Den Helder, 26 maart De Raad van de gemeente Den Helder, Postbus 36, 1780AA Den Helder.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Den Helder, 26 maart 2013. De Raad van de gemeente Den Helder, Postbus 36, 1780AA Den Helder."

Transcriptie

1 Den Helder, 26 maart Aan: Onderwerp: De Raad van de gemeente Den Helder, Postbus 36, 1780AA Den Helder. Zienswijze (en aanvullend bezwaar) naar aanleiding van de openbare kennisgeving van de gemeente Den Helder van 14 februari 2013 betreffende het ontwerp bestemmingsplan Dogger Noord-Oost en meer in het bijzonder de nota van beantwoording ofwel bijlage bij het eindverslag inspraakprocedure ( inspraak- en vooroverlegreacties) betreffende het voorontwerp bestemmingsplan De Dogger Noord-Oost van januari Referte: 1. Verslag informatieavond van 7 maart nr All Notulen vergadering College van 26 april 201 l(kenmerk niet bekend). 3. Raadsinformatiebrief van 26 april 2011 nr Ril Brief aan het College van XXX dd 13 juni 2011 nr AH Concept brief van XXX als overhandigd aan wethouder XXX op 18 januari Brief (bezwaar) aan het College van XXX van 10 december2012, kenmerk van de brief werd niet medegedeeld. 7. Nota-van-beantwoording c.q. Bijlage bij eindverslag inspraakprocedure (inspraak- en vooroverlegreacties) terzake van het voorontwerp bestemmingsplan De Dogger Noord-Oost van januari 2012 met bijbehorende documenten. 8. Ontwerp bestemmingsplan Dogger Noord-Oost "Massabalans en emissies van in Nederland toegepaste crematie processen", TNO, februari "Onderzoek naar kwikemissies van crematoria en beschikbare reinigingstechnieken", Tauw, mei Uitspraak Raad van State, zaaknummer /1/R4 van 15 augustus 2012 sub 2.9. t/m Van: XXX Geacht voorzitter en leden van de Raad van de gemeente Den Helder, Naar aanleiding van het ontwerp bestemmingsplan Dogger Noord-Oost en de nota van beantwoording conform referte 7 deel ik u het volgende mede. Ik beperk mij voornamelijk tot het door mij ingediende bezwaar en het antwoord op dit bezwaar. In het navolgende gaat het derhalve in de eerste plaats om punt 8b en het antwoord als vermeld in de Nota-van-beantwoording conform referte 7. De onvolledige samenvatting als vermeld in de nota van beantwoording maakt het nodig een nieuwe samenvatting van het bezwaar te schrijven. Deze samenvatting bestaat uit onderstaande punten 1) en 2).

2 11.De emissie-eisen en de verspreiding. In de beantwoording concentreert het College zich op het element geur. De kern van mijn bezwaar is anders. Men dient eerst, althans in hoofdzaak, te kijken naar de meest toxische stoffen. De stoffen met minimalisatie verplichting. Het gaat zelfs om de zwaarste categorie MVP1. Minimalisatieverplichting impliceert dat blijvend naar een nulemissie moet worden gestreefd. In het geval van een crematorium gaat het dan om dioxinen, furanen en kwik. Stoffen die uitermate bedreigend zijn voor het zenuwstelsel en de ontwikkeling van hersenen. De beantwoording dwingt ertoe terug te gaan in de tijd. In 1998 kwam als onderdeel van de Nederlandse emissierichtlijnen lucht een bijzondere regeling voor crematoria tot stand. Er werden concentratie-eisen voor de relevante stoffen met minimalisatieverplichting geformuleerd. Men kon niet langer volstaan met een goed geregelde oven. Van dat moment af was het voor nieuwe crematoria nodig om nageschakelde techniek toe te passen. De regeling als opgenomen in de NeR werd in de loop der jaren enigszins gewijzigd, doch bleef in hoofdzaak van kracht tot In de periode bleek het bijzonder moeilijk om te voldoen aan de toen vigerende concentratie-eis voor kwik. Voor crematoria werd in 2011, in het kader van wijziging van de milieuwetgeving, een nieuwe regeling geïntroduceerd. Deze regeling is nu nog van kracht Expliciet geformuleerde eisen voor de stoffen met minimalisatieverplichting bestaan sindsdien niet meer. Voor kwik bestaat weliswaar een concentratie-eis, doch deze geldt alleen indien een bepaalde grenswaarde van de massastroom wordt overschreden. Het kost een beetje rekenwerk, doch wie dit uitvoert ontdekt dat met een relatief eenvoudige filterinstallatie (reinigingsrendement ca 90 %) het mogelijk is om te voldoen aan de nieuwste eisen, terwijl daarbij de emissieconcentratie, afhankelijk van diverse parameters, vrij aanzienlijk groter is dan het maximum dat in de periode gold als bovengrens. Conclusie. Anders dan vermeld in de tekst van het ontwerp bestemmingsplan - zie bijvoorbeeld bladzijde 25 - zijn de eisen voor crematoria niet strenger geworden doch aanzienlijk versoepeld. Alle argumenten met betrekking tot de indeling in milieucategorieën, richtafstanden en het "achterhaald zijn" van de handreiking van de VNG, berusten blijkens de tekst op "vernieuwde strengere normen" doch zijn, wegens het niet bestaan van dergelijke normen, in feite nonargumenten. Ten onrechte beschouwt het College slechts de elementen geur, gevaar, geluid en stof. Luchtverontreiniging blijft, behoudens het genoemde element stof en ook geur, geheel buiten beschouwing. In eerdere correspondentie, en ook bij mondeling contact met een lid van het College, werd het College hierop geattendeerd, doch het College heeft nimmer geantwoord, reden waarom ik mij gedwongen voel dit nogmaals onder de aandacht te brengen 21. Milieuzonering en ruimtelijke ordening. Een crematorium hoeft niet langer te voldoen aan eisen zoals die in het verleden, in 1998 en daarop volgende jaren, werden gehanteerd. De versoepelde emissie-eisen worden vermeld in het thans vigerende Activiteitenbesïuit. Derhalve is er geen enkele reden om bestaande "wetgeving", zoals de handreiking Bedrijven en milieuzonering van de VNG 2009, anders te interpreteren en "op te rekken". De tekst en de criteria van deze handreiking, die haar bestaan en status ontleent aan het niet beschikbaar zijn van een tekst voor het Hoofdstuk Milieuzonering, Artikel 6 van de Wet milieubeheer, werden niet aangepast aan de minder strenge emissie-eisen. Derhalve is het logisch dat het bevoegd gezag in voorkomende gevallen kiest voor grotere afstanden en richtafstanden dan thans conform de handreiking VNG wordt geëist.

3 Voor wat betreft de interpretatie van de handreiking VNG moet het volgende worden opgemerkt: het College deelt het te vestigen crematorium in in de milieucategorie 2 doch voert hiervoor geen valide overwegingen of motieven aan ; - de richtafstanden worden door het College beschouwd als zijnd leidend doch de betekenis ervan wordt voor een crematorium en voor een gemengd gebied tenminste gerelativeerd ( "niet te vertalen in een richtafstand", respectievelijk "niet toepasbaar") op de bladzijden 31, 32 en 84 van de handreiking VNG; - het College houdt geen rekening met de wijze van meten van richtafstanden als vermeld op bladzijde 77 van de handreiking VNG (perceelgrens tot gevel); - het voor crematoria belangrijkste element van de handreiking VNG, de Index L van luchtverontreiniging als genoemd in de Lijst 1-Activiteiten en in het terzake van luchtverontreiniging vermelde op bladzijde 84, wordt door het College geheel verwaarloosd; - het College gebruikt voor dezelfde situatie afwisselend de getallen uit de kolom voor omgeving rustige woonwijk en de kolom voor gemengd gebied: - het College gebruikt niet de categorie-indeling Categorie A, B en C als vereist voor een gemengd gebied ( Zie bladz. 32,178 en 179 van de handreiking van de VNG 2009); - Het College schenkt er geen aandacht aan dat een crematorium niet kan worden ingedeeld in één der categorieën A,B of C en derhalve niet kan worden gevestigd in een gemengd gebied Conclusie. De handreiking Bedrijven en milieuzonering VNG 2009 werd niet consistent geïnterpreteerd. De interpretatie is gebaseerd op onjuiste gronden. 3"). De Europese richtlijn 85/337/EEG en uw document de vormvrije procedure crematorium. Voor gedetailleerd commentaar en bezwaar moge ik verwijzen naar de inhoud van de Bijlage A.) bij deze brief. Ter adstructie licht ik een enkel punt van uw document er uit: "Uit de verschillende onderzoeken blijkt dat het project geen onaanvaardbare hinder of gevaar oplevert." Echte, het College heeft, hoewel hier uitdrukkelijk om is gevraagd, geen enkel document getoond of kunnen tonen met betrekking tot de verontreiniging door stoffen met minimalisatieverplichting voor het gebied binnen de grens van 100m. Opgemerkt zij dat na het doorlopen van Bijlage III van bovengenoemde Europese regel ik de conclusie - '"'Op grond van toetsing aan de selectiecriteria als bedoeld in bijlage III bij de Europese M.e.r.-richtlijn kan uitgesloten worden dat de activiteit belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben. Er bestaat derhalve geen plicht of aanleiding voor het volgen van een m.e.r.(beoordelings)procedure."" - niet kan delen. Conclusie. Ook het document "vormvrije procedure crematorium" geeft blijk van een niet correcte en inconsistente interpretatie. 4). Commentaar en bezwaar tegen de nota van beantwoording,

4 De waarheid loopt niet op klompen, ze komt binnen op muiltjes, haar aanwezigheid wordt pas na verloop van tijd kenbaar. De waarheid is niet naakt, noch gekleed in een ijzeren harnas. Ze is gehuld in omslagdoeken en voiles, die langzaam en sierlijk kunnen worden afgelegd, nooit tegelijk, nooit allemaal. ( Uit Adieu Dries, tekst Jan Terlouw 1982). Voor gedetailleerd commentaar en bezwaar met betrekking tot de nota van beantwoording moge ik verwijzen naar de inhoud van de Bijlage B.) bij deze brief. Het belangrijkste is wel het inhoud geven aan wat voortkomt uit het toekennen aan crematoria van de index L van luchtverontreiniging als genoemd in de handreiking van de VNG uitgave Ter wille van de leesbaarheid van deze brief volgt onderstaand de desbetreffende tekst. "L van luchtverontreiniging. De uitstoot van schadelijke stoffen naar de lucht is niet te vertalen in een richtafstand die bij voorkeur tot woningen (of andere gevoelige locaties) in acht genomen zou moeten worden. Toch kan de uitstoot van schadelijke stoffen naar de lucht in planologisch opzicht relevant zijn. Denk aan de neerslag van geëmitteerde schadelijke stoffen op gevoelige bodems, gewassen en flora; bijvoorbeeld verzurende stoffen op natuurgebieden en zware metalen op groentes. Bij het gebruik van ontsmettings- en bestrijdingsmiddelen in de land- en tuinbouw doen zich in de praktijk regelmatig problemen voor met de afstand tot woningen. Bij activiteiten waar dit mogelijk relevant is, is de letter L van luchtverontreiniging opgenomen." (tekst uit de handreiking VNG Bedrijven en milieuzonering 2009, bladzijde 84). Dit gedeelte van de handreiking Bedrijven en milieuzonering 2009 is, lijkt mij, niet gemakkelijk te hanteren. Zo men er al in mocht slagen om de grootte van de verontreiniging middels berekening vast te stellen, hetgeen in feite het uitvoeren van kostbare windtunnelproeven vereist, dan nog is er het probleem van de interpretatie. Immers hoe groot is uh een oogpunt van volksgezondheid de maximaal toelaatbare concentratie van de stoffen met minimalisatieverplichting MVP 1 en 2? Hierop is geen antwoord mogelijk. Het enige antwoord is dat naar nulemissie moet worden gestreefd, opdat deze stoffen niet voorkomen in het leefmilieu. Anders dan wat het College mededeelt zijn - zoals in bovenstaand punt 3). reeds werd opgemerkt - er in het geheel geen gegevens of rapporten beschikbaar waaruit blijkt hoe groot de verontreiniging in het gebied binnen het 100m. criterium zal zijn, althans dergelijke rapporten konden niet worden getoond en er konden ook geen verwijzingen naar worden gemaakt. Het komt mij voor dat in een situatie als deze, waar zo bitter weinig bekend is van de plaatselijke verontreiniging nabij een gepland crematorium, het redelijk is wanner de plaatselijke overheid kennis neemt van de uitspraken van de Raad van State en beziet of zij, in haar hoedanigheid van bevoegd gezag, zich hieraan kan confirmeren. De Raad van state,in haar taak van hoogste algemene bestuursrechter, is op dit punt duidelijk en inmiddels reeds vele jaren consistent in haar mening. De afstand tussen de perceelgrens van een crematorium en de gevel van het naastbij gelegen woonhuis moet tenminste 100m. bedragen. Zie onderstaande teksten uit de Bijlage C.) bij deze brief. ""De raad stelt verder dat het crematorium deel uitmaakt van de oostelijke uitbreiding van de begraafplaats en dat de afstand tussen het crematorium en de bestaande woningen meer dan

5 100 meter bedraagt. Volgens de raad wordt daarmee voldaan aan de in de VNG-brochure "Bedrijven en milieuzonering" (hierna: de VNG-brochure) aanbevolen afstanden."" ""Zoals de raad heeft erkend, sluit de regeling in het plan derhalve niet uit dat het crematorium op een afstand van minder dan 100 meter van de dichtstbijzijnde woning wordt gebouwd."" ""Niet in geschil is dat de afstand tussen het crematorium en de dichtstbijzijnde woning meer dan 100 meter bedraagt wanneer het crematorium op deze locatie wordt opgericht."" Het gaat eenvoudig om afstanden - geen geneuzel over richtafstanden - teneinde het leefmilieu redelijkerwijs veilig te stellen. Wat uit het bovenstaande misschien niet duidelijk blijkt - de teksten kan men uiteraard beter in de context lezen - is dat het daarbij steeds gaat om minimaal 100m. Ik moet aannemen dat de Raad van state in haar recente uitspraken mede heeft betrokken dat bij een moderne installatie (oven met filters) de verspreiding van de afvoergassen extra wordt bemoeilijkt door de uiterst lage waarde van de warmte emissie. Misschien ten overvloede volgt nogmaals een opgave van enige afstanden: - van uitvaartcentrum naar gevel woongebouw EsDéGé ca 3m. - van uitvaartcentrum naar tuin kinderdagverblijf ca 20m. - van uitvaartcentrum naar gevel kinderdagverblijf ca 25m. Conclusie. Gezien al het bovenstaande moge duidelijk zij dat ik van mening ben dat ook hier het aanbevolen afstandscriterium van 100m. toegepast moet worden en het vestigen van een crematorium aan de IJsselmeerstraat 63a te Den Helder derhalve niet mogelijk is. 5.) In de Helderse Courant van 14 februari 2013 verscheen een artikel onder de kop "Weg bijna vrij voor Helders crematorium". Daarin wordt een uitspraak aangehaald die, naar aangenomen moet worden, gedaan werd namens het College. Gezegd zou zijn (de aanhalingstekens zijn gepubliceerd door de krant en verwijzen naar de letterlijke tekst van de desbetreffende uitspraak): "De hedendaagse techniek is zo ver gevorderd dat je er niets meer van merkt". Een dergelijke uitspraak heb ik eerder gelezen in Elsevier's weekblad. Niet geheel onverwacht werd dit opgetekend uit de mond van één der directeuren van Facukltatieve Technologies. Men kan zich afvragen of dit - je merkt er niets van - wel zo is. De schoorsteen met een hoogte van 7m. - dit gegeven is afkomstig uit het rapport van Odournet - is pront gesitueerd op zeer korte afstand van gevoelige bestemmingen en zeer dicht bij een trottoir. Dit alles in een omgeving die optimaal lijkt te zijn voor het genereren van wervels. Het rapportje van Odournet ten spijt ben ik er niet zo zeker van dat men, uitgaande van door de wet geëiste criteria met betrekking tot emissieconcentraties, geen hinder ondervindt van geur, geluid en stof. Echt ernstig echter, en veel belangrijker dan geur, stof, geluid en gevaar, is de vervuiling door stoffen met minimalisatieverplichting, die kan ontstaan in het gebied tot de algemeen aanvaarde grens van 100m. en mogelijk zelfs daar buiten. De orde van grootte van de vervuiling door kwik bedraagt in de schoorsteen x de norm van de wereld gezondheidsorganisatie voor het leefmilieu Een verdunning met een factor vergt - bij het plaatsen van een schoorsteen die veel hoger is dan die ter plaatse van het geplande crematorium ooit zou kunnen worden toegepast en bij een gemiddelde volumeflux als door Odournet opgegeven - een afstand van omstreeks 70m. tussen emissiepunt en receptor. Een verdunningsfactor van vergt omstreeks 200m. En inderdaad je merkt er allemaal niets van!

6 Gezien de uitspraak, gedaan namens het College (?), komt het mij voor dat, ondanks alles wat er is gebeurd, een aantal elementen niet of niet voldoende aan de orde gekomen is: - correcte en getrouwe interpretatie van vigerende wetten en voorschriften; - het denken over de consequenties van een crematorium op de geplande plaats; - wat betekent dit voor het woon-, werk- en leefmilieu van de mensen; - is het mogelijk een gedegen systeem van controle en handhaving op te zetten; wat zijn daarbij de specifieke problemen en onmogelijkheden; - hoe wordt op objectieve wijze voorlichting aan omwonenden verzorgd. 6. ) Buiten beschouwing heb ik gelaten of het bedrijven van een crematorium, onder de specifieke condities en randvoorwaarden als aanwezig c.q. gepland aan de Usselmeerstraat 63a te Den Helder, uit het oogpunt van arbeidsomstandigheden toegestaan kan worden. 7. ) Samenvatting van de nu voorliggende brief. - Het gaat om de uitstoot van de meest toxische stoffen zoals kwik, dioxines en furanen. - De verspreiding van afvoergassen verloopt bij toepassing van filters minder goed. - Emissie-eisen minder streng dan voorheen. - Handreiking VNG werd op basis van onjuiste gronden inconsistent geïnterpreteerd. - Een crematorium moet ingedeeld blijven in de milieucategorie Toepassen van de handreiking van de VNG is niet in een enkel woord te omschrijven. - De interpretatie van de handreiking van de VNG is niettemin duidelijk: blijkens de hoogste bestuursrechter moet ten minste worden voldaan aan een afstand van 100 m. tussen de perceelgrens van het bedrijf en de gevel van het dichtstbijzijnd woonhuis. - In de situatie van het uitvaartcentrum te Den Helder bedraagt deze afstand slechts 2 a 3 m. 8. ) Mijn brief van 10 december 2012 conform referte 6 als bovengenoemd, houdende mijn bezwaar tegen het vestigen van een crematorium aan de Usselmeerstraat 63a te Den Helder werd slechts ten dele beantwoord. Er werd niet ingegaan op argumenten of motiveringen. De hoofdzaak bleef buiten beschouwing. Teneinde de lengte van de voorliggende brief zoveel mogelijk te beperken heb ik de motiveringen, zoals vermeld in eerdere correspondentie bijvoorbeeld referte 6, slechts ten dele herhaald. Graag wil ik in de gelegenheid worden gesteld om deze brief mondeling toe te lichten. Hoogachtend, XXX Bijlagen: A.) B. ) C. ) Vormvrije m.e.r. procedure crematorium. Nota-van-beantwoording. Onderdeel van een uitspraak van de Raad van state

7

8 Bijlage A.) bij brief XXX van 26 maart Commentaar op de bijlage "Vormvrije m.e.r. procedure crematorium". De tekst van de bijlage, zoals uitgegeven door het College, is overgenomen. Het commentaar/bezwaar is gemerkt met ##ff en aangebracht in en tussen de tekst van het College. Vormvrije m.e.r. procedure crematorium. Een milieueffectrapportage is een onderzoek naar de milieugevolgen van een voorgenomen activiteit. Dat gebeurt aan de hand van alternatieven. Alternatieven zijn de mogelijke manieren waarop de voorgenomen activiteit kan worden gerealiseerd. Per 1 april 2011 is het Besluit m.e.r. gewijzigd. Nieuw element daarin is de vormvrije m.e.r.beoordeling. Ingevolge het gewijzigde artikel 2, vijfde lid, onder b, van het Besluit m.e.r. zijn de drempelwaarden voor m.e.r-beoordelingsplichtige activiteiten indicatief. Het gaat om die activiteiten die wel worden genoemd in kolom 1 van de D-lijst, maar die in omvang blijven onder de drempelwaarden zoals aangegeven in kolom 2 van de D-lijst. Dit betekent dat ook onder de m.e.r.beoordelingsnorm zoals opgenomen in kolom 2, moet worden gemotiveerd waarom geen m.e.r. noodzakelijk is. De realisatie van een crematorium kan worden gezien als de oprichting, wijziging of uitbreiding van een inrichting bestemd voor de verbranding van of de chemische behandeling van niet-gevaarlijke afval stoffen', zoals genoemd onder nr. 18 in kolom 1 van de D-lijst. De daarbij in kolom 2 aangegeven drempels worden ruimschoots onderschreden. Op basis daarvan geldt geen verplichting tot een m.e.r.-beoordeling. Als toetsingskader daarvoor gelden de selectiecriteria als bedoeld in bijlage III bij de EEGrichtlijn milieu-effectbeoordeling (M.e.r.-richtlijn (85/337/EG)). Daarbij wordt gekeken naar de kenmerken van de activiteit, de plaats ervan in relatie tot de omgeving, en naar de potentiële effecten. Indien op basis van toetsing aan die criteria niet kan worden uitgesloten dat de activiteit belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben, dient in ieder geval een m.e.r.-beoordeling met toepassing van de artikelen 7.16 tot en met 7.19 Wm te worden gedaan. Ook op grond van de toetsing conform artikel 2, vijfde lid, onder b, van het Besluit m.e.r. zijn er geen omstandigheden op grond waarvan een m.e.r.-beoordeling met toepassing van de artikelen 7.16 tot en met 7.19 Wm dient te worden gedaan. Hierbij wordt het volgende overwogen. De omvang van het project is beperkt; er wordt slechts beperkte intensivering van een relatief klein gebied mogelijk gemaakt. Het project heeft betrekking op een reeds bestaand uitvaartcentrum. Voor de uitvoering van het project worden geen nieuwe, nog niet gebruikte gronden bebouwd! ontwikkeld. Het project staat niet in relatie met andere projecten zodat er geen sprake is van gecumuleerde nadelige milieueffecten. Uit de verschillende onderzoeken blijkt dat het project geen onaanvaardbare hinder of gevaar oplevert. Aan alle van toepassing zijnde grenswaarden (zoals die bijvoorbeeld op grond van de Nederlandse Emissierichtlijn) wordt voldaan.

9 ### Wederom stelt u dat "Uit de verschillende onderzoeken blijkt dat het project geen onaanvaardbare hinder of gevaar oplevert". Ik heb eerder hier op gereageerd. U heeft geen onderzoeken kunnen overleggen die aantonen dat de verontreiniging in het gebied binnen het 100m. criterium zodanig is "dat het project geen onaanvaardbare hinder of gevaar oplevert". Overigens houdt u niet vast aan de criteria genoemd in bijlage III van de richtlijn 85/337/EEG. De genoemde bijlage III verlangt onder punt 4: "Een beschrijving (1) van de waarschijnlijk significante milieueffecten van het voorgestelde project ten gevolge van: onder meer - de lozing van verontreinigende stoffen, het ontstaan van milieuhinder en de eliminering van afvalstoffen". Een dergelijke beschrijving ontbreekt, doch u vervangt haar blijkbaar door een beschrijving betrekking hebbend op uw criterium"onaanvaardbare hinder of gevaar". U stelt dat aan alle van toepassing zijnde grenswaarden wordt voldaan. Dit geldt echter niet voor het, blijkens jurisprudentie, uitermate belangrijke 100m. criterium uit de handreiking VNG. In het plangebied zijn geen beschermde dier- en plantsoorten aanwezig. Het plangebied ligt niet in of in de nabijheid van een beschermd natuurgebied, waardoor nadelige milieueffecten ter plaatse van beschermde gebieden zijn uitgesloten. Gelet op de toegestane functies, reiken de effecten van het project geografisch gezien niet ver. Het project levert geen onomkeerbare milieuschade op. De verschillende milieueffecten (gerelateerd aan extra verkeer en daarmee samenhangend verkeerslawaai en luchtverontreiniging) hebben geen permanente werking; na een eventuele ( niet-voorziene ) beëindiging van het project zullen de nadelige milieueffecten beëindigen. ### De immissie van kwik zou zodanig kunnen zijn - het lijkt me zeker niet denkbeeldig - dat sprake is van milieuschade die moeilijk of niet omkeerbaar is. ### Bijlage III eist onder punt 7 : "Een opgave van de moeilijkheden (technische leemten of ontbrekende kennis) die de opdrachtgever eventueel heeft ondervonden bij het verzamelen van de vereiste informatie". De leemte of ontbrekende kennis met betrekking tot de verontreiniging van het gebied binnen het 100m. criterium is een punt dat, naar mijn mening, in de voorliggende situatie zeker opgegeven moet worden. Op grond van toetsing aan de selectiecriteria als bedoeld in bijlage III bij de Europese M.e.r.- richtlijn kan uitgesloten worden dat de activiteit belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben. Er bestaat derhalve geen plicht of aanleiding voor het volgen van een m.e.r.(beoordelings)procedure. ###De activiteit heeft belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu in het gebied binnen het 100m. criterium. ### Gelet op de selectiecriteria als genoemd in bijlage III bij de M.e.r.-richtlijn 85/337/EG bestaat er in dit bijzondere geval - woonhuizen en andere gevoelige

10 bestemmingen op enkele meters resp. enkele tientallen meters - de verplichting tot het volgen van een m.e.r. procedure.

11 Bijlage B.) bij brief XXX van 26 maart Commentaar op de beantwoording van de bezwaren door het College. De tekst Van het College is overgenomen. Het commentaar/bezwaar is gemerkt met ### en aangebracht in en tussen de tekst van het College, houdende de beantwoording van de eerder ingediende bezwaren. a. Inspraakreactie K'Niintje. Kinderdagverblijf K'Nijntje is gevestigd aan de Annie Romein Verschoorlaan 25, in de onmiddellijke nabijheid van het uitvaartcentrum aan de Usselmeerstraat. Het voorontwerp bestemmingsplan voorziet in de mogelijkheid tot realisatie van een crematorium. Vrees is dat de exploitatie van het kinderdagverblijf hierdoor gevaar gaat lopen. Dit met name door een mogelijke uitstoot van gevaarlijke stoffen en geuroverlast. Het kinderdagverblijf bevindt zich op omstreeks 50 meter ten noordoosten van het geplande crematorium. De voorkeursafstand van 100 meter uit de VNG- brochure "bedrijven en milieuzonering" wordt niet in acht genomen. Binnen de geurhindercontour bevinden zich meerdere gevoelige bestemmingen. Voor deze voorzieningen geldt dat een aanvaardbaar leef- en werkklimaat door de komst van een crematorium niet langer gegarandeerd is. Er zijn voldoende alternatieve locaties voor de vestiging van een crematorium beschikbaar in de omgeving. ### Geen commentaar XXX. b. Inspraakreactie XXX. Bezwaar tegen het vestigen van een crematorium bij het uitvaartcentrum aan de Usselmeerstraat. Het besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Barim) eist dat de emissieconcentratie van kwik beperkt moet blijven tot 0,05 mg/m3. Zelfs indien de gemeente eist dat deze norm niet wordt overschreden, dan nog is in de onmiddellijke nabijheid van het emissiepunt sprake van aanzienlijke verontreiniging. Er ontbreekt een deugdelijke motivering voor het afwijken van de Ï00 meter afstandsnorm tot aan omliggende gevoelige bestemmingen, zoals geformuleerd in de VNG richtlijnen bedrijven en milieuzonering. ### Een niet volledige samenvatting. Voor een meer reële samenvatting zie punt 1) en 2) van de brief waaraan deze bijlage is gevoegd. Beantwoording door het college. Tot 2010 was voor een crematorium een milieuvergunning nodig. In 2010 is deze vergunningplicht voor crematoria opgeheven. Vanaf dat moment zijn in de milieuregelgeving (o.a. het Activiteitenbesluit) algemene regels opgenomen waaraan een crematievoorziening moet voldoen en worden normen gesteld ten aanzien van de maximale uitstoot van stoffen als kwik en kwikverbindingen, ter voorkoming van hinder en gevaar voor de volksgezondheid. De milieuregelgeving heeft hierbij de stand der techniek gevolgd. ### De eisen zijn niet strenger geworden na Het bleek lastig om aan de eisen te voldoen. Tenslotte werden de eisen in 2011 veel minder streng. In die zin werd de stand der techniek (maar dan neerwaarts) gevolgd. Voor details zie punt 1) van de brief waaraan deze bijlage is gevoegd en mijn bezwaar. Dit betreft referte 6.

12 De huidige crematievoorzieningen hebben allen geavanceerde fïïtertechnieken die ervoor zorgen dat de uitstoot van schadelijke stoffen nihil is en er dus geen verslechtering van de luchtkwaliteit ter plaatse ontstaat. ### Wat bedoelt u hier toch mee? Het perpetuum mobile is ook nog niet uitgevonden. Er is kwalijke uitstoot. Er zijn emissieregels teneinde de uitstoot van toxische stoffen zo goed mogelijk - volgens het principe BBT ofwel het gebruik van de bést bestaande technieken - te beperken en, in voorkomende gevallen, te streven naar nulemissie. Dat laatste kan uiteraard niet volledig worden bereikt. Overigens is het ook nog zo dat tengevolge van de geavanceerde filtertechnieken de warmte emissie sterk wordt gereduceerd, hetgeen de toch al moeizame verspreiding van afvoergassen niet ten goede komt. Het voordeel van nageschakelde techniek is op korte afstand dan ook minder groot. Anders dan u vermeldt is er wel degelijk verslechtering van de luchtkwaliteit ter plaatse. In het bijzonder geldt dit voor toxische stoffen met minimalisatieverplichting. Naast de milieuregelgeving is ook de regelgeving op het gebied van de ruimtelijke ordening van belang. Uit deze regelgeving volgt dat bij een ruimtelijke ontwikkeling moet worden onderbouwd waarom de ontwikkeling aanvaardbaar is. Bij het plaatsen van een crematievoorziening spelen met name de vng-richtlijnen voor bedrijven en milieuzonering een rol. In dezerichtlijnenworden richtafstanden gegeven tussen bedrijven en gevoelige functies (waaronder woningen en medische kleuterdagverblijven). ### Het commentaar op de interpretatie van de handreiking Bedrijven en milieuzonering VNG 2009 heb ik vermeld in punt 2) van de brief waaraan deze bijlage is gevoegd. Voor een crematorium wordt in de vng-richtlijnen als grootst aan te houden richtafstand 100 meter genoemd voor het aspect geur. Dit betekent dat vanwege het aspect geur wordt aanbevolen om 100 meter afstand te houden tussen het crematorium en gevoelige bestemmingen. ### U verwaarloost het belangrijkste: de Index L van luchtverontreiniging. Richtafstanden zijn minder relevant. De Raad van State hanteert reeds vele jaren en ook recent het criterium van 100m. (van perceelgrens tot gevel). Binnen een cirkel van 100 meter vanuit het geplande crematorium zijn gevoelige bestemmingen aanwezig. In dit geval hebben wij echter geconcludeerd dat een crematorium op deze locatie toch aanvaardbaar is. In 1986 zijn voor het eerst de vng-richtlijnen voor bedrijven en milieuzonering verschenen. In deze eerste editie was ook reeds een geurcontour van 100 meter rondom crematoria opgenomen. Na 1986 is er echter veel gebeurd op het gebied van de techniek. Zoals hiervoor reeds genoemd, zorgen de nieuwste voorzieningen met alle geavanceerde filtertechnieken ervoor dat crematievoorzieningen tegenwoordig een veel lagere geuremissie en uitstoot van stoffen veroorzaken dan de eerdere voorzieningen die in het land gebruikt werden. Omdat de geurbelasting op de omgeving met de crematievoorzieningen van tegenwoordig verwaarloosbaar is, kan worden afgeweken van de richtafstanden van de vng en is het plaatsen van een crematievoorzieningen op deze locatie aanvaardbaar. ### Het gaat ten principale niet om geur. Het gaat in hoofdzaak om stoffen met minimal isati eve rpklich ting Dat de geurbelasting van de omgeving inderdaad verwaarloosbaar is, wordt bevestigd in het geuronderzoek dat is uitgevoerd door het bureau PRA Odournet (air quality and odour research consultants). In dit onderzoek is de geurcontour berekend bij het plaatsen van de crematievoorziening op de geplande locatie. Hierbij is tevens rekening gehouden met piekemissies, gebouwinvloed,

13 hoeveelheid crematies, etc. Oftewel de omstandigheden van dit geval. Het onderzoek is als bijlage bij deze nota van beantwoording gevoegd. ### Met betrekking tot het geuronderzoek kan ik op dit moment niet meer dan een voorlopige zienswijze geven. U bent nogal enthousiast over dit onderzoek. Echter het gaat om een, fysisch gezien, niet erg gemakkelijke situatie. Een 7m. hoge schoorsteen - deze is aanzienlijk hoger dan wat tijdens de informatieavond in het vooruitzicht werd gesteld - staat op een flink groot onbebouwde vloeroppervlak (het crematorium zal immers, indien tot realisatie zou worden overgegaan, ondergronds gebouwd worden), omgeven door zeer hoge muren. Veel kans op wervels. De gebouwen van het uitvaartcentrum, die op de Oost-West as grenzen aan het EsDéGé woongebouw, zijn aanzienlijk lager dan het woongebouw. Alle reden dus om, mede gelet op de situering en de meteorologische condities, te willen weten hoe groot de geurbelasting op de gevel van het woongebouw is. De keuze van de parameters en de dimensies van de gebouwmodule echter zijn zodanig dat dit niet berekend wordt. Ook werd geen rekening gehouden met de vele flink grote bomen ter plaatse. Het grootste bezwaar is uiteraard dat de uitgevoerde berekening geen gegevens verschaft m.b.t. de geurbelasting op de gevels van het EsDéGé woongebouw Deze zijn hard nodig, temeer waar de plaats van de toevoer van lucht van de luchtbehandelinginstallatie zich aan de Zuidzijde van het gebouw bevindt. Veel te dicht bij het geplande emissiepunt. Ook met deze buitengewoon ongelukkige omstandigheid wordt in het geuronderzoek geen rekening gehouden. Wat dan is de praktische betekenis van het desbetreffende geuronderzoek? ### Een aantal punten blijft onbesproken. Bijvoorbeeld de niet zo eenvoudige kwestie van een gedegen methodiek voor controle en handhaving. Conclusie van het college. Het bestemmingsplan wordt op dit punt niet aangepast. Het crematorium blijft in het bestemmingsplan gehandhaafd. ### Het moge duidelijk zijn dat gezien het bovenstaande en gelet op de inhouden van bezwaar en zienswijze ik het hiermee oneens ben. Het vestigen van een crematorium op deze locatie is het bestuur van de gemeente en de burgers van de woonplaats Den Helder onwaardig.

14 Bijlage C.) bij brief XXX van 26 maart zaaknummer /1/R4 datum van uitspraak woensdag 15 augustus 2012 tegen de raad van de gemeente Gorinchem proceduresoort Eerste aanleg - meervoudig rechtsgebied Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen Zuid-Holland Print deze uitspraak /1/R4. Datum uitspraak: 15 augustus 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: 1. [appellant sub 1], wonend te [woonplaats], 2. [appellant sub 2], wonend te Gorinchem, 3. de stichting Stichting Groene Hart, gevestigd te Woerden, 4. de erven van [appellant sub 4], wonend te [woonplaatsen], 5. [appellant sub 5], wonend te [woonplaats], 6. [appellant sub 6], wonend te [woonplaats], 7. [appellant sub 7A] en [appellante sub 7B] (hierna tezamen en in enkelvoud: [appellant sub 7]), beiden wonend te Gorinchem, en de raad van de gemeente Gorinchem, verweerder. 1.Procesverloop.. [appellant sub 2], wonend te Gorinchem, 3. de stichting Stichting Groene Hart, gevestigd te Woerden, 4. de erven van [appellant sub 4], wonend te [woonplaatsen], 5. [appellant sub 5], wonend te [woonplaats], 6. [appellant sub 6], wonend te [woonplaats], 7. [appellant sub 7A] en [appellante sub 7B] (hierna tezamen en in enkelvoud: [appellant sub 7]), beiden wonend te Gorinchem, en de raad van de gemeente Gorinchem, verweerder.

15 1. Procesverloop Bij besluit van 27 januari 2011 heeft de raad het bestemmingsplan "Gorinchem-Noord" (hierna: het plan) vastgesteld. Tegen dit besluit hebben [appellant sub 1] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 13 april 2011, [appellant sub 2] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 14 april 2011, de stichting bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 18 april 2011, de erven [appellant sub 4] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 18 april 2011, [appellant sub 5] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 19 april 2011, [appellant sub 6] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 19 april 2011, en [appellant sub 7] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 19 april 2011, beroep ingesteld, [appellant sub 5] heeft haar beroep aangevuld bij brief van 9 mei [appellant sub 7] heeft zijn beroep aangevuld bij brief van 11 mei De raad heeft een verweerschrift ingediend. De stichting, [appellant sub 2], de raad en [appellant sub 6] hebben nadere stukken ingediend. De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 3 mei 2012, waar [appellant sub 2], in persoon, de stichting, vertegenwoordigd door A.F. de Savornin Lohman, de erven [appellant sub 4], van wie [gemachtigde] in persoon, [appellant sub 5], in persoon, [appellant sub 6], in persoon, en de raad, vertegenwoordigd door mr. L.J. Gerritsen, advocaat te Nijmegen, en A. Rietveld, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen. 2. Overwegingen Het plan 2.1. Met het plan is beoogd een juridische planologische basis te bieden voor de gewenste ruimtelijke ontwikkeling in het plangebied Gorinchem-Noord, dat is gelegen ten noorden van de Betuweroute tussen de A27 en het Merwedekanaal. Het plan is gericht op de ontwikkeling van een duurzaam woon- en werkgebied in de overgangszone van de stad Gorinchem naar het Groene Hart. Het plan maakt de ontwikkeling van het nieuwe bedrijventerrein "Groote Haar" mogelijk. Het betreft een terrein met een regionale functie ten behoeve van milieubelastende bedrijvigheid. Daarnaast bevat het plan onder meer een wijzigingsbevoegdheid ten behoeve van de plaatsing van drie windturbines. Begraafplaats Het beroep van [appellant sub 2] richt zich onder meer tegen de vaststelling van het plandeel met de bestemming "Maatschappelijk" en de aanduiding "begraafplaats". Het plan maakt een uitbreiding van de bestaande begraafplaats "De Haarhof' in oostelijke richting en de uitbreiding van de begraafplaats met een crematorium mogelijk.

16 [appellant sub 2] betoogt dat het niet wenselijk is dat op deze locatie, op een afstand van ongeveer 100 meter van de bestaande bebouwing, de bouw van een crematorium bij de bestaande begraafplaats mogelijk wordt gemaakt. Volgens hem leidt dit tevens tot extra verkeer, met name op de Haarsekade en de Haarweg De raad stelt dat de verkeersaantrekkende werking van de begraafplaats na de uitbreiding met een crematorium niet zal toenemen. Het plan voorziet niet in uitbreiding van de overige faciliteiten van de begraafplaats, zodat het aantal uitvaarten dat gelijktijdig kan plaatsvinden niet toeneemt. De raad stelt verder dat het crematorium deel uitmaakt van de oostelijke uitbreiding van de begraafplaats en dat de afstand tussen het crematorium en de bestaande woningen meer dan 100 meter bedraagt. Volgens de raad wordt daarmee voldaan aan de in de VNG-brochure "Bedrijven en milieuzonering" (hierna: de VNG-brochure) aanbevolen afstanden. In zijn nadere memorie en ter zitting heeft de raad echter erkend dat de regeling in het plan niet verzekert dat deze afstand in acht wordt genomen, nu de planregels de bouw van het crematorium binnen het gehele bestemmingsvlak mogelijk maken en derhalve niet beperken tot de daarvoor beoogde locatie Met betrekking tot de verkeersaantrekkende werking overweegt de Afdeling het volgende. Ter zitting heeft de raad onweersproken gesteld dat de capaciteit van het gebouw niet toeneemt ten opzichte van het voorgaande plan, zodat het maximaal mogelijke aantal uitvaarten niet toeneemt. Gelet hierop heeft de raad er bij de vaststelling van het plan in redelijkheid van kunnen uitgaan dat de uitbreiding van de begraafplaats met een crematorium niet leidt tot een zodanige verkeerstoename ter plaatse van de woning van [appellant sub 2], dat een aanvaardbaar woon- en leefklimaat niet is gewaarborgd. Deze beroepsgrond faalt Ingevolge artikel 10, lid 10.1, aanhef en onder a, van de planregels zijn de voor "Maatschappelijk" aangewezen gronden bestemd voor maatschappelijke doeleinden, met in het bijzonder een begraafplaats met crematorium ter plaatse van de aanduiding "begraafplaats". Ingevolge artikel 10, lid , van de planregels gelden voor het bouwen van gebouwen naast de regels neergelegd in artikel 25 de volgende regels: a. het bebouwingspercentage ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' mag niet worden overschreden; b. de hoogte ter plaatse van de aanduiding 'bouwhoogte' mag niet worden overschreden; c. de hoogte ter plaatse van de aanduiding 'goothoogte' mag niet worden Uit de stukken en het verhandelde ter zitting blijkt dat de beoogde locatie van het crematorium zich bevindt nabij de oostelijke grens van het bestemmingsvlak met de bestemming "Maatschappelijk" en de aanduiding "begraafplaats". Bij de beoordeling van de gevolgen voor de omgeving is de raad van deze locatie uitgegaan. Niet in geschil is dat de afstand tussen het crematorium en de dichtstbijzijnde woning meer dan 100 meter bedraagt wanneer het crematorium op deze locatie wordt opgericht. Uit artikel 10, lid , van de

17 pianregels, in samenhang met de verbeelding, volgt echter niet dat het crematorium slechts op de door de raad beoogde locatie mag worden gebouwd. Zoals de raad heeft erkend, sluit de regeling in het plan derhalve niet uit dat het crematorium op een afstand van minder dan 100 meter van de dichtstbijzijnde woning wordt gebouwd. Nu de regeling in het plan in zoverre niet overeenkomt met hetgeen de raad bij de vaststelling van het plan heeft beoogd, is het bestreden besluit in zoverre, in strijd met artikel 3:2 van de Awb, niet met de vereiste zorgvuldigheid voorbereid. Het bestreden besluit komt voor vernietiging in aanmerking, voor zover voor het plandeel met de bestemming "Maatschappelijk" en de aanduiding "begraafplaats" de locatie van het crematorium niet door middel van een bouwvlak en een bepaling in de planregels is vastgelegd.

Uitspraak /1/R1

Uitspraak /1/R1 Uitspraak 201601235/1/R1 Datum van uitspraak: woensdag 31 augustus 2016 Tegen: de raad van de gemeente Bergen Proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig Rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen

Nadere informatie

In eerste plaats willen wij ons verontschuldigen voor het feit dat wij niet eerder op uw vraag hebben gereageerd.

In eerste plaats willen wij ons verontschuldigen voor het feit dat wij niet eerder op uw vraag hebben gereageerd. Raadhuisplein 1 Correspondentieadres: 7811 AP Emmen Postbus 30001 Telefoon (0591) 68 55 55 7800 RA Emmen Aan CDA fractie t.a.v. de heer L.T. Pekelsma Vaart ZZ 31 7833 AB Nieuw-Amsterdam Dienst Beleid ons

Nadere informatie

Raad. . te- 13. vanstate. -6 FEB. 2(m. Afdeling bestuursrechtspraak GEMEEME SOEST. Ingek. Nr. Afd.: ^ (

Raad. . te- 13. vanstate. -6 FEB. 2(m. Afdeling bestuursrechtspraak GEMEEME SOEST. Ingek. Nr. Afd.: ^ ( Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Ingek. Nr. GEMEEME SOEST -6 FEB. 2(m Raad van de gemeente Soest Postbus 2000 3760 CA SOEST Afd.: ^ ( Datum 5 februari 2014 Onderwerp Soest bp. Soesterberg Ons

Nadere informatie

Musselkanaal. Bijlagen bij de toelichting NL.IMRO.00370000BP0602- vastgesteld: 29 oktober 2007 goedgekeurd: 24 juni 2008 onherroepelijk: 30 juli 2009

Musselkanaal. Bijlagen bij de toelichting NL.IMRO.00370000BP0602- vastgesteld: 29 oktober 2007 goedgekeurd: 24 juni 2008 onherroepelijk: 30 juli 2009 Musselkanaal NL.IMRO.00370000BP0602- vastgesteld: 29 oktober 2007 goedgekeurd: 24 juni 2008 onherroepelijk: 30 juli 2009 Bijlagen bij de toelichting BIJLAGE 1 Berekening luchtkwaliteit BIJLAGE 2 Inspraak-

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:BZ2509

ECLI:NL:RVS:2013:BZ2509 ECLI:NL:RVS:2013:BZ2509 Instantie Raad van State Datum uitspraak 27-02-2013 Datum publicatie 27-02-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201204293/1/R3 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Noot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is

Noot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is Essentie uitspraak: Het bestemmingsplan maakt uitbreiding van een tankstation niet mogelijk. De milieuvergunning mag, vanwege het ruimtelijke feit, worden geweigerd. De gemeente is niet verplicht om het

Nadere informatie

Afdeling bestut.. Deze brief is geautomatiseerd aangemaakt en is daarom niet ondertekend.

Afdeling bestut.. Deze brief is geautomatiseerd aangemaakt en is daarom niet ondertekend. Raad vanstate Afdeling bestut.. echtspraak -- nezriz7e 474 Amsterdam Betreft : Raad van de gemeente Amsterdam 18 FEB. 2016 0 ntva nge r, Dienst Ruimtelijke Ordening van de gemeente Amsterdam Postbus 2758

Nadere informatie

Uitspraak /1/R3

Uitspraak /1/R3 pagina 1 van 5 Uitspraak 201402066/1/R3 Datum van uitspraak: woensdag 22 april 2015 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: 201402066/1/R3. Datum uitspraak: 22 april 2015 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK de raad

Nadere informatie

Uitspraak /1/R1

Uitspraak /1/R1 Uitspraak 201503620/1/R1 Datum van uitspraak: woensdag 18 november 2015 Tegen: de raad van de gemeente Staphorst Proceduresoort: Eerste aanleg - enkelvoudig Rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen

Nadere informatie

Feitelijke informatie De Afdeling bestuursrechtspraak heeft samengevat - het beroep gegrond verklaard op de volgende overwegingen.

Feitelijke informatie De Afdeling bestuursrechtspraak heeft samengevat - het beroep gegrond verklaard op de volgende overwegingen. Onderwerp Uitspraak RvS inzake wijzigingsbesluit Duinweg 56 Collegevoorstel Zaaknummer: OLOGMM27 Inleiding Op 30 november 2010 heeft uw college besloten het wijzigingsbesluit Duinweg 56, Drunen vast te

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar A.H.M. Boevink

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar A.H.M. Boevink Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Raad van de gemeente Soest Postbus 2000 3760 CA SOEST Datum Ons nummer Uw kenmerk 1 9 december 201 2 201 206869/1 /R2 Onderwerp Soest Bestemmingsplan De Eng Behandelend

Nadere informatie

Afdeling bestunrsreclitspraak. Behandelend ambtenii;ir J. Jhauw 070-4264845

Afdeling bestunrsreclitspraak. Behandelend ambtenii;ir J. Jhauw 070-4264845 Raad vanstate Afdeling bestunrsreclitspraak It ' V GESCAND OP 11 SEP. 2014 Raad van de gemeente Oostzaan Postbus 1 5 1510 AA OOSTZAAN Gemeente Oostzaan D.itLim Ons mimnicr Uw kenmerk 1 o september 201

Nadere informatie

AR 2017/318 H.J. de Vries annotatie in TBR 2017/45

AR 2017/318 H.J. de Vries annotatie in TBR 2017/45 ECLI:NL:RVS:2017:106 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-01-2017 Datum publicatie 18-01-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604996/1/R3 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van Son en Breugel proceduresoort Eerste aanleg - meervoudig rechtsgebied Kamer 2 - Milieu - Overige

het college van burgemeester en wethouders van Son en Breugel proceduresoort Eerste aanleg - meervoudig rechtsgebied Kamer 2 - Milieu - Overige Essentie uitspraak: Een bedrijfswoning moet een functionele binding hebben met het bedrijf. Dat moet in de milieuvergunning zijn geregeld. Het bestemmingsplan moet de functie bedrijfswoning vervolgens

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3854

ECLI:NL:RVS:2014:3854 ECLI:NL:RVS:2014:3854 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-10-2014 Datum publicatie 29-10-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201401837/1/R1 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak f^/}/jlo_. Uw kenmerk. Behandelend ambtenaar J.P. van het Hul 070-4264277

Afdeling bestuursrechtspraak f^/}/jlo_. Uw kenmerk. Behandelend ambtenaar J.P. van het Hul 070-4264277 Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak f^/}/jlo_ GemeenteHaarlemmern^ Datum: Oö Aub 2013 Raad van de gemeente Haarlemmermeer Postbus 250 2130 AG HOOFDDORP Afschrift na /x Afgedaan (paraaf) Datum Ons

Nadere informatie

/1/R4 woensdag 13 februari de raad van de gemeente Lansingerland,

/1/R4 woensdag 13 februari de raad van de gemeente Lansingerland, Uitspraak 201205425/lIR4 gevonden via" Page 1 of5 Uitspraken ZAAKNUMMER DATUM VAN UITSPRAAK TEGEN PROCEDURESOORT RECHTSGEBIED 201205425/1/R4 woensdag 13 februari 2013 de raad van de gemeente Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BV9444

ECLI:NL:RVS:2012:BV9444 ECLI:NL:RVS:2012:BV9444 Instantie Raad van State Datum uitspraak 14-03-2012 Datum publicatie 21-03-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201111372/1/A4 en 201111372/2/A4

Nadere informatie

Uitspraak /1/R1

Uitspraak /1/R1 pagina 1 van 6 Uitspraak 201509453/1/R1 Datum van uitspraak: woensdag 6 juli 2016 Tegen: de raad van de gemeente Haaksbergen Proceduresoort: Eerste aanleg - enkelvoudig Rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer

Nadere informatie

Uitspraak /1/R2

Uitspraak /1/R2 1 van 5 20-05-2015 15:54 Uitspraak 201406459/1/R2 Datum van uitspraak: woensdag 20 mei 2015 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: 201406459/1/R2. Datum uitspraak: 20 mei 2015 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

Nadere informatie

Uitspraak /2/R3

Uitspraak /2/R3 pagina 1 van 6 Uitspraak 201506107/2/R3 Datum van uitspraak: woensdag 16 augustus 2017 Tegen: de raad van de gemeente Dordrecht Proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig Rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:1951

ECLI:NL:RVS:2013:1951 ECLI:NL:RVS:2013:1951 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-11-2013 Datum publicatie 13-11-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201304593/1/R3 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar. D.J.J.M. Wolfs

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar. D.J.J.M. Wolfs Raad van tate Afdeling bestuursrechtspraak INGEKOM»- N 0 4 APR. 2313 Raad van deljemeente Loon op Zand Postbus 7 5170 AA KAATSHEUVEL GEMEENTE LOON OP ZAND lllllllllllllllll 2013.05077 Afdeling: RO O VB:

Nadere informatie

Oude Tempel Soesterberg Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering

Oude Tempel Soesterberg Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering Notitie Project: Oude Tempel Soesterberg Onderwerp: Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering Referentie: 16M8024 Datum: 18 juli 2016 Auteur: Mevrouw ing. N.J.W. Pirovano

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201303623/1/R3. Datum uitspraak: 30 oktober 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: J.M.M. Jaspers en N.A.C.M. Jaspers-Teunissen (hierna tezamen en in enkelvoud:

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Bchandelend ambtenaar Y.A. Neijssel

Afdeling bestuursrechtspraak. Bchandelend ambtenaar Y.A. Neijssel vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Gemeente Maasdrief_ mrrnr. ^ C ^ U Dep: Raad van de gemeente Maasdriel Postbus 10000 5330 GA KERKDRIEL Kopie: 10 JULI 20ft awe^ngj^ Datum 9 juli 2014 Ons nummer 201311415/1/R2

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar J.P. van het Hul

Afdeling bestuursrechtspraak. Behandelend ambtenaar J.P. van het Hul Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak Raad van de gemeente Woerden Postbus 45 3440 AA WOERDEN vfv) U u.^ 1 7 JUNI 2010 Datum 16 juni 2010 Ons nummer 200906837/1/R2 Uw kenmerk Onderwerp Woerden Bp

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BT6665

ECLI:NL:RVS:2011:BT6665 ECLI:NL:RVS:2011:BT6665 Instantie Raad van State Datum uitspraak 05-10-2011 Datum publicatie 05-10-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201009255/1/R1 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

BIJLAGE 1. Toelichting op lijst van bedrijfsactiviteiten

BIJLAGE 1. Toelichting op lijst van bedrijfsactiviteiten BIJLAGE 1 Toelichting op lijst van bedrijfsactiviteiten Toelichting bij de lijst van bedrijfsactiviteiten Algemeen De lijst van bedrijfsactiviteiten is gebaseerd op de richtafstandenlijsten voor milieubelastende

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. Uw kenmerk. Behandelend ambtenaar

Afdeling bestuursrechtspraak. Uw kenmerk. Behandelend ambtenaar Raad vanstate Afdeling bestuursrechtspraak gc-./ų. 03&8Ĉ GEMEENTE BOX' Raad van de gemeente Boxtel Postbus 10000 5280 DA BOXTEL 18 MEI 2015 ovb afd.ļ /Co kopie 9? Datum 1 3 mei 201 5 Ons nummer 201408214/1/R3

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-02-2013 Datum publicatie 18-02-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206332/1/R3 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

' Raad. IBİM» Hill VanState Stuknummer: GEMEENTE SCHAGEI. Raad van de gemeente Harenkarspel Postbus AA SCHAGEN

' Raad. IBİM» Hill VanState Stuknummer: GEMEENTE SCHAGEI. Raad van de gemeente Harenkarspel Postbus AA SCHAGEN ' Raad m e h n a bestulirsrefhtsprvlk IBİM» Hill VanState Stuknummer: 13.026571 GEMEENTE SCHAGEI ING 2 1 NOV 2013 Raad van de gemeente Harenkarspel Postbus 8 1740 AA SCHAGEN Datum Ons nummer Uw kenmerk

Nadere informatie

HABITAT ADVOCATENKANTOOR OMGEVINGSRECHT WONEN I ONDERNEMEN I NATUUR

HABITAT ADVOCATENKANTOOR OMGEVINGSRECHT WONEN I ONDERNEMEN I NATUUR HABITAT ADVOCATENKANTOOR OMGEVINGSRECHT WONEN I ONDERNEMEN I NATUUR OVER-gemeenten de gemeenteraad van Wormerland t.a.v. Ernest Bressers Postbus 20 1530 AA Wormer Retour naar correspondentieadres postbus

Nadere informatie

LJN: BO2154,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/2913 en 10/3065

LJN: BO2154,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/2913 en 10/3065 LJN: BO2154,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/2913 en 10/3065 Print uitspraak Datum uitspraak: 22-10-2010 Datum publicatie: 29-10-2010 Rechtsgebied: Bouwen Soort procedure: Voorlopige

Nadere informatie

In de bovenvermelde zaak is uitspraak gedaan. Een afschrift van deze uitspraak treft u hierbij aan.

In de bovenvermelde zaak is uitspraak gedaan. Een afschrift van deze uitspraak treft u hierbij aan. Raad vancfafp Aldelmg bestuursrechtspraai pfcrbap- (2*jtrWe_ -2 /,.".!. 20tf Raad van de gemeente Terneuzen 0_9 Ll PncthiiQ Postbus 3R 35 ;," 4530 AA TERNEUZEN Datum Ons nummcr Uw kcnmerk 2 april 2014

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY6738

ECLI:NL:RVS:2012:BY6738 ECLI:NL:RVS:2012:BY6738 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-12-2012 Datum publicatie 19-12-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201102748/1/R4 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Uitspraak 201305571/1/R3

Uitspraak 201305571/1/R3 pagina 1 van 5 Uitspraak 201305571/1/R3 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag 16 april 2014 TEGEN PROCEDURESOORT RECHTSGEBIED de raad van de gemeente Waalwijk Eerste aanleg - enkelvoudig Ruimtelijke-ordeningskamer

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2003:AL8988

ECLI:NL:RVS:2003:AL8988 ECLI:NL:RVS:2003:AL8988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-10-2003 Datum publicatie 15-10-2003 Zaaknummer 200302570/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Essentie uitspraak: Casus: Noot

Essentie uitspraak: Casus: Noot Essentie uitspraak: bestemmingsplannen die na de inwerkingtreding van het Bevi worden vastgesteld of herzien, moeten, voor zover zij betrekking hebben op kwetsbare objecten, direct in overeenstemming zijn

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2008:BC7090

ECLI:NL:RVS:2008:BC7090 ECLI:NL:RVS:2008:BC7090 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-03-2008 Datum publicatie 19-03-2008 Zaaknummer 200704474/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Bijlage. Eindverslag inspraakprocedure. inspraak- en vooroverlegreacties. voorontwerp bestemmingsplan De Dogger Noord-Oost 2012.

Bijlage. Eindverslag inspraakprocedure. inspraak- en vooroverlegreacties. voorontwerp bestemmingsplan De Dogger Noord-Oost 2012. Bijlage Eindverslag inspraakprocedure inspraak- en vooroverlegreacties voorontwerp bestemmingsplan De Dogger Noord-Oost 2012 Januari 2013 Toelichting Het voorontwerp bestemmingsplan De Dogger Noord-Oost

Nadere informatie

Uitspraak 200904084/1/R2 gevonden via '' d eze uitsp raa k il de ze uitsp ra ak Page 1 of 4 Uitspraken ZAAKNUMMER 200904084/1/R2 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag 24 maart 2010 TEGEN het college van gedeputeerde

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1463

ECLI:NL:RVS:2014:1463 ECLI:NL:RVS:2014:1463 Instantie Raad van State Datum uitspraak 23-04-2014 Datum publicatie 23-04-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201308905/1/R2 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders zal dan ook een reactie verzorgen.

Het college van burgemeester en wethouders zal dan ook een reactie verzorgen. gemeente Den Helder opiehouders: college van B&W, afdeling RWO Klaver van der Hooft Posch Advocaten Postbus 10 1716 ZG OPMEER T.a.v. Mr. Drs. O.H. Minjon verzendgegevens behandeld door uw gegevens datum

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:2741

ECLI:NL:RVS:2014:2741 ECLI:NL:RVS:2014:2741 Instantie Raad van State Datum uitspraak 23-07-2014 Datum publicatie 23-07-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201309433/1/R3 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BV9447

ECLI:NL:RVS:2012:BV9447 ECLI:NL:RVS:2012:BV9447 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-03-2012 Datum publicatie 21-03-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201111814/2/R4 Bestuursrecht Voorlopige

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2015:7684, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2015:7684, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2017:313 Instantie Raad van State Datum uitspraak 08-02-2017 Datum publicatie 08-02-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201600609/1/A1 Eerste

Nadere informatie

Uitspraak /1/R2

Uitspraak /1/R2 1 van 8 8-9-2014 11:07 Uitspraak 201400103/1/R2 Datum van uitspraak: woensdag 3 september 2014 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: de raad van de gemeente Tiel Eerste aanleg - enkelvoudig 201400103/1/R2.

Nadere informatie

Daartoe in de gelegenheid gesteld, heeft de raad een schriftelijke uiteenzetting gegeven.

Daartoe in de gelegenheid gesteld, heeft de raad een schriftelijke uiteenzetting gegeven. Essentie uitspraak: De door [appellant] gestelde beperking van de bedrijfsvoering in verband met de inwerkingtreding van het Activiteitenbesluit is dan ook geen gevolg van de vaststelling van het plan.

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van Hoogeveen Eerste aanleg - meervoudig

het college van burgemeester en wethouders van Hoogeveen Eerste aanleg - meervoudig uitspraak deze uitspraak Essentie uitspraak: Bevi niet van toepassing indien verandering geen nadelig gevolg heeft voor het plaatsgebonden risico. Via milieubeheervergunning kunnen, buiten het Bevo om,

Nadere informatie

Uitspraak 201307838/3/R3 Raad van State Lees voor Lettergrootte Home Publicaties Veelgestelde vragen Contact Zoeken in Home Over de Raad van State Onze werkwijze Adviezen Uitspraken Agenda Pers Werken

Nadere informatie

De Marke III te Hengevelde

De Marke III te Hengevelde Onderzoek geurhinder veehouderijbedrijven De Marke III te Hengevelde Gemeente Hof van Twente Datum: 26 november 2013 Projectnummer: 120218 Auteur: Projectleider: Project: SAB Postbus 479 Projectnummer:

Nadere informatie

Reactienota zienswijzen Ontwerpbestemmingsplan Klaver 6a

Reactienota zienswijzen Ontwerpbestemmingsplan Klaver 6a Reactienota zienswijzen Ontwerpbestemmingsplan Klaver 6a Gemeente Horst aan de Maas Datum: 26 januari 2015 ACHTERGROND Beoogde ontwikkeling Op het bedrijventerrein TradePortWest zijn verschillende bedrijven

Nadere informatie

1 van 6 7-11-2011 15:05 i nt deze ui t spr aak Uitspraken Pr ZAAKNUMMER 201008546/1/M1 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag 2 november 2011 TEGEN het college van gedeputeerde staten van Gelderland PROCEDURESOORT

Nadere informatie

200901384/1/M1. Datum uitspraak: 23 december 2009 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak in het geding tussen:

200901384/1/M1. Datum uitspraak: 23 december 2009 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak in het geding tussen: Essentie uitspraak: Bij de ambthalve wijziging van de voorschriften van het LPG-tankstation heeft het college zich terecht op het standpunt gesteld dat getoetst moest worden of er op grond van het groepsrisico

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU8440

ECLI:NL:RVS:2005:AU8440 ECLI:NL:RVS:2005:AU8440 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-12-2005 Datum publicatie 21-12-2005 Zaaknummer 200502884/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:2173

ECLI:NL:RVS:2017:2173 ECLI:NL:RVS:2017:2173 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-08-2017 Datum publicatie 16-08-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201605492/1/A1 Eerste

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201 304470/1/RI. Datum uitspraak: 27 november 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Koninklijke Jongeneel

Nadere informatie

Uitspraak /1/R2

Uitspraak /1/R2 pagina 1 van 5 Uitspraak 201404071/1/R2 Datum van uitspraak: woensdag 28 januari 2015 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: 201404071/1/R2. Datum uitspraak: 28 januari 2015 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

Nadere informatie

MILIEUZONERING NOTA MILIEUZONERING RHEDEN 2015

MILIEUZONERING NOTA MILIEUZONERING RHEDEN 2015 NOTA MILIEUZONERING RHEDEN 2015 MILIEUZONERING Vastgesteld: 28 mei 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 1.1 Verankering milieuzonering in bestemmingsplan 1 1.2 Leeswijzer 1 2 Milieuzonering in de gemeente

Nadere informatie

Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 8

Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 8 ~T~~'~~'~.~.~~~ ~ c~~l~n~ ~c~st~.lu~al~~ht~~~~a~z~ Raad van de gemeente Haaksbergen Postbus 102 7480 AC HAAKSBERGEN Datum Ons nummer Uw kenmerk 7 april 2010 200905037/1 /R2 V.~~i~~;~~~ ~ ~' ~-tf~i~~é~:~~a-.r~~a~~r~

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:435. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Inhoudsindicatie

ECLI:NL:RVS:2015:435. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Inhoudsindicatie ECLI:NL:RVS:2015:435 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-02-2015 Datum publicatie 18-02-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201402761/1/R1 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

^GĒKOMBV 2 2 ME/ 2015 Afdeling bestuursrechtspraak. Uw kenmerk. Behandelend ambtenaar

^GĒKOMBV 2 2 ME/ 2015 Afdeling bestuursrechtspraak. Uw kenmerk. Behandelend ambtenaar t. «Raad vanstate ^GĒKOMBV 2 2 ME/ 2015 Afdeling bestuursrechtspraak 15BIN03102 Raad van de gemeente Lingewaard Postbus 1 5 6680 AA BEMMEL Datum 20 mei 201 5 Ons nummer 201406818/1/R2 Uw kenmerk Onderwerp

Nadere informatie

Bestemmingsplan Waterdael III, herziening Boerenkamplaan 5. Gemeente Someren

Bestemmingsplan Waterdael III, herziening Boerenkamplaan 5. Gemeente Someren Bestemmingsplan Waterdael III, herziening Boerenkamplaan 5 Bestemmingsplan Waterdael III, herziening Boerenkamplaan 5 Toelichting Bijlagen Regels Bijlage Verbeelding Schaal 1:1.000 Vastgesteld: 25 september

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY4377

ECLI:NL:RVS:2012:BY4377 ECLI:NL:RVS:2012:BY4377 Instantie Raad van State Datum uitspraak 28-11-2012 Datum publicatie 28-11-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201112213/1/R4 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

zaaknummer 200703432/1 datum van uitspraak woensdag 13 februari 2008 Kamer 2 - Milieu - Schadevergoeding

zaaknummer 200703432/1 datum van uitspraak woensdag 13 februari 2008 Kamer 2 - Milieu - Schadevergoeding Essentie uitspraak: Artikel 15.20, schade komt in aanmerking voor vergoeding vanwege het niet langer op grond van een milieubeheer mogen uitoefenen van een activiteit. Casus en uitspraak Een exploitant

Nadere informatie

Uitspraak /1/R3 Raad van State

Uitspraak /1/R3 Raad van State pagina 1 van 5 Uitspraak 201701469/1/R3 Datum van uitspraak: woensdag 17 januari 2018 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: de raad van de gemeente Den Haag Eerste aanleg - enkelvoudig Ruimtelijke-ordeningskamer

Nadere informatie

Oplegnotitie Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten'

Oplegnotitie Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten' Oplegnotitie Toelichting op de aanpak van milieuzonering met behulp van de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten' Op de volgende pagina s is een toelichting gegeven op de standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten.

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak

Afdeling bestuursrechtspraak V^Q^^tC Afdeling bestuursrechtspraak Raad van de gemeente Haarlem Postbus 511 2003 PB HAARLEM Datum Ons nummer Uw kenmerk 1 februari 201 2 201103578/1 /Rl Onderwerp Behandelend ambtenaar Haarlem H.J. Briedé-Elferink

Nadere informatie

VanState AfdeJing bestuursrechtspraak ^ ^ cf AoUito

VanState AfdeJing bestuursrechtspraak ^ ^ cf AoUito VanState AfdeJing bestuursrechtspraak ^ ^ cf AoUito Geirï^enteDeltt Kopie 31 DEC 2013 Raad van de gemeente Delft Postbus 78 2600 ME DELFT Doc./bijlage Productnr. _ Datum Ons nummer Uw kenmerk 24 december

Nadere informatie

, bestuursrecspu.k. Deze brief is geautomatiseerd aangemaakt en is daarom niet ondertekend.

, bestuursrecspu.k. Deze brief is geautomatiseerd aangemaakt en is daarom niet ondertekend. Raad van State Afd el (). ht r, bestuursrecspu.k Raad van de gemeente Hof van Twente Postbus 54 7470 AB GOOR Gemeente Hot van liwente Nr: Bvo: a / nee Afdek].: Inge- 3 0 DEC. 2014 komen: tsba / V / B Datum

Nadere informatie

Bestemmingsplan Doublet- en Geleenstraat 1e herziening. Vastgesteld

Bestemmingsplan Doublet- en Geleenstraat 1e herziening. Vastgesteld Bestemmingsplan Doublet- en Geleenstraat 1e herziening Vastgesteld Vastgesteld, d.d. 28 juni 2018 bestemmingsplan Doublet- en Geleenstraat 1e herziening (vastgesteld) Inhoudsopgave Bijlagen bij de toelichting

Nadere informatie

Essentie uitspraak: Correct gebruik van fictieve personendichtheid bij de berekening van het groepsrisico.

Essentie uitspraak: Correct gebruik van fictieve personendichtheid bij de berekening van het groepsrisico. deze uitspraak deze uitspraak Essentie uitspraak: Correct gebruik van fictieve personendichtheid bij de berekening van het groepsrisico. Noot van de commissie: Omdat een aantoonbaar conservatieve aanname

Nadere informatie

Uitspraak 201403254/1/A4

Uitspraak 201403254/1/A4 1 van 7 8-3-2015 21:16 Uitspraak 201403254/1/A4 Datum van uitspraak: woensdag 14 januari 2015 Tegen: het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant Proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig Rechtsgebied:

Nadere informatie

Uitspraak /1/R6

Uitspraak /1/R6 pagina 1 van 5 Uitspraak 201502181/1/R6 Datum van uitspraak: woensdag 16 september 2015 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: ECLI: de raad van de gemeente Beverwijk Eerste aanleg - enkelvoudig Ruimtelijke-ordeningskamer

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1997

ECLI:NL:RVS:2017:1997 ECLI:NL:RVS:2017:1997 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-07-2017 Datum publicatie 26-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604542/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY7283

ECLI:NL:RVS:2012:BY7283 ECLI:NL:RVS:2012:BY7283 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-12-2012 Datum publicatie 27-12-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201208291/1/R1 en 201208291/2/R1

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak

Afdeling bestuursrechtspraak R a a d vanstate Afdeling bestuursrechtspraak 2015.11638 Gemeente Noord-Beveland Raad van de gemeente Noord-Beveland Postbus 3 4490 AA WISSENKERKE Ingek. no. Relatienr. Klass. no. - 8 ÛKT 2Ü15 afd. Datum

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:1768

ECLI:NL:RVS:2015:1768 ECLI:NL:RVS:2015:1768 Instantie Raad van State Datum uitspraak 03-06-2015 Datum publicatie 03-06-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201407801/1/A3 Eerste

Nadere informatie

Notitie 20101628-03 Herziening bestemmingsplan Zuiderpoort fase 2 te Apeldoorn; luchtkwaliteitsaspecten

Notitie 20101628-03 Herziening bestemmingsplan Zuiderpoort fase 2 te Apeldoorn; luchtkwaliteitsaspecten Notitie 20101628-03 Herziening bestemmingsplan Zuiderpoort fase 2 te Apeldoorn; luchtkwaliteitsaspecten Datum Referentie Behandeld door 5 oktober 2010 20101628-03 ir. P. van der Wal/MVD 1 Inleiding In

Nadere informatie

Uitspraak /1/R2

Uitspraak /1/R2 Uitspraak 201307623/1/R2 Raad van State http://www.raadvanstate.nl/uitspraken/zoeken-in-uitspraken/tekst-uitspraak.html?id=... pagina 1 van 5 02-05-2014 Uitspraak 201307623/1/R2 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag

Nadere informatie

Afd eli n g bes tuursrechtspraak TEAM: Behandelend amhten.iar P. Slappendel 070-4264288

Afd eli n g bes tuursrechtspraak TEAM: Behandelend amhten.iar P. Slappendel 070-4264288 Raad vanstate Afd eli n g bes tuursrechtspraak TEAM: INGEK. - 8 MEI ZOU DOC NR.: Raad van de gemeente Sint-Oedenrode Postbus 44 5490 AA SINT OEDENRODE Datum Ons nummer Uw kenmerk 7 mei 2014 201 301 984/3/R3

Nadere informatie

In de bovenvermelde zaak is uitspraak gedaan. Een afschrift van deze uitspraak treft u hierbij aan.

In de bovenvermelde zaak is uitspraak gedaan. Een afschrift van deze uitspraak treft u hierbij aan. Raad van de gemeente De Bilt Postbus 300 3720 AH BILTHOVEN D.ituni Ons mininier Uu kenmerk 31 juli 2013 201 300563/1/R2 Onderwerp lseh;indelend ambtenaar De Bilt J.R.S. de Groot Heupner Bestemmingsplan

Nadere informatie

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Contactpersoon Gosewien van Eck Datum 14 november 2013 Kenmerk N001-1220333GGV-evp-V01-NL Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug 1 Inleiding De gemeente

Nadere informatie

Uitspraak /1/R6

Uitspraak /1/R6 Uitspraak 201309151/1/R6 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag 12 februari 2014 TEGEN de raad van de gemeente Lelystad PROCEDURESOORT Eerste aanleg - meervoudig RECHTSGEBIED Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen

Nadere informatie

Uitspraak 201109106/1/R3

Uitspraak 201109106/1/R3 pagina 1 van 6 Uitspraak 201109106/1/R3 DATUM VAN UITSPRAAK woensdag 16 april 2014 TEGEN PROCEDURESOORT RECHTSGEBIED de raad van de gemeente Son en Breugel Eerste aanleg - meervoudig Ruimtelijke-ordeningskamer

Nadere informatie

A td el i n g b est u n rsrec h rsp ra a k Pagina 1 van 1. Uw kenmerk. Onderwerp

A td el i n g b est u n rsrec h rsp ra a k Pagina 1 van 1. Uw kenmerk. Onderwerp Raad vanstate A td el i n g b est u n rsrec h rsp ra a k Pagina 1 van 1 2 8 JUN! 2018 Raad van de gemeente Woerden Postbus 45 3440 AA WOERDEN Oeh. Ambt. Ştreefdat.: Afschr.: ÏÒ&U B.V.O.: 18.012969 j RP

Nadere informatie

Staat van Bedrijfsactiviteiten

Staat van Bedrijfsactiviteiten Bijlage 1: Staat van Bedrijfsactiviteiten 2 Toelichting bij de bedrijvenlijsten voor bestemmingsplannen 1 Algemeen De tabellen zijn bedoeld als hulpmiddel bij het toelatingsbeleid van bedrijven en andersoortige

Nadere informatie

de deelraad van het stadsdeel Noord (thans: de raad van de gemeente Amsterdam), verweerder.

de deelraad van het stadsdeel Noord (thans: de raad van de gemeente Amsterdam), verweerder. Essentie uitspraak: De Afdeling oordeelt dat de deelraad niet onterecht een wijzigingsvoorwaarde wat de bouwhoogte betreft heeft gehanteerd. De Afdeling geeft aan dat de deelraad een groter gewicht aan

Nadere informatie

het college van gedeputeerde staten van Limburg Ruimtelijke-ordeningskamer - Natuurbescherming

het college van gedeputeerde staten van Limburg Ruimtelijke-ordeningskamer - Natuurbescherming Uitspraak 201403308/1/R2 Datum van uitspraak: woensdag 10 juni 2015 Tegen: Proceduresoort: Rechtsgebied: ECLI: het college van gedeputeerde staten van Limburg Eerste aanleg - meervoudig Ruimtelijke-ordeningskamer

Nadere informatie

Nota van beantwoording zienswijzen

Nota van beantwoording zienswijzen Nota van beantwoording zienswijzen Bestemmingsplan Wijhe, Enkweg 56 en 54a NL.IMRO.1773.BP2018004020-0301 Olst-Wijhe, 14 juni 2018 doc. nr.: 18.002944 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Zienswijzen en

Nadere informatie

Essentie uitspraak: Afwijkende wijze risicobenadering vervoer gevaarlijke stoffen in deze situatie juiste keuze.

Essentie uitspraak: Afwijkende wijze risicobenadering vervoer gevaarlijke stoffen in deze situatie juiste keuze. uitspraak deze uitspraak Essentie uitspraak: Afwijkende wijze risicobenadering vervoer gevaarlijke stoffen in deze situatie juiste keuze. Noot van de commissie: De gemeente was hier van mening dat de specifieke

Nadere informatie

Afdeling bestuursrechtspraak. In de bovenvermelde zaak is uitspraak gedaan. Een afschrift van deze uitspraak treft u hierbij aan.

Afdeling bestuursrechtspraak. In de bovenvermelde zaak is uitspraak gedaan. Een afschrift van deze uitspraak treft u hierbij aan. Ingekomen Afdeling KoDie Raad vanstate ~h m 2013 Afdeling bestuursrechtspraak 2013.02051 04/04/2013 Raad van de gemeente Leiderdorp Postbus 35 2350 AA LEIDERDORP Datum Ons nummer Uw kenmerk 3 april 201

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=br1...

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx?snelzoeken=true&searchtype=ljn&ljn=br1... pagina 1 van 5 LJN: BR1463, Raad van State, 201011448/1/H1 Datum 13-07-2011 uitspraak: Datum 13-07-2011 publicatie: Rechtsgebied: Bouwen Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij besluit van

Nadere informatie

1)estuursreclaqirA,IL

1)estuursreclaqirA,IL Raad vanstate 1)estuursreclaqirA,IL Raad van de gemeente Hof van Twente Postbus 54 7470 AB GOOR Gemeente Hof van Twente [Nr: [Afdeling: Bvo: a / nee lingekomen: 2 JULI 2015 Kopie aan: Archief: \N / NR

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:3050

ECLI:NL:RVS:2016:3050 ECLI:NL:RVS:2016:3050 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-11-2016 Datum publicatie 16-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601834/1/R2 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2006:AW1261

ECLI:NL:RVS:2006:AW1261 ECLI:NL:RVS:2006:AW1261 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-04-2006 Datum publicatie 12-04-2006 Zaaknummer 200503239/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Bij besluit van 25 juni 2013 heeft de raad het bestemmingsplan "Dorpsgebied Oostvoorne" vastgesteld.

Bij besluit van 25 juni 2013 heeft de raad het bestemmingsplan Dorpsgebied Oostvoorne vastgesteld. Uitspraak 201307851/1/R4 Datum van uitspraak woensdag 23 april 2014 Tegen de raad van de gemeente Westvoorne Proceduresoort Eerste aanleg - enkelvoudig Rechtsgebied Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen

Nadere informatie

2. Beoordeling. 2.4 Artikel 2.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: de Wabo)

2. Beoordeling. 2.4 Artikel 2.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: de Wabo) LJN: BP4832,Voorzieningenrechter Rechtbank Breda, 11/816 Print uitspraak Datum uitspraak: 16-02-2011 Datum publicatie: 16-02-2011 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Voorlopige voorziening

Nadere informatie

In de bovenvermelde zaak is uitspraak gedaan. Een afschrift van deze uitspraak treft u hierbij aan.

In de bovenvermelde zaak is uitspraak gedaan. Een afschrift van deze uitspraak treft u hierbij aan. Raad vanstate IN14.01365 GEMbciNl INGBKOiV Raad van de gemeente Beuningen Postbus 14 6640 AA BEUNINGEN GLD 1 3 MRT 2014 Datum Ofts nummer Uw kenmerk 12 maart 2014 201 309835/1/R6 Onderwerp lìch.imlclcnd

Nadere informatie