Rapport. WSHD-monitoring watersysteemkwaliteit in het effectgebied van de brand in Moerdijk.



Vergelijkbare documenten
Monsternummer: Rapportagedatum: Instroom buffer. Analyse- resultaat

ⱱ* ⱱ* NOTITIE. Norm Veld 3 Veld 4 Mengselnorm. Consumentennorm. Speelgoed. Bouwstoffenbesluit RÏVM

Tabel 1: Gemeten gehalten in grond met beoordeling conform de Wet Bodembescherming


ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR

BIJLAGE VOORWAARDEN INZAKE SAMENSTELLING EN CONCENTRATIE VAN VERONTREINIGENDE STOFFEN VOOR GEBRUIK ALS BODEM METALEN (1) CONCENTRATIE STANDAARDBODEM

A N A L Y S E - C E R T I F I C A A T

Toetsing aan de Wet Bodembescherming (Wbb) BEATRIXSTRAAT Metalen ICP-AES. Minerale olie. Sommaties. Sommaties

BIJLAGE VOORWAARDEN INZAKE SAMENSTELLING VOOR GEBRUIK IN OF ALS BOUWSTOF

Lijst met pakketten voor een laboratorium als vermeld in artikel 6, 5, e):

Wijziging van het analysepakket VLAREMA voor de matrix meststof/ bodemverbeterend middel (inputstromen voor verwerking en eindproducten)

BIJLAGE VOORWAARDEN INZAKE SAMENSTELLING EN GEBRUIK ALS MESTSTOF OF BODEMVERBETEREND MIDDEL

Gemeente Losser T.a.v. de heer H. Plegt Raadhuisplein AG Losser. Geachte heer Plegt,

Deze bijlage is geldig van: tot Vervangt bijlage d.d.:

Tabel 1 van 2 14,1 19,6

Bijlage V bij het VLAREBO-besluit van 14 december Bijlage V. Waarden voor vrij gebruik van bodemmaterialen

AL-West B.V. ANALYSERAPPORT. TEC NV Nele Claeys INDUSTRIEPARK ROSTEYNE ZELZATE BELGIQUE. Geachte heer, mevrouw,

BIJLAGE 1 - Onderzoekslocatie -

DHV B.V. Woningstichting Barneveld/Apeldoornsestraat te Voorthuizen bijlage 1 MD-DE

Indien u gegevens wenst over de meetonzekerheden van een methode, kunnen wij u deze op verzoek verstrekken.

Verkennend bodemonderzoek Wilhelminastraat 1 te Dreumel

6.1 Bodemonderzoek Haven Hedel

CODES VAN GOEDE PRAKTIJK N 4

Tabel 1 van 4. Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds 59 51

Opdrachtverificatiecode : TXJO-VQIJ-YEPT-JGGA : 3 tabel(len) + 1 oliechromatogram(men) + 2 bijlage(n)

Ons kenmerk : Uw Kenmerk: 2 juli 2014 Datum : 2 juli 2014 Contactpersoon : F.Lutz

Inventarisatie Teer site Carcoke

Deze bijlage is geldig van: tot Vervangt bijlage d.d.:

figuur 1: homogeniteitseis meetreeksen

Tabellen met achtergrondwaarden en maximale waarden voor grond en baggerspecie uit bijlage B, hoofdstuk 4 van de Regeling bodemkwaliteit.

Bodemonderzoek op de voormalige stort Brandlichterweg te Denekamp

Op dit certificaat zijn onze algemene voorwaarden van toepassing. Dit analyse-certificaat mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd.

Tabel 1 van 2. AP04 : Organisch onderzoek - niet aromatisch A minerale olie mg/kg ds 53 36

Deze bijlage is geldig van: tot Vervangt bijlage d.d.:

Ik wijs u erop dat het analyse-certificaat alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd.

Mochten er van uw kant nog vragen zijn, dan vernemen wij dat graag. Langs deze weg willen wij u bedanken voor het in ons gestelde vertrouwen.

Verkennend bodemonderzoek plangebied t Spieghel, Grontmij, maart 2004

Standaard stoffenpakket bij milieuhygiënisch (water)bodemonderzoek vastgesteld


BIJLAGE 9: BBT-GERELATEERDE EMISSIENIVEAUS (BBT-GEN)


P Hengelo - Torenlaan 62 Sportpark Slangenbeek P

Onder het (verharde) parkeerterrein van recreatieplas de Langspier te Boxtel is verontreinigd puin aangebracht.

Happy Duck Wasplein Industrieweg AD DUIVENDRECHT

ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR

Toelichting op technische aspecten en omrekeningen en correcties van milieukwaliteitsnormen voor bodem en water.

Analysecertificaat. Infrasoil - Veenendaal T.a.v. H. Liesveld Postbus NK VEENENDAAL. Datum:

Van den Herik Sliedrecht T.a.v. de heer A. Koppelaar Postbus AD Sliedrecht. Bergen op Zoom, 31 januari Geachte heer Koppelaar,

AL-West B.V. ANALYSERAPPORT. SITA REMEDATION NV Dhr. P. Perseo WESTVAARTDIJK GRIMBERGEN BELGIQUE. Geachte heer, mevrouw,

Waterbodemonderzoek (1)

Het Zand 3811 GC AMERSFOORT. plaatse van. met onder meer een loodgehalte. het NEN. pakket. Beoordeling NVT Voldoet Troebel T 0547

CODES VAN GOEDE PRAKTIJK N 4

ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:2005 ONDER NR

Belasting van het oppervlaktewater vanuit riolering en rioolwaterzuivering,

Interventiewaarden en maximale waarden gebruiksklassen landbodem en waterbodem

Van den Herik Sliedrecht T.a.v. de heer A. Koppelaar Postbus AD Sliedrecht. Bergen op Zoom, 27 september Geachte heer Koppelaar,

Verkennend bodemonderzoek Jonasweg 6a/6 te Vaassen

Vlaanderen is milieu. Kwaliteit van de waterbodem VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ.

1 Vul de gegevens van de aanvrager, leverancier, producent en importeur van de te toetsen stof in. Vul de gegevens van de aanvrager in.

Tussentijdse resultaten bodemonderzoek De Omzoom te Assendelft

Verkennend bodemonderzoek centrumplan Oldebroek

Geldig van: tot Vervangt bijlage d.d.:

Conformiteitsattest beschrijvend bodemonderzoek


Basisdocumentatie probleemstoffen en nieuwe prioritaire stoffen

VERKENNEND BODEMONDERZOEK WATERWEG TE DE BILT

Verkennend bodem- en asbestonderzoek

Bijlage 1 - Bodem- en funderingsonderzoek. Geonius Milieu / ALcontrol Laboratories, 28 maart 2013

ES1609/002 VLA 5496 Vlaams Brabant

KEURING KUNSTGRASVELDEN. Uitloging zink in het drainage water en de drainage laag.

Bijlage I Milieukwaliteiteisen en streefwaarden voor oppervlaktewater bestemd voor de bereiding van voor menselijke consumptie bestemd water...

Rapportage Sanscrit.nl

BIJLAGE STANDAARDFORMULIER VOOR HET AANVRAGEN VAN EEN GEBRUIKSCERTIFICAAT VOOR HET GEBRUIK VAN EEN AFVALSTOF ALS SECUNDAIRE GRONDSTOF

Gemeente Woensdrecht. Bestemmingsplan. Partiële herz. Buitengeb OLV ter Duinenlaan Onderzoeksrapporten

Zuivering van stedelijk afvalwater: zware metalen,

Jaarrapportage monitoring kwaliteit injectiewater Twente. Waterinjectielocaties: TUB7, TUM1, TUM2, ROW2, ROW3, ROW5 en ROW6

Raad voor Accreditatie (RvA) Specifiek Accreditatieprotocol AP04 en AS3000

Vertrouwelijk. Memo. Aan : Conny Bieze Van : ODRA Onderwerp : Nadere beoordeling partijkeuring Vink Datum : 16 april 2018

Monitoringsplan Wederik Heerenveen, kenmerk /

Rapportage Sanscrit.nl


Advies grondwatersanering Sluisbuurt Amsterdam


FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER. CQ Fontainas

Onderzoek bodem en waterkwaliteit herinrichting Veenoordkolk

VERKENNEND ONDERZOEK MAAIJKANT ULICOTEN. opgesteld door: De Klerk Milieuadvies Halsterseweg BB BERGEN OP ZOOM

Wat doen we met de bagger en wat betekent dit voor de bodemkwaliteit? Verspreiding op aanliggend perceel versus weilanddepot


RAPPORTAGE VAN MONSTERNAMES EN ANALYSERESULTATEN

Bijlage 10: Bodemonderzoeken

Datum 18 mei 2016 Ons kenmerk L RBB-rbb-V03-NL Uw kenmerk Onderwerp Resultaten oppervlaktewateronderzoek, locatie Collendoorn


Erfafspoeling en groene zuivering

Archiefonderzoek locatie Domela Nieuwenhuisplantsoen te Amsterdam

VERTALING MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST

KPS_0120_GWL_2. Stroomgebiedbeheerplan - informatie per grondwaterlichaam. Karakteristieken

Sanering uitgevoerd, restverontreiniging aanwezig. Ernstig, niet urgent geval van bodemverontreiniging.


1. Monsters. 2. Richtlijnen m.b.t. houdbaarheid. Datum: 14 maart 2012 Uw kenmerk: Ons kenmerk: REE/001C/CK/ck/12 008

OMGEVINGSMETINGEN BIJ BRAND TE AARSCHOT (DD

Transcriptie:

Illustratie: rapport BOT-mi advies "brand bij Chemie-Pack te Moerdijk" Rapport WSHD-monitoring watersysteemkwaliteit in het effectgebied versie 1.1 opgesteld d.d. 28-01-2011 Nazorgteam Brand Moerdijk WSHD; afd Geodata - team Monitoring en Trendanalyse

Samenvatting Dit rapport geeft de resultaten van de onderzoeken van waterschap Hollandse Delta naar de kwaliteit van het watersysteem in het effectgebied van de brand van CHEMIE-PACK in Moerdijk. Afbakening Geografisch heeft het onderzoek heeft zich beperkt tot monsternames tot het oostelijke deel van de Hoeksche Waard en het eiland van Dordrecht ten westen van de A16. De stoffen die gemeten zijn in de monsters zijn metalen, chemische stoffen die ontstaan bij de verbranding van organisch materiaal (PAK's) en aromatische vluchtige verbindingen. Deze gekozen brandspecifieke stoffen zijn afgeleid uit het RIVM rapport (BOT-mi..) Voor alle monsternames is gebruik gemaakt van standaard meetpunten van het waterschap. De volgende typen watermonsters zijn genomen - aanvoerwater naar de rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi's) in Strijen, Zwijndrecht (hier wordt afvalwater uit de Hoeksche Waard gezuiverd) en Dordrecht. - afvoerwater uit de betrokken rwzi's - regenwater op de locaties van de betrokken rwzi's - oppervlaktewater, 6 meetlocaties - grondwater, 3 meetlocaties - waterbodem, 3 trajecten Door gebruik te maken van standaardmeetlocaties heeft het waterschap de nieuwe resultaten kunnen vergelijken met de historisch beschikbare gegevens. Resultaten De reguliere metingen van het aanvoerwater naar de betrokken rwzi's laten de dagen na de brand geen verschil zien met de historische gegevens voor de parameters die standaard worden gemeten. De metingen van de brandspecifieke stoffen wijzen uit dat daags na de brand een verhoogde hoeveelheid PAK's aanwezig was in het aanvoerwater naar de rwzi van Dordrecht. De rwzi's in Strijen en Zwijndrecht laten deze verhoging niet zien. Een relatie met de brand valt niet te hard te maken. De concentraties van deze stoffen hebben geen invloed op het zuiveringsproces gehad. De rwzi heeft deze stoffen uit het afvalwater gezuiverd. Dat blijkt ook uit de waardes van het afvoerwater uit de betrokken rwzi's op het oppervlaktewater. Deze waarden laten geen verschil zien, zowel niet voor de standaard metingen als ook niet voor de brandspecifieke stoffen. Het regenwater in de regenwatermeters op de locaties van de dezelfde rwzi's is verzameld. De hoeveelheid verzamelde vloeistof bleek echter te weinig om te analyseren. In het oppervlaktewater zijn op verschillende locaties metalen in licht verhoogde concentraties aangetroffen waarvan de hoeveelheid hoger is dan de vigerende normering. Dit zijn de metalen kwik, mangaan, koper en zink. Uit analyse van de resultaten en vergelijkingen met historische waarden dan wel vergelijking met locaties buiten het effectgebied, blijkt dat er met deze resultaten geen directe relatie valt aan te tonen met de brand. Bij koper is vooralsnog niet duidelijk wat de bron is van deze verhoging. De resultaten van de metingen van het grondwater laten geen wijziging zien van de kwaliteit van het grondwater vergeleken met de historische gegevens. De uitstoot van stoffen vanwege de brand heeft hierop dus geen invloed gehad. De resultaten van de metalen en de aromatische vluchtige verbindingen in de waterbodem liggen ruim onder de gestelde milieunormen. Dit ligt anders voor de PAK's resultaten op 1 locatie. De hoeveelheid gemeten stoffen ligt ruim onder de interventiewaarde. Dit betekent dat er niet direct actie nodig is. Wel wordt deze watergang opnieuw bemonsterd om er voor te zorgen dat er extra gegevens voor handen zijn vóór het geplande baggeren van deze watergang in 2012.

1. Inleiding. Op 5 januari 2011 is in de middag een zeer grote brand uitgebroken bij het bedrijf Chemie-Pack te Moerdijk. Gedurende de brand is een enorme rookpluim over het beheersgebied van Waterschap Hollandse Delta getrokken. Omdat er veel én grote hoeveelheden verschillende soorten gevaarlijke stoffen bij Chemie-Pack waren opgeslagen is de kans aanwezig dat de watersysteemkwaliteit in het beheersgebied van waterschap Hollandse Delta is aangetast met milieuvreemde stoffen of met verbrandingsresten. 2. Doel. Doel is om grofweg een indruk te krijgen of de watersysteemkwaliteit in het beheersgebied van waterschap Hollandse Delta is beïnvloed als gevolg van de brand bij CHEMIE-PACK. Het effectgebied van de brand wordt afgebakend door het gebied ten westen van de A16 in Dordrecht en het oostelijk deel van de Hoeksche Waard. Voor oppervlaktewater zijn er 6 meetlocaties geselecteerd waarbij er specifiek beoordeeld wordt of bepaalde metalen, polycyclische aromatisch koolwaterstoffen (PAKs) en aromatische vluchtige verbindingen in het oppervlaktewater worden aangetroffen in concentraties afwijkend van 'normaal' (waterkwaliteit vóór de brand). Voor grondwater zijn er 3 peilbuislocaties geselecteerd waarbij het doel in het bemonsterde grondwater gelijk is aan die van oppervlaktewater. Voor waterbodems zijn er 3 trajecten geselecteerd waarbij specifieke parameters worden geanalyseerd in zowel de top-sliblaag van de waterbodem (eerst 2 cm) als in de onderliggende sliblaag. Doel is om de 2 lagen onderling met elkaar te vergelijken, uitgaande van het feit dat recent bezonken verontreinigingen in te toplaag zijn blijven 'hangen'. Voor regenwater is het doel om een indruk te krijgen van de "First flush" direct na de brand. Daags na de brand is het gaan regenen en regenwater is bemonsterd uit een regenwatermeter bij een rioolwaterzuiveringsinstallatie op 3 verschillende tijdstippen na de brand. Voor de 24uurs monsters van in- en effluenten van 3 rioolwaterzuiveringen is het doel om de monsters te analyseren, waarbij wordt beoordeeld of bepaalde parameters in verhoogde concentraties worden waargenomen. 3. Monitoring. In de periode van woensdag 5 januari t/m maandag 14 januari zijn er 24uurs in- en effluentmonsters van 3 zuiveringen bemonsterd. De relevante parameters die in deze wateren gemeten worden maken geen deel uit van de reguliere monitoring van dit soort wateren. Hierdoor is het niet mogelijk om de analyseresultaten te vergelijken met historische dat van voor de brand. Voor de compartimenten oppervlaktewater, grondwater en waterbodem is in eerste instantie een enkelvoudige monitoringsronde gestart. Aan de hand van de resultaten, het vergelijken van de waarden aan historische waarden en door de waarden te toetsen aan milieunormen, kan er eventueel verder worden ingezoomd en kan de monitoring worden aangepast. Voor waterbodems wordt de bovenlaag van het slib (bovenste 1-2 cm) vergeleken met de onderlaag van het slib (2-10 cm). De bovenlaag van het slib indiceert het bezonken deel van 2010 en de onderste laag indiceert het bezonken deel van 2006 t/m 2009. De waterbodems die voor dit onderzoek worden geanalyseerd zijn voor het laatst in 2006 gebaggerd. Indien er een significant positief verschil in concentratie wordt waargenomen tussen de bovenlaag en de onderlaag, dan staat dit verschil voor een 'recente' verontreiniging. Naast het vergelijk van de bovenlaag met de onderlaag kunne de resultaten ook naast historische data worden gelegd. In 2001 en in 2006 is ook de baggerkwaliteit bepaald.

Er is naar aanleiding van de brand geprobeerd om bij een rioolwaterzuiveringsinstallatie regenwatermonsters uit een regenwatermeter te nemen. Omdat deze regenwatermeter een zeer klein opvangvat heeft konden niet alle gewenste parameters onderzocht worden. Onderzoek naar parameters in regenwater is geen reguliere taak van het waterschap. Er zijn derhalve geen analyses uitgevoerd. 4. Monstername Waterbodem Het waterbodemonderzoek beperkt zich tot 3 waterbodemtrajecten met ieder 10 steken in en rondom de Mariapolder in de gemeente Strijen. Er is onderzoek verricht in: a. de bovenste 1-2 cm van de baggerlaag b. de resterende baggerlaag dat zich onder de 1 à 2cm toplaag bevindt Vóór onderzoek zijn per traject de 10 bovenste lagen van de bagger gemengd tot 1 mengmonster. Evenzo zijn per traject de 10 onderste sliblagen gemengd tot 1 ander mengmonster. Zodoende zijn er uiteindelijk 6 mengmonsters ontstaan. Grondwater Het grondwateronderzoek beperkt zich tot 3 peilbuizen met filters in het freatische grondwater. Oppervlaktewater Het oppervlaktewateronderzoek beperkt zich tot 6 reguliere oppervlaktewaterlocaties waarvan het waterschap al een historie voor handen heeft. Zuiveringsinstallaties Op de rwzi's Strijen, Zwijndrecht en Dordrecht zijn gedurende een aantal dagen extra monsters van het influent en effluent genomen om na te gaan of verontreinigd water is ontvangen en of de rwzi's eventueel werden geremd in hun omzettingen. De inhoud van de neerslagmeters is bemonsterd. Veelal was de inhoud te beperkt om hier analyses op in te zetten. Zie verder bijgevoegde kaarten in bijlage 1 en 2. 5. Trajecten en locaties De gekozen meetpunten en locaties zijn allen onderdeel van het standaard monitoringprogramma van het waterschap. Voor deze meetpunten en locaties is gekozen, omdat hiervan historische gegevens bekend zijn en dus vergelijkingscijfers voorhanden zijn. Waterbodemtrajecten (zie bijlage 1) Traject Omschrijving (10 steken) W11HR0101 W11HR0102 W11HR0103 hoofdwatergang Boomdijk nabij locatie HOP 0701 (Mariapolder) hoofdwatergang Sassendijk Deel Top (1-2 cm) Bodem Top (1-2 cm) Bodem Top (1-2 cm) Bodem Mengmonster W11HR0101T W11HR0101B W11HR0102T W11HR0102B W11HR0103T W11HR0103B

Grondwaterlocaties (zie bijlage 2) Peilbuislocatie RD-x (m) RD-y (m) Peilbuisnummer PLUS-locatie B44A0577 100948 415622 B44A0577-1 Nee B44A0578 100208 418420 B44A0578-1 Nee B44A0430 100775 422800 B44A0430-1 Nee Onder een PLUS-locatie wordt een locatie verstaan waarbij standaard het PLUS-pakket wordt gemonitoord. Het PLUS-pakket bestaat uit macro-ionen; metalen en gewasbeschermings-middelen. Oppervlaktewaterlocaties (zie bijlage 2) Locatie RD-x (m) RD-y (m) Water Omschrijving Type DWOP 0703 103690 420230 Oostkil kruising Rijksstraatweg B HOP 0701 99980 414570 Oude Mol stuw Mariapolder. C2 HOP 0801 99860 414570 Hoofdwatergang gemaal De Volharding B HOP 0808 101942 417416 Sloot Wegsloot ten NW van C3 Boomdijk ca 200 m ten W van HSL thv bietenopslagplaats HOP 1001 98938 424069 Hoofdwatergang gemaal 't Hooft van B Benthuijzen, oostzijde HOP 1011 99665 420456 hoofdwatergang kruising met Voorste Kruisweg B 6. Analysepakketten Leidend voor de keuze in analysepakketten is het BOT-mi advies van 11 januari 2011 geweest. Het analysepakket van de zuiveringsmonsters bestaat uit het reguliere pakket aan analyses aangevuld met barium, mangaan, ijzer, antimoon, en PAKs. Regenwater: - Metalen: opgelost en totaal (antimoon, arseen, barium, cadmium, chroom, ijzer, koper, kwik, mangaan, nikkel, lood en zink). - BTEXn - 16 EPA-PAKs Waterbodem: - Standaard waterbodempakket aangevuld met: - barium (Ba); - ijzer (Fe); - mangaan (Mn) - antimoon (Sb) - BTEXn Grondwater: - Metalen: opgelost en totaal (antimoon, arseen, barium, cadmium, chroom, ijzer, koper, kwik, mangaan, nikkel, lood en zink). - BTEXn Oppervlaktewater: - Metalen: opgelost en totaal (antimoon, arseen, barium, cadmium, chroom, ijzer, koper, kwik, mangaan, nikkel, lood en zink). - BTEXn - 16 EPA-PAKs - TOC - Zwevende bestanddelen

7. Analyseresultaten 7.1. Oppervlaktewater In tabel 1 (bijlage 3) staan de analyseresultaten vermeld van de relevante parameters gemeten in 6 oppervlaktewatermonsters (zie bijlage 2) per oppervlaktewatermonster. De analyseresultaten zijn getoetst aan de vigerende milieunorm (vermeld in de laatste kolom). In de een na laatste kolom staan de maximale concentraties vermeld zoals zij in de periode 2005 t/m 2010 zijn aangetroffen op deze 6 locaties. De oppervlaktewatermonsters zijn voor dit doel geanalyseerd op: - 12 metalen (As, Ba, Cd, Cr, Cu, Fe, Hg, Mn, Ni. Pb, Sb en Zn); - monocyclische aromatische koolwaterstoffen (BTEX + styreen); - 16 polycyclische aromatische verbindingen (16 EPA-PAKs). Van de analyseresultaten overschrijdt op locatie HOP 0801 de kwikconcentratie (0.34 µg/l) de vigerende milieunorm van 0.05 µg/l, maar is niet afwijkend van de historische kwikconcentraties aangetroffen op deze locatie. De maximaal aangetroffen concentratie vóór de brand op deze locatie bedraagt 0.84 µg/l. Mangaan overschrijdt op alle 6 de locaties de ad-hoc-mtr-norm van 31 µg/l. De concentraties variëren van 200 tot 490 µg/l. Mangaan is een parameter die niet in het reguliere meetnet wordt gemeten, hierdoor is er geen historie bekend van dit metaal in het oppervlaktewater binnen het beheersgebied van waterschap Hollandse Delta. Omdat het mangaangehalte zowel binnen als buiten de 10km-grens vanaf de brand in dezelfde orde van grootte ligt, valt hiermee geen relatie aan te tonen met de brand. In buitendijks water (ter hoogte van Brienenoord en Maassluis) wordt mangaan in de periode 2005-2009 gemeten in het bereik van 24 tot 330 µg/l. Hiermee wordt aanvullend geconcludeerd dat de normoverschrijdingen niet direct te relateren vallen aan de brand. Koper (na filtratie) is licht verhoogd; concentratie van 2 tot 6 µg/l. De maximaal gemeten concentratie op deze 6 locaties in de periode 2005-2010 bedraagt 2.1 µg/l. De niet wettelijke milieukwaliteitsnorm (MTR) bedraagt 1.5 µg/l. Of deze licht verhoogde concentraties te relateren vallen aan de brand is vooralsnog onzeker. Vervolgmetingen op de kaderrichtlijn-water-locaties (HOP 1001 en HOP 0801) zouden hierin duidelijkheid kunnen brengen. Aanvullend wordt vermeld dat deze metingen verricht kort volgend op de nieuwjaarsviering, waarbij er veel vuurwerk de lucht in is gegaan. Vuurwerk bevat veel koperverbindingen. Zink (na filtratie) wordt op de locatie DWOP 0701 verhoogd gemeten: concentratie = 18 µg/l. De maximaal gemeten concentratie op de 6 locaties bedraagt 9 µg/l in de periode van 2005 t/m 2010. De wettelijke milieukwaliteitsnorm (MAC) bedraagt 15.6 µg/l. DWOP 0701 ligt verder van de brandhaard af dan de 3 locaties HOP 0808, HOP 0701 en HOP 0808, waar lagere gehaltes zijn gemeten dan 18 µg/l. Hiermee wordt geconcludeerd dat het verhoogde zinkgehalte op de locatie DWOP 0701 geen directe relatie heeft met de brand. 7.2 Grondwater In tabel 2 (bijlage 4) staan de analyseresultaten vermeld van de relevante parameters gemeten in 3 grondwaterwatermonsters getrokken uit het freatische grondwater. Per grondwatermonster staan de voor dit onderzoek relevante parameters vermeld. De analyseresultaten zijn getoetst aan de vigerende milieunorm (vermeld in de laatste kolom). De grondwatermonsters zijn voor dit doel geanalyseerd op: - 12 metalen (As, Ba, Cd, Cr, Cu, Fe, Hg, Mn, Ni. Pb, Sb en Zn); - monocyclische aromatische koolwaterstoffen (BTEX + styreen). Van de analyseresultaten is er geen enkele hoger dan de analytische detectiegrens. De gemeten metalenconcentraties overschrijden geen van alle de milieukwaliteitsnorm; Interventiewaarde. Voor ijzer en mangaan is er geen interventiewaarde. Voor deze metalen geldt

dat de gemeten gehaltes ruim onder de maximaal gemeten gehaltes liggen gemeten vóór de brand. Van de monocyclische aromatisch koolwaterstoffen geldt dat deze parameters niet zijn gedetecteerd in grondwater. 7.3 Waterbodem In tabel 3 (bijlage 5) staan de analyseresultaten van de waterbodemonderzoeken vermeld. Op 3 trajecten is waterbodem bemonsterd, waarbij de toplaag (t) van het aanwezige slib (eerste 1-2 cm) gescheiden is van de onderliggende sliblaag (b) en beide zijn separaat geanalyseerd. De voor dit onderzoek relevante parameters in de waterbodemmonsters zijn: - 14 metalen (As, Ba, Cd, Co, Cr, Cu, Fe, Hg, Mn, Mo,Ni. Pb, Sb en Zn); - monocyclische aromatische koolwaterstoffen (BTEX + styreen); - 10 polycyclische aromatische verbindingen (10 VROM-PAKs); Op de 2 van de 3 bemonsterde locaties wijkt de bovenlaag niet met meer dan een factor +1½ af van de onderlaag. Enige uitzondering is het kobalt-(co)-gehalte op de locatie W11HR0301t. Hier bedraagt het Co-gehalte in de bovenste sliblaag 7,3 mg/kg drooggewicht en in de laag eronder 3,4 mg/kg drooggewicht. De vigerende milieunorm (wettelijke MKN;milieunorm) bedraagt 15 mg Co/kg drooggewicht. Op 1 locatie (W11HR0102; nabij locatie HOP 0701; Mariapolder) zijn de aangetroffen concentraties van de 10-VROM-PAKs in de toplaag van het bemonsterde slib beduidend hoger dan die in de onderlaag. Indien de aangetroffen concentraties worden vergeleken met de concentraties gemeten in 2001 en 2006 (oranje velden in tabel 3; bijlage 5), dan liggen de gehaltes ten opzichte van deze baggerjaren ook beduidend hoger. Hiermee wordt geconcludeerd dat de waterbodem op deze locatie recentelijk verontreinigd is met PAKs. De componenten kunnen afkomstig zijn van bezonken verbrandingsresten afkomstig van de brand bij Chemie-Pack te Moerdijk. Het totaal gehalte aan de 10-VROM-PAKs bedraagt 27 mg/kg drooggewicht. Deze waarde ligt nog ruim onder de interventiewaarde van 40 mg/kg drooggewicht. Dit impliceert dat er geen directe actie moet worden ondernomen om de verontreinigde waterbodem aan te pakken. PAKs zijn verbindingen die zich goed hechten aan de organische slibdeeltjes en zijn nagenoeg niet oplosbaar zijn in water. In 2011 staat gepland dat deze watergang, en andere in deze regio, officieel volgens de NEN-norm, worden bemonsterd en geanalyseerd ter voorbereiding op het baggerwerk dat in 2012 plaats gaat vinden. Naar aanleiding van de bevindingen in baggervak W11HR0102 zal de officiële monstername en uit te voeren analyses vervroegd worden ingepland, om vast te kunnen stellen of de concentraties consequenties hebben voor de manier waarop de bagger wordt behandeld. Indien de waarden van de NEN-norm bemonstering daar aanleiding toe geven, zal de bagger worden afgevoerd. 7.4 In- en effluenten RWZI's In tabel 4 (bijlage 6) staan de analyseresultaten van de in- en effluentmonsters vermeld. Het influentwater is het aangevoerde afvalwater naar de rwzi. Effluent water is het gezuiverde afvoerwater uit de rwzi in het oppervlaktewater. De gemeten metalenconcentraties in influent en effluent liggen binnen de normale range en laten geen verhoging zien. Het influent wordt standaard niet bemeten op BTEX+Styreen en PAK's zodat geen referentiewaarden voorhanden zijn. De gemeten concentraties verschillen per RWZI en van een aantal worden tot 5 dagen na de brand nog steeds concentraties boven de detectiegrens gemeten. Er is in de tussentijd reeds 30 mm hemelwater gevallen waardoor via afstroming van verhard oppervlak richting riool het rioolwater sterk is verdund. Daarmee zal de aanvoer gerelateerd zijn aan bedrijfsmatige lozingen op het riool.

Voor wat betreft de polycyclische aromaten (16 EPA-PAKs) is er in de periode van 7 tot en met 10 januari een afname in de concentratie én de vracht (concentratie x debiet) te zien. De vracht loopt terug van 289 gram/dag op 7 januari, via 182 en 91 gram/dag tot aan 63 gram/dag op 10 januari. Onduidelijk is dat de geconstateerde verhoging een relatie heeft met de brand. Opvallend is dat de rwzi's in Strijen en Zwijndrecht niet laat zien,. Er kan dus ook sprake zijn van een aanvoer vanuit regen of industriële bronnen. De hoeveelheid PAKs hebben geen invloed gehad op het zuiveringsproces. In het effluent zijn de concentraties niet verhoogd in vergelijking met reguliere waarden. De biologische zuiveringsprocessen zijn niet geremd en er heeft geen verhoogde lozing op het ontvangende oppervlaktewater plaatsgevonden. Hieruit blijkt dat de rwzi de aan de brand gerelateerde stoffen uit het afvalwater heeft gezuiverd. 7.5 Regenwater Vanwege te weinig monstermateriaal konden de geplande analyses niet worden uitgevoerd. 8. Conclusies 8.1 Oppervlaktewater In de oppervlaktewatermonsters zijn op verschillende locaties metalen aangetroffen waarvan de hoeveelheid hoger is dan de vigerende normering. Dit zijn de metalen kwik, mangaan, koper en zink. Uit analyse van de resultaten en vergelijkingen met historische waarden blijkt dat er met deze resultaten geen directe relatie valt aan te tonen met de brand. 8.2 Waterbodem Op 1 van de 3 locaties is een duidelijke verhoging gemeten van PAKs. Deze stoffen komen in principe bij elke brand vrij en kunnen in verhoogde concentraties schadelijk zijn voor o.a. het aquatische milieu. Verhoogde PAK-concentratie is aangetroffen in de bovenste laag van het slib/de bagger. Deze waarde ligt nog ruim onder de interventiewaarde van 40 mg/kg drooggewicht. Dit impliceert dat er geen directe actie moet worden ondernomen om de verontreinigde waterbodem aan te pakken. PAKs zijn verbindingen die zich goed hechten aan de organische slibdeeltjes en zijn nagenoeg niet oplosbaar zijn in water. Het aantreffen in de bovenste sliblaag duidt op een recente verontreiniging van verbrandingsresten. Deze verontreiniging kan door de brand zijn veroorzaakt. De waarden zijn echter niet zo hoog dat er onmiddellijk actie nodig is. De PAKs hechten zich aan het slib en blijven in de waterbodem zitten. Het baggeren van de sloot, in 2012 (volgens reguliere planning), zal gepaste aandacht krijgen. Dit betekent dat de sloot dit jaar nogmaals bemonsterd zal worden en dat indien de waarden daar aanleiding toe geven, de bagger afgevoerd zal worden. 8.3 Grondwater De waarden van de gemeten stoffen in het grondwater zijn onveranderd ten opzichte van de historische gegevens en liggen onder de vigerende milieunormen. Er zijn dus geen stoffen aangetroffen in dusdanige concentraties dat die verband zouden kunnen houden met de brand. 8.4 In- en effluent rwzi's - De gemeten concentraties van stoffen waarvan ook vergelijkingsmateriaal beschikbaar is (zware metalen) laten geen verhoging zien - Van de overige stoffen is een aantal stoffen tot 5 dagen na de brand nog meetbaar terwijl er een sterke verdunning via hemelwater heeft plaatsgevonden. Deze stoffen zullen standaard in het rioolwater aanwezig zijn - De biologische zuiveringsprocessen zijn niet geremd - Er is via de lozing van effluent geen extra belasting op oppervlaktewater geweest

- De vracht aan de 16 EPA-PAKs in het aanvoerende water van de rioolwaterzuivering te Dordrecht is in de periode van 7 tot en met 10 januari afgenomen met respectievelijk 289; 182; 91 tot aan 63 gram/dag.

Bijlage 1. Waterbodems: Traject 1: hoofdwatergang Boomdijk Traject 2: nabij locatie HOP 0701 (Mariapolder) Traject 3. hoofdwatergang Sassendijk W11HR0101T en W11HR0101B W11HR0102T en W11HR0102B W11HR0103T en W11HR0103B

Bijlage 2 Grondwaterlocaties: B44A0577-1 B44A0578-1 B44A0430-1 Oppervlaktewaterlocaties: HOP 0801 HOP 0701 HOP 0808 HOP 1001 HOP 1011 DWOP 0703

Bijlage 3. Tabel 1. analyseresultaten oppervlaktewatermonsters Oppervlaktewater Parameter omschrijving eenheid Hoedanigheid Oostkil 14-1-2011 14-1-2011 14-1-2001 14-1-2001 14-1-2001 15-1-2011 DWOP0703 HOP 1001 HOP 1011 HOP 0701 HOP 0801 HOP 0808 bemonsteringsdatum Hoofdwaterganwatergang Oude Hoofd- Mol Wegsloot ten NW van Boomdijk ca200m ten W van HSL maximaal aangetroffen conc. (2005-2010) Sb antimoon µg/l nf - - - - - - geen historie 0,4 As arseen µg/l nf 2 2 2 2 1 2 2,3 25 Ba barium µg/l nf 40 29 34 42 32 44 62 148 Cd cadmium µg/l nf <0,06 <0,06 <0,06 <0,06 <0,06 <0,06 0,1 0,45 Cr chroom µg/l nf <1 <1 <1 <1 <1 <1 6 3,4 Fe ijzer µg/l nf 0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 geen historie 96 Cu koper µg/l nf 4 3 3 6 3 2 2,1 1,5 Hg kwik µg/l nf 0,07 <0,03 0,04 6 <0,03-0,84 0,05 Pb lood µg/l nf <1 <1 <1 <1 <1 <1 2 7,2 Mn mangaan µg/l nf 200 300 310 260 360 490 geen historie 31 Ni nikkel µg/l nf 2 2 2 2 2 3 4,6 20 Zn zink µg/l nf 18 6 10 4 6 5 9 15,6 Sb antimoon µg/l NVT <4 <4 <4 <4 <4 <4 geen historie 7,2 As arseen µg/l NVT 4 2 3 3 2 2 6 32 Ba barium µg/l NVT 48 36 43 50 37 46 62 230 Cd cadmium µg/l NVT <0,06 <0,06 <0,06 0,06 <0,06 <0,06 0,1 2 Cr chroom µg/l NVT 2 2 2 3 2 <1 7 84 Fe ijzer mg/l NVT 1,2 1,4 1,5 1,9 1,5 0,7 geen historie - Cu koper µg/l NVT 6 4 4 9 6 2 3 3,8 Hg kwik µg/l NVT 0,04 <0,03 <0,03 0,03 0,34 0,05 0,84 0,07 Pb lood µg/l NVT 3 1 1 2 2 <1 2 220 Mn mangaan µg/l NVT 210 320 360 320 390 500 geen historie - Ni nikkel µg/l NVT 2 3 3 4 3 3 5 6,3 Zn zink µg/l NVT 29 14 17 14 28 2 10,5 40 Ben benzeen µg/l NVT <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 1,6 50 Tol tolueen µg/l NVT <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 0,6 550 C2yBen ethylbenzeen µg/l NVT <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 < 370 12xyln ortho-xyleen µg/l NVT <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 < - s1314xyl som van meta-en para-xyleen µg/l NVT <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 < - s_xylenen som van 3 xylenen µg/l NVT <0,2 <0,2 <0,2 <0,2 <0,2 <0,2 < 24,4 Naf naftaleen µg/l NVT <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 0,22 2,4 styrn styreen µg/l NVT <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 geen historie 570 AcNe acenafteen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,41 3,8 AcNy acenaftyleen µg/l NVT <0,020 <0,020 <0,020 <0,020 0,02 <0,02 < 5,8 Ant antraceen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,05 0,4 BaA benz(a)antraceen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,06 0,03 BaP benzo(a)pyreen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,04 0,1 BbF benzo(b)fluoranteen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,04 0,03 BghiPe benzo(ghi)peryleen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,02 0,002 BkF benzo(k)fluoranteen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,02 0,03 Chr chryseen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,07 0,9 DBahAnt dibenz(ah)antraceen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 < 0,001 Fen fenenatreen µg/l NVT 0,02 <0,010 <0,010 <0,010 0,03 <0,01 0,34 0,3 Fle fluoreen µg/l NVT 0,02 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,25 1 Flu fluoranteen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,22 0,068 InP indeno(1,2,3-cd)peryleen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,02 0,002 Naf naftaleen µg/l NVT <0,010 <0,010 0,01 0,01 0,03 <0,01 0,22 2,4 Pyr pyreen µg/l NVT <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,010 <0,01 0,1 0,0003 Hoofdwatergang toetsnorm

Bijlage 4 Tabel 2. analyseresultaten grondwatermonsters Grondwater Parameter bemonsteringsdatum 15-1-2011 15-1-2011 15-1-2011 omschrijving eenheid Hoedanigheid B44A0430-1 B44A0577-1 B44A0578-1 maximale meetwaard e (ug/l) 2007-2010 MKN Interventi ewaarde StreefWaarde Sb antimoon µg/l NVT <4 <4 <4-20 - As arseen µg/l NVT 2 1 3 39 60 10 Ba barium µg/l NVT 160 230 170-625 50 Cd cadmium µg/l NVT <0,06 <0,06 <0,06-6 0,4 Cr chroom µg/l NVT <1 5 2-30 1 Fe ijzer µg/l NVT 17 6,4 15 38,6 - - Cu koper µg/l NVT <1 <1 <1-75 15 Hg kwik µg/l NVT <0,03 <0,03 0,04-0,3 0,05 Pb lood µg/l NVT <1 <1 <1-75 15 Mn mangaan µg/l NVT 690 1300 1200 2900 - - Ni nikkel µg/l NVT <1 <1 <1-75 15 Zn zink µg/l NVT <4 120 <4-800 65 benzeen benzeen µg/l NVT <0,1 <0,6 <0,6 geen historie 30 0,2 tolueen tolueen µg/l NVT <0,1 <0,6 <0,6 geen historie 1000 7 ethylbenzeen ethylbenzeen µg/l NVT <0,1 <0,6 <0,6 geen historie 150 4 12xyln ortho-xyleen µg/l NVT <0,1 <0,60 <0,60 geen historie - 0,2 s1314xyl som van meta-en µg/l para-xyleennvt <0,1 <0,60 <0,60 geen historie - 0,2 s_xylenen som van 3 xylenenµg/l NVT <0,1 <0,60 <0,60 geen historie - 0,2 styreen styreen µg/l NVT <0,1 <0,6 <0,6 geen historie 300 6 naftaleen naftaleen µg/l NVT <0,1 <0,6 <0,6 geen historie 70 0,01

Bijlage 5. Tabel 3. analyseresultaten waterbodemmonsters Waterbodems bemonsteringsdatum 14-1-2011 14-1-2011 18-1-2011 norm mg/kg dg Sassendijk Mariapolder nabij HOP 0701 Hoofdwatergang Parameter omschrijving eenheid W11HR0101t W11HR0101b W11HR0102t W11HR0102b W11HR0103t W11HR0103b Sb antimoon mg/kg dg <1 <1 <1 <1 <1,0 <1,0 4 As arseen mg/kg dg 4,5 4,4 12 12 <4,0 <4,0 20 Ba barium mg/kg dg 19 20 70 70 37 42 190 Cd cadmium mg/kg dg <0,4 <0,4 0,4 0,3 <0,17 <0,17 0,6 Cr chroom mg/kg dg 11 11 21 23 <15 <15 55 Fe ijzer mg/kg dg 8400 9000 23000 25000 13000 8700 - Co kobalt mg/kg dg <1 <1 <1 <1 7,3 3,4 15 Cu koper mg/kg dg 4 4 23 24 <5,0 <5,0 40 Hg kwik mg/kg dg <0,2 <0,2 <0,2 <0,2 <0,05 <0,05 0,15 Pb lood mg/kg dg 5,9 6,3 26 24 <13 <13 50 Mn mangaan mg/kg dg 300 330 960 970 450 480 - Mo molybdeen mg/kg dg <1,6 <1,6 <1,6 <1,0 <1,5 <1,5 1,5 Ni nikkel mg/kg dg 6,9 7 18 20 7,1 7,8 35 Zn zink mg/kg dg <27 <26 79 74 <17 <17 140 mg/kg dg 12xyln 1,2-xyleen mg/kg dg <0,10 <0,10 <0,10 <0,10 <0,1 <0,1 14 Ben benzeen mg/kg dg <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,05 1 C2yBen ethylbenzeen mg/kg dg <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,05 3 Naf naftaleen mg/kg dg <0,20 <0,10 <0,10 <0,10 <0,1 <0,1 0,1 s1314xyl som 1,3- en 1,4-xyleen mg/kg dg <0,10 <0,10 <0,10 <0,10 <0,1 <0,1 28 styrn styreen mg/kg dg <0,10 <0,10 <0,10 <0,10 0,25 Tol tolueen mg/kg dg <0,10 <0,10 <0,10 <0,10 <0,10 <0,10 0,2 HISTORIE W11HR0102 2001 2006 Ant antraceen mg/kg dg <0,050 <0,050 1.1 <0,050 <0,050 <0,050 < 0,03 BaA benzo(a)antraceen mg/kg dg <0,050 <0,050 6.6 <0,050 <0,050 <0,050 0,03 0,14 BaP benzo(a)pyreen mg/kg dg <0,050 <0,050 4.3 <0,050 <0,050 <0,050 0,03 0,06 BghiPe benzo(g,h,i)peryleen mg/kg dg <0,050 <0,050 2.1 <0,050 <0,050 <0,050 0,03 0,03 BkF benzo(k)fluorantheen mg/kg dg <0,050 <0,050 2.5 <0,050 <0,050 <0,050 < 0,04 Chr chryseen mg/kg dg <0,050 <0,050 5.2 <0,050 <0,050 <0,050 0,03 0,17 Fen fenanthreen mg/kg dg <0,050 <0,050 10 <0,050 <0,050 <0,050 0,03 0,17 Flu fluorantheen mg/kg dg <0,050 <0,050 17 <0,050 <0,050 <0,050 0,08 0,61 InP indeno(1,2,3-c,d)pyreen mg/kg dg <0,050 <0,050 3.2 <0,050 <0,050 <0,050 0,03 0,05 Naf naftaleen mg/kg dg <0,050 <0,050 0.59 <0,050 <0,050 <0,050 < < PAK10 som van de 10 VROM PAKs mg/kg dg 27 40 (intv.waarde) klasse 3 klasse 2

Bijlage 6 Tabel 4. Analyseresultaten in- en effluentmonsters In- en effluenten Parameter omschrijving eenheid Hoedanigheid 7-1-2011 8-1-2011 9-1-2011 10-1-2011 DORDIFL1 influent Dordrecht 13-1-2011 14-1-2011 7-1-2011 8-1-2011 9-1-2011 10-1-2011 STRIIFL1 influent Strijen 13-1-2011 14-1-2011 8-1-2011 9-1-2011 ZWIJIFL1 influent-1 Zwijndrecht 10-1-2011 9-1-2011 10-1-2011 ZWIJIFL2 nt-2 Zwijn Sb antimoon µg/l NVT 4,3 4,2 5,8 10 1,2 1,5 <1 <1 1,4 1,4 <1 <1 <1 1 <1 As arseen µg/l NVT 14 19 14 14 4,9 5,2 4,6 4,8 7,1 10 3,7 3,9 3,6 4,3 4,2 Ba barium µg/l NVT 59 55 60 61 35 40 33 37 51 73 58 61 58 64 61 Cd cadmium µg/l NVT 0,4 0,3 <0,3 0,4 0,4 <0,3 0,4 <0,3 0,5 0,4 0,4 <0,3 <0,3 <0,3 <0,3 Cr chroom µg/l NVT 9 6 5 6 8 5 10 3 8 10 4 4 3 5 3 Fe ijzer µg/l NVT 3400 2800 2700 2700 2900 3000 2200 2400 4200 6000 3300 3200 3100 3800 3500 Cu koper µg/l NVT 33 33 32 36 50 42 32 36 110 120 34 38 37 44 46 Pb lood µg/l NVT 18 13 18 7 15 16 9 8 21 28 14 12 11 16 7 Mn mangaan µg/l NVT 290 410 480 520 310 440 510 600 580 920 540 550 600 560 660 Ni nikkel µg/l NVT 9 8 7 6 5 4 7 <3 9 7 3 <3 4 11 6 Zn zink µg/l NVT 270 200 170 110 210 160 110 85 240 280 160 150 110 230 110 Ben benzeen µg/l NVT <0,1 <0,1 <0,1 <0,6 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 Tol tolueen µg/l NVT 2,7 3 1,5 0,8 1,3 1,5 <0,6 0,7 0,8 0,5 C2yBen ethylbenzeen µg/l NVT 0,3 0,3 <0,1 <0,6 0,3 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 12xyln ortho-xyleen µg/l NVT 0,3 0,2 <0,1 <0,60 0,4 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 s1314xyl som van meta-en para-xyleen µg/l NVT 0,57 0,3 0,1 <0,60 0,84 0,1 <0,2 0,2 0,2 0,1 s_xylenen som van 3 xylenen µg/l NVT 0,87 0,5 0,15 <0,6 1,24 0,15 <0,2 0,25 0,25 0,15 Naf naftaleen µg/l NVT 0,9 0,4 <0,4 <0,6 <0,1 <0,1 <0,1 <0,1 <0,2 <0,1 styrn styreen µg/l NVT <1,0 <1,5 <0,1 <0,6 <3,0 <0,1 <0,1 <0,1 <0,5 <0,5 AcNe acenafteen µg/l NVT 0,25 0,25 0,24 0,24 <0,11 <0,11 <0,11 <0,12 <0,11 <0,11 <0,12 <0,10 <0,10 <0,11 <0,15 AcNy acenaftyleen µg/l NVT <0,32 <0,32 <0,32 <0,31 <0,32 <0,33 <0,34 <0,35 <0,34 <0,34 <0,35 <0,31 <0,30 <0,34 <0,45 Ant antraceen µg/l NVT 0,07 0,07 0,05 0,07 <0,02 <0,02 <0,02 <0,02 <0,02 <0,02 <0,02 <0,02 <0,02 <0,02 <0,03 BaA benz(a)antraceen µg/l NVT 0,08 0,08 0,04 <0,03 0,04 0,04 <0,03 <0,03 0,04 <0,03 <0,04 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 BaP benzo(a)pyreen µg/l NVT 0,07 0,05 <0,03 <0,03 0,04 0,03 <0,03 <0,03 0,04 <0,03 <0,04 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 BbF benzo(b)fluoranteen µg/l NVT 0,1 0,08 0,04 <0,03 0,05 0,05 <0,03 <0,03 0,05 0,05 <0,04 <0,03 <0,03 0,03 <0,04 BghiPe benzo(ghi)peryleen µg/l NVT 0,08 0,05 <0,03 <0,03 0,03 0,03 <0,03 <0,03 0,04 <0,03 <0,04 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 BkF benzo(k)fluoranteen µg/l NVT 0,05 0,04 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 Chr chryseen µg/l NVT 0,09 0,1 0,05 <0,03 0,05 0,04 <0,03 <0,03 0,05 0,05 <0,04 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 DBahAnt dibenz(ah)antraceen µg/l NVT <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 Fen fenenatreen µg/l NVT 0,56 0,51 0,43 0,45 0,11 0,11 <0,11 <0,12 <0,11 <0,11 <0,12 <0,10 <0,10 <0,11 <0,15 Fle fluoreen µg/l NVT 0,19 0,17 0,16 0,17 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 Flu fluoranteen µg/l NVT 0,43 0,44 0,27 0,2 0,13 0,14 <0,11 <0,12 0,15 0,15 <0,12 <0,10 <0,10 <0,11 <0,15 InP indeno(1,2,3-cd)peryleen µg/l NVT 0,06 0,05 <0,03 <0,03 0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 Naf naftaleen µg/l NVT <0,32 <0,32 <0,32 <0,31 <0,32 <0,33 <0,34 <0,35 <0,34 <0,34 <0,35 <0,31 <0,30 <0,34 <0,45 Pyr pyreen µg/l NVT 0,36 0,33 0,15 0,15 0,12 0,12 <0,11 <0,12 0,13 0,12 <0,12 <0,10 <0,10 <0,11 <0,15 s_epa-paks som van de 16 EPA-PAKs µg/l NVT 2,55 2,22 1,43 1,28 0,6 0,56 0 0 0,5 0,37 0 0 0 0,03 0 debiet hoeveelheid water per uur m3/dag NVT 113388 81935 63553 49246 10890 8263 5747 3462 13214 116229 86195 64945 vracht som van de 16 EPA-PAKs g/dag NVT 289 182 91 63 7 5 0 0 7 0 0 0 EOX extraheerbaar organische halogenen µg/l Cl 7 8 8 10 3 3 3 4 4 5 bemonsteringsdatum bemonsteringsdatum Parameter omschrijving eenheid Hoedanigheid 7-1-2011 8-1-2011 9-1-2011 10-1-2011 DORDEFFL1 effluent Dordrecht Sb antimoon µg/l NVT 3,4 2,5 2,5 <1 <1 <1 <1 <1 <1 As arseen µg/l NVT 2,4 2,2 2,5 1 <1 <1 <1 <1 <1 Ba barium µg/l NVT 10 50 11 14 11 13 15 15 13 Cd cadmium µg/l NVT <0,3 0,3 <0,3 <0,3 <0,3 <0,3 <0,3 <0,3 <0,3 Cr chroom µg/l NVT <2 <2 <2 <2 <2 <2 <2 <2 3 Fe ijzer µg/l NVT 150 110 100 250 57 80 82 250 180 Cu koper µg/l NVT 4 13 24 6 <2 3 3 9 6 Pb lood µg/l NVT <3 4 <3 4 6 5 <3 <3 <3 Mn mangaan µg/l NVT 380 330 360 130 56 58 63 110 58 Ni nikkel µg/l NVT 4 4 4 <3 <3 <3 <3 <3 <3 Zn zink µg/l NVT 29 50 48 37 50 68 27 41 54 AcNe acenafteen µg/l NVT <0,11 <0,12 <0,12 <0,12 <0,11 <0,12 AcNy acenaftyleen µg/l NVT <0,33 <0,35 <0,35 <0,36 <0,34 <0,35 Ant antraceen µg/l NVT <0,02 <0,02 <0,02 <0,02 <0,02 <0,02 BaA benz(a)antraceen µg/l NVT <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 <0,03 <0,03 BaP benzo(a)pyreen µg/l NVT <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 <0,03 <0,03 BbF benzo(b)fluoranteen µg/l NVT <0,03 <0,03 <0,03 <0,04 <0,03 <0,03 13-1-2011 14-1-2011 7-1-2011 8-1-2011 9-1-2011 10-1-2011 STRIEFF1 effluent Strijen 13-1-2011 14-1-2011