Optimalisering van verwarmingsinstallaties Wilo-Brain tips en tricks Versie 2, 2011



Vergelijkbare documenten
Opleidingsbedrijf. Optimalisering van verwarmingsinstallaties Wilo-Brain tips en tricks

Optimalisering verwarmingsinstallaties Wilo-Brain tips en tricks Versie 3, 2015

De meest voorkomende vragen over het verwarmingsseizoen.

CALEFFI ACADEMY HYDRONIC DESIGN // INREGELEN. SEPTEMBER 2016 Marc Heusinkveld

Berekening van een Flexcon expansievat met variabele werkdruk voor een c.v.-installatie

Flamco. Flamcovent. Montage- en bedieningshandleiding. Flamcovent microbellen luchtafscheiders /A/2002, Flamco

CALEFFI ACADEMY // Hydraulisch inregelen, een installatie in balans APRIL 2017 Marc Heusinkveld

De 3 voorwaarden van waterzijdig inregelen.

Inbedrijfstelling van de installatie

Pioneering for You. Wilo-Stratos PICO-Z. De hoogrendementoplossing voor tapwatercirculatie. Minimaal 50% energiebesparing

combimix een innovatief regelsysteem voor uw vloerverwarming

MAKING MODERN LIVING POSSIBLE. AB-QM: Perfectie in regeltechniek. Regelen én balanceren met één afsluiter

Inregelen van cv-installaties met radiatoren of convectoren

MAKING MODERN LIVING POSSIBLE. AB-QM: Perfectie in regeltechniek. Regelen én balanceren met één afsluiter

STAP. Drukverschilregelaars DN

<1 jaar terugverdientijd

TA-COMPACT-P. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter (PIBCV)

Distributie - unit wandmodel onmiddellijke productie van sanitair warm water

Radiatorafsluiters. Siemens Building Technologies HVAC Products. DIN-bouwserie, voor tweepijps verwarmingsinstallaties

KOMBI-TRV THERMOSTATISCH RADIATOR VENTIEL Onze eenvoudige formule om verwarmingssystemen in te regelen. Kombi-TRV = meer voordelen minder problemen

CONSTANT DRUKVERSCHIL- EN DEBIETREGELAARS

10/04/2014. Voorlichting. Laagdrempelige oplossingen. Voorlichting. Collectieve verwarmingsinstallaties Welke eisen stelt u?

Distributie - unit wandmodel onmiddellijke productie van sanitair warm water

Radiatorafsluiters. Siemens Building Technologies HVAC Products. NF-bouwserie, voor tweepijps verwarmingsinstallaties

meer voordelen minder problemen

Toenemende belang van de waterkwaliteit in een moderne CV-installatie. EasyFairs ICS learnshop 22/09/11 Eric Ladang Aqualisys Belgium

Ontmoet Max. Unieke AFCtechnologie

Compacte automatische debietregelaar met patroon van polymeer

TA-COMPACT-T. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Regelafsluiter met retourtemperatuurregelaar. koelsystemen

DAL 516. Drukverschilregelaars Met instelbaar setpoint en debietregeling

Eenvoudige montage, eenvoudigweg toekomstzeker Wilo-Yonos PICO, Wilo-Stratos PICO, Wilo-Stratos, Wilo-Yonos MAXO.

CV module Plus Installatievoorschriften

Een eenvoudige oplossing voor waterzijdig inregelen

PM 512. Bypassventiel Veiligheidsventiel

VIESMANN. Bedieningsaanwijzing VITOSOL-F VITOSOL-T. voor de gebruiker van de installatie. Vlakke en vacuüm-buiscollectoren

Hoe werken ze? Europartners bvba Tel 02 / Fax 02 / Evenwichtscollectoren

HENCO INSTALLATIEHANDLEIDING COMPOSIET VERDELER

Albrand verdelers Het hart van comfortabele vloerverwarmingssystemen. verdelers

Strangregelventielen. control solutions. control solutions

Composiet verdeler met pompgroep

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

DA 50. Drukverschilregelaars Drukverschilregelaar met instelbaar setpoint DN 32-50

Inleiding. airconditioning, alsook industriële installaties.

MAGASRO HOUTGESTOOKTE CV KETELS

Dynacon. Vloerverwarmingverdelers Vloerverwarmingverdeler met automatische debietregelaar

VIESMANN VITOTRANS 100 Plaatwarmtewisselaar

RAPIDO ECONFLOOR. Econfloor de innovatieve verwarmingscentrale met beide benen op de grond.

HET HOE EN WAAROM VAN DE EVENWICHTSFLES

Een warmtepomp: interessant voor uw woning? Doe de test!

Flamco. Flamco. Flamco. Introductie nieuwe producten FLAMCOVENT V FLAMCOVENT SOLAR V FLEXVENT TOP FLAMCO CLEAN V FLEXBALANCE FLEXBALANCE PLUS

Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter (PIBCV)

De GROOTSTE van Limburg op het gebied van vloerverwarming KLEPPEN EN VENTIELEN

S.O.S. Mobile heater

BEREKENINGSMETHODE VOOR EXPANSIEVATEN VOLGENS DFTK 17

Vitodens 300-W type B3HA, Vitodens 333-F type B3TA, Vitodens 343-F type B3UA

Conform neutraal besteksystematiek release 6 van het CBS/NAV-bestek - uitgave 2012

KTCM 512. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter Voor modulerende regeling

H-blok RLV-KDV voor ventielradiatoren met blokkeeren afvoerfunctie, en geïntegreerde drukverschilregeling

Installatiehandleiding. Composiet verdeler. Model Industrie

TBV-C. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Voor On/Off regelen

Conform neutraal besteksystematiek release 6 van het CBS/NAV-bestek - uitgave 2012

Doorstroomafsluiter met buitendraad, PN 16

VIESMANN. Montage en afstelling. Retourtemperatuurverhoging. Veiligheidsvoorschriften. Productinformatie. voor de vakman

TBV-CM. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Voor modulerende regelen

VIESMANN VITODENS 200-W

Presentatie Adviesrapport Blaak/Nieuwstraat, Rotterdam

STAP. Drukverschilregelaars DN 15-50, instelbaar set-point en afsluitbaar

Meting warmteverbruik Technische fiche nr 0982B - EL SATELLIET GE556Y303

Creëer nieuwe kansen met de ErP-richtlijn!

Automatische drukverschilregelaar ASV-PV Inregelafsluiter voor hoeveelheidsbegrenzing ASV-I

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie

Driewegafsluiters met flens, PN40

METING WARMTEVERBRUIK SATELLIETEN GE556Y101 GE556Y101. Omschrijving. Belangrijkste eigenschappen. Functies. Toepassing.

Typeoverzicht. Technische gegevens

Hoogrendement is de nieuwe norm. De nieuwe Wilo-Yonos PICO.

Driewegafsluiters met buitendraad, PN16

Logboek. Waterkwaliteit T. Voor stalen en rvs ketels met bedrijfstemperaturen tot 100 C (2012/02) NL

TBV-C. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Voor On/Off regelen

STAP. Drukverschilregelaars DN 15-50, instelbaar set-point en afsluitbaar

Technische omschrijving Methode DV

P2050 Hybride verdeler

Nefit Economy cv-boilers

Hydraulische schema s en installatievoorbeelden

Automatische drukverschilregelaar ASV-PV Strangafsluiter ASV-M

Pompengroep tegelkachel. Installatiehandleiding

De nieuwe top in lucht- en vuilafscheiding. Dual Zone Flow Diversion

ASV-PV drukverschilregeling en ASV-I debietbegrenzer

Logocomfort Logocomfort

TBV-CMP. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel en inregelafsluiter

UNIMIX compact en universeel regelsysteem voor vloerverwarming. member of

Compacte mengset voor vloerverwarming FHM-C

VIESMANN. Gebruikershandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 4/2007 Bewaren a.u.b.!

More space for solutions. Energie Efficiëntie Dag 20 november 2012 Bavaria Lieshout. 1 KSB Nederland BV Bert den Hollander 2012

KOMFORT 5600 SCHEIDINGSUNITS

DKH 512. Drukverschilregelaars Debiet- en drukverschilregelaar

APPLICATION NOTE REGELAFSLUITERS

Drukverschilregelaar TA art.nr. STAP

Inregelen van warmtapwatercirculatiesystemen. Oscar Nuijten, Edu4Install

Verwarmingsgroepenverdeler DN25. Gebruiksaanwijzing. Voor Fonterra-vloer- en wandverwarming van 01/2012. nl_nl

Is uw koelinstallatie voorbereid op het groeiscenario van uw datacentrale? Rob van Roijen KSB Nederland BV

Transcriptie:

Opleidingsbedrijf InstallatieWerk Optimalisering van verwarmingsinstallaties Versie 2, 2011

Service en kwaliteit Bij vakkundige installatie en onderhoud van een verwarmingsinstallatie... bespaart men duurzaam energiekosten, zorgt men voor geruisarm bedrijf, stijgt de bedrijfszekerheid en veiligheid in het stookseizoen. Wilo-Brain helpt u en uw klanten daar waar het nodig is! De tips en tricks voor uw dagelijks werk bevorderen de servicekwaliteit en verzekeren u van tevreden klanten. Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 2

Servicedoel: Besparing en bedrijfsveiligheid bedrijfszekerheid Servicedoel: Besparing en bedrijfszekerheid Stookkosten besparing Stroombesparing Installatiecomponenten Installatieruisklachten voorkomen Bedrijfsveiligheid verhogen Details Pomp en regeling Pagina 7-11 Hydraulica Pagina 12-18 Drukhandhaving Pagina 6, 19-20 Ontluchting Pagina 21-23 Onderhoud Pagina 24-26 hoge invloed beïnvloedbaar geringe invloed Stand: 08/2005 Technische wijzigingen voorbehouden 3 Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 3

Hydraulica: Warmte opwekken/warmte verdelen Luchtverzamelpot op hoogste punt in de dalleiding KFE- vul- en aftapkraan Thermostaatventiel (TV) Terugslagklep Afsluiter Elektrische servomotorklep Strang Handafsluiter (ongeregelde groep) Drukverschilregelaar (DV) Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 4

Pomp Zwaartekrachtrem 3-weg-mengklep Vuilvanger Membraanexpansievat met KV-kapventiel en KFE-vul- en aftapkraan Veiligheidsventiel Afvoer Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 5

Toe te passen drukken in een verwarmingsinstallatie Drukwaarden in de verwarmingsinstallatie agv statische hoogte gebouw Statische hoogte Componenten-drukwaarden Voordruk membraan expansievat 0 tot 10 m 1,0 bar Installatie-drukwaarden Veiligheidsventiel Vuldruk min. Einddruk max. 2,5 bar 1,5 bar 2,0 bar 3,0 bar 1,5 bar 2,5 bar 10 tot 15 m 1,5 bar 3,0 bar 2,0 bar 2,5 bar Statische hoogte[m] Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 6

Pomp en regeling: Bepaling van de benodigde volumestroom 1. Beraamde bepaling van het maximale benodigde debiet voor pompdimensionering in verwarmingsinstallaties 1. Bepaling van de maximaal over te dragen warmtecapaciteit Q kan door: A. Aan de hand van het maximaal geïnstalleerde ketelvermogen in kw. B. Aan de hand van het aantal m2 te verwarmen vloeroppervlak, zie formule: Q = AN x Q spec 1.000 [kw] >AN = gebruikt oppervlakte van het gebouw gevoed door de pomp in [m2] >Qspec = max. spec. warmte capaciteit voor elke m2 te verwarmen oppervlakte: >70 W/m² woongebouw / complex met meer dan 2 gezinnen/bewoners, geschakelde woningen >100 W/m² vrijstaande woning, 2 onder 1 kap woningen >40 W/m² voor energiezuinige huizen. 2. Bepaling van de benodigde maximale volumestroom: Q Vpomp = [M 3 /HR] 1.16 x ΔT >Q = Warmtecapaciteit [kw] >1.16 = spec. warmte capaciteit [Wh/kgK] >ΔT = De gedimensioneerde ΔT [K] = 10K of 20K voor standaard verwarmingskringlopen Aanbeveling: Het optimale werkpunt ligt in het tweede derde deel van de pompgrafiek! Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 7

Pomp en regeling: Bepaling van de benodigde opvoerhoogte Bepalen van de benodigde opvoerhoogte van een pomp ter overwinnen van de optredende leidingweerstand in de kringloop. een te hoog ingestelde opvoerhoogte van de pomp (> 2 m) kan leiden tot geluiden en hoger stroomverbruik. Bij een toerengeregelde pomp moet men afhankelijk van de installatie kiezen uit regelmodus Δp-c (drukverschil constant) of Δp-v (drukverschil variabel). R L f Pomp-opvoerhoogte: Hpomp = [m] 10.000 R = 50 tot 150 [Pa/m] (oudbouw voor 1970 50 [Pa/m], oudbouw 1970-1990 100 [Pa/m], vanaf 1990 150 [Pa/m]) L = Lengte van de meest ongunstigste strang (toevoer + retour) [m] f = Toeslagfactor: 2-wegklep verwarmingsgroepen = 2,2 3-wegklep verwarmingsgroepen = 2,6 Hpomp = stel de opvoerhoogte van de pomp niet hoger in als voor een onberispelijke verzorging is vereist! Hoogrendementspomp Wilo-Stratos Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 8

Pomp en regeling: Electronisch toerengeregelde circulatiepompen Aanpassing van het pompvermogen aan de daadwerkelijke behoefte ter: reductie van het opgenomen pompvermogen. voorkoming van ruisklachten en fluitende thermostaatkranen in deellast bedrijf. Alleen een juist gedimensioneerde en een juist ingestelde toerengeregelde pomp spaart op stroomverbruik en voorkomt ruisklachten. Debietbepaling: Aan de hand van het maximaal geïnstalleerde ketelvermogen en de geldende ΔT of volgens spec. warmtebehoefte per verwarmbaar gebruiksoppervlak (zie tabel pagina 7). Aanbeveling: hoogrendement pomp resp. energiebesparende pomp toepassen. Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 9

Pomp en regeling: In te stellen regelmodus van een toerengeregelde pomp Δp-c : Drukverschil constant modus Δp-v : Drukverschil variabel modus Toepassing is installatieafhankelijk: Δp-c = Veilige drukverschilregeling voor alle toepassingen Onafhankelijk van het aantal geopende thermostaatkranen is verder dezelfde druk benodigd in de installatie. De leidingweerstand is laag vergeleken met de weerstand van de thermostaatventielen en radiatoren (ruim gedimensioneerd leidingwerk). Δp-v = Besparende drukverschilregeling en reducering van eventuele stromingsgeluiden Het drukverschil van de pomp neemt in deellast bedrijf van de installatie sterk af. De leidingweerstand is hoog vergeleken met de weerstand van de thermostaatventielen en radiatoren (krap gedimensioneerd leidingwerk). Regelingsbedrijf p-c OpvoerhoogteH[m] n-max n-regel H-instelwaarde H-instelwaarde-min Debiet Q [m 3 /h] H sp = Verschildruk gewenste waarde Regelingsbedrijf p-v Opvoerhoogte H [m] nmax n-max n-regel ½H-instelwaarde H-instelwaarde Raadpleeg Wilo voor speciale type regelingen. H-instelwaarde-min Debiet Q [m 3 /h] Verschildruk H veranderd bij Q=0 [m 3 /h] tot ½H Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 10

Pomp en regeling: Autopilot, automatische nachtverlaging van een toerengeregelde pomp Extra besparende functie van de pomp in dalperiodes van de installatie. Deze regeling activeren indien de pomp niet afgeschakeld wordt wanneer de ketel buiten bedrijf gaat. De autopilot functie treedt op wanneer een trend waargenomen wordt in daling van de mediumtemperatuur. De pomp gaat niet uit maar functioneert op het minimum toerental, dus bij minimum opgenomen vermogen. De functie activeren wanneer een duidelijk verschil is in mediumtemperatuur bij stookbedrijf en dalbedrijf. Bij toepassing van een lage ΔT, zoals bij koeling, de autopilot functie deactiveren. Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 11

3 2 4 1 5 Hydraulica: Thermostaatventiel / servomotorklep Aanpassing van de warmteafgifte van de radiator door het thermostaatventiel (TV) of bij vloerverwarming door de elektrische servomotorklep aan de warmtebehoefte in de ruimte. Alleen vooringestelde thermostaatventielen (TV) resp. servomotorkleppen begrenzen het debiet. TV Debietbegrenzing door middel van voorinstellen van de thermostaatkraan: Vanuit de inregelgids of inregelkaart van de fabrikant Afhankelijk van warmtecapaciteit radiator, de geldende ΔT en de geldende verschildruk Δp. kleine gemiddelde grote verwarmingscapaciteit = kleine gemiddelde grote instelwaarde. Toe te passen verschildruk over de radiator: 10kPa tot 20kPa. Minimaal drukverschil voor gegarandeerde regelautoriteit ca. 5kPa Geluidsklachten beginnen bij ca. 20 25kPa (afhankelijk van kraantype). RVL SA RF Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 12

Hydraulica: Bypassventiel Verkomen van droogloop van de pomp door middel van bypassen van verwarmingswater tussen toevoer en retour bij sluitende thermostaatventielen. De toegepaste pomp is een ongeregelde vasttoeren pomp welke niet afgeschakeld wordt bij geen warmtevraag uit de installatie. ÜV Bypassventielen niet combineren met toerengeregelde HR pompen omdat hun regelgedrag elkaar kunnen verstoren of zelfs kunnen opheffen! Bij toerengeregelde HR pompen geen bypassventiel installeren of de functie ervan blokkeren. Een toerengeregelde HR pomp ziet een geopend bypassventiel als warmtevraag en zal daardoor optoeren en meer energie gaan verbruiken. Als dit in conflict is met veiligheidstechnische belangen van de verwarmingsinstallatie, de aanwijzingen van de fabrikant in acht nemen. 2 1 3 4 5 Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 13

0,2 0,1 0,3 0 0,4 bar Hydraulica: Stranginregelventiel Begrenzen van de volumestroom in de kringloop in vollast bedrijf (volledige warmtevraag). Bij het stranginregelventielen is het debiet en de verschildruk in deellastbedrijf niet begrensd. HV SR HR Bij inregelen altijd zorgen voor maximale afname (alle kleppen geopend). Inregelventielen altijd in de perszijde van de pomp plaatsen, niet in de zuigzijde. Instelwaarde van het stranginregelventiel halen uit het bijbehorende debietdiagram van de fabrikant. Instelwaarde kan tevens middels een drukverschilmeter van de ventielfabrikant ingesteld worden. De voorinstelling van de maximale volumestroom middels het stranginregelventiel kan ook door de voorinstelling van alle thermostaatventielen samen (TV) worden bereikt. DV p 0,2 bar DV p 0,2 bar HV 3 4 2 5 1 HR Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 14

Hydraulica: Automatische volumestroombegrenzer (autoflow) Begrenzen van de volumestroom in de kringloop in vollast en deellastbedrijf. De volumestroombegrenzer pakt bij elke bedrijfsdruk (dus bij elke afname) in de installatie een vaste gekozen volumestroom. Selectie van de volumestroombegrenzer aan de hand van het benodigde verwarmingsvermogen. Ideaal voor het inregelen van meerdere verwarmingsgroepen (primaire zijde). Geen onbalans tussen verwarmingsgroepen in deellast bedrijf. Niet combineren met regelkleppen in dezelfde groep aangezien de volumestroombegrenzer opent en sluit naar een vaste instelwaarde. Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 15

0,2 0,1 0,3 0 0,4 bar Hydraulica: Drukverschilregelaar Begrenzen van het drukverschil naar een ingestelde waarde over een verwarmingsgroep. Een drukverschilregelaar combineren met een standaard vasttoeren pomp in 1 verwarmingsgroep, niet met een toerengeregelde pomp! Een toerengeregelde pomp heeft reeds de identieke regelfunctie middels de regelmodus drukverschil constant Δp-c. HV SR HR 1-malige inregeling van de radiatoren, drukverschil over de installatie blijft constant. Geen onbalans in de verwarmingsgroep in deellast bedrijf. Plaatsing van een drukverschilregelaar over een verwarmingsgroep: - Druksensor in de aanvoerleiding - Corrigerend orgaan in de retourleiding. Selectie van de drukverschilregelaar aan de hand van het verwarmingsvermogen en het drukverlies van de groep. Let op het werkgebied van de drukverschilregelaar, de afwijking neemt buiten dit gebied toe! DV HV DV p p 2 1 0,2 bar 0,2 bar 3 4 5 HR Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 16

Hydraulica: Terugslagklep / zwaartekrachtrem SB Verkomen van tegenstroming in een kringloop. Terugslagklep niet direct na de pomp monteren, ophoping van lucht veroorzaakt schade aan circulatiepompen. De pomp krijgt in dit geval de terugslagklep niet open. 3 4 2 5 1 SB In elke dalperiode / geen stookbedrijf ontgast water zich, waardoor lucht kan ophopen in pompen en kleppen. Wanneer een terugslagklep direct boven de pomp is geplaatst kan een kleine doorboring uitkomst bieden. In dit geval kan geen ophoping van lucht in de klep achterhangen bij discontinue bedrijf. SB-LS 3 4 2 5 1 SB-LS Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 17

Hydraulica: Vuilafscheider Scheiding van vuildeeltjes uit het verwarmingswater. Vervuild verwarmingswater in een kringloop leidt tot een slechte warmteafgifte en klachten en schade aan circulatiepompen en andere componenten. Voor inbedrijfname de installatie eerst correct spoelen! Na inbedrijfname van de installatie regelmatig of actief het verwarmingswater reinigen. Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 18

Drukhandhaving: Membraanexpansievat Compensatie van het veranderende watervolume in de installatie (2) <> (3) afhankelijk van de bedrijfstemperaturen bij gelijktijdige stabiele drukhandhaving. Hierdoor waarborgt het vat tevens de toeloopdruk voor de circulatiepomp. Als de voordruk in het membraan- expansievat (1) en de systeemdruk (2) niet juist zijn ingesteld en niet regelmatig gecorrigeerd worden, kan luchtintreding plaatsvinden als gevolg van onderdruk in de installatie. Door lucht in de installatie ontstaan geluidsklachten en corrosieprocessen. Dezelfde gevolgen ontstaan ook bij een te klein gedimensioneerd membraanexpansievat. Onderdruk moet in het bijzonder in de dalperiode en buiten bedrijf periode uitgesloten worden. KV = Kapventiel KFE = Ketel vul- en aftapkraan 1) Inbouwtoestand membraam expansievat 2) Installatie gevuld/ koude toestand 3) Installatie bij max. aanvoertemeratuur KV KFE KV KFE KV KFE Stikstof Stikstof Membraam-expansievat voordruk 1,0/1,5 bar Waterreserve Membraam-expasievat voordruk +0,5 bar = vuldruk systeem Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 19

Drukhandhaving: Membraanexpansievat Dimensioneren: conform DIN 4807 2 of volgens selectietabellen (zie pagina 27-28) of volgens middels selectiekaart van de fabrikant. Statische hoogte: (4) Midden membraanexpansievat tot hoogste punt installatie (4) Statische hoogte Voordruk membraanexpansievat: statische hoogte van 0 tot 10 m = 1,0 bar statische hoogte van 10 tot 15 m = 1,5 bar Systeemdruk: Montage plek: (2) 0,5 bar op de membraanexpansievat voordruk (6) Altijd het expansievat aan de zuigzijde van de pomp. (5) Aansluiting Montage plek: (6) Altijd aan de koude retourzijde van de ketel. Aansluiting: (5) altijd gekoppeld aftapbaar, bijv. kapventiel (KV) of snelkoppeling met aftap (KFE). (5) Aansluitpunt Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 20

Ontluchting: Snelontluchter Het afvoeren van de verzamelde lucht in de snelontluchter. Snelontluchters werken alleen op luchtverzamelpunten bij de juiste systeemdruk en worden bij onderdruk snelbeluchters! Geen ontluchting bij watersnelheid >0,1 m/sec Voorkeur in combinatie met luchtverzamelpotten. Luchtverzamelpotten monteren op het hoogste punt in de dalleiding. Snelontluchter werkt alleen in een dalperiode / geen stookbedrijf. Snelontluchter regelmatig controleren op werking, deze vervuilen en kunnen gaan vastzitten. Onderdruk op het hoogste punt van installatie uitsluiten, ook in een dalperiode /geen stookbedrijf. (1) Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 21

Ontluchting: Luchtafscheider Lucht en microbellen in de vloeistof scheiden, verzamelen en afblazen. Luchtafscheider altijd in de warme uitlaatzijde van de ketel plaatsen. Goede luchtafscheiding bij zowel stookbedrijf als in een dalperiode / geen stookbedrijf. Lucht veroorzaakt corrosie in de installatie en leidt tot klachten en schade aan circulatiepompen en andere componenten. Bij een overmaat van lucht daalt het rendement van de installatie en stijgen de stookkosten. Lucht veroorzaakt storende geluiden in radiatoren, leidingen en pompen. Bij koeling de luchtafscheider in warme retourzijde plaatsen van de koelmachine. Onderdruk op het hoogste punt van installatie uitsluiten, ook in een dalperiode / geen stookbedrijf. Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 22

Ontluchting: Ontluchtingsfunctie Stratos PICO Forceren van loskomen van luchtbellen in alle leidingstukken en componenten zodat deze afgevoerd en afgeblazen kunnen worden. De ontluchtingsfunctie bij de eerste inbedrijfname altijd activeren om lucht te verwijderen uit de installatie. Bij activeren van deze functie zal de pomp een programma van 10min. doorlopen waarbij alle toerentallen aangenomen worden. Middels het variëren in toerental worden alle luchtbellen meegenomen in de volumestroom tbv het correct afvoeren. Na het ontluchten de systeemdruk weer correct instellen in de kringloop. Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 23

Onderhoud: Correct instellen van elektronisch toerengeregelde pompen De thermostaatkraan inregelen op basis van de capaciteit van de radiator. Zie pagina 12 Competentie en Controle Het drukverschil over het thermostaatventiel begrenzen middels de opvoerhoogte van de toerengeregelde pomp (max. 20kPa) of middels een drukverschilregelaar (max. 20kPa). Zie pagina 10,16 De maximale volumestroom afleiden uit het geïnstalleerde ketelvermogen. Of uit het aantal m2 verwarmbaar oppervlak. Zie pagina 7 De voordruk van het membraanexpansievat instellen afhankelijk van de hoogste van het gebouw. De systeemdruk een 0.5bar boven op de voordruk in het membraanexpansievat instellen. De voordruk in het membraanexpansievat jaarlijks controleren en indien nodig corrigeren naar juiste instelling. Zie pagina 6 Onderhoudscontract De opvoerhoogte van de toerengeregelde pomp niet hoger instellen dan voor onberispelijke verzorging nodig is. Een te hoge opvoerhoogte benadeeld de energiezuinigheid van de pomp en kan leiden tot geluidsklachten. Zie pagina 10 Lucht in het systeem middels een luchtafscheider automatisch afvoeren. De systeemdruk periodiek of automatisch corrigeren naar juiste waarde. Zie pagina 22 en 6 Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 24

Onderhoud: Kritische aandachtspunten voor circulatiepompen Volumestroom en opgenomen vermogen hoger dan noodzakelijk door nietvooringestelde thermostaatventielen. Zie pagina 12 Competentie en Controle Verschildruk over de radiatoren te hoog door ontbrekende drukverschilregelaar (bij toepassen van een vasttoeren pomp) of in deellast bedrijf door ongeschikte stranginregelventielen. Zie pagina 15 en 16 Volumestroom en opgenomen vermogen hoger dan vereist door overgedimensioneerde pompen. Zie pagina 7 en 8 Verschildruk over de radiatoren te hoog door te hoog ingestelde pompopvoerhoogte op de toerengeregelde pomp. Zie pagina 9 en 10 Luchtintreding door onderdruk in de installatie door onvoldoende systeemdruk of een niet gecorrigeerde voordruk of zelfs een defect membraanexpansievat. Zie pagina 19 en 20 Onderhoudscontract Luchtintreding door verkeerd geplaatst membraanexpansievat.expansievat altijd in de zuigzijde van de pomp. In onderdruk situaties kunnen ontluchters beluchters worden. Zie pagina 19 en 21 Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 25

Onderhoud: Service en periodiek onderhoud middels onderhoudscontract Garantie van de optimaal stookbedrijf door competent en periodiek systeemonderhoud vanaf inbedrijfname van de installatie. Door vakkundig systeemonderhoud van de gehele verwarmingsinstallatie vanaf inbedrijfname, worden klachten en kosten door uitvallen van componenten drastisch worden gereduceerd. De gebruiker attenderen op de veiligheid, behoud van functionaliteit, voorschriften en de invloed van periodiek onderhoud. Onderhoudscontract vanaf inbedrijfname aanbieden. Garantie conform VOB (Duitsland) bedraagt slechts 2 jaar zonder regelmatig onderhoud vanaf inbedrijfname. Regelmatige service bij verwarmingsinstallaties 1 x per jaar (minimaal). Regelmatige service en onderhoud Het servicedoel: Bedrijfsveiligheid van de verwarmingsinstallaties garanderen Kosten reduceren Geluidsklachten voorkomen Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 26

Drukhandhaving: Dimensioneren membraanexpansievat volgens warmtecapaciteit Tabel 1: Dimensioneren membraanexpansievat overeenkomstig de warmtecapaciteit selectietemperatuur = 90 C, afblaasdruk van de veiligheidsventiel psv = 2,5 bar x [bar] Stat.hoogte Vat [ltr] 8/x Convectoren 5,2 l/kw Plaatradiator 8,7 l/kw Gegoten radiatoren 12 l/kw Stalen radiatoren 15 l/kw Vloerverwarming 18,5 l/kw 1,0 [bar] 1,5 [bar] 1,0 [bar] 1,5 [bar] 1,0 [bar] 1,5 [bar] 1,0 [bar] 1,5 [bar] 1,0 [bar] 1,5 [bar] 10 [m] 15 [m] 10 [m] 15 [m] 10 [m] 15 [m] 10 [m] 15 [m] 10 [m] 15 [m] Warmtevermogen van de verwarmingsinstallatie [kw] 12/x 9 5 4 3 2 18/x 16 10 7 6 5 25/x 29 6 17 4 13 3 10 2 8 2 35/x 47 15 28 9 20 7 16 5 13 4 50/x 74 29 44 17 32 13 26 10 21 8 80/x 127 56 76 33 55 24 44 19 36 16 110/x 174 83 104 50 75 36 60 29 49 23 140/x 222 110 132 66 96 48 77 38 62 31 200/x 317 158 189 95 137 69 110 55 89 45 300/x 496 235 280 140 203 102 163 81 132 66 425/x 673 336 402 201 292 146 233 117 189 95 600/x 950 475 568 284 412 206 329 165 267 133 Toepassing met andere toevoertemperatuur is toegestaan want: lage toevoertemperatuur vereist grotere radiatoren, maar leidt tot minder uitzetting. Beide uitwerkingen heffen heffen beide elkaar bijna op x = membraan-expansievat voordruk [bar] Bron: Flamco Flexcon-catalogus Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 27

Tabel 2: Dimensioneren membraanexpansievat overeenkomstig de warmtecapaciteit selectietemperatuur = 90 C, afblaasdruk van de veiligheidsventiel psv = 3,0 bar Convectoren 5,2 l/kw x [bar] Stat.hoogte 1,0 [bar] 10 [m] 1,5 [bar] 15 [m] 1,0 [bar] 10 [m] 1,5 [bar] 15 [m] 1,0 [bar] 10 [m] 1,5 [bar] 15 [m] 1,0 [bar] 10 [m] 1,5 [bar] 15 [m] 1,0 [bar] 10 [m] 1,5 [bar] 15 [m] Vat [ltr] Warmtevermogen van de verwarmingsinstallatie [kw] 8/x 12/x 15 9 6 5 4 18/x 26 15 11 9 7 25/x 42 23 25 13 18 10 15 8 12 6 35/x 65 38 39 23 28 16 23 13 18 11 50/x 100 61 60 37 43 27 35 21 28 17 80/x 163 106 97 64 71 47 57 37 46 30 110/x 224 149 134 89 97 65 78 52 63 42 140/x 285 190 170 114 123 82 99 66 80 53 200/x 407 271 243 162 176 118 141 94 114 76 300/x 603 402 360 240 261 174 209 139 170 113 425/x 865 577 517 345 375 250 300 200 243 162 600/x 1.221 814 730 487 529 353 423 282 343 229 x = Membraan-expansievat voordruk [bar] Plaatradiator 8,7 l/kw Gegoten radiatoren 12 l/kw Stalen radiatoren 15 l/kw Vloerverwarming 18,5 l/kw Bron: Flamco Flexcon-catalogus Toepassingen met andere toevoertemperatuur is toegestaan want: lage toevoertemperatuur vereist grotere radiatoren, maar leidt tot minder uitzetting. Beide uitwerkingen elkaar bijna op. Stand:06/2011 - Technische wijzigingen voorbehouden 28 27

Wilo Nederland bv Rak 18 1551 NA Westzaan Tel: +31 088 (WILO) 000 +31 088 9456 000 Fax. +31 088 (WILO) 199 +31 088 9456 199 I. www.wilo.nl E. info@wilo.nl Opleidingsbedrijf InstallatieWerk