Project: MM Basis-001 sportaccomodatie De Roodloop te Hilvarenbeek

Transcriptie

1 Gemeente Hilvarenbeek Ingekomen: Project: MM Basis-001 sportaccomodatie De Roodloop te Hilvarenbeek Uitgangspuntendocument H:\DOC\MM16151\ALGEMEEN\Basis-001.doc :38 Behoort bij besluit van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Hilvarenbeek van Namens dezen, Teamleider Ruimtelijke Ordening & Vergunningen

2 Insulindelaan CV Eindhoven Postbus AR Eindhoven T E tielemans@tielemans.nl Project: MM Basis-001 sportaccomodatie De Roodloop te Hilvarenbeek Uitgangspuntendocument Opdrachtgever: Pellikaan Bouwbedrijf bv Architect: Datum: Zaaknummer: Constructeur: Jeroen van den Berkmortel Handtekening:

3 Inhoudsopgave: 1 Bouwkundige gegevens Inleiding Locatie Gebouwbeschrijving Omschrijving constructieve gebouwonderdelen Van toepassing zijnde voorschriften Veiligheidsklasse en referentieperiode Uitvoeringsklasse Robuustheid Kwaliteitsbewaking Brandwerendheid Hoofddraagconstructie bij brand Druklagen op kanaalplaatvloeren Materialen Paalsysteem Algemene richtlijnen uitvoering grondverbetering Controle uitgangspunten Werkterrein/bouwput Zandaanvulling Voor de uitvoering dienen de volgende richtlijnen te worden gevolgd: Kwaliteitseisen aanvulmateriaal Verdichting Controle grondverdichting Grondwater/bemaling Milieu Tot slot Begane grond vloer Verdiepingsvloeren Dak Verticale draagstructuur Constructieve samenhang Algemeen Raakvlakken constructieonderdelen Verankeringen Uitvoeringsfase... 8 MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: i

4 3.5 Aandachtspunten Gebouwdilataties Stabiliteitsprincipe Algemeen Dwarsstabiliteit Langsstabiliteit Belastingen en belastingcombinaties Permanente en veranderlijke belastingen Windbelastingen Sneeuwbelasting Belastingcombinaties Tabel NB.3 A1.2(A) Rekenwaarden van belastingen (EQU) (groep A) Tabel NB.4 A1.2(A) Rekenwaarden van belastingen (STR/GEO) (groep B) Tabel NB.7 A1.3 Rekenwaarden van buitengewone belastingen Bijlagen: Bijlage A Grafische weergave belastingen... A A - 1 Begane grondvloer A - 2 Eerste verdiepingsvloer A - 3 Tweede verdiepingsvloer MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: ii

5 1 Bouwkundige gegevens 1.1 Inleiding Dit document behandelt de uitgangspunten en aannames van de te realiseren bouwconstructie. Hiermee wordt bedoeld heldere informatie over de gedachtegang van de constructeur met betrekking tot het ontwerpen van de hoofddraagconstructie, de stabiliteit en de onderlinge samenhang tussen de verschillende onderdelen en toegepaste materialen. Allereerst wordt in Hoofdstuk 1 het project beschreven. De schriftelijke toelichting op het ontwerp van de constructies is als volgt opgebouwd: Hoofdstuk 2: Omschrijving constructieve gebouwonderdelen; Hoofdstuk 3: Constructieve samenhang; Hoofdstuk 4: Stabiliteitsprincipe; Hoofdstuk 5: Belastingen en belastingcombinaties. 1.2 Locatie De geplande nieuwbouwlocatie bevindt zich in de gemeente Hilvarenbeek. Situatietekening MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 1

6 1.3 Gebouwbeschrijving Het gebouw bestaat uit een 3-tal lagen. De begane grond vloer behelst voor een gedeelte de sporthal met bergingen en kleedruimtes en het andere gedeelte is het zwembad met alle installaties die daar bij horen. De eerst verdiepingsvloer heeft een horecagedeelte, zwembad en kleedruimtes. De tweede verdiepingsvloer is er alleen voor de installaties. Gebouwafmetingen: Lengte: ±64,5m Breedte: ±55,5m Hoogte: ±10,50 m 2 Omschrijving constructieve gebouwonderdelen 2.1 Van toepassing zijnde voorschriften NEN-EN 1990: NEN-EN 1991: NEN-EN 1992: NEN-EN 1993: NEN-EN 1994: NEN-EN 1995: NEN-EN 1996: NEN-EN 1997 NEN-EN 1999: Grondslagen van het ontwerp Belastingen op constructies Betonconstructies Staalconstructies Staal- betonconstructies Houtconstructies Metselwerkconstructies Geotechnisch ontwerp Aluminiumconstructies MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 2

7 2.2 Veiligheidsklasse en referentieperiode Gebruiksfunctie: Gevolgklasse: Ontwerplevensduur: Categorie C: Bijeenkomstfunctie CC2a 50 jaar 2.3 Uitvoeringsklasse Voor de staalconstructie is de uitvoeringsklasse bepaald volgens NEN-EN Het gebouw/onderdeel wordt berekend in gevolgklasse CC2 en het type van de belasting is statisch, quasistatisch, kranen klasse S0, seismisch DCL. Uitvoeringsklasse EXC Robuustheid Voor de robuustheid worden in de uitvoeringsfase de navolgende punten meegenomen. De wapening ten behoeve van de minimale robuustheid van de constructie wordt bepaald conform NEN-EN artikel 9.10 De wapening ten behoeve van de lokaal bezwijken van kolommen wordt bepaald conform NEN-EN Bijlage A Kwaliteitsbewaking Het kwaliteitssysteem dat Adviesbureau Tielemans hanteert, is een kwaliteitssysteem dat specifiek is afgestemd op de constructieve engineeringstak van de bouwsector. Dit kwaliteitssysteem is gebaseerd op de systematiek van ISO9001. De voorzieningen die nodig zijn om de kwaliteit van onze producten (tekeningen en berekeningen) te waarborgen, zijn ondergebracht in een centraal automatiseringsprogramma TSPM. In TSPM zijn onze organisatorische structuren, verantwoordelijkheden, procedures en processen vastgelegd, zodat alle medewerkers binnen het bureau weten wat van ze wordt verwacht. Dit leidt tot een optimale kwaliteitszorg en daarmee tot een constante hoge kwaliteit van de door ons bureau geleverde diensten. De bepalingen die van belang zijn voor een optimale dienstverlening aan onze klanten zijn vastgelegd in ons kwaliteitssysteem. Voorbeelden van bepalingen die zijn vastgelegd in ons kwaliteitssysteem zijn: Het planning bewakingssysteem Tekenafspraken voor uniforme tekeningen Afspraken omtrent controles van berekeningen en tekeningen van leveranciers (onderaannemers) Interne toetsen door collega s Het constructieve uitgangspuntendocument Het BIM-protocol Bewakingssysteem voor tijdige goedkeuring op constructieve stukken door bevoegde overheidsinstanties Voor alle projecten zijn de constructieve uitgangspunten vastgelegd in een uitgangspuntendocument. Hierin zijn alle hoofdprincipes van de draagconstructie benoemd. Aan de hand van dit document worden de primaire uitgangspunten gedurende het gehele ontwerpproces bewaakt. De kwaliteit van onze berekeningen en tekeningen wordt intern getoetst middels een collegiale toets : een projectadviseur controleert steekproefsgewijs de stukken van projecten waarbij hijzelf niet betrokken is. Andersom worden projecten van deze projectadviseur gecontroleerd door andere adviseurs. Deze manier van werken maakt integraal onderdeel uit van ons kwaliteitssysteem TSPM. MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 3

8 2.5 Brandwerendheid Voor de hoofddraagconstructie geldt een eis van 90 minuten. De brandwerendheid kan worden gereduceerd als de permanente vuurbelasting van 500MJ/m² niet wordt overschreden. Ons uitgangspunt is dat de permanente vuurbelasting lager is dan 500MJ/m². Alle onderdelen die deel uitmaken van de hoofddraagconstructie moeten 60 (= 90-30) minuten brandwerend bekleed worden c.q. berekend worden op een brandwerendheid van 60 (= 90-30) minuten. Een rookvrije vluchtroute dient 30 minuten bruikbaar te blijven. Zie ook het rapport van GBB. Er wordt een brandwerendheid van 60 minuten aangehouden voor de hoofddraagconstructie. 2.6 Hoofddraagconstructie bij brand De navolgende onderdelen maken deel uit van de hoofddraagconstructie bij brand. De staalconstructies die hiervan deel uitmaken dienen dus, met uitzondering van de met gewapend beton gevulde kolommen, 60 minuten brandwerend bekleed te worden. De betonconstructies zullen hierop berekend worden. Alle kolommen en dragende wanden van niveau 0 tot onderzijde niveau 2. Alle vloerbalken onder niveau 1 t/m 2. Alle vloeren van niveau 1 t/m 2. De windverbanden in as F. De betonkolommen op as L, vanwege brandoverslag Druklagen op kanaalplaatvloeren Rekening houden met de nieuwe uitgave van de BFBN "Aanbeveling 2015 Brand en Kanaalplaatvloeren". 2.7 Materialen Funderingspalen Sterkteklasse: C25/30 Milieuklasse: XC4 Fundering Sterkteklasse: C25/30 Milieuklasse: XC3; XF1 Keldervloeren Sterkteklasse: C30/37 Milieuklasse: XC3 Kelderwanden Sterkteklasse: C25/30 Milieuklasse: XC3; XF1 Situbeton binnen Sterkteklasse: C25/30 Milieuklasse: XC1 Druklagen Sterkteklasse: C25/30 Milieuklasse: XC1 Prefabbeton Sterkteklasse: C35/45 Milieuklasse: XC1 Wapening losse staven B500 B wapeningsnetten B500 A Walsprofielen Buisprofielen S235JRG2 / S355J2G3 S275J2H / S355J2H Kalkzandsteen Steendruksterkte = 20,00 N/mm² Mortel lijmmortel Baksteen Steendruksterkte = 15,00 N/mm² Mortel M10 Hout Sterkteklasse: C18 Tenzij anders op tekeningen of in berekeningen vermeld MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 4

9 2.8 Paalsysteem Conform advies Geonius dd. Xx-xx-20xx is er gekozen voor???palen. 2.9 Algemene richtlijnen uitvoering grondverbetering Controle uitgangspunten Voorafgaand aan de uitvoering moet gecontroleerd worden: De relatie tussen: bouwpeil, maaiveldhoogte, ontgravingsniveaus, aanlegniveaus, gronddekking en grondwaterstand t.o.v. Ref/NAP, De afmetingen van de fundering en de gronddekking, Overige relevante uitgangspunten geotechnische rapportages. Nabijgelegen bebouwing en infrastructuur Nagegaan moet worden of de graaf- en verdichtingswerkzaamheden met een aanvaardbaar minimaal risico voor nabijgelegen bebouwing en infrastructuur kunnen worden uitgevoerd. Voor wat betreft bebouwing is hiervoor informatie noodzakelijk omtrent de constructieve opbouw, de funderingswijze en de bouwkundige staat. Bij negatieve effecten kan het nodig zijn om de uitvoeringswijze of de funderingswijze aan te passen. Zo nodig kan de omgeving voor wat betreft deformaties en trillingen worden gemonitord Werkterrein/bouwput De ligging van kabels en leidingen dient in beeld te zijn gebracht. De ondergrond dient vrij te zijn van obstakels en verstoringen die van invloed kunnen zijn op het graafwerk en het aanbrengen van een grondverbetering. Eventuele taluds dienen voldoende flauw te worden ontgraven. Voor verdere aanwijzingen met betrekking tot de graafwerkzaamheden wordt verwezen naar publicatieblad P25 van de Arbeidsinspectie Zandaanvulling Nadat tot de draagkrachtige laag is ontgraven, moet tot de onderkant van de fundering, en in het geval dat de vloeren op staal worden gefundeerd tot onderkant vloer, een goed verdicht zandpakket worden aangebracht. De grondverbetering moet tenminste worden aangebracht binnen een gebied waarin de belasting onder 45 spreidt Voor de uitvoering dienen de volgende richtlijnen te worden gevolgd: Het ontgravingsvlak moet worden verdicht wanneer dat tijdens de graafwerkzaamheden is verstoord. Dit is alleen mogelijk wanneer zich beneden het ontgravingsniveau geen cohesieve grond bevindt. Het aanvulmateriaal moet laagsgewijs mechanisch worden verdicht door middel van trilapparatuur. Het is niet toegestaan een grondverbetering uit te voeren, waarbij aanplempen of inwateren van zand wordt toegepast; De laagdikte dient tijdens het verdichten bij voorkeur hooguit 0,3 m te bedragen Kwaliteitseisen aanvulmateriaal Zand als aanvulmateriaal voor een goede grondverbetering, dient aan de volgende criteria te voldoen: De korrelfractie kleiner dan 0,016 mm dient lager te zijn dan 5 gewichtsprocenten. De korrelfractie kleiner dan 0,063 mm dient lager te zijn dan 10 gewichtsprocenten. MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 5

10 De gelijkmatigheidscoëfficiënt D60/D10 moet tenminste 2 zijn. D60 = korreldiameter met een zeefdoorval van 60 gewichtsprocenten. D10 = korreldiameter met een zeefdoorval van 10 gewichtsprocenten; Het humusgehalte mag ten hoogste 3 gewichtsprocenten bedragen; De korrelvorm dient bij voorkeur enigszins hoekig te zijn; Over het algemeen wordt een goede verdichting verkregen bij een vochtpercentage van ongeveer 6 á 12%. Het optimale vochtpercentage is door middel van proctorproeven nauwkeuriger te bepalen. Het is niet uitgesloten dat een voldoende verdichtingsgraad kan worden bereikt met zand dat niet geheel aan bovengenoemde eisen voldoet. Een en ander zal in dat geval echter proefondervindelijk moeten worden vastgesteld. Veelal is een grotere inspanning vereist om tot een voldoende resultaat te komen. Toepassing van menggranulaat als grondverbetering wordt niet direct aanbevolen. Hoewel met menggranulaat in principe een goed verdichting kan worden bereikt, laat de verdichting zich echter niet eenvoudig op standaard wijze controleren Verdichting Het verdichten van de zandaanvulling moet laagsgewijs, zoveel mogelijk in kruislings gerichte gangen, worden uitgevoerd. Ter indicatie zijn in onderstaande tabel gegevens verstrekt ten behoeve van de aan te wenden verdichtingsapparatuur. Een en ander dient te worden afgestemd op de kwaliteit van het zand en het te verdichten oppervlak. Ter indicatie worden gegevens verstrekt voor aan te wenden verdichtingsapparatuur. Gewicht trilplaat Centrifugekracht Capaciteit Laagdikte in kn in kn m2/uur in m 1,5 à 2,0 kn 15 kn 200 m²/uur 0,15 m 2,0 à 3,5 kn 30 kn 300 m²/uur 0,20 m 3,5 à 5,0 kn 40 kn 400 m²/uur 0,30 m Controle grondverdichting De verdichting van de grondverbetering kan worden gecontroleerd door middel van sonderingen. Als maatstaf kan worden uitgegaan van een sondeerweerstand die vanaf niveau bovenkant grondverbetering, gelijkmatig oploopt tot ten minste 5 MPa (laagbouw) à 10 MPa (hoogbouw), een en ander afhankelijk van de funderingsdrukken en vervormingsgevoeligheid van het bouwwerk Grondwater/bemaling Tijdens de uitvoering van de graafwerkzaamheden moet het grondwaterniveau zonodig worden verlaagd, zodanig dat de bodem van de put droog is en de grondwaterstand zich buiten de invloedssfeer van de verdichtingsapparatuur bevindt. Wanneer de grondwaterstand te hoog is, kan afhankelijk van de waterdoorlatendheid van het toegepaste zand, de ondergrond en de gebruikte verdichtingsapparatuur, een "drijfzand"- situatie ontstaan. Een en ander heeft tot gevolg dat verdichting onmogelijk wordt. Over het algemeen zal een verlaging van het grondwaterniveau met hulp van een bemaling tot 0,5 m onder de putbodem het gewenste resultaat opleveren. De grondwaterspiegel mag niet meer worden verlaagd dan voor een goede uitvoering van de graafwerkzaamheden noodzakelijk is. Ook de bemalingsduur moet zoveel mogelijk worden beperkt. Voorts wordt erop gewezen dat een locatieligging in of nabij zogenoemde functiegebieden mogelijk extra eisen oplegt aan de grondwateronttrekking. In voorkomende gevallen is het mogelijk een kwalitatief goede grondverbetering te realiseren door de juiste afstemming van ontgravingsdiepte, laagdikte, grondwaterniveau en verdichtingsapparatuur. MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 6

11 Er wordt op gewezen dat het onttrekken en lozen van grondwater aan wet- en regelgeving is gebonden. Daarbij geldt voor de bemaling evenals voor de graaf- en verdichtingswerkzaamheden dat deze geen negatieve effecten mogen veroorzaken voor de omgeving Milieu Er wordt op gewezen dat milieuaspecten mede met betrekking tot aan- en afvoer van grond en lozing van grondwater ook aan wet- en regelgeving zijn gebonden Tot slot Voor meer richtlijnen wordt verwezen naar: NEN 6740:2006, Eurocode 7 en Publicatieblad P Begane grond vloer De begane grondvloer van de sporthal is een 140mm dikke in het werk gestorte betonvloer en ligt op staal. De vloeren onder de kleedruimtes en fitness zijn 250mm dik ook in het werk gestort, maar komen op palen. Rondom het zwembad en de vloeren va het zwembad zelf zijn ook in het werk gestorte betonvloeren, echter nu 350mm dik en ook op palen gefundeerd Verdiepingsvloeren De perronvloer rondom het zwembad is een breedplaatvloer van 250mm dik. Deze vloer vangt voor een groot gedeelte de horizontale belastingen uit de zwembadwanden op, omdat de wanden onderin niet ingeklemd worden. Alle overige vloeren zijn kanaalplaten van 260mm dik met een gewapende druklaag van 70mm. Opgelegd op prefab betonnen liggers Dak Het dak is gemaakt van een stalen dakplaat op stalen liggers. Bij de sporthal zijn de overspanningen dermate groot dat er is gekozen voor stalen vakwerkliggers Verticale draagstructuur De verticale draagstructuur bestaat vrijwel geheel uit prefab betonkolommen van 300x300mm. Verder zullen ook de prefab zwembadwanden van 350mm dik, verticale en horizontale belastingen afdragen. MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 7

12 3 Constructieve samenhang 3.1 Algemeen Voor dat gestart wordt met uitvoering (dat wil zeggen álle voorbereidingen, zoals tekenwerk en detailberekeningen, benodigd voor realisatie van een gebouwelement) dient er door de aannemer overleg opgestart worden tussen Adviesbureau Tielemans en de door de aannemer geselecteerde onderaannemers. Hierin dienen onderwerpen als gegevensstroom, controletijden en goedkeuringstrajecten vastgelegd te worden. Bij de eerste controles dienen door de aannemer reeds detailberekeningen van de desbetreffende onderdelen aan Adviesbureau Tielemans overlegd te worden. Bij het ontbreken van detailberekeningen worden de desbetreffende onderdelen niet in behandeling genomen. Adviesbureau Tielemans zal specifiek controleren op de constructieve samenhang van het gebouw en slechts steekproefsgewijs op de elementberekening zelf. Definitieve details, detailberekeningen en detailtekeningen, werktekeningen, bevestigingsmiddelen, verbindingen, verankeringen, hulpstaal, valbeveiligingen, ravelingen, opleggingen, sparingen, tijdelijke voorzieningen voor montage en uitvoering, trappen en bordessen, volgens opgave aannemer/leverancier. Ter controle op hoofduitgangspunten en constructieve samenhang door Adviesbureau Tielemans. 3.2 Raakvlakken constructieonderdelen In het algemeen dienen de raakvlakken tussen: In het werk gestorte betonconstructies en prefab betonconstructies, In het werk gestorte betonconstructies en staalconstructies, Staalconstructies en prefab betonconstructies, op elkaar te worden afgestemd. De coördinatie hiervan ligt bij de aannemer. Alle voorzieningen die door Adviesbureau Tielemans opgegeven worden ten behoeve van de constructieve samenhang, dienen door de aannemer op de desbetreffende tekening van de leverancier verwerkt te worden. 3.3 Verankeringen Alle verankeringen, zoals bijvoorbeeld: stekken, boorankers, lijmankers, instortankers, isokorven en dergelijke, moeten worden bepaald door de betreffende leverancier. De leverancier dient constructief aan te tonen dat de verankering geschikt is voor de toepassing en specifieke situatie middels een sterkte- en vervormingsberekening. Deze berekening is inclusief randvoorwaarden zoals: ondergrond, randafstanden, onderlinge afstanden, benodigde bijlegwapening en/of andere benodigdheden. 3.4 Uitvoeringsfase Belastingen voortkomend uit de wijze van uitvoeren en bouwmethodiek zijn conform opgave aannemer. De verschillende leveranciers dienen hier hun uitgangspunten op af te stemmen, dit ter controle door de aannemer. Bedoeld wordt onder andere: stortbelastingen, stempellasten, bekistingsberekeningen, opperbelastingen en tijdelijke afstempelingen op constructieve elementen. Positie bouwkraan, belastingen en fundatie door de aannemer te bepalen ter controle indienen bij Adviesbureau Tielemans. 3.5 Aandachtspunten Om de constructieve samenhang van de diverse constructieonderdelen beter te waarborgen worden hieronder de constructieonderdelen genoemd die extra aandacht behoeven van alle betrokken partijen. - De aansluitingen tussen (prefab) beton en staal; MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 8

13 - De kantelnokken voor de dakconstructie; - Het prefab zwembad en de belastingen daaruit vloeiend naar de overige constructieonderdelen; - De zwembadwanden zorgen ook voor de stabiliteit van het gebouw; - De perronvloer bij het zwembad moet gewapend worden op krimp. 3.6 Gebouwdilataties Er zijn geen dilataties aanwezig in het gebouw. MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 9

14 4 Stabiliteitsprincipe 4.1 Algemeen Het gebouw heeft een kolom-ligger structuur en wordt stabiel gehouden middels windbokken en windverbanden. De daken en vloeren werken als schijven om de belasting te verdelen. Bij het zwembad is de stabiliteit iets anders geregeld. Het dak en de constructie tot de eerste verdiepingsvloer werken nog wel volgens het zelfde principe. Maar de perronvloer van het zwembad zal alle stabiliserende krachten naar de zwembadwanden afdragen, welke het naar de fundering zal brengen. Het dak van het gebouw bestaat uit vier delen die elk los hun stabiliteit hebben. De windbokken hebben vaak wel een gezamenlijke functie. Het lager gelegen dak (geel) draagt de windbelasting voor een groot gedeelte af aan de betonkolommen waarna het via de hoger gelegen daken naar de windbokken gaat. Er is een prefab liftschacht aanwezig, maar deze werkt niet mee met de stabiliteit. MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 10

15 4.2 Dwarsstabiliteit Windbokken vanaf de eerste verdieping tot het dak. Windbokken (rood) en stabiliserende wanden (groen) op de begane grond tot de eerste verdieping. MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 11

16 4.3 Langsstabiliteit Windbokken vanaf de eerste verdieping tot het dak. Windbokken (rood) en stabiliserende wanden (groen) op de begane grond tot de eerste verdieping. MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 12

17 5 Belastingen en belastingcombinaties 5.1 Permanente en veranderlijke belastingen Stalen dak Sneeuwbelasting Eigengewicht dakplaat 0,16 = 0,16 Isolatie en dakbedekking 0,12 + 0,03 = 0,15 Sporttoestellen, leidingen etc 0,25 = 0,25 Zonnepanelen 0,30 = 0,30 Totaal blijvende belasting 0,86 kn/m 2 Opgelegde belasting 0,56 = 0,56 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 0,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,00 ψ 1 = 0,20 ψ 2 = 0,00 Reductiefactor 1,00 Vloer techniekruimte Categorie E: Opslag- of industriefunctie Kanaalplaat 260 3,85 = 3,85 Druklaag 0,07 x 25,00 = 1,75 Plafond, leidingen etc 0,25 = 0,25 Totaal blijvende belasting 5,85 kn/m 2 Opgelegde belasting 5,00 = 5,00 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 1,00 ψ 1 = 0,90 ψ 2 = 0,80 Reductiefactor 1,00 Vloer horeca Categorie C: Samenkomstfunctie, niet A, B of D Kanaalplaat 260 3,85 = 3,85 Druklaag 0,07 x 25,00 = 1,75 Afwerking 0,07 x 20,00 = 1,40 Plafond, leidingen etc 0,25 = 0,25 Totaal blijvende belasting 7,25 kn/m 2 Opgelegde belasting inclusief scheidingswanden 0,80 + 4,00 = 4,80 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,40 ψ 1 = 0,70 ψ 2 = 0,60 Reductiefactor 1,00 MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 13

18 Verdiepingsvloer kleedruimtes Categorie C: Samenkomstfunctie, niet A, B of D Kanaalplaat 260 3,85 = 3,85 Druklaag 0,07 x 25,00 = 1,75 Afwerking 0,05 x 20,00 = 1,00 Plafond, leidingen etc 0,25 = 0,25 Totaal blijvende belasting 6,85 kn/m 2 Opgelegde belasting inclusief scheidingswanden 0,80 + 2,50 = 3,30 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,40 ψ 1 = 0,70 ψ 2 = 0,60 Reductiefactor 1,00 Perronvloer zwembad Categorie C: Samenkomstfunctie, niet A, B of D Eigengewicht 0,25 x 25,00 = 6,25 Afwerking 0,12 x 20,00 = 2,40 Leidingen 0,25 = 0,25 Totaal blijvende belasting 8,90 kn/m 2 Opgelegde belasting 5,00 = 5,00 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,40 ψ 1 = 0,70 ψ 2 = 0,60 Reductiefactor 1,00 Vloer sporthal Categorie C: Samenkomstfunctie, niet A, B of D Eigengewicht 0,14 x 25,00 = 3,50 Afwerking 0,06 x 20,00 = 1,20 Totaal blijvende belasting 4,70 kn/m 2 Opgelegde belasting 5,00 = 5,00 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,40 ψ 1 = 0,70 ψ 2 = 0,60 Reductiefactor 1,00 Begane grondvloer kleedruimtes Categorie C: Samenkomstfunctie, niet A, B of D Eigengewicht 0,25 x 25,00 = 6,25 Afwerking 0,05 x 20,00 = 1,00 Totaal blijvende belasting 7,25 kn/m 2 Opgelegde belasting inclusief scheidingswanden 0,80 + 2,50 = 3,30 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,40 ψ 1 = 0,70 ψ 2 = 0,60 Reductiefactor 1,00 MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 14

19 Begane grondvloer rondom zwembad Categorie E: Opslag- of industriefunctie Eigengewicht 0,25 x 25,00 = 6,25 Totaal blijvende belasting 6,25 kn/m 2 Opgelegde belasting 5,00 = 5,00 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 1,00 ψ 1 = 0,90 ψ 2 = 0,80 Reductiefactor 1,00 Begane grondvloer fitness Categorie C: Samenkomstfunctie, niet A, B of D Eigengewicht 0,25 x 25,00 = 6,25 Afwerking 0,05 x 20,00 = 1,00 Totaal blijvende belasting 7,25 kn/m 2 Opgelegde belasting inclusief scheidingswanden 0,80 + 5,00 = 5,80 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,40 ψ 1 = 0,70 ψ 2 = 0,60 Reductiefactor 1,00 Vloer zwembad hoog Categorie C: Samenkomstfunctie, niet A, B of D Eigengewicht 0,35 x 25,00 = 8,75 Afwerking 0,12 x 20,00 = 2,40 Totaal blijvende belasting 11,15 kn/m 2 Opgelegde belasting 20,50 = 20,50 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,40 ψ 1 = 0,70 ψ 2 = 0,60 Reductiefactor 1,00 Vloer zwembad laag Categorie C: Samenkomstfunctie, niet A, B of D Eigengewicht 0,35 x 25,00 = 8,75 Afwerking 0,12 x 20,00 = 2,40 Totaal blijvende belasting 11,15 kn/m 2 Opgelegde belasting 26,50 = 26,50 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,40 ψ 1 = 0,70 ψ 2 = 0,60 Reductiefactor 1,00 MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 15

20 Prefab trappen Categorie C: Samenkomstfunctie, niet A, B of D Eigengewicht 0,25 x 25,00 = 6,25 Totaal blijvende belasting 6,25 kn/m 2 Opgelegde belasting 5,00 = 5,00 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,60 ψ 1 = 0,70 ψ 2 = 0,60 Reductiefactor 1,00 Vloer waterbuffers Categorie C: Samenkomstfunctie, niet A, B of D Eigengewicht 0,35 x 25,00 = 8,75 Totaal blijvende belasting 8,75 kn/m 2 Opgelegde belasting 32,00 = 32,00 kn/m 2 Geconcentreerde opgelegde belasting 7,00 kn Momentaanfactor ψ 0 = 0,40 ψ 1 = 0,70 ψ 2 = 0,60 Reductiefactor 1,00 Trenomat wand Permanent Eigengewicht 0,80 = 0,80 Totaal blijvende belasting 0,80 kn/m 1 Stalen gevel Permanent Eigengewicht 0,70 = 0,70 Totaal blijvende belasting 0,70 kn/m 2 Metselwerk 100 Permanent Eigengewicht 0,10 x 20,00 = 2,00 Totaal blijvende belasting 2,00 kn/m 2 Vliesgevel / pui Permanent Eigengewicht 0,70 = 0,70 Totaal blijvende belasting 0,70 kn/m 2 Prefab kolom Permanent Eigengewicht 0,30 x 0,30 x 25,00 = 2,25 Totaal blijvende belasting 2,25 kn/m 1 MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 16

21 Prefab balk Permanent Eigengewicht 0,45 x 0,55 x 25,00 = 6,19 Totaal blijvende belasting 6,19 kn/m 1 Prefab zwembadwand Permanent Eigengewicht 0,35 x 25,00 = 8,75 Totaal blijvende belasting 8,75 kn/m Windbelastingen Stuwdruk =10,50m +maaiveld Windbelasting Windgebied III; Onbebouwd; hoogte 10,500 boven maaiveld, stuwdruk = 0,71 kn/m² Momentaanfactor = 0,00 ψ 1 = 0,20 ψ 2 = Reductiefactor ψ 0 0,00 1, Sneeuwbelasting Groen = 0,56 kn/m² Rood = verlopend 2,80 kn/m² naar 0,56 kn/m² MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 17

22 NEN-EN : Sneeuwbelastingen - Daken grenzend aan hogere bouwwerken Sneeuwbelastingvormcoëfficienten o 0 o ,80 30 o o 60 0, o o o 15 s 0 15 s ½ 1; ( b b2) 1 h 0,80 4,00 2 w en h s w α = 0,0 hieruit volgt μ 1;α = 0,80 Platdak μ 1 = 0,80 b 1 = 50,00m b 2 = 14,50m h = 2,50m μ w = 2,00 x 2,50 / 0,70 = 7,14 --> 4,00 μ s = 0 μ 2 = μ w + μ s = 4,00 + 0,00 = 4,00 l s = 2.h, met 5 m < l s < 15 m en l s < b 2 l s = 5,00 m < 14,50 m q sn = μ 1 x C e x C t x s k met C e = 1,00; C t = 1,00; s k = 0,70 kn/m² Figuur 5.7 geval (i) q sn;1 = 0,80 x 1,00 x 1,00 x 0,70 = 0,56 kn/m² q sn;2 k = 4,00 x 1,00 x 1,00 x 0,70 = 2,80 kn/m² 5.4 Belastingcombinaties Tabel NB.3 A1.2(A) Rekenwaarden van belastingen (EQU) (groep A) Blijvende en tijdelijke ontwerpsituaties Blijvende belastingen Ongunstig Gunstig Overheersende veranderlijke belasting Veranderlijke belastingen gelijktijdig met de overheersende Belangrijkste (indien aanwezig) Andere (Vgl. 6.10) 1,1 Gk,j,sup 0,9 Gk,j,inf 1,5 Qk,1 1,5 ψ 0,i Qk,i (i >1) Tabel NB.4 A1.2(A) Rekenwaarden van belastingen (STR/GEO) (groep B) Blijvende en tijdelijke ontwerpsituaties Blijvende belastingen Ongunstig Gunstig Overheersende veranderlijke belasting Veranderlijke belastingen gelijktijdig met de overheersende Belangrijkste (indien aanwezig) Andere (Vgl. 6.10a) 1,35 Gk,j,sup a 0,9 Gk,j,inf 1,5 ψ 0,1 Qk,1 1,5 ψ 0,i Qk,i (i >1) (Vgl. 6.10b) 1,2 Gk,j,sup b 0,9 Gk,j,inf 1,5 Qk,1 1,5 ψ 0,i Qk,i (i >1) c Bij vloeistofdrukken met een fysiek beperkte waarde mag zijn volstaan met 1,2 Gk,j,sup. d Deze waarde is berekend met ξ = 0,89. Het onderscheid tussen gunstig en ongunstig werkende blijvende belasting hoeft bij STR/GEO alleen te worden gemaakt voor het totaal van alle belasting van een soort, zoals eigengewicht. Opmerking; Voor gevolgklasse 2 geldt K FI = 1 en kunnen voor de partiële factoren de waarden in tabel NB.4 - A1.2(B) worden gebruikt. Voor gevolgklasse 1 geldt volgens tabel B3 K FI = 0,9; voor gevolgklasse 3 geldt K FI = 1,1. MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 18

23 5.4.3 Tabel NB.7 A1.3 Rekenwaarden van buitengewone belastingen Ontwerpsituaties Blijvende belastingen Ongunstig Gunstig Overheersende buitengewone of aardbevingsbelasting Veranderlijke belastingen gelijktijdig met de overheersende Belangrijkste (indien aanwezig) Andere Buitengewoon (Vgl. 6.11a/b) 1,00 Gk,j,sup a 1,00 Gk,j,inf 1,00 Ad ψ1,1 Qk,1 a ψ 2,i Qk,i (i >1) Aardbeving (Vgl. 6.12a/b) 1,00 Gk,j,sup b 1,00 Gk,j,inf 1,00 Aek of 1,00 AEd Ψ2,1 Qk,1 ψ 2,i Qk,i (i >1) a Uitsluitend voor wind in combinatie met brand bij het beoordelen van disproportionele schade volgens NEN-EN ; voor overige gevallen ψ 2,1. MM Basis-001: Uitgangspuntendocument Pagina: 19

24 Bijlage A Grafische weergave belastingen MM Basis-001: Uitgangspuntendocument

25 A L K C-C B wedstrijdruimte m² J I H D-D B Avanti 75.6 m² G E-E B a douche scheidsrechter m² B a toilet scheidsrechter m² B a kleedruimte scheidsrechter m² B d doucheruimte m² 30 B d toiletruimte 4 dames 1.4 m² B d kleedruimte m² B c toiletruimte 3 heren 1.3 m² B c kleedruimte m² B d schone voetengang m² B c doucheruimte m² B b werkkast 3.6 m² overheaddeur Trenomat wand overheaddeur B toestelberging 80.4 m² B b vuile voetengang sporthal 99.4 m² B b kleedruimte scheidsrechter m² B b douche scheidsrechter m² B EHBO ruimte 11.6 m² B b doucheruimte 13.8 m² B b toilet scheidsrechter m² 30 B b toiletruimte 2 dames 1.4 m² B b kleedruimte m² B a toiletruimte 1 heren 1.3 m² 1169 B a kleedruimte m² 3000 B c schone voetengang m² B a doucheruimte m² F B water 0.7 m² B gaskast 1.0 m² B d trap m² B techniekruimte zwembad m² B berging algemeen 9.1 m² B opslag kanteltribunes 25.8 m² B b miva toilet 3.9 m² UP B centrale hal 31.6 m² B c hoofdtrap 8.7 m² B lift 4.4 m² B meterkast 2.0 m² B containerruimte 20.0 m² E D F-F 02 vuilwaterbuffer 20.0 m² C toekomstige fitness m² 01 systeembuffer 20.0 m² B G-G A wijziging datum omschrijving wijziging gewijzigd door Concept DO C:\Users\john.bertus\Documents\ DO_CENTRAL_john.bertus.rvt :20:29 opdrachtgever gemeente Hilvarenbeek vera vizee john bertus architecten tekenaar 1 L(2-)00 Begane grond bouwkundig schaal 1 : 100 project nieuwbouw sportaccommodatie "de Roodloop" omschrijving plattegrond begane grond richard dinkelman A0 14 maart :100 projectleider formaat datum schaal A-A B-B projectfase definitief ontwerp DO kenmerk bladnummer bureau bos architecten + ingenieurs + adviseurs architecten Amalialaan KE Baarn Postadres Postbus AP Baarn T F E info@bureaubos.nl I

26 L C-C D-D E-E F-F G-G B personeelsruimte Not Enclosed B a toilet personeel dames 1.3 m² B gang personeel 3.5 m² B b toilet personeel heren 1.3 m² B bergruimte wedstrijdbad Not Enclosed B werkkast Not Enclosed pantry nader te bepalen B toiletgroep dames 23.1 m² UP B b trap m² B a kleedruimte personeel dames 11.5 m² B b kleedruimte personeel heren 11.4 m² B a wisselcabines 5.0 m² B a miva toilet 4.5 m² A B b wisselcabines 4.9 m² B gezinscabine 3.8 m² B a lockers 1.4 m² B d kleedkamer m² B groeps doucheruimte 11.3 m² B toiletgroep heren 7.7 m² B schone voetengang 60.5 m² B tribune zwembad 74.2 m² B perrons zwembad m² B vuile voetengang 55.1 m² B b lockers 1.4 m² B wedstrijdbassin m² B c kleedkamer m² B b kleedkamer m² 600 B c lockers 0.7 m² B a Kleedkamer m² B gang 16.8 m² B EHBO ruimte 7.2 m² B keukenberging 5.6 m² keukeninrichting nader te bepalen B keuken 15.9 m² plafondkoof op B centrale hal 83.6 m² B receptie 7.9 m² B b bar 16.4 m² B b miva toilet 4.2 m² UP B a toilet dames 3.0 m² A B entreeportaal 14.9 m² B a hoofdtrap 9.3 m² B a horeca m² B a gang 10.5 m² B lift 4.4 m² B b toilet heren 5.6 m² B a werkkast 2.4 m² B patchkast 2.1 m² B bedrijfsleider 17.3 m² UP K J I H G F E D C B A wijziging datum omschrijving wijziging gewijzigd door Concept DO opdrachtgever gemeente Hilvarenbeek vera vizee architecten john bertus tekenaar C:\Users\john.bertus\Documents\ DO_CENTRAL_john.bertus.rvt :20:25 project nieuwbouw sportaccommodatie "de Roodloop" richard dinkelman A0 projectleider formaat 1 L(2-)01 Eerste verdieping bouwkundig schaal 1 : A-A B-B omschrijving plattegrond 1e verdieping projectfase definitief ontwerp bureau bos architecten + ingenieurs + adviseurs 14 maart 2017 datum 1:100 schaal DO kenmerk bladnummer architecten Amalialaan KE Baarn Postadres Postbus AP Baarn T F E info@bureaubos.nl I

27 achtergevel sporthal (noord_west) L K C-C J I H D-D G F linker zijgevel zuid-west E-E B techniekruimte luchtbehandeling Not Enclosed B e trap Not Enclosed UP E rechter zijgevel (noord-oost) 1020 D --- Section F-F C B G-G A wijziging datum omschrijving wijziging gewijzigd door VOORLOPIG D:\REVIT\MODELLEN\ DO_CENTRAL_john.bertus.rvt :37:42 opdrachtgever gemeente Hilvarenbeek vera vizee john bertus architecten tekenaar 1 02_tweede verdieping schaal 1 : 100 project nieuwbouw sportaccommodatie "de Roodloop" omschrijving plattegrond 2e verdieping richard dinkelman A0 31 januari :100 projectleider formaat datum schaal projectfase definitief ontwerp DO kenmerk bladnummer A-A B-B bureau bos architecten + ingenieurs + adviseurs architecten Amalialaan KE Baarn Postadres Postbus AP Baarn T F E info@bureaubos.nl I