Montage- en onderhoudsvoorschrift



Vergelijkbare documenten
Bedieningsvoorschrift

/2000 BE (NL)

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschriften

Installatie-instructie

Cerapur TOP 30-3 ZWB TOP 30/42-3 ZWB TOP 28-3 ZSB TOP 42 ZB. condensatieketels met gestuwde afvoer

Bedieningsvoorschriften

Bedieningshandleiding

NE1.1. Neutralisatie-eenheid. Voor gebruik bij condensatieketels voor gas. Installatie- en onderhoudshandleiding voor de installateur

Nefit Economy cv-boilers

Montagevoorschrift. UBA3-module xm10 voor montage in de verwarmingsketel evenals voor wandmontage /2004 NL Voor de vakman

/2000 BE (NL)

Kortsluiting van de aanvoer- Defecte of niet (goed) aangesloten aanvoer- of retourtemperatuursensor. Geen doorstroming

Inbedrijfstelling. Checklist. Voor de installateur AAN DE INSTALLATEUR

Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234X TH van Buderus werd volgens de laatste technologische ontwikkelingen en de meest recente veiligheid

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

Nefit EcomLine HR. Gebruikersinstructie. Nefit houdt Nederland warm

Gebruikers- en service-instructie

Bedieningsinstructie

Installatie-instructie

/2000 NL Voor de vakman. Montagevoorschrift. Snelmontagesysteem voor verwarmingskring Logano G115. Zorgvuldig lezen vóór de montage

Montage- en onderhoudsvoorschrift

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

Het cascadesysteem. in één compact toestel

Bedieningsvoorschrift

Bedienings- en servicehandleiding

Montage- en onderhoudsvoorschrift

Montage- en onderhoudsvoorschrift

Installatie-instructie

Voor de gebruiker. Gebruikersinstructie. Nefit Economy VR(C) 24 Nefit Economy VR(C) 24S Nefit Economy VRC 24/CW4

Montage-instructie. Gasregelblok DDC (05/2008)

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

1. Voorschriften, richtlijnen. Het gebruik van de ketel: Inhoud Pagina De verwarmingsinstallatie moet eenmaal per jaar

Montagevoorschrift. Snelmontagesysteem voor verwarmingskring en veiligheidsset Logano G /2000 NL Voor de vakman

GEBRUIKERSINSTRUCTIE. NEFIT EcomLine VRC 24V en VRC 24VS INSTALLATEUR. Low NOx gaswandtoestel met warmwatervoorziening TELEFOON

Rookgascollector voor een installatie met 2 ketels

VIESMANN VITODENS 200-W

MYSON. Kickspace 500, 600 & 800. Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften. Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden

Product-Data-Blad. Avanta CW6. De compacte ketel met grootse prestaties

Montage-instructie. Branderset Hoog rendement Gaswandketel

VIESMANN. Montagehandleiding VITOCROSSAL 200. voor de vakman. Vitocrossal 200 type CM2, 87 tot 311 kw HR-gasketel met MatriX-stralingsbrander

Bedieningsvoorschrift

Handleiding voor ombouw van Aardgas naar Propaan

Gasabsorptiewarmtepomp O. Inbedrijfstellingsprotocol Logatherm GWPL (2013/08) BE

Gasdiafragma vervangen

Neutralisatie-eenheid

SENTRY ELEKTRISCHE BOILERS

voorschrift Voor de installateur Interface 0-10 V --> ebus AAN DE INSTALLATEUR

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: voor de vakman

Vervanging aanvoerleiding, warmtewisselaar en retourleiding. voor Vitodens, Vitosolar 200-F, Vitotwin 300-W en Vitovalor 300-P

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W, type WB1C

Voor de gebruiker. Gebruiksaanwijzing. allstor. Bufferboiler

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur

Cascade-opstelling Nefit EcomLine HR pakket L2A. Lijnopstelling

Rookgascollector voor een installatie met 2 ketels

Montage-instructie. Nefit TopLine Aansluitset cv/ww

VIESMANN. Montagehandleiding. Regeling vervangen. Veiligheidsvoorschriften. Vitodens openen. voor de vakman. voor Vitodens 100-W

Heteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN

Montage-, onderhouds- en bedieningsvoorschrift

VIESMANN VITOLADENS 300-C Condenserende olieketel 12,9 tot 28,9 kw

Installatietekening. Wasautomaat PW 6107 G. nl - NL M.-Nr / 01

Vervanging aanvoerleiding, warmtewisselaar en retourleiding. voor Vitodens, Vitosolar 200-F, Vitotwin 300-W en Vitovalor 300-P

Twister Condenserende HR RVS boiler

Bedieningsvoorschrift

Nederland. Condenserende gaswandketels. Calenta. Serviceset instructies AA

Terugstroombeveiliging voor ecotec/5

Erratablad Comfort Classic

NL Montageaanwijzingen

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

ZEUS PYRO. Werking volgens onderdruk principe. Rendement 82-90% Geringe afmetingen. Ingebouwde veiligheidskoelspiraal

Montage- en onderhoudsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift

Montage- en onderhoudsvoorschriften

Nefit houdt Nederland warm. Gebruikersinstructie. Nefit Economy HR

Montage-en onderhoudsvoorschrift

SGE. warmtewisselaar SGE - 40/60. Innovation has a name.

R600 IP/ZW Technische documentatie Tapwater- en zwembadketel

Installatie-instructie voor de installateur

Nederlands 11/10/06 GSR 330 N. Gasketel 30 C. Gebruiksaanwijzing.

ONDERHOUD GASLUCHTVERWARMERS

Bedieningsvoorschrift

SGE. warmtewisselaar SGE - 40/60. Innovation has a name.

Montage- en gebruiksaanwijzing

CV module Plus Installatievoorschriften

Augustus 2013 Pagina 1

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie

Beleef de vooruitgang: energiebesparend, milieuvriendelijk en comfortabel.

Gasabsorptiewarmtepomp O. Inbedrijfstellingsprotocol Logatherm GWPL (2013/06) NL

HeatMaster. Montage- en installatiehandleiding. 201 Booster. HeatMaster. 200N (Gas) Booster. HeatMaster ENGLISH FRANCAIS NEDERLANDS ITALIANO NL 1

/2004 NL

COMBIFORT. Storingen en blokkeringen

Tuincontactdoos met piket

Twister Condenserende HR RVS boiler

VIESMANN. Montage-aanwijzing VITOLA 100. voor de vakman. Vitola 100 Type VC1A, 15 tot 33 kw Olie-/gasketel

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies

Vloerverwarmingsverdeler I.6.2. Vloerverwarmingsverdeler

SGE HR-Condenserende gas-zonneboiler met geïntegreerde

Transcriptie:

708 6600 06/003 BE(NL) Voor de installateur Montage- en onderhoudsvoorschrift Condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60 en Logamax plus GB-4 of 9T5H/V Zorgvuldig lezen vóór montage en onderhoud a.u.b.

Het toestel voldoet aan de fundamentele eisen van de van toepassing zijnde normen en richtlijnen. De conformiteit werd aangetoond. De betreffende documenten en de conformiteitsverklaring zijn bij de fabrikant gedeponeerd. Technische wijzigingen voorbehouden! Door voortdurende verdere ontwikkelingen kunnen afbeeldingen, functiestappen en technische gegevens in geringe mate afwijken. Actualisering van de documentatie Heeft u voorstellen voor verbeteringen of heeft u onregelmatigheden vastgesteld, neem dan contact op met één van onze Belgische filialen. Opmerking: Auf Anfrage ist auch eine deutschsprachige Ausgabe dieser technischen Begleitdokumentation erhältlich. Bitte wenden sie sich diesbezüglich an: Buderus Verwarming - Chauffage Ambachtenlaan 4A B-300 Heverlee Tel: 06 / 40 30 0 oder fax: 06 / 40 04 06 Http://www.buderus.be E-mail: info@buderus.be Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Inhoudsopgave Gevaren- en veiligheidsinstructies........... 5 Afmetingen, aansluitingen.................. 6 3 Montage................................. 7 3. Leveringsomvang.......................... 7 3.. Eisen aan de opstellingsruimte................ 7 3. Condensatie-gasketel....................... 7 3.3 Leidingaansluitingen........................ 9 3.3. Aansluiting CV-watercircuit................... 9 3.3. Gasaansluiting........................... 0 3.3.3 Tapwateraansluiting....................... 0 3.4 Verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoeraansluiting................... 3.4. Condenswaterafvoer...................... 3.5 Elektrische aansluitingen................... 3 3.5. Netaansluiting............................ 3 3.5. Driewegklep voor een externe tapwaterboiler aansluiten............................... 3 3.5.3 Regeltoestel aansluiten.................... 4 3.6 Service Tool............................. 4 3.7. Voorbereidingen.......................... 5 3.7. CV-installatie vullen....................... 5 3.7.3 De automatische ontluchting tot stand brengen.. 6 3.7.4 Tapwaterboiler vullen...................... 6 3.7.5 Sifon met water vullen..................... 6 3.7.6 Dichtheidscontrole........................ 7 3.7.7 Gastoevoerleiding ontluchten................ 7 3.8 Inbedrijfstellingswerkzaamheden............. 8 3.8. Controleren van de verbrandingsluchttoevoer- /rookgasafvoeraansluiting................... 8 3.8. Controle van de toesteluitrusting............. 8 3.8.3 Instellingen uitvoeren...................... 9 3.8.4 Gasaansluitdruk (dynamische druk) meten..... 3.8.5 Verhouding gas/lucht controleren............. 3 3.8.6 Dichtheidscontrole in de bedrijfstoestand....... 5 3.8.7 Koolmonoxidegehalte meten................ 5 3.8.8 Functieproeven........................... 5 3.8.9 Afdekkap aanbrengen..................... 6 3.8.0 Bevestigen van de inbedrijfstelling............ 6 4 Inspectie............................... 7 4. Algemene aanwijzingen.................... 7 4. CV-ketel voor de inspectie voorbereiden....... 7 4.3 Inwendige dichtheidscontrole................ 7 5 Onderhoud............................. 8 5. Onderhoudswerkzaamheden................ 8 5.. Warmtewisselaar, brander en sifon reinigen.... 8 5.. Visuele controle op algemene corrosieverschijnselen..................... 3 6 Appendix............................... 3 6. Bedrijfsmeldingen......................... 3 6. Storingsmeldingen........................ 33 6.. Service Tool............................. 33 6.3 Technische gegevens...................... 34 6.4 Resterende opvoerhoogte bij condensatie-gasketels..................... 36 7 Protocollen............................. 37 7. Inbedrijfstellingsprotocol.................... 37 7. Inspectie- en onderhoudsprotocollen.......... 38 8 Trefwoordenregister...................... 4 9 Conformiteitsverklaring................... 43 Voorwoord Belangrijke algemene toepassingsaanwijzingen Pas het technische apparaat alleen toe volgens de voorschriften en met inachtneming van het montage- en onderhoudsvoorschrift. Onderhoud en reparaties mogen slechts door erkende installateurs worden uitgevoerd. Bedien het technische apparaat alleen in de combinaties en met de toebehoren en de reserveonderdelen, die in het montage- en onderhoudsvoorschrift zijn aangegeven. Andere combinaties, toebehoren en aan slijtage onderhevige onderdelen alleen dan gebruiken, wanneer deze uitdrukkelijk voor de voorziene toepassing zijn bestemd en prestatiekenmerken alsmede veiligheidseisen niet nadelig beïnvloeden. Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 3

Voorschriften en richtlijnen Dit montage- en onderhoudsvoorschrift geldt voor: Buderus condensatie-gasketels GB-4/9/43/60 en GB-4T5/9T5 Type B 3, C 3, C 33, C 43, C 53 Gassoorten BE I E(S)B 0/5 mbar of BE I 3P 37 mbar (aardgas E(S)B en vloeibaar gas P) Stroomsoort 30 VAC, 50 Hz, beveiligingstype IP44. De condensatie-gasketel kan met de volgende regeltoestellen worden uitgerust: Aan/uit-kamerthermostaat 4 V; Logamatic RC, irt-regeltoestellen; Logamatic 4, 4; Logamatic Cascaderegelaar. De Buderus condensatie-gasketels Logamax plus GB komen qua constructie en werkgedrag overeen met de Fundamentele eisen van de richtlijn voor gasapparatuur 90/396/EEC, rekening houdend met EN 483, EN 677 alsmede de rendementsrichtlijn 9/4/EEC. De volgende normen en richtlijnen dienen bij installatie en bedrijf met name in acht genomen te worden: NBN D5-003 de Belgische installatienorm. EN 437 Testgassen, testdrukken, installatiecategorieën. EN 483 Verwarmingsketels voor gasvormige brandstoffen - verwarmingsketels van het type C met een nominale warmtebelasting gelijk aan of kleiner dan 70 kw. EN 677 verwarmingsketels voor gasvormige brandstoffen, bijzondere eisen aan ketels met een nominaal vermogen gelijk aan of kleiner dan 70 kw. Voorschriften en eventuele speciale voorschriften van de plaatselijke energiebedrijven. 4 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Gevaren- en veiligheidsinstructies Gevaren- en veiligheidsinstructies LET OP! Voor de oprichting en de werking van de installatie dienen de regels van de techniek, de bepalingen van het bouw- en woningtoezicht alsmede de wettelijke bepalingen in acht te worden genomen. De montage, de gas- en rookgasaansluiting, de eerste inbedrijfstelling, de stroomaansluiting alsmede het onderhoud en de reparatie mogen slechts door een erkend installatiebedrijf worden uitgevoerd. Werkzaamheden aan gashoudende onderdelen dienen door een erkend installateur te worden uitgevoerd. De reiniging en het onderhoud dient eenmaal per jaar te worden uitgevoerd. Hierbij dient de totale installatie op haar foutloze werking te worden gecontroleerd. Geconstateerde gebreken dienen onmiddellijk te worden verholpen. Aanwijzingen m.b.t. het verwarmingswater Spoel vóór het vullen de installatie grondig!! Gebruik als vul- en bijvulwater voor de CV-installatie uitsluitend onbehandeld leidingwater! Geen onthard water via een waterverzachter! Gebruik geen inhibitoren, antivriesmiddelen of andere additieven! Het expansievat moet voldoende zijn gedimensioneerd! Wanneer gebruik gemaakt wordt van niet zuurstofdiffusiedichte kunststofleidingen, b.v. bij vloerverwarmingen, moet het ketelcircuit van de rest van de installatie gescheiden worden door een systeemwarmtewisselaar. Ongeschikt verwarmingswater bevordert de vorming van slib en corrosie. Dit kan leiden tot functiestoringen en beschadiging van de warmtewisselaar. AANWIJZING! De installatie van een condensatie-gasketel moet bij de bevoegde gasdistributiemaatschappij worden aangekondigd en door deze worden goedgekeurd. Condensatie-gasketels mogen enkel in combinatie met speciaal voor dit keteltype ontworpen en goedgekeurde verbrandingsluchttoevoeren rookgasafvoersystemen worden gebruikt. Voor de rookgasafvoerinstallatie en de condenswateraansluiting op het openbare rioolnet moeten de plaatselijke voorschriften worden nageleefd. Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 5

Afmetingen, aansluitingen Afmetingen, aansluitingen Logamax plus GB-4T5 Logamax plus GB-9T5V Logamax plus GB-9T5H 00 560 335 55 00 5 00 900 00 335 5 5 90 40 665 685 30 50 55 4 x 75 50 43 40 GAS AB VK RK AKO EK Logamax plus GB-4 / GB-9 Logamax plus GB-43 / GB-60 00 560 335 55 00 5 00 900 00 335 5 5 90 685 40 30 30 90 30 90 40 55 75 300 75 5 75 40 43 GAS AKO VK RK EK AB AB = warmwaterafvoer Ø 5 mm EK = koudwatertoevoer Ø 5 mm GAS = gasaansluiting R½ (GB-4/9/43) gasaansluiting R½ (GB-4T5/9T5) gasaansluiting R¾ (GB-60) RK = ketelretour Ø 8 mm VK = ketelaanvoer Ø 8 mm AKO = condenswaterafvoer Ø 3 mm 685 40 55 75 50 50 75 GAS AKO RK VK 46 43 55 75 33 09 75 GAS AKO RK VK 43 46 6 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Montage 3 3 Montage 3. Leveringsomvang Inhoud van de verpakking controleren op volledigheid. 3.. Eisen aan de opstellingsruimte AANWIJZING! Hou rekening met de geldende normen met betrekking tot de opstellingsplaats! 3 4 5 6 LET OP! Ontvlambare materialen of vloeistoffen mogen niet in de buurt van de CV-ketel worden opgeslagen of gebruikt. De opstellingsruimte moet vorstvrij zijn. 3. Condensatie-gasketel Afb. Leveringsomvang Toelichting bij afb. Pos. : condensatie-gasketel Pos. : wandbeugel Pos. 3: technische documenten Pos. 4: montagemal Pos. 5: aansluitkoppelingen Pos. 6: vul- en aftapkraan Verwijder de verpakking en lever deze in voor recycling. De piepschuimbodem ter bescherming van de aansluitstompen niet verwijderen! Tijdens de montagewerkzaamheden moeten de CV-ketel en de verbrandings-luchttoevoer-/ rookgasafvoeraansluiting beschermd worden tegen vervuiling. AANWIJZING! Neem de afstand voor de montage van het concentrische verbrandingsluchttoevoer- / rookgasafvoersysteem in acht (zie hoofdstuk 3.4 "Verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoeraansluiting") en het betreffende montagevoorschrift van het rookgasafvoersysteem. Neem zijdelingse minimale afstanden van 00 mm in acht! Bij het aansluiten van een staande of onderhangende tapwaterboiler is de minimale afstand van het montageframe S0: 749-754 mm HT75: min. 540 mm. Breng de wandbeugel aan. 4 3 3 Verwijder de afdekkap Open het luik van het bedieningspaneel (afb., pos. ). Afb. Afdekkap afnemen Verwijder de schroef (afb., pos. ). Open links en rechts de beide zijdelingse bajonetsluitingen (afb., pos. 3). Open de kliksluitingen (afb., pos. 3). Neem de bemanteling naar voren af (afb., pos. 4). Draag de afdekkap niet aan de sluitingen! Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 7

0 0 3 Montage Bij de combi-ketel Logamax plus GB-4T5/9T5V: Afdekkap van de boiler naar voren eraf trekken en uit de houder nemen (afb. 3). Dit is alleen mogelijk wanneer de bovenste afdekkap is verwijderd. Afb. 3 Afdekkap tapwaterboiler afnemen Hang de condensatie-gasketel aan de wandbeugel (afb. 4). Afb. 4 Montage 8 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Montage 3 3.3 Leidingaansluitingen 3.3. Aansluiting CV-watercircuit Gebruik als vul- en bijvulwater voor de verwarmingsinstallatie uitsluitend onbehandeld leidingwater! LET OP! Geen onthard water via een waterverzachter! Geen inhibitoren, antivriesmiddel of andere additieven gebruiken! Bij GB-60 dient een automatische ontluchtingsklep in de retourleiding te worden ingebouwd.. AANWIJZING! Ter beveiliging van de totale installatie wordt aanbevolen, om een vuilfilter in de retourleiding te monteren. Bij het aansluiten van de CV-ketel aan een al langer bestaande installatie is deze montage absoluut noodzakelijk. Direct vóór en achter de vuilfilter dient een afsluiter voor de filterreiniging te worden gemonteerd. Voor onderhoud- en servicewerkzaamheden aan de CV-ketel dient in de aanvoer- en retourleiding telkens een onderhoudskraan te worden gemonteerd. Om een optimale werking van de CV-installatie te garanderen, dient het minimumdebiet van de verwarmingsketel in acht te worden genomen. Het minimumdebiet kan bij een een tweepijpsinstallatie bijv. via een bypass worden gewaarborgd. Wanneer er een hydraulische wissel wordt ingebouwd, is er geen bypass noodzakelijk. Spoel leidingen en radiatoren grondig door! Neem de maten voor de pijpaansluiting van de montagemal over. Monteer het expansievat volgens het separate montagevoorschrift. of monteer het expansievat in de ketelretour. Monteer de aansluitkoppelingen (afb. 5 en afb. 6). Sluit de leidingen spanningsloos aan. Afb. 5 Aansluiting CV-watercircuit (HKA toebehoren) Logamax plus GB-4T5V / 9T5V Afb. 6 Aansluiting CV-watercircuit (HKA toebehoren) Logamax plus GB-4T5H / 9T5H Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 9

3 Montage 3.3. Gasaansluiting LET OP! Werkzaamheden aan gasvoerende delen mogen slechts door een erkend installateur worden uitgevoerd. Neem de maten voor de leidingaansluiting van de montagemal over. Breng de gasaansluiting volgens de plaatselijke voorschriften aan; installeer in de aansluitleiding voor gas een afsluitkraan (toebehoren) met schroefverbinding. Sluit de leiding spanningsvrij aan (afb. 7). Bij GB-60 een gaskraan met de minimale grootte R¾ (toebehoren) installeren. Het wordt aanbevolen, in de gasleiding een gasfilter te monteren. Afb. 7 Gasaansluiting 3.3.3 Tapwateraansluiting Bij GB-4/9/43/60: Sluit de externe tapwaterboiler aan volgens het montagevoorschrift van de tapwaterboiler en de Aansluitset. Bij GB-4T5/9T5: De GB-4T5 en GB-9T5 zijn voorzien van een inlaatcombinatie (afb. 8). Het expansiewater van de inlaatcombinatie wordt via het sifon afgevoerd. LET OP! Geen verzinkte leidingen of armaturen gebruiken! De warmwaterboiler is van koper, er bestaat gevaar voor galvanische corrosie. Afb. 8 Inlaatcombinatie Bij gebruik van kunststof leidingen moeten de aanwijzingen van de leidingfabrikant worden opgevolgd en in het bijzonder de verbindingstechnieken gebruikt worden. Vóór de koudwaterinvoer een membraanveiligheidsventiel (max. 8 bar) inbouwen. Afmetingen voor de aansluitleidingen van het montagesjabloon opnemen. Leidingen met klemverbindingen monteren. Leidingen spanningsvrij aansluiten (afb. 9 en afb. 0). Afb. 9 Tapwateraansluiting Logamax plus GB-4T5V / 9T5V Afb. 0 Tapwateraansluiting Logamax plus GB-4T5H / 9T5H 0 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Montage 3 3.4 Verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoeraansluiting Bij de types B 3, C 3, C 33, C 43 en C 53 zijn de rookgassysteem basismontagepakketten WH/WS, DO, DO-S, GAL-K, LAS-K, GA-K, GA-K en ÜB-Flex, GAF-K, GA, GA-X, GA resp. GA-X en ÜB-Flex, GN, volgens de richtlijn voor gasapparatuur 90/396/EEC met inachtneming van EN 483 gezamenlijk met de condensatie-gasketel toegelaten (systeemcertificering). Dit is gedocumenteerd door het product-identificatienummer op het typeplaatje van de ketel. Alle types zijn voorzien van een ventilator in het luchttoevoersysteem (type x3 ). Type B Bij toestellen van het type B wordt de verbrandingslucht onttrokken aan de opstellingsruimte waar de condensatiegasketel gemonteerd is. De rookgassen worden door het rookgasafvoersysteem naar buiten geleid. Type C Bij een toestel van het type C wordt de verbrandingslucht van buiten het huis naar de condensatiegasketel geleid. De rookgassen worden naar buiten geleid. Type B 3 De condensatie-gasketel beschikt niet over een trekonderbreker. Type C 3 De condensatie-gasketel wordt aangesloten op een horizontaal luchttoevoer-/rookgasafvoersysteem door een wand. Zowel de luchttoevoer als de rookgasafvoer monden uit in dezelfde drukzone. Type C 33 De condensatie-gasketel wordt aangesloten op een verticaal luchttoevoer-/rookgasafvoersysteem. De luchttoevoer- resp. rookgasafvoeropening bevinden zich in dezelfde drukzone. Type C 43 De condensatie-gasketel wordt aangesloten op een gemeenschappelijk systeem dat een kanaal voor de aanvoer van de verbrandingslucht en een kanaal voor de afvoer van de verbrandingsproducten omvat. Type C 53 De condensatie-gasketel wordt aangesloten op twee gescheiden kanalen die in verschillende drukzones uitmonden. De verbrandingslucht wordt aan de gevel genomen, de verbrandingsproducten worden bovendaks afgevoerd. Rookgas-maximaalthermostaat (toebehoren) Wanneer er bij een bedrijf dat afhankelijk is van de kamerlucht, de voorgeschreven minimumafstand van 50 mm naar brandbare stoffen niet wordt aangehouden, kan er ter controle van de rookgastemperatuur (max. 80 C) een rookgas-maximaalthermostaat te worden ingebouwd. De montage dient te worden uitgevoerd door een erkend installatiebedrijf. Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

3 Montage 3.4. Condenswaterafvoer AANWIJZING! Het in de CV-ketel en eventueel in de rookgasleiding vrijkomende condenswater dient volgens de voorschriften te worden afgevoerd (afb. ). Verder dienen de lokale bepalingen in acht te worden genomen. Afb. Afdichtingskappen aan de condenswaterbypass verwijderen (alleen bij ketelaansluitstuk uit roestvast staal) Bij rookgasafvoersystemen uit roestvast staal LET OP! Bij ketelaansluitstukken uit kunststof dient de afdichtkap (afb., pos. ) te worden verwijderd. De zwarte rubberen afdichtring (afb., pos. ) niet verwijderen. Het ketelaansluitstuk uit kunststof beschikt over een geïntegreerde condenswaterafvoer. Het condenswater uit de rookgasgeleiding stroomt via een bypass direct in de reukafsluiter (sifon) van de condensatie-gasketel (afb. ). Afb. Condenswaterafvoer bij rookgasafvoersystemen uit roestvast staal Bij kortere rookgasafvoersystemen uit aluminium LET OP! Bij ketelaansluitstukken uit aluminium mag de afdichtkap (afb., pos. ) niet worden verwijderd. De aluminium rookgasleiding beschikt in het ketelaansluitstuk niet over een geïntegreerde condenswaterafvoer. Het condenswater uit de rookgasleiding stroomt via de condensatie-gasketel in de sifon van de condensatie-gasketel (afb. 3). Afb. 3 Condenswaterafvoer bij kortere rookgasafvoersystemen uit aluminium Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Montage 3 Bij langere rookgasafvoersystemen uit aluminium LET OP! Bij ketelaansluitstukken uit aluminium mag de afdichtkap (afb., pos. ) niet worden verwijderd. De aluminium rookgasleiding beschikt in het ketelaansluitstuk niet over een geïntegreerde condenswaterafvoer. Het condenswater uit de rookgasafvoerleiding stroomt via de externe condenswaterafvoer met sifon (afb. 4). Dit bijkomende onderdeel is noodzakelijk: vanaf 0 m gestrekte bouwlengte van de rookgasafvoergeleiding met Logamax plus GB van 4 kw of vanaf 5 m gestrekte bouwlengte van de rookgasafvoerleiding met Logamax plus GB-9 en GB-43. vanaf 3 m gestrekte bouwlengte van de rookgasafvoerleiding met Logamax plus GB-60. Verbrandingslucht-rookgasafvoerleiding monteren overeenkomstig het montagevoorschrift van het rookgasafvoersysteem. Afb. 4 Condenswaterafvoerleiding bij langere rookgasafvoersystemen uit aluminium 3.5 Elektrische aansluitingen 3.5. Netaansluiting LET OP! Steek de netstekker pas in, als de installatie gevuld is! De netaansluiting geschiedt via de ingebouwde netkabel (m) met stekker aan een contactdoos met aarding (afb. 5). Afb. 5 m Netaansluiting 3.5. Driewegklep voor een externe tapwaterboiler aansluiten Bij driewegklep met stekker: Steek de aansluitstekker en de stekker van de driewegklep in elkaar (afb. 6, pos.). Bij driewegklep zonder stekker: Sluit de driewegklep op de klemmen 9 en van de klemlijst aan (afb. 7, pos. 5). Afb. 6 Driewegklep van een externe tapwaterboiler aansluiten Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 3

3 Montage 3.5.3 Regeltoestel aansluiten Verwijder de draadbrug en sluit het regeltoestel volgens schakelschema op de klemlijst aan (afb. 7). Wanneer de ketel zonder regeling tijdelijk in bedrijf moet worden genomen, vervang dan de niet-geleidende draadbrug tussen klemmen - door een geleidende draadbrug en stel de aanvoertemperatuur en het benodigde verwarmingsvermogen op de UBA in. 3 4 5 Deze modus mag slechts tijdelijk. 3 4 5 6 7 8 9 0 Afb. 7 Regeltoestel aansluiten Toelichting bij afb. 7: Pos. : Pos. : Pos. 3: Pos. 4: Pos. 5: AAN/UIT-kamerthermostaat (brug niet-geleidend) Kamerthermostaat Logamatic irt30 I/O-poort/communicatie-aansluiting Buitentemperatuurvoeler Voeding 4 VAC/max: 6 VA schakelspanning driewegklep (9+) 3.6 Service Tool Met behulp van de Service Tool kan de bedrijfstoestand van de ketel worden bepaald en kunnen de onderdelen worden gecontroleerd en eventuele storingsoorzaken snel worden opgespoord. Klep aan de voorzijde van de ketel openen en de dubbelstekker van de Service Tool in de aansluitbus (afb. 8, pos. ) plaatsen. 0 0 0 Afb. 8 Aansluiting Service Tool 4 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Montage 3 3.7 Inbedrijfstelling 3.7. Voorbereidingen AANWIJZING! Bij veel stof, b.v. door bouwwerkzaamheden in de opstellingsruimte, mag de CV-ketel niet worden gebruikt. 3.7. CV-installatie vullen LET OP! De CV-ketel mag nog niet worden ingeschakeld. Gebruik als vul- en bijvulwater voor de verwarmingsinstallatie uitsluitend onbehandeld leidingwater! Geen onthard water via een waterverzachter. LET OP! Geen ontharding via de kationenwisselaar (waterverzachter)! Geen inhibitoren, antivriesmiddel of andere additieven gebruiken! Afb. 9 Mechanische schakelaar op driewegklep Het expansievat dient voldoende te zijn gedimensioneerd! Bij toepassing van zuurstofdoorlatende leidingen, zoals bijv. bij vloerverwarmingen, moet een systeemscheiding door een warmtewisselaar worden uitgevoerd. De inlaatdruk van het expansievat van de CV-installatie dient te worden gecontroleerd en eventueel te worden ingesteld. De ketel dient hierbij aan de zijde van de verwarmingskring leeg te zijn. De inlaatdruk van het expansievat dient minimaal overeen te komen met de statische druk (hoogte van de installatie tot aan het midden van het expansievat), maar niet minder dan 0,5 bar te bedragen. 3 Alleen voor toestellen met driewegklep: Mechanische schakelaar van de driewegklep in de middenstand zetten (afb. 9). Afb. 0 CV-installatie vullen Draai de sluitkap van de vul- en aftapkraan los (afb. 0, pos. ) en schroef de slangtuit erop (afb. 0, pos. ). Steek de met water gevulde slang op de vul- en aftapkraan en open de kraan met de aan de achterkant van de sluitkap aanwezige vierkantsleutel. Open de vul- en aftapkraan (afb. 0, pos. 3). Open het onderhoudsventiel op de verwarmingsaanvoer en -retour. Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 5

3 4 5 6 3 Montage Open langzaam de waterkraan en vul de installatie tot een druk van,0 -, bar (afb. ). De minimale druk bedraagt,0 bar. Sluit de waterkraan en de vul- en aftapkraan. Trek de slang los, schroef de slangtuit los en bewaar deze, schroef de sluitkap op. Ontlucht de installatie via de ontluchters op de radiatoren. Alleen voor toestellen met driewegklep: Mechanische schakelaar van de driewegklep terugzetten. Afb. Drukaflezing 3.7.3 De automatische ontluchting tot stand brengen Draai de beschermkap aan de automatische ontluchter een slag open (afb. ). Indien de druk door het ontluchten is gedaald onder de minimale druk, water bijvullen. 3.7.4 Tapwaterboiler vullen Inlaatcombinatie openen. Warmwaterkraan openen tot er een volle waterstraal loopt. Afb. Automatische ontluchter 3.7.5 Sifon met water vullen Trek de slang van de condensaatplaat los (afb. 3, pos.). Sifon met water vullen. Steek de slang op de condensaatplaat. 3 4 5 6 7 8 9 4 VAC - max 6 VA 0 0 4 VAC Afb. 3 Sifon met water vullen 6 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

5 6 5 6 Montage 3 3.7.6 Dichtheidscontrole LET OP! Wanneer bij deze dichtheidscontrole een ondichtheid wordt geconstateerd, voer dan met een schuimvormend middel bij alle verbindingen lekcontrole uit. Het middel moet toegelaten zijn voor het testen op gasdichtheid. Maak de installatie spanningsloos. Controleer voor de eerste inbedrijfstelling het nieuwe leidinggedeelte t/m de directe afdichtplaats aan het gasblok op uitwendige dichtheid. Hierbij mag de proefdruk (bijv. d.m.v. een luchtpomp) aan de ingang van het gasblok maximaal 50 mbar bedragen. 3.7.7 Gastoevoerleiding ontluchten Draai de sluitschroef aan de testnippel voor de gasaansluitdruk en de ontluchting bij het Honeywell-gasblok (afb. 4) twee slagen los, draai deze bij het SIT-gasblok (afb. 5) helemaal uit en breng de slang aan. Open langzaam de gaskraan. Voer het uitstromende gas via de slang naar buiten. Wanneer er geen lucht meer ontsnapt, trek dan de slang los en draai de sluitschroef weer vast. Sluit de gaskraan. 4 VAC - max 6 VA 0 4 VAC Afb. 4 Gastoevoerleiding ontluchten (Honeywell-gasblok) 4 VAC - max 6 VA 0 4 VAC Afb. 5 Gastoevoerleiding ontluchten (SIT-gasblok) Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 7

3 Montage 3.8 Inbedrijfstellingswerkzaamheden 3.8. Controleren van de verbrandingsluchttoevoer- /rookgasafvoeraansluiting Is het voorgeschreven verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem gebruikt? (zie hoofdstuk 3.4 "Verbrandingsluchttoevoer-/ rookgasafvoeraansluiting"). Zijn de uitvoeringsbepalingen in het overeenkomstige montagevoorschrift van het rookgassysteem nagekomen? De doorsnede van het rookgaskanaal moet minimaal overeenstemmen met de diameter van de aansluitstomp op de CV-ketel. De rookgasweg dient zo kort mogelijk te worden gekozen. Gassoort Aardgas E(S)B Vloeibaar gas P Voorinstelling van de gasbrander door fabrikant Bij levering bedrijfsklaar ingesteld op Wobbeindex 4, kwh/m 3 (gerelateerd aan 5 C, 03 mbar), inzetbaar voor het Wobbe-indexbereik,3 tot5, kwh/m 3. Aardgas G0: werking ook met aardgas G5 bij ongewijzigde instelling mogelijk. Opschrift op het aanwijzingsplaatje voor de gassoort: Ingestelde categorie: G 0 E(S)B Bij levering bedrijfsklaar ingesteld op propaan. Opschrift op het aanwijzingsplaatje voor de gassoort: Ingestelde categorie: G 3 3P Tab. Instelling van de gasbrander door de fabrikant 3.8. Controle van de toesteluitrusting AANWIJZING! De brander mag alleen met de juiste inspuiters (tab. ) in bedrijf worden genomen. GB-4/ 4T5 GB-9/ 9T5 GB-43 GB-60 Gassoort CVtoestel Gasinspuiter Ø [mm] Luchtdoseerring Ø [mm] Aardgas E(S)B 4,65,55 Vloeibaar gas P 3,45 0,0 Aardgas E(S)B 5,00 3,30 Vloeibaar gas P 3,90 3,00 Aardgas E(S)B 6,40 9,30 Vloeibaar gas P 4,85 7,40 Aardgas E(S)B 8,00 36,40 Vloeibaar gas P 6,0 35,0 Tab. Diameter gasinspuiter en luchtdoseerring 8 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Montage 3 3.8.3 Instellingen uitvoeren 3 4 kw 0 0 0 6 5 Afb. 6 Bedieningspaneel Toelichting bij afb. 6 Pos. : Regelaar voor aanvoertemperatuur Pos. : Regelaar voor tapwatertemperatuur Pos. 3: Jumper /50 kw vermogensbegrenzing Pos. 4: Schakelaar voor pompuitlooptijd Pos. 5: Regelaar voor verwarmingsvermogen Pos. 6: Afdekkap van het e bedieningsniveau Instellingen uitvoeren Stel de regelaar (afb. 6, pos. ) al naargelang de configuratie van de installatie en volgens tab. 3 op de gewenste maximale aanvoertemperatuur in. Stand van de regelaar Aanvoertemperatuur C 40 46 3 5 4 57 5 6 6 68 7 73 8 79 9 84 0 90 Tab. 3 Aanvoertemperatuur Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 9

3 Montage Bij externe tapwaterboiler: Tapwatertemperatuur instellen Stel met de regelaar (afb. 6, pos. ) de gewenste tapwatertemperatuur volgens tab. 4 in. Stand van de regelaar Tapwatertemperatuur externe boiler C 7 3 3 34 4 38 5 4 6 45 7 49 8 5 9 56 0 60 Tab. 4 Tapwatertemperatuur Verwarmingsvermogen instellen Open de afdekking van het e bedieningsniveau (afb. 6, pos. 6). Stel het verwarmingsvermogen al naargelang de benodigde warmte (tab. 5) op de regelaar (afb. 6, pos. 5) in. Neem bij de instelling het vermogenverlies door het rookgasafvoersysteem in acht (tab. 6). Stand van de regelaar GB- 4 Verwarmingsvermogen kw (±5 %) GB- 9 GB- 43 GB- 60 6,7 8,5,4,5 8,4 0,8 5,6 6,4 3 0, 3,0 8,8 30,3 4,9 5,,0 34, 5 3,6 7,5 5, 38,0 6 5,3 9,7 8,4 4,9 7 7,0,9 3,6 45,8 8 8,7 4, 34,8 49,7 9 0,4 6,3 38,0 53,3 0, 8,6 4, 57,5 Tab. 5 Verwarmingsvermogen Nalooptijd van de pomp instellen Zet de schakelaar (afb. 6, pos. 4) in stand "": Nalooptijd van de pomp 4 min. Zet schakelaar in stand "", wanneer de installatie op ruimtetemperatuur wordt geregeld en er vorstgevaar voor onderdelen van de installatie bestaat, die buiten het detectiegebied van de kamerthermostaat liggen, b.v. radiatoren in de garage: Nalooptijd van de pomp 4 h. Drukverlies rookgassysteem Pa Beschikbaar maximaal vermogen % 0 98,5 40 97, 60 95,6 80 94, 00 9,6 0 9,0 40 89,5 Tab. 6 Vermogensverlies 0 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Montage 3 Warmwatersensor FB aansluiten Verwijder de stekker met draadbrug (afb. 7, pos. ). Kabelkleuren: zwart/wit en lila. Sluit de verlengingskabel, lengte 3 m (afb. 7, pos. ), voor de tapwatersensor aan de stekker aan en monteer de sensor in de boiler. Afb. 7 Tapwatersensor FB voor externe boiler Voor de GB-4T5/9T5: Tapwater-debietbegrenzer instellen Voer de gewenste instelling op de debietbegrenzer (afb. 8) uit, bv. voor 60 C bij de GB-4T5 op 6 l/min. en bij de GB-9T5 op 8 l/min Naar rechts draaien = debiet kleiner Naar links draaien = debiet groter Afb. 8 Tapwater-begrenzer doorstroomhoeveelheid Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

3 Montage 3.8.4 Gasaansluitdruk (dynamische druk) meten Open minimaal van één radiator het thermostaatventiel. De CV-ketel mag nog niet zijn ingeschakeld! Zet de schoorsteenvegerschakelaar (afb. 9) in stand "". Bij de Logamax plus GB-60 wordt het volle vermogen pas na ca. één minuut bereikt. De metingen daarom pas na één minuut uitvoeren! Draai de sluitschroef aan de testnippel voor de gasaansluitdruk bij het Honeywell-gasblok (afb. 30, pos. ) twee slagen los, draai deze bij het SIT-gasblok (afb. 3, pos. ) helemaal uit. I 0 0 0 KW 0 0 0 Drukmeetapparaat op "0" kalibreren en tot de beëindiging van de meetwerkzaamheden niet meer draaien. Plaats de meetslang van de drukmeter op de testnippel (afb. 30, pos. of afb. 3, pos. ). Afb. 9 Schoorsteenvegerschakelaar Gasafsluitkraan langzaam openen. Steek de netstekker in het stopcontact en zet de netschakelaar in stand "I". Na een wachttijd van ca. 30 s ontvlamt de brander. Meet de gasaansluitdruk en vul deze in het protocol in. De gasaansluitdruk moet bedragen: bij aardgas min. 7 mbar, max. 5 mbar, nominale aansluitdruk 0 mbar, bij vloeibaar gas min. 5 mbar, max. 45 mbar, nominale aansluitdruk 37 mbar. Trek de meetslang weer los en draai de sluitschroef aan de testnippel vast. Afb. 30 Gasaansluitdruk meten (Honeywell-gasblok) AANWIJZING! Als de benodigde aansluitdruk niet aanwezig is, moet met het bevoegde gasdistributiebedrijf worden overlegd! Bij een te hoge aansluitdruk moet vóór de gasketel een gasdrukregelaar worden gemonteerd. Afb. 3 Gasaansluitdruk meten (SIT-gasblok) Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Montage 3 3.8.5 Verhouding gas/lucht controleren De verhouding gas/lucht kan m.b.v. twee verschillende methodes worden gecontroleerd: met drukmeter; volgens het CO -gehalte. AANWIJZING! Let op bij bedrijf met vloeibaar gas: wanneer de tanks voor vloeibaar gas bij nieuwe installaties niet zijn ontlucht, kunnen in het begin lage CO -waardes voorkomen. Afb. 3 Servicetoets, regelaar voor tapwatertemperatuur Controleren met een drukmeter: Zet de netschakelaar en de schoorsteenvegerschakelaar op "0". Drukmeter op "0" kalibreren (meetbereik Pa of 0,0 mbar). Trek de onderste slang van meetnippel "P +" los en zet de slang met het T-stuk hier tussen (afb. 33 of afb. 34). Verbind het T-stuk met de min-aansluiting van de drukmeter. 3 Voor de Logamax plus GB-4/9/43/4T5/9T5: Draai de schroef in de meetnippel voor branderdruk bij het Honeywell-gasblok (afb. 33, pos. ) twee slagen los, draai deze bij het SIT-gasblok (afb. 34, pos. ) helemaal uit. Afb. 33 Verhouding gas/lucht controleren (Honeywell-gasblok) Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 3

3 Montage Voor de Logamax plus GB-60: Draai de schroef in de meetnippel voor branderdruk bij het Honeywell-gasblok (afb. 33, pos.) twee slagen los, draai deze bij het SIT-gasblok (afb. 34, pos. ) helemaal uit. Verbind de plusaansluiting van de drukmeter via een slang met de meetnippel voor branderdruk (afb. 33, pos. of afb. 34, pos. ). Zet de netschakelaar op "I" en de schoorsteenveger schakelaar op "". Druk, wanneer de brander na ca. 30 sec in bedrijf is gegaan, op de servicetoets tot op het display "Y" verschijnt (afb. 3, pos. ). Zet de regelaar voor warmwatercomfort op "". Lees de verschildruk af. De verschildruk (p Gas - p Lucht ) moet -5 Pa (±5 Pa) of -0,05 mbar (±0,05 mbar) bedragen (aanduiding op de meter: -0 tot 0 Pa). Zet de netschakelaar en de schoorsteenvegerschakelaar op "0". Verwijder de meetopstelling, draai de schroef in de meetnippel voor branderdruk vast, breng de slang weer aan op de meetnippel "P+". Regelaar voor tapwatertemperatuur (afb. 3, pos. ) weer op de oorspronkelijke waarde instellen. Zet de netschakelaar op "I". Controleren conform het CO -gehalte (aardgas): Netschakelaar moet op "I" en schoorsteenvegerschakelaar op stand "" staan. Druk op de servicetoets (afb. 3, pos. ) tot "Y" op het display verschijnt. Volle belasting Regelaar voor tapwatertemperatuur op "0" instellen. Meet en noteer het CO -gehalte op het meetpunt voor rookgas Deelbelasting Zet de regelaar voor warmwatercomfort op "". Meet en noteer het CO -gehalte. Het CO -gehalte bij deelbelasting moet 0,7% kleiner zijn dan bij volle belasting. Zet de regelaar voor warmwatercomfort weer op de oorspronkelijke waarde. Zet de schoorsteenvegerschakelaar op "0". Let op bij bedrijf met vloeibaar gas: Wanneer bij nieuwe installaties de tanks met vloeibaar gas vóór het eerste vullen niet worden ontlucht, kunnen in het begin lage CO -waarden optreden. Afb. 34 Afb. 35 Verhouding gas/lucht controleren (SIT-gasblok) Meetpunt voor rookgas 4 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Montage 3 3.8.6 Dichtheidscontrole in de bedrijfstoestand Controleer bij werkende brander met een schuimvormend middel alle afdichtplaatsen in de totale gasweg van de brander. Het middel moet voor de controle van gasdichtheid zijn goedgekeurd. Breng het middel niet op elektrische leidingen aan. 3.8.7 Koolmonoxidegehalte meten Meetpunt zie afb. 35. CO-waarden in luchtvrije toestand moeten beneden 400 ppm of 0,04 vol% liggen. Waarden rond of boven 400 ppm duiden op een foutieve branderinstelling, vervuiling van de gasbrander of warmtewisselaar of op defecten aan de brander. De oorzaak dient in ieder geval te worden achterhaald en te worden verholpen. 3.8.8 Functieproeven Tijdens de inbedrijfstelling en bij het jaarlijkse onderhoud dienen alle regelinstallaties, besturingsinrichtingen en veiligheidsvoorzieningen op hun goede werking en, voor zover dit kan worden ontregeld, op hun juiste instelling te worden gecontroleerd. Ionisatiestroom meten Zet de netschakelaar op "0". Maak de steekverbinding van de ionisatiekabel los en sluit het meetinstrument in serie aan (afb. 36). Selecteer op het meetinstrument het µa-gelijk-stroombereik. Het meetinstrument moet een resolutie van min. µa hebben. Netschakelaar op "I" en testschakelaar op positie "" zetten. Servicetoets (afb. 3) na het ontsteken van de brander indrukken totdat er op de display "Y" verschijnt. Regelaar voor tapwatertemperatuur in positie "" zetten. Ionisatiestroom meten. De ionisatiestroom dient bij deellast > µa gelijkstroom te bedragen. Vul de meetwaarde in het protocol in. Zet de netschakelaar op "0". Neem het meetinstrument weg en steek de stekkerverbinding weer ineen. Zet de schoorsteenvegerschakelaar in stand "0". Afdekkap van het e bedieningsniveau weer sluiten. Temperatuur op de potmeter voor tapwatertemperatuur op de gewenste waarde instellen. Zet de netschakelaar op "I". Bij de aanduiding "7" en na indrukken van de servicetoets verschijnt in het display "c". Resetknop indrukken totdat de indicatie "r" verschijnt. Afdekkap terugplaatsen. Afb. 36 Ionisatiestroom meten Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 5

3 Montage 3.8.9 Afdekkap aanbrengen Breng de afdekkap aan en sluit de kliksluitingen (afb. 37). Til de afdekkap niet aan de kliksluitingen op! Draai de schroef in. 3.8.0 Bevestigen van de inbedrijfstelling Vul de voordruk aan het einde van deze instructie in. Hiermee wordt de deskundige plaatsing en eerste inbedrijfstelling alsmede de overdracht van de installatie bevestigd. Afb. 37 Afdekkap aanbrengen 6 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Inspectie 4 4 Inspectie 4. Algemene aanwijzingen We raden u aan uw klant een jaarlijks inspectie- en behoefteafhankelijk onderhoudscontract aan te bieden. Wat er in een jaarlijks inspectie- en behoefteafhankelijk onderhoudscontract moet staan, kan u vinden in hoofdstuk 7.: "Inspectie- en onderhoudsprotocollen", pagina 38. 4. CV-ketel voor de inspectie voorbereiden Installatie buiten bedrijf stellen. LEVENSGEVAAR door elektrische stroom bij geopende afdekkap. Alvorens de afdekkap te openen: schakel de verwarmingsinstallatie met behulp van de verwarmingsnoodschakelaar stroomloos of koppel ze langs de zekering los van het stroomnet. beveilig de CV-installatie tegen onvoorzien opnieuw inschakelen. Branderomkasting resp. branderkap van de CV-ketel verwijderen (zie "Verwijder de afdekkap" op pagina 7) AANWIJZING! Wanneer de gasleidingen van de gasbrander dienen te worden verwijderd, mag de afdekkap van de brander uitsluitend door een erkend installatiebedrijf worden geopend. 4.3 Inwendige dichtheidscontrole Installatie buiten bedrijf stellen. Gasbranderarmatuur aan de ingangszijde met een proefdruk van min.00 mbar en max.50 mbar controleren op inwendige dichtheid. Na een minuut mag de drukvermindering max. 0 mbar bedragen. Bij een hogere drukvermindering op alle afdichtingsplekken voor de armatuur een lekkagelocalisatie uitvoeren door middel van een schuimvormend middel. Wanneer geen lekkage wordt vastgesteld, drukproef herhalen. Wanneer de druk opnieuw meer dan 0 mbar per minuut daalt, armatuur verwisselen. Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 7

0 0 KW 0 0 5 Onderhoud 5 Onderhoud 5. Onderhoudswerkzaamheden Voorbereidingen Maak de installatie spanningsloos. Sluit de gaskraan. Verwijder de afdekkap. 5.. Warmtewisselaar, brander en sifon reinigen De warmtewisselaar kan met behulp van een borstel en druklucht of met het reinigingsmiddel TAB (kan via BUDERUS worden besteld) worden gereinigd. Draai de schroefverbinding aan de gasinspuiter (afb. 38, pos. ) en op het veiligheidsventiel (afb. 38, pos. ) los. Slang tussen ventilator en brander verwijderen (afb. 38, pos. 3). Trek de slang op het verschildruk meetpunt los (afb. 38, pos. 4). Trek de stekker op de branderthermostaat los (afb. 38, pos. 5). Trek de stekkers op de ventilator los (afb. 39, pos. ). Draai de borgring van de ventilator en trek hem eraf (afb. 39, pos. ). Afb. 38 5 4 3 3 Aansluitingen verwijderen Afb. 39 Borgbeveiligingen verwijderen 8 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

3 4 5 6 Onderhoud 5 Schuif de ventilator naar boven (afb. 40, pos. ). Hef de ventilator van onderuit boven (afb. 40, pos. ) en (afb. 40, pos. 3) eruit. 3 Afb. 40 Ventilator uitnemen Beide borgklemmen (afb. 4, pos. ) op de branderafdekking losdraaien en branderafdekking en brander (afb. 4, pos.3) eruit nemen. 3 Reiniging met borstel en druklucht Trek de sifon van de condensaatplaat los (afb. 4, pos. ). 4 Verbinding naar de condenswaterbypass losdraaien (afb. 4, pos. 6). Verwijder de bevestigingsklemmen (afb. 4, pos. 4) op de condensaatplaat en verwijder de condensaatplaat (afb. 4, pos. 5). 3 4 5 6 7 8 9 4 VAC - max 6 VA 5 6 0 0 4 VAC Afb. 4 Afdekking en condensaatplaat verwijderen Stuwplaat eruit trekken (afb. 4). Afb. 4 Stuwplaat Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 9

5 Onderhoud Reinig de brander met een zachte borstel en met perslucht (afb. 43). AANWIJZING! De secundaire verdeelplaat (afb. 43, pos. ) bevindt zich alleen in de Logamax plus GB- 4 en de GB-4T5. Afb. 43 Brander reinigen LET OP! Let erop dat de gloeiontsteker of de ionisatieelektrode bij de demontage niet worden beschadigd (afb. 44, pos.). Reinig de warmtewisselaar met lamellenkam en perslucht. Monteer alle onderdelen weer in omgekeerde volgorde. Afb. 44 Warmtewisselaar reinigen Reiniging met reinigingsmiddel TAB: LET OP! Het reinigingsmiddel mag niet op de gloeiontsteker belanden. Bevestigingsschroef losdraaien (afb. 45, pos. ). Aardingskabel losdraaien (afb. 45, pos. 3). Bevestigingsplaat verwijderen. Gloeiontsteker (afb. 45, pos. ) en ionisatie-elektrode (afb. 45, pos. 4) uit de brander verwijderen. Warmtewisselaar met reinigingsmiddel TAB inspuiten. Monteer alle onderdelen weer in omgekeerde volgorde. Testschakelaar op "" zetten en de condensatie-gasketel ca. 0 min. laten branden. Ventilator, sifon en condensaatplaat demonteren. Vervolgens stuwplaat eruit nemen (afb. 4) en eventueel voorkomende vuilpartikels verwijderen. Afb. 45 4 3 Ionisatie-elektrode en gloeiontsteker demonteren 30 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

3 4 5 6 KW Onderhoud 5 Neem de sifon uit en reinig deze (afb. 46). Erop letten dat het deksel op de sifon correct is afgedraaid. Vul deze voor het terugplaatsen met water. Monteer alle onderdelen weer in omgekeerde volgorde. Bij ketelaansluitstuk van kunststof: werking van de condenswaterbypass controleren Water (bijv. d.m.v. een spuitfles) op het linker meetpunt (afb. 46) voor rookgas inspuiten en condenswaterbypass controleren op dichtheid. 3 4 5 6 7 8 9 4 VAC - max 6 VA 0 0 4 VAC Afb. 46 Werking van de condenswaterbypass controleren Bij een parallel aansluitstuk: afdichtkap op de condenswaterbypass controleren. Visuele controle of de witte afdichtkap op de condenswaterbypass aanwezig is (afb. 47). 0 Afb. 47 Afdichtkap aan de condenswaterbypass 5.. Visuele controle op algemene corrosieverschijnselen Alle gas- en watergeleidende buizen controleren op corrosieverschijnselen (afb. 48). Eventueel aangetaste leidingen vervangen. Afb. 48 Visuele controle op corrosieverschijnselen Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 3

6 Appendix 6 Appendix 6. Bedrijfsmeldingen Aanduiding Aanduiding na indrukken van de servicetoets Betekenis 0 Logamax plus GB is bedrijfsklaar A C H L Branderintervalschakeling, 0 min vanaf branderstart Wachten op schakelen van de driewegklep c.q. van de pomp Bedrijfsklaar Eerste ontstekingsperiode P; U Ontstekingsperiode Y Aanvoertemperatuur op instelwaarde (schakelverschil van de thermostaat + K) -. Logamax plus GB loopt in de verwarmingsmodus A H Y Schoorsteenveger modus Normale verwarmingsmodus Servicemodus =. Logamax plus GB loopt in de tapwatermodus H Normale tapwatermodus r Reset (UBA wordt na indrukken van de reset-toets gedurende 5 sec naar de inschakelstand gereset) 3 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Appendix 6 6. Storingsmeldingen D: Indicatie op de display S: Indicatie na het indrukken van de servicetoets 6.. Service Tool De besturing van de brander geschiedt via de universele branderautomaat (UBA). Het Service Tool heeft een directe toegang tot de besturing van de UBA. Op die manier kan de status en het werkproces van de ketels worden afgelezen, de componenten worden gecontroleerd en de storingsoorzaak snel worden verholpen. D S Betekenis D S Betekenis Rookgas 6 Vlambewaking C Rookgas-STB (toebehoren) is geactiveerd A Geen ionisatiemelding na ontsteking of F zekeringfout Waterstroom C Ionisatiemelding ondanks niet aanwezige vlam C Veiligheidssensor boven 95 C, 30 sec blokkering L Vlam is tijdens de verwarmingsfase uitgegaan F Temperatuurverschil tussen veiligheids- en aanvoersensor te groot, 30 sec blokkering 7 Netspanning P De toename van de temperatuur van de safetysensor is te groot, 30 s blokkering A Onder- of overspanning in de UBA U Temperatuurverschil tussen aanvoer- en retoursensor te groot, 30 sec blokkering C Netspanning is na een storingsmelding onderbroken 4 Temperaturen F F3 zekeringfout of systeemfout van de UBA A Aanvoersensor boven 00 C, blokkering H Spanningspieken in de UBA C F zekeringfout of branderthermostaat is geactiveerd L Tijdfout in de UBA F Veiligheidssensor boven 00 C, blokkering 8 Extern schakelcontact L Veiligheidssensor kortsluiting, blokkering Y Extern schakelcontact, b.v. waterthermostaat voor vloerverwarming, is geactiveerd P Aanvoersensor los contact of defect, blokkering 9 Systeemfout U Aanvoersensor kortsluiting, blokkering C; U KIM of kabelverbinding naar de KIM defect Y Aanvoersensor los contact of defect, blokkering L Verkeerde kabelaansluiting gasbrander of systeemfout van de UBA 5 Externe communicatie E Systeemfout A Ketel vergrendeld, "reset" noodzakelijk Meer nauwkeurige aanwijzingen en mogelijkheden m.b.t. het opsporen en verwijderen van fouten vindt u in de servicevoorschriften. Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 33

6 Appendix 6.3 Technische gegevens Grootheid Categorie gassoort volgens EN 437 België Eenheid Logamax plus GB- 4 4T5 9 9T5 43 60 BE I E(S)B 0/5 mbar (aardgas G0; bedrijf ook met aardgas G5 met ongewijzigde instelling mogelijk) of BE I 3P 37 mbar (vloeibaar gas G3, propaan) Nominale belasting G0 / G3 [kw] 8,4,0 8,4,0 4,0 8,0 4,0 8,0 0, 40, 0, 40, G5 [kw] 7, 8,9 7, 8,9 7, 4, 7, 4, 7,3 34,6 7,3 34,6 Nominale belasting Regime 75/60 C Regime 40/30 C [kw] [kw] 6,4,4 7,0 3,4 6,4,4 7,0 3,4 8, 7,3 8,8 9,9 8, 7,3 8,8 9,9,8 39,3,9 4,9,4 55, 3,7 60,0 Ketelrendement max. vermogen Regime 75/60 C [%] 97,3 97,3 97,5 97,5 97,8 98,0 Regime 40/30 C [%] 06,4 06,4 06,8 06,8 06,7 06,5 Normrendement Regime 75/60 C [%] 05 05 05 05 05 05 Regime 40/30 C [%] 09 09 09 09 09 09 Stilstandsverliezen [%] 0,60 0,60 0,50 0,50 0,40 0,34 CV-watercircuit Minimumdebiet [ l / h ] 50 50 5 5 300 500 CV-watertemperatuur [ C] 40-85 40-85 40-85 40-85 40-85 40-85 T bij resterende opvoerhoogte van 00 mbar [K] ca. 5 ca. 4 ca. 8 ca. 7 ca. ca. 0 Max. bedrijfsoverdruk ketel [bar] 3 3 3 3 3 3 Inhoud warmtewisselaar CV-circuit [l],5,5 3,0 3,0 3,6 4,7 Nalooptijd pomp CV-circuit Stand [Min] 4 4 4 4 4 4 Stand [h] 4 4 4 4 4 4 Tapwatercircuit Inhoud tapwaterreservoir [l] - 5-5 - - Max. bedrijfsoverdruk tapwaterreservoir [bar] - 8-8 - - Nalooptijd pomp na tapwaterbedrijf [Min] - - - - Aftaphoeveelheid tapwater bij 60 C [ l / min ] - 6,0-8, - - Benodigde energie per 4 uur voor het op peil houden van de tapwatertemperatuur op 60 C [kwh] - ca.,6 - ca.,6 - - 34 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003

Appendix 6 Vervolg technische gegevens Grootheid Aansluitmaten Eenheid Logamax plus GB- 4 4T5 9 9T5 43 60 Gas [inch] R / R / R / R / R / R 3 / 4 CV-water [mm] Ø 8 Ø 8 Ø 8 Ø 8 Ø 8 Ø 8 Tapwater [mm] Ø 3 Ø 3 Ø 3 Ø 3 Ø 3 Ø 3 Rookgaswaarden Hoeveelheid condenswater aardgas E, 40/30 C [ l / h ],6,6 3,3 3,3 4,7 7, ph-waarde condenswater ca 4, ca 4, ca 4, ca 4, ca 4, ca 4, Rookgas bij vollast [ g / s ] 0,03 0,03,64,64 8,33 5,90 Rookgastemperatuur Regime 40/30 C [ C] 45 45 45 45 45 45 Regime 75/60 C [ C] 65 65 65 65 65 65 CO bij vollast, aardgas G0 [%] 9, 9, 9, 9, 9, 9,3 CO bij vollast, vloeibaar gas G30, butaan CO bij vollast, vloeibaar gas G3, Propan [%],6,6,6,6,6,9 [%] 9,8 9,8 9,8 9,8 9,8,3 Standaard emissiefactor CO [ mg / kwh ] <5 <5 <5 <5 <5 <5 Standaard emissiefactor NO x [ mg / kwh ] <0 <0 <0 <0 <0 <0 Vrije opvoerdruk van de ventilator [Pa] tot 40 tot 40 tot 40 tot 40 tot 40 tot 40 Rookgasaansluiting Soort rookgasaansluiting (type) B 3, C 3, C 33, C 43, C 53 al dan niet afhankelijk van de omgevingslucht (Vervulling van de verhoogde dichtheid bij een bedrijf dat onafhankelijk is van de kamerlucht) Diameter rookgassysteem Afhankelijk van omgevingslucht [mm] 80 80 80 80 80 80 Onafhankelijk van omgevingslucht [mm] 80/5 concentrisch 80/5 concentrisch 80/5 concentrisch 80/5 concentrisch 80/5 concentrisch 80/5 concentrisch Elektrische gegevens Netspanning [V] 30 30 30 30 30 30 Elektr. veiligheidsklasse IP 40 (B xx ) IP 44 (C xx ) IP 40 (B xx ) IP 44 (C xx ) IP 40 (B xx ) IP 44 (C xx ) IP 40 (B xx ) IP 44 (C xx ) IP 40 (B xx ) IP 44 (C xx ) IP 40 (B xx ) IP 44 (C xx ) Elektr. vermogensopname vollast [W] 0 0 30 30 80 00 deellast [W] 60 60 70 70 85 00 Afmetingen en gewicht apparaat H V H V hoogte breedte diepte [mm] [mm] [mm] 685 560 43 685 900 43 50 560 43 685 560 43 685 900 43 50 560 43 685 900 43 685 900 43 Gewicht [kg] 5 84 59 9 64 7 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003 35

6 Appendix 6.4 Resterende opvoerhoogte bij condensatie-gasketels Logamax plus GB-4 Logamax plus GB-9 600 600 resterende opvoerhoogte [mbar] 500 400 300 00 00 T=0K maximale modulatie minimale modulatie (alleen op cv-bedrijf) resterende opvoerhoogte [mbar] 500 400 300 00 00 maximale modulatie minimale modulatie (alleen op cv-bedrijf) T=0K 0 0 00 400 600 800 000 00 Flow [l/h] 400 600 800 0 0 00 400 600 800 000 00 Flow [l/h] 400 600 800 700 Logamax plus GB-43 700 Logamax plus GB-60 resterende opvoerhoogte [mbar] 600 500 400 300 00 maximale modulatie minimale modulatie (alleen op cv-bedrijf) T=0K resterende opvoerhoogte [mbar] 600 500 400 300 00 maximale modulatie minimale modulatie (alleen op cv-bedrijf) T=0K 00 00 0 0 00 400 600 800 000 00 Flow [l/h] 400 600 800 000 0 0 00 400 600 800 000 00 400 600 800 000 00 400 600 Flow [l/h] Logamax plus GB-4T5 Logamax plus GB-9T5 600 600 resterende opvoerhoogte [mbar] 500 400 300 00 00 T=0K maximale modulatie minimale modulatie (alleen op cv-bedrijf) resterende opvoerhoogte [mbar] 500 400 300 00 00 maximale modulatie minimale modulatie (alleen op cv-bedrijf) T=0K 0 0 00 400 600 800 000 00 Flow [l/h] 400 600 800 0 0 00 400 600 800 000 00 400 600 800 Flow [l/h] 36 Montage- en onderhoudsvoorschrift condensatie-gasketel Logamax plus GB-4/9/43/60/4T5/9T5 06/003