSTUK IV. HEFFINGEN TITEL 1. FORFAITAIRE MINERALENHEFFINGEN Artikel Ter zake van het aanvoeren van meststoffen of het produceren van dierlijke meststoffen worden onder de naam «forfaitaire mineralenheffingen» regulerende heffingen geheven van iedere persoon of rechtspersoon die, of samenwerkingsverband van personen of rechtspersonen dat een bedrijf voert. 2. De heffingen worden geheven per bedrijf. Artikel 13a 1. Er wordt een heffing geheven naar de belastbare hoeveelheid meststoffen in een kalenderjaar uitgedrukt in kilogrammen fosfaat. 2. Er wordt een heffing geheven naar de belastbare hoeveelheid meststoffen in een kalenderjaar uitgedrukt in kilogrammen stikstof. Artikel 13b De belastbare hoeveelheid meststoffen wordt bepaald door de som van de hoeveelheid aangevoerde meststoffen en de hoeveelheid geproduceerde dierlijke meststoffen, verminderd met achtereenvolgens: a. de hoeveelheid afgevoerde dierlijke meststoffen; b. de opname van meststoffen door het gewas; c. het toelaatbare verlies van meststoffen. Artikel 13c 1. De hoeveelheid geproduceerde dierlijke meststoffen wordt vastgesteld op basis van het gemiddelde aantal in het betreffende kalenderjaar gehouden, uitgeschaarde of tijdelijk elders ter weiding ondergebrachte dieren van de onderscheiden diercategorieën en op basis van de forfaitaire productienormen voor de onderscheiden diercategorieën, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, onderscheidenlijk stikstof per dier per jaar, die zijn opgenomen in bijlage A bij deze wet. 2. De hoeveelheid aangevoerde en de hoeveelheid afgevoerde dierlijke Staatsblad

5 meststoffen worden vastgesteld op basis van het gewicht of het volume van de in het betreffende kalenderjaar aangevoerde en afgevoerde meststoffen en op basis van de forfaitaire omrekennormen, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, onderscheidenlijk stikstof per 1000 kilogram dierlijke meststof, onderscheiden naar mestvorm, diercategorie en bedrijfssysteem, die zijn opgenomen in bijlage C bij deze wet. Daarbij worden de in bijlage C opgenomen bepalingen in acht genomen. 3. De hoeveelheid aangevoerde overige organische meststoffen en andere meststoffen wordt vastgesteld op basis van het gewicht of volume en het fosfaatgehalte, onderscheidenlijk stikstofgehalte van de in het betreffende kalenderjaar aangevoerde overige organische en andere meststoffen. 4. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld omtrent de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder, in afwijking van het tweede lid, ook de hoeveelheid aangevoerde dierlijke meststoffen wordt vastgesteld op basis van het fosfaatgehalte, onderscheidenlijk stikstofgehalte van de dierlijke meststoffen. Artikel 13d De opname van meststoffen door het gewas, bedoeld in artikel 13b, onderdeel b, is per kalenderjaar per hectare van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond: 65 kilogram fosfaat, onderscheidenlijk 300 kilogram stikstof voor grasland; 50 kilogram fosfaat, onderscheidenlijk 125 kilogram stikstof voor bouwland. Artikel 13e 1. Het toelaatbare verlies van meststoffen, bedoeld in artikel 13b, onderdeel c, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, is per kalenderjaar per hectare grasland, bouwland of braakland van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond: 40 kilogram fosfaat, in de jaren 1998 en 1999; 35 kilogram fosfaat, in de jaren 2000 en 2001; 30 kilogram fosfaat, in de jaren 2002 tot en met 2004; 25 kilogram fosfaat, in de jaren 2005 en volgende. Vanaf een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in de jaren 2008 en volgende is de in de eerste volzin bedoelde hoeveelheid fosfaat 20 kilogram. 2. Het toelaatbare verlies van meststoffen, bedoeld in artikel 13b, onderdeel c, uitgedrukt in kilogrammen stikstof, is per kalenderjaar per hectare grasland van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond: 300 kilogram stikstof, in de jaren 1998 en 1999; 275 kilogram stikstof, in de jaren 2000 en 2001; 250 kilogram stikstof, in de jaren 2002 tot en met 2004; 200 kilogram stikstof, in de jaren 2005 en volgende. Vanaf een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in de jaren 2008 en volgende is de in de eerste volzin bedoelde hoeveelheid stikstof 180 kilogram. 3. Het toelaatbare verlies van meststoffen, bedoeld in artikel 13b, onderdeel c, uitgedrukt in kilogrammen stikstof, is per kalenderjaar per hectare bouwland of braakland van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond: 175 kilogram stikstof, in de jaren 1998 en 1999; 150 kilogram stikstof, in de jaren 2000 en 2001; Staatsblad

6 125 kilogram stikstof, in de jaren 2002 tot en met 2004; 110 kilogram stikstof, in de jaren 2005 en volgende. Vanaf een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in de jaren 2008 en volgende is de in de eerste volzin bedoelde hoeveelheid stikstof 100 kilogram. 4. Het toelaatbare verlies van meststoffen, bedoeld in artikel 13b, onderdeel c, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, onderscheidenlijk stikstof is per kalenderjaar per hectare natuurterrein van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte grond 10 kilogram fosfaat en 50 kilogram stikstof. Artikel 13f 1. Het tarief van de heffing bedraagt f 1,50 per kilogram stikstof. 2. Het tarief van de heffing bedraagt per kilogram fosfaat: f 10,, in de jaren 1998 en 1999; f 20,, in de jaren 2000 en volgende. 3. Voor een hoeveelheid fosfaat overeenkomend met ten hoogste 10 kilogram per hectare van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte grond bedraagt het tarief van de heffing per kilogram fosfaat: f 2,50, in de jaren 1998 en 1999; f 5,, in de jaren 2000 en volgende. 4. Met ingang van 1 januari 2005 komt in het derde lid «10 kilogram per hectare» te luiden: 5 kilogram per hectare. Artikel 13g De heffingen worden verschuldigd op het moment van aanvoeren van meststoffen of produceren van dierlijke meststoffen. Zij moeten na afloop van het kalenderjaar op aangifte worden voldaan. TITEL 2. VERFIJNDE MINERALENHEFFINGEN Artikel 13h Ten aanzien van een tijdig daartoe aangemeld bedrijf worden, indien aan alle overige ter zake bij of krachtens deze wet gestelde regels wordt voldaan, niet de forfaitaire mineralenheffingen, bedoeld in artikel 13, geheven, maar regulerende heffingen ter zake van het aanvoeren van mineralen door het feitelijk van een derde of van een ander bedrijf afnemen van in bijlage D als aanvoerpost benoemde producten of dieren. De heffingen worden geheven onder de naam «verfijnde mineralenheffingen». Artikel 13i 1. Er wordt een heffing geheven naar de belastbare hoeveelheid mineralen in een kalenderjaar uitgedrukt in kilogrammen fosfaat. 2. Er wordt een heffing geheven naar de belastbare hoeveelheid mineralen in een kalenderjaar uitgedrukt in kilogrammen stikstof. Artikel 13j De belastbare hoeveelheid mineralen wordt bepaald door de hoeveelheid aangevoerde mineralen, verminderd met achtereenvolgens: a. de hoeveelheid afgevoerde mineralen; b. het toelaatbare mineralenverlies. Staatsblad

7 Artikel 13k 1. De hoeveelheid aangevoerde mineralen wordt vastgesteld als de som van de hoeveelheden fosfaat, onderscheidenlijk stikstof in de in het betreffende kalenderjaar feitelijk van een derde of van een ander bedrijf afgenomen producten of dieren die in bijlage D van deze wet zijn benoemd als aanvoerpost. 2. De hoeveelheid afgevoerde mineralen wordt vastgesteld als de som van de hoeveelheden fosfaat, onderscheidenlijk stikstof in de in het betreffende kalenderjaar feitelijk aan een derde of aan een ander bedrijf afgeleverde producten of dieren die in bijlage D van deze wet zijn benoemd als afvoerpost. 3. De in het eerste en tweede lid bedoelde hoeveelheden fosfaat, onderscheidenlijk stikstof worden vastgesteld overeenkomstig bijlage D bij deze wet. 4. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld omtrent de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder, in afwijking van bijlage D, de hoeveelheden fosfaat onderscheidenlijk stikstof in de aangevoerde en afgevoerde dierlijke meststoffen worden vastgesteld op basis van de forfaitaire omrekennormen, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, onderscheidenlijk stikstof per 1000 kilogram dierlijke meststof, onderscheiden naar mestvorm, diercategorie en bedrijfssysteem, die zijn opgenomen in bijlage C bij deze wet en die worden toegepast overeenkomstig de in die bijlage opgenomen bepalingen. 5. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld omtrent de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder, in afwijking van bijlage D, de hoeveelheden fosfaat, onderscheidenlijk stikstof in de aangevoerde en afgevoerde producten wordt vastgesteld op basis van het fosfaatgehalte, onderscheidenlijk stikstofgehalte van de producten. Artikel 13l 1. Het toelaatbare mineralenverlies, bedoeld in artikel 13j, onderdeel b, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, is per kalenderjaar per hectare grasland, bouwland of braakland van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond: 40 kilogram fosfaat, in de jaren 1998 en 1999; 35 kilogram fosfaat, in de jaren 2000 en 2001; 30 kilogram fosfaat, in de jaren 2002 tot en met 2004; 25 kilogram fosfaat, in de jaren 2005 en volgende. Vanaf een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in de jaren 2008 en volgende is de in de eerste volzin bedoelde hoeveelheid fosfaat 20 kilogram. 2. Het toelaatbare mineralenverlies, bedoeld in artikel 13j, onderdeel b, uitgedrukt in kilogrammen stikstof, is per kalenderjaar per hectare grasland van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond: 300 kilogram stikstof, in de jaren 1998 en 1999; 275 kilogram stikstof, in de jaren 2000 en 2001; 250 kilogram stikstof, in de jaren 2002 tot en met 2004; 200 kilogram stikstof, in de jaren 2005 en volgende. Vanaf een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in de jaren 2008 en volgende is de in de eerste volzin bedoelde hoeveelheid stikstof 180 kilogram. 3. Het toelaatbare mineralenverlies, bedoeld in artikel 13j, onderdeel b, uitgedrukt in kilogrammen stikstof, is per kalenderjaar per hectare bouwland of braakland van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond: 175 kilogram stikstof, in de jaren 1998 en 1999; 150 kilogram stikstof, in de jaren 2000 en 2001; Staatsblad

8 125 kilogram stikstof, in de jaren 2002 tot en met 2004; 110 kilogram stikstof, in de jaren 2005 en volgende. Vanaf een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in de jaren 2008 en volgende is de in de eerste volzin bedoelde hoeveelheid stikstof 100 kilogram. 4. Het toelaatbare mineralenverlies, bedoeld in artikel 13j, onderdeel b, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, onderscheidenlijk stikstof is per kalenderjaar per hectare natuurterrein van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte grond 10 kilogram fosfaat en 50 kilogram stikstof. Artikel 13m 1. Het tarief van de heffing bedraagt f 1,50 per kilogram stikstof. 2. Het tarief van de heffing bedraagt per kilogram fosfaat: f 10,, in de jaren 1998 en 1999; f 20,, in de jaren 2000 en volgende. 3. Voor een hoeveelheid fosfaat overeenkomend met ten hoogste 10 kilogram per hectare van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte grond bedraagt het tarief van de heffing per kilogram fosfaat: f 2,50, in de jaren 1998 en 1999; f 5,, in de jaren 2000 en volgende. 4. Met ingang van 1 januari 2005 komt in het derde lid «10 kilogram per hectare» te luiden: 5 kilogram per hectare. Artikel 13n De heffingen worden verschuldigd op het moment van aanvoeren van mineralen door het feitelijk van een derde of een ander bedrijf afnemen van producten of dieren, die in bijlage D bij deze wet zijn benoemd als aanvoerpost. Zij moeten na afloop van het kalenderjaar op aangifte worden voldaan. TITEL 3. HEFFING VAN INTERMEDIAIRE ONDERNEMINGEN Artikel 13o Ter zake van het aanvoeren van meststoffen wordt onder de naam «heffing van intermediaire ondernemingen» een regulerende heffing geheven van iedere persoon of rechtspersoon die, of samenwerkingsverband van personen of rechtspersonen dat een onderneming, niet zijnde een bedrijf, voert en in het kader van die onderneming dierlijke meststoffen aanvoert ten behoeve van handel, transport, opslag, be- of verwerking of anderszins. Artikel 13p De heffing wordt geheven naar de belastbare hoeveelheid meststoffen in een kalenderjaar uitgedrukt in kilogrammen fosfaat. Artikel 13q De belastbare hoeveelheid meststoffen wordt bepaald door de hoeveelheid aangevoerde meststoffen, verminderd met de hoeveelheid afgevoerde meststoffen. Staatsblad

9 Artikel 13r 1. De hoeveelheid aangevoerde meststoffen en de hoeveelheid afgevoerde meststoffen worden vastgesteld op basis van het gewicht of het volume en het fosfaatgehalte van de in het betreffende kalenderjaar aangevoerde meststoffen en afgevoerde meststoffen. 2. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld omtrent de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder, in afwijking van het eerste lid, de hoeveelheid aangevoerde of afgevoerde dierlijke meststoffen wordt vastgesteld op basis van de forfaitaire omrekennormen, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat per 1000 kilogram dierlijke meststof, onderscheiden naar mestvorm, diercategorie en bedrijfssysteem, die zijn opgenomen in bijlage C bij deze wet. Bij de vaststelling worden dan de in bijlage C opgenomen bepalingen in acht genomen. Artikel 13s Het tarief van de heffing bedraagt per kilogram fosfaat: f 10,, in de jaren 1998 en 1999; f 20,, in de jaren 2000 en volgende. Artikel 13t De heffing wordt verschuldigd op het moment van het aanvoeren van meststoffen. Zij moet na afloop van het kalenderjaar op aangifte worden voldaan. TITEL 4. BESTEMMINGSHEFFING Artikel 13u 1. Ter zake van het produceren van dierlijke meststoffen wordt een bestemmingsheffing geheven van iedere persoon of rechtspersoon die, of samenwerkingsverband van personen of rechtspersonen dat een bedrijf voert. 2. De opbrengst van de heffing is bestemd voor de bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan de uitvoering van deze wet. Artikel 13v 1. De heffing bedraagt f 400, per bedrijf per kalenderjaar. 2. Indien de voor het betreffende bedrijf gedane aangifte van de heffing, bedoeld in de titels 1 en 2, vergezeld gaat van een verklaring van een registeraccountant of accountant-administratieconsulent, bedraagt de heffing in het betreffende kalenderjaar f 100,. Artikel 13w De heffing wordt verschuldigd op het moment van produceren van dierlijke meststoffen. Zij moet na afloop van het kalenderjaar op aangifte worden voldaan. TITEL 5. VRIJSTELLING VOOR EXTENSIEVE VEEHOUDERIJBEDRIJVEN EN AKKER- EN TUINBOUWBEDRIJVEN Artikel 13x 1. Van de heffingen, bedoeld in de titels 1, 2 en 4 van dit hoofdstuk, zijn vrijgesteld bedrijven die in het betreffende kalenderjaar aan de volgende voorwaarden voldoen: Staatsblad

10 a. de veebezetting is gemiddeld niet meer dan 2,5 grootvee-eenheden per hectare van de tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond, b. de som van de hoeveelheid aangevoerde dierlijke meststoffen, de hoeveelheid aangevoerde overige organische meststoffen en de hoeveelheid geproduceerde dierlijke meststoffen, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, is per kalenderjaar per hectare van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond minder dan: 120 kilogram fosfaat voor grasland en 100 kilogram fosfaat voor bouwland en 40 kilogram fosfaat voor braakland in de jaren 1998 en 1999; 85 kilogram fosfaat voor grasland en bouwland, en 35 kilogram fosfaat voor braakland in de jaren 2000 en 2001; 80 kilogram fosfaat voor grasland en bouwland, en 30 kilogram fosfaat voor braakland in de jaren 2002 en volgende, en c. de som van de hoeveelheid aangevoerde dierlijke meststoffen, de hoeveelheid aangevoerde overige organische meststoffen en de hoeveelheid geproduceerde dierlijke meststoffen, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, is per kalenderjaar per hectare natuurterrein van de gemiddeld in het betreffende kalenderjaar bij het bedrijf behorende oppervlakte grond minder dan 20 kilogram fosfaat. 2. Bij ministeriële regeling kunnen aanvullende voorwaarden worden gesteld. Artikel 13y 1. De omrekening van dieren van de onderscheiden diercategorieën naar grootvee-eenheden geschiedt overeenkomstig de daarvoor in bijlage A bij deze wet opgenomen normen. 2. Op de vaststelling van de hoeveelheid aangevoerde dierlijke meststoffen, de hoeveelheid aangevoerde overige organische meststoffen en de hoeveelheid geproduceerde dierlijke meststoffen is artikel 13c van overeenkomstige toepassing. Artikel 13z Bij ministeriële regeling kan het in artikel 13x, onderdeel a, genoemde getal voor het aantal grootvee-eenheden worden vervangen door een lager getal, en kunnen de in 13x, onderdelen b en c, genoemde hoeveelheden fosfaat worden vervangen door andere hoeveelheden fosfaat. Artikel 13aj, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing. TITEL 6. WIJZE VAN HEFFING, INVORDERING EN BETALING Artikel 13aa 1. De heffingen, bedoeld in dit hoofdstuk, worden door Onze Minister geheven. 2. Onverminderd het overigens bij of krachtens dit hoofdstuk bepaalde worden de heffingen geheven met overeenkomstige toepassing van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, met dien verstande dat van die wet buiten toepassing blijven de artikelen 2, vierde lid, 37 tot en met 40, 47a, 76, 80, tweede, derde en vierde lid, 82, 84, 86 en Voor de toepassing van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en artikel 19 van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken treedt Onze Minister in de plaats van Onze Minister van Financiën. Voor de in de Algemene wet inzake rijksbelastingen genoemde functionarissen treden in de plaats de door Onze Minister aangewezen functionarissen. 4. Voor de toepassing van artikel 21, derde lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt met een onherroepelijke veroordeling gelijk Staatsblad

11 gesteld het vervallen van het recht op strafvordering op de voet van de artikelen 74 en 74a van het Wetboek van Strafrecht. 5. Voor de toepassing van het bij of krachtens dit hoofdstuk bepaalde wordt artikel 52, tweede lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen als volgt gelezen: Administratieplichtigen zijn: de personen, rechtspersonen en samenwerkingsverbanden, bedoeld in de artikelen 13, 13h, 13o en 13u, eerste lid, alsmede de producenten, leveranciers en afnemers, bedoeld in artikel 13al, onderdeel f. 6. Voor de toepassing van artikel 66 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen zijn de bij regeling van Onze Minister van Financiën gestelde regels van toepassing. Door Onze Minister worden de afwijkingen daarop vastgesteld die voor de juiste toepassing van het bij of krachtens dit hoofdstuk bepaalde noodzakelijk zijn. 7. De artikelen 68 tot en met 71 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen zijn niet van toepassing voor zover het handelen in strijd met de regels tevens een overtreding oplevert van regels gesteld bij of krachtens de in artikel 35, tweede lid, genoemde artikelen. Artikel 13ab 1. De heffingen, bedoeld in dit hoofdstuk, worden ingevorderd door de door Onze Minister aangewezen functionaris en door de ontvanger, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel i, van de Invorderingswet Onverminderd het overigens bij of krachtens dit hoofdstuk bepaalde worden de heffingen ingevorderd met overeenkomstige toepassing van de Invorderingswet 1990 en de Kostenwet invordering rijksbelastingen, met dien verstande dat van de Invorderingswet 1990 buiten toepassing blijven de artikelen 59 en 62. Voorts blijven bij de toepassing van artikel 66 van die wet de artikelen 76, 80, tweede, derde en vierde lid, 82, 84, 86 en 87 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen buiten toepassing. 3. Behoudens voor zover de invordering is opgedragen aan de ontvanger, bedoeld in het eerste lid, treedt voor de toepassing van de Invorderingswet 1990 Onze Minister in de plaats van Onze Minister van Financiën. 4. Met betrekking tot de invordering geldt dat: a. voor de toepassing van artikel 8, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 uitsluitend bevoegd is de door Onze Minister aangewezen functionaris; b. de in de artikelen 10, eerste lid, 11, 12 en 26 van de Invorderingswet 1990 bedoelde bevoegdheden uitsluitend toekomen aan de door Onze Minister aangewezen functionaris, met dien verstande dat voor de toepassing van artikel 26 van die wet de bij regeling van Onze Minister van Financiën gestelde regels van toepassing zijn; c. de overige bij invordering van toepassing zijnde bevoegdheden, met uitzondering van die bedoeld in de artikelen 24, 25 en 58 van de Invorderingswet 1990, uitsluitend toekomen aan de ontvanger, bedoeld in het eerste lid; d. de bevoegdheid, bedoeld in artikel 24 van de Invorderingswet 1990, zowel toekomt aan de door Onze Minister aangewezen functionaris als aan de ontvanger, bedoeld in het eerste lid; e. de bevoegdheden, bedoeld in de artikelen 25 en 58 van de Invorderingswet 1990, toekomen aan de door Onze Minister aangewezen functionaris indien hij met de invordering is belast, en toekomen aan de ontvanger, bedoeld in het eerste lid, indien deze laatste met de invordering is belast. 5. In het kader van het verzet tegen de tenuitvoerlegging van het dwangbevel wordt voor de toepassing van artikel 17 van de Invorderingswet 1990 voor «de ontvanger die het dwangbevel heeft Staatsblad

12 uitgevaardigd» telkens gelezen: de met de tenuitvoerlegging van het dwangbevel belaste ontvanger. 6. Betaling van de heffingen geschiedt aan de door Onze Minister aangewezen functionaris. Na de betekening van het dwangbevel dient te worden betaald aan de ontvanger, bedoeld in het eerste lid, die is vermeld op het dwangbevel. TITEL 7. VERREKENING EN BIJDRAGEVERLENING Artikel 13ac 1. Ingeval in een kalenderjaar de belastbare hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof, bedoeld in artikel 13j, minder is dan nihil, wordt deze verrekend met de belastbare hoeveelheden van de voorgaande drie kalenderjaren. 2. Indien na de verrekening een belastbare hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof van minder dan nihil resteert, wordt deze verrekend met de daarop volgende kalenderjaren. De verrekening vindt plaats door vermindering van de belastbare hoeveelheid van een volgend jaar tot ten minste nihil. 3. Verrekening met betrekking tot een kalenderjaar vindt slechts plaats indien met betrekking tot dat kalenderjaar aangifte van de verschuldigde verfijnde mineralenheffingen, bedoeld in artikel 13h, is gedaan, en aan de in dat artikel bedoelde regels is voldaan. 4. De verrekening geschiedt in de volgorde waarin de belastbare hoeveelheden zijn ontstaan. 5. De verrekening en het verlenen van een uit een verrekening voortvloeiende teruggaaf, alsmede de vaststelling van een resterende belastbare hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof van minder dan nihil, geschiedt op verzoek door de inspecteur bij voor bezwaar vatbare beschikking. De aangifte wordt aangemerkt als verzoek. 6. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de verrekening en de vaststelling van het saldo. Artikel 13aca 1. Een bijdrage wordt verleend indien de belastbare hoeveelheid mineralen, bedoeld in artikel 13j, minder is dan nihil. 2. De bijdrage wordt verleend vanaf een bij ministeriële regeling te bepalen tijdstip. Bij deze regeling worden nadere regels gesteld met betrekking tot de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder de bijdrage wordt verleend. 3. De bij de ministeriële regeling vast te stellen hoogte van de bijdrage bedraagt per kilogram fosfaat, onderscheidenlijk stikstof niet meer dan de tarieven, bedoeld in artikel 13m, eerste en tweede lid. 4. Geen bijdrage wordt verleend voor de hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof die ingevolge artikel 13ac, eerste lid, in aanmerking komt voor verrekening met belastbare hoeveelheden fosfaat, onderscheidenlijk stikstof van voorgaande jaren. De hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof waarvoor een bijdrage wordt verleend wordt niet meer in aanmerking genomen voor verrekening met navolgende kalenderjaren als bedoeld in artikel 13ac, tweede lid. TITEL 8. OVERIGE BEPALINGEN Artikel 13ad De verminderingen, bedoeld in de artikelen 13b, 13j, 13q, 13af, 13ag en 13ah worden uitsluitend toegepast indien de heffingplichtige het recht tot vermindering kan aantonen op basis van de ter zake bij te houden, te Staatsblad

13 bewaren, over te leggen of af te dragen gegevens, bescheiden en bewijsstukken, en indien aan de overigens ter zake gestelde regels is voldaan, waaronder de regels met betrekking tot de vaststelling van de hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof waar de vermindering mee gepaard gaat. Artikel 13ae Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kan voor landbouwgrond met een te lage of te hoge fosfaattoestand of met een bijzondere bodemgesteldheid, een van de hoeveelheden fosfaat, onderscheidenlijk stikstof, bedoeld in de artikelen 13e en 13l, afwijkende hoeveelheid worden vastgesteld. De afwijkende hoeveelheid fosfaat is ten hoogste 50 kilogram. Bij of krachtens de maatregel worden de voor de toepassing van dit artikel noodzakelijke regels gesteld. Artikel 13af Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder de hoeveelheid stikstof, waarover op grond van titel 1 of 2 van dit hoofdstuk heffing is verschuldigd, wordt verminderd met een bij of krachtens de maatregel bepaalde hoeveelheid, overeenkomend met ten hoogste de gemiddelde hoeveelheid stikstof in dierlijke meststoffen die als ammoniak of in een andere vorm vervluchtigt. Artikel 13ag Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder de hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof waarover op grond van titel 1, 2 of 3 van dit hoofdstuk heffing is verschuldigd, kan worden vermeerderd met de hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof in dierlijke meststoffen in opslag bij het bedrijf of de onderneming bij aanvang van het betreffende kalenderjaar en verminderd met de hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof in dierlijke meststoffen in opslag bij het bedrijf of de onderneming aan het einde van het betreffende kalenderjaar. Artikel 13ah Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder de hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof waarover op grond van titel 1, 2 of 3 van dit hoofdstuk heffing is verschuldigd, kan worden verminderd met de hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof in dierlijke meststoffen die zijn verwerkt tot een niet als dierlijke meststof aan te merken product, of die in het kader van het proces van be- of verwerking verloren zijn gegaan. Artikel 13ai Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder in plaats van de in de artikelen 13e, 13l en 13x neergelegde hoeveelheden fosfaat, onderscheidenlijk stikstof, kleinere hoeveelheden fosfaat, onderscheidenlijk stikstof gelden, dan wel een lagere gemiddelde veebezetting dan bedoeld in artikel 13x, eerste lid, onderdeel a, geldt, een en ander voor zover krachtens artikel 1.2 van de Wet Milieubeheer Staatsblad

14 gestelde regels in kleinere hoeveelheden fosfaat en stikstof of een lagere veebezetting voorzien. Artikel 13aj 1. Bij ministeriële regeling kunnen de tarieven genoemd in de artikelen 13f, 13m, 13s, en 13v worden vervangen door andere tarieven. Een verhoging van het tarief bedraagt maximaal 100% van het oorspronkelijke tarief. 2. Bij ministeriële regeling kunnen de hoeveelheden fosfaat en stikstof genoemd in de artikelen 13d, 13e, 13f, derde en vierde lid, 13l, 13m, derde en vierde lid, en 13ae worden vervangen door andere hoeveelheden fosfaat en stikstof. 3. Bij ministeriële regeling kunnen de bijlagen bij deze wet worden gewijzigd. 4. Uiterlijk drie maanden na het tijdstip waarop een krachtens het eerste, tweede of derde lid vastgestelde ministeriële regeling in werking treedt, wordt een voorstel van wet tot goedkeuring van die regeling aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal gezonden. Indien het voorstel wordt ingetrokken of indien een van de Kamers der Staten-Generaal tot het niet-aannemen van het voorstel besluit, worden onverwijld bij ministeriële regeling de krachtens het eerste, tweede of derde lid vastgestelde wijzigingen ongedaan gemaakt, zodanig dat de betrokken artikelen of bijlagen komen te luiden zoals zij voor het in de eerste volzin bedoelde tijdstip luidden. 5. Krachtens dit artikel vastgestelde ministeriële regelingen worden in het Staatsblad geplaatst. Artikel 13ak Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld met betrekking tot de vaststellingen, bedoeld in de artikelen 13c, 13k, 13r, en 13y, tweede lid, alsmede met betrekking tot de vaststelling van de opname van meststoffen door het gewas, bedoeld in artikel 13d, en de vaststelling van de toelaatbare verliezen, bedoeld in de artikelen 13e en 13l. Deze regels hebben betrekking op: a. de methode van weging, volumebepaling, bemonstering en analyse; b. de ten behoeve van de vaststelling te gebruiken apparatuur; c. de bevoegdheid tot het doen van de vaststelling, welke bevoegdheid kan worden verbonden aan een door Onze Minister overeenkomstig bij ministeriële regeling gestelde erkenningsvoorwaarden verleende erkenning; d. de plaats, het moment en de frequentie van vaststelling, daaronder begrepen tellingen voor de vaststelling van het gemiddelde aantal dieren en voor de vaststelling van de gemiddeld tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond; e. de administratieve vastlegging en verantwoording van gegevens omtrent de vaststelling door direct bij het doen van de vaststelling betrokkenen; f. andere voorzieningen die de uitoefening van het toezicht op de naleving van de gestelde regels kunnen vergemakkelijken; g. andere voorwaarden waaraan de vaststelling moet voldoen wil de aldus bepaalde hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof in aanmerking worden genomen voor de bepaling van de verschuldigdheid of hoogte van de heffing, waaronder begrepen regels in zake de toelaatbaarheid van onderlinge menging van dierlijke meststoffen, overige organische meststoffen en andere meststoffen. Staatsblad

15 Artikel 13al Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld over de volgende onderwerpen: a. de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder voor de toepassing van hoofdstuk IV, in afwijking van artikel 1, eerste lid, onderdeel q, en vierde lid, ook in de grensgebieden gelegen landbouwgrond buiten Nederland of landbouwgrond die anders dan op grond van één van de in dat artikel genoemde titels in gebruik is, onder de tot het bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond wordt gerekend; b. nadere voorwaarden waaraan moet zijn voldaan voor de toepassing van de verminderingen, bedoeld in de artikelen 13b, 13j, en 13q; c. de aanmelding, bedoeld in artikel 13h, en de functionaris bij wie de aanmelding geschiedt; d. nadere voorwaarden waaraan moet zijn voldaan wil een bedrijf in aanmerking komen voor de in artikel 13h bedoelde mogelijkheid, waartoe kunnen behoren: 1. de verplichting om in bijlage D bij de wet als aanvoerpost, onderscheidenlijk afvoerpost benoemde meststoffen, producten of dieren uitsluitend af te nemen van, onderscheidenlijk af te leveren aan door Onze Minister overeenkomstig bij ministeriële regeling gestelde erkenningsvoorwaarden erkende leveranciers, onderscheidenlijk afnemers; 2. de verplichting om aan het slot van het voorgaande kalenderjaar aanwezige voorraden van in bijlage D bij deze wet als aanvoerpost benoemde producten of dieren in aanmerking te nemen als mineralenaanvoer als bedoeld in artikel 13j; e. de hetzij ingevolge artikel 13v, tweede lid, hetzij bij wijze van algemene verplichting bij de aangifte van de heffing over te leggen verklaring van een registeraccountant of accountantadministratieconsulent; f. de regels waaraan de producenten, leveranciers en afnemers van de in bijlage D bij deze wet opgenomen meststoffen, producten en dieren, al dan niet in het kader van een erkenning als bedoeld in onderdeel d, onder 1, moeten voldoen, waaronder het opmaken, bewaren, overleggen en afdragen van gegevens, bescheiden en bewijsstukken met betrekking tot de door hen geproduceerde, in voorraad gehouden, ontvangen, verhandelde en gebruikte aantallen of hoeveelheden van de meststoffen, producten en dieren, alsmede de daarmee gepaard gaande hoeveelheid fosfaat, onderscheidenlijk stikstof; g. de voor de bepaling van de verschuldigdheid en hoogte van de heffing, dan wel voor het toezicht op de naleving van de voorwaarden voor vrijstelling van de heffing op te maken, te bewaren, over te leggen en af te dragen gegevens, bescheiden en bewijsstukken; h. alle onderwerpen die in aanvulling op de Algemene wet inzake rijksbelastingen of de Invorderingswet 1990 moeten worden geregeld met betrekking tot de uitvoering van het bij of krachtens dit hoofdstuk bepaalde. TITEL 9. TIJDELIJKE UITZONDERING VOOR FOSFAAT IN ANDERE MESTSTOFFEN Artikel 13am In afwijking van de artikelen 13b en 13c, derde lid, en van de artikelen 13j en 13k, eerste lid, juncto de artikelen D1, eerste lid, onderdeel a, en D3, tweede lid, van bijlage D bij deze wet, wordt de hoeveelheid fosfaat in andere meststoffen eerst vanaf een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in aanmerking genomen bij de bepaling van onderscheidenlijk de belastbare hoeveelheid meststoffen, bedoeld in artikel 13b en de belastbare hoeveelheid mineralen, bedoeld in artikel 13j. Staatsblad

16 F Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd: 1. «produktie» wordt telkens vervangen door: productie. 2. In het zevende lid vervalt «vee, pluimvee of andere». 3. Het achtste lid komt te luiden: 8. Indien aan bijlage A bij deze wet een diersoort wordt toegevoegd, is het gedurende drie jaren na inwerkingtreding van de betreffende wijziging van de bijlage verboden de hoeveelheid dierlijke meststoffen, die door deze diersoort op een bedrijf wordt geproduceerd, vervolgens te laten produceren door diersoorten die voordien wel in de bijlage waren opgenomen. 4. Het volgende lid wordt toegevoegd: 9. Voor de toepassing van dit artikel wordt de hoeveelheid geproduceerde dierlijke meststoffen vastgesteld op basis van het gemiddelde aantal in het betreffende kalenderjaar gehouden, uitgeschaarde of tijdelijk elders ter weiding ondergebrachte dieren, van de onderscheiden diercategorieën en op basis van de forfaitaire productienormen voor de onderscheiden diercategorieën, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat per dier per jaar, die zijn opgenomen in bijlage A bij deze wet. G H Artikel 14a vervalt. Artikel 14c wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid wordt «het mestproduktierecht» vervangen door: de van de onderscheiden diersoorten afkomstige hoeveelheid dierlijke meststoffen, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, die op een bedrijf ten hoogste mag worden geproduceerd. 2. In het tweede lid vervalt «overeenkomt met het mestproduktierecht dat». 3. Aan het tweede lid wordt de volgende volzin toegevoegd: Artikel 14, negende lid, is van overeenkomstige toepassing.. I J Artikel 16 vervalt. Artikel 17 komt te luiden: Artikel Bij ministeriële regeling kan vrijstelling worden verleend van het bij of krachtens deze wet bepaalde. 2. Onze Minister kan ontheffing verlenen van het bij of krachtens deze wet bepaalde. 3. Aan de vrijstelling of de ontheffing kunnen voorwaarden worden verbonden. Staatsblad

17 K Artikel 18 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid wordt «vergunningen en ontheffingen» vervangen door «vergunningen, ontheffingen en erkenningen». 2. In het tweede lid, onderdeel b wordt «of een ontheffing» vervangen door:, een ontheffing of een erkenning. L Artikel 19 wordt gewijzigd als volgt: 1. Voor de tekst van het artikel wordt een 1. geplaatst. 2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende: 2. Indien onderwerpen waarop deze wet van toepassing is, ter uitvoering van een bindend besluit van de Raad van de Europese Unie, van het Europees Parlement en de Raad gezamenlijk of van de Commissie van de Europese Gemeenschappen regeling behoeven, kan dit geschieden bij ministeriële regeling. M In de artikelen 21, eerste lid, en 23 wordt «de artikelen 5, 9, 13 en 15» telkens vervangen door: de artikelen 5, 9, 13ae, 13af, 13ag, 13ah, 13ai, 15 en 38a. N Artikel 25 wordt vervangen door de volgende artikelen: Artikel 25 Onze Minister kan de bevoegdheden die hem toekomen ingevolge artikel 13aa, eerste lid, en de bevoegdheden tot het verlenen van erkenningen en tot het stellen van erkenningsvoorwaarden, bedoeld in de artikelen 13ak, onderdeel c, en 13al, onderdeel d, onder 1, delegeren. Artikel 25a De ministeriële regelingen bedoeld in hoofdstuk IV, behoudens titel 6, en in artikel 17 worden vastgesteld door Onze Minister in overeenstemming met Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Artikel 25b Onze Minister doet over de werking van deze wet telkens na twee jaren een verslag aan de beide Kamers der Staten-Generaal toekomen. O P Artikel 33 vervalt. In artikel 35, tweede lid, wordt «17, tweede lid» vervangen door: 17, derde lid. Staatsblad

18 Q Na artikel 38 wordt het volgende artikel ingevoegd: Artikel 38a De verschillende artikelen van deze wet of onderdelen daarvan, komen te vervallen op een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. R De bij deze wet opgenomen bijlagen A, B, C en D worden als bijlagen toegevoegd. ARTIKEL II A De Wet verplaatsing mestproduktie 2 wordt als volgt gewijzigd: In de tekst van de wet en de daarbij behorende bijlage wordt het woord «produktie», alsmede samenstellingen daarmee telkens vervangen door: productie. B In artikel 1, eerste lid, vervallen de begripsomschrijvingen van «mestverwerkingsinrichting», «verwerken» en «tot het bedrijf behorende oppervlakte grond.» C Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het vierde lid vervalt het tweede gedachtenstreepje met de daarna opgenomen zinsnede. 2. In het zesde lid wordt «de artikelen 5, 6 en 11, vierde lid, onderdeel g» vervangen door: de artikelen 5 en 6. D E F G Artikel 11 vervalt. In artikel 14 vervalt «artikel 11, eerste en tweede lid, en». In artikel 20 vervalt «11, eerste, derde en vierde lid,». In artikel 22 wordt, onder vernummering van het derde tot vierde lid, een lid ingevoegd, luidende: 3. De verschillende artikelen van deze wet of onderdelen daarvan Staatsblad

19 kunnen op een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen verschillend kan worden vastgesteld, voor een bij de maatregel te bepalen gebied buiten werking worden gesteld. H De bijlage behorende bij de Wet verplaatsing mestproduktie wordt als volgt gewijzigd: 1. «omvat het grondgebied» wordt telkens vervangen door: omvat, gerekend naar de situatie op 1 januari 1997, het grondgebied. 2. De namen van gemeenten waarvan het grondgebied door Gebied II wordt omvat worden in alfabetische volgorde gerangschikt. 3. In de alfabetische rangschikking van gemeenten waarvan het grondgebied door Gebied II wordt omvat wordt «Reusel» vervangen door: Reusel-De Mierden. ARTIKEL III Artikel 1a van de Wet op de economische delicten 3 wordt als volgt gewijzigd: 1. Onder 1, in het gedeelte betreffende de Wet verplaatsing mestproduktie, wordt «4, 9, zesde lid, en 11, eerste en derde lid,» vervangen door: 4, en 9, zesde lid; 2. Onder 3, in het gedeelte betreffende de Meststoffenwet wordt «17, tweede lid» vervangen door: 17, derde lid; 3. Onder 3, in het gedeelte betreffende de Wet verplaatsing mestproduktie, vervalt «11, vierde lid». ARTIKEL IV De ingevolge artikel 14a van de Meststoffenwet, zoals dit op de dag vóór inwerkingtreding van artikel I, onderdeel G van deze wet luidde, geldende hoeveelheid mestproductierechten voor varkens en kippen, is na inwerkingtreding van genoemd artikelonderdeel de hoeveelheid verplaatsbare niet-gebonden mestproductierechten voor varkens en kippen en de hoeveelheid niet-verplaatsbare niet-gebonden mestproductierechten voor varkens en kippen die voor deze bedrijven op de dag voor inwerkingtreding van het genoemde artikelonderdeel gold ingevolge artikel 1, derde lid, en 6, eerste lid, van de Wet verplaatsing mestproduktie, vermenigvuldigd met 10/7. ARTIKEL V De wijzigingen van de Meststoffenwet, voorzien in artikel I, onderdelen F, G en H, de wijzigingen van de Wet verplaatsing mestproduktie, voorzien in artikel II, en de wijzigingen van de Wet op de economische delicten, voorzien in artikel III, zijn niet van toepassing op gedragingen die hebben plaatsgevonden voor de dag waarop deze wet in werking treedt. Staatsblad

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 312 Wet van 28 juni 2001 tot wijziging van de Meststoffenwet in verband met een aanscherping van de normen van het stelsel van regulerende mineralenheffingen

Nadere informatie

2. Onderdeel f komt te luiden: f. Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;.

2. Onderdeel f komt te luiden: f. Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;. Wijziging van de Meststoffenwet (invoering stelsel verantwoorde mestafzet) Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren en de Wet dieren in verband met de herziening van het heffingenstelsel ten behoeve van de kosten van de bestrijding en het weren van besmettelijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 532 Wijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Vrijstelling van de heffingen Meststoffenwet voor kleine bedrijven, tuinbouwbedrijven en tuincentra

Vrijstelling van de heffingen Meststoffenwet voor kleine bedrijven, tuinbouwbedrijven en tuincentra Vrijstelling van de heffingen Meststoffenwet voor kleine bedrijven, tuinbouwbedrijven en tuincentra LNV «Meststoffenwet» Regeling houdende vrijstelling van de heffingen van hoofdstuk IV van de Meststoffenwet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 229 Wet van 29 mei 2017 tot wijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten 0 Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 538 Wet van 7 december 2000 tot wijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van pluimveerechten Wij Beatrix,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2008 2009 31 945 Wijziging van de Meststoffenwet (differentiatie fosfaatgebruiksnorm) A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 2 juli 2009 Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 62 Wet van 6 februari 2003 tot wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (verbetering van de handhaving en bepalingen inzake uitbreidingstoelatingen)

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 224 Wet van 11 mei 2007, houdende wijziging van de voorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten Wij Beatrix,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 979 Regels ten behoeve van een verantwoorde groei van de melkveehouderij (Wet verantwoorde groei melkveehouderij) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 894 Uitbreiding en wijziging van de Wet milieubeheer in verband met de uitvoering van de verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 424 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000, houdende regels ter bevordering van de kwaliteit in het taxivervoer A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2018 505 Wet van 19 december 2018 tot wijziging van enige wetten in verband met enkele maatregelen voor het bedrijfsleven (Wet bedrijfsleven 2019)

Nadere informatie

CONCEPT (versie 5 juni 2012) WET ONAFHANKELIJK NETBEHEER INCLUSIEF VOORGENOMEN WIJZIGINGEN

CONCEPT (versie 5 juni 2012) WET ONAFHANKELIJK NETBEHEER INCLUSIEF VOORGENOMEN WIJZIGINGEN WET ONAFHANKELIJK NETBEHEER INCLUSIEF VOORGENOMEN WIJZIGINGEN (deze geconsolideerde versie is bedoeld als handreiking ten behoeve van de internetconsultatie; er kunnen op geen enkele wijze rechten aan

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1997 1998 Nr. 36 25 349 Wijziging van de Wet op de accijns GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 30 september 1997 Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2008-2009 31479 Wijziging van de Mijnbouwwet in verband met het stimuleren van een actief gebruik van vergunningen voor opsporing, winning en opslag A GEWIJZIGD

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 517 Wet van 18 oktober 2001, houdende wijziging van de Wet milieubeheer, de Wet milieugevaarlijke stoffen en de Wet bodembescherming (verbetering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 197 Wijziging van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet milieubeheer en enkele andere wetten ten behoeve van de implementatie van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 99 Wet van 13 maart 2008 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met het aanmerken van het kentekenregister als basisregistratie

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 476 Wet van 6 september 2006 tot wijziging van de Visserijwet 1963 in verband met het vervallen van de Organisatie ter verbetering van de binnenvisserij

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 33 129 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (huurverhoging op grond van inkomen) B GEWIJZIGD

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 826 Voorstel van het lid Van Velzen houdende een verbod op de pelsdierhouderij (Wet verbod pelsdierhouderij) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 397 27 844 Regels inzake de veiligheid en kwaliteit van lichaamsmateriaal dat kan worden gebruikt bij een geneeskundige behandeling (Wet veiligheid

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 215 Wet van 10 april 1997 tot wijziging van de Wet inzake bloedtransfusie Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 327 Wijziging van verschillende wetten in verband met de vereenvoudiging van de uitvoering van deze wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2005 2006 29 874 (R 1777) Goedkeuring en uitvoering van de op 17 december 1991 te München tot stand gekomen Akte tot herziening van artikel 63 van het Verdrag

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 459 Wet van 6 oktober 1999, houdende wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 met betrekking tot de afgifte en inname van kentekenplaten Wij Beatrix,

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming (Wet op de loonvorming [Versie geldig vanaf: 17-02-1999]) Geschiedenis: Staatsblad 1997, 63;Staatsblad

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 328 Besluit van 2 juli 1999, houdende uitzonderingen op het ingevolge artikel 55, derde lid, van de Meststoffenwet geldende verbod dierlijke

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1999 2000 Nr. 91 26 852 Wijziging van enkele belastingwetten (technische aanpassingen) GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 25 november 1999 Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 376 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000 in verband met verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 606 Wet van 22 november 2006, houdende wijziging van de Wet milieubeheer en enige andere daarmee verband houdende wetten (modernisering van de

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 725 Wet van 22 december 2005 tot wijziging van de Gemeentewet in verband met het afschaffen van het gebruikersdeel van de onroerendezaakbelasting

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 654 Voorstel van wet tot wijziging van de Wet ammoniak en veehouderij Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 574 Wijziging van de Visserijwet 1963 in verband met de bestrijding van visstroperij en het vervallen van de akte, alsmede enkele andere wijzigingen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 607 Wet van 2 november 1995 tot intrekking van de Vestigingswet detailhandel en wijziging van de Drank- en Horecawet en van de Vestigingswet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 189 Wet van 3 april 2003, houdende kleine wijzigingen en reparaties in diverse wetten op het terrein van volkshuisvesting, ruimtelijke ordening

Nadere informatie

De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt als volgt gewijzigd:

De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt als volgt gewijzigd: Wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Wet waardering onroerende zaken en enige andere wetten in verband met de invoering van een basisregistratie inkomen en een basisregistratie waarde

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 606 Wet van 6 december 1995 tot wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en van enige andere wetten in verband met de invoering

Nadere informatie

Wijziging van de Mijnbouwwet (aanpassing van het vergunningsstelsel voor opsporen en winnen van aardwarmte)

Wijziging van de Mijnbouwwet (aanpassing van het vergunningsstelsel voor opsporen en winnen van aardwarmte) Wijziging van de Mijnbouwwet (aanpassing van het vergunningsstelsel voor opsporen en winnen van aardwarmte) VOORSTEL VAN WET 8-6-2010 Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses

Nadere informatie

L181) en van Verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie van 21 juni 2012 inzake de

L181) en van Verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie van 21 juni 2012 inzake de TWEEDE KAMER DER STATEN- 2 GENERAAL Vergaderjaar 2012-2013 33 466 Wijziging van de Wet milieubeheer en de Wet op de economische delicten in verband met de vaststelling van Verordening (EU) nr. 600/2012

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 381 Wijziging van enkele belastingwetten in verband met een herziening van de behandeling van de omzetting en kwijtschelding van afgewaardeerde

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2017 2018 34 815 Wijziging van de Wet inzake bloedvoorziening in verband met risicobeheersing binnen de Bloedvoorzieningsorganisatie A GEWIJZIGD VOORSTEL

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 461 Wet van 20 juni 2002 tot wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (implementatie biociden richtlijn) Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 686 Wijziging van enkele belastingwetten in verband met een herziening van de behandeling van de omzetting en kwijtschelding van afgewaardeerde

Nadere informatie

VOORSTEL VAN WET. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

VOORSTEL VAN WET. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. 31 948 Wijziging van onder meer Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet documentatie vennootschappen in verband met het vervallen van de verklaring van geen bezwaar en het verbeteren en uitbreiden

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 163 Wet van 24 maart 2011 tot wijziging van de Wet milieubeheer, de Wet op de economische delicten en de Elektriciteitswet 1998 ter implementatie

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 175 Wet van 23 maart 2005 tot wijziging en aanvulling van een aantal bepalingen in het Wetboek van Strafvordering met betrekking tot de betekening

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 399 Wet van 27 juni 2002, houdende de Wet op het BTW-compensatiefonds Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 285 Wijziging van de Wet voorkeursrecht gemeenten (vereenvoudiging bekendmaking en aanbiedingsprocedure) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 21 155 Wijziging van de regeling van de overdracht van aandelen op naam in naamloze vennootschappen en besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid.

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015-2016 33 872 Wijziging van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (verbetering vergunningverlening, toezicht en handhaving) A herdruk 1 GEWIJZIGD

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 339 Wijziging van de Waterleidingwet (eigendom waterleidingbedrijven) A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 9 december 2003 Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 074 Wijziging van de Wet luchtvaart inzake de exploitatie van de luchthaven Schiphol Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Aan artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

Aan artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende: Wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag en de Wet milieubeheer voor de invoering van een minimum CO 2-prijs bij elektriciteitsopwekking (Wet minimum CO 2- prijs elektriciteitsopwekking) VOORSTEL

Nadere informatie

Wijziging van de Wet houdende wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet ter verbetering van de werking van de elektriciteits- en gasmarkt

Wijziging van de Wet houdende wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet ter verbetering van de werking van de elektriciteits- en gasmarkt Wijziging van de Wet houdende wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet ter verbetering van de werking van de elektriciteits- en gasmarkt VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 615 Wijziging van de Wet bereikbaarheid en mobiliteit in verband met invoering van een versnellingstarief en verbetering van de uitvoerbaarheid

Nadere informatie

Wet van 5 oktober 2006, houdende regels inzake geurhinder vanwege tot veehouderijen behorende dierenverblijven (Wet geurhinder en veehouderij)

Wet van 5 oktober 2006, houdende regels inzake geurhinder vanwege tot veehouderijen behorende dierenverblijven (Wet geurhinder en veehouderij) (Tekst geldend op: 10-02-2013) Wet van 5 oktober 2006, houdende regels inzake geurhinder vanwege tot veehouderijen behorende dierenverblijven (Wet geurhinder en veehouderij) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 290 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op loonbelasting 1964 in verband met stapsgewijze verhoging

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 33 145 Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 in verband met het inkorten van het studentenreisrecht, het vervallen van de bijverdiengrens

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 798 Wijziging van de Woningwet in verband met het versterken van het handhavingsinstrumentarium Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 129 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (huurverhoging op grond van inkomen) Nr. 2 VOORSTEL

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 165 Wet van 19 maart 2009, houdende tijdelijke regels voor experimenten met een gebiedsgerichte bestemmingsheffing ten behoeve van aanvullende

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 531 Wet van 5 oktober 2006, houdende regels inzake geurhinder vanwege tot veehouderijen behorende dierenverblijven (Wet geurhinder en veehouderij)

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 645 Besluit van 9 november 2005, houdende regels ter uitvoering van de Meststoffenwet (Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet) Wij Beatrix, bij de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 299 Wijziging van de Drank- en Horecawet in verband met de introductie van de bestuurlijke boete Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 004 Wijziging van de Meststoffenwet en intrekking van de Wet verplaatsing mestproductie en de Wet herstructurering varkenshouderij (vereenvoudiging

Nadere informatie

Voorstel van wet. Artikel I. De Uitvoeringswet EG-betekeningsverordening wordt als volgt gewijzigd: A Artikel 1, onderdeel a, komt te luiden:

Voorstel van wet. Artikel I. De Uitvoeringswet EG-betekeningsverordening wordt als volgt gewijzigd: A Artikel 1, onderdeel a, komt te luiden: Wijziging van de Uitvoeringswet EG-betekeningsverordening ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1393/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 inzake de betekening en de kennisgeving

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 461 Wet van 28 oktober 1999, houdende uitbreiding van de kring van verzekerden ingevolge de Ziekenfondswet met zelfstandigen voor wie, gelet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 212 Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en van de Gaswet in verband met nadere regels omtrent een onafhankelijk netbeheer Nr. 2 VOORSTEL

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 249 Wet van 4 juni 2014 tot wijziging van de Woningwet in verband met het versterken van het handhavingsinstrumentarium 0 Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 245 Wet van 12 juni 2009 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht, Wetboek van Strafvordering en enkele aanverwante wetten in verband met

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. Wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en enige andere wetten in verband met de invoering van herziening bij aanslagbelastingen (Wet vereenvoudiging formeel verkeer Belastingdienst) VOORSTEL

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 352 Wet van 5 juli 2001 tot wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 121 Invoering van een bankenbelasting (Wet bankenbelasting) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1985-1986 16972 Wijziging van de Wegenverkeerswet (Verlenging geldigheidsduur en decentralisatie afgifte rijbewijzen) Nr. 13 HERDRUK NADER GEWIJZIGD VOORSTEL

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015 2016 34 090 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Wet op de economische delicten in verband met het gebruik van elektronische processtukken

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 652 Wijziging van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte in verband met een verdere modernisering van de Huurcommissie en met de introductie

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 500 Wet van 12 september 1996 tot wijziging van de Wet op de dierproeven Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van

Nadere informatie

Aanpassing van wetgeving en vaststelling van overgangsrecht in verband met de herziening van de maatregelen van kinderbescherming

Aanpassing van wetgeving en vaststelling van overgangsrecht in verband met de herziening van de maatregelen van kinderbescherming anpassing van wetgeving en vaststelling van overgangsrecht in verband met de herziening van de maatregelen van kinderbescherming VOORSTEL VN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 200 Wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs in verband met het invoeren van een nieuw arrangement voor de bekostiging van

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Wet toezicht accountantsorganisaties in verband met het vergroten van de transparantie van het toezicht op financiële markten (Wet transparant toezicht

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Regels met betrekking tot de begroting en verantwoording van de kosten van het toezicht van de Autoriteit Financiële Markten en de Nederlandsche Bank en de financiering van de toezichtkosten (Wet bekostiging

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Ontwerp-Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van, TRCJZ/2008/3190, houdende wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 236 Wet van 24 april 2002, houdende wijziging van een aantal bepalingen van de Flora- en faunawet in verband met een verbod op de drijfjacht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 291 Bepalingen houdende regeling van de inwerkingtreding van de Binnenvaartwet (Invoeringswet Binnenvaartwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 206 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband met de

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 98 Wet van 5 maart 2007 tot wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met de invoering van bestuursrechtelijke handhaving

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 122 Wet van 25 februari 1999 tot wijziging van de Wet milieubeheer, de Wet rampen en zware ongevallen en de Arbeidsomstandighedenwet ter uitvoering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 440 (R 1990) Wijziging van de Paspoortwet in verband met een andere status van de Nederlandse identiteitskaart, het verlengen van de geldigheidsduur

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 241 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de dividendbelasting 1965 in verband

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 198 Wet van 29 mei 2008 tot wijziging van de Wet bevordering eigenwoningbezit (uitvoeringstechnische wijzigingen) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Aan artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

Aan artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende: Wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag voor de invoering van een minimum CO 2-prijs bij elektriciteitsopwekking (Wet minimum CO 2-prijs elektriciteitsopwekking) VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 30 645 Voorstel van wet van de leden Dezentjé Hamming-Bluemink en Groot houdende wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en enige

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 612 Wijziging van de Wet waardering onroerende zaken en van enige andere wetten (meer doelmatige uitvoering van de Wet waardering onroerende

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 479 Wet van 30 november 2016, houdende wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enige andere wetten in verband met enkele aanpassingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 827 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 ter implementatie van richtlijn nr. 2003/59/EG (vakbekwaamheid

Nadere informatie