Modaliteiten van de ter beschikking stelling Algemeen: Er is een principieel akkoord van de distributienetbeheerder (DNB) tot het ter beschikking stellen van uitgangsimpulsen van de gasmeetinstallatie aan de netgebruiker. Bij het in voege treden van deze overeenkomst zullen de modaliteiten bepaald in deze bijlage ontegensprekelijk als bijlage bij het aansluitcontract, deel uit maken van de afspraken tussen de distributienetgebruiker (DNG) en de Distributienetbeheerder (DNB). Ze zullen later, bij eventuele hernieuwing van het aansluitcontract, hierin worden opgenomen. Gezien de Meterkast beheerd wordt door de DNB, zal het ter beschikking stellen plaatsvinden onder de verantwoordelijkheid van de diensten Meter Operations van de DNB, dit met de beperkingen zoals verder omschreven. Eenmalige tussenkomst: Een eenmalige tussenkomst in de onkosten zal, overeenkomstig huidige tarifering, worden gevraagd aan de DNG, dit in functie van de noden, teneinde de bestaande installatie af te stemmen op de vraag van de DNG. De eenmalige tussenkomst zal de materiaalkosten, plaatsingskosten en de dossierkosten dekken. Het geplaatste materiaal is strikt beperkt tot het hierna vermelde. De plaatsingskosten omvatten de verplaatsingskosten (eenmalig), de plaatsing, indienststelling en testen van het geleverde materiaal. Op aanvraag van de DNG of zijn leverancier moet bij plaatsing van een nieuwe teller bij netgebruikers met een jaarverbruik > 100.000 m³/jaar, de impulsuitgangen kosteloos beschikbaar gemaakt worden van de netgebruiker. Overeenkomstig huidige tarifering zullen geen periodieke kosten worden aangerekend. Alle verdere eventueel noodzakelijke interventies, onderhoudskosten, vergoeding van eventuele schade al dan niet ten gevolge van verkeerd gebruik, het wegnemen, inclusief eventuele verplaatsingskosten, zullen tegen de geldende tarieven worden doorgerekend aan de DNG. Het materiaal blijft op ieder ogenblik eigendom van de DNB en maakt deel uit van de meetinrichting, ongeacht de tussenkomst van de DNG. De netgebruiker heeft niet het recht zelf aanpassingen of uitbreidingen, noch herstellingen uit te voeren aan deze installaties zonder schriftelijk akkoord van de DNB en zelfs dan zal deze laatste op geen enkele manier verantwoordelijk gesteld kunnen worden. Verantwoordelijkheden: De DNB garandeert een verbintenis van middelen en niet van resultaten. De DND kan op geen enkele manier verantwoordelijk worden gesteld met betrekking tot de kwalitatieve en kwantitatieve terbeschikkingstelling van de impulsen, noch voor het gebruik van de pulsen. Er wordt geen enkel garantiecriterium vooropgesteld. De netgebruiker heeft het recht deze pulsen ter beschikking te stellen aan de leverancier en of toegangsverantwoordelijke van zijn keuze, dit met de beperking dat wij als DNB sterk ontraden de output van deze pulsen te gebruiken als basis voor eventuele nominaties, gezien op geen enkel ogenblik de kwalitatieve en/of kwantitatieve juistheid ervan gegarandeerd wordt. p. 1
Garantie Bij herstelling van eventuele defecten aan de meter gelden de richtlijnen van het TR (de pulsen vallen hier uit order). De leverancier waarborgt de goede werking van het impulsrelais gedurende een termijn van 24 maanden na plaatsing. De waarborg houdt in dat de DNB, op zijn kosten de materialen en onderdelen ter plaatse vervangt of herstelt. Het loon en verplaatsingskosten zijn ten laste van de netgebruiker. Op alle vervangen materialen en onderdelen wordt opnieuw een garantie van 1 jaar toegestaan. Randvoorwaarden Volgende randvoorwaarden zijn bepalend voor de modaliteiten van de ter beschikkingstelling. Het ter beschikking stellen van impulsen van de gas debiet meters is enkel voor de facturatiemeters van de distributienetbeheerder. Gasmeter opgesteld in de klanten cabine (reduceerinstallatie) Debietmeter met impulsuitgang (Indien geen impulsuitgang beschikbaar op de meter, is een metervervanging noodzakelijk, deze maakt steeds deel uit van een afzonderlijk bestek en op specifieke aanvraag van de netgebruiker). VHI Volume Herleiding Instrument aanwezig. Bij aanwezigheid van een VHI zullen steeds de netto pulsen ter beschikking gesteld worden, anders is alleen het bruto verbruik (voor temperatuurs- en drukcorrecties) voorhanden. Tele-uitlezingmodule Gas. Indien reeds een telelezing gas aanwezig is, moeten de uitkomende signalen (uitgangen van de VHI) ontdubbeld worden. Scope off supply (in functie van bestaande opstelling bij netgebruiker en gekozen variante). Acties door de DNB (indien van toepassing) - impulskast gas voor galvanische scheiding IP 65 buiten Ex-zone - plaatsen steun voor kast galvanische scheiding - intrinsiek veilig relais 24 V DC Eex ia II c - levering en plaatsing signalisatiekabel LIYCY 4 x 0,5 mm² (maxi 15 meter) - levering en plaatsing kunststof flexibele mantelbuis tussen klantcabine en kast - aansluiting van de signalisatiekabel LIYCY 4 X 0,5 mm² op de LF impulsgever van de gasmeter en de ingang van het intrinsiek veilig relais - aansluiting van de signalisatiekabel TWAVB 150 V 1 x 4 x 0,8 mm² op klemmenstrook en op secundaire van kortsluit vaste scheidingstransformator - indienststelling van het geheel Acties door de DNG - levering en plaatsing kortsluit vaste scheidingstransformator 230 VAC/24 VDC en de aansluiting ervan aan de primaire kant - plaatsing van een signalisatiekabel TWAVB 150 V 1 x 4 x 0,8 mm² tussen de kast voor galvanische scheiding en de kortsluitvaste scheidingstransformator Ter plaatse ter beschikking stellen van meetsignalen aan de eindafnemer (in bijlage). Technische specificaties Uitgangsimpulsen (potentiaalvrije contacten) van het intrinsiek veilig relais Impuls gewicht: in functie van het metertype (vermeld op de gasmeter) één impuls per 0,1 1 10 100 m³ (instelbaar volgens vraag voor in geval van Telelezing) Maximale spanning: op te geven bij bestelling (maximum spanning te gebruiken bij de potentiaal vrije contacten van het impuls relais) 253 V AC 2A, PF 0,7 max. p. 2
Het uitgeven van impulsen op het intrinsiek veilig relais Aansluiting van de signalisatiekabel TWAVB 150V 1x4x0,8 mm² De signalisatiekabel wordt aangesloten op de uitgang van de klemmenstrook in de kast voor galvanische scheiding en aan de secundaire kant van de kortsluitvaste scheidingstransfo 230/24V. De ontblote uiteinden worden vertind of voorzien van kabeleindhulsjes voor goede contactoverdracht. Aansluiting signalisatiekabel op klemmenstrook Voeding Signaal Ader TWAVB-kabel oranje (+) blauw (-) wit (+) grijs (-) Klem klemmenstrook + -klem - -klem + -klem 1 -klem p. 3
De opstellingsplaats van de gasmeter is een klantencabine en er is een VHI opgesteld maar géén teleopnamesysteem In dit geval wordt het Vb-signaal van het VHI ter beschikking gesteld Schematische voorstelling: zie onderstaand schema. Opstelling van een kast voor galvanische scheiding De opstellingsplaats dient in ieder geval te voldoen aan de richtlijnen betreffende zonering. Algemeen dient de kast voor galvanische scheiding geplaatst te worden op minimaal 1 m afstand van de cabine. De kast voor galvanische scheiding wordt gemonteerd op de dichtstbijzijnde muur van de klant. Indien dit niet mogelijk is, op een steun voor galvanische scheiding. Deze steun is onderaan voorzien van een doorvoeropening. Acties door DNG De plaatsing van een kortsluitvaste scheidingstransfo 230/24V (zie bijlage 2) en de aansluiting aan de primaire kant. De plaatsing van een signalisatiekabel TWAVB 150V 1x4x0,8 mm² tussen de kast voor galvanische scheiding en de kortsluitvaste scheidingstransfo 230/24V. Aansluiting van de signalisatiekabel TWAVB 150V 1x4x0,8 mm² De signalisatiekabel wordt aangesloten op de uitgang van de klemmenstrook in de kast voor galvanische scheiding en aan de secundaire kant van de kortsluitvaste scheidingstransfo 230/24V. De ontblote uiteinden worden vertind of voorzien van kabeleindhulsjes voor goede contactoverdracht. Aansluiting signalisatiekabel op klemmenstrook Voeding Signaal ( Cfr. foto hierboven) Ader TWAVB-kabel oranje (+) blauw (-) wit (+) grijs (-) Klem klemmenstrook + -klem - -klem + -klem 2 -klem p. 4
De opstellingsplaats van de gasmeter is een klantcabine en er is een VHI opgesteld maar géén teleopnamesysteem p. 5
De opstellingsplaats van de gasmeter is een klantcabine en er is een teleopnamekast met datalogger en GPRS-modem opgesteld In dit geval wordt het Vb-signaal vanuit de teleopnamekast ter beschikking gesteld De teleopnamekast (in voetpadkast) is voorzien van een intrinsiek veilig relais op 230V, en deze wordt reeds gevoed op 230V. Acties De plaatsing van een signalisatiekabel TWAVB 150V 1x4x0,8 mm² tussen de paal voor teleopnamekast gas en de kortsluitvaste scheidingstransfo 230/24V. Aansluiting van de signalisatiekabel TWAVB 150V 1x4x0,8 mm² De signalisatiekabel wordt aangesloten op de uitgang van het intrinsiek veilig relais en aan de secundaire kant van de kortsluitvaste scheidingstransfo 230/24V. De ontblote uiteinden worden vertind of voorzien van kabeleindhulsjes voor goede contactoverdracht. Aansluiting signalisatiekabel op uitgang van het intrinsiek veilig relais Voeding (Enkel bij teleopnamekast op paal) Signaal Ader TWAVB-kabel Uitgangsklem intrinsiek veilig relais oranje (+) klem 11 blauw (-) klem 12 wit (+) klem 11 grijs (-) klem 9 De klemmen 11 en 8 worden doorverbonden. p. 6
De opstellingsplaats van de gasmeter is een klantcabine en er is een teleopnamekast met datalogger en GPRS-modem opgesteld p. 7
BIJLAGE 1: Technische kenmerken kortsluitvaste scheidingstransfo 230 / 24 V Type transfo Scheidingstransfo (de primaire en secundaire wikkeling zijn volledig gescheiden.) Bevestiging op DIN-rail. Primaire kant Spanning tussen 220V en 240V AC, 50 Hz. Secundaire kant Spanning 24 V DC met een maximale rimpel van 10 %. Het vermogen bedraagt minimaal 5 W. De uitgang is kortsluitvast. p. 8