Meetcode Elektriciteit



Vergelijkbare documenten
Meetcode Elektriciteit 1

Meetcode Elektriciteit 1

Meetcode elektriciteit

Openbaar. De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, Gelet op artikel 36, eerste lid van de E-wet; Besluit:

Meetcode elektriciteit

Meetvoorwaarden Gas RNB

Meetcode elektriciteit Geldend van t/m heden

Meetcode Elektriciteit 1

Meetcode elektriciteit

Meetvoorwaarden Gas RNB

Meetcode Elektriciteit

Meetcode Elektriciteit

Onderdeel van de voorwaarden als bedoeld in artikel 12b, eerste lid, van de Gaswet, met in procedure zijnde wijzigingsvoorstellen.

Meetcode gas RNB Geldend van t/m heden

Meetcode Elektriciteit

Informatiecode Elektriciteit en Gas

Wijzigingen in overige codes t.g.v. de nieuwe Informatiecode Elektriciteit

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Pagina. Ontwerpbesluit Openbaar. Ons kenmerk: ACM/DE/2015/ Zaaknummer:

Interpretatie Eletriciteitswet 1998 art. 1 lid 2

Meetcode gas RNB. Onderdeel van de voorwaarden als bedoeld in artikel 12b, eerste lid, van de Gaswet. Met in procedure zijnde wijzigingsvoorstellen.

Meetvoorwaarden Gas RNB Onderdeel van de voorwaarden als bedoeld in artikel 12b van de Gaswet

WIJZIGINGEN TARIEVENCODE ELEKTRICITEIT...

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 55 van de Elektriciteitswet 1998 en artikel 23 van de Gaswet;

Informatiecode Elektriciteit en Gas

Informatiecode Elektriciteit en Gas

Informatiecode Elektriciteit en Gas (Integrale versie)

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

1.1.1 Deze code bevat de voorwaarden bedoeld in artikel 54 eerste lid van de Elektriciteitswet 1998 en artikel 22 eerste lid van de Gaswet.

Informatiecode Elektriciteit en Gas

Samenwerkingscode elektriciteit

Samenwerkingsregeling Elektriciteit1

fudura-enexis.nl Productvoorwaarden voor meetverantwoordelijkheid, huur meetinrichting elektriciteit en/of gas- en meetdiensten

Informatiecode Elektriciteit en Gas

Meetvoorwaarden Gas RNB

Meetvoorwaarden Gas RNB

Informatiecode Elektriciteit en Gas

Tarieven- en Vergoedingsregeling Aansluiting, Transport en Diensten Elektriciteit, zoals geldig met ingang van 1 januari Schiphol Nederland B.V.

Meetcode. Voorwaarden als bedoeld in artikel 31, lid 1, sub b van de Elektriciteitswet 1998

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 16b, zesde en zevende lid, van de Elektriciteitswet 1998;

Besluit van., houdende regels over op afstand uitleesbare meetinrichtingen (Besluit op afstand uitleesbare meetinrichtingen)

Wettelijke taken LNB van algemeen belang

Informatiecode Elektriciteit en Gas

INFORMATIEBULLETIN Situatieschets Definitie en inhoud

Namens onze cliënt Media Park Enterprise B.V. (hierna MPE), berichten wij u als volgt:

ELEKTRICITEIT TARIEVEN Aansluiting en Transport voor grootverbruikers

Systeemcode elektriciteit

Pagina. Besluit Openbare versie. 1. Verloop van de procedure

1 MAART 2018 PRODUCTVOORWAARDEN MEETDIENSTEN GROOTVERBRUIK HET MEETBEDRIJF Eemborg ZA BAARN

Productvoorwaarden voor Meetdiensten

ELEKTRICITEIT TARIEVEN Aansluiting en Transport voor grootverbruikers

Samenwerkingscode elektriciteit

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Tarieven Aansluiting en Transport voor grootverbruikers

ELEKTRICITEIT TARIEVEN- EN VERGOEDINGS- REGELING 2014

I Samenvatting conclusies

WIJZIGINGEN TARIEVENCODE ELEKTRICITEIT...

Productvoorwaarden Leveringscontract Consumenten

Producent Aansluit- en transportovereenkomst

Mantelovereenkomst voor de levering van Elektrische Energie

Productvoorwaarden voor meetdiensten

Dienst Bedrag excl. BTW BTW-bedrag Bedrag incl. BTW. Totaal te betalen 277,00 58,17 335,17

Netcode elektriciteit in de nieuwe structuur.

BESLUIT. 1. Inleiding. 2. Wettelijk kader. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar

ELEKTRICITEIT TARIEVEN Aansluiting en transport voor grootverbruikers

.NET. Havenbedrijf Rotterdam N.V. t.a.v. de heer H. van Oostenbrugge Postbus AP Rotterdam. Geachte heer Van Oostenbrugge,

ELEKTRICITEIT TARIEVEN Aansluiting en transport voor grootverbruikers

Informatiecode elektriciteit en gas

Verbruiker Aansluit- en transportovereenkomst

Aansluit- en transportovereenkomst

Is uw organisatie grootverbruiker van gas en/of elektriciteit? In deze brochure vindt u belangrijke informatie voor uw aansluiting.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

«Gemeente» college van B&W «Postbus» «postcode» «PLAATS» Geacht college,

Incasso- en afsluitbeleid

Systeemcode Elektriciteit 1

Regeling van de Minister van Economische Zaken tot wijziging van enkele regelingen in verband met uitvoering van het marktmodel

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Openbaar. I. Inleiding

Koop Meetverantwoordelijke. algemene voorwaarden. voor Zakelijke Opdrachtgevers. voor zakelijke opdrachtgevers

Artikel 1 Voor de toepassing van deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder: 1. CBD : CoMore Bedrijfsdiensten B.V. ;

Wijzigingen in overige codes t.g.v. de nieuwe Informatiecode Elektriciteit en Gas

Allocatievoorwaarden Gas

Verwerkersovereenkomst tussen u en Van den Heuvel Logistiek B.V.

ELEKTRICITEIT Tarieven 2015 Aansluit- en transporttarieven elektriciteit voor grootverbruikers

Definitielijst HG- Certificatensysteem

Dienst uitvoering en toezicht Energie

BESLUIT. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. 2. Bij brief van 15 mei 2012, door de Raad ontvangen op 16 mei 2012, heeft ChipSoft bezwaar gemaakt tegen het bestreden besluit.

In artikel 8 vervallen, onder vervanging van de komma aan het slot van onderdeel b in een punt, de onderdelen c en d.

Algemene Voorwaarden Meetbedrijven voor Zakelijke Opdrachtgevers

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Transcriptie:

bijlage 2 bij voorstel N 2011-321 bijlage 3 bij voorstel N 2011-509 bijlage 2 bij voorstel N 2011-523 Meetcode Elektriciteit Voorwaarden als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel b van de Elektriciteitswet 1998 Met in procedure zijnde wijzigingsvoorstellen. Zwart tekst is vigerende door de Raad van Bestuur van de NMa vastgestelde codetekst. Gekleurde - onderstreepte of doorgehaalde - tekst is onderdeel van codewijzigingsvoorstellen die nog in behandeling zijn. De Meetcode Elektriciteit heeft per 01-03-2004 een andere structuur gekregen waarbij de meerderheid van de artikelen is verplaatst. Door middel van voorstel N 2011-523 wijzigt de structuur opnieuw en verplaatsen opnieuw vele artikelen. De verplaatsingen zijn in de kantlijn aangegeven. Daarbij worden artikelen uit deze drie periodes van elkaar onderscheiden door aan het artikelnummer (1), (2) of (3) in superscript toe te voegen. Doorlopende tekst geldend vanaf 2 september 2010, bijgewerkt tot en met: - besluit 103295/4 d.d. 17-08-2010 overgedimensioneerde kwh-meter - voorstel N 2008-104 d.d. 03-07-2008 103021 openbaar maken verbruiksprofielen - voorstel N 2010-371 d.d. 27-07-2010 103570 overgangsbepaling comptabele meting koppelpunten - gewijzigd voorstel N 2010-463 d.d. 28-10-2010 103021 openbaar maken verbruiksprofielen - ontwerpbesluit 103684/XX d.d. 04-05-2011 103684 verbetering gebruik klantstanden bij mutatieprocessen - voorstel N 2011-471 d.d. 04-07-2011 accountantsverklaring onbemeten OV - voorstel N 2011-321 d.d. 04-07-2011 verbetering allocatie en reconciliatie - voorstel N 2011-509 d.d. 04-07-2011 gecontracteerd transportvermogen en aansluitcapaciteit - voorstel N 2011-523 d.d. 04-07-2011 uitrol slimme meters Tekst van verplaatste artikelen is alleen op de nieuwe plaats opgenomen. De Meetcode Elektriciteit is vastgesteld bij de onderstaande (wijzigings)besluiten: Besluit nummer Datum besluit Staatscourant 1 005 12-11-1999 16-11-1999, nr. 221, p.8 2 00-011 12-04-2000 13-04-2000, nr. 74, p. 27 3 100417/1 30-03-2001 02-04-2001, nr. 65, p. 26 4 100078/20 (bob) 11-04-2001 17-04-2001, nr. 74, p. 25 5 100703/8 21-12-2001 28-12-2001, nr. 250, p. 148 6 100697/4 27-12-2001 28-12-2001, nr. 250, p. 149 7 100696/6 19-03-2002 20-03-2002, nr. 56, p. 39 8 100871/5 11-07-2002 12-07-2002, nr. 131, p. 27 9 100696/15 (bob) 12-09-2002 01-10-2002, nr. 188, p. 12 10 101163/4 27-11-2002 29-11-2002, nr. 231, p. 18 11 100082/54 (bob) 14-08-2003 19-08-2003, nr. 158, p. 42 12 101594/26 09-12-2003 10-12-2003, nr. 239, p. 41 13 101600/17 17-12-2003 19-12-2003, nr. 246, p. 76 14 101787/3 28-04-2004 14-05-2004, nr. 92, p. 39 15 101600/28 24-06-2004 25-06-2004, nr. 119, p. 26 16 101710_1/13 (bob) 14-07-2004 04-08-2004, nr. 147, p. 41 17 101833/3 21-10-2004 25-10-2004, nr. 205, p. 35 18 101921/4 18-05-2005 20-05-2005, nr. 95, p. 17 19 101963/5 14-06-2005 17-06-2005, nr. 115, p. 18 20 P_500042/4 27-06-2005 29-06-2005, nr. 123, p. 47 21 102080/6 en 102127/5 24-02-2006 28-02-2006, nr. 42, p. 21 22 102472/8 06-03-2007 09-03-2007, nr. 49, p. 20 23 102081/15 27-06-2007 29-06-2007, nr. 123, p. 41 23 102381/9 27-06-2007 29-06-2007, nr. 123, p. 43 23 102442/3 27-06-2007 29-06-2007, nr. 123, p. 44 24 102867/23 03-02-2009 05-02-2009, nr. 1802 25 102466/23 24-02-2009 26-02-2009, nr. 39 26 102928/7 31-03-2009 09-04-2009, nr. 69 25a rectificatie op 102466/23 17-04-2009 17-04-2009, nr. 73 26a rectificatie op 102928/7 29-04-2009 29-04-2009, nr. 81 27 103388/12 15-07-2010 27-07-2010, nr. 11855 28 103295/4 17-08-2010 01-09-2010, nr. 13455 24a rectificatie op 102867/23 16-11-2010 16-11-2010, nr. 24 Disclaimer: Dit document bevat de doorlopende tekst van de voorwaarden als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel b van de Elektriciteitswet 1998, zoals deze gelden op de datum vermeld onder aan de bladzijde. De tekst is met de grootst mogelijke zorg samengesteld, maar heeft geen formele status. Leidend is de tekst van de besluiten waarmee de voorwaarden zijn vastgesteld en gewijzigd. De besluiten zijn onder meer te raadplegen op de website van de Energiekamer van de NMa (www.energiekamer.nl).

Inhoudsopgave 1 Algemene bepalingen 3 1.1 Werkingssfeer en definities 3 1.2 Voorwaarden met betrekking tot meterbeheerders, meterplaatsers en meetverantwoordelijken 3 2 MKeuze van meetinrichtingen en aanwijzing meterbeheerder 3 2.1 Algemeen 3 2.2 Meetinrichting in overdrachtspunten van aansluitingen tussen twee netten 3 2.3 Voorwaarden voor de erkende meetverantwoordelijke Meetinrichting in het overdrachtspunt van een aansluiting kleiner dan of gelijk aan 3x80A 3 2.4 [vervallen] Meetinrichting in het overdrachtspunt van een aansluiting groter dan 3x80A 3 2.5 [vervallen] Meetinrichting ten behoeve van een productie-installatie 3 2.6 [vervallen] Aanwijzing meterbeheerder 3 3 Datacollectie door de erkende meetverantwoordelijke Uitrol van op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichtingen ten behoeve van kleinverbruikaansluitingen 3 3.1 Datacollectie bij dagelijks op afstand uitleesbare meetinrichtingen Algemeen 3 3.2 Datacollectie bij overige meetinrichtingen Procedure prioriteitsplaatsing 3 3.3 Storingen in de datacollectie bij dagelijks op afstand uitleesbare meetinrichtingen Procedure plaatsing door derden van een door de netbeheerder geleverde meetinrichting 3 3.4 [vervallen] Procedure plaatsing door derden van een niet door de netbeheerder geleverde meetinrichting 3 4 Eisen aan meetinrichtingen 3 4.1 Algemeen 3 4.2 Eisen aan kleinverbruikmeetinrichtingen 3 4.3 Eisen aan grootverbruikmeetinrichtingen 3 5 Meetgegevensverzameling 3 5.1 Meetgegevensverzameling bij kleinverbruikmeetinrichtingen 3 5.2 Meetgegevensverzameling bij profielgrootverbruikmeetinrichtingen en bij productiemeetinrichtingen 3 5.3 Meetgegevensverzameling bij telemetriegrootverbruikmeetinrichtingen 3 5.4 Storingen in de datacollectie bij dagelijks op afstand uitleesbare meetinrichtingen gegevensverwerking bij telemetriegrootverbruikmeetinrichtingen 3 6 Bijzondere bepalingen 3 6.1 Verwisseling of wijziging van (delen van) het deel van de meetinrichting en/of switchen van erkende meetverantwoordelijke bij de aansluiting 3 6.2 Onvoorzien 3 6.3 Overgangs- en slotbepalingen 3 7 Meetgegevensprocessen 3 7.1 Validatie, vaststelling en overdracht van meetgegegevens van elektriciteitsaansluitingen door de meetverantwoordelijke 3 7.2 DatavVerwerking en distributie van meetgegevens door de netbeheerder 3 7.3 Verwisseling of wijziging van (delen van) de meetinrichting en/of switchen van erkende meetverantwoordelijke 3 7.4 Vaststelling en beheer van verbruiksprofielen 3 Bijlage 1 Maximaal toelaatbare afwijkingen 3 Bijlage 2 Definities van de begrippen energie, vermogen, blindenergie en blindvermogen, waarvan in deze regeling is uitgegaan 3 Bijlage 3 Voorschrift voor het ontwerpen, installeren en controleren van comptabele meetinrichtingen voor elektrische energie en blindenergie 3 Bijlage 4 Erkenningsregelingen 3 Bijlage 5 Schatting van meetgegevens 3 Bijlage 14 Verbruiksprofielen 3 Bijlage 15 Gedimensioneerde profielen voor openbare verlichting en verkeersregelinstallaties 3 Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 07-07-2011 pagina 2 van 71

1 Algemene bepalingen 1.1 Werkingssfeer en definities Besluit 101921/3; in werking: 21-05-2005 1.1.3 (2) vervalt; dit is een soort definitie en die staat al in de Begrippenlijst Elektriciteit. verplaatst van 2.1.1 (1) naar 1.1.5 (2) 1.1.1 Deze regeling bevat de voorwaarden met betrekking tot het ontwerpen en beheren van meetinrichtingen alsmede het meten van gegevens betreffende het transport en de levering van elektriciteit en de uitwisseling van meetgegevens en administratieve gegevens van meetinrichtingen zoals bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel b, van de Wet. 1.1.2 In deze regeling wordt verstaan onder de Wet : de Elektriciteitswet 1998. 1.1.3 In deze regeling wordt verstaan onder meetverantwoordelijkheid de verantwoordelijkheid van aangeslotenen voor het aanwezig zijn op de netaansluiting van een op grond van hoofdstuk 2 van deze regeling vereiste meetinrichting en meetinrichtingen ten behoeve van productieinstallaties, alsmede voor het correct en tijdig (doen vaststellen en (doen) doorgeven van de in 1.1.1 bedoelde meetgegevens op grond van hoofdstuk 3 van deze regeling. Meetinrichtingen voldoen ten minste aan de daaraan in of krachtens de wet gestelde eisen. Ingeval van strijdigheid tussen een dwingende wettelijke eis en een eis uit deze regeling, geldt de dwingende wettelijke eis. 1.1.4 Van de overige in deze regeling gebruikte begrippen die niet reeds in de Wet zijn gedefinieerd, is de betekenis vastgelegd in de Begrippenlijst Elektriciteit behorende bij de voorwaarden ex zoals bedoeld in artikel 31 van de Wet. 1.1.5 In zoverre een meetinrichting onder de Metrologiewet valt, is deze regeling niet van toepassing ten aanzien van een onderwerp dat voor die meetinrichting in de Metrologiewet wordt geregeld. 1.2 (1) is vervallen 1.2 (2) is verplaatst naar B4.2.1 (3) 1.2.1 (1) is vervallen 1.2.1 2) is verplaatst naar B4.2.1.1 (3) verplaatst van 1.3.1 (1) +1.3.2 (1) naar1.2.8 (2) verplaatst van 1.2.8, b (2) naar 1.2.1.1 (3) 1.2.2 (1) is vervallen per 01-03-2004 1.2.2 (2) is verplaatst naar B4.2.1.2 (3) 1.2 Voorwaarden met betrekking tot meterbeheerders, meterplaatsers en meetverantwoordelijken 1.2.1 Meterbeheerder 1.2.1.1 hij De meterbeheerder participeert in het door de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet toezichthouder op de Metrologiewet goedgekeurde systeem van systematische (steekproefsgewijze) periodieke controle van in gebruik zijnde meters zoals uitgevoerd in opdracht van de deelnemende erkende meetverantwoordelijken meterbeheerders gezamenlijk of aantoont aan op andere, ter beoordeling van de door de overheid aangestelde toezichthouder op de Metrologiewet, aanvaardbare gelijkwaardige wijze te voorzien in een dergelijke controle. 1.2.2 Meterplaatser 1.2.2.1 Het deel van de op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting dat geplaatst moet worden bij de aansluiting, wordt geplaatst door een meterplaatser die is erkend conform bijlage 4, of door de netbeheerder. 1.2.2.2 De netbeheerder verstrekt aan de meterplaatser op diens verzoek: - de bedrijfsspecifieke informatie die nodig is voor het uitvoeren van werkzaamheden, aan of in de onmiddellijke nabijheid van de aansluiting, die verband houden met de plaatsing van meetinrichtingen; - het recht om verzegelingen die door of vanwege de netbeheerder zijn aangebracht te schenden of verbreken indien dit noodzakelijk is voor het uitvoeren van werkzaamheden aan of in de onmiddellijke nabijheid van de aansluiting, die verband houden met de plaatsing van meetinrichtingen. - het recht om namens de netbeheerder verzegelingen aan te brengen conform de in 4.1.2 genoemde voorwaarden. 1.2.3 (1) is vervallen 1.2.3 (2) is verplaatst naar B4.2.1.3 (3) verplaatst van 1.3 (2 naar 1.2.3 (3) 1.2.3 Het overdragen van meetverantwoordelijkheid 1.2.3.1 Tot het uitoefenen van meetverantwoordelijkheid voor een grootverbruikaansluiting zijn slechts personen toegelaten die hiervoor conform bijlage 4 zijn erkend. 1.2.3.2 Per netaansluiting grootverbruikaansluiting is er één erkende meetverantwoordelijke voor alle uit Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 04-07-2011 pagina 3 van 71

verplaatst van 1.3.1 (2) naar 1.2.3.2 (3) Besluit 101921/3; in werking: 21-05-2005 verplaatst van 1.3.1a (2) naar 1.2.3.3 (3) Besluit 102442/3; in werking: 01-07-2007 verplaatst van 1.3.1b (2) naar 1.2.3.4 (3) verplaatst van 1.3.2 (2) naar 1.2.3.5 (3) verplaatst van 1.3.3 (2) naar 1.2.3.6 (3) verplaatst van 1.3.4 (2) naar 1.3.3.7 (3) 1.2.4 (2) is verplaatst naar B4.2.1.4 (3) verplaatst van 5.1.4 (2) naar 1.3.4 (3) verplaatst van 5.1.4.4 (2) naar 1.2.4.2 (3) verplaatst van 5.1.4.5 (2) naar 1.2.4.3 (3) verplaatst van 5.1.4.6 (2) naar 1.2.4.4 (3) de onderdelen 2.3, 3 en 5.1 van deze regeling hoofdstukken 4, 5 en 6 voortvloeiende werkzaamheden. 1.2.3.3 Indien de meetinrichting, bedoeld in 2.1.1 sub c 2.1.1, onderdeel c, tevens gebruikt wordt ten behoeve van de uitvoering van de Regeling kooldioxide-index warmtekrachtkoppeling, kan, in afwijking van 1.3.1 1.2.3.2, voor deze meetinrichting een andere meetverantwoordelijke, hierna te noemen het MEP-meetbedrijf, worden aangewezen dan de meetverantwoordelijke die op grond van 1.3.1 1.2.3.2 als erkende meetverantwoordelijke voor de netaansluiting grootverbruikaansluiting van de desbetreffende aangeslotene in het aansluitingenregister van de netbeheerder staat geregistreerd, onder voorwaarde dat: a. het MEP-meetbedrijf hetzelfde is als het meetbedrijf dat verantwoordelijk is voor de nietelektrische metingen ten behoeve van de kooldioxideindexbepaling; b. er achter een netaansluiting slechts één MEP-meetbedrijf actief is; c. het MEP-meetbedrijf de verantwoordelijkheid op zich neemt voor alle werkzaamheden die op grond van 2.3, 3 en 5.1 de hoofdstukken 4, 5 en 6 ten aanzien van de in 2.1.1 sub c 2.1.1, onderdeel c, bedoelde meetinrichting nodig zijn, met dien verstande dat hij de technische gegevens van de desbetreffende meetinrichting alsmede de meetdatagegevens van de desbetreffende meetinrichting ter beschikking stelt aan de op de desbetreffende netaansluiting grootverbruikaansluiting acterende erkende meetverantwoordelijke in plaats van aan de netbeheerder; d. de erkende meetverantwoordelijke op de desbetreffende netaansluiting verantwoordelijk blijft voor de alle werkzaamheden die op grond van 2.3, 3 en 5.1 de hoofdstukken 4, 5 en 6 ten aanzien van de in 2.1.1 sub b 2.1.1, onderdeel b, bedoelde meetinrichting nodig zijn, met dien verstande dat hij daarnaast de in het voorgaande lid bedoelde technische gegevens vastlegt in zijn meterregister en de meetdatagegevens afkomstig van de meetinrichting, bedoeld in 2.1.1 sub c 2.1.1, onderdeel c, van het MEP-meetbedrijf accepteert en ongewijzigd doorgeeft aan de netbeheerder; e. de erkende meetverantwoordelijke geeft de meetdatagegevens, bedoeld in artikel 3, lid 1 eerste lid, van de Regeling certificaten warmtekrachtkoppeling door aan de netbeheerder; f. het MEP-meetbedrijf verricht de in artikel 2a, tweede lid 2, onderdeel c, van de Regeling certificaten warmtekrachtkoppeling bedoelde verificatie van het meetrapport. 1.2.3.4 In afwijking van 1.3.1 1.2.3.2 is er voor netaansluitingen grootverbruikaansluitingen waarbij op grond van 2.1.3.5 van de Netcode Elektriciteit geen comptabele meetinrichting aanwezig is, geen erkende meetverantwoordelijke voor alle uit de onderdelen 2.3, 3 en 5.1 van deze regeling hoofdstukken 4, 5 en 6 voortvloeiende werkzaamheden. In dat geval is de netbeheerder op grond van 2.1.3.5 van de Netcode Elektriciteit in combinatie met 4.2.2 van deze regeling 7.2.2.2 verantwoordelijk voor de vaststelling van de met het net uitgewisselde elektrische energie op hoeveelheid getransporteerde energie op het overdrachtspunt van de desbetreffende netaansluiting grootverbruikaansluiting. 1.2.3.5 Een aangeslotene die de meetverantwoordelijkheid voor zijn netaansluiting grootverbruikaansluiting(en) niet zelf uitoefent, draagt die meetverantwoordelijkheid over aan een in 1.2.1 1.2.3.1 bedoelde natuurlijke of rechtspersoon. 1.2.3.6 Indien er sprake is van een bestaande meetinrichting die in eigendom en/of beheer is bij de netbeheerder, dan wel de aangeslotene bij ingebruikname van de grootverbruikaansluiting geen meetverantwoordelijke aanwijst, of indien de aangeslotene dit de netbeheerder hierom verzoekt, wijst de netbeheerder voor de aangeslotene een erkende meetverantwoordelijke aan. 1.2.3.7 Een aangeslotene die de meetverantwoordelijkheid voor zijn netaansluitinggrootverbruikaansluiting(en) niet zelf uitoefent, mandateert machtigt een erkende meetverantwoordelijke voor het opvragen van informatie uit het aansluitingenregister van de netbeheerder, betrekking hebbend op de netaansluiting grootverbruikaansluiting van de aangeslotene alsmede voor het afwikkelen van het proces van overdracht van meetverantwoordelijkheid. 1.2.4 Beëindiging van de beheerovereenkomst tussen de erkende meetverantwoordelijke en de aangeslotene 1.2.4.1 De eigenaar van de meetinrichting is gerechtigd vanaf tien werkdagen na de datum waarop de beheerovereenkomst afloopt (delen van) de meetinrichting te (laten) verwijderen. Hierbij dient de erkende meetverantwoordelijke ervoor te zorgen dat het overdrachtspunt in goede en veilige toestand achter blijft. 1.2.4.2 Ingeval tussen de aangeslotene en een andere erkende meetverantwoordelijke binnen tien werkdagen na beëindiging van de oude beheerovereenkomst alsnog een beheerovereenkomst in werking treedt, wordt voor zover van toepassing vanaf dat moment de werkwijze volgens 5.1.3 7.3.2 gevolgd. 1.2.4.3 Indien niet voldaan wordt aan het gestelde in 5.1.4.5 1.2.4.2 wordt de netaansluiting door de netbeheerder gedeactiveerd. Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 07-07-2011 pagina 4 van 71

1.2.5 (2) is verplaatst naar B4.2.1.5 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8 (2) naar 1.2.5 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.1 (2) naar 1.2.5.1 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.2 (2) naar 1.2.5.2 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.3 (2) naar 1.2.5.3 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.4 (2) naar 1.2.5.4 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.5 (2) naar 1.2.5.5 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.6 (2) naar 1.2.5.6 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.7 (2) naar 1.2.5.7 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.8 (2) naar 1.2.5.8 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.9 (2) naar 1.2.5.9 (3) verplaatst van 1.8.9a (2) naar 1.2.5.10 (3) 1.2.5 Vangnetregeling meetverantwoordelijkheid 1.2.5.1 De vangnetregeling is van toepassing vanaf het moment dat de erkenning van de meetverantwoordelijke is ingetrokken tot het moment dat er voor de desbetreffende netaansluiting een nieuwe erkende meetverantwoordelijke is aangewezen. 1.2.5.2 Aangeslotenen met een gecontracteerd transportvermogen groter dan 1 MW aansluitcapaciteit groter dan 1 MVA hebben tien werkdagen de tijd om een nieuwe erkende meetverantwoordelijke aan te wijzen. De overige aangesloten hebben 40 werkdagen de tijd om een nieuwe erkende meetverantwoordelijke aan te wijzen. 1.2.5.3 Indien de aangeslotene niet zelf binnen de in 1.8.2 1.2.5.2 genoemde termijn een nieuwe erkende meetverantwoordelijke aanwijst, wijst de netbeheerder voor de aangeslotene een nieuwe erkende meetverantwoordelijke aan. 1.2.5.4 Onverwijld nadat hij bericht heeft ontvangen van de intrekking van de erkenning meldt de netbeheerder de desbetreffende aangeslotene of diens gemachtigde schriftelijk of, indien het een aangeslotenen betreft met een gecontracteerd transportvermogen groter dan 1 MW aansluitcapaciteit groter dan 1 MVA, bij aangetekende brief, dat: a. de erkenning van de door of namens hem aangewezen meetverantwoordelijke is ingetrokken; b. in verband met het intrekken van de erkenning van de door of namens de aangeslotene aangewezen meetverantwoordelijke de vangnetregeling in werking treedt; c. de aangeslotene verplicht is er alles aan te doen om te voorkomen dat zolang de vangnetregeling van toepassing is, de meetinrichting en de eventueel daarbij behorende communicatiemiddelen worden verwijderd of gewijzigd of niet meer functioneren of kunnen functioneren; d. de aangeslotene de gelegenheid heeft om binnen de in 1.8.2 1.2.5.2 genoemde termijn een nieuwe erkende meetverantwoordelijke aan te wijzen; e. indien de aangeslotene niet zelf binnen de in 1.8.2 1.2.5.2 genoemde termijn een nieuwe erkende meetverantwoordelijke aanwijst, de netbeheerder voor de aangeslotene een nieuwe erkende meetverantwoordelijke aanwijst, waarbij de netbeheerder ten behoeve van de aangeslotene aangeeft wat de tarieven en voorwaarden zijn die door de door hem aan te wijzen erkende meetverantwoordelijke worden gehanteerd, dan wel aangeeft op welke wijze deze tarieven en voorwaarden voor de aangeslotene toegankelijk zijn. 1.2.5.5 Zolang de vangnetregeling van toepassing is, wordt worden de meetdatagegevens ten behoeve van de programmaverantwoordelijkheid voor netaansluitingen met een op afstand uitleesbare meetinrichting telemetriegrootverbruikmeetinrichting, vastgesteld op basis van het jaarverbruik van de voorafgaande periode en een profiel. 1.2.5.6 Voor aangeslotenen met een gecontracteerd transportvermogen groter dan 1 MW aansluitcapaciteit groter dan 1 MVA, wordt het in 1.8.5 1.2.5.5 bedoelde profiel na overleg met de aangeslotene door de netbeheerder vastgesteld op basis van historische meetdatagegevens. 1.2.5.7 Voor aangeslotenen met een gecontracteerd transportvermogen kleiner dan of gelijk aan 1 MW aansluitcapaciteit kleiner dan of gelijk aan 1 MVA en een netaansluiting met een op afstand uitleesbare meetinrichting telemetriegrootverbruikmeetinrichting, wordt voor het in 1.8.5 1.2.5.5 bedoelde profiel gebruik gemaakt van een door de gezamenlijke netbeheerders en de programmaverantwoordelijken vooraf vastgesteld noodprofiel. 1.2.5.8 In afwijking van 1.8.6 1.2.5.6 en 1.8.7 1.2.5.7 treft de netbeheerder bij aangeslotenen met een dagelijks op afstand uitleesbare meetinrichting telemetriegrootverbruikmeetinrichting, waarbij de verzameling van meetgegevens, zoals bedoeld in 3.1.1 5.3, en de overdracht van meetgegevens, zoals bedoeld in 3.1.3 7.1.2, ondanks de intrekking van de erkenning van de erkende meetverantwoordelijke correct blijven functioneren, een regeling met de desbetreffende programmaverantwoordelijke om de desbetreffende meetdatagegevens te gebruiken zolang de vangnetregeling van toepassing is. 1.2.5.9 Zolang de vangnetregeling van toepassing is, is de meetverantwoordelijke wiens erkenning is ingetrokken, alsmede een eventuele beoogde nieuwe erkende meetverantwoordelijke verplicht er alles aan te doen om te voorkomen dat de meetinrichting en de eventueel daarbij behorende communicatiemiddelen worden verwijderd of gewijzigd of niet meer functioneren of kunnen functioneren. 1.2.5.10 In het geval de erkende meetverantwoordelijke in faillissement verkeert of surseance van betaling is verleend, wijst de beheerder van het landelijk hoogspanningsnet de curator respectievelijk bewindvoerder op de verplichting zoals genoemd in 1.8.9 1.2.5.9. Zonodig stelt de be- Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 04-07-2011 pagina 5 van 71

heerder van het landelijk hoogspanningsnet zich garant voor eventuele kosten hiervan, maximaal gedurende de periode dat de vangnetregeling van toepassing is. Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.10 (2) naar 1.2.5.11 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.11 (2) naar 1.2.5.12 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 verplaatst van 1.8.12 (2) naar 1.2.5.13 (3) 1.2.6 (2) is verplaatst naar B4.2.1.6 (3) 1.2.7 (2) is verplaatst naar B4.2.1.3 (3) 1.2.8 (2) is verplaatst naar B4.2.1.7 (3) 1.2.9 (2) is verplaatst naar B4.2.1.8 (3) 1.2.10 (2) verplaatst naar B4.2.1.9 (3) door 1.2.11 (2) is verplaatst naar B4.2.1.10 (3) 1.2.12 (2) is verplaatst naar B4.2.1.11 (3) 1.2.13 (2) is verplaatst naar B4.2.1.12 (3) 1.2.5.11 Indien er, nadat de nieuwe erkende meetverantwoordelijke is aangewezen, nog geen overdracht van meetgegevens kan plaats vinden zoals bedoeld in 3.1.3 7.1.2, kan voor een periode van maximaal 10 tien werkdagen de procedure als bedoeld in 4.2.8 7.2.2.14 worden toegepast. 1.2.5.12 Indien er sprake is van een dagelijks op afstand uitleesbare meetinrichting telemetriegrootverbruikmeetinrichting, stelt de nieuwe erkende meetverantwoordelijke onverwijld vast wat de meterstanden zijn aan het begin en het einde van de periode waarop de vangnetregeling van toepassing is geweest, alsmede het verbruik gedurende die periode, en geeft deze door aan de netbeheerder. 1.2.5.13 Indien er sprake is van een niet dagelijks op afstand uitleesbare meetinrichting kleinverbruikmeetinrichting of een profielgrootverbruikmeetinrichting en indien de verzameling van meetgegevens als bedoeld in 3.2.1.1 5.2.1 of 3.2.1.2 5.1.1 plaats zou moeten vinden in de periode waarin de vangnetregeling van toepassing is, wordt deze datacollectie verzameling van meetgegevens opgeschort en vindt deze plaats binnen een maand nadat de nieuwe meetverantwoordelijke is aangewezen. 1.2.6 [verplaatst] 1.2.7 [verplaatst] 1.2.8 [verplaatst] 1.2.9 [verplaatst] 1.2.10 [verplaatst] 1.2.11 [verplaatst] 1.2.12 [verplaatst] 1.2.13 [verplaatst] 1.3 (1) is vervallen 1.3 (2) is verplaatst naar 1.2.3 (3) 1.3.1 (1) is verplaatst naar 1.2.8 (2) 1.3.1 (2) is verplaatst naar 1.2.3.2 (3) 1.3 [verplaatst] 1.3.1 [verplaatst] 1.3.1a (2) is verplaatst naar 1.2.3.3 (3) 1.3.1b (2) is verplaatst naar 1.2.3.4 (3) 1.3.1a 1.3.1b [verplaatst] [verplaatst] 1.3.2 (1) is verplaatst naar 1.2.8 (2) 1.3.2 (2) is verplaatst naar 1.2.3.5 (3) 1.3.3 (1) is vervallen per 01-03-2004 1.3.3 (2) is verplaatst naar 1.2.3.6 (3) 1.3.4 (1) is vervallen per 01-03-2004 1.3.4 (2) is verplaatst naar 1.2.3.7 (3) 1.3.5 (2) is verplaatst naar 7.3.2.4 (3) 1.3.6 (2) is verplaatst naar 7.3.2.5 (3) 1.3.7 (2) is verplaatst naar 7.3.2.6 (3) 1.3.8 (2) is verplaatst naar 7.3.2.7 (3) 1.3.2 [verplaatst] 1.3.3 [verplaatst] 1.3.4 [verplaatst] 1.3.5 [verplaatst] 1.3.6 [verplaatst] 1.3.7 [verplaatst] 1.3.8 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 07-07-2011 pagina 6 van 71

1.3.9 (2) is verplaatst naar 7.3.2.8 (3) 1.3.10 (2) is verplaatst naar 7.3.1.1 (3) 1.3.11 (2) is verplaatst naar 7.3.2.11 (3) 1.3.9 [verplaatst] 1.3.10 [verplaatst] 1.3.11 [verplaatst] 1.4 (1) is vervallen 1.4 (2) is verplaatst naar B4.2.2 (3) 1.4.1 (2) is verplaatst naar B4.2.2.1 (3) 1.4.2 (2) is verplaatst naar B4.2.2.2 (3) 1.4.3 (2) is verplaatst naar B4.2.2.3 (3) 1.4.4 (2) is verplaatst naar B4.2.2.4 (3) 1.4.5 (2) is verplaatst naar B4.2.2.5 (3) 1.4 [verplaatst] 1.4.1 [verplaatst] 1.4.2 [verplaatst] 1.4.3 [verplaatst] 1.4.4 [verplaatst] 1.4.5 [verplaatst] 1.5 (1) is vervallen 1.5 (2) is verplaatst naar B4.2.3 (3) 1.5.1 (2) is verplaatst naar B4.2.3.1 (3) 1.5.2 (2) is verplaatst naar B4.2.3.2 (3) 1.5.3 (2) is verplaatst naar B4.2.3.3 (3) Besluit 102466/23; vervallen: 27-02-2009 Besluit 102466/23; vervallen: 27-02-2009 1.5.6 (2) is verplaatst naar B4.2.3.4 (3) 1.5.7 (2) is verplaatst naar B4.2.3.5 (3) Besluit 101833/3; in werking: 26-10-2004 1.5 [verplaatst] 1.5.1 [verplaatst] 1.5.2 [verplaatst] 1.5.3 [verplaatst] 1.5.4 [vervallen] 1.5.5 [vervallen] 1.5.6 [verplaatst] 1.5.7 [verplaatst] 1.5.8 [vervallen] 1.6 (2) is verplaatst naar B4.2.4 (3) 1.6.1 (2) is verplaatst naar B4.2.4.1 (3) 1.6 [verplaatst] 1.6.1 [verplaatst] Besluit 102466/23; vervallen: 27-02-2009 1.7 [vervallen] 1.8 (2) is verplaatst naar 1.2.5 (3) 1.8.1 (2) is verplaatst naar 1.2.5.1 (3) 1.8.2 (2) is verplaatst naar 1.2.5.2 (3) 1.8.3 (2) is verplaatst naar 1.2.5.3 (3) 1.8.4 (2) is verplaatst naar 1.2.5.4 (3) 1.8.5 (2) is verplaatst naar 1.2.5.5 (3) 1.8 [verplaatst] 1.8.1 [verplaatst] 1.8.2 [verplaatst] 1.8.3 [verplaatst] 1.8.4 [verplaatst] 1.8.5 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 04-07-2011 pagina 7 van 71

1.8.6 (2) is verplaatst naar 1.2.5.6 (3) 1.8.7 (2) is verplaatst naar 1.2.5.7 (3) 1.8.8 (2) is verplaatst naar 1.2.5.8 (3) 1.8.9 (2) is verplaatst naar 1.2.5.9 (3) 1.8.6 [verplaatst] 1.8.7 [verplaatst] 1.8.8 [verplaatst] 1.8.9 [verplaatst] 1.8.9a (2) is verplaatst naar 1.2.5.10 (3) 1.8.9a [verplaatst] 1.8.10 (2) is verplaatst naar 1.2.5.11 (3) 1.8.11 (2) is verplaatst naar 1.2.5.12 (3) 1.8.12 (2) is verplaatst naar 1.2.5.13 (3) 1.8.10 [verplaatst] 1.8.11 [verplaatst] 1.8.12 [verplaatst] 2 MKeuze van meetinrichtingen en aanwijzing meterbeheerder 2.1 (1) is vervallen 2.1.1 (1) is verplaatst naar 1.1.5 (2) verplaatst van 3.1.1 (1) naar 2.1.1 (2) Voorstel N 2010-371: 27-07-2010 (103570) Concept voorstel N 2011-523 v 09-06- 2011 2.1.2 (2) is verplaatst naar 2.2.1 (3) + 2.4.1 (3) 2.1.2 (2) is vervallen, voorwaarde is nu verwerkt in par. 5.2. 2.1 Algemeen 2.1.1 De bepalingen van in hoofdstuk 2 zijn van toepassing op comptabele meetinrichtingen: a. in de koppelpunten het (de) overdrachtspunt(en) van de aansluiting tussen twee elektriciteitsnetten; b. in het overdrachtspunt van de netaansluiting van aangeslotenen niet zijnde een netbeheerder; c. ten behoeve van een productie-installatie achter een netaansluiting groter dan 3x80A op laagspanning. 2.1.2 [verplaatst] 2.1.3 [vervallen] Meetinrichtingen zoals bedoeld in 2.1.1 sub c, worden maandelijks uit- of afgelezen. 2.1.3a (2) is verplaatst naar 2.5.2 (3) 2.1.3a [verplaatst] 2.1.4 (2) is verplaatst naar 4.3.1.1 (3) 2.1.5 (2) is verplaatst naar 4.3.1.2 (3) 2.1.6 (2) is verplaatst naar 4.3.1.3 (3) 2.1.7 (2) is verplaatst naar 2.6.4 (3) 2.1.4 [verplaatst] 2.1.5 [verplaatst] 2.1.6 [verplaatst] 2.1.7 [verplaatst] 2.2 (1) is vervallen 2.2 (2) is verplaatst naar 4.3.2 (3) 2.2 Meetinrichting in overdrachtspunten van aansluitingen tussen twee netten 2.2.1 (1) is verplaatst naar 2.3.1.2 (2) 2.2.1 (2) is verplaatst naar 4.3.2.1 (3) verplaatst van 2.1.2 (2) naar 2.2.1 (3) + 2.4.1 (3) 2.2.1 Meetinrichtingen zoals bedoeld in 2.1.1 sub a en 2.1.1 sub b behorende bij een netaansluiting waarvan het gecontracteerd transportvermogen 0,1 MW of meer bedraagt, zijn dagelijks op afstand uitleesbaar. In het (de) overdrachtspunt(en) van een aansluiting tussen twee netten is een telemetriegrootverbruikmeetinrichting aanwezig. 2.2.2 (1) is verplaatst naar 2.3.1.2 (2) 2.2.2 (2) is verplaatst naar 4.3.2.2 (3) 2.2.3 (2) is verplaatst naar 4.3.2.3 (3) 2.2.4 (2) is verplaatst naar 4.3.2.4 (3) 2.2.2 [verplaatst] 2.2.3 [verplaatst] 2.2.4 [verplaatst] 2.2.5 (2) is verplaatst naar 4.3.2.5 (3) 2.2.5 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 07-07-2011 pagina 8 van 71

2.2.6 (2) is verplaatst naar 4.3.2.6 (3) 2.2.7 (2) is verplaatst naar 4.3.2.7 (3) 2.2.6 [verplaatst] 2.2.7 [verplaatst] 2.3 (1) is verplaatst naar 2.3.7 (2) 2.3.1 (1) is verplaatst naar 2.3.7.1 (2) 2.3.1.1 (2) is verplaatst naar 4.1.1.1 (3) 2.3.1.2 (2) is verplaatst naar 4.1.2.1 (3) 2.3.1.3 (2) is verplaatst naar 4.1.2.2 (3) 2.3.1.4 (2) is verplaatst naar 4.1.2.3 (3) 2.3.1.5 (2) is verplaatst naar 4.1.2.4 (3) 2.3.1.6 (2) is verplaatst naar 4.1.1.2 (3) 2.3.2 (1) is verplaatst naar 2.3.7.3 (2) 2.3.2 (2) is verplaatst naar 4.3.3 (3) 2.3.2.1 (2) is verplaatst naar 4.3.3.1 (3) 2.3.2.2 (2) is verplaatst naar 4.3.3.2 (3) 2.3.2.3 (2) is verplaatst naar 4.3.3.3 (3) 2.3.2.4 (2) is verplaatst naar 4.3.3.4 (3) 2.3.3 (1) is vervallen 2.3.3 (2) is vervallen 2.3.3.1 (2) is vervallen 2.3.3.2 (2) is verplaatst naar 2.4.3 (3) 2.3 Voorwaarden voor de erkende meetverantwoordelijke Meetinrichting in het overdrachtspunt van een aansluiting kleiner dan of gelijk aan 3x80A 2.3.1 In het (de) overdrachtspunt(en) van een aansluiting kleiner dan of gelijk aan 3x80A is een niet op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting of een op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting aanwezig. 2.3.1.1 [verplaatst] 2.3.1.2 [verplaatst] 2.3.1.3 [verplaatst] 2.3.1.4 [verplaatst] 2.3.1.5 [verplaatst] 2.3.1.6 [verplaatst] 2.3.2 [verplaatst] 2.3.2.1 [verplaatst] 2.3.2.2 [verplaatst] 2.3.2.3 [verplaatst] 2.3.2.4 [verplaatst] 2.3.3 [vervallen] 2.3.3.1 [vervallen] In de aansluit- en transportovereenkomst tussen netbeheerder en aangeslotene is vastgelegd of er blindenergie wordt gemeten. 2.3.3.2 [verplaatst] 2.3.3.2a (2) is verplaatst naar 2.4.4 (3) 2.3.3.2a [verplaatst] 2.3.3.3 (2) is verplaatst naar 4.3.5.6 (3) 2.3.3.4 (2) is verplaatst naar 4.3.5.7 (3) 2.3.3.5 (2) is verplaatst naar 4.3.5.8 (3) 2.3.4 (1) is verplaatst naar 2.3.7.4 (2) 2.3.4 (2) is verplaatst naar 4.3.5 (3) 2.3.4.1 (2) is verplaatst naar 4.3.5.1 (3) 2.3.4.2 (2) is verplaatst naar 4.3.5.2 (3) 2.3.4.3 (2) is verplaatst naar 4.3.5.3 (3) 2.3.4.4 (2) is verplaatst naar 4.3.5.4 (3) 2.3.3.3 [verplaatst] 2.3.3.4 [verplaatst] 2.3.3.5 [verplaatst] 2.3.4 [verplaatst] 2.3.4.1 [verplaatst] 2.3.4.2 [verplaatst] 2.3.4.3 [verplaatst] 2.3.4.4 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 04-07-2011 pagina 9 van 71

2.3.4.5 (2) is verplaatst naar 4.3.5.5 (3) 2.3.5 (2) is vervallen verplaatst van 3.2.1 (1) naar 2.3.5.1 (2) 2.3.5.1 (2) is vervallen Besluit 101963/5; in werking: 18-06-2005 2.3.5.2 (2) is vervallen 2.3.5.3 (2) is verplaatst naar 4.2.1.2 (3) 2.3.6 (2) is verplaatst naar 4.3.6 (3) 2.3.6.1 (2) is verplaatst naar 4.3.6.1 (3) 2.3.6.2 (2) is verplaatst naar 4.3.6.2 (3) 2.3.6.3 (2) is verplaatst naar 4.3.6.3 (3) 2.3.6.4 (2) is verplaatst naar 4.3.6.4 (3) 2.3.6.5 (2) is verplaatst naar 4.3.6.5 (3) 2.3.6.6 (2) is verplaatst naar 4.3.6.6 (3) 2.3.6.7 (2) is verplaatst naar 4.3.6.7 (3) 2.3.6.8 (2) is verplaatst naar 4.3.6.8 (3) 2.3.6.9 (2) is verplaatst naar 4.3.6.9 (3) 2.3.6.10 (2) is verplaatst naar 4.3.6.10 (3) 2.3.6.11 (2) is verplaatst naar 4.3.6.11 (3) 2.3.6.12 (2) is verplaatst naar 4.3.6.12 (3) 2.3.6.13 (2) is verplaatst naar 4.3.6.13 (3) 2.3.6.14 (2) is verplaatst naar 4.3.6.14 (3) 2.3.6.15 (2) is verplaatst naar 4.3.6.15 (3) 2.3.7 (2) is verplaatst naar 4.3.7 (3) 2.3.7.1 (2) is verplaatst naar 4.3.7.1 (3) 2.3.7.2 (2) is verplaatst naar 4.3.7.2 (3) 2.3.4.5 [verplaatst] 2.3.5 [vervallen] Eisen aan overige meetinrichtingen 2.3.5.1 [vervallen] Ten behoeve van de netbeheerder te registreren data: a. de tellerstanden van de meters voor één of twee telwerken (enkeltarief respectievelijk normaaltarief en laagtarief) met bijbehorende vermenigvuldigingsfactoren voor netaansluitingen kleiner dan of gelijk aan 3x80A op laagspanningsniveau; b. de tellerstanden van de meters voor één of twee telwerken (enkeltarief respectievelijk normaaltarief en laagtarief) met bijbehorende vermenigvuldigingsfactoren voor netaansluitingen groter dan 3x80A op laagspanningsniveau; c. indien van toepassing de kwmax binnen de gespecificeerde periode (kw); d. indien van toepassing de hoeveelheid uitgewisselde energie per netaansluiting binnen de gespecificeerde periode (kwh). 2.3.5.2 [vervallen] Bij de registratie van de in 2.3.5.1 genoemde uitgewisselde energie wordt onderscheid gemaakt naar de energie die de aangeslotene ontvangt voor één of twee telwerken (enkeltarief respectievelijk normaal tarief en laagtarief) en naar de energie die de aangeslotene levert voor één of twee telwerken (enkeltarief respectievelijk normaal tarief en laagtarief). 2.3.5.3 [verplaatst] 2.3.6 [verplaatst] 2.3.6.1 [verplaatst] 2.3.6.2 [verplaatst] 2.3.6.3 [verplaatst] 2.3.6.4 [verplaatst] 2.3.6.5 [verplaatst] 2.3.6.6 [verplaatst] 2.3.6.7 [verplaatst] 2.3.6.8 [verplaatst] 2.3.6.9 [verplaatst] 2.3.6.10 [verplaatst] 2.3.6.11 [verplaatst] 2.3.6.12 [verplaatst] 2.3.6.13 [verplaatst] 2.3.6.14 [verplaatst] 2.3.6.15 [verplaatst] 2.3.7 [verplaatst] 2.3.7.1 [verplaatst] 2.3.7.2 [verplaatst] 2.3.7.3 (2) is verplaatst naar 4.3.7.3 (3) 2.3.7.3 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 07-07-2011 pagina 10 van 71

2.3.7.4 (2) is verplaatst naar 4.3.7.4 (3) 2.3.7.5 (2) is verplaatst naar 4.3.7.5 (3) 2.3.7.6 (2) is verplaatst naar 4.3.7.6 (3) 2.3.7.4 [verplaatst] 2.3.7.5 [verplaatst] 2.3.7.6 [verplaatst] 2.4 (1) is vervallen 2.4 [vervallen] Meetinrichting in het overdrachtspunt van een aansluiting groter dan 3x80A 2.4.1 (1) is verplaatst naar 2.3.1.6 (2) verplaatst van 2.1.2 (2) naar 2.2.1 (3) + 2.4.1 (3) 2.4.1 [vervallen] Meetinrichtingen zoals bedoeld in 2.1.1 sub a en 2.1.1 sub b behorende bij een netaansluiting waarvan het gecontracteerd transportvermogen 0,1 MW of meer bedraagt, zijn dagelijks op afstand uitleesbaar. In het (de) overdrachtspunt(en) van een aansluiting groter dan 3x80A is een telemetriegrootverbruikmeetinrichting aanwezig. Besluit 101600/17; in werking 01-01-2004 verplaatst van 3.2.3 (1) naar 2.3.3.2 (2) Besluit 102867/23; in werking: 07-02-2009 verplaatst van 2.3.3.2 (2) naar 2.4.3 (3) Besluit 102867/23; in werking: 07-02-2009 Rectificatie op 102867/23: 16-11-2010 verplaatst van 2.3.3.2a (2) naar 2.4.4 (3) 2.4.2 In afwijking van 2.4.1 is in het (de) overdrachtspunt(en) van een aansluiting groter dan 3x80A waarbij het gecontracteerd transportvermogen kleiner is dan 0,1 MW met een aansluitcapaciteit kleiner dan of gelijk aan 100 kva, een profielgrootverbruikmeetinrichting aanwezig, tenzij de aangeslotene kiest voor een telemetriegrootverbruikmeetinrichting. 2.4.3 Blindenergie wordt niet gemeten bij aansluitingen waarvan het gecontracteerde vermogen minder dan 0,1 MW bedraagt met een aansluitcapaciteit kleiner dan of gelijk aan 100 kva en de aansluiting die alleen wordten gebruikt voor het afnemen van elektrische energie uit het net. 2.4.4 Bij aansluitingen waarvan het gecontracteerde transportvermogen groter, of gelijk aan 0,1 MW is met een aansluitcapaciteit groter dan 100 kva en bij aansluitingen die worden gebruikt voor het leveren van energie aan het net mag blindenergie worden gemeten. De meetinrichting is in dat geval uitgerust met één of meer kvarh-meters, waarmee per netaansluiting het aantal kvarh per maand wordt bepaald. 2.4.5 kwmax wordt gemeten op alle overdrachtspunten van grootverbruikaansluitingen waar op grond van 3.7 van de Tarievencode Elektriciteit de kwmax één van de tariefdragers is. 2.5 (1) is vervallen 2.5.1 (1) is verplaatst naar 2.3.6.1 (2) 2.5.2 (1) is verplaatst naar 2.3.6.2 (2) verplaatst van 2.1.3a (2) naar 2.5.2 (3) 2.5 [vervallen] Meetinrichting ten behoeve van een productie-installatie 2.5.1 [vervallen] Op de plaats waar een productie-installatie met de rest van de elektrische installatie is verbonden, is een productiemeetinrichting aanwezig. 2.5.2 [vervallen] Meetinrichtingen zoals bedoeld in 2.1.1 sub c, meten de opgewekte elektrische energie, aan de klemmen van de generator zoals bedoeld in 4.4.1 van de Tarievencode Elektriciteit. Indien er binnen de elektrische installatie waarvan de desbetreffende productie-installatie deel uitmaakt geen ander verbruik plaatsvindt dan het toelaatbaar bedrijfsverbruik, E tbv, zoals bedoeld in 4.4.1 van de Tarievencode Elektriciteit, kan, op verzoek van de aangeslotene, de meting van de opgewekte elektrische energie, E gen, zoals bedoeld in 4.4.1 van de Tarievencode Elektriciteit, plaatsvinden op de plaats waar de productie-installatie aan de rest van de desbetreffende elektrische installatie of rechtstreeks aan met het net is verbonden. 2.6 (1) is vervallen 2.6.1 (1) is verplaatst naar 2.3.6.3 (2) 2.6 [vervallen] Aanwijzing meterbeheerder 2.6.1 [verplaatst] De meterbeheerder van een meetinrichting in het (de) overdrachtspunt(en) van een aansluiting tussen twee netten is een door de beide netbeheerders aangewezen meetverantwoordelijke. 2.6.2 (1) is verplaatst naar 2.3.6.4 (2) Voorstel N 2011-523: 04-07-2011 2.6.2 [verplaatst] De meterbeheerder van een meetinrichting van een kleinverbruikaansluiting is de netbeheerder. 2.6.3 (1) is verplaatst naar 2.3.6.5 (2) verplaatst van 2.1.7 (2) naar 2.6.4 (3) 2.6.3 [verplaatst] De meterbeheerder van een meetinrichting van een grootverbruikaansluiting is de meetverantwoordelijke. 2.6.4 De netbeheerder beheert het eventueel aanwezige primaire deel van de comptabele meetinrichting tenzij de netbeheerder en de aangeslotene anders zijn overeengekomen. Dit is ook van toepassing op de meetinrichting bij een MS-aansluiting met fysieke levering op LS, zoals bedoeld in bijlage A5 van de Tarievencode Elektriciteit. 2.7 (1) is vervallen 2.7 [vervallen] 2.7.1 (1) is verplaatst naar 2.3.6.6 (2) 2.7.1 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 04-07-2011 pagina 11 van 71

2.7.2 (1) is verplaatst naar 2.3.6.7 (2) 2.7.2 [verplaatst] 2.8 (1) is vervallen 2.8 [vervallen] 2.8.1 (1) is verplaatst naar 2.3.6.8 (2) 2.8.1 [verplaatst] 2.8.2 (1) is verplaatst naar 2.3.6.9 (2) 2.8.2 [verplaatst] 2.8.3 (1) is verplaatst naar 2.3.6.10 (2) 2.8.3 [verplaatst] 2.9 (1) is vervallen 2.9 [vervallen] 2.9.1 (1) is verplaatst naar 2.3.6.11 (2) 2.9.1 [verplaatst] 2.9.2 (1) is verplaatst naar 2.3.6.12 (2) 2.9.2 [verplaatst] 2.9.3 (1) is verplaatst naar 2.3.6.13 (2) 2.9.3 [verplaatst] 2.10 (1) is vervallen 2.10 [vervallen] 2.10.1 (1) is verplaatst naar 2.3.6.14 (2) 2.10.1 [verplaatst] 2.10.2 (1) is verplaatst naar 2.3.6.15 (2) 2.10.2 [verplaatst] 2.11 (1) is vervallen 2.11 [vervallen] 2.11.1 (1) is verplaatst naar 2.3.3.3 (2) 2.11.1 [verplaatst] 2.12 (1) is vervallen 2.12 [vervallen] 2.12.1 (1) is verplaatst naar 2.3.2.1 (2) 2.12.1 [verplaatst] 2.12.2 (1) is verplaatst naar 2.3.2.2 (2) 2.12.2 [verplaatst] 3 Datacollectie door de erkende meetverantwoordelijke Uitrol van op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichtingen ten behoeve van kleinverbruikaansluitingen 3.1 (1) is vervallen 3.1.1 (1) is verplaatst naar 2.1.1 (2) 3.1 Datacollectie bij dagelijks op afstand uitleesbare meetinrichtingen Algemeen Dataverzameling 3.1.1 Er is sprake van een prioriteitsplaatsing indien de aangeslotene op zijn verzoek of op verzoek van een derde ten behoeve van zijn kleinverbruikaansluiting - voorafgaande aan de collectieve uitrol van op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichtingen in de desbetreffende wijk - de beschikking krijgt over een door of namens de netbeheerder geplaatste op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting. Besluit 100703/8; in werking: 01-01-2002 3.1.1a (1) is vervallen Besluit 101600/17; vervallen: 01-03-2004 3.1.1a [vervallen] 3.1.1.1 (2) is verplaatst naar 5.3.1 (3) 3.1.1.2 (2) is verplaatst naar 5.3.3 (3) 3.1.1.3 (2) is verplaatst naar 5.3.4 (3) verplaatst van 3.5.2 (1) naar 3.1.1.4 (2) 3.1.1.5 (2) is verplaatst naar 5.3.1 (3) 3.1.2 (1) is vervallen 3.1.2 (2) is verplaatst naar 7.1.1 (3) 3.1.2.1 (2) is verplaatst naar 7.1.1.1 (3) 3.1.1.1 [verplaatst] 3.1.1.2 [verplaatst] 3.1.1.3 [verplaatst] 3.1.1.4 [vervallen] Aan de in 2.3.4.1 genoemde data voegt de erkende meetverantwoordelijke de EANcode van de netaansluiting waar de meetinrichting bij hoort, alsmede de datum en de tijd waarop deze data van toepassing is, toe. 3.1.1.5 [verplaatst] Datavalidatie 3.1.2 Indien de aangeslotene dit verzoekt, komt hij in aanmerking voor een prioriteitsplaatsing. Voor de aanvraag van een prioriteitsplaatsing is paragraaf 3.2 van toepassing. 3.1.2.1 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 07-07-2011 pagina 12 van 71

3.1.2.2 (2) is verplaatst naar 7.1.1.2 (3) 3.1.3 (1) is vervallen 3.1.3 (2) is verplaatst naar 7.1.2 (3) 3.1.3.1 (2) is verplaatst naar 7.1.2.1 (3) 3.1.3.2 (2) is vervallen 3.1.3.3 (2) is verplaatst naar 7.1.2.2 (3) 3.1.3.4 (2) is verplaatst naar 7.1.2.3 (3) 3.1.3.6 (2) is verplaatst naar 7.1.2.4 (3) 3.1.3.7 (2) is verplaatst naar 7.1.2.5 (3) 3.1.3.8 (2) is verplaatst naar 7.1.2.6 (3) verplaatst van 3.10.1 (1) naar 3.1.4.1 (2) 3.1.4.1 (2) is vervallen 3.1.4.2 (2) is vervallen verplaatst van 3.11.1 (1) naar 3.1.4.3 (2) 3.1.4.3 (2) is vervallen verplaatst van 3.11.2 (1) naar 3.1.4.4 (2) 3.1.4.4 (2) is vervallen 3.1.2.2 [verplaatst] Dataoverdracht aan de netbeheerder 3.1.3 Er is sprake van een plaatsing door derden van een op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting indien een aangeslotene ten behoeve van zijn kleinverbruikaansluiting de beschikking krijgt over een door een meterplaatser geplaatste op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting. 3.1.3.1 [verplaatst] 3.1.3.2 [vervallen] De erkende meetverantwoordelijke verzendt de in 3.1.3.1 genoemde data aan de netbeheerder overeenkomstig hetgeen daaromtrent in 3.8 en 4.1 van de Systeemcode Elektriciteit is bepaald, waarbij voor erkende programmaverantwoordelijke dient te worden gelezen erkende meetverantwoordelijke. 3.1.3.3 [verplaatst] 3.1.3.4 [verplaatst] 3.1.3.5 [vervallen] De erkende meetverantwoordelijke ontvangt meetdata van een bepaalde dag, waarvan een erkende programmaverantwoordelijke op grond van 4.2.10 bij de netbeheerder om correctie heeft verzocht, vóór 10:00 uur op de achtste werkdag na de desbetreffende dag van de netbeheerder retour. 3.1.3.6 [verplaatst] 3.1.3.7 [verplaatst] 3.1.3.8 [verplaatst] Dataopslag, beveiliging en archivering 3.1.4 Voor het op verzoek van de aangeslotene door een ander dan de netbeheerder ter beschikking stellen van een door de netbeheerder te leveren op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting, is paragraaf 3.3 van toepassing. 3.1.4.1 [vervallen] De in 3.1.1.1 genoemde meetgegevens worden opgeslagen in niet-vluchtige databuffers. 3.1.4.2 [vervallen] Kennisneming van meetgegevens is voorbehouden aan die partijen die daartoe op grond van deze regeling, wetgeving en/of rechtsgeldig gesloten overeenkomsten zijn gerechtigd. 3.1.4.3 [vervallen] De meetgegevens zijn beveiligd tegen wijziging ervan. 3.1.4.4 [vervallen] De erkende meetverantwoordelijke bewaart de meetgegevens bedoeld in 3.1.1.1 gedurende een periode van zeven jaar. 3.1.5 Voor het op verzoek van de aangeslotene door een ander dan de netbeheerder ter beschikking stellen van een niet door de netbeheerder te leveren op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting, is paragraaf 3.4 van toepassing. 3.2 (1) is vervallen 3.2.1 (1) is verplaatst naar 2.3.4.1 (2) 3.2 Datacollectie bij overige meetinrichtingen Procedure prioriteitsplaatsing Dataverzameling 3.2.1 Indien de aangeslotene of een derde een prioriteitsplaatsing wenst, geeft de aangeslotene of diens gemachtigde de netbeheerder opdracht voor een prioriteitsplaatsing en verstrekt daarbij de volgende gegevens: a. de EAN-code van de aansluiting; Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 04-07-2011 pagina 13 van 71

b. de naam van de aangeslotene met wie de aansluit- en transportovereenkomst is gesloten, alsmede de adresgegevens, zijnde straatnaam, huisnummer met eventuele toevoegingen, postcode en plaatsnaam of eventuele alternatieve locatieaanduidingen, behorend bij het overdrachtspunt van de aansluiting; c. correspondentieadres en gegevens voor facturering van de kosten voor de prioriteitsplaatsing. 3.2.1.1 (2) is verplaatst naar 5.2.1 (3) 3.2.1.1 [verplaatst] Besluit 101921/3; in werking: 21-05-2005 3.2.1.1a (2) is vervallen 3.2.1.1a [vervallen] Indien een aangeslotene met een netaansluiting groter dan 3x80A op laagspanningsniveau en met een productie-installatie voor duurzame of wkk-elektriciteit in aanmerking wenst te komen voor garanties van oorsprong respectievelijk wkk-certificaten voor nietnetlevering, geschiedt uitlezing van de meetinrichtingen bedoeld in 2.1.1 sub b en c van deze regeling, zoals bedoeld in artikel 3, lid 1 van de Regeling garanties van oorsprong respectievelijk van de Regeling certificaten warmtekrachtkoppeling uiterlijk de eerste werkdag van de maand, waarbij de tijd tussen het uitlezen van de eerste en van de laatste van toepassing zijnde meetinrichting maximaal drie uur bedraagt. Besluit 101963/5; in werking: 18-06-2005 Besluit 102127/5; in werking: 01-04-2006 Besluit 102472/8; in werking: 11-03-2007 3.2.1.2 (2) is vervallen 3.2.1.2 [vervallen] De data bedoeld in 2.3.5.1 en 2.3.5.2 wordt voor netaansluitingen kleiner dan of gelijk aan 3x80A op laagspanningsniveau tenminste eenmaal per jaar, in de zes weken voorafgaande aan de maand die op grond van 2.1.2 sub c van de Informatiecode Elektriciteit en Gas is opgenomen in het aansluitingenregister, bepaald door de erkende meetverantwoordelijke. Besluit 101921/3; in werking: 21-05-2005 3.2.1.2a (2) is vervallen 3.2.1.2a [vervallen] Indien een aangeslotene met een netaansluiting kleiner dan of gelijk aan 3x80A op laagspanningsniveau en met een productie-installatie voor duurzame of wkk-elektriciteit in aanmerking wenst te komen voor garanties van oorsprong respectievelijk wkk-certificaten voor nietnetlevering, geschiedt uitlezing van de meetinrichting(en) bedoeld in 2.1.1 sub b en c van deze regeling zoals bedoeld in artikel 3, lid 1 van de Regeling garanties van oorsprong respectievelijk de Regeling certificaten warmtekrachtkoppeling tegelijk met de jaarlijkse bepaling van de meterstand zoals bedoeld in 3.2.1.2, waarbij de tijd tussen het uitlezen van de eerste en van de laatste van toepassing zijnde meetinrichting maximaal drie uur bedraagt. 3.2.1.3 (2) is verplaatst naar 5.2.2 (3) 3.2.1.4 (2) is verplaatst naar 5.2.3 (3) 3.2.1.5 (2) is verplaatst naar 5.1.1 (3) +5.2.4 (3) 3.2.2 (1) is verplaatst naar 2.3.3.1 (2) 3.2.2.1 (2) is verplaatst naar 7.1.1.4 (3) 3.2.2.2 (2) is verplaatst naar 7.1.1.5 (3) 3.2.2.3 (2) is verplaatst naar 7.1.1.6 (3) 3.2.2.4 (2) is verplaatst naar 7.1.1.7 (3) 3.2.3 (2) is vervallen 3.2.1.3 [verplaatst] 3.2.1.4 [verplaatst] 3.2.1.5 [verplaatst] Datavalidatie 3.2.2 De netbeheerder controleert of: a. de melding aan de juiste netbeheerder is gedaan; b. het een aansluiting betreft die in aanmerking komt voor plaatsing van een op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting; c. er op de desbetreffende aansluiting nog geen op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting is geplaatst; d. plaatsing van de meter op het adres niet binnen drie maanden is ingepland door de netbeheerder; e. voor zover dit op afstand is te bepalen: of plaatsing van de meter technisch mogelijk is; f. voor zover dit op afstand is te bepalen: of plaatsing van de meter financieel redelijk is en of dit in verhouding staat tot potentiële energiebesparingen. 3.2.2.1 [verplaatst] 3.2.2.2 [verplaatst] 3.2.2.3 [verplaatst] 3.2.2.4 [verplaatst] Dataoverdracht aan de netbeheerder 3.2.3 Het resultaat van de in 3.2.2 genoemde vaststelling wordt binnen 5 werkdagen na de in 3.2.1 bedoelde aanvraag meegedeeld aan de aangeslotene. Indien niet aan alle in 3.2.2 genoemde criteria wordt voldaan, wordt de procedure prioriteitsplaatsing gestopt. 3.2.3.1 (2) is verplaatst naar 7.1.2.7 (3) 3.2.3.1 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 07-07-2011 pagina 14 van 71

Besluit 101921/3; in werking: 21-05-2005 Besluit 102127/5; in werking: 01-04-2006 3.2.3.1a (2) is vervallen 3.2.3.1a [vervallen] De data bedoeld in 3.2.1.1a wordt maandelijks aan de netbeheerder verstrekt. Deze dataoverdracht vindt plaats uiterlijk op de tiende werkdag na de dag van vaststelling zoals bedoeld in 3.2.2.3. 3.2.3.2 (2) is verplaatst naar 7.1.2.8 (3) 3.2.4 (2) is vervallen Besluit 101921/3; in werking: 21-05-2005 3.2.4.1 (2) is vervallen 3.2.3.2 [verplaatst] Dataopslag, beveiliging en archivering 3.2.4 De netbeheerder neemt binnen 3 maanden na de in 3.2.1 bedoelde aanvraag de oude meetinrichting weg en plaatst de nieuwe op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting. 3.2.4.1 [vervallen] De in 3.2.1.1, 3.2.1.1a, 3.2.1.2 en 3.2.1.2a bedoelde data wordt opgeslagen in nietvluchtige databuffers. 3.2.4.2 (2) is verplaatst naar 5.2.5 (3) + 5.3.5 (3) 3.2.4.2 [verplaatst] 3.2.4.3 (2) is verplaatst naar 5.1.5 (3) + 5.2.6 (3) 3.2.4.3 [verplaatst] + 5.3.6 (3) 3.2.4.4 (2) is verplaatst naar 5.2.7 (3) + 5.3.7 (3) 3.2.4.4 [verplaatst] 3.2.5 De in 3.2.4 genoemde verplichting van de netbeheerder vervalt indien het niet lukt om een afspraak over de plaatsing te maken met de aangeslotene of indien de aangeslotene zich niet houdt aan de gemaakte afspraak. 3.2.6 Nadat geconstateerd is dat de nieuwe meetinrichting gedurende 5 aaneengesloten dagen op afstand uitleesbaar is, wordt de aanwezigheid van de slimme meter door de netbeheerder verwerkt in zijn aansluitingenregister. 3.3 (1) is vervallen 3.3 (2) is verplaatst naar 5.4 (3) 3.3.1 (1) is verplaatst naar 2.3.4.3 (2) 3.3.1 (2) is verplaatst naar 5.4.1 (3) 3.3.1.1 (2) is verplaatst naar 5.4.1.1 (3) 3.3.2 (1) is verplaatst naar 2.3.4.4 (2) 3.3.2 (2) is verplaatst naar 5.4.2 (3) 3.3.2.1 (2) is verplaatst naar 5.4.2.1 (3) 3.3.2.2 (2) is verplaatst naar 5.4.2.2 (3) 3.3 Storingen in de datacollectie bij dagelijks op afstand uitleesbare meetinrichtingen Procedure plaatsing door derden van een door de netbeheerder geleverde meetinrichting Verschillen 3.3.1 Een ander dan de netbeheerder die op verzoek van de aangeslotene, conform artikel 26ad, lid 6 of artikel 26ae, lid 7 van de Wet, er zorg voor draagt dat de afnemer beschikt over een op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting meldt de voorgenomen plaatsing van een door de netbeheerder te leveren op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting aan de netbeheerder en verstrekt daarbij de volgende gegevens: a. de EAN-code van de aansluiting; b. de Naam van de aangeslotene met wie de aansluit- en transportovereenkomst is gesloten, alsmede de adresgegevens, zijnde straatnaam, huisnummer met eventuele toevoegingen, postcode en plaatsnaam of eventuele alternatieve locatieaanduidingen, behorend bij het overdrachtspunt van de aansluiting; c. naam en contactgegevens van de meterplaatser; d. naam en contactgegevens van de aanvrager. 3.3.1.1 [verplaatst] Verplichtingen van erkende meetverantwoordelijke bij het op afstand uitlezen 3.3.2 De netbeheerder controleert of: a. de melding aan de juiste netbeheerder is gedaan; b. het een aansluiting betreft die in aanmerking komt voor plaatsing van een op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting; c. er op de desbetreffende aansluiting nog geen op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting is geplaatst; d. plaatsing van de meter op het adres niet binnen drie maanden is ingepland door de netbeheerder; e. de meterplaatser is erkend. 3.3.2.1 [verplaatst] 3.3.2.2 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 04-07-2011 pagina 15 van 71

verplaatst van 3.10.4 (1) naar 3.3.2.3 (2) 3.3.3 (1) is verplaatst naar 2.3.4.5 (2) 3.3.3 (2) is verplaatst naar 5.4.3 (3) 3.3.3.1 (2) is verplaatst naar 5.4.3.1 (3) 3.3.3.2 (2) is verplaatst naar 5.4.3.2 (3) 3.3.3.3 (2) is verplaatst naar 7.1.2.9 (3) 3.3.3.4 (2) is verplaatst naar 7.1.2.10 (3) Overbodig door nieuwe tekst van 5.4.2.2. 3.3.3.6 (2) is verplaatst naar 5.4.3.3 (3) 3.3.3.7 (2) is verplaatst naar 5.4.3.4 (3) 3.3.3.8 (2) is verplaatst naar 7.1.2.11 (3) 3.3.3.9 (2) is vervallen 3.3.3.10 (2) is verplaatst naar 5.4.3.5 (3) + 7.1.2.12 (3) 3.3.3.11 (2) is verplaatst naar 5.4.3.6 (3) + 7.1.2.13 (3) 3.3.4.1 (2) is verplaatst naar 7.1.2.14 (3) 3.3.4.2 (2) is verplaatst naar 7.1.2.15 (3) 3.3.2.3 [vervallen] De werkwijze van de erkende meetverantwoordelijke voorziet in een maximale tijdsduur tussen het tijdstip dat een storing wordt geconstateerd en het tijdstip van uitlezing ter plaatse. Bij het vaststellen van die tijdsduur houdt de erkende meetverantwoordelijke rekening met de opslagcapaciteit van de databuffers. Datareparatie 3.3.3 Het resultaat van de in 3.3.2 genoemde vaststelling wordt binnen vijf werkdagen na de in 3.3.1 bedoelde melding door de netbeheerder meegedeeld aan de ander dan de netbeheerder die op verzoek van de aangeslotene conform artikel 26ad, lid 6 of artikel 26ae, lid 7 van de Wet, er zorg voor draagt dat de afnemer beschikt over een op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting. Indien niet aan alle in 3.3.2 genoemde criteria wordt voldaan, wordt de procedure plaatsing door derden van een door de netbeheerder geleverde meetinrichting gestopt door de netbeheerder. 3.3.3.1 [verplaatst] 3.3.3.2 [verplaatst] 3.3.3.3 [verplaatst] 3.3.3.4 [verplaatst] 3.3.3.5 [vervallen] Indien het ontbreken van correcte data wordt veroorzaakt door een fout in de datacommunicatie, wordt de in de buffer aanwezige data ter plaatse uitgelezen. 3.3.3.6 [verplaatst] 3.3.3.7 [verplaatst] 3.3.3.8 [verplaatst] 3.3.3.9 [vervallen] Alle op grond van 3.3.3.4 tot en met 3.3.3.8 gerepareerde meetdata wordt overeenkomstig 3.1.2 gevalideerd door de erkende meetverantwoordelijke alvorens als definitief te kunnen worden vastgesteld. 3.3.3.10 [verplaatst] 3.3.3.11 [verplaatst] Melding van onvolkomenheden aan de meetinrichting en/of datacollectie 3.3.4 De meterplaatser neemt binnen vijftien werkdagen na de in 3.3.3 bedoelde melding contact op met de netbeheerder voor het maken van afspraken over de verwijdering en plaatsing. 3.3.4.1 [verplaatst] 3.3.4.2 [verplaatst] 3.3.5 De netbeheerder verstrekt uiterlijk vijf werkdagen voor de conform 3.3.4 geplande plaatsing: a. de te plaatsen op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting met de daarbij behorende gebruiks-, montage- en transportinstructies b. de meterwisselgegevens: - het meternummer van de huidige meetinrichting; - de marge waarbinnen de tellerstand(en) van de huidige meetinrichting moeten liggen ten tijde van de plaatsing. 3.3.6 De meterplaatser controleert of de vastgelegde tellerstanden van de oude meetinrichting zich binnen de in 3.3.5 bedoelde marge bevinden en of het meternummer van de oude meetinrichting klopt. Indien dat niet het geval is, neemt de meterplaatser contact op met de netbeheerder. 3.3.7 De meterplaatser neemt de oude meetinrichting weg en plaatst de door de netbeheerder verstrekte op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting 3.3.8 De meterplaatser legt ter plekke vast: a. de naam van de aangeslotene met wie de aansluit- en transportovereenkomst is gesloten, alsmede de adresgegevens, zijnde straatnaam, huisnummer met eventuele toevoegingen, Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 07-07-2011 pagina 16 van 71

postcode en plaatsnaam of eventuele alternatieve locatieaanduidingen, behorend bij het overdrachtspunt van de aansluiting b. de datum van de meterwisseling c. het meternummer en de tellerstand(en) van de oude meetinrichting d. het meternummer en de tellerstand(en) van de nieuwe meetinrichting en laat de aangeslotene met het plaatsen van zijn/haar handtekening verklaren dat hij/zij akkoord gaat met bovengenoemde gegevens. 3.3.9 Indien de aangeslotene niet verklaart dat de tellerstand(en) van de oude meetinrichting juist zijn, zorgt de meterplaatser voor een foto met tellerstanden en meternummer. 3.3.10 De meterplaatser verzendt de in 3.3.8 genoemde gegevens binnen één werkdag na de dag van plaatsing in een door de gezamenlijke netbeheerders opgesteld format voor elektronische gegevensuitwisseling aan de netbeheerder. 3.3.11 De meterplaatser levert de oude meetinrichting conform de in 3.3.4 genoemde afspraken af bij de netbeheerder. 3.3.12 De netbeheerder controleert of de nieuwe meetinrichting gedurende vijf aaneengesloten dagen op afstand uitleesbaar is. Indien dit niet het geval is wordt de meterplaatser in de gelegenheid gesteld om het probleem uiterlijk binnen tien werkdagen op te lossen. 3.3.13 Nadat geconstateerd is dat de nieuwe meetinrichting gedurende vijf aaneengesloten dagen op afstand uitleesbaar is, wordt de plaatsing geaccepteerd door de netbeheerder en wordt de aanwezigheid van de slimme meter door de netbeheerder verwerkt in zijn aansluitingenregister 3.3.14 De netbeheerder neemt, na acceptatie, de nieuw geplaatste op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting in beheer en betaalt de bij of krachtens de Wet daartoe vastgestelde vergoeding. 3.3.15 De netbeheerder bewaart de op grond van 3.3.10 ontvangen gegevens tenminste twee jaar. 3.4 (1) is vervallen 3.4.1 (1) is verplaatst naar 2.3.4.2 (2) 3.4.2 (1) is verplaatst naar 2.3.3.4 (2) 3.4 [vervallen] Procedure plaatsing door derden van een niet door de netbeheerder geleverde meetinrichting 3.4.1 [vervallen] Een ander dan de netbeheerder die op verzoek van de aangeslotene conform artikel 26ad, lid 6 of artikel 26ae, lid 7 van de Wet, er zorg voor draagt dat de afnemer beschikt over een op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting meldt de voorgenomen plaatsing van een niet door de netbeheerder geleverde op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting aan de netbeheerder en verstrekt daarbij de volgende gegevens: a. de EAN-code van de aansluiting; b. de naam van de aangeslotene met wie de aansluit- en transportovereenkomst is gesloten, alsmede de adresgegevens, zijnde straatnaam, huisnummer met eventuele toevoegingen, postcode en plaatsnaam of eventuele alternatieve locatieaanduidingen, behorend bij het overdrachtspunt van de aansluiting; c. naam en contactgegevens van de meterplaatser; d. merk en type-aanduiding van de te plaatsen op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting; e. naam en contactgegevens van de aanvrager. 3.4.2 [vervallen] De netbeheerder stelt vast of: a. de melding aan de juiste netbeheerder is gedaan; b. het een aansluiting betreft die in aanmerking komt voor plaatsing van een op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting; c. er op de desbetreffende aansluiting nog geen op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting is geplaatst; d. plaatsing van de meter op het adres niet binnen drie maanden is ingepland door de netbeheerder; e. de meterplaatser erkend is; f. de te plaatsen op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting voldoet aan de bij of krachtens de in het Besluit op afstand uitleesbare meetinrichtingen gestelde eisen en of deze meetinrichting informatie kan uitwisselen met (het informatiesysteem van) de netbeheerder zonder dat dit specifieke aanpassingen aan het informatie- c.q. uitleessysteem van de betreffende netbeheerder behoeft. 3.4.3 Het resultaat van de in 3.4.2 genoemde vaststelling wordt binnen vijf werkdagen na de in 3.4.1 bedoelde melding meegedeeld aan de ander dan de netbeheerder die op verzoek van de aangeslotene conform artikel 26ad, lid 6 of artikel 26ae, lid 7 van de Wet, er zorg voor draagt dat de afnemer beschikt over een op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting. Indien niet aan alle in 3.4.2 genoemde criteria wordt voldaan, wordt de procedure plaatsing door derden van een niet door de netbeheerder geleverde meetinrichting gestopt. Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 04-07-2011 pagina 17 van 71

3.4.4 De meterplaatser neemt binnen 15 werkdagen na de in 3.4.3 bedoelde melding contact op met de netbeheerder voor het maken van afspraken over de verwijdering en plaatsing en over de toegankelijkheid van de communicatievoorziening. 3.4.5 De netbeheerder verstrekt uiterlijk 5 werkdagen voor de conform 3.4.4 geplande plaatsing de meterwisselgegevens: - het meternummer van de huidige meetinrichting; - de marge waarbinnen de tellerstand(en) van de huidige meetinrichting moeten liggen ten tijde van de plaatsing. 3.4.6 De meterplaatser controleert of de vastgelegde tellerstanden van de oude meetinrichting zich binnen de in 3.4.5 bedoelde marge bevinden en of het meternummer van de oude meetinrichting klopt. 3.4.7 De meterplaatser neemt de oude meetinrichting weg en plaatst de op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting. 3.4.8 De meterplaatser legt ter plekke vast: a. de Naam van de aangeslotene met wie de aansluit- en transportovereenkomst is gesloten, alsmede de adresgegevens, zijnde straatnaam, huisnummer met eventuele toevoegingen, postcode en plaatsnaam of eventuele alternatieve locatieaanduidingen, behorend bij het overdrachtspunt van de aansluiting; b. de datum en de tijd van de meterwisseling; c. het meternummer en de tellerstand(en) van de oude meetinrichting; d. serienummer, metercode en bouwjaar van de nieuwe meetinrichting; e. de tellerstand(en) van de nieuwe meetinrichting; en laat de aangeslotene met het plaatsen van zijn/haar handtekening verklaren dat hij/zij akkoord gaat met bovengenoemde gegevens 3.4.9 Indien de aangeslotene niet verklaart dat de tellerstand(en) van de oude meetinrichting juist zijn, zorgt de meterplaatser voor een foto met tellerstanden en meternummer. 3.4.10 De meterplaatser verzamelt de additionele gegevens die de netbeheerder nodig heeft voor het in 3.9.1.1 van de Informatiecode Elektriciteit en Gas bedoelde bericht, te weten: voor elk telwerk van de geplaatste of gewijzigde meetinrichting, indien van toepassing, de volgende gegevens: - de telwerkindicatie; - de tariefzone; - de energierichting; - de meeteenheid; - het aantal posities voor de komma; - de vermenigvuldigingsfactor. 3.4.11 De meterplaatser verzamelt de gegevens die nodig zijn voor het functioneren van de meetinrichting met inbegrip van het tot stand komen van de communicatie. 3.4.12 De meterplaatser verzendt de in 3.4.8, 3.4.10 en 3.4.11 genoemde gegevens binnen één werkdag na de dag van plaatsing in een door de gezamenlijke netbeheerders opgesteld format voor elektronische gegevensuitwisseling aan de netbeheerder. 3.4.13 De netbeheerder controleert of de nieuwe meetinrichting gedurende vijf aaneengesloten dagen op afstand uitleesbaar is. Indien dit niet het geval is wordt de meterplaatser in de gelegenheid gesteld om het probleem uiterlijk binnen tien werkdagen op te lossen.. 3.4.14 Nadat geconstateerd is dat de nieuwe meetinrichting gedurende vijf aaneengesloten dagen op afstand uitleesbaar is, wordt de plaatsing geaccepteerd door de netbeheerder en wordt de aanwezigheid van de slimme meter door de netbeheerder verwerkt in zijn aansluitingenregister. 3.4.15 De netbeheerder neemt, na acceptatie, de nieuw geplaatste op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting in beheer en betaalt de bij of krachtens de Wet daartoe vastgestelde vergoeding. 3.5 (1) is vervallen 3.5 [vervallen] 3.5.1 (1) is verplaatst naar 3.1.1.1 (2) 3.5.1 [verplaatst] 3.5.2 (1) is verplaatst naar 3.1.1.4 (2) 3.5.2 [verplaatst] 3.5.3 (1) is vervallen 3.5.3 [verplaatst] 3.5.4 (1) is verplaatst naar 3.1.1.5 (2) 3.5.4 [verplaatst] 3.6 (1) is verplaatst naar 4.3 (2) 3.6 [vervallen] 3.6.1 (1) is verplaatst naar 4.1.3 (2) 3.6.1 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 07-07-2011 pagina 18 van 71

3.6.2 (1) is verplaatst naar 4.2.8 (2) 3.6.2 [verplaatst] 3.6.3 (1) is verplaatst naar 4.3.1 (2) 3.6.3 [verplaatst] 3.6.4 (1) is verplaatst naar 4.3.2 (2) 3.6.4 [verplaatst] 3.6.5 (1) is verplaatst naar 4.3.3 (2) 3.6.5 [verplaatst] 3.6.6 (1) is verplaatst naar 4.3.4 (2) 3.6.6 [verplaatst] 3.6.7 (1) is verplaatst naar 4.3.5 (2) 3.6.7 [verplaatst] 3.6.8 (1) is verplaatst naar 4.2.6 (2) 3.6.8 [verplaatst] 3.6.9 (1) is verplaatst naar 4.2.11 (2) 3.6.9 [verplaatst] 3.6.10 (1) is verplaatst naar 4.3.6 (2) 3.6.10 [verplaatst] 3.6a (1) is verplaatst naar 4.4 (2) 3.6a [verplaatst] 3.6a.1 (1) is verplaatst naar 4.4.1 (2) 3.6a.1 [verplaatst] 3.6a.2 (1) is verplaatst naar 4.4.2 (2) 3.6a.2 [verplaatst] 3.6a.3 (1) is verplaatst naar 4.4.3 (2) 3.6a.3 [verplaatst] 3.6a.4 (1) is verplaatst naar 4.4.4 (2) 3.6a.4 [verplaatst] 3.7 (1) is vervallen 3.7 [vervallen] 3.7.1 (1) is verplaatst 4.1.1 (2) 3.7.1 [verplaatst] 3.7.2 (1) is verplaatst naar 4.2.1 (2) + 4.2.2 (2) 3.7.2 [verplaatst] 3.7.3 (1) is verplaatst naar 4.2.3 (2) 3.7.3 [verplaatst] 3.8 (1) is vervallen 3.8 [vervallen] 3.8.1 (1) is verplaatst naar 4.1.4 (2) 3.8.1 [verplaatst] 3.9 (1) is vervallen 3.9 [vervallen] 3.9.1 (1) is verplaatst naar 3.3.1.1 (2) 3.9.1 [verplaatst] 3.9.2 (1) is vervallen 3.9.2 [vervallen] 3.9.3 (1) is vervallen 3.9.3 [vervallen] 3.10 (1) is vervallen 3.10 [vervallen] 3.10.1 (1) is verplaatst naar 3.1.4.1 (2) 3.10.1 [verplaatst] 3.10.2 (1) is verplaatst naar 3.3.2.1 (2) 3.10.2 [verplaatst] 3.10.3 (1) is verplaatst naar 3.3.2.2 (2) 3.10.3 [verplaatst] 3.10.4 (1) is verplaatst naar 3.3.2.3 (2) 3.10.4 [verplaatst] 3.11 (1) is vervallen 3.11 [vervallen] 3.11.1 (1) is verplaatst naar 3.1.4.3 (2) 3.11.1 [verplaatst] 3.11.2 (1) is verplaatst naar 3.1.4.4 (2) 3.11.2 [verplaatst] 3.12 (1) is verplaatst naar 4.6 (2) 3.12 [verplaatst] 3.12.1 (1) is verplaatst naar 4.6.1 (2) 3.12.1 [verplaatst] 3.12.2 (1) is verplaatst naar 4.6.2 (2) 3.12.2 [verplaatst] 3.12.3 (1) is verplaatst naar 4.6.3 (2) 3.12.3 [verplaatst] 3.12.4 (1) is verplaatst naar 4.6.4 (2) 3.12.4 [verplaatst] 3.12.5 (1) is verplaatst naar 4.6.5 (2) 3.12.5 [verplaatst] Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 04-07-2011 pagina 19 van 71

4 (1) is verplaatst naar 5 (2) 4 (2) is verplaatst naar 7.2 (3) 4 Eisen aan meetinrichtingen 4.1 (1) is verplaatst naar 5.2 (2) 4.1 (2) is verplaatst naar 7.2.1 (3) 4.1.1 (1) is verplaatst naar 5.2.1 (2) 4.1.1 (2) is verplaatst naar 7.2.1.1 (3) verplaatst van 2.3.1.1 (2) naar 4.1.1.1 (3) verplaatst van 2.4.1 (1) naar 2.3.1.6 (2) verplaatst van 2.3.1.6 (2) naar 4.1.1.2 (3) 4.1.2 (1) is verplaatst naar 5.2.2 (2) 4.1.2 (2) is verplaatst naar 7.2.1.2 (3) verpl. van 2.2.1 (1) + 2.2.2 (1) naar 2.3.1.2 (2) verplaatst van 2.3.1.2 (2) naar 4.1.2.1 (3) verplaatst van 2.3.1.3 (2) naar 4.1.2.2 (3) verplaatst van 2.3.1.4 (2) naar 4.1.2.3 (3) verplaatst van 2.3.1.5 (2) naar 4.1.2.4 (3) 4.1 Algemeen 4.1.1 Ontwerp, plaatsing en onderhoud 4.1.1.1 De capaciteit, het ontwerp en de aanleg van de meetinrichting, met inbegrip van het primaire deel van de meetinrichting, zijn in overeenstemming met de op aansluitcapaciteit van de desbetreffende netaansluiting gecontracteerde transportcapaciteit, dan wel met de doorlaatwaarden van de netaansluiting. 4.1.1.2 De meetinrichting wordt zodanig onderhouden, dat zij voortdurend aan de in deze regeling opgenomen eisen voldoet. 4.1.2 Verzegelingen 4.1.2.1 Onverminderd de verzegelingen op grond van de Metrologiewet wordt de meetinrichting door de erkende meetverantwoordelijke meterbeheerder zodanig verzegeld dat niet in de meetinrichting kan worden ingegrepen zonder de verzegeling te verbreken. 4.1.2.2 De verzegeling bestaat uit een hardwarematige en/of een daaraan gelijkwaardige softwarematige verzegeling. Softwarematige verzegelingen worden tenminste eenmaal per twee jaar gewijzigd. 4.1.2.3 De hardwarematige zegels dragen een kenmerk van de erkende meetverantwoordelijke meterbeheerder en de functionaris die het zegel heeft aangebracht. 4.1.2.4 De erkende meetverantwoordelijke meterbeheerder heeft een zegeltangadministratie en een schriftelijke instructie voor het gebruik van zegeltangen en zegels. 4.1.2.5 Verzegelingen die door of vanwege de meterbeheerder zijn aangebracht op de meetinrichting worden niet geschonden of verbroken tenzij de meterbeheerder uitdrukkelijk toestemming geeft tot het verbreken van de verzegeling. 4.1.3 (2) is verplaatst naar 7.2.1.3 (3) 4.1.4 (2) is verplaatst naar 7.2.1.4 (3) Besluit 101963/5; in werking: 18-06-2005.. 4.1.5 (2) kan vervallan wegens wijziging van art. 31c E-wet 4.1.3 [verplaatst] 4.1.4 [verplaatst] 4.1.5 [vervallen] Voor een aangeslotene die voldoet aan het bepaalde in artikel 31c lid 2 van de Wet en die zijn voornemen tot invoeding conform 2.1.5.1 van de Netcode Elektriciteit bij de netbeheerder heeft kenbaar gemaakt, berekent de netbeheerder de gegevens als bedoeld in 4.5.1 door de geleverde hoeveelheid elektriciteit te verminderen met de teruggeleverde hoeveelheid elektriciteit. 4.2 (1) is vervallen 4.2 (2) is verplaatst naar 7.2.2 (3) 4.2.1 (1) is vervallen 4.2.1 (2) is verplaatst naar 7.2.2.1 (3) 4.2.1.1 (1) is vervallen Besluit 101963/5; in werking: 18-06-2005 verplaatst van 2.3.5.3 (2) naar 4.2.1.2 (3) 4.2 Eisen aan kleinverbruikmeetinrichtingen 4.2.1 Eisen aan niet op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichtingen 4.2.1.1 [vervallen] De niet op afstand uitleesbare kleinverbruikmeetinrichting geeft de tellerstanden weer voor één of twee telwerken (enkeltelwerk respectievelijk normaaltelwerk en laagtelwerk) per energierichting met bijbehorende vermenigvuldigingsfactoren. 4.2.1.2 Indien bij een netaansluiting met een doorlaatwaarde kleiner dan of gelijk aan 3x80A op laagspanningsniveau op het moment van inwerkingtreding van deze bepaling een Ferrarismeter met of zonder terugloopblokkering dan wel een elektronische éénrichtingmeter aanwezig is, en er op de desbetreffende netaansluiting op enig moment sprake is van zowel levering als teruglevering van elektriciteit, is het, in afwijking van 2.3.5.2 4.2.1.1, toegestaan deze Ferrarismeter met of Meetcode Elektriciteit geldend per 02-09-2010 met wijzigingsvoorstellen t/m 07-07-2011 pagina 20 van 71