Dixell ichill. Handleiding IC200 serie

Transcriptie

1 Dixell ichill Handleiding IC2 serie

2 INDEX 1 INFORMATIE VOORAF 4 2 TOEPASSINGEN BELANGRIJKSTE FUNCTIES BETEKENIS VAN DE LED S BETEKENIS VAN DE SYMBOLEN AFSTANDBEDIENING FUNCTIES VAN DE DRUKTOETSEN TOETSEN COMBINATIES LED S EM SYMBOLEN DISPLAY EN SYMBOLEN BETEKENIS EN FUNCTIE VAN DE ONDERSTE LED S 1 3 PARAMATER TABEL 1 4 DE PROGRAMEERSLEUTEL DOWNLOADEN: HET OVERZETTEN VAN GEGEVENS UIT DE PROGRAMEERSLEUTEL (HOT-KEY) NAAR DE UNIT UPLOADEN: HET OVERZETTEN VAN GEGEVENS UIT DE UNIT NAAR DE PROGRAMMEERSLEUTEL (HOT-KEY) PROGRAMMEREN MET HET TOETSENBORD STANDAARD WACHTWOORDEN DE PROGRAMMEER NIVEAUS PR1, PR2 EN PR3 AANPASSEN 25

3 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING 1 INFORMATIE VOORAF 1.1 Lees deze handleiding aandachtig door voordat u de microprocessor gebruitk. Bewaar deze handleing altijd nabij de koelmachine/warmtepomp. De regelaar mag niet door ondeskundig personeel worden bediend. Controleer de bedrijfslimieten van de koelmachine/warmtepomp voordat u gegevens wijzigt. 1.2 Voorzorgsmaatregelen Voorkom date er vocht in de regelaar komt terwijl u de koelmahine/warmtepomp bediend. Zorg dat de hoofdschakelaar van de unit op (uit) staat alvorens u aanpassingen aanbrengt aan de bekabeling van de regelaar U mag de regelaar zelf nooit openen zonder toestemming van CSH B..V.. Als u de regelaar onder garantie wilt vervangen dient u deze met een duidelijke klachtomsc uurijving te verzenden t.a.v. CSH B.V. ( blz. 4 van 25 / V a

4 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING 2 TOEPASSINGEN De ichill IC2L is een elektronische regelaar geschikt voor koelmachines en warmtepompen met 1 of 2 koudemiddel circuits. De IC2L wordt toegepast in HIDROS koelmachines en warmtepompen uitgevoerd met meer dan 2 compressoren (maximaal 6). De IC2L wordt toegepast in: Lucht/water koelmachines en warmtepompen Water/water koelmachines en warmtepompen Condensingunits 2.1 BELANGRIJKSTE FUNCTIES Unit management voor: 1 koudemiddelcircuit met maximaal 4 compressors 2 koudemiddelciruicts met varierende compressoren per circuit 2 koudemiddleciruicts met 6 compressoren Compressoren opstarten middels: Direct (DOL, Direct On Line) bij scrollcompressoren Part winding (Ster/Dubbel-Ster) bij sc uuroefcompressoren Ster-Driehoek bij sc uuroefcompressoren Compressoren opstarten middels Soft start: Met regelkleppen t.b.v. de capaciteit Automatische start-unloading (onbelast aanlopen) Capaciteit regelbaar middels: Constant regeling Regeling in stappen Modulerende regeling Controle van de compressoren op: Aantal draaiuren Aantal start en stops per uur Aansturing een bediening van externe transportpompen Max. 2 pompen aan de verdamper zijde (run & standby) Max. 2 pumpen aan de condensor zijde (run & standby) Uitlezing display instelbaar voor: Temperatuur Druk Tijd Overige uitlzeingen: Uilezing beveiligingen Aantal draaiuren compressoren Aantal start en stops per uur per compressor Aantal draaiuren transportpompen Tijdsvertraging tot aan de volgende ontdooicyclus (luchtgekoelde warmtepompen) Proportionele uitsturing status Heetgas temperatuur Het resetten van alarmen met een in te stellen wachtwoord Alarmen lijst (tot maximaal 1 alarmen) Thermische beveiliging compresooren alarm Hoog temperatuur van het water alarm aan de verdamper Hoog temperatuur van het water alarm aan de condensor Te hoge condensatietemperatuur Te lage verdampingstemperatuur Waarschuwing voor onderhoud benodigd aan: Compressoren Transportpompen verdamper Transportpompen condensor blz. 5 van 25 / V a

5 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING 2.2 BETEKENIS VAN DE LED S Circuit 2 AAN = circuit 1 actief. Als beide knipperen is de regelaar in de programmeermode AAN/UIT koelbedrijf AAN/UIT warmtepompbedrijf Circuit 1 Ontdooien (warmtepomp) AAN = circuit 2 actief. Als beide knipperen is de regelaar in de programmeermode Knippert als de enrgie besparende of het dynamische setpunt actief is AAN = RTC functie actief 2.3 BETEKENIS VAN DE SYMBOLEN AFSTANDBEDIENING Circuit 2 Ontdooien (warmtepomp) Circuit 1 AAN/UIT koelbedrijf AAN = circuit 1 actief. Als beide knipperen is de regelaar in de programmeermode AAN/UIT warmtepompbedrijf AAN = circuit 2 actief. Als beide knipperen is de regelaar in de programmeermode AAN = RTC functie actief Knippert als de enrgie besparende of het dynamische setpunt actief is blz. 6 van 25 / V a

6 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING 2.4 FUNCTIES VAN DE DRUKTOETSEN TOETS ACTIE FUNCTIE 1 x drukken en vervolgens weer loslaten Laat het setpunt van de koelmachine SetC en SetH van de warmtepomp zien. 1 x drukken Laat tijdens de Energie spaarstand of bij Dynamische setpunten het werkelijke setpunt zien. 1 x drukken en 3 sec. weer loslaten Schakelt tussen koelmachine en warmtepomp setpunt Tijdens het programmeren: 1 x drukken Selecteerd een parameter en/of bevestigd een waarde 1 x drukken tijdens het uitlezen van het onderste gedeelte van het display Wisselt tussen de gegevens van ciruit 1 en 2 OMHOOG TOETS 1 x drukken Selecteerd de uitlezing van circuit 1 Tijdens het programmeren: 1 x drukken Selecteerd een parameter en/of bevestigd een waarde 1 sec. ingedrukt houden tijdens het programmeren 1 x laat het Pr2 programma level zien 2 x laat het Pr3 programma level zien 1 x drukken Selecteerd de uitlezing van circuit 2 Tijdens het programmeren: 1 x drukken Selecteerd een parameter en/of bevestigd een waarde OMLAAG TOETS 1 x drukken Schakelt de koelmachine in bedrijf (LED is aan) De LED kippert ten teken dat de koelmachine de anti-pendel cyclus aftelt of pump-down gaat. 1 x drukken Schakelt de warmtepomp in bedrijf (LED is aan) De LED kippert ten teken dat de warmtepomp de anti-pendel cyclus aftelt of pump-down gaat. 1 x drukken Activeert de Menu functie 3 sec. ingedrukt houden Om de RTC instellingen te wijzigen. (Real Time Clock, niet standaard) Tijdens het programmeren: 1 x drukken Om een groep parameters te verlaten 1 x drukken * Activeerd de warmte terugwinning van de unit (heat recovery LED is aan) 1 x drukken * Schakelt de vrije koeling van de unit in/uit (LED is aan) * Indien van toepassing en afhankelijk van het model blz. 7 van 25 / V a

7 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING 2.5 TOETSEN COMBINATIES TOETS ACTIE FUNCTIE Tegelijk 3 sec. ingedrukt houden Opend de programmer mode In het Pr3 level: Druk SET en de OMLAAG toets Laat de volgende menu levels zien: Pr1 / Pr2 / Pr3 Tegelijk indrukken (eenmalig) Verlaat de programmeer mode Tegelijk indrukken 5 sec. (warmtepomp functie) Handmatige ontdooining In het Pr3 level: Druk SET en de MENU toets Bepaalt of het Pr3 in andere menu s wijzigbaar is 2.6 LED S EM SYMBOLEN SYMBOOL LED FUNCTIE ON Externe uitgang no.1 actief OFF ON OFF KNIPPERT ON OFF Externe uitgang no.1 niet actief Externe uitgang no.2 actief Externe uitgang no.2 niet actief Aftel cyclus actief voor ontdooien (luchtgekoelde warmtepomp) Ontdooien Einde ontdooien blz. 8 van 25 / V a

8 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING 2.7 DISPLAY EN SYMBOLEN SYMBOOL BETEKENIS / FUNCTIE Graden Celsius Graden Fa uurenheit PSI Aan = compressor 1 actief Knippert = compressor 1 telt af voor minimale inschakeltijd compressor Aan = compressor 2 actief Knippert = compressor 2 telt af voor minimale inschakeltijd compressor Aan = compressor 3 actief Knippert = compressor 3 telt af voor minimale inschakeltijd compressor Aan = compressor 4 actief Knippert = compressor 4 telt af voor minimale inschakeltijd compressor Aan = compressor 5 actief Knippert = compressor 5 telt af voor minimale inschakeltijd compressor Aan = compressor 5 actief Knippert = compressor 5 telt af voor minimale inschakeltijd compressor Algemeen alarm Vorstbeveiliging ingeschakeld Waterdebiet alarm Tijd mode (geeft tevens de ontdooi erval bij luchtgekoelde warmtepompen) Transport ingeschakeld Condensor ventilator ingeschakeld blz. 9 van 25 / V a

9 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING 2.8 BETEKENIS EN FUNCTIE VAN DE ONDERSTE LED S LED no. 1 en 2 (Met RTC) Als de Real Time Clock wordt getoond knipperen beide Led s LED no. 1 en 2 in het Menu Bij luchtgekoelde warmtepomp knipperen de LED s ten teken dat de anti ontdooi cyclus is gestart. LED Parameters programmeren In het Pr2 level: Led no. 3 is zichtbaar terwijl LED no.1 en 2 laten zien of de waarde kan worden aangepast of niet. In het Pr3 level: Led no. 3 en 4 zijn zichtbaar terwijl LED no.1 en 2 laten zien of de waarde kan worden aangepast of niet 3 PARAMATER TABEL MENU SELECTIE Naam Omsc uurijving ALL ST CF SD ES CO US FA Ar DF AL Laat alle parameters zien Laat alleen de temperatuur gerelateerde parameters zien Laat alleen de configuratie parameters zien Laat de dynamiche setpunt waarden zien Laat de energie besparende parameters zien Laat alleen de compressor parameters zien Laat alleen de digitale uitgangen parameters zien Laat alleen de ventilator parameters zien Laat alleen de vorstbeveiligings parameters zien Laat alleen de ontdooi parameters zien Laat alleen de alarm parameters zien Temperatuur gerelateerd Parameter Omsc uurijving min max Eenh Resolutie ST 1 Setpunt gekoeldwater Kan worden aangepast ten behoeve van het koelbedrijf ST2 ST3 / dec./ ST 2 Minimum setpunt gekoeldwater -3. ST1 Begrenst de onderste waarde voor paramter ST 1 dec./ ST 3 Maximum setpunt gekoeldwater 7. ST1 Begrenst de bovenste waarde voor paramter ST 1 dec./ ST 4 Setpunt warmtepomp Kan worden aangepast ten behoeve van het warmwaterbedrijf ST5 ST6 / dec./ ST 5 Minimum setpunt warmwater -3. ST4 Begrenst de onderste waarde voor paramter ST 4 ST 6 Maximum setpunt warmwater 7. ST4 Begrenst de bovenste waarde voor paramter ST 4 ST 7 Proportionele band koelbedrijf. 25. blz. 1 van 25 / V a

10 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING ST 8 Proportionele band warmtepomp bedrijf. 25. ST 9 Selectie voeler voor gekoeldwater bedrijf = Temperatuur probe NTC rede verdamper (bij 1 circuit) 1= Temperatuur probe NTC uittrede verdamper circuit 1 2= Temperatuur probe NTC uittrede verdamper circuit 2 5 3= Temperatuur probe NTC voor uitrede verdamper gemiddelde waarde 4= Temperatuur probe NTC externe bediening 1 5= Temperatuur probe NTC externe bediening 2 ST 1 Selectie voeler voor warmtepomp bedrijf = Temperatuur probe NTC rede verdamper (bij 1 circuit) 1= Temperatuur probe NTC uittrede verdamper circuit 1 2= Temperatuur probe NTC uittrede verdamper circuit 2 3= Temperatuur probe NTC voor uitrede verdamper gemiddelde waarde 4= Temperatuur probe NTC externe bediening 1 5= Temperatuur probe NTC externe bediening 2 6= Temperatuur probe voor gemiddelde waarde condenser rede 7= Temperatuur probe voor waterrede condenser circuit = Temperatuur probe voor waterrede condenser circuit 2 9= Temperatuur probe voor wateruittrede condenser circuit 1 1= Temperatuur probe voor wateruittrede condenser circuit 2 11= Temperatuur probe voor gemiddelde waarde condenser uittrede Opmerking Om het het regelgedrag tijdens koel- of warmtepomp bedrijf gelijk te houden dienen parameter ST 9 en ST 1 gelijk te zijn. ST 11 Soort temperatuur regeling = Proportioneel 1= Neutrale zone 2 2= PI Proportioneel Integraal Pr1 Wachtwoord (standaard = 1) 999 Pr2 Wachtwoord (standaard = 2) 999 Pr3 Wachtwoord (standaard = 3) 999 Uitlezing display Parameter Omsc uurijving min max M. u. dp 1 Uitlezing middels het bovenste gedeelte van het display 14 dp 2 Uitlezing middels het onderste gedeelte van het display 17 dp 3 Configuratie bovenste / onderste gedeelte display = Instelbaar 1= Bovenste display: Verdamper IN, Onderste display: Verdamper UIT 2= Bovenste display: Condensor IN, Onderste display: Condensor UIT 3 3= Bovenste display: Temperatuur/Condensatiedruk, Onderste display: Verdampingsdruk Uitlezing display externe aansluitingen dp4 Bovenste display laat waarde externe aansluiting no. 1 zien = Uitlezing conform parametrs dp1 dp2 dp3 1 1= Laat de waarde van de externe NTC probe zien. dp5 Bovenste display laat waarde externe aansluiting no. 2 zien = Uitlezing conform parametrs dp1 dp2 dp3 1 1= Laat de waarde van de externe NTC probe zien. Pr1 Wachtwoord (standaard = 1) 999 Pr2 Wachtwoord (standaard = 2) 999 Pr3 Wachtwoord (standaard = 3) 999 Configuratie toepassing Parameter Omsc uurijving min max M. u. CF 1 CF 2 CF 3 Soort Unit = Koelmachine lucht / lucht (n.v.t.) 1= Koelmachine lucht/water 2= Koelmachine water/water Warmtepomp = Nee 1= Ja Condensingunit (niet beschikbaar) = Nee 1= Ja Soort Unit Compressors blz. 11 van 25 / V a

11 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING CF 4 Aantal compressoren circuit 1 1= 1 2= 2 3= 3 4= 4 CF 5 Aantal compressoren circuit 1 = 1= 1 2= 2 3= 3 CF 6 Aantal compressoren deellast sitautie = geen 1= 1 2= 2 3= 3 CF 7 Functie van de analoge ingangen = Temperatuur 4 2 ma : 1 = Druk 4 2 ma: 2 = Temperature 5Vdc: 3 = Druk 5Vdc: Analoge ingangen CF 8 -CF 17 Afhankelijk van digitale ingang PB1-PB17 o 1 Probe Offset CF 9 - CF17 Offset probe PB1 t/m PB CF 1 Waarde bij 4mA of.5vdc voor opnemer PB3 CF 11 Waarde bij 2mA of 5Vdc voor opnemer PB3 CF 12 Waarde bij 4mA of.5vdc voor opnemer PB4 CF 13 Waarde bij 2mA of 5Vdc voor opnemer PB4 CF 14 Waarde bij 4mA of.5vdc voor opnemer PB5 CF 15 Waarde bij 2mA of 5Vdc voor opnemer PB5 CF 16 Waarde bij 4mA of.5vdc voor opnemer PB6 CF 17 Waarde bij 2mA of 5Vdc voor opnemer PB6 25 c Digitale Ingangen CF 18 CF 35 Configuratie ID1 t/m ID18 -o1 c63 Relais uitgangen CF 19 CF32 Configuratie RL1 t/m RL14 -o1 c58 Condensatie proportionele uitgangen (externe ventilatorregeling) CF 2 Circuit 1 uitgang signaal: = 1Vdc 1= 4 2mA 2 2= PWM for enkel fase ventilatoren CF 21 Circuit 2 uitgang signaal: = 1Vdc 1= 4 2mA 2 2= PWM for enkel fase ventilatoren Analoge uitgangen CF 22 Proportionelel uitgang 1 = Niet actief 1= 3 weg klep vrij koeling 2= 3 weg klep warmwater (warmtepomp) 3= n.v.t. 4= n.v.t. o 1 4 c28 Int blz. 12 van 25 / V a

12 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING CF 23 Proportionelel uitgang 2 = Niet actief 1= 3 weg klep vrij koeling 2= 3 weg klep warmwater (warmtepomp) 3= n.v.t. 4= n.v.t. CF 24 Proportionelel uitgang 3 = Niet actief 1= 3 weg klep vrij koeling 2= 3 weg klep warmwater (warmtepomp) 3= n.v.t. 4= n.v.t. CF 25 Proportionelel uitgang 4 = Niet actief 1= 3 weg klep vrij koeling 2= 3 weg klep warmwater (warmtepomp) 3= n.v.t. 4= n.v.t. o 1 o 1 o 1 4 c28 4 c28 4 c28 Extern bedieningspaneel CF 26 Paneel no.1 configuration = Niet actief 1= Inclusief voeler voor omgevingstemperatuur (NTC) 2 n.v.t. 2= Exclusief voeler voor omgevingstemperatuur (NTC) CF 27 Paneel no.2 configuration = Niet actief 1= Inclusief voeler voor omgevingstemperatuur (NTC) 2 n.v.t. 2= Exclusief voeler voor omgevingstemperatuur (NTC) CF 28 Offset voor de voeler van paneel no CF 29 Offset voor de voeler van paneel no Functie Symbolen CF 3 Symbool = koelmachine / warmtepomp 1 1= koelmachine / warmtepomp Selectie koelmachine- of warmtepompbedrijf CF 31 = Middels de eigen bediening 1= Middels digitale ingang 2 2= Middels analoge ingang Automatische Change over CF 32 Setpunt waarde koelmachine- of warmtepompbedrijf (CF8=2) CF 33 Schakeldifferentie koelmachine- of warmtepompbedrijf (CF8=2) 25. Eenheden CF 34 Selectie waarden in = / BAR 1 1= / Frequentie voedingsspanning CF 35 Netvoeding = 5 Hz 1= 6 Hz 2 2= voor meer info neem contact op met CSH ( BIOS gegevens CF 36 Serieëladres CF 37 Firmware versie CF 38 Eeprom parrameter Pr1 Wachtwoord 999 Pr2 Wachtwoord 999 Pr3 Wachtwoord 999 Dynamische Setpunten Parameters Omsc uurijving min max M. u. Resolution blz. 13 van 25 / V a

13 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING Sd 1 Maximale dynamische offset in koelmachine bedrijf Sd 2 Maximale dynamische offset in warmtepomp bedrijf Sd 3 Inschakel setpunt externe temperatuur koelbedrijf Sd 4 Inschakel setpunt externe temperatuur warmtepompbedrijf Sd 5 Schakeldifferentie externe temperatuur koelbedrijf Sd 6 Schakeldifferentie externe temperatuur warmtepompbedrijf Pr1 Wachtwoord 999 Pr2 Wachtwoord 999 Pr3 Wachtwoord 999 Energie besparing Parameters Omsc uurijving min max udm Risoluzione ES 1 Start tijdband no.1( 24) 24. uur 1 Min ES 2 Einde tijdband no.1 ( 24) 24. uur 1 Min ES 3 Start tijdband no.2( 24) 24. uur 1 Min ES 4 Einde tijdband no.2 ( 24) 24. uur 1 Min ES 5 Start tijdband no.3( 24) 24. uur 1 Min ES 6 Einde tijdband no.3 ( 24) 24. uur 1 Min ES 7 Maandag: Energie besparing geactiveerd Unit automatisch aan/uit ES 8 Dinsdag : Energie besparing geactiveerd Unit automatisch aan/uit ES 9 Woensdag : Energie besparing geactiveerd Unit automatisch aan/uit ES 1 Donderdag : Energie besparing geactiveerd Unit automatisch aan/uit ES 11 Vrijdag: Energie besparing geactiveerd Unit automatisch aan/uit ES 12 Zaterdag : Energie besparing geactiveerd Unit automatisch aan/uit ES 13 Zondag : Energie besparing geactiveerd Unit automatisch aan/uit ES 14 Offset energie besparing koelbedrijf ES 15 Schakeldifferentie energie besparing warmtepomp bedrijf. 25. ES 16 Offset energie besparing warmtepomp bedrijf ES 17 Schakeldifferentie energie besparing warmtepomp bedrijf. 25. Pr1 Wachtwoord 999 Pr2 Wachtwoord 999 Pr3 Wachtwoord 999 Compressoren Parameters Omschrijving min max udm CO 1 Minimale draaitijd compressor AAN na inschakelen sec 1 sec CO 2 Minimale tijd compressor UIT na uitschakelen sec 1 sec CO 3 Minimale tijd tussen twee compressoren tijdens inschakelen. Het volgende compressor symbool knippert 1 25 Sec CO 4 Minimale tijd tussen twee compressoren tijdens uitschakelen. Het volgende compressor symbool knippert 25 Sec CO 5 Inschakelvertraging na spanningsuitval 25 1 Sec 1 sec Deellast regeling (Capaciteit regeling) CO 6 Functie (sc uuroefcompressoren) = Met deellast kleppen 1= Continu stapsgewijs met direct regeling 3 2= Continu stapsgewijs met direct regeling en omgekeerd 3= n.v.t. CO 7 Aanloopstroom compressor begrenzing voor meer info neem contact op met CSH ( 3 blz. 14 van 25 / V a

14 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING CO 8 CO 9 CO 1 CO 11 CO 12 Aanloopstroom compressor begrenzing voor meer info neem contact op met CSH ( Aanloopstroom compressor begrenzing voor meer info neem contact op met CSH ( Opstarten Compressor Opstarten compressor soort = DOL (Direct On Lne) bij scroll compressoren 1= Part - winding (ster-dubbel ster) bij sc uuroefcompressoren 2= Star-delta (ster-driehoek) bij sc uuroefcompressoren Als CO1= 1 (part winding) de omschakeltijd van ster naar dubbelster Als CO1= 2 (ster-driehoek) de omschakeltijd van ster naar driehoek Zie CO11 25 Sec 25 Sec CO 13 By-pass gasklep opstarttijd (bij sc uuroefcompressoren). 25 sec Cyclus wisselen compressoren CO 14 Compressoren wisselen op basis van = Sequentieel 1 = Compressor draaiuren 2 2 = Compressor start en stops CO 15 Circuits verdelen = Sequentieel 1= Circuits evenveel belasten 1. sec.. sec..1 sec.1 sec blz. 15 van 25 / V a

15 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING Transportpomp verdamper CO 16 Functie transportpomp verdamper = Niet actief 1= Continue als de unit is vrij gegeven 2 2= Afhankelijk van de compressoren (compr. in bedrijf, pomp inbedrijf) CO 17 Voordraaitijd pomp voor compressor bedrijf 1 25 Min CO 18 Nadraaitijd pomp na einde bedrijf compressoren of vrijgave niet actief 25 Min CO 19 Aantal draaiuren pomp voor cyclus wisselen (bij run&standby) uur 1 uur CO 2 Minimale tijd dat beide gezamenlijk in bedrijf zijn (bij run&standby) 25 Sec Transportpomp condensor CO 21 Functie transportpomp condensor = Niet actief 1= Continue als de unit is vrijgegeven 2 2= Afhankelijk van de compressoren (compr. in bedrijf, pomp inbedrijf) CO 22 n.v.t. CO 23 Nadraaitijd pomp na einde bedrijf compressoren of vrijgave niet actief 25 Min CO 24 Aantal draaiuren pomp voor cyclus wisselen (bij run&standby) uur 1 uur CO 25 Minimale tijd dat beide gezamenlijk in bedrijf zijn (bij run&standby) 25 Sec Onderhoud erval CO 26 Reset draaiuren compressor 1 (Zie ook onderhoudserval) uur 1 uur CO 27 Reset draaiuren compressor 2 (Zie ook onderhoudserval) uur 1 uur CO 28 Reset draaiuren compressor 3 (Zie ook onderhoudserval) uur 1 uur CO 29 Reset draaiuren compressor 4 (Zie ook onderhoudserval) uur 1 uur CO 3 Reset draaiuren compressor 5 (Zie ook onderhoudserval) uur 1 uur CO 31 Reset draaiuren compressor 6 (Zie ook onderhoudserval) uur 1 uur CO 32 Reset draaiuren transportpomp 1 verdamper (Zie ook onderhoudserval) uur 1 uur CO 33 Reset draaiuren transportpomp 2 verdamper (Run&Standby) uur 1 uur CO 34 Reset draaiuren transportpomp 1 condensor (Zie ook onderhoudserval) uur 1 uur CO 35 Reset draaiuren transportpomp 2 condensor (Run&Standby) uur 1 uur Pump down CO 36 Bedrijfs functie pump down = Niet actief 1= Unit uit middels pump down, unit aan zonder pump down 2 2= Unit uit middels pump down, unit aan middels pump down CO 37 Setpunt pump down 5. CO 38 Schakeldifferentie pump down CO 39 Maximum pump down time duration at start-up and stop (See pump down ON/OFF function) 25 Sec Capaciteitsbegrenzing verdamperzijdig CO 4 Setpunt waarbij de compressoren worden teruggeschakeld in capaciteit bij een te hoge retourwatertemperatuur CO 41 Schakeldifferentie te hoge retourwatertemperatuur. 25. CO 42 Tijdserval voor het afschakelen van de compressoren beg 25 Sec 1sec CO 43 Maximale tijd dat de capaciteit blijft begrenst 25 Min Capaciteitsbegrenzing condensorzijdig CO 44 Setpunt waarbij de compressoren worden teruggeschakeld in capaciteit bij een te hoge condensatietemperatuur 5. CO Schakeldifferentie te hoge condensatietemperatuur CO 46 Setpunt waarbij de compressoren worden teruggeschakeld in capaciteit bij een te hoge condensatiedruk (HP is aan) 5. CO 47 Schakeldifferentie te hoge condensatiedruk blz. 16 van 25 / V a

16 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING CO 48 Maximale tijd dat de capaciteit blijft begrenst 25 Min CO 49 Aantal capaciteits stappen die worden begrensd 1= 1 st stap 2= 2 nd stap 1 3 3= 3 rd stap CO 5 Minimale uittijd van de capaciteitsbegrenzing (schroefcompressoren) 25 Sec Compressor vloeistof injectie (schroefcompressoren) CO 51 Setpunt vloeistof injectieklep IN CO 52 Setpunt vloeistof injectieklep UIT. 25. Pr1 Wachtwoord 999 Pr2 Wachtwoord 999 Pr3 Wachtwoord 999 Externe uitgangen / Parameters Omschrijving min max M. U. Resolution US 1 - US8 Aansturing externe relais voor meer info neem contact op met CSH ( 4 Pr1 Wachtwoord 999 Pr2 Wachtwoord 999 Pr3 Wachtwoord 999 Condensorventilator Parameters Omschrijving min max M. U. Resolution FA 1 Functie condensorventilator = Niet actief 1 = Altijd AAN 2 = AAN/UIT geregeld in stappen 4 3 = AAN/UIT linear geregeld 4 = Proportioneel FA 2 Condensorventilator bedrijf = Compressor AAN ventilator AAN 1 1= Onafhankelijk van compressor FA 3 Tijdserval waarbij de ventilatoren direct naar een maximum worden gestuurd en waarna vervolgens (nadat de FA3 tijd is verstreken) wordt teruggereld 25 Sec FA 4 Fase verschuiving van de ventilaormotor Micro 8 Sec 25 s FA 5 Aantal circuits = 1 condensor circuit 1 1= 2 condensor circuits FA 6 Voordraaitijd ventilatoren t.o.v. de compressoren (alleen als FA1=4) 25 Sec Condensorventilator koelbedrijf FA 7 Minimale uitsturing condensorventilator. 3 1 % FA 8 Maximale uitsturing condensorventilator. 3 1 % FA 9 AAN/UIT regeling FA1 = 2/3 Minimale temperatuur of druk wanneer stap 1 wordt uitgestuurd Proportionele snelheid FA1 = 4 Minimale temperatuur of druk voordat FA 7 wordt uitgestuurd FA 1 AAN/UIT regeling FA1 = 2/3 Minimale temperatuur of druk wanneer stap max. wordt uitgestuurd Proportionele snelheid FA1 = 4 Minimale temperatuur of druk voordat FA 8 wordt uitgestuurd -3.. FA 11 Zie FA 9.. FA 12 Zie FA 1.. FA 13 Temperatuur of druk waarbij parameter FA7 t/m FA11 worden overruled zodat de ventilatoren minimal blijven draaien FA 14 De minimale tijd waarbij parameter FA 13 actief is 25 Sec FA 15 Ventilator reductie voor nachtbedrijf (i.v.m geluidsreductie) 3 1 % blz. 17 van 25 / V a

17 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING Condensorventilator warmtepompbedrijf FA 16 Minimale uitsturing condensorventilator. 3 1 % FA 17 Maximale uitsturing condensorventilator. 3 1 % FA 18 AAN/UIT regeling FA1 = 2/3 Minimale temperatuur of druk wanneer stap 1 wordt uitgestuurd Proportionele snelheid FA1 = 4 Minimale temperatuur of druk voordat FA 16 wordt uitgestuurd FA 19 AAN/UIT regeling FA1 = 2/3 Minimale temperatuur of druk wanner stap max. wordt uitgestuurd Proportionele snelheid FA1 = 4 Minimale temperatuur of druk voordat FA 17 wordt uitgestuurd FA 2 Zie FA 18.. FA 21 Zie FA 19.. FA 22 Temperatuur of druk waarbij parameter FA7 t/m FA11 worden overruled zodat de ventilatoren minimal blijven draaien FA 23 Ventilator reductie voor nachtbedrijf (i.v.m geluidsreductie) 3 1 % Warmwater FA 24 Setpunt warmwater FA 25 Schakeldifferntie warmwater / 4 Capaciteitstrap in koelbedrijf FA 26 AAN/UIT regeling FA1 = 2/3 Setpunt stap n 3 FA 27 AAN/UIT regeling FA1 = 2/3 Setpunt stap n 4 FA 28 AAN/UIT regeling FA1 = 2/3 Setpunt stap n 3 FA 29 AAN/UIT regeling FA1 = 2/3 Setpunt stap n 4 3 / 4 Capaciteitstrap in warmtepompbedrijf Pr1 Wachtwoord 999 Pr2 Wachtwoord 999 Pr3 Wachtwoord 999 Vorstbeveiliging Parameter Omschrijving min max m. u. Risoluzione Ar 1 n.v.t Ar 2 n.v.t Int Ar 3 n.v.t Ar 4 n.v.t Ar 5 Geïntgreerde vorstbeveiliging tijdens ontdooien (warmtepomp) = AAN alleen met temperatuurregeling 1 1= AAN temperatuurregeling ook tijdens ontdooien blz. 18 van 25 / V a

18 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING Ar 6 Ar 7 Ar 8 Ar 9 Ar 1 Sensor vorstbeveiliging tijdens koelbedrijf = Niet actief 1= Verdamper rede 2= Verdamper rede circuit 1 en 2 3= Verdamper uitrede gemeenschapelijk (circuit 1 en 2) Sensor vorstbeveiliging tijdens warmtepomp bedrijf = Niet actief 1= Verdamper rede 2= Verdamper rede circuit 1 en 2 3= Verdamper uitrede gemeenschapelijk (circuit 1 en 2) Sensor vorstbeveiliging condenser (warmtepompbedrijf 4-weg). = Niet actief 1= Condensor rede gemeenschapelijk 2= Condensor rede gemeenschapelijk en sensor ciruit 1 en 2 3= Condensor uittrede circuit 1 / 2 4= Condensor uittrede gemeenschapelijk en sensor ciruit 1 en 2 Functie van de transportpomp verdamper = Niet actief 1= IN bij vorstgevaar Functie vorstbeveiliging bij defecte voeler: = UIT 1= AAN blz. 19 van 25 / V a

19 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING Ontdooien luchtgekoelde warmtepomp Parameter Omschrijving min max udm Risoluzione df 1 Functie: = Niet actief 1= Temperatuur / druk 3 2= Beg afhanklijk van parameter df24 stopt na tijdcylus 3= Beg afhanklijk van parameter df24 stopt middels extern contact df 2 Setpunt start ontdooien bar Int df 3 Setpunt stop ontdooien df 4 Minimale ontdooitijd. 25 Sec df 5 Maximale ontdooitijd 1 25 Min df 6 Tijdsvertraging ontdooien tussen circuit 1 en 2 25 Min df 7 Uitschakelvertraging compressor voor ontdooien 25 Sec df 8 Uitschakelvertraging compressor na ontdooien 25 Sec df 9 Minimale tijderval voor volgende ontdooicyclus gelijk circuit 1 99 Min df 1 Uitschakeltemperatuur ontdooien circuit df 11 n.v.t df 12 Uitschakeltemperatuur ontdooien circuit df 13 n.v.t df 14 Inschakelen alle capaciteitstrappen na ontdooien cicruit 1 = Niet actief 1 1= Actief df 15 Inschakelen alle capaciteitstrappen na ontdooien cicruit 2 = Niet actief 1 1= Actief df 16 Tijdvertraging inschakelen 2 e compressor tijdens ontdooicyclus 25 Sec df 17 Ventilatorregeling na ontdooien (uitlekken / druppen blok) = Niet actief 1= Alleen tijdens ontdooien 2 2= Voor beide functies gelijk df 18 Setpunt temperatuur / druk voor geforceerd inschakel ventilatoren bar Geforceerde ontdooing luchtgekoelde warmtepomp df 19 Minimale tijdsvertraging tussen een volgende geforceerde ontdooing 25 sec df 2 Setpunt temperatuur / druk voor een geforceerde ontdooing -3.. df 21 Schakeldifferntie geforceerde ontdooing.1. Functie ontdooien df 22 Opstarten ontdooien 2 e circuit = Onafhankelijk 1= Als beide circuits de afhankelijk waarden hebben gehaald 2= Als 1 circuit de afhankelijk waarden heeft behaald df 23 Einde ontdooining voor beide circuits en ventilator functie = Onafhankelijk 1= Als beide circuits de afhankelijk waarden hebben gehaald 2= Als 1 circuit de afhankelijk waarden heeft behaald Start / stop ontdooing afhankelijk van anologe ingang Parameters Omschrijving min max udm resolution bar bar Int Int blz. 2 van 25 / V a

20 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING df 24 Start / Stop op basis van sensor = start en stop op basis van de condensor temperatuur / druk sensor 1= start op basis van de verdamper temperatuur / druk sensor en stop op basis van de condensor temperatuur / druk sensor 3 2= start op basis van de condensor temperatuur / druk sensor en stop op basis van de verdamper temperatuur / druk sensor 3= start en stop op basis van de verdamper temperatuur / druk sensor Pr1 Wachtwoord 999 Pr2 Wachtwoord 999 Pr3 Wachtwoord 999 Warmteterugwinning (geldt allen voor specials) Parameters Omschrijving min max udm resolution rc 1 Functie = Niet actief 1 = 2 afhankelijke circuits 2 2 = Beide circuits in parralel rc 2 Tijdsvertraging na geforceerd uitschakelen 25 Sec rc 3 Tijdsvertraging na geforceerd uitschakelen nadat de klep is ingeschakeld 25 Sec rc 4 Minimale warmteterugwinningstijd 25 Min rc 5 Mnimale erval tussen eerst volgende cyclus 25 Min rc 6 Setpunt temperatuur einde terugwinning rc 7 Schakeldifferentie terugwinning rc 8 Maximale tijd dat de terugwinning is uitgeschakeld 25 Min Pr1 Wachtwoord 999 Pr2 Wachtwoord 999 Pr3 Wachtwoord 999 Alarmen Parameters Omschrijving min max m. u. Resolution Lagedruk alarmen AL 1 Tijdsvertraging alarm na actief worden van lagedruk sensor of ingang 25 Sec AL 2 Tijdsvertraging alarm na actief worden van lagedruk sensor of ingang nadat de compressoren zijn gestopt en de lagedrukpressostaat ook als pump down schakelaar 1 25 Sec wordt gebruikt. AL 3 Setpunt van actief worden alarm middels lagedruk sensor of ingang bar AL 4 Schakeldifferntie lagedruk alarm.1. AL 5 Maximaal aantal alarmen na actief worden van lagedruk sensor of ingang: Handmatige reset als AL5 = Automatische reset als AL5 =16 Van automatich naar handmatig als AL5= AL 6 Laag temperatuur / druk alarm tijdens ontdooien = Niet actief 1= Actief AL 7 Laag temperatuur / druk alarm vertraging tijdens ontdooien 25 Sec AL 8 Laag temperatuur / druk alarm met de unit in de UIT stand = Niet actief 1= Actief 1 Hogedruk alarmen AL 9 Hoge temperatuur / druk alarm door analoge ingang bar bar Int blz. 21 van 25 / V a

21 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING AL 1 Schakeldifferentie hoge temperatuur / druk alarm door analoge ingang.1. Olie alarm (schroefcompressoren) AL 11 Lage oliedruk / nievau alarm door analoge ingang 25 Sec AL 12 Inschakelvertraging lage oliedruk / nievau alarm door digitale ingang tijdens normaal bedrijf. 25 Sec AL 13 Maximaal aantal alarmen na actief worden van lage oliedruk / nievau: Handmatige reset als AL13= Automatische reset als AL13 =16 16 Van automatich naar handmatig als AL13 = Stromingsschakelaar alarm AL 14 Configuratie = Niet actief 1= Alleen voor koelbedrijf 3 2= Alleen voor warmtepompbedrijf 3= Voor koel- en warmtepompbedrijf AL 15 Inschakelvertraging stromingsschakelaar alarm na inschakelen transportpomp. 25 Sec AL 16 Maximaal aantal alarmen na actief worden van stromingsschakelaar alarm: Handmatige reset als AL16 = Automatische reset als AL16 =16 /1 16 Van automatich naar handmatig als AL16 =1..15 AL 17 Minimale inschakeltijd stromingsschakelaar alarm actief 25 Sec AL 18 Minimale inschakeltijd stromingsschakelaar alarm niet actief 25 Sec Compressor overbelast alarm AL 19 Inschakeltraging compressor overbelast alarm na opstarten compressor 25 Sec AL 2 Maximaal aantal alarmen na actief worden van compressor overbelast alarm Handmatige reset als AL2 = Automatische reset als AL2 =16 16 Van automatich naar handmatig als AL2 =1..15 Pump down alarm AL 21 Maximaal aantal pump down alarmen per uur tijdens UIT bedrijf. Na dit aantal worden de alarmen in het geheugen geplaatst en wordt het alarm actief (zoomer aan) Handmatige reset als AL21 = 16 Automatic reset if AL21 =16 Van automatich naar handmatig als AL21 =1..15 AL 22 Maximaal aantal pump down alarmen per uur tijdens opstarten. Na dit aantal worden de alarmen in het geheugen geplaatst en wordt het alarm actief (zoomer aan) Handmatige reset als AL21 = 16 Automatic reset if AL21 =16 Van automatich naar handmatig als AL21 =1..15 en parameter AL23 aan. AL 23 Parameter voor pump down alarm handmatig of automatisch resetten: = Altijd automatische reset 1 1= Handmatige reset na AL21 alarmen Anti-vries alarm tijdens koelbedrijf AL 24 Minimale anti-vries setpunt (van -3 tot AL24) -3. AL24 AL 25 Maximale anti-vries setpunt (van AL24 tot 7 ) 7. AL24 AL 26 Setpunt anti-vries AL24 AL25 / / AL 27 Schakeldifferentie anti-vries alarm 25. AL 28 Tijdsvertraging anti-vries alarm. As de temperatuur onder waarde AL26 geldt deze tijd voordat er een alarm optreedt. 25 Sec AL 29 Maximaal anti-vries alarmen voordat er wordt overgeschakeld van automatischenaar handmatige reset: Altijd handmatige reset AL29 = Altijd automatische reset AL29 = 16 Van automatisch naar handmatig als AL29 = bar blz. 22 van 25 / V a

22 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING AL 3 Anti-vries configuratie = Stopt de compressor als de waarde van opnemer lager is dan waarde AL26 (na de tijdsvertraging), het display laat het alarm zien maar de zoomer en het alarm contact is niet geactiveerd. 1 1= Stopt de compressor als de waarde van opnemer lager is dan waarde AL26 (na de tijdsvertraging), het display laat het alarm zien en de zoomer en het alarm contact zijn geactiveerd Anti-vries alarm tijdens warmtepompbedrijf AL 31 Minimale anti-vries setpunt (van -3 tot AL32) -3. AL31 AL 32 Maximale anti-vries setpunt (AL31 tot 7 ) 7. AL31 AL 33 Setpunt anti-vries AL31 AL32 / / AL 34 Schakeldifferentie anti-vries alarm 25. AL 35 n.v.t. 25 Sec AL 36 Tijdsvertraging anti-vries alarm. Als de temperatuur onder waarde AL33 geldt deze tijd voordat er een alarm optreedt. 25 Sec AL 37 Maximaal anti-vries alarmen voordat er wordt overgeschakeld van automatischenaar handmatige reset: Altijd handmatige reset AL37 = 16 Altijd automatische reset AL37 = 16 Van automatisch naar handmatig als AL37 = AL 38 Anti-vries configuratie = Stopt de compressor als de waarde van opnemer lager is dan waarde AL33 (na de tijdsvertraging), het display laat het alarm zien maar de zoomer en het alarm contact is niet geactiveerd. 1= Stopt de compressor als de waarde van opnemer lager is dan waarde AL33 (na de tijdsvertraging), het display laat het alarm zien en de zoomer en het alarm contact zijn geactiveerd 1 blz. 23 van 25 / V a

23 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING Compressor heetgas temperatuur AL 39 Setpunt compressor heetgas temperatuur alarm AL 4 Schakeldifferentie compressor heetgas temperatuur alarm AL 41 Maximaal aantal compressor heetgas temperatuur alarmen voor omschakelen van handmatige- naar automatische reset Altijd handmatige reset AL41 = Altijd automatische reset AL41 =16 Van automatisch naar handmatig als AL41 = AL 42 Maximaal aantal compressor heetgas temperatuur generieke alarmen voor omschakelen van handmatige- naar automatische reset Altijd handmatige reset AL42 = Altijd automatische reset AL42 =16 Van automatisch naar handmatig als AL42 = AL 43 Tijdsvertraging algemeen alarm na actief worden van digitale ingang 25 Sec AL 44 Tijdsvertraging algemeen alarm na het niet actief worden van digitale ingang 25 1 sec 1 sec Alarm relais AL Alarm functie tijdens stand-by functie van de unit: = Alarm uitgang niet geactiveerd 1 1= Alarm uitgang geactiveerd Wachtwoord reset: Alarm historie Compressor overbelast AL 46 Wachtwoord om de alarmhistorie van de compressor overbelast alarmen te wissen 999 AL 47 Thermisch alarm compressor = vergrendeld het compressor bedrijf 1 1= vergrendeld het gehele circuit Pr1 Wachtwoord 999 Pr2 Wachtwoord 999 Pr3 Wachtwoord 999 / 4 DE PROGRAMEERSLEUTEL 4.1 DOWNLOADEN: HET OVERZETTEN VAN GEGEVENS UIT DE PROGRAMEERSLEUTEL (HOT-KEY) NAAR DE UNIT. 1. Schakel de koelmachine / watmtepomp in de UIT stand 2. Sluit de programeersleutel aan. 3. Schakel de unit weer IN. 4. Alle parameters worden direct overgezet naar de sleutel. Tijdens het downloaden knippert het symbool dol in het display. Als het downloaden gereed is verschijnt het End symbol in het display, na ca. 3 sec. start de unit automatisch weer op. Wanneer het symbool Err in het display verschijnt is het downloaden niet correct verlopen. Herhaal de hanelingen 1-4 of schakeld de unit uit, verwijder de sleutel en start de unit opnieuw op. 4.2 UPLOADEN: HET OVERZETTEN VAN GEGEVENS UIT DE UNIT NAAR DE PROGRAMMEERSLEUTEL (HOT- KEY). 1. Sluit de programeersleutel aan. 2. Druk op de Menu toets. 3. Selecteer de UPL functie (in het onderste gedeelte van het display). 4. Druk op de SET toets. Nu worden alle parameters direct overgezet. Tijdens het uploaden knippert het symbool UPL in het display. Als het uploaden gereed is verschijnt het End symbol in het display, na ca. 3 sec. start de unit automatisch weer op. Wanneer het symbool Err in het display verschijnt is het downloaden niet correct verlopen. Herhaal de hanelingen 1-4 of schakeld de unit uit, verwijder de sleutel en start de unit opnieuw op. blz. 24 van 25 / V a

24 Dixel IChiLL IC2 - HANDLEIDING 5 PROGRAMMEREN MET HET TOETSENBORD Middels het toetsenbord kunt u de instellingen van de regelaar aanpassen. U kunt parameters bekijken en aanpassen. Het programmeermenu is onderverdeeld in 3 sub menu s (families) te weten: Pr1 Gebruikersniveau Pr2 Onderhoudsniveau Pr3 Fabrieksniveau 5.1 STANDAARD WACHTWOORDEN Wachtwoord level / niveau Pr1 = 1 Wachtwoord level / niveau Pr2 = 2 Wachtwoord level / niveau Pr3 = 3 Wachtwoord Menu reseten van alarmen = (zie parameter AL46) Elk wachtwoord kan de waarde tot 999 hebben. Elke parameter heeft 2 niveaus: zichtbaar en aanpassen. De parameter kan dus op 2 manieren worden geconfigureerd: De parameter is zichtbaar en kan worden aangepast De parameter is zichtbaar en kan niet worden aangepast 5.2 DE PROGRAMMEER NIVEAUS PR1, PR2 EN PR3 AANPASSEN Pr1 level: Druk de SET en de DOWN toets tegelijk in, het bovenste gedeelte van het display geeft het symbool PAS weer en het onderste gedeelte van het display geeft het symbool Pr1 weer. De LED s cir1/cir2 knipperen ( UP en DOWN LED s) ten teken dat u nu in het Pr1 niveau bent. Pr2 level: Als u in het Pr1 level bent drukt u op de UP toets voor 2 seconden om in het Pr2 level te komen., het bovenste gedeelte van het display geeft het symbool PAS weer. Pr3 level: Als u in het Pr2 level bent drukt u op de UP toets voor 2 seconden om in het Pr3 level te komen., het bovenste gedeelte van het display geeft het symbool PAS weer. Nadat u het gewenste heeft geselcteerd drukt u op de SET toets. Nu knippert de waarde in het display. Nu kunt u het wachtwoord invullen. Dit doet u middels de UP en DOWN toets en bevestig met de SET toets. Afhanlijk van het wachtwoord bevindt u zich nu in het gewenste menu. Als het wachtwoord fout is, knippert het PAS symbol opnieuw. blz. 25 van 25 / V a