Het Gemeenschappelijk. Visserijbeleid gevat. in getallen. Statistische basisgegevens. EDITIE 2012 Visserij ISSN

Transcriptie

1 Het Gemeenschappelijk Visserijbeleid gevat in getallen Statistische basisgegevens EDITIE 2012 Visserij ISSN

2 In deze publicatie gebruikte landcodes Lidstaten BE België BG Bulgarije CZ Tsjechische Republiek DK Denemarken DE Duitsland EE Estland IE Ierland EL Griekenland ES Spanje FR Frankrijk IT Italië CY Cyprus LV Letland LT Litouwen LU HU MT NL AT PL PT RO SI SK FI SE UK Luxemburg Hongarije Malta Nederland Oostenrijk Polen Portugal Roemenië Slovenië Slowakije Finland Zweden Verenigd Koninkrijk Toetredende staten HR Kroatië Kandidaatlanden ME IS MK* TR Montenegro IJsland Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië Turkije * Voorlopige code die geen gevolgen heeft voor de definitieve naam van dit land, die zal worden vastgelegd na afsluiting van de onderhandelingen die momenteel onder de auspiciën van de Verenigde Naties worden gevoerd. EU-27 EU-25 EU-15 EU-12 Europese Unie met 27 lidstaten. Europese Unie vóór de toetreding van BG en RO. Europese Unie vóór de toetreding van BG, CZ, EE, CY, LV, LT, HU, MT, PL, RO, SI, SK. Europese Unie vóór de toetreding van BG, CZ, EE, CY, LV, LT, HU, MT, AT, PL, RO, SI, SK, FI, SE. Manuscript voltooid in februari Meer gegevens over de Europese Unie vindt u op internet via de Europaserver ( Bibliografische gegevens bevinden zich aan het einde van deze publicatie. Luxemburg: Bureau voor publicaties van de Europese Unie, 2012 ISBN doi: /23190 Europese Unie, 2012 Overneming met bronvermelding toegestaan. Coverfoto: Gettyimages Printed in Belgium gedrukt op chloorvrij gebleekt papier

3 1 Voorwoord Beste lezers, Wetenschappelijke kennis vormt de basis van elk gezond en duurzaam systeem voor visserijbeheer. De realiteit zoals deze op het terrein wordt waargenomen, de statistieken en de standpunten van de experts moeten alle in ons beleid worden verwerkt en in onze keuzes worden meegewogen. Dat is een van de beginselen van het gemeenschappelijk visserijbeleid van de Europese Unie. Dankzij de wetenschap begrijpt de Commissie niet alleen welke taken ze moet vervullen en welke richting ze moet inslaan, maar krijgen ook de andere partijen een beter inzicht in de problemen én de mogelijkheden van de visserijsector. Kennis is voor ons dus van groot belang, en daarom heeft de Commissie zich de afgelopen jaren ingespannen om de kwaliteit en de beschikbaarheid van de wetenschappelijke adviezen te verbeteren. Het gevolg is dat onze wetenschappelijke instanties tegenwoordig betrouwbare, onafhankelijke en hoogwaardige adviezen verstrekken, op grond van erkende normen. Bovendien is het systeem soepeler en doorzichtiger geworden. Het feit dat economische adviezen inmiddels verplicht zijn, biedt ons nuttige perspectieven om de repercussies van de verschillende beheersmogelijkheden te evalueren. Natuurlijk zijn er nog lacunes, en ook zullen er zich altijd weer nieuwe problemen voordoen naarmate het beleid zich ontwikkelt en wij onze beheerskeuzes verfijnen. Nu wij meer en meer in de richting van een duurzaam beheer gaan, nu wij van een beheer van individuele soorten overgaan naar een globale aanpak voor meerdere bestanden en de ecosysteemaanpak steeds verder wordt doorgevoerd, moet onze fundamentele kennisbasis mee-evolueren.

4 2 Als Commissaris voor Maritieme zaken en visserij is het mijn taak om nu de juiste voorwaarden te creëren voor de wetenschappelijke adviezen van morgen, en erop toe te zien dat de gegevens die wij nodig hebben, beschikbaar zijn wanneer we ze nodig hebben. In afwachting hiervan laat ik de feiten voor zich spreken. In deze nieuwe editie van de brochure Het Gemeenschappelijk Visserijbeleid gevat in getallen vindt u de belangrijkste resultaten van de huidige onderzoeksinspanningen in Europa, variërend van de door de lidstaten in hun verplichte verslagen verstrekte gegevens tot de officiële statistieken van Eurostat en de FAO, en niet te vergeten het Europese vlootregister. Ik hoop dat deze algemene presentatie ook voor u van nut zal zijn. Maria Damanaki, Europees Commissaris voor Maritieme zaken en visserij

5 3 Inhoudsopgave 1 Verantwoorde en duurzame visserij 4 7 Aquacultuur 26 2 Bescherming van het mariene milieu 10 8 Producentenorganisaties in de visserij en aquacultuur 33 3 Vissersvloot 12 9 Verwerkende sector 34 4 Werkgelegenheid Buitenlandse handel 36 Productie van de visserij en de aquacultuur Consumptie van visserijproducten 44 6 Vangsten Steun van de Europese Unie 47

6 4 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Verantwoorde en duurzame visserij Voor een verantwoord en duurzaam beheer van de visserij zijn beslissingen nodig die onderbouwd worden door solide wetenschappelijk onderzoek en langetermijnbeheer. De beslissingen betreffende de verdeling van de Totaale toegestane vangsten (TAC s) en vangstquota steunen op wetenschappelijke adviezen; doordat er steeds meer bekend is over de bestanden waarop wordt gevist, kunnen de vangsten afgestemd worden op de situatie van de visstand. Op het ogenblik worden nog altijd teveel visbestanden geëxploiteerd op een niveau dat te hoog is voor een maximale duurzame opbrengst, d.i. het optimale volume vis dat elk jaar kan worden gevangen zonder de toekomstige reproductiecapaciteit van een visbestand in gevaar te brengen. Daarom streeft de Commissie naar een langetermijnbeheer, met een aanpak op basis van meerjarenplannen voor bepaalde visgronden of specifieke visbestanden. Deze plannen moeten de duurzaamheid van de exploitatie verzekeren en waar nodig het herstel van nagenoeg uitgeputte bestanden bevorderen. Situatie van de bestanden per TAC-gebied (2011) (in aantallen bestanden) Atlantische Oceaan Totaal: 124 Oostzee Totaal: 10 Noordzee Totaal: 20 Grensoverschrijdende bestanden in de Atlantische Oceaan en de Noordzee Totaal:

7 5 Grensoverschrijdende bestanden in de Noordzee en de Oostzee Totaal: 8 Grensoverschrijdende bestanden in de Atlantische Oceaan, de Noordzee en de Oostzee Totaal: 2 Zwarte Zee Totaal: Het bestand wordt bevist op een manier die een maximaal duurzame opbrengst mogelijk maakt. Het bestand wordt overbevist ten opzichte van het niveau dat nodig is om op termijn een maximale opbrengst te garanderen, maar blijft nog wel binnen biologisch veilige grenzen of wordt beheerd in het kader van eendoor wetenschappers goedgekeurd langetermijnplan. Het bestand bevindt zich niet langer binnen biologisch veilige grenzen en maakt geen deel uit van een langetermijnplan, of wetenschappelijk advies heeft uitgewezen dat het beter niet verder geëxploiteerd zou mogen worden. De biologisch veilige grenzen van het bestand en/of het vermogen van het bestand om op termijn een maximale opbrengst te leveren zijn onbekend. Bron: Compilatie op basis van de ICES-adviezen. Zie ook de kaart TAC s en vangstquota voor 2012, een publicatie van de Europese Commissie ( waarvan een elektronische versie beschikbaar is in de Europese Atlas van de zeeën ( Meerjarenplannen (2011) * Noordzeekabeljauw Zuidelijke heek en zuidelijke langoustine Tong uit het westelijk Kanaal Noordzeetong en -schol Oostzeekabeljauw Haring uit de wateren ten westen van Schotland * De herstelplannen voor de bestanden noordelijke heek en tong uit de Golf van Biskaje hebben hun doelstellingen bereikt en zijn daarom niet meer op de kaart opgenomen. NB: Voor paling moeten de lidstaten een meerjarenplan instellen. Bron: Europese Commissie, Het gemeenschappelijk visserijbeleid een handleiding, Luxemburg, Bureau voor officiële publicaties de Europese Unie, (

8 6 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Regionale visserijorganisaties (RVO s) Regionale visserijorganisaties (RVO s) zijn internationale organisaties die worden opgericht door landen met visserijbelangen in een bepaalde regio. Er zijn op het ogenblik 20 RVO s, die samen de meeste wateren van de wereld beslaan. Het is hun taak om toe te zien op een duurzaam beheer en dito instandhouding en exploitatie van de levende mariene soorten die onder hun overeenkomsten vallen. De RVO s beslaan zowel de zogeheten kuststaten in de betrokken regio als de landen die in verre wateren vissen. Er zijn twee soorten RVO s: RVO s die uitsluitend belast zijn met het beheer van over grote afstanden trekkende bestanden zoals tonijn (tonijn-rvo s) en RVO s die belast zijn met het beheer van andere soorten dan tonijn (niet-tonijn-rvo s). De meeste RVO s mogen vangstlimieten en een beperking van de visserij-inspanning opleggen, technische maatregelen vaststellen en de toepassing van de verplichtingen controleren. De regionale visserijorganisaties (RVO s) hebben wel slechts een adviserende rol, zonder beheersmandaat. De Europese Unie, vertegenwoordigd door de Europese Commissie, heeft zitting in zes tonijn-rvo s (waaronder de Overeenkomst inzake het internationale programma voor het behoud van dolfijnen, een organisatie die verbonden is aan de IATTC) en negen niet-tonijn-rvo s. Ook is de Europese Unie lid van twee adviserende RVO s: de Visserijcommissie voor het centraal-westelijk deel van de Atlantische Oceaan (WECAFC) en de Visserijcommissie voor het centraal-oostelijk deel van de Atlantische Oceaan (CECAF).

9 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N RVO s voor over grote afstanden trekkende bestanden (tonijn en aanverwante soorten) ICCAT WCPFC WCPFC IATTC IOTC CCSBT CCSBT Commissie voor de instandhouding van de zuidelijke blauwvintonijn IATTC Interamerikaanse Commissie voor tropische tonijn ICCAT Internationale Commissie voor de instandhouding van tonijnachtigen in de Atlantische Oceaan WCPFC Commissie voor de visserij in het westelijke en centrale deel van de Stille Oceaan IOTC Commissie voor de tonijnvisserij in de Indische Oceaan RVO s voor andere soorten dan tonijn NEAFC CCBSP NAFO CCBSP NASCO GFCM SEAFO SIOFA SPRFMO SPRFMO CCAMLR Bron: Europese Commissie Eurostat/GISCO. Voor de administratieve grenzen: EuroGeographics, FAO (UN), TurkStat. CCAMLR Commissie voor de instandhouding van de levende rijkdommen in de Antarctische wateren CCBSP Overeenkomst voor de instandhouding en het beheer van de koolvisbestanden in het centrale gedeelte van de Beringzee GFCM Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee NEAFC Visserijcommissie voor het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan NASCO Organisatie voor de instandhouding van zalm in de Noord-Atlantische Oceaan NAFO Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan SEAFO Visserijorganisatie voor het zuidoostelijk deel van de Atlantische Oceaan SPRFMO Regionale Organisatie voor het visserijbeheer in het zuidelijk deel van de Stille Oceaan (in oprichting) SIOFA Visserijovereenkomst voor de Zuid-Indische Oceaan

10 8 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N De partnerschapsovereenkomsten op visserijgebied en de noordelijke overeenkomsten De partnerschapsovereenkomsten (POV s) op visserijgebied worden door de Europese Commissie uit naam van de Europese Unie afgesloten met derde landen. Deze overeenkomsten moeten de vaartuigen van de EU in de gelegenheid stellen binnen een gereguleerde en juridisch gegarandeerde omgeving die visbestanden te exploiteren waarvan in de economische exclusieve zone (EEZ) van derde landen een overschot bestaat. Dankzij de tonijnovereenkomsten kunnen de Europese vissersschepen op bestanden vissen die over grote afstanden trekken en de gemengde overeenkomsten geven toegang tot een grote verscheidenheid aan visbestanden, in het bijzonder demersale soorten (vooral garnalen en koppotigen) en/of pelagische bestanden. Door de nadruk te leggen op instandhouding van de visstand en economische duurzaamheid, verzekeren de POV s dat alle vaartuigen uit de EU aan dezelfde transparante controleregels zijn onderworpen. Tegelijkertijd wordt in elke nieuwe overeenkomst geleidelijk een clausule opgenomen over de noodzaak om de mensenrechten te respecteren. In ruil hiervoor geeft de Europese Unie aan de partnerlanden een financiële bijdrage met twee afzonderlijke elementen: enerzijds de betaling van het recht op toegang tot de EEZ en anderzijds een zogeheten sectorale financiële steun om de ontwikkeling van een duurzame visserij in de partnerlanden te bevorderen. Deze laatste vorm van steun heeft ten doel de administratieve en wetenschappelijke capaciteit van de visserij in het land te versterken, met de nadruk op een duurzaam visserijbeheer en op activiteiten op het gebied van opvolging, controle en toezicht. *** Sinds de invoering van de EEZ in het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan, aan het eind van de jaren zeventig, heeft de Europese Unie visserijovereenkomsten gesloten met Noorwegen en de Faeroër-eilanden, en aan het begin van de jaren negentig ook met IJsland. De overeenkomsten met de Faeroër-eilanden en IJsland zijn gebaseerd op de jaarlijkse wederzijdse uitwisseling van vangstmogelijkheden in hun respectieve wateren, conform de traditionele visserijpraktijken. De overeenkomst met Noorwegen voorziet, naast de jaarlijkse wederzijdse uitwisseling van vangstmogelijkheden, tevens in een gezamenlijk beheer van de gedeelde bestanden (met name de vaststelling van totale toegestane vangsten en vangstquota) in de Noordzee en het Skagerrak. Momenteel wordt op de Noordzee het beheer van alle belangrijkste gemeenschappelijke bestanden door de Unie en Noorwegen gereglementeerd via langetermijnbeheersplannen. Deze overeenkomsten zijn intrinsiek verbonden met de partnerschapsovereenkomst van de Europese Unie met Groenland.

11 Overeenkomsten voor meerdere soorten ( gemengd ) 1 Groenland Tonijnovereenkomsten West-Afrika 4 Kaapverdië Tonijnovereenkomsten Indische Oceaan 7 Comoren Tonijnovereenkomsten Stille Oceaan 12 Kiribati Slapende overeenkomsten* 15 Gabon Noordelijke overeenkomsten 20 Faeroër-eilanden 2 Guinee-Bissau 5 Ivoorkust 8 Madagascar 13 Micronesië 16 Gambia 21 IJsland 3 Mauritanië 6 Sao Tomé en Principe 9 Mauritius 14 Salomonseilanden 17 Equitoriaal-Guinea 22 Noorwegen 10 Mozambique 18 Marokko 11 Seychellen 19 Senegal * Dit zijn overeenkomsten waarbij geen protocol van kracht is.

12 10 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Bescherming van het mariene milieu Het gemeenschappelijk visserijbeleid heeft ten doel de negatieve gevolgen van de visserij voor het milieu te beperken en een geïntegreerde aanpak uit te werken, met het oog op de bescherming van het ecologisch evenwicht van onze oceanen als duurzame bron van rijkdommen en welzijn voor toekomstige generaties. Inmiddels zijn al verscheidene acties uitgevoerd, vooral ter bescherming van bedreigde soorten zoals haaien en walvisachtigen, en van elementen die fundamenteel zijn voor de mariene ecosystemen, zoals bepaalde zeebodemhabitats. Al deze acties dragen bij tot de doelstellingen van het Europese milieubeleid, met name die van de kaderrichtlijn mariene strategie, de milieupijler van het maritieme beleid van de Europese Unie, en vormen de perfecte aanvulling op de beschermende maatregelen van de regionale visserij- of milieuovereenkomsten voor de Europese wateren. Een van de ernstigste gevolgen voor het milieu is de vernietiging van een aantal kwetsbare habitats door de activiteiten van de bodemtrawlers en soortgelijk vistuig. De EU beschermt haar habitats door het gebruik van de trawls in sommige gevoelige zones te beperken. In de Middellandse Zee is het gebruik van bodemtrawls in het algemeen verboden op minder dan 3 zeemijl van de kust. Alleen onder strikte en specifieke voorwaarden zijn bepaalde afwijkingen mogelijk. Gebieden die gesloten zijn voor bodemtrawls (situatie op 31 december 2011) Permanent gesloten gebieden Grenzen van de Europese wateren EU Derde landen

13 11

14 12 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Vissersvloot Het belangrijkste doel van het gemeenschappelijk visserijbeleid is een duurzame exploitatie van de visstand te bewerkstelligen. Hiertoe is het beheer van de vlootcapaciteit een essentieel instrument. De Europese vissersvloot is buitengewoon gevarieerd, met schepen van minder dan 6 meter tot meer dan 75 meter. Overeenkomstig de wetgeving van de Europese Unie mag de totale capaciteit van de vissersvloot niet verder toenemen, en als een overheidssubsidie wordt verleend voor het uit de vaart nemen van een vissersvaartuig, mag de bijbehorende capaciteit niet worden vervangen. Met andere woorden, de reductie van de vlootcapaciteit met overheidssteun moet permanent zijn. De afgelopen negentien jaar is de capaciteit van de vissersvloot van de EU gemiddeld bijna elk jaar met eenzelfde gemiddelde van iets minder dan 2 % afgenomen, zowel in termen van tonnage als vermogen. Ondanks de uitbreidingen van de EU in 2004 en 2007 bedroeg het aantal schepen in september 2011 maar , d.w.z minder dan in Capaciteit van de vissersvloten van de EU per lengteklasse (situatie op 1 september 2011) Lengte Gemiddelde leeftijd > ,6 Aantal schepen Tonnage in GT Motorkracht in kw NB: de lengte is de totale lengte. Bron: Europees vlootregister.

15 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Evolutie van het aantal schepen in de Europese vissersvloot tussen 1992 en EU-27: -7,6 % = -1,5 % gemiddelde reductie per jaar EU-25: -14,3 % = -2,0 % gemiddelde reductie per jaar EU-15: -29,4 % = -1,8 % gemiddelde reductie per jaar EU-12: -33,4 % = -1,7 % gemiddelde reductie per jaar Aantal schepen 1/1 000 NB: Het grotere aantal schepen in 1998 komt doordat in het Europese vlootregister nu ook schepen worden opgenomen die geregistreerd staan in de Franse ultraperifere gebieden. Bron: Europees vlootregister.

16 14 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Evolutie van het aantal schepen in de Europese vissersvloot tussen 1992 en kw EU-27 kw EU-25 kw EU-15 kw EU-12 GT EU-27 GT EU-25 GT EU-15 GT EU Totaal vermogen in kw/ Totaal tonnage in GT/1 000 NB: De toename van de tonnage tussen 1999 en 2001 is slechts schijn, veroorzaakt door de overgang van de tot dusver gebruikte nationale meetsystemen naar een Europees systeem om de tonnage van vaartuigen te meten. De tonnage in GT van een vaartuig is gemiddeld hoger dan zijn tonnage in nationale eenheden. Het hogere vermogen in 1998 komt doordat in het Europese vlootregister nu ook schepen worden opgenomen die geregistreerd staan in de Franse ultraperifere gebieden. Bron: Europees vlootregister.

17 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Vissersvloten van de lidstaten (situatie op 1 september 2011) % % % % % BE 86 0,1 % ,9 % ,8 % % 6 7 % BG ,8 % ,4 % ,0 % 85 4 % % DK ,4 % ,8 % ,7 % % % DE ,0 % ,0 % ,5 % % % EE 927 1,1 % ,8 % ,6 % % % IE ,6 % ,7 % ,0 % % % EL ,7 % ,1 % ,9 % % % ES ,9 % ,0 % ,4 % % % FR ,7 % ,2 % ,7 % % % IT ,9 % ,6 % ,8 % % % CY ,3 % ,2 % ,7 % 9 1 % % LV 735 0,9 % ,2 % ,9 % % % LT 149 0,2 % ,5 % ,8 % % % MT ,3 % ,5 % ,2 % 26 2 % % NL 730 0,9 % ,4 % ,8 % % % PL 788 0,9 % ,9 % ,3 % % % PT ,1 % ,0 % ,8 % % % RO 485 0,6 % 955 0,1 % ,1 % 21 4 % % SI 186 0,2 % ,1 % ,2 % % % FI ,1 % ,0 % ,7 % 79 2 % % SE ,6 % ,8 % ,7 % % % UK ,8 % ,9 % ,6 % % % EU ,0 % ,0 % ,0 % % % Aantal schepen Motorkracht in kw Andere dan trawlers Tonnage in GT Trawler Bron: Europees vlootregister.

18 16 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Werkgelegenheid De werkgelegenheid in de sector van de zeevisserij en -aquacultuur, gemeten in voltijdequivalenten, concentreert zich vooral op een aantal landen. Spanje alleen vertegenwoordigt al een kwart van alle werkgelegenheid in de EU, en de drie landen met de meeste werkgelegenheid (Spanje, Griekenland en Italië) maken samen 60 % uit. Werkgelegenheid in de sector van de zeevisserij en -aquacultuur (2009)* (gemeten in voltijdequivalenten) ES IT EL*** PT FR UK IE EE** NL LV DK BG PL DE CY SE LT 529 BE 335 MT 287 RO 244 FI 229 SI 90 Visserij ES UK EL** FR RO IT** BG PT IE 976 DK 360 FI 347 NL 255 CY 243 SE 222 MT 145 PL 53 SI 32 EE 20 DE 7 Aquacultuur * Zie ook het hoofdstuk Verwerkende sector voor de werkgelegenheid in die sector. ** Totale werkgelegenheid (voltijd en deeltijd) in *** Totale werkgelegenheid (voltijd en deeltijd) in NB: De gegevens zijn niet van toepassing op AT, CZ, HU, LU, SK. Over de aquacultuur op zee zijn geen gegevens beschikbaar voor BE, LT, LV. Bron: European Commission, The 2011 Annual Economic Report on the EU Fishing Fleet, (STECF-11-16), Luxembourg, Publications Office of the European Union, 2011 (Report EUR EN).

19 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Productie van de visserij en de aquacultuur Met ongeveer 4,4 % van de mondiale productie van visserij- en aquacultuurproducten is de Europese Unie de vijfde producent ter wereld. Zoals elk jaar in de afgelopen 20 jaar, is de totale productie van de EU opnieuw licht gedaald in vergelijking met voorgaande jaren. Binnen de EU zijn Spanje, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk qua volume de drie grootste producenten. P s Werelds grootste producenten (2009) (vangsten en aquacultuur) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) China India Peru Indonesië EU-27 Vietnam* Verenigde Staten Japan* Chili Russische Federatie Myanmar Noorwegen Filipijnen Thailand Bangladesh Zuid-Korea ,4 % ,8 % ,7 % ,4 % ,3 % ,3 % ,2 % ,9 % ,7 % ,5 % ,4 % ,3 % ,2 % ,0 % ,6 % EU en de wereld (2009) (vangsten en aquacultuur) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) EU-27 Wereld ,4 % ,4 % * Raming van de FAO op grond van de beschikbare informatiebronnen of berekening op basis van specifieke veronderstellingen. Bron: Eurostat voor EU-27 en FAO voor de overige landen.

20 18 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Productie per lidstaat (2009) (vangsten en aquacultuur) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) ES DK UK FR NL IT IE DE PL SE PT EL LT FI LV EE CZ BE HU RO BG MT CY SK AT SI EU ,16 % ,75 % ,30 % ,62 % ,87 % ,52 % ,97 % ,56 % ,09 % ,33 % ,23 % ,21 % ,76 % ,64 % ,57 % ,54 % ,38 % ,35 % ,32 % ,27 % ,27 % ,11 % ,07 % ,04 % ,04 % ,04 % % Productie per toetredende staat en kandidaatland (2009) (vangsten en aquacultuur) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) IS TR HR ME* MK Totaal ,70 % ,16 % ,10 % % ,37 % ,67 % NB: Niet van toepassing op LU. Bron: Eurostat. * Raming van de FAO op grond van de beschikbare informatiebronnen of berekening op basis van specifieke veronderstellingen. Bron: Eurostat voor IS en FAO voor de overige landen.

21 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Vangsten De Europese Unie levert iets minder dan 6 % van de totale mondiale productie van de visserij. In volume betekent dit een daling ten opzichte van voorgaande jaren. De Europese vloot is overal ter wereld actief, maar de meeste vangsten haalt de EU toch uit het oostelijk deel van de Atlantische Oceaan en uit de Middellandse Zee, voor het merendeel sprot, haring en makreel. De belangrijkste visserijlanden zijn Denemarken, Spanje, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk, die samen ongeveer de helft van de vangsten leveren. Totale vangsten ter wereld per belangrijkste visgebied (2009) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) Stille Oceaan, Noordwestelijk deel Stille Oceaan, Zuidoostelijk deel Stille Oceaan, Westelijk-Centraal deel Atlantische Oceaan, Noordoostelijk deel Indische Oceaan, Oostelijk deel Indische Oceaan, Westelijk deel Atlantische Oceaan, Oostelijk-Centraal deel Stille Oceaan, Noordoostelijk deel Atlantische Oceaan, Noordwestelijk deel Stille Oceaan, Oostelijk-Centraal deel Atlantische Oceaan, Zuidwestelijk deel Middellandse Zee en Zwarte Zee Atlantische Oceaan, Westelijk-Centraal deel Atlantische Oceaan, Zuidoostelijk deel Stille Oceaan, Zuidwestelijk deel ,8 % ,8 % ,6 % ,5 % ,4 % ,7 % ,1 % ,5 % ,3 % ,2 % ,1 % ,7 % ,5 % ,3 % ,6 % Bron: FAO.

22 20 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Totale EU-vangsten per belangrijkste visgebied (2009) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) Totale vangsten van de belangrijkste producenten ter wereld (2009) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) Atlantische Oceaan, Noordoostelijk deel Atlantische Oceaan, Oostelijk-Centraal deel Bron: Eurostat ,05 % ,66 % Middellandse Zee ,85 % Stille Oceaan, Zuidoostelijk deel Indische Oceaan, Westelijk deel Atlantische Oceaan, Zuidwestelijk deel Atlantische Oceaan, Noordwestelijk deel Stille Oceaan, Westelijk-Centraal deel Atlantische Oceaan, Zuidoostelijk deel Stille Oceaan, Oostelijk-Centraal deel ,56 % ,88 % ,80 % ,90 % ,53 % ,42 % ,29 % Zwarte Zee ,15 % Atlantische Oceaan, Westelijk-Centraal deel Stille Oceaan, Zuidwestelijk deel Indische Oceaan, Oostelijk deel ,12 % ,08 % ,07 % China ,8 % Peru ,8 % Indonesië ,7 % EU ,7 % Verenigde Staten ,7 % India ,6 % Japan ,3 % Russische Federatie ,3 % Chili ,9 % Myanmar ,1 % Filipijnen ,9 % Noorwegen ,8 % Vietnam ,5 % Zuid-Korea ,1 % Bangladesh ,0 % Thailand ,0 % Mexico ,8 % Maleisië ,6 % Marokko ,3 % IJsland ,3 % Canada ,1 % Bron: Eurostat voor EU-27 en IS; FAO voor de overige landen.

23 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Totale vangsten per lidstaat (2009) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) Totale vangsten per toetredende staat en kandidaatland (2009) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) DK ,35 % ES ,01 % UK ,58 % FR ,68 % NL ,54 % IE ,31 % IT ,99 % DE ,94 % PL ,42 % SE ,01 % PT ,93 % LT ,41 % LV ,22 % FI ,05 % EE ,92 % GR ,63 % BE ,43 % BG ,18 % HU ,13 % CZ ,08 % RO ,08 % SK ,03 % MT ,03 % CY ,03 % SI ,02 % AT 350 0,01 % NB: Niet van toepassing op LU. Bron: Eurostat. IS ,04 % TR ,51 % HR ,31 % ME* ,14 % MK 141 0,01 % * Raming van de FAO op grond van de beschikbare informatiebronnen of berekening op basis van specifieke veronderstellingen. Bron: Eurostat voor IS en FAO voor de overige landen.

24 22 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Top 15 van de gevangen soorten door de Europese Unie (2009) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) % Sprot % Atlantische Haring % Makreel % Zandspieringen % Sardien % Horsmakrelen % Cunene horsmakreel % Kabeljauw % Skipjack % Chileense horsmakreel % Ansjovis % Gouden sardinella % Blauwe wijting % Heek % Geelvintonijn % Bron: Eurostat.

25 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Top 3 van de gevangen soorten per lidstaat (2009) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) BE Schol % Tong % Noordzeegarnalen, grijze garnalen % EE Sprot % Haring % Noorse garnaal % BG Sprot % Zeeslakken % Karper % IE Makreel % Horsmakreel % Haring % CZ Karper % Brasem % Snoek % EL Ansjovis % Sardien % Heek % DK Zandspieringen % Sprot % Haring % ES Skipjack % Horsmakrelen % Sardien % DE Haring % Chileense horsmakreel % Sprot % FR Geelvintonijn % Sardien % Skipjack %

26 24 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N IT Ansjovis % Venusschelp % Sardien % NL Horsmakreel % Haring % Gouden sardinella % CY Bokvis % Pikarellen % Mul 70 5 % LV Sprot % Horsmakrelen % Haring % LT Horsmakrelen % Chileense horsmakreel % Sprot % HU Karper % Graskarper % Zilverkarper % MT Goudmakreel % Zwaardvis % Tonijn % AT Zoetwatervissen % PL Sprot % Horsmakreel % Haring % PT Sardien % Spaanse makreel % Blauwe haai % RO Goudvis % Brasem % Zwarte-Zee-elft % SI Sardien % Ansjovis % Karper 72 7 %

27 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N SK Karper % Goudvis 71 4 % Snoekbaars 62 4 % Top 3 van de gevangen soorten per toetredende staat en kandidaatland (2009) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal) FI Haring % Sprot % Baars % HR Sardien % Ansjovis % Gestreepte zeebarbeel % SE Sprot % Haring % Kabeljauw % ME Zoetwatervissen * % Ansjovis * % Zoutwatervissen * % Bron: Eurostat. UK Makreel % Haring % Langoustine % IS Haring % Kabeljauw % Blauwe wijting % MK Zoetwatervissen % Zalmachtigen % Karper 3 2 % TR Ansjovis % Sprot % Sardien % * Raming van de FAO op grond van de beschikbare informatiebronnen of berekening op basis van specifieke veronderstellingen. Bron: Eurostat voor IS en FAO voor de overige landen.

28 26 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Aquacultuur In meerdere Europese regio s is aquacultuur een belangrijke bezigheid. De aquacultuurproductie van de Europese Unie ligt om en nabij de 1,3 miljoen ton en heeft een waarde in de buurt van de 3,2 miljard euro, waarmee de sector ongeveer 20,4 % van de totale visserijproductie in de EU vertegenwoordigt. Het aandeel van de Europese aquacultuur in de totale mondiale aquacultuurproductie is ongeveer 2,3 % in termen van volume en 4 % in termen van waarde. Totale aquacultuur-productie per lidstaat (2009) (volume in tonnen levend gewicht, waarde in duizenden EUR en percentage van het totaal) Aquacultuurproductie Waarde in duizenden EUR NB: Niet van toepassing op LU. Bron: Eurostat. % % BE 576 0,04 % ,12 % BG ,61 % ,60 % CZ ,54 % ,21 % DK ,62 % ,72 % DE ,07 % ,90 % EE 654 0,05 % ,07 % IE ,63 % ,21 % EL ,37 % ,25 % ES ,63 % ,22 % FR ,16 % ,50 % IT ,47 % ,63 % CY ,26 % ,51 % LV 517 0,04 % ,03 % LT ,26 % ,21 % HU ,09 % ,82 % MT ,43 % ,45 % NL ,27 % ,59 % AT ,16 % ,43 % PL ,80 % ,35 % PT ,52 % ,05 % RO ,01 % ,52 % SI ,10 % ,09 % SK 823 0,06 % ,05 % FI ,05 % ,22 % SE ,66 % ,57 % UK ,10 % ,66 % EU ,00 % ,00 %

29 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Aquacultuurproductie van de EU per type product (2009) (percentage van het totale volume) Totale aquacultuurproductie per toetredende staat en kandidaatland (2009) (volume in tonnen levend gewicht, waarde in duizenden EUR en percentage van het totaal) 28 % 22 % 50 % % % HR ,44 % ,68 % ME 680 * 0,38 % ,45 % IS ,88 % ,76 % MK ,92 % ,02 % TR ,38 % ,09 % Totaal ,00 % ,00 % Bron: FAO. Week- en schaaldieren Totale aquacultuurproductie van andere belangrijke producenten (2009) (volume in tonnen levend gewicht, waarde in duizenden EUR en percentage van het totaal) Zoutwatervissen (inclusief in zeewater gekweekte zalm en forel) Zoetwatervissen (inclusief in zoet water gekweekte forel en paling) % % China ,5 % ,0 % India ,8 % ,4 % Vietnam * 4,6 % ,6 % Indonesië ,1 % ,0 % Thailand ,5 % ,3 % Bangladesh ,9 % ,2 % Noorwegen ,7 % ,4 % Chili ,4 % ,4 % Japan ,4 % ,1 % Myanmar ,4 % ,9 % Filipijnen ,3 % ,4 % Egypte * 1,3 % ,2 % * Raming van de FAO op grond van de beschikbare informatiebronnen of berekening op basis van specifieke veronderstellingen. Bron: FAO.

30 28 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Top 10 van de in de aquacultuur geproduceerde soorten in de Europese Unie (2009) (waarde in duizenden EUR en percentage van de totale waarde) % Middellandse-Zeemossel % Regenboogforel % Mossel % Zalm % Japanse oester % Goudbrasem % Karper % Zeebaars % Japanse tapijtschelp % Tarbot % Top 10 van de in de aquacultuur geproduceerde soorten in de Europese Unie (2009) (waarde in duizenden EUR en percentage van de totale waarde) Regenboogforel % Zalm % Goudbrasem % Japanse oester % Zeebaars % Mossel % Middellandse-Zeemossel % Karper % Japanse tapijtschelp % Tonijn % Bron: Eurostat. % Top 3 van de in de aquacultuur geproduceerde soorten per lidstaat (2009) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal waarde in duizenden EUR en percentage van de totale waarde) BE Zoetwatervissen % Regenboogforel 46 8 % Zoetwatervissen % Regenboogforel % BG Regenboogforel % Karper % Grootkopkarper % Regenboogforel % Karper % Grootkopkarper % CZ Karper % Zoetwatervissen % Zilverkarper % Karper % Zoetwatervissen % Zilverkarper %

31 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N DK Regenboogforel % Mossel % Paling % Regenboogforel % Mossel % Paling % EL Goudbrasem % Zeebaars % Middellandse-Zeemossel % Goudbrasem % Zeebaars % Middellandse-Zeemossel % DE Regenboogforel % Karper % Mossel % Regenboogforel % Karper % Mossel % ES Middellandse-Zeemossel % Goudbrasem % Regenboogforel % Middellandse-Zeemossel % Goudbrasem % Regenboogforel % EE Regenboogforel % Karper 45 7 % Paling 30 5 % Regenboogforel % Karper % Paling % FR Japanse oester % Mossel % Regenboogforel % Japanse oester % Mossel % Regenboogforel % IE Mossel % Zalm % Japanse oester % Mossel % Zalm % Japanse oester % IT Middellandse-Zeemossel % Regenboogforel % Japanse tapijtschelp % Middellandse-Zeemossel % Regenboogforel % Japanse tapijtschelp %

32 30 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N CY Goudbrasem % Zeebaars % Regenboogforel 69 2 % Goudbrasem % Zeebaars % Regenboogforel % MT Tonijn % Goudbrasem % Zoutwatervissen % Tonijn % Goudbrasem % Zoutwatervissen % LV Karper % Meerval 18 3 % Zeelt 13 3 % Karper % Meerval 81 7 % Zeelt 50 5 % NL Mossel % Afrikaanse meerval % Paling % Mossel % Afrikaanse meerval % Paling % LT Karper % Grootkopkarper 64 2 % Zalmachtigen 51 1 % Karper % Grootkopkarper % Zalmachtigen % AT Regenboogforel % Karper % Bronforel % Regenboogforel % Karper % Bronforel % HU Karper % Dwergmeervallen % Zilverkarper % Karper % Dwergmeervallen % Zilverkarper % PL Karper % Regenboogforel % Afrikaanse meerval % Karper % Regenboogforel % Afrikaanse meerval %

33 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N PT Venusschelp % Goudbrasem % Tarbot % Venusschelp % Goudbrasem % Tarbot % FI Regenboogforel % Grote marene % Zoetwatervissen 92 1 % Regenboogforel % Grote marene % Zoetwatervissen % RO Karper % Zilverkarper % Grootkopkarper % Karper % Zilverkarper % Grootkopkarper % SI Regenboogforel % Middellandse-Zeemossel % Karper % Regenboogforel % Middellandse-Zeemossel % Karper % Bron: Eurostat. SE Regenboogforel % Mossel % Regenboogforel % Mossel % UK Zalm % Mossel % Regenboogforel % Zalm % Mossel % Regenboogforel % SK Regenboogforel % Karper % Zoetwatervissen 34 4 % Regenboogforel % Karper % Zoetwatervissen 86 5 %

34 32 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Top 3 van de in de aquacultuur geproduceerde soorten per toetredende staat en kandidaatland (2009) (volume in tonnen levend gewicht en percentage van het totaal waarde in duizenden EUR en percentage van de totale waarde) HR Zeebaars % Goudbrasem % Karper % Zeebaars % Goudbrasem % Karper % MK Zalmachtigen % Karper % Zoetwatervissen 53 3 % Zalmachtigen % Karper % Zoetwatervissen 76 1 % ME Zalmachtigen 450 * 66 % Middellandse-Zeemossel 150 * 22 % Zeebaars 30 * 4 % Zalmachtigen % Zeebaars % Middellandse-Zeemossel % IS Riddervis % Kabeljauw % Zalm % Riddervis % Kabeljauw % Zalm % TR Regenboogforel % Zeebaars % Goudbrasem % Zeebaars % Regenboogforel % Goudbrasem % * Raming van de FAO op grond van de beschikbare informatiebronnen of berekening op basis van specifieke veronderstellingen. Bron: FAO.

35 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Producentenorganisaties in de visserij en aquacultuur Producentenorganisaties bestaan uit vissers en viskwekers die zich op vrijwillige basis verenigen en samen maatregelen nemen om een doelmatige uitoefening van hun productie te garanderen en zo goed mogelijke afzetvoorwaarden te creëren voor hun producten. Zij zijn een fundamenteel element van de gemeenschappelijke marktordening in de visserij- en aquacultuursector. In 2011 telden we 228 producentenorganisaties in 17 lidstaten van de EU. 3 IE UK NL BE 6 1 SE 3 DK DE PL EE LT LV Kleinschalige visserij / kustvisserij / zeevisserij / verre zeevisserij Totaal: 185 organisaties in 2011 Aquacultuur en andere typen visserij Totaal: 43 organisaties in FR RO NB: In BG, CZ, CY, LU, HU, MT, AT, SI, FI en SK bestaan geen producentenorganisaties. PT ES IT Bron: Publicatieblad van de Europese Unie C 225 van 30/7/ EL 1

36 34 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Verwerkende sector De productie van de verwerkende sector heeft een totale waarde van ongeveer 20 miljard euro. Spanje, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Duitsland en Italië zijn de grootste producenten. De sector bestaat uit zo n bedrijven, met een totale werkgelegenheid van ongeveer personen. De productie betreft met name bereidingen en conserven van vis, schaal- en weekdieren. Bron: Eurostat en voor sommige landen, zoals aangegeven in de tabellen, European Commission, Report on the evaluation of data collected on the fish processing sector 2011, Luxembourg, Publications Office of the European Union, Waarde van de output van de verwerkende sector (2009) (in duizenden EUR) ES UK FR DE IT DK * PL PT NL SE IE BE LT FI LV EL EE RO SK BG AT CZ CY * HU EU * European Commission, Report on the evaluation, op. cit. De waarde wordt weergegeven in globale inkomsten. NB: Geen gegevens beschikbaar voor MT en SI; niet van toepassing op LU.

37 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Aantal personen dat werkzaam is in de verwerkende sector (2009) Aantal verwerkende bedrijven (2009) Totaal aantal werknemers Totaal aantal bedrijven UK * ES PL FR * DE PT IT LV LT DK * NL SE EE IE BG RO EL BE FI 907 SK 697 CZ 367 AT 130 HU 78 CY * 43 EU * European Commission, Report on the evaluation, op. cit. Het aantal personen wordt gemeten in voltijdequivalenten. NB: Geen gegevens beschikbaar voor MT en SI; niet van toepassing op LU. ES 709 IT 419 PL 337 UK 337 FR 314 DE 233 SE 217 PT 191 FI 142 DK * 123 NL 121 LV 96 EL 84 IE 65 LT 63 EE 56 BE 37 RO 35 BG 33 CZ 24 HU 10 SK 10 AT 5 CY * 3 SI 3 EU * European Commission, Report on the evaluation, op. cit. NB: Geen gegevens beschikbaar voor MT; niet van toepassing op LU.

38 36 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Buitenlandse handel De Europese Unie, Japan en de Verenigde Staten zijn de drie grootste mondiale importeurs van visserij- en aquacultuurproducten. Noorwegen, China, IJsland en Vietnam zijn de grootste leveranciers van de Europese Unie. Ook de handel binnen de EU is belangrijk. Als we alle uitwisselingen in aanmerking nemen, zowel binnen de EU als met derde landen, zijn Spanje, Frankrijk en Italië de lidstaten die het meest importeren. Denemarken, Nederland en Spanje exporteren het meest. Handel in visserij- en aquacultuurproducten tussen de Europese Unie en derde landen (2010) (volume in tonnen en in duizenden EUR) Importen Exporten Volume in tonnen Waarde in duizenden EUR Pelagische vissen Zalmachtigen Andere vissen Schaal- en weekdieren Niet-voedingsproducten Totaal EU Tonijn, sardien, makreel, haring, ansjovis enz. Zalm, forel. Kabeljauw, heek, koolvis, schelvis, panga, tong, heilbot, zeebrasem enz. Garnaal, langoest, Sint-Jakobsschelp, mossel, gewone zeekat, pijlinktvis enz. Producten die niet bestemd zijn voor menselijke consumptie, meel, siervissen. Bron: Eurostat.

39 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Handel in visserij- en aquacultuurproducten tussen de Europese Unie en derde landen (2010) (waarde in duizenden EUR) Belangrijkste leveranciers van de Europese Unie Noorwegen % China % IJsland % Vietnam % Marokko % Thailand % Verenigde Staten % Ecuador % Argentinië % India % Peru % Andere derde landen % Belangrijkste klanten van de Europese Unie Verenigde Staten % Zwitserland % Rusland % Noorwegen % China % Japan % Nigeria % Egypte % Marokko % Hong Kong % Oekraïne % Andere derde landen % Totaal: Totaal: Landen die het meest importeren uit derde landen ES % SE % DE % UK % IT % DK % FR % NL % Andere lidstaten % Landen die het meest exporteren uit derde landen ES % NL % DK % UK % FR % DE % IT % IE % Andere lidstaten % Bron: Eurostat. Totaal EU-27: Totaal EU-27:

40 38 Import en export van visserij- en aquacultuurproducten (2010) Totale handel: binnen EU en buiten EU (volume in tonnen en waarde in duizenden EUR) Importen Exporten Lidstaten Toetredende staten Kandidaatlanden IS NB NB IE UK NL BE LU DE AT SI FR PT ES IT MT NB: Niet beschikbaar.

41 39 Importen Exporten FI SE EE LV DK LT PL CZ SK HU RO HR ME BG MK EL TR CY Bron: Eurostat.

42 40 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Import van visserij- en aquacultuurproducten (2010) (waarde in duizenden EUR) Totale handel: binnen EU en buiten EU Verse en gekoelde producten Diepvriesproducten SE FR ES IT DK DE UK PL Andere lidstaten ES FR IT DE UK NL PT BE Andere lidstaten Totaal EU Totaal EU Gerookte, gezouten of gedroogde producten Bereidingen en conserven DE IT PT SE ES NL FR DK Andere lidstaten FR UK IT DE ES NL BE DK Andere lidstaten Totaal EU Totaal EU Bron: Eurostat.

43 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Export van visserij- en aquacultuurproducten (2010) (waarde in duizenden EUR) Totale handel: binnen EU en buiten EU Verse en gekoelde producten Diepvriesproducten SE DK UK NL FR ES EL DE Andere lidstaten ES NL DE DK UK BE FR PT Andere lidstaten Totaal EU Totaal EU Gerookte, gezouten of gedroogde producten Bereidingen en conserven PL DK SE DE NL ES UK FR Andere lidstaten ES DK NL DE PL FR BE IT Andere lidstaten Totaal EU Totaal EU Bron: Eurostat.

44 42 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Import van visserij- en aquacultuurproducten (2010) (waarde in duizenden EUR) Totale handel: binnen EU en buiten EU Pelagische vissen Zalmachtigen ES IT FR DE UK NL PL PT Andere lidstaten SE DE FR DK PL UK IT ES Andere lidstaten Totaal EU Totaal EU Andere vissen Schaal- en weekdieren ES FR DE IT UK NL PT DK Andere lidstaten ES FR IT BE UK NL DE PT Andere lidstaten Totaal EU Totaal EU Bron: Eurostat.

45 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Export van visserij- en aquacultuurproducten (2010) (waarde in duizenden EUR) Totale handel: binnen EU en buiten EU Pelagische vissen Zalmachtigen ES NL DK DE UK PT FR IT Andere lidstaten SE DK PL UK DE FR LT BE Andere lidstaten Totaal EU Totaal EU Andere vissen Schaal- en weekdieren NL DK DE ES FR EL SE UK Andere lidstaten NL ES DK UK BE FR PT IT Andere lidstaten Totaal EU Totaal EU Bron: Eurostat.

46 44 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Consumptie van visserijproducten Visserij- en aquacultuurproducten worden alom erkend als gezonde, eiwitrijke voedingsmiddelen en als zodanig spelen zij een belangrijke rol in het dieet van de be volking in Europa en de rest van de wereld. Wereldwijd consumeren we 17,8 kg/persoon/jaar van deze producten, hetgeen 15,7 % van de inbreng van dierlijke proteïnen vertegenwoordigt. Binnen de Europese Unie wordt van vis gemiddeld 23,3 kg/persoon/jaar geconsumeerd. De consumptie varieert van 4,6 kg/persoon/ jaar in Bulgarije tot 61,6 kg/persoon/jaar in Portugal. PT ES LT FI FR SE MT LU CY IT BE EU-27 IE DK UK EL NL LV EE AT DE PL SI CZ SK RO HU BG Consumptie van visserij- en aquacultuurproducten (2007) (hoeveelheid in levend gewicht (kg/persoon/jaar)) Voorzieningsbalans per lidstaat Bron: FAO. 44,8 40,5 37,1 34,2 32,6 31,7 28,0 27,3 25,4 24,2 23,3 22,7 22,3 21,4 20,9 19,8 17,4 16,4 15,4 15,3 10,9 10,2 9,9 8,1 5,5 5,1 4,6 61,6

47 H E T G E M E E N S C H A P P E L I J K V I S S E R I J B E L E I D G E V A T I N G E T A L L E N Consumptie van visserij- en aquacultuurproducten (2007) (hoeveelheid in levend gewicht (kg/persoon/jaar)) Voorzieningsbalans per toetredende staat en kandidaatland IS HR TR MK ME 8,1 6,3 4,3 15,9 90,6 Consumptie van visserij- en aquacultuurproducten (2007) (hoeveelheid in levend gewicht (kg/persoon/jaar)) Voorzieningsbalans van de EVA-lidstaten en de grote wereldeconomieën Japan Noorwegen China Australië Verenigde Staten Canada Rusland Zwitserland* Brazilië India Mondiaal gemiddelde 6,9 5,4 * Inclusief Liechtenstein. Bron: FAO. 29,4 26,4 24,1 23,8 22,5 16,6 17,8 56,7 51,9