Buggenhout adverteerde in... aflevering 3 26 Volgens de dikke van Dale is duivenmelk de vetachtige substantie die door de krop van duiven na het broeden wordt afgescheiden en waarmee de jongen gevoed worden. Maar! Een duivenmelker melkt zijn duiven niet, hij heeft geen melkduiven zoals een boer melkkoeien heeft. Een duivenmelker is gewoon iemand die uit liefhebberij duiven houdt. De duivenmelker roept kooomkomkomkom, zijn duiven zeggen roekoe. De duivenmelker soigneert zijn duifjes, die eten en drinken, vliegen en kweken. Ziedaar de duivenmelkerij in een notendop. De duivensport is ontstaan in de eerste helft van de 19de eeuw in diverse Belgische steden en was toen voorbehouden aan de gegoede burgerij omdat de gewone man zich die luxe niet kon veroorloven. Tegen het eind van de eeuw was de duivensport echter al een wijd verspreide volkssport geworden en populair op het platteland. (Volkskunde Vlaanderen - www.tradities.be)
In Ter Palen jaargang 1, nummer 3 van februari 1977 schrijft Maurice Van den Velde zaliger dat er in 1856 in Buggenhout al kampstryden met reizende duiven georganiseerd werden. Het duivenlokaal was in herberg De Keizer op de hoek van de Schoolstraat en de Lievekensstraat. Later kreeg deze duivenmaatschappij de naam Eendragt maekt Magt. De duivenvluchten werden inderdaad georganiseerd door duivenmaatschappijen die hiervoor over een duivenlokaal achterin een café konden beschikken. Om de duivenliefhebbers warm te laten lopen voor hun prijskampen afficheerden ze hun aanbod in de dorpscafés, verspreidden ze stencils, schreven ze de melkers aan en... adverteerden ze in De Aankondiger. Dat adverteren lijkt echter uniek voor Buggenhout: in geen enkel ander advertentieblad trof ik publiciteit voor duivenvluchten aan. Hoe komt dat? Dat weet ik niet... maar ik kan me daar wel wat bij voorstellen: een hele warme zomerdag in een marcelleken in de weer tussen de ratelende drukpersen, dat moet voorwaar een dorstige stiel geweest zijn. Dan kon de drukker wel een frisse pint hebben. Toen heette dat een pint gaan kopen, nu heet dat netwerken. En zo werd tussen pot en pint, onder t geven van een toerneeken, een annonceken bedisseld. En als één duivenmaatschappij die stap zette, konden de andere niet achterblijven. Si non è vero... In elk geval, de dorpse drukker-uitgever van De Aankondiger stond veel dichter bij zijn klantjes dan de pief of de reiziger van een of andere grote boîte. En zo rinkelde alweer de kassa voor Eugeen Bracke! Wel niet het hele jaar door - het vluchtseizoen loopt van april tot september - en ook niet elke week, wel als er bijzondere vluchten georganiseerd werden, zoals met Buggenhout kermis of met Pinksteren. 27
In de zomer de snelheidswedstrijden... Neem nu De Aankondiger van 22 mei 1969 waarin de vluchten tijdens het pinksterweekend van 25 en 26 mei aangeprezen werden. Niet minder dan 4 maatschappijen dongen er naar de gunst van de duivenliefhebbers. 28
De Statievrienden hielden lokaal bij Alfons Veireman (toen Kerkstraat 28, naast Letterhuis Katrien, nu is het gebouw afgebroken). De Quiévrain-vlucht organiseerden ze in het verbond Verbroedering. Voor de Noyon-vlucht werkten ze in De Frankrijkbond samen met Van Biesen in Lebbeke. Dergelijke combinaties of verbonden, die te maken hadden met dimensie, waren schering en inslag. Voor Noyon werden duiven ingetekend door liefhebbers uit Buggenhout, Lebbeke, Denderbelle, Sint-Gillis-Dendermonde, Baasrode, Moerzeke-Kastel en Mariekerke, zo leert ons de uitslag van de prijskamp. Wed. Lamy (Opdorp), Gustaaf Dierick, Alfons Veireman (de cafébaas!), August Van Ingelghem, Jean Ringoot en Leopold Moyersoon uit Buggenhout hadden prijswinnende duiven. Reklamatiën tot vrijdagmiddag aan Van Biesen Oscar en prijsdeling zaterdag bij de inkorving, zo werd het molentje draaiende gehouden. La Rapide was onder dak bij Rik en Wis (Bovendonkstraat 23). De vertrouwde Quiévrain-vlucht moest met Pinksteren wijken voor een Noyon-vlucht in samenspel met Opdorp. Melkers die trouw bleven aan hun lokaal kregen een gratis extraatje. 29
De Vrije Vrienden hadden hun lokaal bij Désiré Van Den Branden (Hanenstraat 32), de liefhebbers van Opstal konden terecht bij Karel Van Ransbeeck (Ravenstraat 58) waar voorheen de maatschappij Recht En Vrij resideerde. 30
Tot slot maatschappij Den Belg bij De Raes (Varentstraat 2, Opstal). Afgaande op hun aanbod namen ze een stevige positie in in het Buggenhouts duivenmelkersmilieu. De bevestiging hiervan vinden we in De Aankondiger van 29 mei waarin ze fier meldden: 31
Wij tekenden verleden zondag 440 duiven. Grof geld, mooie series. Het belang van dit statement kan moeilijk overschat worden: hierin liggen de kiemen voor de evolutie die de duivensport (in Buggenhout) zou gaan doormaken. In de jaren 60 van de vorige eeuw zat de sport zowat aan de top van haar populariteit. Er ging al behoorlijk wat geld in om, maar het was nog een wijdverspreide, sociale volkssport. Sindsdien ging het flink bergop of bergaf, t is maar hoe je t bekijkt. Wat toen grof geld heette verbleekt bij de bedragen die nu met de prijsbeestjes gemoeid zijn. De duivensport is dan ook een kleine topsport geworden en het zwaartepunt is verschoven naar de oosterse landen (Taiwan, Japan, China,...) waar fortuinen neergeteld worden voor topduiven. En toch, ook hier, ook in Buggenhout wordt nog steeds met de duiven gespeeld, er zijn nog (uitstekende) Buggenhoutse duivenmelkers, en maatschappij Den Belg is nog altijd actief op hetzelfde adres. Ze zijn er blijkbaar in geslaagd succesvol mee te surfen op de evolutie die de duivensport heeft doorgemaakt: ga maar eens kijken op http://www.pipa.be/nl/clubs/belgium/oost-vlaanderen/den-belg Ben je niet vertrouwd met de duivensport dan kijk je ongetwijfeld wat gefrustreerd aan tegen al het duivenmelkersjargon dat de argeloze lezer van bovenstaande aankondigingen voor de voeten gegooid wordt. Weet je niet wat poel en mies of scherweg is? Begrijp je niets van series 2 A in evenredigheid volgens het getal of de series gaan af met de laatste duif in volgorde der kaart, en volgens de duiven bestatigd zijn? Trek het je niet aan, ik snap daar ook niets van, en ik kom nog wel uit een duivenmelkersnest. Er zijn nu eenmaal dingen in het leven die we rustig aan ons moeten laten voorbijgaan. 32
... en in de winter de schoonheidswedstrijden De Aankondiger van 6 februari 1969 Uit De Aankondiger in de volgende Ter Palen: het Buggenhouts uitgaansleven in de sixties Maar eerst nog deze mooie uitsmijter... Uit GAZET VAN ANTWERPEN - 21/12/2012: In Cuba hebben de duivenmelkers voortaan constateurs uit het Oost-Vlaamse Buggenhout om het binnenvallen van hun dieren vast te stellen.... Ze zijn geschonken door de duivenclub DEN BELG uit Buggenhout-Opstal. Voor ons zijn dat antieke dingen, zegt Emiel Van Damme. Maar voor de mensen in Cuba zijn ze een luxe. 33 Johan Buys jo.buys@gmail.com