Installatievoorschriften Renovent Excellent 400 & Renovent Excellent 400 Plus



Vergelijkbare documenten
Elektrische aansluitingen accessoires

Elektrische aansluitingen accessoires

Elektrische aansluitingen accessoires

toets kiezen uit 3 verschillende menu s nl.: Met de R-toets kan elk gekozen menu worden verlaten en komt men terug in de bedrijfssituatie.

A = display B = 4-tal bedieningstoetsen A B. Functie toets. Instelmenu activeren; naar volgende stap in het submenu; waardeverandering bevestigen

Elektrische aansluitingen accessoires

Installatievoorschriften Renovent Excellent 400 (Plus)

Renovent Excellent 300/400 (Plus)

5 Installeren. 5.1 Installeren algemeen. 5.2 Plaatsen toestel

3.1 Technische informatie

In werking stellen Hoofdstuk 6

Na bediening van de Menu - toets kan men met de + of - toets kiezen uit 3 verschillende menu s nl.:

5.1 Installeren algemeen

5.1 Installeren algemeen

In werking stellen Hoofdstuk 6

Installatievoorschriften. Renovent HR Small

WARMTETERUGWINAPPARAAT RENOVENT HR

RENOVENT HR MEDIUM/LARGE MET OPTIEPRINT

Installatievoorschriften Renovent HR Medium/Large

WARMTETERUGWINAPPARAAT RENOVENT HR 400

WARMTETERUGWINAPPARAAT RENOVENT HR 250

6.1 In- en uitschakelen toestel

Technisch blad. Warmteterugwinapparaat Renovent Excellent 450 (Plus) Renovent Excellent 450 1

Renovent Excellent 400 (Plus)

WARMTETERUGWINAPPARAAT RENOVENT HR 325

Renovent Excellent 180 (Plus)

Technisch blad. Warmteterugwinapparaat Renovent Excellent 180 (Plus) Renovent Excellent 180 1

Renovent Excellent 450 (Plus)

Brink Renovent.

Renovent HR, toestellen 7.1

Renovent Excellent 450 (Plus)

Montage-, bedieningsen onderhoudshandleiding

5.1 Installeren algemeen. 5.2 Plaatsen toestel

Renovent Elan (Plus) INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN. (Nederlands)

Ubiflux W300 (+) / W400 (+) / W450 (+) Bewaren bij het toestel Store near the appliance Bitte beim Gerät aufbewahren A conserver près de l appareil

Installatievoorschriften. Renovent Excellent 300/400 (Plus)

Renovent Excellent 300/400 (Plus)

Renovent Elan (Plus) INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN. (Nederlands) G

Renovent Excellent 300/400 (Plus)

Installeren Hoofdstuk 5

5.1 Installeren algemeen Plaatsen toestel Voor het openen van het toestel moet men eerst de gekleurde

linkerzijde is eventueel ook mogelijk. Aan de andere zijde moet de kabel aangesloten worden op een elektrische voeding 230 V~50 Hz met aardleiding.

Installatievoorschriften. CO₂-sensor Nederlands

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 918

Elektrische aansluitingen accessoires

5.1 Installeren algemeen. 5.2 Plaatsen toestel. De installatie van het toestel:

Installeren Hoofdstuk 5

Warmteterugwinapparaat ComfoD 550

5.1 Installeren algemeen. 5.2 Plaatsen toestel

Installatievoorschrift. Koppelstuk CV+WTW

Warmteterugwinapparaat WHR 920

Display Op het display worden de diverse situaties weergegeven. Toets

I N S T A L L A T I E V O O R S C H R I F T E N SCHAKELKAST FREE-KOELING BEWAREN BIJ HET TOESTEL

WARMTETERUGWINAPPARAAT RENOVENT HR MEDIUM/LARGE MET OPTIEPRINT

Warmteterugwinapparaat WHR 950

Installatiehandleiding Bedien-unit luxe Warmte Terug Win unit

Installatievoorschriften Renovent HR SWB

Warmteterugwinapparaat ComfoD 550

Installatievoorschrift. Vraaggestuurd ventileren

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 950

silent ventilation DE KRACHT VAN DE NATUUR IN DE WONING MET EEN BALANSVENTILATIESYSTEEM D400

Renovent Sky 200 (Plus) INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN (Nederlands)

Renovent Sky 150 (Plus)

9.1 Aansluitschema basisprint

8.1 Storingssignalering De storingssignalering wordt zichtbaar op het moment dat er een storing in het toestel optreedt.

Installatievoorschriften Renovent HR Medium/Large

Renovent Sky 150 (Plus)

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 920

Warmteterugwinunit Renovent Excellent

Installatievoorschriften. Renovent Small

AANVULLEND INSTRUCTIEBOEKJE LUCHTVERWARMER. TYPE TR Duct. Kanaal uitvoering

Ubiflux Vigor WTW. Zuivere kracht

Installatievoorschriften Ubiflux Medium/Large

GEBRUIKERSHANDLEIDING EN MONTAGE-INSTRUCTIE

Installatievoorschriften. Warmteterugwinapparaat Renovent HR Medium/Large BEWAREN BIJ HET TOESTEL

Warmteterugwinunit WHR 920

Compacte woonhuisventilatie met warmteterugwinning - CWL

Gebruikers- en montage handleiding

2 Voor de gebruiker. Dit hoofdstuk beschrijft hoe de WHR moet worden gebruikt.

I N S T A L L A T I E - en O N D E R H O U D S - V O O R S C H R I F T E N

Installatievoorschriften Renovent HR Medium/Large met optieprint

Renovent Sky 300 (Plus)

CODUMÉ SCVU2 TECHNISCHE FICHE. Een vooruitstrevende techniek! EPB conform.

Gebalanceerde ventilatie met warmteterugwinning (wtw)

Uw ventilatiesysteem: Decentrale ventilatie

Vraaggestuurd ventileren 2.0

Comfort-Woning-Ventilatie

silent ventilation DE KRACHT VAN DE NATUUR IN DE WONING MET EEN BALANSVENTILATIESYSTEEM D400

Woonhuisventilator type: Compact-10P

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 930

Technische fiche Endura Delta

WTWe. Warmteterugwinapparaten. Warmteterugwinapparaat. Belangrijke kenmerken. Algemeen. Behuizing. Ventilatoren

Warmteterugwinapparaat WHR 930

Warmteterugwinapparaten

Decoratieve radiatoren Comfortabele ventilatie Verwarmings- en koelplafondsystemen Clean air solutions Zehnder WHR 920

Warmteterugwinunit Zehnder WHR 950

Warmteterugwinapparaat Zehnder WHR 960

Uw ventilatiesysteem: Vraaggestuurde ventilatie met natuurlijke toevoer, mechanische afvoer;

LED weergave-systeem Hoofdstuk 7

Technische fiche Endura Delta

Transcriptie:

Installatievoorschriften Renovent Excellent 400 & Renovent Excellent 400 Plus

Installatievoorschriften Warmteterugwinapparaat Renovent Excellent 400 BEWAREN BIJ HET TOESTEL Land : NL

Inhoudsopgave Hoofdstuk Toepassing 1 1 Pagina Uitvoering Technische informatie Aansluitingen en afmetingen Aansluitingen en afmetingen rechter uitvoering Aansluitingen en afmetingen linker uitvoering Opbouw Opengewerkt toestel Functie componenten Werking Omschrijving Bypass voorwaarden Vorstregeling Renovent Excellent Plus Installeren Installeren algemeen Plaatsen toestel Aansluiten condensafvoer Aansluiten kanalen Elektrische aansluitingen Aansluiten van de standenschakelaar Aansluiting ebus cq opentherm connector Aansluiting van de netstekker Aansluiting van de perilexstekker In werking stellen Algemene verklaring bedieningspaneel Menustructuur display Bedrijfssituatie Status systeemventilator Weergave luchtdebiet Meldingstekst Instelmenu Uitleesmenu Servicemenu In werking stellen In- en uitschakelen van het toestel Instellen luchthoeveelheid Overige instellingen gebruiker Fabrieksinstellingen Storing Storingsanalyse Displaycodes Drukslangen 2 2.1 2.2 2.3 2.3.1 2.3.2 3 3.1 3.2 4 4.1 4.2 4.3 4.4 5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.5.1 5.5.2 5.5.3 5.5.4 6 6.1 6.2 6.3 6.3.1 6.3.2 6.3.3 6.4 6.5 6.6 7 7.1 7.2 7.3 7.4 8 8.1 8.2 8.3 2 2 3 4 4 5 5 5 5 5 5 5 5 5 6 6 6 6 6 8 8 8 8 8 11 11 13 14 14 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 21 21 21 23 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Inhoudsopgave Onderhoud Onderhoud door de gebruiker Onderhoud door de installateur Elektrische schema s Principeschema Bedradingsschema Aansluitvoorbeelden standenschakelaar Extra standenschakelaar draadloze afstandbediening Koppelen meerdere Renovent Excellent toestellen Modulair koppelen; luchtdebiet per toestel individueel in te stellen Koppelen middels ebus; alle toestellen gelijke luchtdebiet Service Exploded view Service artikelen Hoofdstuk 9 9.1 9.1 10 10.1 10.2 10.3 10.3.1 10.3.2 10.3.3 10.3.4 10.4 10.4.1 10.4.2 10.5 10.6 10.7 10.8 11 11.1 11.2 Pagina 24 24 25 27 27 28 29 29 29 29 29 30 30 30 31 32 33 34 35 35 35 Instelwaarden 12 36 Bijlagen Conformiteitsverklaring 38 38 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Leveromvang Leveromvang Controleer voordat men begint met de installatie van het warmteterugwintoestel of deze compleet en onbeschadigd is geleverd. De leveromvang van het warmteterugwintoestel type Renovent Excellent omvat de volgende componenten: - Warmteterugwintoestel type Renovent Excellent - Muurophangbeugelset bestaande uit: 2x ophangstrips 3x stootdopjes 1x rubber strip 2x rubberen ringen 1x montagehandleiding - PVC-Condensafvoeraansluiting bestaande uit: 1x kunststof schroefwartel 1,5 1x afdichtring 1x PVC lijmaansluitstuk 32mm - Documentatieset bestaande uit: 1x installatievoorschrift 1x bewonersinstructie Renovent Excellent 1e druk december 2010

Toepassing Hoofdstuk 1 De Brink Renovent Excellent is een ventilatieunit met warmteterugwinning met een rendement van 95%, een maximale ventilatiecapaciteit van 400 m 3 /h en energiezuinige ventilatoren. Kenmerken Renovent Excellent: traploze instelbaarheid luchthoeveelheden via bedieningspaneel. - een geheel nieuwe intelligente vorstregeling die ervoor zorgt, dat het toestel ook bij lage buitentemperaturen optimaal blijft functioneren en, indien noodzakelijk, ook de standaard gemonteerde voorverwarmer inschakelt. laag geluidsniveau standaard voorzien van automatisch werkende bypassklep energiezuinig hoog rendement De Renovent Excellent 400 is leverbaar in twee types: de Renovent Excellent de Renovent Excellent Plus De Renovent Excellent Plus heeft t.o.v. standaard Renovent Excellent een uitgebreidere regelprint waardoor deze meer aansluitmogelijkheden heeft. In dit installatievoorschrift wordt zowel de standaard Renovent Excellent als de Renovent Excellent Plus besproken. De Renovent Excellent/ Excellent Plus is leverbaar in een linker of een rechter uitvoering. Bij een linker uitvoering zitten de kanalen is bij deze twee uitvoeringen verschillend! Voor juiste positie aansluitkanalen en afmetingen zie 2.3.1 resp. 2.3.2. Bij bestelling van een toestel altijd het juiste type codering opgeven; ombouwen naar een andere uitvoeringsvariant is naderhand niet mogelijk. De Renovent Excellent wordt af fabriek geleverd met een 230V. netstekker of een perilexstekker en een aansluiting voor een zwakstroomstandenschakelaar aan de buitenzijde van het toestel. Let op: Wanneer een Renovent Large wordt vervangen door een Renovent Excellent denk er hierbij aan dat de positie van de kanalen Uit woning en Van buiten Controleer positie van deze kanalen goed aan de hand van de aansluittekeningen 2.3.1 en 2.3.2. Uitvoeringstypes Renovent Excellent 400 Type Uitvoering L of R Positie luchtkanalen Voeding Type codering 4 boven aansluitingen Netstekker Perilex 4/0 L 4/0 LP Linker uitvoering 2 boven aansluitingen & 2 onder aansluitingen Netstekker Perilex 2/2 L 2/2 LP Renovent Excellent 3 boven aansluitingen & 1 onder aansluiting 4 boven aansluitingen Netstekker Perilex Netstekker Perilex 3/1 L 3/1 LP 4/0 R 4/0 RP Rechter uitvoering 2 boven aansluitingen & 2 onder aansluitingen Netstekker Perilex 2/2 R 2/2 RP 3 boven aansluitingen & 1 onder aansluiting Netstekker Perilex 3/1 R 3/1 RP 4 boven aansluitingen Netstekker 4/0 L+ Perilex 4/0 LP+ Linker uitvoering 2 boven aansluitingen & 2 onder aansluitingen Netstekker 2/2 L+ Perilex 2/2 LP+ Renovent Excellent Plus 3 boven aansluitingen & 1 onder aansluiting 4 boven aansluitingen Netstekker 3/1 L+ Perilex 3/1 LP+ Netstekker 4/0 R+ Perilex 4/0 RP+ Rechter uitvoering 2 boven aansluitingen & 2 onder aansluitingen Netstekker 2/2 R+ Perilex 2/2 RP+ 3 boven aansluitingen & 1 onder aansluiting Netstekker 3/1 R+ Perilex 3/1 RP+ Renovent Excellent 1e druk december 2010 1

Hoofdstuk 2 Uitvoering 2.1 Technische informatie Renovent Excellent 400 Voedingsspanning [V/Hz] 230/50 Beschermingsgraad IP30 675 x 765 x 564 Kanaaldiameter [mm] Uitwendige diameter condensafvoer [mm] Ø180 Ø32 Gewicht [kg] 38 Filterklasse 1 2 3 Ventilatiecapaciteit [m 3 /h] 100 200 300 Toelaatbare weerstand kanalensysteem [Pa] 6-20 25-49 56-178 Opgenomen vermogen [W] 9,5-15 29-40 72-98 Opgenomen stroom [A] 0,12-0,14 0,24-0,31 0,51-0,7 0,45-0,40 0,56-0,58 0,60-0,61 Statische druk [Pa] * * * Geluidsvermo- * * * * * * EPN-berekening Gelijkwaardigheidsverklaring rendement warmteterugwinapparaat t.b.v. berekening NEN 5128 (Energieprestatie voor woningen en woongebouwenbepaling- Kanaal naar woning * * * wtw gemeten [%] 95,2 wtw NEN 5128 [%] 95,0 I [A] 0,36 V [V] 230 0,50 Aantal ventilatoren 2 2 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Uitvoering Hoofdstuk 2 400 375 350 325 300 Weerstand kanalensysteem [Pa] 275 250 225 200 175 150 125 100 75 50 25 0 86 79 49 83 32 58 26 71 40 20 51 28 36 12 22 17 23 19 10 15 7 5 0 25 50 75 100 125 150 175 200 225 250 275 300 325 350 375 400 425 Volumestroom [m 3 /h] 6262-B Let op: De vermelde waarde in de cirkel is het vermogen (in Watt) per ventilator Renovent Excellent 1e druk december 2010 3

Hoofdstuk2 Uitvoering 2.3 Aansluitingen en afmetingen Renovent Excellent 2.3.1 Aansluitingen Renovent Excellent rechter uitvoering Renovent Excellent rechts 2/2 6266-A Renovent Excellent rechts 4/0 6267-A mm 7 Renovent Excellent rechts 3/1 Afmetingen Renovent rechter 6268-A A B C D G H I J K L 388 138 138 677 45 765 198 397 526 564 1 = Naar woning 2 = Naar buiten 3 = Uit woning 4 = Van buiten 5 = Elektrische aansluitingen 6 = Aansluiting condensafvoer 7 = Muurophangbeugel (denk hierbij om juiste plaatsing van de rubberstrip, ringen en 4 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Uitvoering Hoofdstuk 2 2.3.2 Aansluitingen Renovent Excellent linker uitvoering Renovent Excellent links 2/2 6269-A Renovent Excellent links 4/0 6270-A mm 7 Renovent Excellent links 3/1 Afmetingen Renovent linker 6271-A A B C D G H I J K L 388 138 138 677 45 765 328 280 526 564 1 = Naar woning 2 = Naar buiten 3 = Uit woning 4 = Van buiten 5 = Elektrische aansluitingen 6 = Aansluiting condensafvoer 7 = Muurophangbeugel (denk hierbij om juiste plaatsing van de rubberstrip, ringen en Renovent Excellent 1e druk december 2010 5

Hoofdstuk 3 Opbouw 3.1 Opengewerkt toestel Bovenaanzicht displaykap A = Afvoerluchtstroom B = Toevoerluchtstroom 6263-A 3.2 Functie componenten 1 Service aansluiting Computeraansluiting voor servicedoeleinden 2 Display en 4 bedieningstoetsen Interface tussen de gebruiker en regelelektronica 3 Regelprint Bevat de regelelektronica voor de basisfuncties 4 Voorverwarmer Warmt buitenlucht op wanneer kans is op invriezen warmtewisselaar 5 Buitentemperatuurvoeler Meet de luchttemperatuur van buiten 6 Filtert luchtstroom uit de woning 7 Warmtewisselaar Zorgt voor de warmteoverdracht tussen de toe- en afvoerlucht 8 Filtert buitenlucht welke woning in gaat 9 Bypassklep Stuurt de lucht wel of niet over de warmtewisselaar 10 Binnentemperatuurvoeler Meet de luchttemperatuur uit de woning 11 Condensafvoer Aansluiting voor condenswaterafvoer 12 Afvoerventilator Voert vervuilde lucht uit de woning naar buiten af 13 Toevoerventilator Voert verse lucht aan de woning toe 14 Modulaire connector standenschakelaar 15 Connector ebus 16 Connector X15 Bevat de diverse extra stuur in- en uitgangen; alleen bij Plus uitvoering 17 Connector X14 Aansluiting naverwarmer; alleen bij Plus uitvoering 18 Netsnoer 230 V. Doorvoer voedingskabel 230 volt 6 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Werking Hoofdstuk 4 4.1 Omschrijving Het toestel wordt stekkerklaar geleverd en werkt volautomatisch. De afgevoerde vuile binnenlucht warmt de frisse schone buitenlucht op. Hierdoor wordt energie bespaard en wordt verse lucht naar de gewenste vertrekken gevoerd. De regeling is voorzien van drie ventilatiestanden. Het luchtdebiet is per ventilatiestand instelbaar. De constant volume regeling zorgt ervoor dat de luchtdebiet van de toe- en afvoerventilator onafhankelijk van de kanaaldruk wordt gerealiseerd. 4.2 Bypassvoorwaarden De standaard gemonteerde bypassklep maakt het mogelijk frisse buitenlucht toe te voeren, die niet wordt opgewarmd door de warmtewisselaar. Vooral tijdens zomernachten is het wenselijk koelere buitenlucht toe te voeren. De warme lucht in de woning wordt dan zo veel mogelijk vervangen door koelere buitenlucht. Bypassklep voorwaarden De bypassklep opent en sluit automatisch wanneer aan een aantal voorwaarden wordt voldaan (zie onderstaande tabel Met stapnummer 4 en stapnummer 5 in het instelmenu, (zie gepast. Bypassklep open - De buitentemperatuur is hoger dan 10 C en - de buitentemperatuur is minimaal 1 C lager dan binnentemperatuur in woning en - de temperatuur in de woning is hoger dan de ingestelde temperatuur bij stapnr. 4 in het Bypassklep gesloten - De buitentemperatuur is lager dan 10 C of - de buitentemperatuur is hoger dan de binnentemperatuur in de woning of - de temperatuur uit de woning is lager dan de ingestelde temperatuur bij stapnr. 4 in het 4.3 Vorstbeveiliging Om invriezen van de warmtewisselaar bij zeer lage buitentemperatuur te voorkomen is de Renovent Excellent uitgevoerd met een intelligente vorstregeling. Temperatuursensoren meten de temperaturen over de warmtewisselaar en, indien nodig, wordt de voorverwarmer proportioneel ingeschakeld. Hierdoor blijft een goede ventilatiebalans, ook bij zeer lage buitentemperatuur, gehandhaafd. 4.4 Renovent Plus uitvoering De Renovent Excellent kan ook worden besteld als Plus - uitvoering; in deze uitvoering zit een andere regelprint gemon- sluitmogelijkheden voor diverse toepassingen. Deze connector X-15 is zonder dat het toestel open hoeft te worden gemaakt bereik aan de achterzijde van de displaykap van de Renovent Excellent; om de connector X-14 aan te sluiten moet de displaykap wel worden losgenomen. Voor de positie en aansluitingen van deze twee extra connectoren, zie nr. 16 en nr. 17 in afbeelding bij 3.1. Renovent Excellent 1e druk december 2010 7

Hoofdstuk 5 Installeren 5.1 Installeren algemeen De installatie van het toestel kan als volgt worden samengevat: 4. Elektrische aansluiting: Aansluiten van de netvoeding, standenschakelaar en in- Het installeren van de Renovent Excellent dient te geschieden overeenkomstig: 5.2 Plaatsen toestel De Renovent Excellent kan middels de daartoe meegeleverde ophangbeugels direct aan de wand worden bevestigd. Voor een trillingsvrij resultaat dient een massieve wand met een minimale massa van 200 kg/m 2 te worden gebruikt. Een gibo- of metaalstut wand voldoet niet! Extra maatregelen zoals dubbele beplating of extra stuts zijn dan noodzakelijk. Desgewenst is ten behoeve van vloermontage een montagestoel leverbaar. Verder dient rekening gehouden te worden met de volgende punten: 5.3 Aansluiten condensafvoer De condensafvoer wordt bij de Renovent Excellent door het onderpaneel geleid. De condensafvoer aansluiting wordt los bij het toestel meegeleverd en moet door de installateur onder in het toestel worden geschroefd. Het condenswater moet via de binnenriolering worden afgevoerd. De afvoer moet onder de waterspiegel in de zwanenhals eindigen. De door de installateur te plaatsen condensafvoeraansluiting heeft een uitwendige aansluitdiameter van 32 mm. Hierop kan middels afvoerleiding worden gemonteerd. De installateur kan de condensafvoer in de gewenste positie onder in het toestel lijmen. Giet, voordat de condensafvoer op het toestel wordt aangesloten, water in de sifon of de zwanenhals om een waterslot te krijgen. Kwaliteitseisen ventilatiesystemen woningen, ISSO 61 Kwaliteitseisen gebalanceerde ventilatie in woningen, ISSO 62 De capaciteitsberekening conform het Bouwbesluit Voorschriften voor ventilatie van woningen en woongebouwen, NEN 1087 De veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties, NEN 1010 De voorschriften voor het aansluiten op de binnenriolering in woningen en woongebouwen, NEN 3287 Eventuele aanvullende voorschriften van de plaatselijke energiebedrijven De installatievoorschriften van de Renovent Excellent Het toestel moet waterpas worden geplaatst. De opstellingsruimte moet zodanig worden gekozen, dat een goede condensafvoer met waterslot en verval voor condenswater gemaakt kan worden. De opstellingsruimte moet vorstvrij zijn. derhoud voor een vrije ruimte van minimaal 70 cm aan de voorzijde van het toestel en een vrije stahoogte van 1,8 m. 32 mm 6264-A 5.4 Aansluiten kanalen Het luchtafvoerkanaal hoeft niet van een inregelklep te worden voorzien; de luchthoeveelheden worden door het toestel zelf geregeld. Om condensatie op de buitenzijde van het buitenluchttoevoerkanaal en het luchtafvoerkanaal vanaf de Renovent Excellent te voorkomen, dienen deze kanalen tot op het toestel uitwendig dampdicht te worden geïsoleerd. Indien hiervoor overbodig. Bij afwijkende diameters de Brink thermische isolerende slangen gebruiken. Om het geluid van de ventilatoren optimaal te dempen dient tussen het toestel en de kanalen van en naar de woning Brink akoestische slang toe te passen met een lengte van 1,5 meter. Het toevoerkanalensysteem dient te worden uitgevoerd overeenkomstig tabel 4 NEN 1070. Hierbij dient rekening te worden gehouden met overspraak en installatiegeluid, ook bij instortkanalen. Voorkom overspraak door het kanaal met afzonderlijke aftakkingen naar de ventielen toe uit te voeren. Zo nodig dienen de toevoerkanalen te worden geïsoleerd, bijvoorbeeld wanneer deze buiten de geisoleerde schil worden aangebracht. Pas bij voorkeur Brink instortkanalen toe. Deze kanalen zijn ontwikkeld met het oog op een lage kanaalweerstand. Voor de Renovent Excellent dient een kanaaldiameter van 180 mm te worden toegepast. 8 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Installeren Hoofdstuk 5 6265-A 1 = Renovent Excellent links 2/2 (waterpas opstellen) 2 = Voorkeur aanzuigen ventilatielucht 3 = Aanzuigen ventilatielucht door het dakvlak 4 = Aanzuigen ventilatielucht van onder de pannen 5a = Vrije aanzuig onderzijde dakvlak 5b = Vrije aanzuig bovenzijde dakvlak 6 = Rioolontspanning 7 = Voorkeurplaats afvoer ventilatielucht; Brink geisoleerde ventilatiedakdoorvoer toepassen 8 = Brink kunststof HR WTW buis 9 = Condensafvoer 10 = Akoestische slang 11 = Kanalen van en naar woning De buitenluchttoevoer dient plaats te vinden vanuit de beschaduwde zijde van de woning, bijvoorbeeld uit de gevel of overstek. Indien de buitenlucht van onder de pannen wordt aangezogen, dient de aansluiting zo te worden uitgevoerd, dat er geen condenswater in het dakbeschot ontstaat en er geen water in kan lopen. Aanzuigen van de ventilatielucht van onder de pannen is mogelijk als er via de boven- en onderzijde van het dakvlak vrije lucht kan toetreden en de riolering niet ontspant onder de pannen. De maximaal toelaatbare weerstand van het kanalensysteem bedraagt 150 Pa bij de maximale ventilatiecapaciteit. Wanneer de weerstand van het kanalensysteem hoger is, vermindert de maximale ventilatiecapaciteit. De plaats van de afvoer van de mechanische ventilatielucht en rioolontluchting dient zo te worden gekozen, dat er geen hinder ontstaat. De plaats van de toevoerventielen dient zodanig te worden gekozen, dat vervuiling en tocht wordt voorkomen. Geadviseerd word om de Brink toevoerventielen toe te passen. 4759-0 A = Afstand van 10 mm boven dakbeschot B = Dakisolatie C = Dichtschuimen D = Pijp t.b.v. suppletielucht zorgvuldig isoleren en dampdicht afwerken Het afvoerkanaal dient zodanig door het dakbeschot te worden gevoerd, dat er geen condenswater in het dakbeschot ontstaat. Het afvoerkanaal tussen de Renovent Excellent en de dakdoorvoer dient zodanig te worden uitgevoerd, dat oppervlaktecondensatie wordt voorkomen. Maak altijd gebruik van een geïsoleerde ventilatiedakdoorvoer. 1 = Brink toevoerventielen 2 = Toevoer uit wand 3 = Afzuigventiel in plafond of hoog in de wand 4 = Voorkom overspraak 5 = Bij voorkeur Brink instortkanalen a = Spleet onder de deur van 2 cm. 4761-A Er dienen voldoende overstroomopeningen te worden aangebracht, zie NEN 1087, deurspleet 2 cm. Renovent Excellent 1e druk december 2010 9

Hoofdstuk 5 Installeren 5.5 Elektrische aansluitingen Het toestel wordt geleverd met een 230 V netstekker of met een perilexstekker. Bij aansluiting van een perilexstekker komt de standaard netstekker te vervallen; voor aansluiting perilexstekker zie ook principeschema 10.1. 5.5.1 Aansluiten van de standenschakelaar aangesloten op de modulaire connector type RJ12 welke aan de achterzijde van de displaykap van het toestel is geplaatst. Afhankelijk van welke type standenschakelaar wordt aangesloten kan men hier een RJ11 of RJ12 stekker op aansluiten. altijd een RJ12 stekker monteren in combinatie met een 6-aderige modulaire kabel catie altijd een RJ11 stekker monteren in combinatie met een 4-aderige modulaire kabel. Voor aansluitvoorbeeldenstandenschakelaar zie schema s 10.3.1 t/m 10.3.4. Ook is een draadloze afstandbediening of een combinatie van standenschakelaars mogelijk. Optioneel is het Brink 2-zone vraagsturing systeem leverbaar (eventueel met CO 2 5.5.2 Aansluiten ebus cq OpenTherm connector De Renovent Excellent kan zowel met Opentherm als met ebus protocol werken. Afhankelijk van de instelling van parameter 06 in het instel- OpenTherm. De ebus protocol kan worden gebruikt voor b.v. worden ge- Het OpenTherm protocol kan in combinatie met vraaggestuurd ventileren worden toegepast in plaats van een laagspanningsschakelaar of een perilex stekker. Via OpenTherm is het toerental traploos in debiet te regelen. Als verbindingskabel moet een 2-aderige zwakstroomkabel worden gebruikt met een koperdoorsnede van minimaal 0,8 mm 2.. Omwisseling van de kabelaansluiting op de 2-polige schroefconnector X1 heeft geen invloed op de werking van het toestel. 5.5.3 Aansluiten van de netstekker Het toestel kan door middel van de aan het toestel gemonteerde stekker worden aangesloten op een goed bereikbare, geaarde wandcontactdoos. De elektrische installatie moet voldoen aan zowel NEN 1010 als de eisen van uw elektriciteitsbedrijf. Waarschuwing De ventilatoren en regelprint werken onder hoogspanning. Bij werkzaamheden in het toestel dient het toestel spanningsvrij te worden gemaakt door de netstekker los te nemen. 5.5.4 Aansluiten van de perilexstekker Zie 10.1 voor het aansluitschema van de perilexstekker en perilexwandcontactdoos. Bij gebruik van een standenschakelaar middels een perilex aansluiting is de toepassing van standenschakelaar met led niet mogelijk! Waarschuwing De ventilatoren en regelprint werken onder hoogspanning. Bij werkzaamheden in het toestel dient het toestel spanningsvrij te worden gemaakt door de perilexstekker los te nemen. 10 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Display weergave Hoofdstuk 6 6.1 Algemene verklaring bedieningspaneel Op het LCD display kan uitgelezen worden wat de bedrijfssituatie van het toestel is. Met een 4-tal bedieningstoetsen zijn instellingen in de programmatuur van de besturingsunit op te roepen en te wijzigen. Bij het inschakelen van de netspanning van de Renovent Excellent zijn gedurende 2 seconden alle op het display aanwezige symbolen zichtbaar; tegelijk gaat wordt ook de blauwe achtergrondver-. Wanneer een van de bedieningstoetsen wordt bediend dan zal het display gedurende 30 seconden verlicht zijn. Wanneer er geen toetsen worden bediend of wanneer er geen dan is op het display de bedrijfssituatie Na bediening van de Menu - toets kan men met de + of - - toets kiezen uit 3 verschillende menu s nl.: Instelmenu Uitleesmenu Servicemenu Met de R-toets kan elk gekozen menu worden verlaten en komt men terug in de bedrijfssituatie. Voor opbouw menustructuur zie ook 6.2.. A = LCD display B = 4-tal bedieningstoetsen C = service connector A B C 6134-A Toets Menu Functie toets Instelmenu activeren; naar volgende stap in het submenu; waardeverandering bevestigen - + Scrollen; waarde aanpassen R Renovent Excellent 1e druk december 2010 11

Hoofdstuk 6 Display weergave 6.2 Menustructuur display BEDRIJFSSITUATIE Indien 2 min. geen toets wordt bediend Indien 5 min. geen toets wordt bediend GEWIJZ. WAARDE WORDT OPGESLAGEN Druk op MENU - toets Druk op R - toets INSTELMENU Druk op MENU - toets Druk op R - toets INSTELMENU Druk op MENU - toets Druk op R - toets Druk op MENU - toets INSTEL WAARDE Indien 5 min. geen toets wordt bediend Druk op - - toets Druk op + - toets Druk op - - toets Druk op + - toets Druk op - - toets Druk op + - toets STAP SELECTIE WIJZ. INSTELWAARDE Druk op R - toets of indien 2 min. geen toets wordt bediend UITLEESMENU Druk op MENU - toets Druk op R - toets UITLEES MENU Indien 5 min. geen toets wordt bediend Druk op - - toets Druk op + - toets Druk op - - toets Druk op + - toets STAP SELECTIE Druk op R - toets of indien 2 min. geen toets wordt bediend SERVICE MENU Druk op MENU - toets Druk op R - toets Druk op - - toets SERVICE MENU ACTIEF Druk op + - toets Indien 20 min. geen toets wordt bediend SCROLLEN DOOR LAATSTE 10 MELDCODES FILTERMELDING Druk op R - toets > 5 s. Druk gelijktijdig > 10 s. op - en + - toets FABRIEKSINSTELLING 6249-A 12 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Display weergave Hoofdstuk 6 6.3 Bedrijfssituatie Tijdens de bedrijfssituatie kunnen op het display een 4-tal verschillende situaties/waarden tegelijk worden weergegeven. 6245-A 1 = Status ventilator situatie, weergave gekoppelde toestellen (zie 6.3.1) 2 = Luchtdebiet (zie 6.3.2) schakelcontact etc. (zie 6.3.3) 4 = Storingsymbool (zie 8.1 t/m 8.3) 6.3.1 Status systeemventilator Op deze plaats van het display is een ventilatorsymbool samen met een nummer zichtbaar. Als de toe- en afvoerventilator draaien dan is het ventilatorsymbooltje zichtbaar; staan de ventilatoren stil dan is het ventilatorsymbooltje niet zichtbaar. Het nummer achter het ventilatorsymbooltje geeft de ventilatorsituatie weer; voor verklaring van de nummers zie onderstaande tabel. Status ventilatorsituatie op display Omschrijving 1 2 3 De toe- en afvoerventilator draaien volgens stand 1 van de standenschakelaar. De toe- en afvoerventilator draaien volgens stand 2 van de standenschakelaar. De toe- en afvoerventilator draaien volgens stand 3 van de standenschakelaar. Deze Renovent Excellent is gekoppeld middels ebus of OpenTherm koppeling De toe- en afvoerventilator van de Renovent Excellent draaien volgens geschakelde stand van de ventilatiestand master - Renovent; tevens wordt op display aangegeven het slave - nummer van de betreffende Renovent. Luchtdebiet is afhankelijk van ingestelde parameters master - Renovent. 6.3.2 Weergave luchtdebiet Hier wordt weergeven de ingestelde luchtdebiet van de toe- cq afvoerventilator. Wanneer luchtdebiet van de toe- en de afvoerventilator verschillend zijn, bijv. bij toepassing van een extern schakelcontact, dan wordt altijd de hoogste luchtdebiet weergegeven. Renovent Excellent 1e druk december 2010 13

Hoofdstuk 6 Display weergave 6.3.3 Meldingstekst bij bedrijfssituatie Op deze plaats van het display kan een meldingstekst komen te staan. De meldingstekst Filter heeft altijd voorrang t.o.v. de overige meldingsteksten. De volgende meldingsteksten kunnen zichtbaar worden tijdens bedrijfssituatie: Meldingstekst op display FILTER Omschrijving Wanneer de tekst FILTER op display verschijnt dan moet het resp. worden vervangen; voor uitgebreide informatie hierover zie 9.1 CN1 of CN2 Wanneer de tekst CN1 of CN2 op display wordt weergegeven dan is één van de externe schakelingangen actief, zie ook 10.7 V1 of V2 Wanneer de tekst V1 of V2 op display wordt weergegeven dan is één van de 0-10 V. ingangen actief, zie ook 10.8. Slave 1, Slave 2 etc. Bij gekoppelde toestellen wordt bij de meldingstekst weergegeven welk toestel de Slave 1 t/m Slave 9 is; voor uitgebreide informatie hierover zie 10.4.2. Op Master - toestel wordt de normale weergave betreffende ventilatiestand weergegeven Master - toestel Slave - toestel 6250-A 14 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Display weergave Hoofdstuk 6 6.4 Instelmenu Voor het optimaal functioneren van het toestel kunnen er in het instelmenu instelwaarden worden gewijzigd waarmee het toestel is aan te passen aan de opstellingssituatie; voor overzicht van deze instelwaarden zie hoofdstuk 12. Een aantal instelwaarden zoals de luchthoeveelheden zijn vastgelegd in de ontwerpgegevens. Waarschuwing: Omdat veranderingen in het instelmenu de goede werking van het toestel kunnen verstoren moet bij niet beschreven instellingen overleg plaats vinden met Brink. Onjuiste instellingen kunnen het goed functioneren van het toestel ernstig verstoren! 4 Druk op Menu -toets voor selectie gekozen instelwaarde 1x 5 Wijzig m.b.v. - en + toets geselecteerde instelwaarde. Het aanpassen van instelwaarden in het instelmenu: 1. Druk vanuit de bedrijfssituatie op de MENU - toets. 6 Opslaan aangepaste instelwaarde 1x 1x Aangepaste instelwaarde opslaan 2. Druk op de MENU - toets om het instelmenu te activeren. Niet opslaan aangepaste instelwaarde 1x instelmenu is actief 3 Kies m.b.v. de + of de - toets de aan te passen instelwaarde. Aangepaste waarde niet opslaan 7 Voor wijzigen andere instelwaarden, herhaal stap 3 t/m 6. Wanneer men geen instelwaarden meer wilt aanpassen en terug wilt gaan naar bedrijfssituatie, druk dan op R - toets. 1x Instelwaarde Stapnummer instelwaarde Terug naar bedrijfssituatie Selectie aan te passen instelwaarde. 6251-B Renovent Excellent 1e druk december 2010 15

Hoofdstuk 6 Display weergave 6.5 Uitleesmenu Met het uitleesmenu kunnen een aantal actuele waarden van sensoren worden opgeroepen om meer informatie te krijgen over de werking van het toestel. Het wijzigen van waarden of instellingen is niet mogelijk in het uitleesmenu. Het uitleesmenu krijgt men te zien door de volgende handelingen te verrichten: 1. Druk vanuit de bedrijfssituatie op de MENU - toets. Op het display is nu het instelmenu zichtbaar. 3. Activeer het uitleesmenu. uitleeswaarde Stapnr. uitleeswaarde; voor verklaring zie onderstaande tabel 6.5. bedrijfssituatie 4 Met behulp van de + en de - - toets kan er door het uitleesmenu bladeren. instelmenu 2. Ga m.b.v. de + en de - - toets naar het uitleesmenu. 5 Druk 2x op R - toets om terug te gaan naar bedrijfssituatie. Indien 5 minuten geen toets wordt bedient, dan keert het toestel automatisch terug naar de bedrijfssituatie. uitleesmenu bedrijfssituatie 2x 6253-A Stapnr. uitleeswaarde Omschrijving uitleeswaarde Eenheid 01 Actuele temperatuur uit de woning C 02 Actuele temperatuur van buitensensor o C 03 04 05 Actuele kanaaldruk toevoer Pa 06 Actuele kanaaldruk afvoer Pa 07 Actuele luchthoeveelheid toevoerventilator m 3 /h 08 Actuele luchthoeveelheid afvoerventilator m 3 /h 16 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Display Weergave Hoofdstuk 6 6.6 Servicemenu In het servicemenu worden de laatste 10 foutmelding getoont. Bij een vergrendelende storing zijn het instelmenu en uitleesmenu geblokkeerd en kan alleen het servicemenu worden geopend; bij bediening van de menu -toets wordt het servicemenu rechtstreeks geopend. 4 Met behulp van de + en de - - toets kan men door de meldingen in het servicemenu bladeren. Het servicemenu krijgt men te zien door de volgende handelingen te verrichten: 1. Druk vanuit de bedrijfssituatie op de MENU - toets. Op het display is nu het instelmenu te zien. - Weergave geen enkele foutmelding bedrijfssituatie instelmenu 2. Ga met behulp van de + en de - - toets naar het servicemenu - servicemenu 5 Druk 2x op R - toets om terug te gaan naar bedrijfssituatie. Indien 5 minuten geen toets wordt bedient, dan keert het toestel automatisch terug naar de bedrijfssituatie. 3. Activeer het servicemenu. bedrijfssituatie 6252-A Foutcode; voor verklaring foutcode zie 8.1 t/m 8.3 Nr. foutmelding Alle foutmeldingen kunnen worden gewist door in servicemenu 5 seconden op de R - toets te drukken; dit is alleen mogelijk wanneer er geen actieve storing is! Renovent Excellent 1e druk december 2010 17

Hoofdstuk 7 In werking stellen 7.1 In- en uitschakelen toestel Het toestel kan op twee manieren worden in- of uitgeschakeld: - In- en uitschakelen door aansluiten of losnemen netstekker - Softwarematig in- en uitschakelen m.b.v. display op het toestel Inschakelen: Netvoeding inschakelen; Sluit de 230V. netstekker of de perilexstekker aan op de elektrische installatie. Uitschakelen: Softwarematig uitschakelen: Druk 5 sec. op de - toets om het toestel softwarematig uit te schakelen. Er verschijnt de tekst OFF op het display. Gedurende 2 sec. worden alle symbolen van het display getoond. 2 sec. Gedurende 2 sec. wordt de software versie getoond. 2 sec. >5 sec. Netvoeding uitschakelen; Neem de 230V. netstekker dan wel de perilexstekker los van de elektrische installatie, het toestel is nu spanningsvrij. Op display is nu geen enkele weergave te zien. De Renovent Excellent functioneert hierna meteen volgens de ingestelde stand van de standenschakelaar. Is er geen standenschakelaar aangesloten dan draait het toestel altijd op stand 1. Softwarematig Inschakelen: Wanneer de Renovent Excellent softwarematig is uitgezet, staat op het display de tekst OFF. 6258-A Het toestel wordt ingeschakeld door 5 sec. op de toets - te drukken. Waarschuwing Maak bij werkzaamheden in het toestel altijd eerst het toestel spanningsvrij door het toestel softwarematig uit te zetten en hierna de netstekker of de perilexstekker los te nemen. > 5 sec. 18 Renovent Excellent 1e druk december 2010

In werking stellen Hoofdstuk 7 7.2 Instellen luchthoeveelheid De luchthoeveelheden van de Renovent Excellent voor stand 1 t/m 3 zijn af fabriek ingesteld op respectievelijk 100, 200 en 300 m 3 /h. De prestaties en het energieverbruik van de Renovent Excellent zijn afhankelijk van de drukverlies in het kana- Voor het wijzigen van de luchthoeveelheden van stand 1, 2 en 3 in het instelmenu zie 6.4. Belangrijk: Stand 1: moet altijd lager zijn dan stand 2. Stand 2: moet altijd lager zijn dan stand 3; Stand 3: instelbaar tussen 50 en 400 m 3 /h; Indien niet aan deze voorwaarden word voldaan wordt automatisch de luchthoeveelheid van de bovenliggende stand aangepast. 7.3 Overige instellingen installateur Het is mogelijk nog meer instellingen van de Renovent Excellent te veranderen. Hoe deze kunnen worden gewijzigd staat vermeld in 6.4. 7.4 Fabrieksinstelling Het is mogelijk om alle gewijzigde instellingen tegelijk terug te zetten naar de fabrieksinstelling. Alle gewijzigde instellingen staan weer op de waarde zoals het Renovent Excellent toestel af fabriek wordt geleverd; ook alle meldcodes/ foutcodes zijn uit het service menu gewist. > 10 sec. gelijktijdig indrukken 3 sec. zichtbaar bedrijfssituatie 6259-A Renovent Excellent 1e druk december 2010 19

Hoofdstuk 8 Storing 8.1 Storingsanalyse Wanneer de regeling in het toestel een storing detecteert, wordt dit op het display weergegeven door middel van een sleutelsymbooltje eventueel samen met een storingsnummer. Het toestel maakt onderscheidt tussen een storing waarbij het - schakeld. Bij een vergrendelende storing is ook het instel en uitleesmenu uitgeschakeld en is alleen het servicemenu te bekijken. Het toestel blijft in deze storing staan totdat het betreffende probleem is opgelost; hierna zal het toestel zichzelf resetten de bedrijfssituatie. De ventilatoren worden aangestuurd op basis van de waarden van op de regelprint druksensoren. Per ventilator lopen 2 drukslangen naar de regelprint toe. Wanneer de slangen niet goed worden aangesloten, lek of verstopt zijn zal dus een verkeerde druk worden waargenomen en de ventilatoren worden dan ook niet meer op de juiste manier aangestuurd. Controleer bij twijfel over de juiste werking van het toestel de aansluitingen van de drukslangen 8.2 Displaycodes Niet vergrendelende storing Wanneer het toestel een niet ernstige storing signaleert dan Foutcode Oorzaak Actie toestel E100 E101 E103 E107 E108 Druksensor toevoerventilator defect. Rode drukslangen verstopt of geknikt Druksensor afvoerventilator defect. Blauwe drukslangen verstopt of geknikt Bypass defect. De temperatuurvoeler die de temperatuur van de afzuiglucht meet is defect. Indien aanwezig: De temperatuurvoeler die de externe temperatuur meet is defect. - Schakelt over naar constant toerental regeling. - Bij buitentemperatuur beneden 0 C gaat voorverwarmer aan. - Schakelt over naar constant toerental regeling.. Bij buitentemperatuur beneden 0 C gaat voorverwarmer aan. - Geen. - Bypass sluit en wordt geblokkeerd. - Naverwarmer wordt uitgeschakeld. - Indien van toepassing: Aardwarmtewisselaar wordt uitgeschakeld. Let op! Indien stand 2 bij een standenschakelaar niet werkt dan is de modulaire connector standenschakelaar verkeerd om aangesloten. Eén van de RJ-connectoren naar de standenschakelaar afknippen en een nieuwe connector omgekeerd monteren. 20 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Storing Hoofdstuk 8 Vergrendelende storing Wanneer het toestel een ernstige storing signaleert dan zal het toestel in een vergrendelende storing komen en niet meer den weergegeven. Op de standenschakelaar (indien van toe- installateur voor herstel van deze storing. Een vergrendelende storing is niet op te heffen door het spanningsloos maken van het toestel; eerst dient de storing te worden verholpen. 6248-A Foutcode Oorzaak Actie toestel Actie installateur E104 Afvoerventilator defect. - Beide ventilatoren worden uitgeschakeld. - Voorverwarmer wordt uitgeschakeld. - Indien van toepassing: Naverwarmer wordt uitgeschakeld. - Elke 5 minuten herstart. Maak toestel spanningsloos Vervang afvoerventilator Zet weer spanning op toestel; storing is automatisch gereset. E105 Toevoerventilator defect. - Beide ventilatoren worden uitgeschakeld. - Voorverwarmer wordt uitgeschakeld. - Indien van toepassing: Naverwarmer wordt uitgeschakeld. - Elke 5 minuten herstart. Maak toestel spanningsloos Vervang toevoerventilator Zet weer spanning op toestel; storing is automatisch gereset. E106 De temperatuurvoeler die de buitenluchttemperatuur meet is defect. - Beide ventilatoren worden uitgeschakeld. - Voorverwarmer wordt uitgeschakeld. - Bypass sluit en wordt geblokkeerd. Maak toestel spanningsloos Vervang temperatuurvoeler Zet weer spanning op toestel; storing is automatisch gereset. E999 Dipswitches op besturingprint niet juist ingesteld - Toestel doet niets; ook rode storingsledje op standenschakelaar wordt niet aangestuurd Zet dipswitches op juiste positie. Storing E999 Indien er bij het spanning op het toestel zetten gelijk de melding E999 op het display verschijnt dan is de gemonteerde regelprint niet geschikt voor dit toestel of de positie van de dipswitches op de regelprint staan verkeerd. Voor lokatie dipswitches op print zie 10.2; positie M 6261-A Controleer in dit geval of de dipswitches op de regelprint staan ingesteld volgens onderstaande tabel; is dit wel het geval en wordt nog steeds de melding E999 weergegeven vervang dan de regelprint door een print van het juiste type. Instelling dipswitches Renovent Excellent Instelling dipswitches Renovent Excellent Plus Renovent Excellent 1e druk december 2010 21

Hoofdstuk 9 Onderhoud 9.1 Filterreinigen Het onderhoud voor de gebruiker is beperkt tot het periodiek worden gereinigd indien dit wordt aangegeven op het display (hierop verschijnt tekst FILTER - schakelaar brandt. gehaald. 1 Druk gedurende 5 sec. op de - - toets; het toestel wordt > 5 sec. kelen door 5 sec. op de - -toets te drukken. > 5 sec. uit worden gehaald. 6282-A R - De tekst FILTER zal kortstondig knipperen ter bevesti- FILTER nog niet wordt weergegeven op display kan een worden gezet. 5 sec. FILTER ; het lampje bij de standen schakelaar is weer uit en het display staat weer in de bedrijfssituatie. 6260-A 22 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Onderhoud Hoofdstuk 9 9.2 Onderhoud Het onderhoud voor de installateur bestaat uit het reinigen van de wisselaar en de ventilatoren. Afhankelijk van de omstandigheden dient dit circa eens per 3 jaar plaats te vinden. 4 Verwijder de warmtewisselaar. Voorkom beschadiging van de schuimdelen in het toestel. 1 Schakel het toestel uit middels het bedieningspaneel (Druk gedurende 5 seconden op de - - toets; het toestel wordt > 5 sec. en gangbaar afwasmiddel. Spoel de wisselaar na met warm water. 6 Neem eerst displaykap los. Let op! Connectoren aan achterzijde displaykap eerst losnemen. 3 Verwijder het voordeksel 2x 6283-A Renovent Excellent 1e druk december 2010 23

Hoofdstuk 9 Onderhoud 7 Neem 4 drukslangen en 3 ventilatorkabels los van print. Blauwe drukslang met zwarte markering Rode drukslang met zwarte markering 10 Reinig de ventilatoren middels een zachte borstel. Zorg dat de balanceergewichten niet verschuiven. Blauwe drukslang Rode drukslang Dubbele ventilatorkabel X11 Toevoerventilatorkabel X10 Afvoerventilatorkabel X9 8 Schuif het ventilatordeel uit het toestel. 11 Plaats de ventilatoren terug in de ventilatordelen en sluit alle drukslangen weer aan. 12 Plaats het komplete ventilatordeel terug in het toestel. 6383-A 13 Sluit drukslangen en ventilatorkabels weer aan op print. Let voor de juiste positie drukslangen op de markeringssticker op de druksensoren. 14 Monteer het displaykap en plaats de losgenomen connectoren aan de achterzijde van de displaykap weer terug. 15 Plaats de warmtewisselaar terug in het toestel. 16 Plaats het voordeksel. richting de wisselaar. 19 Schakel de stroomtoevoer in. 9 Neem ventilatoren los uit ventilatordelen; neem eerst de drukslangen los van de ventilatoren. 20 Schakel het toestel in middels het bedieningspaneel (druk 5 seconden op de toets - R -toets te drukken 24 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Elektrische schema s Hoofdstuk 10 10.1 Principeschema T1 = Laagstand ventileren T2 = Middenstand ventileren T3 = Hoogstand ventileren E2355-A A = Standenschakelaar B = Voorverwarmer C = Buitentemp.voeler D = Regelprint E = Toevoerventilator F = Afvoerventilator G = Bedieningspaneel H = Binnentemp.voeler J = Serviceaansluiting K = Klepmotor bypass L = Renov. Plus uitvoering N = Niet van toepassing O = E-busconnector (polariteitgevoelig) of Open Therm, toepassing afh. van parameterinstelling P = Naverwarmer (Plus uitv.) Q = Uitgang 0-10V(Plus uitv.) R = Sensor naverwarmer of buitensensor aardwarmtewisselaar(plus uitv.) S = 24 volt aansl.(plus uitv.) T = Ingang 0-10V (of maakcontact) (Plus uitvoering) U = Maakcontact (of ingang 0-10V) (Plus uitvoering) V = Perilex contactstop W= Perilex wandcontactdoos Y = 3-Standenschakelaar Renovent Excellent 1e druk december 2010 25

Hoofdstuk 10 Elektrische schema s 10.2 Bedradingsschema C1 = bruin C2 = blauw C3 = groen/geel C5 = wit C6 = draad nr.1 C7 = draad nr.2 C10 = geel C11 = groen 1 = Afwezigheidsstand 2 = Aanwezigheidsstand 3 = Koken / douchestand E2356-A A = Standenschakelaar B = Voorverwarmer C = Buitentemp.voeler D = Regelprint E = Toevoerventilator F = Afvoerventilator G= Bedieningspaneel H = Binnentemp.voeler J = Serviceaansluiting K = Klepmotor bypass L = Extra connectoren; alleen bij Renovent Plus uitvoering M= Dipswitches t.b.v. toestel selectie 26 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Elektrische schema s Hoofdstuk 10 10.3 Aansluitvoorbeelden standenschakelaar Een standenschakelaar kan worden aangesloten op de modulaire connector X2 aan de bovenzijde van de Renovent Excellent. Deze modulaire connector is direct bereikbaar aan de achterzijde van de displaykap zonder dat deze hoeft te worden losgenomen. 230V 50Hz Draadkleur C1 t/m C6 kan variëren afhankelijk van het type toegepaste modulaire kabel. A = Renovent Excellent Let op: Bij de toegepaste modulaire kabel moeten van beide modulaire connectoren het lipje naar de markering op de modulaire kabel worden gemonteerd. 230V 50Hz A = Renovent Excellent B = Ontvanger t.b.v. draadloze afstandbediening C = Zender met 4 standen (bijv. keuken) D = Zender met 2 standen (bijv. badkamer) E = Eventueel extra aan te sluiten 2 of 4 standen zenders (Maximaal 6 zenders kunnen op 1 ontvanger worden aangemeld) 10.3.4 Extra standenschakelaar draadloze afstandbediening 230V 50Hz 230V 50Hz E2365-A E2365-A A = Renovent Excellent C = Splitter A = Renovent Excellent C = Ontvanger t.b.v. draadloze afstandbediening D = Zender met 2 standen E = Splitter Renovent Excellent 1e druk december 2010 27

Hoofdstuk 10 Elektrische schema s 10.4 Koppelen meerdere Renovent Excellent toestellen 10.4.1 Modulair koppelen; luchtdebiet per toestel individueel in te stellen Maximaal 12 toestellen 230V 50Hz 230V 50Hz 230V 50Hz E2364-A A = Standenschakelaar B = Modulaire splitter C1 t/m C* = Renovent Excellent; maximaal 12 toestel modulair koppelen. Bij alle toestellen is luchtdebiet individueel in te stellen. 10.4.2 Koppelen middels ebus contact; alle toestellen gelijke luchtdebiet Belangrijk: I.v.m. polariteitsgevoeligheid altijd de ebus contacten X1-1 met elkaar doorverbinden en de contacten X1-2 met elkaar doorverbinden. Nooit X1-1 en X1-2 met elkaar doorverbonden. Maximaal 10 toestellen 230V 50Hz 230V 50Hz 230V 50Hz Op display weergave ventilatiestand 1, 2 of 3. Op display weergave altijd ventilatiestand 0. Op display weergave altijd ventilatiestand 0. E2364-A A = Standenschakelaar B = 2-Polige connector M = Renovent Excellent (Master) C1 t/m C* = Renovent Excellent (Slave); maximaal 10 toestellen koppelen via Ebus Alle Renovents hebben zelfde luchtdebieten als de Renovent welke ingesteld is als Master. Parameter Omschrijving Fabrieksinstelling 6 Type communicatie 1 7 ebus adres 0 Bereik 0 = Opentherm 1 = ebus 0 = master 1 t/m 9 = slave 1 t/m 9 28 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Elektrische schema s Hoofdstuk 10 C1 = bruin C2 = blauw C3 = groen/geel C4 = zwart C5 = wit E2362-A A = Renovent Excellent Plus B = Plus uitvoeringregelprint C = Verwarmingsspiraal (max. 1000W.) D = Temperatuurvoeler E = Maximaalbeveiliging met handmatige reset F = Led maximaalbeveiliging; verlicht wanneer maximaalbeveiliging is ingeschakeld G = Door installateur aan te sluiten kabels H = Stromingsrichting door naverwarmer Parameter Omschrijving Fabrieksinstelling Bereik 11 Naverwarmer OFF ON = Ingeschakeld OFF = Uitgeschakeld 12 Temperatuur naverwarmer 21 C 15 C - 30 C Renovent Excellent 1e druk december 2010 29

Hoofdstuk 10 Elektrische schema s Op de Renovent Excellent Plus kan een aardwarmtewisselaar worden aangesloten. connector is direct aan de achterzijde van de bovenkant bereikbaar zonder dat demontage van de displaykap nodig is. Bij aansluiten aardwarmtewisselaar is het niet meer mogelijk om een naverwarmer op de Renovent aan te sluiten! PRINCIPEWERKING AARDWARMTEWISSELAAR E2366-A A = Renovent Excellent Plus B = Plus uitvoeringregelprint gemonteerd C = Driewegklep 24 volt; sturing 0-10 V. D = Aardwarmtewisselaar E = Warmtewisselaar in Renovent Excellent Plus I = Naar woning II = Naar buiten III = Uit woning IV = Van buiten AANSLUITSCHEMA AARDWARMTEWISSELAAR 230V 50Hz 9-polige connector X15 E2366-A A = Renovent Excellent Plus B = Plus uitvoeringregelprint C = Driewegklep 24 volt (max. 4,5 VA); sturing 0-10 V. D = Lucht vanaf aardwarmtewisselaar E = Buitenlucht G = Lucht naar Renovent Excellent Plus Bij toepassing van een aardwarmtewisselaar moet de parameter 25 worden gewijzigd van OFF naar ON. Wanneer de lucht door de aardwarmtewisselaar wordt geleidt, komt op het display van de Renovent Excellent Plus de tekst EWT weergegeven. Parameter nr. Omschrijving Fabrieksinstelling Bereik 25 Inschakelen aardwarmtewisselaar OFF ON = Ingeschakeld OFF = Uitgeschakeld 26 Minimale temperatuur aardwarmtewisselaar 5 C 0-10 C 27 Maximale temperatuur aardwarmtewisselaar 25 C 15-40 C 30 Renovent Excellent 1e druk december 2010

Elektrische schema s Hoofdstuk 10 schakelcontact kan worden aangesloten op aansluiting nr.1 en nr.2 van de 9-polige connector X15; deze 9-polige connector is direct aan de achterzijde van de bovenkant bereikbaar zonder dat demontage van de displaykap nodig is. Indien er nog een tweede ingang nodig is als extern schakelcontact, dan kunnen zo nodig de aansluiting nr.3 en nr.4 van de 9-polige connector X15, welke standaard zijn voorgeprogrammeerd als 0-10 volt ingang worden omgeprogrammeerd naar een tweede ingang schakelcontact. Door aanpassing van parameter 19 van 0 naar 1 wordt deze 0-10V ingang een ingang maakcontact. Bij toepas- AANSLUITEN EXTERN SCHAKELCONTACT 9-polige connector X15 E2367-A A = Renovent Excellent Plus B = Plus uitvoeringregelprint C = Contact aangesloten op schakelingang 1; bijvoorbeeld een schakelaar of een relaiscontact D = Display Renovent Excellent Plus (tekst CN1 verschijnt wanneer contact C is gesloten.) Door aanpassing van parameter 16 kunnen er bij het sluiten van de ingang extern schakelcontact 1 X15-1 en X15-2 vijf verschillende situaties voor toe en afvoerventilator worden ingesteld; afhankelijk van de instelling parameters 17 en 18 kunnen de toevoer- en de Instelling parameter 16 0 (fabrieksinstelling 1 2 3 4 Functievoorwaarden Situatie toevoerventilator en afvoervoerventilator Contactingang 1 15-1 & X15-2 gesloten Contactingang 1 X15-1 & X15-2 gesloten Actie afhankelijk van instelling Contactingang 1 X15-1 & X15-2 gesloten Voldoet aan bypassvoorwaarden voor klep open 1 Contactingang 1 X15-1 & X15-2 gesloten Contactingang 1 X15-1 & X15-2 gesloten toevoerventilator (parameter - De bypassklep gaat open; automatische bypassregeling in de Renovent Excellent wordt overrulled De slaapkamerklep gaat open. Slaapkamerklep 24 volt wordt aangesloten op X15-5 (24V Instelling parameter 17 en 18 Actie toevoer- resp. afvoerventilator bij sluiten contactingang X15-1 & X15-2 - Temperatuur van buiten is minimaal lager dan temperatuur uit de woning 0 1 2 3 4 5 6 Ventilator gaat uit Ventilator minimum debiet (50m 3 Ventilator op debiet stand 1 Ventilator op debiet stand 2 Ventilator op debiet stand 3 Ventilator op debiet standenschakelaar of perilex Ventilator op maximum debiet Indien aansluiting X15-3 en X15-4 als schakelingang 2 zijn geprogrammeerd kan met de parameter 22, 23 en 24 de diverse situaties worden ingesteld gelijk als bij contactingang 1. Bij het sluiten van contactingang 2 verschijnt op display de tekst CN2. Renovent Excellent 1e druk december 2010 31

Hoofdstuk 10 Elektrische schema s Op de Renovent Excellent Plus kan een extern voorziening met 0-10 Volt sturing (bijv. vochtsensor of CO 2 sloten. Dit externe voorziening kan worden aangesloten op aansluiting nr.3 en nr.4 van de 9-polige connector X15; deze 9-polige connector is direct aan de achterzijde van de bovenkant bereikbaar zonder dat demontage van de displaykap nodig is. De aansluitingen X15-3 en X15-4 zijn standaard ingesteld als 0-10 V. ingang; deze is standaard geactiveerd. De parameter 19 staat af fabriek op ON. Wanneer de aangesloten voorziening actief is dan is op display de melding V2 zichtbaar. De minimale en maxi- welke ingesteld staat bij parameter 21; de maximale spanning bij parameter 21 kan niet lager worden ingesteld dan de ingestelde spanning bij parameter 20 AANSLUITEN 0-10 V. ingang 1 X15-1 GND X15-2 0-10V X15-3 GND X15-4 0-10V A = Renovent Excellent Plus B = Plus uitvoeringregelprint C = Voorziening aangesloten op 0-10 V. ingang; bijvoorbeeld een vochtsensor of een CO 2 -sensor. Aangesloten voorziening heeft een eigen voeding. D = Display Renovent Excellent Plus (tekst V2 verschijnt wanneer voorziening op ingang actief is.) 9-polige connector X15 E2368-A Indien er nog een tweede 0-10 V. ingang nodig is, dan kunnen zo nodig de aansluiting nr.1 en nr.2 van de 9-polige connector X15, welke standaard zijn voorgeprogrammeerd als schakelcontact, worden omgeprogrammeerd naar een tweede ingang 0-10 V. ingang. Door aanpassing van parameter 13 van OFF naar ON wordt deze ingang maakcontact een proportionele 0-10V ingang. Bij toepassing van twee 0-10 V. ingangen, heeft 0-10 V. ingang met hoogste debiet altijd voorrang. Indien aansluiting X15-1 en X15-2 als 0-10 V. ingang is geprogrammeerd kan met de parameters 13, 14 en 15 de diverse situaties worden aangepast gelijk als bijstandaard 0-10 V. ingang. Wanneer voorziening op optionele 0-10 V. ingang actief is, verschijnt op display de tekst V1. Af fabriek geactiveerde 0-10 V. ingang Aansluiting Parameter Omschrijving Instelbereik Fabrieksinstelling X15-3 & X15-4 19 wel/ niet activeren 0-10 V. ingang ON = ingeschakeld OFF = uitgeschakeld 20 minimale spanning 0-10 volt 0,0 volt - 10,0 volt 0,0 volt 21 maximale spanning 0-10 volt 0,0 volt - 10,0 volt 10,0 volt Optioneel in te stellen 0-10 V. ingang Aansluiting Parameter Omschrijving Instelbereik Fabrieksinstelling X15-1 & X15-2 (Deze ingang is af fabriek ingesteld 13 wel/ niet activeren 0-10 V. ingang ON = ingeschakeld OFF = uitgeschakeld OFF 14 minimale spanning 0-10 volt 0,0 volt - 10,0 volt 0,0 volt 15 maximale spanning 0-10 volt 0,0 volt - 10,0 volt 10,0 volt ON 32 Renovent Excellent 1e druk december 2010